Gebruik van de oven / Bak- en braadtips 7
Gebruik van de gaskookplaat 9
Bediening van de grote oven
Instellen van de klok 10
Bediening van de grote oven 10
Ovenfuncties grote oven 11
Bediening van de grote oven met de digitale klok 12
De duur van de baktijd programmeren 12
Het einde van de baktijd programmeren 13
Programmering van het automatische bakproces 14
Tussentijds uitschakelen van de grote oven 16
Kookwekker 16
Het geluidssignaal instellen 17
Reinigingsfunctie 17
Bediening van de kleine oven
Bediening van de kleine oven 18
Ovenfuncties kleine oven 18
Bediening van de kleine oven met de digitale klok 19
Bediening gaskookplaat
Ontsteken en instellen 20
Comfortabel koken
De kookplaat optimaal gebruiken / Wokbrander 21
Onderhoud
Reinigen van de oven 22
Inschuifgeleiders verwijderen en reinigen 25
Vervangen van het ovenlampje 25
Reinigen van de gaskookplaat 25
Gefeliciteerd met de aanschaf van dit Pelgrim fornuis. In het ontwerp
van dit product heeft optimale gebruikersvriendelijkheid centraal gestaan.
Het fornuis biedt een uitgebreide reeks instellingen, zodat u altijd de
juiste bereidingswijze kunt kiezen.
In deze handleiding leest u hoe u dit fornuis het best kunt gebruiken.
Naast informatie over de bediening, vindt u hier ook achtergrondinformatie
die u tijdens het gebruik van het apparaat van pas kan komen.
Lees eerst de afzonderlijke veiligheidsinstructies
voordat u het apparaat gaat gebruiken!
Lees deze handleiding door voordat u het apparaat in gebruik neemt,
en berg de handleiding daarna veilig op voor toekomstig gebruik.
NL 4
UW FORNUIS
Beschrijving
1
4
8
2
5
3
67
99101211
1. Normaalbrander linksachter
2. Normaalbrander middenachter
3. Sterkbrander rechtsachter
4. Wokbrander linksvoor
5. Sterkbrander middenvoor
6. Sudderbrander rechtsvoor
7. Pandrager
8. Bedieningspaneel
9. Stelvoeten
10. Grote oven
11. Opbergruimte
12. Kleine oven
NL 5
UW FORNUIS
Bedieningspaneel
123456789101112
NL 6
11a11b11c 11d
1. Controlelampjes oven en thermostaat van de grote oven
2. Temperatuurknop grote oven
3. Functieknop grote oven
4. Bedieningsknop normaalbrander linksachter
5. Bedieningsknop wokbrander linksvoor
6. Bedieningsknop normaalbrander middenachter
7. Bedieningsknop sterkbrander middenvoor
8. Bedieningsknop sudderbrander rechtsvoor
9. Bedieningsknop sterkbrander rechtsachter
10. Bedieningsknop kleine oven
11. Digitale klok
11a. - toets
11b. Toets ‘Menu’
11c. + toets
11d. Display
12. Controlelampjes oven en thermostaat van de kleine oven
VÓÓR HET EERSTE GEBRUIK
Gebruik van de oven
• Verwijder alle delen van het toebehoren uit de oven en reinig ze met
een warm sopje. Gebruik geen schurende schoonmaakmiddelen.
• Schakel de oven één uur lang in op de hoogste temperatuur met
boven- en onderwarmte (zie ‘Bediening van de oven’). Tijdens de
fabricage gebruikte beschermingsvetten worden dan verwijderd.
• Als de oven voor de eerste maal sterk verhit wordt, zult u een
‘nieuwigheidsluchtje’ ruiken. Dit is normaal. Schakel eventueel de
wasemkap in.
• Na het afkoelen de oven met warm water reinigen.
• Verwarm de oven alleen voor als dit in het recept is vermeld.
Bak- en braadtips
Energiebewust ovengebruik
• Open de ovendeur zo weinig mogelijk.
• Bereid gerechten met ongeveer dezelfde bereidingstemperatuur
(bijvoorbeeld appeltaart en een ovenschotel) tegelijk op hetzelfde
rooster of met een hete lucht functie boven elkaar. Vlees laten
meestoven kan ook.
• Bereid meer gerechten na elkaar, bijvoorbeeld een ovenmaaltijd na
een cake. Vaak kan de bereidingstijd van het tweede gerecht dan
10 minuten korter zijn omdat de oven nog veel warmte in zich heeft.
• Dankzij de ovenisolatie kunnen gerechten met een langere
bereidingstijd (vanaf 1 uur) nagaren op de restwarmte van de oven.
Schakel de oven 10 minuten eerder uit dan aangegeven staat, maar
laat de deur dicht.
• Voorverwarmen is in het algemeen niet nodig, met uitzondering van
gerechten waarvan de bereidingstijd korter dan 30 minuten is of
wanneer een recept dit aangeeft.
• Haal alles wat u niet nodig heeft voor de bereiding uit de oven.
• Schakel de oven uit voordat u het gare gerecht eruit haalt.
Ovenservies
• In principe kunt u elk soort hittebestendig servies gebruiken.
• Spoel glazen servies niet direct na gebruik af onder koud water.
Door het plotselinge temperatuurverschil kan het glas barsten.
• Gebruik donkere of zwarte bakvormen. Deze geleiden de warmte
beter en laten het gerecht gelijkmatiger garen.
NL 7
VÓÓR HET EERSTE GEBRUIK
Bodem niet afdekken
• Het afdekken van de ovenbodem met bijvoorbeeld aluminiumfolie
of een bakplaat kan tot oververhitting en beschadiging van het
email leiden.
• Vervuiling van de ovenbodem door het lekken uit een springvorm
wordt voorkomen door van aluminiumfolie een bakje te vouwen en
dat onder de vorm op het rooster te zetten of door bakpapier onder
de vorm te leggen.
Tijdinstelling
• Kies een 5 minuten kortere bereidingstijd dan in het recept staat
aangegeven. Daardoor kunt u in de laatste fase controleren of het
gerecht of gebak gaar en goed van kleur is. Zo niet, sluit dan de
ovendeur en controleer na enige tijd opnieuw. Het openen en sluiten
van de deur moet langzaam gebeuren. Bij voorkeur niet voordat
driekwart van de bereidingstijd is verstreken.
Warm houden
• U kunt de oven gebruiken voor het warm houden van reeds bereide
gerechten. Kies hiervoor de hete lucht functie en een temperatuur
van 75 °C. Dek gerechten die u warm wilt houden af om uitdrogen
te voorkomen.
NL 8
Vlees braden
• Het meest geschikt is ‘groot vlees’ vanaf 1 kg. Het vlees krijgt
een regelmatig gevormde, krokante korst, waarbij vrijwel geen
gewichtsverlies optreedt.
• Wrijf het vlees een kwartier van tevoren in met zout en kruiden.
Gebruik voor het braden 80 tot 100 g boter of vet (of een mengsel
hiervan) per 500 g vlees.
Braadtijden
• Platte, dunne stukken hebben gemiddeld 5 minuten minder
braadtijd nodig dan dikke of opgerolde stukken vlees. Bij gebruik
van grotere stukken vlees moet per 500 gram meer een 15 tot
20 minuten langere braadtijd worden aangehouden.
VÓÓR HET EERSTE GEBRUIK
• Leg het vlees in een braadslede en overgiet het met hete boter en/
of vet. Als het vlees een vette kant heeft, dan legt u deze tijdens
het braden boven. Vlees zonder vette kant om de 15 minuten
bedruipen. Vlees met vette kant om de 30 minuten bedruipen.
• Voeg, als de jus te donker wordt, tijdens het braden nu en dan
enkele lepels water toe.
• Laat het vlees na de bereiding 10 minuten rusten, afgedekt met
aluminiumfolie, voordat u het aansnijdt.
Ovengeleiders
De ovenwanden zijn uitgerust met geleiders waar het ovenrooster of
een bakplaat op verschillende niveaus kunnen worden ingeschoven.
Raadpleeg een baktabel of de instructies op de verpakking van de
levensmiddelen voor het plaatsen op het juiste niveau.
niveau 4
niveau 3
Gebruik van de gaskookplaat
• Controleer regelmatig of de branderdoppen en branderringen juist
op de branderkelken liggen; onjuiste positionering kan slechte
ontsteking, ongunstige verbranding of beschadiging van de doppen
tot gevolg hebben.
• De pandrager wordt door de kookbrander zeer sterk verhit,
waardoor na verloop van tijd het email op de dragerpunt kan
inbranden. Dit is niet te voorkomen en valt dan ook niet onder de
garantie.
niveau 2
niveau 1
NL 9
BEDIENING VAN DE GROTE OVEN
Instellen van de klok
Als u het toestel voor de eerste keer aansluit, knipperen de symbolen
‘A’ en ‘0 00’. De juiste dagtijd moet nog worden ingesteld.
1. Druk tegelijkertijd op de - toets en de + toets totdat de punt tussen
de uren en minuten gaat knipperen.
Symbool ‘A’ verdwijnt en een kooksymbool verschijnt boven de
punt.
2. Druk op de - toets of de + toets om de tijd in te stellen.
3. Is de juiste tijd ingesteld, wacht dan even. Na enige seconden klinkt
er een geluidssignaal.
De huidige tijd staat in de display en de punt stopt met knipperen.
▷ Zolang de punt knippert, kunt u de tijd instellen.
▷ Als de huidige tijd in de display staat, kunt u deze aanpassen
door weer tegelijkertijd de - toets en de + toets ingedrukt te
houden. De punt gaat knipperen. Druk op de - toets of de +
toets om de tijd aan te passen.
Bediening van de grote oven
1. Selecteer een temperatuur met de temperatuurknop en een
ovenfunctie met de functieknop.
De controlelampjes van de oven en de thermostaat gaan branden;
de oven is ingeschakeld.
▷ Raadpleeg de tabel met ovenfuncties voor de grote oven voor
meer informatie over de verschillende ovenfuncties die u kunt
kiezen.
2. Zet de temperatuurknop en de functieknop na afloop van de
bereidingstijd op ‘0’ om de oven uit te schakelen.
NL 10
Let op; wanneer de grote oven niet werkt is het mogelijk dat de digitale
klok geprogrammeerd is; er staat dan een ‘A’ in de display. Annuleer de
programmering; zie ‘Tussentijds uitschakelen van de oven’.
Als u de deur van de grote oven opent als de oven ingeschakeld is, dan
zal het controlelampje van de thermostaat uitgaan. Na het sluiten van
de deur zal het lampje na enige tijd vanzelf weer gaan branden.
BEDIENING VAN DE GROTE OVEN
Ovenfuncties grote oven
Reinigingsfunctie
Deze functie kan gebruikt worden om de oven schoon te maken. Door de combinatie van bovenen onderwarmte en de toevoeging van 300 ml water op de bakplaat, zal er in de ovenruimte
stoom ontstaan. Zie voor meer informatie het hoofdstuk ‘Bediening van de oven’.
Turbo hetelucht
De lucht in de oven wordt verwarmd door het heteluchtelement. De ventilator in de achterwand
blaast hete lucht in de oven. Hiermee worden de gerechten verwarmd. U kunt op meer niveaus
tegelijk bakken, waardoor u energie kunt besparen. Door de intensieve warmte overdracht kunt u
een ca. 20 - 30 °C lagere temperatuur kiezen dan bij conventionele recepten staat aangegeven.
Grill + ventilator + onderwarmte
De warmte van het grillelement en het onderelement wordt gelijkmatig verspreid door de ventilator.
Dit zorgt ervoor dat zelfs ingewikkelde recepten gelijkmatig worden gebakken. Perfect voor pizza,
gebak en koekjes.
Snel voorverwarmen
Met deze functie wordt de oven snel voorverwarmd, zodat de uiteindelijke baktijd korter wordt.
Maxi grill
Het grill-element wordt gelijktijdig met het bovenste ovenelement ingeschakeld. Het grillelement straalt direct op het gerecht. Om het verwarmingsproces te optimaliseren wordt het
bovenelement ook ingeschakeld. Deze verwarmingsmethode is ideaal voor het bereiden van
kleine stukken vlees zoals steaks, biefstukken, worstjes en karbonades.
Draaispit
Gebruik de maxi grill met draaispit om grote stukken vlees te roosteren. Door het draaien wordt
het vlees gelijkmatig gaar.
Boven- en onderwarmte (conventioneel) + ventilator
De verwarmingselementen boven en onder in de oven geven gelijkmatig warmte af. De warmte
wordt gelijkmatig verspreid door de ventilator. Deze ovenfunctie is vooral geschikt voor het snel
braden van vlees en gebak op meerdere niveaus.
ECO
Het gerecht wordt verwarmd door de warmte van het bovenste en onderste verwarmingselement.
Deze functie is geschikt voor het op lage temperatuur (en dus langzaam) willen bereiden van
bijvoorbeeld vlees.
Bovenwarmte + ventilator
Het gerecht wordt verwarmd door het bovenste verwarmingselement. De warmte wordt door de
ventilator rondom het gerecht geblazen. Deze functie wordt gebruikt voor het bruineren van de
bovenlaag van gerechten, zoals bijvoorbeeld brood, cakes en desserts.
Ontdooien
De ventilator gaat draaien. De lucht circuleert in de oven zonder dat er verwarmingselementen
zijn ingeschakeld. Deze methode wordt gebruikt voor langzaam ontdooien van levensmiddelen.
NL 11
BEDIENING VAN DE GROTE OVEN
Bediening van de grote oven met de digitale klok
De digitale klok kunt u op verschillende manieren gebruiken:
• U kunt de tijdsduur van het bakken/braden/grillen bepalen. De
oven schakelt uit zodra de ingestelde tijd is verstreken. Is de tijd
verstreken, dan klinkt er een geluidssignaal.
• Ook kunt u met de schakelklok de tijd instellen waarop het bakken/
braden/grillen moet eindigen. De oven zal tot de ingestelde tijd op
de vooraf ingestelde temperatuur en functie functioneren. Is de tijd
verstreken, dan klinkt er een geluidssignaal.
• Tot slot kunt u zowel een tijdsduur als ook een eindtijd ingeven
(een automatisch bakproces). De oven start automatisch en eindigt
automatisch. Als het automatische bakproces is afgelopen, klinkt er
een geluidssignaal.
• De digitale klok kan ook gebruikt worden als kookwekker. De
kookwekker schakelt de oven niet uit.
Let op!
De digitale klok kan niet voor beide ovens tegelijkertijd gebruikt worden.
De duur van de baktijd programmeren
1. Selecteer een temperatuur met de temperatuurknop en een
ovenfunctie met de functieknop.
De controlelampjes van de oven en de thermostaat gaan branden;
de oven is ingeschakeld.
2. Houd de toets ‘Menu’ ingedrukt.
Er verschijnt een knipperend klokje in de display en de tijd staat op
0.00.
3. Druk meteen daarna nogmaals op de toets ‘Menu’.
Het klokje verdwijnt en er verschijnt een knipperende ‘A’ in de
display. Ook verschijnt ‘Dur’ in de display, afwisselend met ‘0.00’.
NL 12
4. Stel met de + toets en - toets de bereidingstijd in.
5. Is de juiste tijd ingesteld, wacht dan even. Na enige seconden klinkt
er een geluidssignaal.
De huidige tijd verschijnt in de display en de ‘A’ stopt met
knipperen.
BEDIENING VAN DE GROTE OVEN
6. Zodra de ingestelde baktijd is verstreken, klinkt er een
geluidssignaal en de oven schakelt automatisch uit.
De controlelampjes van de oven en de thermostaat gaan uit, het
kooksymbool verdwijnt en de ‘A’ gaat weer knipperen.
7. Schakel het geluidssignaal uit door op een willekeurige toets te
drukken.
8. Zet nu eerst de temperatuurknop en functieknop op ‘0’ om de oven
helemaal uit te schakelen.
9. Houd tot slot de toets ‘Menu’ ingedrukt om de ‘A’ in de display te
laten verdwijnen.
▷ U kunt op elk gewenst moment de resterende tijd in de display
zien door de toets ‘Menu’ ingedrukt te houden totdat het
knipperende klokje verschijnt. Druk dan meteen weer op de
toets ‘Menu’.
▷ Wilt u de tijdsduur aanpassen, dan houdt u de toets ‘Menu’
ingedrukt totdat het knipperende klokje verschijnt. Druk dan
meteen weer op de toets ‘Menu’ en daarna op de + toets of
- toets om de tijd aan te passen.
Het einde van de baktijd programmeren
1. Selecteer een temperatuur met de temperatuurknop en een
ovenfunctie met de functieknop.
De controlelampjes van de oven en de thermostaat gaan branden;
de oven is ingeschakeld.
2. Houd de toets ‘Menu’ ingedrukt.
Er verschijnt een knipperend klokje in de display en de tijd staat op
0.00.
3. Druk meteen daarna nogmaals 2 keer op de toets ‘Menu’.
Het klokje verdwijnt en er verschijnt een knipperende ‘A’ in de
display. Ook verschijnt ‘End’ in de display, afwisselend met de
huidige tijd.
4. Stel met de + toets de eindtijd in.
5. Is de juiste tijd ingesteld, wacht dan even. Na enige seconden klinkt
er een geluidssignaal.
De huidige tijd verschijnt in de display en de ‘A’ stopt met
knipperen.
NL 13
BEDIENING VAN DE GROTE OVEN
6. Zodra de eindtijd is bereikt, klinkt er een geluidssignaal en de oven
schakelt automatisch uit.
De controlelampjes van de oven en de thermostaat gaan uit, het
kooksymbool verdwijnt en de ‘A’ gaat weer knipperen.
7. Schakel het geluidssignaal uit door op een willekeurige toets te
drukken.
8. Zet nu eerst de temperatuurknop en functieknop op ‘0’ om de oven
helemaal uit te schakelen.
9. Houd tot slot de toets ‘Menu’ ingedrukt om de ‘A’ in de display te
laten verdwijnen.
▷ U kunt op elk gewenst moment de eindtijd in de display
zien door de toets ‘Menu’ ingedrukt te houden totdat het
knipperende klokje verschijnt. Druk dan meteen weer 2 keer op
de toets ‘Menu’.
▷ Wilt u de eindtijd aanpassen, dan houdt u de toets ‘Menu’
ingedrukt totdat het knipperende klokje verschijnt. Druk dan
meteen weer 2 keer op de toets ‘Menu’ en daarna op de + toets
of - toets om de eindtijd aan te passen.
Programmering van het automatische bakproces
U kunt de oven automatisch laten in- en uitschakelen door een
tijdsduur en een eindtijd in te stellen. De oven berekent zelf de starttijd,
en schakelt na het verstrijken van de bereidingstijd automatisch uit.
NL 14
Voorbeeld
Huidige tijd: 17.30, ingestelde duur van het bakproces: 1 uur en
15 minuten, ingestelde eindtijd van het bakproces: 19.45 uur.
De oven start om 18.30 uur met het bakproces op de vooraf ingestelde
temperatuur en functie en zal om 19.45 uur stoppen.
1. Houd de toets ‘Menu’ ingedrukt.
Er verschijnt een knipperend klokje in de display en de tijd staat op
0.00.
2. Druk meteen daarna nogmaals op de toets ‘Menu’.
Het klokje verdwijnt en er verschijnt een knipperende ‘A’ in de
display. Ook verschijnt ‘Dur’ in de display, afwisselend met ‘0.00’.
BEDIENING VAN DE GROTE OVEN
3. Stel met de + toets en - toets de bereidingstijd in.
4. Is de juiste tijd ingesteld, druk dan weer op de toets ‘Menu’.
‘End’ verschijnt in de display, afwisselend met de huidige tijd.
5. Stel met de + toets de eindtijd in.
Het kooksymbool verdwijnt.
6. Is de juiste tijd ingesteld, wacht dan even. Na enige seconden klinkt
er een geluidssignaal.
De huidige tijd verschijnt in de display en de ‘A’ stopt met
knipperen.
7. Selecteer een temperatuur met de temperatuurknop en een
ovenfunctie met de functieknop.
8. Als de starttijd is bereikt, schakelt de oven automatisch in.
De controlelampjes van de oven en de thermostaat gaan branden
en het kooksymbool verschijnt in de display.
9. Zodra de eindtijd is bereikt, klinkt er een geluidssignaal en de oven
schakelt automatisch uit.
De controlelampjes van de oven en de thermostaat gaan uit, het
kooksymbool verdwijnt en de ‘A’ gaat weer knipperen.
10. Schakel het geluidssignaal uit door op een willekeurige toets te
drukken.
11. Zet nu eerst de temperatuurknop en functieknop op ‘0’ om de oven
helemaal uit te schakelen.
12. Houd tot slot de toets ‘Menu’ ingedrukt om de ‘A’ in de display te
laten verdwijnen.
▷ U kunt op elk gewenst moment de bereidingstijd of eindtijd in de
display zien door de toets ‘Menu’ ingedrukt te houden totdat het
knipperende klokje verschijnt. Druk dan meteen weer 1 of 2 keer
op de toets ‘Menu’.
▷ Wilt u de bereidingstijd of de eindtijd aanpassen, dan houdt u de
toets ‘Menu’ ingedrukt totdat het knipperende klokje verschijnt.
Druk dan meteen weer 1 of 2 keer op de toets ‘Menu’ en daarna
op de + toets of - toets om de tijd aan te passen.
NL 15
BEDIENING VAN DE GROTE OVEN
Tussentijds uitschakelen van de grote oven
1. Houd de toets ‘Menu’ ingedrukt.
Er verschijnt een knipperend klokje in de display en de tijd staat op
0.00.
2. Druk meteen daarna nogmaals 1 keer of 2 keer op de toets ‘Menu’.
Het klokje verdwijnt en er verschijnt een knipperende ‘A’ in de
display. Ook verschijnt ‘Dur’ of ‘End’ in de display, afwisselend met
de ingestelde bereidings- of eindtijd.
3. Druk tegelijkertijd op de + toets en - toets om de ingestelde tijd te
verwijderen.
Kookwekker
De kookwekker geeft alleen een signaal na het verstrijken van de
ingestelde tijd. De kookwekker schakelt de oven niet uit.
1. Houd de toets ‘Menu’ ingedrukt.
Er verschijnt een knipperend klokje in de display en de tijd staat op
0.00.
2. Stel met de + toets en de - toets de gewenste tijd in.
3. Is de juiste tijd ingesteld, wacht dan even. Na enige seconden klinkt
er een geluidssignaal.
De huidige tijd staat weer in de display en het klokje stopt met
knipperen.
4. De tijd begint automatisch af te tellen.
Als de tijd is verstreken klinkt er een geluidssignaal en het klokje
gaat weer knipperen.
5. Schakel het geluidssignaal uit door op een willekeurige toets te
drukken.
6. Houd de toets ‘Menu’ ingedrukt om het klokje in de display te laten
verdwijnen.
▷ U kunt op elk gewenst moment de ingestelde tijd in de display
zien door de toets ‘Menu’ ingedrukt te houden.
▷ Wilt u de tijdsduur aanpassen, dan houdt u de toets ‘Menu’
ingedrukt. Als het klokje gaat knipperen kunt u de tijd in de display
aanpassen met de + toets of - toets.
▷ Wilt u de tijdsduur op 0 zetten, dan houdt u de toets ‘Menu’
ingedrukt. Als het klokje gaat knipperen drukt u tegelijkertijd op de
+ toets en - toets.
NL 16
BEDIENING VAN DE GROTE OVEN
Het geluidssignaal instellen
Als u geen ovenfunctie hebt ingesteld, kunt u met de - toets het
geluidssignaal aanpassen. Er zijn drie verschillende signalen.
1. Druk tegelijkertijd op de - toets en de + toets totdat de punt tussen
de uren en minuten gaat knipperen.
2. Druk op de toets ‘Menu’.
In de display verschijnt ‘ton’ met een 1, 2 of 3.
3. Druk op de - toets.
U hoort het geluidssignaal behorende bij het nummer.
4. Druk een tweede keer op de - toets.
U hoort een ander geluidssignaal.
5. Druk een derde keer op de - toets.
U hoort weer een ander geluidssignaal.
6. Maak een keuze uit deze drie signalen door (meerdere keren) op de
- toets te drukken.
7. Is het juiste geluidssignaal ingesteld, wacht dan even. Na enige
seconden klinkt het ingestelde geluidssignaal.
Het geluidssignaal is ingesteld en de huidige tijd verschijnt weer in
de display.
Reinigingsfunctie
Om de grote oven regelmatig te reinigen (na elk gebruik), wordt de
‘Reinigingsfunctie’ aanbevolen.
1. Plaats de bakplaat op niveau 2.
2. Giet maximaal 300 ml water op de bakplaat.
3. Selecteer de ‘Reinigingsfunctie’ met de functieknop.
4. Stel een tijdsduur van 60 minuten in.
▷ De voedselresten op het email van de oven worden zacht en u
kunt ze na afloop met een vochtige doek afvegen.
Let op!
• De maximale hoeveelheid water (300 ml) mag niet overschreden
worden!
• Gedurende de reinigingsfunctie kan het zijn dat er een aantal
druppels water op de vloer komen te liggen. Dit is normaal.
NL 17
BEDIENING VAN DE KLEINE OVEN
Bediening van de kleine oven
De kleine oven kan worden bediend met 1 bedieningsknop. U stelt een
temperatuur in en de verwarmingselementen boven en onder in de
kleine oven worden ingeschakeld.
▷ Met dezelfde bedieningsknop kunt u ook kiezen voor alleen
bovenwarmte, alleen onderwarmte of alleen de grill. Bij deze drie
ovenfuncties is de temperatuur maximaal.
1. Selecteer een temperatuur of een ovenfunctie met de
bedieningsknop.
De controlelampjes van de oven en de thermostaat van de kleine
oven gaan branden; de oven is ingeschakeld.
▷ Raadpleeg de tabel met ovenfuncties voor de kleine oven voor
meer informatie over de verschillende ovenfuncties die u kunt
kiezen.
2. Zet de bedieningsknop na afloop van de bereidingstijd op ‘0’ om de
oven uit te schakelen.
Ovenfuncties kleine oven
NL 18
Ovenverlichting
De ovenverlichting gaat branden en blijft branden bij alle andere ovenfuncties.
Boven- en onderwarmte
Het boven- en onderelement worden beide ingeschakeld op de ingestelde temperatuur (tussen
50 °C en 250 °C). De verwarmingselementen geven gelijkmatig warmte af. Deze stand is geschikt
voor het op traditionele manier bereiden van gerechten. De gerechten rijzen goed uit en krijgen
een mooie bruine kleur. Bakken van gebak of braden van vlees is maar op één niveau mogelijk.
Bovenwarmte
Alleen het bovenelement is ingeschakeld op de hoogste temperatuur. Deze stand is geschikt
voor het kortstondig extra doorbakken van soufflé’s, schuimgebak etc. Aan het einde van het
bakproces draait u de bedieningsknop op bovenwarmte.
Onderwarmte
Alleen het onderelement is ingeschakeld op de hoogste temperatuur. Deze functie wordt
aanbevolen voor gerechten waarbij de bodem goed gaar moet worden. De bodems van
gerechten worden goed doorbakken. Vóór het einde van het bakproces (met nog een kwart van
de baktijd te gaan) draait u de functieknop op onderwarmte. Het gerecht wordt dan voornamelijk
door het onderelement verwarmd, maar kleurt wel door aan de bovenzijde.
Grill
Alleen het grillelement is ingeschakeld op de hoogste temperatuur. De gerechten worden
verwarmd door de stralingswarmte van de grill. Platte stukken vlees, kip of ander gevogelte
kunnen direct op het rooster ge grilld worden. Deze grillstand is ook geschikt voor het roosteren
van brood.
BEDIENING VAN DE KLEINE OVEN
Bediening van de kleine oven met de digitale klok
De digitale klok kunt u voor de kleine oven maar op 1 manier gebruiken:
als kookwekker. De kookwekker schakelt de oven niet uit. Zie voor de
bediening ‘Bediening van de grote oven/Kookwekker’.
Let op!
De digitale klok kan niet voor beide ovens tegelijkertijd gebruikt worden.
NL 19
BEDIENING GASKOOKPLAAT
Ontsteken en instellen
Een symbool boven de bedieningsknop geeft aan welke brander wordt
bediend. Elke brander kan traploos worden geregeld tussen vol- en
kleinstand.
Aansteken met vonkontsteking
Druk de bedieningsknop in en draai deze linksom naar de volstand.
De brander ontsteekt.
▷ De bedieningsknop moet ongeveer 10 seconden ingedrukt
gehouden worden in verband met de vlambeveiliging.
0-stand
Volstand met
vonkontsteking
Kleinstand
Zone-aanduiding
Vlambeveiliging
Uw gaskookplaat is uitgerust met vlambeveiliging. Deze zorgt ervoor
dat de gastoevoer gesloten wordt als de vlam tijdens het kookproces
dooft.
NL 20
Ontsteekt de brander niet of blijft deze niet branden, controleer dan of:
• de branderdop en branderring goed op het branderhuis liggen;
• de brander/bougie en thermokoppel schoon en droog zijn.
COMFORTABEL KOKEN
De kookplaat optimaal gebruiken
Zorg er altijd voor dat de vlammen onder de pan blijven. Als vlammen
om de pan heen spelen gaat veel energie verloren. Bovendien kunnen
de handgrepen dan te heet worden. Gebruik geen pannen met een
kleinere bodemdiameter dan 12 cm. Deze staan niet stabiel.
Fout
Goed
• (Roer)bakken, doorkoken van grote hoeveelheden en frituren kunt u
het beste op de sterk- of wokbrander.
• Gebruik de sudderbrander voor het bereiden van sauzen, sudderen
en doorkoken van gerechten. Op de volstand is deze brander groot
genoeg voor het doorkoken.
• Kook met het deksel op de pan. U bespaart dan tot 50% energie.
• Gebruik pannen met een vlakke, schone en droge bodem. Pannen
met een vlakke bodem staan stabiel en pannen met een schone
bodem dragen de warmte beter over op het gerecht.
Wokbrander
Met de wokbrander kunt u gerechten op een zeer hoge temperatuur
bereiden. Het is hierbij van belang dat u:
• van te voren de ingrediënten in reepjes, plakjes of stukjes snijdt.
• bij het roerbakken olie van goede kwaliteit gebruikt, zoals olijf-,
maïs-, zonnebloem- of arachideolie. Een klein beetje is al genoeg.
Boter en margarine verbranden door de grote hitte.
• de gerechten met de langste bereidingstijd het eerst in de pan doet,
zodat aan het eind van de bereidingstijd alle ingrediënten tegelijk
(beet)gaar zijn.
NL 21
Loading...
+ 47 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.