PANASONIC DMCFZ38 User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing
voor geavanceerde kenmerken
Digitale Camera
Model Nr. DMC-FZ38
Gelieve deze gebruiksaanwijzing volledig door te lezen
alvorens dit apparaat in gebruik te nemen.
VQT2F17

Inhoud

Voor Gebruik
Beknopte gebruiksaanwijzingen................5
Standaard accessoires..............................7
Namen van de onderdelen........................8
De lensdop/schouderriem vastmaken.....11
De lensbescherming gebruiken...............13
Voorbereiding
Opladen van de Batterij...........................15
• Uitvoertijd en aantal te maken
beelden bij benadering .....................18
Een kaart of batterij in het toestel
doen .......................................................20
Over het ingebouwde geheugen/de
kaart ........................................................22
De datum en de tijd instellen
(Klokinstelling).........................................24
• Het veranderen van de
klokinstelling .....................................25
Menu instellen.........................................26
• Menuonderdelen instellen.................27
• Gebruik van het snelle menu ............29
Over het set-up Menu .............................30
Basiskennis
Selecteren van de [OPNAME]-functie en opnemen van stilstaand beeld of
bewegend beeld......................................39
• Het stilstaande beeld maken.............42
• Opname van het bewegend beeld ....42
Beelden maken m.b.v. de automatische functie
(Intelligente Automatische Functie).........43
• Scènedetectie ...................................44
• AF-opsporingsfunctie........................45
• Instellingen in intelligente
automatische functie.........................46
Het maken van beelden met uw favoriete instellingen
(AE-programmafunctie)...........................48
• Scherpstellen ....................................49
• Wanneer er niet op het onderwerp scherpgesteld is (zoals wanneer deze zich niet in het midden van de samenstelling van het beeld dat u
wilt makenbevindt) ............................49
• Golfstoring (camerabeweging) ..........50
• Richtingfunctie...................................50
• Het focuspunt groter maken
(display focuspunt)............................50
• Programmaschakeling ......................51
Beelden maken met de zoom..................52
• Gebruik van de Optische Zoom/ Gebruik van de Extra Optische Zoom (EZ)/Gebruik van de
Digitale Zoom....................................52
Beelden terugspelen
([NORMAAL AFSP.])...............................55
• Bevestig het beeld in [OPNAME]
functie (Overzicht).............................56
• Meervoudige schermen afbeelden
(Meervoudig terugspelen) .................56
• De terugspeelzoom gebruiken ..........56
• De [AFSPELEN] functie schakelen ...57
Beelden wissen.......................................58
• Om een enkele opname uit te wissen58
• Om meerdere beelden (tot 50) te
wissen of alle beelden te wissen.......59
Gevorderd (Opname van beelden)
Over de LCD-monitor/Zoeker..................60
Beelden maken met de ingebouwde
flits...........................................................64
• Naar de geschikte flitsinstelling
schakelen..........................................64
Close-up’s maken....................................70
• [MACRO-AF].....................................71
• [MACRO ZOOM]...............................72
Opnamen maken met de
zelfontspanner.........................................73
Belichtingscompensatie...........................75
Beelden maken m.b.v. Auto Bracket/
Kleur-bracket...........................................76
• Auto Bracket......................................76
• Kleur-bracket.....................................77
Opnamen maken met de burstfunctie .....78
Opnamen maken door het specificeren
van de opening / sluitertijd.......................80
• Diafragmaprioriteit AE .......................80
• Sluitertijdprioriteit AE .........................80
Beeld maken door de belichting
handmatig in te stellen ............................81
Openingswaarde en sluitertijd .................82
- 2 -
Opnamen maken met handmatig
scherpstellen...........................................83
• MF-ASSIST.......................................84
Opnamen maken met kleuraanpassing
(My colour-functie) ..................................86
Registreren van Persoonlijke Menu-instellingen (Registreren van
klantinstellingen) .....................................88
Opnamen maken in Klantfunctie .............89
Het maken van uitdrukkingsvolle portretten en landschapsopnamen
(Geavanceerde scènefunctie) .................90
• [PORTRET].......................................91
• [LANDSCHAP]..................................92
• [SPORT]............................................92
• [CLOSE-UP]......................................93
• [NACHTPORTRET] ..........................94
Beelden maken die met de scène die opgenomen wordt overeenkomen
(Scènefunctie) .........................................95
• [PANORAMA ASSIST]......................96
• [PARTY]............................................97
• [KAARSLICHT] .................................97
• [BABY1]/[BABY2]..............................98
• [HUISDIER].......................................99
• [ZONSONDERG.] .............................99
• [H. GEVOELIGH.] .............................99
• [HI-SPEED BURST]........................100
• [FLITS-BURST]...............................101
• [PANNING]......................................102
• [STERRENHEMEL] ........................103
• [VUURWERK].................................104
• [STRAND] .......................................105
• [SNEEUW] ......................................105
• [LUCHTFOTO]................................105
• [SPELDENPRIK].............................106
• [ZANDSTRAAL] ..............................106
• [HOGE DYNAMIEK]........................107
• [FOTO FRAME] ..............................107
Opname Bewegend Beeld ....................108
• Veranderen van
[OPNAMEFUNCTIE] en
[OPN. KWALITEIT].........................112
Opnemen van Bewegend Beeld met Handmatige Instellingen
(Creatieve bewegende beeldfunctie) ....115
Een beeld maken met Gezichtsdetectie
functie....................................................117
• Gezichtsinstellingen ........................118
• Automatische Registratie................122
• Gevoeligheid ...................................123
Nuttige functies op
reisbestemmingen.................................124
• Opnemen welke Dag van de Vakantie en de Locatie van de
Vakantie het is ................................124
• Opnamedata/-tijden op at Reisbestemmingen ver weg
(World Time) ...................................127
Het functiemenu [OPNAME]
gebruiken...............................................129
• [FOTO RES.]...................................129
• [KWALITEIT] ...................................130
• [ASPECTRATIO].............................131
• [SLIMME ISO].................................131
• [GEVOELIGHEID] ...........................132
• [ISO-LIMIET INST.] .........................132
• [WITBALANS] .................................133
• [GEZICHT HERK.] ..........................135
• [AF MODE]......................................136
• [PRE AF] .........................................140
• [AF/AE VERGR.].............................141
• [MEETFUNCTIE].............................142
• [I. EXPOSURE] (Intelligente
belichtingsafstelling)........................142
• [KORTE SLUITERT.] ......................143
• [DIG. ZOOM]...................................143
• [KLEUR EFFECT] ...........................144
• [FOTO INST.]..................................144
• [STABILISATIE] ..............................145
• [AF ASS. LAMP]..............................146
• [FLITS-SYNCHRO] .........................147
• [RODE-OGENCORR] .....................147
• [CONVERSIE].................................148
• [KLOKINST.] ...................................148
Het functiemenu [BEWEGEND BEELD]
gebruiken...............................................149
• [OPNAMEFUNCTIE].......................149
• [OPN. KWALITEIT] .........................149
• [BELICHT.STAND]..........................149
• [CONTINU AF] ................................150
• [WINDREDUCTIE] ..........................150
Gevorderd (Terugspelen)
Beeld in Opeenvolging Afspelen
(Diavoorstelling) ....................................151
Selecteren van Beelden en deze Terugspelen ([MODE PLAY]/ [CATEGOR. AFSP.]/
[FAVORIET AFSP.]) ..............................154
• [MODE PLAY] .................................154
• [CATEGOR. AFSP.] ........................154
• [FAVORIET AFSP.].........................155
Bewegende beelden terugspelen..........156
• Bewegende beelden .......................156
- 3 -
Het functiemenu [AFSPELEN]
gebruiken ..............................................157
• [KALENDER]................................... 157
• [TITEL BEW.] ..................................158
• [TEKST AFDR.]...............................160
• [NW. RS.] De beeldresolutie
(aantal pixels) reduceren ................162
• [BIJSNIJD.] .....................................163
• [LEVELING] ....................................164
• [LCD ROTEREN] ............................165
• [FAVORIETEN]...............................166
• [PRINT INST.].................................167
• [BEVEILIGEN].................................169
• [GEZ.HERK. BEW.] ........................170
• [KOPIE]...........................................171
Aansluiten op andere apparatuur
Beelden terugspelen op een
TV-scherm.............................................172
• Opnamen terugspelen met de
AV-kabel (bijgeleverd) ....................172
• Opnamen terugspelen op een TV met een slot voor een
SD-geheugenkaart..........................173
• Afspelen op de TV met de
HDMI-aansluiting ............................173
Opslaan van de opgenomen stilstaande
beelden en bewegende beelden ...........179
• Kopieer het afspeelbeeld m.b.v.
een AV-kabel ..................................179
• Kopiëren naar een PC ....................180
Aansluiting op de PC.............................180
Beelden afdrukken ................................184
• Een beeld kiezen en uitprinten........185
• Meerdere beelden kiezen en
uitprinten.........................................186
• Printinstellingen...............................187
De Conversielens (optioneel)
gebruiken ..............................................190
Het gebruiken van de Beschermer/
Filter ......................................................192
Overige
Schermdisplay.......................................193
Voorzorgsmaatregelen bij het
gebruik ..................................................196
Waarschuwingen op het scherm ...........201
Problemen oplossen .............................204
Aantal mogelijke beelden en
beschikbare opnametijd ........................215
- 4 -

Voor Gebr uik

90°
Voor Gebruik

Beknopte gebruiksaanwijzingen

Dit is een beknopt overzicht van hoe u opnamen opneemt en terugspeelt met het toestel. Bij elke stap controleert u de pagina’s waarnaar verwezen wordt en die tussen haakjes staan.
De batterij opladen. (P15)
De batterij wordt niet opgeladen voor
de verzending. Laad dus de batterij eerst op.
Doe de batterij en de kaart in het toestel. (P20)
Als u geen kaart gebruikt, kunt u
opnamen opnemen of terugspelen met het ingebouwde geheugen (P22). P23 raadplegen als u een kaart gebruikt.
plug-in-type
inlaattype
Zet het toestel aan om opnamen te maken.
1 Schuif de [OPNAME]/[AFSPELEN]
keuzeschakelaar naar [!].
2 Druk de ontspanknop in om opnamen
te maken. (P42)
- 5 -
Voor Gebr uik
Speel de opnamen terug af.
1 Schuif de [OPNAME]/[AFSPELEN]
keuzeschakelaar naar [(].
2 Kies de opname die u wil bekijken.
(P55)
- 6 -
Voor Gebr uik

Standaard accessoires

Controleer of alle accessoires aanwezig zijn voordat u het toestel gebruikt.
De accessoires en de vorm ervan kunnen verschillen, afhankelijk van het land of het gebied waar u de camera hebt gekocht. Voor details over de accessoires, de Basisgebruiksaanwijzing raadplegen.
Batterijpak wordt aangegeven als batterijpak of batterij in de tekst.
Batterijoplader wordt aangegeven als batterijoplader of oplader in de tekst.
De SD-geheugenkaart en de SDHC-geheugenkaart worden aangeduid als kaart in de tekst.
De kaart is optioneel.
U kunt beelden maken of terugspelen met het ingebouwde geheugen als u geen kaart gebruikt.
Raadpleeg uw dealer of het dichtstbijzijnde servicecentrum als u meegeleverde accessoires
verliest. (U kunt de accessoires apart aanschaffen.)
- 7 -
Voor Gebr uik
123
7109845
6
11
12
14
15
16
17
13

Namen van de onderdelen

1 Lens (P197) 2 Flits (P64) 3 Zelfontspannerlampje (P73)
AF-lamp (P146)
4 Flits-open-knop (P64) 5 Diopterinstelring (P61) 6 Zoeker (P60, 193) 7 Speaker (P156) 8 Bewegend beeldknop (P42, 108) 9 [AF/AE LOCK] Knop (P45, 138, 141) 10 Joystick (P29, 51, 75, 80, 81, 83, 115)
De joystick wordt op twee verschillende manieren gehanteerd: deze kan verplaatst worden in de op-, neer-, linker en rechter richtings om een handeling uit te voeren, of deze kan ingedrukt worden om te selecteren. In deze handleiding, wordt dit afgebeeld zoals afgebeeld in de figuur hieronder of beschreven met 3/4/2/1.
Voorbeeld: Wanneer de joystick verplaatst wordt naar 2 (links) Plaats uw vinger op de rechterkant van de joystick, en verplaats de joystick naar links.
De joystick recht indrukken.
of Verplaats 2
of Op drukken
- 8 -
Voor Gebr uik
CUST
M
21
19 20
22 2423
25
18
11 [OPNAME]/[AFSPELEN] keuzeschakelaar (P26) 12 LCD-monitor (P60, 193) 13 [EVF/LCD] Knop (P60) 14 [DISPLAY] knop (P60) 15 Wisknop (P58)/
Enkelvoudige of burstfunctie knop (P78) 16 [MENU/SET] knop (P24) 17 Cursorknoppen
2/ Zelfontspannerknop (P73)
4/ Functieknop (P31)
[OPNAME] Functiemenu toeschrijven aan 4 knop. Het is handig om [OPNAME] Functiemenu te registreren omdat het vaak gebruikt wordt. [OVERZICHT]/[GEVOELIGHEID]/[WITBALANS]/[MEETFUNCTIE]/[AF MODE]/ [I. EXPOSURE]
1/ Flitsinstelknop (P64)
3/ Belichtingscompensatie (P75)/
Auto bracket (P76)/Kleur-bracket (P77)/Flitswerking instellen (P67)
In deze handleiding, worden de cursorknoppen beschreven als afgebeeld in de figuur hieronder of beschreven met 3/4/2/1. bijv.: Wanneer u op de 4 (neer) knopdrukt
18 Stereomicrofoon (P109) 19 Zoomhendeltje (P52) 20 Ontspanknop (P43) 21 [FOCUS] knop (P45, 85, 139) 22 Instelknop (P39) 23 Toestel AAN/UIT (P24) 24 Stroomlamp (P39) 25 [AF/AF#/MF]-knop (P70, 83)
- 9 -
of
Druk op 4
Voor Gebr uik
26
27
28 29
30
31 32
33
26 Lusje voor schouderriem (P12)
Zorg ervoor de schouderriem te bevestigen
wanneer u het toestel gebruikt om ervoor te zorgen dat u deze niet zal laten vallen.
27 [HDMI] aansluiting (P174, 176) 28 [DC IN] aansluiting
Dit wordt gebruikt om een AC-adapter op aan te sluiten (optioneel).
Gebruik altijd een originele Panasonic
AC-adapter (optioneel).
Dit toestel kan de batterij niet opladen zelfs
wanneer de AC-adapter (optioneel) eraan verbonden is.
29 Klep op aansluiting
30 [DIGITAL/AV OUT] aansluiting (P172,
179, 181, 184)
31 Statiefbevestiging
Zet het statief goed vast als u het toestel erop bevestigt.
32 Kaart/Batterijklep (P20) 33 Objectiefcilinder (P192)
- 10 -
Voor Gebr uik

De lensdop/schouderriem vastmaken

Lensdop
Als u de camera uitzet, draagt of opnamen afspeelt, maakt u lensdop vast om de lens te beschermen.
Steek het riempje door de opening op de lensdop.
Steek hetzelfde riempje door de opening op de camera.
Bevestig de lensdop.
Maak de lensdop los voordat u de camera
aanzet om opnamen te maken.
Deze eenheid niet ophangen of
rondslingeren met het lensdopriempje bevestigd.
Verlies de lensdop niet.
- 11 -
Voor Gebr uik
Schouderriem
We raden aan de schouderriem te bevestigen wanneer u het toestel gebruikt om het vallen ervan tegen te gaan.
Steek de schouderriem door de opening in de ring van de schouderriem.
Steek de schouderriem door de stopgesp en maak de schouderriem vast.
A Trek de schouderriem 2 cm of meer aan.
Maak de schouderriem vast aan de andere kant van de
camera maar zonder de riem te verdraaien.
Controleer of de schouderriem goed vastzit aan het toestel.
Bevestig de schouderriem zo dat het “LUMIX” LOGO aan de
buitenkant zit.
- 12 -
Voor Gebr uik

De lensbescherming gebruiken

Bij fel zonlicht of fel achtergrondlicht zal de lensbescherming de effecten van lens flare en ghosting minimaliseren. De lensbescherming houdt overmatig licht tegen en zorgt voor een betere beeldkwaliteit.
Controleer dat het toestel uitstaat.
Sluit de flits.
De beschermingsadapter stevig vastmaken zodat deze helemaal in de objectiefcilinder zit.
De beschermingsadapter niet te strak
vastmaken.
Wanneer u de beschermingsadapter
bevestigt, extra goed opletten niet te kruisen. Wanneer u deze verwijdert, er niet in drukken anders kan die niet vrij losgeschroefd worden.
Zet de camera ondersteboven, lijn de markering op de lensbescherming uit met de markering A op de camera en bevestig dan de lensbescherming.
Controleer of de schroef half vast zit en
bevestig dan pas de bescherming.
Haal de schroef aan.
Haal de schroef niet te hard aan.
- 13 -
Voor Gebr uik
Het verwijderen van de beschermingsadapter
Verwijder de adapter voor de lensbescherming door
het onderste gedeelte vast te pakken.
Aantekening
U kunt de lensbescherming niet omgekeerd bevestigen.
Als u flitsopnamen maakt terwijl de lensbescherming op de camera zit, kan het onderste
gedeelte van de foto donker worden (vignetteneffect) en wordt de flits uitgeschakeld omdat deze bedekt wordt door de lensbescherming. Verwijder in dit geval de lensbescherming.
Als u de AF-lamp gebruikt voor donkere situaties, verwijder dan de lensbescherming.
Voor details over hoe u de MC-beveiliging, de ND-filter en de PL-filter te bevestigen, P192
raadplegen.
U kunt de conversielens niet bevestigen wanneer de beschermingsadapter erop zit. (P190)
- 14 -

Voorbereiding

Voorbereiding

Opladen van de Batterij

Over batterijen die u voor dit toestel kunt gebruiken
Gebleken is dat op sommige markten namaakbatterijpakken te koop worden aangeboden die veel op de echte producten lijken. Sommige van deze batterijpakken zijn niet veilig genoeg om te voldoen aan de toepasselijke veiligheidsnormen. Deze batterijpakken kunnen brand of een explosie veroorzaken. Wij wijzen u erop dat wij niet aansprakelijk zijn voor ongevallen of storingen als gevolg van het gebruik van een namaakbatterijpak. Om het gebruik van veilige producten te garanderen, raden wij aan een echt Panasonic-batterijpak te gebruiken.
Gebruik hiervoor de oplader. De kwaliteit, prestatie en veiligheid van batterijen gemaakt door derden die verschillen van die, die als origineel beschouwd worden, hebben geen garantie.
De batterij wordt niet opgeladen voor de verzending. Laad dus de batterij eerst op.
Laad de batterij op met de oplader.
Laad de batterij op bij in een temperatuur tussen 10 oC en 35 oC. (Dit moet ook de temperatuur
van de batterij zelf zijn.)
Steek de batterij in de goede richting.
- 15 -
Voorbereiding
Verbind de oplader aan de elektrische uitlaat.
De AC-kabel gaat niet helemaal in de
AC-aansluiting. Er blijft een stukje over zoals op de afbeelding rechts.
Het laden start als het lampje
[CHARGE] A groen oplicht.
Het laden is voltooid wanneer het
lampje [CHARGE] A uitgaat.
Maak de batterij los als deze opgeladen is.
plug-in-type
90°
inlaattype
- 16 -
Voorbereiding
Opladen
Oplaadtijd Ongeveer 120 min.
De aangegeven oplaadtijd is voor wanneer de batterij geheel leeg is geraakt. De
oplaadtijd kan variëren afhankelijk van hoe de batterij gebruikt is. De oplaadtijd voor de batterij in hete/koude omgevingen of een batterij die lange tijd niet gebruikt is zou langer kunnen zijn dan anders.
Wanneer het opladen met succes voltooid is, gaat de [CHARGE] indicator uit. Oplaadtijd en aantal mogelijke beelden met het optionele batterijpakket zijn dezelfde als hierboven.
Als het [CHARGE] lampje knippert
De batterijtemperatuur is te hoog of te laag. Gelieve de batterij opnieuw opladen in een omgeving waar de temperatuur tussen 10 oC en 35 oC ligt.
De batterij is lange tijd niet gebruikt (en is helemaal leeg). De [CHARGE] indicator zal branden
na en korte tijd en de batterij zal gewoon opladen. Laat de batterij gewoon opladen.
De polen op de lader of op de batterij zijn vuil. Wrijf ze in dit geval schoon met een droge doek.
Batterijaanduiding
De batterijaanduiding verschijnt op de LCD-monitor/Zoeker. [Deze verschijnt niet wanneer u de camera gebruikt met de AC-adapter (optioneel).]
De aanduiding wordt rood en knippert als de resterende batterijstroom op is. (De stroomlamp
knippert ook) Laad de batterij op of vervang deze met een geheel opgeladen batterij.
Aantekening
Als u hebt opgeladen, trekt u de stekker uit het stopcontact.
De batterij kan warm worden na gebruik, tijdens het opladen, onmiddellijk na het opladen, enz.
Het toestel wordt tevens warm tijdens het gebruik. Dit is geen storing.
De batterij zal leeg raken als deze gedurende lange tijd niet gebruikt wordt nadat deze
opgeladen is.
De batterij kan opnieuw geladen worden wanneer deze nog enigszins opgeladen is, maar het
wordt niet aangeraden dat de batterijlading vaak aangevuld wordt terwijl de batterij nog helemaal opgeladen is. (Aangezien het kenmerkende zwellen plaats zou kunnen vinden.)
Laat geen metalen voorwerpen (zoals clips) in de buurt van de contactzones van de
stroomplug. Anders zou er een brand- en/of elektrische shock veroorzaakt kunnen worden door kortsluiting of de eruit voortkomende hitte.
- 17 -
Voorbereiding

Uitvoertijd en aantal te maken beelden bij benadering

Maken van stilstaande beelden (Wanneer u de LCD monitor/Viewfinder gebruikt)
Aantal beelden Ongeveer 470 opnamen
Opnametijd Ongeveer 235 min.
Opnamevoorwaarden volgens CIPA-standaard
CIPA is een afkorting van [Camera & Imaging Products Association].
Temperatuur: 23 oC/Vochtigheid: 50% wanneer de LCD-monitor aan staat.
Met een Panasonic SD-geheugenkaart (32 MB).
De geleverde batterij gebruiken.
Opnemen begint 30 seconden nadat de fotocamera aangezet is. (Als de optische
beeldstabilisator ingesteld is op [AUTO].)
Om de 30 seconden opnemen, met volle flits om het tweede beeld.
Het zoomhendeltje van Tele naar Breed of andersom zetten bij elke opname.
Het toestel om de 10 opnamen uitzetten. Het toestel niet gebruiken totdat de batterijen
afgekoeld zijn.
Het aantal opnamen verschilt afhankelijk van de pauzetijd tussen de opnamen. Als de pauzetijd tussen de opnamen langer wordt, neemt het aantal opnamen af. [bijv. Als u om de 2 minuten opnamen maakt, neemt het aantal mogelijke opnamen af tot ongeveer 117.]
(Met CIPA-standaard in programma-AE-functie)
- 18 -
Voorbereiding
Afspeeltijd (Wanneer u de LCD-monitor/Viewfinder gebruikt)
Ter ug sp eel ti jd Ongeveer 480 min.
Aantekening
De uitvoertijden en aantal te maken beelden zullen verschillen afhankelijk van de omgeving en de gebruiksaanwijzing.
In de volgende gevallen worden de gebruikstijden bijvoorbeeld korter en wordt het aantal te maken beelden verminderd.
In omgevingen met lage temperatuur, zoals skihellingen.Wanneer u [AUTO POWER LCD] of [SPANNING LCD] (P31) gebruikt.Wanneer operaties zoals flits en zoom herhaaldelijk gebruikt worden.
Wanneer de bedrijfstijd van de camera extreem kort wordt zelfs als de batterij goed opgeladen
is, zou de levensduur van de batterij aan zijn eind kunnen zijn. Koop een nieuwe batterij.
- 19 -
Voorbereiding

Een kaart of batterij in het toestel doen

Controleer of het toestel uit staat.
Sluit de flits.
We raden een kaart van Panasonic aan.
Schuif de kaart/batterijklep om deze te openen.
Altijd echte Panasonic batterijen gebruiken.
Als u andere batterijen gebruikt, garanderen wij de
kwaliteit van dit product niet.
Batterij: Doe deze er in totdat deze vergrendeld wordt door de hendel A terwijl u op de richting let waarin u deze zet. Zet het hendeltje A in de richting van de pijl om de batterij te verwijderen.
Kaart: Druk deze helemaal door totdat deze klikt en let op de richting waarin u deze erin doet. Om de kaart te verwijderen, de kaart helemaal doorduwen totdat deze klikt, trek deze er vervolgens rechtop uit.
B: De verbindingsuiteinden van de kaart
niet aanraken.
De kaart kan beschadigd worden als deze niet goed in het toestel zit.
B
- 20 -
Voorbereiding
1:Sluit de kaart/batterijklep. 2:Schuif de kaart/batterijklep naar het
eind en sluit deze stevig.
Als u de kaart/batterijklep niet helemaal kunt
sluiten, haalt u de kaart eruit en steekt u deze er weer in.
Aantekening
Verwijder de batterij na gebruik.
De batterij niet verwijderen terwijl de stroom aan is aangezien de instellingen op het toestel niet
goed opgeslagen zouden kunnen worden.
De geleverde batterij is alleen bedoeld voor dit toestel. Gebruik de batterij niet voor andere
apparatuur.
Voordat u de kaart of batterij eruit haalt, het toestel uitzetten en wachten totdat de stroomlamp
helemaal uitgegaan is. (Anders zou dit apparaat niet meer normaal kunnen werken en zou de kaart zelf beschadigd kunnen worden of zouden de beelden verloren kunnen gaan.)
- 21 -
Voorbereiding

Over het ingebouwde geheugen/de kaart

De volgende operaties kunnen uitgevoerd worden m.b.v. dit apparaat.
Wanneer er geen kaart inzit: Kunnen beelden opgenomen worden in het ingebouwde geheugen en teruggespeeld worden.
Wanneer er wel een kaart inzit: Kunnen beelden opgenomen
worden op de kaart en teruggespeeld worden.
Als u het ingebouwde geheugen gebruikt
k
>ð (toegangsaanduiding
Als u de kaart gebruikt
(toegangaanduiding
¢ De kaartaanduiding wordt rood als er beelden met het ingebouwde geheugen (of de kaart)
worden gemaakt.
U Kunt de opgenomen beelden naar een kaart kopiëren. (P171)
Geheugengrootte: Ongeveer 40 MB
Op te nemen bewegende beelden: Alleen QVGA (320k240 pixels)
Het ingebouwde geheugen kan worden gebruikt als tijdelijke opslagruimte als de kaart vol
raakt.
De toegangstijd voor het ingebouwde geheugen kan langer zijn dan de toegangstijd voor een
kaart.
¢
)
¢
)
Ingebouwd geheugen
- 22 -
Voorbereiding
2
A
Kaart
De volgende soorten kaarten kunnen met dit apparaat gebruikt worden. (Deze kaarten worden aangeduid als kaart in de tekst.)
Soort kaart Eigenschappen
SD-geheugenkaart (8 MB tot 2 GB)
(Geformatteerd m.b.v. het FAT12 of FAT16 formaat in overeenstemming met de SD-standaard)
SDHC-geheugenkaart (4 GB tot
¢
32 GB)
(Geformatteerd m.b.v. het FAT32 formaat in overeenstemming met de SD-standaard)
¢ De SDHC-geheugenkaart is een geheugenkaartstandaard die bepaald is door de
SD-associatie in 2006 voor hoog vermogen-geheugenkaarten die meer dan 2 GB kunnen bevatten.
¢ U kunt een SDHC-geheugenkaart gebruiken in toestellen die compatibel zijn met
SDHC-geheugenkaarten maar u kunt geen SDHC-geheugenkaart gebruiken in toestellen die alleen compatibel zijn met SD-geheugenkaarten. (Lees altijd de gebruiksaanwijzing voordat u het toestel gebruikt.)
Snelle opname en grote schrijfsnelheid
Schrijfbescherming-schakelaar A
voorzien (Wanneer deze schakelaar op de [LOCK] positie staat, is er geen verdere gegevens schrijven, wissen of formattering mogelijk. Het vermogen gegevens te schrijven, te wissen en te formatteren wordt hersteld wanneer de schakelaar teruggezet wordt naar zijn originele positie.)
U kunt alleen kaarten gebruiken met SDHC-logo (die overeenstemming aangeeft met
SD-standaard) als u kaarten gebruikt met 4 GB of groter vermogen.
Het wordt aangeraden een kaart te gebruiken met SD-snelheidsklasse
hoger wanneer u bewegende beelden opneemt.
¢ SD-snelheidsklasse is de snelheidstandaard m.b.t. continu schrijven.
¢
met “Klasse 6” of
Gelieve deze informatie op de volgende website bevestigen.
http://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/
(Deze site is alleen in het Engels.)
Aantekening
Zet dit apparaat niet uit, verwijder de batterijen of de kaart niet en koppel de AC-adapter
(optioneel) niet los wanneer de toegangsindicatie brandt [waneer er beelden geschreven, gelezen of gewist worden of het ingebouwde geheugen of de kaart geformatteerd (P37)] worden. Verder het toestel niet blootstellen aan vibratie, stoten of statische elektriciteit. De kaart of de gegevens op de kaart zouden beschadigd kunnen worden en dit apparaat zou niet langer normaal kunnen werken. Als de operatie faalt wegens vibratie, stoten of statische elektriciteit, de operatie opnieuw uitvoeren.
De gegevens op het ingebouwde geheugen of de kaart kunnen beschadigd raken of verloren
gaan door elektromagnetische golven of statische elektriciteit of omdat het toestel of de kaart stuk is. We raden aan belangrijke gegevens op een PC enz. op te slaan.
Formatteer de kaart niet op de PC of andere apparatuur. Formatteer de kaart alleen op het
toestel zelf zodat er niets kan mislopen. (P37)
Houd de geheugenkaarten buiten het bereik van kinderen om te voorkomen dat ze de kaart
inslikken.
- 23 -
Voorbereiding

De datum en de tijd instellen (Klokinstelling)

De klok is niet ingesteld wanneer het toestel vervoerd wordt.
Zet het toestel aan.
A [MENU/SET] knop B Cursorknoppen
Als het taalselectiescherm niet wordt afgebeeld,
overgaan op stap
Op [MENU/SET] drukken.
Druk op 3/4 om de taal te kiezen en dan op [MENU/SET].
Het [AUB KLOK INSTELLEN] bericht verschijnt. (Dit bericht verschijnt niet in
[AFSPELEN] functie.)
Op [MENU/SET] drukken.
4.
- 24 -
Voorbereiding
: :
Op 2/1 drukken om de items (jaar, maand, dag, uur, minuut, displayvolgorde afbeelden of formaat tijddisplay) te selecteren en dan op 3/4 drukken om in te stellen.
A: De tijd in uw woongebied B: De tijd in uw reisbestemmingsgebied (P127)
: Annuleren zonder de klok in te stellen.
Selecteer ofwel [24 UURS] of [AM/PM] voor het formaat van de tijddisplay.
AM/PM wordt afgebeeld wanneer [AM/PM] geselecteerd is.
Wanneer [AM/PM] geselecteerd is als het formaat van de tijddisplay, wordt middernacht
afgebeeld als AM 12:00 en wordt twaalf uur ’s middags afgebeeld als PM 12:00. Dit displayformaat wordt veel gebruikt in de VS en elders.
Op [MENU/SET] drukken om in te stellen.
Na het voltooien van de klokinstellingen, het toestel uitzetten. Zet het toestel vervolgens
weer aan, schakel naar opnamefunctie, en controleer dat de display de instellingen weergeeft die uitgevoerd zijn.
Wanneer [MENU/SET] ingedrukt is om de instellingen te voltooien zonder dat de klok
ingesteld moet worden, de klok correct instellen door de klokinstelling
procedure hieronder te volgen.
Het veranderen van de

Het veranderen van de klokinstelling

Selecteer [KLOKINST.] in het [OPNAME] of [SET-UP] menu, en druk op 1. (P27)
Deze kan veranderd worden in stappen 5 en 6 om de klok in te stellen.
Wanneer er een opgeladen batterij ingedaan is voor 24 uur, wordt de klokinstelling
gedurende 3 maanden behouden m.b.v. de ingebouwde klokbatterij zelfs zonder dat de batterij erin wordt gelaten.
Aantekening
De klok wordt afgebeeld wanneer [DISPLAY] verschillende keren ingedrukt wordt tijdens
opname.
U kunt het jaar instellen van 2000 tot 2099.
Als de klok niet is ingesteld, wordt niet de juiste datum afgedrukt als u de datumafdruk op de
beelden instelt met [TEKST AFDR.] (P160) of de beelden laat afdrukken door een fotograaf.
Als de klok wel is ingesteld, kan de juiste datum worden afgedrukt, zelfs als de datum niet op
het scherm van de camera wordt weergegeven.
- 25 -
Voorbereiding

Menu instellen

Deze camera biedt u menuselecties die u de mogelijkheid geven de werking ervan af te stellen om het maken van beelden optimaal voor u te maken. In het bijzonder, bevat het [SET-UP] menu belangrijke instellingen met betrekking tot de klok en de stroom van het toestel. Controleer de instellingen van dit menu voordat u overgaat tot het gebruik van het toestel.
A [OPNAME]/[AFSPELEN] keuzeschakelaar
[MODE] Afspeelfunctiemenu
(P57, 151 tot 155)
Dit menu laat u de
instelling selecteren van de afspeelmethodes zoals afspelen of diavoorstelling van alleen de beelden die ingesteld zijn als [FAVORIETEN] .
( [AFSPELEN] functiemenu (P157 tot 171)
Dit menu laat u de
bescherming, bewerking of afdrukinstellingen, enz. van gemaakte beelden maken.
! [OPNAME] functiemenu (P129 tot 148)
Dit menu lat u de
kleuring, gevoeligheid, aspectratio, aantal pixels en andere aspecten instellen van de beelden die u aan het opnemen bent.
[BEWEGEND BEELD] functiemenu
(P149 tot P150)
Dit menu laat u de
[OPNAMEFUNCTIE], [OPN. KWALITEIT] en andere aspecten voor bewegend beeldopname instellen.
[SET-UP] menu (P30 tot 38)
Dit menu laat u de klokinstellingen uitvoeren, de werkingspieptoon
selecteren en anderen instellingen instellen die het gemakkelijker voor u maken om het toestel te hanteren.
Het [SET-UP] menu kan ingesteld worden vanaf de
[OPNAMEFUNCTIE] of [AFSPEELFUNCTIE] stand.
- 26 -
Voorbereiding
Aantekening
Afhankelijk van de specificaties van het toestel, zou het niet mogelijk kunnen zijn bepaalde functies in te stellen of zouden sommige functies niet kunnen werken onder bepaalde omstandigheden waarin het toestel gebruikt wordt.

Menuonderdelen instellen

Deze sectie beschrijft hoe de instellingen van programma-AE-functie te selecteren en dezelfde instelling gebruikt kan worden voor het [AFSPELEN] menu en ook het [SET-UP] menu. Voorbeeld: Instelling [AF MODE] vanaf [Ø] tot [š] in de programma-AE-functie
3/4/2/1 in de stappen kunnen ook gehanteerd worden met de joystick.
Zet het toestel aan.
A [MENU/SET] knop B [OPNAME]/[AFSPELEN] keuzeschakelaar C Instelknop
Schuif de [OPNAME]/[AFSPELEN] keuzeschakelaar naar [!].
Wanneer u de [AFSPELEN]
functiemenu-instellingen selecteert, de [OPNAME]/ [AFSPELEN] keuzeschakelaar naar [(] zetten en verdergaan naar stap
4.
Stel de functieknop in op [ ].
Druk op [MENU/SET] om het menu af te beelden.
U kunt ook naar de menuschermen overschakelen in
een menu-onderdeel door het zoomhendeltje te verplaatsen.
- 27 -
Voorbereiding
Overschakelen naar het [SET-UP] menu
1 Op 2 drukken.
2 Druk op 4 om het [SET-UP]
menupictogram [ ] te kiezen.
3 Op 1 drukken.
Selecteer een menu-item erna en stel het in.
Op 3/4 drukken om [AF MODE] te kiezen.
Selecteer het item helemaal onderaan en druk op 4
om naar het tweede scherm te gaan.
Op 1 drukken.
Afhankelijk van het item, zou de instelling ervan niet
kunnen verschijnen of zou het op een andere wijze afgebeeld kunnen worden.
Op 3/4 drukken om [š] te kiezen.
Op [MENU/SET] drukken om in te stellen.
Op [MENU/SET] drukken om het menu te sluiten.
- 28 -
Voorbereiding
A

Gebruik van het snelle menu

M.b.v. het snelle menu, kunnen sommige menu-instellingen gemakkelijk gevonden worden.
Sommige menu-items kunnen niet ingesteld worden door de functies.
Druk op de joystick en houdt deze naar beneden in opnamefunctie totdat [Q.MENU] afgebeeld wordt
Druk op 3/4/2/1 om het menuonderdeel te kiezen en de instelling en druk dan op [MENU/SET] om het menu te sluiten.
A De in te stellen items en de instellingen worden
afgebeeld.
U kunt de volgende items in detail instellen door op [DISPLAY] te drukken.
[WITBALANS] (P133)/[AF MODE] (P136)/[STABILISATIE] (P145)
- 29 -
Voorbereiding
1
3
Voer deze instellingen uit indien nodig.

Over het set-up Menu

[KLOKINST.], [BESPARING] en [AUTO REVIEW] zijn belangrijke items. Controleer de instellingen ervan voordat u ze gebruikt.
In de Intelligente automatische functie, kunnen alleen [KLOKINST.], [WERELDTIJD], [TOON], [TAAL] en [O.I.S. DEMO] (P38) ingesteld worden.
Voor details over hoe de [SET-UP] menu-instellingen geselecteerd moeten worden,
P27 raadplegen.
U [KLOKINST.] De datum en de tijd instellen.
Raadpleeg P24 voor details.
De tijd in uw woongebied en reisbestemming instellen.
[WERELDTIJD]
Raadpleeg P127 voor details.
[REISDATUM]
Raadpleeg P124 voor details.
r [TOON]
[BESTEMMING]:
U reisbestemming
[HOME]:
Uw woongebied
De vertrekdatum en terugkeerdatum van uw reis instellen.
[REIS-SETUP] [OFF]/[SET]
[LOCATIE] [OFF]/[SET]
Hiermee stelt u de pieptoon en sluitertoon in.
r [TOONNIVEAU]: [s] (Geluid uit) [t] (Laag) [u] (Hoge)
[PIEPTOON]:
2 3
[]/[]/[]
[SHUTTER VOL.]: [ ] (Geluid uit) [ ] (Laag) [] (Hoge)
[SHUTTER TOON]:
1 2
[]/[]/[]
- 30 -
Loading...
+ 189 hidden pages