Olivetti OFX180 User Manual [nl]

Page 1
OFX 180
GEBRUIKSAANWIJZING
Page 2
PUBLICATIE UITGEGEVEN DOOR:
Samenstelling:
Olivetti I-Jet S.p.A. Località Le Vieux 11020 ARNAD (Italy)
Olivetti Tecnost, S.p.A. Direzione @ Home/Office Via Jervis, 77 - 10015 IVREA (Italy)
Copyright © 2003, Olivetti Alle rechten voorbehouden
De fabrikant behoudt zich het recht voor om zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen aan het in deze handleiding beschreven product aan te brengen.
Dit apparaat is goedgekeurd volgens de beschikking van de Raad 98/482/EG voor pan-Europese aansluiting van enkelvoudige eindapparatuur op het openbare geschakelde telefoonnetwerk (PSTN). Gezien de verschillen tussen de individuele netwerken in de verschillende landen, biedt deze goedkeuring op zichzelf geen onvoorwaardelijke garantie voor een succesvolle werking op elk PSTN-netwerkaansluitpunt. Neem bij problemen in eerste instantie contact op met de leverancier van het apparaat.
De fabrikant verklaart onder eigen verantwoordelijkheid dat dit product in overeenstemming is met hetgeen bepaald door de richtlijn 1999/05/CE. De overeenstemming wordt aangegeven door het aanbrengen van het merk
op het product.
Verklaring van netwerkcompatibiliteit
Hierbij wordt verklaard dat het product geschikt is voor invoeging in alle netwerken van de EU-landen, Zwitserland en Noorwegen. De volledige netwerkcompatibiliteit in elk land kan afhankelijk zijn van specifieke nationale softwareparameters die overeenkomstig ingesteld moeten worden. Neem in geval van problemen met betrekking tot de aansluiting op andere dan EC PSTN netwerken contact op met het technische servicecentrum in uw land.
Gelieve rekening te houden met het feit dat in de volgende omstandigheden bovengenoemde conformiteit evenals de productkenmerken niet meer gegarandeerd zijn:
verkeerde elektrische stroomvoorziening;
verkeerde installatie; verkeerd of onheus gebruik of in ieder geval gebruik waarbij geen rekening wordt gehou­den met de aanwijzingen in de bij het product geleverde handleiding;
vervanging van originele componenten of accessoires door een ander type dat niet goedgekeurd is door de constructeur, of uitgevoerd door onbevoegd personeel.
Het stopcontact moet dicht in de buurt van het toestel geïnstalleerd zijn en makkelijk bereikbaar zijn. Om de elektrische voeding van het toestel uit te schakelen, moet u de stekker uit het stopcontact trekken.
Page 3
V
OOR HET GEBRUIK
E
ERSTE
I
NHOUDSOPGAVE
D
EEL
I
M
ETEEN AAN DE SLAG
V
OVER HET RAADPLEGEN VAN DE HANDLEIDING...................... I
AANBEVELINGEN VOOR HET GEBRUIK ...................................... I
AANBEVELINGEN VOOR DE INSTALLATIE .................................. I
OVER INSTALLATIE- EN INSTELLINGSPARAMETERS ................ I
INHOUD VAN DE VERPAKKING .................................................... I
K
ENNISMAKING MET HET FAXTOESTEL
BEDIENINGSPANEEL ................................................................... II
COMPONENTEN ......................................................................... IV
II
INSTALLATIEOMGEVING V
AANSLUITING OP HET TELEFOONNET EN OP HET VOEDINGSNET V
INSTELLING VAN ENKELE PARAMETERS (ONMISBAAR
VOOR DE CORRECTE WERKING VAN HET FAXTOESTEL) VI
DE TAAL EN HET BESTEMMINGSLAND INSTELLEN ................ VI
DATUM EN TIJD INSTELLEN ..................................................... VII
VOORBEREIDING VOOR HET GEBRUIK VIII
VERZENDEN X
EEN DOCUMENT VERZENDEN ................................................... X
KIESTONEN HOREN BIJ HET VERZENDEN .............................. XI
TELEFOONHOORN OPNEMEN BIJ HET VERZENDEN .............. XI
ONTVANGEN XII
MANUELE ONTVANGST............................................................. XII
AUTOMATISCHE ONTVANGST .................................................. XII
ONTVANGST IN DE MODUS “TELEFOON/FAX” ........................ XII
GEBRUIK VAN DE TELEFOON XIII
KOPIËREN XIII
EEN OF MEER KOPIEËN MAKEN ............................................. XIII
i
Page 4
I
NHOUDSOPGAVE
T
WEEDE
D
EEL
INSTALLATIE 1
AANSLUITEN OP HET TELEFOONNET ....................................... 1
DE TELEFOONHOORN AANSLUITEN ......................................... 3
AANSLUITEN OP HET STROOMNET .......................................... 3
PAPIER LADEN ............................................................................. 3
PRINTKOP INSTALLEREN ........................................................... 4
AANWIJZINGEN M.B.T. DE PRINTKOPPEN ................................. 4
DATUM EN TIJD WIJZIGEN .......................................................... 5
NU ONTBREKEN UW NAAM EN FAXNUMMER NOG .................. 5
CONFIGURATIE VOOR DE KENMERKEN VAN
DE TELEFOONLIJN ...................................................................... 6
BASISFUNCTIES VOOR VERZENDEN EN ONTVANGEN 7
VERZENDEN ................................................................................ 7
ONTVANGEN .............................................................................. 10
ONE-TOUCH-TOETSEN EN SNELKIESCODES
PROGRAMMEREN ..................................................................... 11
RAPPORTEN EN LIJSTEN AFDRUKKEN ................................... 13
HET FAXTOESTEL ALS EEN TELEFOON GEBRUIKEN 16
ONDERHOUD 28
PRINTKOP VERVANGEN............................................................ 28
REINIGINGSPROCEDURE VOOR DE PRINTKOP
EN TESTPROCEDURE VOOR DE SPUITMONDEN ................... 28
ELEKTRISCHE CONTACTEN VAN DE PRINTKOP REINIGEN .. 29
SPUITMONDEN VAN DE PRINTKOP REINIGEN ....................... 29
REINIGINGSLINT VAN DE PRINTKOP SCHOONMAKEN .......... 29
OPTISCHE SCANNER REINIGEN .............................................. 30
BEHUIZING REINIGEN ............................................................... 30
VASTGELOPEN DOCUMENTEN EN PAPIER VERWIJDEREN ... 30
TECHNISCHE GEGEVENS 31
INDEX 32
OPBELLEN VIA DE ONE-TOUCH-TOETSEN ............................. 16
OPBELLEN VIA DE SNELKIESCODES ....................................... 16
OPBELLEN DOOR ZOEKEN IN HET ADRESBOEK .................... 16
HET FAXTOESTEL ALS EEN KOPIEERAPPARAAT GEBRUIKEN 17
WELKE DOCUMENTEN KUNT U KOPIËREN ............................. 17
KOPIËREN .................................................................................. 17
ZO MAAKT U EEN KOPIE VAN UITSTEKENDE KWALITEIT ...... 17
GEAVANCEERD GEBRUIK 18
OVERIGE NUTTIGE INSTELLINGEN VOOR ONTVANGST ........ 18
OVERIGE NUTTIGE INSTELLINGEN VOOR VERZENDING ...... 21
VERZENDEN/ONTVANGEN VAN EEN DOCUMENT D.M.V.
DE POLLINGFUNCTIE ................................................................ 22
PROBLEMEN OPLOSSEN 24
WANNEER DE STROOM UITVALT ............................................. 24
WANNEER HET PAPIER OF DE INKT OPRAAKT ...................... 24
WANNEER DE VERZENDING MISLUKT .................................... 24
KLEINE PROBLEMEN OPLOSSEN ............................................. 24
FOUTCODES .............................................................................. 25
SIGNALEN EN BERICHTEN ....................................................... 26
ii
Page 5
O
VER HET RAADPLEGEN VAN DE HANDLEIDING
O
VER INSTALLATIE- EN
V
OOR HET GEBRUIK
De handleiding is bij uitzondering in twee delen onderverdeeld: in
INSTELLINGSPARAMETERS
het eerste deel "Kennismaking met het faxtoestel" en "Meteen aan de slag" vindt u een beknopte beschrijving van het faxapparaat, zodat u het direct kunt installeren en gebruiken, zij het met een
minimum van zijn mogelijkheden. Na deze eerste fase, kunt u het tweede deel van de handleiding raadplegen. Dit biedt u een diepgaander overzicht van het
faxapparaat en van zijn talrijke functies.
A
ANBEVELINGEN VOOR HET GEBRUIK
Probeer nooit het faxtoestel zelf te repareren of aan te passen
indien u daarvoor geen speciale opleiding hebt genoten; wan­neer u de behuizing verwijdert, riskeert u een elektrische schok of andere verwondingen. Neem dus geen risico’s en roep er een gekwalificeerde onderhoudstechnicus bij.
Wanneer u het toestel langere tijd niet gebruikt, trek dan de stekker uit het stopcontact om schade door eventuele storingen of spanningsstoten te voorkomen.
In geval van onweer wordt aangeraden het apparaat zowel van het stopcontact als van de telefoonlijn af te koppelen om mogelijke beschadiging ervan te voorkomen.
In geval van spanningsval of stroomonderbreking kunt u geen
telefoonoproepen maken of ontvangen, omdat het toetsenbord wordt uitgeschakeld. Wanneer het echter absoluut noodzakelijk is in deze omstandig­heden een telefoonoproep uit te voeren, moet u een noodtelefoon van een goedgekeurd type gebruiken die u direct op het faxtoestel kunt aansluiten.
Op nationaal vlak kunnen de standaard waarden voor elke installa­tie- en instellingsparameter variëren naargelang de vereisten of de specifieke behoeften van de gebruiker. Daarom zijn deze instellingen niet altijd identiek aan de instellingen die in de handleiding zijn ver­meld. We raden u dan ook aan ze af te drukken voordat u wijzigingen aanbrengt.
I
Behalve het faxtoestel en deze handleiding vindt u het volgende in de verpakking:
Telefoonsnoer.
Telefoonstekker (indien voorzien).
Verpakking met een eerste monochromatische printkop in dotatie
Telefoonhoorn.
Papiersteun.
Masker met aanduidingen in de landstaal voor het middengedeelte
Lijst van de servicecentra van Olivetti (Olivetti Customer Ser-
NHOUD VAN DE VERPAKKING
(niet navulbaar).
van het bedieningspaneel.
vice).
A
ANBEVELINGEN VOOR DE INSTALLATIE
Plaats het faxtoestel op een vlakke en stabiele ondergrond, vrij
van trillingen, zodat het niet kan vallen; een val zou u of anderen kunnen verwonden en het toestel kunnen beschadigen.
Houd het toestel uit de buurt van water, damp, en hevige warmte­bronnen. Plaats het niet in een stoffige omgeving en stel het ook niet bloot aan rechtstreeks zonlicht.
Plaats het toestel op een veilige afstand van elektrische of elektro­nische apparaten zoals radio’s, TV’s e.d., die storingen kunnen veroorzaken.
Omring het toestel niet met boeken, documenten of voorwerpen die de ventilatieruimte beperken. De ideale omgevings­voorwaarden zijn temperaturen tussen de 5° en 35°C en een relatieve vochtigheid tussen de 15% en 85%.
Laat voldoende ruimte vrij voor de uitvoeropening aan de voor­zijde voor de originele en ontvangen of gekopieerde documen­ten, zodat deze niet op de vloer vallen.
I
Page 6
K
ENNISMAKING MET HET FAXTOESTEL
B
EDIENINGSPANEEL
R
EDUCTIE-TOETS
Verkleint of vergroot de te kopiëren documenten (alleen met het document in de ADF).
R
ESOLUTIE-TOETS
Past de resolutie aan van de te kopiëren documenten (al­leen met het document in de ADF).
C
ONTRAST-TOETS
Past het contrast aan van de te kopiëren documenten (alleen met het document in de ADF).
K
OPIEER-TOETS
Starten van het kopiëren (alleen met het document in de ADF).
F
OUTEN-LED
Signaleert een storing tijdens ver­zending of ontvangst.
F
UNCTIETOETS
Geeft toegang tot de programmeermodus. Selecteert menu’s en sub­menu’s.
R
ECALL-TOETS
Met de hoorn van de haak, om toegang te krijgen tot de speciale functies die het telefoonbedrijf biedt, algemeen bekend als REGISTER RECALL (R-functie).
RX MODE
S. DIAL
CLEAR
N
UMERIEKE TOETSEN
RESOL.
LAST TX
PAUSE
CONTR.
EXTERNAL
Vormen van het fax- of telefoonnummer. Automatisch selecteren, bij langer dan een seconde ingedrukt houden, van het er­aan toegewezen telefoon- of faxnummer (nadat dit geprogrammeerd is) (‘one-touch’ kiesfunctie). Instellen van numerieke gegevens. Selecteren van cijfers en alfanumerieke tekens tijdens het instellen van nummers en namen.
Zenden bij toonkiesmodus een toon in de lijn voor speciale tele­foondiensten. Voor het selecteren van de "vo­rige" en "volgende" speciale te­kens en symbolen tijdens het instellen van namen.
Alleen
: vormt de
afstandsbedieningscodes. Tijdelijke omschakeling van de kiesmodus, voor of na het vor­men van het telefoon- of faxnummer, van puls naar toon.
II
Page 7
B
EDIENINGSPANEEL
K
ENNISMAKING MET HET FAXTOESTEL
S
TOP-TOETS
Voert een document uit de ADF uit. Schakelt de LED "
" uit.
Plaatst het faxtoestel opnieuw in de standby-modus. Onderbreekt het programmeren, een verzending, een ontvangst of het ko­piëren.
S
TART-TOETS
Start de ontvangst van een document. Start de verzending van het document nadat het faxnummer is gevormd (alleen met het document in de ADF). Bevestigt de selectie van menu’s en submenu’s, parameters en betreffende waarden en gaat over naar de vol­gende procedure.
L
IJN-TOETS
Hiermee kan men de lijn nemen: komt overeen met het opnemen van de hoorn.
T
OETS RX MODE/HOLD
Selecteert de diverse ontvangst­methoden.
king van de verbinding tijdens een telefoongesprek.
RX MODE
S. DIAL
CLEAR
RESOL.
LAST TX
PAUSE
T
OETS LAST TX/PAUSE
CONTR.
EXTERNAL
Bij tweemaal indruk­ken, opnieuw vormen van het laatst gekozen faxnummer (alleen met het document in de ADF) of het laatste telefoonnum­mer. Last een pauze in tijdens het direct vormen van het telefoon- of faxnummer.
Voor tijdelijke onderbre-
T
OETS CONTRAST
Stemt het contrast af op de te verzenden docu­menten (alleen met het document in de ADF). Voor selecteren van de "volgende" waarden van een parameter. Voor verplaatsen van de cursor naar "rechts" tijdens het instellen van nummers en namen. Voor het "verhogen" van het luidsprekervolume
na drukken op de toets
T
OETS RESOLUTION
.
Stemt de resolutie af op de te verzenden docu­menten (alleen met het document in de ADF). Voor selecteren van de "vorige" waarden van een parameter. Voor verplaatsen van de cursor naar "links" tij­dens het instellen van nummers en namen. Voor het "verlagen" van het luidsprekervolume
na drukken op de toets
.
T
OETS SPEED DIAL/CLEAR
Gevolgd door twee numerieke toetsen (01-32) selecteert deze toets automatisch (na programmering) het eraan toegewe­zen telefoon- of faxnummer. Annuleert verkeerde instellingen.
T
OETS EXTERNAL
Met het faxtoestel aangesloten op een privé-centrale:
Wanneer deze toets wordt ingedrukt voordat het telefoon- of faxnummer wordt gevormd, heeft men toegang tot het openbare net.
III
Page 8
K
ENNISMAKING MET HET FAXTOESTEL
C
OMPONENTEN
In de figuur zijn de externe en interne onderdelen van het faxtoestel geïllustreerd.
P
APIERINVOER VOOR STANDAARD PAPIER
Afstelbaar op de vlgende papierformaten: A4, Letter, Legal. Maximumcapaciteit: 40 vel van 80 gr/m
A
ANSLUITBUSSEN
T
ELEFOONHOORN
(ASF)
2
.
V
ERLENGSTUK PAPIERSTEUN
P
APIERREGELHENDEL
P
APIERGELEIDERS
D
Weergave, op twee regels van elk 16 tekens: Datum en tijd, menu-items, fout­berichten, resolutie- en contrastwaarden.
ISPLAY
A
UTOMATISCHE INVOER VOOR TE VERZENDEN
EN
TE
KOPIËREN DOCUMENTEN
Maximumcapaciteit: 5 vel A4, Letter en Legal
1 vel A5
(ADF)
O
PTISCHE SCANNER
D
EKSEL PRINTKOPCOMPARTIMENT
L
UIDSPREKER
U
ITGANG VOOR ORIGINELE EN ONTVANGEN OF GEKOPIEERDE DOCUMENTEN
B
EDIENINGSPANEEL
T
YPEPLAATJE MACHINE
(
ZIE ONDERZIJDE
)
IV
P
RINTKOPCOMPARTIMENT
Page 9
M
ETEEN AAN DE SLAG
In dit gedeelte, zoals reeds gezegd, vindt u een basisbeschrijving van het faxtoestel, met de procedures voor het installeren en direct gebruiken van het faxtoestel, zij het met een minimum van zijn mogelijkheden. Voor een optimaal gebruik van het faxtoestel, kunt u de specifieke hoofdstukken raadplegen. Aangezien dit gedeelte zo is samengesteld dat het u geleidelijk en systematisch vertrouwd maakt met het faxtoestel, kunt u het beste de onderwerpen doornemen in de volgorde waarin zij hieronder worden behandeld.
INSTALLATIEOMGEVING
Plaats het faxtoestel op een stevige ondergrond. Zorg ervoor dat rond het apparaat voldoende ventilatieruimte vrij blijft. Houd het toestel op afstand van sterke warmtebronnen, van stoffige en vochtige plaatsen. Stel het ook niet bloot aan direct zonlicht.
AANSLUITING OP HET TELEFOONNET EN OP HET VOEDINGSNET
Het faxtoestel aansluiten op de telefoonlijn
BELANGRIJK
Het faxtoestel is ingesteld om te worden aangeslo­ten op het openbare telefoonnet. Indien u het op een privé-lijn wilt aansluiten en ook op een open­baar net wilt gebruiken, raadpleeg dan "Configura- tie voor de kenmerken van de telefoonlijn", in het hoofdstuk "Installatie".
De telefoonhoorn aansluiten
A B
V
Page 10
M
ETEEN AAN DE SLAG
Het faxtoestel op het voedingsnet aansluiten
BELANGRIJK
Alvorens het toestel aan te sluiten, het klemmetje verwij­deren waarmee de printerwagen is geblokkeerd door het
lipje omhoog te trekken (zie onderstaande figuur).
A
INSTELLING VA N ENKELE PARAMETERS
(
BELANGRIJK
De stekker van de voedingskabel kan van land tot land verschillen.
B
ONMISBAAR VOOR DE CORRECTE WERKING VAN HET FAXTOESTEL
)
Wanneer het faxtoestel eenmaal op het voedingsnet is aan­gesloten, voert het automatisch een korte test uit om te con­troleren of alle componenten correct werken, en daarna verschijnen op het display (bijna altijd in het engels) de volgende berichten.
Op de bovenste regel:
AUTOMATIC RX
En afwisselend op de onderste regel:
CHECK PRINT HEAD
SET DATE/TIME
BELANGRIJK
Om het faxtoestel in staat te stellen correct te werken, moet u uw taal en land instellen.
DE
TAAL EN HET BESTEMMINGSLAND
INSTELLEN
+ Op het display verschijnt de taal waarin de berichten wor-
den weergegeven. Bijvoorbeeld:
ENGLISH
/ Om de gewenste taal te selecteren. Bijvoorbeeld:
NEDERLANDS
Om de instelling te bevestigen. Op het display verschijnt
een bestemmingsland. Bijvoorbeeld:
EUROPA
/ Om het gewenste land te selecteren. Bijvoorbeeld:
HOLLAND
Indien uw land niet aanwezig is onder de op het display weergegeven landen, raadpleeg dan onderstaande tabel:
VI
Page 11
M
ETEEN AAN DE SLAG
LAND TE SELECTEREN LAND
Argentinië AMERICA LATINA
Australië NZL/AUSTRALIA België BELGIUM Brazilië BRASIL Chili AMERICA LATINA China CHINA Colombia AMERICA LATINA Denemarken DANMARK Duitsland DEUTSCHLAND Finland FINLAND Frankrijk FRANCE Griekenland INTERNATIONAL Hong Kong SINGAPORE India INDIA Israël ISRAEL Italië ITALIA Luxemburg BELGIUM Mexico AMERICA LATINA Nederland HOLLAND Nieuw Zeeland NZL/AUSTRALIA Norwegen NORGE Oostenrijk ÖSTERREICH Peru AMERICA LATINA Portugal PORTUGAL Rest van de wereld INTERNATIONAL Singapore SINGAPORE Spanje ESPAÑA Taiwan TAIWAN UK U.K. Uruguay AMERICA LATINA Venezuela AMERICA LATINA Zuid Afrika S. AFRICA Zweden SVERIGE Zwitserland SCHWEIZ
Om de instelling te bevestigen.
Op het display verschijnt:
DATUM / TIJD
Op het display verschijnt:
DATUM:DD/MM/JJ
/ Om een ander formaat te selecteren, drukt u op de toetsen
|/}
.
Op het display verschijnt:
UUR : 24 U
/ Om het andere formaat te selecteren (12 uur), drukt u op
Op het display verschijnt:
|/}
.
DD/MM/JJ UU:MM
25-07-03 11:23
/ Voer de juiste datum en tijd in (bijv. 26-07-03; 12:00). Tel-
kens wanneer u een cijfer invoert gaat de cursor naar het volgende teken.
DD/MM/JJ UU:MM
26-07-03 12:00
/ Indien u slechts bepaalde cijfers wilt wijzigen, verplaatst u
de cursor naar de gewenste positie d.m.v. de toetsen |/ en overschrijft u de gegevens met de juiste cijfers.
Om de instelling te bevestigen. De instelprocedure van de
datum en tijd is beëindigd. De nieuwe datum en tijd worden automatisch bijgewerkt en op elke verzonden pagina afge­drukt.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo­dus te plaatsen.
}
OPMERKING
Indien het 12-urenformaat geselecteerd is, verschijnt de letter "p" (post meridiem) of de letter "a" (ante meridiem). Om van "a" naar "p" te gaan of andersom, plaatst u de cursor met de toetsen
|/}
onder de letter en drukt op de toets . Indien u denkt dat u een fout heeft gemaakt of als u de proce­dure wilt onderbreken, drukt u op de toets
.
Om de procedure te beëindigen.
D
ATUM EN TIJD INSTELLEN
De eerste keer dat u het faxtoestel aansluit op het voedingsnet of elke keer dat er een stroom­onderbreking is, moet u de datum en tijd instellen zoals
hieronder beschreven. Wanneer ze eenmaal zijn ingesteld, kunnen de datum en
tijd worden gewijzigd, zie "Datum en tijd wijzigen", in het hoofdstuk "Installatie".
OPMERKING
Denk eraan dat de standby-modus aangeeft dat het toestel niet actief is en dat dit de modus is waarin u programmeringen kunt uitvoeren.
VII
Page 12
M
ETEEN AAN DE SLAG
VOORBEREIDING VOOR HET GEBRUIK
Het afdrukpapier laden
AB
BELANGRIJK
Duw de vellen via de papierregelhendel aan (zie onder­staande afb.) tot zij tegen de linker en rechter zijkant van de papierlade liggen.
C
VIII
Page 13
De printkop plaatsen
BELANGRIJK
Met de eerste printkop in dotatie kunt u tot 80 pagina’s afdrukken*. Met de in de handel verkrijgbare printkoppen, met een grotere capaciteit, kunt u tot 500 pagina’s afdrukken*.
* Op basis van de Test Chart ITU-TS n.1 (zwartdekking
3,8%)
M
ETEEN AAN DE SLAG
A
c
B
d
BELANGRIJK
Denk eraan dat u, nadat de eerste printkop in dotatie is opgeraakt, alleen niet navulbare printkoppen
gebruikt (monoblok).
BELANGRIJK
Indien na installatie van de printkop opnieuw het be­richt "BEKIJK PRINTKOP" op het display verschijnt, kunt u proberen de printkop te verwijderen om hem vervolgens opnieuw - maar met een beetje meer druk
- te installeren. Indien het bericht niet verdwijnt, de printkop verwijderen en de elektrische contacten van zowel de printkop als de wagen reinigen, zie "Elek- trische contacten van de printkop reinigen", in het hoofdstuk "Onderhoud".
OPMERKING
Nadat de printkop is geïnstalleerd, start het faxtoestel de reinigings- en controleprocedure van de spuitmonden, afgesloten door:
• het afdrukken, op een automatisch ingevoerd vel, van het
onderstaande diagnose-resultaat:
- een schaalverdeling, om de inktstroom en de elektri­sche circuits van de printspuitmonden te controleren.
- een set grafische en tekstelementen, voor het be­oordelen van de printkwaliteit.
• weergave op het display van het bericht: "BEKIJK AF­DRUK", "1 = UIT 0 = HERHAAL".
Onderzoek de printtest als volgt:
IX
Page 14
M
ETEEN AAN DE SLAG
• Controleer de schaalverdeling: als er geen onderbrekin­gen en geen witte horizontale lijnen in de zwarte zones
aanwezig zijn, is de printkop correct geïnstalleerd en werkt normaal. Stel de waarde in op 1. Het faxtoestel komt in de oorspronkelijke standby-modus terug en is klaar voor ge­bruik. Op het display verschijnt het bericht:
WERKING AUTO
25-07-03 11:23
• Als u echter onderbrekingen of witte lijnen aantreft, de waarde 0 instellen om vooral de spuitmond-reiniging te her­halen: als de nieuwe printtest nog niet het gewenste resul­taat geeft, de procedure nog eenmaal herhalen. Als hierna de printkwaliteit nog te wensen overlaat, de elektrische con­tacten en spuitmonden reinigen zoals aangegeven in "Elek-
trische contacten van de printkop reinigen" en "Spuit­monden van de printkop reinigen", hoofdstuk "Onder­houd".
BELANGRIJK
Wanneer de inkt in de printkop bijna op is, verschijnt op het display:
INKT BIJNA OP
Gelijktijdig drukt het faxapparaat een blad af om u te waarschu­wen dat de inkt bijna op is en dat u de printkop binnenkort moet vervangen. Wanneer de inkt op is, verschijnt op het display:
GEEN INKT MEER!
De instructies voor het vervangen van de printkop vindt u in het hoofdstuk "Onderhoud".
Voor de aanschaf van nieuwe printkoppen, wordt verwe­zen naar de codes achterin deze handleiding.
Nadere informatie over een correct gebruikt van de inkt- koppen, vindt u in "Aanwijzingen m.b.t. de printkoppen", in het hoofdstuk "Installatie".
VERZENDEN
Volgens onderstaande procedures kunt u het faxtoestel direct gebruiken voor eenvoudige verzendingen. Bedenk in elk geval, dat er nog meer procedures zijn voor het nummer vormen (via one-touch-toetsen en snelkiescodes, etc.) en dat het faxtoestel ook andere verzendfuncties heeft (uitgestelde verzending, circulaire, verzending uit het geheugen, etc.) die echter eerst geprogrammeerd moeten worden (zie "One-touch-
toetsen en snelkiescodes programmeren" en "Verzenden", in het hoofdstuk "Basisfuncties voor verzenden en ontvangen").
EEN
BELANGRIJK
Bij elk type verzending moet het origineel in de automa­tische documentinvoer gestoken zijn (ADF). Denk er dus
aan, alvorens de verzending te starten, altijd het origineel zonder te forceren in de ADF te steken met de te verzenden kant naar onder gericht.
DOCUMENT VERZENDEN
Indien deze symbolen u niet voldoende zeggen:
è è
kunt u het beste de onderstaande instructies lezen:
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie­velijk, NORMAL en
Om de contrast- en resolutiewaarden te wijzigen zie "Af- stellen van contrast en resolutie", in het hoofdstuk "Basisfuncties voor verzenden en ontvangen".
(standaard).
/ Vorm het nummer (max. 32 cijfers) van de correspondent
aan wie u het document wilt sturen direct op het numerieke toetsenbord.
X
Page 15
M
ETEEN AAN DE SLAG
Om de verzending te starten.
Na de verzending verschijnt het bericht "VZ VOLLEDIG" enkele seconden lang op het display. Daarna wordt de oorspronkelijke standby-modus opnieuw weergegeven.
OPMERKING
Indien u een verkeerd nummer hebt gevormd, plaatst u de cursor met behulp van de toetsen nummer en overschrijft het met het juiste nummer. Om het
nummer volledig te wissen, drukt u op de toets
|/}
op het verkeerde
OPMERKING
Indien u de verzending wilt onderbreken, dan drukt u op de toets uit de ADF uitvoeren en weer in de oorspronkelijke standby-
modus komen. Indien het te verwijderen document meer dan één pagina
telt, moet u voordat u op verwijderen, eerst handmatig alle andere pagina's ver-
wijderen.
K
IESTONEN HOREN BIJ HET VERZENDEN
Indien deze symbolen u niet voldoende zeggen:
. Het faxtoestel zal het document automatisch
drukt om de eerste pagina te
De verzending starten zodra u de faxtoon van de corres­pondent hoort. Na de verzending verschijnt het bericht "VZ VOLLEDIG"
enkele seconden lang op het display.
T
ELEFOONHOORN OPNEMEN BIJ HET
VERZENDEN
.
Indien deze symbolen u niet voldoende zeggen:
è è è
kunt u het beste de onderstaande instructies lezen:
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie­velijk, NORMAL en
Om de contrast- en resolutiewaarden te wijzigen zie "Af- stellen van contrast en resolutie", in het hoofdstuk "Basisfuncties voor verzenden en ontvangen".
Neem de lijn door de hoorn op te nemen. Op het display verschijnt:
(standaard).
VORMING TELNR.
è è è
kunt u het beste de onderstaande instructies lezen:
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie­velijk, NORMAL en
Om de contrast- en resolutiewaarden te wijzigen zie "Af- stellen van contrast en resolutie", in het hoofdstuk "Basisfuncties voor verzenden en ontvangen".
Om de kiestonen te horen. Op het display verschijnt:
(standaard).
VORM NUMMER
/ Vorm het nummer (max. 32 cijfers) van de correspondent
aan wie u het document wilt sturen direct op het numerieke toetsenbord.
/ Vorm het nummer (max. 32 cijfers) van de correspondent
aan wie u het document wilt sturen direct op het numerieke toetsenbord.
Als het faxtoestel van uw correspondent op automatische
ontvangst is ingesteld, hoort u de toon van het faxapparaat.
Als het op manuele ontvangst is ingesteld, zal iemand de telefoon opnemen, en moet u hem vragen op de start- toets van zijn faxtoestel te drukken, waarna u wacht tot u de faxtoon hoort.
Om de verzending te starten. Na de verzending verschijnt het bericht "VZ VOLLEDIG"
enkele seconden lang op het display. Daarna wordt de oorspronkelijke standby-modus opnieuw weergegeven.
OPMERKING
Indien u na de verzending de hoorn van de haak hebt laten liggen, geeft het faxtoestel een geluidssignaal om u te waar­schuwen.
XI
Page 16
M
ETEEN AAN DE SLAG
ONTVANGEN
Uw faxtoestel kan documenten die door een andere fax worden verzonden op drie manieren ontvangen. U kunt de gewenste modus activeren door op de toets
M
ANUELE ONTVANGST
te drukken: manuele ontvangst, automatische ontvangst, automatische ontvangst in de modus "TELEFOON/FAX".
O
NTVANGST IN DE MODUS “TELEFOON/FAX
Manuele ontvangst is geschikt wanneer u aanwezig bent en per­soonlijk de binnenkomende oproepen wilt beantwoorden.
Indien deze symbolen u niet voldoende zeggen:
è è
kunt u het beste de onderstaande instructies lezen:
Tot op het display verschijnt:
è
U hebt het faxtoestel geprogrammeerd om in de modus telefoon/ fax te ontvangen. Hoe het faxtoestel zich in deze ontvangstmodus gedraagt, is afhankelijk van wie hem belt en van uw aan-/afwezig­heid bij ontvangst. Het volgende schema geeft de procedure weer:
HANDMATIG
Neem bij overgaande telefoon de hoorn op om de verbin-
ding tot stand te brengen. Op het display verschijnt:
VORMING TELNR.
Zodra u de faxtoon hoort of de correspondent u vraagt een
faxbericht te ontvangen. Op het display verschijnt:
VERBINDING
Tot op het display verschijnt:
TELEFOON/FAX
Na twee bel­signalen (stan­daard inge­stelde waarde).
TELEFOON/FAX geactiveerd.
Oproep afkomstig van
FAXTOESTEL.
Uw toestel komt in automatische ontvangst.
Uw faxtoestel geeft 20 seconden lang een geluidssignaal (standaard inge­stelde waarde). Op het display ver­schijnt: "TELEFOONOPROEP".
Oproep afkomstig van
TELEFOON.
Haak de hoorn in.
Het faxtoestel begint te ontvangen en op het display ver­schijnt informatie over de ontvangst zoals het faxnummer van de afzender of, indien geprogrammeerd, zijn naam.
Wanneer de ontvangst voltooid is, verschijnt het bericht "ONTVANGST OK" enkele seconden lang op het display; daarna keert het toestel naar de standby-modus terug.
OPMERKING
Indien u een ontvangst wilt onderbreken, drukt u op de toets
om het faxtoestel opnieuw in de oorspronkelijke
standby-modus te plaatsen.
De correspondent belde op voor een gesprek; zodra het gesprek
A
UTOMATISCHE ONTVANGST
Automatische ontvangst is geschikt wanneer u afwezig bent maar toch documenten wilt ontvangen. Dit is de modus waarin uw faxtoestel
is ingesteld; mocht dat niet het geval zijn, druk dan op display verschijnt:
tot op het
WERKING AUTO
beëindigd is kunt u de hoorn op­leggen.
De 20 seconden zijn verstreken en u hebt de hoorn niet opgeno­men.
Uw faxtoestel komt in automati­sche ontvangst. Het wacht ca. 30 seconden om een document ontvangen, daarna komt het van­zelf weer in de standby-modus terug.
De correspondent vraagt of hij u een document kan zenden.
Uw faxtoestel staat klaar voor ontvangst.
XII
Page 17
M
ETEEN AAN DE SLAG
GEBRUIK VAN DE TELEFOON
Als u de lijn neemt door opnemen van de hoorn, beschikt u over alle functies die een normale telefoon biedt. Hiertoe behoort ook de functie R (REGISTER RECALL, geactiveerd met de toets
kenmerken van de telefoonlijn", hoofdstuk "Installatie") die toegang biedt tot speciale diensten die door de netwerkcentrale worden geboden.
U hebt tevens beschikking over de volgende functies:
Oproepen van een correspondent met gebruik van de geprogrammeerde snelkiesprocedures, zie hieronder "Opbellen via de one-touch­toetsen" en "Opbellen via de snelkiescodes", hoofdstuk "Het faxtoestel als een telefoon gebruiken".
Tijdelijk onderbreken van een telefoongesprek door indrukken van de toets (HOLD). U kunt het gesprek voortzetten zodra u dezelfde toets weer indrukt.
, na programmering zie "Configuratie voor de
KOPIËREN
EEN OF
MEER KOPIEËN MAKEN
Zoals reeds gezegd, kunt u het faxtoestel ook als een kopieerapparaat gebruiken. De kwaliteit van de kopie is afhankelijk van de waarden voor contrast en resolutie
die u m.b.v. de toetsen kopie maakt.
Steek het document in de ADF.
Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor het contrast, de resolutie en de reproductie: respectievelijk
NORMAL, TEKST en 100%.
Om het gewenste type contrast te kiezen: "LICHT", "DON­KER" of "NORMAL".
Om het gewenste type resolutie te kiezen: "TEKST" of "FOTO".
en instelt voordat u de
Om de gewenste zoom-waarde te kiezen: "100%", "140%", of "70%".
Druk direct op de toets kopie wilt maken, of voer het gewenste aantal kopieën in
(max. 9) voordat u op de toets slaat de pagina's waaruit het document bestaat een voor
een op, alvorens de kopieën te maken.
indien u slechts een enkele
drukt. Het faxtoestel
OPMERKING
Wanneer u de kopieertaak wilt onderbreken, drukt u twee­maal op de toets : eerst om het origineel uit de ADF te verwijderen, en daarna om het faxtoestel opnieuw in de
oorspronkelijke standby-modus te plaatsen. Indien het te verwijderen document verscheidene pagina's telt, dient u alle andere pagina's handmatig te verwijderen
voordat u op de toets
drukt om de eerste uit te voeren.
XIII
Page 18
Page 19
I
NSTALLATIE
A
ANSLUITEN OP HET TELEFOONNET
Aangezien de telefoonaansluiting van het faxtoestel afhan­kelijk is van nationaal geldende normen die van land tot land verschillen, worden in onderstaande schema’s enkele voor­beelden gegeven. Indien echter in uw land de aansluiting op het
telefoonnet anders is dan in de schema’s, richt u dan naar de in uw land geldende normen.
A
ANSLUITING VAN HET FAXTOESTEL
1. Steek de connector van het telefoonsnoer in de aansluitbus "LINE" van het toestel (zie schema's "geval 1", "geval 2" of "geval 3").
2. Steek de connector of stekker (indien voorzien) aan het andere
uiteinde van het telefoonsnoer in het telefoonstopcontact (zie sche­ma's "geval 1", "geval 2" of "geval 3").
A
ANSLUITING VAN EEN EXTRA TELEFOON
(Aansluiting geval 1)
1. Verwijder eventueel het afdekplaatje van de aansluitbus "TEL" op
het faxtoestel, steek vervolgens de connector van het telefoon­snoer van de extra telefoon in deze aansluitbus (zie betreffende schema).
Indien de telefoonaansluiting meerdere stopcontacten heeft, kunt u andere telefoontoestellen op een willekeurig beschikbaar telefoonstopcontact aansluiten, mits de stopcontacten van uw telefooninstallatie parallel zijn aangesloten, d.w.z.: bij gelijktijdig opnemen van de hoorn van de reeds aanwezige telefoons moet de kiestoon altijd hoorbaar zijn.
Indien de kiestoon niet aanwezig is wanneer u de hoorn van de aanwezige extra telefoons gelijktijdig opneemt, beschikt u over een telefooninstallatie met meerdere in serie aangesloten stop­contacten. In dat geval moet het faxtoestel op het minst prioritaire stopcontact worden aangesloten.
(Aansluiting geval 2)
1. Steek de connector of stekker (van land tot land verschillend) van
(Aansluiting geval 3)
1. Steek de stekker van de extra telefoon in het telefoonstopcontact
de extra telefoon in de aansluitstekker (zie betreffend schema).
(zie betreffend schema).
A
ANSLUITING GEVAL
F
AX
Aansluitbussen
E
XTRA TELEFOON
1
K
LINE
ABEL
TEL
T
ELEFOONSTOPCONTACTEN
B
D
D
B
1
Page 20
A
ANSLUITING GEVAL
2
K
ABEL
T
ELEFOONSTOPCONTACTEN
F
AX
Aansluitbussen
E
XTRA TELEFOON
A
ANSLUITING GEVAL
F
AX
Aansluitbussen
3 (D
UITSLAND
)
LINE
K
ABEL
LINE
C
B
B
C
T
ELEFOONSTOPCONTACTEN
B
E
XTRA TELEFOON
A
ANSLUITING GEVAL
F
AX
Aansluitbussen
E
XTRA TELEFOON
3 (O
OSTENRIJK
)
K
ABEL
LINE
C
D
T
ELEFOONSTOPCONTACTEN
B
C
B
C
D
B
C
D
D
2
Page 21
DE
TELEFOONHOORN AANSLUITEN
1. Steek de connector van het snoer van de hoorn in de aansluitbus met het symbool
2. Leg de hoorn op de haak.
A
ANSLUITEN OP HET STROOMNET
op het faxtoestel.
P
APIER LADEN
OPMERKING
Alvorens het faxtoestel aan te sluiten op het voedings­net, moet u het blokkeerklemmetje van de printwagen verwijderen door het lipje, dat uit de documentinvoer steekt, omhoog te trekken.
1. Steek de stekker van het stroomsnoer in het netstopcontact.
Het faxtoestel voert automatisch een test uit om te controleren of alle componenten correct werken, en daarna verschijnt op het display:
1. Steek het verlengstuk van de papiersteun in de spleet en duw hem aan tot hij vast zit.
2. Houd het papier bovenaan vast en laat het in de ASF glijden zonder het te kreuken en zonder druk uit te oefenen.
3. Duw het papier tegen de linkerkant van de ASF met behulp van de papierregelhendel.
OPMERKING
Wanneer u de ASF bijvult, moet u het 'nieuwe' papier onder en niet op het 'oude' plaatsen.
WERKING AUTO
BEKIJK PRINTKOP
OPMERKING
Het toestel wordt permanent aangesloten, zo staat het 24 uur per dag klaar om documenten te ontvangen en te ver-
zenden. Wenst u het uit te schakelen, dan moet u de stekker van het stroomsnoer uit het stopcontact trekken, want het apparaat heeft geen aan/-uitschakelaar.
OPMERKING
Dankzij het geheugen van het faxtoestel kan het evengoed tot een maximum van 21 pagina's ontvangen, ook als u het papier niet heeft bijgevuld.
C
ONTROLEREN VA N HET INGESTELDE AFDRUKFORMAAT OP
HET
OPMERKING
Mochten de berichten niet in uw landstaal weergegeven worden, dan kunt u de gewenste "TAALKEUZE" maken door achtereenvolgens op de volgende toetsen te drukken:
+ Op het display verschijnt de taal waarin de be-
richten worden weergegeven.
FAXTOESTEL
Na het handmatig afstellen van de papierinvoer (ASF) moet u tevens, om de correcte werking van het faxtoestel te garanderen, controleren of het ingestelde afdrukformaat op het faxtoestel overeenkomt met het papierformaat dat u wilt gebruiken.
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
/ Om de gewenste taal te selecteren.
Om de instelling te bevestigen.
Om de procedure te beëindigen.
Op het display verschijnt:
DATUM / TIJD
Tot op het display verschijnt:
PRINTER PARAMET.
Op het display verschijnt:
FORMAAT : A4
/ Druk op |/} tot het gewenste papierformaat wordt weerge-
geven.
Om de instelling te bevestigen.
3
Page 22
Op het display verschijnt:
WERKING AUTO
BEKIJK PRINTKOP
P
RINTKOP INSTALLEREN
A
UTOMATISCHE REINIGINGS- EN CONTROLEPROCEDURE VAN
SPUITMONDEN VAN DE PRINTKOP
DE
Nadat de printkop is geïnstalleerd, start het faxtoestel de reinigings­en controleprocedure van de spuitmonden, afgesloten door:
• het afdrukken, op een automatisch ingevoerd vel, van het
onderstaande diagnose-resultaat:
- een schaalverdeling, om de inktstroom en de elektrische circuits van de printspuitmonden te controleren.
- een set grafische en tekstelementen, voor het beoor­delen van de printkwaliteit.
• weergave op het display van het bericht: "BEKIJK AFDRUK", "1 = UIT 0 = HERHAAL".
Onderzoek de printtest als volgt:
• Controleer de schaalverdeling: als er geen onderbrekin- gen en geen witte horizontale lijnen in de zwarte zones aanwezig zijn, is de printkop correct geïnstalleerd en werkt normaal. Stel de waarde in op 1. Het faxtoestel komt in de oorspronkelijke standby-modus terug en is klaar voor gebruik. Op het display verschijnt het bericht:
WERKING AUTO
25-07-03 11:23
• Als u echter onderbrekingen of witte lijnen aantreft, de waarde 0 instellen om vooral de spuitmond-reiniging te herha­len: als de nieuwe printtest nog niet het gewenste resultaat geeft, de procedure nog eenmaal herhalen. Als hierna de printkwaliteit nog te wensen overlaat, de elektrische contacten en spuitmonden reinigen zoals aangegeven in "Elektrische
contacten van de printkop reinigen" en "Spuitmonden van de printkop reinigen", hoofdstuk "Onderhoud".
A
1-2 Til het deksel van het printkopcompartiment omhoog door uw
vinger in de uitsparing in het midden te plaatsen, zoals aangege­ven in de figuur.
3. Neem de printkop uit zijn verpakking en verwijder de bescherm­folie van de spuitmonden terwijl u hem aan de greep vasthoudt.
4. Raak de spuitmonden en de elektrische contacten niet aan.
5. Plaats de printkop in zijn behuizing met de elektrische contacten naar de voorkant van het faxtoestel gericht.
6. Duw de printkop in de richting van de pijl aan tot u een klik hoort, die aangeeft dat hij goed zit en sluit het deksel van het printkopcompartiment.
OPMERKING
Indien na installatie van de printkop opnieuw het bericht "BE­KIJK PRINTKOP" op het display verschijnt, kunt u proberen de printkop te verwijderen om hem vervolgens opnieuw ­maar met een beetje meer druk - te installeren. Indien het bericht niet verdwijnt, de printkop verwijderen en de elektri­sche contacten van zowel de printkop als de wagen reini­gen, zie "Elektrische contacten van de printkop reini- gen", in het hoofdstuk "Onderhoud".
OPMERKING
De instructies voor het vervangen van de printkop vindt u in het hoofdstuk "Onderhoud".
Bij dit model kunt u alleen monochromatische printkoppen ge­bruiken (zwart). Denk er bovendien aan dat u alleen monoblok (niet navulbare) printkoppen kunt gebruiken.
Wanneer u de printkop moet vervangen, moet u op het volgende letten:
de printkop niet aanraken of neerleggen op de spuitmonden
probeer de printkop niet bij te vullen: u zou de printkop of
Zo garandeert u een lange levensduur en afdrukkwaliteit van de printkop.
ANWIJZINGEN M.B.T. DE PRINTKOPPEN
of op de contacten;
het faxtoestel kunnen beschadigen.
4
Page 23
D
ATUM EN TIJD WIJZIGEN
F
AXNUMMER INSTELLEN
Indien de datum en de tijd op het display niet juist zijn, kunt u beide op elk willekeurig moment wijzigen.
Tot op het display verschijnt:
Op het display verschijnt:
FAX SET-UP
Volg vanaf hier de eerder beschreven procedure in "Da­tum en tijd instellen", hoofdstuk "Meteen aan de slag".
NU
ONTBREKEN UW NAAM EN
FAXNUMMER
Wanneer ze ingesteld zijn, blijven naam(max. 16 tekens) en nummer (max. 20 cijfers) onveranderd tot ze opnieuw gewijzigd worden, en worden op elke door uw correspondent ontvangen pagina afgedrukt.
Tot op het display verschijnt:
NOG
INSTALLATIE PAR.
Op het display verschijnt:
TEL.NET INSTELL.
Tot op het display verschijnt:
NAAM ZENDER
Op het display verschijnt:
VORM UW NAAM
/ Om de tekens van elke toets cyclisch te selecteren.
/ Om de cursor een positie te verplaatsen of een spatie in te
|/}
voegen drukt u op
/ Om een aantal speciale symbolen in uw naam in te voegen,
bijv. &.
/ Indien u een fout gemaakt hebt, plaatst u de cursor met de
toetsen |/} op het foutieve teken en overschrijft u het met het juiste teken.
Om de naam volledig te annuleren.
Om bijvoorbeeld de naam "LARA" in te voeren, gaat u als volgt te werk:
Tot u de letter "L" geselecteerd heeft.
Tot u de letter "A" geselecteerd heeft.
.
Op het display verschijnt:
Op het display verschijnt:
Tot op het display verschijnt:
/ Druk op |/} om de andere parameter te selecteren.
Om de instelling te bevestigen.
VORM UW NUMMER
/ Voer uw faxnummer in.
/ Om een spatie in te voegen drukt u op
Wanneer u een fout maakt, gaat u te werk zoals bij het instellen van uw naam.
Indien u de internationale code wilt invoeren, gebruikt u in plaats van de nullen de toets *; op het display verschijnt het symbool +.
Om het faxnummer te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
P
LAATS VAN NAAM EN FAXNUMMER
De informatie die bovenaan op het te verzenden docu­ment wordt afgedrukt (naam, faxnummer, datum en tijd en aantal pagina's) kan door het faxtoestel van uw corres­pondent buiten de tekstzone worden ontvangen en dus vlak onder de bovenkant van de pagina, of binnen de tekstzone en dus met een grotere bovenmarge.
Uw faxtoestel is ingesteld om deze informatie binnen de tekstzone te plaatsen.
Plaats wijzigen:
Tot op het display verschijnt:
|/}
.
FAX SET-UP
DATUM / TIJD
PARAMETERS
KOPREGEL BINNEN
KOPREGEL BUITEN
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
Tot u de letter "R" geselecteerd heeft.
Tot u de letter "A" geselecteerd heeft.
Om de naam te bevestigen. Op het display verschijnt:
TEL. NUMMER
Voer nu het faxnummer in volgens onderstaande aanwijzingen:
5
Page 24
C
ONFIGURATIE VOOR DE KENMERKEN VAN
Op het display verschijnt:
TELEFOONLIJN
DE
A
ANSLUITEN OP HET OPENBARE TELEFOONNET
Het faxtoestel is reeds ingesteld voor aansluiting op het openbare telefoonnet. Toch moet u nog even controleren:
of de parameter "PUBL.LIJN (PSTN)" geselecteerd is.
of de geselecteerde kiesmodus (puls of toon) overeen-
stemt met die van de telefooncentrale die de lijn waarop uw faxtoestel is aangesloten, beheert. Indien u niet zeker weet welke modus u moet kiezen, vraagt u dat het beste even aan de telefoonmaatschappij.
Tot op het display verschijnt:
INSTALLATIE PAR.
Op het display verschijnt:
TEL.NET INSTELL.
Op het display verschijnt:
PUBL.LIJN (PSTN)
/
Indien het faxtoestel ingesteld is voor aansluiting op een
|/}
"Privé-lijn", dient u op de toetsen sluiting op de "openbare lijn" te selecteren.
Om uw keuze te bevestigen. Op het display verschijnt:
te drukken om aan-
PSTN KIES:TOON
/
Druk op |/} om de andere kiesmodus weer te geven:
PSTN KIES:PULSE
PUBL.LIJN (PSTN)
/ Druk op |/} om de andere kiesmodus weer te geven:
PRIV.LINE (PBX)
Op het display verschijnt:
PBX KIES:TOON
/ Druk op |/} om de andere kiesmodus weer te geven:
PBX KIES:PULSE
Om uw keuze te bevestigen.
EXT.LIJN:PREFIX
/ Druk op |/} om de andere beschikbare optie weer te ge-
ven, "EXT.LIJN:FLASH", of ga direct naar het volgende punt, als u de buitenlijnmodus wilt bevestigen: "EXT. LIJN: PREFIX".
Indien u, door op de toets
modus "EXT. LIJN: PREFIX" bevestigd hebt, vraagt het faxtoestel u een prefix-nummer in te voeren (max. 3 cijfers).
Op het display verschijnt:
te drukken, de uitgangs-
PSTN KIES:TOON
/ Druk op |/} om de andere kiesmodus weer te geven:
PSTN KIES:PULSE
Om de instelling te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
A
ANSLUITEN OP EEN PRIVÉ-LIJN (PBX
Om uw faxtoestel op een privé-lijn aan te sluiten en het ook op een openbare lijn te kunnen gebruiken, gaat u als volgt te werk:
Selecteer de parameter "PRIV.LINE (PBX)".
Stel de kiesmodus (puls of toon) in op de modus die
wordt gebruikt door de PBX waarop het faxtoestel is aan­gesloten. Indien u niet zeker weet welke modus u moet selecteren, raadpleegt u het beste de PBX-beheerder.
Stel de buitenlijnmodus (prefix of flash) in die nodig is om
via de PBX (privé-centrale) toegang tot het openbare net te krijgen.
Stem de kiesmodus (puls of toon) af op de modus die dor
de telefoonmaatschappij wordt gebruikt.
Tot op het display verschijnt:
)
INSTALLATIE PAR.
OPMERKING
Wanneer de wijze waarop het faxtoestel toegang krijgt tot het openbare net eenmaal is bevestigd, hoeft u slechts, voor u
het telefoon- of faxnummer vormt, op de toets
ken om de lijn te nemen. Op het display verschijnt een "E" (external).
U
WILT DE KIESMODUS TIJDELIJK WIJZIGEN
Als het faxtoestel is ingesteld op de pulskiesmodus en u wilt het instel­len op de toonkiesmodus gaat u als volgt te werk: Druk voor of tijdens het vormen van het fax- of telefoonnummer op de
toets
Na afloop van de transactie herstelt het faxtoestel altijd de kiesmodus waarop het is ingesteld.
, om de kiesmodus tijdelijk te wijzigen.
EXTERNAL
te druk-
Op het display verschijnt:
TEL.NET INSTELL.
6
Page 25
B
ASISFUNCTIES VOOR VERZENDEN EN ONTVANGEN
Nu uw faxtoestel een naam en een nummer heeft, is het klaar om:
documenten te verzenden (ook uitgesteld, vanuit het geheu­gen of via de pollingmethode);
documenten te ontvangen (ook via de pollingmethode);
telefoonoproepen uit te voeren (zie het hoofdstuk "Het fax- toestel als een telefoon gebruiken");
documenten te kopiëren (zie het hoofdstuk "Het faxtoestel
als een kopieerapparaat gebruiken").
D
Steek het document met de gegevens naar onder gericht en zon­der druk uit te oefenen in de ADF (automatische invoer voor origi­nele documenten) en stel de geleiders op de breedte af.
Op het display verschijnt:
A
V
ERZENDEN
W
ELKE DOCUMENTEN KUNT U GEBRUIKEN
Afmetingen
Breedte min. 148 mm - max. 216 mm
Lengte min. 105 mm - max. 600 mm
Dikte
Van: 60 - 90 gr/m
50 - 140 gr/m
Voor documenten die van de aangegeven formaten afwijken, kunt u een transparante map met achterblad gebruiken.
2
(max. 5 vel)
2
(1 vel tegelijk)
OCUMENTEN IN DE ADF STEKEN
DOKUMENT GEREED
2 NORMAL
FSTELLEN VA N CONTRAST EN RESOLUTIE
Voor het verzenden van een document kunt u enkele
afstellingen maken om de afdrukkwaliteit te optimali- seren.
Om het contrast te kiezen volgens onderstaande criteria:
NORMAL, als het document noch te licht, noch te don- ker is. Op de onderste regel van het display verschijnt "NORMAL".
LICHT, als het document bijzonder donker is. Op de onderste regel van het display verschijnt "LICHT".
DONKER, als het document bijzonder licht is. Op de onderste regel van het display verschijnt "DONKER".
Om de resolutie te kiezen volgens onderstaande criteria:
G
EBRUIK NOOIT
Opgerold papier
Flinterdun papier
Gescheurd papier
Nat of vochtig papier
Kleine stukjes papier
Verkreukeld papier
Carbonpapier
Ter voorkoming van schade die het faxtoestel buiten werking zou kunnen stellen en de garantie te niet zou kunnen doen, moet u ervoor zorgen dat de documenten die u wilt gebruiken vrij zijn van:
nietjes
paperclips
plakband
natte Tipp-Ex of lijm.
In al deze gevallen moet u het document eerst kopiëren en vervol­gens de kopie verzenden, of een transparante map met achterblad gebruiken.
D
OCUMENTEN VERZENDEN
/ Vorm het nummer (max. 32 cijfers) van de correspondent
STANDAARD, indien het document gemakkelijk lees- baar is. Op de onderste regel van het display verschijnt een pijl die naar het symbool " paneel wijst.
FIJN, indien het document zeer kleine tekens of teke- ningen bevat. Op de onderste regel van het display verschijnt een pijl die naar het symbool " bedieningspaneel wijst.
GRIJSTONEN, indien het document schaduw bevat. Op de onderste regel van het display verschijnt een pijl die naar het symbool "
" op het bedieningspaneel wijst.
"
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie­velijk, NORMAL en (standaard).
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie aan zoals hierboven beschreven.
aan wie u het document wilt sturen direct op het numerieke toetsenbord.
" en een pijl die naar het symbool
" op het bedienings-
" op het
Om de verzending te starten. Na de verzending verschijnt het bericht "VZ VOLLEDIG"
enkele seconden lang op het display. Daarna wordt de oorspronkelijke standby-modus opnieuw weergegeven.
7
Page 26
OPMERKING
Indien u een verkeerd nummer hebt gevormd, plaatst u de cursor met behulp van de toetsen nummer en overschrijft het met het juiste nummer. Om het
nummer volledig te wissen, drukt u op de toets
|/}
op het verkeerde
.
Als het faxtoestel van uw correspondent op automatische
ontvangst is ingesteld, hoort u de toon van het faxapparaat.
Als het op manuele ontvangst is ingesteld, zal iemand de telefoon opnemen, en moet u hem vragen op de start- toets van zijn faxtoestel te drukken, waarna u wacht tot u de faxtoon hoort.
OPMERKING
U kunt het nummer van de correspondent ook selecteren door middel van de snelle kiesmethodes, zie verderop "One-touch-toetsen en snelkiescodes programmeren", "Verzenden via one-touch-toetsen" en "Verzenden via snelkiescodes".
OPMERKING
Indien u de verzending wilt onderbreken, dan drukt u op de toets uit de ADF uitvoeren en weer in de oorspronkelijke standby-
modus komen. Indien het te verwijderen document meer dan één pagina
telt, moet u voordat u op verwijderen, eerst handmatig alle andere pagina's verwij-
deren.
K
IESTONEN HOREN BIJ HET VERZENDEN
. Het faxtoestel zal het document automatisch
drukt om de eerste pagina te
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie­velijk, NORMAL en (standaard).
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie aan zoals hierboven beschreven.
Om de kiestonen te horen. Op het display verschijnt:
Om de verzending te starten. Na de verzending verschijnt het bericht "VZ VOLLEDIG"
enkele seconden lang op het display. Daarna wordt de oorspronkelijke standby-modus opnieuw weergegeven.
OPMERKING
Indien u na de verzending de hoorn van de haak hebt laten liggen, geeft het faxtoestel een geluidssignaal om u
te waarschuwen.
A
UTOMATISCHE KIESHERHALING
Indien er geen verbinding tot stand komt omdat de lijn gestoord is of omdat het nummer van de correspondent bezet is, zal het faxtoestel het gewenste nummer tot driemaal automatisch herhalen.
DE
CORRESPONDENT TERUGBELLEN ZONDER HET NUMMER
TE
OPNIEUW
Het faxtoestel slaat steeds het laatst gevormde nummer op, dat u
dus eenvoudig kunt opvragen door tweemaal op de toets drukken.
VORMEN
te
VORM NUMMER
/ Vorm het nummer (max. 32 cijfers) van de correspondent
aan wie u het document wilt sturen direct op het numerieke toetsenbord.
Zodra u de faxtoon van de correspondent hoort, drukt u op
Na de verzending verschijnt het bericht "VZ VOLLEDIG" enkele seconden lang op het display.
T
ELEFOONHOORN OPNEMEN BIJ HET VERZENDEN
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie­velijk, NORMAL en (standaard).
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie aan zoals hierboven beschreven.
Neem de lijn door de hoorn op te nemen. Op het display verschijnt:
om de verzending te starten.
Tot op het display verschijnt:
Op het display verschijnt:
/ Voer de naam in die de zone van het netnummer identifi-
VORMING TELNR.
/ Vorm het nummer (max. 32 cijfers) van de correspondent
aan wie u het document wilt sturen direct op het numerieke toetsenbord.
EEN
VAAK GEBRUIKT NETNUMMER AUTOMATISCH SELECTEREN
Het faxtoestel kan een vaak gebruikt netnummer opslaan, zoals een zonenummer of een prefix voor toegang tot een ander telefoonbedrijf.
Tot op het display verschijnt:
INSTALLATIE PAR.
AND.CARRIER:AAN
NAAM INVOEREN:
ceert of de naam van het andere telefoonbedrijf en druk vervolgens op de toets
door direct op de toets verschijnt:
of bevestig de huidige naam
te drukken. Op het display
DRUK PREFIX:
(0-9):
8
Page 27
/ Voer het nieuwe netnummer in (max. 6 cijfers) en druk
vervolgens op de toets netnummer door direct op de toets
het display verschijnt:
of bevestig het bestaande
te drukken. Op
VOER ACRONIEM IN
(a-z):
/ Voer het acroniem in waarmee het netnummer op het display
geïdentificeerd wordt (1 teken) en druk vervolgens op de toets
rect op de toets
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo­dus te plaatsen.
of bevestig het bestaande acroniem door di-
te drukken.
Op het display verschijnt:
Op het display verschijnt:
OPMERKING
Het netnummer wordt automatisch geselecteerd door op de
EXTERNAL
toets pondent te vormen. Indien het faxtoestel op een privé-lijn (PBX) is aangesloten, moet de toets drukt alvorens het nummer van de correspondent te vormen.
D
OCUMENTEN VERZENDEN OP EEN VOORAF INGESTELD
TIJDSTIP
te drukken alvorens het nummer van de corres-
EXTERNAL
tweemaal worden inge-
(
VERTRAAGDE VERZENDING
)
OPMERKING
U kunt de instellingen voor "uitgestelde verzending" wissen door het document uit de ADF te nemen of op de toets te drukken.
EEN
VOORAF INGESTELDE VERZENDING WIJZIGEN/WISSEN
Tot op het display verschijnt:
UITGEST.TRANSM.
REEDS INGEVOERD
PARAM. WIJZIGEN?
Indien u de eerder ingestelde verzending wilt annuleren,
|/}
drukt u op de toetsen richt "INSTELL. WISSEN?", druk vervolgens op om de annulering te bevestigen. Het faxtoestel zal automa-
tisch naar de standby-modus terugkeren. Indien u het tijdstip waarop of het nummer waarnaar het
document verzonden moet worden wilt wijzigen, gaat u als volgt te werk:
Op het display verschijnt:
: op het display verschijnt het be-
Door middel van deze functie kunt u tijdzoneproblemen vermijden wanneer de correspondent zich aan de an­dere kant van de wereld bevindt, en bovendien kunt u gebruik maken van voordelige tarieven tijdens bepaalde uren waarop de telefoonlijnen minder belast zijn.
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respec­tievelijk, NORMAL en
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie aan zoals hierboven beschreven.
Tot op het display verschijnt:
(standaard).
UITGEST.TRANSM.
Op het display verschijnt:
DRUK TIJDINSTELL
UU:MM
/ Voer de tijd in waarop u het document wilt verzenden. Bij-
voorbeeld "16:50". Op het display verschijnt:
VORM FAX NUMMER
NUM/TOETS/SNELK.
DRUK TIJDINSTELL
16:50
/ Typ het nieuwe tijdstip en druk op de toets of
bevestig het huidige tijdstip door direct op de toets drukken. Op het display verschijnt:
te
VORM NUMMER
Als u de huidige tijd wilt herstellen, drukt u op de toets ,
de toets
/ Typ het nieuwe nummer en bevestig de gegevens met de
toets de toets
en gaat u als volgt te werk.
of bevestig de huidige instelling door direct op
te drukken. Op het display verschijnt:
WERKING AUTO
VERZ OM: 18:00
EEN
DOCUMENT AAN MEERDERE CORRESPONDENTEN
VERZENDEN
/ Vorm het nummer van de correspondent volgens een van
de beschikbare methodes: direct op het toetsenbord of via de one-touch-toetsen of snelkiescodes (zie verderop "One-touch-toetsen en snelkiescodes programmeren").
Om de instelling te bevestigen. Op het display verschijnt:
WERKING AUTO
VERZ OM: 16:50
Het faxtoestel is uitgerust met een geheugen waaruit u een docu­ment (ook op een vooraf ingesteld tijdstip: uitgestelde verzending) naar verschillende correspondenten kunt zenden (max. 10): "circulaire". Zie hieronder "Een document uit het geheugen ver- zenden".
9
Page 28
EEN
DOCUMENT UIT HET GEHEUGEN VERZENDEN
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie­velijk, NORMAL en
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie aan zoals hierboven beschreven.
(standaard).
EEN
VOORAF INGESTELDE VERZENDING UIT HET GEHEUGEN
/
WIJZIGEN
HERHALEN/WISSEN
Op het display verschijnt:
TX UIT GEHEUGEN
Op het display verschijnt:
Op het display verschijnt:
TX UIT GEHEUGEN
Het faxtoestel begint het document in het geheugen op te
slaan. Zodra dit gebeurd is, verschijnt het bericht "DOC. N. XXXX" enkele seconden lang op het display; daarna ver­schijnt :
DRUK TIJDINSTELL
Op het display verschijnt:
/ Druk op de toetsen |/} om de andere beschikbare opties
UU:MM
/ Voer het gewenste tijdstip in, bijvoorbeeld "16:50" en druk
op te bevestigen. Op het display verschijnt:
of druk onmiddellijk op om de huidige tijd
VORM FAX NUMMER
num/
/ Vorm het nummer van de correspondent volgens een van
de beschikbare methodes: direct op het toetsenbord of via de one-touch-toetsen of snelkiescodes (zie verderop
"One-touch-toetsen en snelkiescodes programme­ren").
Daarna zal het faxtoestel u vragen een ander nummer in te voeren:
/
VORM FAX NUMMER
num/
Indien u het document naar verscheidene corresponden­ten wilt zenden, herhaalt u de twee stappen zo vaak als
nodig is; daarna drukt u op de toets dure te beëindigen. Indien u het document slechts naar één correspondent wilt zenden, drukt u direct op de toets zonder andere nummers in te voeren. Na deze procedure verschijnt op het
display:
/
om de proce-
WERKING AUTO
TX UIT GEHEUGEN
OPMERKING
U kunt slechts één verzending uit het geheugen per keer programmeren.
OPMERKING
Het faxtoestel wist automatisch alle geslaagde verzendin- gen uit het geheugen.
Neem bij overgaande telefoon de hoorn op om de verbin-
REEDS INGEVOERD
INSTELL.PRINTEN?
weer te geven: "PARAM. WIJZIGEN" of "INSTELL. WISSEN?". Om uw keuze te bevestigen.
INSTELL.PRINTEN? - Om alleen de parameters m.b.t. de verzending uit het geheugen af te drukken. Na het afdrukken komt het faxtoestel automatisch in de standby-modus terug.
INSTELL. WISSEN? - Om de instelling te wissen. Het faxtoestel komt in de standby-modus terug.
PARAM. WIJZIGEN - Om het nummer van de correspon­dent of het gewenste tijdstip voor de verzending te wijzi­gen. Op het display verschijnt:
DRUK TIJDINSTELL
UU:MM
Vanaf hier gaat u verder zoals aangegeven in de laatste drie stappen van de procedure "Een document uit het geheugen verzenden".
OPMERKING
Indien de verzending uit het geheugen reeds gestart is, verschijnt het bericht "TX IN UITVOERING" op het display. In dit geval kunt u geen wijzigingen meer aanbrengen.
O
NTVANGEN
Uw faxtoestel kan documenten die door een andere fax worden verzonden op drie manieren ontvangen. U kunt de
gewenste modus activeren door op de toets te druk­ken.
Manuele ontvangst is geschikt wanneer u aanwezig bent en persoonlijk de binnenkomende oproepen wilt beant­woorden.
Tot op het display verschijnt:
HANDMATIG
ding tot stand te brengen. Op het display verschijnt:
VORMING TELNR.
10
Zodra u de faxtoon hoort of de correspondent u vraagt een
faxbericht te ontvangen. Op het display verschijnt:
VERBINDING
Page 29
Haak de hoorn in. Het faxtoestel begint te ontvangen en op het display ver-
schijnt informatie over de ontvangst zoals het faxnummer van de afzender of, indien geprogrammeerd, zijn naam.
Wanneer de ontvangst voltooid is, verschijnt het bericht "ONTVANGST OK" enkele seconden lang op het display; daarna keert het toestel naar de standby-modus terug.
Automatische ontvangst is geschikt wanneer u afwezig bent maar toch documenten wilt ontvangen. Dit is de mo­dus waarin uw faxtoestel is ingesteld; mocht dat niet het
geval zijn, druk dan op display verschijnt.
De ontvangst geschiedt als in de manuele ontvangstmodus.
Automatische ontvangst met oproeptype-herken- ning. In deze ontvangstmodus wordt het faxtoestel na een bepaald aantal belsignalen (ingestelde waarde: 2 bel­signalen) met de telefoonlijn verbonden en is in staat om te herkennen of de binnenkomende oproep een fax- of telefoonoproep is.
Tot op het display verschijnt:
tot "WERKING AUTO" op het
TELEFOON/FAX
Hoe het faxtoestel zich in deze ontvangstmodus gedraagt, is afhankelijk van de correspondent:
- Als de oproep van een ander faxtoestel afkomstig is,
komt uw faxtoestel na twee belsignalen automatisch in de ontvangstmodus.
- Als de oproep van een telefoon afkomstig is, geeft het
faxtoestel na twee belsignalen ca. 20 seconden lang een geluidsignaal en op het display verschijnt "TELEFOONOPROEP". Indien u de hoorn niet binnen 20 seconden opneemt, komt het faxtoestel automatisch in de ontvangstmodus.
Als u de hoorn opneemt voordat het faxtoestel de verbin­ding tot stand brengt en u de kiestonen hoort, drukt u op de
toets
en legt de hoorn op de haak.
OPMERKING
Indien u een ontvangst wilt onderbreken, drukt u op de toets
om het faxtoestel opnieuw in de oorspronkelijke
standby-modus te plaatsen.
ONE-
TOUCH-TOETSEN EN SNELKIESCODES
PROGRAMMEREN
Het faxtoestel biedt ook snelkiesfuncties, zoals de one-touch­toetsen en snelkiescodes, die echter eerst geprogrammeerd
moeten worden.
ONE-
TOUCH-TOETSEN
Aan elk van de 10 nummertoetsen (0 - 9) kunt u een faxnummer, een telefoonnummer en een naam toewij-
zen die automatisch geselecteerd worden wanneer u de betreffende toets langer dan een seconde indrukt.
Om een faxnummer en naam toe te wijzen:
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
Op het display verschijnt:
DATUM / TIJD
Tot op het display verschijnt:
1 TOETS NUMMERS
Op het display verschijnt:
DRUK 1 TOETSNR.
TOETS: 0-9
/ Druk op de nummertoets waaraan u een faxnummer wilt
toewijzen (bijv.
). Op het display verschijnt:
FAX NR
Op het display verschijnt:
1:fax NR
Indien er reeds een faxnummer werd opgeslagen, zal dit op het display verschijnen.
/ Vorm het gewenste faxnummer (max. 32 cijfers) direct op
het numerieke toetsenbord.
/ Als u een fout gemaakt heeft, plaatst u de cursor met de
|/}
toetsen het juiste cijfer.
op het verkeerde cijfer en overschrijft u het met
Om het nummer volledig te wissen.
Indien uw faxtoestel aangesloten is op een PBX, kunt u een buitenlijn nemen door op de toets u het nummer vormt. Op het display verschijnt de letter "E"
(external).
Om de instelling te bevestigen. Op het display verschijnt:
EXTERNAL
te drukken voordat
1:NAAM
Indien er reeds een naam werd opgeslagen, zal deze op het display verschijnen.
/ Voer de naam van de correspondent in (max. 16 tekens)
zoals u dat deed voor uw naam (zie "Nu ontbreken uw
naam en faxnummer nog", in het hoofdstuk "Installa­tie").
11
Page 30
/ Als u een fout gemaakt heeft, plaatst u de cursor met de
|/}
toetsen met het juiste teken.
Om de naam volledig te wissen.
Om de instelling te bevestigen. Op het display verschijnt:
op het verkeerde teken en overschrijft het
KIES ANDERE: JA
Nu kunt u de procedure afsluiten door op de toets te drukken of u kunt een andere one-touch-toets pro­grammeren door op de toets te drukken en de procedure vanaf stap 5 te herhalen, of u kunt aan dezelfde
nummertoets ( als heironder beschreven:
Om een telefoonnummer toe te wijzen:
Op het display verschijnt:
) een telefoonnummer toewijzen zo-
Op het display verschijnt:
/ Vorm de code waaraan u een faxnummer wilt toewijzen
DRUK 1 TOETSNR.
TOETS: 0-9
/ Druk opnieuw op de nummertoets en vervolgens op
|/}
de toetsen
. Op het display verschijnt:
TEL NR.
S
NELKIESCODES
U kunt een serie codes (01-32) gebruiken om extra fax- en telefoonnummers met namen in te stellen; deze wor-
den automatisch geselecteerd wanneer u op de toets
drukt en de betreffende code invoert. Volg de eerste twee stappen van de procedure voor one-
touch-toetsen, en dan:
Tot op het display verschijnt:
SNEL KIEZEN
DRUK SNELKIESNR.
(01-32):
(bijvoorbeeld,
). Op het display verschijnt:
fax NR
Volg vanaf hier de procedure voor de one-touch-toet­sen vanaf de stappen voor het invoeren van het faxnum-
mer, de naam het telefoonnummer van de correspondent.
Op het display verschijnt:
1:TEL NR.
Indien reeds een telefoonnummer werd opgeslagen, zal dit op het display verschijnen.
/ Vorm het gewenste telefoonnummer (max. 32 cijfers) direct
op het numerieke toetsenbord van het faxtoestel en druk op de toets verschijnt:
om de instelling te bevestigen. Op het display
1:NAAM
Nu kunt u, aangezien de andere gegevens ongewijzigd blijven, op de toets in de oorspronkelijke standby-modus te plaatsen.
Om alleen een telefoonnummer toe te wijzen zonder eerst een faxnummer op te slaan:
Volg de procedure voor het toewijzen van een faxnummer en een naam tot op het display verschijnt:
drukken om het faxtoestel weer
DRUK 1 TOETSNR.
TOETS: 0-9
/ Druk op de nummertoets waaraan u een telefoonnummer
wilt toewijzen (bijvoorbeeld
). Op het display verschijnt:
FAX NR
/ Druk op |/} om de andere beschikbar optie weer te geven:
tel NR
/ Vorm het gewenste telefoonnummer (max. 32 cijfers) direct
op het numerieke toetsenbord en druk op de toets om de instelling te bevestigen. Vanaf hier gaat de proce-
dure op de bekende manier verder.
OPMERKING
Indien u dit wenst, kunt u de onder de 10 one-touch-toet­sen en 32 snelkiescodes opgeslagen gegevens afdruk- ken (zie verderop in "Rapporten en lijsten afdrukken").
R
EEDS INGESTELDE ONE-TOUCH-TOETSEN OF
SNELKIESCODES
Volg de procedure voor de one-touch-toetsen of de proce­dure voor de snelkiescodes tot op het display verschijnt:
- Voor de one-touch-toetsen
of
- Voor de snelkiescodes
of
/ Typ het nieuwe telefoonnummer of faxnummer (max. 32
cijfers) over het oude, via het numerieke toetsenbord van
het faxtoestel of druk op de toets
Om de instelling te bevestigen. Op het display verschijnt:
of
Typ de nieuwe naam (max. 16 tekens) over de oude, of
druk op de toets
WIJZIGEN/WISSEN
1:fax NR
1:tel. NR
01:fax NR
01:tel. NR
.
1:NAAM
01:NAAM
.
12
Page 31
Om de instelling te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo­dus te plaatsen.
V
ERZENDEN VIA ONE-TOUCH-TOETSEN
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie­velijk, NORMAL en (standaard).
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie aan zoals beschreven in "Afstellen van contrast en resolutie".
/ Druk langer dan een seconde op de gewenste nummer-
/ Druk op de toetsen |/} om het gewenste faxnummer of de
naam van de correspondent te vinden aan wie u het docu­ment wilt sturen.
Door het afdrukken van rapporten kunt u het resultaat van alle uitge­voerde transacties (verzendingen en ontvangsten), het aantal ver­werkte documenten en andere nuttige informatie controleren.
Om de verzending te starten.
R
APPORTEN EN LIJSTEN AFDRUKKEN
R
APPORTEN
toets, bijvoorbeeld MING FAXNR." en vervolgens de cijfers van het toegewe-
zen faxnummer. Als eveneens de naam werd opgeslagen, geeft het display de naam weer.
Wanneer het nummer is gekozen, verloopt de verzending verder op de bekende manier.
V
ERZENDEN VIA SNELKIESCODES
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie­velijk, NORMAL en (standaard).
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie aan zoals beschreven in "Afstellen van contrast en resolutie".
Op het display verschijnt:
. Op het display verschijnt "VOR-
VORMING FAXNR.
CODE OF < >
/ Vorm de gewenste snelkiescode, bijvoorbeeld .
Op het display verschijnen de cijfers van het toegewezen faxnummer. Als eveneens de naam werd opgeslagen, geeft het display de naam weer.
Wanneer het nummer is gekozen, verloopt de verzending verder op de bekende manier.
V
ERZENDEN MET ONE-TOUCH-TOETSEN OF SNELKIESCODES
OPZOEKEN IN HET ADRESBOEK
DOOR
Als u zich de one-touch-toets of snelkiescode niet herinnert die u aan een bepaald faxnummer heeft toegewezen, kunt u de verzending toch starten door het nummer als volgt in het adresboek op te zoeken:
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie­velijk, NORMAL en
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie aan zoals beschreven in "Afstellen van contrast en resolutie".
Op het display verschijnt:
(standaard).
Het faxtoestel kan de volgende rapporten afdrukken:
Stroomonderbrekingsrapport: dit rapport wordt altijd auto- matisch afgedrukt na een stroomonderbreking.
- Als de stroom uitviel tijdens verzending of ontvangst van een document, zal het faxtoestel bij herstel van de normale werking automatisch een rapport afdrukken met de gegevens van de be­treffende verzending of ontvangst.
- Als de stroom uitviel tijdens of na een verzending uit het geheugen of een ontvangst in het geheugen, zal het faxtoe­stel bij herstel van de normale werking automatisch eenrapport afdrukken dat het totale aantal pagina's aangeeft (m.b.t. verzen­ding en ontvangst) dat uit het geheugen werd gewist.
Activeringsrapport: bevat de gegevens m.b.t. de laatste 25 transacties (verzendingen en ontvangsten), die in het geheu­gen opgeslagen blijven en wordt automatisch afgedrukt na elke 15e transactie of wanneer u dit opvraagt.
Rapport laatste verzending: dit rapport bevat de gegevens van de laatste verzending. Het kan, indien zo geprogrammeerd,
altijd automatisch afgedrukt worden na elke verzending, of wanneer u dit opvraagt.
Foutberichtenrapport: dit rapport bevat eveneens de gege­vens van de laatste verzending maar wordt alleen na een mislukte verzending automatisch afgedrukt. Het faxtoestel is ingesteld om dit soort rapport automatisch af te drukken. Hoe u deze functie kunt uitschakelen, wordt beschreven in de betref­fende paragraaf.
Rapport laatste circulaire: bevat de gegevens met betrekking tot de laatste circulaire-verzending en kan indien geprogram­meerd, altijd automatisch afgedrukt worden na elke circu­laire-verzending, of op aanvraag op het gewenste moment.
Beller-ID-rapport: kan alleen op aanvraag worden afgedrukt en bevat de volgende informatie:
Naam beller
- Naam van de correspondent door wie u werd gebeld (indien
deze service is voorzien)
of
- PRIVÉ: indien de correspondent ervoor gekozen heeft zijn
identificatie niet weer te geven;
of
- NIET BESCHIKBAAR: indien de correspondent op een tele-
fooncentrale is aangesloten die niet over deze service be­schikt.
VORMING FAXNR.
CODE OF <>
13
Page 32
Nummer beller
- Nummer van de correspondent door wie u werd gebeld of
- PRIVÉ: indien de correspondent ervoor gekozen heeft zijn identificatie niet weer te geven;
of
- NIET BESCHIKBAAR: indien de correspondent op een tele­fooncentrale is aangesloten die niet over deze service be­schikt.
A
FOUTBERICHTENRAPPORT
Op het display verschijnt:
UTOMATISCHE AFDRUK VAN HET ZENDRAPPORT EN
ACTIVEREN/INACTIVEREN
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
R
APPORTEN INTERPRETEREN
Act. n. Het volgnummer van de uitgevoerde
transactie (verzending/ontvangst).
Type Soort transactie:
TX , TX ECM, TX POLL of TX POLL ECM voor verzending.
RX , RX ECM, RX POLL of RX POLL ECM voor ontvangst.
Doc N. Referentienummer van het opgeslagen
document. Dit nummer verbindt een docu­ment met elke verzending (enkele of circu­laire) uit het geheugen.
Nummervorming Het faxnummer van de correspondent dat
u gekozen hebt.
Verzenderidentificatie
Nummer (en eventueel naam) van de ge­selecteerde correspondent. Dit nummer komt overeen met het nummer dat u geko­zen hebt, mits de correspondent zijn faxnummer correct heeft ingesteld. Anders kan het afwijkend zijn of zelfs ontbreken.
Datum /Tijd Datum en tijd waarop de transactie werd
uitgevoerd.
Duur Duur van de transactie (in minuten en se-
conden).
Pag.'s Totaal aantal pagina's dat u hebt verzon-
den/ontvangen.
Resul. Resultaat van de transactie:
- OK: als de transactie met succes werd voltooid
- FOUTCODE XX: indien de transactie niet plaats gevonden heeft als gevolg van de oorzaak die door de foutcode wordt aan-
gegeven (zie "Foutcodes", in het hoofd­stuk "Problemen oplossen").
DATUM / TIJD
Op het display verschijnt:
PARAMETERS
Tot op het display verschijnt:
ERROR ZENDRAPPO.
/ Druk op de toetsen |/} om de andere twee beschikbare
opties weer te geven: "ZENDRAPPORT :AAN" en "ZEND­RAPPORT: UIT".
ERROR ZENDRAPPO. - het faxtoestel drukt alleen na een mislukte verzending automatisch een rapport af.
ZENDRAPPORT: AAN - het faxtoestel drukt na elke ver­zending automatisch een rapport af, ongeacht het resultaat.
ZENDRAPPORT: UIT - het faxtoestel drukt geen rappor­ten af.
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo­dus te plaatsen.
A
UTOMATISCHE AFDRUK VAN HET CIRCULAIRE-RAPPORT
/
ACTIVEREN
INACTIVEREN
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
Tot op het display verschijnt:
RAPP.CIRCUL.:AAN
/ Druk op de toetsen |/} om de andere beschikbare optie
weer te geven: "RAPP.CIRCUL.:UIT".
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo­dus te plaatsen.
14
Page 33
A
UTOMATISCHE AFDRUK VAN GEGEVENS BETREFFENDE EEN
UITGESTELDE
VERZENDING ACTIVEREN/INACTIVEREN
L
IJST VAN INSTALLATIEPARAMETERS AFDRUKKEN
Tot op het display verschijnt:
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
Op het display verschijnt:
DATUM / TIJD
Op het display verschijnt:
PARAMETERS
Tot op het display verschijnt:
LIJST UITST.:AAN
/ Druk op de toetsen |/} om de andere beschikbare optie
weer te geven: "LIJST UITST.: UIT".
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo­dus te plaatsen.
A
FDRUK VA N HET ZENDRAPPORT, ACTIVITEITENRAPPORT
CIRCULAIRE-RAPPORT EN BELLER-ID-RAPPORT OPVRAGEN
Tot op het display verschijnt:
,
INSTALLATIE PAR.
Op het display verschijnt:
TEL.NET INSTELL.
Tot op het display verschijnt:
INSTALLATIELIJST
Op het display verschijnt:
LIJST AWA:
/ Met de toetsen |/} kunt u de andere beschikbare optie
weergeven: "GEEN LIJST AWA".
Om uw keuze te bevestigen.
OPMERKING
Indien u "LIJST AWA: " geselecteerd hebt, komt het fax­toestel na de afdruk automatisch weer in de oorspronkelijke standby-modus terug. Indien u "GEEN LIJST AWA" geko-
zen hebt, drukt u op de toets de oorspronkelijke standby-modus te plaatsen.
L
IJST VAN CONFIGURATIEPARAMETERS EN GEGEVENS VAN DE
-
TOUCH-TOETSEN EN SNELKIESCODES AFDRUKKEN
ONE
om het faxtoestel weer in
RAPPORTEN
Op het display verschijnt:
RAPP. LAATSTE TX
/ Druk op de toetsen |/} om de andere beschikbare opties
weer te geven: "RAP.LAATSTE CIRC", "ACTIVITEIT.RAPP.", "LIJST BELLERS", "LIJST RAPP. UIT".
Om uw keuze te bevestigen. Nadat het rapport is afgedrukt, komt het faxtoestel automa-
tisch weer in de oorspronkelijke standby-modus terug.
OPMERKING
Indien u "LIJST RAPP. UIT" hebt geselecteerd, drukt u op de toets te plaatsen.
L
IJSTEN
U kunt de volledige lijsten met installatie- en configuratie­parameters en de gegevens van de one-touch-toetsen en snelkiescodes op elk gewenst moment afdrukken.
Wanneer u een afdruk van de installatie- en configuratieparameters vraagt, kunt u een bijgewerkt rapport afdrukken van de vooraf inge­stelde waarden en van de waarden die u af en toe overeenkomstig uw behoeften hebt ingesteld.
om het faxtoestel weer in de standby-modus
Op het display verschijnt:
Op het display verschijnt:
/ Druk op |/} om de andere beschikbare opties weer te
OPMERKING
Indien u de optie "AFDRUKOPTIE: UIT" hebt geselecteerd, drukt u op de toets spronkelijke standby-modus te plaatsen.
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
DATUM / TIJD
Tot op het display verschijnt:
PRINT INSTELLING
PRINT PARAMETERS
geven: "LIJST 1 TOETSNRS", "LIJST SNELKIESNR" en "AFDRUKOPTIE: UIT".
Om uw keuze te bevestigen. Na de afdruk komt het faxtoestel automatisch weer in de
oorspronkelijke standby-modus terug.
om het faxtoestel weer in de oor-
15
Page 34
HET
FAXTOESTEL ALS EEN TELEFOON GEBRUIKEN
Als u de lijn neemt door opnemen van de hoorn, beschikt u over alle functies die een normale telefoon biedt. Hiertoe behoort ook de functie R (REGISTER RECALL, geactiveerd
met de toets
netwerkcentrale worden geboden.
U hebt tevens beschikking over de volgende functies:
Oproepen van een correspondent met gebruik van de gepro­grammeerde snelkiesprocedures, zie hieronder "Opbellen via de one-touch-toetsen" en "Opbellen via de snelkiescodes".
Tijdelijk onderbreken van een telefoongesprek door indruk-
ken van de toets
zodra u dezelfde toets weer indrukt.
O
PBELLEN VIA DE ONE-TOUCH-TOETSEN
/ Druk de gewenste toets gedurende meer dan een seconde
) die toegang biedt tot speciale diensten die door de
(HOLD). U kunt het gesprek voortzetten
Steek geen document in de ADF.
in, bijvoorbeeld
TELNR." en vervolgens de cijfers van het toegewezen telefoonnummer (zie "One-touch-toetsen en snelkies-
codes programmeren", in het hoofdstuk "Basisfuncties voor verzenden en ontvangen"). Als ook de naam is
opgeslagen, wordt deze op het display weergegeven.
. Op het display verschijnt "VORMING
O
PBELLEN DOOR ZOEKEN IN HET ADRESBOEK
Steek geen document in de ADF.
Neem de lijn door de hoorn op te nemen. Op het display
verschijnt:
VORMING TELNR.
Op het display verschijnt:
VORMING TELNR.
CODE OF < >
/ Druk op de toetsen |/} om het telefoonnummer of de naam
te vinden van de persoon die u wilt bellen.
Om het kiezen te starten.
Zodra het nummer is gevormd en de correspondent ant­woordt, kunt u het gesprek beginnen.
Zodra het nummer is gevormd en de correspondent ant-
woordt, neemt u de hoorn op om het gesprek te beginnen.
O
PBELLEN VIA DE SNELKIESCODES
Steek geen document in de ADF.
Neem de lijn door de hoorn op te nemen. Op het display
verschijnt:
VORMING TELNR.
Op het display verschijnt:
VORMING TELNR.
CODE OF < >
/ Vorm de gewenste snelkiescode, bijvoorbeeld .
Op het display verschijnen de cijfers van het toegewezen telefoonnummer (zie "One-touch-toetsen en snelkies-
codes programmeren", in het hoofdstuk "Basisfuncties voor verzenden en ontvangen"). Als ook de naam is
opgeslagen, wordt deze op het display weergegeven.
Zodra het nummer is gevormd en de correspondent ant­woordt, kunt u het gesprek beginnen.
16
Page 35
HET
FAXTOESTEL ALS EEN KOPIEERAPPARAAT GEBRUIKEN
W
ELKE DOCUMENTEN KUNT U KOPIËREN
Zorg ervoor dat het te kopiëren document voldoet aan de kenmer­ken die zijn beschreven in "Welke documenten kunt u gebrui-
ken", in het hoofdstuk "Basisfuncties voor verzenden en ont- vangen".
K
OPIËREN
OPMERKING
Wanneer u de kopieertaak wilt onderbreken, drukt u twee­maal op de toets verwijderen, en daarna om het faxtoestel opnieuw in de
oorspronkelijke standby-modus te plaatsen. Indien het te verwijderen document verscheidene pagina's telt, dient u alle andere pagina's handmatig te verwijderen
voordat u op de toets
ZO
Zoals reeds gezegd, kunt u het faxtoestel ook als een kopieerapparaat gebruiken. De kwaliteit van de kopie is afhankelijk van de waarden voor contrast en resolutie
die u m.b.v. de toetsen en instelt voordat u de
kopie maakt.
Kies het contrast op basis van de volgende criteria:
NORMAL, als het document noch te donker noch te licht is.
LICHT, als het document bijzonder donker is.
DONKER, als het document bijzonder licht is.
Kies de resolutie op basis van de volgende criteria:
TEKST, als het document goed leesbare tekst of een- voudige afbeeldingen bevat.
FOTO, als het document schaduw bevat.
KWALITEIT
Op het display verschijnt:
Tot op het display verschijnt:
Tot op het display verschijnt:
: eerst om het origineel uit de ADF te
drukt om de eerste uit te voeren.
MAAKT U EEN KOPIE VAN UITSTEKENDE
Om een kopie van uitstekende kwaliteit te verkrijgen van een document dat schaduw bevat, dient naast de resolutie-instelling op FOTO, de functie HOGE KWALITEIT op het faxtoestel te zijn ingeschakeld. Is dit niet het geval, dan doet u het volgende:
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
DATUM / TIJD
PRINTER PARAMET.
Steek het document in de ADF
Om de gewenste zoom-waarde te kiezen: "100%", "140%"
Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor het
contrast, de resolutie en de reproductie: respectievelijk NORMAL, TEKST en 100%.
Om het gewenste type contrast te kiezen: "LICHT", "DON-
KER" of "NORMAL".
Om het gewenste type resolutie te kiezen: "TEKST" of
"FOTO".
of "70%".
Druk direct op de toets
kopie wilt maken, of voer het gewenste aantal kopieën in
(max. 9) voordat u op de toets
slaat de pagina's waaruit het document bestaat een voor een op, alvorens de kopieën te maken.
indien u slechts een enkele
drukt. Het faxtoestel
/ Druk op de toetsen |/} om de andere beschikbare optie
Om de instelling te bevestigen.
KOPIE: NORMAL
weer te geven:
KOPIE: HOGE KWAL
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
17
Page 36
G
EAVANCEERD GEBRUIK
O
VERIGE NUTTIGE INSTELLINGEN VOOR
ONTVANGST
A
FDRUKZONE VAN EEN ONTVANGEN DOCUMENT VERKLEINEN
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
Op het display verschijnt:
DATUM / TIJD
Tot op het display verschijnt:
PRINTER PARAMET.
Tot op het display verschijnt:
VERKLEINEN 94%
/ Druk op |/} om een van de beschikbare verkleinings-
ratio's te kiezen: "80%", "76%", "70%" en "UIT".
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
OPMERKING
Indien u de parameter "PRINT EXTRA:AUTO" selecteert, zal het faxtoestel de resterende tekst op een andere pagina afdruk­ken indien deze tekst minstens 12 mm van de pagina bedekt. Indien u de parameter "PRINT EXTRA: AAN" selecteert, zal het faxtoestel de resterende tekst altijd op een andere pagina afdrukken. Indien u de parameter "PRINT EXTRA: UIT" selecteert, zal het faxtoestel de resterende tekst niet afdrukken.
S
TILLE ONTVANGST INSCHAKELEN
In de ontvangstmodi "WERKING AUTO" en "TELEFOON/ FAX" kunt u het faxtoestel instellen op het ontvangen van documenten zonder dat er bij de oproep belsignalen overgaan.
Wanneer deze functie is ingeschakeld, hangt het gedrag van het faxtoestel af van de geselecteerde ontvangstmodus en van wie de oproep verricht:
in de modus "WERKING AUTO", geeft het faxtoestel bij ontvangst van een oproep, nooit een belsignaal;
in de modus "TELEFOON/FAX", geeft het faxtoestel bij ontvangst van een oproep alleen geen belsignaal in- dien de oproep van een ander faxtoestel komt. Als het een telefoonoproep betreft, geeft het faxtoestel een geluidssignaal, in plaats van de belsignalen, ten teken dat u de hoorn op moet nemen.
D
OCUMENT ONTVANGEN DAT LANGER IS DAN HET
PAPIERFORMAAT
Indien u een document ontvangt dat langer is dan het ge­bruikte papierformaat, kunt u het faxtoestel zo instellen dat de resterende tekst op een andere pagina wordt afgedrukt.
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
Op het display verschijnt:
DATUM / TIJD
Tot op het display verschijnt:
PRINTER PARAMET.
Tot op het display verschijnt:
PRINT EXTRA:AUTO
/ Druk op |/} om een van de andere twee beschikbare
parameters te kiezen: "PRINT EXTRA: UIT" of "PRINT EXTRA: AAN".
Om uw keuze te bevestigen.
Tot op het display verschijnt:
INSTALLATIE PAR.
Tot op het display verschijnt:
STILLE RX: UIT
/ Druk op de toetsen |/} om de andere beschikbare optie
weer te geven: "STILLE RX: AAN".
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen. Op de tweede regel van het display, knip­pert afwisselend "STILLE ONTVANGST".
18
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
Page 37
N
AAM OF NUMMER VAN DE BELLER WEERGEVEN
V
OLUME BELSIGNALEN WIJZIGEN
Deze functie, die op aanvraag van de gebruiker door het telefoon­bedrijf geactiveerd kan worden, is slechts in enkele landen be- schikbaar en is compatibel met de Norm ETSI ETS 300 778-1. Met deze functie kunt u meteen zien door wie u wordt gebeld. U kunt dus beslissen of u de oproep al of niet wilt beantwoorden. Met deze functie zal het faxtoestel, als het zich in de standby-mo-
dus bevindt, bij elke oproep altijd automatisch een van de volgende aanduidingen weergeven:
nummer of naam van de beller;
PRIVÉ: indien de correspondent ervoor gekozen heeft zijn iden-
tificatie niet weer te geven;
NIET BESCHIKBAAR: indien de correspondent op een tele-
fooncentrale is aangesloten die niet over deze service beschikt.
Als u echter bezig bent uw faxtoestel te programmeren en u wilt bij binnenkomst van een oproep weten door wie u gebeld wordt,
moet u op de toets Het kan gebeuren dat door bijzondere kenmerken van de telefooncen­trale waarop u aangesloten bent, het nummer van de beller niet op het faxtoestel wordt weergegeven. Mocht dit probleem zich voordoen, neem dan contact op met het technische servicecentrum in uw land.
A
ANTAL BELSIGNALEN WIJZIGEN
drukken.
Tot op het display verschijnt:
Op het display verschijnt:
Op het display verschijnt:
Tot op het display verschijnt:
/
H
ERKENNING VAN HET BELSIGNAAL-RITME
FAX SET-UP
DATUM / TIJD
PARAMETERS
VOLUME BEL.:HOOG
Druk op |/} om de andere beschikbare opties weer te geven: "VOLUME BEL.:LAAG", "VOLUME BEL.:MID." en
"VOLUME BEL.:UIT". Bijvoorbeeld: "VOLUME BEL.:MID."
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
Deze functie is slechts in enkele landen beschik­baar.
Indien het faxtoestel in de ontvangstmodus TELEFOON/ FAX staat, kan het na twee belsignalen automatisch
detecteren of de oproep afkomstig is van een ander faxtoestel (FAX) of van een telefoon (TEL).
Indien u dit wenst, kunt u het aantal belsignalen als volgt wijzigen:
Tot op het display verschijnt:
INSTALLATIE PAR.
Op het display verschijnt:
TEL.NET INSTELL.
Tot op het display verschijnt:
AANT.BELSIGN.:02
/
Druk op |/} om de andere beschikbare waarden weer te geven: "01", "03", "04", "05", "06", "07" en "08". Bijvoor-
beeld:"04".
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
In enkele landen bieden de telefooncentrales de mogelijk­heid aan dezelfde telefoonlijn twee of meer telefoon- of faxnummers toe te kennen, die voor verschillende ge­bruikers zijn bestemd. Elk nummer krijgt een bepaald bel- signaal-ritme.
Deze functie is bijzonder nuttig in huis of in een klein kan­toor, waar dezelfde telefoonlijn door meerdere personen wordt gedeeld.
Uw faxtoestel is in staat om één van deze ritmes te herkennen (zie onderstaande procedure). Op deze ma- nier zal het faxtoestel (in de ontvangstmodus "TELEFOON/ FAX") wanneer het een oproep ontvangt met dat speci-
fieke belsignaal-ritme, altijd alleen voor ontvangst van een document worden ingesteld.
Deze functie is bijzonder geschikt in combinatie met de stille ontvangst aangezien het faxtoestel alleen een belsignaal zal geven indien het een telefoonoproep betreft.
Tot op het display verschijnt:
INSTALLATIE PAR.
Op het display verschijnt:
TEL.NET INSTELL.
Tot op het display verschijnt:
GEAVANC.FUNCTIES
Tot op het display verschijnt:
ONDERS. BEL: UIT
/
Druk op |/} tot op het display verschijnt:
WIJZIG. PATROON
19
Page 38
Om uw keuze te bevestigen. Op het display verschijnt:
Tot op het display verschijnt:
AUTODETECTIE BEL
Bel het faxtoestel met het gewenste belsignaal-ritme tot het faxtoestel dit detecteert. Op het display verschijnt:
/ Druk op |/} om de andere beschikbare waarden weer te
BEL GEDETECT.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
OPMERKING
Indien het faxtoestel dit specifieke belsignaalritme niet kan herkennen, verschijnt op het display het bericht "BEL NIET
GEDET.". Druk in dat geval op de toets de procedure.
Z
OEMERDUUR WIJZIGEN
Deze functie is slechts in enkele landen beschikbaar.
Wanneer het faxtoestel ingesteld is op automatische ont­vangst met oproeptypeherkenning gedraagt het zich
als volgt:
indien een fax oproept, wordt de oproep automatisch ont-
vangen na het ingestelde aantal belsignalen;
indien een telefoontoestel oproept, weerklinkt 20 se­conden lang een geluidssignaal, waarna de ontvangst automatisch wordt gestart indien u de hoorn nog steeds niet hebt opgenomen.
Indien u dit wenst, kunt u de zoemerduur als volgt wijzigen:
en herhaal
Op het display verschijnt:
DUUR STILTE: 6
geven: "STILLE PAUZE: 3", "4", "6", "8", "10" of "STILLE PAUZE: NEE". Bijvoorbeeld "4".
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
A
FSTANDSBEDIENINGSCODE WIJZIGEN
Indien het faxtoestel aangesloten is op een extra telefoon die in toonkiesmodus werkt en ingesteld is op manuele ontvangst of op automatische ontvangst met oproep­type-herkenning, kunt u bij elke oproep van een corres­pondent die u een document wil zenden de ontvangst sturen door de code * * op de extra telefoon in te voeren. Deze procedure heeft hetzelfde resultaat als het indrukken
van de toets
U kunt alleen de tweede asterisk van deze code vervan­gen door een cijfer van 0 tot 9.
Tot op het display verschijnt:
op uw faxtoestel.
INSTALLATIE PAR.
TEL.NET INSTELL.
Tot op het display verschijnt:
INSTALLATIE PAR.
Op het display verschijnt:
TEL.NET INSTELL.
Tot op het display verschijnt:
FAX/TEL TIJD:20
/ Druk op |/} om de andere beschikbare waarden weer te
geven: "15", "30", of "40". Bijvoorbeeld "40".
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
S
TILLE PERIODE WIJZIGEN
Deze functie is slechts in enkele landen beschikbaar.
Om de stille periode op uw faxtoestel te wijzigen gaat u als volgt te werk:
Tot op het display verschijnt:
PUBL.LIJN (PSTN)
Tot op het display verschijnt:
REMOTE START:AAN
Op het display verschijnt:
DRUK CODE
codE (0/9,*) **
/ Voer de nieuwe code in, bijvorbeeld:"*8".
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
OPMERKING
Indien u op een privé-lijn bent aangesloten, dezelfde proce­dure volgen tot weergave van "PUBL.LIJN (PSTN)", op de toetsen |/} drukken om "PRIV.LINE (PBX)" weer te geven en dan verder gaan zoals aangegeven in de procedure.
Tot op het display verschijnt:
INSTALLATIE PAR.
Op het display verschijnt:
TEL.NET INSTELL.
20
Page 39
O
VERIGE NUTTIGE INSTELLINGEN VOOR
L
UIDSPREKERVOLUME AANPASSEN
VERZENDING
H
ERHALING VAN MISLUKTE VERZENDING UIT HET GEHEUGEN
/
ACTIVEREN
INACTIVEREN
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
Op het display verschijnt:
DATUM / TIJD
Op het display verschijnt:
PARAMETERS
Tot op het display verschijnt:
HERH. VERZ.:UIT
/ Druk op |/} om de andere beschikbare optie weer te ge-
ven: "HERH. VERZ.:AAN".
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
V
ERBINDINGSTONEN WEERGEVEN
Het faxtoestel is zo ingesteld dat u de kiestonen tijdens het kiezen van het nummer en de verbindingstonen die tussen uw faxtoestel en het andere toestel worden uitgewisseld, kunt horen. Is dit niet het geval, dan programmeert u dit als volgt:
Als het volume van de lijn- en verbindingstonen te laag of te hoog is, kunt u dit aanpassen met behulp van de toetsen
en .
Op het display verschijnt:
VORM NUMMER
/ Druk op |/} om het volume van de luidspreker te verlagen
of te verhogen.
Z
OEMERVOLUME AANPASSEN
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
Op het display verschijnt:
DATUM / TIJD
Op het display verschijnt:
PARAMETERS
Tot op het display verschijnt:
ZOEMERVOL.:LAAG
/ Druk op |/} om de andere beschikbare opties weer te ge-
ven: "ZOEMERVOL.:HOOG", "ZOEMERVOL.:MIDD." en "ZOEMERVOL.:UIT". Bijvoorbeeld: "ZOEMERVOL.:MIDD."
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
Tot op het display verschijnt:
INSTALLATIE PAR.
Op het display verschijnt:
TEL.NET INSTELL.
Tot op het display verschijnt:
DIAGNOSE
Tot op het display verschijnt:
LIJNDETECTIE:UIT
/ Druk op |/} om de andere beschikbare optie weer te ge-
ven: "LIJNDETECTIE:AAN".
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
V
ERZENDINGSSNELHEID VERMINDEREN
Het faxtoestel is ingesteld om te verzenden bij een snel­heid van 9600 bps (bits per seconde). Bij storingen op
de telefoonlijn wordt een snelheid van 4800 bps aangera­den.
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
Op het display verschijnt:
DATUM / TIJD
Op het display verschijnt:
PARAMETERS
Tot op het display verschijnt:
ZEND SNELH. 9.6
/ Druk op |/} om de andere beschikbare optie weer te ge-
ven: "ZEND SNELH. 4.8".
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
21
Page 40
A
UTOMATISCHE RESOLUTIE INSTELLEN
V
ERZENDEN/ONTVANGEN VA N EEN DOCUMENT
Als u het type resolutie niet selecteert voordat u een docu­ment verzendt, voert het faxtoestel de verzending automa­tisch uit op basis van de waarde waarop hij reeds is inge­steld (in dit geval: STANDARD).
Indien u dit wenst, kunt u het faxtoestel als volgt instellen op automatische verzending met de resolutie FIJN:
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
Op het display verschijnt:
DATUM / TIJD
Op het display verschijnt:
PARAMETERS
Tot op het display verschijnt:
Tx RESOL. std
/ Druk op |/} om de andere beschikbare optie weer te
geven: "TX RESOL. FIJN".
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
A
CTIVEREN/STOPZETTEN VAN DE ECM MODUS
ECM (Error Correction Mode) is een correctiesysteem
voor fouten die worden veroorzaakt door storingen van de telefoonlijn. Om hiervan te kunnen gebruikmaken, moet deze functie zowel op uw fax als op het toestel van uw corres­pondent geactiveerd zijn De letter "E" op het display geeft aan dat de functie geactiveerd is.
Uw faxtoestel is voorgeprogrammeerd om met deze modus te verzenden. Om het toestel op normaal verzenden in te stellen, volgt u onderstaande procedure:
Tot op het display verschijnt:
FAX SET-UP
.M.V. DE
D
WAT IS
Wanneer een faxtoestel een ander om een verzending vraagt, zodat het document automatisch verzonden wordt, spreken we van polling. De communicatie met de pollingmethode heeft de volgende twee fundamentele kenmerken:
de gebruiker die het document wil ontvangen, vraagt de verzending aan. Dit betekent dat een gebruiker een verbinding met een ander faxtoestel tot stand kan brengen en dit toestel kan vragen hem automatisch een (speciaal voorbereid) document te zenden, ook wanneer er aan de andere kant van de lijn niemand aanwezig is.
de transactiekosten zijn voor rekening van degene die de verzending aanvraagt (d.w.z. degene die het document ont­vangt) en niet van degene die het document verzendt.
A
ANVRAGEN VAN EEN VERZENDING (POLLING VOOR
ONTVANGST
POLLINGFUNCTIE
POLLING
)
Spreek het tijdstip voor de verzending met uw correspon­dent af, zodat deze het te verzenden document kan inste­ken. Stel uw faxtoestel in om het document te ontvangen, programmeer de kiesmethode die gebruikt moet worden om het andere faxtoestel op te roepen en het tijdstip waarop het document ontvangen moet worden.
Tot op het display verschijnt:
AFROEP ONTVANGST
Op het display verschijnt:
DRUK TIJDINSTELL
UU:mm
Om de huidige tijd te bevestigen of typ de nieuwe tijd er-
overheen, bijvoorbeeld "18:20" en druk vervolgens op de toets
. Op het display verschijnt:
Op het display verschijnt:
DATUM / TIJD
Op het display verschijnt:
PARAMETERS
Op het display verschijnt:
ecm:AAN
/ Druk op |/} om de andere beschikbare optie weer te ge-
ven: "ECM: UIT".
22
Om uw keuze te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
VORM FAX NUMMER
NUM/TOETS/SNELK.
/ Vorm het nummer van de correspondent op een van de
mogelijke manieren: direct op het numerieke toetsenbord of via de one-touch-toetsen of snelkiescodes.
Om de instelling te bevestigen. Het faxtoestel komt automa-
tisch in de oorspronkelijke standby-modus terug. Op de tweede regel van het display verschijnt: "POLL OTV: 18:20".
Page 41
R
EEDS INGESTELDE POLLING VOOR ONTVANGST WIJZIGEN
WISSEN
Tot op het display verschijnt:
/
AFROEP ONTVANGST
Op het display verschijnt:
REEDS INGEVOERD
Op het display verschijnt:
PARAM. WIJZIGEN?
/ Druk op |/} om de andere beschikbare optie weer te ge-
ven : "INSTELL. WISSEN?"
Om uw keuze te bevestigen.
INSTELL. WISSEN? - Om de instelling te annuleren. Het faxtoestel komt weer in de oorspronkelijke standby-modus terug.
PARAM. WIJZIGEN? - Om het tijdstip voor de polling of het nummer van de correspondent van wie u het document wilt ontvangen te wijzigen. Op het display verschijnt:
DRUK TIJDINSTELL
UU:mm
Vanaf hier gaat u verder zoals beschreven in de laatste drie stappen van de procedure "Aanvragen van een ver-
zending".
V
OORBEREIDEN VA N EEN DOCUMENT VOOR VERZENDING
(
POLLING VOOR VERZENDING
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie­velijk, NORMAL en (standaard).
Tot op het display verschijnt:
)
AFROEP ZENDING
Druk tweemaal op de toets . Op de tweede regel van het display verschijnt: "AFROEPONT. SET".
OPMERKING
U kunt de pollinginstelling voor verzending annuleren door het document uit de ADF te nemen of door op de toets te drukken.
23
Page 42
P
g
g
g
g
g
g
g
g
g
g
g
g
g
g
g
geg
g
geg
ROBLEMEN OPLOSSEN
W
ANNEER DE STROOM UITVALT
K
LEINE PROBLEMEN OPLOSSEN
In geval van een stroomonderbreking, bewaart het faxtoestel de geprogrammeerde nummers voor one-touch-toetsen en snelkiescodes en de rapporten in het geheugen. De vol­gende gegevens gaan echter verloren:
- De documenten in het geheugen. In dat geval drukt het faxtoestel automatisch een rapport af dat het totale aantal pagina’s (m.b.t. verzending en ontvangst) aangeeft dat uit het geheugen werd gewist.
- De instellingen voor verzending uit het geheugen, uitge­stelde verzending en polling voor ontvangst en verzen­ding.
- Het circulaire-rapport.
- De lijst van beller-ID’s.
Het activeringsrapport bevat de gegevens m.b.t. de laatste 15 transacties (in plaats van de laatste 25).
W
ANNEER HET PAPIER OF DE INKT OPRAAKT
Als tijdens ontvangst het papier opraakt of vastloopt, of de inkt is op of het deksel van het printkopcompartiment is open of de papiersteun is dicht, wordt het afdrukken on-
derbroken, op het display verschijnt het betreffende be­richt en het ontvangen document wordt tijdelijk in het ge- heugen opgeslagen. Wanneer de storing eenmaal is her­steld, begint het faxtoestel weer af te drukken.
W
ANNEER DE VERZENDING MISLUKT
Onderstaande lijst biedt enkele aanwijzingen voor het oplossen van kleine problemen.
PROBLEEM OPLOSSING
U kunt het faxto este l niet ins chake len
U kunt het document niet correct insteken
Het toe s tel kan documenten verzenden.
Het toe s tel kan niet auto matisch ontvan
Het toe s tel kan niet kopiëren of ontvan
een
en.
en.
Controleer of het stroomsnoer
oed op het stopcontact is
aan
esloten.
Controleer of het document voldoet aan de aanbevelin in de para
documenten kunt u
ebruiken", in het hoofdstuk "Basisfuncties voor verzenden en ontvan
Controleer of het document niet vast
De lijn is bezet: wacht tot deze vrij is en probeer het opnieuw.
U he bt het to estel in manuele ontvan op automatische ontv an
Controleer of het document of het vel papier niet vastgelopen is.
Het
eschikt: controleer de papierkenmerken vermeld in het hoofdstuk "Technische
raaf "Wel ke
en".
elopen is.
st: stel het in
ebruikte papiertype is niet
evens".
en
esteld op
st.
Het is mogelijk dat de kwaliteit van het ontvangen docu­ment te wensen overlaat door problemen op de lijn als gevolg van overbelasting of andere storingen, en dat de ontvanger u vraagt het hem opnieuw te zenden. In dit geval kunt u het beste een lagere snelheid instellen. U moet de snelheid verlagen tot 4800 bps volgens de proce­dure beschreven in het gedeelte "Verzendingssnelheid verminderen", in het hoofdstuk "Geavanceerd gebruik". Indien de verzending mislukte door lijn- of faxproblemen, gaat de FOUTEN-LED " een kort geluidssignaal; in dat geval drukt het toestel automa­tisch het zendrapport af (zie verderop "Rapporten en lijs- ten afdrukken"), waarin een foutcode de oorzaak aan­geeft (verderop vindt u een lijst met alle foutcodes). Wanneer het rapport volledig afgedrukt is, drukt u op de toets
om de FOUTEN-LED " " te doven en verwijdert
met de hand het originele document uit de ADF.
" branden en geeft het faxtoestel
De afdrukken zijn volledi blanco.
Steek het document met de
evens naar onder gericht in
de ADF.
OPMERKING
Indien het toestel geen documenten kan verzenden of ont­vangen, kan dit ook aan andere oorzaken te wijten zijn. Deze oorzaken zullen worden aangegeven in de vorm van een foutcode in het "Zendrapport" en in het "Activiteiten- rapport", zie "Rapporten en lijsten afdrukken", in het hoofdstuk "Basisfuncties voor verzenden en ontvan- gen".
24
Page 43
F
OUTCODES
De foutcodes die zowel op het zendrapport als op het activiteiten­rapport worden afgedrukt bestaan uit twee cijfers die de oorzaak van de fout aangeven. Op het activiteitenrapport wordt de code we­gens plaatsgebrek zonder verder bericht weergegeven.
CODE BERICHT OORZAAK VAN DE FOUT WAT U MOET DOE N
OK Geen bericht. Transactie correct
voltooid.
02 ONMOGELIJKE VERBINDING Het faxtoestel detecteert geen lijntoon of
ontvangt foutieve signalen.
03 GEEN MELDING NA OPROEP Het opgweroepen nummer antwoordt niet of
is geen faxtoestel.
04 FOUT IN DE VERZE NDING
HERHALEN VANAF PAGINA: nn
05 HERHA AL PAGINA
nn, ..... nn
07 DOCUME NT TE LANG Het te v erze nden do cume nt is te lang. De
08 NAK IJKEN DOK.DOORGANG De optische s canner kan het do cument niet
09 STOP PROCEDUURE U hebt de verzending onderbroken. Geen interventie.
10 Geen bericht Het faxtoestel heeft een storing gedetecteerd
Er werd een storing gedetecteerd tijdens de
verzending. "nn" = nummer van de pagina waarb ij de fout optrad.
Het opgeroepen faxtoestel heeft fouten gedetecteerd tijdens de ontvangst. "nn" = nummer van de pagina die verzonden werd
toen de fout optrad.
verzendingstijd overschrijdt de toegelaten
limiet.
lezen.
tijdens de ontvangst.
Geen interventie.
Controleer of het faxtoestel correct op de
telefoonlijn is aangeslo ten en of de hoorn
ingehaakt is. Probeer opnieuw.
Controleer o f het nummer van d e correspondent juist is.
Herhaal de verzending vanaf de pagina aangegeven in het rapport.
Herhaal de verzending van de pagina's aangegeven in het rapport.
Splits het te verzenden document op.
Neem het document uit de ADF en steek het opnieuw in voordat u de verzending opnieuw start.
Neem contact op met de correspondent en
vraag hem het do cument op nieuw te verzenden.
11 Geen bericht De printer gedraagt zich abnormaal tijdens de
ontvangst. Resterend document opgeslagen in geheuge n maar geheug encapaciteit overschreden voor einde van procedure.
13 FOUT IN AFROEPVERZENDING Er steekt geen document in de ADF van het
andere faxtoestel en dit werd niet ingesteld
voor verzending na polling.
16 STROOMSTORING MET PAGINA nn Stroomonderbreking tijdens verzending of
ontvang st.
(OK) Geen bericht. Het document kon ontvangen worden maar
de afdrukkwaliteit laat te wensen over.
OCC LIJN BEZET De lijn is bezet. Probeer opnieuw bij onbezette lijn.
Verhelp het probleem en wacht tot het
opgeslagen document afgedrukt is.
Neem contact op met de correspondent.
Herhaal de verzending vanaf de pagina aangegeven in het rapport.
Neem contact op met de correspondent.
25
Page 44
S
IGNALEN EN BERICHTEN
Eventuele problemen die kunnen optreden worden gewoonlijk aan­gegeven door geluidssignalen (die soms vergezeld gaan van
visuele signalen: brandende fouten-LED " berichten op het display.
Het faxtoestel geeft eveneens geluidssignalen en berichten op het display die geen fout aangeven.
G
ELUIDSSIGNALEN DIE EEN FOUT AANGEVEN
") of door fout-
GEEN NUMMER AANW
U hebt een snelkiescode of one-touch-toets geselecteerd die niet geprogrammeerd is: programmeer de toets of de code (zie "One- touch-toetsen en snelkiescodes programmeren", in het hoofd­stuk "Basisfuncties voor verzenden en ontvangen").
GEHEUGEN VOL
Een of meer documenten worden in het geheugen opgeslagen om­dat er tijdens de ontvangst een fout werd gedetecteerd, waardoor het geheugen vol is geraakt: controleer het type fout (papier op, papier vastgelopen, inkt op, deksel open, enz.) en los het probleem op. De documenten zullen automatisch worden afgedrukt, zodat er opnieuw geheugenplaats beschikbaar is.
Korte toon, 1 seconde lang
U hebt op de verkeerde toets gedrukt tijdens een procedure.
Langere toon, 3 seconden lang, plus brandende fouten-LED
Transactie mislukt.
Permanente toon
Hoorn van de haak, u vergat de hoorn in te haken na een vorige transactie.
OPMERKING
Om de fouten-LED " " uit te schakelen moet u op de toets
drukken.
F
OUTBERICHTEN OP HET DISPLAY
De verbinding is niet tot stand gekomen als gevolg van storingen op de lijn of omdat de correspondent bezet is: het faxtoestel staat in de wachtstand voor automatische kiesherhaling.
U hebt een ontvangst na polling ingesteld en de verbinding is niet tot stand gekomen als gevolg van storingen op de lijn of omdat de correspondent bezet is: het faxtoestel staat in de wachtstand voor automatische kiesherhaling.
U hebt een kopieertaak onderbroken door op de toets te drukken.
Er is een storing opgetreden tijdens het kopiëren van het docu­ment en het kon niet worden afgedrukt: controleer het type fout op het display en los het probleem op.
BEKIJK PRINTKOP
Het faxtoestel detecteert geen printkop omdat u vergeten bent de printkop in het toestel te installeren of omdat de printkop niet correct geïnstalleerd is: installeer de printkop of installeer hem opnieuw.
Bepaalde spuitmonden op de printkop zijn beschadigd, wat in een slechte afdrukkwaliteit resulteert. Voer de reinigings­procedure voor de printkop uit (zie “Reinigingsprocedure voor de printkop en testprocedure voor de spuitmonden”, in het hoofdstuk "Onderhoud").
DEKSEL OPEN
Het deksel van het printkopcompartiment staat open: sluit het.
DOCUMENT CONTR., DRUK OP
Het document is niet goed ingevoerd: plaats het document opnieuw in de automatische invoer (ADF) en druk op de toets normale werking van het faxtoestel te herstellen.
om de
DOK IN MEMORY
Het ontvangen document werd in het geheugen opgeslagen omdat tijdens de ontvangst een fout werd gedetecteerd en onmiddellijke afdruk niet mogelijk was: controleer het type fout (papier op; papier vastgelopen; inkt op; deksel open, enz.) en los het probleem op.
GEEN INKT MEER!
De inktpatroon is op: vervang de printkop (zie "Printkop vervan­gen", in het hoofdstuk "Onderhoud").
De ontvangst verliep niet correct; druk op de toets om de
fouten-LED " wissen.
De ontvangen gegevens werden in het geheugen opgeslagen we­gens een fout tijdens de ontvangst, die het afdrukken belette: zoek op de onderste regel van het display naar het fouttype en los het pro­bleem op.
Er is geen papier in de invoerlade: vul papier bij en druk op
Het papier is niet goed ingevoerd: plaats het papier opnieuw in de invoerlade en druk op de toets van het faxtoestel te herstellen.
Het papier is vastgelopen tijdens het kopieren of verzenden: druk op de toets dient u te controleren waar het geblokkeerd zit, en het handmatig te
verwijderen (zie "Vastgelopen documenten en papier verwijde- ren", in het hoofdstuk "Onderhoud").
HERHALING nnn
HERH. POLL nnn
KOPIE ONDERBR.
ONTV. ERROR
" uit te schakelen en het bericht van het display te
OV IN MEMORY
PAPIER CONTR., DRUK OP
om het bericht van het display te wissen.
om de normale werking
PAPIER PROBLEEM, DRUK OP
. Indien het papier niet automatisch wordt uitgevoerd,
26
Page 45
SYSTEEMFOUT nn
Er gebeurde iets abnormaals waardoor het faxtoestel geblokkeerd raakte: schakel het toestel eerst uit en dan weer in. Indien de fout niet verdwenen is, dient u het toestel uit te schakelen en de hulp van de technische dienst in te roepen.
Het faxtoestel is het gewenste nummer aan het vormen.
De ontvangst verliep succesvol.
NR. VORMING
ONTVANGST OK
VERKEERDE CODE, DRUK OP
Er werd een verkeerde toegangscode voor het antwoordappa­raat ingevoerd: druk op de toets
en voer de juiste code in.
U hebt de ontvangst onderbroken door op de toets te druk­ken.
VERWIJDER DOK., DRUK OP
Indien het document geblokkeerd raakt tijdens het kopiëren of verzenden, dient u op de toets te drukken. Indien het document niet automatisch wordt uitgevoerd, moet u het document
handmatig verwijderen (zie “Vastgelopen documenten en papier verwijderen”, in het hoofdstuk "Onderhoud").
U hebt het scannen onderbroken door op de toets te drukken.
VZ ERROR
De verzending verliep niet correct; druk op de toets om de
fouten-LED " wissen, en herhaal de verzending.
A
NDERE GELUIDSSIGNALEN
Korte toon, 1 seconde lang
Transactie werd correct uitgevoerd.
Intermitterende toon, 20 seconden lang
Signaal om de hoorn op te nemen en een telefoonoproep te beantwoorden.
" uit te schakelen en het bericht van het display te
Het faxtoestel slaat de pagina's van het te kopiëren document op.
U hebt een verzending aangevraagd (Ontvangst na polling).
De correspondent wil een gesprek voeren: neem de hoorn op om de oproep te beantwoorden.
Er is een verzending bezig.
U hebt een verzending uit het geheugen ingesteld.
Het faxtoestel is de verbinding met het andere faxtoestel tot stand aan het brengen.
Er is een verzending bezig.
ONTV. ONDERBROKEN
OPSLAAN
POLL OTV: UU:MM
TELEFOONOPROEP
TX IN UITVOERING
TX UIT GEHEUGEN
VERBINDING
VERZENDEN
A
NDERE BERICHTEN OP HET DISPLAY
De verzending verliep succesvol.
AFDRUKKEN
Het faxtoestel is een rapport of een lijst aan het afdrukken.
U hebt een verzending ingesteld voor uitvoering op het ingestelde tijdstip (uitgestelde verzending).
BEKIJK AFDRUK
1=UIT 0=HERHAAL
Het faxtoestel heeft automatisch de printspuitmonden getest en een proefafdruk gemaakt: controleer of de printkwaliteit aanvaardbaar is en tref de nodige maatregelen.
DOCUMENT GEREED
U hebt het document correct in de ADF gestoken.
HOORN OPLEGGEN
U hebt de functie "handenvrij" geactiveerd. Leg de hoorn op de haak.
LAATSTE VZ OK
De laatste verzending werd met succes uitgevoerd.
U hebt de lijn genomen door de hoorn van de aangesloten telefoon op te nemen.
U hebt een telefoongesprek tijdelijk onderbroken door op de toets
met de correspondent te hervatten.
U hebt de verzending onderbroken door op de toets te druk­ken.
NIEUWE PRINTKOP?, 1=JA 0=NEE
U hebt een printkop voor het eerst geïnstalleerd, of verwijderd en dan opnieuw geïnstalleerd: u moet de vragen nog beantwoorden. Indien u "ja" antwoordt hoewel de printkop niet nieuw is, zal het faxtoestel niet detecteren wanneer de inkt op is.
VERZENDING OK
VERZ. OM: UU:MM
VORMING TELNR
WACHTVERBINDING, DRUK OP HOLD
te drukken: druk opnieuw op de toets om het gesprek
ZENDONDERBREKING
27
Page 46
O
NDERHOUD
P
RINTKOP VERVANGEN
OPMERKING
Denk eraan dat u alleen niet navulbare (monoblok) printkoppen kunt gebruiken.
.
OPMERKING
Wanneer u de printkop vervangen hebt omdat de inkt op was, herkent het faxtoestel de vervanging automatisch bij sluiten van het deksel van het printkopcompartiment en op het display verschijnt het bericht "NIEUWE PRINTKOP?
1 = JA, 0 =NEE". Stel de waarde 1 in. Nu voert het faxtoestel automatisch de procedure voor reiniging van de printkop en controle van de spuitmonden uit en drukt het resultaat van de diagnose af. Onderzoek het afdrukresultaat, zoals beschreven in "Printkop installe- ren", in het hoofdstuk "Installatie". Indien u de printkop vervangen hebt omdat de afdruk-
kwaliteit was verminderd, gaat u als volgt te werk:
R
EINIGINGSPROCEDURE
TESTPROCEDURE VOOR DE SPUITMONDEN
EN
Indien de afdrukkwaliteit achteruit gaat, kunt u een snelle procedure uitvoeren voor het reinigen van de print­kop en het testen van de spuitmonden, afgesloten door een afdruk die de toestand weergeeft.
Tot op het display verschijnt:
VOOR DE PRINTKOP
Op het display verschijnt:
/ Druk op |/} om de andere beschikbare optie weer te ge-
Op het display verschijnt:
1-2 Til het deksel van het printkopcompartiment omhoog door uw
vinger in de uitsparing in het midden te plaatsen, zoals in de figuur is aangegeven.
3. Ontgrendel de printkop door middel van de hendeltjes en neem hem uit zijn behuizing.
4. Neem de nieuwe printkop uit zijn verpakking en verwijder de beschermfilm van de spuitmonden terwijl u de printkop bij de vingergreep vasthoudt.
5. Raak de spuitmonden en de elektrische contacten niet aan.
6. Installeer de printkop in zijn compartiment met de elektrische contacten naar de voorkant van het faxtoestel gericht.
7. Duw de printkop aan tot u een klik hoort ten teken dat hij goed zit en sluit het deksel van het printkopcompartiment.
ONDERH. PRINTER
NIEUWE KOP:AAN
ven: "NIEUWE KOP:UIT".
Om uw keuze te bevestigen. Op het display verschijnt:
PRINTKOPTEST:AAN
PRINTKOPTEST:AAN
Het faxtoestel start automatisch de reinigings- en controle­procedure van de spuitmonden en drukt het resultaat van de diagnose af.
Onderzoek het afdrukresultaat, zoals beschreven in "Print- kop installeren", in het hoofdstuk "Installatie".
OPMERKING
U kunt de procedure op elk gewenst moment onderbreken door op de toets
te drukken.
OPMERKING
Indien de afdrukkwaliteit na het uitvoeren van de reinigings­procedure nog niet aan de verwachtingen voldoet, kunt u in volgorde de volgende handelingen uitvoeren, tot u een bevredigend resultaat bereikt:
- Maak op het faxtoestel een kopie van een document met de gewenste grafische- of tekstkenmerken en be­oordeel het resultaat.
- Gebruik een andere papiersoort (het papier dat u ge­bruikt kan bijzonder poreus zijn) en herhaal de proce­dure nogmaals.
28
Page 47
- Verwijder de printkop en installeer hem opnieuw.
- Verwijder de printkop en voer de volgende handelin­gen uit:
• inspecteer de spuitmonden op aanwezigheid van
deeltjes; een eventueel aanwezig deeltje voorzich­tig verwijderen, en erop letten dat u de elektrische contacten niet aanraakt;
• reinig de elektrische contacten van de printkop en
van de printwagen, zie hieronder "Elektrische contacten van de printkop reinigen";
• reinig de spuitmonden, zie hieronder "Spuit-
monden van de printkop reinigen".
- Installeer de printkop opnieuw.
- Raadpleeg de technische dienst.
E
LEKTRISCHE CONTACTEN VAN DE PRINTKOP
REINIGEN
Met het faxtoestel uitgeschakeld:
S
PUITMONDEN VAN DE PRINTKOP REINIGEN
opmerking
Voer deze procedure alleen uit als laatste oplossing, voordat u de volledige printkop vervangt.
1. Bevochtig een papieren zakdoekje met gedestilleerd water en knijp het uit om overtollig water te verwijderen.
2. Verwijder de printkop zoals reeds in bovenstaande procedure beschreven.
3. Houd de printkop met de spuitmonden naar onder gericht, en dep hem zachtjes op het papieren zakdoekje zoals aangege­ven in de figuur.
4. Herhaal deze handeling enkele malen op verschillende plaat­sen van het zakdoekje om de spuitmonden zorgvuldig schoon te maken.
5. Installeer de printkop zoals reeds beschreven in "Printkop ver-
vangen".
R
SCHOONMAKEN
Met het faxtoestel van het stroomnet afgekoppeld:
1-2 Til het deksel van het printkopcompartiment omhoog door uw
vinger in de middelste uitsparing te plaatsen, zoals in de figuur is aangegeven.
3. Ontgrendel de printkop door middel van het hendeltje en neem hem uit zijn behuizing.
4. Reinig de elektrische contacten met behulp van een lichtjes be­vochtigde doek. Raak de spuitmonden niet aan.
5. Reinig de elektrische contacten op de printwagen eveneens met een lichtjes bevochtigde doek. Installeer de printkop opnieuw en sluit het deksel van het printkopcompartiment.
1-2 Til het deksel van het printkopcompartiment omhoog door uw
3. Verplaats de printkop geheel naar links zoals aangegeven in de
4. Maak het reinigingslint van de printkop met behulp van een droog
EINIGINGSLINT VAN DE PRINTKOP
vinger in de uitsparing in het midden te plaatsen, zoals in de figuur is aangegeven.
figuur.
wattenstaafje schoon en sluit het deksel van het printkopcomparti­ment.
29
Page 48
O
PTISCHE SCANNER REINIGEN
V
VERWIJDEREN
Door stof dat zich op het glas van de optische scanner opstapelt, zijn problemen bij het inscannen van documenten mogelijk. Om dit te voorkomen, moet u het glas af en toe als volgt reinigen: Met het faxtoestel van het stopcontact afgekoppeld:
Tijdens het verzenden of kopiëren kan het gebeuren dat een ori- gineel vastloopt (dit wordt op het display aangegeven met het bericht: "VERWIJDER DOK., DRUK OP
Ook het papier waarop de ontvangen of gekopiëerde documenten worden afgedrukt kan geblokkeerd raken (dit wordt aangegeven door het bericht: "PAPIER PROBLEEM, DRUK OP In beide gevallen moet u proberen het document of het vel papier
uit het toestel te verwijderen door op de toets
Wordt het document of vel papier niet automatisch uitgevoerd, dan moet u het handmatig verwijderen zoals hieronder wordt be­schreven:
Open het printkopcompartiment met behulp van de centrale uit­sparing van het deksel. Indien het te verwijderen document uit meerdere pagina's bestaat, eerst alle overige vellen uit de papier­invoer verwijderen voordat u het printerdeksel opent.
ASTGELOPEN DOCUMENTEN EN PAPIER
").
").
te drukken.
1-2 Til het deksel van het printkopcompartiment omhoog door uw
vinger in de uitsparing in het midden te plaatsen, zoals in de figuur is aangegeven.
3. Beweeg de printkop naar links en til het scherm van de scanner op met behulp van het hendeltje aan de rechterzijde van het faxtoestel.
4. Houd het scherm omhoog en reinig het glas van de optische scanner met een bevochtigde doek met een specifiek glas­reinigingsmiddel. Droog het glas zorgvuldig af. Giet of spuit het reinigingsmiddel niet direct op het glas.
5. Sluit het deksel van het printkopcompartiment.
OPMERKING
Om te controleren of de optische scanner schoon is, maakt u een kopie met een blanco vel papier. Als op de kopie verti­cale strepen te zien zijn en na controle blijkt dat de optische scanner perfect schoon is, dient u contact op te nemen met de technische dienst.
B
EHUIZING REINIGEN
1. Koppel het faxtoestel van het stroomnet en telefoonnet af.
2. Gebruik alleen een zachte, rafelvrije doek die u licht bevochtigd hebt met wat verdund afwasmiddel.
1. Druk op het hendeltje aan de linkerzijde van het faxtoestel. 2-3 Houd het hendeltje omlaag gedrukt terwijl u het vastgelopen docu-
ment of papier verwijdert.
30
Page 49
A
LGEMENE KENMERKEN
T
O
NTVANGSTKENMERKEN
ECHNISCHE GEGEVENS
Model ........................... Tafelmodel
Display ..........................LCD 16 + 16 tekens
Geheugencapaciteit ...... (*) 21 pagina's
Afmetingen
Breedte ......................... 359 mm
Diepte ............................ 234 mm + 84 mm
Hoogte .......................... 180 mm + 138 mm (**)
Gewicht ......................... ca. 4,7 Kg
C
OMMUNICATIEKENMERKEN
Telefoonnet ................... Openbaar/PBX
Compatibiliteit ................ ITU
Modemsnelheid ...................................... 9600-7200-4800-2400 (met
automatische "fall back")
Comprimeringsmethode ......................... MH, MR, MMR
K
ENMERKEN STROOMVOORZIENING
Stroomvoorziening ................................. 220-240 VAC of 110-240
VAC (zie het plaatje aan de achterkant van het faxtoestel)
Frequentie .............................................. 50-60Hz (zie het plaatje aan
de achterkant van het faxtoestel)
Stroomverbruik:
- in standby ........................................... <7W
- max. verbruik ...................................... 35W
Afdrukmethode ............. Afdruk op gewoon papier met inkjetprinter
Max. afdrukbreedte................................ 208 mm
Afdrukpapier ........................................... A4 (210 x 297 mm)
................................................................ US Letter (216 x 279 mm)
................................................................ US Legal (216 x 356 mm)
................................................................ Gewicht: 70-90 gr/m
Papierinvoer ................ Cassette voor gewoon papier (max. 40 vel
(*) = Formaat ITU-TS, Test Sheet n° 1 (Slerexe Letter) in
standaardresolutie en A4-fomaat.
(**) = Met papiersteun.
80 gr/m
2
)
2
O
MGEVINGSVOORWAARDEN
Temperatuur ................. van +5oC tot +35oC (gebruik faxtoestel)
...................................... van -15
...................................... van -5oC tot +45oC (opslag en wachtstand)
Relatieve vochtigheid ..15%-85% (werking/opslag/wachtstand)
...................................... 5%-95% (transport)
K
ENMERKEN SCANNER
Scanmethode ......................................... CIS
Scanresolutie:
- horizontaal .......................................... 8 pixels/mm
- verticaal STANDAARD ...................... 3,85 lijnen/mm
- verticaal FIJN ...................................... 7,7 lijnen/mm
V
ERZENDINGSKENMERKEN
Verzendingstijd ............. 11s (9600 bps MMR)
Capaciteit ADF .............. 5 vel A4, Letter en Legal
o
product)
C tot +55oC (transport: bij verpakt
31
Page 50
I
NDEX
A
Aansluiting
ADF Afstandsbedieningscode ASF Automatische kiesherhaling
1
aansluiting op het stroomnet aansluiting van een extra telefoon aansluiting van het faxtoestel de telefoonhoorn aansluiten telefoonaansluiting
7
3
1
20
3
1
1
3
8
B
Berichten
andere berichten foutberichten op het display
27
26
C
Contrast
afstellingen
7
D
Datum en tijd Display
Documenten
5
andere berichten foutberichten
documenten in de ADF steken vastgelopen documenten verwijderen welke documenten kunt u gebruiken
27
26
7
7
E
ECM (Error Correction Mode) Elektrische contacten
van de printwagen
22
29
F
Foutcodes 24, FOUTEN-LED
25
26
G
Geheugen
een document uit het geheugen verzenden verzending uit het geheugen
wijzigen/herhalen/wissen
Geluidssignalen
27
10
I
30
10
K
Kiesmodus
puls
6
toon
6
Kopie
het faxtoestel als een kopieerapparaat gebruiken kopieertaak onderbreken meerdere kopieën XIII waarden voor contrast en resolutie welke documenten kunt u kopiëren zo maakt u een kopie van uitstekende kwaliteit zoom-waarde
XIII,17
XIII,17
XIII,17
17
17
L
Lijsten
gegevens van one-touch-toetsen en snelkiescodes lijst van configuratieparameters lijst van installatieparameters afdrukken
Luidsprekervolume
21
15
15
O
Onderhoud
aanbevelingen voor het gebruik behuizing reinigen elektrische contacten reinigen optische scanner reinigen printkop vervangen reinigingslint van de printkop schoonmaken reinigingsprocedure voor de printkop spuitmonden van de printkop reinigen testprocedure voor de spuitmonden vastgelopen documenten en papier verwijderen
One-touch-toetsen
opbellen via de one-touch-toetsen programmeren verzenden via one-touch-toetsen
Ontvangst
aantal belsignalen wijzigen afdrukzone verkleinen afstandsbedieningscode wijzigen automatische ontvangst
met oproeptype-herkenning manuele ontvangst naam of nummer van de beller weergeven resterende tekst stille ontvangst stille periode wijzigen zoemerduur wijzigen
Optische scanner
reinigen
30
30
28
11
12
18
10
18
18
20
20
I
29
30
29
28
29
28
16
13
19
20
11
19
17
15
30
Installatie
aanbevelingen voor de installatie
32
I
Page 51
P
T
Papier
papier laden papierformaat papierinvoer (ASF) vastgelopen papier verwijderen 30
Polling
polling voor ontvangst polling voor ontvangst wijzigen/wissen polling voor verzending
Printkop
aanwijzingen m.b.t. de printkoppen elektrische contacten reinigen printkop installeren printkop vervangen 28 reinigings- en controleprocedure spuitmonden reinigings- en controleprocedure van de spuitmonden spuimonden van de printkop reinigen
Problemen oplossen
de stroom is uitgevallen de verzending mislukt het papier of de inkt is op kleine problemen oplossen
3
3
3
22
23
23
4
29
4
IX,4
29
24
24
24
24
R
Rapporten
Resolutie
13
activeringsrapport afdruk opvragen automatische afdruk foutdberichtenrapport rapport laatste circulaire rapport laatste verzending rapporten interpreteren stroomonderbrekingsrapport
afstellingen automatische resolutie instellen
13
15
14
13
13
13
14
13
7
22
S
Signalen
andere geluidssignalen geluidssignalen die een fout aangeven
Snelkiescodes
opbellen via de snelkiescodes programmeren verzenden via snelkiescodes
12
27
26
16
12
13
28
Technische gegevens
algemene kenmerken communicatiekenmerken kenmerken scanner kenmerken stroomvoorziening omgevingsvoorwaarden ontvangstkenmerken verzendingskenmerken
Telefoon
opbellen door zoeken in het adresboek opbellen via de one-touch-toetsen opbellen via de snelkiescodes
Telefooncentrale
openbaar telefoonnet 6 privé-centrale
Telefoonlijn
aansluiten op een privé-lijn aansluiten op het openbare telefoonnet
31
31
31
31
31
31
31
16
16
16
6
6
6
V
Verbindingstonen weergeven Verzending
circulaire documenten verzenden een document uit het geheugen verzenden een vooraf ingestelde verzending wijzigen/wissen herhaling van mislukte verzending uit het geheugen kiestonen horen bij het verzenden XI, onderbreken XI, telefoonhoorn opnemen bij het verzenden verbindingstonen weergeven vertraagde verzending verzenden door opzoeken in het adresboek verzenden via one-touch-toetsen verzenden via snelkiescodes 13 verzendingssnelheid verminderen
Verzendingssnelheid
9
21
21
7
10
8
8
8
21
9
13
13
21
Z
Zenderidentificatie
faxnummer faxnummer instellen naam naam en faxnummer
Zoemervolume
5
plaats
21
5
5
5
9
21
33
Page 52
Codes monochrome printkoppen
Monoblok printkop: code 84431 W (FPJ 20)
Monoblok printkop met gepigmenteerde inkt: code B0042 C (FPJ 22)
Page 53
293385S
Loading...