NOKIA CORPORATIONverklaart op eigen verantwoordelijkheid dat het product PT-6
conform is aan de bepalingen van de volgende Richtlijn van de Raad: 1999/5/EC.
Een kopie van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website:
http://www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/.
Onrechtmatige reproductie, overdracht, distributie of opslag van dit document of een
gedeelte ervan in enige vorm zonder voorafgaande geschreven toestemming van Nokia
is verboden.
Nokia, Nokia Connecting People en N-Gage zijn gedeponeerde handelsmerken van
Nokia Corporation. Namen van andere producten en bedrijven kunnen handelsmerken
of handelsnamen van de respectievelijke eigenaren zijn.
Bluetooth is a registered trademark of Bluetooth SIG, Inc.
Nokia voert een beleid dat gericht is op continue ontwikkeling. Nokia behoudt zich het
recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te
brengen in de producten die in dit document worden beschreven.
In geen geval is Nokia aansprakelijk voor enig verlies van gegevens of inkomsten of
voor enige bijzondere, incidentele, onrechtstreekse of indirecte schade.
De inhoud van dit document wordt zonder enige vorm van garantie verstrekt. Tenzij
vereist krachtens het toepasselijke recht, wordt geen enkele garantie gegeven
betreffende de nauwkeurigheid, betrouwbaarheid of inhoud van dit document, hetzij
uitdrukkelijk hetzij impliciet, daaronder mede begrepen maar niet beperkt tot
impliciete garanties betreffende de verkoopbaarheid en de geschiktheid voor een
bepaald doel. Nokia behoudt zich te allen tijde het recht voor zonder voorafgaande
kennisgeving dit document te wijzigen of te herroepen.
De beschikbaarheid van bepaalde producten kan per regio verschillen. Neem hiervoor
contact op met de dichtstbijzijnde Nokia-leverancier.
Exportbepalingen
Dit apparaat bevat mogelijk onderdelen, technologie of software die onderhevig zijn
aan wet- en regelgeving betreffende export van de V.S. en andere landen. Omleiding
in strijd met de wetgeving is verboden.
CLASS 1 LED PRODUCT
EN 60825-1/A2:2001
Uitgave 2 NL, 9233581
Voor uw veiligheid
Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of
onwettig zijn.
SCHAKEL HET APPARAAT ALLEEN IN ALS HET VEILIG IS
Schakel het apparaat niet in als het gebruik van mobiele telefoons verboden is of
als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren.
VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
Installeer het apparaat niet in een voertuig. Gebruik het apparaat niet terwijl u een
auto bestuurt. Gebruik ook niet uw mobiele telefoon om het apparaat tijdens het
rijden te bedienen of te configureren. Parkeer de auto eerst.
STORING
Alle draadloze apparaten kunnen gevoelig zijn voor storing. Dit kan de werking van
het apparaat negatief beïnvloeden.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN ZIEKENHUIZEN
Houd u aan alle mogelijke beperkende maatregelen. Schakel het apparaat uit in de
nabijheid van medische apparatuur.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN VLIEGTUIGEN
Houd u aan alle mogelijke beperkende maatregelen. Draadloze apparatuur kan
storingen veroorzaken in vliegtuigen.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT TIJDENS HET TANKEN
Gebruik het apparaat niet in een benzinestation. Gebruik het apparaat niet in de
nabijheid van brandstof of chemicaliën.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN DE BUURT VAN EXPLOSIEVEN
Houd u aan alle mogelijke beperkende maatregelen. Gebruik het apparaat niet
waar explosieven worden gebruikt.
GEBRUIK HET APPARAAT VERSTANDIG
Gebruik het apparaat alleen in de normale positie zoals in de productdocumentatie
wordt uitgelegd.
DESKUNDIG ONDERHOUD
Dit product mag alleen door deskundigen worden gerepareerd.
TOEBEHOREN EN BATTERIJEN
Gebruik alleen goedgekeurde toebehoren en batterijen. Sluit geen incompatibele
producten aan.
BACK-UPS
Maak een back-up of een gedrukte kopie van alle belangrijke gegevens.
AANSLUITEN OP ANDERE APPARATEN
Wanneer u het apparaat op een ander apparaat aansluit, dient u eerst de
handleiding bij het apparaat te raadplegen voor uitgebreide veiligheidsinstructies.
Sluit geen incompatibele producten aan.
De Nokia Externe camera is een opnameapparaat met een
bewegingsdetector, een thermometer en een microfoon. Met de camera
kunt u stilstaande beelden en videoclips op afstand vastleggen en deze
beelden verzenden naar een mobiele telefoon die is voorzien van de
functie MMS (Multimedia Messaging) of naar een e-mailadres. U kunt
de camera besturen en configureren met tekstberichten (SMS) of met de
toepassing Remote Camera Manager, die u van de camera kunt
downloaden naar een compatibele telefoon. Zie “Remote Camera
Manager downloaden” op pagina 20.
U kunt de camera buiten gebruiken wanneer deze wordt gevoed met de
Nokia AC-12-voeding, die u in de verpakking van de camera vindt. Stel
de camera niet bloot aan regen.
Wanneer u de Nokia Externe camera wilt gaan gebruiken, hebt u het
volgende nodig:
• Een mobiel abonnement, geschikt voor GPRS, met een SIM-kaart en
MMS-service;
• Een mobiele telefoon met MMS- en SMS-functie, en een
kleurendisplay;
• Ontvangst van een GSM/GPRS-netwerk en een MMS-service in de
omgeving, met voldoende signaalsterkte in de telefoon en de
camera;
• Een beschikbaar e-mailadres voor het geval u de beelden op uw emailadres wilt ontvangen.
Opmerking: in nationale wetten en reguleringen kunnen
beperkingen zijn opgenomen ten aanzien van het vastleggen
van afbeeldingen en de verdere verwerking en het gebruik van
dergelijke gegevens. Gebruik deze functie niet onrechtmatig.
Respecteer de privacy en de overige legitieme rechten van
anderen en voldoe aan elke wettelijke regeling op het gebied
van bijvoorbeeld gegevensbescherming, privacy en
openbaarheid.
Opmerking: alleen apparaten die deze functie ondersteunen,
kunnen multimedia- of e-mailberichten ontvangen en
weergeven.
Belangrijk: objecten in e-mailberichten of
multimediaberichten kunnen virussen bevatten of anderszins
schadelijk zijn voor uw apparaat of PC. Open geen bijlagen als u
niet weet of de afzender betrouwbaar is.
Opmerking: controleer hoe groot de MMS-berichten mogen
zijn die uw compatibele mobiele telefoon kan ontvangen. Uw
netwerkoperator kan de grootte van MMS-berichten ook
beperken. Vraag de netwerkoperator naar bijzonderheden.
De vanuit de camera verzonden berichten en beelden worden in
rekening gebracht op het abonnement dat aan de SIM-kaart in de
camera is verbonden.
Met uw apparaat kunnen tekstberichten worden verzonden die langer
zijn dan 160 tekens. Als een bericht langer is dan 160 tekens, wordt het
als een reeks van twee of meer berichten verzonden.
■ Informatie over de camera
Het draadloze apparaat dat in deze handleiding wordt beschreven, is
goedgekeurd voor gebruik in het GSM 900/1800-netwerk. Neem
contact op met uw serviceprovider voor meer informatie over
netwerken.
Houd u bij het gebruik van de functies van dit apparaat aan alle
regelgeving en eerbiedig de privacy en legitieme rechten van anderen.
Waarschuwing: u kunt de functies van het apparaat alleen
gebruiken als het apparaat is ingeschakeld. Schakel het
apparaat niet in wanneer het gebruik van draadloze apparatuur
storingen of gevaar kan veroorzaken.
■ Netwerkdiensten
Om het apparaat te kunnen gebruiken, moet u zijn aangemeld bij een
netwerkoperator. Bij sommige netwerken gelden beperkingen die het
gebruik van netwerkdiensten negatief kunnen beïnvloeden. Zo bieden
sommige netwerken geen ondersteuning voor bepaalde taalafhankelijke
tekens en diensten.
Voordat u gebruik kunt maken van deze netwerkdiensten, moet u zich
abonneren via uw serviceprovider en instructies voor gebruik hebben
ontvangen.
Opmerking: raadpleeg voor beschikbaarheid, tarieven en
informatie over het gebruik van SIM-services de leverancier van
de SIM-kaart, zoals de netwerkoperator, de serviceprovider of
een andere verkoopinstantie.
■ Informatie over de batterij
De Nokia Externe camera bevat een back-upbatterij die wordt gebruikt
in geval van een storing in de externe voeding. De camera wordt tijdens
een storing in de externe voeding dus niet uitgeschakeld, tenzij de backupbatterij leeg is.
Batterijen en batterijlader
Controleer het modelnummer van elke stroomvoorziening voordat u
deze met het apparaat gebruikt. Dit apparaat is bedoeld voor gebruik
met voeding van de Nokia AC-12-voeding.
Waarschuwing: gebruik alleen batterijen, stroomvoorzieningen
en toebehoren die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik
met dit model. Het gebruik van alle andere types kan de
goedkeuring of garantie doen vervallen en kan gevaarlijk zijn.
Vraag uw leverancier naar de beschikbaarheid van goedgekeurde
toebehoren.
Trek altijd aan de stekker en niet aan het snoer als u toebehoren
losmaakt.
Uw apparaat en toebehoren kunnen kleine onderdelen bevatten. Houd
ze buiten het bereik van kleine kinderen.
Schakel het apparaat altijd uit en ontkoppel de stroomvoorziening
voordat u de batterij verwijdert.
De back-upbatterij kan honderden keren worden gebruikt, maar na
verloop van tijd treedt er slijtage op. Wanneer de gebruiksduur
aanmerkelijk korter is dan normaal, schaft u een nieuwe batterij aan.
Gebruik alleen door Nokia goedgekeurde batterijen.
Als een volledig opgeladen batterij niet wordt gebruikt, wordt deze na
verloop van tijd automatisch ontladen. Extreme temperaturen kunnen
de oplaadcapaciteit van de batterij negatief beïnvloeden.
Gebruik de batterij alleen voor het doel waarvoor deze bestemd is.
Gebruik nooit een beschadigde lader of batterij.
Let op dat u geen kortsluiting veroorzaakt in de batterij. Dit kan
bijvoorbeeld gebeuren wanneer een metalen voorwerp zoals een munt,
paperclip of pen direct contact maakt met de positieve (+) en negatieve
(-) poolklemmen van de batterij. (De poolklemmen zien eruit als metalen
strips.) Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer u een reservebatterij in
uw zak of tas hebt. Kortsluiting van de poolklemmen kan schade
veroorzaken aan de batterij of aan het voorwerp waarop deze is
aangesloten.
De capaciteit en levensduur van de batterij verminderen wanneer u deze
op een zeer warme of koude plaats bewaart. Een apparaat met een
warme of koude batterij kan gedurende bepaalde tijd onbruikbaar zijn,
zelfs wanneer de batterij volledig is opgeladen. De batterijprestaties zijn
beduidend minder in temperaturen onder het vriespunt.
Gooi batterijen nooit in vuur! Verwerk batterijen in overeenstemming
met de lokale regelgeving. Lever batterijen indien mogelijk in voor
recycling. Gooi batterijen niet weg met het huishoudafval.
■ Natte en vochtige omstandigheden
Het apparaat kan worden gebruikt bij temperaturen van -20ºC tot
+50ºC. U kunt het apparaat (inclusief de Nokia AC-12-voeding) in
normale externe omstandigheden gebruiken binnen dit
temperatuurbereik. Houd het apparaat niet onder water. Installeer het
apparaat niet op plaatsen waar het kan worden blootgesteld aan regen.
Bevestig de speciale beschermhoes om de camera als u de camera
buiten gebruikt.
Is het apparaat of de systeemconnector blootgesteld aan zout water,
dan verwijdert u het zoute water onmiddellijk met een zachte, met
kraanwater bevochtigde doek om corrosie te voorkomen. Droog het
apparaat vervolgens goed af.
Droog het apparaat af voordat u de achterste cover opent, zodat er geen
water in het apparaat terechtkomt. De SIM-kaart en batterij zijn niet
waterbestendig.
Laad het apparaat niet op wanneer het aansluitpunt voor de
voedingskabel nat of vochtig is.
Gebruik nooit een vochtig apparaat in combinatie met toebehoren met
een elektrische functie.
Opmerking: zorg ervoor dat de binnenkant van het apparaat en
de randen van de achterste cover droog en schoon zijn en dat er
geen voorwerpen tussen zitten die er niet thuishoren. Vreemde
voorwerpen kunnen de randen van de covers beschadigen en de
waterbestendigheid van het apparaat verminderen.
Belangrijk: toebehoren bij dit apparaat hebben niet dezelfde
duurzaamheid en waterbestendigheid als het apparaat zelf.
Belangrijk: sluit de stroomvoorziening nooit aan op een
stopcontact wanneer deze vocht of nat is.
■ Inhoud van de verpakking
In de verkoopverpakking van de Nokia Externe camera vindt u het
volgende:
• Nokia Externe camera;
• back-upbatterij BL-5C;
• AC-12-voeding;
• cover van houder;
• bevestigingsset om de camera aan een muur of plafond te
bevestigen;
• speciale hoes om de camera buiten te beschermen tegen hitte en
regen;
• knop waarmee u de camera inschakelt en de PIN-code invoert (2);
• knoppen voor het openen van de achterste cover (3);
• infraroodbronnen voor het vastleggen van beelden en videoclips bij
weinig licht (4);
• bewegingsdetector (5).
Afbeelding 1
2.Eerste gebruik
1 Verwijder de achterste cover van de camera door op de knoppen aan
de zijkant (1) te drukken en de cover in de richting van de pijl te
schuiven (2).
Opmerking:
het apparaat niet met een stroomvoorziening of een ander
apparaat is verbonden als u de cover wilt verwijderen. Raak de
elektronische onderdelen niet aan terwijl u de covers verwisselt.
Bevestig altijd de covers voordat u het apparaat opbergt of
gebruikt.
schakel het apparaat altijd uit en zorg ervoor dat
11
Eerste gebruik
Afbeelding 2
2 Open het klepje van de batterij en maak de SIM-kaarthouder los.
Afbeelding 3
3 Plaats de SIM-kaart in de SIM-kaarthouder zoals u in afbeelding 4
kunt zien. Sluit de SIM-kaarthouder.
Houd alle SIM-kaarten buiten bereik van kleine kinderen. Raadpleeg
de leverancier van uw SIM-kaart voor informatie over het gebruik
van SIM-diensten. Dit kan de serviceprovider, netwerkoperator of
een andere leverancier zijn.
4 Plaats de batterij, sluit het klepje van de batterij en plaats de
achterste cover terug. Schakel het apparaat altijd uit en ontkoppel
de lader voordat u de batterij verwijdert.
Afbeelding 5
5 Steek de stroomvoorziening in het stopcontact en sluit de
stroomvoorziening aan op de onderkant van de camerahouder.
Wacht 15 seconden totdat de camera begint met opladen (in de LED
gaat een groen lampje knipperen). De stroomvoorziening laadt ook
de back-upbatterij op.
Afbeelding 6
Controleer het modelnummer van elke lader of voeding voordat u
deze met het apparaat gebruikt. Dit apparaat is bedoeld voor gebruik
met voeding van de Nokia AC-12-voeding.
Waarschuwing: gebruik alleen batterijen, stroomvoorzieningen
en toebehoren die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik
met dit apparaat. Het gebruik van alle andere types kan de
goedkeuring of garantie doen vervallen en kan gevaarlijk zijn.
Vraag uw leverancier naar de beschikbaarheid van
goedgekeurde toebehoren. Trek altijd aan de stekker en niet aan
het snoer als u toebehoren losmaakt.
6 Houd de aan-/uitknop (1) 2 seconden ingedrukt om de camera in te
schakelen. De LED's schuiven omhoog en omlaag (2).
Afbeelding 7
Waarschuwing: schakel de Nokia Externe camera niet in op
plaatsen waar het gebruik van mobiele telefoons is verboden of
op plaatsen waar dit storingen of gevaar kan veroorzaken.
7 Als het verzoek om de PIN-code op de SIM-kaart is uitgeschakeld,
gaat u verder met stap 8.
Als het verzoek om de PIN-code op de SIM-kaart is ingeschakeld,
geven de LED's de letter weer en moet u de PIN-code van de SIMkaart invoeren:
Druk de aan-/uitknop net zo vaak kort in tot het eerste cijfer van
de PIN-code op de LED's wordt weergegeven. Wacht drie
seconden. Wanneer de LED knippert, drukt u de aan-/
uitknop net zo vaak kort in tot het tweede cijfer van de PINcode op de LED's verschijnt. Herhaal dit tot u de hele PIN-code
hebt ingevoerd. Als er een cijfer ontbreekt, blijft u de aan-/
uitknop indrukken tot het cijfer weer verschijnt.
Als u een verkeerd cijfer hebt ingevoerd, drukt u de aan-/
uitknop net zo vaak kort in tot de letter wordt weergegeven.
Wacht dan drie seconden en voer de hele PIN-code opnieuw in.
Wanneer u alle cijfers van de PIN-code hebt ingevoerd, wacht u
10 seconden. Als u de PIN-code juist hebt ingevoerd, schuiven
de LED's omhoog en omlaag totdat de camera met het netwerk
is verbonden. De PIN-code wordt in het geheugen opgeslagen
en automatisch gebruikt wanneer u de camera aanzet.
Als u de PIN-code niet correct hebt ingevoerd, gaan rode
lampjes knipperen en moet u de PIN-code opnieuw invoeren.
Als u driemaal achter elkaar een verkeerde PIN-code invoert,
wordt de SIM-kaart geblokkeerd. Als u de SIM-kaart wilt
deblokkeren, plaatst u de SIM-kaart in uw compatibele mobiele
telefoon en voert u de PUK-code (PIN Unblocking Key) in. Voer
vervolgens tweemaal de PIN-code in en plaats de SIM-kaart
weer in de camera. Neem contact op met uw serviceprovider
voor details over de PUK-code.
8 Stel uzelf in als de hoofdgebruiker van de camera met behulp van uw
eigen mobiele telefoon. De camera kan alleen worden
geconfigureerd met de mobiele telefoon van de hoofdgebruiker.
Bedenk een gebruikersnaam voor uzelf en stuur het volgende
tekstbericht naar het telefoonnummer van de SIM-kaart in de
camera:
6 uw gebruikersnaam
geeft een spatie weer.
De gebruikersnaam mag maximaal 20 tekens lang zijn en mag geen
speciale tekens of spaties bevatten.
U bent nu ingesteld als de hoofdgebruiker van de camera. Zie
“Gebruikersinstellingen” op pagina 36.
U ontvangt een bevestiging van de camera wanneer uw verzoek is
voltooid.
9 De camera begint met het zoeken naar een MMS-toegangspunt. Het
MMS-toegangspunt bevat alle benodigde instellingen voor het
versturen van multimediaberichten. Wanneer de camera een
toegangspunt heeft gevonden, ontvangt u een tekstbericht.
Als de camera verschillende toegangspunten vindt, ontvangt u een
lijst met toegangspunten. Selecteer een toegangspunt en stuur de
volgende opdracht naar de camera:
42 nummer van toegangspunt in de lijst
geeft een spatie weer.
Voorbeeld:
42 3
De camera gebruikt nu het derde toegangspunt in de lijst met
toegangspunten.
Als u van de camera een bericht ontvangt dat de MMS-instellingen
niet zijn gedefinieerd, moet u de instellingen handmatig
configureren. Zie “Toegangspuntinstellingen” op pagina 52.
De camera is nu klaar voor gebruik.
■ De camera monteren
Waarschuwing: om te voldoen aan de eisen voor blootstelling
aan radiogolven voor mobiele verzendapparatuur, dient een
minimumafstand van 20 cm tussen de camera en elk individu in
acht te worden genomen.
Plaats de camera nooit in direct zonlicht. De temperatuur van de camera
kan daardoor te hoog oplopen.
Bewegingsdetectie is gebaseerd op veranderingen in de
omgevingstemperatuur en kan dus ook op warme luchtstromen
reageren, bijvoorbeeld wanneer een deur opengaat en de camera op de
deur is gericht. Ook de afstand van waaraf de camera beweging
detecteert, is afhankelijk van de omgevingstemperatuur: hoe groter het
verschil tussen de omgevingstemperatuur en de lichaamstemperatuur
van een mens is, des te beter kan de camera beweging detecteren.
De camera detecteert geen beweging als er muren of vensters zijn die de
warmte tussen het bewegende object en de camera tegenhouden.
Afbeelding 8 geeft het ontvangstgebied van de bewegingsdetector
weer. Plaats de camera zo dat de gedetecteerde mensen door het
ontvangstgebied heen lopen, dus niet recht op de camera af.
3 Draai de camera in de gewenste positie en draai de schroef vast. Let
op het stroomsnoer wanneer u de camera draait.
Afbeelding 11
4 Als u de camera buiten gebruikt, bevestigt u de speciale
beschermhoes.
Afbeelding 12
De camera op een bureau plaatsen
1 Draai de camera in de gewenste positie en draai de schroef vast zoals
u in afbeelding 11 kunt zien.
2 Bevestig de cover van de houder aan de camera. Zie “Afbeelding 10”
op pagina 18.
Om de cover van de houder te verwijderen, drukt u met een pen of kleine
schroevendraaier in de opening in de cover en tilt u de cover op.
■ De camera uitschakelen
Als u de camera wilt uitschakelen, houdt u de aan-/uitknop enkele
seconden ingedrukt. De camera schakelt dan bewegingsdetectie,
getimede beeldopname en het temperatuuralarm uit.
U kunt de camera met tekstberichten gebruiken (zie “Basisgebruik” op
pagina 21). U kunt ook een grafisch softwareprogramma (Remote
Camera Manager) downloaden van de camera naar uw compatibele
mobiele telefoon, en de camera met draadloze Bluetooth-technologie of
tekstberichten gebruiken. De toepassing is compatibel met apparaten
zoals de Nokia 3650, Nokia 3660, Nokia 6600, Nokia 6630, Nokia 6670,
Nokia 7610, Nokia 7650 en met de mobiele game deck-apparaten
N-Gage en N-Gage QD. De toepassing kan worden gedownload met
Bluetooth draadloze technologie. Ga naar www.nokia.com voor de
meest recente informatie over compatibiliteit.
1 Zoek het Bluetooth-adres van uw telefoon in de
gebruikershandleiding of op de verpakking van uw telefoon. Als u een
mobiele telefoon van Nokia gebruikt, toetst u de code *#2820# in.
Het Bluetooth-adres wordt op de telefoon weergegeven.
2 Zorg ervoor dat Bluetooth op de telefoon is ingeschakeld. U moet
zich binnen tien meter van de camera bevinden om Bluetooth
draadloze technologie te kunnen gebruiken.
3 Stuur het volgende tekstbericht naar de camera:
82 Bluetooth-adres van de telefoon
De camera maakt een Bluetooth-verbinding met uw mobiele telefoon.
Uw telefoon downloadt vervolgens Remote Camera Manager van de
camera. U kunt de camera met Remote Camera Manager gebruiken en
configureren. Zie de helptoepassing bij Remote Camera Manager voor
verdere instructies.
Alle cameragebruikers kunnen Remote Camera Manager naar hun
mobiele telefoon downloaden.
Remote Camera Manager gebruikt tekstberichten om de camera te
besturen, maar als u zich binnen tien meter van de camera bevindt, kunt
u een Bluetooth-verbinding tussen de camera en uw mobiele telefoon
tot stand brengen. De camera-instellingen wijzigen met Bluetooth is
gratis.
U brengt een Bluetooth-verbinding tot stand door de toepassing
Remote Camera Manager te openen en Opties > Bluetooth gebruiken
te selecteren. Als u voor het eerst een Bluetooth-verbinding tot stand
brengt, wordt u om een toegangscode gevraagd. De hoofdgebruiker
voert de toegangscode van de hoofdgebruiker in. Voor andere gebruikers
wijst de camera een unieke toegangscode toe wanneer de verbinding tot
stand wordt gebracht.
Als u de camera via tekstberichten bestuurt met Remote Camera
Manager, worden alle bevestigingsberichten die door de camera worden
verstuurd automatisch opgehaald vanuit de inbox.
■ Nokia-ondersteuning op het web
Raadpleeg www.nokia.com/support of de lokale Nokia-website voor de
meest recente versie van deze handleiding, aanvullende informatie,
downloads en diensten met betrekking tot het Nokia-product.
3.Basisgebruik
U kunt de camera besturen met de toepassing Remote Camera Manager
of door tekstberichten naar de camera te versturen. Zie “Remote Camera
Manager downloaden” op pagina 20. Met Remote Camera Manager
kunt u een draadloze Bluetooth-verbinding tussen de camera en een
mobiele telefoon tot stand brengen als deze zich binnen een afstand van
tien meter van elkaar bevinden. De camera configureren met Bluetooth
is gratis.
De hoofdgebruiker van de camera heeft het recht om alle
camerafuncties te gebruiken. Als andere gebruikers aan de camera
worden toegevoegd, zijn hun rechten beperkt. Zie
“Gebruikersinstellingen” op pagina 36 voor informatie over
gebruikersrechten en het toevoegen van nieuwe gebruikers.
U kunt in één tekstbericht verschillende opdrachten versturen door ze
met een komma te scheiden.
Wanneer u een tekstbericht naar de camera stuurt, stuurt de camera
een bevestiging zodra uw verzoek is voltooid.