Hierbij verklaart NOKIA CORPORATION dat het product RM-320 in overeenstemming is met de essentiële eisen en
andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG. Een kopie van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de
volgende website: http://www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/.
Nokia, Nokia Connecting People, Nseries, N95, N-Gage, Visual Radio en Nokia Care zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Nokia
Corporation. Nokia tune is een geluidsmerk van Nokia Corporation. Namen van andere producten en bedrijven kunnen handelsmerken of handelsnamen
van de respectievelijke eigenaren zijn.
Onrechtmatige reproductie, overdracht, distributie of opslag van dit document of een gedeelte ervan in enige vorm zonder voorafgaande geschreven
toestemming van Nokia is verboden.
This product is licensed under the MPEG-4 Visual Patent Portfolio License (i) for personal and noncommercial use in connection with information which
has been encoded in compliance with the MPEG-4 Visual Standard by a consumer engaged in a personal and noncommercial activity and (ii) for use in
connection with MPEG-4 video provid ed by a licensed video provider. No license is granted or shall be implied for any other use. Additional inf ormation,
including that related to promotional, internal, and commercial uses, may be obtained from MPEG LA, LLC. See http://www.mpegla.com.
Dit product is gelicentieerd onder de MPEG-4 Visual Patent Portfolio License (i) voor privé- en niet-commercieel gebruik in verband met informatie die
is geëncodeerd volgens de visuele norm MPEG-4 door een consument in het kader van een privé- en niet-commerciële activiteit en (ii) voor gebruik in
verband met MPEG-4-videomateriaal dat door een gelicentieerde videoaanbieder is verstrekt. Voor ieder ander gebruik is of wordt expliciet noch
impliciet een licentie verstrekt. Aanvullende informatie, waaronder informatie over het gebruik voor promotionele doeleinden, intern gebruik en
commercieel gebruik, is verkrijgbaar bij MPEG LA, LLC. Zie http://www.mpegla.com.
Nokia voert een beleid dat gericht is op voortdurende ontwikkeling. Nokia behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen
en verbeteringen aan te brengen in de producten die in dit document worden beschreven.
VOOR ZOVER MAXIMAAL TOEGESTAAN OP GROND VAN HET TOEPASSELJKE RECHT, ZAL NOKIA OF EEN VAN HAAR LICENTIEHOUDERS ONDER GEEN OMSTANDIGHEID
AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR ENIG VERLIES VAN GEGEVENS OF INKOMSTEN OF VOOR ENIGE BIJZONDERE, INCIDENTELE OF INDIRECTE SCHADE OF GEV OLGSCHADE
VAN WELKE OORZAAK DAN OOK.
DE INHOUD VAN DIT DOCUMENT WORDT ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE VERSTREKT. TENZIJ VEREIST KRACHTENS HET TOEPASSELIJKE RECHT, WORDT
GEEN ENKELE GARANTIE GEGEVEN BETREFFENDE DE NAUWKEURIGHEID, BETROUWBAARHEID OF INHOUD VAN DIT DOCUMENT, HETZIJ UITDRUKKELIJK HETZIJ
IMPLICIET, DAARONDER MEDE BEGREPEN MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES BETREFFENDE DE VERKOOPBAARHEID EN DE GESCHIKTHEID VOOR
EEN BEPAALD DOEL. NOKIA BEHOUDT ZICH TE ALLEN TIJDE HET RECHT VOOR ZONDER VOORAFGAANDE KENNISGEVING DIT DOCUMENT TE WIJZIGEN OF TE
HERROEPEN.
Toepassingen van derden die bij uw apparaat geleverd worden, kunnen gemaakt zijn door en in eigendom zijn van personen en entiteiten die geen
relatie of verband met Nokia hebben. Nokia beschikt niet over de auteursrechten of de intellectuele eigendomsrechten op deze toepassingen van
derden. Als zodanig draagt Nokia geen verantwoordelijkheid voor de ondersteuning voor eindgebruikers of de functionaliteit van deze toepassingen
of de informatie in deze toepassingen of het materiaal. Nokia biedt geen garantie voor deze toepassingen van derden.
MET HET GEBRUIK VAN DE TOEPASSINGEN ACCEPTEERT U DAT DE TOEPASSINGEN WORDEN GELEVERD ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE, HETZIJ
UITDRUKKELIJK HETZIJ IMPLICIET, DIT VOOR ZOVER MAXIMAAL IS TOEGESTAAN OP GROND VAN HET TOEPASSELIJKE RECHT . U ACCEPTEERT TEVENS DAT NOCH
NOKIA NOCH GELIEERDE PARTIJEN VERKLARINGEN DOEN OF GARANTIES VERSTREKKEN, UITDRUKKELIJK OF IMPLICIET, MET INBEGRIP VAN (MAAR NIET BEPERKT
TOT) GARANTIES BETREFFENDE TITEL, VERKOOPBAARHEID, GESCHIK THEID VOOR EEN BEPAALD DOEL OF DAT DE TOEPASSINGEN GEEN INBREUK MAKEN OP
OCTROOIEN, AUTEURSRECHTEN, HANDELSMERKEN OF ANDERE RECHTEN VAN DERDEN.
De beschikbaarheid van bepaalde producten, toepassingen en diensten voor deze producten kan per regio verschillen. Neem contact op met uw Nokialeverancier voor details en de beschikbaarheid van taalopties.
Exportbepalingen
Dit apparaat bevat mogelijk onderdelen, technologie of software die onderhevig zijn aan wet- en regelgeving betreffende export van de V.S. en andere
landen. Ontwijking in strijd met de wetgeving is verboden.
MEDEDELING FCC/INDUSTRIE CANADA
Dit apparaat kan TV- of radiostoringen veroorzaken (bijvoorbeeld als u in de nabijheid van de ontvangapparatuur een telefoon gebruikt). De FCC (Federal
Communications Commision) of Industry Canada kunnen u vragen uw telefoon niet langer te gebruiken als deze storingen niet kunnen worden
verholpen. Neem contact op met uw lokale servicedienst als u hulp nodig hebt. Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC-regels. De werking is
afhankelijk van de volgende twee voorwaarden: (1) Dit apparaat veroorzaakt geen schadelijke storingen, en (2) dit apparaat moet storingen van
buitenaf die een ongewenste werking tot gevolg
goedgekeurd, kunnen het recht van de gebruiker om met deze apparatuur te werken tenietdoen.
hebben accepteren. Veranderingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk door Nokia zijn
/Uitgave 4
Inhoudsopgave
Voor uw veiligheid ....................................10
Over dit apparaat..........................................................11
Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen
van de richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn.
Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer
informatie.
SCHAKEL HET APPARAAT ALLEEN IN ALS HET
Voor uw veiligheid
10
VEILIG IS
Schakel het apparaat niet in als het gebruik
van mobiele telefoons verboden is of als dit
storing of gevaar zou kunnen opleveren.
VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
Houd u aan de lokale wetgeving. Houd
terwijl u rijdt uw handen vrij om uw voertuig
te besturen. De verkeersveiligheid dient uw
eerste prioriteit te hebben terwijl u rijdt.
STORING
Alle draadloze apparaten kunnen gevoelig
zijn voor storing. Dit kan de werking van het
apparaat negatief beïnvloeden.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN
ZIEKENHUIZEN
Houd u aan alle mogelijke beperkende
maatregelen. Schakel het apparaat uit in de
nabijheid van medische apparatuur.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN
VLIEGTUIGEN
Houd u aan alle mogelijke beperkende
maatregelen. Draadloze apparatuur kan
storingen veroorzaken in vliegtuigen.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT TIJDENS HET
TANKEN
Gebruik het apparaat niet in een
benzinestation. Gebruik het apparaat niet in
de nabijheid van brandstof of chemicaliën.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN DE BUURT
VAN EXPLOSIEVEN
Houd u aan alle mogelijke beperkende
maatregelen. Gebruik het apparaat niet
waar explosieven worden gebruikt.
GEBRUIK HET APPARAAT VERSTANDIG
Gebruik het apparaat alleen in de posities
zoals deze in de productdocumentatie
worden uitgelegd. Raak de antenne niet
onnodig aan.
DESKUNDIG ONDERHOUD
Dit product mag alleen door deskundigen
worden geïnstalleerd of gerepareerd.
TOEBEHOREN EN BATTERIJEN
Gebruik alleen goedgekeurde toebehoren
en batterijen. Sluit geen incompatibele
producten aan.
WATERBESTENDIGHEID
Het apparaat is niet waterbestendig. Houd
het apparaat droog.
MAAK BACK-UPS
Maak een back-up of een gedrukte kopie van
alle belangrijke gegevens die in de telefoon
zijn opgeslagen.
AANSLUITEN OP ANDERE APPARATEN
Wanneer u het apparaat op een ander
apparaat aansluit, dient u eerst de
handleiding van het desbetreffende
apparaat te raadplegen voor uitgebreide
veiligheidsinstructies. Sluit geen
incompatibele producten aan.
ALARMNUMMER KIEZEN
Controleer of de telefoonfunctie van het
apparaat ingeschakeld en operationeel is.
Dr uk z o vaak als nod ig i s op de end -to ets om
het scherm leeg te maken en terug te keren
naar de stand-by modus. Voer het
alarmnummer in en druk op de beltoets.
Geef op waar u zich bevindt. Beëindig het
gesprek pas wanneer u daarvoor
toestemming hebt gekregen.
Over dit apparaat
Het draadloze apparaat dat in deze handleiding wordt
beschreven, is goedgekeurd voor gebruik op de (E)GSMnetwerken 850, 900, 1800 en 1900 en op de UMTSnetwerken 900 en 2100. Neem contact op met uw
serviceprovider voor meer informatie over netwerken.
Houd u bij het gebruik van de functies van dit apparaat
aan alle regelgeving en eerbiedig lokale gebruiken,
privacy en legitieme rechten van anderen, waaronder
auteursrechten.
Auteursrechtbeschermingsmaatregelen kunnen
verhinderen dat bepaalde afbeeldingen, muziek
(inclusief beltonen) en andere inhoud worden
gekopieerd, gewijzigd, overgedragen of
doorgestuurd.
Dit apparaat ondersteunt internetverbindingen en
andere verbindingsmethoden. Net als computers kan
uw apparaat blootstaan aan virussen, schadelijke
boodschappen en toepassingen, en andere schadelijke
inhoud. Wees voorzichtig en open boodschappen,
accepteer verbindingsverzoeken, download content
en accepteer installaties alleen van betrouwbare
bronnen. Overweeg de installatie van
antivirussoftware met een periodieke updateservice
en het gebruik van een firewall en andere relevante
Voor uw veiligheid
11
software op uw apparaat om de beveiliging van de
apparaten te vergroten.
De afbeeldingen in deze handleiding kunnen
verschillen van die op het display van uw apparaat.
Waarschuwing: Als u andere functies van dit
apparaat wilt gebruiken dan de wekker, moet het
apparaat zijn ingeschakeld. Schakel het apparaat niet
in wanneer het gebruik van draadloze apparatuur
storingen of gevaar kan veroorzaken.
De kantoortoepassingen ondersteunen gebruikelijke
functies van Microsoft Word, PowerPoint en Excel
Voor uw veiligheid
(Microsoft Office 2000, XP en 2003). Niet alle
bestandsindelingen kunnen worden bekeken of
gewijzigd.
Tijdens intensief gebruik, zoals bij een actieve sessie
waarin video's worden gedeeld of bij een snelle
gegevensverbinding, kan het apparaat warm
aanvoelen. In de meeste gevallen is dit normaal. Als u
vermoedt dat het apparaat niet goed werkt, breng het
dan naar het dichtstbijzijnde bevoegde servicepunt.
Mogelijk bevat het apparaat vooraf geïnstalleerde
bookmarks en koppelingen voor websites van derden.
U kunt websites van derden ook bezoeken vanaf uw
apparaat. Nokia is niet gelieerd aan websites van
derden. Nokia ondersteunt deze sites niet en draagt er
geen aansprakelijkheid voor. Als u ervoor kiest om
dergelijke websites te bezoeken, dient u
voorzorgsmaatregelen voor beveiliging of inhoud te
treffen.
12
Netwerkdiensten
Als u de telefoon wilt gebruiken, moet u zijn
aangemeld bij een provider van een draadloze
verbindingsdienst. Veel van de functies vereisen
speciale netwerkfuncties. Deze functies zijn niet op alle
netwerken beschikbaar. Er zijn ook netwerken waar u
specifieke regelingen met uw serviceprovider moet
treffen voordat u gebuik kunt maken van de
netwerkdiensten. Uw serviceprovider kan u instructies
geven en uitleggen hoeveel het kost. Bij sommige
netwerken gelden beperkingen die het gebruik van
netwerkdiensten negatief kunnen beïnvloeden. Zo
bieden sommige netwerken geen ondersteuning voor
bepaalde taalafhankelijke tekens en diensten.
Het kan zijn dat uw serviceprovider heeft verzocht om
bepaalde functies uit te schakelen of niet te activeren
in uw appara at. In da t geval worden deze functies niet
in het menu van uw apparaat weergegeven. Uw
apparaat kan ook beschikken over een speciale
configuratie, zoals veranderingen in menunamen,
menuvolgorde en pictogrammen. Neem contact op
met uw serviceprovider voor meer informatie.
Dit apparaat ondersteunt WAP 2.0-protocollen (HTTP
en SSL) die werken met TCP/IP-protocollen. Sommige
functies van dit apparaat, zoals MMS, surfen en e-mail,
vereisen netwerkondersteuning voor deze
technologieën.
Toebehoren, batterijen en
laders
Schakel het apparaat altijd uit en ontkoppel de lader
voordat u de batterij verwijdert.
Controleer het modelnummer van uw lader voordat u
deze bij dit apparaat gebruikt. Dit apparaat is bedoeld
voor gebruik met een lader van het type DC-4, AC-4 of
AC-5, of met een lader van het type AC-1, ACP-8, ACP-9,
ACP-12 of LCH-12 als de lader wordt gebruikt met de
laderadapter CA-44.
Het exacte modelnummer van de oplader kan
afhankelijk zijn van het type aansluiting. De
stekkervariant wordt door een van de volgende codes
aangegeven: E, EB, X, AR, U, A, C of UB.
De batterij die voor gebruik met dit apparaat is
bedoeld, is BL-6F.
Waarschuwing: Gebruik alleen batterijen,
laders en toebehoren die door Nokia zijn goedgekeurd
voor gebruik met dit model. Het gebruik van alle
andere typen kan de goedkeuring of garantie doen
vervallen en kan gevaarlijk zijn.
Vraag uw leverancier naar de beschikbaarheid van
goedgekeurde toebehoren. Trek altijd aan de stekker
en niet aan het snoer als u toebehoren losmaakt.
Voor uw veiligheid
13
Verbinding maken
Verbinding maken
14
De Nokia N95 8GB ondersteunt de volgende
verbindingsmethoden:
● 2G- en 3G-netwerken
● Bluetooth-connectiviteit: om bestanden over te
brengen en verbinding te maken met
compatibele uitbreidingen.
connectiviteit', p. 38.
● Nokia AV-aansluiting (3,5 mm): om verbinding te
maken met compatibele hoofdtelefoons,
televisies of stereosets.
modus', p. 93.
● Gegevenskabel: om verbinding te maken met
compatibele apparaten zoals printers en pc's.
'USB', p. 43.
● WLAN: om verbinding te maken met apparaten
die WLAN gebruiken.
● Infrarood: om gegevens over te dragen en te
synchroniseren tussen compatibele aparaten.
' Infrarood', p. 42.
● GPS: om verbinding te maken met GPS-
satellieten en uw locatie te bepalen.
'Positionering (GPS)', p. 102.
Zie 'Bluetooth-
Zie 'TV out-
Zie
Zie 'WLAN', p. 35.
Zie
Zie
Nuttige informatie
Modelnummer: N95-2
Hierna aangeduid als Nokia N95 8GB.
Help
Het apparaat beschikt over contextgevoelige Help.
Selecteer Opties > Help als u vanuit een geopende
toepassing de Help voor de huidige weergave wilt
openen.
Tijdens het lezen van de instructies kunt u
teruggaan naar de toepassing die op de
achtergrond geopend is door
houden.
Selecteer Instrumenten > Hulpprogr. > Help als
u de Help wilt openen vanuit het hoofdmenu.
Selecteer de gewenste toepassing om de
bijbehorende helponderwerpen te bekijken.
ingedrukt te
Aan de slag
Zie de handleiding Aan de slag voor informatie over
toetsen en onderdelen, instructies voor het
instellen van het apparaat en andere essentiële
informatie.
Nokia-ondersteuning en
contactgegevens
Ga naar www.nseries.com/support of de lokale
Nokia-website voor de meest recente
handleidingen, aanvullende informatie, downloads
en diensten voor uw Nokia-product.
Zoek in de lijst met lokale contactcentrums van
Nokia Care op www.nokia.com/customerservice
wanneer u contact wilt opnemen met de
klantenservice.
Raadpleeg voor onderhoud het dichtstbijzijnde
Nokia Care-centrum op www.nokia.com/repair.
Aanvullende toepassingen
Dankzij tal van toepassingen van Nokia en andere
softwareontwikkelaars kunt u optimaal gebruik
maken van alle mogelijkheden van het apparaat.
Deze toepassingen worden nader toegelicht in de
handleidingen die beschikbaar zijn op de pagina's
voor productondersteuning op www.nseries.com/
support of uw lokale Nokia-website.
Nuttige informatie
15
Software-updates
Nokia kan software-updates vrijgeven die nieuwe
mogelijkheden, uitgebreidere functies of
verbeterde prestaties bieden. U kunt deze updates
aanvragen via de pc-toepassing Nokia Software
Updater. Als u de software op het apparaat wilt
bijwerken, hebt u de toepassing Nokia Software
Updater nodig en een compatibele pc met Microsoft
Windows 2000, XP of Vista, breedband
Nuttige informatie
internettoegang en een compatibele datakabel
voor de verbinding tussen het apparaat en de pc.
Bezoek www.nokia.com/softwareupdate of uw
lokale Nokia-website als u meer informatie wilt en
de toepassing Nokia Software Updater wilt
downloaden.
Tip: Voer in de stand by modus *#0000# in
als u wilt weten welke softwareversie er op
het apparaat is geïnstalleerd.
Instellingen
In het apparaat zijn instellingen voor mobiel
internet en MMS-, GPRS- en streaming-instellingen
doorgaans automatisch geconfigureerd op basis
van de gegevens van de netwerkexploitant. De
instellingen van uw serviceproviders zijn mogelijk
al op het apparaat geïnstalleerd of u kunt de
16
instellingen van de netwerkexploitanten
ontvangen of aanvragen als speciaal bericht.
U kunt de algemene instellingen van het apparaat
wijzigen voor bijvoorbeeld taal, stand-by modus,
weergave en toetsenblokvergrendeling.
'Algemene instellingen', p. 166.
Zie
Toegangscodes
Neem contact op met uw serviceprovider als u een
van de toegangscodes bent vergeten.
● PIN-code (Personal Identification
Number) — Deze code beschermt uw SIM-kaart
tegen ongeoorloofd gebruik. De PIN-code (4 tot
8 cijfers) wordt gewoonlijk bij de SIM-kaart
geleverd. Als u de PIN-code driemaal achter
elkaar foutief invoert, wordt de code
geblokkeerd. U hebt de PUK-code nodig om deze
blokkering op te heffen.
● UPIN-code — Deze code wordt mogelijk geleverd
bij de USIM-kaart. De USIM-kaart is een
uitgebreide versie van de SIM-kaart die wordt
ondersteund door mobiele UMTS-telefoons.
● PIN2-code — Deze code (vier tot acht cijfers)
wordt bij sommige SIM-kaarten geleverd en
verschaft u toegang tot bepaalde functies op het
apparaat.
● Blokkeringscode (ook wel beveiligingscode
genoemd) — Met deze code (vijf cijfers) kunt u
het apparaat blokkeren om ongeoorloofd
gebruik te voorkomen. De fabrieksinstelling voor
de blokkeringscode is 12345. Verander de
blokkeringscode om ongeoorloofd gebruik van
het apparaat te voorkomen. Houd de nieuwe
code geheim en bewaar deze op een veilige
plaats (niet bij het apparaat). Probeer slechts
eenmaal de code in te voeren als u de code bent
vergeten. Als de code die u hebt ingevoerd, niet
correct is, neemt u contact op met een Nokia
Care-centrum of uw serviceprovider voor verdere
instucties.
● PUK- (Personal Unblocking Key) en PUK2-
code — Deze codes (acht cijfers) zijn vereist om
respectievelijk een geblokkeerde PIN- of PIN2code te wijzigen. Neem contact op met de
operator van uw SIM-kaart als de codes niet bij
de SIM-kaart zijn geleverd.
● UPUK-code — Deze code (acht cijfers) is vereist
voor het wijzigen van een geblokkeerde UPINcode. Neem contact op met de operator van uw
USIM-kaart als deze code niet bij de USIM-kaart is
geleverd.
Levensduur van de batterij
verlengen
Veel functies van het apparaat vergen extra
batterijcapaciteit en verkorten de levensduur van
de batterij. Houd rekening met het volgende als u
de batterij wilt sparen:
● Als functies Bluetooth-technologie gebruiken of
als dergelijke functies op de achtergrond worden
uitgevoerd terwijl u andere functies gebruikt,
vergt dit extra batterijcapaciteit. Als u de
bedrijfsduur van het apparaat wilt verlengen,
schakelt u de Bluetooth-technologie uit wanneer
u deze niet nodig hebt.
● Als functies WLAN gebruiken of als dergelijke
functies op de achtergrond worden uitgevoerd
terwijl u andere functies gebruikt, vergt dit extra
batterijcapaciteit. WLAN op het Nokia-apparaat
wordt uitgeschakeld wanneer u niet probeert
om verbinding te maken, geen verbinding hebt
met een ander toegangspunt of niet aan het
zoeken bent naar beschikbare netwerken. Als u
de batterij wilt sparen, kunt u aangeven dat er
niet of minder vaak moet worden gezocht naar
beschikbare netwerken op de achtergrond.
WLAN wordt uitgeschakeld tussen scans op de
achtergrond.
Zoeken naar netwerken is ingesteld op Nooit,
wordt het pictogram voor de beschikbaarheid
van een WLAN niet weergegeven in de stand-by
modus. U kunt echter nog steeds handmatig
zoeken naar beschikbare WLAN's en hiermee
normaal verbinding maken.
Zie 'WLAN', p. 35. Wanneer
Nuttige informatie
17
● Als u Packet-ggvnsverb. hebt ingesteld op
Autom. bij signaal in de
verbindingsinstellingen en er geen dekking voor
een packet-gegevensverbinding (GPRS) is,
probeert het apparaat van tijd tot tijd een
packet-gegevensverbinding tot stand te
brengen, hetgeen extra batterijcapaciteit vergt.
Selecteer Packet-ggvnsverb. > Wanneer
nodig om de bedrijfsduur van het apparaat te
verlengen.
Nuttige informatie
● Met de toepassing Kaarten worden nieuwe
kaartgegevens gedownload als u naar nieuwe
gedeelten van de kaart bladert. Dit vergt extra
batterijcapaciteit. U kunt voorkomen dat nieuwe
kaarten automatisch worden gedownload.
'Kaarten', p. 104.
● Als de signaalsterkte van het mobiele netwerk
erg varieert in uw gebied, moet het apparaat
herhaaldelijk zoeken naar het beschikbare
netwerk. Dit vergt extra batterijcapaciteit.
Als de netwerkmodus is ingesteld op Dual mode
in de netwerkinstellingen, zoekt het apparaat
naar het UMTS-netwerk. Als dit niet beschikbaar
is, gebruikt het apparaat het beschikbare GSM-
18
netwerk. Druk op
Instrumenten > Instell. > Telefoon >
Netwerk > Netwerkmodus > GSM als u alleen
het GSM-netwerk wilt gebruiken.
en selecteer
● De achtergrondverlichting van het scherm vergt
extra batterijcapaciteit. Druk op
Instrumenten > Instell. > Algemeen >
Persoonlijk > Weergave > Time-out
verlichting om de time-out te wijzigen, waarna
de achtergrondverlichting wordt uitgeschakeld.
Selecteer Lichtsensor als u de lichtsensor wilt
aanpassen waarmee de hoeveelheid licht wordt
gecontroleerd en als u de helderheid van het
scherm wilt aanpassen.
● Als toepassingen op de achtergrond worden
uitgevoerd, vergt dit extra batterijcapaciteit. Als
u alle toepassingen wilt sluiten die u niet
Zie
gebruikt, houdt u
de toepassing in de lijst. Vervolgens drukt u op
C.
Music Player wordt niet afgesloten als u op C
drukt. Selecteer Music Player in de lijst en
selecteer Opties > Afsluiten als u de toepassing
wilt sluiten.
ingedrukt en bladert u naar
Geheugen vrijmaken
Veel functies van het apparaat gebruiken geheugen
om gegevens op te slaan. U krijgt een melding als
het apparaatgeheugen bijna vol is.
Druk op
Best.beh. > Opties > Gegevens geheugen als u
wilt bekijken welke gegevenstypen het apparaat
en selecteer Instrumenten >
en selecteer
bevat en hoeveel geheugen wordt gebruikt door de
verschillende gegevenstypen. Bij Vrij geheugen
kunt u de hoeveelheid beschikbaar geheugen zien.
Breng gegevens over naar een compatibele pc als u
apparaatgeheugen wilt vrijmaken.
Als u gegevens wilt verwijderen om geheugen vrij
te maken, gebruikt u Bestandsbeheer om
bestanden te verwijderen die u niet meer nodig
hebt of gaat u naar de betreffende toepassing. U
kunt de volgende elementen verwijderen:
● E-mails in de mappen in Berichten en e-mails die
uit de mailbox zijn opgehaald
● Opgeslagen webpagina's
● Contactgegevens
● Agendanotities
● Toepassingen in Toepassingsbeheer die u niet
nodig hebt
● Installatiebestanden (.sis of .sisx) van
toepassingen die u hebt geïnstalleerd op het
apparaat.
● Afbeeldingen en videoclips in Galerij. Maak een
back-up van de bestanden op een compatibele
pc met behulp van Nokia Nseries PC Suite.
Als u meerdere items wilt verwijderen en u ziet een
van de volgende meldingen, verwijder de items dan
één voor één, te beginnen met het kleinste item:
● Onvoldoende geheugen voor bewerking.
Wis eerst enkele gegevens.
● Geheugen bijna vol. Verwijder gegevens uit
het telefoongeheugen.
Nuttige informatie
19
Het apparaat
Welkom
Wanneer u het apparaat voor het eerst inschakelt,
Het apparaat
wordt de welkomsttoepassing weergegeven.
Maak een keuze uit de volgende opties:
● Inst.wizard — Hiermee configureert u diverse
instellingen, zoals e-mail. Raadpleeg de
handleidingen op de
productondersteuningspagina's van Nokia of op
uw lokale Nokia-website voor meer informatie
over de instellingswizard.
● Overdracht — Hiermee brengt u inhoud, zoals
contacten en agenda-items, over vanaf een
compatibel Nokia-apparaat.
overbrengen', p. 20.
De welkomsttoepassing kan ook een demonstratie
van uw apparaat bevatten.
Als u de welkomsttoepassing later wilt openen,
drukt u op
Hulpprogr. > Welkom. U kunt ook de
afzonderlijke toepassingen openen via de
betreffende menuopties.
20
en selecteert u Instrumenten >
Zie 'Inhoud
Overdracht
Inhoud overbrengen
Met de toepassing Overdracht kunt u inhoud, zoals
contacten, van het ene naar het andere compatibele
Nokia-apparaat overbrengen via Bluetooth of een
infraroodverbinding.
Het type inhoud dat kan worden overgedragen,
hangt af van het model van het apparaat waaruit u
de inhoud wilt overbrengen. Als het andere
apparaat synchronisatie ondersteunt, kunt u de
gegevens tussen het andere apparaat en uw
apparaat ook synchroniseren. Er wordt een bericht
weergegeven als het andere apparaat niet
compatibel is.
Als het andere apparaat alleen met een SIM-kaart
kan worden ingeschakeld, kunt u deze plaatsen.
Wanneer uw apparaat wordt ingeschakeld zonder
SIM-kaart, wordt automatisch het profiel Offline
geactiveerd.
Inhoud overbrengen
1. Selecteer Overdracht in de
welkomsttoepassing of druk op
Instrumenten > Hulpprogr. > Overdracht
en selecteer
wanneer u voor het eerst gegevens van het
andere apparaat wilt ophalen naar uw apparaat.
2. Selecteer het verbindingstype dat u wilt
gebruiken om de gegevens over te brengen.
Beide apparaten moeten het geselecteerde
verbindingstype ondersteunen.
3. Ga als volgt te werk als u een Bluetooth-
verbinding gebruikt: selecteer Doorgaan als u
met uw apparaat wilt zoeken naar andere
apparaten met Bluetooth. Selecteer het
apparaat waaruit u inhoud wilt overbrengen. U
wordt gevraagd een code in te voeren op uw
apparaat. Voer een code in (1-16 cijfers) en
selecteer OK. Voer dezelfde code ook in op het
andere apparaat en selecteer OK. De apparaten
zijn nu gekoppeld.
koppelen', p. 40.
Bij sommige apparaatmodellen wordt de
toepassing Overdracht als bericht naar het
andere apparaat verzonden. Open het bericht
om de toepassing Overdracht te installeren op
het andere apparaat en volg de instructies op
het display.
Sluit de twee apparaten aan als u een
infraroodverbinding gebruikt.
Infrarood', p. 42.
4. Selecteer vanaf uw apparaat de inhoud die u
vanaf het andere apparaat wilt overbrengen.
Zie 'Apparaten
Zie '
Wanneer de overdracht is gestart, kunt u deze
annuleren en later verder gaan.
De tijd die benodigd is voor de overdracht, is
afhankelijk van de hoeveelheid gegevens.
De inhoud wordt overgedragen vanuit het
geheugen van het andere apparaat naar de
overeenkomstige locatie op uw apparaat.
Inhoud synchroniseren, ophalen
of verzenden
Selecteer na de eerste bestandsoverdracht een van
de volgende opties om een nieuwe overdracht te
starten, afhankelijk van het model van het andere
apparaat:
om de inhoud tussen uw apparaat en het andere
apparaat te synchroniseren, als het andere
apparaat synchronisatie ondersteunt. De
synchronisatie verloopt in twee richtingen. Als een
item op het ene apparaat is verwijderd, wordt het
ook op het andere verwijderd. U kunt verwijderde
items niet terugzetten via een synchronisatie.
om informatie van het andere apparaat naar uw
apparaat te halen. Bij het ophalen worden
gegevens van het andere apparaat naar uw
apparaat gedownload. U wordt mogelijk gevraagd
om de oorspronkelijke gegevens op het andere
apparaat te houden of te verwijderen, afhankelijk
van het model van het apparaat.
Het apparaat
21
om gegevens van uw apparaat naar het andere
apparaat te verzenden
Als Overdracht een item niet kan overdragen,
afhankelijk van het type van het andere apparaat,
kunt u het item toevoegen aan de Nokia-map (E:\Data\Nokia of E:\Data\Nokia) en vanuit die map
overbrengen. Wanneer u de map selecteert
Het apparaat
waarnaar een item moet worden overgebracht,
worden de items in de bijbehorende map in het
andere apparaat gesynchroniseerd, en omgekeerd.
Een overdracht herhalen met een
snelkoppeling
Na een gegevensoverdracht kunt u een
snelkoppeling met de instellingen voor de
overdracht in de hoofdweergave opslaan om
dezelfde overdracht later te herhalen.
Blader naar een snelkoppeling en selecteer
Opties > Snelkoppellingsinstllngn om de
snelkoppeling te bewerken. U kunt de
snelkoppeling bijvoorbeeld een naam geven of
deze naam wijzigen.
Na elke overdracht wordt een
overdrachtslogbestand weergegeven. Blader naar
een snelkoppeling in de hoofdweergave en
selecteer Opties > Log bekijken om het
logbestand van een vorige overdracht te bekijken.
22
Omgaan met overdrachtsconflicten
Wanneer een item dat moet worden overgebracht
op beide apparaten is bewerkt, probeert het
apparaat de wijzigingen automatisch samen te
voegen. Wanneer dit niet mogelijk is, is er sprake
van een overdrachtsconflict. Selecteer 1 voor 1
controleren, Prioriteit deze telefoon of Priorit.
andere telefoon om het conflict op te lossen.
Selecteer Opties > Help voor verdere instructies.
Schermsymbolen
Het apparaat wordt gebruikt in een GSM-netwerk
(netwerkdienst).
Het apparaat wordt gebruikt in een UMTS-
netwerk (netwerkdienst).
Er staan een of meer ongelezen berichten in
de map Inbox in Berichten.
U hebt nieuwe e-mail ontvangen in de externe
mailbox.
De map Outbox bevat berichten die nog niet
zijn verzonden.
U hebt oproepen gemist.
Het beltoontype is Stil en de signaaltonen voor
berichten en voor e-mail zijn uitgeschakeld.
De toetsen van het apparaat zijn vergrendeld.
Er is een alarmsignaal actief.
De tweede telefoonlijn wordt gebruikt
(netwerkdienst).
Alle oproepen naar het apparaat worden
omgeleid naar een ander nummer (netwerkdienst).
Als u twee telefoonlijnen hebt, geeft een nummer
de actieve lijn aan.
Er is een compatibele hoofdtelefoon
aangesloten op het apparaat.
Er is een compatibele TV Out-kabel aangesloten
op het apparaat.
Er is een compatibele teksttelefoon
aangesloten op het apparaat.
Er is een gegevensoproep actief (netwerkdienst).
Er is een GPRS-packet-gegevensverbinding actief
(netwerkdienst).
de wachtstand staat en
beschikbaar is.
Er is een packet-gegevensverbinding actief in een
gedeelte van het netwerk dat EGPRS ondersteunt
(netwerkdienst).
de wachtstand staat en
beschikbaar is. De symbolen geven aan dat EGPRS
beschikbaar is in het netwerk, maar mogelijk maakt
het apparaat geen gebruik van EGPRS tijdens de
gegevensoverdracht.
geeft aan dat de verbinding in
dat een verbinding
geeft aan dat de verbinding in
dat een verbinding
Er is e en UM TS- pac ket -gegevensverbinding actief
(netwerkdienst).
de wachtstand staat en
beschikbaar is.
HSDPA (High-Speed Downlink Packet Access)
wordt ondersteund en is actief (netwerkdienst).
geeft aan dat de verbinding in de wachtstand staat
en
dat een verbinding beschikbaar is. Zie 'Snel
downloaden', p. 26.
U hebt de scanfunctie voor WLAN's ingeschakeld
en er is een WLAN beschikbaar (netwerkdienst).
'WLAN', p. 35.
Er is een WLAN-verbinding actief in een
netwerk met codering.
Er is een WLAN-verbinding actief in een netwerk
zonder codering.
Bluetooth-connectiviteit is ingeschakeld. Zie
'Bluetooth-connectiviteit', p. 38.
E r w o rd e n g e ge v en s ve r zo n de n me t be h ul p va n
Bluetooth-connectiviteit. Als het symbool knippert,
probeert het apparaat verbinding te maken met een
ander apparaat.
Er is een USB-verbinding actief.
Er is een infraroodverbinding actief. Als het
symbool op het apparaat knippert, probeert het
apparaat om verbinding te maken met het andere
apparaat of is de verbinding verbroken.
geeft aan dat de verbinding in
dat een verbinding
Zie
Het apparaat
23
Volume- en
luidsprekerregeling
Druk op de volumetoets als u het volume wilt
verhogen of verlagen tijdens een actieve oproep of
wanneer u naar een geluid luistert.
Het apparaat
Door de ingebouwde
luidspreker kunt u vanaf
een korte afstand spreken
en luisteren zonder dat u het apparaat aan uw oor
hoeft te houden.
Waarschuwing: Houd het apparaat niet
dicht bij uw oor wanneer de luidspreker wordt
gebruikt, aangezien het volume erg luid kan zijn.
Selecteer Opties > Luidspreker insch. als u de
luidspreker tijdens een gesprek wilt gebruiken.
Selecteer Opties > Telefoon insch. als u de
luidspreker wilt uitschakelen.
Het toetsenblok
vergrendelen
Druk achtereenvolgens op de linker- en
rechterselectietoets om het toetsenblok te
vergrendelen.
24
Open de schuif of druk achtereenvolgens op de
linker- en rechterselectietoets om het toetsenblok
te ontgrendelen.
U kunt het toetsenblok automatisch vergrendelen
na een time-out of wanneer u de schuif sluit.
'Beveiligingsinstellingen', p. 168.
Zie
Het profiel Offline
Druk op en selecteer Instrumenten >
Profielen > Offline.
Met het profiel Offline kunt u het apparaat
gebruiken zonder dat u verbinding hebt met het
draadloze netwerk. Wanneer u het profiel Offline
activeert, wordt de verbinding met het draadloze
netwerk verbroken, zoals wordt aangegeven met
in het gebied voor de signaalsterkte. Er zijn geen
draadloze RF-signalen naar en van het apparaat
mogelijk. Berichten die u wilt verzenden worden in
de Outbox geplaatst, zodat u deze later kunt
verzenden.
Wanneer het profiel Offline actief is, kunt u het
apparaat gebruiken zonder een SIM-kaart.
Belangrijk: In het profiel Vlucht kunt u geen
oproepen doen of ontvangen en kunnen ook andere
functies waarvoor netwerkdekking vereist is niet
worden gebruikt. U kunt mogelijk nog wel het
alarmnummer dat in het apparaat is
geprogrammeerd kiezen. Als u wilt bellen, moet u
de telefoonfunctie eerst activeren door een ander
profiel te kiezen. Als het apparaat vergrendeld is,
moet u de beveiligingscode invoeren.
Wanneer u het profiel Offline hebt geactivee rd, kunt
u nog steeds het WLAN gebruiken, bijvoorbeeld om
uw e-mail te lezen of over internet te surfen. Zorg
ervoor dat u voldoet aan de veiligheidseisen
wanneer u een WLAN-verbinding tot stand brengt
en gebruikt. U kunt ook Bluetooth-connectiviteit
gebruiken zolang het profiel Offline actief is.
Druk kort op de aan/uit-toets en selecteer een ander
profiel als u het profiel Offline wilt activeren. Via het
apparaat wordt de draadloze overdracht opnieuw
ingeschakeld (mits het signaal sterk genoeg is).
Multimediamenu
Via het multimediamenu
kunt u de multimediainhoud bekijken die u het
vaakst gebruikt. De
geselecteerde inhoud
wordt in de bijbehorende
toepassing weergegeven.
Druk op de
multimediatoets om het
multimediamenu te
openen of te sluiten. U
kunt naar links of naar
rechts bladeren om de tegels te bekijken. U kunt
items selecteren met de bladertoets. Druk op de
multimediatoets als u vanuit een geopende
toepassing naar het multimediamenu wilt
terugkeren.
Maak een keuze uit de volgende opties:
● Muziek — Hiermee gaat u naar Muziekspeler en
de weergave Afspelen, kunt u door uw liedjes en
afspeellijsten bladeren, of podcasts downloaden
en beheren.
● Galerij — Hiermee bekijkt u uw laatst gemaakte
foto, een diavoorstelling van uw afbeeldingen of
mediabestanden in albums.
● Spelletjes — Hiermee kunt u de spelletjes van
Nokia Nseries uitproberen.
Het apparaat
25
● Kaarten — Hiermee bekijkt u uw favoriete
locaties in Nokia Kaarten.
● Web — Hiermee bekijkt u uw favoriete
webkoppelingen in de browser.
● Contacten — Hiermee voegt u uw eigen
contacten toe, verstuurt u berichten of belt u
iemand op. Wanneer u een nieuwe
Het apparaat
contactpersoon aan een lege positie in de lijst
wilt toevoegen, drukt u op de bladertoets en
selecteert u een contactpersoon. Wanneer u een
bericht wilt versturen, selecteert u in het
multimediamenu een contactpersoon en
selecteert u SMS verzenden of Multim. ber.
verzenden.
● Video's — Bekijk uw favoriete video's en de
videoclips die zijn opgeslagen in Nokia
Videocentrum.
Selecteer Opties > Tegels ordenen als u de
volgorde van de tegels wilt wijzigen.
Snel downloaden
High-speed downlink packet access (HSDPA, ook wel
3.5G genoemd, aangegeven met
netwerkdienst in UMTS-netwerken en biedt een
hoge snelheid voor gegevensdownloads. Wanneer
HSDPA-ondersteuning in het apparaat is
ingeschakeld en het apparaat is verbonden met een
26
UMTS-netwerk dat HSDPA ondersteunt, kunt u veel
) is een
sneller gegevens downloaden via het mobiele
netwerk, zoals berichten, e-mail en webpagina's.
Een actieve HSDPA-verbinding wordt aangegeven
met
. Zie 'Schermsymbolen', p. 22.
U kunt ondersteuning voor HSDPA in de
apparaatinstellingen activeren of deactiveren.
'Instellingen voor packet-gegevens', p. 178.
Neem contact op met uw serviceprovider voor meer
informatie over de beschikbaarheid van en
abonnementen op services voor
gegevensverbinding.
HSDPA is alleen van invloed op de
downloadsnelheid en niet op de verzending van
gegevens naar het netwerk, zoals de verzending
van berichten en e-mail.
Zie
Webbrowser
Met de webbrowser kunt u HTML-webpagina's
(HyperText Markup Language) op internet
weergeven zoals deze oorspronkelijk zijn
ontworpen. U kunt ook bladeren door webpagina's
die specifiek zijn ontworpen voor mobiele
apparaten en XHTML (eXtensible HyperText Markup
Language) of WML (Wireless Markup Language)
gebruiken.
Als u wilt browsen op het web, moet op uw
apparaat een internettoegangspunt zijn
geconfigureerd.
Op internet surfen
Druk op en selecteer Web.
Sneltoets: Houd in de stand-by modus 0
ingedrukt om de browser te starten.
Belangrijk: Maak alleen gebruik van diensten
die u vertrouwt en die een adequate beveiliging en
bescherming tegen schadelijke software bieden.
Belangrijk: Installeer en gebruik alleen
toepassingen en andere software van betrouwbare
bronnen, zoals toepassingen die een Symbianondertekening dragen of die de Java Verified
hebben doorstaan.
Ga naar een webpagina door in de weergave
Bookmarks een bookmark te selecteren of het adres
in te voeren in het veld (
drukken.
Sommige webpagina's kunnen materiaal bevatten,
bijvoorbeeld afbeeldingen en geluiden, die alleen
kunnen worden bekeken als uw apparaat over veel
geheugen beschikt. Als geen geheugen meer
beschikbaar is tijdens het laden van een dergelijke
pagina, worden de afbeeldingen op de pagina niet
weergegeven.
Wanneer u webpagina's zonder afbeeldingen wilt
bekijken om geheugenruimte te sparen, selecteert
u Opties > Instellingen > Pagina > Inhoud
laden > Alleen tekst.
Selecteer Opties > Ga naar webadres als u een
nieuw te bezoeken webadres wilt invoeren.
Tip: Druk op 1 en selecteer een bookmark als
u een webpagina wilt bezoeken die als
) en op de bladertoets te
TM
-test
Webbrowser
27
bookmark is opgeslagen in de weergave
Bookmarks.
Selecteer Opties > Navigatieopties > Opnieuw
laden als u de meest recente versie van de pagina
wilt ophalen vanaf de server.
Selecteer Opties > Opslaan als bookmark als u
Webbrowser
het webadres van de huidige pagina wilt opslaan
als bookmark.
Selecteer Terug (beschikbaar als
Geschiedenislijst is ingesteld in de
browserinstellingen en de huidige pagina niet de
eerste pagina is die u bezoekt) als u de visuele
geschiedenis wilt gebruiken om tijdens het surfen
snapshots van de bezochte pagina's te maken.
Selecteer de pagina als u naar een eerder bezochte
pagina wilt gaan.
Selecteer Opties > Instrumenten > Pagina
opslaan als u een pagina wilt opslaan tijdens het
surfen.
U kunt pagina's opslaan om deze later te lezen als
u offline bent. U kunt deze opgeslagen pagina's ook
groeperen in mappen. Selecteer Opties >
Bookmarks > Opgeslagen pagina's om de
opgeslagen pagina's te openen.
Selecteer Opties > Dienstopties (indien
ondersteund door de webpagina) als u een sublijst
met opdrachten of acties voor de geopende pagina
28
wilt openen.
Selecteer Opties > Venster > Pop-ups
blokkeren of Pop-ups toestaan als u wilt toestaan
of voorkomen dat meerdere vensters automatisch
worden geopend.
Sneltoetsen tijdens het surfen over het
internet
● Druk op 1 om uw bookmarks te openen.
● Druk op 2 om trefwoorden te zoeken op de
huidige pagina.
● Druk op 3 om terug te keren naar de vorige
pagina.
● Druk op 5 om een lijst met alle open vensters
weer te geven.
● Druk op 8 om het paginaoverzicht van de huidige
pagina weer te geven. Druk nogmaals op 8 als u
wilt inzoomen om het gewenste gedeelte van de
pagina te zien.
● Druk op 9 om een nieuw webadres in te voeren.
● Druk op 0 om naar de homepage te gaan (indien
dit is gedefinieerd in de instellingen).
● Druk op * en # om in en uit te zoomen op de
pagina.
Tip: Druk tweemaal op of druk op de end-
toets als u wilt terugkeren naar de stand-by
modus terwijl de browser op de achtergrond
is geopend. Keer terug naar de browser door
ingedrukt te houden en de browser in de
lijst te selecteren.
Werkbalk in de browser
Met de werkbalk in de browser kunt u veelgebruikte
browserfuncties selecteren.
Houd de bladertoets ingedrukt op een lege plek van
een webpagina om de werkbalk te openen. Druk de
bladertoets naar links of naar rechts om over de
werkbalk te navigeren. Druk op de bladertoets om
een functie te selecteren.
In de werkbalk kunt u de volgende opties
selecteren:
● Veelgebr. koppelingen — Hiermee geeft u een
lijst met vaak bezochte webadressen weer.
● Paginaoverzicht — Hiermee geeft u een
overzicht weer van de huidige webpagina.
● Zoeken — Hiermee kunt u trefwoorden zoeken
op de huidige pagina.
● Opnieuw laden — Hiermee vernieuwt u de
pagina.
● Abonner. op webfeeds (indien
beschikbaar) — Hiermee opent u een lijst met
beschikbare webfeeds op de huidige webpagina
en kunt u zich abonneren op een webfeed.
Navigeren over pagina's
De miniweergave en het paginaoverzicht helpen u
bij het navigeren over pagina's die grote
hoeveelheden informatie bevatten.
Wanneer de miniweergave is ingesteld in de
browserinstellingen en u een grote webpagina
weergeeft, wordt de miniweergave geopend met
een overzicht van de bezochte webpagina.
Stel de miniweergave in door Opties >
Instellingen > Algemeen > Miniweergave >
Aan te selecteren.
Druk de bladertoets naar rechts, naar links, omhoog
of omlaag als u over de kaart wilt schuiven. Stop met
bladeren als u de gewenste locatie hebt bereikt. De
miniweergave verdwijnt en u blijft op de
geselecteerde locatie.
Wanneer u een pagina met een grote hoeveelheid
informatie bekijkt, kunt u ook Paginaoverzicht
gebruiken om te bekijken wat voor informatie de
pagina bevat.
Druk op 8 als u het paginaoverzicht van de huidige
pagina wilt weergeven. Druk de bladertoets
omhoog, omlaag, naar links of naar rechts om de
gewenste plaats op de pagina te vinden. Druk
nogmaals op 8 als u wilt inzoomen om het
gewenste gedeelte van de pagina te zien.
Webbrowser
29
Webfeeds en blogs
Webfeeds zijn XML-bestanden op webpagina's die
worden gebruikt door de weblogcommunity en
nieuwsorganisaties om de meest recente
nieuwsberichten of tekst te delen, bijvoorbeeld
nieuwsfeeds. Blogs of weblogs zijn dagboeken op
Webbrowser
het web. De meeste webfeeds gebruiken RSS- en
Atom-technologie. Webfeeds worden veel
toegepast op web-, blog- en wikipagina's.
De toepassing Web stelt automatisch vast of een
webpagina webfeeds bevat.
Als u zich wilt abonneren op een webfeed,
selecteert u Opties > Abonneren.
Selecteer in de weergave Bookmarks Webfeeds als
u wilt bekijken op welke webfeeds u bent
geabonneerd.
Werk een webfeed bij door deze te selecteren en
Opties > Vernieuwen te selecteren.
Selecteer Opties > Instellingen > Webfeeds als
u wilt opgeven hoe de webfeeds moeten worden
bijgewerkt.
multimedia, nieuwsfeeds en andere gegevens
(zoals weerberichten) naar het apparaat worden
verzonden. Geïnstalleerde widgets worden als
afzonderlijke toepassingen weergegeven in de map
Toepassingen.
U kunt widgets met de toepassing Downloaden of
via internet downloaden.
Voor widgets wordt het toegangspunt van de
webbrowser gebruikt. In sommige widgets worden
gegevens automatisch bijgewerkt op uw apparaat
als de widgets actief zijn op de achtergrond.
Inhoud zoeken
Als u op de huidige webpagina wilt zoeken naar
trefwoorden, telefoonnummers of e-mailadressen,
selecteert u Opties > Zoeken en de gewenste
optie. Druk de bladertoets omhoog om naar het
vorige item te gaan. Druk de bladertoets omlaag om
naar het volgende item te gaan.
Tip: Druk op 2 om trefwoorden te zoeken op
de pagina.
Widgets
In de webbrowser wordt ondersteuning geboden
voor widgets (netwerkdienst). Widgets zijn kleine,
30
downloadbare webtoepassingen waarmee
Items downloaden en
aanschaffen
U kunt onder andere beltonen, afbeeldingen, logo's,
thema's en videoclips downloaden. Deze items
worden gratis aangeboden of u kunt deze
aanschaffen. Gedownloade items worden verder
verwerkt door de bijbehorende toepassingen in het
apparaat. Een gedownloade foto of een MP3bestand kunt u bijvoorbeeld opslaan in Galerij.
Belangrijk: Installeer en gebruik alleen
toepassingen en andere software van betrouwbare
bronnen, zoals toepassingen die een Symbian-
ondertekening dragen of die de Java Verified
hebben doorstaan.
Ga als volgt te werk om een item te downloaden:
1. Selecteer de koppeling.
2. Selecteer de optie waarmee u het item
aanschaft, bijvoorbeeld "Buy" ("Kopen").
3. Lees alle informatie nauwkeurig door.
4. Selecteer de gewenste optie om door te gaan of
om te stoppen met het downloaden,
bijvoorbeeld "Accept" of "Cancel" ("Accepteren"
of "Annuleren").
Als u het downloaden start, krijgt u een lijst te zien
van de lopende en voltooide downloads tijdens de
huidige sessie.
Als u de lijst wilt wijzigen, selecteert u Opties >
Downloads. Ga naar een item in de lijst en selecteer
Opties als u lopende downloads wilt annuleren of
TM
-test
voltooide downloads wilt openen, opslaan of
verwijderen.
Bookmarks
De weergave Bookmarks verschijnt als u de
webtoepassing opent. U kunt webadressen
selecteren in een lijst of in een verzameling
bookmarks in de map Autom. bookmrks. U kunt
de URL van de webpagina die u wilt bezoeken ook
direct invoeren in het veld (
duidt de startpagina aan die voor het
standaardtoegangspunt is gedefinieerd.
U kunt URL's opslaan als bookmarks terwijl u op
internet surft. U kunt adressen die u in een bericht
hebt ontvangen, ook opslaan als bookmarks.
Daarnaast kunt u opgeslagen bookmarks
verzenden.
Druk op 1 of selecteer Opties > Bookmarks als u
de weergave Bookmarks wilt openen terwijl u aan
het surfen bent.
Selecteer Opties > Bookmarkbeheer >
Bewerken als u de details van een bookmark wilt
bewerken, zoals de titel.
In de weergave Bookmarks kunt u ook andere
browsermappen openen. Met de toepassing Web
kunt u tijdens het surfen webpagina's opslaan. In
de map Opgeslagen pagina's kunt u de inhoud
).
Webbrowser
31
bekijken van de pagina's die u offline hebt
opgeslagen.
De toepassing Web houdt ook bij welke pagina's u
tijdens het surfen bezoekt. In de map Autom.
bookmrks kunt u een lijst met bezochte
webpagina's weergeven.
Webbrowser
In Webfeeds kunt u opgeslagen koppelingen
weergeven naar webfeeds en blogs waarop u zich
hebt geabonneerd. Webfeeds worden vaak
gebruikt op webpagina's van belangrijke
nieuwsorganisaties, in persoonlijke weblogs, door
online community's die de meest recente koppen
bieden en in overzichten van artikelen. In webfeeds
wordt RSS- en Atom-technologie gebruikt.
De cache wissen
De opgevraagde gegevens of diensten worden
opgeslagen in het cachegeheugen van het
apparaat.
Een cache is een geheugenlocatie die wordt
gebruikt om gegevens tijdelijk op te slaan. Als u
toegang hebt gezocht of gehad tot vertrouwelijke
informatie waarvoor u een wachtwoord moet
opgeven, kunt u de cache van het apparaat na
gebruik beter legen. De informatie of de diensten
waartoe u toegang hebt gehad, worden namelijk in
de cache opgeslagen.
32
Selecteer Opties > Privacyggvns wissen >
Cache wissen om de cache te wissen.
De verbinding verbreken
Selecteer Opties > Instrumenten > Verbind.
verbreken als u de verbinding wilt verbreken en de
browserpagina offline wilt weergeven. Selecteer
Opties > Afsluiten als u de verbinding wilt
verbreken en de browser wilt sluiten.
Druk eenmaal op de end-toets om de browser naar
de achtergrond te verplaatsen. Houd de end-toets
ingedrukt om de verbinding te verbreken.
Selecteer Opties > Privacyggvns wissen >
Verwijder cookies om de gegevens te verwijderen
die de netwerkserver verzamelt over uw bezoeken
aan verschillende webpagina's.
Beveiliging van de
verbinding
Als tijdens een verbinding het beveiligingssymbool
wordt weergegeven, is de gegevensoverdracht
tussen het apparaat en de internetgateway of server gecodeerd.
Het veiligheidssymbool geeft niet aan dat de
gegevensoverdracht tussen de gateway en de
contentaanbieder (of de locatie waar de
aangevraagde bron is opgeslagen) veilig is. De
serviceprovider beveiligt de gegevensoverdracht
tussen de gateway en de contentaanbieder.
Voor een aantal diensten, zoals bankdiensten, zijn
mogelijk beveiligingscertificaten vereist. Als de
identiteit van de server niet authentiek is of als u
niet over het juiste beveiligingscertificaat beschikt,
wordt een melding weergegeven. Neem voor meer
informatie contact op met uw serviceprovider.
Webinstellingen
Druk op en selecteer Web.
Selecteer Opties > Instellingen en maak een
keuze uit de volgende opties:
Algemene instellingen
● Toegangspunt — Hiermee wijzigt u het
standaardtoegangspunt. Sommige of alle
toegangspunten kunnen door de serviceprovider
vooraf zijn ingesteld voor het apparaat; het is
wellicht niet mogelijk deze instellingen te
wijzigen of verwijderen of om nieuwe
instellingen toe te voegen.
● Homepage — Hiermee definieert u de
homepage.
● Miniweergave — Hiermee schakelt u de
miniweergave in of uit.
pagina's', p. 29.
Zie 'Navigeren over
● Geschiedenislijst — Als u tijdens het surfen met
Terug een lijst wilt weergeven met de pagina's
die u hebt bezocht tijdens de huidige sessie,
schakelt u Geschiedenislijst in.
● Veiligheidswrschwngn — Hiermee verbergt of
toont u veiligheidswaarschuwingen.
● Java/ECMA-script — Hiermee schakelt u het
gebruik van scripts in of uit.
Pagina-instellingen
● Inhoud laden — Hiermee selecteert u of u
afbeeldingen en andere objecten wilt laden
tijdens het surfen. Als u Alleen tekst hebt
geselecteerd, selecteert u Opties >
Instrumenten > Afbeeldingen laden
wanneer u afbeeldingen of objecten later tijdens
het surfen wilt laden.
● Schermformaat — Hiermee schakelt u tussen de
volledige schermweergave en de normale
weergave met de optielijst.
● Standaardcodering — Als teksttekens niet
correct worden weergegeven, kunt u een andere
codering selecteren op basis van de taal voor de
huidige pagina.
● Pop-ups blokkeren — Hiermee staat u toe of
voorkomt u dat verschillende pop-upvensters
tijdens het surfen automatisch worden geopend.
● Autom. opnieuw laden — Selecteer Aan als u
wilt dat webpagina's automatisch worden
vernieuwd tijdens het surfen.
Webbrowser
33
● Lettergrootte — Hiermee geeft u de
lettergrootte voor webpagina's op.
Privacy-instellingen
● Autom. bookmarks — Hiermee schakelt u het
automatisch verzamelen van bookmarks in of
uit. Selecteer Map verbergen als u de adressen
Webbrowser
van de bezochte webpagina's wilt blijven
opslaan in de map Autom. bookmrks.
● Formulierggvns opslaan — Selecteer Uit als u
niet wilt dat de gegevens die u op de
verschillende formulieren van de webpagina
invult, worden opgeslagen en de volgende keer
worden gebruikt wanneer u de pagina bezoekt.
● Cookies — Hiermee schakelt u het ontvangen en
verzenden van cookies in of uit.
Instellingen voor webfeeds
● Automatische updates — Hiermee geeft u op
of webfeeds automatisch moeten worden
bijgewerkt en zo ja, hoe vaak dit moet gebeuren.
Als u de toepassing zodanig instelt dat webfeeds
automatisch worden opgehaald, kan dit ertoe
leiden dat grote hoeveelheden gegevens via het
netwerk van de serviceprovider worden
verzonden. Neem contact op met uw
serviceprovider voor meer informatie over de
kosten van gegevensoverdracht.
● Toeg.p. voor autom. aanp. — Selecteer het
34
gewenste toegangspunt voor bijwerken. Deze
instelling is alleen beschikbaar als
Automatische updates is ingeschakeld.
Verbindingen
Het apparaat bevat verschillende opties voor
verbindingen met internet of met andere
compatibele apparaten of pc's.
WLAN
Het apparaat ondersteunt WLAN. Met WLAN kunt u
vanaf het apparaat verbinding maken met internet
en compatibele apparaten die mogelijkheden
bieden voor WLAN.
WLAN
Als u WLAN wilt gebruiken, moet dit beschikbaar
zijn op uw locatie en moet het apparaat op het
WLAN zijn aangesloten.
In sommige gebieden, zoals Frankrijk, gelden
restricties op het gebruik van draadloos LAN.
Raadpleeg de lokale autoriteiten voor meer
informatie.
Als functies gebruik maken van een WLAN of als
dergelijke functies op de achtergrond mogen
worden uitgevoerd terwijl u andere functies
gebruikt, vergt dit extra batterijcapaciteit en neemt
de gebruiksduur van de batterij af.
Het apparaat ondersteunt de volgende WLANfuncties:
● IEEE 802.11b/g standaard
● Frequentie van 2,4 GHz
● WEP-coderingsmethoden (Wired Equivalent
Privacy) met sleutels tot 128 bit, WPA-toegang
(Wi-Fi Protected Access) en 802.1xcoderingsmethoden. Deze functies kunnen
alleen worden gebruikt als het netwerk hiervoor
ondersteuning biedt.
WLAN-verbindingen
Als u WLAN wilt gebruiken, moet u een
internettoegangspunt voor WLAN maken. Gebruik
het toegangspunt voor toepassingen die
verbinding met internet moeten hebben.
'WLAN-internettoegangspunten', p. 37.
Belangrijk: Schakel altijd een van de
beschikbare encryptiemethoden in om de
beveiliging van uw draadloze LAN-verbinding te
vergroten. Het gebruik van encryptie verkleint het
risico van onrechtmatige toegang tot uw gegevens.
Zie
Verbindingen
35
Er wordt een WLAN-verbinding tot stand gebracht
als u een gegevensverbinding maakt met een
internettoegangspunt voor een WLAN. De actieve
WLAN-verbinding wordt verbroken als u de
gegevensverbinding verbreekt.
U kunt een WLAN gebruiken tijdens een gesprek of
wanneer pakketgegevens actief zijn. U kunt met
Verbindingen
maximaal één WLAN-toegangspunt tegelijkertijd
verbinding hebben, maar verschillende
toepassingen kunnen hetzelfde
internettoegangspunt gebruiken.
Als het offline profiel is ingesteld voor het apparaat,
kunt nog steeds een WLAN gebruiken (indien
beschikbaar). Zorg ervoor dat u voldoet aan de
veiligheidseisen wanneer u een WLAN-verbinding
tot stand brengt en gebruikt.
Tip: Als u het unieke MAC-adres (Media Access
Control) voor het apparaat wilt controleren,
typt u #62209526# in de stand-bymodus.
De WLAN-wizard
De WLAN-wizard helpt u om verbinding te maken
met een WLAN en uw WLAN-verbindingen te
beheren.
De WLAN-wizard toont de status van uw WLANverbindingen in de actieve stand-by modus. Ga naar
de rij met de status en selecteer deze om de
36
beschikbare opties weer te geven.
Als er bijvoorbeeld WLAN's zijn gedetecteerd, wordt
WLAN-netw. gevonden weergegeven. Als u een
internettoegangspunt wilt maken en de
webbrowser wilt starten met behulp van dit
toegangspunt, selecteert u de status en Browsen
starten.
Als u een beveiligd WLAN selecteert, wordt u
gevraagd om de betreffende wachtwoorden in te
voeren. Als u verbinding wilt maken met een
verborgen netwerk, moet u de juiste netwerknaam
invoeren (SSID, Service Set Identifier). Als u een
nieuw internettoegangspunt wilt maken voor een
verborgen WLAN, selecteert u Nieuw WLAN.
Als u verbonden bent met een WLAN, wordt de
naam van het internettoegangspunt getoond.
Selecteer de status en selecteer Doorgaan met
browsen als u dit internettoegangspunt wilt
gebruiken voor de webbrowser. Als u de verbinding
in het WLAN wilt verbreken, selecteert u de status
en WLAN-verb. verbrkn.
Als de scanfunctie voor WLAN's is uitgeschakeld en
u geen verbinding hebt met een WLAN, wordt
WLAN-scan uit weergegeven. Als u de scanfunctie
wilt inschakelen en wilt zoeken naar beschikbare
WLAN's, selecteert u de status en drukt u op de
bladerdtoets.
Als u wilt zoeken naar beschikbare WLAN's,
selecteert u de status en Zoeken naar WLAN. Als u
de WLAN-scanfunctie wilt uitschakelen, selecteert u
de status en WLAN-scan uit.
Druk op
wiz. als u de WLAN-wizard in het menu wilt openen.
en selecteer Instrumenten > WLAN-
WLAN-internettoegangspunten
Druk op en selecteer Instrumenten > WLAN-
wiz..
Selecteer Opties en maak een keuze uit de volgende
opties:
● WLAN-netwrkn filteren — Hiermee filtert u de
WLAN's uit de lijst met gedetecteerde netwerken.
De geselecteerde netwerken worden uitgefilterd
als de toepassing de volgende keer naar WLAN's
zoekt.
● Details — Hiermee kunt u de details van een
netwerk in de lijst weergeven. Als u een actieve
verbinding selecteert, worden de
verbindingsdetails getoond.
● Toeg.punt definiëren — Hiermee maakt u een
internettoegangspunt in een WLAN.
● Toegangspunt bwrkn — Hiermee bewerkt u de
details van een bestaand internettoegangspunt.
U kunt ook het verbindingsbeheer gebruiken om
internettoegangspunten te maken.
gegevensverbindingen', p. 37.
Zie 'Actieve
Bedieningsmodi
Een WLAN heeft twee bedieningsmodi:
infrastructuur en adhoc.
In de infrastructuurmodus zijn twee soorten
communicatie mogelijk: draadloze apparaten zijn
met elkaar verbonden via een WLAN-toegangspunt
of draadloze apparaten zijn op een LAN aangesloten
via een WLAN-toegangspunt.
In de ad-hocmodus kunnen apparaten onderling
rechtstreeks gegevens verzenden en ontvangen.
Verbindingsbeheer
Actieve gegevensverbindingen
Druk op en selecteer Instrumenten >
Connect. > Verb.beh. > Act. geg.verb..
In de weergave Actieve gegevensverbindingen kunt
u de geopende gegevensverbindingen bekijken:
gegevensoproepen
packet-gegevensverbindingen
WLAN-verbindingen
Opmerking: De uiteindelijke gespreksduur
die door de serviceprovider in rekening wordt
gebracht kan variëren, afhankelijk van de
Selecteer Opties > Verb. verbreken als u een
verbinding wilt verbreken. Selecteer Opties > Alle
verb. verbrek. als u alle actieve verbindingen wilt
verbreken.
Verbindingen
Selecteer Opties > Gegevens als u de details van
een verbinding wilt bekijken. Welke details worden
weergegeven, is afhankelijk van het type
verbinding.
Beschikbare WLAN-netwerken
Druk op en selecteer Instrumenten >
Connect. > Verb.beh. > Beschk. WLAN.
De weergave met beschikbare WLAN's bevat een
lijst met WLAN's binnen het bereik, de bijbehorende
netwerkmodus (infrastructuur of ad hoc) en een
symbool voor de signaalsterkte.
netwerken met codering en
apparaat een actieve verbinding heeft in het
netwerk.
Selecteer Opties > Gegevens als u de details van
een netwerk wilt bekijken.
Selecteer Opties > Toeg.pt definiëren als u een
internettoegangspunt in een netwerk wilt maken.
38
verschijnt voor
verschijnt als het
Bluetooth-connectiviteit
Bluetooth-connectiviteit
U kunt een draadloze verbinding tot stand brengen
met andere compatibele apparaten door middel
van Bluetooth-connectiviteit. Dit kunnen apparaten
zijn als mobiele telefoons en computers, en
toebehoren als hoofdtelefoons en carkits. Met
Bluetooth-connectiviteit kunt u afbeeldingen,
notities en video-, muziek- en geluidsclips
verzenden, een draadloze verbinding tot stand
brengen met een compatibele pc (bijvoorbeeld voor
bestandsoverdracht) of een verbinding tot stand
brengen met een compatibele printer om
afbeeldingen af te drukken met Afbeeldingen
afdrukken.
Aangezien apparaten met draadloze Bluetoothtechnologie communiceren via radiogolven, hoeft
er geen 'direct zicht' te bestaan tussen de
apparaten. De twee apparaten mogen maximaal 10
meter van elkaar zijn verwijderd, hoewel de
verbinding wel hinder kan ondervinden van
obstakels, zoals muren of andere elektronische
apparaten.
Het apparaat is compatibel met Bluetoothspecificatie 2.0, die de volgende profielen
ondersteunt: Advanced Audio Distribution, Audio/
Video Remote Control, Basic Imaging, Basic
Printing, Dial-up Networking, File Transfer, Hands-
Free, Headset, Human Interface Device, Object Push,
SIM Access en Synchronization. Gebruik door Nokia
goedgekeurde toebehoren voor dit model als u
verzekerd wilt zijn van compatibiliteit met andere
apparatuur die Bluetooth-technologie
ondersteunt. Informeer bij de fabrikanten van
andere apparatuur naar de compatibiliteit met dit
apparaat.
Op sommige plaatsen gelden beperkingen voor het
gebruik van Bluetooth-technologie. Raadpleeg de
lokale autoriteiten of serviceprovider voor meer
informatie.
Als functies gebruikmaken van Bluetoothtechnologie of als dergelijke functies op de
achtergrond worden uitgevoerd terwijl u andere
functies gebruikt, vergt dit extra batterijcapaciteit
en neemt de levensduur van de batterij af.
Als het apparaat is vergrendeld, kunt u Bluetoothconnectiviteit niet gebruiken.
SIM', p. 168.
Zie 'Telefoon en
Instellingen
Druk op en selecteer Instrumenten >
Bluetooth.
Wanneer u de toepassing de eerste keer opent,
wordt u gevraagd een naam te definiëren voor het
apparaat. U kunt de naam later wijzigen.
Maak een keuze uit de volgende opties:
● Bluetooth — Stel Bluetooth-connectiviteit eerst
in op Aan en maak vervolgens verbinding als u
een draadloze verbinding met een ander
compatibel apparaat wilt maken. Selecteer Uit
als u Bluetooth-connectiviteit wilt uitschakelen.
● Waarneembrh. tel. — Selecteer
Waarneembaar als het apparaat mag worden
gedetecteerd door andere apparaten via
draadloze Bluetooth-technologie. Selecteer
Periode opgeven als u wilt instellen na hoeveel
tijd de zichtbaarheid wordt veranderd van
weergegeven in verborgen. Selecteer
Verborgen als u het apparaat wilt verbergen
voor andere apparaten.
● Naam van mijn telef. — Wijzig de naam die
wordt weergegeven aan andere apparaten die
draadloze Bluetooth-technologie gebruiken.
● Externe SIM-modus — Selecteer Aan als u een
ander apparaat wilt inschakelen, zoals een
compatibele carkit, om via de SIM-kaart in het
apparaat verbinding te maken met het netwerk.
Zie 'Externe SIM-modus', p. 41.
Beveiligingstips
Druk op en selecteer Instrumenten >
Bluetooth.
Als u geen gebruik maakt van Bluetoothconnectiviteit, selecteert u Bluetooth > Uit of
Waarneembrh. tel. > Verborgen om te bepalen
Verbindingen
39
wie het apparaat kan detecteren en er verbinding
mee kan maken.
Accepteer geen verbindingsaanvragen van en
koppel het apparaat niet aan een onbekend
apparaat. Zo beschermt u het apparaat tegen
schadelijke inhoud.
Verbindingen
Gegevens verzenden met behulp
van Bluetooth-connectiviteit
Er kunnen verschillende Bluetooth-verbindingen
tegelijk actief zijn. Als u bijvoorbeeld verbonden
bent met een compatibele hoofdtelefoon, kunt u
tegelijkertijd ook bestanden uitwisselen met een
ander compatibel apparaat.
1. Open de toepassing waarin het item dat u wilt
verzenden, is opgeslagen. Open bijvoorbeeld
Galerij als u een afbeelding wilt verzenden naar
een ander compatibel apparaat.
2. Selecteer het item en Opties > Zenden > Via
Bluetooth.
Apparaten met draadloze Bluetoothtechnologie die zich binnen het bereik bevinde n,
worden weergegeven. Dit zijn de
apparaatpictogrammen:
computer
40
telefoon
audio- of videoapparaat
ander apparaat
Selecteer Stop als u de zoekopdracht wilt
onderbreken.
3. Selecteer het apparaat waarmee u verbinding
wilt maken.
4. Als koppeling met het andere apparaat vereist
is, hoort u een geluidssignaal en moet u een
wachtwoord opgeven.
koppelen', p. 40.
Wanneer de verbinding is gemaakt, verschijnt
Gegevens worden verzonden.
Tip: Het kan zijn dat bij het zoeken naar
apparaten voor sommige apparaten alleen de
unieke adressen worden weergeven
(apparaatadressen). Als u wilt weten wat het
unieke adres van uw apparaat is, geeft u de
code *#2820# op in de stand-by modus.
Zie 'Apparaten
Apparaten koppelen
Als u een apparaat wilt koppelen aan compatibele
apparaten en de gekoppelde apparaten wilt
bekijken, schuift u naar rechts in de hoofdweergave
van Bluetooth-connectiviteit.
Stel voordat u de koppeling uitvoert uw
wachtwoord in (1 tot 16 cijfers) en spreek met de
eigenaar van het andere apparaat af hetzelfde
wachtwoord te gebruiken. Bij apparaten zonder
gebruikersinterface wordt het wachtwoord
gebruikt dat in de fabriek is ingesteld. Het
wachtwoord is voor eenmalig gebruik.
1. Selecteer Opties > Nw gekoppeld app. als u
het apparaat wilt koppelen aan een ander
apparaat. Apparaten die zich binnen het bereik
bevinden, worden weergegeven.
2. Selecteer het apparaat en voer het wachtwoord
in. Op het andere apparaat moet hetzelfde
wachtwoord worden ingevoerd.
3. Sommige audiotoebehoren maken na koppeling
automatisch verbinding met het apparaat. Ga
anders naar het toebehoren en selecteer
Opties > Verb. met audioapparaat.
Gekoppelde apparaten zijn te herkennen aan het
symbool
Als u gekoppelde apparaten wilt instellen als
geautoriseerd of niet-geautoriseerd, gaat u naar
het apparaat en maakt u een keuze uit de volgende
opties:
● Geautoriseerd — Uw apparaat en het
geautoriseerde apparaat kunnen zonder uw
medeweten verbinding maken. U hoeft de
verbinding niet afzonderlijk te accepteren of
autoriseren. Gebruik deze optie voor uw eigen
apparaten, zoals uw compatibele hoofdtelefoon
of pc of voor apparaten van mensen die u
vertrouwt.
aan in de weergave voor gekoppelde apparaten.
in de lijst met apparaten.
geeft geautoriseerde apparaten
● Niet geautoriseerd — Verbindingsverzoeken
van dit apparaat moeten altijd afzonderlijk
worden geaccepteerd.
Ga naar het apparaat en selecteer Opties >
Verwijderen als u een koppeling wilt annuleren.
Selecteer Opties > Alle verwijderen als u alle
koppelingen wilt annuleren.
Gegevens ontvangen met behulp
van Bluetooth-connectiviteit
Als u gegevens ontvangt via Bluetoothconnectiviteit, hoort u een geluidssignaal en wordt
u gevraagd of u het bericht wilt ontvangen. Als u
bevestigend antwoordt, verschijnt
het item in de map Inbox in Berichten geplaatst.
Berichten die zijn ontvangen via Bluetoothconnectiviteit, worden aangeduid met
en wordt
.
Externe SIM-modus
Voordat de externe SIM-modus kan worden
geactiveerd, moeten de twee apparaten worden
gekoppeld, waarbij de koppeling op het andere
apparaat wordt gestart. Gebruik voor de koppeling
een 16-cijferig wachtwoord en geef het andere
apparaat de benodigde autorisatie.
Als u de externe SIM-modus wilt gebruiken met een
compatibele carkit, activeert u Bluetooth-
Verbindingen
41
connectiviteit en schakelt u het gebruik van de
externe SIM-modus in. Activeer de externe SIMmodus vanaf het andere apparaat.
Wanneer de externe SIM-modus is ingeschakeld op
het apparaat, wordt Externe SIM-modus
weergegeven in de stand-by modus. De verbinding
met het draadloze netwerk wordt uitgeschakeld,
Verbindingen
zoals wordt aangegeven met
voor de signaalsterkte, en u kunt geen SIMkaartdiensten of -functies gebruiken die een mobiel
netwerk vereisen.
Als het draadloze apparaat in de externe SIM-modus
staat, kunt u alleen via een compatibele en
aangesloten uitbreiding, zoals een carkit,
gesprekken voeren of ontvangen. U kunt in deze
modus geen nummers kiezen met uw draadloze
apparaat, behalve de alarmnummers die in het
apparaat zijn geprogrammeerd. Als u wilt bellen
met uw apparaat, moet u de externe SIM-modus
verlaten. Als het apparaat is vergrendeld, moet u de
beveiligingscode invoeren om het te ontgrendelen.
Druk op de aan/uit-toets en selecteer Externe SIM
sluiten als u de externe SIM-modus wilt afsluiten.
in de aanduiding
Infrarood
Via een infraroodverbinding kunt u gegevens zoals
visitekaartjes, agendanotities en mediabestanden
42
overbrengen naar een compatibel apparaat.
Richt de infrarood-straal (IR) niet op andermans
ogen en vermijd dat deze stoort met andere IRapparaten. Dit apparaat is een Klasse 1
laserproduct.
Ga als volgt te werk als u gegevens wilt verzenden
en ontvangen via infrarood:
1. Zorg ervoor dat de infraroodpoorten van het
verzendende en ontvangende apparaat naar
elkaar wijzen en dat zich tussen de apparaten
geen obstakels bevinden. De afstand tussen
beide apparaten mag niet groter zijn dan 1
meter.
2. De gebruiker van het ontvangende apparaat
activeert de infraroodpoort.
3. Druk op
Connect. > Infrarood om de infraroodpoort
van het apparaat te activeren zodat u gegevens
kunt ontvangen via een infraroodverbinding.
4. De gebruiker van het verzendende apparaat
selecteert de gewenste infraroodfunctie om de
gegevensoverdracht te starten.
5. Ga naar het gewenste bestand in een toepassing
of Bestandsbeheer en selecteer Opties >
Zenden > Via infrarood om gegevens te
verzenden via een infraroodverbinding.
Als de gegevensoverdracht niet wordt gestart
binnen één minuut nadat de infraroodpoort is
en selecteer Instrumenten >
geactiveerd, wordt de verbinding geannuleerd en
moet deze opnieuw worden geactiveerd.
Items die via een infraroodverbinding worden
ontvangen, worden opgeslagen in de map Inbox in
Berichten. Nieuwe infraroodberichten worden
aangeduid met
.
USB
Druk op en selecteer Instrumenten >
Connect. > USB.
Selecteer Vragen bij verbind. > Ja als u wilt dat
instellen dat het doel van de verbinding telkens
moet worden opgegeven wanneer een compatibele
gegevenskabel wordt aangesloten.
Als Vragen bij verbind. is uitgeschakeld en u de
modus tijdens een actieve verbinding wilt wijzigen,
selecteert u USB-modus en maakt u een keuze uit
de volgende opties:
● PC Suite — Hiermee kunt u Nokia PC-
toepassingen gebruiken, zoals Nokia Nseries PC
Suite, Nokia Lifeblog en Nokia Software Updater.
● Gegevensoverdracht — Hiermee brengt u
gegevens over tussen het apparaat en een
compatibele pc. U kunt in deze modus ook
kaarten downloaden met de pc-toepassing
Nokia Map Loader.
● Afb. afdrukken — Hiermee drukt u
afbeeldingen af op een compatibele printer.
● Mediaspeler — Hiermee synchroniseert u
muziek met Windows Media Player.
Pc-verbindingen
U kunt het apparaat gebruiken met allerlei
compatibele toepassingen voor pc-connectiviteit
en gegevenscommunicatie. Met Nokia Nseries PC
Suite kunt u bijvoorbeeld afbeeldingen
overbrengen tussen een apparaat en een
compatibele pc.
Maak altijd verbinding vanaf de pc als u wilt
synchroniseren met het apparaat.
Draadloos Nokiatoetsenbord
Gebruik de toepassing Draadloos toetsenbord als u
een draadloos Nokia-toetsenbord of een ander
compatibel draadloos toetsenbord met
ondersteuning voor het Bluetooth HID-profiel
(Human Interface Devices) wilt instellen voor
gebruik met het apparaat. U kunt het volledige
QWERTY-toetsenbord gebruiken om gemakkelijk
tekstberichten, e-mail en agenda-items in te
voeren.
Verbindingen
43
1. Activeer Bluetooth-connectiviteit op het
apparaat.
2. Schakel het toetsenbord in.
3. Druk op
Connect. > Drdls tts.brd.
4. Selecteer Opties > Toetsenbord zoeken om te
Verbindingen
zoeken naar apparaten met Bluetoothconnectiviteit.
5. Selecteer het toetsenbord uit de lijst en druk op
de bladertoets om de verbinding te starten.
6. Koppel het toetsenbord met het apparaat door
een wachtwoord van uw keuze (één tot negen
cijfers) op het apparaat en hetzelfde
wachtwoord op het toetsenbord in te voeren.
Als u de cijfers van het wachtwoord wilt
invoeren, moet u mogelijk eerst op de toets Fn
drukken.
7. Als u wordt gevraagd naar een
toetsenbordindeling, selecteer deze dan uit een
lijst op het apparaat.
Wanneer de naam van het toetsenbord wordt
weergegeven, verandert de status in Toetsenbord
verbonden. Het groene indicatielampje van het
toetsenbord knippert langzaam; het toetsenbord is
klaar voor gebruik.
en selecteer Instrumenten >
Zie de gebruikershandleiding bij het toetsenbord
voor meer informatie over de werking en het
onderhoud van het toetsenbord.
Modem
Druk op en selecteer Instrumenten >
Connect. > Modem.
Druk op de bladertoets wanneer u het apparaat als
modem wilt verbinden met een compatibele pc via
infrarood.
Zie ' Infrarood', p. 42.
44
Nokia Videocentrum
Met Nokia Videocentrum (netwerkdienst) kunt u
videoclips downloaden en streamen vanaf
compatibele internetvideodiensten die
pakketgegevens of een WLAN (draadloos LAN)
gebruiken. U kunt ook videoclips overbrengen vanaf
een compatibele pc naar het apparaat en deze
bekijken in Videocentrum.
Videocentrum ondersteunt dezelfde
bestandsindelingen als RealPlayer. Alle video's
worden standaard in de liggende stand afgespeeld.
Het apparaat bevat mogelijk vooraf gedefinieerde
diensten.
Serviceproviders kunnen inhoud gratis of tegen
betaling bieden. Vraag de prijzen na bij de
serviceprovider.
Video's zoeken en
weergeven
1. Druk op en selecteer Videocentr..
2. Selecteer de gewenste videodienst door de
bladertoets naar links of rechts te drukken om
verbinding te maken met deze videodienst.
Het apparaat werkt de inhoud van de dienst bij,
waarna het wordt weergegeven.
3. Als u video's per categorie wilt weergeven
(indien beschikbaar), drukt u de bladertoets
naar links of rechts om de andere tabbladen te
bekijken.
4. Selecteer Opties > Videodetails als u
informatie over een video wilt bekijken.
5. Bepaalde videoclips kunnen als streamingvideo
worden weergegeven, terwijl u andere clips
eerst naar het apparaat moet downloaden.
Selecteer Opties > Downloaden als u een
videoclip wilt downloaden.
Nokia Videocentrum
45
Selecteer Opties > Afspelen als u een
streamingclip of een gedownloade clip wilt
weergeven.
6. Bedien de speler via de mediatoetsen wanneer
de clip wordt afgespeeld. Druk op de
volumetoets om het volume te regelen.
Clips worden verder op de achtergrond gedownload
als u de toepassing sluit. De gedownloade video's
worden opgeslagen in Videocentr. > Mijn
video's.
Nokia Videocentrum
Selecteer Nieuwe diensten toev. als u een
verbinding tot stand wilt brengen met internet om
te bladeren door beschikbare diensten die u kunt
toevoegen aan de hoofdweergave.
Internetvideo's
Internetvideo's zijn videoclips die op internet
worden gedistribueerd via RSS-feeds. U kunt
nieuwe feeds toevoegen aan Internetvideo's in de
instellingen.
U kunt uw feeds bekijken in de map
Internetvideo's in Videocentrum.
Selecteer Opties > Feedabonnementen als u
feeds wilt toevoegen of verwijderen.
Blader naar een feed en druk op de bladertoets als
u wilt bekijken welke video's in een feed
46
beschikbaar zijn.
Selecteer Opties > Videodetails als u informatie
over een video wilt bekijken.
Blader naar een video en selecteer Opties >
Downloaden als u deze wilt downloaden.
Druk op de bladertoets om de gedownloade video
af te spelen.
Gedownloade video's
afspelen
De gedownloade video's worden opgeslagen in
Videocentr. > Mijn video's.
Druk op de bladertoets om een gedownloade video
af te spelen.
Selecteer Opties > Afspelen via eigen netw. om
een gedownloade video in uw eigen netwerk af te
spelen. Eerst moet uw eigen netwerk zijn
geconfigureerd.
netwerk', p. 97.
Bedien de speler via de mediatoetsen wanneer de
clip wordt afgespeeld. Druk op de volumetoets om
het volume te regelen.
Als er niet genoeg vrije ruimte beschikbaar is in het
apparaatgeheugen, worden automatisch enkele
van de oudste bekeken video's verwijderd wanneer
nieuwe video's worden gedownload.
Zie 'Informatie over het eigen
geeft aan
dat video's binnenkort mogelijk worden
verwijderd.
Selecteer Opties > Beveiligen als u wilt
voorkomen dat een video automatisch wordt
verwijderd (
).
Video's overbrengen van uw
pc
Breng uw eigen video's over naar het videocentrum
vanaf compatibele apparaten via een compatibele
USB-kabel.
Ga als volgt te werk om video's over te zetten vanaf
een compatibele pc:
1. Als u het apparaat op een pc wilt weergeven als
massageheugenapparaat (E:\) waarnaar u
gegevensbestanden kunt overbrengen, maakt u
verbinding via een compatibele USB-kabel.
2. Selecteer de verbindingsmodus
Gegevensoverdracht.
3. Selecteer de video's die u van uw pc wilt
kopiëren.
4. Breng de video's over naar E:\Mijn video's in het
massageheugen van uw apparaat.
De overgebrachte video's verschijnen in de map
Mijn video's in Videocentrum. Videobestanden
in andere mappen van uw apparaat worden niet
weergegeven.
Instellingen
Selecteer Opties > Instellingen in de
hoofdweergave van Videocentrum en kies een van
de volgende opties:
● Videodienst selecteren — Hiermee selecteert
u de videodiensten die u in de hoofdweergave
van de toepassing wilt weergeven. U kunt ook de
details van een videodienst bekijken.
Voor sommige diensten moet u een
gebruikersnaam en wachtwoord opgeven. Deze
gegevens ontvangt u van de serviceprovider.
● Standaardtoegangspunt — Hiermee
selecteert u de toegangspunten voor de
gegevensverbinding. Als u
pakketgegevensverbindingen gebruikt om
bestanden te downloaden, worden mogelijk
grote hoeveelheden gegevens verzonden via het
netwerk van de serviceprovider. Neem contact
op met uw serviceprovider voor meer informatie
over de kosten van gegevensoverdracht.
● Ouderlijk toezicht — Hiermee activeert u het
kinderslot voor videodiensten.
● Voorkeursgeheugen — Hier geeft u aan of
gedownloade video's moeten worden
opgeslagen in het apparaatgeheugen of op een
Nokia Videocentrum
47
compatibele geheugenkaart. Als het
geselecteerde geheugen bijna vol is, wordt de
inhoud opgeslagen in het andere geheugen,
indien beschikbaar. Als er niet genoeg ruimte vrij
is in het andere geheugen, worden automatisch
enkele van de oudste video's verwijderd.
● Miniaturen — Hier geeft u aan of u miniaturen
in videolijsten wilt bekijken.
Nokia Videocentrum
48
N-Gage
Informatie over N-Gage
N-Gage is een platform voor mobile gaming dat
voor verschillende compatibele mobiele Nokiaapparaten beschikbaar is. De toepassing N-Gage op
uw apparaat biedt toegang tot games, spelers en
inhoud. U kunt ook games downloaden en op uw
computer toegang tot bepaalde functies krijgen via
www.n-gage.com.
Met N-Gage kunt u games downloaden en kopen en
deze vervolgens zelf of samen met vrienden spelen.
U kunt proefversies van nieuwe games downloaden
en games die u leuk vindt vervolgens aanschaffen.
Via N-Gage kunt u bovendien contact met andere
spelers houden en scores en andere prestaties
bijhouden en met elkaar vergelijken.
U hebt een GPRS- of 3G-verbinding nodig om N-Gage
te kunnen gebruiken. U kunt ook een WLANverbinding gebruiken als deze beschikbaar is. U
hebt de verbinding ook nodig om toegang te
krijgen tot online functies, zoals functies voor het
downloaden van games, game-licenties, games
voor meerdere spelers of chatten. U hebt de
verbinding ook nodig om te kunnen deelnemen aan
online games of games voor meerdere spelers of om
berichten naar andere spelers te verzenden.
Bij alle N-Gage-diensten waarvoor een verbinding
met N-Gage-servers is vereist, worden grote
hoeveelheden gegevens verzonden. Dit geldt
bijvoorbeeld voor het downloaden van gamebestanden, het aanschaffen van games, online
games, games voor meerdere spelers, het maken
van een spelersnaam, chatten en het verzenden van
berichten.
Uw serviceprovider brengt hiervoor kosten in
rekening. Neem contact op met uw serviceprovider
voor meer informatie over de kosten van
gegevensoverdracht.
N-Gage-weergaven
De toepassing N-Gage bestaat uit vijf onderdelen.
De hoofdweergave wordt geopend wanneer u
de toepassing N-Gage start. U kunt een game gaan
spelen of de laatst gespeelde game voortzetten, het
behaalde aantal N-Gage-punten bekijken, meer
games zoeken, uw berichten lezen of verbinding
maken met een N-Gage-vriend die beschikbaar is
om te spelen.
N-Gage
49
In Mijn games kunt u spelletjes die u op uw
apparaat hebt gedownload, spelen en beheren. U
kunt games installeren en verwijderen, gespeelde
games beoordelen en recenseren, en deze
N-Gage
aanbevelen bij uw N-Gage-vrienden.
In Mijn profiel kunt u uw profielinformatie en gegevens beheren, en een registratie bijhouden
van uw N-Gage-game-historie.
In Mijn vrienden kunt u andere N-Gage-spelers
uitnodigen voor uw vriendenlijst, en zien of ze
online zijn en beschikbaar om te spelen. U kunt ook
berichten naar uw N-Gage-vrienden sturen.
In Showroom vindt u informatie over N-Gagegames, waaronder schermafbeeldingen en
recensies van spelers. U kunt nieuwe games ook
uitproberen door testversies te downloaden, en u
kunt uw spelervaring uitbreiden met extra gameonderdelen voor games die al op uw apparaat zijn
geïnstalleerd.
Aan de slag
Een spelersnaam maken
U kunt zonder spelersnaam games downloaden,
kopen en spelen, maar voor een optimale N-Gageervaring wordt u aangeraden een spelersnaam te
maken. Met een spelersnaam kunt u deelne men aan
50
de N-Gage-community, verbinding maken met
andere spelers en scores, aanbevelingen en
beoordelingen uitwisselen. U hebt ook een
spelersnaam nodig als u uw profielgegevens en NGage-punten naar een ander apparaat wilt
overbrengen.
Wanneer u de toepassing N-Gage start en voor het
eerst verbinding maakt met de N-Gage-dienst,
wordt u gevraagd om een N-Gage-spelersnaam te
maken. U kunt verbinding met het netwerk maken
door bijvoorbeeld Opties > Stel Online Status
in > Speelbaar te selecteren om aan te geven dat
u beschikbaar bent.
Als u al een N-Gage-spelersnaam hebt, geeft u aan
dat u al een account hebt en u voert u uw
gebruikersnaam en wachtwoord in om u aan te
melden.
Een nieuwe spelersnaam maken:
1. Selecteer Register New Account.
2. Voer in het registratiescherm uw
geboortedatum, gewenste spelersnaam en
wachtwoord in. Als de spelersnaam al wordt
gebruikt, verschijnt er een lijst van vergelijkbare
namen die wel beschikbaar zijn.
3. Als u uw spelersnaam wilt registreren, voert u
uw gegevens in, leest en accepteert u de
voorwaarden en selecteert u Inschrijven.
U kunt ook een spelersnaam maken op de website
van N-Gage, op www.n-gage.com.
Wanneer u een spelersnaam hebt gemaakt, kunt u
uw instellingen en persoonlijke gegevens wijzigen
op het tabblad Private van de module My Profile.
Voor het maken van een spelersnaam op het
apparaat kunnen kosten voor gegevensoverdracht
in rekening worden gebracht.
Als u een andere vriend wilt zoeken om mee te
spelen, selecteert u Opties > Toon Mijn
Vrienden.
Dit item wordt niet weergegeven als uw
vriendenlijst leeg is.
andere spelers', p. 52.
Zie 'Verbinding maken met
N-Gage
Een game starten
Als u de laatst gespeelde game wilt starten, gaat u
naar de hoofdweergave en selecteert u Start
Game.
Selecteer Opties > Hervat Game om een
onderbroken game te hervatten.
Uw voortgang volgen
Als u het aantal behaalde N-Gage-punten wilt
bekijken, gaat u naar de hoofdweergave en
selecteert u Volg mijn voortgang.
Spelen met vrienden
Selecteer Speel Met Vrienden als u verbinding wilt
maken met N-Gage-spelers in uw vriendenlijst, en
ze wilt uitnodigen voor een game. Op basis van uw
game-historie en de beschikbaarheid van uw NGage-vrienden, stelt N-Gage een vriend voor om een
game mee te spelen.
Games spelen en beheren
Selecteer Mijn Games als u de games die u op uw
apparaat hebt gedownload en geïnstalleerd, wilt
spelen en beheren. De games zijn gesorteerd op de
datum waarop ze het laatst zijn gespeeld, met de
meest recent gespeelde games bovenaan.
Mijn games kan vijf typen spelletjes bevatten:
● Volledige versies — Dit zijn games die u met een
volledige licentie hebt gekocht. Afhankelijk van
de game en uw regio zijn verschillende typen
licenties beschikbaar.
● Testversies — Dit zijn volledige game-bestanden
waartoe u slechts een beperkte periode toegang
hebt of waarvan de inhoud beperkt is. Wanneer
de testperiode is verlopen, moet u een licentie
kopen om de volledige game te ontgrendelen en
verder te gaan. Deze games zijn gemarkeerd met
een testversie-banner.
● Gamedemo's — Dit zijn kleinere onderdelen van
de game, met slechts een beperkte reeks functies
51
en niveaus. Deze games zijn gemarkeerd met een
demoversie-banner.
● Volledig vervallen — Dit zijn games die u met
een beperkte licentie hebt gekocht en waarvan
N-Gage
de licentie is verlopen. Deze games zijn
gemarkeerd met een klok en een pijl.
● Niet beschikbaar — Dit zijn volledige games die
u hebt verwijderd, of die u hebt gedownload
maar niet volledig hebt geïnstalleerd. Deze
games worden in de lijst met games als niet
beschikbaar weergegeven. Ook games die op de
geheugenkaart zijn geïnstalleerd, worden als
niet-beschikbaar weergegeven als de
geheugenkaart is verwijderd.
Als een extra game-onderdeel is gedownload maar
niet volledig is geïnstalleerd, is de betreffende
game-afbeelding ook niet beschikbaar en kan de
game pas worden gespeeld wanneer het extra
game-onderdeel is geïnstalleerd.
Profielgegevens bewerken
Als u de gegevens van uw openbaar profiel wilt
bewerken, selecteert u Opties > Profiel
Wijzigen. Open het tabblad Openbaar en maak uw
keuze uit de volgende opties:
● Pictogram — Voeg een afbeelding toe om uzelf
52
voor te stellen. Als u het pictogram verandert,
wordt in N-Gage een lijst weergegeven met alle
afbeeldingen in de Galerij van uw apparaat, die
als pictogram kunnen worden gebruikt.
Selecteer de gewenste afbeelding in de lijst, of
gebruik de zoekfunctie om een afbeelding te
zoeken.
● Motto — Voer een kort persoonlijk bericht toe.
Selecteer Wijzigen om de tekst te bewerken.
● Favoriete Game(s) — Voer de namen van uw
favoriete games in.
● Apparaat Model — Het modelnummer van uw
apparaat. Dit wordt automatisch gedefinieerd en
kan niet worden bewerkt.
● Toon Locatie — Selecteer of u uw woonplaats
en land in uw openbare profiel wilt weergeven.
U kunt uw locatie wijzigen op het tabblad Privé.
Nadat u uw profiel hebt bijgewerkt, meldt u zich
met uw spelersnaam aan bij de dienst om ervoor te
zorgen dat de wijzigingen die u in uw profiel hebt
aangebracht, worden gesynchroniseerd met de NGage-server.
Verbinding maken met
andere spelers
Ga naar My friends als u verbinding wilt maken met
andere N-Gage-spelers en uw lijst met vrienden wilt
beheren. U kunt een bepaalde N-Gage-speler
zoeken en deze speler voor uw lijst met vrienden
uitnodigen. Uw lijst met vrienden geeft aan welke
vrienden online zijn en beschikbaar zijn voor
games. Ook kunt u persoonlijke berichten en
aanbevelingen voor games met vrienden
uitwisselen.
Het symbool naast de spelersnaam geeft de
beschikbaarheid van de vriend aan.
U kunt privé-berichten naar uw N-Gage-vrienden
sturen, zelfs als u niet-beschikbaar of offline bent.
N-Gage
Vrienden zoeken en toevoegen
Als u een N-Gage-speler wilt uitnodigen voor uw
vriendenlijst, voert u de spelersnaam van de speler
in het veld Voeg een Vriend toe van de
vriendenlijst in. Voeg indien nodig een bericht aan
de uitnodiging toe. Selecteer Verzenden om de
uitnodiging te versturen. Als de speler de
uitnodiging accepteert, wordt de speler in uw
vriendenlijst opgenomen.
Als u geen N-Gage-vrienden hebt en andere spelers
wilt ontmoeten, gaat u naar N-Gage Arena op
www.n-gage.com en bezoekt u de chatrooms en
forums.
Gegevens over vrienden
weergeven
Als u informatie over een vriend wilt weergeven,
zoals het aantal N-Gage-punten of de meest recent
gespeelde games van een vriend, gaat u naar de
speler in uw vriendenlijst. U moet online zijn en met
de N-Gage-dienst zijn verbonden om de online
status van uw vrienden te kunnen bekijken.
De vriendenlijst sorteren
Als u uw vrienden wilt sorteren op beschikbaarheid,
spelersnaam of N-Gage-punten, selecteert u
Opties > Sorteer Vrienden Op.
Een speler beoordelen
Als u een speler wilt beoordelen, gaat u naar de
speler in uw vriendenlijst en selecteert u Opties >
Beoordeel speler. U kunt een speler beoordelen
met één tot vijf sterren. De beoordeling die u geeft,
beïnvloedt de reputatie van de speler in de
gemeenschap.
Berichten verzenden
In Mijn vrienden kunt u privé-berichten sturen naar
spelers in uw vriendenlijst. Als uw vriend op dat
moment is aangemeld bij de N-Gage-dienst, kan de
vriend uw bericht beantwoorden en kunt u één-opeen chatten.
Als u nieuwe berichten wilt bekijken die u van een
N-Gage-vriend hebt ontvangen, gaat u naar de
vriend in de vriendenlijst en selecteert u Opties >
53
Toon Bericht. Gelezen berichten worden
automatisch verwijderd wanneer u N-Gage afsluit.
Selecteer Opties > Bekijk Aanrader als u game-
N-Gage
aanbevelingen wilt bekijken. Game-aanbevelingen
worden een week nadat u ze hebt ontvangen,
automatisch verwijderd.
Als u een bericht naar een N-Gage-vriend wilt
verzenden, gaat u naar de vriend in de vriendenlijst
en selecteert u Opties > Bericht zenden. De
maximumgrootte van een privé-bericht is 115
tekens. Selecteer Indienen om het bericht te
versturen.
U hebt een GPRS-, 3G- of draadloze LAN-verbinding
nodig om de berichtfunctie te kunnen gebruiken. Er
kunnen kosten in rekening worden gebracht voor
gegevensoverdracht. Neem voor meer informatie
contact op met de provider van mobiele diensten.
N-Gage-instellingen
Als u de N-Gage-instellingen wilt wijzigen,
selecteert u Opties > Profiel Wijzigen. Open het
tabblad Privé en selecteer Opties > N-Gage
Instellingen.
Maak een keuze uit de volgende opties:
● Spelersnaam — Bewerk uw spelersnaam. U
54
kunt de naam alleen bewerken als u nog niet
bent aangemeld bij de N-Gage-dienst.
● Persoonlijk Instellingen — Definieer uw
persoonlijke gegevens, die niet in uw openbare
profiel worden weergegeven, en meld u aan bij
de nieuwsbrief van N-Gage. Geef ook op of u
tijdens het spelen van een game berichten van
uw N-Gage-vrienden wilt ontvangen.
● Verbindingsinstellingen — Selecteer of de N-
Gage-toepassing automatisch verbinding met
het netwerk mag maken als dat nodig is, en geef
uw voorkeurstoegangspunt en de
gegevensoverdrachtlimiet op waarbij een
waarschuwing wordt gegenereerd.
● Accountgegevens — Selecteer uw
aankoopvoorkeuren. Wanneer u een game
koopt, wordt u gevraagd of u uw
factuurgegevens, waaronder uw
creditcardnummer, wilt opslaan zodat een
volgende aankoop sneller kan worden afgerond.
Muziekmap
Muziekspeler
Waarschuwing: Luiste r naar muziek op een
gematigd geluidsvolume. Voortdurende
blootstelling aan een hoog geluidsvolume kan uw
gehoor beschadigen. Houd het apparaat niet dicht
bij uw oor wanneer de luidspreker wordt gebruikt,
aangezien het volume erg luid kan zijn.
Muziekspeler ondersteunt bestandsindelingen
zoals AAC, AAC+, eAAC+, MP3 en WMA. Music Player
ondersteunt niet noodzakelijkerwijs alle
kenmerken van bestandsindelingen of alle variaties
van bestandsindelingen.
U kunt Music player ook gebruiken om podcasts te
beluisteren. Podcasts zijn de methode voor het
aanleveren van audio- of video-inhoud via internet
waarbij RSS- of ATOM-technologie wordt gebruikt
om deze inhoud op mobiele apparaten en pc's af te
spelen.
U kunt muziek van andere compatibele apparaten
naar uw apparaat overbrengen.
overbrengen naar uw apparaat', p. 58.
Zie 'Muziek
Een liedje of podcast-episode
afspelen
U moet mogelijk de bibliotheken met muziek en
podcasts vernieuwen nadat u de selectie van liedjes
of podcasts in uw apparaat hebt bijgewerkt.
Selecteer Opties > Vernieuwen in de
hoofdweergave van Muziekspeler wanneer u alle
beschikbare items aan de bibliotheek wilt
toevoegen.
Ga als volgt te werk om een liedje of podcastepisode af te spelen:
1. Druk op
Muziekspeler.
2. Selecteer Muziek of Podcasts.
3. Selecteer categorieën als u
naar het nummer of de
podcast wilt gaan
waarnaar u wilt luisteren.
4. Druk op
geselecteerde bestanden
wilt afspelen.
Druk op
wilt onderbreken. Druk op
en selecteer Muziek >
als u de
als u het afspelen
als u het afspelen
Muziekmap
55
wilt hervatten. Druk op als u het afspelen wilt
stoppen.
Houd of ingedrukt als u vooruit of
achteruit wilt spoelen.
Druk op
Muziekmap
naar het volgende
item wilt gaan.
Druk op
wilt terugkeren
naar het begin van
het item. Druk
nogmaals op
binnen twee
seconden nadat een nummer of podcast is gestart
als u naar het vorige item wilt gaan.
Wanneer u willekeurig afspelen
uitschakelen, selecteert u Opties > Willekeurig
afspelen.
Selecteer Opties > Herhalen wanneer u het
huidige item (
of herhalen wilt uitschakelen.
Als u podcasts afspeelt, zijn willekeurig afspelen en
herhalen automatisch uitgeschakeld.
Druk op de volumetoets om het volume te regelen.
Selecteer Opties > Equalizer a l s u de t oo n v o or he t
afspelen van muziek wilt wijzigen.
56
als u
als u
wilt in- of
) of alle items ( ) wilt herhalen,
Selecteer Opties > Audio-instellingen als u de
balans en het stereobeeld wilt wijzigen of de lage
tonen wilt versterken.
Selecteer Opties > Visualisatie weergeven als u
tijdens het afspelen een visualisatie wilt
weergeven.
Druk op de beëindigingstoets als u wilt terugkeren
naar de stand-by modus en de speler op de
achtergrond wilt laten spelen of houd
als u wilt schakelen naar een andere geopende
toepassing.
Selecteer Opties > Afsluiten om de muziekspeler
te sluiten.
ingedrukt
Muziekmenu
Druk op en selecteer Muziek >
Muziekspeler > Muziek.
In het muziekmenu wordt de beschikbare muziek
weergegeven. Selecteer de gewenste optie in het
muziekmenu om alle liedjes, gesorteerde liedjes of
afspeellijsten te bekijken.
Als de muziekspeler op de achtergrond wordt
afgespeeld, opent u de weergave Afspelen door de
multimediatoets ingedrukt te houden.
Playlists
Druk op en selecteer Muziek >
Muziekspeler > Muziek.
Ga naar het menu Muziek en selecteer
Tracklijsten als u playlists wilt weergeven en
beheren.
Selecteer Opties > Details tracklijst als u de
details van de afspeellijst wilt bekijken.
Een playlist maken
1. Selecteer Opties > Afspeellijst maken.
2. Voer een naam voor de playlist in selecteer OK.
3. Selecteer Ja om nu liedjes toe te voegen of
selecteer Nee om de liedjes later toe te voegen.
4. Wanneer u Ja selecteert, selecteert u artiesten
om liedjes te zoeken die u in de afspeellijst wilt
opnemen. Druk op de bladertoets om items toe
te voegen.
Druk de bladertoets naar rechts als u de lijst met
liedjes onder de naam van een artiest wilt
weergeven. Druk de bladertoets naar links als u
de lijst met liedjes wilt verbergen.
5. Selecteer Gereed wanneer u uw selecties hebt
voltooid.
De afspeellijst wordt opgeslagen in het
massageheugen van uw apparaat.
Selecteer Opties > Liedjes toevoegen terwijl u de
afspeellijst weergeeft als u later meer liedjes wilt
toevoegen.
Selecteer een item en selecteer Opties > Tvgn aan
tracklijst > Opgeslagen tracklijst of Nieuwe
tracklijst als u liedjes, albums, artiesten, genres en
componisten aan een afspeellijst wilt toevoegen
vanuit de verschillende weergaven van het
muziekmenu.
Selecteer Opties > Verwijderen als u een liedje uit
een afspeellijst wilt verwijderen. Hiermee
verwijdert u het nummer niet uit het apparaat,
maar alleen uit de playlist.
Ga naar het liedje dat u wilt verplaatsen en selecteer
Opties > Lijst opnieuw ordenen als u de
volgorde van liedjes in een afspeellijst wilt wijzigen.
Gebruik de bladertoets als u nummers naar een
nieuwe positie wilt slepen.
Podcasts
Druk op en selecteer Muziek >
Muziekspeler > Podcasts.
In het podcastmenu worden de podcasts
weergegeven die beschikbaar zijn in het apparaat.
Er zijn drie statuswaarden voor podcast-episodes:
nooit afgespeeld, gedeeltelijk afgespeeld en
volledig afgespeeld. Wanneer een episode
gedeeltelijk is afgespeeld, wordt deze de volgende
Muziekmap
57
keer vanaf de laatste afspeelpositie afgespeeld.
Wanneer een episode nooit is afgespee ld of volledig
is afgespeeld, wordt deze vanaf het begin
afgespeeld.
Eigen netwerk met music player
Muziekmap
U kunt gegevens die op uw Nokia-apparaat zijn
opgeslagen, op afstand afspelen op compatibele
apparatuur in een eigen netwerk. U kunt bestanden
van uw Nokia-apparaat ook naar andere apparaten
kopiëren die op uw eigen netwerk zijn aangesloten.
Eerst moet uw eigen netwerk zijn geconfigureerd.
Zie 'Informatie over het eigen netwerk', p. 97.
Een nummer of podcast extern afspelen
1. Druk op en selecteer Muziek >
Muziekspeler.
2. Selecteer Muziek of Podcasts.
3. Selecteer categorieën als u naar het nummer of
de podcast wilt gaan waarnaar u wilt luisteren.
4. Selecteer het gewenste liedje of de podcast van
uw keuze en selecteer vervolgens Opties >
Afspelen > Via eigen netwerk.
5. Selecteer het apparaat waarin het bestand
wordt afgespeeld.
Nummers of podcasts draadloos kopiëren
Selecteer een bestand en Opties > Verpl. en
58
kopiëren > Kopie nr eig. netw. of Verpl. nr eig.
netw. om mediabestanden van uw apparaat naar
een ander compatibel apparaat in uw eigen
netwerk te kopiëren of te verplaatsen. U hoeft in uw
eigen netwerk niet in te stellen dat inhoud moet
worden gedeeld.
definiëren', p. 99.
Zie 'Delen inschakelen en inhoud
Muziek overbrengen naar uw
apparaat
U kunt muziek overbrengen vanaf een compatibele
pc of andere compatibele apparaten met behulp
van een compatibele USB-kabel of via Bluetooth.
Pc-vereisten voor muziekoverdracht:
● Microsoft Windows XP (of hoger)
● Een compatibele versie van Windows Media
Player. Meer informatie over de compatibiliteit
met Windows Media Player vindt u op de
productpagina's van uw apparaat op de Nokiawebsite.
● Nokia Nseries PC Suite 1.6 of hoger
Windows Media Player 10 kan afspeelvertragingen
veroorzaken in bestanden die zijn beveiligd met
WMDRM-technologie nadat ze naar uw apparaat
zijn overgebracht. Raadpleeg de
ondersteuningswebsite van Microsoft voor een
hotfix op Windows Media Player 10 of schaf een
nieuwere, compatibele versie van Windows Media
Player aan.
Muziek overbrengen vanaf de pc
U kunt muziek overbrengen op drie verschillende
manieren:
● Als u het apparaat op een pc wilt weergeven als
massageheugenapparaat waarnaar u
gegevensbestanden kunt overbrengen, maakt u
verbinding via een compatibele USB-kabel of via
Bluetooth. Selecteer Gegevensoverdracht als
verbindingsmethode wanneer u de USB-kabel
gebruikt.
● Sluit de compatibele USB-kabel aan en selecteer
Mediaspeler als verbindingsmethode wanneer
u muziek wilt synchroniseren met Windows
Media Player.
● Sluit de compatibele USB-kabel aan en selecteer
PC Suite als verbindingsmethode wanneer u
Nokia Music Manager in Nokia Nseries PC Suite
wilt gebruiken.
Met de modi Gegevensoverdracht en
Mediaspeler brengt u bestanden over naar het
massageheugen van uw apparaat.
Druk op
Connect. > USB > USB-modus als u de standaard
USB-verbindingsmodus wilt wijzigen.
Zowel Windows Media Player als Nokia Music
Manager in Nokia Nseries PC Suite zijn
geoptimaliseerd voor de overdracht van
muziekbestanden. Zie voor informatie over de
en selecteer Instrumenten >
overdracht van muziekbestanden met Nokia Music
Manager de Help-functie in Nokia Nseries PC Suite
of bezoek de ondersteuningspagina's van Nokia.
Muziek overbrengen met Windows
Media Player
De synchronisatiefuncties voor muziek kunnen per
versie van Windows Media Player variëren. Zie de
gebruikershandleiding en Help van Windows Media
Player voor meer informatie.
Handmatige synchronisatie
Met handmatige synchronisatie kunt u de liedjes en
afspeellijsten selecteren die u wilt verplaatsen,
kopiëren of verwijderen.
1. Nadat u het apparaat hebt verbonden met
Windows Media Player, selecteert u het apparaat
in het navigatiedeelvenster aan de rechterkant
wanneer er meer dan één apparaat is
aangesloten.
2. Blader in het linkernavigatiedeelvenster door de
muziekbestanden op uw pc die u wilt
synchroniseren.
3. Versleep en plaats nummers naar de
synchronisatielijst aan de rechterzijde.
U kunt de hoeveelheid beschikbaar geheugen in
het apparaat bekijken boven in de
synchronisatielijst.
Muziekmap
59
4. Als u nummers of albums wilt verwijderen,
selecteert u een item in de synchronisatielijst.
Vervolgens klikt u met de rechtermuisknop en
selecteert u Verwijderen uit lijst.
5. Klik op Synchrn. starten om de synchronisatie
te starten.
Muziekmap
Automatische synchronisatie
1. Klik op de tab Sync om de automatische
synchronisatiefunctie in Windows Media Player
in te schakelen, selecteer Nokia Handset >
Synchronisatie intsellen en schakel het
selectievakje Dit apparaat automatischsynchroniseren in.
2. Selecteer in het venster Beschikbare playlists
de playlists die u automatisch wilt
synchroniseren en klik op Toevoegen.
De geselecteerde items worden overgebracht
naar het deelvenster Te synchroniserenplaylists.
3. Klik op Voltooien als u de instelling van
automatische synchronisatie wilt voltooien.
Als het selectievakje Dit apparaat automatischsynchroniseren is ingeschakeld en u uw apparaat
met de PC verbindt, wordt de muziekbibliotheek in
het apparaat automatisch bijgewerkt op basis van
de playlists die u hebt geselecteerd in Windows
Media Player. Als u geen afspeellijsten hebt
60
geselecteerd, wordt de volledige
muziekbibliotheek op de pc geselecteerd voor
synchronisatie. Wanneer er niet genoeg vrije
ruimte op uw apparaat aanwezig is, selecteert
Windows Media Player automatisch de handmatige
synchronisatie.
Als u de synchronisatie wilt stoppen, klikt op de tab
Sync en selecteert u Synchronisatie met 'Nokiatoestel' stoppen.
Nokia Muziekwinkel
In de Nokia Muziekwinkel (netwerkdienst) kunt u
muziek opzoeken, doorbladeren en aanschaffen om
te downloaden naar het apparaat. Om muziek te
kunnen aanschaffen, moet u zich eerst voor deze
dienst registreren.
Kijk voor meer informatie over de beschikbaarheid
van Nokia Muziekwinkel in uw land op
music.nokia.com.
Als u de Nokia Muziekwinkel wilt bezoeken, moet u
beschikken over een geldig internettoegangspunt
op het apparaat.
Druk op
als u Nokia Muziekwinkel wilt openen.
Selecteer Opties > Zoeken i n muziekwinkel voor
meer muziek in de verschillende categorieën van
het muziekmenu.
en selecteer Muziek > Muziekwinkl
Instellingen voor Nokia Muziekwinkel
De beschikbaarheid en het uiterlijk van de
instellingen voor Muziekwinkel kunnen variëren. De
instellingen kunnen ook vooraf zijn gedefinieerd,
waardoor u deze niet kunt bewerken. Wanneer de
instellingen niet vooraf zijn gedefinieerd, wordt u
misschien gevraagd om het toegangspunt te
selecteren dat u wilt gebruiken wanneer u een
verbinding tot stand brengt met Muziekwinkel.
Selecteer Std. toeg. punt om het toegangspunt te
selecteren.
In Muziekwinkel kunt u mogelijk instellingen
bewerken door Opties > Instellingen te
selecteren.
Radio
U kunt de radio als gewone FM-radio gebruiken met
automatische afstemming en opgeslagen zenders
of met parallelle visuele informatie over het
radioprogramma in het scherm als u afstemt op
zenders die de dienst Visual Radio ondersteunen.
Voor de dienst Visual Radio worden packetgegevens gebruikt (netwerkdienst).
Waarschuwing: Luiste r naar muziek op een
gematigd geluidsvolume. Voortdurende
blootstelling aan een hoog geluidsvolume kan uw
gehoor beschadigen. Houd het apparaat niet dicht
bij uw oor wanneer de luidspreker wordt gebruikt,
aangezien het volume erg luid kan zijn.
Wanneer u de radio voor de eerste keer opent, helpt
een wizard u bij het opslaan van lokale
radiostations (netwerkdienst).
Als u geen toegang hebt tot de dienst Visual Radio,
ondersteunen de operators en radiozenders in uw
gebied deze dienst mogelijk niet.
Naar de radio luisteren
De FM-radio maakt gebruik van een andere antenne
dan de antenne van het draadloze apparaat. De FMradio functioneert alleen naar behoren als er een
compatibele hoofdtelefoon of een compatibel
toebehoren op het apparaat is aangesloten.
Druk op
De kwaliteit van de radio-uitzending is afhankelijk
van de dekking van het radiozenders in het
betreffende gebied.
U kunt iemand bellen of een inkomende oproep
normaal beantwoorden terwijl u naar de radio
luistert. De radio wordt gedempt wanneer er een
actieve oproep is.
Selecteer
Selecteer Opties > Handmatig afstemmen als u
de frequentie handmatig wilt wijzigen.
en selecteer Muziek > Radio.
of om een zender te zoeken.
Muziekmap
61
Als u al eerder radiozenders hebt opgeslagen,
selecteert u
vorige opgeslagen zender te gaan.
Druk op de volumetoets om het volume te regelen.
Selecteer Opties > Luidspreker aan als u via de
Muziekmap
luidspreker naar de radio wilt luisteren.
Selecteer Opties > Zenderoverzicht
(netwerkdienst) als u beschikbare zenders op basis
van de locatie wilt weergeven.
Selecteer Opties > Zender opslaan als u de
huidige zender wilt opslaan in de lijst met zenders.
Selecteer Opties > Zenders als u de lijst met
opgeslagen zenders wilt openen.
Selecteer Opties > Afsp. in achtergrond als u wilt
terugkeren naar de stand-by modus en de FM-radio
op de achtergrond wilt laten spelen.
of om naar de volgende of
Visuele inhoud weergeven
Neem contact op met de serviceprovider als u meer
wilt weten over de beschikbaarheid en kosten van
de dienst en als u zich hierop wilt abonneren.
Selecteer
als u de beschikbare visuele inhoud voor een zender
wilt weergeven. Voer de ID van de visuele dienst in
als u deze niet hebt opgeslagen voor de zender of
selecteer Ophalen als u hiernaar wilt zoeken in de
62
lijst met zenders (netwerkdienst).
of Opties > Visuele dienst starten
Wanneer de verbinding met de visuele dienst tot
stand is gebracht, wordt de huidige visuele inhoud
getoond.
Opgeslagen zenders
Selecteer Opties > Zenders als u de lijst met
opgeslagen zenders wilt openen.
Selecteer Opties > Zender > Luisteren als u wilt
luisteren naar een opgeslagen zender. Selecteer
Opties > Zender > Visuele dienst starten als u
de beschikbare visuele inhoud voor een zender wilt
weergeven met de dienst Visual Radio.
Selecteer Opties > Zender > Bewerken als u de
details van een zender wilt wijzigen.
Instellingen
Druk op en selecteer Muziek > Radio.
Selecteer Opties > Instellingen en maak een
keuze uit de volgende opties:
● Starttoon — Selecteer of u een toon wilt
afspelen wanneer de toepassing wordt gestart.
● Autostart dienst — Selecteer Ja om Visual Radio
automatisch te starten als u een opgeslagen
zender selecteert die de dienst Visual Radio
aanbiedt.
● Toegangspunt — Selecteer het toegangspunt
voor de gegevensverbinding. U hebt geen
toegangspunt nodig als u de toepassing wilt
gebruiken als normale radio.
● Huidige regio — Selecteer de regio waarin u
zich momenteel bevindt. Deze instelling
verschijnt alleen als er geen netwerkdekking is
wanneer de toepassing wordt opgestart.
Nokia Podcasting
Met de toepassing Nokia Podcasting
(netwerkservice) kunt u podcasts zoeken,
beluisteren en downloaden en kunt u zich op
podcasts abonneren. Daarnaast kunt u audio- en
videopodcasts afspelen, beheren en delen via uw
apparaat.
Waarschuwing: Luiste r naar muziek op een
gematigd geluidsvolume. Voortdurende
blootstelling aan een hoog geluidsvolume kan uw
gehoor beschadigen. Houd het apparaat niet dicht
bij uw oor wanneer de luidspreker wordt gebruikt,
aangezien het volume erg luid kan zijn.
Instellingen
Stel uw verbindings- en downloadinstellingen in
voordat u Nokia Podcasting gebruikt.
De aanbevolen verbindingsmethode is WLAN. Vraag
bij uw serviceprovider naar de voorwaarden en
kosten voor gegevensdiensten voordat u andere
verbindingen gebruikt. Bij een gegevensplan met
een vast tarief kunt u bijvoorbeeld grote
hoeveelheden gegevens overbrengen tegen één
maandelijks bedrag.
Verbindingsinstellingen
Druk op en selecteer Muziek > Podcasting >
Opties > Instellingen > Verbinding als u de
verbindingsinstellingen wilt bewerken. Definieer
het volgende:
● Standaardtoeg. punt — Selecteer het
toegangspunt om uw internetverbinding te
definiëren.
● URL van zoekservice — Definieer de dienst voor
het zoeken naar podcasts die u in
zoekopdrachten wilt gebruiken.
Downloadinstellingen
Druk op en selecteer Muziek > Podcasting >
Opties > Instellingen > Downloaden als u de
downloadinstellingen wilt bewerken. Definieer het
volgende:
● Opslaan in — Definieer de locatie waar u de
podcasts wilt opslaan. Voor een optimaal
gebruik van de opslagruimte wordt een
massageheugen aanbevolen.
● Update-interval — Geef aan hoe vaak er een
update van de podcasts moet worden
uitgevoerd.
Muziekmap
63
● Datum volgende update — Geef de datum van
de volgende automatische update op.
● Tijd volgende update — Geef het tijdstip van
de volgende automatische update op.
Automatische updates vinden alleen plaats als
een specifiek standaardtoegangspunt is
Muziekmap
geselecteerd en Nokia Podcasting wordt
uitgevoerd. Als Nokia Podcasting niet wordt
uitgevoerd, worden de automatische updates
niet geactiveerd.
● Downloadlimiet (%) — Geef aan hoeveel
geheugen voor gedownloade podcasts wordt
gebruikt.
● Als limiet is bereikt — Geef aan wat u wilt doen
als de downloads de downloadlimiet
overschrijden.
Het instellen van de toepassing om automatische
podcasts binnen te halen, kan de overdracht van
grote hoeveelheden gegevens via het netwerk van
uw serviceprovider met zich meebrengen. Neem
contact op met uw serviceprovider voor meer
informatie over de kosten van gegevensoverdracht.
Selecteer Opties > Standaardinstellingen in de
weergave Instellingen als u de
standaardinstellingen wilt herstellen.
64
Zoeken
Met Zoeken kunt u podcasts op trefwoord of titel
zoeken.
De zoekfunctie gebruikt de podcastzoekservice die
u instelt in Podcasting > Opties >
Instellingen > Verbinding > URL van
zoekservice.
Druk op
Zoeken en voer de gewenste trefwoorden in om
podcasts te zoeken.
Selecteer Opties > Abonneren om een
abonnement te nemen op gemarkeerde kanalen en
deze aan uw podcasts toe te voegen. U kunt ook een
podcast toevoegen door er een te selecteren.
Selecteer Opties > Opnieuw zoeken om een
nieuwe zoekopdracht te starten.
Selecteer Opties > Webpagina openen om naar
de website van de podcast te gaan
(netwerkservice).
Selecteer Opties > Beschrijving als u de details
van een podcast wilt bekijken.
, selecteer Muziek > Podcasting >
Tip: Er wordt naar podcasttitels en
trefwoorden in beschrijvingen gezocht, niet
naar specifieke episoden. Algemene
onderwerpen, zoals voetbal of hip-hop,
leveren meestal betere resultaten op dan een
specifiek team of een specifieke artiest.
Selecteer Opties > Zenden om geselecteerde
podcasts naar een ander compatibel apparaat te
verzenden.
Mappen
In de mappen kunt u nieuwe podcast-episodes
vinden waarop u zich kunt abonneren.
Druk op
Mappen als u mappen wilt openen.
De inhoud van de mappen verandert. Selecteer de
gewenste map om deze bij te werken
(netwerkservice). Wanneer de kleur van de map
verandert, drukt u opnieuw op de bladertoets om
de map te openen.
In de mappen worden de podcasts gesorteerd op
populariteit of in themamappen.
Druk op de bladertoets om de gewenste themamap
te openen. Er wordt een lijst met podcasts
weergegeven.
U kunt zich abonneren op een podcast door de titel
te selecteren en op de bladertoets te drukken.
Nadat u zich hebt geabonneerd op de episodes van
een podcast, kunt u deze downloaden, beheren en
afspelen in het podcastmenu.
Selecteer Opties > Nieuw > Webmap of Map als
u een nieuwe map wilt toevoegen. Selecteer een
en selecteer Muziek > Podcasting >
titel, een URL van het .opml-bestand (outline
processor markup language) en Gereed.
Selecteer Opties > Bewerken om de
geselecteerde map, webkoppeling of webmap te
bewerken.
Selecteer Opties > OPML-best. importeren om
een .opml-bestand te importeren dat op uw
apparaat is opgeslagen. Selecteer de locatie van het
bestand en importeer het.
Wanneer u een map als multimediabericht of via
Bluetooth wilt verzenden, selecteert u de map en
Opties > Zenden.
Wanneer u een bericht met een .opml-bestand via
Bluetooth ontvangt, opent u het bestand om het op
te slaan in de map Ontvangen in de mappen. Open
de map om een abonnement te nemen op een van
de koppelingen en deze aan uw podcasts toe te
voegen.
Downloaden
Nadat u zich op een podcast hebt geabonneerd,
kunt u vanuit de mappen, door te zoeken of door
een URL in te voeren, in Podcasts episodes beheren,
downloaden en afspelen.
Selecteer Podcasting > Podcasts om de podcasts
te bekijken waarop u zich hebt geabonneerd.
Muziekmap
65
Selecteer het podcastbestand om de titels van
afzonderlijke episodes te bekijken (een episode is
een specifiek mediabestand van een podcast).
Selecteer de episodetitel om te beginnen met
downloaden. Selecteer Opties > Downloaden of
Downloaden voortz. om geselecteerde of
Muziekmap
gemarkeerde episodes te downloaden of verder te
gaan met het downloaden van deze episodes. U
kunt verschillende episodes tegelijk downloaden.
Als u een deel van een podcast wilt afspelen tijdens
het downloaden of na deze gedeeltelijk te hebben
gedownload, selecteert u de podcast en vervolgens
Opties > Voorbeeld afspelen.
Volledig gedownloade podcasts zijn te vinden in de
map Podcasts maar worden pas weergegeven
nadat u de bibliotheek hebt vernieuwd.
Podcasts afspelen en beheren
Selecteer Opties > Openen om de beschikbare
episodes van de geselecteerde podcast weer te
geven. Onder elke episode ziet u de
bestandsindeling, de bestandsgrootte en de
uploadtijd.
Selecteer Podcasts > Opties > Afspelen, of druk
op
en selecteer Muziek > Muziekspeler >
Podcasts om de volledige episode af te spelen
wanneer de podcast volledig is gedownload.
66
Selecteer Opties > Bijwerken om de
geselecteerde podcast of de gemarkeerde podcasts
bij te werken voor een nieuwe episode.
Selecteer Opties > Bijwerken stoppen om de
update te stoppen.
Selecteer Opties > Nieuwe podcast om een
nieuwe podcast toe te voegen door de URL van de
podcast in te voeren. Neem contact op met uw
serviceprovider wanneer u niet over een
gedefinieerd toegangspunt beschikt of wanneer u
tijdens een pakketgegevensverbinding wordt
gevraagd een gebruikersnaam en wachtwoord in te
voeren.
Selecteer Opties > Bewerken om de URL van de
geselecteerde podcast te bewerken.
Selecteer Opties > Verwijderen om een
gedownloade podcast of gemarkeerde podcasts
van uw apparaat te verwijderen.
Selecteer Opties > Zenden om de geselecteerde
podcast of gemarkeerde podcasts naar een ander
compatibel apparaat te verzenden als .opmlbestand, als multimediabericht of via Bluetooth.
Selecteer Opties > Markeringen aan/uit,
markeer de gewenste podcasts en selecteer
Opties om de gewenste handeling te selecteren als
u een groep geselecteerde podcasts in één keer wilt
bijwerken, verwijderen en verzenden.
Selecteer Opties > Webpagina openen wanneer
u de website van de podcast wilt openen
(netwerkservice).
Sommige podcasts bieden de mogelijkheid om met
de makers te communiceren via het toevoegen van
opmerkingen en door te stemmen. Selecteer
Opties > Opmerkingen weerg. om hiervoor een
verbinding te maken met internet.
Muziekmap
67
Mediamap
RealPlayer
Mediamap
Met RealPlayer kunt u videoclips of streaming
mediabestanden afspelen zonder dat u deze eerst
in het apparaat hoeft op te slaan.
RealPlayer ondersteunt bestandsindelingen als .
3GP, .MP4 of .RM. RealPlayer ondersteunt echter niet
noodzakelijkerwijs alle bestandsindelingen of alle
variaties van bestandsindelingen.
Wanneer Afspelen actief is, gebruikt u in de modus
Liggend de mediatoetsen om de speler te bedienen.
Videoclips afspelen
Druk op en selecteer Toepass. > Media >
RealPlayer.
1. Selecteer Opties > Openen als u een
opgeslagen mediabestand wilt afspelen. Maak
vervolgens een keuze uit de volgende opties:
● Recente clips — Hiermee speelt u een van
de laatste zes bestanden af die zijn
afgespeeld in RealPlayer.
● Opgeslagen clip — Hiermee speelt u een
68
bestand af dat is opgeslagen in de galerij.
2. Ga naar een bestand en druk op de bladertoets
als u dit wilt afspelen.
Gebruik de volumetoets als u het volume wilt
regelen.
Streaming inhoud afspelen
Bij veel serviceproviders moet u een
internettoegangspunt gebruiken voor uw
standaardtoegangspunt. Er zijn echter ook
serviceproviders bij wie u een WAP-toegangspunt
kunt gebruiken.
In RealPlayer kunt u alleen een webadres van het
type rtsp:// openen. Als u echter een HTTPkoppeling naar een RAM-bestand opent in een
browser, speelt RealPlayer dit bestand af.
Als u streaming inhoud wilt afspelen
(netwerkdienst), selecteert u een streaming
koppeling die is opgeslagen in Galerij, wordt
weergegeven op een webpagina of is ontvangen in
een SMS- of multimediabericht. Voordat de live
streaming inhoud wordt afgespeeld, wordt
verbinding gemaakt met de site en wordt het laden
van de inhoud gestart. De inhoud wordt niet
opgeslagen in het apparaat.
Instellingen voor RealPlayer
Druk op en selecteer Toepass. > Media >
RealPlayer.
U kunt de instellingen van RealPlayer ontvangen in
een speciaal bericht van de serviceprovider. Neem
voor meer informatie contact op met uw
serviceprovider.
Selecteer Opties > Instellingen en maak een
keuze uit de volgende opties:
● Video — Geef aan of videoclips automatisch
worden herhaald nadat ze zijn afgespeeld.
● Streaming — Hiermee selecteert u of u een
proxyserver gebruikt, wijzigt u het
standaardtoegangspunt en stelt u het
poortbereik in dat wordt gebruikt wanneer u
verbinding maakt. Neem contact op met uw
serviceprovider voor de juiste instellingen.
Adobe Flash Player
Druk op en selecteer Toepass. > Media >
Flash-speler.
Met Adobe Flash Player kunt u compatibele
flashbestanden voor mobiele apparaten
weergeven, afspelen en gebruiken.
Ga naar een flashbestand en selecteer dit om het
bestand te openen.
Nokia Lifeblog
Druk op en selecteer Toepass. > Media >
Lifeblog.
Informatie over Nokia Lifeblog
Lifeblog is een combinatie van software voor
mobiele telefoons en pc's waarmee een
multimediadagboek wordt bijgehouden van items
die u verzamelt met het apparaat. Met Lifeblog kunt
u uw foto's, video's, geluiden, SMS-berichten,
multimediaberichten en weblog-items in
chronologische volgorde organiseren. Vervolgens
kunt u bladeren, zoeken, de gegevens delen en
publiceren, en er back-ups van maken. Met zowel
Nokia Lifeblog PC als Nokia Lifeblog mobile kunt u
uw items verzenden of in een blog opnemen zodat
anderen ze kunnen zien.
Lifeblog mobile houdt uw multimedia-items
automatisch bij. Gebruik Lifeblog op het apparaat
om items te zoeken, deze naar anderen te versturen
of ze op het web te publiceren. Sluit het apparaat
middels een compatibele USB-gegevenskabel of via
Bluetooth aan op een compatibele pc om de items
op het apparaat over te brengen naar en te
synchroniseren met de compatibele pc.
Met Lifeblog PC kunt u eenvoudig items zoeken en
selecteren die u met het apparaat hebt verzameld.
Als u over een compatibele USB-kabel of Bluetooth-
Mediamap
69
connectiviteit beschikt, kunt u met één knop al uw
favoriete foto's, video's, tekst en multimedia
berichten weer op uw apparaat terugzetten.
Om veiligheidsredenen kunt u een back-up van uw
Nokia Lifeblog-database maken op de vaste schijf
Mediamap
van uw compatibele pc, cd's, dvd's, verwisselbare
schijven of op een compatibel netwerkstation. U
kunt bovendien items naar uw weblog (blog)
posten.
Voor meer informatie over weblogdiensten en hun
compatibiliteit met Nokia Lifeblog, gaat u naar
www.nokia.com/lifeblog of drukt u op F1 in de
Nokia Lifeblog-toepassing op de pc om Nokia
Lifeblog Help te openen.
Installatie op de pc
U hebt het volgende nodig om Nokia Lifeblog op een
compatibele pc te kunnen installeren:
● Intel Pentium-processor van 1 GHz of
vergelijkbaar, 128 MB RAM
● 400 MB vrije ruimte op de vaste schijf (als
Microsoft DirectX en Nokia Nseries PC Suite
moeten worden geïnstalleerd)
● Grafische capaciteit van 1024 x 768 en 24-bits
kleuren
● Grafische kaart van 32 MB
70
● Microsoft Windows 2000 of Windows XP
Ga als volgt te werk als u Nokia Lifeblog wilt
installeren op uw pc:
1. Plaats de cd-rom of dvd-rom die bij het apparaat
is meegeleverd.
2. Installeer Nokia Nseries PC Suite (inclusief de
Nokia Connectivity Cable-stuurprogramma's
voor USB-verbinding).
3. Installeer Nokia Lifeblog voor de pc.
Als Microsoft DirectX 9.0 nog niet op de pc is
geïnstalleerd, wordt dit gelijktijdig met Nokia
Lifeblog geïnstalleerd.
Het apparaat aansluiten op de pc
Ga als volgt te werk als u het apparaat met een USBgegevenskabel wilt aansluiten op een compatibele
pc:
1. Zorg ervoor dat Nokia Nseries PC Suite is
geïnstalleerd.
2. Sluit de USB-gegevenskabel aan op het apparaat
en de pc.
De USB-modus moet PC Suite zijn.
'USB', p. 43. Wanneer u het apparaat voor de
eerste keer met de pc verbindt nadat u Nokia
Nseries PC Suite hebt geïnstalleerd, zal de pc het
juiste stuurprogramma voor het apparaat
installeren. Dit kan even duren.
3. Start de pc-toepassing Nokia Lifeblog.
Zie
Ga als volgt te werk als u het apparaat met behulp
van een draadloze Bluetooth-verbinding wilt
aansluiten op een compatibele pc:
1. Zorg dat Nokia Nseries PC Suite op uw pc is
geïnstalleerd.
2. Zorg ervoor dat u het apparaat en de pc via
Bluetooth hebt gekoppeld met Get Connected
in Nokia Nseries PC Suite.
3. Activeer de Bluetooth-verbinding op het
apparaat en de pc.
Zie 'Instellingen', p. 39.
Items kopiëren
Nieuwe of bewerkte items van het apparaat
kopiëren naar de pc en geselecteerde items van de
pc kopiëren naar het apparaat:
1. Sluit het apparaat aan op de pc.
2. Start de toepassing Nokia Lifeblog op de pc.
3. Selecteer Bestand > Kopiëren van en naar
telefoon in de toepassing Nokia Lifeblog PC.
De nieuwe items worden van het apparaat naar
de pc gekopieerd. De items op het tabblad Naartelefoon worden van de pc naar het apparaat
gekopieerd.
Bladeren door de tijdbalk en
favorieten
Druk op en selecteer Toepass. > Media >
Lifeblog.
Wanneer u Nokia Lifeblog op het apparaat start,
wordt de tijdbalkweergave met uw multimediaitems geopend.
Selecteer Opties > Favorieten weergeven als u
uw opgeslagen favorieten wilt openen.
Wanneer u Nokia Lifeblog op de pc start, kunt u op
diverse manieren in de weergave met de tijdbalk en
de weergave Favorieten navigeren. De snelste
manier is door de schuifregelaar vooruit of
achteruit te bewegen. U kunt ook op de tijdbalk
klikken om een datum te selecteren, de functie Ga
naar datum selecteren of de pijltoetsen gebruiken.
Posten naar het web
Druk op en selecteer Toepass. > Media >
Lifeblog.
Stuur uw beste Nokia Lifeblog-items naar uw
weblog op internet zodat anderen deze kunnen
bekijken.
U moet eerst een account bij een weblogdienst
maken, een of meer weblogs instellen waarnaar u
uw post kunt verzenden en uw weblogaccount
toevoegen aan Nokia Lifeblog. De aanbevolen
Mediamap
71
weblogdienst voor Nokia Lifeblog is TypePad van
Six Apart (www.typepad.com).
Selecteer Opties > Instellingen > Blog op het
apparaat als u de weblogaccount in Nokia Lifeblog
wilt toevoegen. Als u accounts op uw pc wilt
Mediamap
bewerken, selecteert u Bestand >
Blogaccountbeheer....
Items naar het web posten vanaf het
apparaat
1. Selecteer in Tijdlijn of Favorieten de items die
u wilt posten naar het web.
2. Selecteer Opties > Posten naar het web.
Wanneer u de functie voor het eerst gebruikt,
wordt door Nokia Lifeblog een lijst met weblogs
op de weblogserver weergegeven.
Het dialoogvenster voor weblog-items wordt
geopend.
3. Selecteer in de lijst Posten naar: het weblog dat
u wilt gebruiken. Hebt u nieuwe weblogs
gemaakt, selecteer dan Opties > Bloglijst
vernieuwen als u de lijst met weblogs wilt
bijwerken.
4. Geef een titel en beschrijving voor de post op. U
kunt een langere tekst of beschrijving invoeren
in het veld voor de hoofdstekst.
5. Selecteer Opties > Verzenden als u klaar bent.
72
Items naar het web posten vanaf de pc
1. Selecteer in de tijdlijn of favorieten de items
(maximaal 50) die u naar het web wilt posten.
2. Selecteer Bestand > Posten naar het web....
3. Geef een titel en beschrijving voor de post op. U
kunt een langere tekst of beschrijving invoeren
in het veld voor de hoofdstekst.
4. Selecteer het gewenste weblog in de lijst Posten
naar: lijst.
5. Klik op Verzenden als u klaar bent.
Items importeren
Behalve de JPG-afbeeldingen van het apparaat kunt
u ook JPG-afbeeldingen en 3GP- en MP4-videoclips,
AMR-geluidsbestanden en TXT-tekstbestanden in
Nokia Lifeblog importeren vanuit andere bronnen
(zoals een compatibele cd of dvd, of mappen op de
vaste schijf van uw compatibele pc).
Ga als volg te werk als u afbeeldingen of video's wilt
importeren vanaf een compatibele pc naar Nokia
Lifeblog voor de pc:
1. Ga naar de weergave Tijdbalk of Favorieten en
selecteer Bestand > Importeren van pc....
2. Ga in de lijst naar het afbeeldings-, video-,
geluids- of tekstbestand of zoek in andere
mappen naar het bestand dat u wilt importeren.
Blader in de lijst Look in naar andere stations of
apparaten.
3. Selecteer een map, een bestand of meerdere
bestanden. U kunt de betreffende inhoud
bekijken in het voorbeeldvenster.
4. Als u de map (inclusief submappen) of de
geselecteerde bestanden wilt importeren, klikt
u op Openen.
Activeringssleutels
Druk op en selecteer Toepass. > Media >
Act.sleutels als u de activeringssleutels voor de
digitale rechten wilt bekijken die zijn opgeslagen
op het apparaat.
Digital Rights Management (DRM)
Content-eigenaren kunnen verschillende soorten
technologieën voor het beheer van digitale rechten
(DRM) gebruiken om hun intellectuele eigendom,
waaronder auteursrechten, te beschermen. Dit
apparaat maakt gebruik van verschillende typen
DRM-software om toegang te krijgen tot DRMbeveiligde inhoud. Met dit apparaat hebt u toegang
tot inhoud die is beveiligd met WMDRM 10, OMA DRM
1.0 en OMA DRM 2.0. Als bepaalde DRM-software er
niet in slaagt de inhoud te beschermen, kunnen
content-eigenaren verlangen dat de mogelijkheid
om met die DRM-software toegang te krijgen tot
nieuwe DRM-beveiligde inhoud, wordt ingetrokken.
Deze intrekking kan het vernieuwen van dergelijke
DRM-beveiligde inhoud die al in uw apparaat is
opgeslagen verhinderen. Het intrekken van
dergelijke DRM-software heeft geen invloed op het
gebruik van inhoud die is beveiligd met andere
typen DRM of het gebruik van niet door DRM
beveiligde inhoud.
Bij inhoud die is beveiligd met een beheersysteem
voor digitale rechten (DRM) wordt een
bijbehorende activeringssleutel geleverd die uw
rechten om gebruik te maken van de inhoud
definieert.
Als uw apparaat OMA DRM-beveiligde inhoud bevat,
kunt u met de back-upfunctie van de Nokia PC Suite
een back-up van zowel de activeringssleutels als de
inhoud maken. Andere overdrachtsmethoden
kunnen mogelijk de activeringssleutels die samen
met de inhoud hersteld moeten worden niet
overdragen, waardoor u de OMA DRM-beveiligde
inhoud niet weer kunt gebruiken nadat u het
apparaatgeheugen hebt geformatteerd. U moet
mogelijk ook de activeringssleutels herstellen als de
bestanden op uw apparaat beschadigd zijn geraakt.
Als uw apparaat WMDRM-beveiligde inhoud bevat,
zullen zowel de activeringssleutels als de inhoud
verloren gaan als het apparaatgeheugen wordt
geformatteerd. Het is ook mogelijk dat de
activeringssleutels en de inhoud verloren gaan als
de bestanden op uw apparaat beschadigd zijn
Mediamap
73
geraakt. Het verlies van de activeringssleutels of de
inhoud kan uw mogelijkheden beperken om
dezelfde inhoud op uw apparaat weer te gebruiken.
Neem voor meer informatie contact op met uw
serviceprovider.
Mediamap
Sommige activeringssleutels kunnen worden
verbonden met een specifieke SIM-kaart en de
beveiligde inhoud kan alleen worden geopend als
de SIM-kaart in het apparaat is geplaatst.
Maak vervolgens in de hoofdweergave van de
activeringssleutels een keuze uit de volgende
opties:
● Geldige sleutels — Hiermee kunt u sleutels
bekijken die zijn gekoppeld aan een of meer
mediabestanden en sleutels die nog niet geldig
zijn.
● Ong. sleutels — Hiermee kunt u sleutels
bekijken die nog niet geldig zijn. De
gebruiksperiode voor het mediabestand is
verstreken of het apparaat bevat een beschermd
mediabestand zonder de bijbehorende
activeringssleutel.
● Niet-gebr. sl. — Hiermee kunt u sleutels
bekijken waaraan geen mediabestanden zijn
gekoppeld in het apparaat.
Selecteer een ongeldige activeringssleutel en
selecteer Opties > Nieuwe sleutel ophalen als u
meer gebruikstijd wilt kopen of de gebruiksperiode
74
voor een mediabestand wilt verlengen.
Activeringssleutels kunnen niet worden bijgewerkt
als u de ontvangst van webdienstberichten hebt
uitgeschakeld.
webdienstberichten', p. 134.
Ga naar een activeringssleutel en druk op de
bladertoets als u uitgebreide informatie wilt
bekijken, zoals de geldigheidsstatus en de
mogelijkheid het bestand te verzenden.
Zie 'Instellingen voor
Dictafoon
Druk op en selecteer Toepass. > Media >
Dictafoon.
Met Dictafoon kunt u spraakmemo's en
telefoongesprekken opnemen.
Open Dictafoon tijdens een telefoongesprek als u
het gesprek wilt opnemen. Beide deelnemers horen
tijdens de opname elke vijf seconden een toon.
Camera
Als u de hoofdcamera wilt activeren, houdt u de
opnametoets ingedrukt of drukt u op
selecteert u Toepass. > Camera.
Druk op Afsluiten als u de hoofdcamera wilt sluiten.
Informatie over de camera
De Nokia N95 8GB heeft twee camera's: een camera
met een hoge resolutie achter op het apparaat (de
hoofdcamera, tot maximaal 5 megapixels, in de
modus Liggend) en een camera met een lage
resolutie aan de voorkant (de tweede camera in de
modus Staand). U kunt met beide camera's foto's
maken en video's opnemen.
Het apparaat ondersteunt een beeldresolutie van
2592 x 1944 pixels. De beeldresolutie kan in deze
documentatie anders zijn weergegeven.
De afbeeldingen en videoclips worden automatisch
opgeslagen in de map Afb. en video in Galerij. De
foto's die u met de camera maakt, hebben de JPEGindeling. Videoclips worden opgenomen in de
bestandsindeling MPEG-4 met de extensie .mp4 of
in de bestandsindeling 3GPP met de extensie .3gp
en
(kwaliteit voor delen). Zie 'Video-
instellingen', p. 86.
U kunt foto's en videoclips verzenden via een
multimediabericht, als e-mailbijlage of via andere
verbindingsmethoden, zoals een Bluetoothverbinding of een WLAN-verbinding (Wireless LAN).
U kunt deze ook uploaden naar een compatibel
online album.
delen', p. 96.
Selecteer de juiste afbeeldings- of videokwaliteit in
de camera-instellingen als u de grootte van de
afbeelding of videoclip voor verzenden wilt
optimaliseren. Informeer bij uw provider naar de
maximale grootte van MMS- en e-mailberichten.
Zie 'Afbeeldingen en video's online
Foto's maken
Als u de hoofdcamera wilt activeren, houdt u de
opnametoets ingedrukt of drukt u op
selecteert u Toepass. > Camera.
Symbolen van de fotocamera
In de camerazoeker wordt het volgende
weergegeven:
en
Camera
75
Camera
1 — Symbool voor opnamemodus
2 — Actieve werkbalk. Tijdens de opname wordt de
werkbalk niet weergegeven.
werkbalk', p. 76.
3 — Symbool voor batterijniveau
4 — Symbool voor afbeeldingsresolutie, dat
aa ngee ft o f de k wal iteit van de afbeelding Afdr. 5M
– Groot, Afdr. 3M – Normaal, Afdr. 2M –
Normaal, E-mail 0,8M – Norm. of MMS 0,3M –
Klein is. De kwaliteit van een digitaal gezoomde
foto is lager dan die van een niet-gezoomde foto.
5 — Afbeeldingsteller, die een schatting geeft van
het aantal afbeeldingen dat u kunt maken met de
ingestelde afbeeldingskwaliteit en het gebruikte
geheugen. Tijdens de opname wordt de teller niet
weergegeven.
6 — De symbolen voor het apparaatgeheugen (
en het massageheugen (
76
worden opgeslagen.
Zie 'Actieve
) geven aan waar foto's
Actieve werkbalk
De actieve werkbalk bevat snelkoppelingen naar
verschillende items en instellingen voordat en
nadat u een foto maakt of een video opneemt. Ga
naar items en selecteer deze door op de bladertoets
te drukken. U kunt ook opgeven wanneer de actieve
werkbalk moet worden weergegeven in het
scherm.
De standaardinstellingen op de actieve werkbalk
worden hersteld zodra u de camera sluit.
Selecteer Opties > Pictogram weergaven als u de
actieve werkbalk wilt weergeven voordat en nadat
u een foto hebt gemaakt of video opgenomen.
Selecteer Opties > Pictogram verbergen als u de
actieve werkbalk alleen wilt weergeven wanneer u
deze nodig hebt. Alleen de symbolen voor de
opnamemodus en het batterijniveau worden
weergegeven in het scherm. U kunt de actieve
werkbalk inschakelen door op de bladertoets te
drukken. De werkbalk is gedurende vijf seconden
zichtbaar.
Maak in de actieve werkbalk een keuze uit de
volgende opties voordat u een foto maakt of een
video opneemt:
Hiermee schakelt u heen en weer tussen de
)
video- en afbeeldingsmodus.
Hiermee selecteert u de scène.
Hiermee selecteert u de flitsermodus (alleen
afbeeldingen).
Hiermee activeert u de zelfontspanner (alleen
afbeeldingen).
zelfontspanner', p. 80.
Hiermee activeert u de reeksmodus (alleen
afbeeldingen).
maken', p. 80.
Hiermee selecteert u een kleureffect.
Hiermee kunt u het zoekerraster weergeven of
verbergen (alleen afbeeldingen).
Hiermee past u de witbalans aan.
Hiermee past u de belichtingscompensatie aan
(alleen afbeeldingen).
Hiermee past u de scherpheid van het beeld aan
(alleen afbeeldingen).
Hiermee past u het contrast aan (alleen
afbeeldingen).
Hiermee past u de lichtgevoeligheid aan (alleen
afbeeldingen).
De pictogrammen veranderen om de huidige status
van de instelling aan te geven.
De beschikbare opties variëren afhankelijk van de
huidige opnamemodus en weergave.
maken van een foto', p. 78.Zie 'Na het opnemen
van een video', p. 84. De actieve werkbalk in
Zie 'Zelf op de foto met de
Zie 'Een reeks foto's
Zie 'Na het
Galerij heeft diverse opties. Zie 'Actieve
werkbalk', p. 90.
Foto's maken
Houd rekening met het volgende voordat u een foto
maakt:
● Als u de instellingen voor belichting en kleur wilt
wijzigen, gebruikt u de bladertoets om over de
actieve werkbalk te navigeren.
'Standaardinstellingen - kleur en belichting
aanpassen', p. 85. Het opslaan van een
vastgelegde afbeelding kan langer duren als u de
instellingen voor zoomen, belichting of kleur
hebt gewijzigd.
● Als u geheugen voor nieuwe foto's wilt
vrijmaken, kunt u met bijvoorbeeld een
compatibele USB-gegevenskabel bestanden naar
een compatibele pc kopiëren en de bestanden
van het apparaat verwijderen. Wanneer het
geheugen vol is, wordt een bericht weergegeven
en wordt u gevraagd of u het gebruikte
geheugen wilt wijzigen.
Houd rekening met het volgende wanneer u een
foto maakt:
● Gebruik beide handen om de camera stil te
houden.
● De kwaliteit van een digitaal gezoomde foto is
lager dan die van een niet-gezoomde foto.
Zie
Camera
77
● Als u een poosje niet op een toets drukt, wordt
de batterijspaarstand geactiveerd. Druk op de
opnametoets als u wilt doorgaan met het maken
van foto's.
Camera
Neem als volgt een foto:
1. Als de camera in de videomodus staat, selecteert
u de afbeeldingsmodus op de actieve werkbalk.
2. Druk de opnametoets half
in om de focus op een
voorwerp vast te zetten
(alleen hoofdcamera, niet
beschikbaar in
landschap- en
sportscènes). U ziet het
groene symbool voor de
vergrendelde focus op
het scherm. Als de
focusvergrendeling niet lukt, brandt het rode
focussymbool. Laat de opnametoets los en druk
deze nogmaals half in. U kunt ook foto's nemen
zonder de focus te vergrendelen.
3. Druk op de opnametoets om een foto te maken.
Houd het apparaat stil tot de foto is opgeslagen.
Gebruik de zoomtoets van het apparaat om in of uit
te zoomen wanneer u een foto maakt.
Tip: Druk tweemaal op aan de zijkant
78
van het apparaat als u Galerij wilt openen om
de foto's te bekijken die u hebt gemaakt.
Selecteer Opties > Tweede camera gebr. als u de
camera aan de voorkant wilt activeren. Druk op de
bladertoets om een foto te maken. Druk de
bladertoets omhoog of omlaag als u wilt in- of
uitzoomen.
Druk op
geopend wilt houden en andere toepassingen wilt
gebruiken. Houd de opnametoets ingedrukt als u
wilt terugkeren naar de camera.
als u de camera op de achtergrond
Na het maken van een foto
Selecteer de volgende optie op de actieve werkbalk
(alleen beschikbaar als u Opgenomen afb.
weerg. > Aan hebt geselecteerd in de instellingen
van de fotocamera):
● Selecteer Verwijd. (
bewaren.
● Als u de afbeelding wilt verzenden als een
multimediabericht, e-mailbericht of via een
andere verbindingsmethode, bijvoorbeeld een
Bluetooth-verbinding, drukt u op de beltoets of
selecteert u Zenden (
en verzenden', p. 124. Deze optie is niet
beschikbaar tijdens een actief gesprek.
U kunt de foto ook tijdens een actief gesprek
verzenden naar de ontvanger van de oproep.
Selecteer Verzenden naar beller (
beschikbaar tijdens een actieve oproep).
) als u de foto niet wilt
). Zie 'Berichten invoeren
) (alleen
● Selecteer Toevoegen aan Print basket ( ) als
u afbeeldingen wilt toevoegen aan de
afdrukwachtrij (Print basket) om ze later af te
drukken.
● Selecteer
account voor een compatibel online album hebt
ingesteld) als u de afbeelding wilt verzenden
naar een compatibel online album.
'Afbeeldingen en video's online delen', p. 96.
Als u op een foto wilt inzoomen nadat u deze hebt
gemaakt, drukt u op
te openen, en selecteert u de zoomoptie in de lijst
met opties.
Selecteer Opties > Instell. als achtergrond als u
de afbeelding als achtergrond in de modus Actief
standby wilt gebruiken.
Selecteer Opties > Inst. als opr. afb. contct >
Toewijzen aan contact als u de afbeelding wilt
instellen als contactfoto voor een contactpersoon.
Druk op de opnametoets als u wilt terugkeren naar
de zoeker om een nieuwe afbeelding vast te leggen.
(alleen beschikbaar als u een
Zie
om de foto in de Galerij
Flitser
De flitser is alleen beschikbaar in de hoofdcamera.
Houd een veilige afstand aan wanneer u de flitser
gebruikt. Richt de flitser niet van dichtbij op mensen
of dieren. Dek de flitser niet af wanneer u een foto
maakt.
De camera van uw apparaat heeft een LED-flitser
voor omstandigheden met weinig licht. De
volgende flashmodi zijn beschikbaar voor de
camera: Automatisch (
) en Uit ( ).
Aan (
Selecteer in de actieve werkbalk de gewenste
flashmodus als u de flashmodus wilt wijzigen.
), Rde-ogenrd. ( ),
Scènes
Scènes zijn alleen beschikbaar in de hoofdcamera.
Met een scène krijgt u automatisch de juiste
instellingen voor kleur en belichting voor de
huidige omgeving. De instellingen van elke scène
zijn afgestemd op een bepaalde stijl of omgeving.
De standaardscène in de afbeeldingsmodus is
Auto en in de videomodus Automatisch (beide
worden aangegeven met
Als u van scène wilt veranderen, selecteert u
Scènemodus op de actieve werkbalk en selecteert
u een scène.
Ga naar Gebr. gedef. en selecteer Opties >
Wijzigen als u uw eigen scène geschikt wilt maken
voor een bepaalde omgeving. In de door de
gebruiker gedefinieerde scène kunt u verschillende
belichtings- en kleurinstellingen aanpassen.
).
Camera
79
Selecteer Gebaseerd op modus en selecteer de
gewenste scène als u de instellingen van een andere
scène wilt kopiëren. Druk op Terug als u de
wijzigingen wilt opslaan en wilt terugkeren naar de
Camera
lijst met scènes. Als u uw eigen scène wilt activeren,
bladert u naar Gebr. gedef., drukt u op de
bladertoets en selecteert u Selecteren.
Een reeks foto's maken
De reeksmodus is alleen beschikbaar in de
hoofdcamera.
Selecteer Reeksmodus in de actieve werkbalk om
de camera in te stellen om een reeks afbeeldingen
vast te leggen (als er voldoende geheugen
beschikbaar is).
Selecteer Burst om het maken van foto's in een
snelle reeks te starten. Houd vervolgens op de
opnametoets ingedrukt. Er worden foto's gemaakt
totdat u de opnametoets loslaat of er geen
geheugen meer beschikbaar is. Als u de
opnametoets kort indrukt, wordt een reeks van zes
foto's gemaakt.
Als u een reeks van twee of meer foto's volgens een
gedefinieerd interval wilt maken, selecteert u de
gewenste waarde. Druk op de opnametoets om de
foto's te maken. Selecteer Annuleer om te stoppen
met het maken van foto's. Het hangt af van het
80
beschikbare geheugen hoeveel foto's worden
gemaakt.
De gemaakte foto's worden in een raster op het
scherm weergegeven. Druk op de bladertoets om
een foto weer te geven. Als u een tijdsinterval hebt
ingesteld, wordt alleen de foto weergegeven die u
als laatste hebt gemaakt.
U kunt de reeksmodus ook gebruiken in combinatie
met de zelfontspanner.
Druk op de opnametoets als u terug wilt gaan naar
de zoeker in de reeksmodus.
Selecteer Reeksmodus > Enkele opname in de
actieve werkbalk om de reeksmodus uit te
schakelen.
Zelf op de foto met de
zelfontspanner
De zelfontspanner is alleen beschikbaar in de
hoofdcamera. Met de zelfontspanner kunt u een
opname uitstellen zodat u zelf ook op de foto kunt
komen te staan.
Ga naar de actieve werkbalk en selecteer
Zelfontspanner > 2 seconden, 10 seconden of
20 seconden om de vertraging voor de
zelfontspanner in te stellen.
Selecteer Activeren als u de zelfontspanner wilt
activeren. U hoort een signaal wanneer de
zelfontspanner is geactiveerd, en vóór de opname
knippert de vierhoek. De foto wordt gemaakt
wanneer de geselecteerde vertraging is verstreken.
Ga naar de actieve werkbalk en selecteer
Zelfontspanner > Uit om de zelfontspanner uit te
schakelen.
Tip: Ga naar de actieve werkbalk en selecteer
Zelfontspanner > 2 seconden zodat u uw
hand stil kunt houden wanneer u een foto
maakt.
Tips voor het maken van goede
foto's
Beeldkwaliteit
Gebruik de juiste beeldkwaliteit. De camera heeft
diverse modi voor de beeldkwaliteit. Gebruik de
hoogste instelling als u foto's wilt maken van de
allerbeste beeldkwaliteit. Er is echter ook meer
geheugenruimte nodig voor foto's van een betere
beeldkwaliteit. Voor multimediaberichten (MMS) en
e-mailbijlagen moet u misschien de laagste
beeldkwaliteitsmodus kiezen, die is
geoptimaliseerd voor MMS-verzending. U kunt de
kwaliteit definiëren in de camera-instellingen.
'Instellingen van fotocamera aanpassen', p. 84.
Zie
Achtergrond
Gebruik een eenvoudige achtergrond. Voor
portretten en andere foto's met mensen, moet u
erop letten dat het onderwerp zich niet tegen een
rommelige of complexe achtergrond bevindt,
waardoor de aandacht van het onderwerp wordt
afgeleid. Verplaats de camera of het onderwerp als
aan deze voorwaarden niet wordt voldaan. Plaats
de camera dichter bij het object om duidelijkere
portretten te maken.
Diepte
Wanneer u landschappen fotografeert, kunt u
diepte aan foto's toevoegen door objecten op de
voorgrond te plaatsen. Als het object op de
voorgrond zich te dicht bij de camera bevindt, kan
het wazig worden.
Lichtomstandigheden
Een verandering van de bron, hoeveelheid en
richting van het licht kan een foto aanzienlijk
beïnvloeden. Hier volgen enkele veelvoorkomende
lichtomstandigheden:
● Lichtbron achter het onderwerp. Plaats het
onderwerp nooit vóór een sterke lichtbron. Als
de lichtbron achter het onderwerp of zichtbaar
in het display staat, heeft de resulterende foto
mogelijk een te zwak contrast, is de foto te
donker of bevat deze ongewenste lichteffecten.
Camera
81
● Onderwerp wordt van opzij belicht. Een sterke
belichting van opzij geeft een dramatisch effect,
maar is soms te schril, wat te veel contrast
oplevert.
Camera
● Lichtbron vóór het onderwerp. Fel zonlicht kan
tot gevolg hebben dat de personen hun ogen
dichtknijpen. Bovendien is het contrast vaak te
groot.
● Optimale belichting vindt u in situaties met veel
diffuus, zacht licht, bijvoorbeeld op een heldere
of lichtbewolkte dag of op een zonnige dag in de
schaduw van bomen.
Video-opname
Als u de hoofdcamera wilt activeren, houdt u de
opnametoets ingedrukt of drukt u op
selecteert u Toepass. > Camera.
Symbolen voor video-opnamen
In de videozoeker wordt het volgende
weergegeven:
82
en
1 — Symbool voor opnamemodus
2 — Symbool voor ingeschakelde geluiddemping
3 — Actieve werkbalk. Tijdens de opname wordt de
werkbalk niet weergegeven.
werkbalk', p. 76.
4 — Symbool voor batterijniveau
5 — Symbool voor de videokwaliteit, dat aangeeft
of de kwaliteit van de video TV hoge kwaliteit, TV
normale kwaliteit, E-mail hoge kwalit., E-mail
norm. kwalit. of Kwaliteit voor delen is.
6 — Het bestandstype van de videoclip
7 — De totale beschikbare tijd voor de video-
opname. Tijdens de opname geeft het symbool voor
de huidige videolengte ook de verstreken en
resterende tijd aan.
8 — De symbolen voor het apparaatgeheugen (
en het massageheugen (
worden opgeslagen
Zie 'Actieve
) geven aan waar video's
)
9 — De videostabilisatie is ingeschakeld ( ). Zie
'Video-instellingen', p. 86.
Selecteer Opties > Pictogram weergaven als u
alle zoekersymbolen wilt weergeven. Selecteer
Pictogram verbergen als u alleen de
videosymbolen en tijdens de opname de
beschikbare opnametijd, de zoombalk bij gebruik
van de zoomfunctie en de selectietoetsen wilt
weergeven.
Video's opnemen
Denk aan het volgende voordat u een video
opneemt:
● Blader door de actieve werkbalk om de
belichtings- en kleurinstellingen aan te passen.
Zie 'Standaardinstellingen - kleur en belichting
aanpassen', p. 85.Zie 'Scènes', p. 79.
● Als u geheugen voor nieuwe videoclips wilt
vrijmaken, kunt u met bijvoorbeeld een
compatibele USB-gegevenskabel bestanden naar
een compatibele pc kopiëren en de bestanden
van het apparaat verwijderen. Wanneer het
geheugen vol is, wordt een bericht weergegeven
en wordt u gevraagd of u het gebruikte
geheugen wilt wijzigen.
Ga als volgt te werk om een video op te nemen:
1. Als de camera in de afbeeldingsmodus staat,
selecteert u de videomodus op de actieve
werkbalk.
2. Druk op de opnametoets om de opname te
starten. Het rode opnamepictogram (
weergegeven en er klinkt een geluidssignaal om
aan te geven dat de opname is gestart.
3. U kunt de opname op elk gewenst moment
onderbreken door op Pauze te drukken. De
video-opname wordt automatisch gestopt als u
de opname onderbreekt en gedurende één
minuut niet op een toets drukt. Selecteer
Doorgaan om de opname te hervatten.
Gebruik de zoomtoets van het apparaat als u op
het onderwerp wilt in- of uitzoomen.
4. Selecteer Stop om de opname te stoppen. De
videoclip wordt automatisch opgeslagen in de
map Afb. en video van Galerij. De
maximumlengte van de videoclip hangt af van
het beschikbare geheugen.
Selecteer Opties > Tweede camera gebr. als u de
camera aan de voorkant wilt activeren. Druk op de
bladertoets om het opnemen van een video te
starten. Druk de bladertoets omhoog of omlaag als
u wilt in- of uitzoomen.
) wordt
Camera
83
Na het opnemen van een video
Nadat u een videoclip hebt opgenomen, selecteert
u het volgende op de actieve werkbalk (alleen
Camera
beschikbaar als Opgenomen video tonen is
ingesteld op Aan in de video-instellingen):
● Selecteer Afspelen (
opgenomen videoclip meteen wilt afspelen.
● Selecteer Verwijd. (
bewaren.
● Als u de videoclip wilt verzenden als een
multimediabericht, e-mailbericht of via een
andere verbindingsmethode, bijvoorbeeld een
Bluetooth-verbinding, drukt u op de beltoets of
selecteert u Zenden (
en verzenden', p. 124.Zie 'Gegevens verzenden
met behulp van Bluetooth-connectiviteit', p. 40.
Deze optie is niet beschikbaar tijdens een actief
gesprek. Videoclips in MP4-indeling kunnen
mogelijk niet als multimediabericht worden
verzonden.
U kunt de videoclip ook tijdens een actief gesprek
verzenden naar de ontvanger van het gesprek.
Selecteer Verzenden naar beller (
beschikbaar tijdens een actieve oproep).
84
● Selecteer
account voor een compatibel online album hebt
ingesteld) als u de videoclip wilt uploaden naar
(alleen beschikbaar als u een
) als u de zojuist
) als u de video niet wilt
). Zie 'Berichten invoeren
) (alleen
een compatibel online album. Zie 'Afbeeldingen
en video's online delen', p. 96.
● Druk op de opnametoets om terug te gaan naar
de zoeker en een nieuwe videoclip op te nemen.
Camera-instellingen
U kunt twee soorten instellingen gebruiken voor de
camera: standaardinstellingen en
begininstellingen. Als u de camera sluit, worden de
standaardinstellingen voor video's weer hersteld,
terwijl de begininstellingen gehandhaafd blijven
totdat u deze weer wijzigt. Gebruik de opties op de
actieve werkbalk als u de standaardinstellingen wilt
wijzigen.
belichting aanpassen', p. 85. Ga naar de
afbeeldings- of videomodus en selecteer Opties >
Instellingen als u de begininstellingen wilt
wijzigen.
Instellingen van fotocamera
aanpassen
Selecteer Opties > Instellingen in de
afbeeldingsmodus en maak een keuze uit de
volgende opties als u de begininstellingen wilt
wijzigen:
● Afbeeldingskwaliteit — Selecteer Afdr. 5M –
Zie 'Standaardinstellingen - kleur en
Groot (resolutie van 2592 x 1944), Afdr. 3M –
Normaal (resolutie van 2048 x 1536), Afdr. 2M
– Normaal (resolutie van 1600 x 1200), E-mail
0,8M – Norm. (resolutie van 1024 x 768) of MMS
0,3M – Klein (resolutie van 640 x 480). Hoe hoger
de kwaliteit is, des te meer geheugenruimte de
afbeelding inneemt. Selecteer Afdr. 5M – Groot,
Afdr. 3M – Normaal of Afdr. 2M – Normaal als
u de afbeelding wilt afdrukken. Selecteer E-mail
0,8M – Norm. als u de afbeelding per e-mail wilt
verzenden. Selecteer MMS 0,3M – Klein als u de
afbeelding wilt verzenden als een
multimediabericht.
Deze resoluties zijn alleen beschikbaar in de
hoofdcamera.
● Toevoegen aan album — Hiermee geeft u aan
of u d e fot o wil t ops laan in een bepaald album in
Galerij. Als u Ja selecteert, wordt een lijst met
beschikbare albums geopend.
● Opgenomen afb. weerg. — Selecteer Aan als
u de vastgelegde afbeelding wilt bekijken nadat
u deze hebt gemaakt of selecteer Uit als u direct
wilt doorgaan met het maken van foto's.
● Stand.naam afbeelding — Hiermee geeft u de
standaardnaam voor de vastgelegde
afbeeldingen op.
● Uitgebr. digitale zoom (alleen hoofdcamera)
— Selecteer Aan (continu) als u traploos
digitaal en uitgebreid digitaal wilt zoomen, Aan
(onderbroken) als u in digitale en uitgebreide
digitale stappen wilt zoomen en Uit als u beperkt
wilt zoomen terwijl de beeldresolutie behouden
blijft.
● Opnametoon — Hiermee selecteert u de toon
die moet klinken bij het maken van een foto.
● Gebruikt geheugen — Hiermee geeft u op waar
afbeeldingen moeten worden opgeslagen.
● Afbeelding roteren — Selecteer of u
afbeeldingen die zijn genomen vanuit een
rechtopstaande positie van het apparaat wilt
draaien wanneer u deze in Galerij opent.
● Instellingen herstellen — Selecteer Ja als u de
camera weer wilt instellen op de
standaardwaarden.
Standaardinstellingen - kleur en
belichting aanpassen
Als u de kleuren en belichting van de camera
nauwkeuriger wilt instellen of als u effecten wilt
toevoegen aan uw foto's of video's, bladert u over
de actieve werkbalk en maakt u een keuze uit de
volgende opties:
● Flitsermodus (
afbeeldingen) — Hiermee selecteert u de
gewenste flitsermodus.
● Kleurtoon (
kleureffect in de lijst.
) (alleen
) — Hiermee selecteert u een
Camera
85
● Witbalans ( ) — Hiermee selecteert u de
huidige belichtingssituatie in de lijst. Met behulp
van deze optie kunt u de kleuren van de camera
nauwkeuriger instellen.
Camera
● Belichtingscompensatie (
afbeeldingen) — Als u een opname maakt van
een donker onderwerp tegen een zeer lichte
achtergrond, zoals sneeuw, stelt u de belichting
in op +1 of +2 om de helderheid van de
achtergrond te compenseren. Gebruik -1 of -2
voor lichte voorwerpen tegen een donkere
achtergrond.
● Scherpheid (
scherpheid van de foto aan.
● Contrast (
verschil aan tussen de lichtste en donkerste
delen van de foto.
● Lichtgevoeligheid (
— Verhoog de lichtgevoeligheid bij weinig licht
om de kans op te donkere afbeeldingen te
verminderen.
De schermweergave wordt aangepast aan de
nieuwe instellingen, zodat u ziet hoe de foto's of
video's eruit komen te zien.
De beschikbare instellingen zijn afhankelijk van de
geselecteerde camera.
De instellingen zijn cameraspecifiek, dus als u de
instellingen van de tweede camera wijzigt, worden
86
de instellingen van de hoofdcamera niet gewijzigd.
) (alleen afbeeldingen) — Pas de
) (alleen afbeeldingen) — Pas het
) (alleen
) (alleen afbeeldingen)
De instellingen zijn tevens opnamemodusspecifiek,
dus als u de instellingen in de afbeeldingsmodus
wijzigt, worden de instellingen in de videomodus
niet gewijzigd. De gedefinieerde instellingen
worden niet opnieuw ingesteld als u schakelt
tussen de modi.
Wanneer u de camera sluit, worden de
standaardinstellingen weer actief.
Als u een nieuwe scène selecteert, worden de kleuren belichtingsinstellingen vervangen door de
geselecteerde scène. U kunt de instellingen zo
nodig wijzigen nadat u een scène hebt
geselecteerd.
Video-instellingen
Selecteer Opties > Instellingen in de videomodus
en maak een keuze uit de volgende opties als u de
begininstellingen wilt wijzigen:
● Videokwaliteit — Stel de kwaliteit van de
videoclip in op TV hoge kwaliteit, TV normale
kwaliteit, E-mail hoge kwalit., E-mail norm.
kwalit. (standaardkwaliteit voor afspelen via uw
handset) of Kwaliteit voor delen. Selecteer TV
hoge kwaliteit of TV normale kwaliteit als u
de videofilm op een compatibele televisie of pc
wilt bekijken. U gebruikt dan de VGA-resolutie
(640 x 480) en de bestandsindeling .MP4.
Videoclips in MP4-indeling kunnen mogelijk niet
als multimediabericht worden verzonden. Als u
de videoclip wilt verzenden in een
multimediabericht, selecteert u Kwaliteit voor
delen, met een QCIF-resolutie en de
bestandsindeling .3gp.
● Videostabilisatie — Selecteer Aan als u het
bewegen van de camera tijdens de videoopname wilt tegengaan.
● Geluidsopname — Selecteer Dempen als u
geen geluid wilt opnemen.
● Toevoegen aan album — Geef aan of u de
opgenomen videoclip wilt toevoegen aan een
bepaald album in Galerij. Selecteer Ja als u een
lijst met beschikbare albums wilt openen.
● Opgenomen video tonen — Geef aan of u het
eerste beeld van de opgenomen videoclip wilt
weergeven zodra de opname is voltooid.
Selecteer Afspelen op de actieve werkbalk
(hoofdcamera) of Opties > Afspelen (tweede
camera) als u de videoclip wilt bekijken.
● Standaardnaam video — Geef de
standaardnaam voor de vastgelegde videoclips
op.
● Gebruikt geheugen — Hier geeft u op waar
video's moeten worden opgeslagen.
● Instellingen herstellen — Selecteer Ja als u de
camera weer wilt instellen op de
standaardwaarden.
Camera
87
Galerij
Galerij
Druk op en selecteer Galerij als u afbeeldingen,
video- en geluidsclips en koppelingen naar
streaming media wilt opslaan en indelen, of
bestanden wilt delen met andere compatibele
UPnP-apparaten (Universal Plug and Play) via een
WLAN.
Tip: Druk op aan de zijkant van het
apparaat als u zich in een andere toepassing
bevindt en de laatst opgeslagen foto in Galerij
wilt bekijken. Druk nogmaals op deze
weergavetoets als u de hoofdweergave van
de map Afb. en video wilt openen.
Bestanden weergeven en
organiseren
Druk op en selecteer Galerij.
Selecteer Afb. en video
Geluidsclips
Presentaties
druk op de bladertoets om het item te openen.
88
, Streaming kop.,
of Alle bestanden in Galerij en
, Tracks ,
U kunt mappen openen en
hierin bladeren. Daarnaast
kunt u items markeren,
kopiëren en naar mappen
verplaatsen. U kunt ook
albums maken en items in
de albums markeren,
kopiëren en toevoegen.
Zie 'Albums', p. 90.
Druk op de bladertoets om
een bestand te openen.
Videoclips, RAMbestanden en koppelingen naar streaming-media
worden geopend en afgespeeld in RealPlayer, en
muziek- en geluidsclips in Muziekspeler.
'RealPlayer ', p. 68.Zie 'Muziekspeler', p. 55.
Zie
Afbeeldingen en videoclips
Afbeeldingen en video's
weergeven
Als u uw afbeeldingen en videoclips wilt
weergeven, drukt u op
Afb. en video.
en selecteert u Galerij >
Foto's die zijn gemaakt en videoclips die zijn
opgenomen met de camera van uw apparaat,
worden opgeslagen in Afb. en video. Afbeeldingen
en videoclips kunnen ook naar u worden verzonden
in een multimediabericht, als e-mailbijlage, via een
Bluetooth-verbinding of via infrarood. Als u een
ontvangen afbeelding of videoclip in Galerij of in
RealPlayer wilt kunnen weergeven, moet u deze
eerst opslaan.
De videoclips die zijn opgeslagen in Nokia Video
Centre, worden niet weergegeven in Afb. en
video in Galerij.
De bestanden met
afbeeldingen en
videoclips in Afb.
en video worden
opeenvolgend op
datum en tijd
weergegeven. Het
aantal bestanden
wordt
weergegeven. Bekijk de bestanden één voor één
door naar links of rechts te bladeren met de
bladertoets. Als u de bestanden in groepen wilt
weergeven, bladert u omhoog of omlaag met de
bladertoets.
Druk op de bladertoets om een bestand te openen.
Druk wanneer een afbeelding is geopend op de
zoomtoets aan de zijkant van het apparaat als u op
Zie 'Nokia Videocentrum', p. 45.
de afbeelding wilt inzoomen. De zoomfactor wordt
niet permanent opgeslagen.
Als u wilt dat de weergave automatisch op basis van
de richting van het apparaat wordt gedraaid,
activeert u de weergaverotatie in de instellingen.
Zie 'Persoonlijke instellingen', p. 166.
Selecteer Opties > Bewerken als u een videoclip
of foto wilt bewerken.
bewerken', p. 92.
Als u uw afbeeldingen wilt afdrukken op een
compatibele printer, selecteert u Opties >
Afdrukken.
kunt ook afbeeldingen toevoegen aan Print basket
in Galerij zodat u ze later kunt afdrukken.
basket', p. 91.
Zie 'Afbeeldingen afdrukken', p. 95. U
Zie 'Afbeeldingen
Zie 'Print
Afbeeldingen en video's
organiseren
Selecteer Opties > Albums > Naar album als u
een afbeelding of videoclip wilt toevoegen aan een
album in Galerij.
Als u een afbeelding later wilt afdrukken, selecteert
u de afbeelding en Tv. aan afdr. wachtrij op de
actieve werkbalk .
Als u een foto als achtergrondafbeelding wilt
gebruiken, selecteert u de foto en Opties >
Afbeelding gebruiken > Inst. als achtergrond.
Zie 'Albums', p. 90.
Zie 'Print basket', p. 91.
Galerij
89
Als u een afbeelding of videoclip wilt verwijderen,
selecteert u Opties > Verwijderen.
Sommige opties zijn ook beschikbaar via de actieve
Galerij
werkbalk (beschikbaar wanneer u een afbeelding of
videoclip opent).
Zie 'Actieve werkbalk', p. 90.
Actieve werkbalk
In de map Afb. en video kunt u de actieve werkbalk
gebruiken als een snelkoppeling naar verschillende
taken. De actieve werkbalk is alleen beschikbaar
wanneer u een afbeelding of videoclip hebt
geselecteerd.
Navigeer in de actieve werkbalk omhoog of omlaag
naar verschillende items en selecteer deze door op
de bladertoets te drukken. De beschikbare opties
variëren afhankelijk van de huidige status en het
feit of u een afbeelding of videoclip hebt
geselecteerd.
De standaardinstellingen op de actieve werkbalk
worden hersteld zodra u de camera sluit.
Selecteer Opties > Pictogram weergaven als u de
actieve werkbalk altijd in het display wilt
weergeven.
Selecteer Opties > Pictogram verbergen als u de
actieve werkbalk alleen wilt weergeven wanneer u
deze nodig hebt. U kunt de actieve werkbalk
inschakelen door op de bladertoets te drukken.
90
Maak een keuze uit de volgende opties:
Hiermee speelt u de geselecteerde videoclip af.
Hiermee verzendt u de geselecteerde afbeelding
of videoclip.
Hiermee laadt u de geselecteerde afbeelding of
videoclip naar een compatibel online album (alleen
beschikbaar als u een account voor een compatibel
online album hebt ingesteld).
video's online delen', p. 96.
of Hiermee voegt u een afbeelding toe aan of
verwijdert u deze uit de afdrukwachtrij (Print
basket).
afbeeldingen.
afbeelding of videoclip.
De beschikbare opties kunnen variëren afhankelijk
van de huidige weergave.
Zie 'Print basket', p. 91.
Hiermee drukt u de weergegeven afbeelding af.
Hiermee start u een diavoorstelling van uw
Hiermee verwijdert u de geselecteerde
Zie 'Afbeeldingen en
Albums
U kunt afbeeldingen en videoclips eenvoudig
beheren in albums. Selecteer Afb. en video >
Opties > Albums > Albums weergeven als u de
lijst met albums in Galerij wilt weergeven.
Selecteer Opties > Nieuw album als u in de
lijstweergave voor albums een nieuw album wilt
maken.
Ga naar een foto of videoclip en selecteer Opties >
Albums > Naar album als u deze wilt toevoegen
aan een album in Galerij. Er verschijnt een lijst met
albums. Selecteer het album waaraan u de
afbeelding of videoclip wilt toevoegen. Het item dat
u aan het album hebt toegevoegd, blijft zichtbaar
in Afb. en video in Galerij.
Als u een bestand uit een album wilt verwijderen,
opent u het album, bladert u naar het bestand en
drukt u op C. Het bestand wordt niet verwijderd uit
Afb. en video in Galerij.
Print basket
U kunt afbeeldingen toevoegen aan de
afdrukwachtrij (Print basket) en deze later
afdrukken op een compatibele printer of in een
compatibele afdrukkiosk, indien beschikbaar.
'Afbeeldingen afdrukken', p. 95. De toegevoegde
afbeeldingen worden aangeduid met
video en de betreffende albums.
Selecteer een afbeelding en Tv. aan afdr.
wachtrij in de actieve werkbalk als u een
afbeelding later wilt afdrukken.
Als u de afbeeldingen in Print basket wilt
weergeven, selecteert u
in Afb. en video (alleen
Zie
in Afb. en
beschikbaar wanneer u afbeeldingen aan Print
basket hebt toegevoegd) of Opties >
Afdrukken > Print basket weerg..
Als u een afbeelding uit Print basket wilt
verwijderen, selecteert u een afbeelding in Afb. en
video of in een album en selecteert u Opties >
Verwijd. uit basket.
Diavoorstelling
Als u uw afbeeldingen als een diavoorstelling wilt
weergeven, selecteert u een afbeelding in Galerij en
selecteert u Diavoorstelling starten (
actieve werkbalk. De diavoorstelling begint met het
geselecteerde bestand.
Als u alleen de geselecteerde afbeeldingen als een
diavoorstelling wilt weergeven, selecteert u
Opties > Markeringen aan/uit > Markeren om
afbeeldingen te markeren, en Opties >
Diavoorstelling > Starten om de diavoorstelling
te starten.
Maak een keuze uit de volgende opties:
● Onderbreken — Hiermee onderbreekt u de
diavoorstelling.
● Doorgaan — Hiermee hervat u de
diavoorstelling.
● Einde — Hiermee sluit u de diavoorstelling.
) op de
Galerij
91
Blader naar links of rechts door de afbeeldingen met
de bladertoets.
U kunt de instellingen van de diavoorstelling
Galerij
wijzigen voordat u de diavoorstelling start.
Selecteer Opties > Diavoorstelling >
Instellingen en maak een keuze uit de volgende
opties:
● Muziek — Hiermee voegt u geluid toe aan de
diavoorstelling. Selecteer Aan of Uit.
● Nummer — Hiermee selecteert u een
muziekbestand in de lijst.
● Vertraging tussen dia's — Hiermee wijzigt u
het tempo van de diavoorstelling.
● Zoomen en pannen — Hiermee kunt u de dia's
soepel in elkaar laten overlopen en kunt u
willekeurig in- en uitzoomen op de afbeeldingen
in Galerij.
Gebruik de volumetoets van het apparaat als u het
volume tijdens de diavoorstelling wilt aanpassen.
Afbeeldingen bewerken
Afbeeldingseditor
Selecteer Opties > Bewerken als u foto's nadat
deze zijn gemaakt of foto's die al zijn opgeslagen in
de galerij wilt bewerken. De afbeeldingseditor
wordt geopend.
92
Selecteer Opties > Effect toepassen om een raster
te openen waarin u verschillende bewerkingsopties
kunt selecteren aan de hand van kleine
pictogrammen. U kunt de afbeelding bijsnijden en
draaien; de helderheid, de kleur, het contrast en de
resolutie aanpassen en effecten, tekst, illustraties
of een kader aan de foto toevoegen.
Afbeeldingen bijsnijden
Als u een afbeelding wilt bijsnijden, selecteert u
Opties > Effect toepassen > Snijden en kiest u
in de lijst een vooraf gedefinieerde
beeldverhouding. Als u de afbeelding handmatig
wilt bijsnijden, selecteert u Handmatig.
Als u Handmatig selecteert, wordt in de
linkerbovenhoek van de afbeelding een kruis
weergegeven. Gebruik de bladertoets om het
gebied te selecteren dat u wilt bijsnijden en
selecteer Instellen. Er verschijnt een tweede kruis
in de rechterbenedenhoek. Selecteer wederom het
gebied dat u wilt bijsnijden. Selecteer Terug als u
het eerste geselecteerde gebied wilt aanpassen.
Tezamen vormen de geselecteerde gebieden een
rechthoek ter grootte van de bijgesneden
afbeelding.
Als u een vooraf gedefinieerde beeldverhouding
hebt gekozen, selecteert u de linkerbovenhoek van
het gebied dat u wilt bijsnijden. Met de bladertoets
kunt u het formaat van het gemarkeerde gebied
wijzigen. Druk op de bladertoets om het
geselecteerde gebied te bevriezen. Met de
bladertoets kunt u het gebied binnen de foto
verplaatsen. Druk op de bladertoets om het gebied
te selecteren dat u wilt bijsnijden.
Rode ogen reduceren
Selecteer Opties > Effect toepassen > Rode-
ogenreductie als u de roodheid van ogen in een
afbeelding wilt verminderen.
Verplaats het kruis naar het oog en druk op de
bladertoets. Er verschijnt een lus in het scherm.
Gebruik de bladertoets om het formaat van de lus
te wij zig en zo dat h et o og er pre cies in p ast . Dru k op
de bladertoets om de roodheid te reduceren. Druk
op Gereed als u klaar bent met het bewerken van
de afbeelding.
Druk op Terug als u de wijzigingen wilt opslaan en
wilt terugkeren naar Afb. en video.
Handige sneltoetsen
U kunt de volgende sneltoetsen gebruiken bij het
bewerken van afbeeldingen:
● Druk op * voor een afbeelding op het volledige
scherm. Druk nogmaals op * als u wilt terugkeren
naar de normale weergave.
● Druk op 3 of 1 als u een afbeelding naar rechts of
naar links wilt draaien.
● Druk op 5 of 0 als u wilt in- of uitzoomen.
● Druk de bladertoets omhoog, omlaag, naar links
of naar rechts als u wilt schuiven in een
ingezoomde afbeelding.
Video's bewerken
Als u de videoclips in Galerij wilt bewerken, gaat u
naar een videoclip en selecteert u Opties >
Bewerken en een bewerkingsoptie.
De video-editor ondersteunt videobestanden in de
indelingen .3GP en .MP4 en geluidsbestanden in de
indelingen .AAC, .AMR, .MP3 en .WAV. De editor
ondersteunt niet noodzakelijkerwijs alle
kenmerken of alle variaties van
bestandsindelingen.
TV out-modus
U kunt opgenomen afbeeldingen en videoclips
bekijken op een compatibele tv met behulp van een
Nokia Video Connectivity-kabel.
Voordat u de afbeeldingen en videoclips op tv
weergeeft, moet u de TV out-instellingen voor het
betreffende televisiesysteem en de
Galerij
93
beeldverhouding mogelijk configureren. Zie
'Instellingen voor toebehoren', p. 167.
Ga als volgt te werk als u afbeeldingen en videoclips
Galerij
op tv wilt weergeven:
1. Verbind de Nokia Video Connectivity-kabel met
de video-invoeraansluiting van een compatibele
tv.
2. Verbind het andere uiteinde van de Nokia Video
Connectivity-kabel met de Nokia AV-aansluiting
van het apparaat.
3. Mogelijk moet u de kabelmodus selecteren.
4. Druk op
video en het bestand dat u wilt bekijken.
De
afbeeldingen
worden
weergegeven
in de
afbeeldingsviewer en de videoclips worden
afgespeeld in RealPlayer.
Wanneer de Nokia Video Connectivity-kabel op het
apparaat is aangesloten, wordt alle audio (inclusief
de actieve oproepen, het stereogeluid van
videoclips, de toetstoon en de beltoon) naar de
94
en selecteer Galerij > Afb. en
televisie verzonden. U kunt de microfoon van het
apparaat normaal blijven gebruiken.
Voor alle toepassingen in een andere map dan Afb.
en video in Galerij en RealPlayer, ziet u op de tv wat
wordt weergegeven in het scherm van het
apparaat.
De geopende afbeelding wordt in een volledig
scherm weergegeven op de tv. Wanneer u een
afbeelding in de miniatuurweergave opent terwijl
de ze op de tv wor dt wee rg ege ve n, i s i nzo om en ni et
beschikbaar.
Wanneer u een geselecteerde videoclip opent,
wordt deze door RealPlayer weergegeven in het
scherm van het apparaat en op de tv.
', p. 68.
U k unt af beeldi ngen op de tv w eerge ven in de v orm
van een diapresentatie. Alle items in een album of
gemarkeerde afbeeldingen worden in een volledig
scherm weergegeven op de tv terwijl de
geselecteerde muziek wordt afgespeeld.
'Diavoorstelling', p. 91.
De kwaliteit van het tv-beeld kan verschillen als
gevolg van de verschillende resoluties van de
apparaten.
Draadloze radiosignalen zoals inkomende
oproepen, kunnen storingen in het beeld van de tv
veroorzaken.
Zie 'RealPlayer
Zie
Presentaties
Bij presentaties kunt u SVG-bestanden (Scalable
Vector Graphics) bekijken, zoals cartoons en
kaarten. SVG-afbeeldingen blijven er hetzelfde
uitzien wanneer deze worden afgedrukt of worden
bekeken bij een andere schermgrootte of resolutie.
Als u SVG-bestanden wilt bekijken, druk dan op
en selecteer Galerij > Presentaties. Ga naar
een afbeelding en selecteer Opties > Afspelen.
Selecteer Opties > Onderbreken als u het
afspelen wilt onderbreken.
Druk op 5 als u wilt inzoomen. Druk op 0 als u wilt
uitzoomen.
Druk op 1 of 3 als u een afbeelding respectievelijk
naar rechts of naar links wilt draaien. Druk op 7 of
9 als u de afbeelding 45 graden wilt draaien.
Druk op* als u wilt schakelen tussen een volledig en
een normaal scherm.
Afbeeldingen afdrukken
Afbeeldingen afdrukken
Als u afbeeldingen wilt afdrukken via Afbeeldingen
afdrukken, selecteert u de gewenste afbeelding en
vervolgens de afdrukoptie in Galerij, de camera, de
afbeeldingseditor of de afbeeldingsviewer.
Gebruik Afbeeldingen afdrukken om uw
afbeeldingen af te drukken met behulp van een
compatibele USB-gegevenskabel of Bluetoothconnectiviteit. U kunt ook afbeeldingen afdrukken
via een WLAN.
U kunt alleen afbeeldingen in JPEG-indeling
afdrukken. De foto's die met de camera worden
gemaakt, worden automatisch opgeslagen in JPEGindeling.
Printer selecteren
Als u afbeeldingen wilt afdrukken via Afbeeldingen
afdrukken, selecteert u de gewenste afbeelding en
vervolgens de afdrukoptie in Galerij, de camera, de
afbeeldingseditor of de afbeeldingsviewer.
Wanneer u Afbeeldingen afdrukken de eerste keer
gebruikt, wordt een lijst met beschikbare
compatibele printers weergegeven nadat u de
afbeelding hebt geselecteerd. Selecteer een printer.
De printer wordt ingesteld als de standaardprinter.
Als u wilt afdrukken op een printer die compatibel
is met PictBridge, sluit u de compatibele
gegevenskabel aan voordat u de afdrukoptie
selecteert. Vervolgens controleert u of de
gegevenskabelmodus is ingesteld op Afb.
afdrukken of Vragen bij verbind..
'USB', p. 43. De printer wordt automatisch
weergegeven als u de afdrukoptie selecteert.
Zie
Galerij
95
Als de standaardprinter niet beschikbaar is, wordt
een lijst met beschikbare afdrukapparaten
weergegeven.
Galerij
Selecteer Opties > Instellingen >
Standaardprinter als u de standaardprinter wilt
wijzigen.
Afdrukvoorbeeld
Nadat u de printer hebt geselecteerd, worden de
geselecteerde afbeeldingen weergegeven met
vooraf gedefinieerde indelingen.
Als u de indeling wilt wijzigen, drukt u de
bladertoets naar links of rechts om door de
beschikbare indelingen voor de geselecteerde
printer te bladeren. Als de afbeeldingen niet op één
pagina passen, drukt u de bladertoets omhoog of
omlaag om de overige pagina's te bekijken.
Afdrukinstellingen
De beschikbare opties variëren, afhankelijk van de
mogelijkheden van de printer die u hebt
geselecteerd.
Selecteer Opties > Standaardprinter als u een
standaardprinter wilt instellen.
Selecteer Papierformaat, het gewenste
papierformaat in de lijst en OK als u het formaat wilt
selecteren. Selecteer Annuleer als u wilt
96
terugkeren naar de vorige weergave.
PrintOnline
Met PrintOnline kunt u online afdrukken van uw
afbeeldingen bestellen en direct laten bezorgen bij
u thuis of in een winkel waar u deze kunt ophalen.
U kunt ook verschillende producten met de
geselecteerde afbeelding bestellen, zoals mokken
of muismatten. Welke producten beschikbaar zijn,
is afhankelijk van de serviceprovider.
Als u PrintOnline wilt gebruiken, moet minimaal
één configuratiebestand van een afdrukservice zijn
geïnstalleerd. U kunt de bestanden verkrijgen bij
providers van afdrukdiensten die PrintOnline
ondersteunen.
Raadpleeg de handleidingen op de
productondersteuningspagina's van Nokia of op uw
lokale Nokia-website voor meer informatie over
deze toepassing.
Afbeeldingen en video's
online delen
U kunt afbeeldingen en videoclips delen in
compatibele online albums, weblogs of andere
compatibele online diensten op internet. U kunt
inhoud uploaden, een niet-voltooide post opslaan
als concept en later doorgaan en de inhoud van de
albums weergeven. Welke inhoudstypen worden
ondersteund, is afhankelijk van de serviceprovider.
Voordat u afbeeldingen en video's online kunt
delen, moet u zich abonneren op de dienst via een
serviceprovider voor het delen van online
afbeeldingen. Vervolgens moet u een nieuwe
account maken. U kunt zich meestal op de
betreffende dienst abonneren via de webpagina
van de serviceprovider. Neem contact op met uw
serviceprovider voor details over het abonneren op
de dienst.
Als u een bestand vanuit Galerij naar de online
dienst wilt uploaden, drukt u op
Galerij > Afb. en video. Blader naar het gewenste
bestand en selecteer Opties > Zenden > Posten
naar web, of selecteer het bestand en
actieve werkbalk.
Ga naar de productondersteuningspagina's van
Nokia of uw lokale Nokia-website voor meer
informatie over de toepassing en compatibele
serviceproviders.
en selecteert u
vanuit de
Eigen netwerk
Informatie over het eigen
netwerk
Het apparaat is compatibel met de UPnParchitectuur (Universal Plug and Play). Met een
WLAN-toegangspunt of -router kunt u een eigen
netwerk maken en compatibele UPnP-apparaten op
het netwerk aansluiten die WLAN's ondersteunen,
zoals het apparaat, een compatibele pc, een
compatibele printer, een compatibel
geluidssysteem, een compatibele tv of een
geluidssysteem of tv voorzien van een compatibele
draadloze multimedia-ontvanger.
Als u de WLAN-functie van het apparaat in een eigen
netwerk wilt gebruiken, hebt u een werkend LAN
nodig, moeten de andere apparaten geschikt zijn
voor UPnP en verbinding hebben met hetzelfde
netwerk.
In het eigen netwerk worden de
beveiligingsinstellingen van de WLAN-verbinding
gebruikt. Gebruik de voorziening voor het eigen
netwerk in een WLAN-infrastructuurnetwerk met
een WLAN-toegangspunt en ingeschakelde
codering.
U kunt mediabestanden die zijn opgeslagen in
Galerij, delen met andere compatibele UPnPapparaten via het eigen netwerk. Als u de
instellingen van het eigen netwerk wilt beheren,
drukt u op
Connect. > Eigen media. U kunt via het eigen
netwerk ook compatibele mediabestanden uit
Galerij bekijken, afspelen, kopiëren of afdrukken.
Zie 'Mediabestanden weergeven en delen', p. 100.
Het apparaat wordt alleen met het eigen netwerk
verbonden als u een verbindingsverzoek vanaf een
ander compatibel apparaat accepteert of als u in
Zie 'WLAN', p. 35.
en selecteert u Instrumenten >
Galerij
97
Galerij de optie selecteert voor het weergeven,
afspelen, afdrukken of kopiëren van
mediabestanden op het apparaat of naar andere
Galerij
apparaten zoekt in de map Eigen netwerk.
Belangrijke informatie over
beveiliging
Schakel bij het configureren van het eigen WLAN
netwerk een coderingsmethode in op het
toegangspunt en vervolgens op de andere
compatibele apparaten die u op het eigen netwerk
wilt aansluiten. Raadpleeg de documentatie van de
apparaten. Houd wachtwoorden geheim en bewaar
deze op een veilige plek, afzonderlijk van de
apparaten.
U kunt de instellingen van het WLANinternettoegangspunt in uw apparaat weergeven
of wijzigen.
Als u de ad-hocmodus gebruikt om een eigen
netwerk te maken met een compatibel apparaat,
schakelt u een van de coderingsmethoden in
WLAN-beveil.modus in wanneer u het
internettoegangspunt instelt.
'Verbindingsinstellingen', p. 175. Met deze stap
beperkt u het risico dat onbevoegden toegang
kunnen krijgen tot het ad hoc-netwerk.
U krijgt een melding zodra met een ander apparaat
98
wordt geprobeerd verbinding te maken met het
Zie 'Toegangspunten', p. 175.
Zie
apparaat en met het eigen netwerk. Accepteer geen
verbindingsaanvragen van een onbekend apparaat.
Als u WLAN gebruikt in een netwerk zonder
codering, schakelt u het delen van bestanden met
andere apparaten uit of schakelt u het delen van
privé-mediabestanden uit.
eigen netwerk', p. 98.
Zie 'Instellingen voor
Instellingen voor eigen netwerk
Als u mediabestanden die u in Galerij hebt
opgeslagen, via WLAN wilt delen met andere
compatibele UPnP-apparaten, moet u uw WLANinternettoegangspunt maken en configureren, en
vervolgens de instellingen voor eigen netwerk
configureren in de toepassing Eigen media.
'WLAN-internettoegangspunten', p. 37.Zie
'Verbindingsinstellingen', p. 175.
De opties met betrekking tot eigen netwerk zijn pas
in toepassingen beschikbaar wanneer de
instellingen in de toepassing Eigen media zijn
geconfigureerd.
Wanneer u de toepassing Eigen media voor het
eerst gebruikt, wordt de installatiewizard gestart.
Deze begeleidt u bij het instellen van de instellingen
voor het eigen netwerk op het apparaat. Als u de
installatiewizard later wilt gebruiken, gaat u naar
de hoofdweergave van Eigen media, selecteert u
Zie
Opties > Wizard uitvoeren en volgt u de
instructies in het display.
Als u een compatibele pc wilt aansluiten op het
eigen netwerk, moet u op de pc de gerelateerde
software installeren. U vindt de software op de cdrom of dvd-rom die bij het apparaat is geleverd, of
op de ondersteuningspagina's van het apparaat op
de Nokia-website.
Instellingen configureren
Als u de instellingen voor eigen netwerk wilt
configureren, selecteert u Instrumenten >
Connect. > Eigen media > Instellingen en
maakt u uw keuze uit de volgende opties:
● Eigen toegangspunt — Selecteer Altijd
vragen als u wilt dat het apparaat telkens naar
het thuistoegangspunt vraagt wanneer u
verbinding maakt met het eigen netwerk, Nieuw
maken als u een nieuw toegangspunt wilt
opgeven dat automatisch wordt gebruikt
wanneer u het eigen netwerk gebruikt, of
Geen. Als voor uw eigen netwerk geen
beveiligingsinstellingen zijn ingeschakeld, krijgt
u een beveiligingswaarschuwing. U kunt
doorgaan en de beveiliging later inschakelen of
het definiëren van het toegangspunt annuleren
en eerst de beveiliging voor het WLAN
inschakelen.
Zie 'Toegangspunten', p. 175.
● Apparaatnaam — Geef een naam op voor het
apparaat. Deze naam is zichtbaar voor de andere
compatibele apparaten in het netwerk.
● Kopiëren naar — Selecteer het geheugen
waarin u uw gekopieerde mediabestanden wilt
opslaan.
Delen inschakelen en inhoud
definiëren
Selecteer Instrumenten > Connect. > Eigen
media > Inhoud delen en maak een keuze uit de
volgende opties:
● Inhoud delen — Hiermee kunt u het delen van
mediabestanden met compatibele apparaten
toestaan of weigeren. Schakel het delen van
inhoud pas in nadat u alle andere instellingen
hebt geconfigureerd. Als u het delen van inhoud
inschakelt, kunnen de overige UPnP-compatibele
apparaten in het eigen netwerk de bestanden
bekijken en kopiëren die u hebt geselecteerd
voor delen in de map Afb. en video. Als u niet
wilt dat de andere apparaten toegang hebben
tot bestanden, schakelt u het delen van inhoud
uit.
● Afbeeldingen en video — Hiermee selecteert u
mediabestanden die u wilt delen met andere
apparaten of bekijkt u de status voor het delen
van afbeeldingen en video's. Selecteer Opties >
Galerij
99
Inhoud vernieuwen als u de inhoud van de map
wilt bijwerken.
● Muziek — Selecteer afspeellijsten die u met
Galerij
andere apparaten wilt delen, of bekijk de inhoud
van gedeelde afspeellijsten. Selecteer Opties >
Inhoud vernieuwen als u de inhoud van de map
wilt bijwerken.
Mediabestanden weergeven en
delen
Als u uw mediabestanden wilt delen met andere
UPnP compatibele apparaten in het eigen netwerk,
schakelt u het delen van inhoud in.
inschakelen en inhoud definiëren', p. 99. Als het
delen van inhoud in het apparaat is uitgeschakeld,
kunt u de mediabestanden die zijn opgeslagen in
een ander apparaat in het eigen netwerk, nog wel
bekijken en kopiëren als dit op het andere apparaat
is toegestaan.
Mediabestanden weergeven die in het
apparaat zijn opgeslagen
Als u uw afbeeldingen, video's en geluidsclips op
een ander apparaat in het eigen netwerk wilt
weergeven, bijvoorbeeld op een compatibele tv,
gaat u als volgt te werk:
1. Selecteer een afbeelding, videoclip of geluidsclip
100
in Galerij en selecteer Opties > Tonen via
eigen netwerk.
Zie 'Delen
2. Selecteer een compatibel apparaat waarin het
mediabestand wordt weergegeven. De
afbeeldingen worden zowel op het andere
netwerkapparaat als op uw apparaat
weergegeven en de video- en geluidsclips
worden alleen afgespeeld op het andere
apparaat.
3. Selecteer Opties > Tonen stoppen als u het
delen wilt stoppen.
Mediabestanden weergeven die in het
andere apparaat zijn opgeslagen
Ga als volgt te werk als u mediabestanden die op
een ander apparaat in het netwerk zijn opgeslagen,
wilt weergeven op uw apparaat (of bijvoorbeeld op
een compatibele tv) wilt weergeven:
1. Druk op
Connect. > Eigen media > Zk in eigen
ntw.. Op het apparaat wordt gezocht naar
andere compatibele apparaten. De namen van
gevonden apparaten verschijnen op het scherm.
2. Selecteer een apparaat in de lijst.
3. Selecteer het type media dat u wilt bekijken op
het andere apparaat. De beschikbare
bestandstypen zijn afhankelijk van de functies
van het andere apparaat.
Selecteer Opties > Zoeken als u bestanden met
andere criteria wilt zoeken. Selecteer Opties >
en selecteer Instrumenten >
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.