Nokia N800, N810 User Manual [nl]

Internet Tablet OS 2008 editie
Gebruikershandleiding
Nokia N800 Internet Tablet
Nokia N810 Internet Tablet
Uitgave 1 NL
CONFORMITEITSVERKLARING Hierbij verklaart, NOKIA CORPORATION, dat
het toestel RX-34/RX-44 in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG. Een kopie van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website: http://www.nokia.com/phones/
© 2007 Nokia. Alle rechten voorbehouden Nokia, Nokia Connecting People, Nseries, N800 en N810 zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van Nokia Corporation. Nokia tune is een geluidsmerk van Nokia Corporation. Namen van andere producten en bedrijven kunnen handelsmerken of handelsnamen van de respectievelijke eigenaren zijn. Onrechtmatige reproductie, overdracht, distributie of opslag van dit document of een gedeelte ervan in enige vorm zonder voorafgaande geschreven toestemming van Nokia is verboden.
This product is licensed under the MPEG-4 Visual Patent Portfolio License (i) for personal and noncommercial use in connection with information which has been encoded in compliance with the MPEG-4 Visual Standard by a consumer engaged in a personal and noncommercial activity and (ii) for use in connection with MPEG-4 video provided by a licensed video provider. No license is granted or shall be implied for any other use. Additional information, including that related to promotional, internal, and commercial uses, may be obtained from MPEG LA, LLC. See http://www.mpegla.com.
Dit product is gelicentieerd onder de MPEG-4 Visual Patent Portfolio License (i) voor privé- en niet-commercieel gebruik in verband met informatie die is geëncodeerd volgens de visuele norm MPEG-4 door een consument in het kader van een privé­en niet-commerciële activiteit en (ii) voor gebruik in verband met MPEG-4­videomateriaal dat door een gelicentieerde videoaanbieder is verstrekt. Voor ieder ander gebruik is of wordt expliciet noch impliciet een licentie verstrekt. Aanvullende informatie, waaronder informatie over het gebruik voor promotionele doeleinden, intern gebruik en commercieel gebruik, is verkrijgbaar bij MPEG LA, LLC. Zie http://www.mpegla.com. Nokia voert een beleid dat gericht is op voortdurende ontwikkeling. Nokia behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te brengen in de producten die in dit document worden beschreven.
declaration_of_conformity/.
VOOR ZOVER MAXIMAAL TOEGESTAAN OP GROND VAN HET TOEPASSELJKE RECHT, ZAL NOKIA OF EEN VAN HAAR LICENTIEHOUDERS ONDER GEEN OMSTANDIGHEID AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR ENIG VERLIES VAN GEGEVENS OF INKOMSTEN OF VOOR ENIGE BIJZONDERE, INCIDENTELE OF INDIRECTE SCHADE OF GEVOLGSCHADE VAN WELKE OORZAAK DAN OOK. DE INHOUD VAN DIT DOCUMENT WORDT ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE VERSTREKT. TENZIJ VEREIST KRACHTENS HET TOEPASSELIJKE RECHT, WORDT GEEN ENKELE GARANTIE GEGEVEN BETREFFENDE DE NAUWKEURIGHEID, BETROUWBAARHEID OF INHOUD VAN DIT DOCUMENT, HETZIJ UITDRUKKELIJK HETZIJ IMPLICIET, DAARONDER MEDE BEGREPEN MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES BETREFFENDE DE VERKOOPBAARHEID EN DE GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. NOKIA BEHOUDT ZICH TE ALLEN TIJDE HET RECHT VOOR ZONDER VOORAFGAANDE KENNISGEVING DIT DOCUMENT TE WIJZIGEN OF TE HERROEPEN. De beschikbaarheid van bepaalde producten, toepassingen en diensten voor deze producten kan per regio verschillen. Neem contact op met uw Nokia leverancier voor details en de beschikbaarheid van taalopties. Exportbepalingen Dit apparaat bevat mogelijk onderdelen, technologie of software die onderhevig zijn aan wet- en regelgeving betreffende export van de V.S. en andere landen. Ontwijking in strijd met de wetgeving is verboden. Uitgave 1 NL

Inhoudsopgave

Voor uw veiligheid.....................................6
Uw apparaat...............................................8
Touchscreen ............................................................................ 8
Task Navigator................................................................9
Gebied met toepassingsnaam .................................... 9
Statusindicatiegebied.................................................10
Knoppen voor minimaliseren en sluiten................11
Toepassingengebied ....................................................11
Werkbalk ........................................................................11
Home-weergave...................................................................11
Apparaatbesturing...............................................................12
Tekstinvoermethoden .........................................................12
Geïntegreerd toetsenbord .........................................13
Toetsenbord in volledig scherm
voor invoeren met de hand.......................................13
Schermtoetsenbord .....................................................14
Handschriftherkenning...............................................15
Tekstinvoerinstellingen ..............................................15
Volumeregeling ....................................................................15
Het apparaat vergrendelen...............................................15
De vergrendelingscode wijzigen..............................16
Touchscreen en toetsen vergrendelen ...................16
Geheugenbeheer.................................................................. 17
Geheugenkaarten ........................................................ 18
Back-ups maken van gegevens
en gegevens terugzetten...........................................19
Help.........................................................................................20
Informatie zoeken...............................................................20
Internetverbindingen...............................21
Connectiviteitsinstellingen............................................... 21
WLAN-verbinding................................................................ 21
Verbinding met mobiele telefoon................................... 23
Draadloze Bluetooth-technologie ..........................24
Selecteer een telefoon ............................................... 24
Handmatig een verbinding maken ......................... 25
Draadloze verbindingen uitschakelen ........................... 26
Surfen op het web...................................28
Webpagina's openen en door
webpagina's bladeren ........................................................ 28
Bookmarks beheren ............................................................ 29
Internetcommunicatie............................ 30
Accounts ................................................................................30
Aanwezigheid .......................................................................31
Contactpersonen..................................................................32
Expresberichten....................................................................33
Internetoproepen.................................................................33
E-mail .....................................................................................34
Een e-mailaccount maken ........................................35
E-mailberichten ophalen en lezen..........................36
E-mailberichten maken en verzenden ...................37
Basisinstellingen voor e-mail definiëren ..............37
Pagina Bijwerken..................................................37
Pagina Opmaken...................................................38
Pagina Opschonen ...............................................38
Geavanceerde instellingen definiëren....................38
Pagina Binnenkomend........................................38
Pagina Uitgaand...................................................39
Pagina Beveiliging ...............................................39
De map Inbox................................................................39
De map Outbox.............................................................40
De map Sent..................................................................40
De map Concepten......................................................40
Mediatoepassingen..................................41
Media player.........................................................................41
Mediabronnen .............................................................. 41
Internetradio.................................................................41
Bestandsindelingen..................................................... 42
UpnP-mediaservers.....................................................43
RSS-lezer ............................................................................... 43
Afbeeldingen ........................................................................44
Positionering ............................................45
GPS-ontvanger..................................................................... 45
Satellietsignalen..................................................................46
Kaarttoepassing...................................................................46
Bladeren door kaarten................................................47
Kaarten selecteren en downloaden........................ 48
Locaties zoeken............................................................48
Favorieten......................................................................48
PoI's .................................................................................49
Extra diensten ..............................................................49
Instellingen...............................................50
Toepassingsbeheer .............................................................. 50
Verbindingenbeheer............................................................50
Configuratiescherm ............................................................ 50
Oorspronkelijke instellingen herstellen.................51
Apparaatgegevens wissen......................................... 52
Verbindingsinstellingen opgeven............................52
Hulpprogramma's.................................... 53
Rekenmachine ......................................................................53
Klok..........................................................................................53
Bestandsbeheer....................................................................53
Tekstnotities..........................................................................53
PDF-bestanden lezen..........................................................53
Tekenen ..................................................................................53
Computerconnectiviteit ......................... 54
Software bijwerken.............................................................54
Informatie over de batterij.....................55
Opladen en ontladen..........................................................55
Richtlijnen voor het controleren
van de echtheid van Nokia-batterijen .......................... 56
Behandeling en onderhoud.....................57
Aanvullende veiligheidsinformatie.........59
Open source software notice..................60

Voor uw veiligheid

Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer informatie.
SCHAKEL HET APPARAAT ALLEEN IN ALS HET VEILIG IS
gebruik van mobiele telefoons verboden is of als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren.
VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
Houd u aan de lokale wetgeving. Houd terwijl u rijdt uw handen vrij om uw voertuig te besturen. De verkeersveiligheid dient uw eerste prioriteit te hebben terwijl u rijdt.
STORING Alle draadloze apparaten kunnen gevoelig zijn voor storing. Dit kan de werking van het apparaat negatief beïnvloeden.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN ZIEKENHUIZEN Houd u aan alle mogelijke
beperkende maatregelen. Schakel het apparaat uit in de nabijheid van medische apparatuur.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN VLIEGTUIGEN
beperkende maatregelen. Draadloze apparatuur kan storingen veroorzaken in vliegtuigen.
Schakel het apparaat niet in als het
Houd u aan alle mogelijke
SCHAKEL HET APPARAAT UIT TIJDENS HET TANKEN Gebruik het apparaat niet in een
benzinestation. Gebruik het apparaat niet in de nabijheid van brandstof of chemicaliën.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN DE BUURT VAN EXPLOSIEVEN Houd u aan alle mogelijke
beperkende maatregelen. Gebruik het apparaat niet waar explosieven worden gebruikt.
GEBRUIK HET APPARAAT VERSTANDIG Gebruik het apparaat alleen in de normale positie zoals in de productdocumentatie wordt uitgelegd.
DESKUNDIG ONDERHOUD Dit product mag alleen door deskundigen worden gerepareerd.
TOEBEHOREN EN BATTERIJEN Gebruik alleen goedgekeurde toebehoren en batterijen. Sluit geen incompatibele producten aan.
WATERBESTENDIGHEID Het apparaat is niet waterbestendig. Houd het apparaat droog.
6
MAAK BACK-UPS Maak een back-up of een
gedrukte kopie van alle belangrijke gegevens die in de telefoon zijn opgeslagen.
AANSLUITEN OP ANDERE APPARATEN
Wanneer u het apparaat op een ander apparaat aansluit, dient u eerst de handleiding van het desbetreffende apparaat te raadplegen voor uitgebreide veiligheidsinstructies. Sluit geen incompatibele producten aan.
Netwerkdiensten
Neem contact op met uw serviceprovider voor aanvullende instructies voor het gebruik van de netwerkdiensten en voor informatie over de kosten die van toepassing zijn. Bij sommige netwerken gelden beperkingen die het gebruik van netwerkdiensten negatief kunnen beïnvloeden.
Het kan zijn dat uw serviceprovider verzocht heeft om bepaalde functies uit te schakelen of niet te activeren in uw apparaat. Het apparaat heeft mogelijk ook een speciale configuratie.
Geheugen
De volgende functies in dit apparaat maken mogelijk gebruik van gedeeld geheugen: bookmarks, afbeeldingen,
audio- en videobestanden; notities, tekeningen en andere bestanden; namen van contactpersonen; e-mailberichten; en toepassingen. Door het gebruik van een of meer van deze functies is er mogelijk minder geheugen beschikbaar voor de overige functies die geheugen delen. Het is mogelijk dat op uw apparaat een bericht wordt weergeven dat het geheugen vol is, wanneer u een functie probeert te gebruiken die gedeeld geheugen gebruikt. Verwijder in dit geval voordat u doorgaat een gedeelte van de informatie of registraties die in het gedeelde geheugen zijn opgeslagen.
Zie ‘Geheugenbeheer’ op pag. 17 voor meer informatie.
7

Uw apparaat

De Nokia Internet Tablet biedt eenvoudige breedbandverbinding met internet voor compatibele telefoons via een draadloze netwerkverbinding (WLAN/Wi­Fi) of Bluetooth-verbinding. Dankzij het brede scherm en kleine formaat is dit apparaat uiterst geschikt om ver weg van uw laptop of desktop te genieten van internet en het web.
Het compatibele WLAN/Wi-Fi-toegangspunt moet voldoen aan de norm IEEE 802.11b of 802.11g.
Lees deze gebruikershandleiding zorgvuldig door voor u het apparaat gebruikt. Lees ook de handleiding Aan de slag die met het apparaat is meegeleverd en de gebruikershandleiding van uw compatibele telefoon; daarin staat belangrijke informatie over veiligheid en onderhoud.
De verkrijgbaarheid van toepassingen, configuraties en instellingen kan per softwareversie of land en verkoopgebied verschillen.

Touchscreen

Uw apparaat
Het touchscreen bestaat uit een Task Navigator (1), het gebied met de toepassingsnaam (2), een statusindicatiegebied (3), de knoppen voor minimaliseren en sluiten (4), het toepassingengebied (5), de werkbalk (6) en de toepassingsschakelaar (6).
8

Task Navigator

De Task Navigator (1) bevat pictogrammen waarop u kunt tikken om nieuwe toepassingen te openen en tussen actieve toepassingen te schakelen.
Als u een optie in een menu wilt selecteren, tikt u erop. Tik op een ander deel van het scherm als u het menu wilt sluiten.
De Task Navigator bevat standaard de volgende items. Tik op en selecteer Instellingen > Configuratiescherm als u de items wilt wijzigen. Ga naar Configuratiescherm en selecteer Panelen. Raadpleeg de Help-functie bij het apparaat voor meer informatie.
Eerste item: Webbrowser – Tik op om toegang te krijgen tot internetfuncties als nieuwe browservensters en bookmarks.
Tweede item: Contacten – Tik op om contacten weer te geven, uw e-mail te lezen, internetoproepen tot stand te brengen en chatberichten te verzenden.
Derde item: Toepassingsmenu – Tik op als u toegang wilt krijgen tot alle geïnstalleerde toepassingen. Als u de indeling van het menu wilt wijzigen, selecteert u
Instellingen > Configuratiescherm. Ga naar Configuratiescherm en selecteer Panelen.
Toepassingsschakelaar – De toepassingsschakelaar (7)
bevat de pictogrammen van geopende toepassingen.
De pictogrammen van de drie meest recent gestarte toepassingen worden op de toepassingsschakelaar weergegeven. Als diverse instanties van een toepassing zijn geopend (bijvoorbeeld meerdere webbrowservensters), bevat de groep één toepassingspictogram. Tik op als u alle gestarte toepassingen wilt zien.
Als u naar een andere toepassing wilt gaan, tikt u op het betreffende pictogram in de toepassingsschakelaar. Als u de stylus op een pictogram houdt, wordt knopinfo weergegeven.
Wanneer u nieuwe e-mail- of chatberichten, validatieverzoeken en –reacties, of uitnodigingen voor groepchats ontvangt, beginnen de pictogrammen in de toepassingsschakelaar te knipperen om deze gebeurtenissen aan te geven.
Als toepassingen op de achtergrond worden uitgevoerd, vergt dit extra batterijcapaciteit en neemt de gebruiksduur van de batterij af.

Gebied met toepassingsnaam

Het gebied met de toepassingsnaam (2) geeft de naam van de actieve toepassing en het geopende bestand weer. Als u een toepassingsmenu wilt openen, tikt u op of drukt u op de menutoets.
Uw apparaat
9

Statusindicatiegebied

Als u meer informatie wilt weergeven of taken van een bepaalde functie wilt uitvoeren, tikt u op de pictogrammen in het statusindicatiegebied.
Als u de pictogrammen in het statusindicatiegebied wilt wijzigen, tikt u op en selecteert u Instellingen >
Configuratiescherm. Ga naar Configuratiescherm
en selecteer Panelen > Statusbalk.
In het statusindicatiegebied (3) kunnen de volgende pictogrammen worden weergegeven:
geeft aan dat u een waarschuwing in Klok hebt
ingesteld.
geeft aan dat het internettablet via een USB-kabel
is verbonden met een ander apparaat.
Het aanwezigheidspictogram geeft uw status aan. U kunt het gebruiken om de aanwezigheidsinstellingen aan te passen. Het pictogram wordt alleen weergegeven als u een account voor internetoproepen en expresberichten hebt gemaakt. geeft aan dat u online bent, dat u afwezig bent, dat u niet zichtbaar bent en dat u offline bent.
geeft de helderheid van het beeldscherm aan en biedt
de mogelijkheid de beeldscherminstellingen aan te passen.
geeft het volumeniveau aan en biedt de mogelijkheid het hoofdvolume en andere geluidsinstellingen aan te passen. Hoe meer streepjes op het pictogram, hoe hoger het volume. Als het geluid gedempt is, ziet het pictogram er uit als . Als er een actieve verbinding is tussen uw apparaat en een externe Bluetooth-hoofdtelefoon, wordt
weergegeven.
Het pictogram van de internetverbinding geeft de status en het type van de internetverbinding aan en biedt de mogelijkheid een internetverbinding te openen en te sluiten en de verbindingsinstellingen te wijzigen. geeft aan dat een WLAN-verbinding actief is, dat een ad-hoc WLAN-verbinding actief is, dat een packet­gegevensverbinding (bijvoorbeeld GPRS) actief is, dat een gegevensoproepverbinding (bijvoorbeeld een GSM­gegevensoproep) actief is, dat er geen internetverbinding is, en dat het apparaat zich in de offline modus bevindt en geen verbindingen zijn toegestaan.
geeft de lading van de batterij aan. Hoe meer streepjes op het pictogram, hoe voller de batterij. Tik op het pictogram om de geschatte batterijduur te bekijken.
geeft aan dat er een Bluetooth-verbinding met een extern apparaat actief is, en geeft aan dat de Bluetooth­functie is ingeschakeld maar er op dat moment geen actieve verbinding is.
Uw apparaat
10
Het GPS-pictogram is alleen zichtbaar op Nokia N810 Internet Tablet-producten met een interne GPS-ontvanger. Het GPS-pictogram geeft het gebruik van GPS­locatiegegevens door toepassingen aan. Via dit pictogram kunt u de GPS-locatie-instellingen configureren.
Het GPS-pictogram is alleen zichtbaar wanneer de interne GPS-ontvanger is ingeschakeld. geeft aan dat de GPS­ontvanger satellietsignalen heeft gevonden en dat uw locatie bekend is, geeft aan dat de GPS-ontvanger geen satellietsignalen heeft ontvangen en dat uw locatie onbekend is, en geeft aan dat de GPS-ontvanger satellietsignalen probeert te vinden en dat naar uw locatie wordt gezocht.
te drukken of op de sluitknop in het menu van de toepassingsschakelaar te tikken.

Toepassingengebied

Wanneer u een toepassing vanuit de Task Navigator opent, wordt de toepassing in het toepassingengebied weergegeven (5). Als er geen toepassingen zijn geopend, wordt de Home-weergave van het apparaat weergegeven.

Werkbalk

Op de werkbalk (6) bevinden zich de opdrachtknoppen voor de actieve toepassing.
Uw apparaat

Knoppen voor minimaliseren en sluiten

Elke toepassing heeft knoppen voor minimaliseren en sluiten (4).
Als u op tikt, wordt de huidige toepassing verborgen en de toepassing eronder weergegeven. Als u de geminimaliseerde toepassing weer bovenaan wilt weergeven, tikt u op het pictogram ervan in de toepassingsschakelaar.
Als u tikt op , wordt de huidige toepassing of het huidige toepassingsvenster gesloten. U kunt een toepassing ook sluiten door Sluiten te kiezen in het toepassingsmenu, een seconde op de Escape-toets

Home-weergave

Wanneer u het apparaat inschakelt, ziet u de Home­weergave. De Home-weergave biedt snel en eenvoudig toegang tot productfuncties als de klok, internetradio, Internetzoekopdracht, de RSS-lezer, snelkoppelingen naar contactpersonen, websnelkoppelingen, zelfstudie- en reclame-applets.
Raadpleeg de Help-functie van het apparaat voor meer informatie over de beschikbare applets.
Als u de beschikbare applets in de Home-weergave wilt weergeven, selecteert u > Applets selecteren… en de gewenste applets in de lijst.
11
Als u de applets in de Home-weergave opnieuw wilt in delen, sleept u ze met de stylus naa r de gewenste ni euw e posities. U kunt de grootte van sommige applets ook veranderen door een formaatgreep van de applet te slepen.
Als u een snelmenu voor een applet wilt openen, houdt u de stylus ingedrukt op de gewenste applet. Afhankelijk van de applet, kunt u applet-instellingen definiëren of de applet sluiten met opdrachten in het snelmenu.
Als u de achtergrondafbeelding voor de Home-weergave wilt instellen, selecteert u > Achtergrondafb. inst….
Als u het uiterlijk van het apparaat wilt wijzigen, selecteert u > Thema instellen….
Als u het touchscreen wilt kalibreren, selecteert u >
Scherm kalibreren en volg de instructies in het scherm.

Apparaatbesturing

U kunt het apparaat op verschillende manieren bedienen: door met de stylus of uw vinger op het scherm te tikken of door op de bladertoets en andere hardwaretoetsen op het apparaat te drukken. Voor meer informatie over de interactie met het touchscreen en de hardwaretoetsen, raadpleegt u de Help bij het apparaat die naar uw product is genoemd, bijvoorbeeld ‘Nokia N800 Internet Tablet’.

Tekstinvoermethoden

U kunt letters, cijfers en speciale tekens op verschillende manieren invoeren. Met virtuele toetsenborden kunt u tekens tikken met de stylus of uw vingers. Dankzij handschriftherkenning kunt u met de stylus tekens rechtstreeks op het scherm schrijven.
U kunt via Bluetooth-technologie ook een extern toetsenbord aan het internettablet koppelen of het geïntegreerde toetsenbord van sommige Nokia­internettablets gebruiken.
Als u tekst wilt kunnen invoeren met een virtueel toetsenbord dat in het volledige scherm wordt weergegeven en met uw vingers kan worden bediend, of middels de methode voor handschriftherkenning, moet u controleren of deze functies zijn geactiveerd.
De procedure voor het definiëren van de instellingen voor tekstinvoer kan per productmodel verschillen:
Nokia N800 Internet Tablet – Tik op en selecteer
Instellingen > Configuratiescherm. Ga naar Configuratiescherm en selecteer Tekstinvoer > Standaard.
Nokia N810 Internet Tablet – Tik op en selecteer
Instellingen > Configuratiescherm. Ga naar Configuratiescherm en selecteer Tekstinvoer > Op het scherm.
Uw apparaat
12
Wanneer u de methoden voor tekstinvoer hebt geactiveerd, tikt u in een tekstveld. Het tekstinvoergebied wordt onderaan in de weergave weergegeven en toont het toetsenbord of het gebied voor handschriftherkenning, afhankelijk van de laatst toegepaste tekstinvoermethode.
Uw apparaat kan ook door u deels ingevoerde woorden voltooien op basis van het ingebouwde woordenboek voor de geselecteerde tekstinvoertaal. Bovendien kan het apparaat nieuwe woorden leren op basis van wat de gebruiker invoert.

Geïntegreerd toetsenbord

Sommige Nokia-internettablets hebben een geïntegreerd toetsenbord. Wanneer het geïntegreerde toetsenbord wordt gebruikt, zijn de methoden voor tekstinvoer via het scherm uitgeschakeld.
Gebruik de toetsen van het toetsenbord om tekst in te voeren. Druk tweemaal op Shift als u Caps Lock wilt inschakelen.
Als u cijfers, speciale tekens en veelvoorkomende symbolen wilt invoeren, drukt u op [Fn] en het gewenste teken. Druk tweemaal op de toets [Fn] als u deze wilt vergrendelen.
Als u letters met accenten wilt invoeren, houdt u [Chr] ingedrukt en drukt u herhaaldelijk op een lettertoets tot het gewenste accentteken wordt weergegeven. Als u alle speciale tekens wilt weergeven, drukt u kort op [Chr].
Met het geïntegreerde toetsenbord kunt u algemene sneltoetsen gebruiken evenals sneltoetsen voor toepassings-specifieke taken. Als u bijvoorbeeld geselecteerde inhoud wilt kopiëren, drukt u op [Ctrl]+[C], en om de geopende toepassing te sluiten, drukt u op [Ctrl]+[Q]. Raadpleeg de Help van het apparaat en zoek naar methoden voor tekstinvoer en geïntegreerd toetsenbord, voor meer sneltoetsen.

Toetsenbord in volledig scherm voor invoeren met de hand

Als u tekst met de hand wilt invoeren, dient u het tekstinvoergebied met uw vinger aan te raken. Het toetsenbord voor invoeren met de hand wordt in volledig scherm weergegeven.
Zorg dat uw handen schoon zijn als u het toetsenbord voor invoeren met de hand gebruikt en maak het touchscreen regelmatig schoon door het scherm voorzichtig af te vegen met een droge, zachte doek.
Op het toetsenbord voor invoeren met de hand worden knoppen en functies weergegeven die vergelijkbaar zijn met die van de andere tekstinvoermethoden, behalve dat niet alle speciale tekens beschikbaar zijn.
Als u het toetsenbord voor invoeren met de hand wilt sluiten, tikt u op in de rechterbovenboek van het toetsenbord.
Uw apparaat
13

Schermtoetsenbord

1 – Voegt een tab in of beweegt de cursor naar het
volgende tekstinvoerveld.
2 [Caps] – Hiermee worden de letters van het
toetsenbord als hoofdletters weergegeven. Schakelt in de modus voor handschriftherkenning heen en weer tussen de normale modus en de modus voor herkenning van speciale tekens.
3 – Hiermee kunt u hoofdletters invoeren in de modus
voor het schermtoetsenbord terwijl u kleine letters typt. Als u in de modus voor handschriftherkenning op deze toets tikt, wordt de laatst ingevoerde kleine letter in een hoofdletter veranderd en vice versa.
4 – Hiermee opent u het tekstinvoermenu, dat
opdrachten bevat als Kopiëren, Knippen en Plakken. U hebt ook via het tekstinvoermenu toegang tot de instellingen voor tekstinvoer.
5 Schermtoetsenbord. 6 Spatiebalk – Voegt een spatie in. In dit gebied ziet u ook
woordvoltooiing.
7 Numeriek toetsenblok – Wanneer u op Shift drukt,
worden in dit gebied ook de meestvoorkomende speciale tekens weergegeven.
8 – Hiermee verwijdert u het teken, links van
de cursor.
9 – Verplaatst de cursor naar de volgende rij of
het volgende tekstinvoerveld. De toets heeft meerdere functies, gebaseerd op de actuele context (de toets fungeert bijvoorbeeld in het webadresveld van de webbrowser als een activeringsknop).
10 – Opent een weergave waarin u speciale tekens,
symbolen en accenten kunt selecteren.
11 – Hiermee sluit u het schermtoetsenbord en het
invoergebied voor handschriftherkenning.
U kunt de volgende penbewegingen op het schermtoetsenbord gebruiken:
1 voor een Backspace 2 voor een spatie 3 om een hoofdletter in
een kleine letter te veranderen, en andersom
4 om een regeleinde toe te voegen
Uw apparaat
14

Handschriftherkenning

U kunt de stylus als pen gebruiken om tekst in te voeren. Schrijf leesbare, rechtopstaande tekens in het tekstinvoergebied en laat een kleine horizontale ruimte tussen de tekens. Schrijf niet cursief.
Gewone tekens en cijfers (de standaardmodus) worden herkend als u letters schrijft zoals u gewoonlijk zou schrijven. Als u speciale tekens wilt invoeren, dient u in het linkerpaneel van het invoergebied op [Abc1] te tikken en de tekens te schrijven zoals u die gewoonlijk zou schrijven.
Als u nieuwe tekens in of na woorden wilt invoegen, dient u de nieuwe tekens op de gewenste posities te schrijven.
Als u het apparaat uw handschrift wilt leren herkennen, tikt u op op het schermtoetsenbord en selecteert u Extra > Leren.
U kunt de volgende penbewegingen in het gebied voor handschriftherkenning gebruiken:
1 voor een Backspace 2 voor een spatie

Tekstinvoerinstellingen

Als u de tekstinvoerinstellingen wilt opgeven, tikt u op en selecteert u Instellingen > Configuratiescherm. Ga naar Configuratiescherm en selecteer Tekstinvoer. Raadpleeg de Help-functie bij het apparaat voor meer informatie.

Volumeregeling

Als u het hoofdvolume van het apparaat wilt regelen, tikt u op in het statusindicatiegebied. Als u het hoofdvolume wilt instellen, sleept u de volumeschuifknop met de stylus, of tikt u op [+] of [-]. Het hoofdvolume maakt alle overige volume-instellingen van het apparaat ongedaan.
Waarschuwing: Houd het apparaat niet dicht bij uw oor wanneer de luidspreker wordt gebruikt, aangezien het volume erg luid kan zijn.

Het apparaat vergrendelen

Wijzig om ongeautoriseerd gebruik van uw apparaat te voorkomen de vergrendelingscode van het apparaat en stel het in op automatische vergrendeling na een bepaalde time-outperiode.
Uw apparaat
15
Als u het apparaat wilt vergrendelen, drukt u kort op de aan/uit-toets en selecteert u Apparaat vergrendelen >
OK. Als u de vergrendelingscode niet hebt ingesteld,
wordt u gevraagd dit te doen. Als u het apparaat wilt ontgrendelen, geeft u de vergrendelingscode op en selecteert u OK.
Als u de vergrendelingsinstellingen van het apparaat wilt bewerken, tikt u op en selecteert u Instellingen >
Configuratiescherm. Ga naar Configuratiescherm
en selecteer Apparaatvergrendeling.
Als u de time-outperiode wilt instellen, selecteert u Periode voor automatisch vergrendelen en selecteert u de gewenste tijd.

De vergrendelingscode wijzigen

Ga als volgt te werk als u de vergrendelingscode wilt wijzigen:
1. Tik op en selecteer Instellingen >
Configuratiescherm.
2. Ga naar Configuratiescherm en selecteer
Apparaatvergrendeling > Vergrendelingscode wijzigen.
3. Voer de huidige vergrendelingscode in en selecteer OK.
De standaardcode is 12345.
4. Voer de nieuwe code in en selecteer OK.
5. Voer de nieuwe code nogmaals in en selecteer OK.
Als u in een van deze dialoogvensters Annuleren selecteert, wordt de vergrendelingscode van het apparaat niet gewijzigd.
Houd de nieuwe code geheim en bewaar deze op een veilige plaats uit de buurt van het media-apparaat.
Opmerking: Als u de vergrendelingscode van het apparaat verliest, dient u het apparaat naar een door Nokia goedgekeurd servicepunt te sturen. Daar kan het apparaat worden ontgrendeld, maar daarvoor moet de software opnieuw worden geladen. Hierbij kunnen alle gegevens die u op het apparaat hebt opgeslagen verloren gaan.

Touchscreen en toetsen vergrendelen

Met de vergrendeling van het touchscreen en de toetsen wordt voorkomen dat het apparaat per ongeluk wordt geactiveerd wanneer het is ingeschakeld. Wanneer het touchscreen en de toetsen zijn vergrendeld, zijn geen toetstonen hoorbaar en worden geen toetsaanslagen geaccepteerd, behalve voor het ontgrendelen van het touchscreen en de toetsen.
Uw apparaat
16
De procedure voor het vergrendelen en ontgrendelen van het touchscreen en de toetsen, kan per productmodel verschillen:
Nokia N800 Internet Tablet – Als u het touchscreen en de toetsen wilt vergrendelen, drukt u kort op en selecteert u Touchscreen en toetsen vergrendelen > OK. Als u het touchscreen en de toetsen wilt ontgrendelen, drukt u op en op .
Nokia N810 Internet Tablet – Als u het touchscreen en de toetsen wilt vergrendelen, duwt u naar links. Als u het touchscreen en de toetsen wilt ontgrendelen, duwt u weer naar links.

Geheugenbeheer

Als u het actuele geheugengebruik wilt weergeven, tikt u op
en selecteert u Instellingen > Configuratiescherm. Ga
naar Configuratiescherm en selecteer Geheugen > Opslag om geheugenopslaginformatie van het apparaat en de geheugenkaarten weer te geven. Selecteer Details om gedetailleerdere gegevens weer te geven over het geheugengebruik.
Ga als volgt te werk als u een geheugenkaart wilt gebruiken als extra virtueel geheugen voor de uitvoering van toepassingen:
1. Tik op en selecteer Instellingen >
Configuratiescherm.
2. Ga naar Configuratiescherm en selecteer Geheugen.
3. Ga naar Geheugen, selecteer Virtueel > Virtueel
geheugen uitbreiden en de gewenste grootte voor
het extra geheugen.
Extra virtueel geheugen is altijd gekoppeld aan de interne geheugenkaart van het apparaat.
Zwaar gebruik van het uitgebreide virtuele geheugen kan de duurzaamheid van de geheugenkaart aantasten.
Belangrijk: Verwijder de geheugenkaart niet op het moment dat er een bewerking wordt uitgevoerd waarbij de kaart wordt gebruikt. Wanneer u de kaart tijdens een dergelijke bewerking verwijdert, kan schade ontstaan aan de geheugenkaart en het apparaat, en kunnen de gegevens die op de kaart zijn opgeslagen, beschadigd raken.
Als u geheugen wilt vrijmaken, verwijdert u gegevens in Bestandsbeheer of andere toepassingen. Als u bestanden van een bepaalde grootte wilt vinden en verwijderen, gebruikt u de zoektoepassing.
Uw apparaat
17

Geheugenkaarten

Het aantal beschikbare sleuven voor geheugenkaarten en de typen compatibele geheugenkaarten kunnen per productmodel verschillen:
Nokia N800 Internet Tablet
sleuven voor geheugenkaarten. Er is een interne sleuf onder de klep aan de achterkant en nog een sleuf onder de geheugenkaartklep aan de voorkant van het apparaat.
De volgende geheugenkaartindelingen worden ondersteund:
MultiMediaCard (MMC), (normaal formaat)
Reduced Size MMC (met adapter)
SD-kaart (normaal formaat)
miniSD-kaart (met adapter)
microSD-kaart (met adapter)
Nokia N810 Internet Tablet
externe geheugenkaartsleuf onder de bureaulader in de rechterhoek aan de voorkant van het apparaat. Het apparaat bevat ook een niet-verwisselbare interne geheugenkaart. U kunt de inhoud van de interne geheugenkaart weergeven
Hulpprogramma's
in
De volgende geheugenkaartindelingen worden ondersteund:
miniSD-kaart
microSD-kaart (met adapter)
– Het apparaat heeft twee
– Het apparaat heeft een
>
Bestandsbeheer
.
Als een geheugenkaart niet door een toepassing wordt gebruikt, kunt u de geheugenkaart plaatsen en verwijderen terwijl het internettablet is ingeschakeld (hot-swapfunctie).
Nokia-internettablets bieden geen ondersteuning voor de schrijfbeschermingsfunctie van SD-kaarten.
Gebruik alleen compatibele MMC's [MultiMediaCards), Reduced Size MMC's, SD-kaarten, microSD-kaarten of miniSD-kaarten die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik in dit apparaat. Nokia maakt gebruik van goedgekeurde industriële normen voor geheugenkaarten, maar sommige merken zijn mogelijk niet helemaal compatibel met dit apparaat zijn. Incompatibele kaarten kunnen de kaart en het apparaat beschadigen en gegevens die op de kaart staan aantasten.
U kunt voor Nokia-internettablets alleen compatibele geheugenkaarten met een FAT 16/32-indeling gebruiken.
Als u de inhoud van een geheugenkaart wilt bekijken en beheren, tikt u op , selecteert u Hulpprogramma's >
Bestandsbeheer en selecteert u de gewenste
geheugenkaart in de lijst met mappen. Als u de naam van een geheugenkaart wilt wijzigen in
Bestandsbeheer, selecteert u > Bestand > Naam
wijzigen….
Selecteer > Extra > Geheugenkaart formatteren… als u een geheugenkaart wilt formatteren in Bestandsbeheer. Alle gegevens worden permanent van de geheugenkaart verwijderd.
Uw apparaat
18
Back-ups maken van gegevens en gegevens terugzetten
U kunt gegevens als back-up op een compatibele externe of interne geheugenkaart opslaan, en indien nodig terugzetten. De back-up wordt als een map op de geheugenkaart weergegeven. U kunt de back-ups ook met een wachtwoord beveiligen.
Ga als volgt te werk als u een back-up van gegevens wilt maken:
1. Tik op en selecteer Instellingen > Back-up maken/
herstellen > Nieuwe back-up.
2. Ga naar Nieuwe back-up, verander de naam van de
back-up en definieer de gewenste locatie van de back-up.
3. Ga naar Gegevens selecteren voor back-up en
selecteer de gegevenstypen waarvan u een back-up wilt maken.
Als u de back-up met een wachtwoord wilt beveiligen, selecteert u Beveiligen met wachtwoord > OK, voert u tweemaal het wachtwoord in dat u wilt gebruiken, en selecteert u OK.
Let wel: van de volgende informatie wordt bijvoorbeeld geen back-up gemaakt:
inhoud van niet-verwisselbare interne geheugenkaart
op Nokia N810 Internet Tablet
thema-instellingen, wanneer u back-ups herstelt uit
vorige productversies
Bluetooth-connectiviteitsinstellingen
browserinstellingen
geïnstalleerde toepassingen
U kunt echter een lijst maken van toepassingen die u op het apparaat hebt geïnstalleerd. Tijdens het herstelproces probeert het apparaat de werkelijke toepassingsbestanden van internet te halen en ze opnieuw te installeren.
Ga als volgt te werk als u gegevens wilt terugzetten:
1. Tik op en selecteer Instellingen > Back-up maken/
herstellen. Selecteer de gewenste back-up en selecteer Herstellen.
2. Ga naar Gegevens selecteren voor herstellen en
selecteer de gegevenstypen die u wilt herstellen.
Als u de back-up met een wachtwoord hebt beveiligd, wordt Wachtwoord vereist weergegeven. Geef het wachtwoord op en selecteer OK.
Uw apparaat
19
Loading...
+ 42 hidden pages