Nokia E52 User Manual [nl]

Gebruikershandleiding Nokia E52
Uitgave 4
CONFORMITEITSVERKLARING
Hierbij verklaart NOKIA CORPORATION dat het product RM-469 in overeenstemming is met de essentiële vereisten en andere relevante bepalingen van Europese richtlijn 1999/5/EG. Een exemplaar van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website: http://www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
Nokia, Nokia Connecting People, Mail for Exchange, OVI, Eseries en Nokia E52 zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Nokia Corporation. De Nokia­melodie is een geluidsmerk van Nokia Corporation. Namen van andere producten en bedrijven kunnen handelsmerken of handelsnamen van de respectievelijke eigenaren zijn
Reproductie, overdracht, distributie of opslag van de gehele of gedeeltelijke inhoud van dit document in enige vorm zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nokia is verboden. Nokia voert een beleid dat gericht is op voortdurende ontwikkeling. Nokia behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te brengen in de producten die in dit document worden beschreven.
This product includes software licensed from Symbian Software Ltd ©1998-2010. Symbian and Symbian OS are trademarks of Symbian Ltd.
Java and all Java-based marks are trademarks or registered trademarks of Sun Microsystems, Inc.
Dit product is gelicentieerd onder de MPEG-4 Visual Patent Portfolio-licentie (i) voor privé- en niet-commercieel gebruik in verband met informatie die is gecodeerd volgens de visuele norm MPEG-4, door een consument in het kader van een privé- en niet-commerciële activiteit, en (ii) voor gebruik in verband met MPEG-4­videomateriaal dat door een gelicentieerde videoaanbieder is verstrekt. Voor ieder ander gebruik is of wordt expliciet noch impliciet een licentie verstrekt. A anvullende informatie, waaronder informatie over het gebruik voor promotionele doeleinden, intern gebruik en commercieel gebruik, is verkrijgbaar bij MPEG LA, LLC. Zie http:// www.mpegla.com.
VOOR ZOVER MAXIMAAL TOEG ESTAAN OP GROND VAN HET TOEPASSELIJK E RECHT, ZAL NOKIA OF EEN VAN HAAR LICENTIEHOUDERS O NDER GEEN OMSTANDIGHEID AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR ENIG VERLIES VAN GEGEVENS OF INKOMSTEN OF VOOR ENIGE BIJZONDERE, INCIDENTELE OF INDIRECTE SCHADE OF GEVOLGSCHADE VAN WELKE OORZAAK DAN OOK.
DE INHOUD VAN DIT DOCUMENT WORDT ZOND ER ENIGE VORM VAN GARANTIE VERSTREKT. TENZIJ VEREIST KRACHTENS HET TOEPASSELIJKE RECHT, WORDT GEEN ENKELE GARANTIE GEGEVEN BETREFFENDE DE NAUWKEURIGHEID, BETROUWBAARHEID OF INHOUD VAN DIT DOCUMENT, HETZIJ UITDRUKKELIJK HETZIJ IMPLICIET, DAARONDER MEDE BEGREPEN MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES BETREFFENDE DE VERKOOPBAARHEID EN DE GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. NOKIA BEHOUDT ZICH TE ALLEN TIJDE HET RECHT VOOR ZONDER VOORAFGAANDE KENNISGEVING DIT DOCUMENT TE WIJZIGEN OF TE HERROEPEN.
Reverse engineering van de software in het apparaat is verboden voor zover maximaal is toegestaan op grond van het toepasselijke recht. Voor zover deze gebruikershandleiding beperkingen bevat aangaande verklaringen, garanties, schadevergoedingsplichten en aansprakelijkheden van Nokia, gelden deze beperkingen op dezelfde wijze voor verklaringen, garanties, schadevergoedingsplicht en aansprakelijkheden van Nokia-licentiegevers.
Toepassingen van derden die bij uw apparaat worden geleverd, kunnen zijn gemaakt door en in eigendom zijn van personen en entiteiten die geen relatie of verband met Nokia hebben. Nokia beschikt niet over de auteursrechten of de intellectuele eigendomsrechten op deze toepassingen van derden. Als zodanig draagt Nokia geen verantwoordelijkheid voor de ondersteuning voor eindgebruikers of de functionaliteit van deze toepassingen of de informatie in deze toepassingen of het materiaal. Nokia biedt geen garantie voor deze toepassingen van derden. MET HET GEBRUIK VAN DE TOEPASS INGEN ACCEPTEERT U DAT DE TOEPASSINGEN WORDE N GEL EVER D ZON DER ENIGE VORM VAN GARANTIE, H ETZIJ UITDRUKKELIJK HETZIJ IMPLICIET, VOOR ZOVER MAXIMAAL IS TOEGESTAAN OP GR OND VAN HET TOEPASSELIJKE RECHT. U ACCEPTEERT TEVENS DAT NOCH NOKIA NOCH GELIEERDE PARTIJEN VERKLARINGEN DOEN OF GARANTIES VERSTREKKEN, UITDRUKKELIJK OF IMPLICIET, MET INBEGRIP VAN (MAAR NIET BEPERKT TOT) GARANTIES BETREFFENDE TITEL, VERKOOPBAARHEID, GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL OF DAT DE TOEPASSINGEN GEEN INBREUK MAKE N OP OCTROOIEN, AUTEURSRECHTEN, HANDELSMERKEN OF ANDERE RECHTEN VAN DERDEN. De beschikbaarheid van bepaalde producten, toepassingen en diensten voor deze producten kan per regio verschillen. Neem contact op met uw Nokia-dealer voor details en de beschikbaarheid van taalopties. Dit apparaat bevat mogelijk onderdelen, technologie of software die onderhevig zijn aan wet- en regelgeving betreffende export van de VS en andere landen. Ontwijking in strijd met de wetgeving is verboden.
Beheer van digitale rechten
Content-eigenaren kunnen gebruikmaken van verschillende soorten technologieën voor het beheer van digitale rechten (DRM) om hun intellectuele eigendom, waaronder auteursrechten, te beschermen. Dit apparaat maakt gebruik van verschillende typen DRM-software om toegang te krijgen tot DRM-beveiligde inhoud. Bij dit apparaat krijgt u toegang tot inhoud die is beschermd met WMDRM 10 en OMA DRM 2.0. Als bepaalde DRM-software er niet in slaagt de inhoud te beschermen, kunnen content-eigenaren verlangen dat de mogelijkheid om met die DRM-software toegang te krijgen tot nieuwe DRM-beveiligde inhoud, wordt ingetrokken. Deze intrekking kan het vernieuwen van dergelijke DRM-beveiligde inhoud die al in het apparaat is opgeslagen, verhinderen. Het intrekken van dergelijke DRM-software heeft geen invloed op het gebruik van inhoud die is beveiligd met andere typen DRM of het gebruik van niet door DRM beveiligde inhoud.
MEDEDELING FCC/INDUSTRY CANADA Dit apparaat kan tv- of radiostoringen veroorzaken (bijvoorbeeld als u in de nabijheid van ontvangstapparatuur een telefoon gebruikt). De Federal Communications Commission (FCC) of Industry Canada kunnen u vragen niet langer uw telefoon te gebruiken als deze storingen niet verholpen kunnen worden. Neem contact op met uw lokale servicedienst als u hulp nodig hebt. Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC-regels. De werking is afhankelijk van de volgende twee voorwaarden: (1) Dit apparaat mag geen schadelijke storingen veroorzaken en (2) dit apparaat moet storingen van buitenaf accepteren, ook wanneer deze een ongewenste werking tot gevolg kunnen hebben. Veranderingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk door Nokia zijn goedgekeurd, kunnen het recht van de gebruiker om met deze apparatuur te werken tenietdoen.
/Uitgave 4 NL

Inhoudsopgave

Veiligheid.............................................................7
Over dit apparaat.......................................................................7
Netwerkdiensten.......................................................................8
Hulp zoeken.........................................................9
Ondersteuning...........................................................................9
Uw apparaatsoftware up-to-date houden..............................9
Help van het apparaat ............................................................11
Aan de slag.........................................................12
SIM-kaart, batterij, laden, geheugenkaart............................12
Toetsen en onderdelen...........................................................15
Eerste keer starten..................................................................17
De toetsen vergrendelen........................................................17
Accessoires...............................................................................18
Volumeregeling.......................................................................18
Startscherm..............................................................................18
Nokia-overdracht.....................................................................19
E-mailinstellingen definiëren.................................................21
Antennes...................................................................................21
Nokia PC Suite..........................................................................22
Toegangscodes........................................................................22
Tips voor efficiënt gebruik......................................................23
Bezoek Ovi................................................................................23
Nokia E52 – De basis ..........................................24
Installatie van de telefoon......................................................24
Instelwizard.............................................................................24
Menu.........................................................................................24
Scherm-indicatoren.................................................................25
Tekst invoeren.........................................................................27
Zoeken......................................................................................28
Algemene bewerkingen in verschillende toepassingen......28
Geheugen vrijmaken...............................................................29
Aanpassen..........................................................30
Profielen ..................................................................................30
Beltonen selecteren.................................................................30
Profielen aanpassen................................................................31
Het startscherm aan uw voorkeuren aanpassen..................31
Weergavevolgorde wijzigen..................................................32
Een thema downloaden..........................................................32
Audiothema's wijzigen...........................................................32
3D-beltonen.............................................................................33
Nieuw in de Nokia Eseries..................................34
Belangrijkste functies..............................................................34
Startscherm..............................................................................34
Sneltoetsen..............................................................................36
Omdraaien om oproepen of alarmen te dempen................37
Agenda......................................................................................37
Contacten..................................................................................39
Multitasking.............................................................................41
Bestanden op Ovi.....................................................................41
Berichten............................................................43
Nokia Messaging......................................................................43
E-mail........................................................................................44
Berichtenmappen....................................................................47
Tekst- en multimediaberichten..............................................48
Berichten indelen....................................................................51
Berichtenlezer..........................................................................52
Spraak.......................................................................................52
Speciale berichttypen..............................................................53
Infodienst.................................................................................53
Berichtinstellingen..................................................................54
Telefoon.............................................................57
Spraakoproepen......................................................................57
Voicemail .................................................................................58
Video-oproepen.......................................................................59
Video delen..............................................................................60
Internetoproepen....................................................................63
Spraakfuncties.........................................................................64
Snelkeuze ................................................................................64
Oproepen omleiden.................................................................65
Oproepen blokkeren................................................................65
Internetoproepen blokkeren..................................................66
DTMF-tonen verzenden...........................................................66
Spraakthema............................................................................67
Spraakopdrachten...................................................................67
P2T............................................................................................69
Logboek ...................................................................................73
Internet..............................................................75
Browser....................................................................................75
Surfen op intranet ..................................................................80
Ovi Store...................................................................................80
Uw computer met het web verbinden..................................80
Op reis................................................................81
Positionering (GPS)..................................................................81
Kaarten.....................................................................................85
Nokia-kantoortoepassingen..............................96
Actieve notities .......................................................................96
Rekenmachine ........................................................................97
Bestandsbeheer.......................................................................97
Quickoffice................................................................................98
Conversieprogramma .............................................................99
Zipbeheer .................................................................................99
PDF-lezer ................................................................................100
Afdrukken...............................................................................100
Klok ........................................................................................102
Woordenboek........................................................................103
Notities ..................................................................................103
Media................................................................104
Camera....................................................................................104
Galerij......................................................................................107
Foto's......................................................................................109
Online delen...........................................................................115
Nokia Videocentrum.............................................................118
Muziekspeler..........................................................................122
RealPlayer ..............................................................................123
Dictafoon................................................................................124
Flash-speler............................................................................125
FM-radio..................................................................................125
Nokia Internetradio...............................................................126
Connectiviteit...................................................129
Snelle packet-gegevens........................................................129
Gegevenskabel.......................................................................129
Bluetooth ...............................................................................130
SIM-toegangsprofiel..............................................................133
Draadloos LAN .......................................................................134
Verbindingsbeheer................................................................136
Ondersteuning.................................................171
Groene tips.......................................................174
Energie besparen...................................................................174
Recyclen..................................................................................174
Papier besparen.....................................................................174
Meer informatie.....................................................................174
Beveiligings- en gegevensbeheer....................138
Het apparaat blokkeren........................................................138
Beveiliging van de geheugenkaart......................................138
Codering.................................................................................139
Vaste nummers......................................................................140
Certificaatbeheer...................................................................140
Beveiligingsmodules weergeven en bewerken.................142
Externe configuratie..............................................................142
Toepassingsbeheer...............................................................144
Licenties.................................................................................146
Synchronisatie.......................................................................147
Mobiel VPN.............................................................................148
Instellingen......................................................150
Algemene instellingen..........................................................150
Telefooninstellingen.............................................................154
Verbindingsinstellingen........................................................156
Toepassingsinstellingen.......................................................165
Sneltoetsen......................................................166
Algemene sneltoetsen..........................................................166
Woordenlijst....................................................167
Product- en veiligheidsinformatie...................175
Index................................................................183

Veiligheid

Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer informatie.
SCHAKEL HET APPARAAT ALLEEN IN ALS HET VEILIG IS
Schakel het apparaat niet in als het gebruik van mobiele telefoons verboden is of als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren.
VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
Houdt u aan de lokale wetgeving. Houd tijdens het rijd en uw han den vrij om uw v oert uig te be sturen. De verkeersveiligheid dient uw eerste prioriteit te hebben terwijl u rijdt.
STORING
Alle draadloze apparaten kunnen gevoelig zijn voor storing. Dit kan de werking van het apparaat negatief beïnvloeden.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN GEBIEDEN WAARBINNEN EEN GEBRUIKSVERBOD GELDT
Houd u aan alle mogelijke beperkende maatregelen. Schakel het apparaat uit in vliegtuigen en in de nabijheid van medische apparatuur, brandstof, chemicaliën of gebieden waar explosieven worden gebruikt.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 7

Over dit apparaat

Het draadloze apparaat dat in deze handleiding wordt beschreven, is goedgekeurd voor gebruik in het UMTS 900­en 2100-netwerken en GSM 850-, 900-, 1800- en 1900­netwerken. Neem contact op met uw serviceprovider voor meer informatie over netwerken.
Dit apparaat ondersteunt verschillende verbindingsmethoden en net als computers kan uw apparaat worden blootgesteld aan virussen en andere schadelijke inhoud. Wees voorzichtig met berichten, verbindingsverzoeken, browsen en downloaden. Installeer en gebruik alleen diensten en software van betrouwbare bronnen die adequate beveiliging en bescherming bieden, zoals toepassingen die Symbian Signed zijn of de Java
DESKUNDIG ONDERHOUD
Dit product mag alleen door deskundigen worden geïnstalleerd of gerepareerd.
TOEBEHOREN EN BATTERIJEN
Gebruik alleen goedgekeurde toebehoren en batterijen. Sluit geen incompatibele producten aan.
WATERBESTENDIGHEID
Het apparaat is niet waterbestendig. Houd het apparaat droog.
Verified™-test hebben doorstaan. Overweeg de installatie van antivirus- en andere beveiligingssoftware op het apparaat en eventuele aangesloten computers.
Uw apparaat beschikt mogelijk over vooraf geïnstalleerde bladwijzers en koppelingen naar websites van derden. Deze zijn niet verbonden met Nokia en Nokia onderschrijft deze niet en aanvaardt er geen aansprakelijkheid voor. Als u dergelijke sites bezoekt, moet u voorzorgsmaatregelen treffen op het gebied van beveiliging of inhoud.
Waarschuwing: Als u andere functies van dit
apparaat wilt gebruiken dan de alarmklok, moet het apparaat zijn ingeschakeld. Schakel het apparaat niet in wanneer het gebruik van draadloze apparatuur storingen of gevaar kan veroorzaken.
Houd u bij het gebruik van dit apparaat aan alle regelgeving en respecteer lokale gebruiken, privacy en legitieme rechten van anderen, waaronder auteursrechten. Auteursrechtbescherming kan verhinderen dat bepaalde afbeeldingen, muziek en andere inhoud worden gekopieerd, gewijzigd of overgedragen.
Maak een back-up of houd een schriftelijke neerslag bij van alle belangrijke gegevens die in uw apparaat zijn opgeslagen.
Wanneer u het apparaat op een ander apparaat aansluit, dient u eerst de handleiding van het desbetreffende apparaat te raadplegen voor uitgebreide veiligheidsinstructies. Sluit geen incompatibele producten aan.
De afbeeldingen in deze documentatie kunnen verschillen van de afbeeldingen op het scherm van het apparaat.
Voor andere belangrijke informatie over uw apparaat wordt u verwezen naar de gebruikershandleiding.

Netwerkdiensten

Om het apparaat te kunnen gebruiken, moet u beschikken over een abonnement bij een aanbieder van draadloze verbindingsdiensten. Enkele functies zijn niet op alle netwerken beschikbaar. Er zijn ook functies waarvoor u specifieke regelingen met uw serviceprovider moet treffen voordat u ze kunt gebruiken. Wanneer u netwerkdiensten gebruikt, worden er gegevens overgedragen. Informeer bij uw serviceprovider naar de kosten voor communicatie op uw eigen telefoonnetwerk en wanneer u in het dekkingsgebied van andere netwerken verkeert. Uw serviceprovider kan u vertellen welke kosten in rekening worden gebracht. Bij sommige netwerken gelden beperkingen die invloed hebben op hoe u sommige functies van dit apparaat kunt gebruiken die netwerkondersteuning nodig hebben, zoals ondersteuning voor specifieke technologieën, bijvoorbeeld WAP 2.0-protocollen (HTTP en SSL) die werken met TCP/IP­protocollen en taalafhankelijke tekens.
Het kan zijn dat uw serviceprovider verzocht heeft om bepaalde functies uit te schakelen of niet te activeren in uw appa raat . In da t gev al wor den d eze f uncti es ni et in het menu van uw apparaat weergegeven. Mogelijk is uw apparaat voorzien van aangepaste onderdelen, zoals menunamen, menuvolgorde en pictogrammen.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.8

Hulp zoeken

Ondersteuning

Als u meer wilt weten over hoe u uw product kunt gebruiken of u weet niet zeker hoe het apparaat behoort te werken, gaat u naar de ondersteuningspagina's op www.nokia.com/ support of de lokale Nokia-website www.nokia.mobi/ support (voor mobiele apparaten), de Help-toepassing in het apparaat zelf of de gebruikershandleiding.
Als u hiermee het probleem niet kunt oplossen, gaat u als volgt te werk:
Start het apparaat opnieuw op: schakel het apparaat uit en verwijder de batterij. Plaats de batterij na een ongeveer een minuut weer in het apparaat en schakel het apparaat in.
Herstel de oorspronkelijke fabrieksinstellingen zoals in de gebruikershandleiding wordt uitgelegd. Uw documenten en bestanden zullen bij het herstellen worden verwijderd, dus u moet eerst een back-up maken van uw gegevens.
Werk de software van uw apparaat regelmatig bij voor optimale prestaties en mogelijke nieuwe functies, zoals uitgelegd in de gebruikershandleiding.
Als het probleem nog steeds niet is opgelost, neemt u contact op met Nokia om het apparaat te laten repareren. Kijk op www.nokia.com/repair. Maak eerst een back-up van de gegevens in uw apparaat voordat u het voor reparatie verstuurt.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 9

Uw apparaatsoftware up-to-date houden

Informatie over apparaatsoftware- en toepassingsupdates

Via updates voor apparaatsoftware en toepassingen kunt u nieuwe en verbeterde functies voor uw apparaat ontvangen. Via software-updates kunnen ook de prestaties van uw apparaat worden verbeterd.
Het is aan te raden een back­up te maken van uw persoonlijke gegevens voordat u de software op uw apparaat bijwerkt.
Waarschuwing:
Tijdens het installeren van een software-update kunt u het apparaat niet gebruiken, zelfs niet om een alarmnummer te bellen, totdat de installatie voltooid is en het apparaat opnieuw is ingeschakeld. Zorg ervoor dat u een back-up maakt van de gegevens voordat u de installatie van een update aanvaardt.
Bij het downloaden van software-updates worden mogelijk grote hoeveelheden gegevens overgedragen (netwerkdienst).
Zorg ervoor dat de batterij van het apparaat voldoende capaciteit heeft of dat de lader is aangesloten voordat u begint met bijwerken.
Nadat u de apparaatsoftware of toepassingen hebt bijgewerkt, is het mogelijk dat de instructies in de gebruikershandleiding niet langer up-to-date zijn.

Draadloos bijwerken van software

Selecteer Menu > Bed. paneel > Telefoon > Sw-
update.
Met Software-update (netwerkdienst) kunt u de beschikbare updates voor toepassingen controleren, downloaden en op het apparaat installeren.
Bij het downloaden van software-updates worden mogelijk grote hoeveelheden gegevens overgedragen (netwerkdienst).
Zorg ervoor dat de batterij van het apparaat voldoende capaciteit heeft of dat de lader is aangesloten voordat u begint met bijwerken.
Waarschuwing: Tijdens het installeren van een
software-update kunt u het apparaat niet gebruiken, zelfs niet om een alarmnummer te bellen, totdat de installatie voltooid is en het apparaat opnieuw is ingeschakeld. Zorg ervoor dat u een back-up maakt van de gegevens voordat u de installatie van een update aanvaardt.
Nadat u de apparaatsoftware of toepassingen hebt bijgewerkt met Software-update, zijn de instructies voor de bijgewerkte toepassingen in de gebruikershandleiding of de Help mogelijk niet meer up-to-date.
Selecteer Opties en een van de volgende opties:
Update starten — Hiermee downloadt u de beschikbare
updates. Als u bepaalde updates niet wilt downloaden, selecteert u de desbetreffende updates in de lijst en verwijdert u de bijbehorende markering.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.10
Update via computer — Hiermee werkt u het apparaat
bij met behulp van een pc. Deze optie vervangt de optie Update starten wanneer updates alleen beschikbaar zijn met behulp van de pc-toepassing Nokia Software Updater.
Details bekijken — Hiermee geeft u informatie over een update weer.
Updategeschied. bekijkn — Hiermee bekijkt u de status van vorige updates.
Instellingen — Hiermee wijzigt u de instellingen, zoals het standaardtoegangspunt dat moet worden gebruikt voor het downloaden van updates.
Vrijwaring — Hiermee bekijkt u de licentieovereenkomst van Nokia.

Software updaten via de pc

Nokia Software Updater is een pc-toepassing waarmee u de software van uw apparaat kunt bijwerken. Als u dat wilt doen, hebt u een compatibele pc nodig, een breedbandverbinding met internet en een compatibele USB­gegevenskabel om uw apparaat op de pc aan te sluiten.
Als u meer informatie wilt en de updatetoepassing voor Nokia-software wilt downloaden, gaat u naar www.nokia.com/softwareupdate.

Help van het apparaat

Uw apparaat bevat instructies voor de toepassingen op het apparaat.
Als u help wilt openen vanuit het hoofdmenu, selecteert u
Menu > Help > Help en de toepassing waarbij u hulp nodig
hebt.
Als u vanuit een geopende toepassing de help voor de huidige weergave wilt openen, selecteert u Opties > Help.
Als u tijdens het lezen de lettergrootte van de helptekst wilt wijzigen, selecteert u Opties > Lettergrootte verkleinen of Lettergrootte vergroten.
Aan het einde van de helptekst kunt u koppelingen vinden naar verwante onderwerpen. Als u een onderstreept woord selecteert, wordt een korte uitleg weergegeven. In de help worden de volgende symbolen gebruikt:
een verwant helponderwerp. besproken toepassing.
Tijdens het lezen van de uitleg kunt u wisselen tussen helpteksten en de toepassing die op de achtergrond geopend is door Opties > Open toepassingen en de gewenste toepassing te selecteren.
Koppeling naar een
Koppeling naar
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 11

Aan de slag

Deze Nokia E52 is bedoeld voor zakelijk gebruik, maar u kunt het ook privé gebruiken.
Lees eerst deze pagina's om snel aan de slag te gaan en dan pas de rest van de handleiding om alle nieuwe functies van de Nokia E52 te onderzoeken.

SIM-kaart, batterij, laden, geheugenkaart

Zet alle delen in elkaar en ga aan de slag met uw Nokia E52.

De SIM-kaart en de batterij plaatsen

1. Om de achtercover van het apparaat te openen, moet u
met de achterzijde van het apparaat naar u toe gericht op de ontgrendelingsknop drukken en de achtercover optillen.
2. Als de batterij is geïnstalleerd, tilt u de batterij in de richting van de pijl.
3. Plaats de SIM-kaart. Zorg ervoor dat het contactgebied op de kaart gericht is op de aansluitpunten van het apparaat en dat de afgeschuinde hoek van de geheugenkaart naar de onderkant van het apparaat wijst.
4. Leg de contactpunten van de batterij op één lijn met de overeenkomende aansluitpunten op het batterijvak en schuif de batterij in de richting van de pijl.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.12
5. U kunt de achtercover terugplaatsen door de bovenste vergrendelpalletjes in de juiste sleuven te schuiven en naar beneden te drukken totdat de cover vastklikt.

De batterij laden

De batterij is in de fabriek al voor een deel opgeladen. Als het apparaat aangeeft dat het batterijniveau laag is, kunt u het volgende doen:
1. Sluit de lader aan op een stopcontact.
2. Sluit de stekker van de lader aan op de USB-poort van het apparaat.
3. Wanneer het apparaat aangeeft dat de batterij volledig is opgeladen, maakt u eerst de lader los van het apparaat en vervolgens haalt u de stekker uit het stopcontact.
U hoeft de batterij niet een bepaalde tijd op te laden en u kunt het apparaat tijdens het laden al gebruiken. Als de batterij volledig ontladen is, kan het enkele minuten duren voordat de batterij-indicator op het scherm wordt weergegeven en u weer met het apparaat kunt bellen.
Laden met de USB-gegevenskabel
Het laden van de batterij gaat met de USB-gegevenskabel langzamer dan met de lader. Laden met de USB­gegevenskabel werkt mogelijk niet als u een USB-hub gebruikt. USB-hubs kunnen incompatibel zijn voor het laden van een USB-apparaat.
Laden met de USB-gegevenskabel kan lang duren als de batterij helemaal leeg is.
Als de USB-gegevenskabel aangesloten is, kunt u tegelijk met het laden ook gegevens overdragen.
1. Gebruik een compatibele USB-gegevenskabel om het apparaat aan te sluiten op een compatibel USB-apparaat.
Afhankelijk van het type apparaat dat u gebruikt voor het laden, kan het enige tijd duren voor het laden van start gaat.
2. Als het apparaat ingeschakeld is, selecteert u een van de beschikbare USB-modi.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 13

De geheugenkaart plaatsen

Met een geheugenkaart spaart u het geheugen van het apparaat. Bovendien kunt u op de geheugenkaart een back­up maken van de gegevens op het apparaat.
Gebruik alleen compatibele microSD- en microSDHC-kaarten die door Nokia is goedgekeurd voor gebruik met dit apparaat. Nokia maakt gebruik van goedgekeurde industriële normen voor geheugenkaarten, maar sommige merken zijn mogelijk niet geheel compatibel met dit apparaat. Incompatibele kaarten kunnen de kaart en het apparaat beschadigen en gegevens op de kaart aantasten.
Houd alle geheugenkaarten buiten het bereik van kleine kinderen.
Vraag de fabrikant of de leverancier naar de compatibiliteit van een geheugenkaart.
Er kan een compatibele geheugenkaart in het verkooppakket zijn opgenomen. De geheugenkaart kan al in het apparaat geplaatst zijn. Zo niet, doe dan het volgende:
1. Plaats het apparaat zo dat de achtercover naar boven wijst, om te voorkomen dat de batterij losraakt.
2. Verwijder de achtercover.
3. Plaats de geheugenkaart in de sleuf, met de contactpunten eerst. Zorg ervoor dat het contactgebied naar de aansluitpunten van het apparaat zijn gericht.
4. Schuif de kaart naar binnen tot deze vastklikt.
5. Plaats de achtercover terug.

De geheugenkaart verwijderen

Belangrijk: Verwijder de geheugenkaart niet op het
moment dat er een bewerking wordt uitgevoerd waarbij de kaart wordt gebruikt. Hierdoor kunnen de kaart en het apparaat beschadigd worden en kunnen gegevens op de kaart worden aangetast.
1. Druk kort op de aan/uit-toets en selecteer
Geheugenkaart verwdrn.
2. Plaats het apparaat zo dat de achtercover naar boven wijst, om te voorkomen dat de batterij losraakt.
3. Verwijder de achtercover.
4. Druk op het uiteinde van de geheugenkaart om deze uit de geheugenkaartsleuf los te maken en verwijder de kaart.
5. Plaats de achtercover terug.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.14

Toetsen en onderdelen

Toetsen en onderdelen

1 — Aan/uit-toets 2 — Lichtsensor 3 — Selectietoets. Druk op de selectietoets om de functie die
erboven weergegeven staat uit te voeren.
4 — Home-toets 5 — Beltoets 6 — Agendatoets 7 — Microfoon 8 — E-mailtoets 9 — Eindetoets
10 — Backspace-toets. Druk op de toets om items te
verwijderen.
11 — Selectietoets 12 — Navi™-toets, hierna voluit bladertoets genoemd. Druk
op de bladertoets om een selectie in te voeren en om naar links, rechts, omhoog en omlaag over het scherm te bewegen. Houd de bladertoets ingedrukt om sneller te bladeren.
13 — Luistergedeelte 14 — Secundaire camera 15 — Hoofdtelefoonaansluiting
1 — Flitser 2 — Hoofdcamera 3 — Luidspreker
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 15

Toetsen en onderdelen (zijkanten)

Houd het apparaat uit de buurt van magneten en magneetvelden.

Sneltoetsen

Met Sneltoetsen hebt u snel toegang tot toepassingen en taken.
Om de toegekende toepassing of taak te wijzigen, selecteert u Menu > Bed. paneel > Instellingen en Algemeen >
Persoonlijk > One Touch-ttsn. Uw serviceprovider kan
toepassingen aan bepaalde toetsen hebben toegewezen. In dat geval kunt u ze niet wijzigen.
1 — MicroUSB-aansluiting 2 — Volume omhoog/Inzoomen 3 — Dempen/P2T-toets 4 — Volume omlaag/Uitzoomen 5 — Opnametoets
Het oppervlak van dit apparaat is nikkelvrij. Bij langdurig gebruik zoals een actief videogesprek en een
gegevensverbinding met hoge snelheid kan het apparaat warm aanvoelen. In de meeste gevallen is dit normaal. Als u vermoedt dat het apparaat niet naar behoren werkt, brengt u het dan naar het dichtstbijzijnde bevoegde servicepunt.
1 — Home-toets 2 — E-mailtoets 3 — Agendatoets
Toets
Home-toets (1) Het startscherm
E-mailtoets (2) De
Druk snel Houd ingedrukt
openen
standaardmailbox openen
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.16
De lijst met actieve toepassingen weergeven
Een nieuw e­mailbericht maken
Agendatoets (3) De toepassing
Agenda openen
Een nieuwe afspraak maken

Eerste keer starten

1. Houd de aan/uit-toets ingedrukt totdat u het apparaat voelt trillen.
2. Voer desgevraagd de PIN-code of blokkeringscode in en selecteer OK.
3. Als u daarom wordt gevraagd, voert u het land waarin u zich bevindt en de huidige datum en tijd in. Voer de eerste letters van uw land in om dit te zoeken. Het is belangrijk dat u het juiste land selecteert, omdat geplande agenda­items die u opgeeft kunnen veranderen als u later een ander land in een andere tijdzone kiest.
4. De toepassing Install. v tel. wordt geopend. Als u een toepassing wilt instellen, selecteert u Starten. Als u geen toepassingen wilt instellen, selecteert u elke keer
Overslaan. Als u de toepassing Install. v tel. later wilt
openen, selecteert u Menu > Help > Install. v tel..
Als u de verschillende instellingen van uw apparaat wilt configureren, gebruikt u de wizards die vanaf het startscherm beschikbaar zijn en de Instelwizard. Als u het apparaat inschakelt, is het mogelijk dat de serviceprovider van de SIM-kaart wordt herkend en sommige instellingen automatisch worden geconfigureerd. U kunt ook contact opnemen met uw serviceprovider voor de juiste instellingen.
U kunt het apparaat inschakelen zonder eerst een SIM-kaart te plaatsen. Het apparaat start dan in het profiel Offline, waardoor de netwerkafhankelijke telefoonfuncties niet beschikbaar zijn.
Als u het apparaat wilt uitschakelen, houdt u de aan/uit-toets ingedrukt.

De toetsen vergrendelen

Wanneer het apparaat is vergrendeld, kunt u mogelijk nog wel het geprogrammeerde alarmnummer kiezen.
De toetsen van het apparaat worden automatisch vergrendeld om te voorkomen dat u er per ongeluk op drukt.
Als u de tijdsduur wilt wijzigen waarna de toetsen wordt geblokkeerd, selecteert u Menu > Bed. paneel >
Instellingen en Algemeen > Beveiliging > Telefoon en SIM-kaart > Per. autom. blokk. ttsnb..
Als u de toetsen handmatig wilt vergrendelen vanaf het startscherm, drukt u op de linkerselectietoets en vervolgens op de rechterselectietoets.
Als u de toetsen handmatig wilt vergrendelen in het menu of in een openstaande toepassing, drukt u kort op de aan/uit-toets en selecteert u Toetsenblok blokkeren.
Als u de toetsen wilt vrijgeven, drukt u op de linkerselectietoets en vervolgens op de rechterselectietoets.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 17

Accessoires

U kunt uw apparaat aansluiten op een reeks van compatibele accessoires. Vraag uw leverancier naar de beschikbaarheid van goedgekeurde accessoires.

De hoofdtelefoon aansluiten

Waarschuwing: Wanneer u de hoofdtelefoon
gebruikt, kan uw vermogen om geluiden van buitenaf te horen negatief worden beïnvloed. Gebruik de hoofdtelefoon niet wanneer dit uw veiligheid in gevaar kan brengen.
Sluit de compatibele hoofdtelefoon aan op de hoofdtelefoonaansluiting van het apparaat.

Een polsband bevestigen

Breng de polsband aan en trek deze strak.

Volumeregeling

Met de volumetoetsen kunt u het volume van het luistergedeelte tijdens een telefoongesprek of het volume van de mediatoepassingen aanpassen.

Startscherm

Vanaf het startscherm hebt u direct toegang tot de meest gebruikte toepassing. Ook ziet u hier met één oogopslag of er gemiste oproepen of nieuwe berichten zijn.
Als u het pictogram rechts om een lijst met beschikbare acties weer te geven. U sluit de lijst door naar links te gaan.
ziet, drukt u de navigatietoets naar
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.18
Het startscherm bestaat uit de volgende elementen:
1. Snelkoppelingen naar toepassingen Als u een toepassing wilt openen, selecteert u de snelkoppeling van de toepassing.
2. Informatiegebied. U kunt een item dat wordt weergegeven in het informatiegebied bekijken door het item te selecteren.
3. Meldingengebied. U kunt de meldingen weergeven door naar een vak te gaan. Vakken zijn alleen zichtbaar als er items in staan.
U kunt twee startschermen instellen voor verschillende doeleinden. U kunt bijvoorbeeld een scherm voor zakelijke e­mail en berichten hebben en een ander scherm voor persoonlijke e-mail. Zo kunt u voorkomen dat u buiten uw werktijden zakelijke berichten te zien krijgt.
Selecteer startschermen.
Als u het uiterlijk van het startscherm wilt instellen en wilt definiëren welke items en snelkoppelingen erop staan, selecteert u Menu > Bed. paneel en Modi.
als u wilt overschakelen tussen de

Nokia-overdracht

Inhoud overbrengen

Met de toepassing Overdracht kunt u inhoud, zoals telefoonnummers, adressen, agenda-items en afbeeldingen van uw vorige Nokia-apparaat kopiëren naar uw apparaat.
Welk type inhoud kan worden overgedragen, hangt af van het model van het apparaat waaruit u de inhoud wilt overbrengen. Als het apparaat synchronisatie ondersteunt, kunt u de gegevens tussen de apparaten ook synchroniseren. Er wordt een bericht weergegeven als het andere apparaat niet compatibel is.
Als het andere apparaat alleen met een SIM-kaart kan worden ingeschakeld, kunt u uw SIM-kaart plaatsen. Wanneer uw apparaat wordt ingeschakeld zonder SIM-kaart, wordt automatisch het profiel Offline geactiveerd en is gegevensoverdracht mogelijk.
De eerste keer inhoud overbrengen
1. Als u voor het eerst gegevens uit het andere apparaat naar
dit apparaat wilt overbrengen, selecteert u Menu > Bed.
paneel > Overdracht.
2. Selecteer het verbindingstype dat u wilt gebruiken om de gegevens over te brengen. Beide apparaten moeten het geselecteerde verbindingstype ondersteunen.
3. Als u Bluetooth-verbindingen als verbindingstype hebt gekozen, verbindt u beide apparaten. Selecteer
Doorgaan als u met uw apparaat wilt zoeken naar andere
apparaten met Bluetooth. Selecteer het apparaat waaruit u inhoud wilt overbrengen. U wordt gevraagd een code
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 19
in te voeren op uw apparaat. Voer een code in (1-16 cijfers) en selecteer OK. Voer dezelfde code ook in op het andere apparaat en selecteer OK. De apparaten zijn nu gekoppeld.
Sommige oudere Nokia-apparaten hebben nog geen toepassing Overdracht. In dat geval wordt de toepassing Overdracht als bericht naar het andere apparaat verzonden. Open het bericht om de toepassing Overdracht te installeren op het andere apparaat en volg de instructies op het scherm.
4. Selecteer op uw apparaat de inhoud die u vanaf het andere apparaat wilt overbrengen.
Wanneer de overdracht is gestart, kunt u deze annuleren en later verder gaan.
De inhoud wordt overgedragen vanuit het geheugen van het andere apparaat naar de overeenkomstige locatie op uw apparaat. De tijd die nodig is voor de overdracht, is afhankelijk van de hoeveelheid gegevens.

Inhoud synchroniseren, ophalen of verzenden

Selecteer Menu > Bed. paneel > Overdracht. Selecteer na de eerste bestandsoverdracht een van de
volgende opties om een nieuwe overdracht te starten, afhankelijk van het model:
om de inhoud tussen uw apparaat en het andere apparaat te synchroniseren, als het andere apparaat synchronisatie ondersteunt. De synchronisatie verloopt in twee richtingen. Als een item op het ene apparaat is
verwijderd, wordt het ook op het andere verwijderd. U kunt verwijderde items niet terugzetten via een synchronisatie.
om inhoud van het andere apparaat naar uw apparaat te halen. Bij het ophalen wordt inhoud van het andere apparaat naar uw apparaat gedownload. Mogelijk wordt aan u gevraagd of u de oorspronkelijke inhoud op het andere apparaat wilt behouden of verwijderen, afhankelijk van het model van het apparaat.
om inhoud van uw apparaat naar het andere apparaat te verzenden
Als een item niet kan worden verzonden, afhankelijk van het type van het andere apparaat, kunt u het item toevoegen aan de Nokia-map onder C:\Nokia of E:\Nokia in uw apparaat. Wanneer u de map selecteert waarnaar de items moeten worden overgebracht, worden de items in de bijbehorende map in het andere apparaat gesynchroniseerd, en omgekeerd.
Een overdracht herhalen met een snelkoppeling
Na een gegevensoverdracht kunt u een snelkoppeling met de instellingen voor de overdracht in de hoofdweergave opslaan om dezelfde overdracht later te herhalen.
Als u de snelkoppeling wilt bewerken, selecteert u Opties >
Snelkoppellingsinstllngn. U kunt bijvoorbeeld de
snelkoppeling een naam geven of deze naam wijzigen.
Na elke overdracht wordt een overdrachtslogbestand weergegeven. U kunt het logbestand van de laatste overdracht bekijken door een snelkoppeling in de hoofdweergave te selecteren en Opties > Log bekijken te kiezen.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.20
Omgaan met overdrachtsconflicten
Wanneer een item dat moet worden overgebracht op beide apparaten is bewerkt, probeert het apparaat de wijzigingen automatisch samen te voegen. Als dit niet mogelijk is, ontstaat er een overdrachtconflict. Selecteer 1 voor 1
controleren, Prioriteit deze telefoon of Priorit. andere telefoon om het conflict op te lossen.
E-mailinstellingen
1. Blader in het startscherm naar de e-mailwizard.
2. Voer uw e-mailadres en wachtwoord in. Als de wizard uw
e-mailaccount niet automatisch kan instellen, selecteert u het e-mailaccounttype en voert u de overige accountgegevens in.
Tip: Als u nog geen mailbox hebt ingesteld, druk u op de e-mailtoets om de e-mailwizard te starten.
Als op het apparaat nog meer e-mailclients staan, worden die ook aangeboden wanneer u de e-mailwizard start.
definiëren
De Nokia Eseries werkt tijdens dezelfde uren als u en op dezelfde snelheid. Zorg ervoor dat uw e-mailberichten, contacten en agenda gesynchroniseerd blijven - dit kan snel en handig via verbindingen met hoge snelheden.
Tijdens het instellen van uw e-mail wordt u mogelijk gevraagd naar de volgende informatie: gebruikersnaam, e­mailtype, inkomende mailserver, inkomende mailserverpoort, uitgaande mailserver, uitgaande mailserverpoort, wachtwoord of toegangspunt.
U kunt de e-mailwizard gebruiken voor het instellen van uw zakelijke e-mailaccounts, zoals Microsoft Exchange, of uw webmailaccounts, zoals de e-maildiensten van Google. De wizard ondersteunt de protocollen POP/IMAP en ActiveSync.
Als u een zakelijk e-mailaccount instelt, vraagt u de IT­afdeling van uw bedrijf naar de gegevens. Als u een webmailaccount instelt, gaat u voor meer informatie naar de website van uw e-mailserviceprovider.
Ga als volgt te werk om de e-mailwizard te starten:
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 21

Antennes

Het apparaat kan interne en externe antennes hebben. Vermijd onnodig contact met het gebied rond de antenne als de antenne aan het zenden of ontvangen is. Contact met antennes kan de kwaliteit van de communicatie nadelig beïnvloeden en kan tijdens gebruik leiden tot een hoger stroomverbruik en tot een kortere levensduur van de batterij.

Nokia PC Suite

Nokia PC Suite is een reeks toepassingen die u kunt installeren op een compatibele pc. Nokia PC Suite groepeert alle beschikbare toepassingen in één venster van waaruit u de toepassingen kunt starten. Nokia PC Suite wordt mogelijk meegeleverd op een geheugenkaart, als deze bij uw apparaat geleverd is.
U kunt Nokia PC Suite gebruiken om contacten, agenda-items, takenlijsten en andere notities te synchroniseren tussen het apparaat en een compatibele pc-toepassing, zoals Microsoft Outlook of Lotus Notes. U kunt Nokia PC Suite ook gebruiken om bookmarks over te brengen tussen het apparaat en compatibele browsers en om afbeeldingen en videoclips over te brengen tussen het apparaat en compatibele pc's.
Opmerking: Let op de synchronisatie-instellingen.
Gegevensverwijdering als onderdeel van het normale synchronisatieproces wordt bepaald de instellingen die zijn geselecteerd.
Voor Nokia PC Suite hebt u een pc nodig waarop Microsoft Windows XP (SP1 of SP2) of Windows Vista wordt uitgevoerd en die compatibel is met een USB-gegevenskabel of met Bluetooth.
Nokia PC Suite werkt niet met Macintosh. Raadpleeg voor meer informatie over Nokia PC Suite de Help-
functie of de Nokia-website.
Nokia PC Suite installeren:
1. Controleer of de geheugenkaart in uw Nokia E52 is geplaatst.
2. Sluit de USB-kabel aan. Uw pc herkent het nieuwe apparaat en installeert de benodigde stuurprogramma's. Dit kan enige minuten duren.
3. Selecteer Massaopslag als USB-verbindingsmodus op uw apparaat. Uw apparaat staat in de Windows­bestandsbrowser weergegeven als verwisselbare schijf.
4. Open het hoofdstation van de geheugenkaart met de Windows-bestandsbrowser en selecteer de installatie van PC Suite.
5. De installatie wordt gestart. Volg de weergegeven instructies.
Tip: Als u Nokia PC Suite wilt bijwerken of als er problemen optreden bij de installatie van Nokia PC Suite vanaf de geheugenkaart, kunt u het installatiebestand naar de pc kopiëren en de installatie vanaf de pc starten.

Toegangscodes

Neem contact op met uw serviceprovider als u een van de toegangscodes bent vergeten.
PIN-code (Personal Identification Number) — Deze code
beschermt uw SIM-kaart tegen ongeoorloofd gebruik. De PIN-code (4 tot 8 cijfers lang) wordt gewoonlijk bij de SIM­kaart geleverd. Als u de PIN-code driemaal achter elkaar foutief invoert, wordt de code geblokkeerd. U hebt de PUK­code nodig om deze blokkering op te heffen.
UPIN-code — Deze code wordt mogelijk geleverd bij de
USIM-kaart. De USIM-kaart is een uitgebreide versie van de
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.22
SIM-kaart. De USIM-kaart wordt onders teund door mobiele 3G-telefoons.
PIN2-code — Deze code (4 tot 8 cijfers lang) wordt bij sommige SIM-kaarten geleverd en is nodig voor toegang tot bepaalde functies op het apparaat.
Blokkeringscode (ook wel beveiligingscode genoemd) — De blokkeringscode helpt u om uw apparaat tegen ongeautoriseerd gebruik te beveiligen. De code is bij aanschaf ingesteld op 12345. U kunt de code maken en wijzigen en het apparaat zo instellen dat om de code word t gevr aagd . Houd de ni euwe cod e geheim en bewaa r deze op een veilige plaats (niet bij het apparaat). Als u de code bent vergeten en het apparaat is geblokkeerd, is extra service nodig. Mogelijk worden extra kosten in rekening gebracht en worden alle persoonlijke gegevens van het apparaat verwijderd. Neem voor meer informatie contact op met een Nokia Care-locatie of de leverancier van uw apparaat.
PUK- (Personal Unblocking Key) en PUK2-code — Deze codes (acht cijfers) zijn vereist om respectievelijk een geblokkeerde PIN- of PIN2-code te wijzigen. Neem contact op met de netwerkprovider van uw SIM-kaart als de codes niet bij de SIM-kaart zijn geleverd.
UPUK-code — Deze code (acht cijfers) is vereist voor het wijzigen van een geblokkeerde UPIN-code. Neem contact op met de netwerkprovider van uw USIM-kaart als de code niet bij de USIM-kaart is geleverd.

Tips voor efficiënt gebruik

U kunt overschakelen tussen profielen door kort op de aan/ uit-toets te drukken.
U kunt overschakelen naar het profiel Stil door # ingedrukt te houden.
U kunt zoeken naar items op uw apparaat of op het internet (netwerkdienst) door Menu > Toepassngn > Zoekopdr. te selecteren.
Als u door webpagina's bladert met de toepassing Webbrowser of door kaarten in de toepassing Kaarten, drukt u op * om in te zoomen en op # om uit te zoomen.

Bezoek Ovi

Ovi bevat diensten die door Nokia worden verzorgd. Met Ovi kunt u bijvoorbeeld een e-mailaccount maken, uw afbeeldingen en videoclips delen met vrienden en familie, een uitstapje plannen en locaties op een kaart weergeven, spelletjes, toepassingen, videoclips en geluiden voor uw apparaat downloaden en muziek kopen. De beschikbare diensten kunnen per regio verschillen en niet alle talen worden ondersteund.
Toegang tot de diensten — Ga naar www.ovi.com en registreer je Nokia-account.
Voor meer informatie over het gebruik van de diensten kijkt u op de ondersteuningspagina's van de betreffende dienst.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 23

Nokia E52 – De basis

Installatie van de telefoon

Als u het apparaat voor het eerst inschakelt, opent de toepassing Install. v tel.
Als u de toepassing Install. v tel. later wilt openen, selecteert u Menu > Help > Install. v tel..
Als u de verbindingen van het apparaat wilt instellen, selecteert u Instelwizard.
Als u gegevens vanaf een compatibel Nokia-apparaat naar dit apparaat wilt overdragen, selecteert u Overdracht.
De beschikbare opties kunnen verschillen.

Instelwizard

Selecteer Menu > Bed. paneel > Inst.wizard. Gebruik de wizard Instellingen om de instellingen voor e-mail
en verbindingen te definiëren. De beschikbaarheid van de items in de wizard Instellingen is afhankelijk van de functies van het apparaat, de SIM-kaart, de serviceprovider en de gegevens in de database van de wizard Instellingen.
U kunt de wizard Instellingen starten door Starten te selecteren.
Laat de SIM-kaart in het apparaat zitten bij gebruik van de wizard Instellingen. Zo werkt deze het beste. Als de SIM-kaart niet is geplaatst, volgt u de instructies op het scherm.
Maak een keuze uit de volgende opties:
Operator — De operatorspecifieke instellingen, zoals
instellingen voor MMS, internet, WAP en streaming, definiëren.
E-mail instellen — Een POP-, IMAP- of Mail for Exchange-
account configureren.
Push to Talk — Push-to-Talk-instellingen configureren.
Video delen — Instellingen voor het delen van video
configureren.
Welke instellingen kunnen worden gewijzigd, kan verschillen.

Menu

Selecteer Menu.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.24
Het menu is een beginpunt van waaruit u alle toepassingen van het apparaat of op een geheugenkaart kunt openen.
Het menu bevat toepassingen en mappen. Mappen zijn groepen vergelijkbare toepassingen. Alle toepassingen die u zelf op het apparaat installeert, worden standaard opgeslagen in de map Toepassingen.
Als u een toepassing wilt openen, selecteert u deze toepassing. Dit doet u door er naartoe te gaan en op de bladertoets te drukken.
Als u wilt overschakelen tussen de open toepassingen, drukt u op de home-toets en houdt u deze ingedrukt. Vervolgens selecteert u een toepassing. Als toepassingen op de achtergrond worden uitgevoerd, vergt dit extra batterijcapaciteit en neemt de gebruiksduur van de batterij af.
Selecteer Opties en maak een keuze uit de volgende opties:
Menuweergave wijzigen — Hiermee geeft u toepassingen weer in een lijst of raster.
Gegevens geheugen — Hiermee geeft u het geheugengebruik van verschillende toepassingen en gegevens die zijn opgeslagen in het apparaat of op de geheugenkaart weer en controleert u de hoeveelheid beschikbaar geheugen.
Nieuwe map — Hiermee maakt u een nieuwe map.
Naam wijzigen — Hiermee wijzigt u de naam van een
map.
Verplaatsen — Hiermee rangschikt u de map opnieuw.
Ga naar de toepassing die u wilt verplaatsen en selecteer
Verplaatsen. Naast de toepassing verschijnt een vinkje.
Ga naar een nieuwe locatie en selecteer OK.
Verplaatsen naar map — Hiermee verplaatst u een
toepassing naar een andere map. Ga naar de toepassing die u wilt verplaatsen en selecteer Verplaatsen naar
map, de nieuwe map en OK.
Toepassingen downldn — Hiermee downloadt u
toepassingen van het web.

Scherm-indicatoren

Het apparaat wordt gebruikt in een UMTS-netwerk (netwerkdienst).
Het batterijniveau. Hoe hoger de balk, hoe meer de batterij opgeladen is.
U hebt één of meer ongelezen berichten in de map Inbox in Berichten.
U hebt nieuwe e-mail ontvangen in uw externe mailbox.
Er zijn berichten in de map Outbox van Berichten die nog moeten worden verzonden.
U hebt één of meer oproepen gemist.
De toetsen van het apparaat zijn vergrendeld.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 25
Er is een alarmsignaal actief.
U hebt het profiel Stil geactiveerd, waardoor het apparaat geen belsignaal geeft bij inkomende oproepen of berichten.
Bluetooth is geactiveerd.
Er is een Bluetooth-verbinding tot stand gebracht. Als het symbool knippert, wordt geprobeerd een verbinding met een ander apparaat tot stand te brengen.
Er is een GPRS-packet-gegevensverbinding beschikbaar (netwerkdienst). verbinding actief is.
geeft aan dat de verbinding
geeft aan dat de
in de wacht staat.
Er is een EGPRS-packet-gegevensverbinding beschikbaar (netwerkdienst). verbinding actief is.
geeft aan dat de verbinding
geeft aan dat de
in de wacht staat.
Er is een UMTS-packet-gegevensverbinding beschikbaar (netwerkdienst). verbinding actief is.
geeft aan dat de verbinding
geeft aan dat de
in de wacht staat.
High-Speed Packet Access (HSPA) wordt ondersteund en is beschikbaar (netwerkdienst). Het pictogram kan per regio verschillen.
geeft aan dat
de verbinding actief is. geeft aan dat de verbinding in de wacht staat.
U hebt op het apparaat ingesteld dat gezocht moet worden naar draadloze LAN-netwerken (WLAN) en er is een WLAN-netwerk beschikbaar.
Er is een WLAN-verbinding actief in een niet­gecodeerd netwerk.
Er is een WLAN-verbinding actief in een gecodeerd netwerk.
Uw apparaat is met een USB-kabel aangesloten op een computer.
De tweede telefoonlijn is in gebruik (netwerkdienst).
Alle oproepen worden naar een ander nummer doorgeschakeld. Als u twee telefoonlijnen hebt, geeft een nummer aan welke lijn actief is.
Er is een hoofdtelefoon aangesloten op het apparaat.
Er is een handsfree carkit aangesloten op het apparaat.
Er is een loopset aangesloten op het apparaat.
Er is een teksttelefoon aangesloten op het apparaat.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.26
Het apparaat is bezig met synchroniseren.
Er is een actieve P2T-verbinding (Push to Talk).
Uw P2T-verbinding is in de modus Niet storen, omdat het beltoontype van uw apparaat is ingesteld op Eén piep of Stil, of er is een inkomende of actieve oproep. U kunt in deze modus geen P2T-oproepen maken.

Tekst invoeren

De invoermethoden die in het apparaat beschikbaar zijn, kunnen verschillen, afhankelijk van de verschillende verkoopmarkten.
huidige toets, moet u even wachten totdat de cursor weer in beeld staat. Voer daarna de letter in.
Als u een cijfer wilt invoegen, houdt u de cijfertoets ingedrukt.
Als u wilt wisselen tussen kleine letters en hoofdletters en verschillende modi, drukt u op #.
Als u een teken wilt wissen, drukt u op de backspace-toets. Houd de backspace-toets ingedrukt om meer dan één teken te wissen.
Voor het invoeren van de meest gebruikelijke leestekens, drukt u herhaaldelijk op 1 totdat het gewenste leesteken wordt weergegeven.
Houd * ingedrukt om speciale tekens toe te voegen.
Druk op 0 om een spatie in te voegen. Druk driemaal op 0 om een witregel in te voegen.

Traditionele tekstinvoer

geeft de traditionele tekstinvoer aan.
en geven aan of er kleine letters of hoofdletters worden gebruikt. zin met een hoofdletter en de andere letters automatisch met kleine letters geschreven worden. aan.
Als u tekst met het toetsenblok wilt invoeren, druk u herhaaldelijk op een cijfertoets, 2-9, totdat het gewenste letterteken wordt weergegeven. Er zijn meer tekens beschikbaar voor een cijfertoets dan er op de toets afgedrukt zijn. Als de volgende letter op dezelfde toets staat als de
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 27
geeft aan dat de eerste letter van de
geeft de cijfermodus

Tekstvoorspelling

Met tekstvoorspelling kunt u elke letter met een enkele druk op een toets invoeren. Tekstvoorspelling is gebaseerd op een ingebouwd woordenboek.
Als u tekstvoorspelling wilt in- of uitschakelen, selecteert u
Opties > Invoeropties. Het symbool
weergegeven. Wanneer u een woord begint te schrijven, worden er automatisch mogelijke woorden voorgesteld. Als het juiste woord is gevonden, drukt u op de spatie (0) om te bevestigen en een spatie in te voegen. U kunt tijdens het schrijven een lijst met voorgestelde woorden aflopen. Als het gewenste woord in de lijst staat, selecteert u dit woord. Als
wordt
u het teken ? achter het woord ziet, staat het woord dat u wilde schrijven niet in het woordenboek. Om een woord aan het woordenboek toe te voegen, selecteert u Spellen, voert u het woord met de traditionele tekstinvoer in en selecteert u OK. Als het woordenboek vol is, wordt het oudste toegevoegde woord vervangen door het nieuwe woord.
Selecteer Opties > Invoeropties > Instellingen om het automatisch afmaken van woorden uit te schakelen.
Als u de schrijftaal wilt wijzigen, selecteert u Opties >
Invoeropties > Invoertaal.
Als u wilt zoeken naar webpagina's op internet, selecteert u
Zoeken op internet of een zoekprovider. Voer vervolgens
uw zoektermen in het zoekveld in. De zoekprovider die u hebt geselecteerd, wordt ingesteld als standaardprovider voor zoekopdrachten op internet.
Als u de standaardzoekprovider wilt wijzigen, selecteert u
Opties > Instellingen > Zoekservices.
Als u de land- of regio-instelling wilt wijzigen zodat u uit meer zoekproviders kunt kiezen, selecteert u Opties >
Instellingen > Land of regio.

Zoeken

Over Zoeken

Selecteer Menu > Toepassngn > Zoekopdr.. De zoekfunctie stelt u in staat om met diverse
internetzoekdiensten te zoeken naar bijvoorbeeld websites en afbeeldingen. De inhoud en beschikbaarheid van de diensten kan variëren.

Een zoekopdracht beginnen.

Selecteer Menu > Toepassngn > Zoekopdr..
Als u in de inhoud van uw mobiele apparaat wilt zoeken, voert u zoektermen in het zoekveld in of bladert u door inhoudscategorieën. Tijdens het invoeren van zoektermen worden de zoekresultaten in categorieën onderverdeeld.

Algemene bewerkingen in verschillende toepassingen

De volgende bewerkingen zijn van toepassing op verschillende toepassingen:
Druk kort op de aan/uit-toets om een ander profiel te kiezen of om het apparaat uit te schakelen of te vergrendelen.
Als een toepassing meerdere tabbladen bevat (zie afbeelding), opent u een tabblad door op de navigatietoets naar rechts of links te drukken.
Selecteer Terug om de instellingen die u in een toepassing geconfigureerd hebt, op te slaan.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.28
Als u een bestand wilt opslaan, selecteert u Opties >
Opslaan. Afhankelijk van de gebruikte toepassing zijn er
verschillende opslagmogelijkheden. Als u een bestand wilt verzenden, selecteert u Opties >
Verzenden. U kunt een bestand in een e-mailbericht of een
multimediabericht verzenden, of gebruikmaken van verschillende verbindingsmethoden.
Om te kopiëren houdt u de Shift-toets ingedrukt en selecteert u de tekst met de navigatietoets. Houd de Shift-toets ingedrukt en selecteer Kopiëren. Om te plakken bladert u naar de plek waar de tekst moet komen, houdt u de Shift­toets ingedrukt en selecteert u Plakken. Deze methode werkt misschien niet in toepassingen die over hun eigen kopieer- en plakopdrachten beschikken.
Als u verschillende items, zoals berichten, bestanden of contacten, wilt selecteren, bladert u naar het betreffende item. Selecteer Opties > Markeringen aan/uit >
Markeren om één item te selecteren of Opties > Markeringen aan/uit > Alle markeren om alle items te
selecteren.
Tip: Als u bijna alle items wilt selecteren, selecteert u
eerst Opties > Markeringen aan/uit > Alle
markeren, daarna selecteert u de items die u niet wilt
en vervolgens Opties > Markeringen aan/uit >
Markering opheffen.
Als u een object wilt selecteren (bijvoorbeeld een bijlage bij een document) bladert u naar het object, zodat er vierkante haken aan beide zijden van het object verschijnen.

Geheugen vrijmaken

Selecteer Menu > Kantoor > Best.beheer als u wilt zien hoeveel geheugen beschikbaar is voor verschillende gegevenstypen.
Veel functies van het apparaat gebruiken geheugen om gegevens op te slaan. U krijgt een melding als het beschikbare geheugen bijna vol is.
Breng gegevens over naar een compatibele geheugenkaart (indien beschikbaar) of naar een compatibele computer om geheugen vrij te maken.
Gebruik Bestandsbeheer of ga naar de desbetreffende toepassing om gegevens te verwijderen die u niet langer nodig hebt. U kunt de volgende elementen verwijderen:
E-mails in de mappen in Berichten en e-mails die uit de mailbox zijn opgehaald
Opgeslagen webpagina's
Contactgegevens
Agendanotities
Toepassingen in Toepassingsbeheer die u niet nodig hebt
Installatiebestanden (met de bestandsextensi .SIS of .SISX)
van toepassingen die u hebt geïnstalleerd. Breng de installatiebestanden over naar een compatibele computer.
Afbeeldingen en videoclips in Foto's. Maak een back-up van de bestanden op een compatibele pc met behulp van Nokia PC Suite.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. 29

Aanpassen

U kunt het apparaat aanpassen aan uw persoonlijke voorkeuren, bijvoorbeeld door te kiezen uit verschillende tonen, achtergrondafbeeldingen en schermbeveiligers.

Profielen

Selecteer Menu > Bed. paneel > Profielen. U kunt voor verschillende gebeurtenissen, omgevingen of
groepen bellers beltonen, waarschuwingssig nalen en andere signalen instellen. Het actieve profiel wordt boven aan het startscherm weergegeven. Als het actieve profiel echter Algemeen is, wordt alleen de huidige datum weergegeven.
Als u een nieuw profiel wilt maken, selecteert u Opties >
Nieuw maken en definieert u de instellingen.
Als u een profiel wilt aanpassen, selecteert u het desbetreffende profiel en kiest u Opties > Aanpassen.
Als u een profiel wilt wijzigen, selecteert u het desbetreffende profiel en kiest u Opties > Activeren. Wanneer het Offline profiel is geactiveerd, kunt u het apparaat niet per ongeluk inschakelen. Ook kunt u dan niet ongewild berichten verzenden of ontvangen of gebruikmaken van een draadloos LAN, Bluetooth-connectiviteit, GPS of de FM-radio. Bovendien wordt bij het selecteren van het profiel een eventuele actieve internetverbinding verbroken. Het Offline-profiel verhindert u niet om op een later tijdstip een draadloos LAN- of Bluetooth-verbinding tot stand te brengen, en ook niet om
GPS of de FM-radio in te schakelen. Houd u daarom aan de veiligheidsvoorschriften wanneer u deze functies gebruikt.
Als u het profiel zo wilt instellen dat het tot een bepaalde tijd binnen de volgende 24 uur actief is, selecteert u Opties >
Tijdelijk en stelt u de tijd in. Wanneer de ingestelde tijd
vervolgens is verstreken, wordt het profiel opnieuw ingesteld op het vorige actieve profiel zonder tijdsinstelling. Als u een profiel met tijdinstelling hebt ingesteld, wordt weergegeven op het startscherm. Het profiel Offline kan niet worden geprogrammeerd.
Als u een profiel dat u hebt gemaakt wilt verwijderen, selecteert u Opties > Profiel verwijderen. De vooraf gedefinieerde profielen kunt u niet verwijderen.

Beltonen selecteren

Als u een beltoon wilt instellen voor een profiel, selecteert u
Opties > Aanpassen > Beltoon. Selecteer een beltoon in
de lijst, of selecteer Geluiden downldn om een map te openen met daarin een lijst met bookmarks voor het downloaden van tonen via de browser. Gedownloade tonen worden opgeslagen in de Galerij.
Als u de beltoon alleen voor een bepaalde contactgroep wilt gebruiken, selecteert u Opties > Aanpassen >
Waarschuwen bij en selecteert u de gewenste groep. Voor
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.30
Loading...
+ 160 hidden pages