NOKIA CORPORATION verklaart op eigen
verantwoordelijkheid dat het product RM-57
conform is aan de bepalingen van de volgende
van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website:
http://www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/.
De doorgestreepte container wil zeggen dat het product binnen de
Europese gemeenschap voor gescheiden afvalver zameling moet worden
aangeboden aan het einde van de levensduur van het product. Dit geldt
voor het apparaat, maar ook voor alle toebehoren die van dit symbool
zijn voorzien. Bied deze producten niet aan bij het gewone huisvuil.
van Nokia is verboden.
Nokia, Nokia Connecting People en Pop-Port zijn handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken van Nokia Corporation. Namen van andere producten en bedrijven
kunnen handelsmerken of handelsnamen van de respectievelijke eigenaren zijn.
Nokia tune is een geluidsmerk van Nokia Corporation.
This product includes software licensed from Symbian Software Ltd (c) 1998200(5). Symbian and Symbian OS are trademarks of Symbian Ltd.
Java™ and all Java-based marks are trademarks or registered trademarks
of Sun Microsystems, Inc.
Bluetooth is a registered trademark of Bluetooth SIG, Inc.
USE OF THIS PRODUCT IN ANY MANNER THAT COMPLIES WITH THE MPEG-4
VISUAL STANDARD IS PROHIBITED, EXCEPT FOR USE DIRECTLY RELATED TO (A)
DATA OR INFORMATION (i) GENERATED BY AND OBTAINED WITHOUT CHARGE
FROM A CONSUMER NOT THEREBY ENGAGED IN A BUSINESS ENTERPRISE, AND (ii)
FOR PERSONAL USE ONLY; AND (B) OTHER USES SPECIFICALLY AND SEPARATELY
LICENSED BY MPEG LA, L.L.C.
GEBRUIK VAN DIT PRODUCT OP ENIGE WIJZE DAT OVEREENSTEMT MET DE VISUELE
NORM MPEG-4 IS VERBODEN, BEHALVE VOOR GEBRUIK DAT RECHTSTREEKS
BETREKKING HEEFT OP (A) GEGEVENS OF INFORMATIE (i) GEGENEREERD DOOR EN
KOSTENLOOS VERKREGEN VAN EEN KLANT BUITEN HET KADER VAN ENIGE
BEDRIJFSACTIVITEIT, EN (ii) UITSLUITEND BESTEMD VOOR PERSOONLIJK GEBRUIK;
EN (B) ANDER GEBRUIK DAT SPECIFIEK EN AFZONDERLIJK ONDER LICENTIE IS
TOEGESTAAN DOOR MPEG LA, L.L.C
Nokia voert een beleid dat gericht is op continue ontwikkeling. Nokia behoudt zich
het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan
te brengen in de producten die in dit document worden beschreven.
In geen geval is Nokia aansprakelijk voor enig verlies van gegevens of inkomsten of
voor enige bijzondere, incidentele, onrechtstreekse of indirecte schade.
De inhoud van dit document wordt zonder enige vorm van garantie verstrekt. Tenzij
vereist krachtens het toepasselijke recht, wordt geen enkele garantie gegeven
betreffende de nauwkeurigheid, betrouwbaarheid of inhoud van dit document,
hetzij uitdrukkelijk hetzij impliciet, daaronder mede begrepen maar niet beperkt tot
impliciete garanties betreffende de verkoopbaarheid en de geschiktheid voor een
bepaald doel. Nokia behoudt zich te allen tijde het recht voor zonder voorafgaande
kennisgeving dit document te wijzigen of te herroepen.
De beschikbaarheid van bepaalde producten kan per regio verschillen. Neem
hiervoor contact op met de dichtstbijzijnde Nokia-leverancier.
Exportbepalingen
Dit apparaat bevat mogelijk onderdelen, technologie of software die onderhevig
zijn aan wet- en regelgeving betreffende export van de V.S. en andere landen.
Omleiding in strijd met de wetgeving is verboden.
FCC-/INDUSTRY CANADA-KENNISGEVING
Het apparaat kan storingen veroorzaken bij tv's of radio's (bijvoorbeeld wanneer u
een telefoon te dichtbij een ontvangend apparaat gebruikt). De FCC of Industry
Canada kan u verplichten het gebruik van uw telefoon te staken als dergelijke
storing niet kan worden beëindigd. Als u hulp nodig hebt, kunt u contact opnemen
met uw plaatselijke netwerkexploitant. Dit apparaat voldoet aan artikel 15 van de
FCC-regels. Gebruik is onderhevig aan de voorwaarde dat dit apparaat geen
schadelijke storing veroorzaakt.
INFORMATIE OVER AANVULLENDE TOEPASSINGEN VOOR UW NOKIA 6681
In het pakket vindt u een multimediakaart van het type Reduced-Size Dual Voltage
(RS-MMC), die aanvullende toepassingen van Nokia en van derden bevat. De inhoud
van de RS-MMC en de beschikbaarheid van toepassingen en diensten kunnen
verschillen per land, leverancier en/of netwerkoperator. De toepassingen en meer
informatie over het gebruik van de toepassingen op www.nokia.com/support zijn
slechts in een aantal talen beschikbaar.
Sommige bewerkingen en functies zijn afhankelijk van de SIM-kaart en/of het
netwerk, van de MMS of van de compatibiliteit van apparaten en de ondersteunde
indelingen voor inhoud. De beschikbaarheid van diensten kan verschillen per land
en per region. Voor sommige diensten worden afzonderlijke kosten berekend.
GEEN GARANTIE
De toepassingen van derden op de Reduced-size MultiMediaCard (RS-MMC) zijn
gemaakt door en zijn eigendom van personen of rechtspersonen die nie t met Nokia
zijn verbonden. Nokia is geen eigenaar van de auteursrechten en/of intellectuele
eigendomsrechten van deze toepassingen van derden. Nokia is daarom niet
verantwoordelijk voor gebruikersondersteuning of de functionaliteit van deze
toepassingen van derden en ook niet voor de informatie in de toepassingen of deze
materialen. Nokia biedt geen enkele garantie voor deze toepassingen.
U GAAT ERMEE AKKOORD DAT DE SOFTWARE EN/OF TOEPASSINGEN
(GEZAMENLIJK DE 'SOFTWARE') WORDEN GELEVERD ZONDER ENIGE VORM VAN
GARANTIE, ZIJ HET EXPLICIET OF IMPLICIET EN VOOR ZOVER MAXIMAAL IS
TOEGESTAAN OP GROND VAN TOEPASSELIJK RECHT. NOKIA EN DE PARTNERS
BIEDEN GEEN VERKLARING OF GARANTIE, ZIJ HET EXPLICIET OF IMPLICIET,
DAARONDER BEGREPEN, MAAR NIET BEPERKT TOT, DE GARANTIES INZAKE TITEL OF
DE VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL OF
GARANTIES DAT DE SOFTWARE GEEN INBREUK MAAKT OP PATENTEN,
AUTEURSRECHTEN, HANDELSMERKEN OF ANDERE RECHTEN VAN DERDEN. NOKIA
EN DE PARTNERS GARANDEREN NIET DAT ENIG ASPECT VAN DE SOFTWARE AAN
UW BEHOEFTEN VOLDOET OF DAT DE WERKING VAN DE SOFTWARE
ONONDERBROKEN OF FOUTLOOS IS. U NEEMT ALLE VERANTW OORDELIJKHEID EN
RISICO OP U VOOR DE SELECTIE VAN DE SOFTWARE VOOR HET BEREIKEN VAN DE
DOOR U BEOOGDE RESULTATEN EN VOOR DE INSTALLATIE EN HET GEBRUIK ERVAN
EN DE ERMEE BEREIKTE RESULTATEN. VOOR ZOVER MAXIMA AL IS TOEGESTAAN OP
GROND VAN TOEPASSELIJK RECHT ZIJN NOKIA, ZIJN WERKNEMERS OF PARTNERS
IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK VOOR VERLOREN WINST, INKOMSTEN, OMZET,
GEGEVENS OF INFORMATIE, OF VOOR DE KOSTEN VAN VERVANGENDE G OEDEREN
OF DIENSTEN, SCHADE AAN EIGENDOMMEN, PERSOONLIJK LETSEL OF
ONDERBROKEN BEDRIJFSVOERING, OF VOOR ENIGE DIRECTE, INDIRECTE,
INCIDENTELE, ECONOMISCHE, DEKKINGS-, STRAF-, BIJZONDERE OF
GEVOLGSCHADE, OP WELKE WIJZE DAN OOK VEROORZAAKT EN OP BASIS VAN
CONTRACT, ONRECHTMATIGE DAAD, NALATIGHEID OF WELKE ANDERE THEORIE
VAN AANSPRAKELIJKHEID DAN OOK, VOORTKOMEND UIT DE INSTALLATIE EN HET
GEBRUIK VAN OF ONVERMOGEN TOT HET GEBRUIKEN VAN DE SOFTWARE, OOK
INDIEN NOKIA OF DE PARTNERS OP DE HOOGTE ZIJN GESTELD VAN DE
MOGELIJKHEID VAN DERGELIJKE SCHADE. OMDAT SOMMIGE LANDEN/STATEN/
RECHTSGEBIEDEN BOVENSTAANDE UITSLUITING OF BEPERKING VAN
AANSPRAKELIJKHEID NIET TOESTAAN, MAAR WEL TOESTAAN DAT DE
AANSPRAKELIJKHEID WORDT BEPERKT, IS DE AANSPRAKELIJKHEID VAN NOKIA,
ZIJN WERKNEMERS OF PARTNERS IN DERGELIJKE GEVALLEN BEPERKT TOT 50
EURO. NIETS IN DEZE AANSPRAKELIJKHEIDSBEPERKING DOET AFBREUK AAN DE
WETTELIJKE RECHTEN VAN ENIGE ALS CONSUMENT HANDELENDE PARTIJ.
COPYRIGHT (c) 2005 NOKIA. ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN. NOKIA EN NOKIA
CONNECTING PEOPLE ZIJN GEREGISTREERDE HANDELSMERKEN VAN NOKIA
CORPORATION.
NOKIA CORPORATION
NOKIA MULTIMEDIA MARKETING
P.O. BOX 100, FIN-00045 NOKIA GROUP, FINLAND
TEL. +358 7180 08000
TELEFAX +358 7180 34016
WWW.NOKIA.COM
ISSUE 2 NL, 9236968
Inhoudsopgave
Voor uw veiligheid..................................... 9
De telefoon aanpassen ............................12
Index ...................................................... 124
Voor uw veiligheid
Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de
richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige
gebruikershandleiding voor meer informatie.
HET PRODUCT VEILIG INSCHAKELEN
Schakel de telefoon niet in als het gebruik van
mobiele telefoons verboden is of als dit storing
of gevaar zou kunnen opleveren.
VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
Houd u aan de lokale wetgeving. Houd terwijl
u rijdt uw handen vrij om uw voertuig te
besturen. De verkeersveiligheid dient uw eerste
prioriteit te hebben terwijl u rijdt.
STORING Alle draadloze telefoons kunnen
gevoelig zijn voor storing. Dit kan de werking
van de telefoon negatief beïnvloeden.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN
ZIEKENHUIZEN Houd u aan alle mogelijke
beperkende maatregelen. Schakel de telefoon
uit in de nabijheid van medische apparatuur.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN
VLIEGTUIGEN Houd u aan alle mogelijke
beperkende maatregelen. Draadloze telefoons
kunnen storingen veroorzaken in vliegtuigen.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT TIJDENS HET
TANKEN Gebruik de telefoon niet in een
benzinestation. Gebruik het apparaat niet in
de nabijheid van brandstof of chemicaliën.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN DE BUURT
VAN EXPLOSIEVEN Houd u aan alle
mogelijke beperkende maatregelen. Gebruik
de telefoon niet waar explosieven worden
gebruikt.
GEBRUIK HET APPARAAT VERSTANDIG
Gebruik het apparaat alleen in de normale
positie zoals in de productdocumentatie wordt
uitgelegd. Raak de antenne niet onnodig aan.
DESKUNDIG ONDERHOUD Dit product mag
alleen door deskundigen worden geïnstalleerd
of gerepareerd.
TOEBEHOREN EN BATTERIJEN Gebruik
alleen goedgekeurde toebehoren en batterijen.
Sluit geen incompatibele producten aan.
WATERBESTENDIGHEID De telefoon is niet
waterbestendig. Houd het apparaat droog.
Wanneer u de telefoon op een andere telefoon
aansluit, dient u eerst de handleiding bij de
telefoon te raadplegen voor uitgebreide
veiligheidsinstructies. Sluit geen
incompatibele producten aan.
ALARMNUMMER KIEZEN Controleer of de
telefoonfunctie van de telefoon ingeschakeld
en operationeel is. Druk zo vaak als nodig is op
om het scherm leeg te maken en terug te
keren naar het startscherm. Toets het
alarmnummer in en druk op . Geef op waar
u zich bevindt. Beëindig het gesprek pas
wanneer u daarvoor toestemming hebt
gekregen.
Informatie over het apparaat
Het draadloze apparaat zoals beschreven in deze
handleiding is goedgekeurd voor gebruik op het
GSM 900/1800/1900-netwerk. Neem contact op met uw
serviceprovider voor meer informatie over netwerken.
Houd u bij het gebruik van de functies van dit apparaat aan
alle regelgeving en eerbiedig de privacy en legitieme
rechten van anderen.
Waarschuwing: Als u andere functies van dit
apparaat wilt gebruiken dan de alarmklok, moet de
telefoon zijn ingeschakeld. Schakel het apparaat niet in
wanneer het gebruik van de draadloze telefoon
storingen of gevaar kan veroorzaken.
Netwerkdiensten
Om de telefoon te kunnen gebruiken, moet u zijn
aangemeld bij een aanbieder van draadloze diensten. Veel
van de functies van dit apparaat zijn afhankelijk van de
functies die beschikbaar zijn in het draadloze netwerk.
Deze netwerkdiensten zijn mogelijk niet in alle netwerken
beschikbaar. Het kan ook zijn dat u specifieke regelingen
moet treffen met uw serviceprovider voordat u de
netwerkdiensten kunt gebruiken. Mogelijk krijgt u van uw
serviceprovider extra instructies voor het gebruik van de
diensten en informatie over de bijbehorende kosten. Bij
sommige netwerken gelden beperkingen die het gebruik
van netwerkdiensten negatief kunnen beïnvloeden. Zo
bieden sommige netwerken geen ondersteuning voor
bepaalde taalafhankelijke tekens en diensten.
Het kan zijn dat uw serviceprovider heeft verzocht om
bepaalde functies uit te schakelen of niet te activeren in
uw apparaat. In dat geval worden deze functies niet in het
menu van uw apparaat weergegeven. Neem contact op
met uw serviceprovider voor meer informatie.
Dit draadloze apparaat is een 3GPP GSM Release
99-station met ondersteuning voor GPRS en is ontworpen
om ook Release 97 GPRS-netwerken te ondersteunen.
Er kunnen echter compatibiliteitsproblemen optreden
wanneer het apparaat wordt gebruikt in sommige Release
97 GPRS-netwerken. Neem contact op met uw
serviceprovider voor meer informatie.
Dit apparaat ondersteunt WAP 2.0-protocollen (HTTP en
SSL) die werken met TCP/IP-protocollen. Voor een aantal
functies van dit apparaat, zoals MMS, browsen, e-mail en
het downloaden van inhoud via een browser of MMS, is
mogelijk netwerkondersteuning nodig voor deze
technologieën.
Uitbreidingen, batterijen en
opladers
Controleer voor gebruik altijd het modelnummer van een
oplader. Deze telefoon is bedoeld voor gebruik met de
volgende voedingsbronnen: ACP-12 en LCH-12.
Waarschuwing: Gebruik alleen batterijen, laders en
toebehoren die door Nokia zijn goedgekeurd voor
gebruik met dit model. Het gebruik van alle andere
types kan de goedkeuring of garantie doen vervallen en
kan gevaarlijk zijn.
Vraag uw leverancier naar de beschikbaarheid van
goedgekeurde accessoires. Trek altijd aan de stekker en
niet aan het snoer als u toebehoren losmaakt.
Uw telefoon en toebehoren kunnen kleine onderdelen
bevatten. Houd ze buiten het bereik van kleine kinderen.
netwerkoperator wijkt de volgorde van menu-items
misschien af of bevat het telefoonmenu andere
symbolen. Neem contact op met uw serviceproviderof
netwerkoperator of met de klantenservice van Nokia
als u hulp nodig hebt bij functies die anders zijn dan in
deze handleiding beschreven.
De telefoon aanpassen
• Zie ‘Het uiterlijk van de telefoon wijzigen’ op pagina
15 als u de achtergrondafbeelding of de screensaver
voor de standby-modus wilt wijzigen.
• Zie ‘Actief standby’ op pagina 15 als u de standbydisplay wilt gebruiken voor snelle toegang tot de
toepassingen die u vaak gebruikt.
• Zie ‘Tonen instellen’ op pagina 13 als u de beltonen
wilt aanpassen.
• Zie ‘Standby-modus’ op pagina 99 als u de sneltoetsen
wilt wijzigen voor de verschillende toetsaanslagen
van de bladertoets en selectietoetsen in de
standby-modus.
• Als u de klok in de standby-modus wilt wijzigen,
selecteert u Klok > Opties > Instellingen > Type
• Als u een afzonderlijke beltoon aan een contactpersoon
wilt toewijzen, selecteert u Contacten. Zie ‘Beltonen
toevoegen voor contactpersonen’ op pag. 30.
• Als u een snelkeuzetoets aan een contactpersoon wilt
toewijzen, drukt u in de standby-modus op een
cijfertoets ( is gereserveerd voor de
voicemailbox) en drukt u op . Druk op Ja en selecteer
vervolgens een contactpersoon.
• Als u het hoofdmenu opnieuw wilt indelen, selecteert u
Opties > Verplaatsen, Verplaats naar map of Nieuwe
map. Weinig gebruikte toepassingen kunt u in mappen
plaatsen en veelgebruikte toepassingen kunt u van een
map naar het hoofdmenu verplaatsen.
Tonen instellen
Als u de beltonen, berichtensignaaltonen en andere tonen
voor verschillende gebeurtenissen, situaties of
bellergroepen wilt instellen en aanpassen, drukt u op en
selecteert u Instrum. > Profielen. Het geselecteerde
profiel wordt weergegeven boven aan de display in de
standby-modus. Als u het profiel Algemeen gebruikt,
wordt alleen de datum van vandaag aangegeven.
Druk in de standby-modus op om het profiel te
wijzigen. Ga naar het profiel dat u wilt activeren en
selecteer OK.
Tip! Als u Beltoondownl. kiest, wordt er een lijst met
bookmarks weergegeven. U kunt een bookmark
selecteren en verbinding maken met een webpagina om
tonen te downloaden.
Als u een profiel wilt wijzigen, selecteert u Instrum. >
Profielen. Ga naar het profiel en selecteer Opties >
Aanpassen. Ga naar de instelling die u wilt wijzigen en
druk op om de opties te openen. Tonen die zijn
opgeslagen op de geheugenkaart, worden aangegeven met
. U kunt elke beltoon in de lijst beluisteren voordat u een
toon kiest. Druk op een toets om het geluid te stoppen.
Als u een nieuw profiel wilt maken, selecteert u Opties >
Nieuw maken.
Het profiel Offline
Via het profiel Offline kunt u de telefoon gebruiken
zonder verbinding te maken met het draadloze netwerk.
Wanneer u het profiel Offline activeert, wordt de
verbinding met het draadloze netwerk uitgeschakeld,
zoals aangegeven door in de indicator voor de
signaalsterkte. Er zijn geen draadloze telefoonsignalen
naar en van het apparaat mogelijk. Berichten die u wilt
verzenden, worden in de Outbox geplaatst, zodat u deze
later kunt verzenden.
Tip! Zie ‘De telefoon aanpassen’ op pagina 12 voor
informatie over het wijzigen van de toon voor de
agenda of klok.
Waarschuwing: In het profiel Offline kunt u geen
gesprekken voeren, behalve oproepen naar bepaalde
alarmnummers, of andere functies gebruiken waarvoor
netwerkdekking vereist is. Als u wilt bellen, wijzigt u
het profiel om de telefoonfunctie te activeren. Als het
apparaat is vergrendeld, moet u de deblokkeringscode
invoeren voordat u het profiel kunt wijzigen en kunt
bellen.
Waarschuwing: U kunt het profiel Offline alleen
gebruiken als het apparaat is ingeschakeld. Schakel het
apparaat niet in als het gebruik van mobiele apparaten
verboden is of als dit storing of gevaar zou kunnen
opleveren.
Als u het profiel Offline wilt verlaten, selecteert u een
ander profiel en vervolgens Opties > Activeren > Ja. Via
de telefoon wordt de draadloze overdracht opnieuw
ingeschakeld (mits het signaal sterk genoeg is). Als er een
Bluetooth-verbinding actief was toen u het profiel
Offline inschakelde, wordt Bluetooth weer gedeactiveerd.
De Bluetooth-verbinding wordt automatisch geactiveerd
zodra u het profiel Offline verlaat. Zie ‘Instellingen voor
Bluetooth-verbindingen’ op pag. 90.
De telefoon aanpassen
Inhoud van een andere
telefoon Transfer
U kunt contactpersonen, agendagegevens, afbeeldingen,
videoclips en geluidsfragmenten via Bluetooth kopiëren
vanaf een compatibele Series 60-telefoon.
U kunt de Nokia 6681 gebruiken zonder SIM-kaart. Als u
de telefoon inschakelt zonder SIM-kaart, wordt
automatisch het offline-profiel geactiveerd. Hierdoor
kunt u de SIM-kaart in een andere telefoon gebruiken.
U kunt slechts één keer hetzelfde type gegevens,
bijvoorbeeld contacten, van de andere telefoon naar uw
telefoon overbrengen. Dit is om dubbele gegevens te
voorkomen. Als u dezelfde gegevens nogmaals wilt
overbrengen, moet u de toepassing Transfer naar de
andere telefoon verzenden en opnieuw installeren.
Activeer Bluetooth op beide telefoons voordat u de
overdracht naar de Nokia 6681 start. Druk op elke telefoon
op en selecteer Connect. > Bluetooth. Selecteer
Bluetooth > Aan. Geef een naam op voor elke telefoon.
Ga als volgt te werk om inhoud over te brengen:
1 Druk op en selecteer Instrum. > Transfer op de
Nokia 6681. Volg de instructies op het scherm.
2 De telefoon zoekt naar apparaten met
Bluetooth-connectiviteit. Als de zoekactie is voltooid,
selecteert u de andere telefoon in de lijst.
3 U wordt gevraagd een code in te voeren op de Nokia
6681. Voer de gewenste code in (1-16 cijfers) en
selecteer OK. Voer de code ook in op de andere telefoon
en selecteer OK.
4 De toepassing Transfer wordt als bericht naar de
andere telefoon verzonden.
5 Open het bericht om Transfer te installeren op de
andere telefoon en volg de instructies op het scherm.
De toepassing wordt toegevoegd aan het hoofdmenu.
6 Selecteer met de Nokia 6681 de inhoud die u van de
andere telefoon wilt kopiëren.
De inhoud wordt gekopieerd van het geheugen en de
geheugenkaart van de andere telefoon naar de Nokia 6681
en de geheugenkaart van de Nokia 6681. De tijd die
hiervoor nodig is, is afhankelijk van de hoeveelheid
gegevens die moet worden overgedragen. De gegevens
worden niet van de andere telefoon verwijderd.
Als u het uiterlijk van de telefoondisplay wilt wijzigen,
zoals de achtergrondafbeelding, het kleurenpalet en de
symbolen, drukt u op en selecteert u Instrum. >
Thema's. Het actieve thema wordt aangegeven met . In
Thema's kunt u elementen van andere thema’s groeperen
of afbeeldingen selecteren in de toepassing Galerij om
thema’s verder aan te passen. Thema's die zijn opgeslagen
op de geheugenkaart, worden aangegeven met . De
thema's op de geheugenkaart zijn niet beschikbaar als u de
geheugenkaart uit de telefoon neemt. Als u de thema's wilt
gebruiken, moet u deze in het telefoongeheugen opslaan
voordat u de geheugenkaart verwijdert of de
geheugenkaart opnieuw plaatsen.
In het beginvenster van Thema's beschikt u over de
opties Bekijken/Themadownloads, Toepassen,
Bewerken, Help en Afsluiten.
Als u een thema wilt activeren, selecteert u dit en kiest u
Opties > Toepassen.
Als u een thema wilt bekijken, selecteert u dit en kiest u
Opties > Bekijken.
Als u thema’s wilt bewerken, selecteert u een thema en
kiest u Opties > Bewerken om de volgende opties te
wijzigen:
• Achtergrond — De afbeelding die u wilt weergeven als
achtergrondafbeelding in de standby-modus.
• Kleurenpalet — De kleuren die op het scherm worden
gebruikt.
• Screensaver — Het type screensaver: datum en tijd of
de tekst die u zelf hebt getypt. Zie ook
Time-outinstellingen screensaver op pag. 99.
• Afb. in Favorieten — De achtergrondafbeelding voor
de toepassing Favorieten.
Als u bij het bewerken van een thema voor het
geselecteerde thema de oorspronkelijke instellingen wilt
herstellen, selecteert u Opties > Oorspr. th. herst..
Actief standby
Via de standby-display hebt u snelle toegang tot de
toepassingen die u vaak gebruikt.
Sommige snelkoppelingen zijn vaste koppelingen die u
niet kunt wijzigen.
Als u de actieve standby-modus wilt inschakelen, drukt u
op , selecteert u Instrum. > Instell. > Telefoon >
Standby-modus > Actief standby en drukt u op . (Als
de actieve standby-modus al was ingeschakeld, wordt
deze hierdoor uitgeschakeld.)
Rijg het bandje in volgens de afbeelding en trek het vast.
Opmerking: Gebruik
alleen door Nokia
goedgekeurde
toebehoren.
Klok
Beschikbare opties in Klok: Alarm instellen, Alarm
opn. instellen, Alarm uitschakelen, Instellingen, Help
en Afsluiten.
Druk op en selecteer Klok.
Selecteer Opties > Alarm instellen om een nieuw alarm in
te stellen. Voer de alarmtijd in en selecteer OK. Als het
alarm actief is, wordt het symbool weergegeven in de
standby-modus.
Als u het alarm wilt uitschakelen, selecteert u Stop. Als het
alarm afgaat, kunt u het voor vijf minuten uitschakelen
door Snooze te selecteren. Daarna gaat het alarm weer af.
U kunt dit maximaal vijf keer doen.
Als het tijdstip voor het alarm is aangebroken terwijl het
apparaat is uitgeschakeld, schakelt het apparaat zichzelf
in en wordt de alarmtoon afgespeeld. Als u Stop
selecteert, wordt u gevraagd of het apparaat moet worden
geactiveerd voor oproepen. Selecteer Nee als u het
apparaat wilt uitschakelen of Ja als u het apparaat wilt
gebruiken om te bellen en gebeld te worden. Selecteer niet
Ja wanneer het gebruik van een draadloze telefoon
storingen of gevaar kan opleveren.
Als u een alarm wilt uitschakelen, selecteert u Klok >
Opties > Alarm uitschakelen.
Klokinstellingen
Als u de klokinstellingen wilt wijzigen, selecteert u
Opties > Instellingen in de klok.
Als u de klok wilt wijzigen die wordt weergegeven in
standby-modus, bladert u omlaag en selecteert u Type
klok > Analoog of Digitaal.
Als u de alarmtoon wilt wijzigen, bladert u omlaag en
selecteert u Alarmtoon klok.
Als u wilt toestaan dat de tijd-, datum- en
tijdzonegegevens op de telefoon worden bijgewerkt door
het netwerk van de mobiele telefoon (netwerkdienst),
bladert u omlaag en selecteert u Autom. tijd aanp. De
instelling Autom. tijd aanp. wordt pas actief als u de
telefoon opnieuw hebt ingeschakeld.
De telefoon
Als u de status van de zomertijd wilt aanpassen, bladert u
omlaag en selecteert u Zomertijd. Selecteer Aan om een
uur toe te voegen aan de tijd van Mijn thuisstad. Zie
‘Wereldklok’ op pag. 18. Wanneer de zomertijd actief is,
wordt het symbool weergegeven in de beginweergave
van de klok.
Wereldklok
Open Klok en druk op om de weergave Wereldklok te
openen. In de weergave Wereldklok kunt u de tijd in
verschillende steden zien.
Als u steden aan de lijst wilt toevoegen, selecteert u
Opties > Stad toevoegen. Voer de eerste letters van de
naam van de stad in. Het zoekveld verschijnt automatisch
en de overeenkomende steden worden weergegeven.
Selecteer een stad. U kunt maximaal 15 steden aan de lijst
toevoegen.
Als u de huidige stad wilt instellen, gaat u naar de
gewenste stad en selecteert u Opties > Mijn thuisstad.
De stad wordt weergegeven in de beginweergave van de
klok en de tijd op de telefoon wordt aangepast aan de
geselecteerde stad. Controleer of de tijd juist is en
overeenkomt met de tijdzone.
Volume- en luidsprekerregeling
U kunt het geluidsvolume van de
telefoon regelen door op (harder)
of (zachter) te drukken.
De ingebouwde luidspreker maakt het mogelijk vanaf een
korte afstand te spreken en luisteren zonder dat u de
telefoon bij uw oor hoeft te houden. Geluidstoepassingen
maken standaard gebruik van de luidspreker.
Belangrijk: Houd de telefoon niet dicht bij uw oor
wanneer de luidspreker wordt gebruikt, aangezien het
volume erg luid kan zijn.
• Als u de luidspreker wilt gebruiken tijdens een oproep,
start u een oproep en drukt u op .
• Druk op als u de luidspreker wilt uitschakelen
tijdens een actieve oproep of wanneer u naar een
geluid luistert.
Veel functies van de telefoon gebruiken geheugen voor het
opslaan van gegevens. Het gaat hierbij om functies voor
contactpersonen, berichten, afbeeldingen, beltonen,
agenda en taken, documenten en gedownloade
toepassingen. De hoeveelheid beschikbaar geheugen is
afhankelijk van de hoeveelheid gegevens die al in het
telefoongeheugen is opgeslagen. U kunt een
geheugenkaart gebruiken als extra opslagruimte.
Geheugenkaarten zijn herschrijfbaar, zodat u gegevens
kunt opslaan en verwijderen.
Als u wilt bladeren in bestanden en mappen in het
telefoongeheugen of op een geheugenkaart (indien
ingevoegd), drukt u op en selecteert u Instrum. >
Best.beh. De weergave van het telefoongeheugen ()
wordt geopend. Druk op om de weergave van de
geheugenkaart te openen ().
Als u bestanden wilt verplaatsen of kopiëren naar een map,
drukt u tegelijk op en om een bestand te markeren
en selecteert u Opties > Verplaats naar map of Kopiëren
naar map.
Symbolen in Best.beh.:
Map
Map met een submap
Als u naar een bestand wilt zoeken, selecteert u Opties >
Zoeken en het geheugen waarin u wilt zoeken. Voer
vervolgens een zoektekst in die overeenkomt met de
bestandsnaam.
Tip! Met Nokia Phone Browser in Nokia PC Suite kunt
u de verschillende geheugens in de telefoon bekijken.
Zie de cd-rom in het pakket.
Geheugengebruik weergeven
Als u wilt bekijken welke typen gegevens de telefoon bevat
en hoeveel geheugen in gebruik wordt genomen door de
verschillende gegevenstypen, selecteert u Opties >
Gegevens geheugen. Ga naar Vrij geheug. om de
hoeveelheid beschikbaar geheugen in de telefoon te
bekijken.
Als u de hoeveelheid beschikbaar geheugen op de
geheugenkaart wilt bekijken wanneer deze in de telefoon
is geplaatst, drukt u op om de weergave van de
geheugenkaart te openen en selecteert u Opties >
Gegevens geheugen.
Geheugen vol — ruimte vrijmaken
Als het telefoongeheugen vol raakt terwijl de browser
open is, wordt de browser automatisch gesloten om
geheugenruimte vrij te maken. Als het telefoongeheugen
vol raakt terwijl u de browser niet open hebt, krijgt u een
melding dat het geheugen vol raakt en dat u
geheugenruimte moet vrijmaken.
Als u telefoongeheugen wilt vrijmaken, kopieert u via
bestandsbeheer gegevens naar een geheugenkaart.
Markeer de bestanden die u wilt verplaatsen en selecteer
De telefoon
Opties > Verplaats naar map > Geheugenkaart en een
map.
Als u gegevens wilt verwijderen om geheugen vrij te
maken, gebruikt u Best.beh. of gaat u naar de
desbetreffende toepassing. U kunt bijvoorbeeld de
volgende items verwijderen:
• Berichten in de mappen
Inbox, Ontwerpen en
Verzonden in Berichten.
• Opgehaalde
e-mailberichten in het
telefoongeheugen.
• Opgeslagen webpagina's.
• Opgeslagen
afbeeldingen, video's of
geluidsbestanden.
• Contactgegevens.
• Agenda-notities.
• Gedownloade toepassingen. Zie ook
‘Toepassingsbeheer’ op pag. 109.
• Andere gegevens die u niet meer nodig hebt.
Geheugenkaart
Opmerking: In dit apparaat wordt een
multimediakaart (MMC-kaart) gebruikt van het type
Reduced Size Dual Voltage (1,8/3V). Gebruik alleen
MMC-kaarten met tweevoudig voltage als u verzekerd
wilt zijn van compatibiliteit tussen de componenten.
Informeer bij de fabrikant of leverancier van de
MMC-kaart naar de compatibiliteit van de
geheugenkaart.
Druk op en selecteer Instrum. > Geheugen. U kunt een
geheugenkaart gebruiken als extra opslagruimte. U kunt
ook back-ups maken van de gegevens in het
telefoongeheugen en deze gegevens later terugzetten op
de telefoon.
U kunt de geheugenkaart niet gebruiken als het klepje van
de geheugenkaartsleuf openstaat.
Houd alle geheugenkaarten buiten bereik van kleine
kinderen.
Open de sleuf van de geheugenkaart niet wanneer de
telefoon in gebruik is. Als het klepje van de sleuf wordt
geopend, kan dit schade toebrengen aan het apparaat, de
geheugenkaart en de gegevens op de kaart.
Reservekopie, Herst. vanaf kaart, Geh.kaart formatt.,
Naam geh.kaart, Gegevens geheugen, Help en Afsluiten.
Gebruik alleen compatibele multimediakaarten
(MMC-kaarten) met dit apparaat. Andere
geheugenkaarten, zoals Secure Digital-kaarten (SD) passen
niet in de MMC-kaartsleuf en zijn niet compatibel met dit
apparaat. Als u een incompatibele geheugenkaart gebruikt,
kan schade ontstaan aan de geheugenkaart en het
apparaat en kunnen de gegevens die op de incompatibele
kaart zijn opgeslagen, beschadigd raken.
• Als u een back-up van het telefoongeheugen wilt
maken op een geheugenkaart, selecteert u Opties >
Reservekopie.
• Als u de informatie van de geheugenkaart wilt
terugzetten in het telefoongeheugen, selecteert u
Opties > Herst. vanaf kaart.
Een geheugenkaart formatteren
Wanneer een geheugenkaart wordt geformatteerd, gaan
alle gegevens op de kaart definitief verloren.
Tip! Als u de naam van een geheugenkaart wilt
wijzigen, selecteert u Opties > Naam geh.kaart.
Sommige geheugenkaarten zijn voorgeformatteerd.
Andere kaarten moet u zelf eerst formatteren. Raadpleeg
uw leverancier om te achterhalen of u de geheugenkaart
moet formatteren voor het eerste gebruik.
U formatteert een geheugenkaart door Opties >
Geh.kaart formatt. te selecteren. Selecteer Ja ter
bevestiging. Voer na het formatteren een naam in voor de
geheugenkaart en selecteer OK.
harder te zetten of op om het volume zachter te
zetten.
1 Voer in de standby-modus het telefoonnummer,
inclusief het netnummer, in. Druk op om een
nummer te verwijderen.
Voor internationale gesprekken drukt u tweemaal op
voor het teken + (duidt de internationale
toegangscode aan), kiest u vervolgens het
landnummer, het netnummer (eventueel zonder
voorloopnul) en het abonneenummer.
2 Druk op om het nummer te bellen.
3 Druk op om het gesprek te beëindigen (of de oproep
te annuleren).
Tip! Als u het nummer van uw voicemailbox wilt
wijzigen, drukt u op en selecteert u Instrum. >
Voicemailbox > Opties > Nummer wijzigen. Voer
het nummer in (dit krijgt u van de serviceprovider)
en selecteer OK.
Als u op drukt, wordt een gesprek altijd beëindigd, ook
als een andere toepassing actief is.
U moet de contacten vanaf de SIM naar Contacten
kopiëren voordat u op deze manier kunt bellen. Zie
‘Contactgegevens kopiëren’ op pag. 29.
Als u wilt bellen vanuit Contacten, drukt u op en
selecteert u Contacten. Ga naar de gewenste naam of voer
in het zoekveld de eerste letters van de naam in. De
gevonden namen worden getoond. Druk op om een
nummer te kiezen.
Houd ingedrukt in de standby-modus om uw
voicemailbox (netwerkdienst) te bellen. Zie ook ‘Oproepen
doorschakelen’ op pag. 107.
Als u een recent gekozen nummer wilt bellen, drukt u in de
standby-modus op om een lijst weer te geven met de 20
laatst gekozen nummers. Ga naar het gewenste nummer
en druk op om het nummer te bellen.
Bellen met een snelkeuzetoets
Als u een telefoonnummer wilt toewijzen aan een van de
snelkeuzetoetsen (—), drukt u op en
selecteert u Instrum. > Snelkeuze. is gereserveerd
voor de voicemailbox.
Als u wilt bellen in de standby-modus, drukt u op de
snelkeuzetoets en vervolgens op .
Tip! Als u een snelkeuzenummer wilt kiezen door de
snelkeuzetoets ingedrukt te houden, drukt u op en
selecteert u Instrum. > Instellingen > Bellen >
Snelkeuze > Aan.
Een conferentiegesprek voeren
1 Bel de eerste deelnemer.
2 Als u de volgende deelnemer wilt bellen, selecteert u
Opties > Nieuwe oproep. Het eerste gesprek wordt
automatisch in de wachtstand geplaatst.
3 Als de nieuwe oproep is beantwoord, kunt u de eerste
deelnemer in het conferentiegesprek opnemen. Hiervoor
selecteert u Opties > Conferentie.
Herhaal stap 2 om de volgende deelnemer in het
gesprek te betrekken en selecteer Opties >
Conferentie > Toev. aan confer.
Conferentiegesprekken tussen maximaal zes
deelnemers (inclusief uzelf) worden ondersteund.
Als u een privé-gesprek wilt voeren met een van de
deelnemers, selecteert u Opties > Conferentie > Privé.
Selecteer een deelnemer en druk op Privé. Het
conferentiegesprek wordt in de wachtstand geplaatst.
De andere deelnemers kunnen ondertussen met elkaar
doorpraten. Als u het privé-gesprek hebt beëindigd,
selecteert u Opties > Conferentie > Toev. aan confer.
om terug te keren naar het conferentiegesprek.
Als u een deelnemer uit het conferentiegesprek wilt
verwijderen, selecteert u Opties > Conferentie >
Deelnemer verwijd. Ga vervolgens naar de gewenste
deelnemer en selecteer Verwijd.
4 Druk op om het actieve conferentiegesprek te
beëindigen.
Een oproep beantwoorden of
weigeren
Druk op om de oproep te beantwoorden.
Als u bij een inkomende oproep de beltoon wilt
uitschakelen, selecteert u Stil.
Tip! Als er een compatibele hoofdtelefoon is
aangesloten op de telefoon, kunt u een oproep
beantwoorden en beëindigen door op de toets voor de
hoofdtelefoon te drukken.
Als u een oproep niet wilt beantwoorden, drukt u op om
deze te weigeren. De beller hoort een bezettoon. Als u met
de functie Doorschakel-instellingen > Indien bezet
oproepen doorschakelt, worden geweigerde oproepen ook
doorgeschakeld. Zie ‘Oproepen doorschakelen’ op pag. 107.
Wanneer u een inkomende oproep weigert, kunt u ook een
SMS-bericht naar de beller verzenden, waarin u aangeeft
waarom u de oproep niet hebt beantwoord. Selecteer
Bellen
Opties > SMS verzenden. U kunt de tekst bewerken
voordat u deze verzendt. Zie ‘Oproepinstellingen’ op pag.
99 voor informatie over het instellen van deze optie en het
opstellen van een standaard SMS-bericht.
Oproep in wachtrij (netwerkdienst)
Als u de functie Oproep in wachtrij (netwerkdienst) hebt
geactiveerd in Instrum. > Instellingen > Bellen > Oproep
in wachtrij, kunt u een oproep beantwoorden terwijl u al
een gesprek voert.
Tip! Zie ‘Tonen instellen’ op pag. 13 voor meer
informatie over het aanpassen van beltonen aan
omstandigheden en gebeurtenissen.
Druk op om de oproep in de wachtrij te beantwoorden.
Het eerste gesprek wordt dan in de wachtstand geplaatst.
Als u tussen de twee gesprekken wilt schakelen, kiest u
Verwiss. Selecteer Opties > Doorverbinden om het
actieve gesprek en het gesprek in de wachtstand met
elkaar te verbinden en zelf de verbinding te verbreken.
Druk op om het actieve gesprek te beëindigen. Als u
beide oproepen wilt beëindigen, selecteert u Opties > Alle
oproep. beëind.
Opties tijdens een gesprek
Veel van de tijdens een gesprek beschikbare opties zijn
netwerkdiensten. Via Opties kunt u tijdens een gesprek de
volgende functies activeren: Dempen of Dmp oph.,
Aannemen, Weigeren, Verwisselen, Standby of Oproep
activeren, Telefoon insch., Luidspreker insch. of
Handsfree insch. (als er een compatibele hoofdtelefoon
met Bluetooth-technologie is aangesloten), Actieve opr.
beëind. of Alle oproep. beëind., Nieuwe oproep,
Conferentie en Doorverbinden. Selecteer een van de
volgende opties:
Vervangen — Hiermee beëindigt u een actieve oproep en
vervangt u deze door de oproep in de wachtstand te
beantwoorden.
DTMF verzenden — Hiermee kunt u DTMF-tonen (DTMF
staat voor 'Dual Tone Multi-frequency') verzenden,
bijvoorbeeld een wachtwoord. Voer de DTMF-reeks in of
zoek ernaar in Contacten. Als u een wachtteken (w) of een
pauzeteken (p) wilt invoeren, drukt u herhaaldelijk op
Als u de telefoonnummers wilt bijhouden van gemiste en
ontvangen oproepen en de gekozen nummers, drukt u op
en selecteert u Connect. > Logboek > Recente opr.
Gemiste en ontvangen oproepen worden alleen
geregistreerd als het netwerk deze functies ondersteunt,
de telefoon aan staat en zich binnen het bereik van de
netwerkdienst bevindt.
Tip! Als in de standby-modus wordt gemeld dat u
oproepen hebt gemist, selecteert u Tonen om de gemiste
oproepen weer te geven. U kunt terugbellen door naar
het nummer of de naam te gaan en op te drukken.
Lijsten met recente oproepen wissen — Selecteer in de
beginweergave van Recente oproepen Opties > Wis
recente oproep. om alle lijsten met recente oproepen te
wissen. Als u een van de lijsten met oproepen wilt wissen,
opent u de betreffende lijst en selecteert u Opties > Lijst
wissen. Als u een afzonderlijk item wilt wissen, opent u de
lijst, gaat u naar het gewenste item en drukt u op .
Duur oproep
Als u de duur van inkomende en uitgaande oproepen wilt
bijhouden, drukt u op en selecteert u Connect. >
Logboek > Duur oproep.
Als u wilt weergeven hoe lang een gesprek gaande is,
selecteert u Connect. > Logboek > Opties >
Instellingen > Duur oproep tonen. Selecteer Ja of Nee.
Opmerking: De uiteindelijke gespreksduur die door
de serviceprovider in rekening wordt gebracht, varieert
afhankelijk van de netwerkfuncties, afrondingen,
belastingen, enzovoort.
Als u gespreksduurgegevens wilt wissen, selecteert u
Opties > Timers op nul. Hiervoor hebt u de
blokkeringscode nodig. Zie ‘Beveiliging’ ‘Telefoon en SIM’
op pag. 103.
Packet-ggvns
Als u wilt controleren hoeveel gegevens er zijn verzonden
en ontvangen tijdens pakketgegevensverbindingen,
drukt u op en selecteert u Connect. > Logboek >
Packet-ggvns. De kosten van
pakketgegevensverbindingen worden mogelijk gebaseerd
op de hoeveelheid verzonden/ontvangen gegevens.
Als u alle door de telefoon
geregistreerde oproepen,
SMS-berichten of
gegevensverbindingen wilt
controleren, drukt u op ,
selecteert u Connect. >
Logboek en drukt u op
om het algemene logboek te
openen. U kunt per oproep de
afzender of ontvanger, het
telefoonnummer, de
serviceprovider of het toegangspunt bekijken. Via een
filter kunt u specifieke gegevens bekijken en op basis van
de logboekgegevens nieuwe contactkaarten maken.
Tip! Druk op en selecteer Berichten > Verzonden
om een lijst met verzonden berichten te bekijken.
Subgebeurtenissen, zoals een SMS-bericht dat in delen
wordt verzonden via een pakketgegevensverbinding,
gelden als één communicatiegebeurtenis. Verbindingen
met uw mailbox, de multimediaberichtencentrale of
webpagina's worden weergegeven als
pakketgegevensverbindingen.
Opmerking: Wanneer u berichten verzendt, is het
mogelijk dat het woord Verzonden wordt weergegeven
op de display. Hiermee wordt aangegeven dat het
bericht is verzonden naar het nummer van de
berichtencentrale dat in de telefoon is
geprogrammeerd. Dit is geen indicatie dat het bericht is
ontvangen door de doellocatie. Neem contact op met
uw serviceprovider voor meer informatie over
berichtendiensten.
Als u het logboek wilt filteren, selecteert u Opties > Filter
en een filter.
Als u de inhoud van het logboek, de lijst met recente
oproepen en de leveringsrapporten definitief wilt wissen,
selecteert u Opties > Logboek wissen. Selecteer Ja ter
bevestiging.
Als u de optie Duur vermelding log wilt instellen,
selecteert u Opties > Instellingen > Duur vermelding log.
De gebeurtenissen worden een aantal dagen bewaard,
waarna ze automatisch worden gewist. Als u Geen
logboek selecteert, worden de lijst met recente oproepen,
de leveringsrapporten van berichten en de volledige
inhoud van het logboek definitief verwijderd.
Pakketgegevensteller en timer voor verbinding: Om te
bekijken hoeveel gegevens, gemeten in kilobytes, zijn
overgebracht en hoelang een pakketgegevensverbinding
heeft geduurd, gaat u naar een inkomende of uitgaande
gebeurtenis die wordt aangegeven met Pack. en selecteert
u Opties > Gegevens bekijken.
Druk op en selecteer Contacten. In Contacten kunt u
een persoonlijke beltoon, spraaklabel of
thumbnailafbeelding aan een contactkaart toevoegen.
Ook kunt u contactgroepen maken, zodat u een SMS of
e-mail kunt versturen naar meerdere ontvangers tegelijk.
U kunt ontvangen contactgegevens (visitekaartjes)
opslaan in Contacten. Zie ‘Gegevens en instellingen’ op
Contacten (adresboek)
pag. 56. Contactgegevens kunnen alleen worden
verzonden naar of ontvangen van compatibele apparaten.
Bericht maken, Nieuw contact, Gesprek openen,
Bewerken, Verwijderen, Dupliceren, Toev. aan groep
(weergegeven als u een groep hebt gemaakt), Hoort bij
groepen (weergegeven als u een groep hebt gemaakt),
Markeringen aan/uit, Kopiëren, SIM-contacten, Ga
naar webadres, Zenden, Contactinfo, Instellingen,
Help en Afsluiten.
Namen en nummers opslaan
1 Selecteer Opties > Nieuw contact.
2 Vul de gewenste velden in en druk op Gereed.
Thumbnail toevoeg., Thumbnail verwijd., Detail
toevoegen, Detail verwijderen, Label bewerken,
Help en Afsluiten.
Als u contactkaarten wilt bewerken in Contacten, gaat
u naar de contactkaart die u wilt bewerken en
selecteert u Opties > Bewerken.
Als u een contactkaart wilt verwijderen uit Contacten,
selecteert u een kaart en drukt u op . Als u meerdere
contactkaarten tegelijk wilt verwijderen, drukt u op
en om de contactpersonen te markeren en
drukt u op om ze te verwijderen.
Tip! Als u contactkaarten wilt toevoegen en
bewerken, gebruikt u Nokia Contacts Editor in Nokia
PC Suite. Zie de cd-rom die bij de telefoon is
geleverd.
Als u een thumbnailafbeelding aan een contactkaart
wilt toevoegen, opent u de contactkaart en selecteert u
Opties > Bewerken > Opties > Thumbnail toevoeg. De
thumbnail wordt weergegeven zodra de bijbehorende
contactpersoon belt.
Standaardnummers en -adressen
U kunt standaardnummers of -adressen toewijzen aan een
contactkaart. Op deze manier kunt u eenvoudig de
contactpersoon bellen of een bericht naar hem of haar
verzenden via een bepaald nummer of adres als een
contactpersoon meerdere nummers of adressen heeft.
1 Selecteer een contactpersoon in Contacten en druk
op.
2 Selecteer Opties > Standaardnummers.
3 Selecteer een standaardnummer waaraan u een
nummer of adres wilt toevoegen en selecteer Toewijz.
4 Selecteer het nummer of adres dat u als standaard wilt
instellen.
Het standaarddetail wordt onderstreept op de
contactkaart.
Contactgegevens kopiëren
Tip! Als u contactgegevens wilt verzenden, selecteert
u de kaart die u wilt verzenden. Selecteer Opties >
Zenden > Via SMS, Via multimedia of Via Bluetooth.
Zie ‘Berichten’ op pag. 48 en ‘Gegevens verzenden via
een Bluetooth-verbinding’ op pag. 91.
• Als u namen en nummers van een SIM-kaart naar de
telefoon wilt kopiëren, drukt u op en selecteert u
Contacten > Opties > SIM-contacten >
SIM-telefoonboek. Selecteer de namen die u wilt
kopiëren en kies vervolgens Opties > Kopie naar
Contact.
• Als u een telefoon-, fax- of semafoonnummer vanuit
Contacten wilt kopiëren naar de SIM-kaart, selecteert
u Contacten en opent u een contactkaart. Ga
vervolgens naar het nummer en selecteer Opties >
Kopieer naar SIM.
Tip! U kunt uw contactpersonen synchroniseren met
een compatibele pc waarop Nokia PC Suite is
geïnstalleerd. Zie de cd-rom die bij de telefoon is
geleverd.
SIM-telefoonb. en andere
SIM-diensten
Opmerking: Raadpleeg de leverancier van uw
SIM-kaart, bijvoorbeeld uw netwerkopeator,
serviceprovider of andere leverancier, voor informatie
over de beschikbare SIM-diensten, de tarieven en het
gebruik van deze SIM-diensten.
Druk op en selecteer Contacten > Opties >
SIM-contacten > SIM-telefoonb. om de namen en
nummers te bekijken die op de SIM-kaart zijn opgeslagen.
In het SIM-telefoonboek kunt u nummers toevoegen,
bewerken of kopiëren naar Contacten en kunt u oproepen
doen.
Als een persoon of groepslid u belt, wordt de beltoon voor
die persoon afgespeeld indien het nummer van de beller
wordt meegestuurd met de oproep en dit door uw
telefoon wordt herkend.
1 Druk op om een contactkaart te openen of ga naar
de groepenlijst en selecteer een contactgroep.
2 Selecteer Opties > Beltoon. Er wordt een lijst met
Contacten (adresboek)
beltonen weergegeven.
3 Selecteer de beltoon die u wilt gebruiken voor de
afzonderlijke contactpersoon of de gehele groep.
U verwijdert de beltoon door Standaard beltoon te
selecteren in de lijst met beltonen.
Spraakgestuurd bellen
U kunt bellen via een spraaklabel dat u aan een
contactkaart hebt toegevoegd. U kunt hiervoor een woord
of combinatie van woorden gebruiken.
Houd rekening met het volgende voordat u spraaklabels
gebruikt:
• Spraaklabels zijn niet taalgevoelig. Ze zijn afhankelijk
van de stem van de spreker.
• U moet het spraaklabel exact zo uitspreken als u het
hebt opgenomen.
• Spraaklabels zijn gevoelig voor achtergrondgeluiden.
Neem de spraaklabels op en gebruik ze in een rustige
omgeving.
• Erg korte namen worden niet geaccepteerd. Gebruik
lange namen en vermijd het gebruik van soortgelijke
namen voor verschillende nummers.
Opmerking: Het gebruik van spraaklabels kan
moeilijkheden opleveren in een drukke omgeving of
tijdens een noodgeval. Voorkom dus onder alle
omstandigheden dat u uitsluitend van spraaklabels
afhankelijk bent.
Een spraaklabel toevoegen
Voorbeeld: U kunt iemands naam gebruiken,
bijvoorbeeld ‘Jans mobieltje’.
Per contactkaart kunt u maar één spraaklabel instellen.
U kunt maximaal 50 telefoonnummers een spraaklabel
geven.
1 Open in Contacten de contactkaart waaraan u een
spraaklabel wilt toevoegen.
2 Ga naar het nummer waaraan u het spraaklabel wilt