Hierbij verklaart NOKIA CORPORATION dat het product RH-93 in
overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante
bepalingen van richtlijn 1999/5/EG.
Een kopie van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de
volgende website:
http://www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/.
0434
De doorgestreepte container wil zeggen dat het product
binnen de Europese gemeenschap voor gescheiden
afvalverzameling moet worden aangeboden aan het einde
van de levensduur van het product. Dit geldt voor het
apparaat, maar ook voor alle toebehoren die van dit symbool
zijn voorzien. Bied deze producten niet aan bij het gewone
huisvuil.
Onrechtmatige reproductie, overdracht, distributie of opslag van dit
document of een gedeelte ervan in enige vorm zonder voorafgaande
geschreven toestemming van Nokia is verboden.
Nokia en Nokia Connecting People zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van Nokia Corporation. Namen van
andere producten en bedrijven kunnen handelsmerken of
handelsnamen van de respectievelijke eigenaren zijn.
Nokia tune is een geluidsmerk van Nokia Corporation.
Nokia voert een beleid dat gericht is op continue ontwikkeling.
Nokia behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande
kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te brengen in de
producten die in dit document worden beschreven.
In geen geval is Nokia aansprakelijk voor enig verlies van gegevens
of inkomsten of voor enige bijzondere, incidentele, onrechtstreekse
of indirecte schade.
De inhoud van dit document wordt zonder enige vorm van garantie
verstrekt. Tenzij vereist krachtens het toepasselijke recht, wordt
geen enkele garantie gegeven betreffende de nauwkeurigheid,
betrouwbaarheid of inhoud van dit document, hetzij uitdrukkelijk
hetzij impliciet, daaronder mede begrepen maar niet beperkt tot
impliciete garanties betreffende de verkoopbaarheid en de
geschiktheid voor een bepaald doel. Nokia behoudt zich te allen tijde
het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving dit document te
wijzigen of te herroepen.
Page 4
De beschikbaarheid van bepaalde producten kan per regio
verschillen. Neem hiervoor contact op met de dichtstbijzijnde Nokia
leverancier.
Dit apparaat bevat mogelijk onderdelen, technologie, of software die
onderhevig zijn aan wet- en regelgeving betreffende export van de
V.S. en andere landen. Ontwijking in strijd met de wetgeving is
verboden.
9247848 / Versie 2 NL
Page 5
Inhoud
Inhoud
Voor uw veiligheid ........................................................ 7
Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de
richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige
gebruikershandleiding voor meer informatie.
SCHAKEL HET APPARAAT ALLEEN IN ALS HET
VEILIG IS
Schakel de telefoon niet in als het gebruik van
mobiele telefoons verboden is of als dit storing
of gevaar zou kunnen opleveren.
VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG
Houd u aan de lokale wetgeving. Houd terwijl u
rijdt uw handen vrij om uw voertuig te
besturen. De verkeersveiligheid dient uw eerste
prioriteit te hebben terwijl u rijdt.
STORING
Alle draadloze telefoons kunnen gevoelig zijn
voor storing. Dit kan de werking van de telefoon
negatief beïnvloeden.
7
Page 8
Voor uw veiligheid
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN ZIEKENHUIZEN
Houd u aan alle mogelijke beperkende
maatregelen. Schakel de telefoon uit in de
nabijheid van medische apparatuur.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN VLIEGTUIGEN
Houd u aan alle mogelijke beperkende
maatregelen. Draadloze apparatuur kan
storingen veroorzaken in vliegtuigen.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT TIJDENS HET TANKEN
Gebruik de telefoon niet in een benzinestation.
Gebruik het apparaat niet in de nabijheid van
brandstof of chemicaliën.
SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN DE BUURT VAN
EXPLOSIEVEN
Houd u aan alle mogelijke beperkende
maatregelen. Gebruik de telefoon niet waar
explosieven worden gebruikt.
8
Page 9
Voor uw veiligheid
GEBRUIK HET APPARAAT VERSTANDIG
Gebruik het apparaat alleen in de normale
positie zoals in de productdocumentatie wordt
uitgelegd. Raak de antenne niet onnodig aan.
DESKUNDIG ONDERHOUD
Dit product mag alleen door deskundigen
worden geïnstalleerd of gerepareerd.
TOEBEHOREN EN BATTERIJEN
Gebruik alleen goedgekeurde toebehoren en
batterijen. Sluit geen incompatibele producten
aan.
WATERBESTENDIGHEID
De telefoon is niet waterbestendig. Houd het
apparaat droog.
MAAK BACK-UPS
Maak een back-up of een gedrukte kopie van
alle belangrijke gegevens die in de telefoon zijn
opgeslagen.
9
Page 10
Voor uw veiligheid
AANSLUITEN OP ANDERE APPARATEN
Wanneer u het apparaat op een ander apparaat
aansluit, dient u eerst de handleiding van het
desbetreffende apparaat te raadplegen voor
uitgebreide veiligheidsinstructies. Sluit geen
incompatibele producten aan.
ALARMNUMMER KIEZEN
Controleer of de telefoon ingeschakeld en
operationeel is. Druk zo vaak als nodig is op de
einde-toets om het scherm leeg te maken en
terug te keren naar het startscherm. Toets het
alarmnummer in en druk op de beltoets. Geef op
waar u zich bevindt. Beëindig het gesprek pas
wanneer u daarvoor toestemming hebt
gekregen.
■ Informatie over het apparaat
Het draadloze apparaat dat in deze handleiding wordt
beschreven, is goedgekeurd voor gebruik in het EGSM 900en GSM 1800-netwerk. Neem contact op met uw
serviceprovider voor meer informatie over netwerken.
10
Page 11
Voor uw veiligheid
Houd u bij het gebruik van de functies van dit apparaat aan
alle regelgeving en eerbiedig de privacy en legitieme
rechten van anderen.
Waarschuwing: Als u andere functies van dit
apparaat wilt gebruiken dan de alarmklok, moet
het apparaat zijn ingeschakeld. Schakel het
apparaat niet in wanneer het gebruik van
draadloze apparatuur storingen of gevaar kan
veroorzaken.
■ Netwerkdiensten
Om de telefoon te kunnen gebruiken, moet u zijn
aangemeld bij een aanbieder van draadloze diensten. Veel
van de functies van dit apparaat zijn afhankelijk van de
functies die beschikbaar zijn in het draadloze netwerk.
Deze netwerkdiensten zijn mogelijk niet in alle netwerken
beschikbaar. Het kan ook zijn dat u specifieke regelingen
moet treffen met uw serviceprovider voordat u de
netwerkdiensten kunt gebruiken. Mogelijk krijgt u van uw
serviceprovider extra instructies voor het gebruik van de
diensten en informatie over de bijbehorende kosten. Bij
11
Page 12
Voor uw veiligheid
sommige netwerken gelden beperkingen die het gebruik van
netwerkdiensten negatief kunnen beïnvloeden. Zo bieden
sommige netwerken geen ondersteuning voor bepaalde
taalafhankelijke tekens en diensten.
Het kan zijn dat uw serviceprovider verzocht heeft om
bepaalde functies uit te schakelen of niet te activeren in uw
apparaat. In dat geval worden deze functies niet in het
menu van uw apparaat weergegeven. Uw apparaat kan ook
speciaal geconfigureerd zijn. Deze configuratie kan
menunamen, de menuvolgorde en symbolen betreffen.
Neem voor meer informatie contact op met uw
serviceprovider.
■ Laders en toebehoren
Schakel het apparaat altijd uit en ontkoppel de lader
voordat u de batterij verwijdert.
Controleer het modelnummer van uw lader voordat u deze
bij dit apparaat gebruikt. Dit apparaat is bedoeld voor
gebruik met de volgende voedingsbronnen: AC-2, ACP-7 of
ACP-12.
12
Page 13
Voor uw veiligheid
Waarschuwing: Gebruik alleen batterijen, laders
en toebehoren die door Nokia zijn goedgekeurd
voor gebruik met dit model. Het gebruik van alle
andere types kan de goedkeuring of garantie doen
vervallen en kan gevaarlijk zijn.
Vraag uw leverancier naar de beschikbaarheid van
goedgekeurde toebehoren.
13
Page 14
Algemene informatie
Algemene informatie
■ Toegangscodes
• De beveiligingscode, die bij de telefoon wordt geleverd,
beveiligt de telefoon tegen onbevoegd gebruik. De
standaardcode is 12345.
• De PIN-code, die bij de SIM-kaart wordt geleverd,
beveiligt de kaart tegen onbevoegd gebruik.
• De PIN2-code, die bij sommige SIM-kaarten wordt
geleverd, is nodig voor sommige diensten, zoals
kosteninstellingen.
• De PUK- en PUK2-codes worden bij sommige SIMkaarten geleverd. Als u driemaal na elkaar een onjuiste
PIN- of PIN2-code invoert, wordt u gevraagd de PUK- of
PUK2-code in te toetsen. Neem contact op met uw
serviceprovider als u niet over de codes beschikt.
Selecteer Menu > Instellingen > Beveiligingsinstellingen
om in te stellen hoe de toegangscodes en
beveiligingsinstellingen moeten worden gebruikt.
14
Page 15
Algemene informatie
■ Gedeeld geheugen
De volgende functies in dit apparaat maken mogelijk
gebruik van gedeeld geheugen: Berichten, Contacten en
Componist. Door het gebruik van een of meer van deze
functies is er mogelijk minder geheugen beschikbaar voor
de overige functies die geheugen delen. Als u bijvoorbeeld
veel tekstberichten opslaat, kan het gebeuren dat al het
beschikbare geheugen wordt gebruikt. Het is mogelijk dat
op uw apparaat een bericht wordt weergeven dat het
geheugen vol is, wanneer u een functie probeert te
gebruiken die gedeeld geheugen gebruikt. Verwijder in dit
geval voordat u doorgaat een gedeelte van de informatie of
registraties die in het gedeelde geheugen zijn opgeslagen.
Aan sommige functies, zoals Contacten, is mogelijk
afzonderlijk een bepaalde hoeveelheid geheugen
toegewezen naast het geheugen dat met andere functies
wordt gedeeld.
15
Page 16
Aan de slag
1.Aan de slag
■ Toetsen en onderdelen
Als de telefoon klaar is voor
gebruik en geen tekens zijn
ingevoerd, bevindt de telefoon
zich in de standby-modus.
• Signaalsterkte netwerk (1)
• Capaciteit batterij (2)
• Functies selectietoetsen (3)
• Selectietoetsen (4)
• Bladertoetsen (5)
• Beltoets (6)
• Einde-toets en aan /
uit-toets (7)
• Toetsenblok (8)
16
Page 17
Aan de slag
■ De SIM-kaart en batterij plaatsen
Houd alle SIM-kaarten buiten bereik van kleine kinderen.
Raadpleeg de leverancier van uw SIM-kaart voor informatie
over het gebruik van SIM-diensten. Dit kan de
serviceprovider, netwerkoperator of een andere leverancier
zijn.
Deze telefoon is bestemd voor gebruik met een
BL-5CA-batterij.
1. Druk op de ontgrendeling van de achtercover (1), open
de achtercover en verwijder de cover (2, 3). Verwijder de
batterij door deze bij de uitsparing uit de telefoon te
tillen (4).
2. Trek de SIM-kaarthouder voorzichtig bij de uitsparing
naar boven (5). Plaats de SIM-kaart en zorg er daarbij
17
Page 18
Aan de slag
voor dat de afgeronde hoek zich rechtsboven bevindt en
het goudkleurige contact naar beneden is gericht (6).
Sluit de SIM-kaarthouder (7) en druk erop totdat deze
vastklikt. Plaats de batterij (8, 9).
■ De batterij opladen
1. Sluit de lader aan op een
wandcontactdoos.
2. Sluit de lader aan op de telefoon.
De indicatiebalk van de batterij
begint te schuiven.
Als Laadt niet op wordt weergegeven, wacht u een
ogenblik. Vervolgens koppelt u de lader los, sluit u deze
opnieuw aan en probeert u het nogmaals. Als de batterij
nu nog niet wordt opgeladen, neemt u contact op met
uw leverancier.
18
Page 19
Aan de slag
3. Als de batterij volledig is opgeladen, stopt de
indicatiebalk. Haal de stekker van de lader uit de
wandcontactdoos en maak de lader los van de telefoon.
■ De telefoon in- en uitschakelen
Houd de einde-toets enkele seconden ingedrukt.
Maak alleen normaal gebruik
van de telefoon.
Uw apparaat heeft een interne
antenne.
19
Page 20
Aan de slag
Opmerking: Zoals voor alle andere
radiozendapparatuur geldt, dient onnodig contact
met de antenne te worden vermeden als het
apparaat is ingeschakeld. Het aanraken van de
antenne kan een nadelige invloed hebben op de
gesprekskwaliteit en kan ervoor zorgen dat het
apparaat meer stroom verbruikt dan noodzakelijk
is. U kunt de prestaties van de antenne en de
levensduur van de batterij optimaliseren door het
antennegebied niet aan te raken wanneer u het
apparaat gebruikt.
Opmerking: Raak deze
aansluiting niet aan,
omdat deze gevoelig is
voor elektrostatische
ontlading.
■ Demo-modus
U kunt bekijken hoe sommige functies van de telefoon
werken. Als de SIM-kaart niet is geplaatst, selecteert u
Demo > Algemeen, Meer of Spelletjes.
20
Page 21
Aan de slag
Als de SIM-kaart is geplaatst, selecteert u Menu > Extra's >
Demo > Algemeen of Meer.
■ Sneltoetsen in de standby-modus
Blader omhoog om naar Oproepinfo te gaan.
Blader omlaag om naar de lijst met namen en nummers te
gaan die zijn opgeslagen in Contacten.
Blader naar links om een bericht in te toetsen.
Blader naar rechts om de demo-modus te activeren.
Houd * ingedrukt om de sprekende klok te activeren.
Druk eenmaal op de beltoets om de lijst met gekozen
nummers te openen. Ga naar de gewenste naam of het
gewenste nummer en druk op de beltoets om het nummer
te kiezen.
21
Page 22
Aan de slag
■ De toetsen blokkeren
Selecteer Menu en druk kort op * om de
toetsen te vergrendelen zodat u ze niet per
ongeluk kunt indrukken. Selecteer Vrijgev.
en druk kort op * om de toetsen weer vrij te
geven.
Wanneer het toetsenslot is ingeschakeld, kunt u soms nog
wel het geprogrammeerde alarmnummer kiezen.
Toets het alarmnummer in en druk op de beltoets. Mogelijk
wordt het alarmnummer dat u intoetst niet weergegeven in
het display.
22
Page 23
Algemene functies
2.Algemene functies
■ Bellen en een oproep beantwoorden
Ga als volgt te werk als u wilt bellen:
1. Toets het telefoonnummer in, voorafgegaan door een
netnummer en de landcode indien dit nodig is.
2. Druk op de beltoets om het nummer te kiezen. Blader
naar rechts of links om het volume van het
luistergedeelte of de hoofdtelefoon tijdens een gesprek
te verhogen of te verlagen.
Als u een inkomende oproep wilt beantwoorden, drukt u op
de beltoets. Wanneer u de oproep wilt weigeren zonder
deze te beantwoorden, drukt u op de einde-toets.
23
Page 24
Algemene functies
■ Luidspreker
Indien beschikbaar, kunt u Luidspr. of Hoorn selecteren om
de luidspreker of het luistergedeelte van de telefoon te
activeren tijdens een gesprek.
Waarschuwing: Houd het apparaat niet dicht bij
uw oor wanneer de luidspreker wordt gebruikt,
aangezien het volume erg luid kan zijn.
24
Page 25
Tekst invoeren
3.Tekst invoeren
U kunt op twee verschillende manieren tekst intoetsen: via
de methode voor gewone tekstinvoer en via de
methode voor tekstvoorspelling waarbij gebruik
wordt gemaakt van een ingebouwde woordenlijst.
Als u de methode voor gewone tekstinvoer wilt gebruiken,
drukt u op de toets waarbij de gewenste letter staat
aangegeven totdat deze wordt weergegeven in het display.
Als u tekstvoorspelling wilt inschakelen tijdens het invoeren
van tekst, selecteert u Opties > Woordenboek en selecteert
u de gewenste taal. Als u tekstvoorspelling wilt
uitschakelen, selecteert u Opties > Woordenbk uit.
Als u tektvoorspelling wilt gebruiken, gaat u als volgt te
werk:
1. Toets het gewenste woord in door eenmaal op elke toets
te drukken voor een letter.
2. Als het gewenste woord wordt weergegeven, drukt u
op 0 en toetst u het volgende woord in.
25
Page 26
Tekst invoeren
Als u het woord wilt wijzigen, drukt u op * totdat het
gewenste woord wordt weergegeven.
Als een vraagteken (?) achter het woord wordt
weergegeven, staat het woord niet in het woordenboek.
Als u het woord aan het woordenboek wilt toevoegen,
selecteert u Spellen, toetst u het woord in (via normale
tekstinvoer) en selecteert u OK.
Tips voor het intoetsen van tekst:
• Als u een spatie wilt invoegen, drukt u op 0.
• Als u snel de methode van tekstinvoer wilt wijzigen
tijdens het invoeren van tekst, drukt u herhaaldelijk
op # en controleert u het pictogram boven in het
display.
• Als u een cijfer wilt toevoegen, houdt u de gewenste
cijfertoets ingedrukt.
•Druk op* voor een lijst met speciale tekens als u tekst
invoert via de methode voor gewone tekstinvoer. Als u
tekst invoert via de methode voor tekstinvoer met
woordenboek, houdt u * ingedrukt voor een lijst met
speciale tekens.
26
Page 27
Menufuncties
4.Menufuncties
Selecteer in de standby-modus Menu en het gewenste
menu en submenu. Selecteer Uit of Terug om het huidige
menuniveau te verlaten. Druk op de einde-toets om direct
terug te keren naar de standby-modus.
Hier worden niet alle menufuncties of opties beschreven.
■ Berichten
Berichtinstellingen
Als u de berichtinstellingen wilt wijzigen, selecteert u
Menu > Berichten > Berichtinstellingen.
Selecteer Verzendprofiel > Nummer berichtencentrale om
het telefoonnummer op te slaan dat vereist is voor het
verzenden van tekst- en beeldberichten. Dit nummer krijgt
u van uw netwerkoperator.
Als u volledige of gereduceerde codering wilt instellen voor
het verzenden van een tekstbericht, selecteert u
27
Page 28
Menufuncties
Tekenondersteuning (netwerkdienst) > Volledig of
Gereduceerd.
Selecteer Gefilterde nummers om de lijst met gefilterde
nummers weer te geven of te bewerken.
Bericht schrijven
Met uw apparaat kunnen tekstberichten worden verzonden
die langer zijn dan de tekenlimiet voor één bericht. Langere
berichten worden verzonden als twee of meer berichten. Uw
serviceprovider kan hiervoor de desbetreffende kosten in
rekening brengen. Tekens met accenten of andere symbolen
en tekens in sommige taalopties zoals het Chinees, nemen
meer ruimte in beslag waardoor het aantal tekens dat in één
bericht kan worden verzonden, wordt beperkt.
Het aantal beschikbare tekens en het nummer van het
huidige gedeelte van een bericht uit meerdere delen wordt
rechtsboven in het display weergegeven,
bijvoorbeeld 917/1.
1. Selecteer Menu > Berichten > Bericht schrijven.
2. Toets het bericht in.
28
Page 29
Menufuncties
3. Selecteer Opties > Ve rzenden, toets het
telefoonnummer van de ontvanger in en selecteer OK
om het bericht te verzenden.
Opmerking: Wanneer u berichten verzendt, kan
het zijn dat op het apparaat de melding Bericht
verzonden wordt weergegeven. Hiermee wordt
aangegeven dat het bericht is verzonden naar het
nummer van de berichtencentrale dat in het
apparaat is geprogrammeerd. Dit is geen indicatie
dat het bericht is aangekomen op de doellocatie.
Raadpleeg uw serviceprovider voor meer
informatie over berichtdiensten.
Een tekstbericht lezen
Als u tekstberichten hebt ontvangen, wordt in de
standby-modus het aantal nieuwe berichten en het
pictogram weergegeven in het display.
Selecteer Tonen om de berichten direct te bekijken of Uit
om de berichten later te bekijken in Menu > Berichten >
Inbox.
29
Page 30
Menufuncties
Concepten en Verzonden items
In het menu Concepten kunt u de berichten weergeven die u
hebt opgeslagen in het menu Bericht opslaan. In het menu
Verzonden items kunt u de berichten weergeven die u hebt
verzonden.
Beeldberichten
U kunt berichten met afbeeldingen verzenden en ontvangen
(netwerkdienst). Ontvangen beeldberichten worden
opgeslagen in de Inbox. Elk beeldberichten is samengesteld
uit meerdere tekstberichten. Het verzenden van een
beeldberichten kan dus meer kosten dan het verzenden
van een tekstbericht.
Opmerking: De functie voor beeldberichten kan
alleen worden gebruikt als uw netwerkoperator of
serviceprovider hiervoor ondersteuning biedt.
Alleen compatibele apparaten die deze functie
ondersteunen, kunnen beeldberichten ontvangen
en weergeven. De manier waarop een bericht
wordt weergegeven, kan verschillen, afhankelijk
van het ontvangende apparaat.
30
Page 31
Menufuncties
Berichten verwijderen
Als u alle gelezen berichten of alle berichten in een map wilt
verwijderen, selecteert u Menu > Berichten > Berichten
verwijderen > Alle gelezen of selecteert u de gewenste map.
■ Contacten
U kunt namen en nummers opslaan in het
geheugen van de telefoon en het geheugen van
de SIM-kaart. In het geheugen van de telefoon
kunnen maximaal 200 namen worden opgeslagen.
Zoeken naar een naam en telefoonnummer
Blader omlaag in de standby-modus en toets de eerste
letters van de naam in. Ga naar de gewenste naam.
U kunt ook de volgende opties in het menu Contacten
selecteren:
Contact toevoegen - Hiermee kunt u namen en nummers
opslaan in de lijst met contacten.
31
Page 32
Menufuncties
Verwijderen - Hiermee kunt u namen en nummers
afzonderlijk of allemaal tegelijk verwijderen uit de lijst met
contacten.
Kopiëren - Hiermee kunt u namen en nummers afzonderlijk
of allemaal tegelijk kopiëren van het interne geheugen naar
het geheugen van de SIM-kaart en omgekeerd.
Instellingen voor contacten
Selecteer Menu > Contacten > Instellingen en maak een
keuze uit de beschikbare opties:
Gebruikt geheugen - Hiermee kunt u opgeven of namen en
nummers worden opgeslagen in het geheugen van de
Telefoon of in het geheugen van de SIM-kaart. Wanneer u
de SIM-kaart wijzigt, wordt automatisch het geheugen van
de SIM-kaart geselecteerd.
Weergave Contacten - Hiermee geeft u aan hoe namen en
telefoonnummers worden weergegeven. Wanneer u de
Details van een contactpersoon weergeeft terwijl Weergave
Contacten is ingesteld op Namenlijst of Alleen naam, wordt
weergegeven bij de namen en nummers die zijn
32
Page 33
Menufuncties
opgeslagen in het geheugen van de SIM-kaart. Als namen
en nummers zijn opgeslagen in het interne telefoonboek,
wordt weergegeven.
Geheugenstatus - Hiermee kunt u controleren hoeveel
namen en nummers al zijn opgeslagen en hoeveel namen en
nummers nog kunnen worden opgeslagen in de lijsten.
■ Oproepinfo
Uw telefoon registreert de telefoonnummers
van gemiste, ontvangen en uitgaande
oproepen, evenals de lengte van uw gesprekken
en het aantal verzonden en ontvangen berichten.
Als de telefoon ingeschakeld is en zich binnen het bereik
van de netwerkdienst bevindt (en als het netwerk deze
functie ondersteunt), worden gemiste en ontvangen
oproepen geregistreerd.
Gesprekstellers
Selecteer Menu > Oproepinfo > Oproepduur om de duur
van het laatste gesprek, van alle ontvangen of alle gekozen
33
Page 34
Menufuncties
oproepen of de totale duur van alle gesprekken weer te
geven.
Als u de gesprekstellers opnieuw wilt instellen, selecteert u
Timers op nul zetten, toetst u de beveiligingscode in en
selecteert u OK.
Opmerking: De uiteindelijke rekening van de
serviceprovider voor oproepen en diensten, kan
variëren, afhankelijk van de netwerkfuncties,
afrondingen, belastingen, enzovoort.
■ Instellingen
In dit menu kunt u verschillende instellingen
van de telefoon wijzigen. Als u bepaalde menu
instellingen op hun oorspronkelijke waarde wilt
terugzetten, selecteert u Fabrieksinstell. herstellen
Tooninstellingen
Selecteer Menu > Instellingen > Tooninstellingen en maak
een keuze uit de beschikbare opties:
34
Page 35
Menufuncties
Type beltoon - Hiermee stelt u de toon voor inkomende
oproepen in.
Beltoonvolume - Hiermee stelt u het volume voor de
beltonen en waarschuwingstonen in. Als u het
Beltoonvolume instelt op niveau 2 of hoger, stijgt het
volume bij een inkomende oproep van niveau 1 tot het
niveau dat u hebt ingesteld.
Trilsignaal - Hiermee stelt u in dat de telefoon trilt wanneer
u een oproep of tekstbericht ontvangt.
Berichtensignaaltoon - Hiermee kunt u de toon selecteren
die moet klinken als een tekstbericht binnenkomt.
Waarschuwingstonen - Hiermee kunt u
waarschuwingssignalen instellen, bijvoorbeeld wanneer de
capaciteit van de batterij laag is.
Weergave-instellingen
Selecteer Menu > Instellingen > Weergave-instellingen.
Selecteer Energiebesparing klok om de digitale of klassieke
klok en alle pictogrammen uit het hoofddisplay weer te
geven als een screensaver.
35
Page 36
Menufuncties
Profielen
U kunt de profielen aanpassen voor het gebruik van
bepaalde functies, zoals beltonen en de screensaver.
Selecteer Menu > Instellingen > Profielen, selecteer het
profiel dat u wilt wijzigen en selecteer Aanpassen.
Tijdinstellingen
Selecteer Menu > Instellingen > Tijdinstellingen > Klok om
de klok weer te geven of te verbergen, de tijd in te stellen en
de tijdnotatie te wijzigen.
Als de batterij uit de telefoon verwijderd is geweest, moet u
de tijd en datum mogelijk opnieuw instellen.
Oproepinstellingen
Selecteer Menu > Instellingen > Oproepinstellingen.
Selecteer Doorschakelen (netwerkdienst) en de gewenste
doorschakeloptie om inkomende oproepen door te
schakelen naar uw voicemail of naar een ander
telefoonnummer. Selecteer Acti veren om de geselecteerde
36
Page 37
Menufuncties
doorschakeloptie in te stellen, of selecteer Annuleren om de
doorschakeloptie uit te schakelen. Als u wilt controleren of
de optie is geactiveerd, selecteert u Status contr.. Als u een
vertraging voor het doorschakelen wilt opgeven, selecteert
u Vertraging inst. (niet beschikbaar voor alle
doorschakelopties). Er kunnen verschillende
doorschakelopties tegelijkertijd actief zijn. Wanneer Alle
spraakoproepen doorschakelen is geactiveerd, wordt
in het display weergegeven in de standby-modus. Als u alle
doorschakelingen wilt annuleren, selecteert u Alle
doorschakelingen annuleren.
Selecteer Identificatie verzenden (netwerkdienst) om in te
stellen of uw telefoonnummer moet worden weergegeven
of verborgen voor de persoon die u belt.
Selecteer Automatisch opnw kiezen om in te stellen dat
maximaal tien pogingen moeten worden gedaan om
verbinding te maken na een mislukte kiespoging.
Selecteer Opties wachtfunctie (netwerkdienst) om in te
stellen dat u wordt gewaarschuwd als er een nieuwe oproep
binnenkomt terwijl u een gesprek voert.
37
Page 38
Menufuncties
Taalinstelling
Selecteer Menu > Instellingen > Telefooninstellingen >
Taal om de gewenste taal voor displayteksten te selecteren.
Kosteninstellingen
Opmerking: De uiteindelijke rekening van de
serviceprovider voor oproepen en diensten kan
variëren, afhankelijk van de netwerkfuncties,
afrondingen, belastingen, enzovoort.
Selecteer Menu > Instellingen > Kosteninstellingen en
maak een keuze uit de volgende opties:
Prepaidtegoed (netwerkdienst) om informatie over het
prepaid-tegoed weer te geven.
Timer bij oproep om de tijdsweergave tijdens een gesprek in
of uit te schakelen.
Samenvatting oproep om de weergave van de gespreksduur
na een gesprek in of uit te schakelen.
38
Page 39
Menufuncties
Opmerking: Als er geen kosteneenheden of
valuta-eenheden meer resteren, kunt u mogelijk
nog wel bellen naar het geprogrammeerde
alarmnummer.
Instellingen toebehoren
Selecteer Menu > Instellingen > Instellingen toebehoren >
Hoofdtelefoon of Hoorappraat.
Selecteer Automatisch opnemen om in te stellen dat
inkomende oproepen binnen vijf seconden automatisch
worden beantwoord.
Het menu Toebehoreninstellingen is alleen beschikbaar
wanneer een toebehoren is aangesloten op de telefoon.
Instellingen voor de rechterselectietoets
Als u in de standby-modus Ga naar selecteert, opent u de
lijst met snelkoppelingen. Als u snelkoppelingen wilt
definiëren of rangschikken, selecteert u Menu >
Instellingen > Instell. rechterselectietoets. Ga naar
Selectieopties om de functies te selecteren die u als
snelkoppeing wilt instellen, en ga naar Ordenen om de
39
Page 40
Menufuncties
volgorde van de functies in de lijst met snelkoppelingen te
wijzigen.
■ Klok
Selecteer Menu > Klok > Alarmtijd om de
alarmtijd in te stellen. Ga naar Alarmtoon om de
alarmtoon te selecteren, Alarm herhalen om in te stellen of
het alarmsignaal eenmaal of herhaaldelijk moet klinken op
bepaalde dagen van de week, en Sprekende klok om de tijd
te laten uitspreken. Wanneer het alarmsignaal klinkt,
selecteert u Stop om het alarm te stoppen of Snooze om het
alarm te stoppen en na 10 minuten opnieuw te laten
afgaan.
Als het tijdstip voor het alarmsignaal is aangebroken terwijl
het apparaat is uitgeschakeld, schakelt het apparaat
zichzelf in en wordt het waarschuwingssignaal afgespeeld.
Als u Stop selecteert, wordt u gevraagd of het apparaat
moet worden geactiveerd voor oproepen. Selecteer Nee als
u het apparaat wilt uitschakelen of Ja als u het apparaat
wilt gebruiken om te bellen en gebeld te worden. Selecteer
40
Page 41
Menufuncties
Ja niet wanneer het gebruik van draadloze telefoons
storingen of gevaar kan opleveren.
■ Herinneringen
Als u een korte tekstnotitie met een
waarschuwingssignaal wilt opslaan, selecteert u
Menu > Herinneringen > Nieuw. Als het ingestelde tijdstip
is bereikt, selecteert u Stop om het alarmsignaal uit te
schakelen of Uitstel om het alarm na 10 minuten opnieuw
af te laten gaan.
■ Extra's
Rekenmachine
Opmerking: Deze rekenmachine heeft een
beperkte nauwkeurigheid en is ontworpen voor
eenvoudige berekeningen.
Selecteer Menu > Extra's > Rekenmachine.
41
Page 42
Menufuncties
1. Druk op de toetsen 0 tot 9 om cijfers in te voegen en
op # om een decimaalteken in te voegen. Druk op * als u
het teken van het ingevoerde cijfer wilt wijzigen.
2. Blader omhoog of omlaag om +, -, x of / te selecteren.
3. Herhaal indien nodig stap 1 en 2.
4. Als u de uitkomst wilt berekenen, selecteert u =.
Omrekenen
U kunt verschillende maateenheden omrekenen.
Selecteer Menu > Extra's > Omrekenen. U kunt de laatste
vijf conversies bekijken door Ltste 5 conv. te selecteren. U
kunt ook kiezen uit zes gedefinieerde categorieën.
U kunt eigen conversies toevoegen met Mijn conversies.
Als u in een conversie omhoog of omlaag bladert, kunt u de
positie van de eenheden in de conversie omwisselen.
42
Page 43
Menufuncties
Componist
Selecteer Menu > Extra's > Componist
en selecteer een toon. U kunt zelf
beltonen maken door de noten in te
toetsen. Druk bijvoorbeeld op 4 voor de
noot f. Druk op 8 om de de toon of rust
te verkorten (-) en op 9 om de toon of
rust te verlengen (+). Druk op 0 om een rust in te voegen, op
* om het octaasf in te stellen en op # om de noot scherp te
maken (niet beschikbaar voor de noten e en b).
Wanneer de toon gereed is, selecteert u Opties > Afspelen,
Opslaan, Tempo, Verz enden , Scherm wissen of Afsluiten.
Als toepassingen op de achtergrond worden uitgevoerd,
vergt dit extra batterijcapaciteit en neemt de gebruiksduur
van de batterij af.
■ SIM-diensten
Uw SIM-kaart biedt mogelijk andere diensten
die u kunt gebruiken. Dit menu wordt alleen
43
Page 44
Menufuncties
weergegeven als dit door de SIM-kaart wordt ondersteund.
De naam en inhoud van het menu zijn afhankelijk van de
SIM-kaart.
Neem contact op met uw serviceprovider voor meer
informatie.
44
Page 45
Informatie over de batterij
5.Informatie over de batterij
■ Opladen en ontladen
Het apparaat werkt op een oplaadbare batterij. De volledige
capaciteit van een nieuwe batterij wordt pas benut nadat
de batterij twee of drie keer volledig is opgeladen en
ontladen. De batterij kan honderden keren worden
opgeladen en ontladen maar na verloop van tijd treedt
slijtage op. Wanneer de gesprekstijd en stand-by-tijd
aanmerkelijk korter zijn dan normaal, moet u de batterij
vervangen. Gebruik alleen batterijen die door Nokia zijn
goedgekeurd en laad de batterij alleen opnieuw op met
laders die door Nokia zijn goedgekeurd en bestemd zijn voor
dit apparaat.
Als u de nieuwe batterij voor de eerste keer gebruikt of als u
de batterij langere tijd niet hebt gebruikt, is het mogelijk
dat u de lader moet aansluiten, ontkoppelen en vervolgens
opnieuw moet aansluiten om het opladen te starten.
45
Page 46
Informatie over de batterij
Haal de lader uit het stopcontact wanneer u deze niet
gebruikt. Houd niet een volledig opgeladen batterij
gekoppeld aan de lader omdat de levensduur van de batterij
kan afnemen wanneer deze wordt overladen. Als een
volledig opgeladen batterij niet wordt gebruikt, wordt deze
na verloop van tijd automatisch ontladen.
Als de batterij volledig ontladen is, kan het enkele minuten
duren voordat de batterij-indicator op het scherm wordt
weergegeven en u weer met het apparaat kunt bellen.
Gebruik de batterij alleen voor het doel waarvoor deze
bestemd is. Gebruik nooit een beschadigde lader of batterij.
Let op dat u geen kortsluiting veroorzaakt in de batterij. Dit
kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer een metalen voorwerp
zoals een munt, paperclip of pen direct contact maakt met
de positieve (+) en negatieve (-) poolklemmen van de
batterij. Deze klemmen zien eruit als metalen strips. Dit kan
bijvoorbeeld gebeuren wanneer u een reservebatterij in uw
zak of tas hebt. Kortsluiting van de poolklemmen kan
schade veroorzaken aan de batterij of aan het voorwerp
waarop deze is aangesloten.
46
Page 47
Informatie over de batterij
De capaciteit en de levensduur van de batterij nemen af
wanneer u deze op hete of koude plaatsen bewaart (zoals in
een afgesloten auto in de zomer of in winterse
omstandigheden). Probeer ervoor te zorgen dat de
omgevingstemperatuur van de batterij tussen de 15°C en
25°C ligt. Een apparaat met een warme of koude batterij
kan gedurende bepaalde tijd onbruikbaar zijn, zelfs wanneer
de batterij volledig opgeladen is. De batterijprestaties zijn
met name beperkt in temperaturen beduidend onder het
vriespunt.
Gooi batterijen niet in het vuur. De batterijen kunnen dan
ontploffen. Batterijen kunnen ook ontploffen als deze
beschadigd zijn. Verwerk batterijen in overeenstemming
met de lokale regelgeving. Lever batterijen indien mogelijk
in voor recycling. Gooi batterijen niet weg met het
huishoudafval.
■ Richtlijnen voor het controleren van de
echtheid van Nokia-batterijen
Gebruik altijd originele Nokia-batterijen voor uw veiligheid.
Verzeker u ervan dat u een originele Nokia-batterij koopt
47
Page 48
Informatie over de batterij
door de batterij bij een officiële Nokia-dealer te kopen, te
kijken of het Nokia Original Enhancements-logo op de
verpakking staat en het hologramlabel volgens de
onderstaande stappen te inspecteren.
Een succesvolle uitvoering van de vier stappen biedt geen
totale garantie voor de echtheid van de batterij. Als u reden
hebt om aan te nemen dat uw batterij geen echte originele
Nokia-batterij is, gebruik deze dan niet, maar breng de
batterij naar de dichtstbijzijnde officiële Nokia-dealer of
Service Point voor assistentie. De officiële Nokia-dealer of
Service Point zal de echtheid van de batterij controleren. Als
de echtheid niet kan worden vastgesteld, breng de batterij
dan terug naar de plaats van aankoop.
De echtheid van het hologram controleren
1. Wanneer u het hologram op
het label bekijkt, hoort u vanuit
de ene hoek het Nokia-symbool
met de handen te zien, en vanuit
de andere hoek het Nokia
Original Enhancements-logo.
48
Page 49
Informatie over de batterij
2. Wanneer u het hologram
onder een hoek naar links,
rechts, omlaag en omhoog
houdt, hoort u op iedere kant
respectievelijk 1, 2, 3 en
4 stippen te zien.
3. Kras aan de zijkant van het
label om een 20-cijferige code
zichtbaar te maken, bijvoorbeeld
12345678919876543210. Draai
de batterij zo dat de cijfers
rechtop staan. De 20-cijferige
code moet worden gelezen te
beginnen bij het cijfer op de
bovenste rij, gevolgd door de
onderste rij.
49
Page 50
Informatie over de batterij
4. Controleer of de 20-cijferige
code geldig is door de
instructies op
www.nokia.com/batterycheck
te volgen.
Als u een tekstbericht wilt maken, toetst u de 20-cijferige
code in (bijvoorbeeld 12345678919876543210) en stuurt u
het bericht naar +44 7786 200276.
Er zijn nationale en internationale operatorkosten van
toepassing.
U dient een bericht te ontvangen dat aangeeft of de code is
geverifieerd.
Wat als de batterij niet origineel is?
Gebruik de batterij niet, als het u niet gelukt is vast te
stellen of de Nokia-batterij met het hologramlabel een
originele Nokia-batterij is. Breng de batterij naar de
dichtstbijzijnde officiële Nokia-dealer of Service Point voor
50
Page 51
Informatie over de batterij
assistentie. Het gebruik van een batterij die niet door de
fabrikant is goedgekeurd, kan gevaarlijk zijn en kan leiden
tot gebrekkige prestaties en beschadiging van het apparaat
of de toebehoren. Het kan ook de goedkeuring of garantie
van het apparaat ongeldig maken.
Kijk voor meer informatie over originele Nokia-batterijen
naar www.nokia.com/battery.
51
Page 52
Toebehoren
6.Toebehoren
Een aantal praktische regels voor accessoires en
toebehoren:
• Houd alle accessoires en toebehoren buiten het bereik
van kleine kinderen.
• Als u de elektriciteitskabel van een accessoire of
toebehoren losmaakt, neem deze dan bij de stekker en
trek aan de stekker, niet aan het snoer
• Controleer regelmatig of eventuele toebehoren die in
een auto zijn geïnstalleerd nog steeds goed bevestigd
zitten en naar behoren werken
• De montage van ingewikkelde autotoebehoren moet
alleen door bevoegd personeel worden uitgevoerd.
52
Page 53
Verzorging en onderhoud
Verzorging en onderhoud
Uw apparaat is een product van toonaangevend ontwerp en
vakmanschap en moet met zorg worden behandeld. De tips
hieronder kunnen u helpen om de garantie te behouden.
• Houd het apparaat droog. Neerslag, vochtigheid en
allerlei soorten vloeistoffen of vocht kunnen mineralen
bevatten die corrosie van elektronische schakelingen
veroorzaken. Wordt het apparaat toch nat, verwijder
dan de batterij en laat het apparaat volledig opdrogen
voordat u de batterij terugplaatst.
• Gebruik of bewaar het apparaat niet op stoffige, vuile
plaatsen. De bewegende onderdelen en elektronische
onderdelen kunnen beschadigd raken.
• Bewaar het apparaat niet op plaatsen waar het heet is.
Hoge temperaturen kunnen de levensduur van
elektronische apparaten bekorten, batterijen
beschadigen en bepaalde kunststoffen doen vervormen
of smelten.
53
Page 54
Verzorging en onderhoud
• Bewaar het apparaat niet op plaatsen waar het koud is.
Wanneer het apparaat weer de normale temperatuur
krijgt, kan binnen in het apparaat vocht ontstaan,
waardoor elektronische schakelingen beschadigd
kunnen raken.
• Probeer het apparaat niet open te maken op een andere
manier dan in deze handleiding wordt voorgeschreven.
• Laat het apparaat niet vallen en stoot of schud niet met
het apparaat. Een ruwe behandeling kan de interne
elektronische schakelingen en fijne mechaniek
beschadigen.
• Gebruik geen agressieve chemicaliën, oplosmiddelen of
sterke reinigingsmiddelen om het apparaat schoon te
maken.
• Verf het apparaat niet. Verf kan de bewegende
onderdelen van het apparaat blokkeren en de correcte
werking belemmeren.
• Gebruik alleen de meegeleverde of een goedgekeurde
vervangingsantenne. Niet-goedgekeurde antennes,
aanpassingen of toebehoren kunnen het apparaat
54
Page 55
Verzorging en onderhoud
beschadigen en kunnen in strijd zijn met de regelgeving
met betrekking tot radioapparaten.
• Gebruik laders binnenshuis.
• Maak altijd een back-up van alle gegevens die u wilt
bewaren (zoals contactpersonen en agendanotities)
voordat u het apparaat naar een servicepunt brengt.
Alle bovenstaande tips gelden voor het apparaat, de
batterij, de lader en andere toebehoren. Neem contact op
met het dichtstbijzijnde bevoegde servicepunt als enig
apparaat niet goed werkt.
55
Page 56
Aanvullende veiligheidsinformatie
Aanvullende veiligheidsinformatie
Uw apparaat en toebehoren kunnen kleine onderdelen
bevatten. Houd ze buiten het bereik van kleine kinderen.
■ Gebruiksomgeving
Houd u aan speciale voorschriften die in een bepaald gebied
van kracht zijn en schakel het apparaat altijd uit op
plaatsen waar het verboden is het apparaat te gebruiken of
waar het gebruik ervan storing of gevaar kan veroorzaken.
Gebruik het apparaat alleen in de normale posities. Dit
apparaat voldoet aan de richtlijnen voor blootstelling aan
RF-signalen wanneer het op normale wijze tegen het oor
wordt gehouden of wanneer het zich op een afstand van
minimaal 1,5 centimeter (0,6 inch) van het lichaam bevindt.
Wanneer het apparaat op het lichaam wordt gedragen in
een draagtasje, riemclip of houder, moeten deze
hulpmiddelen geen metaal bevatten en moet het apparaat
zich op de bovengenoemde afstand van het lichaam
bevinden.
56
Page 57
Aanvullende veiligheidsinformatie
Voor het overbrengen van databestanden of berichten moet
dit apparaat kunnen beschikken over een goede verbinding
met het netwerk. In sommige gevallen kan het overbrengen
van databestanden of berichten vertraging oplopen tot
een dergelijke verbinding beschikbaar is. Houd u aan de
bovenstaande afstandsrichtlijnen tot de
gegevensoverdracht is voltooid.
Bepaalde delen van het apparaat zijn magnetisch. Metalen
voorwerpen kunnen worden aangetrokken door het
apparaat. Houd creditcards en andere magnetische
opslagmedia uit de buurt van het apparaat, omdat de
gegevens die op deze media zijn opgeslagen, kunnen
worden gewist.
■ Medische apparatuur
Het gebruik van radiozendapparatuur, dus ook van
draadloze telefoons, kan het functioneren van onvoldoende
beschermde medische apparatuur nadelig beïnvloeden.
Raadpleeg een arts of de fabrikant van het medische
apparaat om vast te stellen of het apparaat voldoende is
beschermd tegen externe RF-energie of als u vragen hebt.
Schakel het apparaat uit in instellingen voor
57
Page 58
Aanvullende veiligheidsinformatie
gezondheidszorg wanneer dat voorgeschreven wordt door
ter plaatse aangegeven instructies. Ziekenhuizen en andere
instellingen voor gezondheidszorg kunnen gebruik maken
van apparatuur die gevoelig is voor externe RF-energie.
Pacemakers
Fabrikanten van pacemakers adviseren dat er minimaal
15,3 cm (6 inch) afstand moet worden gehouden tussen een
draadloze telefoon en een pacemaker om mogelijke storing
van de pacemaker te voorkomen. Deze aanbevelingen
komen overeen met het onafhankelijke onderzoek en de
aanbevelingen van Wireless Technology Research. Mensen
met een pacemaker moeten:
• het apparaat op meer dan 15,3 cm (6 inch) afstand van
de pacemaker houden;
• het apparaat niet in een borstzak dragen; en
• het apparaat bij het oor houden aan de andere zijde van
het lichaam dan de zijde waar de pacemaker zich
bevindt, om de kans op storingen te minimaliseren.
Als u vermoedt dat er storing optreedt, moet u het apparaat
uitschakelen en uit de buurt van de pacemaker houden.
58
Page 59
Aanvullende veiligheidsinformatie
Gehoorapparaten
Sommige digitale draadloze apparaten kunnen storingen in
bepaalde gehoorapparaten veroorzaken. Neem contact op
met uw netwerkoperator als u last hebt van dergelijke
storingen.
■ Voertuigen
RF-signalen kunnen van invloed zijn op elektronische
systemen in gemotoriseerde voertuigen die verkeerd
geïnstalleerd of onvoldoende afgeschermd zijn
(bijvoorbeeld elektronische systemen voor
brandstofinjectie, elektronische antislip- of antiblokkeerremsystemen, systemen voor elektronische
snelheidsregeling of airbagsystemen). Raadpleeg de
fabrikant, of diens vertegenwoordiger, van uw voertuig of
van hieraan toegevoegde apparatuur, voor meer informatie.
Het apparaat mag alleen door bevoegd personeel worden
onderhouden of in een auto worden gemonteerd.
Ondeskundige installatie of reparatie kan gevaar opleveren
en de garantie die eventueel van toepassing is op het
apparaat doen vervallen. Controleer regelmatig of de
59
Page 60
Aanvullende veiligheidsinformatie
draadloze apparatuur in uw auto nog steeds goed bevestigd
zit en naar behoren functioneert. Vervoer of bewaar geen
brandbare vloeistoffen, gassen of explosieve materialen in
dezelfde ruimte als die waarin het apparaat zich bevindt of
onderdelen of toebehoren daarvan. Voor auto's met een
airbag geldt dat de airbags met zeer veel kracht worden
opgeblazen. Zet geen voorwerpen, dus ook geen
geïnstalleerde of draagbare draadloze apparatuur, in de
ruimte boven de airbag of waar de airbag wordt opgeblazen.
Als draadloze apparatuur niet goed is geïnstalleerd in de
auto en de airbag wordt opgeblazen, kan dit ernstige
verwondingen veroorzaken.
Het gebruik van het apparaat in een vliegtuig is verboden.
Schakel het apparaat uit voordat u een vliegtuig
binnengaat. Het gebruik van draadloze telecomapparatuur
kan gevaarlijk zijn voor de werking van het vliegtuig, kan
het draadloze telefoonnetwerk verstoren en kan illegaal
zijn.
■ Explosiegevaarlijke omgevingen
Schakel het apparaat uit als u op een plaats met
explosiegevaar bent en volg alle aanwijzingen en instructies
60
Page 61
Aanvullende veiligheidsinformatie
op. Dergelijke plaatsen zijn bijvoorbeeld plaatsen waar u
gewoonlijk wordt geadviseerd de motor van uw auto af te
zetten. Vonken kunnen op dergelijke plaatsen een explosie
of brand veroorzaken, waardoor er gewonden of zelfs doden
kunnen vallen. Schakel het apparaat uit bij benzinestations.
Houd u aan de beperkingen voor het gebruik van
radioapparatuur in brandstofopslagplaatsen, chemische
fabrieken of op plaatsen waar met explosieven wordt
gewerkt. Plaatsen met explosiegevaar worden vaak, maar
niet altijd, duidelijk aangegeven. Het gaat onder andere om
scheepsruimen, chemische overslag- of opslagplaatsen,
voertuigen die gebruikmaken van LPG (onder andere
propaan of butaan) en gebieden waar de lucht chemicaliën
of fijne deeltjes van bijvoorbeeld graan, stof of
metaaldeeltjes bevat.
61
Page 62
Aanvullende veiligheidsinformatie
■ Alarmnummer kiezen
Belangrijk: Draadloze telefoons zoals dit
apparaat, maken gebruik van radiosignalen,
draadloze netwerken, kabelnetwerken en door de
gebruiker geprogrammeerde functies. Hierdoor
kunnen verbindingen niet onder alle
omstandigheden worden gegarandeerd. U moet
nooit alleen vertrouwen op een draadloze telefoon
voor het tot stand brengen van essentiële
communicatie, bijvoorbeeld bij medische
noodgevallen.
Een alarmnummer kiezen:
1. Schakel het apparaat in als dat nog niet is gebeurd.
Controleer of de signaalontvangst voldoende is.
In sommige netwerken kan een geldige, correct
geplaatste SIM-kaart noodzakelijk zijn.
2. Druk zo vaak als nodig is op de einde-toets om het
scherm leeg te maken en het apparaat gereed te maken
voor een oproep.
62
Page 63
Aanvullende veiligheidsinformatie
3. Toets het alarmnummer in voor het gebied waar u zich
bevindt. Alarmnummers verschillen per locatie.
4. Druk op de beltoets.
Als u bepaalde functies gebruikt, is het mogelijk dat u deze
functies eerst moet uitschakelen voordat u een
alarmnummer kunt kiezen. Raadpleeg deze handleiding of
uw serviceprovider voor meer informatie.
Geef alle noodzakelijke informatie zo nauwkeurig mogelijk
op, wanneer u een alarmnummer belt. Uw draadloze
apparaat is mogelijk het enige communicatiemiddel op de
plaats van een ongeluk. Beëindig het gesprek pas wanneer u
daarvoor toestemming hebt gekregen.
■ Informatie over certificatie (SAR)
DIT APPARAAT VOLDOET AAN RICHTLIJNEN VOOR
BLOOTSTELLING AAN RADIOGOLVEN.
Dit mobiele apparaat is een radiozender en -ontvanger. Het
is zo ontworpen dat de grenzen voor blootstelling aan
radiogolven die worden aanbevolen door internationale
richtlijnen niet worden overschreden. Deze richtlijnen zijn
ontwikkeld door de onafhankelijke wetenschappelijke
63
Page 64
Aanvullende veiligheidsinformatie
organisatie ICNIRP, en bevatten veiligheidsmarges om de
veiligheid van alle personen te waarborgen, ongeacht hun
leeftijd en gezondheidstoestand.
De blootstellingsrichtlijnen voor mobiele apparatuur wordt
uitgedrukt in de maateenheid SAR (Specific Absorption
Rate). De SAR-limiet in de richtlijnen van het ICNIRP is
2,0 W/kg (watt/kilogram) gemiddeld over tien gram
lichaamsweefsel. Bij tests voor SAR worden de
standaardposities gebruikt, waarbij het apparaat in alle
gemeten frequentiebanden het hoogst toegestane
energieniveau gebruikt. Het werkelijke SAR-niveau van een
werkend apparaat kan onder de maximumwaarde liggen,
omdat het apparaat zo is ontworpen dat niet meer energie
wordt gebruikt dan nodig is om verbinding te maken met
het netwerk. De hoeveelheid benodigde energie hangt af
van een aantal factoren, zoals de afstand tot een zendmast
waarop u zich bevindt. De hoogste SAR-waarde onder de
ICNIRP-richtlijnen voor gebruik van het apparaat bij het oor
is 0,78 W/kg.
Het gebruik van accessoires en toebehoren met het
apparaat kan resulteren in andere SAR-waarden.
64
Page 65
Aanvullende veiligheidsinformatie
SAR-waarden kunnen variëren, afhankelijk van nationale
rapportage-eisen, testeisen en de netwerkband. Meer
informatie over SAR kunt u vinden onder "product
information" op www.nokia.com.
65
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.