MOTOROLA en het logo van de gestileerde M zijn
gedeponeerde merken bij het US Patent & Trademark Office.
Java en alle andere op Java gebaseerde merken zijn
handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Sun
Microsystems, Inc. in de Verenigde Staten en in andere
landen.
Alle andere product- of servicenamen zijn het eigendom van
hun respectieve eigenaren.
Auteursrechtinformatie met betrekking tot de software
De Motorola-producten die in deze handleiding worden
beschreven, kunnen auteursrechtelijk beschermde software
van Motorola en andere fabrikanten bevatten die in de
halfgeleidergeheugens of op andere media is opgeslagen.
Wetten in de Verenigde Staten en andere landen bepalen dat
bepaalde exclusieve rechten voor software waarop
auteursrecht rust, zijn voorbehouden aan Motorola en andere
softwareleveranciers, zoals de exclusieve rechten om de
software waarop auteursrecht rust te distribueren of te
reproduceren. Overeenkomstig deze wetten mag software
waarop auteursrecht rust en die aanwezig is in Motorola-
2 Introductie
producten, op geen enkele wijze worden gewijzigd,
onderworpen aan reverse-engineering, gedistribueerd of
gereproduceerd, voorzover dit is toegestaan door de wet.
Aan de koop van Motorola-producten kan geen gebruiksrecht
krachtens auteursrechten, patenten of gepatenteerde
toepassingen van Motorola of enige andere
softwareleverancier worden ontleend, direct noch indirect,
noch door estoppel of anderszins, behalve het normale,
niet-exclusieve recht waarvoor geen vergoeding
verschuldigd is, op gebruik dat voortvloeit uit de uitvoering
van de wet bij de verkoop van een product.
De specificaties en functies van producten kunnen zonder
voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd, maar wij
trachten steeds om de gebruikershandleidingen regelmatig
aan te passen aan eventuele veranderingen in de
productfunctionaliteit. Mocht zich echter het
onwaarschijnlijke geval voordoen, dat uw versie van de
handleiding niet de volledige kernfunctionaliteit van het
product beschrijft, dan stellen wij het op prijs als u ons
hiervan op de hoogte stelt. U kunt de meest recente versies
van onze handleidingen ook vinden in het klantengedeelte
van de Motorola-website op http://www.motorola.com.
Introductie1
1Introductie
Welkom in de wereld van de digitale draadloze communicatie
van Motorola. Het doet ons genoegen dat u hebt gekozen
voor de Motorola V1050 UMTS mobiele telefoon.
Opmerking: Het is mogelijk dat uw telefoon niet exact
overeenkomt met de afbeel ding die in deze handleiding wordt
weergegeven.
Navigatietoets
Bladeren en
menu-items
selecteren
Linkersoftware-
toets
Functie linksonder
in scherm uitvoeren
Volumetoetsen
Smart-toets
Videogesprek
Spraakgesprek
Bellen en oproepen
beantwoorden
Connector voor
accessoires
Interne camera
Menutoets
Rechtersoftwaretoets
Functie
rechtsonder in
scherm uitvoeren
Toets Wissen/
Vorig e
Cameratoets
Toe ts A an/ Uit
Tel efo on i n- en
uitschakelen,
gesprekken
beëindigen,
menusysteem
verlaten
Belangrijke informatie over veilig en efficiënt gebruik.
Lees deze informatie voordat u uw telefoon gebruikt.
Deze informatie vervangt de algemene veiligheidsinformatie
vervat in gebruikersgidsen die voor 1 december 2002 zijn
gepubliceerd.
3.1 Blootstelling aan energie van
radiofrequentie (RF) energie
Uw telefoon bevat een zender en ontvanger. Wanneer de
telefoon is ingeschakeld (AAN) ontvangt en zendt deze
radiofrequentie (RF) energie. Wanneer u met uw telefoon
communiceert, dan bepaalt het systeem dat uw gesprek
verwerkt het vermogen waarmee uw telefoon uitzendt.
Uw Motorola -telefoon is ontworpen om te voldoen aan de
(veiligheids)normen en wetgeving in uw land inzake
blootstelling van mensen aan RF energie.
3.2 Voorzorgsmaatregelen bij gebruik
Voor optimale werking en om er zeker van te zijn dat de
blootstelling van mensen aan RF energie binnen de
richtlijnen valt, dient u te allen tijde de volgende instructies te
volgen.
3.2.1 Het gebruik van externe antennes
Gebruik alleen de bijgeleverde of een door Motorola
goedgekeurde vervangende antenne. Niet voor het apparaat
bestemde of niet tevoren goedgekeurde antennes,
wijzigingen of hulpstukken zouden de telefoon kunnen
beschadigen.
Houd de antenne NIET vast wanneer de telefoon "IN
GEBRUIK" is. Het vasthouden van de antenne beïnvloedt de
gesprekskwaliteit nadelig en kan ertoe bijdragen dat de
telefoon meer vermogen gebruikt dan nodig is. Daarnaast
kan toepassing van niet-toegestane antennes leiden tot
niet-naleving van de plaatselijke, in de regelgeving van uw
land vastgestelde eisen.
3.2.2 Telefoongebruik
Tijdens het voeren van een telefoongesprek dient u uw
telefoon op dezelfde manier vast te houden als een vaste
telefoon.
Veiligheids- en algemene informatie 5
3.2.3Dragen op het lichaam
3.2.3 Dragen op het lichaam
Indien u tijdens het zenden uw telefoon op het lichaam
draagt, plaats de telefoon dan altijd in een door Motorola
bijgeleverde en goedgekeurde klip, houder, holster of etui. Dit
is nodig om de regels inzake blootstelling aan RF energie na
te leven. Het gebruik van accessoires die niet door Motorola
zijn bijgeleverd of goedgekeurd kan meebrengen dat de
maximaal toegestane blootstelling wordt overschreden.
Indien u geen van de voorgeschreven accessoires op het
lichaam draagt, en de telefoon niet in de normale
gebruikerspositie gebruikt, zorg er dan voor dat de telefoon
en de antenne tijdens het zenden tenminste 2,5 cm van uw
lichaam is verwijderd.
3.2.4 Gebruik van de dataopties
Bij toepassing van de dataopties op uw telefoon, dient u ongeacht of daarbij wel of niet een bijbehorende kabel wordt
gebruikt - uw telefoon, alsmede de antenne daarvan, ten
minste 2,5 cm van uw lichaam verwijderd te houden.
6 Veiligheids- en algemene informatie
3.2.5 Goedgekeurde accessoires
Het gebruik van niet door Motorola goedgekeurde
accessoires, met inbegrip van maar niet beperkt tot batterijen
en antennes, kan ertoe leiden dat met uw telefoon de
richtlijnen betreffende de blootstelling aan RF energie
worden overschreden. Raadpleeg onze website
www.motorola.com voor een lijst met door Motorola
goedgekeurde accessoires.
3.3 RF Energie storing / compatibiliteit
Belangrijk: Nagenoeg elk elektronisch apparaat is onderhevig
aan RF energie storing van externe bronnen als het niet
afdoende is beschermd, ontworpen of op andere wijze is
geconfigureerd voor RF energie compatibiliteit. In sommige
gevallen kan uw telefoon storing veroorzaken.
3.3.1 Gebouwen
Schakel uw telefoon uit in gebouwen waar u wordt verzocht
dit te doen. Deze gebouwen kunnen ziekenhuizen en
zorgvoorzieningen behelzen welke uitgerust kunnen zijn met
apparatuur die gevoelig is voor interferentie.
Vliegtuigen3.3.2
3.3.2 Vliegtuigen
Schakel uw telefoon uit, wanneer u dit aan boord van een
vliegtuig wordt opgedragen. Ieder gebruik van een telefoon
moet in overeenstemming zijn met de aan boord
toepasselijke regels.
3.3.3 Medische apparaten
Pacemakers
De producenten van pacemakers adviseren dat er minimaal
15 cm afstand wordt gehouden tussen een draadloze
handtelefoon en een pacemaker.
Personen met pacemakers dienen het volgende te doen:
• Houd de telefoon ALTIJD méér dan 15 cm van de
pacemaker, wanneer de telefoon is ingeschakeld.
• Draag de telefoon niet in een borstzak.
• Gebruik het oor aan de tegenovergestelde kant van de
pacemaker om de kans op storing zoveel mogelijk te
beperken.
• Schakel de telefoon onmiddellijk uit, als u ook maar
denkt dat storing plaatsvindt.
Gehoorapparaten
Sommige digitale draadloze telefoons kunnen bij sommige
gehoorapparaten storing veroorzaken of ondervinden. Mocht
een dergelijke storing optreden, dan kunt u wellicht contact
op nemen met de fabrikant van uw gehoorapparaat om
alternatieven te bespreken.
Andere medische apparaten
Indien u enig ander medisch apparaat of hulpstuk gebruikt,
neem dan contact op met de fabrikant van uw apparaat om te
bepalen of het voldoende is beschermd tegen RF energie. Uw
arts zou u wellicht kunnen helpen bij het verkrijgen van deze
informatie.
3.3.4 Gebruik in voertuigen
Kijk de wetten en regels na over het gebruik van telefoons in
uw voertuig. Volg de regels altijd op.
Wanneer u uw telefoon in een voertuig gebruikt, verzoeken
wij u het volgende te doen:
• Schenk al uw aandacht aan het rijden en de weg.
• Gebruik bediening zonder handen (hands-free).
Veiligheids- en algemene informatie 7
3.4Operationele waarschuwingen
Batterijen3.4.4
• Indien de rijomstandigheden dit toelaten, verlaat de
weg en parkeer uw auto alvorens een telefoongesprek
te gaan voeren.
3.4 Operationele waarschuwingen
3.4.1 Voor voertuigen met een airbag
Plaats de telefoon niet bovenop een airbag of in de ruimte,
die een airbag in opgeblazen toestand inneemt. Airbags
blazen met enorme kracht op. Indien de telefoon in het
gebied is geplaatst waar een airbag automatisch wordt
opgeblazen en de airbag blaast op, dan kan de telefoon met
enorme kracht losschieten en ernstig letsel veroorzaken aan
de inzittenden van het voertuig.
3.4.2 Mogelijk explosieve atmosfeer
Schakel uw telefoon uit vóór u een gebied ingaat, waar
mogelijk explosiegevaar heerst, behalve als het apparaat
speciaal geschikt is voor het gebruik in dergelijke gebieden
en als "intrinsiek veilig" voor dergelijke gebieden is
aangemerkt. Verwijder, installeer en laad geen batterijen in
dergelijke gebieden. Vonken kunnen een ontploffing of brand
8 Veiligheids- en algemene informatie
veroorzaken die lichamelijk letsel en zelfs de dood tot gevolg
kan hebben.
Belangrijk: De gebieden, waaraan hierboven wordt
gerefereerd, zijn onder andere gebieden waar brandstof
wordt gepompt, zoals onderdeks op schepen, gebieden voor
het overpompen of de opslag van brandstof of chemicaliën,
gebieden waar de lucht chemicaliën bevat of deeltjes zoals
graan, stof of metaalpoeders. Voor gebieden met mogelijke
explosieve atmosferen wordt u veelal maar niet altijd
gewaarschuwd door middel van borden.
3.4.3 Springladingen en gebieden waar
ontploffingen plaatsvinden
Schakel uw telefoon uit wanneer u in de buurt bent van
elektrische springladingen, in een gebied waar ontploffingen
worden uitgevoerd, of in gebieden waar is voorgeschreven:
"Elektronische apparaten uitschakelen". Volg alle tekens en
voorschriften op.
3.4.6RSI
Ouders dienen goed toe te zien op het gebruik door hun
kinderen van videospelletjes of andere opties waarbij er
knipperlichten op de telefoon komen. Het gebruik dient direct
gestaakt te worden en er dient een arts te worden
geraadpleegd, mocht zich een van de volgende symptomen
voordoen: stuiptrekkingen, oog- of spiertrillingen,
bewusteloosheid, onwillekeurige bewegingen en/of
desoriëntatie.
Teneinde de kans hierop te beperken, dient u de volgende
voorzorgsmaatregelen te nemen:
• Speel niet met een knipperlichtoptie c.q. maak daarvan
geen gebruik als u moe bent of behoefte heeft aan
slaap.
• Neem ieder uur minimaal 15 minuten pauze.
• Speel alleen in een ruimte waarin alle lichten aan zijn.
• Houdt het scherm tijdens het spelen zo ver mogelijk
van u af.
10 Veiligheids- en algemene informatie
3.4.6 RSI
Als u op uw telefoon spelletjes speelt, dan kunt u incidenteel
last krijgen van uw handen, armen, schouders, nek en/of
andere lichaamsdelen. Teneinde problemen als
peesontstekingen, carpaaltunnelsyndroom en/of andere
aandoeningen van het bewegingsapparaat te voorkomen,
dient u deze aanwijzingen op te volgen:
• Neem ieder uur dat u spelletjes speelt, minimaal 15
minuten pauze.
• Als uw handen, polsen en/of armen tijdens het spelen
moe worden of zeer gaan doen, stop dan, en neem een
paar uur rust alvorens verder te spelen.
• Als de pijn in uw handen, polsen en/of armen tijdens of
na het spelen aanhoudt, stop er dan mee en ga naar
een dokter.
3.4.4 Batterijen
Batterijen kunnen zaakschade en/of lichamelijk letsel
veroorzaken zoals brandwonden, indien een geleidend
materiaal, zoals sieraden, sleutels of kralenkettingen
blootgestelde apparatuur aanraakt. Het geleidende materiaal
kan een elektrische stroomkring vervolmaken (kortsluiten)
en erg heet worden. Wees voorzichtig bij het hanteren van
een geladen batterij, speciaal wanneer deze in een binnenzak,
tas of andere houder wordt geplaatst met een of meer
metalen voorwerpen. Gebruik alleen originele Motorola
batterijen en opladers.
Op uw batterij of telefoon kunnen de volgende symbolen met
de volgende betekenis voorkomen:
SymboolBetekenis
Er volgt belangrijke
veiligheidsinformatie.
U dient zich niet van uw batterij of
telefoon te ontdoen door deze in het vuur
te werpen.
SymboolBetekenis
LiIon BATT
Uw batterij of telefoon dient eventueel
conform de plaatselijke wetgeving te
worden gerecycled. Neem voor nadere
informatie contact met de lokale
regelgevende instanties op.
U dient uw batterij of telefoon niet samen
met het vuilnis weg te gooien.
Uw telefoon bevat een interne lithiumionbatterij.
3.4.5 Aanvallen/black-outs
Sommige mensen kunnen bij blootstelling aan knipperend
licht vatbaar voor epileptische aanvallen of black-outs zijn,
bijvoorbeeld bij televisiekijken of het doen van
videospelletjes. Deze aanvallen of black-outs kunnen zich óók
voordoen als dat nog nooit eerder het geval is geweest.
Als u al eens een aanval of black-out heeft gehad, of als dat in
uw familie voorkomt, overlegt u dan met uw arts alvorens op
uw telefoon videospelletjes te spelen of een knipperlichtoptie
op uw telefoon te programmeren. (De knipperlichtoptie is
niet op alle producten voorhanden).
Veiligheids- en algemene informatie 9
RSI3.4.6
EU-conformiteitsverklaring
Hierbij verklaart Motorola dat dit product overeenstemt met
• de essentiële vereisten en andere relevante
bepalingen van richtlijn 1999/5/EG
• alle andere relevante EU-richtlijnen
IMEI: 350034/40/394721/9
0168
Type: MC2-41H14
Bovenstaande is een voorbeeld van een typisch
productkeuringsnummer.
U kunt de verklaring van overeenstemming van uw product
met richtlijn 1999/5/EG (de richtlijn voor rad io-apparatuur en
telecommunicatie-eindapparatuur) bekijken op
www.motorola.com/rtte - voor de gewenste
conformiteitsverklaring voert u het productkeuringsnummer
van het etiket op het product in het vakje "Search" op de
webpagina in.
Product-
keurings-
nummer
Veiligheids- en algemene informatie 11
4Basisfuncties
Geheugenkaart4.3
4Basisfuncties
4.1 Informatie over deze handleiding
In deze handleiding worden de basisfuncties van uw
draadloze Motorola-telefoon beschreven.
U kunt een extra exemplaar van deze handleiding verkrijgen
via de Motorola-website:
www.hellomoto.com
Voor dit product is ook een Aan de Slag-gids beschikbaar.
4.1.1 Optionele functies
Met dit label wordt een optionele functie
aangeduid die afhankelijk is van het netwerk, de
SIM-kaart of het abonnement en die niet door alle
serviceproviders in alle geografische regio's
wordt aangeboden. Neem voor meer informatie
contact op met uw serviceprovider.
4.2 De USIM-, SIM- of Geheugenkaart
plaatsen
Let op: buig de kaart niet en zorg dat er geen krassen op
komen. Stel de kaart niet bloot aan statische elektriciteit,
water of vuil.
De 3G USIM (Universal IC Card) bevat uw telefoonnummer,
servicegegevens en het geheugen voor het telefoonboek en
berichten. Uw telefoon kan gebruikmaken van GSM SIMkaarten (Subscriber Identity Module), maar in dat geval zijn
niet alle functies beschikbaar.
4.1.2 Optionele accessoires
Met dit label wordt een functie aangeduid
waarvoor een optioneel Motorola Original™accessoire vereist is.
12 Basisfuncties
12
4.4Tips voor batterijen
4.4 Tips voor batterijen
De levensduur van een batterij is afhankelijk van het netwerk,
de signaalsterkte, de temperatuur, de functies en de
accessoires die u gebruikt.
• Gebruik altijd Motorola Original-batterijen
en -batterijladers. De garantie dekt geen
schade die ontstaat door het gebruik van
batterijen en/of batterijladers van andere
fabrikanten.
• Het opladen van nieuwe batterijen of batterijen die
lange tijd niet zijn gebruikt, kan soms langer duren.
• Zorg ervoor dat de batterij ongeveer op
kamertemperatuur is als u deze oplaadt.
• Als u de batterij een tijdje niet gebruikt, bewaart u deze
op een koele, donkere plaats, bijvoorbeeld in de
koelkast.
• Stel batterijen niet bloot aan temperaturen beneden
-10°C of boven 45°C. Neem de telefoon altijd mee als u
uw auto verlaat.
14 Basisfuncties
• Batterijen raken in de loop van de tijd versleten,
waardoor ze langer moeten worden opgeladen. Als u
merkt dat de levensduur van de batterij korter wordt, is
het waarschijnlijk tijd om een nieuwe batterij aan te
schaffen.
Neem contact op met een lokaal recyclingbedrijf of
de gemeente als u wilt weten wat u moet doen met
uw afgedankte batterijen.
Waarschuwing: Gooi batterijen nooit in het vuur, want ze
kunnen exploderen
Lees de veiligheidsinformatie over batterijen in de sectie
Veiligheids- en algemene informatie in deze handleiding,
voordat u de telefoon gebruikt.
Als u de hoeveelheid vrije ruimte in het telefoongeheugen of
op de geheugenkaart wilt con troleren, drukt u op M en kiest
u vervolgens Instellingen > Telefoonstatus > Opslagapparaten. Blader
naar het gewenste geheugen en druk op Details. Zie
"Afbeeldingen weergeven en beheren" op pagina 31.
Als u een verwisselbare TransFlashgeheugenkaart hebt, kunt u deze met behulp van
34
een SD-adapter gebruiken in andere apparaten die
compatibel zijn met SD-kaarten (bijvoorbeeld
digitale camera's, laptops, mp3-spelers).
4.3 Geheugenkaart
Plaats de geheugenkaart naast de SIM-kaart (zie boven)
onder de batterij van de telefoon.
Met een geheugenkaart hebt u meer opslagcapaciteit dan
alleen het telefoongeheugen. Als u bijvoorbeeld afbeeldingen,
geluiden, videoclips of Java-toepassingen downloadt,
worden deze op de geheugenkaart opgeslagen.
Vanaf pagina 31 wordt uitgelegd hoe u bestanden kunt
weergeven en bewerken en hoe u daarbij het
telefoongeheugen of de geheugenkaart selecteert.
Basisfuncties 13
De batterij plaatsen4.5
4.5 De batterij plaatsen
Gebruik alleen Motorola Original™-batterijen en
-accessoires voor de telefoon.
12
3
4.6 De batterijoplader gebruiken
De batterijoplader, die bij dit apparaat wordt geleverd, is
specifiek bedoeld voor Motorola UMTS-mobiele telefoons.
Bij gebruik van een niet-compatibele batterijoplader is het
mogelijk dat de telefoon wordt uitgeschakeld en he el traag
begint met opladen. Bovendien kunt u mogelijk niet bellen
of gebeld worden.
Gebruik bij deze handset uitsluitend de volgende
oplaadkits:
• Snellader CH620, kitnummer CFPN1108AB, bevat:
- Batterijlader SPN5195A (SPN5049A in plastic
verpakking)
- Britse stekker SYN7455A en Europese stekker
SYN7456A
Nieuwe batterijen zijn bij levering gedeeltelijk opgeladen.
Installeer de batterij en laad deze volledig op zoals hierna is beschreven voordat u de telefoon gebruikt. Sommige
batterijen functioneren pas optimaal nadat ze een aantal
keren volledig zijn opgeladen en ontladen.
Actie
1 Steek de reislader in
uw telefoon met de
ontgrendeling naar
boven.
2 Steek de andere stekker van de reislader in een
geschikt stopcontact.
3 Wanneer op de telefoon Opladen voltooid wordt
aangegeven, drukt u op de ontgrendeling en
verwijdert u de reislader.
Tip: U kunt de reislader zonder problemen op de telefoon
aangesloten laten als de batterij volledig is opgeladen.
Hierdoor zal de batterij niet beschadigd raken.
16 Basisfuncties
4.8 De telefoon inschakelen
Actie
1 Open uw telefoon.
2 Houd
2 seconden ingedrukt
om de telefoon in te
schakelen.
3 Voer zo nodig de SIM-PIN-code in en druk op Ok om
de SIM-kaart te ontgrendelen.
Let op: Als u driemaal achtereen een verkeerde PINcode invoert, wordt de SIM-kaart onbruikbaar en
wordt het bericht SIM Geblokkeerd weergegeven.
4 Voer zo nodig uw slotcode van 4 cijfers in en druk op
Ok om de telefoon te ontgrendelen.
Tip: De slotcode is in eerste instantie ingesteld op
1234. Het is mogelijk dat uw serviceprovider deze
code wijzigt voordat u de telefoon in bezit krijgt.
Aan/uit
4.12Meldsignaal voor een inkomende oproep wijzigen
Wanneer Open voor antwoordAan staat, opent u de telefoon om
de oproep te beantwoorden. Als u Open voor antwoord wilt
inschakelen, drukt u op M > Instellingen > Tijdens gesprek
> Antwoord opties > Open voor antwoord.
Als Open voor antwoord op Uit staat:
Druk op Om
1
of
Drschakelen of de oproep naar uw voicemail- of
2het gesprek te beëindigen en de
de oproep te beantwoorden
doorschakelnummer om te leiden,
alsof u in gesprek bent
telefoon 'op te hangen'
4.12 Meldsignaal voor een inkomende
oproep wijzigen
Om meldsignalen in te stellen, drukt u op M > Instellingen
> Melding > Melding (zie pagina 57).
Snelkoppeling: Druk in het basisscherm op de onderste
volumetoets om naar een trilsignaal en vervolgens naar de
stille melding te schakelen. Druk op de bovenste volumetoets
om in omgekeerde volgorde terug te schakelen naar het
trilsignaal en de ringtone.
4.13 Uw telefoonnummer weergeven
Als u uw eigen telefoonnummer op het basisscherm wilt
weergeven, drukt u op M#.
Druk op M > Mijn tel. nummers terwijl u in gesprek bent.
Opmerking: Uw telefoonnummer moet op de SIM-kaart zijn
opgeslagen om deze functie te kunnen gebruiken. Zie
pagina 57 als u uw telefoonnummer op de SIM-kaart wilt
opslaan. Als u uw eigen telefoonnumme r niet weet, kunt u dit
bij Vodafone opvragen.
4.9 Het volume aanpassen
Druk op de bovenste of
onderste volumetoets als u:
• het volume van de
luidspreker tijdens een
gesprek wilt verhogen
of verlagen
• het meldingssignaal van een inkomende oproep wilt
uitschakelen
• het volume van de ringtone verhogen of verlagen
wanneer het basisscherm wordt weergegeven
Tip: Als u het laagste volume hebt ingesteld, kunt u met
één druk op de onderste volumetoets overschakelen op
een trilsignaal. Als u nogmaals op deze toets drukt,
schakelt u over naar een stille melding. Druk op de
bovenste volumetoets om in omgekeerde volgorde
terug te schakelen naar het trilsignaal en de ringtone.
Volumetoetsen
4.10 Iemand opbellen
Zie pagina 38 voor informatie over het voeren van een
videogesprek.
Druk op Om
1 de toetsen een telefoonnummer te kiezen
2het nummer te bellen
3het gesprek te beëindigen en de
Tip: U kunt ook de telefoon sluiten om een gesprek te
beëindigen.
Opmerking: U kunt in noodgevallen alarmnummers bellen,
zelfs als de telefoon vergrendeld is of als er geen SIM-kaart is
geïnstalleerd (zie pagina 63).
telefoon 'op te hangen'
4.11 Een oproep beantwoorden
Als u een oproep ontvangt, begint de telefoon te rinkelen
en/of te trillen en wordt op het beeldscherm een bericht
weergegeven.
Druk op
scherm te verlaten zonder
wijzigingen op te slaan.
$
Terug
Druk op S om
naar beneden te
bladeren naar
andere opties.
Druk op
wijzigingen op te
Gemarkeerde
optie. Druk op
s
middelste
toets om
gegevens in te
voeren of te
bewerken.
om het
In het berichtencentrum kunt u SMS-berichten samenstellen
en verzenden.
Zie de volgende
paragraaf voor
beschrijvingen
van de
indicators.
Een
knipperende
cursor geeft de
invoegpositie
aan.
Vh
Zend naarWis
Druk op Zend naar om de
ontvanger in te voeren.
450
Druk op M
om het
submenu te
openen.
Druk op
Wis
om
het teken links
van de cursor te
verwijderen.
Ber.
M
18 Basisfuncties
Basisfuncties 19
4.14.1Een tekstinvoermethode kiezen
TAP-methode4.14.2
4.14.1 Een tekstinvoermethode kiezen
U kunt namen, nummers en berichten op verschillende
manieren invoeren. De door u geselecteerde methode blijft
ingeschakeld totdat u een andere methode selecteert.
Druk in een tekstinvoerscherm op # om naar een van de
volgende invoermethoden te gaan:
PrimairDe primaire tekstinvoermethode (zie
NumeriekAlleen cijfers invoeren (zie pagina 25).
SymboolAlleen symbolen invoeren (zie
SecundairDe secundaire tekstinvoermethode
U kunt ook in elk tekstinvoerscherm een invoermethode
selecteren door te drukken op M > Inv oer methode.
20 Basisfuncties
hieronder om deze in te stellen).
pagina 26).
(zie hieronder om deze in te stellen).
Een tekstinvoermethode instellen
Druk in een willekeurig tekstinvoerscherm op M > Setup
Invoer. Selecteer Primaire setup of Secundaire setup en kies:
iTAPDe telefoon elk woord laten
TAPMet deze methode voert u letters en
Tap ExtraMet deze methode voert u letters,
GeenDe secundaire instelling verbergen
voorspellen terwijl u toetsen indrukt
(zie pagina 24).
cijfers in door een of meerdere keren
op een toets te drukken.
cijfers en symbolen in door een of
meer keren op een toets te drukken.
(alleen beschikbaar voor secundaire
tekstinvoermethode).
Hoofdletters en kleine letters
Druk op 0 in een tekstinvoerscherm om van hoofdletters
naar kleine letters te schakelen (of andersom). De volgende
indicators geven de letterstatus aan:
4.14.2TAP-methode
Als u drie of meer tekens achter elkaar invoert, kan de rest
Blokcursor geeft
een gemarkeerd
teken aan.
Na 2 seconden
wordt het teken
geaccepteerd en
gaat de cursor
naar de volgende
positie.
Ber.
Vh
T
Zend naarWis
M
Druk op
Zend naar
ontvanger in te voeren.
om de
449
Druk op
Wis
op K om het
teken links van
de cursor te
verwijderen.
van het woord worden 'geraden'. Als u bijvoorbeeld prog typt,
kunt u het volgende zien:
Een
knipperende
of
cursor geeft de
invoegpositie
Als u een ander woord wilt invoeren (bijvoorbeeld progressie),
voert u de resterende tekens in met de toetsen.
Vh
Dit is een prog ramma
aan.
Zend naarWis
Ber.
M
433
Druk op S
rechts om
programma
te
accepteren of
op * om het
af te wijzen en
een spatie
achter
prog
in te
voeren.
= geen hoofdletters= alleen volgende letter
= alleen hoofdletters
hoofdletter maken
Indicators voor tekstinvoermethode
Als u de tekstinvoermethode Primair of Secundair selecteert,
geven de volgende indicators de instelling aan:
Primair Secund.
TAP-methode, geen
hoofdletters
TAP-methode, alleen
volgende letter hoofdletter
maken
TAP-methode, alleen
hoofdletters
iTAP, geen hoofdletters
iTAP, alleen volgende letter
hoofdletter maken
iTAP, alleen hoofdletters
Twee ander indicators geven de invoermethoden
Numeriek (Ã) en Symbool (Ä) aan.
4.14.2 TAP-methode
Met de methode TAP doorloopt u de letters en cijfers van de
toets waarop u drukt. Met de methode Tap Extra doorloopt u
daarnaast extra tekens, zoals in de tabel op pagina 23.
Druk op Om
1 een toets, een of
meerdere malen
2 de toetsen overige tekens in te voeren
Tip: In een tekstinvoerscherm kunt u op # drukken om te
schakelen tussen invoermethoden. Zie pagina 20 als u TAP of
[Tap Extra] wilt instellen als Primair of Secundair invoermethode.
een letter, cijfer of symbool te
selecteren
Basisfuncties 21
TAP-methode4.14.2
Tekentabel
Gebruik deze tabel als leidraad voor het invoeren van tekens
in de Tap Extra-methode.
nieuwe regel te starten)
andere tekstinvoermethode inschakelen (ingedrukt
#
houden voor standaardmethode)
Opmerking: het is mogelijk dat deze tabel niet exact
overeenkomt met de tekenset die beschikbaar is voor uw
telefoon. In een e-mailadres of URL-editor ziet u als u op 1
drukt eerst de tekens die gebruikelijk zijn voor die editor.
Tekstinvoerregels voor de TAP-methode
• Druk meerdere keren op een toets om de beschikbare
tekens voor die toets te doorlopen.
• Druk op S links of rechts om de knipperende cursor
in een bericht naar links of rechts te verplaatsen.
• Het eerste teken van elke zin wordt een hoofdletter. Zo
nodig drukt u op S omlaag om het teken als kleine
letter weer te geven voordat de cursor naar de
volgende positie gaat.
• Als u gegevens invoert of bewerkt die u niet wilt
opslaan, drukt u op om te stoppen zonder iets op
te slaan.
22 Basisfuncties
Basisfuncties 23
4.14.3De iTAP™-methode
De numerieke methode4.14.4
4.14.3 De iTAP™-methode
Als u de invoermethode van iTAP™-software gebruikt, kunt u
een heel woord invoeren met slechts één toetsaanslag per
letter. Dit kan sneller zijn dan de TAP-methode, doordat de
ingedrukte toetsen worden gecombineerd tot bestaande
woorden.
24 Basisfuncties
Als u bijvoorbeeld op 7764 drukt, verschijnen er
verschillende lettercombinaties die overeenkomen met de
door u ingetoetste letters:
Druk S
Ber.
Vh
Dit is een prog ramma
prog proh proi proí
Kies
om
KiesWis
Druk op
het teken links van de
cursor te verwijderen.
Druk op
de gemarkeerde
combinatie te
vergrendelen.
Als u een ander woord wilt invoeren (bijvoorbeeld Progressie),
voert u de resterende tekens in met de toetsen.
M
WIS
of op K om
433
omhoog om
programma
te
accepteren.
Druk op S
rechts als u een
andere
combinatie wilt
markeren. Druk
op * om
Prog
en een spatie in
te voeren.
4.14.5Symboolmethode
4.14.5 Symboolmethode
Druk in een tekstinvoerscherm op # voor andere
invoermethoden totdat u de indicator Ä (Symbool) ziet.
Druk op Om
1 toetsen (eenmaal
drukken per
symbool)
2 S links of rechts het gewenste sy mbool te
3 Kieshet gemarkeerde symbool in te
Symbooltabel
Gebruik deze tabel als leidraad voor het invoeren van tekens
met de symboolmethode.
mogelijke symbolen onder aan
het scherm weer te geven
markeren
voeren
" & ' `
4
( ) [ ] { } |
5
¿ ¡ ~ ^
6
< > =
7
$ £ ¥ ¤ £
8
# % *
9
+ - x * / \ [ ] = > < # §
0
een spatie invoeren (ingedrukt houden om een
*
nieuwe regel te starten)
andere tekstinvoermethode inschakelen (ingedrukt
#
houden voor standaardmethode)
Opmerking: het is mogelijk dat deze tabel niet exact
overeenkomt met de tekenset die beschikbaar is voor uw
telefoon. In een e-mailadres of URL-editor ziet u als u op 1
drukt eerst de tekens die gebruikelijk zijn voor die editor.
4.14.6 Letters en woorden verwijderen
Plaats de cursor rechts van de tekst die u wilt verwijderen en
doe het volgende:
Woorden invoeren
In een tekstinvoerscherm kunt u op # drukken om te
schakelen tussen invoermethoden. Met een indicator wordt
aangegeven welke methode is ingeschakeld (zie pagina 21).
Zie pagina 20 als u de iTAP-methode wilt instellen als de
primaire of secundaire invoermethode.
Druk op Om
1 toetsen (eenmaal
drukken per
letter)
2 S links of rechts de gewenste combinatie te
3 Kies
of
*
mogelijke lettercombinaties
onder aan het scherm weer te
geven
markeren
een gemarkeerde combinatie te
vergrendelen
U kunt de toetsen gebruiken om
aan het eind van de combinatie
meer letters toe te voegen.
de gemarkeerde combinatie en
een spatie in te voeren
Druk op Om
of
S omhooghet door iTAP voorspelde woord
Als u een woord invoert dat niet door de telefoon wordt
herkend, wordt het opgeslagen als een van uw woordopties.
Als het geheugen voor niet herkende woorden vol raakt,
wordt het oudste woord verwijde rd om ruimte te maken voor
nieuwe woorden.
in te voeren, gevolgd door een
spatie
4.14.4 De numerieke methode
Druk in een tekstinvoerscherm op # voor andere
invoermethoden totdat u de indicator à (Numeriek) ziet.
Druk op toetsen om de gewenste nummers in te voeren.
Druk ten slotte op # als u naar een andere invoermethode
wilt schakelen.
Tip: U kunt de numerieke methode tijdelijk inschakelen door
een toets ingedrukt te houden tot het gewenste nummer
verschijnt. Voer een spatie in om de numerieke methode
weer te verlaten.
Basisfuncties 25
Tekst kopiëren, knippen en plakken4.14.7
Actie
Druk op K om het laatste teken te wissen.
Druk op K en houd deze toets ingedrukt om het laatste
woord te wissen.
4.14.7 Tekst kopiëren, knippen en plakken
Druk op M in een tekstinvoerscherm om de volgende opties
weer te geven:
Optie Beschrijving
Tekst kopiërenDe tekst kopiëren die u wilt markeren
Alle tekst kopiëren Alle tekst in het invoerscherm kopiëren.
Tekst knippenDe tekst knippen die u wilt markeren
Alle tekst knippenAlle tekst in het invoerscherm knippen.
(zie "Tekst markeren" hieronder).
(zie "Tekst markeren" hieronder).
Optie Beschrijving
PlakkenDe tekst plakken die u hebt geknipt of
Ongedaan makenDe laatste kopieer-, knip- of
Opmerking: Alle tekst kopiëren wordt ook in het menu
weergegeven (druk op M) als u details van een
telefoonboekcontact, agenda-item, Vodafone live!-pagina,
SMS-bericht of Gespreksinfo-item bekijkt.
gekopieerd.
plakbewerking in het huidige
invoerscherm ongedaan maken.
Tekst markeren
In een tekstinvoerscherm tekst markeren om deze te
kopiëren of te knippen:
Zoek de functie
M
> Tekst kopiëren of
Tekst knippen
Basisfuncties 27
4.14.7Tekst kopiëren, knippen en plakken
Druk op Om
1 Snaar het begin van de tekst te
2 Startde markeerstift in te schakelen
3 Snaar het einde van de tekst te
4 Kopiëer
of
Knip
De tekst blijft op het Klembord beschikbaar om te plakken tot
u andere tekst kopieert of knipt, of de telefoon uitzet.
28 Basisfuncties
bladeren die u wilt kopiëren of
knippen
bladeren die u wilt kopiëren of
knippen
de geselecteerde tekst te
kopiëren of te knippen
U kunt de tekst nu op een andere
locatie of in een bestand plakken.
Camera5
5Camera
U kunt veel meer met uw telefoon doen dan alleen bellen en
gebeld worden. In dit gedeelte worden enkele van die extra
functies beschreven.
5.1 Een foto maken en verzenden
Druk aan de rechterzijde
van de telefoon op de
cameratoets om de camera
van de telefoon te
activeren.
Cameratoets
In de zoeker wordt het actieve beeld weergegeven.
Druk S omhoog
of omlaag om in
of uit te zoomen.
Druk op S links
of rechts om
tussen interne en
externe camera te
schakelen.
Een foto maken.
Opmerking: Het aantal foto's dat u nog kunt maken is slechts
een schatting.
BEELDGEBIED
Foto zoeker
291 Resterend
OpnemenTerug
Druk op M om het
Menu Afbeeldingen
openen.
te
Het aantal foto's
dat u nog kunt
maken met deze
resolutie.
Teruggaan naar
het vorige
scherm.
Camera 29
5.1Een foto maken en verzenden
Richt de cameralens op het onderwerp en:
Druk op Om
1 Opnemeneen foto te maken
Tip: Druk op * om het
2 Wissende foto te verwijderen en terug te gaan
of
Optiesopslagopties weer te geven
3 S omhoog
of omlaag
4 Kiesde optie te selecteren
Druk op M om het Menu Afbeeldingen te openen als de camera
actief is. Het menu bevat de volgende opties:
Optie Beschrijving
Ga naar afbeeldingenAfbeeldingen en foto's op uw telefoon
30 Camera
cameralampje aan of uit te zetten.
naar de actieve zoekermodus (stap 1)
naar een opslagoptie te gaan
bekijken.
Optie Beschrijving
Interne camera/
Extern Beeld
Zelf timende opnameEen timer voor de camera instellen
Licht Aan/Licht UitHet cameralampje in- of uitschakelen.
Wijzig helderheidDe helderheid van het beeld wijzigen.
Afbeeldingen SetupHet setupmenu openen om video- en
Vrije ruimte weergave Bekijken hoeveel geheugenruimte er
Tip: Als u een opgeslagen afbeelding aan een
telefoonboekcontact wilt toewijzen, selecteert u het contact in
het telefoonboek en drukt u op M > Bewerken > Afbeelding. U
kunt geen afbeeldingen toewijzen aan contacten die op de
SIM-kaart zijn opgeslagen.
Tussen de interne camera (zelfportret)
en externe camera wisselen.
om een foto te maken.
afbeeldingsinstellingen te wijzigen.
nog beschikbaar is voor de opslag van
foto's.
Foto's en afbeeldingen5.2
5.2 Foto's en afbeeldingen
U kunt uw foto's naar andere gebruikers van draadloze
telefoons of naar e-mailadressen sturen, foto's aan bepaalde
telefoonboekcontacten toewijzen en deze als achtergrond of
screensaver gebruiken.
5.2.1 Afbeeldingen downloaden
Uw toestel kan standaard foto's, afbeeldingen en animaties
bevatten. U kunt meer afbeeldingen naar uw telefoon
downloaden en opslaan.
Als u geen netwerkverbinding met Vodafone live! tot stand
kunt brengen, neemt u contact op met Vodafone.
Opmerking: De bestanden die u downloadt of ontvangt als
bijlagen zijn vanwege auteursrechten mogelijk vergrendeld,
zodat u deze niet kunt doorsturen.
Zie pagina 43 als u een afbeelding wilt downloaden van
Vodafone live!. Zie pagina 73 als u een afbeelding uit een
bericht wilt opslaan.
5.2.2 Afbeeldingen weergeven en beheren
Opmerking: Sommige bestanden zijn vanwege
auteursrechten mogelijk vergrendeld, zodat u deze niet in een
extern geheugen kunt opslaan, kunt doorsturen of kunt
bewerken.
Een foto, afbeelding of animatie op uw telefoon bekijken:
Zoek de functie
Druk op Om
1 S omhoog of
omlaag
2 Bekijkde afbeelding weer te geven
3 S
of
M
Tip: U kunt de weergave van de afbeelding wijzigen met de
optie Afbeeldingen Setup in het Menu Afbeeldingen.
> Multimedia > Afbeeldingen
M
naar de afbeelding te bladeren
de volgende/vorige afbeelding
weer te geven
het Menu Afbeeldingen te openen om
andere opties uit te voeren
Camera 31
Loading...
+ 21 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.