Mio C210 User Manual [nl]

Gebruikershandleiding

www.mio-tech.be
Revisie: R00
Handelsmerken
Alle merk- en productnamen zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van de respectievelijke bedrijven.
Opmerking De informatie in deze handleiding is onderhevig aan wijzigingen zonder kennisgeving.
Inhoudsopgave
Voorzorgsmaatregelen en mededelingen..........................................iii
1 Aan de slag .....................................................................................1
1.1 De batterijen installeren..................................................................... 1
1.2 De eerste keer opstarten ................................................................... 2
1.3 Het apparaat in een voertuig gebruiken ............................................ 4
De autohouder gebruiken.................................................................. 4
De autovoedingskabel aansluiten...................................................... 4
1.4 Kennismaken met de hardwarefuncties ............................................ 6
Onderdelen op de voorzijde .............................................................. 6
Onderdelen op de achterzijde ........................................................... 7
Onderdelen op de linkerzijde............................................................. 8
Onderdelen op de rechterzijde .......................................................... 9
Onderdelen aan de bovenzijde........................................................ 10
Onderdelen aan de onderzijde ........................................................ 11
2 Basisvaardigheden ......................................................................12
2.1 Het apparaat in- en uitschakelen..................................................... 12
2.2 Navigeren op het scherm ................................................................ 13
2.3 Een SD/MMC-kaart gebruiken......................................................... 13
3 Problemen oplossen en onderhoud ..........................................15
3.1 Een reset uitvoeren van uw systeem............................................... 15
3.2 Problemen oplossen........................................................................ 16
Problemen met de voeding.............................................................. 16
Problemen met het scherm ............................................................. 16
GPS-problemen............................................................................... 17
3.3 Uw apparaat onderhouden.............................................................. 17
4 Reglementeringsinformatie.........................................................19
4.1 Regulations Statements .................................................................. 19
i
Class B Regulations ........................................................................ 19
European Notice.............................................................................. 20
4.2 Veiligheidsmaatregelen ................................................................... 21
ii
Voorzorgsmaatregelen
Voorzorgsmaatregelen en mededelingen
en mededelingen
z Voor uw eigen veiligheid raden wij u af de bedieningselementen van het
apparaat te gebruiken tijdens het rijden.
z Wees voorzichtig wanneer u het apparaat gebruikt. Het product is
uitsluitend bedoeld als navigatiehulpmiddel. Het is niet bedoeld om nauwkeurige afmetingen te geven met betrekking tot de richting, de afstand, de locatie of de topografie.
z De berekende route is alleen informatief bedoeld. De gebruiker is
persoonlijk verantwoordelijk voor het opvolgen van de verkeersborden en het naleven van de verkeersvoorschriften.
z Laat het apparaat niet achter op het dashboard dat aan direct zonlicht is
blootgesteld wanneer u de auto verlaat. Oververhitting van de batterij kan defecten en/of gevaar veroorzaken.
z GPS wordt beheerd door de regering van de Verenigde Staten, die alleen
verantwoordelijk is voor de werking van GPS. Elke wijziging aan het GPS-systeem kan de nauwkeurigheid van alle GPS-apparatuur beïnvloeden.
z GPS-signalen gaan niet door vaste materialen (behalve glas). Wanneer u in
een tunnel of een gebouw bent, is de GPS-positionering niet beschikbaar.
z Minimaal vier 4 GPS-satellieten zijn nodig om de huidige GPS-positie te
bepalen. De ontvangst van het signaal kan worden beïnvloed door omstandigheden zoals slecht weer of obstakels boven uw hoofd (zoals bomen en hoge gebouwen).
z Draadloze apparaten kunnen de ontvangst van satellietsignalen storen en
een onstabiele ontvangst van het signaal veroorzaken.
z Wanneer u het apparaat in de auto gebruikt, hebt u een autohouder nodig.
Het is aanbevolen het apparaat op een geschikte plaats te installeren en niet op de plaatsen die in de onderstaande afbeelding worden weergegeven.
iii
Niet monteren wanneer het gezichtsveld van de chauffeur geblokkeerd is.
Niet los op het dashboard plaatsen.
Niet monteren voor de panelen van de airbag.
Niet monteren binnen het bereik van een geopende airbag.
iv

1 Aan de slag

1.1 De batterijen installeren

OPMERKING: als u het apparaat in de auto wilt gebruiken, kunt u het ook aansluiten op de autovoedingskabel (zie paragraaf 1.3 voor meer informatie.)
1. Neem vier “AA”-batterijen van hetzelfde type en dezelfde fabrikant.
2. Druk op de ontgrendelingsknop voor de achterklep op de achterkant van het
apparaat (n).
3. Verwijder de achterklep door deze omhoog te schuiven (
4. Installeer de vier “AA”-batterijen in het batterijvak. Plaats de batterijen zo,
dat hun terminals overeenkomen met de indicators (+) en (-).
5. Schuif de achterklep terug op zijn plaats en controleer of u een klik hoort.
o).
1
OPGELET:
z Vervang de batterijen onmiddellijk wanneer ze slechts een laag vermogen hebben. Het
is belangrijk dat de batterijen voldoende vermogen hebben voor het gebruik van het apparaat. U kunt het apparaat echter ook van stroom voorzien via de autovoedingskabel of via de USB-kabel. Als u dit niet doet, kan het apparaat schade oplopen.
z Wanneer u de batterijen vervangt, moet u batterijen van hetzelfde type en dezelfde
fabrikant gebruiken. Vervang alle batterijen tegelijk. Gebruik geen combinatie van oude en nieuwe batterijen.
z Wanneer u de batterijen langere tijd niet zult gebruiken (meer dan een maand), moet u
deze verwijderen om schade aan de batterijen door corrosie te voorkomen.
z Als de batterijen lekken, moet u de vloeistof opruimen en nieuwe batterijen plaatsen.
OPMERKING:
z Nadat u de batterijen hebt vervangen, moet u de voedingsknop gedurende vijf
seconden ingedrukt houden om uw apparaat in te schakelen. (Zie de volgende paragraaf voor meer informatie.)
z De gebruiksduur kan verschillen afhankelijk van de kenmerken van de verschillende
batterijtypen.
z Controleer de voorschriften van uw lokale overheid voor de correcte afvalverwijdering
van batterijen.

1.2 De eerste keer opstarten

1. Controleer of uw apparaat stroom krijgt van de batterijen of van de
autovoedingskabel.
2. Om het apparaat voor de eerste keer op te starten, houdt u de voedingsknop
gedurende vijf seconden ingedrukt.
OPMERKING: Voor een normale werking, drukt u kort op de voedingsknop om uw apparaat in en uit te schakelen.
3. Het scherm Language Setting (Taalinstelling) wordt geopend. kunt u op de
pijl naar links/naar rechts tikken om een taal te selecteren. Tik op
om
door te gaan.
2
4. Het scherm Datum & Tijd verschijnt. Tik op de pijlknop om de tijdzone, de
datum en de tijd voor uw systeem te selecteren. Tik vervolgens op om door te gaan.
5. Het scherm Main Menu (Hoofdmenu) wordt geopend. U kunt nu uw
apparaat gebruiken.
3

1.3 Het apparaat in een voertuig gebruiken

Uw apparaat wordt geleverd met een autohouder en een autovoedingskabel.

De autohouder gebruiken

OPGELET:
z Kies een geschikte plaats voor de autohouder. Plaats de houder nooit op een locatie
waar het gezichtsveld van de chauffeur wordt geblokkeerd.
z Als de voorruit van de auto getint glas heeft, raden wij u aan een autoantenne
(afzonderlijk verkrijgbaar) te gebruiken die van op het dak van de auto, door de ruit, wordt geleid. Zorg ervoor dat de antenne niet gekneld raakt wanneer u het raampje sluit. (Bij auto’s met een antiblokkeersysteem zal het raampje automatisch de nodige ruimte laten.)
Gebruik de autohouder om het apparaat dicht bij de voorruit te monteren.

De autovoedingskabel aansluiten

De autovoedingskabel levert stroom aan uw apparaat, wordt de voeding geleverd door de autolader.
OPGELET: om uw apparaat te beschermen tegen onvoorziene stroompieken, mag u de autovoedingskabel pas aansluiten nadat de motor van de auto is gestart.
1. Sluit het ene uiteinde van de autovoedingskabel aan op de
mini-USB-aansluiting van uw apparaat.
2. Sluit het andere uiteinde aan op de sigarettenaansteker in de auto om stroom
te leveren aan uw apparaat.
4
5

1.4 Kennismaken met de hardwarefuncties

OPMERKING: Afhankelijk van het gekochte model, kan de kleur van het apparaat afwijken van de afbeeldingen in deze handleiding.

Onderdelen op de voorzijde

Ref Onderdeel Beschrijving
Aanraakscherm
n
Voedingsindicator
o
Menu Button Opent het scherm Hoofdmenu.
p
Geeft de uitvoer van het apparaat weer. Tik met uw vinger op het scherm om menuopdrachten te selecteren of informatie in te voeren.
Gloeit groen wanneer het apparaat externe voeding gebruikt.
Knippert oranje wanneer het batterijvermogen laag is.
Licht oranje op wanneer het batterijvermogen een kritiek laag niveau heeft bereikt.
6

Onderdelen op de achterzijde

Ref Onderdeel Beschrijving
Achterklep Onder deze klep bevindt zich het batterijvak
n
Ontgrendelings
o
knop achterklep
Druk op deze knop om de achterklep te ontgrendelen voor het installeren van de batterijen.
7

Onderdelen op de linkerzijde

Ref Onderdeel Beschrijving
Voedingsknop Schakelt het apparaat in en uit.
n
Knop Reset Start het apparaat opnieuw op.
o
8

Onderdelen op de rechterzijde

Ref Onderdeel Beschrijving
SD/MMC-sleuf
n
Ondersteunt SD- (Secure Digital) of MMC­(MultiMediaCard) kaarten voor toegang tot gegevens zoals kaarten
9

Onderdelen aan de bovenzijde

Ref Onderdeel Beschrijving
n
Aansluiting autoantenne
Onder de rubberkap is een aansluiting voorzien voor de GPS-autoantenne. Met de antenne op het dak van de auto bent u verzekerd van een betere signaalontvangst.
10

Onderdelen aan de onderzijde

Ref Onderdeel Beschrijving
Aansluiting
n
hoofdtelefoon
Mini-USB-aanslui
o
ting
Houder Wordt aangesloten op de autohouder.
p
Voor het aansluiten van een stereo hoofdtelefoon.
Wordt aangesloten op de USB-kabel of de autovoedingskabel.
11

2 Basisvaardigheden

2.1 Het apparaat in- en uitschakelen

Druk kort op de voedingsknop om uw apparaat in en uit te schakelen.
Als u de voedingsknop indrukt om het apparaat uit te schakelen, gaat uw apparaat in stand-by en stopt het systeem. Zodra u het systeem opnie wordt de werking
OPMERKING: Als u de voeding uitschakelt
door de voedingsknop gedurende vijf seconden ingedrukt te houden, moet u de voedingsknop opnieuw vijf seconden ingedrukt houden om het apparaat in te schakelen. Daarna ziet u het eerste opstartscherm.
hervat.
uw inschakelt,
12

2.2 Navigeren op het scherm

Om te navigeren en objecten op het scherm te selecteren, gebruikt u gewoon uw vinger om te tikken op het scherm. U kunt de volgende acties uitvoeren:
z Tikken
Tik eenmaal op het scherm met uw vinger om items te openen of opties te selecteren.
z Slepen
Houd uw vinger op het scherm en sleep omhoog/omlaag/naar links/naar rechts of dwars over het scherm.
z Tikken en houden
Tik en houd uw vinger tot een actie is voltooid of tot een resultaat of menu wordt weergegeven.

2.3 Een SD/MMC-kaart gebruiken

Uw apparaat is voorzien van een SD/MMC-sleuf waarin u een optionele Secure Digital- of MultiMediaCard- geheugenkaart kunt plaatsen.
OPMERKING:
z Zorg ervoor dat er geen vreemde objecten in de sleuf terechtkomen. z Bewaar een SD- of MMC-kaart in een goed beschermde doos om stof en vocht te
vermijden als u de kaart niet gebruikt.
Om een SD/MMC-kaart te gebruiken, plaatst u de kaart in de sleuf met de connector naar de sleuf en het label naar de voorkant van het apparaat gericht.
13
Als u een kaart wilt verwijderen, moet u eerst controleren of er geen toepassingen gebruik maken van de kaart. Duw vervolgens voorzichtig op de bovenste rand van de kaart om deze te ontgrendelen en trek de kaart uit de sleuf
14
Problemen oplossen en
3 Problemen oplossen en onderhoud
Dit hoofdstuk biedt u oplossingen voor gebruikelijke problemen die zich kunnen vo appar
onderhoud
ordoen. Hier vindt u ook richtlijnen voor het onderhoud van het
aat.
OPMERK
om hulp.
ING: Als u een probleem hebt dat u niet kunt oplossen, vraag dan uw leverancier

3.1 Een reset uitvoeren van uw systeem

In sommige gevallen zal het nodig zijn een reset uit te voeren van uw apparaat. U zult bijvoorbeeld een reset van uw systeem moeten uitvoeren als het ap niet meer reageert en het lijkt alsof het “bevroren” of “geblokkeerd” is.
Gebruik een dun staafje, zoals e van uw apparaat te drukken.
en rechtgemaakte paperclip, om op de resetknop
paraat
15

3.2 Problemen oplossen

Problemen met de voeding
De voeding wordt niet ingeschakeld wanneer batterijvermogen wordt gebruikt.
z Het resterende batterijvermogen is mogelijk te laag om voeding te leveren
aan uw apparaat. Vervang de batterijen door nieuwe. Schakel vervolgens uw apparaat in.
Problemen met het scherm
Het scherm is uitgeschakeld
Als het scherm niet reageert, ook niet nadat u op de voedingsknop hebt gedrukt, kunt u de volgende oplossingen in volgorde proberen tot het probleem is opgelost:
z Vervang de batterijen door nieuwe of sluit uw apparaat aan op de externe
wisselstroom.
z Voer een reset uit van uw systeem.
Het scherm reageert traag
z Controleer of de batterij in uw apparaat niet leeg is. Als het probleem blijft
bestaan, dient u een reset van uw systeem uit te voeren.
Het scherm bevriest
z Voer een reset uit van uw systeem.
Het scherm is moeilijk te lezen
z Controleer of de achtergrondverlichting van het beeldscherm is
ingeschakeld en pas, indien nodig, de helderheid aan.
16
GPS-problemen
Als er geen geldige signalen beschikbaar zijn, kunt u het volgende proberen:
z Houd ermee rekening dat de GPS-ontvangst kan worden beïnvloed door:
9 Slecht weer. 9 Dichte bovenliggende obstakels (bijv. bomen en hoge gebouwen). 9 Andere draadloze apparatuur in de auto. 9 Voorruit van de auto in getint glas.

3.3 Uw apparaat onderhouden

Door het apparaat goed te onderhouden, verzekert u een probleemloze werking en vermindert u het risico op schade.
z Houd het apparaat uit de buurt van overmatig vocht en extreme
temperaturen.
z Stel het apparaat niet gedurende langere perioden bloot aan direct zonlicht
of sterk ultraviolet licht.
z Plaats geen voorwerpen op het apparaat of laat er geen voorwerpen op
vallen.
z Laat het apparaat niet vallen en stel het niet bloot aan heftige schokken.
z Stel het apparaat niet bloot aan plotselinge en grote
temperatuurschommelingen. Hierdoor kan vochtcondensatie ontstaan aan de binnenkant van het apparaat. Dit kan het apparaat beschadigen. Als er toch condensatie zou worden gevormd, moet u het apparaat volledig laten drogen.
z Zorg ervoor dat u niet op het apparaat gaat zitten als u het bijvoorbeeld in de
achterzak van uw broek, enz. hebt gestopt.
z Het schermoppervlak kan gemakkelijk krassen oplopen. Zorg dat u het niet
aanraakt met scherpe objecten. U kunt een niet-klevende generieke schermbeveiliging die specifiek voor het gebruik op draagbare apparaten met LCD-schermen gebruiken om het scherm te beschermen tegen kleine krassen.
17
z Reinig uw apparaat niet terwijl het is ingeschakeld. Gebruik een zachte,
niet-pluizende doek die met water is bevochtigd om het scherm en de buitenkant van het apparaat schoon te vegen.
z Gebruik geen papieren zakdoekjes om het scherm schoon te maken.
z Probeer nooit het apparaat te demonteren, te repareren of wijzigingen aan
het apparaat aan te brengen. Elke poging tot demontage, wijziging of reparatie kan schade aan het apparaat en lichamelijk letsel veroorzaken.
z Bewaar of draag geen ontvlambare vloeistoffen, gassen of explosieve
materialen in hetzelfde compartiment als uw apparaat, zijn onderdelen of toebehoren.
18

4 Reglementeringsinformatie Reglementeringsinformatie

NOTE: Marking labels located on the exterior of your device indicate the regulations that NOTE: Marking labels located on the exterior of your device indicate the regulations that your model complies with. Please check the marking labels on your device and refer to the corresponding statements in this chapter. Some notices apply to specific models only.

4.1 Regulations Statements

Class B Regulations
USA
ommunications Commission Radio Frequency Interference Statement Federal C
NOTE:
This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device pursuant to Part 15 of the FCC Rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful interference in a residential installation. This equipment generates, uses, and can radiate radio frequency energy and, if not installed and used in accordance with the instructions, may cause harmful interference to radio communications. However, there is no guarantee that interference will not occur in a particular installation. If this equipment does cause harmful interference to radio or television reception, which can be determined by turning the equipment off and on, the user is encouraged to try to correct the interference by one or more of the following measures:
Reorient or relocate the receiving antenna. z
19
z Increase the separation between the equipment and receiver.
z tlet on a circuit different from that to
Connect the equipment into an ou which the receiver is connected.
z Consult the dealer or an experienced radio/TV technician for help.
Any changes or modifications not expressly approved by the m could void the
Please note:
The use o
user’s authority to operate the equipment.
f a non-shielded interface cable with this equipment is prohibited.
anufacturer
Canada
Canadian Department Of Communications Radio Interference Regulations Class B Compliance Notice
This Class B digital apparatus meets all requir Interference-Causing equipment regulations.
Cet appareil numérique de Classe B resp Canadien sur le matérie
l brouileur.
ements of the Canada
ecte toutes les exigences du Règlement
European Notice
Products with the CE marking comply with Radio & Telecommunication Terminal Equipment Directive (R&TTE) (1999/5/EEC), the Electromagnetic Compatibility Directive (89/336/EEC) and the Low Voltage Directive (73/23/EEC) – as amended by Directive 93/68/ECC ­of the European Community.
Compliance Standards:
with these directives implies conformity to the following European
issued by the Commission
EN301489-1: Electronic compatibility and Radio spectrum Matters (ERM ElectroMagnetic Compatibility (EMC) standard for radio equipment and services; Part 1: Common technical requirements EN301489-3: Electronic compatibility and Radio spectrum Matters (ERM), ElectroMagnetic Compatibility (EMC) standard for radio equipment and services; Part 3: Specific conditions for Short-Ra on frequencies between 9 kHz and 40 GHz
EN55022: Radio disturbance characteristics
nge Devices (SRD) operating
),
20
EN55024: Immunity characteristics EN6100-3-2: Li
mits for harmonic current emissions EN6100-3-3: Limitation of voltage fluctuation and supply system EN60950 / IEC 60950: Product Safety
flicker in low-voltage
The manufacturer cannot be he
ld responsible for modifications made by the User and the consequences thereof, which may alter the conformity of the product with the CE Marking.

4.2 Veiligheidsmaatregelen

z )
Gebruik alleen de autovoedingskabel (ATECH, ATPI-68HT0501-NC1.0 die bij dit appa autovoedingskabel kan resulteren in defecten en/of gevaarlijke situaties veroorzaken.
Dit product is ontwikkeld voor gebruik van stro
z om van een ERKENDE
voedingseenheid met de markering “LPS”, “Limited Power Source” me een uitgang van + 5 V gelijkspanning / 1,0 A.
Zorg dat u de batterij
z niet verminkt, doorprikt of in het vuur gooit. De
batterij kan barsten of ontploffen waarbij gevaarlijke chem wor
den vrijgegeven.
z Bela
ngrijke instructies (alleen voor onderhoudspersoneel)
9 osiegevaar als de batterij door een verkeerd type wordt
Opgelet: Expl
vervangen. Gooi lege batterijen weg in overeenstemming met de voorschriften.
9 Vervang de batterij alleen door hetzelfde of een equivalent type
door de fabri
9 De batterij moet op de correcte manier worden gerecycleerd of
verwijderd.
raat is geleverd. Het gebruik van een ander type
t
ische elementen
dat
kant is aanbevolen.
21
Loading...