Mio A201 User Manual [nl]

Gebruikershandboek
MioMap 2.0
Versie oktober 2005
Impressum
De aanwijzingen en gegevens in deze documentatie kunnen zonder voorafgaande aankondiging worden veranderd. Zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Mio Technology Europe mag geen deel van deze documentatie voor enigerlei doelstelling worden verveelvoudigd of overgedragen, ongeacht op welke manier of met welke middelen, elektron isch of mechanisch, dit gebeurt. Alle technische gegevens, tekeningen enz. vallen onder de wetgeving inzake de besch erming van de auteursrechten.
Hotline: 020 654 5559 © Copyright 2005, Mio Technology Europe
© Copyright 2005, NAVIGON Data Source © 2004, Tele Atlas N.V. based upon: Austria: ©BEV, GZ 1368/2003 Denmark: ©DAV France: ©IGN France Great Britain: Ordnance Survey data with permission of Her Majesty's Stationery Office © Crown Copyright Italy: ©Geonext/DeAgostini Northern Ireland: ©Ordnance Survey of Northern Ireland Norway: ©Norwegian Mapping Authority, Public Roads Administration / Mapsolutio ns Switzerland: ©Swisstopo The Netherlands: Topografische ondergrond Copyright © dienst voor het kadaster en de openbare registers, Apeldorn
Alle rechten voorbehouden.
Inhoudsopgave
1 Inleiding .....................................................................3
1.1 Toegangshulp en conventies..............................................4
1.2 Garantie.........................................................................5
1.3 Support..........................................................................5
1.4 Handelsmerken ...............................................................6
2 Voordat u begint .........................................................7
2.1 Werking van uw navigatiesysteem......................................8
2.2 Belangrijke veiligheidsinstructies........................................9
2.2.1 Veiligheidsinstructies voor de navigatie.....................9
2.2.2 Veiligheidsinstructies voor de ingebruikneming in
de auto..............................................................
3 Bediening van de navigatiesoftware .........................11
3.1 Hardwaretoetsen ........................................................... 12
3.2 Software-Toetsenbord ....................................................12
3.2.1 Invoeren met het typemachinetoetsenbord .............12
3.2.2 Invoeren met het gewone toetsenbord ................... 13
3.2.3 Invoeren met het toetsenbord van de mobiele
telefoon .............................................................
3.3 Functieknoppen............................................................. 17
3.3.1 Keuzevakjes....................................................... 19
3.4 Lijsten.......................................................................... 20
Gebruikershandboek MioMap 2.0
10
15
4 Gebruikersmodi.........................................................25
4.1 Twee gebruikersmodi ..................................................... 26
4.2 Gebruikersmodus wisselen.............................................. 26
4.3 Standaardmodus ........................................................... 28
4.4 Uitgebreide modus......................................................... 28
5 Navigatie...................................................................29
5.1 Algemene aanwijzingen voor de navigatie ......................... 30
5.2 MioMap starten.............................................................. 31
5.2.1 Uitgebreide modus .............................................. 31
5.2.2 Standaardmodus................................................. 33
5.3 Basisinstellingen uitvoeren.............................................. 35
5.4 Bestemming opgeven..................................................... 37
5.4.1 Adres van de bestemming invoeren ....................... 38
5.4.2 Bijzondere bestemmingen selecteren ..................... 40
5.4.3 Geografische coördinaten van een bestemming
invoeren ............................................................
5.4.4 Contacten gebruiken............................................ 53
5.4.5 Bestemmingen uit de kaart overnemen .................. 56
5.4.6 Bestemming uit de favorieten overnemen............... 59
5.4.7 Laatst opgegeven bestemmingen overnemen .......... 61
5.4.8 Thuisadres gebruiken........................................... 63
5.4.9 Spraakbesturing.................................................. 63
5.5 Bestemmingen beheren.................................................. 64
5.5.1 Bestemming opslaan............................................ 64
5.5.2 Taalcommando opslaan........................................ 65
49
Inleiding - i -
Gebruikershandboek MioMap 2.0
5.6 Meerdere bestemmingen aangeven (Routeplanning met
5.7 Navigatie starten ...........................................................82
5.8 Navigatie in de luchtlijnmodus starten .............................. 86
5.9 Gestoorde GPS-ontvangst ...............................................88
6 Werken met de kaart ................................................89
6.1 Kaart selecteren ............................................................ 90
6.2 Kaartbediening.............................................................. 91
6.3 Kaartweergave tijdens een navigatie ................................ 97
6.4 Navigatie in de luchtlijnmodus....................................... 100
6.5 Extra kaartinformatie weergeven ................................... 101
5.5.3 Bestemming herbenoemen ................................... 66
5.5.4 Bestemming wissen............................................. 67
etappes).......................................................................
68
5.6.1 Routepunten invoeren.......................................... 68
5.6.2 Routes bewerken, opslaan en beheren.................... 70
5.6.3 Route berekenen................................................. 75
5.6.4 Route op de kaart weergeven................................ 80
5.6.5 Route simuleren.................................................. 80
5.7.1 Navigatie naar een bestemming waarvan de
coördinaten werden opgegeven.............................
85
7 Nuttige functies ......................................................107
7.1 Functies bij GPS-ontvangst............................................ 108
7.1.1 Actuele positie opslaan....................................... 108
7.1.2 Actuele positie als thuisadres instellen.................. 110
7.2 Functies tijdens de navigatie ......................................... 111
7.2.1 Tussenbestemming invoegen .............................. 111
7.2.2 Volgende bestemming........................................ 112
7.2.3 Deeltrajecten blokkeren ..................................... 113
7.2.4 TMC-functionaliteit gebruiken.............................. 113
8 MioMap configureren ..............................................119
8.1 Instellingen................................................................. 120
8.1.1 Gebruikersmodus .............................................. 121
8.1.2 Kaartinformatie................................................. 121
8.1.3 Route-informatie............................................... 122
8.1.4 Richting informatie ............................................ 122
8.1.5 Snelheidsinfo.................................................... 123
8.1.6 Volume............................................................ 124
8.1.7 Weergave......................................................... 124
8.1.8 Automodus....................................................... 124
8.1.9 Routeopties...................................................... 125
8.1.10 Toetsentoewijzing.............................................. 126
8.1.11 Routeplanning................................................... 127
8.1.12 Formaat........................................................... 127
8.1.13 GPS................................................................. 127
8.1.14 TMC ................................................................ 128
8.1.15 Thuisadres ....................................................... 128
8.1.16 Handsfree-opties............................................... 128
8.1.17 Productinformatie.............................................. 128
9 Verklarende woordenlijst........................................129
10 Trefwoordenregister ...............................................131
ii Inhoudsopgave Gebruikershandboek
Gebruikershandboek MioMap 2.0
1 Inleiding
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende thema’s:
1.1 Toegangshulp en conventies pagina 4
1.2 Garantie pagina 5
1.3 Support pagina 5
1.4 Handelsmerken pagina 6
Inleiding - 3 -
Gebruikershandboek MioMap 2.0

1.1 Toegangshulp en conventies

Het handboek biedt u de volgende toegangshulpmiddelen: Informatie snel
vinden
Conventies In deze handleiding worden meerdere schrijfwijzen en grafische
Cursief en
Ù Aan de voetregel in het handboek kunt u zien in welk
hoofdstuk en welke paragraaf u zich op dat ogenblik bevindt.
Ù Aan het einde van het handboek vindt u een Verklarende
woordenlijst, waarin u een verklaring van de gebruikte vaktermen kunt opzoeken.
Ù Eveneens aan het einde van het handboek vindt u een
trefwoordenregister met paginavermeldingen, om doelgericht naar informatie in het handboek te zoeken.
symbolen gebruikt, om belangrijke tekst te accentueren en om u de omgang met de handleiding te vergemakkelijken.
Stijl vet
Knoppen, velden en interface-elementen van de software. Benadrukken van waarschuwingen en aanwijzingen.
vet en cursief Juridisch beschermde eigennaam.
LEINE
K
HOOFDLETTERS
Venster- en dialoognamen.
Omschrijving van de gebruikermodus, die op
onderstreept
het betreffende hoofdstuk van toepassing is. Hoofdstukken, die niet uw actuele gebruikermodus betreffen, hoeft u niet te lezen.
Symbool Gebruik
Dit symbool geeft u aanwijzingen en tips die het u makkelijker maken om met de MioMap te werken.
Dit symbool verwijst naar plaatsen in het handboek waar u bijkomende informatie vindt.
Dit symbool waarschuwt u voor gevaren die kunnen leiden tot lichamelijke letsels of materiële schade.
Dit symbool wijst u op functies die alleen kunnen worden uitgevoerd, wanneer uw navigatie-apparaat via Bluetooth met een mobiele telefoon is verbonden.
- 4 - Toegangshulp en conventies

1.2 Garantie

Gebruikershandboek MioMap 2.0
Beperking van de garantie
Wij behouden ons het recht voor op inhoudelijke wijzigingen van de documentatie en van de sofware zonder voorafgaande aankondiging. Mio Technology Europe aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de correctheid van de inhoud of voor beschadigingen die voortkomen uit het gebruik van het handboek.
Wij zijn steeds dankbaar voor verwijzingen naar fouten of voor verbeteringssuggesties, om u in de toekomst nog beter presterende producten te kunnen aanbieden.

1.3 Support

Hotline Nederland 020 654 5559
Belgie 02 620 0097 Denemarken 08233 3109 Duitsland 069 95 307174 Finland 09 8171 0253 Frankrijk 01 4993 2253 Italie 02 3859 1184 Luxemburg 027 30 21 50 Noorwegen 02350 0063 Oostenrijk 01 36027 72066 Portugal 021 316 4190 Spanje 091 375 3020 Verenigd Koninkrijk 0207 294 0074 Zweden 08 5199 2352 Zwitserland 022 567 5133
Inleiding - 5 -
Gebruikershandboek MioMap 2.0

1.4 Handelsmerken

Beschermde handelsmerken
Ù Outlook, Windows en ActiveSync zijn handelsmerken van de
Alle in het handboek vermelde en eventueel door derden beschermde handelsmerken zijn onbeperkt onderworpen aan de bepalingen van het respectievelijk geldende merkenrecht en de eigendomsrechten van de respectievelijk geregistreerde eigenaars. Alle hier beschreven handelsmerken, handelsnamen of firmanamen zijn of kunnen handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van hun respectievelijke eigenaars zijn. Alle rechten die hier niet uitdrukkelijk worden toegekend zijn voorbehouden.
Uit het ontbreken van een expliciete vermelding van de handelsmerken die in dit handboek worden gebruikt, kan niet worden afgeleid dat een naam vrij is van rechten van derden.
Microsoft Corporation.
Ù Navigon is een gedeponeerd handelsmerk van de NAVIGON
Company.
- 6 - Handelsmerken
Gebruikershandboek MioMap 2.0

2 Voordat u begint

In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende thema’s:
2.1 Werking van uw navigatiesysteem pagina 8
2.2 Belangrijke veiligheidsinstructies pagina 9 Veiligheidsinstructies voor de navigatie
Veiligheidsinstructies voor de ingebruikneming in de auto
Voordat u begint - 7 -
Gebruikershandboek MioMap 2.0

2.1 Werking van uw navigatiesysteem

MioMap Weldra zal de tijd voorbij zijn dat u nog omslachtig op kaarten
vertwijfeld naar de juiste weg moest zoeken. Of u nu met de auto. de fiets of te voet onderweg bent - uw navigatiesysteem MioMap brengt u in de toekomst met behulp van satellietinformatie snel en betrouwbaar naar uw bestemming.
GPS werking
Het Global Positioning System (GPS) werd in de jaren 70 ontwikkeld door Amerikaanse militairen voor gebruik als wapengeleidingssysteem.
GPS is gebaseerd op in totaal 24 satellieten, die rond de aarde draaien en signalen uitzenden. De GPS-ontvanger ontvangt deze signalen en berekent aan de hand van de signalen zijn afstand tot de afzonderlijke satellieten. En met behulp daarvan kan hij dan weer zijn werkelijke geografische positie bepalen.
Voor de positiebepaling zijn gegevens nodig van ten minste 3 satellieten, vanaf de vierde kan ook de actuele hoogte worden bepaald. De positiebepaling gebeurt daarbij tot op 3 meter nauwkeurig.
Navigatie met GPS De meegeleverde kaarten bevatten ook de geografische
coördinaten van de afgebeelde specifieke bestemmingen, straten en plaatsen. Het navigatiesysteem kan daar vandaan een weg berekenen vanaf het beginpunt tot een bestemming.
Wanneer uw navigatiesysteem de signalen van minstens 3 satellieten ontvangt, kan het uw positie bepalen en op de kaart aangeven. Deze positie kan dan als uitgangspunt dienst doen voor een wegberekening.
Daar een positiebepaling en weergave eens per seconde plaatsvinden, kunt u uw bewegingen op de kaart volgen.
Verkeersinformatie met TMC
TMC werking Bij het Traffic Message Channel, kortweg TMC, gaat het om
Het Traffic Message Channel (TMC), verkrijgbaar als optionele component, voorziet uw navigatiesysteem van verkeersinformatie. Dit wordt mogelijk door een op uw PNA aangesloten, externe TMC-ontvanger die de door de radiozenders uitgezonden verkeersinformatie ontvangt.
een in heel Europa vastgelegde standaard die door alle radiostations kan worden gebruikt en met het RDS-signaal (RDS = Radio Data System) van een radioprogramma wordt uitgezonden. De verkeerssituatie op autosnelwegen en enkele autowegen wordt bewaakt door filesensoren of filemelders en politie. Deze verkeersgegevens worden doorgegeven naar de verkeerscentrales, die de gegevens beoordelen en naar de radiozenders overbrengen. Van daaruit worden de gegevens per TMC direct uitgezonden.
De TMC-ontvanger filtert de digitale verkeersgegevens uit het RDS-signaal en geeft deze door aan het navigatiesysteem. In de kaart worden dan actuele verkeersbelemmeringen (b.v. wegwerkzaamheden of files) grafisch en in een lijst weergegeven.
- 8 - Werking van uw navigatiesysteem
Gebruikershandboek MioMap 2.0
De overgebrachte verkeersmeldingen kunnen door het
navigatiesysteem in de routeberekening worden opgenomen en bij storingen op de berekende route worden gebruikt voor de berekening van een alternatieve route.
De MioMap is zo in staat om een dynamische navigatie voor u mogelijk te maken die aangepast is aan de verkeerssituatie.

2.2 Belangrijke veiligheidsinstructies

In acht te nemen Lees in uw eigen belang de volgende veiligheidsinstructies en
waarschuwingen zorgvuldig door voordat u uw navigatiesysteem in gebruik neemt.

2.2.1 Veiligheidsinstructies voor de navigatie

Het gebruik van de MioMap gebeurt op eigen risico.
Opgelet: Bedien het navigatiesysteem niet terwijl u rijdt, om uzelf en de anderen tegen ongevallen te beschermen!
Opgelet: Kijk alleen op het scherm als u zich in een veilige verkeerssituatie bevindt!
Opgelet: De wegmarkeringen en verkeersborden hebben voorrang op de instructies van het navigatiesysteem.
Opgelet: Volg de instructies van de MioMap alleen op als de omstandigheden en verkeersregels het toelaten! De MioMap brengt u ook naar uw bestemming als u van de geplande route moet afwijken.
Opmerking: De te volgen route plant u het beste voor u vertrekt. Als u onderweg een nieuwe route wilt invoeren, rij dan eerst naar de dichtstbijzijnde parkeerplaats!
Opmerking: Indien u de gesproken instructie eens niet begrepen hebt of niet zeker bent wat u aan het volgende kruispunt moet doen, kunt u zich aan de hand van de weergave met kaart of pijlen snel oriënteren.
Voordat u begint - 9 -
Gebruikershandboek MioMap 2.0

2.2.2 Veiligheidsinstructies voor de ingebruikneming in de auto

Opgelet: Bevestig de houder van de apparaat niet binnen het
bereik van de airbags.
Opgelet: Let er bij het installeren van de houder op dat de houder ook bij een eventueel ongeval geen veiligheidsrisico vormt.
- 10 - Belangrijke veiligheidsinstructies
Gebruikershandboek MioMap 2.0
3 Bediening van de
navigatiesoftware
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende thema’s:
3.1 Hardwaretoetsen pagina 12
3.2 Software-Toetsenbord pagina 12
Invoeren met het typemachinetoetsenbord
Invoeren met het gewone toetsenbord Invoeren met het toetsenbord van de mobiele telefoon
3.3 Functieknoppen pagina 17
Keuzevakjes
3.4 Lijsten pagina 20

Bediening van de navigatiesoftware - 11 -

Gebruikershandboek MioMap 2.0

3.1 Hardwaretoetsen

Hardwaretoetsen toewijzen
1. Druk in het H
Het venster Instellingen wordt geopend.
2. Kies via de pijltjesknop het instellingenvenster
U kunt in de MioMap de bezetting van de hardwaretoetsen voor de acties "Omhoog", "Omlaag", "Naar links", "Naar rechts", "OK" en "Terug" instellen. Dit maakt een comfortabele en eenvoudige bediening mogelijk.
Zodra u de navigatiesoftware afsluit, hebben de toetsen weer hun standaardfunctie.
OOFDVENSTER op de knop INSTELLINGEN.
T
OETSENTOEWIJZING.
3. Druk op de knop Toetsen bezetten.
4. Kies de toetsen voor de desbetreffende acties.
5. Druk op de knop Opslaan.

3.2 Software-Toetsenbord

Overzicht Wanneer er tekst ingevoerd moet worden verschijnt er onderin
het beeldscherm een software-toetsenbord. Dat kan een typemachinetoetsenbord, een gewoon toetsenbord of een toetsenbord van een mobiele telefoon zijn.
U kunt via de knoppen omschakelen tussen de toetsenborden. Het actieve toetsenbord wordt gemarkeerd.

3.2.1 Invoeren met het typemachinetoetsenbord

- 12 - Hardwaretoetsen
Gebruikershandboek MioMap 2.0
Het typemachinetoetsenbord kunt u het beste met de stift
bedienen. Het is bij de invoer van bestemmingsgegevens niet belangrijk of
u grote of kleine letters gebruikt. Bovendien hoeft u geen speciale tekens en accenten in te voeren, MioMap vult deze tekens automatisch voor u aan. Voorbeeld: U zoekt naar de plaats "München", dan voert u "munchen" in.

3.2.2 Invoeren met het gewone toetsenbord

Op het gewone toetsenbord kunt u alles met uw vinger invoeren.
Op het gewone toetsenbord kunnen alleen hoofdletters worden ingevoerd.
Bij de invoer van bestemmingsgegevens hoeft u geen speciale tekens en accenten in te voeren, MioMap vult deze tekens automatisch voor u aan. Voorbeeld: U zoekt naar de plaats "München", dan voert u "MUNCHEN".
Spaties invoegen, tekens wissen
Omschakelen tussen de invoer van cijfers en letters
Om een spatie in te voegen, drukt u op de toets
.
Om het teken voor de invoegmarkering te wissen, drukt u op de toets
.
Voor de invoer van getallen, bijvoorbeeld een postcode, druk op de toets
.
Om weer naar de invoer van letters terug te gaan, druk op
Bediening van de navigatiesoftware - 13 -
Gebruikershandboek MioMap 2.0
.
Speciale lettertekens Voor het invoeren van een speciaal teken tikt u op de toets
.
Het toetsenbord voor speciale tekens verschijnt.
Zodra u een speciaal teken heeft ingevoerd, verschijnt automatisch weer het toetsenbord met letters.
Speciale tekens hoeven bij de invoer van adresgegevens niet te worden ingevoerd, maar kunnen bij de benoeming van opgeslagen bestemmingen en routes handig zijn.
Cursor verplaatsen Wanneer u een ander teken als laatste wilt wissen of een teken
op een andere plaats dan helemaal aan het einde wilt invoegen, dient u de cursor op de desbetreffende plaats te zetten.
Tip daarvoor op de plaats waar u de cursor wilt hebben.
- 14 - Software-Toetsenbord
Gebruikershandboek MioMap 2.0

3.2.3 Invoeren met het toetsenbord van de mobiele telefoon

Op het toetsenbord van de mobiele telefoon kunt u alles met uw
vinger invoeren. Op het gewone toetsenbord kunnen alleen hoofdletters worden ingevoerd.
Net als bij de mobiele telefoon is iedere lettertoets meerdere keren bezet. Druk net zo vaak op een toets tot de betreffende letter verschijnt. (Om bijvoorbeeld een "S" in te voeren, tipt u vier keer op de toets "PQRS".
Bij de invoer van bestemmingsgegevens hoeft u geen speciale tekens en accenten in te voeren, MioMap vult deze tekens automatisch voor u aan. Voorbeeld: U zoekt naar de plaats "München", dan voert u "MUNCHEN".
Spaties invoegen, tekens wissen
Omschakelen tussen de invoer van cijfers en letters
Om een spatie in te voegen, drukt u op de toets
.
Om het teken voor de invoegmarkering te wissen, drukt u op de toets
.
Voor de invoer van getallen, bijvoorbeeld een postcode, druk op de toets
Om weer naar de invoer van letters terug te gaan, druk op
Speciale lettertekens Als u op een toets drukt, verschijnt er boven het software-
toetsenbord een venster met alle lettertekens, die met behulp van deze toets ingevoerd kunnen worden. Het aktieve letterteken
Bediening van de navigatiesoftware - 15 -
.
.
Gebruikershandboek MioMap 2.0
wordt aangegeven.
Wanneer u bijvoorbeeld een "Ø" invoeren wilt, druk dan zo vaak op de toets "MNO", tot in het venster boven het toetsenbord de letter "Ø" aangegeven wordt.
Speciale tekens hoeven bij de invoer van adresgegevens niet te worden ingevoerd, maar kunnen bij de benoeming van opgeslagen bestemmingen en routes handig zijn.
Cursor verplaatsen Wanneer u een ander teken als laatste wilt wissen of een teken
op een andere plaats dan helemaal aan het einde wilt invoegen, dient u de cursor op de desbetreffende plaats te zetten.
Tip daarvoor op de plaats waar u de cursor wilt hebben.
- 16 - Software-Toetsenbord
Gebruikershandboek MioMap 2.0

3.3 Functieknoppen

Knoppen In alle vensters van de MioMap vindt u aan de rechter
beeldschermrand de volgende functieknoppen:
Terug
GPS
Druk op deze knop om terug te keren naar het voordien geopende venster. wanneer u zich niet in het H
OOFDVENSTER
bevindt.
Hoofdvenster Druk op deze knop om het H
OOFDVENSTER te openen. Deze knop
wordt alleen weergegeven, wanneer u zich niet in het
OOFDVENSTER bevindt.
H
De knop GPS bevindt zich in het midden van de rechter beeldschermrand. Het getal op het GPS-symbool geeft aan hoeveel GPS-satellieten worden ontvangen. De verschillende knoppen hebben de volgende betekenis:
Symbool Betekenis
De GPS-ontvanger is uitgeschakeld of niet correct aangesloten.
Geen GPS
GPS-ontvanger aangesloten, maar het
Geen signaal
signaal is niet geschikt voor een navigatie. Dit is bijv. het geval wanneer u zich in een gesloten gebouw bevindt.
GPS-signaal aanwezig. De navigatie kan worden gestart.
GPS gereed
Bediening van de navigatiesoftware - 17 -
Gebruikershandboek MioMap 2.0
U kunt op deze GPS-symbool drukken om informatie over de
actuele GPS-status weer te geven:
Informatie Betekenis
GMT
Greenwich Mean Time Londense tijd zonder zomertijd.
Lengte/breedte
Actuele positie. Aanduiding van de oostelijke lengte- en noordelijke breedtegraad.
Satellieten
Aantal ontvangen satellieten. Voor een navigatie zijn de signalen van minstens drie satellieten nodig.
HDOP
Horizontal Dilution of Precision Geeft de kwaliteit van de positiebepaling aan. Theoretisch zijn waarden van 0 tot 50 mogelijk, waarbij geldt: hoe kleiner de waarde, des te nauwkeuriger is de positiebepaling (waarde 0= geen afwijking van de daadwerkelijke positie). Waarden tot 8 zijn acceptabel voor de navigatie.
Snelh.
Geeft de actuele snelheid van het voertuig aan.
Actuele positie Geeft de actuele locatie aan. Locatie opslaan
Druk op deze knop om de actuele locatie in het bestemmingsgeheugen op te nemen.
Venster sluiten
Druk op deze knop om het GPS-venster te sluiten.
- 18 - Functieknoppen
TMC
De knop TMC bevindt zich rechtsonder op het beeldscherm. Het getal op het TMC-symbool geeft aan hoeveel geldige verkeersmeldingen werden ontvangen. De verschillende knoppen hebben de volgende betekenis:
Symbool Betekenis
Geen TMC
Zender wordt gezocht
TMC gereed
TMC
Druk op deze knop om TMC-informatie op te roepen.
Gebruikershandboek MioMap 2.0
Er is geen TMC-ontvanger aangesloten.
-OF­De TMC-ontvanger is uitgeschakeld of
niet correct aangesloten. De TMC-ontvanger is gereed voor
ontvangst, maar kan geen TMC­signaal ontvangen. Dit is b.v. het geval, wanneer u zich in een gebied bevindt waarin geen TMC-signalen worden uitgezonden.
TMC-signaal aanwezig.
Een uitgebreide functiebeschrijving van uw TMC-module vindt u in het hoofdstuk "
TMC-functionaliteit gebruiken" op pagina 113.

3.3.1 Keuzevakjes

Keuzevakjes Op bijna alle maskers van MioMap treft u keuzevakjes met een
tekst aan. Deze keuzevakjes kunnen in drie groepen worden verdeeld:
1. Keuzevakjes met een specifieke functie.
Deze keuzevakjes voeren de functie uit, die hun naam aangeeft. Het betreft keuzevakjes zoals Opslaan, OK, Afbreken, Kaart selecteren, Navigatie enz.
Wanneer u op een dergelijk veld drukt, wordt in elk geval het actuele invoeringsmasker gesloten en bereikt u een volgende stap.
2. Keuzevakjes voor het instellen van één van twee
mogelijkheden. Deze keuzevakjes dienen om één van twee mogelijke
toestanden te selecteren. Gewoonlijk wordt op de knop de status beschreven die op dat moment is ingesteld. Het betreft keuzevakjes zoals bijv. Gebruikersmodus, Ja-Nee, Aan- Uit.
Wanneer u op een van deze keuzevakjes drukt, verandert de tekst dan in de andere mogelijkheid. De verandering moet nog worden bevestigd door op een ander keuzevak te drukken (gewoonlijk OK of Opslaan), alvorens het actuele
Bediening van de navigatiesoftware - 19 -
Gebruikershandboek MioMap 2.0
venster sluit.
3. Keuzevakjes voor het invoeren van gegevens.
Deze keuzevakjes worden als invoervelden beschreven. Het betreft keuzevakjes zoals Plaats of postcode, Straat, Categorie (van een POI) enz.
Wanneer u op een invoerveld drukt, gaat er een venster met toetsenbord, een lijst of beide open. Daar kan de benodigde tekst worden ingevoerd. De invoering moet worden bevestigd door op een ander keuzevak te drukken (gewoonlijk OK of Opslaan), alvorens het invoeringsmasker sluit. Daarna is uw invoering opgenomen in het invoeringsveld.
Informatie over het gebruik van het toetsenbord vindt u in het hoofdstuk "Software-Toetsenbord" op pagina 12.
Informatie over het werken met lijsten vindt u in hoofdstuk
Lijsten" op pagina 20.
"

3.4 Lijsten

overzicht In veel gevallen verschijnen er lijsten waaruit u een invoer kunt
selecteren. Dat is bijvoorbeeld het geval wanneer u bij een invoer van een
plaats de naam niet volledig hebt ingevoerd. In dit geval verschijnt er een lijst met alle plaatsen met de door u aangegeven tekst of die met deze tekst beginnen. Om in het geval van meerdere plaatsen met dezelfde naam de juiste te kunnen selecteren, is de postcode achter de naam vermeld.
Gemarkeerde lijstinvoer
Keuzevakjes Rechts van dergelijke lijsten bevinden zich 3 keuzevakjes.
Een lijstinvoer is altijd gemarkeerd. De gemarkeerde invoer is vet geschreven. Bovendien wordt aan de gemarkeerde invoer vaak een zin toegevoegd met aanvullende informatie. Bij plaatsen staat daar bijvoorbeeld de streek waarin de gemarkeerde plaats ligt.
OK: Druk op dit keuzevak om de gemarkeerde invoer over te nemen (die ook direct links van dit veld staat).
Naar boven: Druk op dit veld om de lijst één element naar boven te rollen.
Naar beneden: Druk op dit veld om de lijst één element naar beneden te rollen.
Om de Lijst een aantal elementen naar boven of naar beneden te
rollen drukt u meerdere keren op het desbetreffende veld.
- 20 - Lijsten
Gebruikershandboek MioMap 2.0
Voorwaarde Voorwaarde: Zoek de plaats DALERVEEN.
1. Druk het H
Het venster B
2. Druk op het keuzevak Adres. Het venster A
3. Druk op het keuzevak Plaats of postcode. Het software-toetsenbord verschijnt.
OOFDVENSTER op het veld Navigatie.
ESTEMMINGINVOER verschijnt.
DRESINVOER verschijnt.
4. Tik de letters DALE in. Er verschijnt een lijst met alle plaatsnamen die met DALE
beginnen of die DALE in hun naam hebben.
Wanneer de lijst erg lang is kunt u te allen tijde nog een letter
intikken. De lijst wordt dan opnieuw berekend en er worden minder plaatsnamen getoond.
Bediening van de navigatiesoftware - 21 -
Gebruikershandboek MioMap 2.0
5. Tik een R in. In het invoerveld staat nu de tekst DALER.
Er verschijnt een lijst met alle plaatsnamen die met D ALER
beginnen of die DALER in hun naam hebben.
6. Druk zo vaa k op het veld Naar beneden, als nodig is om de plaats DALERVEEN onder het invoerveld te laten verschijnen.
De invoer DALERVEEN is dan gemarkeerd.
- 22 - Lijsten
Gebruikershandboek MioMap 2.0
7. Druk op Het venster A
.
DRESINVOER verschijnt. DALERVEEN is ingevoerd
in het veld Plaats of postcode.
Bediening van de navigatiesoftware - 23 -
Gebruikershandboek MioMap 2.0

4 Gebruikersmodi

In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende thema’s:
4.1 Twee gebruikersmodi pagina 26
4.2 Gebruikersmodus wisselen pagina 26
4.3 Standaardmodus pagina 28
4.4 Uitgebreide modus pagina 28
Gebruikersmodi - 25 -
Gebruikershandboek MioMap 2.0

4.1 Twee gebruikersmodi

Overzicht MioMap kan in twee verschillende gebruikersmodi worden
gebruikt: Standaard en uitgebreid. Daardoor is zeker gesteld dat elke gebruikersgroep optimaal met het systeem kan werken: De minder ervaren gebruiker of de gebruiker die niet elke functie nodig heeft, werken in de standaard-modus. Ervaren gebruikers die ook bereid zijn wat extra te doen, werken in de uitgebreide modus.
Een aantal configuratie-instellingen, die ook van kracht zijn voor de standaard modus, kunnen alleen in de uitgebreide modus worden veranderd. Voor verdere informatie daarover kunt u kijken in "
MioMap configureren" op pagina 119.

4.2 Gebruikersmodus wisselen

U kunt de gebruikersmodus te allen tijde wisselen.
1. Druk in het H
Het venster I
De invoer Gebruikersmodus is de bovenste op de lijst.
OOFDVENSTER op Instellingen.
NSTELLINGEN verschijnt:
2. Druk op
- 26 - Twee gebruikersmodi
.
Gebruikershandboek MioMap 2.0
Het venster GEBRUIKERMODUS verschijnt:
Op de knop Actuele gebruikermodus staat de naam van de
modus, waarin u zich nu bevindt.
3. Druk op het veld Actuele gebruikermodus, om de telkens andere gebruikersmodus te wisselen.
De naam van de gebruikersmodus waarin u wisselt verschijnt op de knop.
4. Druk op Opslaan, om de veranderingen op te slaan. Opmerking: Wanneer u in de standaardmodus wisselt zal u
worden gevraagd of u de veranderde instellingen wilt bewaren. Dat zal u ook worden gevraagd wanneer u geen instellingen hebt veranderd. Druk op Ja.
Het venster GEBRUIKERMODUS sluit en u bevindt zich in het
OOFDVENSTER van de gebruikersmodus, dat u zo-even heeft
H
geselecteerd.
Gebruikersmodi - 27 -
Gebruikershandboek MioMap 2.0

4.3 Standaardmodus

Overzicht De standaardmodus is de gemakkelijkst te bedienen van de twee
modi. Doordat de functiegrootte ten opzichte van de uitgebreide beperkt is, kunnen de beschikbare functies sneller worden opgeroepen. Wanneer u dus niet echt een routeplanning of bestemmingsinvoer nodig heeft, adviseren wij u in de standaardmodus te werken.
Functiegrootte In de standaardmodus kunt u:
Ù Een andere kaart selecteren Ù Een bestemming aangeven voor de navigatie (adres, speciale
bestemming)
Ù Zich naar huis laten leiden Ù Een van de opgeslagen bestemmingen selecteren Ù Een van de als laatste aangegeven bestemmingen selecteren Ù De configuratie voor een deel veranderen

4.4 Uitgebreide modus

Overzicht In de uitgebreide modus is de volledige functionaliteit van de
MioMap beschikbaar. Daarmee kunt u bijv. de opgave van een aantal na elkaar te rijden bestemmingen (routeplanning met etappen) invoeren en alle toegankelijke configuratieparameters veranderen. Wanneer u alle functies wilt gebruiken adviseren wij u in de uitgebreide modus te werken.
Functiegrootte In de uitgebreide modus kunt u behalve de functies van de
standaardmodus:
Ù Een bestemming rechtstreeks op de kaart aangeven Ù Een route met meerdere etappes plannen en opslaan Ù De route-opties voor elke navigatie vastleggen Ù De configuratie nog gedetailleerder veranderen
- 28 - Standaardmodus
Loading...
+ 104 hidden pages