Minolta DIMAGE E203 User Manual [nl]

GEBRUIKSAANWIJZING
NL
9224-2774-15 H-A107
2
Hartelijk dank voor het aanschaffen van de Minolta E203 camera en veel plezier ermee. In dat ver­band adviseren wij u om deze gebruiksaanwijzing goed door te lezen, zodat u optimaal gebruik kunt maken van alle mogelijkheden die deze camera te bieden heeft.
Controleer eerst, aan de hand van deze gegevens, even de producten die met de camera zijn meegeleverd. Mocht er iets ontbreken, neem dan contact op met uw handelaar.
VOORDAT U BEGINT
Minolta DiMAGE E203 digitale camera
CR-V3 lithium batterij
Polskoord HS-DG203, voor de DiMAGE E203
USB kabel USB-400, voor de DiMAGE E203
DiMAGE E203 software CD-ROM ArcSoft PhotoImpression CD-ROM (samen verpakt)
Beknopte handleiding (Uitvoerige gebruiks-
aanwijzing op de CD ROM)
Garantiekaart
8MB SD Geheugenkaart
MINOLTA
Warranty
3
Neem onderstaande waarschuwingen in acht, bij het gebruiken van de camera.
Verkeerd gebruik van batterijen kan ervoor zorgen dat er schadelijke vloeistoffen uit vrijkomen, dat ze oververhit raken of zelfs exploderen; dit kan tot schade of persoonlijk letsel leiden. Neem daarom onderstaande waarschuwingen nauwkeurig in acht.
• Gebruik alleen het in deze gebruiksaanwijzing opgegeven batterijtype.
• Plaats de batterijen niet met de (+/–) polen verwisseld.
• Gebruik geen batterijen die slijtage of beschadiging vertonen.
• Stel batterijen niet bloot aan vuur, hoge temperaturen of vocht.
• Probeer batterijen niet kort te sluiten of uit elkaar te halen.
• Bewaar batterijen niet in of bij metalen producten.
• Gebruik altijd batterijen van gelijk type, merk, fabricagedatum en laadniveau.
• Probeer nooit om alkaline of lithium batterijen op te laden.
• Gebruik voor het opladen van oplaadbare batterijen alleen het aanbevolen oplaadapparaat.
• Gebruik nooit lekke batterijen. Komt er batterijvloeistof in uw oog, spoel het oog dan onmiddellijk schoon met veel schoon water en neem contact op met een arts. Komt uw huid of kleding in contact met batterijvloeistof, reinig deze dan grondig met water.
WAARSCHUWINGEN
• Gebruik alleen de aangegeven lichtnetadapter en gebruik deze uitsluitend op hetzelfde voltage als op de adapter is aangegeven. Een verkeerde adapter of een verkeerd voltage kan door een schok of door brand tot letsel of schade leiden
• Haal deze camera niet uit elkaar. Wanneer u een hoog-voltage circuit in het binnenwerk van de camera aanraakt kunt u een elektrische schok krijgen.
• Verwijder onmiddellijk de batterijen en gebruik de camera niet verder wanneer door vallen of stoten het binnenwerk (met name dat van de flitser) zichtbaar is geworden. De flitser heeft een hoog­voltage circuit dat een elektrische schok en daardoor letsel kan veroorzaken. Doorgaan met het gebruik van een beschadigd product kan tot letsel leiden.
• Houd batterijen en andere kleine dingen die ingeslikt kunnen worden uit de buurt van kleine kinderen. Neem onmiddellijk contact op met een arts als er toch iets is ingeslikt.
• Bewaar de camera uit de buurt van kinderen en voorkom dat u ze met dit product of de toebehoren ervan letsel zou kunnen toebrengen.
• Flits niet rechtstreeks bij iemand in de ogen; dat kan het gezichtsvermogen aantasten.
• Flits niet naar bestuurders van een voertuig. Daarmee kunt u ze afleiden of verblinden, wat tot ongelukken zou kunnen leiden.
• Kijk niet naar het LCD scherm terwijl u loopt of een voertuig bestuurt. U zou letsel kunnen oplopen of een ongeluk krijgen.
• Gebruik de camera niet in een vochtige omgeving. Pak de camera niet met natte handen vast. Treedt er vloeistof de camera binnen, verwijder dan onmiddellijk de batterijen of trek de stekker van de netvoeding uit het stopcontact en gebruik de camera niet verder. Toch doorgaan met gebruik kan schade of letsel veroorzaken als gevolg van brand of een elektrische schok.
• Gebruik de camera niet in de nabijheid van ontvlambare gassen of vloeistoffen zoals benzine, wasbenzine of verfverdunner. Gebruik ook geen ontvlambare producten als alcohol, wasbenzine of verfverdunner om de camera te reinigen. Het gebruik van ontvlambare reinigings- en oplosmiddelen kan een explosie of brand veroorzaken.
• Trek bij het verwijderen van de lichtnetadapter niet aan de kabel, maar aan de adapter zelf.
• Beschadig, modificeer, verdraai en verhit de kabel van de lichtnetadapter niet. Een beschadigde kabel kan door brand of een schok letsel of schade veroorzaken.
• Stop het gebruik van de camera wanneer deze een vreemde geur, hitte of rook afgeeft. Verwijder onmiddellijk de batterijen; wees daarbij wel heel voorzichtig want ze kunnen heet geworden zijn. Gebruik van een beschadigd product of onderdeel kan tot letsel leiden.
• Neem contact op met de Technische Dienst van Minolta wanneer reparatie nodig is.
VOOR CORRECT EN VEILIG GEBRUIK
4
VOOR CORRECT EN VEILIG GEBRUIK
PAS OP
• Gebruik of bewaar de camera niet in een vochtige of zeer warme omgeving, zoals het dashboard kastje of de bagageruimte van een auto in de zon. Er kan schade aan de camera en/of aan de batterijen ontstaan, wat kan leiden tot letsel als gevolg van brand, explosie of vrijgekomen batterijvloeistof
• Gebruik de camera niet meer wanneer de batterijen zijn gaan lekken.
• De temperatuur van de camera gaat stijgen bij langdurig gebruik; denk eraan dat de camera dan heet kan zijn.
• Pas op: bij langdurig gebruik kunnen de geheugenkaart en de batterijen (accu’s) erg warm worden. Wilt u deze na gebruik meteen verwijderen dan zou dat zelfs brandwonden kunnen veroorzaken. Zet daarom de camera uit en wacht tot e.e.a. is afgekoeld voordat u ze verwijdert.
• Laat de flitser niet afgaan wanneer deze in direct contact is met mensen of voorwerpen; de flitsbuis geeft veel hitte af.
• Oefen geen druk uit op de LCD monitor. Een beschadigde monitor kan letsel veroorzaken; de vloeistof uit de monitor is ontvlambaar. Komt vloeistof van de monitor in uw ogen, spoel deze dan onmiddellijk uit met veel water en waarschuw een arts. Komt de vloeistof in contact met de huid, was het dan af met schoon water.
• Gebruikt u een lichtnetadapter, let er dan op dat deze goed in het stopcontact zit.
• Gebruik de lichtnetadapter niet als de kabel is beschadigd..
• Dek de lichtnetadapter niet af; brand kan het gevolg zijn.
• Zorg dat de lichtnetadapter altijd goed bereikbaar is, zodat u de stekker in geval van nood snel uit het stopcontact kunt trekken.
• Trek de lichtnetadapter uit het stopcontact wanneer u de camera schoonmaakt of klaar bent met gebruik.
INHOUD
Informatie over SD Memory Cards en MultiMediaCards.......................................7
Benaming van de onderdelen................................................................................8
Camerahuis..................................................................................................8
Datascherm .................................................................................................9
Zoeker..........................................................................................................9
Functiering ...................................................................................................9
Snel aan de slag ..................................................................................................10
Inzetten van een CR-V3 lithium batterij.....................................................10
Inzetten van AA batterijen .........................................................................10
Indicatie van de batterij conditie ................................................................11
Automatisch uitschakelen ..........................................................................11
Minolta lichtnet adapter (optioneel) ...........................................................11
Inzetten en verwijderen van een geheugenkaart ......................................12
Bevestigen van de polskoord.....................................................................12
Voorbereiden van de camera.....................................................................13
Opnamen maken - basishandelingen........................................................14
Gebruik van het zoom-objectief.................................................................14
Scherpstel-vergrendeling...........................................................................15
Speciale scherpstel situaties .....................................................................15
Vasthouden van de camera ......................................................................15
Opnamen bekijken.....................................................................................16
Vergrote weergave.................................................................................16
Camera instellingen – automat. opname en multi-functionele opname stand....17
LCD monitor inschakelen – de display toets .............................................17
Mode toets .................................................................................................18
Flits instellingen .........................................................................................19
Flitsbereik ..................................................................................................19
Flits indicaties ............................................................................................19
Onderwerp programma’s ...........................................................................20
Waarschuwing tegen cameratrilling...........................................................20
Zelf op de foto, met de zelfontspanner ......................................................21
Instellen van het beeldformaat (de resolutie) ............................................22
Over het beeldtelwerk................................................................................22
Automatische opname menu ...............................................................................23
Instellen helderheid van de LCD monitor ..................................................23
Multi-functionele opname menu...........................................................................24
Navigeren door het multi-functionele opname menu.................................24
Het Reset menu.....................................................................................26
Filmclip opnamen ..................................................................................26
Digitale zoom.........................................................................................27
Belichtings-compensatie........................................................................27
Witbalans ...............................................................................................28
Automatische witbalans instelling......................................................28
Zelf instellen van de witbalans ..........................................................28
Spot lichtmeting .....................................................................................29
Langzame sluitertijden...........................................................................29
Instellen helderheid van de LCD monitor ..............................................29
Kleur / zwart-wit instelling......................................................................29
5
INHOUD
Weergave stand – bekijken en verwerken van de opnamen ...............................30
Bekijken van opnamen ..............................................................................30
Vergrote weergave.....................................................................................31
Bekijken van filmclips.................................................................................31
Navigeren door het weergave menu..........................................................32
Wissen van beelden ..............................................................................34
Index weergave......................................................................................34
Diashow .................................................................................................35
Vergrendelen en ontgrendelen van beelden..........................................35
Weergeven van het bestandsnummer...................................................36
Aanpassen van de LCD monitor helderheid ........................................36
Wat meer over DPOF ............................................................................36
Het maken van een DPOF printopdracht ..............................................36
Setup menu – aanpassen van camera instellingen.............................................38
Navigeren door het setup menu ................................................................38
Formatteren van geheugenkaarten .......................................................40
Aflooptijd van de zelfontspanner ..........................................................40
Automatisch uitschakelen van de camera .............................................40
Bestandsnummer geheugen..................................................................40
Geluidssignaal .......................................................................................41
Directe beeldweergave..........................................................................41
Instellen van datum en tijd.....................................................................41
Instellen van de taal...............................................................................41
PC stand– aansluiten op een computer ..............................................................42
Arcsoft PhotoImpression 3.0 systeem vereisten .......................................42
QuickTime 5.0 systeem vereisten..............................................................42
Aansluiten van de camera op een computer.............................................43
Gebruik met Windows 98 en 98SE............................................................44
Mappen in de geheugenkaart....................................................................45
Automatische uitschakeling (bij gebruik met een PC)...............................46
Camera van de computer loskoppelen......................................................46
Macintosh ..............................................................................................46
Windows 98 en 98SE ............................................................................46
Windows Me en Windows 2000 Professional........................................47
Verwisselen van de geheugenkaart (bij gebruik met een PC) ..................48
Appendix ...........................................................................................................49
Problemen oplossen ..................................................................................50
Opbergen en onderhoud ...........................................................................52
Technische specificaties ............................................................................54
6
7
• Het volgende kan leiden tot beschadiging of verlies van data:
1. Verkeerd gebruik van de kaart.
2. Statisch-elektrische ontlading of elektromagnetische velden in de buurt van de kaart.
3. Verwijderen van de kaart of onderbreken van de voeding terwijl de camera of de computer data wegschrijft of afleest van de kaart, of terwijl de kaart in de camera wordt geformatteerd.
4. Het niet gebruiken van de kaart voor een hele lange periode.
5. Gebruik van een verouderde kaart
Minolta is niet verantwoordelijk voor enige schade of verlies van data.
Het is raadzaam om een kopie te maken van de gegevens op de kaart, bijvoorbeeld op een ZIP disc, hard disk, CD-ROM, etc.
• Wordt de kaart geformatteerd dan worden alle data op de kaart permanent gewist. Verzeker u ervan dat een backup is gemaakt van belangrijke data.
• De opslagcapaciteit van een geheugenkaart loopt terug bij langdurig gebruik. Het kan dus nodig zijn om van tijd tot tijd een nieuwe kaart aan te schaffen.
• Houd de kaart ver uit de buurt van statische elektriciteit of elektromagnetische velden.
• Pas op dat u de kaart niet buigt, of laat vallen of stoten.
• Statisch-elektrische ontlading of natuurkundige krachten kunnen de kaart verhinderen om data uit te wisselen.
• Raak de elektrische contacten niet met uw vingers, of met metalen voorwerpen aan.
• Houd de kaart uit de buurt van hitte, vocht of direct zonlicht.
• Houd de kaart uit de buurt van kleine kinderen.
OVER MEMORY KAARTEN EN MULTI MEDIA KAARTEN
SD Memory Cards en MultiMediaCards zijn gefabriceerd met elektronische precisie componenten. Neemt u a.u.b. de volgende informatie ter harte:
De SD Memory Card heeft een beveiligingsschakelaar waarmee kan worden voorkomen dat data per ongeluk worden gewist. Schuift u de schakelaar naar beneden dan is de kaart beveiligd. Echter, wanneer de kaart beveiligd is, kunt u er ook geen opnamen op vastleggen. Als met de camera een poging wordt gedaan om een beeld op te slaan of te wissen dan zullen de lampjes naast de zoeker en het telwerk op het datascherm knipperen en klinkt er een geluidssignaal.
Beveiligings­schakelaar
Kaart beveiligd
De respons-tijd bij opname en weergave is met MultiMediaCards langer dan bij SD Memory Cards. Dit heeft te maken met de specificaties van de verschillende kaarten. Gebruikt u kaarten met een hoge capaciteit, dan kunnen bepaalde functies (bijv. wissen van een opname) langer duren.
8
BENAMING VAN DE ONDERDELEN
* De Dimage E203 is een geavanceerd optisch instrument. Het is belangrijk om de met een sterretje gemarkeerde onderdelen zorgvuldig schoon te houden. Zie hiervoor ook de onderhouds- en reinig­ings-instructies achterin deze gebruiksaanwijzing(p. 52).
CAMERAHUIS
Data-scherm
Sluiter ontspanknop
Objectief*
Zelfontspanner lampje (p. 21)
Flitser (p. 19)
Draagkoord oogje (p. 12)
Functie ring (hoofdschakelaar)
Zoeker venster*
Deurtje batterij- / kaartruimte (p. 10, 12)
Viewfinder*
LCD monitor* (p. 17)
Menu toets
Aansluiting voor lichtnetadapter (p. 11)
Toegangslampje
Display toets (p. 17)
MODE toets (p. 18)
Stuurknop
USB aansluiting (p. 43)
Flitsmeet sensor
Beeldgrootte toets(p. 22)
De statief aansluiting bevindt zich aan de onderzijde van de ca­mera, in de buurt van het objectief
9
DATA-SCHERM
FUNCTIERING
Automatische opname stand
Multi-functionele opname stand
Weergave stand (p. 30)
Setup stand (p. 38)
Deze ring wordt gebruikt voor gemakkelijk instellen van de belang­rijkste camerafuncties en dient tevens als hoofd­schakelaar
ZOEKER
Scherpstelkader
Scherpstel lampje (groen) (p. 14)
Flits lampje (rood)(p. 19)
De scherpstel- en flits­lampjes dienen ook om aan te geven wanneer het beeld wordt weg­geschreven naar het opslagkaartje (p. 51).
Automatisch, zelfdenkend flitsen (p. 19)
Rode-ogen reductie (p. 19)
Invulflitsen(p. 19)
Nachtportret stand (p. 20)
Flitser uitgeschakeld (p. 19)
Landschap/Nachtscene (p. 20)
Close-up stand (p. 20)
Zelfontspanner (p. 21)
Indicatie pijltjes
Movie indicatie (p. 26)
Zwart/wit (Black & white) indicatie (p. 29)
Beeldkwaliteit indicatie (p. 22)
Indicatie batterij-conditie (p. 11)
Opnamen teller (p. 22)
10
SNEL AAN DE SLAG
INZETTEN VAN DE CR-V3 LITHIUM BATTERIJ
Schuif de lithium batterij in de camera (3).
• Let erop dat de + en - polen van de batterij zich in de juiste positie bevinden (zie tekening).
De Dimage E 203 moet worden gevoed door een CR-V3 lithium batterij. Bij verwisselen van de batterij moet de functiering altijd in de off stand staan.
Sluit het deurtje van de batterij-ruimte en schuif het omhoog (4) tot het goed gesloten is.
• Is het deurtje langer dan 15 min. open geweest, of heeft u de batterij zolang verwijderd, dan zullen de datum en tijd opnieuw moeten worden ingesteld. Bij inschakelen van de camera wordt dat met een knippersignaal op de monitor aangegeven (p. 41).
Open de batterij-ruimte door het deurtje naar beneden te schuiven (1) het deurtje moet dan open springen (2).
BATTERY
CARD
BA
TTERY
CARD
1
2
4
INZETTEN VAN AA BATTERIJEN
Hoewel de prestaties van lithium batterijen beter zijn, is het ook mogelijk om de camera te voeden d.m.v. twee AA-type alkaline batterijen of Ni-MH accu’s. Daarbij wordt het gebruik van Ni-MH accu’s duidelijk aanbevolen omdat die langer energie kunnen leveren en ook weer kunnen worden opgeladen.
Schuif de batterijen in de camera, zoals aangegeven; let op de juiste positie van de + en - polen.
Maakt u gebruik van Ni-MH accu’s laadt deze dan eerst helemaal op met een speciaal daarvoor geschikte lader. Vraag uw handelaar naar de mogelijkheden.
3
SNEL AAN DE SLAG
Dit hoofdstuk behandelt de basisinformatie over de camera. Lees dit a.u.b. zorgvuldig door, voordat u verder gaat met de andere hoofdstukken in deze gebruiksaanwijzing. Schakelt u de camera aan, dan moeten de datum en tijd, het menu en de taal nog worden ingesteld (zie pagina 13.)
11
INDICATIE VAN DE BATTERIJ CONDITIE
Indicatie volle batterij – er is voldoende energie beschikbaar
Indicatie lege batterij – er is te weinig energie beschikbaar om de camera te laten werken. De sluiter is geblokkeerd. Vervang de batterij(en) onmiddellijk.
Indicatie lage batterijspanning – er is nog maar weinig energie beschikbaar, maar de camera kan nog worden gebruikt. Vervang de batterij(en) zo snel mogelijk.
Deze camera is uitgerust met een automatische batterij-controle indicator. Bij het inschakelen van de camera verschijnt de informatie over de batterij-conditie automatisch op het data-scherm. Verschijnt er helemaal geen informatie op het scherm, dan zijn de batterijen waarschijnlijk leeg, of ze zijn ver-
keerd om ingezet.
LICHTNET ADAPTER (OPTIONEEL)
De Minolta lichtnetadapter AC-3 is bedoeld om de camera via het lichtnet te voeden. Dit is vooral belangrijk wanneer de E 203 binnenshuis intensief wordt gebruikt, of wanneer deze lange tijd op de computer wordt aangesloten.
Let op dat de camera uit staat bij vervangen van de batterij(en).
Schakel de camera altijd uit, voor verwisselen van de voeding
AUTOMATISCHE UITSCHAKELING
Om batterijspanning te sparen wordt de display en andere niet noodzakelijke functies automatisch uitgeschakeld als de camera langer dan 3 minuten niet is gebruikt. Voor het weer activeren van de camera is het voldoende om de ontspanknop of de display toets in te drukken. De tijd voor uitschake­len van de camera kan worden gewijzigd in het setup menu (p. 38).
In de opname-stand wordt de LCD monitor na 1 minuut automatisch uitgeschakeld. Deze tijd kan niet worden gewijzigd. De monitor kan weer worden geactiveerd door indrukken van de display toets (p.
17).
Sluit de mini plug van de AC-3 adapter aan op de DC ingang.
Sluit de lichtnetstekker aan op het stopcontact.
12
SNEL AAN DE SLAG
INZETTEN EN VERWIJDEREN VAN EEN GEHEUGENKAART
Schuif de kaart in de daarvoor bestemde opening (2). Let op dat de kaart goed past.
• Zet de kaart in met de voorkant naar de voorzijde van de camera. Duw de kaart altijd rechtstandig naar binnen; nooit onder een hoek. Gebruik geen kracht bij het inschuiven. Past de kaart niet, controleer dan of de voor- en achterzijde niet verwisseld zijn.
• Is een MultiMediaCard niet correct ingezet dan kan het deurtje van de kaart- en batterijruimte niet worden gesloten.
Om de kaart te verwijderen drukt u deze iets naar binnen en vervolgens laat u de kaart los. (3). De kaart kan nu worden ver­wijderd.
Let op dat de camera is uitgeschakeld en dat het toegangs-lampje niet brandt voordat u een geheugenkaart inzet of verwijderd, omdat anders
de kaart kan worden beschadigd of informatie verloren kan gaan.
BATTERY
CARD
BATTERY
CARD
1
2
3
4
Sluit het deurtje van de kaart- en batterijruimte en schuif het omhoog om het te vergrendelen (4). Let op dat het goed gesloten is.
Open het deurtje van de batterijruimte door deze naar beneden te schuiven (1); het deurtje springt open.
BEVESTIGEN VAN DE POLSKOORD
Schuif het kleine lusje van de polskoord door het betreffende oogje van de camera (1).
Schuif het andere gedeelte door het lusje en trek het aan (2).
Maak altijd gebruik van de polskoord bij het fotograferen, om te voorkomen dat uw camera per ongeluk zou komen te vallen.
1
2
Toegangslampje
Een SD (Secure Digital) geheugenkaart of een MultiMedia kaart moet in de camera worden geplaats voordat u kunt fotograferen. Is er geen kaart in de camera, dan zal het telwerk van het datascherm drie knipperende nullen (000) aangeven. Meer informatie over geheugenkaarten kunt u lezen op pag­ina 7.
13
VOORBEREIDEN VAN DE CAMERA
Wordt de camera voor het eerst inge­schakeld dan verschijnt op de LCD monitor het menu voor instellen van de taal, de datum en de tijd. Zet de camera aan door de instelring in de stand SETUP te draaien.(1). Gebruik vervolgens de stuurknop voor selecteren van de instellingen op de LCD monitor.
JAPANESE
FRANCAIS
DEUTSCH
ENGLISH
Would you like to select
ENGLISH ?
YES
NO
Date/Time set
00:00
1
1
2001
Year Month
Day
Gebruik de op/neer instellingen van de stuur­knop om de gewenste taal te kiezen.
Om uw keuze van de taal te bevestigen drukt u in het midden van de stuurknop. Nu ver­schijnt het bevestigingsscherm.
Gebruik vervolgens de links/rechts instellin­gen van de stuurknop om “YES.” te kiezen.
• Kiest u “NO” dan keert het scherm weer terug naar de vorige versie met de verschillende talen.
Druk in het midden van de stuurknop om uw keuze te bevestigen en te laten uitvoeren.
Nadat u de taal hebt ingesteld, verschijnt automatrisch het datum/tijd scherm. Neem a.u.b. even de tijd om e.e.a. nauwkeurig in te stellen, want als een opname wordt gemaakt worden de ingestelde datum/tijd gegevens daar automatisch bij geregistreerd.
Via de op/neer toetsen kunt u de instelling die u wilt wijzigen rood laten markeren.
• Hebt u voor Year gekozen, dan gaat u met de neer’’ toets naar Month en Day.
Gebruik de links/recht toetsen om de rood gemarkeerde instelling te wijzigen.
Zijn de datum en tijd ingesteld, druk dan op het midden van de stuurknop.
• Een bevestigingsscherm verschijnt. Gebruik de links/rechts toetsen om voor “YES” te kiezen. Kiest u “NO” dan keert het scherm weer terug naar de datum/tijd instellingen. Druk op het midden van de stuurknop om de instellingen op het bevestigingsscherm te laten uitvoeren. Heeft u bij nader inzien een verkeerde instelling gemaakt, dan kunt u die herstellen via het setup menu (p. 38).
Stuurknop
1
14
SNEL AAN DE SLAG
Deze camera is uitgerust met een zoomobjectief. Het zoom-effect is zichtbaar via de zoeker en de LCD moni­tor. Druk op de display toets om de LCD monitor te acti­veren.
Met de stuurknop kunt u de zoominstellingen regelen. In de op-stand zoomt u het beeld naar u toe (tele) en in de neer-stand van u af (groothoek).
USING HET ZOOMOBJECTIEF
Stuurknop
Display toets
Richt het AF kader op het onderwerp.
• Gebruik eventueel de scherpstel-vergrendel functie (p. 15).
• Pas op dat u niet te dichtbij fotografeert: (bereik: 0.8m – oneindig. Gebruik de Close-up stand voor opnamen op kortere afstand dan 80cm (p. 20).
• De eigenlijke autofocus sensor bevindt zich in een klein gebied binnen het AF kader, zoals hiernaast gearceerd is aangegeven.
Druk de ontspanknop gedeeltelijk in (1) om de scherprte en belichting te vergren­delen.
• Het groene lampje naast de zoeker licht op om dat te bevestigen. Knippert het lampje, dan was scherpstellen niet mogelijk. Probeer het opnieuw en pas eventueel scherpstel-vergrendeling toe (p. 15). Het lampje moet continu blijven branden, zolang u de ontspanknop gedeeltelijk ingedrukt houdt.
Druk de ontspanknop vervolgens (met een rustige beweging) hele­maal in (2) om de foto te maken.
• Beide lampjes naast de zoeker zullen hierna oplichten, om aan te geven dat de informatie wordt weggeschreven naar het geheugenkaartje.
Verwijder nooit de geheugenkaart terwijl informatie wordt weggeschreven!
• Nadat u de opname hebt gemaakt, kunt u het resultaat meteen 3 sec.bekijken, door de instant-playback functie te selecteren in het setup menu (p. 38, 41)
Zet u de instelring in de AUTO stand, dan wordt de camera ingeschakeld en komt het objectief automatisch naar voren. Wordt het daarbij gehinderd, dan verschijnt een foutmelding (Err) op het datascherm. Schakel in dat geval de camera uit en wacht tot het objectief weer in de basisstand is teruggekeerd.
1
2
OPNAMEN MAKEN - BASISHANDELINGEN
15
SPECIALE SCHERPSTEL-SITUATIES
Het is mogelijk dat de camera in bepaalde situaties niet kan scherpstellen. Het groene lampje zal dan knipperen om dat aan te geven. Gebruik in zo’n geval de scherpstel-vergrendel functie, door eerst scherp te stellen op een ander onderwerp (op dezelfde afstand). Vervolgens richt u de camera op het oorspronkelijke onderwerp en maakt u alsnog de foto.
Het onderwerp heeft tre weinig contrast.
Het onderwerp is te donker.
Twee onderwerpen op verschillende afstand overlappen elkaar bin­nen het AF kadert
Het onderwerp bevindt zich dichtbij een zeer helder vlak
SCHERPSTEL-VERGRENDELING
Wilt u het hoofdonderwerp niet midden in het beeld weergeven, dan kunt u gebruik maken van scherpstel-vergrendeling. Deze zelfde instelling is ook handig wanneer scherpstellen niet lukt, zoals in speciale scherpstel-situaties (zie hieronder). Via de ontspanknop kunt u de scherpte-instelling ver­grendelen.
Richt het AF kader op het hoofd­onderwerp en druk de ontspanknop gedeeltelijk in.
• Het groene lampje licht op om te bevestigen dat de scherpte is vergrendeld (zolang u de ontspanknop zo houdt).
Houdt de ontspanknop voort­durend gedeeltelijk ingedrukt en kies tegelijk de gewenste, nieuwe compositie. Druk daarna de ontspanknop helemaal in om de foto te maken.
12
Houd de camera stevig vast met uw rechterhand en gebruik de linker voor extra ondersteuning. Houd de ellebogen tegen het lichaam en de voeten op schouder-breedte om de camera stabielk vast te houden. Maakt u verticale opnamen, zorg dan dat de flitser zich aan de bovenzijde bevindt. Kijk door de zoeker of op de LCD monitor om de compositie te controleren en druk de ontspanknop met een rustige beweging in. Pas wel op dat u het objectief niet afdekt met uw vingers of de polskoord.
VASTHOUDEN VAN DE CAMERA
16
SNEL AAN DE SLAG
OPGENOMEN BEELDEN BEKIJKEN
De opgenomen beelden kunt u gemakkelijk bekijken in de playback stand Draai daarvoor de instelring in de playback positie (1).
Gebruik de stuurknop om door de, op de geheugenkaart opgeslagen,beelden heen te lopen. Daarbij worden tegelijk de opnamedatum, het beeldnummer en de gekozen resolutie aangegeven.
Gebruik de links/rechts toetsen om de beelden door te lopen.
In de weergave stand kan het beeld 2X worden vergroot, voor nauwkeuriger controle.
1
Controller
Kies het beeld dat u wilt vergroten en druk in het midden van de stuurknop.
• De vergrotingsmaatstaf wordt aangegeven op de LCD monitor.
Opname datum
Beeldnummer (p. 22)Beeldgrootte(p. 22)
VERGROTE WEERGAVE
U kunt door het beeld heen lopen, door gebruik te maken van de vier toet­sen van de stuurknop.
• Druk in het midden van de stuurknop om terug te keren naar normale weergave.
• Vergrote beelden zijn herkenbaar aan een blauwe rand.
17
CAMERA BEDIENING
ATOMATISCHE OPNAME STAND EN
MULTI-FUNCTIONELE OPNAME STAND
Maak uzelf eerst goed vertrouwd met de twee vorige hoofdstukken, voordat u hiermee verder gaat. In het voorafgaande worden namelijk de basis instellingen van de camera uitgelegd..
In dit gedeelte wordt de toetsbediening op de camera beschreven. Indien niet aangegeven zijn die, voor wat dit deel betreft, gelijk voor zowel de automatische als de multi-functionele opname stand.
INSCHAKELEN VAN DE LCD MONITOR – DE DISPLAY TOETS
Display toets
Druk eenvoudig op de Display toets om de LCD monitor in- of uit te schakelen
Om energie te sparen wordt de monitor automatisch uit­geschakeld nadat 1 minuut geen bedieningshandelingen aan de camera zijn verricht. Met de Dispaly toets kan de monitor dan weer worden ingeschakeld, waarbij tegelijk de camera weer is geactiveerd (p. 11).
De monitor vraagt verhoudingsgewijs nogal wat batterij­spanning. Om de batterijen te sparen kunt u, waar mogelijk, het beste de zoeker gebruiken.
Loading...
+ 39 hidden pages