Miele T 8877 WP User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing
Warmtepompdroogautomaat T 8877 WP
Lees absoluut de gebruiksaanwijzing voor u uw toestel plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toestel.
nl-BE
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd voor milieu vriendelijk en recycleerbaar verpak kingsmateriaal gekozen.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge spaard en verkleint de afvalberg. Uw handelaar neemt de verpakking terug.
-
-
-
Uw toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toe stellen bevatten vaak nog waardevol materiaal. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die noodzakelijk wa­ren voor hun werking en beveiliging. Als deze stoffen in het restafval terecht­komen of verkeerd worden behandeld, kunnen ze schade berokkenen aan de menselijke gezondheid en het milieu. Geef uw oud toestel dus niet mee met het gewone huisvuil.
Breng het toestel liever naar het dichtst­bijzijnde gemeentelijk containerpark. Vraag meer informatie bij uw vakhan delaar.
-
-
Stroom sparen
Zo kan u vermijden dat de droogtijd on nodig langer duurt en er meer stroom wordt verbruikt:
Laat het wasgoed in de wasauto
maat tegen het hoogste toerental centrifugeren. Zo spaart u bij het drogen ca. 20 % energie en tijd als u bijvoorbeeld met 1600 t.p.m in plaats van 1000 t.p.m. laat centrifugeren.
Gebruik tijdens elk droogprogramma
de volledige trommellading. Dan is het stroomverbruik voor de hele lading het gunstigst.
– Zorg ervoor dat de kamertempera-
tuur niet te hoog is. Als er zich an­dere, warmteproducerende appara­ten in de ruimte bevinden, ventileer dan of schakel deze uit.
– Maak na elke droogbeurt de
zeefvlakken van de pluizenzeven schoon.
-
-
Zorg er ook voor dat het toestel kindveilig wordt bewaard voor u het wegbrengt.
2
Inhoud
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu .......................2
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................6
Bediening van de droogautomaat ...................................15
Bedieningspaneel .................................................15
Opmerkingen omtrent het wasgoed..................................17
Onderhoudssymbolen op het etiket ...................................17
Droogtips ........................................................17
Zo droogt u juist..................................................18
Korte handleiding .................................................18
Extra functies/Startuitstel ..........................................21
Extra's ..........................................................21
Extra zacht ....................................................21
Zoemer .......................................................21
Startuitstel .......................................................21
Programmaoverzicht ..............................................22
Programmaverloop wijzigen ........................................27
Lopend programma................................................27
- afbreken en nieuw programma selecteren...........................27
- afbreken en wasgoed uit de trommel halen ..........................27
Startuitstel wijzigen ................................................27
Wasgoed toevoegen of uitnemen .....................................27
Resttijd ..........................................................27
3
Inhoud
Reiniging en onderhoud ...........................................28
Condenswaterreservoir leegmaken....................................28
Reinigingsintervallen in acht nemen ...................................29
Wanneer de zeefvlakken van de pluizenzeef te reinigen? ................29
Wanneer moet de fijnfilter worden gereinigd? .........................29
Zeefvlakken van de pluizenzeef ......................................30
Droog schoonmaken ............................................30
Vochtig reinigen ................................................31
Het plaatsen van de inzet .........................................31
Fijnfilter..........................................................32
Verwijderen ....................................................32
Fijnfilters reinigen ...............................................32
Klep van de fijnfilter reinigen ......................................33
Warmtewisselruimte reinigen ......................................33
Terugmonteren .................................................34
De droogautomaat reinigen..........................................34
Wat gedaan als...?..............................................35
Hulp bij storingen..................................................35
Controle- en storingsmeldingen ......................................35
Een niet-bevredigend droogresultaat ..................................37
Andere problemen.................................................38
Koelribben reinigen (rooster onder rechts) ..............................40
Het lampje vervangen ..............................................41
Technische dienst ................................................42
Herstellingen .....................................................42
Het programma updaten ............................................42
Duur en voorwaarden van de waarborg ................................42
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ..................................42
4
Inhoud
Opstellen en aansluiten............................................43
Vooraanzicht .....................................................43
Achteraanzicht....................................................44
Droogautomaat transporteren ........................................44
Plaats van opstelling ...............................................45
Inbouw onder een werkblad of inbouw in een kast .....................45
Het toestel waterpas zetten .......................................46
Was- en droogzuil...............................................46
Het condenswater laten afvoeren .....................................47
De afvoerslang (in de wasbak/ afvoeropening in de vloer) hangen.........48
Bijzondere aansluitomstandigheden ................................48
Elektrische aansluiting ..............................................50
Verbruiksgegevens ...............................................51
Technische gegevens .............................................52
Elektronisch slot .................................................54
Programmeerfuncties .............................................55
Restvochtigheid in het programma "Katoen" wijzigen ......................55
Restvochtigheid in het programma "Kreukherstellend" wijzigen ..............56
Kreukbeveiliging instellen............................................57
Het volume van de zoemer instellen ...................................58
Stand-by instellen .................................................59
Memory-functie instellen ............................................61
Bevestigingstoon instellen ...........................................62
Instelling van de geleidbaarheid wijzigen ...............................63
Droogtegraadstappen toevoegen .....................................64
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................65
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Lees absoluut deze gebruiksaanwijzing.
~
Deze droogautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheids voorschriften. Bij ondeskundig gebruik kan er schade optreden aan het toestel en kan de gebruiker gevaar lopen.
Lees deze gebruiksaanwijzing voor u deze droogautomaat voor het eerst gebruikt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid, het gebruik en het onderhoud van het toestel. Dat is veiliger voor uzelf en u vermijdt schade aan de droogautomaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Juist gebruik
Deze droogautomaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden
~
en in gelijkaardige omgevingen.
Deze droogautomaat is niet bestemd voor gebruik buitenshuis.
~
Gebruik de droogautomaat uitsluitend voor huishoudelijke toe
~
passing en uitsluitend voor het drogen van in water gewassen was goed waarvan de fabrikant op het etiket heeft aangegeven dat deze geschikt is voor de droogautomaat. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet ver antwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander ge bruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.
-
-
-
-
-
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk
~
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om deze droogautomaat veilig te bedienen, mogen deze droogauto maat alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verant woordelijk iemand gebruiken.
-
Kinderen in het huishouden
Kinderen jonger dan acht jaar dienen uit de buurt van de droog
~
automaat te worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden gehouden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de droogautomaat alleen zonder
~
toezicht bedienen, reinigen of onderhouden wanneer hen de wasau­tomaat zodanig is toegelicht dat ze de droogautomaat veilig kunnen bedienen, reinigen of onderhouden. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve hantering kunnen beseffen en begrijpen.
Let op kinderen die in de buurt van de droogautomaat komen.
~
Laat ze nooit met de droogautomaat spelen.
-
-
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Zie na of het toestel geen uiterlijk zichtbare schade vertoont voor
~
dat u het opstelt. Beschadigde toestellen mag u nooit opstellen noch in gebruik ne men.
Vergelijk de gegevens omtrent de aansluiting (smeltveiligheden,
~
spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektrici teitsnet bij u ter plaatse voordat u het toestel aansluit. Vraag eventu eel uitleg aan een elektricien als u niet zeker bent.
De elektrische veiligheid van dit toestel is enkel gewaarborgd zo
~
het op een volgens de voorschriften geïnstalleerd aardsysteem is aangesloten. Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele vei­ligheidsvoorwaarde is voldaan. In geval van twijfel dient u uw instal­latie door een vakman of vakvrouw te laten nakijken. Miele kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak.
Gebruik om veiligheidsredenen geen verlengsnoer. Gebruik van
~
een verlengsnoer verhoogt het risico op oververhitting en daarmee op brand.
-
-
-
-
Is het aansluitsnoer beschadigd, laat het dan vervangen door
~
een vakman die door Miele erkend is. Zo vermijdt u risico's voor wie het toestel gebruikt.
Door ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen er onvoorziene
~
risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan Miele niet aan sprakelijk worden gesteld. Reparaties mag u uitsluitend laten uitvoe ren door vakmensen die door Miele erkend zijn. Anders is er bij schade achteraf geen aanspraak meer op waarborg.
Defecte onderdelen mogen enkel worden vervangen door origi
~
nele Miele-vervangstukken. Enkel daardoor bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele op vlak van veiligheid stelt.
8
-
-
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Bij storingen of bij reiniging en onderhoud is deze droogautomaat
~
pas van het stroomnet losgekoppeld indien
u de stekker uit het stopcontact haalt of
de zekering op uw elektrische installatie is uitgeschakeld of
de schroefzekering op uw elektrische installatie helemaal uitge
draaid is.
Deze droogautomaat mag niet op niet-stationaire plaatsen (bijv.
~
schepen) worden gebruikt.
-
Voer geen veranderingen aan de droogautomaat uit die niet uit
~
drukkelijk door Miele zijn toegestaan.
Meer uitleg over warmtepomp en koelmiddel:
~
Deze droogautomaat werkt met een gasvorming koelmiddel dat door een compressor wordt verdicht. Het door de verdichting op een hoger temperatuurniveau gebrachte en vloeibaar geworden koelmiddel wordt in een gesloten circuit door de warmtewisselaareenheid geleid, waar de warmtewisseling met de voorbijstromende drooglucht plaatsvindt.
– Bromgeluiden tijdens het drogen, veroorzaakt door de
warmtepomp, zijn normaal. De droogautomaat werkt geheel naar behoren.
Het koelmiddel is niet brandbaar en niet explosief.
Een stilstandtijd na correct transport en opstellen van de droogau tomaat is over het algemeen niet nodig (zie hoofdstuk "Opstellen en aansluiten"). Anders: Stilstandtijd in acht nemen! Anders kan de warmtepomp beschadigd raken!
-
-
Deze droger bevat gefluoreerde broeikasgassen. Deze zijn hermetisch afgesloten. Naam: R134a.
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Neem de aanwijzingen in de rubriek "Opstellen en aansluiten" en
~
de rubriek "Technische gegevens" in acht.
De aansluitstekker moet te allen tijde bereikbaar zijn om de
~
droogautomaat van het elektriciteitsnet te kunnen afsluiten.
De luchtspleet tussen de onderzijde van de droogautomaat en de
~
vloer mag u in geen geval versmallen door plinten, dik tapijt e.d. An ders is er geen voldoende toevoer van koele lucht gewaarborgd!
-
In het zwenkbereik van de droogautomaatdeur mag u geen af
~
sluitbare deur, schuifdeur of een deur met een scharnier aan de an dere kant installeren.
-
Efficiënt gebruik
De maximumlading bedraagt 7 kg (droog wasgoed). In de ru-
~
briek "Programmaoverzicht" vindt u de deels kleinere ladingen voor afzonderlijke programma's.
Brandgevaar!
~
Deze droogautomaat mag niet op een instelbaar stopcontact (bijv. via een schakelklok of op een elektrische installatie met piekbelastinguitschakeling) worden aangesloten. Als het droogprogramma voor beëindiging van de afkoelfase is af gebroken, dan bestaat het gevaar van zelfontbranding van het was goed.
-
-
-
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wegens brandgevaar is het verboden textiel te drogen wanneer
~
dit textiel niet is gewassen.
dit textiel niet voldoende is gereinigd en sporen van olie,
vethoudende of andere substanties vertoont (bv. keuken- en cosmeticawasgoed met restanten marineerolie, olie, vet of creme). Bij niet voldoende gereinigd wasgoed bestaat er gevaar op brand door zelfontbranding van het wasgoed, zelfs na beëindiging van het drogen en buiten de droogautomaat.
dit textiel sporen van brandgevaarlijke reinigingsmiddelen bevat,
of restanten van aceton, alcohol, benzine, petroleum, kerosine, vlekkenverwijderaar, terpentijn, was, wasverwijderaar of chemica­liën (dit kan bv. het geval zijn bij moppen, opnemers en poetsdoeken).
– er op dit textiel resten van een haarverstevigingsproduct,
hairspray, nagellakverwijderingsproduct of gelijkaardig product voorkomen.
Dergelijk sterk vervuild wasgoed moet u daarom bijzonder grondig wassen: gebruik hierbij extra wasmiddel en selecteer een hoge temperatuur. Bij twijfel dient u het wasgoed verscheidene malen te wassen.
Verwijder alle voorwerpen uit de zakken (zoals aanstekers, luci
~
fers).
Waarschuwing: Schakel de droogautomaat nooit uit voordat een
~
droogprogamma afloopt. Dit is enkel toegestaan wanneer al het wasgoed onmiddellijk uit de trommel kan worden genomen en met een kan worden uitgespreid, zodat de warmte meteen kan worden afgegeven.
-
-
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wasverzachters of vergelijkbare producten moeten steeds zo
~
worden gebruikt als vermeld in de gebruiksinstructies voor de was verzachters.
Wegens brandgevaar is het te allen tijde verboden stukken textiel
~
of producten te drogen:
wanneer industriële chemicaliën werden gebruikt voor de reini
ging (bv. bij een chemische reiniging).
die hoofdzakelijk schuimrubberen, rubberen of rubberachtige de
len bevatten. Het gaat hierbij bv. om producten uit schuimrubberlatex, douchekappen, waterdichte stoffen, met rub ber beklede artikelen en kledingstukken en hoofdkussens met schuimrubbervlokken.
– die een vulling hebben en beschadigd zijn (bv. kussens of
jassen). Vulling die eruit valt kan brand veroorzaken.
Na de verwarmingsfase volgt bij veel programma's de afkoelfase
~
om te garanderen dat de stukken wasgoed geen temperatuur be­reiken waarbij ze mogelijk beschadigd worden (bv. het vermijden van zelfontbranding van het wasgoed). Pas na deze afkoelfase is het programma afgelopen. Neem het wasgoed altijd direct en in zijn geheel uit het toestel na af loop van het programma.
-
-
-
-
-
Leun niet op de toesteldeur. Deze droogautomaat kan anders
~
omkantelen.
Sluit de deur na elk gebruik. Zo voorkomt u dat
~
kinderen in het toestel proberen te kruipen of er voorwerpen in verstoppen.
er kleine dieren in de trommel kruipen.
12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deze droogautomaat mag niet zonder
~
pluizenzeven of met beschadigde pluizenzeven worden gebruikt.
fijnfilter of met beschadigde fijnfilter worden gebruikt.
Er kunnen dan te veel pluizen in deze droogautomaat komen, wat een defect tot gevolg kan hebben!
Maak na elke droogbeurt de zeefvlakken van de pluizenzeven
~
schoon.
De pluizenzeven en fijnfilters moeten na een vochtige reiniging
~
goed worden gedroogd. Door natte pluizenfilters kunnen er sto­ringen in de werking van uw toestel optreden!
Stel uw droogautomaat niet op in een vertrek waar het kan vrie-
~
zen. Temperaturen rond of onder het vriespunt brengen de goede werking van het toestel in het gedrang. Bevroren condenswater in de pomp en in de afvoerslang kan schade veroorzaken.
Wanneer u een externe afvoerslang voor het condenswater aan-
~
sluit, moet u de slang vastmaken indien u die in een wasbak hangt. Anders kan de slang wegglijden en kan het weglopende water schade veroorzaken.
Condenswater is geen drinkwater. Het kan de gezondheid van
~
mens en dier schade toebrengen.
Hou het vertrek waar de droogautomaat toestel opgesteld is
~
steeds vrij van stof en pluizen. Vuildeeltjes in de aangezogen koellucht kunnen na verloop van tijd de warmtewisselaar verstop pen.
Spuit de droogautomaat niet nat af.
~
-
13
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Toebehoren
Alleen toebehoren dat Miele uitdrukkelijk heeft goedgekeurd,
~
mag worden gemonteerd of ingebouwd. Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan ver valt het recht op waarborg en/of productaansprakelijkheid.
Droogautomaten en wasautomaten van Miele kunnen in een was-
~
en droogzuil gecombineerd worden opgesteld. Tevens is een Miele was-droogverbindingsset vereist; dit is met toeslag verkrijgbaar toe behoren. Let erop dat de was-droogverbindingsset geschikt is voor de Miele droogautomaat en de Miele wasautomaat.
Let erop dat de voet van Miele (met toeslag verkrijgbaar toebeho-
~
ren) bij deze droogautomaat past.
,
Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is door-
dat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
-
-
14
Bedieningspaneel
Bediening van de droogautomaat
a Toets Extra zacht
Delicaat wasgoed wordt met verminderde mechanische belasting gedroogd.
b Toets voor droogtegraden
De controlelampjes geven de geko­zen droogtegraad aan voor de droogtegraadprogramma's. Zie de rubriek "Zo droogt u juist".
c Display
Zie volgende pagina.
d Toets Startuitstel
Deze toets heeft een dubbele func tie:
- Startuitsteltijd kiezen
- Programmaduur warme lucht kiezen.
e Toets Zoemer
Het einde van het programma wordt akoestisch aangegeven.
f Display Perfect Dry
Voor alle droogtegraadprogramma's. Zie volgende pagina.
g Controle-/storingslampje
Zie hoofdstuk "Storingen verhelpen" en "Klantendienst".
h Toets Start/Stop
Hiermee wordt het programma ge­start of afgebroken. De toets knippert bij programmakeu­ze en brandt na de start van het pro­gramma.
i Programmakiezer
Kan zowel naar rechts als naar links draaien. De controlelampjes geven
-
het gekozen programma aan.
j Toets Deur
U kan de toesteldeur steeds met deze toets openmaken, of het toestel onder stroom staat of niet.
k Toets jk
Voor in- en uitschakelen.
15
Bediening van de droogautomaat
Op de display wordt het volgende weergegeven
De duur van het programma.
Het programmaverloop
Drogen Koude lucht Einde.
Controle- en storingsmeldingen.
Via de display wordt het volgende in gesteld
De programmaduur Warme lucht.
Startuitstel.
U kunt een gekozen programma later automatisch door de droogautomaat laten starten.
– De programmeerfuncties.
Hiermee kunt u de elektronische be­sturing van de droogautomaat aan uw specifieke wensen aanpassen. Zie de gelijknamige rubriek in deze gebruiksaanwijzing.
Indicator Perfect Dry
Het Perfect Dry-systeem meet de rest vochtigheid van het wasgoed in de droogtegraadprogramma's en zorgt zo voor een precieze droging. Na het starten van het programma be rekent de elektronische besturing de programmaduur (resttijdprognose). Hiervoor knippert het controlelampje Perfect Dry. Na korte tijd wordt de programmaduur getoond en dooft het controlelampje. Bij het bereiken van de ingestelde droogtegraad licht het controlelampje Perfect Dry op tot het einde van het programma.
De indicator Perfect Dry blijft bij deze tijdgestuurde programma's altijd don ker: Wol, Warme lucht, Gladstrijken.
Schatting resterende tijd
Op de display wordt de vermoedelijke programmaduur getoond (resttijdprognose). Op grond van deze factoren kan de schatting van de resterende tijd telkens
-
weer verschillen: restvochtigheid na het centrifugeren, textielsoort, het aantal stuks wasgoed, de kamertemperatuur of spanningsschommelingen in het stroomnet. Daarom past de elektronische bestu­ring zich bij elke lading wasgoed tel­kens opnieuw aan. Zo wordt de reste­rende tijd steeds nauwkeuriger aange­duid. De resttijdprognose wordt tijdens het drogen gecontroleerd. Daardoor kan de tijdsaanduiding in enkele geval­len verspringen. Programma's kunnen eveneens te vroeg ten einde lopen. Bijvoorbeeld bij heel fijne weefsels, een zeer kleine la ding of indien er even tevoren nog werd
­gedroogd.
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen
-
,
De droogautomaat goed opstel len en aansluiten. Gebeurde een transport niet volgens de beschrij ving in hoofdstuk "Opstellen en aan sluiten", dan is een stilstandtijd van ca. 1 uur noodzakelijk, voordat deze droogautomaat elektrisch wordt aangesloten.
-
-
-
-
-
16
Opmerkingen omtrent het wasgoed
Onderhoudssymbolen op het etiket
Drogen
q/r Normale/lage temperatuur.
Deze droogautomaat droogt in elk programma temperatuur be sparend. Een opsplitsing van het wasgoed q/r is niet nodig.
s Niet geschikt voor de droogau
tomaat.
Strijken en mangelen
I Zeer heet H Heet G Warm J Niet strijken/mangelen
Droogtips
– Hou steeds rekening met de maxi-
mumlading die in de rubriek Pro­grammaoverzicht wordt opgegeven. Anders wordt de was niet zo be­hoedzaam behandeld.
Het droogresultaat komt dan even eens in het gedrang. Er kunnen ook meer kreuken optreden.
Stop geen drijfnat wasgoed in de trommel! Textiel na het wassen min stens 30 seconden laten centrifuge ren.
Machinaal gebreide textielsoorten
(bijv. T-shirts, ondergoed) hebben de neiging bij de eerste wasbeurt te krimpen. Laat dit wasgoed niet te lang drogen. Daarmee vermijdt u dat het verder krimpt. Koop machinaal
-
-
-
-
-
gebreid textiel eventueel een of twee maten groter.
Hoe meer kreukherstellend wasgoed
u in de trommel doet, hoe groter de kans op kreuken. Dit geldt vooral voor heel delicaat weefsel, (bijv. overhemden en bloezen). Kies een geschikt programma. In twijfelgevallen beperkt u de lading en de extra functie Extra zacht kiezen.
– Gesteven wasgoed
automaat worden gedroogd. Om het gewone glanseffect te verkrijgen, dient u wel de dosis stijfsel te ver­dubbelen.
– Nieuw donker textiel
eerste droogbeurt afzonderlijk grondig wassen. Dit niet samen met licht gekleurd textiel drogen, omdat het kleur kan afgeven (ook op de kunststofonderdelen in de droogau tomaat). Er kunnen zich daar ook pluizen van een andere kleur op af zetten.
kan in de droog-
moet u voor de
-
-
Maak jasjes open tig drogen.
Zuiver linnen weefsel den. Droog dit enkel machinaal als de fabrikant dit op het onderhoudse tiket vermeldt.
, zodat ze gelijkma
kan "ruig" wor
-
-
-
17
Zo droogt u juist
Korte handleiding
De titels met een getal (A, B, C ...) kan u gebruiken als een handleiding.
A De was voorbereiden
Maak het gewassen textiel luchtig en sorteer het volgens... . . . gewenste droogtegraad, . . . vezel- en weefselsoort, . . . gelijk formaat, . . . dezelfde restvochtigheid na het
centrifugeren. Zo verkrijgt u een gelijkmatig droogre sultaat.
Verwijder wasmiddelkorfjes, do-
,
seerbekers e.d. uit het wasgoed. Deze objecten kunnen tijdens het drogen smelten en schade teweeg­brengen aan toestel en wasgoed.
– Controleer zomen en naden, zodat er
geen voering kan uitvallen.
– Knoop dekbedovertrekken en kus-
senslopen dicht. Zo komen er geen kleinere stukken wasgoed in terecht.
-
C De droogautomaat laden
Druk op toets Deur om de toesteldeur
^
te openen.
Leg het wasgoed losjes in de trom
^
mel.
Hou rekening met de maximumla ding in de rubriek "Programmaover zicht". Bij een overladen trommel wordt het wasgoed niet zo behoedzaam be handeld en komt het droogresultaat in het gedrang.
^ Kijk na of de pluizenzeef goed inge-
schoven zit voor u de deur sluit.
-
-
-
-
Doe ritsen, haken en ogen dicht.
Knoop rok-, broeksriemen en schort banden samen.
Geloste bh-beugels kan u vastnaaien of verwijderen.
B De droogautomaat inschakelen
^
Druk toets jk uit in.
U kan het toestel ook na het laden in schakelen. Dan wordt de trommel even wel niet verlicht (stroombesparing).
18
-
-
Laat bij het sluiten geen stukken wasgoed tussen de deur geklemd raken. Anders loopt het textiel scha de op.
^
Zwaai de toesteldeur zachtjes dicht. U kan ze ook laten aanleunen en dichtdrukken.
-
-
Zo droogt u juist
D Een programma kiezen
Selecteer het gewenste programma.
^
Het overeenkomstige controlelampje brandt. Daarnaast kunnen ook de controle­lampjes van de droogtegraden of de extra functies branden en kunnen tijdsaanduidingen worden weergege­ven.
Programma's met instelbare droogte­graden
– Katoen, Kreukherstellend, Outdoor,
Turbo Dry, Overhemden, Jeans
Bij de overige programma's is de keuze beperkt.
Tip:
U kunt bij enkele programma's droogtegraadstappen toevoegen (zie hoofdstuk "Programmeerfuncties").
Programma's Ontkreuken, Wol, Im pregneren, Hygiëne, Katoen t
De programmaduur wordt automa
tisch door de droogautomaat aange geven en kan niet worden veranderd.
– Bij Impregneren en Hygiëne wordt
bovendien Kastdroog weergegeven; dit kan niet worden gewijzigd.
Programmaduur warme lucht kiezen.
Het controlelampje van de toets Start­uitstel knippert bij selectie.
^ Druk zo vaak op de toets Startuitstel
tot de gewenste tijd op het display wordt weergegeven.
U kunt kiezen in stappen van 10 minu ten, van 20 minuten tot 2:00 uur.
-
-
-
-
^
Druk zo vaak op de toets tot het ge wenste controlelampje aangaat.
Bij Katoen en Turbo Dry kunt u 4 droogtegraden kiezen.
E Extra functies/Startuitstel kiezen
^
U kunt via een druk op de knop kie zen:
Temper. laag plus, Zoemer, Startuit stel (zie hoofdstuk "Extra func
ties/Startuitstel"). De kreukbeveiliging (zie volgende
-
pagina) is constant ingeschakeld.
Let wel: De functie Startuitstel kan niet worden gecombineerd met Warme lucht.
-
-
-
19
Zo droogt u juist
F Een programma starten
Tijdens de programmakeuze knippert de toets Start/Stop. Het knipperen van het lampje betekent dat u een program ma kunt starten.
Druk op de toets Start/Stop.
^
De toets Start/Stop gaat aan.
De indicator Perfect Dry knippert/licht alleen op bij de droogtegraadprogram ma's. De indicator blijft bij tijdgestuurde programma's altijd donker (zie hoofd stuk "Bediening van de droogauto maat").
Opmerking: De op de display getoonde programmaduur is de vermoedelijke duur en kan verschillen.
Vóór het einde van het programma
Op de verwarmingsfase volgt een koelfase (Koude lucht gaat branden). Pas daarna is het programma ten einde.
G Einde van het programma – het
wasgoed uit de trommel nemen
0 en Einde op de display duiden erop dat het programma ten einde is. De zoemer weerklinkt met tussenpozen (in dien ingesteld).
-
-
zaam. Zie ook de rubriek "Program meerfuncties".
Druk op de toets Deur.
^
­Open de deur.
^
Neem het wasgoed uit de trommel.
^
Vergeet geen stukken wasgoed in de trommel! Achtergebleven was goed kan schade oplopen doordat
­dit overmatig droogt.
Als de droogautomaat ingeschakeld is en de toesteldeur open staat, gaat de trommelverlichting na enkele minuten uit (stroombesparing).
^ Druk op de toets jk om het toestel
uit te zetten.
^ Maak de pluizenfilter schoon.
^ Sluit de deur.
^ Maak het condenswaterreservoir
leeg. Wij raden u aan het condenswater extern af te voeren. Dan hoeft u het condenswaterreservoir nooit meer leeg te maken.
-
-
-
De trommel draait met kreukbeveiliging na afloop van het programma nog 2 uur lang met tussenpozen, wanneer u het wasgoed niet meteen uit het toestel kunt nemen. Dit beperkt kreuken. Geen kreukbeveiliging bij: Wol.
Deze droogautomaat beschikt over een stand-bymodus. Na het einde van het programma wordt het display donker en de toets Start/Stop knippert lang
20
-
Extra functies/Startuitstel
Extra's
Het overeenkomende controlelampje gaat branden bij de keuze.
Extra zacht
Bijzonder kreuk- en bewegingsdelicaat wasgoed wordt met verminderde me chanische belasting (minder trommeldraaiingen) gedroogd. De duur van het programma wordt ver lengd.
Zoemer
Deze droogautomaat vertelt u met een zoemsignaal dat het programma afge­lopen is (maximaal 1 uur met tussenpo­zen). De constante waarschuwingstoon bij foutmeldingen is onafhankelijk van deze instelling.
-
Startuitstel
Met het startuitstel kunt u een uitge­stelde start van het programma met 30 minuten tot maximaal 24 uur kiezen.
^
Kies een programma.
^
Druk zo vaak op de toets Startuitstel tot de gewenste tijd in het display verschijnt.
Het controlelampje Startuitstel knip pert.
De keuze gebeurt in stappen van een half uur tot i0^, daarna in stap pen van een uur.
Door de toets Startuitstel ingedrukt te houden, telt de tijd automatisch op tot 24^.
-
Starten
Druk op de toets Start/Stop.
^
Het controlelampje Startuitstel
brandt.
Het startuitstel telt tot i0^ af in stap
pen van een uur, daarna in stappen van een minuut totdat het program ma start.
De trommel draait na elk uur gedu
­rende korte tijd (om kreuken te voor komen).
Wissen/Wijzigen
^ Druk op de toets Start/Stop om het
startuitstel te wissen.
^ Druk zo vaak op de toets Startuitstel
tot de gewenste tijd in het display verschijnt.
^ Druk op de toets Start/Stop, zodat het
startuitstel opnieuw begint.
Wasgoed toevoegen
Terwijl het startuitstel wordt afgeteld, kunt u nog wasgoed aan de trommel toevoegen:
^
Schakel de droogautomaat uit.
Het openen van de deur zonder het toestel vooraf uit te schakelen, wist het
­startuitstel.
^
Open de deur en voeg het wasgoed toe.
^
Deur sluiten en droogautomaat in schakelen.
-
-
-
-
-
21
Programmaoverzicht
Extra functies
Temper. laag plus
Bij deze programma's te kiezen: Katoen, kreukherstellend, overhemden,
jeans, warme lucht
Zoemer
Bij alle programma's te kiezen
Programma
Katoen t ** maximaal 7 kg*
Wasgoed Normaal nat katoenen wasgoed, zoals onder Katoen Kastdroog be
schreven.
Tip – Er wordt uitsluitend Kastdroog gedroogd.
– Het programma Katoen t is qua stroomverbruik voor het dro-
gen van normaal nat katoenen wasgoed het meest efficiëntst.
* Gewicht van het droge wasgoed
** Opmerking voor testinstituten:
Testprogramma conform richtlijn 392/2012/EU voor het energielabel gemeten conform EN 61121
-
22
Programmaoverzicht
Katoen maximaal 7 kg*
Extra droog, Kastdroog
Wasgoed Textiel met een of meer lagen van katoen.
Bijvoorbeeld: (bad)handdoeken/badmantels, T-shirts, ondergoed, beddengoed, babywasgoed
Tip
Strijkvochtig, Mangelvochtig
Wasgoed Katoen of linnen. Bijvoorbeeld: tafellakens, beddengoed, gesteven
Tip Het te strijken wasgoed in afwachting oprollen om het vochtig te hou-
Kreukherstellend maximaal 3,5 kg*
Kastdroog, Strijkvochtig
Wasgoed Kreukherstellend textiel van synthetisch of gemengd weefsel of ka-
* Gewicht van het droge wasgoed
Extra droog voor verschillende, meerlagige en zeer dikke textiel
soorten. Machinaal gebreid textiel (bijv. T-shirts, ondergoed en
babywasgoed) mag u niet Extra droog laten drogen. Er is krimprisico.
Het programma Katoen kastdroog is qua stroomverbruik voor het
drogen van normaal nat katoenen wasgoed het meest efficiëntst.
wasgoed
den.
toen. Bijvoorbeeld: truien, jurken, broeken, jasschorten, tafellakens
-
23
Programmaoverzicht
Wol maximaal 2 kg*
Wasgoed Woltextiel, textiel van wolmengsels
Tip
Outdoor maximaal 2,5 kg*
Kastdroog, Strijkvochtig
Wasgoed Vrijetijdskleding van materiaal dat mechanisch drogen kan verdra
Impregneren maximaal 2 kg*
Wasgoed Om textiel te drogen dat geschikt is voor de droogautomaat, bijv.
Tip – Dit programma omvat een bijkomende fixeringsfase voor de
Warme lucht maximaal 7 kg*
Wasgoed
Tip Kies niet meteen de langste tijd. Probeer eerst welke tijd het best
Opmerking Gebruik het programma Warme lucht om geurtjes in propere kle
* Gewicht van het droge wasgoed
Wolgoed wordt luchtig en donziger gemaakt.
Haal het textiel na afloop van het programma meteen uit de
trommel.
gen.
microvezels, ski- en outdoor-kleding, fijn en dichtgeweven katoen (popeline), tafellakens.
impregnering.
– Geïmpregneerd textiel mag uitsluitend behandeld zijn met
impregneermiddelen met de aanduiding "geschikt voor membraanweefsels". Deze middelen zijn gebaseerd op che­mische verbindingen met fluor.
– Droog geen textiel dat werd geïmpregneerd met middelen die
paraffine bevatten! Brandgevaar!
Nadrogen van textiel met meer dan een laag, dat wegens de samenstelling verschillende droogeigenschappen vertoont: bijv. jassen, hoofdkussens en ander volumineus textiel.
Om aparte stukken wasgoed te drogen: bijv. badhanddoeken, badgoed, vaatdoeken.
geschikt is.
ding van katoen te verwijderen of te verminderen (duur: 1/2 - 1 uur). Om het opfrissende effect te versterken, kunt u het wasgoed bevochtigen alvorens het luchtprogramma te starten. Bij synthe tische stoffen worden de onaangename geurtjes in geringere mate gereduceerd.
-
-
-
24
Programmaoverzicht
Turbo Dry maximaal 7 kg*
Extra droog, Kastdroog, Strijkvochtig, Mangelvochtig
Wasgoed Alleen niet-delicaat wasgoed voor het programma Katoen.
Tip In dit programma is vergeleken met programma Katoen de program
maduur verkort. Hierbij moet rekening worden gehouden met een ho ger bedrijfsgeluid (zoemen/brommen) omdat het compressorvermogen in dit programma wordt verhoogd.
Overhemden maximaal 2 kg*
Kastdroog, Strijkvochtig
Wasgoed Hemden, overhemdbloezen
Jeans maximaal 3 kg*
Kastdroog, Strijkvochtig
Wasgoed Jeansstof: broeken, jassen, rokken, hemden
* Gewicht van het droge wasgoed
-
-
25
Programmaoverzicht
Hygiëne maximaal 3,5 kg*
Wasgoed Textiel van katoen of linnen dat rechtstreeks met de huid in aanraking
komt, zoals ondergoed, babywasgoed, beddengoed en badhanddoeken
Tip Er wordt met een gedurende langere tijd gelijkblijvende temperatuur
gedroogd (langere temperatuurbehoudtijd). Hierdoor worden micro
-organismen zoals kiemen of huisstofmijten gedood en wordt het aan tal allergenen in het wasgoed verminderd. Daarom mag het programma niet worden onderbroken, anders wor den de micro-organismen niet gedood.
Ontkreuken maximaal 1 kg*
Wasgoed–Katoenen of linnen weefsel
Kreukherstellend textiel van katoen, gemengd of synthetisch weef
sel. Bijvoorbeeld: katoenen broeken, anoraks, hemden
Tip – Geschikt voor droog en vochtig wasgoed/textiel.
Droog textiel wordt tijdgestuurd, vochtig textiel wordt strijkvochtig gladgemaakt.
– Programma om kreuken uit voorafgegane centrifugeerbeurt (in
wasautomaat) te beperken.
– Haal textiel na afloop van het programma meteen uit de trommel,
om het lichtjes te kunnen strijken.
* Gewicht van het droge wasgoed
-
-
-
-
26
Programmaverloop wijzigen
Een ander programma kiezen is niet meer mogelijk (bescherming tegen on gewenste veranderingen).
Om een nieuw programma te kiezen, dient u het programma af te breken.
Lopend programma
- afbreken en nieuw programma selecteren
Druk op de toets Start/Stop.
^
Het wasgoed wordt afgekoeld voor zover er een bepaalde droogtijd en temperatuur is bereikt.
Indien u tijdens de afkoelfase nog eens op de toets Start/Stop drukt, verschijnt Einde.
^ Druk op de toets jk om het toestel
uit te zetten.
^ Druk om in te schakelen op jk.
^ Kies en start direct een nieuw pro-
gramma.
Startuitstel wijzigen
-
Zie "Startuitstel".
^
Wasgoed toevoegen of uitnemen
Druk op de toets Deur.
^
Open de deur.
^
Nu kunt u wasgoed toevoegen of
^
voortijdig uit de trommel nemen.
Sluit de deur.
^
Druk op de toets Start/Stop.
^
Resttijd
Wijzigingen in het programmaverloop kunnen ertoe leiden dat de tijd op de display verspringt.
- afbreken en wasgoed uit de trommel halen
^
Zie hieronder: "Wasgoed toevoegen of uitnemen".
^
Schakel de droogautomaat na het sluiten van de deur uit.
27
Reiniging en onderhoud
Condenswaterreservoir leegmaken
Het condenswater dat tijdens het dro gen ontstaat wordt in het condenswa terreservoir opgevangen.
Maak het condenswaterreservoir leeg na elke droogbeurt!
Wanneer de maximale vulhoeveelheid van het condenswaterreservoir is be reikt, dan
wordt het programma afgebroken.
– brandt het controlelampje Reservoir
leegmaken.
Het controlelampje gaat uit door de deur te openen en dan weer te sluiten als het toestel ingeschakeld is.
-
-
-
Maak het condenswaterreservoir
^
leeg.
^ Schuif het condenswaterreservoir te-
rug in de droogautomaat.
Condenswater mag niet gedron-
,
ken worden. Dat kan schade toe­brengen aan de gezondheid van mens en dier.
Gebruik dit water gerust in het huishou­den (bv. voor uw stoomstrijkijzer of luchtbevochtiger). Houd hiermee re kening: giet het condenswater, bij wijze van voorzorg, door een fijne zeef of een koffiefilter. Zo verwijdert u heel kleine pluisjes uit het water, die anders even tueel schade aanrichten.
-
-
^
Trek het condenswaterreservoir uit de droogautomaat.
^
Draag het condenswaterreservoir ho rizontaal, opdat er geen water zou uitlopen. Neem het zowel aan het handvat als aan het uiteinde vast.
28
-
Reiniging en onderhoud
Reinigingsintervallen in acht nemen
Deze droogautomaat beschikt over een meervoudig filtreersysteem dat uit zeefvlakken van de pluizenzeef en een fijnfilter bestaat. Dit systeem moet worden onder houden.
Deze droogautomaat mag nooit
zonder pluizenzeef of zonder fijnfilter worden gebruikt. Tevens moet het rooster rechtsonder altijd zijn geplaatst.
– Let er ook op dat de pluizenzeef of
fijnfilter niet is beschadigd. In dit geval: direct vervangen (met toeslag verkrijgbaar toebehoren)!
,
Als u hiermee geen rekening houdt, kunnen er te veel pluizen in de droogautomaat komen, wat een defect tot gevolg kan hebben!
-
Zie de paragraaf "Zeefvlakken van de
^
pluizenzeef".
Wanneer moet de fijnfilter worden gereinigd?
Reinig de fijnfilter alleen wanneer het controlelampje Filter reinigen brandt.
De fijnfilter bevindt zich linksonder, achter de klep. Deze filter vangt fijnere pluisjes, haartjes en wasmiddelresten op die door de zeefvlakken van de pluizen­zeef zijn gekomen.
^ Zie alinea "Fijnfilter".
Wanneer de zeefvlakken van de pluizenzeef te reinigen?
Na ieder programma reinigen!
Pluisjes komen in de pluizenzeven in de deur en in de deuropening te recht. Deze vangen pluisjes van textiel op.
-
29
Reiniging en onderhoud
Zeefvlakken van de pluizenzeef
Reinigingsinterval
De zeefvlakken van de pluizenzeef dienen na ieder programma te wor den gereinigd!
Droog schoonmaken
Tip: Pluizen kunt u met een stofzuiger opzuigen.
-
Verwijder de pluizen met uw vingers
^
of met een stofzuiger van de filter.
1 Pluizenzeef 2 Dichting
^
Trek de pluizenfilter (1) uit de toestel deur.
^
Verwijder ze ook uit de holle ruimte in de deur met een flessenborstel. U kunt hiervoor ook een stofzuiger ge bruiken.
^
Reinig de dichting (2) op de deur rondom met een vochtige doek.
30
-
^
Verwijder de pluizen met uw vingers van de beide pluizenfilters in de deuropening.
^
-
Schuif de filter weer tot aan de aan slag in de toesteldeur.
^
Sluit de deur.
-
Reiniging en onderhoud
Vochtig reinigen
Enkel indien de pluizenzeven erg plakkerig of verstopt zijn, dient u die ook nog vochtig schoon te maken.
Trek de pluizenzeef uit de toestel
^
deur.
De beide zeven in de deuropening kan u ook uitnemen:
-
Het plaatsen van de inzet
De pluizenzeven moeten droog
,
zijn als u ze terugplaatst. Door natte pluizenfilters kunnen er storingen in de werking van uw toestel optreden!
Schuif de grote pluizenzeef tot aan
^
de aanslag in de toesteldeur.
Plaats de beide zeven onderaan in
^
de deuropening terug en duw ze bo ven goed op hun plaats.
Vergrendel de beide knopjes (tot ze
^
duidelijk vergrendelen).
-
^ Draai op de linker en rechter pluizen-
zeef aan het knopje a (tot het duide lijk vergrendelt).
^
Trek b de zeef er aan het knopje naar het midden toe uit.
^
Maak al de pluizenzeven onder stro mend heet water schoon.
^
Droog de zeven voorzichtig en grondig af.
^
Maak ook het luchtafvoergedeelte onder de pluizenfilter schoon. Ge bruik hiertoe bijv. een stofzuiger.
-
-
-
31
Reiniging en onderhoud
Fijnfilter
Reinigingsinterval
Reinig de fijnfilter alleen wanneer het controlelampje Filter reinigen brandt.
Controlelampje Filter reinigen uitscha kelen:
Fijnfilter bij ingeschakelde droogauto
^
maat verwijderen en gereinigd weer terugplaatsen.
Verwijderen
Aan de linkervoorzijde van de droogau­tomaat:
^
druk om te openen tegen de klep voor de fijnfilter (pijl).
De klep springt open.
-
­Trek de filter aan de greep naar bui
^
ten.
^
Trek de greep uit de filter.
Fijnfilters reinigen
^
Was de fijnfilter grondig schoon on der stromend water.
^
Druk de fijnfilter krachtig droog.
,
De fijnfilter mag bij het terugmonteren niet druppelnat zijn. Er kan een storing optreden!
-
-
32
^
Verwijder met een vochtige doek de pluizen van de greep.
Reiniging en onderhoud
Klep van de fijnfilter reinigen
Verwijder met een vochtige doek
^
aanwezige pluizen. Beschadig hierbij het dichtingrubber niet!
^ Controleer of er zich pluizen op de
koelribben bevinden (hieronder).
Warmtewisselruimte reinigen
Gevaar voor verwondingen!
,
Raak de koelribben niet met de han den aan. U kunt zich snijden.
Voorkom schade!
,
Wees voorzichtig met het mondstuk van de stofzuiger en voer geen druk uit. Anders kunnen de koelribben of de ervoor geplaatste steunen bescha digd worden!
Bij zichtbare vervuiling:
-
-
^
Zuig het zichtbare vuil voorzichtig op met de stofzuiger. Gebruik een reliëf borstel of smalle zuigkop.
-
33
Reiniging en onderhoud
Terugmonteren
Plaats de filter op de juiste wijze op
^
de greep.
Voor een precieze plaatsing van de fil­ter voor de warmtewisselaareenheid:
Alleen bij correct geplaatste filter en gesloten montageklep zijn de dicht heid van het condenssysteem en de correcte werking van de droogauto maat gegarandeerd!
De droogautomaat reinigen
Maak het toestel eerst stroomloos.
Reinig de ommanteling, het bedie
^
ningspaneel en de dichting van de deur met een niet-agressief reini gingsmiddel of sopje.
^ Reinig de trommel en andere roest-
vrijstalen onderdelen met een ge­schikt reinigingsmiddel voor roestvrij staal.
Gebruik geen schuurmiddelen, op­losmiddelhoudende reinigingsmid­delen, glas- of allesreinigers. Dit kan schade toebrengen aan kunststofoppervlakken of andere on­derdelen van het toestel.
-
-
-
-
^
steek de greep met de filter aan de voorkant op de beide geleidingspennen.
Let erop dat de gele punt op de greep zich aan de rechterkant be vindt.
^
Schuif de filter geheel naar binnen.
^
Sluit de montageklep.
34
^
Wrijf alles met een zachte doek droog.
-
Wat gedaan als...?
Hulp bij storingen
De meeste storingen kunt u zelf verhelpen. In heel wat gevallen bespaart u tijd en kosten omdat u dan geen beroep hoeft te doen op de Klantendienst. Het volgende overzicht zou een leidraad kunnen zijn om de oorzaken voor een bepaalde storing te vinden en weg te nemen. Hou wel het volgende in acht:
Reparaties aan elektrische toestellen mag u enkel en alleen door een er
,
kend vakman laten uitvoeren. Door ondeskundig uitgevoerde herstellingen kunnen er niet te onderschatten risico's voor de gebruiker ontstaan.
-
Controle- en storingsmeldingen
Probleem Oorzaak Oplossing
0-§ brandt en het con­trolelampje bij Extra zacht knippert.
0 en Einde branden en het programma is afge­broken.
De zoemer weerklinkt. *
Het controlelampje Re
servoir leegmaken
brandt en het program ma is afgebroken.
De zoemer weerklinkt. *
Het controlelampje Start/Stop knippert / brandt.
* Het controlelampje uitschakelen: Open en sluit de deur (bij ingeschakelde droogautomaat).
De slotfunctie is inge­schakeld.
Geen storing! Bij enkele programma's
wordt het programma af­gebroken als de trommel te weinig of niet geladen is. Dit kan evenzo bij reeds gedroogde stukken wasgoed gebeuren.
-
Het condenswaterreser voir is vol. Ofwel is er een
-
knik in de afvoerslang.
Als het lampje in de toets knippert, wijst dat erop dat u een programma kan starten.
Als u wenst te drogen, dient u de slotfunctie uit te schakelen (zie rubriek "Elektronisch slot").
Droog enkele stukken wasgoed met het pro­gramma Warme lucht.
-
Maak het condenswa terreservoir leeg.
Controleer de afvoer slang.
Na de start van het pro gramma stopt het lampje met knipperen en blijft het branden.
-
-
-
35
Wat gedaan als...?
Probleem Oorzaak Oplossing
Het controlelampje
Filter reinigen
brandt na het pro gramma.
~F~ brandt en er is geen programma start mogelijk.
Aan het einde van het programma knipperen de bal-
ken: —œ–...C~–...Cœ˜....
Het programma wordt afgebroken.
Mogelijk klinkt de zoemer en Koude lucht of Einde knippert.
Het controlelampje Start/Stop knippert langzaam en het display is donker.
Herinnering, de fijnfilter voor de warmtewisselaareenheid nat te reinigen.
-
De fijnfilter ontbreekt of is verkeerd geplaatst.
-
Bij verwijdering van de fijnfilter tijdens het drogen wordt het programma afge­broken: Koude lucht knip­pert.
Het programma is beëin­digd, maar het wasgoed wordt nog afgekoeld.
De oorzaak is niet meteen te constateren.
De droogautomaat staat in de stand-by stand. Dit is geen fout, maar een normale functie.
Reinig de fijnfilter.
Zie rubriek "Reiniging en
onderhoud". Het controlelampje dooft
wanneer de fijnfilter bij in geschakelde droogauto maat wordt verwijderd en weer wordt terugge plaatst.
Plaats de fijnfilter correct:
~F~ dooft. Zie rubriek "Reiniging en
onderhoud".
– Plaats de fijnfilter. – Schakel de droogauto-
maat uit en in.
U kunt het wasgoed verwij­deren en uitspreiden of het verder laten afkoelen.
Schakel de droogauto maat uit en in.
Start een programma.
Wordt het programma afge broken en verschijnt er op nieuw een foutmelding, dan gaat het om een defect. Neem contact op met de klantendienst van Miele.
Zie "Stand-by instellen" in de rubriek "Programmeerfunc ties".
-
-
-
-
-
-
-
36
Wat gedaan als...?
Een niet-bevredigend droogresultaat
Probleem Oorzaak Oplossing
De was is onvol doende gedroogd.
Wasgoed of met veer gevulde hoofdkussens krij­gen door het drogen een onaangename geur.
Wasgoed van syn­thetische vezels is na het drogen sta­tisch geladen.
Er hebben zich plui­zen gevormd.
-
De belading bestond uit verschillende weefsels.
Tip: U kunt de restvochtig heid van enkele program ma's afzonderlijk aanpas sen.
Wasgoed is met te weinig
wasmiddel gewassen.
– Veren hebben de eigen-
schap bij warmte geur te vormen.
Synthetisch wasgoed ver­toont de neiging tot sta­tische ladingen.
Bij het drogen komen er pluizen vrij, die zich vooral door slijtage bij het dragen of gedeeltelijk bij het was sen op het textiel hebben gevormd. De belasting in de droogautomaat is ge ring.
-
-
-
Droog met Warme lucht
na. Kies daarna een geschikt
programma.
Zie rubriek "Programmeer
­functies".
Wasgoed: gebruik vol
doende wasmiddel bij het wassen.
– Hoofdkussens: laat deze
buiten de droogautomaat luchten.
Als u wasverzachter ge­bruikt bij het wassen kan de statische lading bij het dro­gen afnemen.
De pluisjes worden door de pluizenzeven opgevangen. U kunt ze daar gemakkelijk
-
verwijderen (rubriek "Reini ging en onderhoud").
-
-
-
37
Wat gedaan als...?
Andere problemen
Probleem Oorzaak Oplossing *
Het droogpro ces duurt heel lang of wordt afgebroken.
* Schakel voor de programmastart de droogautomaat uit en weer in.
De ventilatie is ontoerei
-
kend (bijv. in een klein ver trek). Daardoor kan de tem peratuur in het vertrek erg opgelopen zijn.
Wasmiddelresten, haar
en fijne pluizen kunnen de pluizenfilter en de fijnfilter verstoppen.
De koelribben
(rechtsonder) kunnen verstopt zijn.
De aanzuigopening voor koellucht (rooster rechtsonder) is afgesloten.
De pluizenfilter en de fijnfilter zijn nat terugge­plaatst.
Het wasgoed werd niet ge noeg uitgecentrifugeerd.
De droogautomaat trommel is overladen.
Door metalen ritssluitingen werd de vochtigheidsgraad van de was niet juist bere kend.
Zet tijdens het drogen een deur of
­venster open. Dan stijgt de ka
­mertemperatuur niet te veel.
-
Maak de pluizenfilter en de
fijnfilter schoon. Verwijder zichtbare pluizen:
. . . Links onder, achter de klep in de warmtewisselaarruimte (zie rubriek "Reiniging en on­derhoud"). . . . Vanaf de koelribben achter het rooster rechtsonder (zie deze rubriek).
Verwijder de wasmand of andere voorwerpen.
De pluizenfilter en de fijnfilter moeten droog zijn.
-
Laat voortaan uw wasgoed in uw wasautomaat tegen een hoger toerental centrifugeren.
Neem de maximumlading was goed voor het droogprogramma in acht.
Doe de ritsen voortaan open.
Als het probleem achteraf nog
-
opduikt, laat wasgoed met lange ritssluitingen dan voort aan enkel in het programma Warme lucht drogen.
-
-
-
38
Wat gedaan als...?
Probleem Oorzaak Oplossing
Er zijn bromgeluiden te horen.
Er kan geen program ma worden gestart.
Stroomonderbreking. Na een stroomonderbreking start het eerder uitge-
De trommelverlichting brandt niet.
De compressor is in wer king.
De oorzaak is niet meteen
-
te constateren.
voerde programma automatisch.
De trommelverlichting schakelt automatisch uit (energiebesparing).
Geen. Dat zijn normale
­werkingsgeluiden.
Is deze droogautomaat
ingeschakeld? Zit de stekker wel in het
stopcontact? Is de deur wel dicht?
Is de zekering in orde?
Als u het probleem niet
kunt verhelpen, dan is er mogelijk sprake van een defect. Neem contact op met de klantendienst van Miele.
– Schakel de droogauto-
maat uit en weer in.
– Een defecte gloeilamp
kunt u vervangen: Zie achteraan deze rubriek.
39
Wat gedaan als...?
Koelribben reinigen (rooster onder rechts)
De koelribben hoeven normaal
,
gesproken nooit te worden gerei nigd. Reinig ze alleen wanneer de droogtijd veel langer wordt door een hoge stof- of pluisvorming op de plek waar het apparaat is opge steld!
Open het rooster rechtsonder met het meegeleverde gele hulpstukje.
-
-
Beschadiging van de koelribben
,
voorkomen! Wees voorzichtig met het mondstuk van de stofzuiger en voer geen druk op de koelribben uit.
^ Zuig het vuil voorzichtig met de stof-
zuiger (met reliëfborstel of smalle zuigkop) op.
^
Plaats het hulpstukje aan de boven kant in het midden en til het een eind je omhoog (pijl) totdat het rooster aan de bovenkant wordt geopend.
^
Neem het rooster schuin naar boven toe weg.
^
Controleer of de koelribben zijn ver stopt.
,
Gevaar voor verwondingen! Raak de koelribben niet met de han den aan. U kunt zich snijden.
40
-
-
-
^
Plaats het rooster aan de onderkant.
^
Druk het rooster aan de bovenkant
-
vast.
Het lampje vervangen
Zet het toestel uit
Doe de toesteldeur open.
^
Bovenaan in de vulopening vindt u een opklapbaar dekseltje voor de lamp.
^ Schuif een stuk gereedschap, bijv.
een brede sleufschroevendraaier, on­der het lipje dat aan de zijkant van het klepje van het gloeilampje zit. Zorg ervoor dat het gereedschap ste vig zit.
Wat gedaan als...?
Deze gloeilamp dient van hetzelfde type te zijn als die welke u vervangt. Het vermogen mag niet hoger lig gen dan wat op het typeplaatje en het lampendeksel is aangegeven.
Vervang de gloeilamp.
^
Klap het dekseltje naar boven. Duw
^
het links en rechts stevig dicht tot u een klik hoort.
Let erop dat het deksel stevig
,
op zijn plaats zit. Zo vermijdt u dat er vocht indringt, wat kortsluiting kan veroorzaken.
-
-
^
Open het klepje door het stuk ge reedschap een slag te draaien. Oefen daarbij enige druk op het ge reedschap uit.
Het klepje klapt naar beneden.
Deze hittebestendige lamp schaft u zich het best enkel aan bij uw Miele­handelaar of in de Technische Dienst van Miele.
-
-
41
Technische dienst
Herstellingen
Neem bij storingen die u zelf niet kan verhelpen, contact op
met uw Miele-handelaar
of
met de Technische Dienst van Miele.
Het adres en de telefoonnummers van onze technische dienst vindt u op de rugzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Wanneer u op onze technische dienst een beroep doet, geef dan altijd het machinetype en -nummer op. Beide gegevens staan vermeld op het type­plaatje. Dat vindt u rechts onder de vulopening.
Het programma updaten
Op het bedieningspaneel vindt u een controlelampje met de markering PC (PC = program correction). Deze led dient voor onze technici als contactpunt voor de actualisering van het program ma.
Bij de aanpassing van de elektronische besturing van uw toestel kan er dan re kening worden gehouden met ontwik kelingen in textielsoorten en droogpro cédés.
Miele zal de mogelijkheid om een pro gramma te actualiseren tijdig bekend­maken.
-
-
-
-
Duur en voorwaarden van de waarborg
De waarborgtijd van uw droogautomaat bedraagt 2 jaar.
Meer gegevens omtrent de voorwaar­den van de waarborg vindt u in het bij­gevoegde garantieboekje.
-
42
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Voor deze droogautomaat kan u zich nog toebehoren aanschaffen bij uw Miele-handelaar of bij de Technische Dienst van Miele.
Vooraanzicht
Opstellen en aansluiten
a Aansluitsnoer
b Bedieningspaneel
c Condenswaterreservoir (na elk
droogprogramma leegmaken)
d Deur
e Klep voor de fijnfilter (niet openen
tijdens het drogen)
f 4 in de hoogte verstelbare voetjes
g Aanzuigopening voor koellucht (niet
met een wasmand of voorwerpen blokkeren!)
h Afvoerslang voor condenswater (zie
"Condenswater extern afvoeren")
43
Opstellen en aansluiten
Achteraanzicht
a Aan de dekseloverstek zijn er
greepopeningen om het toestel te dragen (zie pijlen)
b Aansluitsnoer
c Afvoerslang voor condenswater
d Toebehoren voor aansluiting op een
sifon van een wasbak
Wanneer u de droogautomaat
,
horizontaal transporteert, mag u het toestel alleen aan de linkerkant kan telen!
-
Droogautomaat transporteren
Aan de achterste dekseloverstek zijn er greepopeningen om het toestel te dra gen. Om het toestel uit de verpakkings sokkel te tillen, neemt u het bij voorkeur vast aan de voorste voetjes en aan de achterste dekseloverstek.
,
Transporteer de droogautomaat zoals op de volgende afbeelding.
44
-
-
,
Als het toestel niet op deze ma nier wordt getransporteerd, moet u het toestel na het transporteren ca. 1 uur laten staan voordat ker in het stopcontact steekt. An ders kan de warmtepomp bescha digd raken!
u de stek
-
-
-
-
Plaats van opstelling
Waar de toesteldeur openzwaait,
,
mag u geen afsluitbare deur installe ren en evenmin een schuifdeur of een deur met een scharnier aan de andere kant.
De aanzuigopening voor
,
koellucht op de voorkant van de droogautomaat mag in geen geval worden afgesloten of toegedekt, bijv. door een wasmand. Anders treedt er een storing op!
Inbouw onder een werkblad of inbouw in een kast
Opgelet voor warmteontwikke-
,
ling: De warme luchtstroom die aan de achterzijde van de droogautomaat naar buiten komt, moet kunnen wor­den afgevoerd. Anders treedt er een storing op!
Opstellen en aansluiten
Bouw uw droogautomaat niet in
,
vlak naast een koel-/vriestoestel. De
-
warme luchtstroom aan de achterzij de van de droogautomaat verhoogt de temperatuur ter hoogte van de warmtewisselaar van het koel-/vriestoestel. Daardoor blijft de compressor van dit toestel voortdu rend draaien. Is deze inbouw echter onvermijdelijk, breng dan een tussenschot aan tussen het koel-/vriestoestel enerzijds en de droogautomaat anderzijds.
Er is een mits toeslag verkrijgba-
,
re inbouwset vereist. Laat die mon­teren door een vakman die door Miele erkend is. De afdekplaat die bij de inbouwset hoort, vervangt het deksel van het toestel. Deze afdek­plaat moet absoluut worden gemon­teerd met het oog op de elektrische veiligheid.
-
-
U kunt de warmteontwikkeling op de volgende manier voorkomen:
Draai de voetjes van de droogauto maat uit, zodat er een spleet van minstens 20 mm is tussen de vloer en de onderzijde van de droogauto maat.
Onderbreek een aanwezige meubelplint ter hoogte van de droog automaat.
Breng openingen aan in de kast.
Door de inbouw kunnen de program ma's langer uitvallen.
Bij de inbouwset is een montage handleiding gevoegd.
-
-
-
Door de inbouw kunnen de program ma's langer uitvallen.
Installeer de elektrische aansluiting vlakbij de droogautomaat. Die aan sluiting dient vlot toegankelijk te zijn.
Bij een inbouwhoogte van:
­–
830-840 mm zijn er langere voetjes* vereist.
870-885 / 915-930 mm zijn 1 of 2 sokkels* vereist.
* Mits toeslag bij uw Miele-handelaar verkrijgbaar
-
-
-
45
Opstellen en aansluiten
Het toestel waterpas zetten
Om een perfecte werking te waar borgen, dient u het toestel waterpas op te stellen.
-
Voordat u het toestel transporteert
Na elke droogbeurt zit er wat condens water rond de pomp. Dit kan bij het kan telen van het toestel uitlopen. Daarom verdient het aanbeveling ca. 1 minuut lang het programma Koude lucht te laten lopen voor u het toestel transporteert rest van het condenswater wordt dan in de condenswaterbak of via de afvoer slang afgevoerd.
Was- en droogzuil
U kunt deze droogautomaat met een Miele-wasautomaat tot een was- en droogzuil combineren. Daartoe is een tussenset* (WTV) vereist.
* Mits toeslag bij uw Miele-handelaar verkrijgbaar
,
Laat de tussenset monteren door een vakman die door Miele er­kend is.
-
.De
-
-
^
Oneffenheden in de vloer werkt u weg door aan de voetjes te draaien.
,
De luchtruimte tussen de onder kant van de droger en de vloer mag niet worden verkleind door plinten, hoogpolige vloerbedekking, enzovoort. Anders kan er geen vol doende luchttoevoer worden gega randeerd.
46
-
-
-
Het condenswater laten afvoeren
Algemeen
Opstellen en aansluiten
Tijdens het drogen ontstaat er con denswater. Dat wordt via de afvoer slang op de rugzijde van het toestel naar het condenswaterreservoir ge pompt. U kan dat condenswater met deze af voerslang ook in de afvoerleiding laten terechtkomen. Dan hoeft u het condens waterreservoir nooit meer leeg te gieten.
Slanglengte. ................1,50 m
De maximale opvoerhoogte
bedraagt ..................1,50 m
De maximale pompafstand
bedraagt ..................4,00 m
,
Deze droogautomaat moet bij bij­zondere montageomstandigheden met een terugslagklep worden uitge­rust (zie bijzondere aansluitomstandigheden).
Mits toeslag is het volgende toebehoren verkrijgbaar:
-
-
-
-
-
In de afvoerslang bevindt zich een
^
geringe hoeveelheid resterend water. Zet daarom een reservoir klaar.
^ Trek de slang van de tuit af.
^ Laat het aanwezige resterende water
in het reservoir lopen.
^ Wikkel de slang van de slangrol en
trek ze voorzichtig uit de klemmen.
een verlengstuk.
een terugslagklep (montagepakket) voor externe wateraansluiting. (een verlengstuk wordt bijgevoegd). De maximum opvoerhoogte met de terugslagklep bedraagt: 1,00 m
De afvoerslang verplaatsen
,
Niet aan de afvoerslang trekken, hem niet uitrekken of plooien. Anders kan hij schade oplopen!
^
Voer de slang - zo u dat wenst - naar rechts of links.
Laat de slang in de middelste klem zit ten, opdat ze niet per ongeluk zou wor den geknikt.
-
-
47
Opstellen en aansluiten
De afvoerslang (in de wasbak/ afvoeropening in de vloer) hangen
Zie de illustratie van het vooraan-
^
zicht.
Zorg ervoor dat de afvoerslang
,
niet kan wegglijden als u hem in een wasbak hangt. Bind hem eventueel vast. Anders kan het wegvloeiende water schade veroorzaken.
Gebruik de boogvormige houder om
^
knikken in de afvoerslang te ver mijden.
Bijzondere aansluitomstandigheden
Bij bijzonderde aansluitomstan-
,
digheden moet u de terugslagklep gebruiken. Anders kan het terugstromende water uit de droog­automaat lopen en schade veroor­zaken.
Bijzondere aansluitomstandigheden zijn:
-
Voorbeeld: aansluiting op de sifon van een wasbak
De afvoerslang met de terugslagklep kunt u rechtstreeks op een speciale wasbaksifon aansluiten.
^ Bovenaan op de rugzijde van de
droogautomaat vindt u het toebeho­ren: het aanpasstuk 1 en daarachter de slangklem 3.
aansluiting op de sifon van een was bak (zie hieronder).
diverse aansluitmogelijkheden waar op bijv. ook een wasautomaat of een vaatwasser aangesloten zijn.
48
-
-
1 Aanpasstuk
2 Wartelmoer voor de wasbak
3 Slangklem
Opstellen en aansluiten
Plaats het aanpasstuk 1 met de war-
^
telmoer voor de wasbak 2 op de was baksifon.
Gewoonlijk is de wartelmoer voor de wasbak voorzien van een plaatje dat u moet wegnemen.
Steek het uiteinde van de slang 4 op
^
het aanpasstuk 1.
Draai de slangklem 3 vlak achter de
^
wartelmoer voor de wasbak met een schroevendraaier vast.
De terugslagklep 5 moet worden
,
geïnstalleerd met de pijl in de stromingsrichting (in de richting van de wasbak). Anders kan er niet wor­den afgepompt.
-
4 Uiteinde van de slang
5 Terugslagklep
6 Afvoerslang van de droogautomaat
^ Plaats de terugslagklep 5 in de af-
voerslang 6 van de droogautomaat (zorg ervoor dat de pijl op de terug­slagklep in de juiste richting wijst).
^ Bevestig de terugslagklep, zoals af-
gebeeld, met de slangklem.
49
Opstellen en aansluiten
Elektrische aansluiting
Uw droogautomaat is voorzien voor aansluiting op eenfasige stroom 230 V, 50 Hz. Hij is uitgerust met een geaarde stekker en een ca. 2 m lange kabel.
De aansluiting mag uitsluitend gebeu ren op een volgens de voorschriften geïnstalleerd stopcontact met aarding.
Gebruik om veiligheidsredenen geen verlengsnoeren. Er bestaat risico op oververhitting.
Om de veiligheid te verhogen, verdient het aanbeveling een verliesstroomscha kelaar met een uitschakelstroom van 30 mA voor het toestel te schakelen.
Gegevens omtrent aansluitwaarde en vereiste zekeringen vindt u op het typeplaatje. Vergelijk die zorgvuldig met de gegevens van uw elektrische installatie.
-
-
50
Verbruiksgegevens
Lading1Centrifugeertoerental
Katoen t
Katoen kastdroog 7,0
Witte/bonte kastdroog + Extra zacht 7,0 1000 60 1,26 195
Katoen , strijkvochtig 7,0
Kreukherstellend Kastdroog + Extra zacht
Kreukherstellend strijkvochtig 3,5 1200 40 0,40 48
Turb Dry Kastdroog 7,0 1000 60 1,74 133
Overhemden Kastdroog + Extra zacht
Hygiëne kastdroog 3,5 1000 60 1,49 148
Impregneren Kastdroog 2,0 800 50 1,05 107
Outdoor kastdroog 2,5 800 50 0,79 81
Jeans kastdroog + Extra zacht
1
Gewicht van droog wasgoed
2
Testprogramma conform richtlijn 392/2012/EU voor het energielabel gemeten conform EN 61121
Alle niet-gemarkeerde waarden zijn in overeenstemming met de norm EN 61121
Energieverbruik - uitgeschakeld: Energieverbruik na kreukbeveiligingsfase:
Opmerking met het oog op vergelijkende tests:
Bij tests uitgevoerd volgens EN61121 dient u, voor u met de beoordelingstests aanvangt, 3 kg katoenen wasgoed volgens deze norm met 70 % aanvankelijke restvochtigheid in het programma "Katoen , Kastdroog" te laten drogen zonder daarbij een extra functie te kiezen.
Deze cijfers kunnen wijzigingen ondergaan onder meer door het verschil in textielsoort, in het gewicht van het te drogen wasgoed, in de restvochtigheid na het centrifugeren, door schomme lingen in de stroomvoorziening en door het verschil in de gekozen extra functies.
2
in een huishoudelijke
wasautomaat
kg o/min % kWu min.
7,0 3,5
7,0 7,0
7,0 7,0 7,0
3,5 3,5
2,0 2,0
3,0 3,0
1000 1000
1200 1400 1600
1000 1200 1400 1600
1200 1200
600 600
900 900
Rest-
vochtig
heid
60 60
53 50 44
60 53 50 44
40 40
60 60
60 60
Energie Pro
-
1,29 0,75
1,15 1,10 1,00
0,93 0,80 0,75 0,65
0,50 0,52
0,57 0,63
1,18 1,25
0,15 W 3,50 W
-
gramma
duur
189 121
171 162 145
1,48 130 121 103
55 58
60 68
116 125
-
-
51
Technische gegevens
Hoogte 850 mm
Breedte 595 mm
Diepte 596 mm
Diepte bij geopende deur 1.071 mm
Hoogte voor inbouw 820 mm
Breedte voor inbouw 600 mm
Diepte voor inbouw 600 mm
onderschuifbaar ja
kan in een zuil worden geplaatst ja
Gewicht 60 kg
Trommelinhoud 111 l
hoeveelheid 1-7 kg (gewicht van droog wasgoed)
Capaciteit condenswaterreservoir ca. 4,2 l
Slanglengte 1,5 m
Maximale opvoerhoogte 1,5 m
Maximale afvoerlengte 4 m
Snoerlengte 2 m
Aansluitspanning
Aansluitwaarde
Zekering zie typeplaatje
Vermogen van de gloeilamp
Keurmerk
Energieverbruik zie rubriek "Verbruiksgegevens"
52
Elektronisch slot en programmeerfuncties voor wijzigen van standaardwaarden
Deze droogautomaat is in de fabriek zo ingesteld dat hij voor elke toepas­sing effectief werkt.
Tevens biedt deze droogautomaat u de mogelijkheid standaardwaarden te wijzigen. Hiermee kunt u de elektronische be sturing van de droogautomaat aan uw specifieke wensen aanpassen.
U kunt de uitrustingskenmerken "Elektronisch slot" en "Programmeer functies" desgewenst gebruiken – het hoeft echter niet.
-
-
53
Elektronisch slot
De grendelfunctie beschermt uw droogautomaat tegen ongewenst ge bruik.
Als u dit wenst, kunt u de grendelfunctie inschakelen.
Het elektronische slot vergrendelt de elektronische besturing van de droog automaat. Deze droogautomaat kan worden ingeschakeld, maar er kan geen programma worden gestart.
In dit geval knippert het controle
lampje Extra zacht en wordt het sleutelsymbool 0-§ op de display weergegeven.
De toesteldeur kunt u wel altijd openen. Die wordt niet vergrendeld.
Vergrendelen
Voorwaarden
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Druk op de toets Extra zacht en houd
ze ingedrukt tot u stap E bereikt.
B Druk op de toets jk.
:
-
-
-
D Draai de programmakiezer traag en
stap voor stap tegen de wijzers in zes standen verder. De zes controlelampjes van de pro gramma's moeten één voor één aan gaan.
Het controlelampje van de toets Extra zacht knippert en het sleutelsymbool 0-§ wordt op de display weergegeven.
E Laat de toets Extra zacht los.
De slotfunctie is ingeschakeld.
U kunt het toestel uitschakelen.
^
Ontgrendelen
Voorwaarden
– Deze droogautomaat is uitgescha-
keld.
– De deur is dicht.
^ U gaat te werk zoals bij "Vergren-
delen". Voer de stappen A tot E uit.
Bij punt E stopt het controlelampje van de toets Extra zacht met knipperen en het sleutelsymbool 0-§ verdwijnt.
De grendelfunctie is uitgeschakeld.
:
-
-
Het controlelampje Turbo Dry brandt.
C Draai de programmakiezer traag en
stap voor stap kloksgewijs drie stan den verder. De drie controlelampjes van de pro gramma's moeten één voor één aan gaan.
54
-
-
-
Restvochtigheid in het programma "Katoen" wijzigen
De elektronica van deze droogauto maat is gericht op een zo efficiënt mogelijk en energiebesparend dro gen. In dit programma kunt u echter de droogniveaus droger of vochtiger in stellen*. *Uitzondering: droogtegraad Kast droog blijft onveranderd.
Opmerking: het programma Katoen t blijft onveranderd.
Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Houd de toets Start/Stop ingedrukt
tijdens de stappen B-C.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt ...
-
-
-
-
Programmeerfuncties
Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aange duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 De restvochtigheid wordt voch
tiger
I Fabrieksinstelling
(Het controlelampje Turbo Dry knip pert 1x extra).
2 Restvochtigheid wordt droger
(Het controlelampjeTurbo Dry knip pert 2x extra).
D Door op de toets Start/Stop te druk-
ken, kunt u het getal omschakelen.
E Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk wille­keurig moment wijzigen.
Controle
^
Voer de stappen A tot C uit.
^
Schakel na stap C de droogauto maat uit.
-
-
-
-
-
C ...enlaat daarna de toets Start/Stop
los.
Het controlelampje Extra zacht knip pert 1 x kort.
-
55
Programmeerfuncties
Restvochtigheid in het programma "Kreuk herstellend" wijzigen
De elektronica van deze droogauto maat is gericht op een zo efficiënt mogelijk en energiebesparend dro gen. In dit programma kunt u echter de droogniveaus droger of vochtiger in stellen.
Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Houd de toets Start/Stop ingedrukt
tijdens de stappen B-C.
-
-
-
-
Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aange duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 De restvochtigheid wordt voch
tiger
I Fabrieksinstelling
(Het controlelampje Turbo Dry knip pert 1x extra).
2 Restvochtigheid wordt droger
(Het controlelampjeTurbo Dry knip pert 2x extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk wille­keurig moment wijzigen.
-
-
-
-
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt ...
C ...enlaat daarna de toets Start/Stop
los.
D Druk 1x op de toets Extra zacht.
Het controlelampje Extra zacht knip pert 2x kort.
56
Controle
^
Voer de stappen A tot D uit.
^
Schakel na stap D de droogauto maat uit.
-
-
Kreukbeveiliging instellen.
Om kreuken te vermijden als u het wasgoed na afloop van het program ma niet meteen uit het toestel neemt.
Programmeerfuncties
Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aange duid, dat afwisselend verschijnt met
-
P.
-
De kreukbeveiliging
is in de fabriek ingeschakeld. U kunt
deze functie verkorten of uitscha kelen.
is in alle programma's actief, behalve
bij Wol.
moet altijd ingeschakeld blijven.
Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Houd de toets Start/Stop ingedrukt
tijdens de stappen B-C.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt ...
C ...enlaat daarna de toets Start/Stop
los.
-
0 Kreukbeveiliging uit
I 1 uur kreukbeveiliging
(controlelampjeTurbo Dry knippert 1x extra)
2 Fabrieksinstelling: 2 uur kreukbe
veiliging
(controlelampje Turbo Dry knippert 2x extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk wille­keurig moment wijzigen.
Controle
^
Voer de stappen A tot D uit.
^
Schakel na stap D de droogauto maat uit.
-
-
D Druk 2 keer op de toets Extra zacht.
Het controlelampje Extra zacht knip pert 3x kort.
-
57
Programmeerfuncties
Het volume van de zoemer instellen
De zoemer kan u in 2 volumes instel len.
Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aange duid, dat afwisselend verschijnt met
-
P.
-
Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen.
Voorwaarde:
De droogautomaat is uitgeschakeld.
De deur is dicht.
A Houd de toets Start/Stop ingedrukt
tijdens de stappen B-C.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt ...
C ...enlaat daarna de toets Start/Stop
los.
D Druk 3x op de toets Extra zacht.
– Het controlelampje Extra zacht knip-
pert 4x kort.
0 Fabrieksinstelling: Volume van de
zoemer normaal
I Zoemer met luid volume
(Het controlelampje Turbo Dry knip pert ook).
E Door op de toets Start/Stop te druk
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk wille­keurig moment wijzigen.
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^ Schakel na stap D de droogauto-
maat uit.
-
-
58
Programmeerfuncties
Stand-by instellen
Het display en de controlelampjes worden na 10 minuten gedoofd en al leen de toets Start/Stop knippert langzaam: Energiebesparing.
Droogautomaat "wekken" uit stand-bystand
Draai aan de programmakiezer of
^
druk op een toets. Beide mogelijkhe den hebben geen invloed op een lo pend programma.
Aan
De stand-byfunctie is ingeschakeld en het display en de controlelampjes wor­den na 10 minuten gedoofd:
– als u na het inschakelen van het toe-
stel geen programma kiest;
– na de start van het programma.
Let wel: na de afgelopen tijd voor uitge­stelde starttijd, aan het einde van het programma of voor het einde van de kreukherstellingsfase worden display en controlelampjes voor telkens 10 minuten ingeschakeld. De zoemer (indien ingeschakeld) weer klinkt gedurende 10 minuten aan het einde van het programma.
-
Fabrieksinstelling. niet terwijl het programma loopt
Net zoals beschreven onder "Aan".
­Maar: display en controlelampjes do
ven niet zolang het programma loopt.
Uit
Display en controlelampjes doven niet zolang het toestel ingeschakeld is.
-
Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen.
^ Zie volgende pagina.
-
-
59
Programmeerfuncties
Voorwaarde:
De droogautomaat is uitgeschakeld.
De deur is dicht.
A Houd de toets Start/Stop ingedrukt
tijdens de stappen B-C.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt ...
C ...enlaat daarna de toets Start/Stop
los.
D Druk 5x op de toets Extra zacht.
– Het controlelampje Extra zacht knip-
pert 8x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aange duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Aan
I Fabrieksinstelling : niet terwijl het
programma loopt
(Het controlelampje Turbo Dry knip pert 1x extra)
2 Uit
(Het controlelampje Turbo Dry knip pert 2x extra).
E Door op de toets Start/Stop te druk-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk wille­keurig moment wijzigen.
-
-
-
60
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^
Schakel na stap D de droogauto maat uit.
-
Memory-functie instellen
De elektronische besturing slaat een gekozen programma met droogte graad of optie op. Bovendien wordt de duur van een luchtprogramma op geslagen. Bij de volgende programmakeuze worden deze instellingen gebruikt. U kunt deze instellingen aanvaarden of met een druk op de toets aanpassen.
Opmerking: het programma Katoen t blijft onveranderd.
Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
A Houd de toets Start/Stop ingedrukt
tijdens de stappen B-C.
-
Programmeerfuncties
Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aange duid, dat afwisselend verschijnt met P.
-
0 Fabrieksinstelling. Memory uit.
I Memory
(Het controlelampje Turbo Dry knip pert ook).
E Door op de toets Start/Stop te druk
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk wille­keurig moment wijzigen.
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^ Schakel na stap D de droogauto-
maat uit.
-
-
-
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt ...
C ...enlaat daarna de toets Start/Stop
los.
D Druk 6x op de toets Extra zacht.
Het controlelampje Extra zacht knip pert 9 x kort.
-
61
Programmeerfuncties
Bevestigingstoon instellen
Elk gebruik wordt akoestisch beves tigd.
Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen.
-
Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aange duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Fabrieksinstelling.
Bevestigingstoon uit.
-
Voorwaarde:
De droogautomaat is uitgeschakeld.
De deur is dicht.
A Houd de toets Start/Stop ingedrukt
tijdens de stappen B-C.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt ...
C ...enlaat daarna de toets Start/Stop
los.
D Druk 7 keer op de toets Extra zacht.
– Het controlelampje Extra zacht knip-
pert 1x lang en 1x kort.
I Bevestigingstoon in.
(Het controlelampje Turbo Dry knip pert ook).
E Door op de toets Start/Stop te druk
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk wille­keurig moment wijzigen.
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^ Schakel na stap D de droogauto-
maat uit.
-
-
62
Programmeerfuncties
Instelling van de geleidbaarheid wijzigen
U dient deze programmeerfunc
,
tie alleen in te stellen wanneer de restvochtigheid van het wasgoed verkeerd wordt berekend door heel kalkarm water.
Voorwaarde
Het water waarin het textiel wordt ge wassen is uiterst zacht en de geleidbaarheid is kleiner dan 150 µS. De geleidbaarheid van het drinkwater kunt u bij uw waterbedrijf opvragen.
Activeer deze programmeerfunctie echt alleen dan, wanneer aan de bovenstaande voorwaarde wordt voldaan. Anders is het droogresultaat niet bevredigend!
Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen.
-
-
Het controlelampje Extra zacht knip
pert 1x lang en 2x kort.
Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aange duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Fabrieksinstelling
I Geleidbaarheidsinstelling laag
(Het controlelampje Turbo Dry knip pert ook).
E Door op de toets Start/Stop te druk
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk wille­keurig moment wijzigen.
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^ Schakel na stap D de droogauto-
maat uit.
-
-
-
-
Voorwaarde:
De droogautomaat is uitgeschakeld.
De deur is dicht.
A Houd de toets Start/Stop ingedrukt
tijdens de stappen B-C.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt ...
C ...enlaat daarna de toets Start/Stop
los.
D Druk 8x op de toets Extra zacht.
63
Programmeerfuncties
Droogtegraadstappen toevoegen
U kunt bij veel programma's droogtegraadstappen toevoegen:
mangelvochtig+
(droger dan mangelvochtig).
bijna droog
(droger dan strijkvochtig).
kastdroog+
(droger dan kastdroog).
Deze programmeerfunctie is alleen ac tief bij programma's waarbij droogniveaus kunnen worden inge steld.
Programmeren en opslaan gebeurt in de stappen (A,B,C ...) met behulp van toetsen.
Voorwaarde:
– De droogautomaat is uitgeschakeld.
– De deur is dicht.
-
Welke optie gekozen werd, wordt in het display door een cijfer aange duid, dat afwisselend verschijnt met
P.
0 Fabrieksinstelling
I Droogtegraadstappen toevoegen
(Het controlelampje Turbo Dry knip pert ook).
E Door op de toets Start/Stop te druk
-
ken, kunt u het getal omschakelen.
F Schakel de droogautomaat uit.
Deze programmering is nu opgeslagen. U kunt de programmering op elk wille­keurig moment wijzigen.
Controle
^ Voer de stappen A tot D uit.
^ Schakel na stap D de droogauto-
maat uit.
-
-
-
A Houd de toets Start/Stop ingedrukt
tijdens de stappen B-C.
B Schakel de droogautomaat in.
Wacht tot de toets Start/Stop constant brandt ...
C ...enlaat daarna de toets Start/Stop
los.
D Druk 9x op de toets Extra zacht.
Het controlelampje Extra zacht knip pert 1x lang en 3x kort.
64
Zo kunt u de toegevoegde droogte graden oproepen
^
Kies een programma.
^
Druk zo vaak op de toets voor de droogtegraad tot telkens een of twee controlelampjes branden.
Controlelampje Extra droog en Kast droog = Kastdroog+
-
Controlelampje Kastdroog en Strijk vochtig = Bijna droog
Controlelampje Strijkvochtig en Man gelvochtig = Mangelvochtig+
-
-
-
-
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Voor deze droogautomaat kan u zich nog toebehoren aanschaffen bij uw Miele-handelaar of in de Technische Dienst van Miele.
Deze en vele andere interessante pro­ducten kunt u ook via internet bestellen:
Geurflacon
Als u bij het drogen een bijzondere geur wenst.
Houder voor geurflacon
De houder is nodig om de geurflacon in de pluizenzeef te kunnen plaatsen.
Bij de houder wordt een gebruiksaan­wijzing geleverd.
Droogmand
Hiermee kunt u producten laten drogen of luchten die niet mechanisch belast mogen worden.
Bij de droogmand wordt een gebruiks aanwijzing geleverd.
-
656667
Wijzigingen voorbehouden/4014
M.-Nr. 09 862 140 / 01
Loading...