Miele Meteor W 3281 WPS User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing
wasautomaat Meteor W 3281 WPS
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert en in gebruik neemt. Zo zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan uw toestel.
M.-Nr. 09 655 780
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge kozen, dat door het milieu wordt verdra gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet met het gewone vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk container park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap paraten bevatten vaak nog waardevolle
­materialen. Ze bevatten echter ook
­schadelijke stoffen die voor het functio neren en de veiligheid van het apparaat nodig waren. Als u het apparaat bij het gewone afval doet of bij verkeerde be handeling kunnen deze stoffen schade lijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Verwijder het afgedankte appa
­raat dan ook nooit met het gewone af
val.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.
-
-
-
-
-
-
Als u vragen heeft omtrent het af danken van uw oud toestel, neem dan contact op met
de handelaar bij wie u het kocht
of
de firma Recupel, telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be
of
uw gemeentebestuur als u uw toestel naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus sen kindveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen.
2
-
-
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ...........................2
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................6
Bediening van de wasautomaat .....................................13
Bedieningspaneel .................................................13
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen ...........................15
Milieuvriendelijk wassen ...........................................16
Stroom- en waterverbruik .........................................16
Wasmiddel ....................................................16
Kies de juiste extra functie (Kort, Inweken, Voorwas) ...................16
Tip voor als het wasgoed daarna in een droogautomaat wordt gedroogd ...16
Zo wast u juist ...................................................17
Korte handleiding .................................................17
Centrifugeren ....................................................22
Eindcentrifugeertoerental ...........................................22
Centrifugeren voor en tussen de spoelbeurten ........................22
Eindcentrifugeren uitschakelen (spoelstop) ...........................22
Niet centrifugeren voor en tussen de spoelbeurten en op het einde
van het programma .............................................22
Startuitstel ......................................................23
Programmaoverzicht ..............................................24
Extra functies ....................................................27
Kort ............................................................27
Voorwas .........................................................27
Inweken .........................................................27
Extra water .......................................................27
Programmaverloop ...............................................28
3
Inhoud
Onderhoudssymbolen op het etiket..................................30
Programmaverloop wijzigen ........................................31
Afbreken ........................................................31
Onderbreken .....................................................31
Wijzigen .........................................................31
programma ....................................................31
Was toevoegen / uit het toestel halen ..................................32
Wasmiddel ......................................................33
Het juiste wasmiddel ...............................................33
Onthardingsmiddel ................................................34
Combinaties......................................................34
Middelen voor de nabehandeling van het wasgoed .......................35
Wasverzachter, vormspoeler, vloeibaar stijfsel automatisch doseren .......35
Wasverzachter, vormspoeler of stijfsel in een apart programma ...........35
Ontkleuren/kleuren.................................................35
Reiniging en onderhoud ...........................................36
Reiniging van de trommel (Hygiëne Info) ...............................36
De ommanteling en het bedieningspaneel reinigen .......................36
De wasmiddellade schoonmaken .....................................36
Het watertoevoerzeefje reinigen ......................................38
Storingen verhelpen ..............................................39
Wat gedaan als . . . ...............................................39
Het programma start niet. ...........................................39
Het wasprogramma werd afgebroken en er wordt een fout gemeld. ..........40
Het wasprogramma verloopt normaal hoewel er een service of storing wordt
gemeld. .........................................................41
Algemene problemen met de wasautomaat .............................42
Een niet-bevredigend wasresultaat ....................................43
De deur gaat niet via de toets Deur open ...............................44
De toesteldeur openen bij verstopte afvoer en/of stroomonderbreking ........45
4
Inhoud
Technische dienst ................................................47
Herstellingen...................................................47
Het programma updaten (moderniseren).............................47
Garantie: voorwaarden en duur ....................................47
Opstellen en aansluiten............................................48
Vooraanzicht .....................................................48
Achteraanzicht....................................................49
Plaats van opstelling ...............................................50
Wasautomaten naar de opstelplaats dragen ..........................50
De transportbescherming wegnemen ..................................50
De transportbescherming monteren ...................................52
De wasautomaat gelijk zetten ........................................53
De voetjes uitdraaien en met de contramoeren vastzetten ...............53
Inbouwen onder een doorlopend werkblad ...........................54
Was- en droogzuil...............................................54
Het Miele-lekbeveiligingssysteem .....................................55
Watertoevoer .....................................................56
Waterafvoer ......................................................57
Elektrische aansluiting ..............................................58
Verbruiksgegevens ...............................................59
Opmerking met het oog op vergelijkende tests: .......................59
Technische gegevens .............................................60
Programmeerfuncties .............................................61
Extra water .......................................................61
Behoedzame modus ...............................................62
Afkoeling waswater ................................................63
Memory-functie ...................................................64
Inweektijd........................................................65
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................66
CareCollection ....................................................66
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deze wasautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheids voorschriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers ech ter letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees de gebruiksaanwijzing voor u uw wasautomaat in gebruik neemt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid, het gebruik en het onderhoud van uw wasautomaat. Dat is vei liger voor uzelf en u vermijdt schade aan uw wasautomaat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing goed en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
-
-
Juist gebruik
Deze wasautomaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden en
~
in gelijkaardige omgevingen.
De wasautomaat is niet geschikt voor gebruik in open lucht.
~
Gebruik de wasautomaat uitsluitend in huishoudelijke toepas-
~
singen en enkel om textiel te wassen waarvan de fabrikant op het wasetiket heeft aangegeven dat het machinaal mag worden gewas­sen. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet ver antwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander ge bruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.
-
-
-
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk
~
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om de wasautomaat veilig te bedienen, mogen deze wasautomaat alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verantwoordelijk iemand gebruiken.
6
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Kinderen in het huishouden
Kinderen vanaf acht jaar mogen de wasautomaat alleen zonder
~
toezicht bedienen, reinigen of onderhouden wanneer hen de wasau tomaat zodanig is toegelicht dat ze de wasautomaat veilig kunnen bedienen, reinigen of onderhouden. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve hantering kunnen herkennen en begrijpen.
-
Kinderen jonger dan acht jaar dienen uit de buurt van de wasau
~
tomaat te worden gehouden, tenzij ze continue in het oog worden gehouden.
Hou kinderen die in de buurt van de wasautomaat komen in het
~
oog. Laat kinderen nooit met de wasautomaat spelen.
Denk eraan dat de ronde glazen deur heet wordt als u met hoge
~
temperaturen wast. Verbied dus kleine kinderen het glas tijdens de wasbeurt aan te ra­ken.
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Vóórdat de wasautomaat wordt opgesteld, controleert u of het
~
toestel zichtbaar beschadigd is. Een beschadigde wasautomaat mag u niet opstellen en in gebruik nemen.
Op het typeplaatje van de wasautomaat vindt u gegevens in ver
~
band met de aansluiting van uw toestel (zekering, spanning en fre quentie). Alvorens u de wasautomaat aansluit, vergelijkt u deze ge gevens met die van uw elektrische installatie. Vraag eventueel uitleg aan een elektricien als u niet zeker bent.
De elektrische veiligheid van deze wasautomaat wordt enkel ge-
~
waarborgd als het toestel op een aardsysteem aangesloten is dat volgens de voorschriften werd geïnstalleerd. Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoor­waarde is voldaan. In geval van twijfel dient u uw installatie door een vakman of vakvrouw te laten nakijken. Miele kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak.
Gebruik om veiligheidsredenen geen verlengsnoer. Gebruik van
~
een verlengsnoer verhoogt het risico op oververhitting en daarmee op brand.
Laat defecte onderdelen enkel vervangen door originele Miele
~
vervangstukken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.
-
-
-
-
Neem de aanwijzingen in de rubriek "Opstellen en aansluiten" en
~
de rubriek "Technische gegevens" in acht.
De aansluitstekker moet te allen tijde bereikbaar zijn om de was
~
automaat van het elektriciteitsnet te kunnen afsluiten.
8
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen er onvoorziene
~
risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld. Reparaties mag u uitsluitend laten uit voeren door vakmensen die door Miele erkend zijn.
Is het aansluitsnoer beschadigd, laat het dan vervangen door
~
een vakman die door Miele erkend is. Zo vermijdt u risico's voor wie het toestel gebruikt.
-
Bij storingen of bij een reinigings- en onderhoudsbeurt is de was
~
automaat alleen dan van het elektriciteitsnet losgekoppeld in de vol gende gevallen:
– de stekker van de wasautomaat is uit het stopcontact getrokken,
of
– de zekering op uw elektrische installatie is uitgeschakeld, of
– de schroefzekering op uw elektrische installatie is helemaal uitge-
draaid.
Het waterproofsysteem van Miele beschermt tegen waterschade
~
als de volgende voorwaarden vervuld zijn: – het toestel wordt geïnstalleerd zoals het hoort wat stroomvoorzie-
ning en wateraansluiting aangaat,
het toestel wordt gerepareerd en/of onderdelen worden vervangen als er schade wordt vastgesteld.
Deze wasautomaat mag niet gebruikt worden op een
~
beweegbare plaats (bv.schip).
Geen veranderingen aan de wasautomaten doen, die niet uit
~
drukkelijk door Miele toegelaten zijn.
-
-
-
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Efficiënt gebruik
De maximumlading bedraagt 7 kg (droog wasgoed). In de ru
~
briek "Programmaoverzicht" vindt u de deels kleinere ladingen voor afzonderlijke programma's.
Stel uw wasautomaat niet op in een vertrek waar het kan vriezen.
~
Bevroren waterslangen kunnen onder druk scheuren of springen. De betrouwbaarheid van de elektronische elementen kan door tempera turen onder het vriespunt in het gedrang komen.
Verwijder de transportbeveiliging op de achterzijde voor u uw
~
toestel in gebruik neemt. Zie rubriek "Opstellen en aansluiten", alinea "Transportbeveiliging verwijderen". Als die beveiliging niet verwij­derd is, kan die tijdens het centrifugeren schade toebrengen aan het toestel. Ook aan meubelen of apparaten ernaast kan er schade optreden.
Doe de waterkraan dicht bij langere afwezigheid (bijv. vakantie).
~
Vooral wanneer er zich vlakbij het toestel geen afvoer in de vloer be­vindt.
Overstromingsgevaar!
~
Voor u de afvoerslang in een spoelbak hangt, dient u te controleren of het water vlot genoeg wegvloeit. Maak de waterafvoerslang vast opdat ze niet zou wegglijden! Door de terugstoot van het wegvloeiende water kan de slang anders uit de spoelbak worden geslingerd.
-
-
Let erop dat er geen voorwerpen zoals spijkers, naalden,
~
geldstukken of paperclips worden meegewassen. Deze voorwerpen kunnen schade toebrengen aan onderdelen van het toestel, bijv. aan kuip of trommel. Deze beschadigde onderdelen kunnen op hun beurt uw was beschadigen.
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Als u het wasmiddel juist doseert, hoeft u uw toestel niet te ont
~
kalken. Is uw toestel zo erg verkalkt dat het moet worden ontkalkt, gebruik dan speciaal ontkalkingmiddel met corrosiebescherming. Dit middel kunt u bij uw Miele-handelaar of de Technische Dienst van Miele verkrijgen. Volg de gebruiksaanwijzing van het ontkalkingmiddel strikt op.
Wasgoed dat met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen be
~
handeld is, moet voordat het in de was- en droogautomaat wordt gewassen, grondig in zuiver water worden uitgespoeld.
Gebruik in dit toestel nooit reinigingsmiddelen die oplosmiddel
~
(bijv. wasbenzine) bevatten. Er kan namelijk schade optreden aan sommige onderdelen van het toestel. Er kunnen ook giftige dampen ontstaan. Bovendien bestaat er bij deze middelen brand- en ontplof­fingsgevaar.
Gebruik in dit toestel nooit reinigingsmiddelen die oplosmiddel
~
(bijv. wasbenzine) bevatten. Die kunnen schade toebrengen aan vochtige kunststof oppervlakken.
Kleurmiddelen dienen voor gebruik in wasautomaten geschikt te
~
zijn. Ze mogen enkel in beperkte mate - zoals voor een huishouden ­worden gebruikt. Volg de gebruiksaanwijzing van de fabrikant strikt op.
-
-
Ontkleuringsmiddel kan wegens zijn zwavelhoudende verbin
~
dingen corrosie tot stand brengen. U mag geen ontkleuringsmiddel in uw wasautomaat gebruiken.
Als er wasmiddel in uw ogen terechtkomt, spoel ze dan met zui
~
ver lauwwarm water uit. Bij inslikken, direct een arts raadplegen. Personen met gekwetste of gevoelige huid moeten elk contact met het wasmiddel mijden.
-
-
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Toebehoren
Toebehoren mag enkel worden ingebouwd indien dat door Miele
~
is goedgekeurd. Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan ver valt elke waarborg of productaansprakelijkheid.
Droogautomaten en wasautomaten van Miele kunnen in een was-
~
en droogzuil gecombineerd worden opgesteld. Tevens is een Miele was-droog-verbindingsset vereist; dit is met toeslag verkrijgbaar toebehoren. Let erop dat de was-droogverbindingsset geschikt is voor de Miele droogautomaat en de Miele wasautomaat.
Let erop dat de voet van Miele (met toeslag verkrijgbaar toebeho-
~
ren) bij deze wasautomaat past.
Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
-
12
Bedieningspaneel
Bediening van de wasautomaat
a Display
Meer informatie op de volgende bladzijde.
b Toets Start
– Keuze van het startuitstel
– Start het wasprogramma.
c Toetsen voor de extra functies
Voor het kiezen van de extra functies Met de bovenste toets kunt u kiezen tussen de extra functies Kort, Voor- was, Inweken. Met de onderste toets kunt u de ex tra functie Extra water selecteren. Controlelampje aan = geselecteerd Controlelampje uit = niet geselec teerd
d Controlelampje voor het toerental
voor het centrifugeren
e Toets Centrifugeren
Om een centrifugeertoerental, spoel stop of zonder centrifugeren te kie
zen.
-
f Programmakiezer
Om een basiswasprogramma en de daarbijbehorende temperatuur te kiezen. U kunt de programmakiezer zowel naar rechts als naar links draaien.
g Aanduiding van het programma-
verloop
Daaraan merkt u hoever het waspro­gramma al gevorderd is.
h Controlelampjes voor service en
storingen
-
i Toets K
Om de wasmachine in- en uit te schakelen. De wasmachine schakelt zichzelf au tomatisch uit om energie te bespa ren. Dit gebeurt 15 minuten na het programma-einde / kreukbeveiliging of na het inschakelen waarop geen verdere bediening volgt.
-
-
j Toets Deur
Om de vuldeur te openen.
-
-
13
Bediening van de wasautomaat
Display
Het display toont:
het startuitstel
de programmeerfuncties
Startuitstel
De gekozen uitsteltijd wordt weergege ven.
Na de start van het programma wordt de uitsteltijd teruggeteld; bij een start uitstel groter dan 10 uur gebeurt dat in uren, en vanaf 9 uur en 59 minuten in minuten.
Na afloop van de uitsteltijd start het programma en dooft het display.
Programmeerfuncties
Met de programmeerfuncties kunt u de wasautomaat aan uw eigen behoeften aanpassen. In de programmeerstatus wordt de gekozen functie op het dis play weergegeven.
-
-
-
14
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen
Stel het toestel juist op en sluit het correct aan voor u het voor het eerst in gebruik neemt. Houd rekening met de rubriek "Opstellen en aan sluiten".
De functies van deze wasautomaat zijn in de fabriek grondig getest. Hierdoor bevindt er zich nog wat wa ter in de trommel.
Uit veiligheidsoverwegingen kunt u het toestel niet laten centrifugeren voordat het een eerste keer in gebruik is geno­men. Om het toestel te kunnen laten centrifugeren, moet eerst een waspro­gramma zonder wasgoed wasmiddel worden uitgevoerd.
Gebruikt u wasmiddel, dan kan er overdreven veel schuim worden ge­vormd!
en zonder
-
-
Tegelijk wordt ook de kogelklep in de waterafvoer geactiveerd. Die klep zorgt ervoor dat het wasmiddel in het vervolg volledig wordt gebruikt.
^
Draai de waterkraan open.
^
Druk op de toets K.
^
Draai de programmakiezer op Ka toen 60°C.
^
Druk op de toets Start.
^
Schakel de wasautomaat na het einde van de wasbeurt uit.
De stappen om het toestel voor het eerst in gebruik te nemen zijn voltooid.
-
15
Milieuvriendelijk wassen
Stroom- en waterverbruik
Hou zoveel mogelijk rekening met de
maximumlading die voor een be
­paald programma toegestaan is. Als u dat doet, is het stroom- en wa terverbruik, dat wordt berekend op basis van de totale hoeveelheid was goed, het laagst.
Bij een kleinere lading wasgoed
zorgt de automatische aanpassing van de watertoevoer ervoor dat er minder water en stroom wordt ver
­bruikt. Het kan dus gebeuren dat de programmaduur in de loop van een wasprogramma wordt aangepast.
– Gebruik het programma Express 20
voor kleine hoeveelheden wasgoed.
– Met moderne wasmiddelen kunt u
wassen met lagere temperaturen (bijv. 20°C). Gebruik de overeenkom­stige temperatuurinstellingen om stroom te sparen.
– Voor de hygiëne in de wasautomaat
is het aan te bevelen nu en dan een wasbeurt uit te voeren met een tem peratuur van minstens 60° C. Het servicecontrolelampje Hygiëne Info op het display van de wasautomaat herinnert u daaraan.
Wasmiddel
Gebruik telkens maar zoveel was
middel als op de verpakking staat aangegeven.
­Hou voor de dosering rekening met
de mate waarin het wasgoed vuil is.
­Gebruik bij kleinere ladingen minder
wasmiddel (ca.
1
/3minder wasmiddel
bij een halve lading).
Kies de juiste extra functie (Kort, Inweken, Voorwas)
Kies voor:
– lichtjes vuil wasgoed
zonder zichtba­re vlekken een wasprogramma met de extra functie Kort.
– normaal tot sterk vervuild wasgoed
met zichtbare vlekken een waspro­gramma zonder extra functie.
– heel sterk vervuild wasgoed
wasprogramma met de extra functie Inweken.
-
wasgoed met een grotere hoeveel heid vuil (bijv. stof, zand) een was programma met de extra functie Voorwas.
Tip voor als het wasgoed daarna in een droogautomaat wordt gedroogd
-
een
-
-
16
Kies het hoogst mogelijke centrifu
­geertoerental dat het wasprogramma te bieden heeft. Zo bespaart u achteraf stroom bij het drogen.
Korte handleiding
De zinnen met de getallen (A, B, C,...)kanualsbeknopte handleiding
gebruiken.
A Het wasgoed voorbereiden
^ Maak de zakken leeg.
,
Metalen voorwerpen als spijkers, geldstukken, papierklemmen kun­nen het wasgoed en onderdelen van de machine beschadigen.
De vlekken vooraf behandelen
^
Verwijder eventuele vlekken uit het textiel voor u het wast. Doe dat bij voorkeur terwijl de vlekken nog vers zijn. Dop de vlekken weg met een doekje dat geen kleur afgeeft. Niet wrijven!
Speciale vlekken als die van bloed, eie ren, koffie, thee e.d. kan u vaak met een truukje wegkrijgen.
Zo wast u juist
Bij de behandeling van textiel
,
met een schoonmaakmiddel op ba sis van oplosmiddel (schoonmaak benzine) zie erop toe dat er geen kunststof in contact komt met het schoonmaakmiddel.
Gebruik nooit synthetische reini
,
gingsmiddelen (die oplosmiddel bevatten) in uw wasautomaat!
Het wasgoed sorteren
^ Sorteer het textiel volgens de kleur en
de symbolen op het onderhoudseti­ket. Dat vindt u in kragen en zomen.
Donker textiel vertoont de neiging bij de eerste wasbeurten kleur te verliezen. Om geen wasgoed te laten verkleuren, wast u licht en donker textiel het best apart.
Algemene tips
Bij gordijnen: de gordijnrolletjes en de loden band afnemen. U kan de gordijnen ook in een zak steken.
Bij bh's: geloste bh-beugels vast naaien of verwijderen.
Bij breigoed, jeans, broeken, t-shirts en sweaters: binnenstebuiten keren als de fabrikant dat aanbeveelt.
Doe ritssluitingen, haakjes en oogjes
­voor het wassen dicht.
Knoop kussens en slopen dicht. Zo komen er geen kleine spulletjes in te recht.
Was in deze machine nooit textiel met de aanduiding niet wasbaar (onder houdssymbool h).
-
-
-
-
-
-
17
Zo wast u juist
B De wasautomaat inschakelen
C De wasautomaat laden
Open de vuldeur met de toets Deur.
^
Leg de was opengevouwen en losjes
^
in de trommel. Door textiel van ver schillende formaten in de trommel te stoppen, verbetert het waseffect en raakt de was tijdens het centrifugeren beter verdeeld.
Bij de maximumlading is het stroom- en waterverbruik, berekend op basis van de totale hoeveelheid wasgoed, het laagst. Als u te veel wasgoed laadt, vermindert het wasresultaat en kreukt de was meer.
Let erop dat er geen wasgoed tus­sen de vuldeur en de dichtingsring wordt geklemd.
-
D Het startuitstel inschakelen (zo u
dat wenst)
De programmakiezer moet in de stand , Einde staan.
Door op de toets Start te drukken,
^
kunt u nu de gewenste startuitsteltijd instellen.
E Een programma kiezen
^ Draai de programmakiezer op het
gewenste programma.
^
Sluit de vuldeur met een lichte zwaai.
18
Zo wast u juist
F Extra functies kiezen
Met de bovenste toets kiest u in deze volgorde een van de extra functies: Kort of Voorwas of Weken of geen keu ze.
Met de onderste toets kiest u de extra functie Extra water.
^ Kies de gewenste extra functie.
U kunt niet alle extra functies bij alle wasprogramma's kiezen.
G Een centrifugeertoerental kiezen
-
Druk zo vaak op de toets "Centrifuge
^
ren" tot het controlelampje van het gewenste toerental aangaat.
-
Kunt u een bepaalde extra functie niet kiezen, dan is die voor het was programma niet toegelaten.
-
19
Zo wast u juist
H Het wasmiddel toevoegen
Het is belangrijk juist te doseren, want ...
. . . gebruikt u te weinig wasmiddel, dan
wordt het wasgoed niet proper en na
verloop van tijd ook grauw en hard.
vormen er zich vetluizen op het was
goed
hecht er zich kalk op de verwar
mingselementen
. . . Gebruikt u te veel wasmiddel,
dan wordt er te veel schuim gevormd
wat het effect van de wasbewe­gingen verzwakt. De was-, spoel- en centrifugeerresultaten gaan dan ook achteruit.
– dan stijgt het waterverbruik. Wegens
het vele schuim wordt er immers au­tomatisch een bijkomende spoel­beurt ingelast.
– dan wordt het milieu zwaarder belast
-
-
Trek de wasmiddellade ietwat uit.
^
Giet het wasmiddel in de vakjes:
i
wasmiddel voor de voorwas (de ver­deling van de aanbevolen totale hoe­veelheid wasmiddel: i en
2
/3in het vak j)
1
/3in het vak
j
Wasmiddel voor de hoofdwas alsook voor het inweken
§
20
Wasverzachter, vormspoeler of vloei baar stijfsel
^
Sluit de wasmiddellade.
Meer details over wasmiddelen en de dosering ervan vindt u in de rubriek "Wasmiddel".
-
I Programma starten
Druk op de knipperende toets Start.
^
Als u een tijd voor het startuitstel had gekozen, loopt die op het display af. Na afloop van de tijd voor het startuitstel dooft het display.
Zo wast u juist
J Het wasgoed uit de trommel ne
men
Het einde van het programma wordt aangegeven door het controlelampje Kreukbeveiliging/Einde.
15 minuten na het einde van de kreukbeveiliging schakelt de wasau­tomaat zich automatisch uit. De was­automaat moet via de toets K op­nieuw worden ingeschakeld.
^ Open de vuldeur met de toets Deur.
^ Neem het wasgoed uit de trommel.
Vergeet geen stukken wasgoed in de trommel! Die kunnen bij de daar­opvolgende wasbeurt krimpen of an der wasgoed verkleuren.
-
Controleer of er niets in de dichtings
^
ring van de vuldeur is achtergeble ven.
^ Schakel de wasautomaat met de
toets K uit en draai de programmakeuzeknop op , Einde.
^ Sluit de vuldeur. Anders bestaat het
risico dat er onbedoeld voorwerpen in de trommel terechtkomen. Die kun­nen dan per vergissing mee worden gewassen en het wasgoed bescha-
-
digen.
-
-
21
Loading...
+ 47 hidden pages