koel-vriescombinatie
met NoFrost-systeem
en DynaCool
KTN 4252 SD
Lees absoluut uw montage- en
gebruiksaanwijzing voor u het toestel
installeert en in gebruik neemt.
Zo zorgt u voor uw eigen veiligheid
en vermijdt u schade aan uw toestel.
b Controledisplay voor vrieszone
c Temperatuurdisplay voor koelzone
a Legvlak in vrieszone
b Ventilator met aan-uit-knop voor
dynamische koeling (DynaCool)
c Boter- en kaasvak
d Legvlakken in koelzone
e Eierrekje
f Binnenverlichting
g Gootje en afvoeropening
voor het dooiwater
h Deurrek
i Flessensteun *
d Toets Superfrost en controlelampje
-
e Temperatuurregelknop koelzone
j Fruit- en groentebakken
* volgens het model
4
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal ge
kozen dat door het milieu wordt verdra
gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof ge
spaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet met het gewone
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde gemeentelijk container
park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Berging van uw oud toestel
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het af
danken van uw oud toestel, neem dan
contact op met
-
de handelaar bij wie u het kocht
–
of
– de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
– uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg ervoor dat de buisleidingen van
de compressor geen schade oplopen
voordat het toestel terdege wordt
geborgen. Zo vermijdt u dat er koelmid
del uit het koelcircuit of olie uit de com
pressor in het milieu terechtkomt.
-
-
-
Zorg er ook voor dat het toestel kinder
veilig wordt bewaard voor u het laat
wegbrengen.
Hou bij het afdanken van uw oud toe
stel ook rekening met de gelijknamige
rubriek in de "Opmerkingen omtrent uw
veiligheid".
-
-
5
Opmerkingen over uw veiligheid
Technische veiligheid
Dit toestel voldoet aan de voorge
schreven veiligheidsvoorschriften.
Bij ondeskundig gebruik kan de ge
bruiker gevaar lopen en kan er
schade optreden aan het toestel.
Lees dus aandachtig de tekst die
hier volgt voor u het toestel in ge
bruik neemt. U vindt er belangrijke
tips over uw veiligheid, de installatie,
het gebruik en het onderhoud van
uw toestel. Zo beschermt u zichzelf
en vermijdt u schade aan het appa
raat.
Bewaar deze handleiding zorgvuldig
en geef ze door aan wie het toestel
eventueel na u gebruikt!
Deskundig gebruik
Gebruik het toestel uitsluitend in
het huishouden om levensmiddelen te koelen en te bewaren en om
diepgevroren levensmiddelen te bewaren, verse levensmiddelen in te vriezen
en ijs te bereiden.
Elk ander gebruik is niet toegelaten en
kan gevaarlijk zijn. De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor schade die wordt
veroorzaakt door een ander gebruik
dan wat hier wordt vermeld of door fou
tieve bediening.
-
gas met hoge milieugeschiktheid, maar
brandbaar. Het is niet schadelijk voor
de ozonlaag en heeft geen negatieve
invloed op het broeikaseffect. Het ge
-
bruik van dit milieuvriendelijke koelmid
del veroorzaakt wel een lichte verho
ging van het werkingsgeluid. Naast de
werkingsgeluiden van de compressor
kunnen er stromingsgeluiden in het vol
ledige koelcircuit optreden. Deze ef
fecten zijn jammer genoeg niet te ver
mijden, maar hebben geen invloed op
de prestaties van het toestel.
Let er bij het transporteren en het opstellen van het toestel op dat geen enkel onderdeel van het koelcircuit beschadigd raakt. Koelmiddel dat naar
buiten spuit, kan tot oogletsels leiden!
Bij beschadiging:
- Vermijd open vuur of
ontstekingsbronnen,
- trek de stekker uit het stopcontact,
- verlucht het lokaal waarin het toestel
staat, gedurende enkele minuten,
en
- verwittig de klanten-
dienst.
moet zijn waarin het toestel wordt opge
steld. Bij een eventueel lek kan er in te
kleine ruimtes een brandbaar
gas-/luchtmengsel ontstaan.
Per 8 gr koelmiddel moet de ruimte
minstens 1 m
heid koelmiddel is aangegeven op het
typeplaatje in het toestel.
Dit toestel bevat het koelmiddel
isobutaan (R600a), een natuurlijk
-
-
-
-
Hoe meer koelmiddel er in een toe
stel zit, des te groter de ruimte
3
groot zijn. De hoeveel
-
-
-
-
-
6
Opmerkingen over uw veiligheid
Vergelijk zeker eerst de aansluitge
gevens (spanning en frequentie)
op het typeplaatje met die van uw huis
installatie. Sluit daarna pas uw toestel
aan.
Deze gegevens dienen absoluut over
een te stemmen. Anders treedt er scha
de op aan uw toestel. Vraag bij twijfel
inlichtingen aan uw installateur.
De elektrische veiligheid van dit
toestel wordt enkel gewaarborgd
indien u het op een aardsysteem aan
sluit, dat volgens de voorschriften werd
geïnstalleerd. Het is heel belangrijk dat
deze fundamentele veiligheidsvoorziening voorhanden is. Laat de elektrische
installatie in uw woning bij twijfel door
een vakman controleren.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor
schade die werd veroorzaakt doordat
de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak. Er zijn elektrische schokken mogelijk.
Een veilige werking van het toestel
is enkel gewaarborgd als het toe
stel overeenkomstig de gebruiksaanwij
zing wordt gemonteerd en aangesloten.
Indien u dit toestel niet op een vas
te plaats installeert, bijv. op een
schip, laat dit karwei dan enkel uitvoe
ren door vakmensen. Die moeten
ervoor zorgen dat u het toestel veilig
kunt gebruiken.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Installatie-, onderhouds- en
herstelwerken mogen enkel wor
den uitgevoerd door gekwalificeerde
vakmensen.
Door ondeskundige installatie-,
onderhouds- en herstelwerken kunnen
er niet te onderschatten risico’s ont
staan voor de gebruiker. Daarvoor kan
de fabrikant niet aansprakelijk worden
gesteld.
Het toestel is pas stroomloos in
dien aan een van deze voorwaar
den werd voldaan:
de stekker van het toestel uit het
–
stopcontact getrokken is.
Trek niet aan de aansluitkabel, maar
aan de stekker om het toestel los te
koppelen van het stroomnet.
– de zekeringen van uw huisinstallatie
zijn uitgeschakeld.
– De schroefzekering van de elek-
trische installatie er helemaal uit gedraaid is.
Gebruik uit veiligheidsoverwegin
gen geen verlengsnoeren om het
toestel aan te sluiten.
Die bieden niet voldoende veiligheids
garanties. Er bestaat onder meer ge
vaar
voor oververhitting.
-
-
-
-
-
-
-
7
Opmerkingen over uw veiligheid
Bediening
Raak bevroren levensmiddelen niet
aan met natte handen. Uw handen
zouden kunnen vastvriezen. Gevaar
voor verwondingen!
Gebruik geen elektrische appara
ten in het toestel (bijvoorbeeld een
ijsmachine).
Er kunnen vonken optreden.
Explosiegevaar !
Neem nooit ijsblokjes en ijs op een
stokje, met name waterijs, in de
mond als het net uit de vrieszone werd
gehaald.
Door de zeer lage temperatuur van het
ijs kunnen de lippen of de tong vastvriezen. Gevaar voor verwondingen!
Let op dat kinderen niet met het
toestel spelen, bijv. in de vrieslade
gaan zitten of aan de toesteldeur gaan
hangen.
Gedeeltelijk of volledig ontdooide
levensmiddelen mogen niet opnieuw worden ingevroren. Verbruik
deze levensmiddelen zo snel mogelijk,
want de levensmiddelen verliezen hun
voedingswaarde en bederven. Ont
dooide levensmiddelen kunt u opnieuw
invriezen nadat u ze heeft gekookt of
gebraden.
Bewaar geen explosieve stoffen en
geen producten met brandbare
drijfgassen (bijv. spuitbussen) in het
toestel. Als de thermostaat inschakelt,
kunnen er vonken ontstaan. Die kunnen
ontvlambare mengsels tot ontploffing
brengen.
-
-
Plaats alcohol van hoog percenta
ge enkel rechtop en perfect dicht
afgesloten in de koelzone.
Gevaar voor ontploffing!
Bewaar geen blikjes en flessen met
koolzuurhoudende dranken of met
vloeistoffen die kunnen bevriezen, in de
vrieszone. De blikjes of flessen kunnen
ontploffen.
Gevaar voor verwondingen en
beschadiging!
Als u flessen snel in de vrieszone
wenst te koelen, dient u ze uiterlijk
na één uur weer uit de vrieszone te ha
len. De flessen kunnen ontploffen. Gevaar voor verwondingen en beschadiging!
Als u levensmiddelen eet die te
lang werden bewaard, bestaat er
gevaar voor voedselvergiftiging.
De bewaarduur is afhankelijk van diverse factoren, zoals de versheidgraad,
de kwaliteit van de levensmiddelen en
de bewaartemperatuur. Hou rekening
met de bewaarinstructies en de
verbruikstermijnen van de fabrikant van
de levensmiddelen!
Gebruik geen voorwerpen met
scherpe punt of rand om
–
rijm- en ijslagen te verwijderen,
–
vastgevroren ijsschalen en levens
middelen los te wrikken.
Daardoor beschadigt u de
koelgenerator en werkt het toestel niet
meer goed.
Plaats om te ontdooien nooit elek
trische verwarmingstoestellen of
kaarsen in het toestel.
De kunststof zou beschadigd raken.
-
-
-
-
8
Opmerkingen over uw veiligheid
Gebruik geen ontdooisprays of
ijsverwijderingsproducten.
Ze kunnen explosieve gassen vormen,
oplos- of drijfmiddelen bevatten die de
kunststof kunnen beschadigen, of
schadelijk zijn voor de gezondheid.
Behandel de deurdichting niet met
olie of vet.
Daardoor wordt de deurdichting na ver
loop van tijd poreus.
Als u in de koelzone vet- of
oliehoudende levensmiddelen be
waart, dient u ervoor te zorgen dat
eventueel uitlopend vet of olie niet in
contact komt met kunststof onderdelen.
Plaats geen spijsolie in de deur van de
koelkast.
Er kunnen spanningsbarsten ontstaan
in de kunststof van de deur.
Dek de ventilatieroosters van het
toestel niet af.
Daardoor is een perfecte luchtafvoer
niet meer verzekerd. Het stroomverbruik stijgt en schade aan onderdelen kan niet worden uitgesloten.
Het toestel is voorzien voor een be
paalde klimaatklasse (kamertem
peratuurbereik), waarvan de grens
waarden moeten worden nageleefd. De
klimaatklasse is vermeld op het type
plaatje in het toestel.
Een lage kamertemperatuur heeft tot
gevolg dat de compressor gedurende
lange tijd niet werkt, zodat het toestel
de vereiste temperatuur niet kan aan
houden.
-
-
-
-
-
Gebruik om het toestel te ontdooi
en en schoon te maken in geen ge
val een stoomreiniger.
De stoom kan bij onderdelen van het
toestel komen, die onder spanning
staan. Zo kan er kortsluiting optreden.
Uw oud toestel afdanken
-
-
Vernietig het knip- of vergrendelslot
van uw oude koelkast/diepvriezer
als u het toestel afdankt.
Op die manier voorkomt u dat spelende
kinderen zichzelf in het toestel opslui
ten, wat levensgevaarlijk kan zijn.
Maak afgedankte toestellen on-
bruikbaar. Trek de stekker uit het
stopcontact en knip het aansluitsnoer
door.
Beschadig geen onderdelen van
het koelcircuit, bijv. door
– koelmiddelkanalen van de verdam-
per open te steken
– buizen te knikken.
–
oppervlaktebekledingen weg te
krassen.
Naar buiten spuitend koelmiddel kan
oogletsels veroorzaken.
De fabrikant is niet aansprakelijk
voor schade die ontstaan is doordat
deze veiligheidsrichtlijnen niet in
acht werden genomen.
-
-
-
9
Hoe spaart u stroom?
normaal stroomverbruikhoger stroomverbruik
Opstellenin een geventileerd vertrekin een gesloten, niet geventileerd
niet rechtstreeks door de zon
beschenen
niet naast een warmtebron (radia
tor, fornuis)
bij een ideale omgevingstempera
tuur van ca. 20 °C
Temperatuurinstelling
thermostaat met getallen
(regeling in stappen)
Temperatuurinstelling
thermostaat "tot op de
graad nauwkeurig"
(digitale aanduiding)
Gebruikdoe de toesteldeur enkel even
Ontdooienlaat het vriesvak ontdooien als de
bij een gemiddelde stand van de
knop van 2 tot 3.
keldervak van 8 tot 12 °C
koelvak van 4 tot 5 °C
PerfectFresh-zone om en bij de 0
°C
vriesvak -18 °C
open als dat nodig is
de levensmiddelen goed sorteren
voor u ze in het toestel plaatst
warme spijs en drank eerst buiten
het toestel laten afkoelen
zet de levensmiddelen degelijk
verpakt of goed afgedekt in het
toestel
leg diepvrieswaar om te ontdooien
in de koelruimte
leg of zet niet te veel levensmid
delen in de zones of vakken; zo
kan de lucht circuleren
ijslaag een paar centimeter dik is
geworden
vertrek
wel rechtstreeks door de zon
beschenen
wel naast een warmtebron (radia
tor, fornuis)
bij een hoge omgevingstempera
tuur
bij een hoge stand van de knop:
hoe lager de temperatuur in het
toestel, hoe hoger het stroomver
bruik!
Let op! Bij toestellen met winter
schakeling zet u de schakelaar bij
omgevingstemperaturen hoger
dan 16 °C uit!
als u de toesteldeur vaak en lang
openzet = koudeverlies
wanorde = lang zoeken zodat de
toesteldeur lang open blijft
warme spijzen in het toestel doen
de compressor langer draaien om
de temperatuur te doen zakken
als vloeistof in de koelruimte ver
dampt en condenseert, veroor
zaakt dat koudeverlies
-
door een ijslaag wordt de koude
slechter aan de levensmiddelen
afgegeven en stijgt het stroomver
bruik
-
-
-
-
-
-
-
10
Het toestel in- en uitschakelen
Voor het eerste gebruik
Maak de binnenruimte en het toebe
^
horen schoon. Gebruik daar lauw wa
ter voor en wrijf daarna alles met een
doek droog.
Laat het toestel na het transport
1
zowat
aansluit. Dat is van groot belang
voor de goede werking achteraf!
/2tot 1 uur staan voor u het
Het toestel inschakelen
^ Draai de temperatuurregelknop van
de koelzone met een geldstuk van de
stand "0" weg. Draai tot het temperatuurdisplay voor de koelzone wordt
verlicht.
Het toestel uitschakelen
Draai de temperatuurkiezer in de
^
stand "0".
Nu zijn de koeling en de binnenverlich
ting uitgeschakeld.
Bij langdurige afwezigheid
Zo u het toestel lange tijd niet gebruikt:
schakel het toestel uit,
^
trek de stekker uit het stopcontact,
^
maak het toestel schoon en
^
^ laat de toesteldeuren op een kier om
reukhinder tegen te gaan.
Werd het toestel bij langdurige afwezigheid uitgeschakeld, maar niet
schoongemaakt? In zo’n geval is er
risico van schimmelvorming zo de
deuren gesloten blijven.
-
Draai deze knop niet verder dan de
aanslag. Anders maakt u hem stuk.
Het toestel begint te koelen. Op het
temperatuurdisplay voor de koelzone
ziet u de gewenste temperatuur. De
binnenverlichting in de koelzone gaat
aan zodra u de toesteldeur opent.
Het controlelampje van het waarschu
wingssysteem wordt verlicht. Dat gaat
pas uit zodra het in de vrieszone koud
genoeg is.
Laat het toestel enige tijd koelen voor u
er voor het eerst levensmiddelen in
legt. Zo daalt de temperatuur laag ge
noeg.
-
-
11
De juiste temperatuur
Voor het bewaren van levensmiddelen
is het van groot belang de juiste tempe
ratuur in te stellen. Door micro-organis
men bederft eetwaar namelijk gauw.
Door een juiste bewaartemperatuur kan
dat proces evenwel worden vermeden
of vertraagd. De temperatuur heeft in
vloed op de snelheid waarmee de mi
cro-organismen aangroeien. Hoe lager
de temperatuur, hoe trager dat proces.
De temperatuur in het toestel loopt op
naarmate
u de toesteldeur vaker opent en
–
langer laat openstaan,
– u meer eetwaar in het toestel be-
waart,
– de vers geplaatste eetwaar warm is,
– de omgevingstemperatuur rond het
toestel hoger ligt.
Dit toestel is geschikt voor een be-
paalde klimaatklasse of categorie
van omgevingstemperatuur. Die tem-
peratuur dient binnen zekere gren-
zen te blijven.
-
-
. . . in de vrieszone
Om verse levensmiddelen in te vriezen
en eetwaar lange tijd te bewaren, is er
een temperatuur van -18 °C nodig. Bij
deze temperatuur wordt de aangroei
van micro-organismen verregaand
stopgezet. Zodra de temperatuur bo
ven de -10 °C stijgt, wordt de diepvries
waar door de micro-organismen aange
tast en kan die niet meer zo lang wor
den bewaard. Daarom mag u gedeelte
lijk of volledig ontdooide spijzen pas
weer invriezen nadat u ze gekookt of
gebraden hebt. Door de hoge tempera
tuur worden de meeste micro-organismen immers vernietigd.
De temperatuur instellen
De temperatuur van de koel- en van de
vrieszone stelt u met dezelfde temperatuurregelknop in.
Op het bedieningspaneel ziet u altijd
de gewenste temperatuur.
Wenst u dat het toestel op 5 °C koelt,
-
-
-
-
-
-
. . . in de koelzone
In de koelzone bevelen wij een
koeltemperatuur aan van 5 °C.
12
^
draai de temperatuurregelknop dan
vanuit 0 naar rechts tot de 5 in het
bedieningspaneel wordt verlicht.
Had u in de vrieszone diepvrieswaar
geplaatst en wenst u dat de nodige
lage temperatuur gewaarborgd dient te
blijven? Dan bevelen wij u aan een tem
peratuur van 3 tot 5 °C in te stellen.
Kies deze stand ook
–
als u de toesteldeur vaak opent,
–
heel wat levensmiddelen in de koel
zone plaatst of
–
de omgevingstemperatuur hoog ligt.
-
-
Controledisplay voor de
vrieszone
Zodra in de vrieszone een temperatuur
wordt bereikt van -18 °C of kouder, gaat
dit controlelampje aan.
De juiste temperatuur
Is het display donker, dan ligt de tem
peratuur in de vrieszone te laag.
Draai de temperatuurregelknop dan
^
naar rechts!
-
13
Waarschuwingssignaal
Dit toestel is uitgerust met een waar
schuwingssysteem. Daarmee kan de
temperatuur in de vrieszone niet onge
merkt stijgen. Zo vermijdt u bovendien
stroomverspilling indien de toesteldeur
bleef openstaan.
-
Temperatuuralarm
Wordt het in de vrieszone te warm, dan
weerklinkt er een waarschuwingssig
naal. Meteen gaat ook het
waarschuwingscontrolelampje knippe
ren.
Deze signalen zijn telkens zichtbaar en
hoorbaar wanneer
– u de toesteldeur langere tijd opent,
bv. om er diepvrieswaar in te leggen,
te verplaatsen of uit te nemen.
– u een grote hoeveelheid levensmid-
delen vers invriest.
– de stroom langere tijd onderbroken
was.
-
-
Deuralarm
Zodra u de toesteldeuren langer dan
60 seconden laat openstaan, weerklinkt
het waarschuwingssignaal.
Het waarschuwingssysteem
inschakelen
Het waarschuwingssysteem is altijd au
tomatisch klaar om te functioneren. U
hoeft het niet extra in te schakelen.
Het waarschuwingssignaal
voortijdig uitschakelen
Zodra de temperatuur in de vrieszone
is bereikt en de toesteldeuren gesloten
zijn (bij deuralarm), wordt het signaal
gedoofd. Dan gaat ook het
waarschuwingslampje uit. Stoort het
signaal u, dan kan u dat voortijdig uitzetten.
^ Druk op de toets voor het waarschu-
wingssignaal.
Het signaal verstomt. Het controle
lampje knippert niet meer. Het blijft
nu gewoon verlicht tot de tempera
tuur in de vrieszone laag genoeg is
gedaald. Daarna gaat het lampje uit.
Nu is het waarschuwingssysteem
weer klaar om te werken.
-
-
-
14
Superfrost en DynaCool
Superfrost-functie
Verse eetwaar invriezen
Verse eetwaar dient u zo snel mogelijk
tot in de kern te laten invriezen. Zo blij
ven de voedingswaarde, de vitaminen,
het uitzicht en de smaak bewaard.
Hoe trager de levensmiddelen ingevro
ren worden, hoe meer vloeistof er uit
elke cel in de tussenruimten terecht
komt. De cellen krimpen.
Bij het ontdooien kan er maar een deel
van die vloeistof naar de cellen terug.
In de praktijk betekent dit dat er in de
levensmiddelen veel sap verloren gaat.
Bij het ontdooien valt dat te merken aan
de grote plas rond de eetwaar.
Werd de eetwaar snel ingevroren, dan
krijgt de celvloeistof minder tijd om in
de tussenruimten weg te vloeien. De
cellen krimpen heel wat minder.
Bij het ontdooien kan die eerder geringe hoeveelheid vloeistof die in de
tussenruimten terecht is gekomen, naar
de cellen terug. Er ging dus heel weinig
sap verloren. Er wordt maar een kleine
plas gevormd!
-
-
Superfrost inschakelen
Om verse eetwaar heel efficiënt in te
vriezen dient u van tevoren de functie
Superfrost in te schakelen.
Uitzonderingen:
Indien u reeds ingevroren levensmid
–
-
delen in de diepvriezer legt.
Indien u elke dag maar hoogstens
–
1 kg invriest.
^ Schakel de functie Superfrost in 4 à
6 uur voor u levensmiddelen plaatst.Wenst u het hoogste invriesvermogen te benutten, schakel dan de Su-perfrost 24 uur van tevoren in!
^ Druk op de toets Superfrost zodat het
controlelampje Superfrost aangaat.
De temperatuur in het toestel daalt
daar het met het hoogste invriesver
mogen werkt.
-
-
15
Superfrost en DynaCool
Superfrost uitschakelen
De functie Superfrost wordt vanzelf uit
geschakeld na ca. 65 uur. Het controle
lampje gaat uit en het toestel werkt
weer met zijn normale koelcapaciteit
Om stroom te besparen, kan u de func
tie Superfrost ook zelf uitschakelen zo
dra er een constante vriestemperatuur
van minstens -18 °C is bereikt.
Druk op de toets Superfrost. Het
^
controlelampje voor Superfrost gaat
uit.
Het toestel koelt nu weer met zijn nor
male koelcapaciteit.
-
DynaCool m
Zonder de dynamische koeling (DynaCool) ontstaan er op basis van de natuurlijke luchtcirculatie diverse koudezones in de koelzone (de koude, zware
lucht daalt naar de onderste zone).
Deze koudezones dienen bij de
bewaring van levensmiddelen overeenkomstig te worden gebruikt (zie hoofd
stuk "koelzone goed gebruiken")..
Indien u echter een grote hoeveelheid
van dezelfde levensmiddelen wilt be
waren (b. v. voor een feestje), kunt u
met de dynamische koeling op alle
legplaten een relatief gelijkmatige tem
peratuurverdeling bereiken, zodat alle
levensmiddelen in de koelzone onge
veer met hetzelfde vermogen worden
gekoeld.
De hoogte van de temperatuur kan
verder via de temperatuurregeling wor
den ingesteld.
-
-
De dynamische koeling dient u boven
dien in te schakelen ingeval van
een hoge kamertemperatuur (vanaf
–
ca. 30 °C) en
een hoge luchtvochtigheid.
–
-
-
Dynamische koeling inschakelen
Druk de schakelaar voor de dynami
^
sche koeling boven de ventilator op
m.
De ventilator begint te draaien.
Dynamische koeling uitschakelen
Omdat het energieverbruik bij een ingeschakelde dynamische koeling wordt
verhoogd, dient u de dynamische
koeling in normale omstandigheden
weer uit te schakelen.
^ Druk de schakelaar voor de dynami-
sche koeling op ‘0’.
De ventilator valt even later stil.
-
-
-
-
-
16
Verschillende koudezones
Wegens de natuurlijke luchtcirculatie
komen er in de koelruimte verschillende
temperaturen aan bod. Koude, zware
lucht zakt naar onderen in het toestel.
Benut deze temperatuurverschillen bij
het schikken van levensmiddelen!
De koudste zone in de koelruimte
De koelruimte goed benutten
Bewaar in uw toestel geen explosie
ve stoffen noch producten met
brandbaar drijfgas (bv. spraybus
sen). Explosiegevaar!
Alcohol met hoog gehalte mag u en
kel goed afgesloten en rechtop in
het toestel bewaren.
-
-
-
De koudste zone in de koelruimte be
vindt zich direct boven de groentebak
ken.
Benut deze zone voor al uw delicate en
gauw aan bederf onderhevige levensmiddelen. Enkele voorbeelden:
– vis, vlees en gevogelte,
– worst en kant-en-klaargerechten,
– eier- of roomgerechten en dito ge-
bak,
– vers deeg, taart-, pizza- en quiche-
deeg,
–
kaas en andere producten van rauwe
melk,
–
in folie verpakte kant-en-klare groen
ten en alle verse levensmiddelen
waarvan de minimumbewaarduur
een bewaartemperatuur van min
stens 4 °C vergt.
De warmste zone in de koelruimte
-
-
Bewaar tafelolie liever niet in de
-
deur van de koelkast. Eventueel ge
morste olie kan op de duur scheur
tjes veroorzaken in de kunststof.
Laat de eetwaar de rugwand van het
toestel niet raken. Anders kan die eraan vriezen.
Levensmiddelen die niet
geschikt zijn om te koelen
Niet alle levensmiddelen zijn geschikt
om in de koelkast te worden bewaard.
Dat is onder meer het geval voor:
–
groenten en fruit dat gevoelig is voor
koude.
–
fruit dat nog moet narijpen.
–
aardappelen.
–
harde kaas (parmezaan)
-
-
De warmste zone vindt u helemaal bo
ven aan de deur. Gebruik deze zone
om boter te bewaren, die smeerbaar
moet blijven. U kan daar ook kaas leg
gen zodat het aroma wordt bewaard.
-
-
17
De koelruimte goed benutten
De levensmiddelen juist
bewaren
Bewaar de levensmiddelen enkel ver
pakt en goed gesloten. Daarmee ver
mijdt u dat ze geur van de eetwaar er
naast opnemen, dat ze uitdrogen en
eventueel aanwezige bacteriën over
dragen. Als u de temperatuur juist in
stelt en hygiënisch te werk gaat, wordt
de toename van bacteriën, als bv. sal
monella, vertraagd.
Groenten en fruit
Groenten en fruit kan u onverpakt in de
groentebakken bewaren. Denk erom
dat sommige groentesoorten een natuurlijk gas afscheiden, dat verouderingsprocessen versnelt. Sommige fruiten groentesoorten reageren op dit natuurlijk gas heel gevoelig. Daarom mag
u niet om het even welke fruit- en
groentesoort samen in dezelfde bak
bewaren.
Voorbeelden voor fruit dat veel na
tuurlijk gas afgeeft:
-
-
-
-
-
-
-
appels, aprikozen, peren, nectarines,
perziken, pruimen, avocado’s en vijgen.
Voorbeelden van groenten die erg ge
voelig reageert op natuurlijk gas af
komstig van andere groenten en van
fruit:
De legvlakken kan u naar gelang van
de hoogte van de eetwaar verplaatsen.
Til het vlak vooraan omhoog en, trek
^
het tot halfweg naar voren. Neem het
langs onder of langs boven uit.
Zet het vlak met zijn achterste kant
^
naar boven toe op de gewenste
plaats terug in het toestel.
De kant moet naar boven wijzen. Zo
vermijdt u dat levensmiddelen de
achterwand aanraken en eraan vast
vriezen.
Legvlak in 2 delen
(naar gelang van het model)
Om hoge recipiënten als bv. flessen te
kunnen plaatsen, is er een legvlak in 2
delen.
^ Schuif het voorste onder het achter-
ste deel. Ga voorzichtig te werk.
Deur- en flessenrekken ver
plaatsen
Schuif de deur- of flessenrekken naar
^
boven. Neem ze langs voren uit de
deur.
Plaats deze rekken terug waar u dat
^
wenst. Zorg ervoor dat u de rekken
juist en vast op de nokken duwt.
De flessensteunen verschui
ven
(naar gelang van het model)
De flessensteun kan u naar rechts of
links verschuiven. Daarmee hebben de
flessen meer steun als u de toesteldeur
opent en sluit.
-
-
19
Diepvries bewaren en levensmiddelen invriezen
Maximum-invriesvermogen
Om levensmiddelen zo gauw mogelijk
tot in de kern te laten invriezen, mag
het maximum-invriesvermogen niet
overschreden worden. Hoeveel dat be
draagt, vindt u op het typeplaatje: In
vriesvermogen ... kg / 24 uur.
-
Diepvrieswaar bewaren
Zo u kant-en-klare diepvrieswaar in het
toestel legt, controleer dan reeds bij de
aanschaf
of de verpakking niet beschadigd is,
–
– tot wanneer het product houdbaar is
– en hoe laag de koeltemperatuur in
de winkeltoog is. Ligt die hoger dan
-18 °C, dan is de diepvrieswaar niet
zo lang houdbaar.
^ Koop uw diepvrieswaar op het einde
van uw boodschappen. Bewaar hem
in krantenpapier of een koeltas.
^ Leg de gekochte diepvrieswaar met-
een in de vrieszone.
Vries gedeeltelijk of volledig ont
dooide levensmiddelen niet terug in.
Zo u ze kookt of braadt, kan u ze op
nieuw invriezen.
-
Zelf levensmiddelen invriezen
Gebruik enkel verse en onberispelijke
levensmiddelen om in te vriezen!
-
Hou hiermee rekening bij het
invriezen:
Zijn geschikt om in te vriezen:
–
vers vlees, gevogelte, wild, vis,
groente, kruiden, rauw fruit, zuivel,
gebak, spijsresten, eigeel, eiwit en
heel wat kant- en klaargerechten.
Niet geschikt om in te vriezen:
–
druiven, kropsla, radijsjes, ramme
nas, zure room, mayonaise, eieren in
hun schaal, uien, ongeschilde rauwe
appelen en peren.
– Om kleur, smaak, aroma en vitami-
nen C te bewaren, dient u fruit en
groente voor het invriezen te blancheren. Doe de groente per portie 2
à 3 minuten in kokend water. Daarna
uitnemen en vlug in koud water afkoelen. Laat de groente uitdruppen.
–
Mager vlees is beter geschikt om in
te vriezen dan vet. Het kan trouwens
veel langer worden bewaard.
–
-
Leg tussen koteletten, biefstuk,
vleeslapjes e.d. telkens plastic folie.
Zo vermijdt u dat porties aaneenvrie
zen.
-
-
20
–
Rauwe levensmiddelen en geblan
cheerde groente mag u voor het in
vriezen niet kruiden of zouten. Klaar
gemaakte spijzen kruidt of zout u
maar lichtjes. Sommige kruiden ver
anderen bij het invriezen immers van
smaakintensiteit.
-
-
-
-
Diepvries bewaren en levensmiddelen invriezen
Laat warme spijs en drank eerst bui
–
ten het toestel afkoelen. Anders
wordt reeds ingevroren eetwaar even
ontdooid. Dit leidt bovendien tot een
hoger stroomverbruik.
Verpakken
Vries de levensmiddelen per portie
^
in.
Geschikte verpakking
- kunststoffolie
- zakjes van polyethyleen
- aluminiumfolie
- diepvriesdozen
Ongeschikte verpakking
- inpakpapier
- perkamentpapier
- cellofaan
- vuilniszakken
- gebruikte boodschapzakjes
^ Druk de lucht uit de verpakking.
^ Sluit de verpakking af met
- elastiekjes,
- kunststofklemmen,
- touwtjes of
- koudebestendige plakband.
Polyethyleen zakjes kan u ook met
een lastoestel dichtmaken.
^
Plak op de verpakking een etiket met
inhoud en invriesdatum erop.
Voor u de diepvrieswaar plaatst
-
Gaat u meer dan 1 kg verse eetwaar
^
invriezen? Druk dan op de toets voor
Superfrost. Nu gaat het Superfrostcontrolelampje aan. De temperatuur
in de vrieszone daalt. Daarmee krijgt
de reeds ingevroren eetwaar nog een
koudereserve.
Diepvrieswaar schikken
Leg de levensmiddelen op hun brede
^
zijde op de bodem van de vrieszone.
Zo geraken ze zo vlug mogelijk tot in
de kern bevroren.
^ Leg de pakjes er droog in. Anders
vriezen ze aan elkaar.
Levensmiddelen die u er pas inlegt,
mogen niet in aanraking komen met
reeds ingevroren eetwaar. Anders
gaat die lichtjes ontdooien.
Diepvries ontdooien
Diepvries kan u ontdooien
–
in uw microgolfoven,
–
in uw oven met de verwarmingssoort
"Hete lucht" of "Ontdooien",
–
op kamertemperatuur,
–
in uw koelkast,
–
in uw stoomoven.
Platte stukken vlees en vis kan u in
een hete pan doen zodra ze lichtjes
ontdooid zijn.
Fruit kan u op kamertemperatuur zowel
in de verpakking als in een schotel met
deksel ontdooien.
21
Diepvries bewaren en levensmiddelen invriezen
Ingevroren groente kan u in kokend
water doen of in heet vet stoven. De
kooktijd valt dan wat korter uit dan bij
verse groente.
Vries gedeeltelijk of volledig ont
dooide levensmiddelen niet terug in.
Zo u ze kookt of braadt, kan dat wel.
-
IJsblokjes maken
(voor type toestellen met sluiting)
^ Druk de sluitbout naar onder en vul
de ijsblokjesschaal met water. Het
overtollige water loopt via de afvoeropening over.
^ Druk de sluitbout nu naar boven om
het schaaltje af te sluiten. Zet het
schaaltje op de bodem van de vries
zone.
Drank snel koelen
Wenst u flessen in de diepvriezer te
leggen, haal die dan uiterlijk na 1 uur
weer uit. Anders springen ze stuk!
-
^
Gebruik om de vastgevroren ijs
schaal los te maken een stomp voor
werp, b.v. een lepelsteel.
^
De ijsblokjes komen vlotter los uit de
schaal als u die even onder stromend
water houdt.
22
-
-
Automatisch ontdooien
Koelzone
Terwijl de compressor draait, kunnen er
zich tegen de rugwand van de koelzo
ne rijm en waterdruppels vormen. Die
hoeft u niet te verwijderen. De koelzone
ontdooit immers automatisch.
Het dooiwater loopt via een geultje en
een afvoerbuisje naar de verdamper
aan de achterzijde van het toestel.
Zorg ervoor dat het dooiwater altijd
ongehinderd kan wegvloeien. Hou
het afvoergeultje en -buisje proper.
-
Vrieszone
Uw toestel is uitgerust met een
"No-frost"-systeem. Daarmee ontdooit
het toestel automatisch.
Het vocht slaat neer tegen de verdam
per. Het wordt af en toe automatisch
ontdooid en verdampt.
Door dit automatische ontdooiproces
blijft de vriesruimte steeds vrij van ijs.
De levensmiddelen worden door dit
speciale systeem niet ontdooid, zelfs
niet lichtjes!
-
23
Schoonmaken
Gebruik nooit reinigingsmiddel met
zand, schurend middel, soda of
zuur, noch chemisch oplosmiddel.
Ongeschikt zijn ook zogenaamde
"schuurmiddelvrije" schuurmiddelen.
Die doen matte plekken opduiken.
Gebruik voor de roestvrijstalen op
pervlakken een geschikt onder
houdsmiddel voor roestvrij staal!
Let erop dat er geen water terecht
komt in de elektronische bediening,
in de verlichting noch in de ventila
tieroosters.
Langs het afvoergootje van het dooiwater mag u geen reinigingsmiddelsop laten weglopen.
Gebruik nooit hogedrukreinigers. De
vloeistof kan toestelonderdelen aanraken, die onder spanning staan. Er
kan dan kortsluiting optreden.
-
Om de legvlakken in de koelkast
^
schoon te maken, kan u de roestvrij
stalen lijsten vooraan aftrekken.
-
Buitenwanden, binnenruimte,
toebehoren
Maak het toestel minstens een keer
^
-
-
-
per maand schoon.
Was alle onderdelen met de hand af,
^
niet in de vaatwasser. Het botervloot
je kan u wel in de afwasautomaat zet
ten.
Maak het geultje voor het dooiwater
^
alsook het afvoerbuisje vaker schoon
met een staafje. Zo kan het dooiwater
steeds ongehinderd weglopen.
^ Spoel de buitenwanden, de binnen-
ruimte en het toebehoren daarna met
helder water af. Wrijf alles met een
doek droog. Laat de toesteldeur even
openstaan.
-
-
Handvat
Het typeplaatje binnen in het toestel
mag u niet verwijderen. Bij een
eventuele storing heeft de Tech
nische Dienst dat nodig!
-
Voor het schoonmaken
^
Schakel het toestel uit, draai de tem
peratuurregelknop op "0". Trek ook de
stekker uit het stopcontact.
^
Neem de eetwaar uit het toestel en
bewaar die op een koele plaats.
^
Neem alle onderdelen die u kan uit
nemen, uit om ze schoon te maken.
24
Aluminium is een levendig materiaal.
Door gezichtshoek, lichtinval en omge
ving wordt het weerkaatsend effect be
paald en meteen ook de esthetiek.
Het handvat met aluminium uitzicht
kan verkleuren of veranderen indien
-
vuil er lang op inwerkt. Verwijder vuil
dus meteen.
Het handvat is gevoelig aan krassen en
kerven.
-
-
-
Schoonmaken
Behalve de hierboven vermelde reini
gingsmiddelen dient u ook nog te ver
mijden
reinigingsmiddel voor roestvrij staal,
–
kalkoplossend reinigingsmiddel,
–
reinigingsmiddel dat chloride bevat,
–
schurend reinigingsmiddel als bv.
–
schuurpoeder of -crème,
schuursponsjes of gebruikte spon
–
sen waarin restjes schuurmiddel zit
ten,
reinigingsmiddel voor vaatwassers.
–
Ventilatieroosters
^ Maak de ventilatieroosters geregeld
met een kwast of stofzuiger schoon.
Hoe meer stof erop ligt, hoe meer
stroom het toestel verbruikt.
Deurdichting
Achterzijde - metalen rooster
-
-
-
-
Stof het metalen rooster op de rugzij
^
de van het toestel (warmtewisselaar)
minstens eens per jaar af. Hoe meer
stof, hoe hoger het stroomverbruik!
Zorg er bij het schoonmaken van het
metalen rooster voor dat u geen
snoeren of andere onderdelen af
trekt, knikt of beschadigt.
Na het schoonmaken
Plaats alle onderdelen weer in het
^
toestel.
^ Leg de levensmiddelen in de koelzo-
ne, sluit de toesteldeur en schakel
het toestel in.
^ Schuif de vriesladen met de diep-
vrieswaar in het toestel. Wacht tot de
temperatuur in de vrieszone laag genoeg gezakt is.
-
-
Behandel de deurdichting nooit met
olie of vet. Die wordt anders na ver
loop van tijd poreus.
^
Maak de deurdichting geregeld met
helder water schoon. Wrijf ze nadien
met een doek goed droog.
-
25
Wat gedaan als ...?
Herstellingen aan elektrische toe
stellen mogen enkel en alleen door
een vakman worden uitgevoerd.
Door ondeskundige reparaties kun
nen er ernstige risico’s opduiken
voor wie het toestel gebruikt.
Volgende storingen kan u echter zelf
verhelpen:
Wat gedaan als . . .
Zie na of de temperatuurkiezer op
^
een andere stand staat als "0".
^ Zit de stekker van het toestel wel ste-
vig in het stopcontact?
^ Zijn de smeltstoppen van uw huisin-
stallatie niet uitgevallen? Zo dat het
geval is, doe dan een beroep op de
Technische Dienst van Miele.
. . . de temperatuur in de koelruimte
te koud is?
^
draai de temperatuurregelknop naar
rechts tot het temperatuurdisplay een
hogere temperatuur aanwijst.
^
Is de deur van de vriesruimte wel
goed dicht?
^
Werd er soms een grote hoeveelheid
eetwaar tegelijk ingevroren?
Daar de compressor dan heel lang
draait, zakt de temperatuur in de
koelruimte automatisch.
^
Superfrost is nog niet uitgeschakeld.
Deze functie schakelt zichzelf na
65 uur uit!
-
-
. . . de compressor vaker en langer in
geschakeld wordt?
Zijn de ventilatieroosters niet geblok
^
keerd of zitten ze niet onder het stof?
Zit het metalen rooster (warmtewisse
^
laar) op de rugzijde van het toestel
niet onder het stof?
De toesteldeuren werden vaak geo
^
pend. Ofwel werd heel wat verse eet
waar ingevroren.
Kunnen de toesteldeuren well goed
^
dicht?
. . . de diepvrieswaar ontdooit omdat
het in de vrieszone te warm is?
^ Is de kamertemperatuur waarvoor uw
toestel voorzien is, niet onder die opgegeven temperatuur gezakt?
Verhoog de kamertemperatuur.
De compressor springt niet zo vaak in
gang indien de kamertemperatuur te
laag is. Dan kan het in de vrieszone ook
te warm worden.
. . . de diepvrieswaar vastgevroren
is?
Maak de diepvrieswaar los met een
stomp voorwerp, bv. een lepelsteel.
. . . het waarschuwingssignaal weer
klinkt en het temperatuurdisplay
knippert?
Een van des toesteldeuren staat open
of de vrieszone is te warm omdat
^
de toesteldeur vaak geopend of heel
wat verse eetwaar ingevroren werd.
-
-
-
-
-
-
26
Wat gedaan als ...?
de ventilatieopeningen werden afge
^
dekt.
de stroom langere tijd onderbroken
^
was.
Zodra aan deze storingen een einde is
gesteld, verstomt het waarschuwings
signaal en gaat het controlelampje uit.
Indien het controlelichtje hierna niet uit
gaat richt u zich tot de
naverkoopdienst.
. . . het controlelampje Superfrost niet
aangaat hoewel de compressor
draait?
Het controlelampje is defect. Doe een
beroep op de Technische Dienst.
. . . de binnenverlichting in de koelzone niet meer werkt?
^ Misschien klemt de lichtschakelaar.
^ Staat de temperatuurregelknop op
een andere stand dan "0"?
Zo ja, dan is het lampje defect.
-
Draai het lampje uit en vervang het.
^
-
Gegevens:
220 - 240 V, max. 25 W, fitting E 14
-
Draai de nieuwe lamp in. Zorg ervoor
^
dat de dichting (3) goed zit.
^ Haak het lampdeksel achteraan en
opzij weer in.
. . . de bodem van de koelzone nat is?
Het afvoergaatje voor het dooiwater is
verstopt.
^ Maak het afvoergeultje en -buisje
voor het dooiwater schoon.
^
Trek de stekker uit het stopcontact of
schakel de overeenkomstige smelt
stoppen uit.
^
Druk het lampdeksel samen (1) zodat
het los raakt (2). Haak het achteraan
uit.
-
Kan u de storing aan de hand van
deze aanwijzingen niet ongedaan
maken, doe dan een beroep op de
Technische Dienst van Miele.
Maak de toesteldeuren bij voorkeur
niet open tot de storing werd verhol
pen. Zo beperkt u koudeverlies.
-
27
Waar bepaalde geluiden vandaan komen
Heel normale geluidenWaar komen ze vandaan?
Brrrrr...Gebrom komt van de motor (compressor). Dat kan even wat har
der worden terwijl de motor ingeschakeld wordt.
Blubb, blubb....Geborrel, geklots of gezoem komt van het koelmiddel dat door
de buisjes vloeit.
Klik....U hoort een klik telkens als de thermostaat de motor in- of uit
schakelt.
Sssrrrrr....Bij toestellen met verschillende zones of bij No-Frostmodellen
kan u een zacht geruis horen van de luchtstroming in de binnen
ruimte van het toestel.
Bedenk echter dat motor- en stromingsgeluiden in de koelingskringloop niet te
vermijden zijn!
-
-
-
Geluid waaraan u vlot kan
verhelpen
Geklepper, gerammel, gerinkelHet toestel staat niet waterpas: Stel het toestel waterpas.
Waar komt het vandaan en wat kan u ertegen
doen?
Schroef de voetjes in of uit het toestel of leg iets onder het toestel.
Het toestel raakt andere toestellen of meubels aan: Schuif het
toestel van de meubels of andere toestellen weg.
Laden, korven of legplaten trillen of knellen: Controleer de uit
neembare onderdelen en zet ze eventueel opnieuw op hun
plaats.
Flessen of recipiënten raken elkaar: Schuif de flessen of reci
piënten wat uit elkaar.
De snoerhouder hangt nog tegen de achterzijde van het toe
stel: Neem de snoerhouder weg.
-
-
-
28
Neem in geval van storingen die u zelf
niet kan verhelpen, contact op met
uw Miele-handelaar
^
of
de Technische Dienst van Miele.
^
Het adres en de telefoonnummers van
onze Technische Dienst vindt u op de
rugzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Wanneer u daar een beroep op doet,
geef dan a.u.b. altijd het type- en het
machinenummer van uw toestel op.
Deze gegevens vindt u op het type
plaatje binnen in het toestel.
-
Technische dienst
29
Elektrische aansluiting
Dit toestel wordt aansluitklaar geleverd,
is dus voorzien van snoer en stekker.
Het apparaat is geschikt om te worden
aangesloten op eenfasige stroom
220 - 240 V, 50 Hz. Dit toestel mag en
kel op een degelijk geaard stopcontact
worden aangesloten.
Om de veiligheid te verhogen, verdient
het aanbeveling een verliesstroomscha
kelaar met een uitschakelstroom van
30 mA voor het toestel te schakelen.
U dient smeltveiligheden van 10 A te
voorzien.
Plaats het stopcontact naast of vlakbij
het toestel. Dat dient vlot toegankelijk te
zijn.
Gebruik geen verlengsnoeren om het
toestel op het stroomnet aan te sluiten.
Die waarborgen niet de nodige veiligheid. Er is risico van oververhitting.
-
-
Dient het aansluitsnoer te worden
vervangen, dan mag dat enkel worden
uitgevoerd door een erkend elektricien.
30
Zet boven op het toestel geen appa
raten die warmte afgeven, bv.
broodroosters of microgolfovens. Er
wordt dan meer stroom verbruikt!
Plaats van opstelling
Kies geen plaats vlak naast een fornuis,
een radiator of bij een venster vlak in
de zon. Hoe hoger de kamertempera
tuur oploopt, hoe langer de compressor
draait en hoe meer stroom er wordt ver
bruikt.
Geschikt is een droog, degelijk geventi
leerd vertrek.
Klimaatklasse
-
Opstellen
Ventilatie
Tegen de rugzijde van het toestel wordt
de lucht verwarmd. Daarom mag u de
ventilatieroosters niet afdekken. Dan
blijft een onberispelijke ventilatie ge
waarborgd.
Stof de ventilatieroosters ook geregeld
af.
Het toestel opstellen
Verwijder eerst de snoerhouder van
^
de achterzijde van het toestel.
-
Zie na of alle onderdelen aan de ach
^
terzijde van het toestel vrij kunnen
bewegen. Buig ze eventueel voorzichtig van mekaar weg.
-
-
Dit toestel is geschikt voor een bepaalde klimaatklasse of categorie van
omgevingstemperatuur. Die temperatuur dient binnen zekere grenzen te blijven. De klimaatklasse vindt u terug op
het typeplaatje binnen in het toestel.
KlimaatklasseKamertemperatuur
SN
N
ST
T
+10 °C tot +32 °C
+16 °C tot +32 °C
+18 °C tot +38 °C
+18 °C tot +43 °C
Lagere kamertemperaturen doen de
compressor langer stilstaan. Dat kan de
temperatuur in het toestel doen stijgen.
Zo kan diepvrieswaar zelfs eventueel
lichtjes gaan ontdooien.
^ Schuif het toestel voorzichtig op de
daartoe voorziene plaats. U kan het
met de rugwand rechtstreeks tegen
een muur plaatsen.
Het toestel waterpas zetten
^
Zet het toestel aan de verstelbare
voetjes stevig waterpas. Gebruik
daartoe de bijgeleverde dopsleutel.
31
De deurscharnieren verwisselen
Uw toestel wordt geleverd met de
scharnieren rechts. Wenst u ze links,
dan gaat u als volgt te werk:
De deurhandvatten afnemen:
Eerst moet u de zijdelingse delen van
het handvat losmaken:
^ Indien u aan het handvat a trekt,
schuift het zijdelingse deel b ervan
naar achter. Er ontstaat een spleet d
tussen het handvatgedeelte b en het
bevestigingsplaatje c van het handvat.
^
Zet nu een geschikt stomp voorwerp,
bv. een steel van een pollepel, in de
spleet d vast. Duw het handvat weer
zachtjes in de richting van de deur.
Zorg ervoor dat het voorwerp niet
wegglijdt en intussen het toestel be
schadigt.
Het zijdelingse deel b van het handvat
komt los.
^
Trek het handvatgedeelte b uit de
geleiding.
-
Draai nu de 4 schroeven (Torx 15) in
^
het bevestigingsplaatje los en neem
het handvat af.
Maak de afdekplaatjes aan de an
^
dere kant los en plaats die op de vrij
gekomen gaatjes.
De toesteldeuren van kant verwis
selen:
^ Neem het afdekplaatje a af.
^
Laat de toesteldeur dicht en schroef
het onderste scharnierplaatje b af.
Neem daarna de toesteldeur langs
onder af.
^
Monteer het afdekplaatje d aan de
andere kant.
^
Haal de scharnierdelen c uit het
scharnierplaatje b. Monteer die de
len weer in het 2de gaatje van het
scharnierplaatje.
^
Laat de bovenste deur dicht en
schroef het bovenste scharnierplaatje
e af. Neem het plaatje langs onder
weg.
-
-
-
32
De deurscharnieren verwisselen
^ Doe de bovenste deur open en neem
die langs onder af.
^ Neem de afdekplaatjes g en h af.
Monteer de tappen i aan de andere
kant.
^ Monteer de 2 afdekplaatjes g en h
telkens aan de andere kant.
^ Vervang in het midden van het toestel
het afdekplaatje j door het scharnierplaatje k. Daartoe:
het afdekplaatje j en het scharnier
plaatje k afschroeven, telkens 180°
draaien en aan de andere kant weer
vastschroeven.
^
Trek de scharnierhuls l langs onder
uit het scharnierplaatje k. Zet de
huls langs boven weer in het schar
nierplaatje.
-
-
Schuif de middelste scharnierbout e
^
langs onder door het scharnierplaatje
k in de bovenste toesteldeur.
Kijk na of de bovenste toesteldeur
^
juist hangt. Hang ze eventueel keuri
ger waterpas via de langwerpige
gaatjes in het scharnierplaatje k.
^ Hang de onderste toesteldeur in het
scharnierplaatje e. Doe de onderste
toesteldeur dicht.
^
Steek daarna het onderste scharnier
plaatje b in het scharniergat voor de
onderste toesteldeur. Schroef het op
de ommanteling vast.
^
Steek het afdekplaatje a op zijn
plaats; u hoort een klik.
-
-
^
Neem de doppen uit de deurschar
nierhulsen bovenaan in de toestel
deuren en plaats die aan de andere
kant.
^
Hang de bovenste toesteldeur in de
tap i en sluit de toesteldeur.
-
-
33
De deurscharnieren verwisselen
De handvatten van de deuren weer
monteren:
Neem beslist de volgende instruc
ties voor het terugplaatsen van de
deurgreep in acht.
Wanneer de deurgreep verkeerd
wordt gemonteerd, wordt de deur
dichting beschadigd.
^ Maak de deurgreep met de beide
voorste schroeven b eerst losjes aan
de andere kant vast.
Schuif het zijgedeelte van de deur
^
greep d vanaf de kant van het appa
raat in de geleiding van de bevesti
-
-
gingsplaat totdat het hoorbaar vast
klikt.
Let er beslist op dat het zijgedeelte
van de deurgreep d niet tegen de
deurdichting aankomt, wanneer de
deur opengaat.
Gebeurt dat wel, dan raakt de deur
dichting op den duur beschadigd.
Als dat het geval is, doe dan het vol
gende.
^ Stel de bevestigingsplaat c nog-
maals via de hefstangetjes a, totdat
de bevestigingsplaat en het
zijgedeelte van de deurgreep d de
juiste hoek hebben en het zijgedeelte
van de deurgreep niet tegen de deurdichting aankomt wanneer de deur
opengaat.
-
-
-
-
-
-
De bevestigingsplaat c moet zo tegen
het deurpaneel aanzitten, dat de plaat,
wanneer de deur gesloten is, evenwij
dig is aan de buitenwand van het appa
raat.
Is dat niet het geval, doe dan het vol
gende.
^
Draai de beide voorgemonteerde
hefstangetjes a er dan met de bijge
voegde inbussleutel in totdat de be
vestigingsplaat c de juiste hoek
heeft.
^
Draai alle vier de schroeven b stevig
aan.
34
-
-
-
-
-
Het toestel inbouwen
U kan het toestel in elke keuken inbouwen. Om het toestel aan de hoogte van
de rij kasten aan te passen, kan u erboven een opzetkast a aanbrengen.
Blokkeer nooit de ventilatieope
ningen. Maak ze geregeld stofvrij.
Stelt u het toestel langs de scharnierzijde naast een wand d op, dan is er
daartussen een afstand van ca. 50 mm
vereist om de toesteldeuren volledig te
kunnen openen.
-
-
Ventilatie
Daartoe voorziet u aan de achterzijde
van het toestel een minstens 50 mm
diep luchtkanaal.
Laat tussen kasten en plafond een
spleet van minstens 50 mm. Zo kan de
warme lucht ongehinderd wegtrekken.
Anders moet de compressor meer
draaien en verhoogt het stroomver
bruik. Hoe groter de ventilatiespleet,
hoe spaarzamer het toestel werkt.
-
35
Wijzigingen voorbehouden / 2005
KTN 4252 SD
M.-Nr. 06 516 720 / 02
nl-BE
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.