Lees altijd eerst de gebruiksaanwijzing en de montagehandleiding voor
u het toestel plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor
uzelf en zo voorkomt u schade aan het toestel.
nl-BEM.-Nr. 11 142 540HG07-W
Inhoud
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen......................................................... 7
Beschrijving van het toestel ............................................................................... 17
Het toestel in één oogopslag ................................................................................ 17
Deze vaatwasser voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsbepalingen. Onjuist gebruik kan echter persoonlijk letsel of materiële
schade tot gevolg hebben.
Lees de montagehandleiding en de gebruiksaanwijzing aandachtig
door voordat u deze vaatwasser plaatst en in gebruik neemt. Beide
bevatten belangrijke richtlijnen met betrekking tot de montage, de
veiligheid, het gebruik en het onderhoud. Dat is veiliger voor uzelf
en u voorkomt schade aan de vaatwasser.
In overeenstemming met de norm IEC60335-1 adviseert Miele u
uitdrukkelijk om het hoofdstuk over de installatie van de vaatwasser en de veiligheidsinstructies en waarschuwingen te lezen en op
te volgen.
Wanneer de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden
opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
Bewaar de montagehandleiding en de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.
7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Verantwoord gebruik
Deze vaatwasser is bestemd voor particulier huishoudelijk gebruik
(of daarmee vergelijkbaar).
Deze vaatwasser is niet geschikt voor gebruik buitenshuis.
Deze vaatwasser is bestemd voor gebruik tot op een hoogte van
4.000m boven zeeniveau.
Gebruik de vaatwasser uitsluitend in huishoudelijke situaties voor
het afwassen van huishoudservies. Gebruik voor andere doeleinden
is niet toegestaan.
Personen die op grond van hun fysieke of psychische gesteldheid,
hun onervarenheid of gebrek aan kennis van de vaatwasser niet in
staat zijn om de vaatwasser veilig te bedienen, mogen hem alleen
onder toezicht gebruiken. Deze personen mogen de vaatwasser alleen zonder toezicht gebruiken als ze weten hoe ze hem veilig kunnen bedienen. Ze moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen inzien en begrijpen.
8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Kinderen in het huishouden
Houd kinderen onder acht jaar op een afstand van de vaatwasser,
tenzij u voortdurend toezicht houdt.
Kinderen vanaf acht jaar oud mogen de vaatwasser alleen zonder
toezicht gebruiken als ze weten hoe ze hem veilig kunnen bedienen.
Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening
kunnen inzien en begrijpen.
Kinderen mogen de vaatwasser niet zonder toezicht reinigen of
onderhouden.
Houd kinderen in de gaten wanneer zij zich in de buurt van de
vaatwasser bevinden. Laat kinderen nooit met de vaatwasser spelen.
Het gevaar bestaat onder andere dat kinderen zich in de vaatwasser
opsluiten.
Als de automatische deuropening is geactiveerd (afhankelijk van
het model), mogen kleine kinderen zich niet in de buurt van de deur
van de vaatwasser bevinden. In het onwaarschijnlijke geval van een
storing, bestaat er kans op letsel.
Verstikkingsgevaar. Kinderen kunnen zich tijdens het spelen in
verpakkingsmateriaal wikkelen (bijvoorbeeld in folie) of het materiaal
over hun hoofd trekken en stikken. Houd verpakkingsmaterialen bij
kinderen vandaan.
Voorkom dat kinderen met het reinigingsmiddel in aanraking kun-
nen komen. Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden aan de huid
en ernstig oogletsel veroorzaken. Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden in mond en keel veroorzaken of tot verstikking leiden. Houd
kinderen daarom uit de buurt van de vaatwasser als hij geopend is.
De vaatwasser kan nog resten van het reinigingsmiddel bevatten. Ga
onmiddellijk met het kind naar een dokter als het kind reinigingsmiddel binnen heeft gekregen.
9
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of repara-
tiewerkzaamheden kan de gebruiker aanzienlijke risico's lopen. Installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mogen alleen
door gekwalificeerde vakmensen worden uitgevoerd.
Schade aan de vaatwasser kan uw veiligheid in gevaar brengen.
Controleer de vaatwasser op zichtbare schade. Gebruik nooit een
beschadigde vaatwasser.
De elektrische veiligheid van de vaatwasser is uitsluitend gegaran-
deerd wanneer hij wordt aangesloten op een aardingssysteem dat
volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde moet worden voldaan. Laat de elektrische installatie bij twijfel door een elektricien inspecteren.
Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die het gevolg is van een ontbrekende of beschadigde aardingsdraad (bijv.
elektrische schok).
De vaatwasser kan alleen betrouwbaar en veilig functioneren als
hij op het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.
De vaatwasser mag alleen via een 3-polige stekker met aardcapa-
citeit op het elektriciteitsnet worden aangesloten. Een vaste aansluiting is niet toegestaan. U moet na plaatsing van de vaatwasser zonder problemen bij het stopcontact kunnen komen, zodat u op ieder
moment de stekker uit het stopcontact kunt trekken.
Wanneer zich in de buurt van de vaatwasser een elektrisch toestel
bevindt, let er dan op dat de stekker van dat toestel niet schuilgaat
achter de vaatwasser. Omdat de inbouwkast niet altijd diep genoeg
is, kan er druk op de stekker ontstaan, wat het risico op oververhitting en daarmee op brand verhoogt.
10
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
De vaatwasser mag niet onder een kookplaat worden ingebouwd.
Een kookplaat straalt voor een deel hoge temperaturen af die de
vaatwasser kunnen beschadigen. Om dezelfde reden mag de vaatwasser niet direct naast hitteproducerende toestellen worden geplaatst die niet standaard tot de keukenuitrusting behoren, zoals kachels.
De aansluitgegevens (spanning en frequentie) op het typeplaatje
van de vaatwasser moeten zeker met de waarden van het elektriciteitsnet overeenstemmen om beschadiging van de vaatwasser te
voorkomen. Vergelijk deze aansluitgegevens voordat u het toestel
aansluit. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
Het toestel mag pas dan op het elektriciteitsnet worden aangeslo-
ten, nadat het is geplaatst en gemonteerd (inclusief deurveerinstelling).
De vaatwasser mag uitsluitend worden gebruikt als het deurme-
chanisme goed functioneert omdat er anders gevaar kan ontstaan
als de automatische deuropening (afhankelijk van het model) wordt
geactiveerd.
Een goed functionerend deurmechanisme voldoet aan de volgende
voorwaarden:
– De deurveren moeten aan beide kanten gelijkmatig zijn ingesteld.
De deurveren zijn goed ingesteld als de half geopende deur (openingshoek van circa 45°) in deze positie blijft staan als de deur
wordt losgelaten. De deur mag daarna niet ongeremd omlaag vallen.
– De deurvergrendelingsrail schuift na de droogfase, bij het openen
van de deur,automatisch weer in.
Stopcontactblokken of verlengkabels bieden niet voldoende vei-
ligheidsgaranties (gevaar voor brand). Sluit de vaatwasser niet op het
elektriciteitsnet aan via stopcontactblokken of verlengkabels.
Deze vaatwasser mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op een
schip) worden gebruikt.
11
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Plaats uw vaatwasser niet in vorstgevoelige ruimtes. Bevroren
slangen kunnen scheuren of barsten. De betrouwbaarheid van de
elektronische besturing kan door temperaturen onder het vriespunt
afnemen.
Sluit om schade aan het toestel te voorkomen de vaatwasser al-
leen op een volledig ontlucht buisleidingnet aan.
De kunststof behuizing van de wateraansluiting bevat een elek-
trisch ventiel. Dompel de behuizing niet in vloeistof.
In de watertoevoerslang bevinden zich delen onder spanning. De
slang mag daarom niet worden ingekort.
Het ingebouwde Waterproof-systeem biedt optimale bescherming
tegen waterschade als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
– installatie conform de voorschriften;
– reparatie van de vaatwasser en vervanging van onderdelen wan-
neer er duidelijk sprake is van schade,
– dichtdraaien van de kraan bij langere afwezigheid (bijv. vakantie).
Het Waterproof-systeem functioneert ook als de vaatwasser uitgeschakeld is. De vaatwasser mag echter niet van de netspanning losgekoppeld zijn.
De waterdruk moet tussen 50 en 1.000kPa zijn.
Een beschadigde vaatwasser kan uw veiligheid in gevaar brengen.
Schakel een beschadigde vaatwasser onmiddellijk uit en neem contact op met Miele, een Miele-vakhandelaar of een andere gekwalificeerde vakman.
Het recht op garantie vervalt wanneer de vaatwasser door een
technicus wordt hersteld die niet door Miele is erkend.
Enkel bij gebruik van originele Miele-onderdelen garandeert Miele
dat aan de veiligheidseisen wordt voldaan. Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen worden vervangen.
12
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Bij installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moet de
vaatwasser volledig van het elektriciteitsnet losgekoppeld zijn. Schakel hiervoor het toestel uit en neem de stekker uit het stopcontact.
Een beschadigde aansluitkabel mag alleen door een speciale aan-
sluitkabel van hetzelfde type worden vervangen (verkrijgbaar bij de
Miele Service). Om veiligheidsredenen mag de kabel alleen door een
gekwalificeerde vakman of door de Miele Service worden vervangen.
Deze vaatwasser heeft vanwege speciale eisen (ten aanzien van
onder meer de temperatuur, de vochtigheid, de chemische bestendigheid, de slijtvastheid en vibraties) een speciale lamp (afhankelijk
van het model). Deze speciale lamp mag alleen voor het voorziene
doeleinde worden gebruikt. De speciale lamp is niet geschikt voor
normale verlichtingsdoeleinden. De lamp mag uitsluitend worden
vervangen door een door Miele erkende technicus of door de Miele
Service.
Correcte plaatsing
Neem bij plaatsing en aansluiting van de vaatwasser de instructies
in de montagehandeiding in acht.
Neem voorzichtigheid in acht bij de plaatsing van de
vaatwasser. Aan enkele metalen onderdelen kunt u zich
snijden of anderszins verwonden. Draag veiligheidshandschoenen.
De vaatwasser moet waterpas worden geplaatst om een correcte
werking te kunnen garanderen.
Om de stabiliteit te waarborgen, mogen onder- en inbouwvaat-
wassers alleen onder een doorlopend werkblad worden geplaatst
dat aan de kastjes ernaast is vastgeschroefd.
13
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Inbouw van de vaatwasser in een hoge kast is alleen toegestaan
met aanvullende veiligheidsmaatregelen. Gebruik voor veilige inbouw
in een hoge kast een “Montageset voor inbouw in een hoge kast” en
neem de bijgeleverde montagehandleiding in acht. De kast kan anders kantelen.
Wanneer u een vrijstaande vaatwasser wilt onderbouwen, verwij-
der dan de vrijstaande sokkel en vervang deze door een sokkelpaneel voor onderbouw. Gebruik hiervoor het paneel dat is bijgeleverd
in de daarvoor bestemde onderbouwset. Zonder dit paneel loopt u
de kans om zich aan uitstekende metalen delen te bezeren.
De deurveren moeten aan beide kanten gelijkmatig worden inge-
steld. De deurveren zijn goed ingesteld als de half geopende deur
(openingshoek van circa 45°) in deze positie blijft staan als de deur
wordt losgelaten. De deur mag daarna niet ongeremd omlaag vallen.
Het toestel mag alleen worden gebruikt met volgens de voorschriften
ingestelde deurveren.
Veilig gebruik
Gebruik geen oplosmiddelen in de spoelruimte. Er bestaat explo-
siegevaar.
Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden aan huid, ogen, neus,
mond en keel veroorzaken. Vermijd contact met het reinigingsmiddel. Vermijd het inademen van poedervormige reinigingsmiddelen.
Slik reinigingsmiddelen nooit in. Raadpleeg onmiddellijk een dokter
als u per ongeluk reinigingsmiddel hebt ingeademd of ingeslikt.
Laat de deur van de vaatwasser niet onnodig open staan. U kunt
zich aan de open deur van de vaatwasser verwonden of erover struikelen.
Ga nooit op de geopende deur zitten of staan. De vaatwasser kan
kantelen. Hierbij kunt u zich verwonden of kan schade aan de vaatwasser ontstaan.
14
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Het vaatwerk kan aan het eind van het programma zeer heet zijn.
Laat het serviesgoed daarom, nadat het toestel is uitgeschakeld, in
de vaatwasser afkoelen totdat u het goed kunt vastpakken.
Gebruik uitsluitend reinigingsmiddel en naspoelmiddel voor huis-
houdvaatwassers. Gebruik geen afwasmiddel.
Gebruik geen reinigingsmiddelen die voor bedrijfsvaatwassers of
industriereinigers bestemd zijn. Hierdoor kan materiële schade optreden en bestaat een kans op een hevige chemische reactie (bijvoorbeeld een gasexplosie).
Doseer geen poedervormig of vloeibaar reinigingsmiddel in het re-
servoir voor naspoelmiddel. Reinigingsmiddel veroorzaakt schade
aan het reservoir voor naspoelmiddel.
Doseer geen poedervormig of vloeibaar reinigingsmiddel in het re-
servoir voor AutoDos (afhankelijk van het model). Los reinigingsmiddel veroorzaakt schade aan het AutoDos-systeem.
Doseer geen poedervormig of vloeibaar reinigingsmiddel in het re-
servoir voor zoutreservoir. Reinigingsmiddel veroorzaakt schade aan
de ontharder.
Gebruik uitsluitend speciaal, grofkorrelig regenereerzout of andere
zuivere ingedampte zouten. Andere zoutsoorten bevatten soms niet
in water oplosbare deeltjes die een nadelig effect kunnen hebben op
de werking van de ontharder.
Plaats bij vaatwassers met een bestekkorf (afhankelijk van het
model) het bestek met de snijkanten van de messen en de tanden
van de vorken naar beneden. Zo loopt u geen kans zich te bezeren.
Aan naar boven stekende snijkanten van messen en tanden van vorken kunt u zich verwonden. Wilt u het bestek snel schoon en droog
hebben, plaats het dan zo in de bestekkorf dat de grepen beneden
en de snijkanten van de messen en de tanden van de vorken boven
zitten.
15
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Reinig geen kunststof serviesgoed in de vaatwasser dat niet hitte-
bestendig is zoals wegwerpbakjes of wegwerpbestek. Dit soort vaatwerk kan door de hoge temperaturen vervormen.
Als u de optie “Timer” gebruikt (afhankelijk van het model), moet
het vak voor reinigingsmiddel droog zijn. Veeg het vak indien nodig
extra droog. Als het vak vochtig is, klontert het reinigingsmiddel en
wordt het mogelijk niet volledig uit het vak gespoeld.
Raadpleeg voor informatie over de beladingscapaciteit van de
vaatwasser het hoofdstuk “Technische gegevens”.
Accessoires
Gebruik enkel originele Miele onderdelen. Worden andere acces-
soires aan- of ingebouwd, dan kan Miele niet voor de gevolgen instaan en kan geen beroep meer worden gedaan op bepalingen met
betrekking tot garantie en productaansprakelijkheid.
Transport
Transporteer de vaatwasser enkel rechtop, zodat er geen restwa-
ter in de elektrische besturing stroomt. Hierdoor kunnen storingen
worden veroorzaakt.
Leeg de vaatwasser voorafgaand aan het transport en maak losse
Display
Raadpleeg voor meer informatie het
hoofdstuk “Beschrijving van het toestel”, paragraaf “Werking van de display”.
c
SensortoetsIntenseZone
Hiermee vergroot u de reinigingscapaciteit in het onderrek.
d
SensortoetsStart
Met deze toets kunt u het gekozen
programma starten.
e
SensortoetsAutoDos
Hiermee kunt u AutoDos activeren/
deactiveren.
f
SensortoetsTimer
Hiermee kunt u het programma op
een later tijdstip laten starten.
g
SensortoetsExpress
Hiermee verkort u de programmaduur.
h
SensortoetsOK
Met deze toets kunt u aangegeven
menuopties en waarden kiezen.
Met deze toets kunt u meldingen bevestigen.
i
Sensortoetsen
Hiermee kunt u een programma kiezen.
Hiermee kunt u aangegeven waarden wijzigen.
Hiermee bladert u naar andere pagina's in het menu.
j
Sensortoetsterug
Met deze toets kunt u teruggaan
naar het vorige menuniveau en eerder ingestelde waarden ongedaan
maken.
k
SensortoetsStart op afstand
Hiermee kunt u de optie “Start op
afstand” activeren/deactiveren.
l
Optische interface
Voor de Miele-technici.
m
SensortoetsAan/Uit
Met deze toets kunt u de vaatwasser
in- en uitschakelen.
18
Beschrijving van het toestel
Werking van de display
Op de display kunt u het volgende kiezen of instellen:
– het programma
– de timer
– deInstellingen
Op de display kan het volgende worden
weergegeven:
– de programmafase
– de vermoedelijke resttijd van het pro-
gramma
– het energie- en waterverbruik
(EcoFeedback)
– eventuele foutmeldingen en aanwij-
zingen
Een paar minuten nadat u voor het
laatst op een sensortoets hebt gedrukt, wordt de vaatwasser uitgeschakeld om energie te besparen.
Raak de sensortoetsaan om de
vaatwasser weer in te schakelen.
Met de sensortoetsOK kunt u meldingen of instellingen bevestigen en
naar het volgende menu of naar een ander menuniveau gaan.
Onderoverige programma's/instel-lingen wordt rechts op de display een
scrollbalk weergegeven. Hier worden
meer keuzemogelijkheden weergegeven. Deze keuzemogelijkheden kunnen
worden weergegeven met de sensortoetsen.
In het menu “Instellingen” kunt u de besturing van de vaatwasser aanpassen
aan wisselende behoeften (zie het
hoofdstuk “Instellingen”).
De ingestelde keuze is met een vinkjeaangegeven.
Als u een submenu wilt verlaten, raakt u
de sensortoetsterug aan.
Wanneer u een paar seconden geen
sensortoets hebt aangeraakt, springt de
display terug naar het vorige menuniveau. Begin dan van voren af aan.
In deze gebruiksaanwijzing worden
vaatwassers beschreven die in hoogte
kunnen verschillen.
Deze modellen worden in de gebruiksaanwijzing als volgt aangeduid:
Normaal = vaatwassers met een
hoogte van 80,5cm (inbouwtoestel)
of een hoogte van 84,5cm (vrijstaand
toestel)
XXL = vaatwassers met een hoogte
van 84,5cm (inbouwtoestel).
19
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd milieuvriendelijk en recycleerbaar verpakkingsmateriaal gekozen.
Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
Uw toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook
stoffen, mengsels en onderdelen die
nodig zijn geweest om de toestellen
goed en veilig te laten functioneren.
Wanneer u uw oude toestel bij het gewone afval doet of er op een andere
manier niet goed mee omgaat, kunnen
deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Doe uw oude
toestel daarom nooit bij het gewone
huisafval.
20
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische apparatuur, bij uw vakhandelaar
of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te
danken toestel.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdanken
van uw oud toestel, neem dan contact
op met
– de handelaar bij wie u het kocht
of
– de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
– uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intussen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
21
Eerste ingebruikneming
Iedere vaatwasser wordt in de fabriek
op zijn werking getest. Als gevolg van
deze test blijft er water in het toestel
achter. Dat betekent niet dat de vaatwasser eerder is gebruikt.
Deur openen
Bij sommige programma’s gaat de deur
na afloop van een programma automatisch op een kier open. Dat bevordert
het droogproces.
U kunt deze functie ook uitschakelen
(zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “AutoOpen”).
Pak de deur bij de deurgreep en trek
de deur daarmee open.
Wanneer de functie “AutoOpen” is ingeschakeld, wordt de deurvergrendelingsrail aan het eind van het programma automatisch ingetrokken.
Pak de deurvergrendelingsrail niet
beet bij het inschuiven. Hierdoor kan
een technische storing optreden.
Wanneer de deur wordt geopend terwijl
er een programma loopt, worden alle
reinigingsfuncties automatisch onderbroken.
U kunt zich verbranden door
heet water dat uit het toestel
stroomt.
Tijdens het gebruik kan het water in
de vaatwasser heet zijn.
Ingeval u de deur wilt openen terwijl
er een programma loopt, doe dat
dan heel voorzichtig.
Gevaar voor letsel door automa-
tisch openende deur.
Na afloop van een programma kan
de deur automatisch worden geopend.
Zorg ervoor dat de deur zonder problemen open kan.
Trek de deur helemaal uit de vergren-
deling.
22
Eerste ingebruikneming
Deur sluiten
Schuif de rekken naar binnen.
Sluit de deur totdat deze vastklikt.
Er bestaat gevaar voor beknel-
ling tussen de sluitende deur.
Tijdens het sluiten van de deur kun-
nen uw vingers beklemd raken.
Kom niet met uw handen in het ge-
deelte waar de deur sluit.
Kinderbeveiliging inschakelen
Met de kinderbeveiliging kunt u voorkomen dat kinderen de deur van de vaatwasser openen. In dat geval kan de
deur alleen met zeer grote kracht worden geopend.
Duw het schuifje onder de deurgreep
naar rechts om de deur te vergrendelen.
Schuif het naar links om de deur te
ontgrendelen.
23
Eerste ingebruikneming
Miele@home
Uw vaatwasser heeft een geïntegreerde WiFi-module.
Om er gebruik van te kunnen maken,
hebt u het volgende nodig:
– een WiFi-netwerk
– de Miele@mobile-app
– een Miele-gebruikersaccount. Het
gebruikersaccount kunt u maken via
de Miele@mobile-app.
De Miele@mobile-app helpt u bij de verbinding tussen de vaatwasser en uw eigen WiFi-netwerk.
Nadat u de vaatwasser in uw WiFi-netwerk hebt opgenomen, kunt u met de
app bijvoorbeeld de volgende handelingen uitvoeren:
– uw vaatwasser op afstand bedienen
– informatie over de status van uw
vaatwasser opvragen
– aanwijzingen voor het programma-
verloop van uw vaatwasser oproepen
Beschikbaarheid WiFi-verbinding
De WiFi-verbinding deelt een frequentiebereik met andere toestellen (zoals
microgolfovens, op afstand bestuurbaar
speelgoed) Hierdoor kunnen tijdelijke of
volledige verbindingsfouten optreden.
Een constante beschikbaarheid van de
aangeboden functies kan daarom niet
worden gegarandeerd.
Beschikbaarheid van Miele@home
Het gebruik van de Miele@mobile-app
is afhankelijk van de beschikbaarheid
van de Miele@home-services in uw
land.
De service Miele@home is niet in elk
land beschikbaar.
Informatie over de beschikbaarheid
vindt u op de website www.miele.com.
Miele@mobile-app
De Miele@mobile-app kunt u gratis
downloaden uit de Apple App Store® of
de Google Play Store™.
Door de vaatwasser in uw WiFi-netwerk
op te nemen, wordt het energieverbruik
hoger, ook als de vaatwasser is uitgeschakeld.
Het signaal van uw WiFi-netwerk
moet voldoende sterk zijn op de locatie van de vaatwasser.
24
Eerste ingebruikneming
Basisinstellingen
Vaatwasser inschakelen
Schakel de vaatwasser in met de
sensortoets.
Wanneer de vaatwasser voor het eerst
wordt ingeschakeld, wordt een welkomstscherm weergegeven en klinkt
een welkomstmelodie.
Raadpleeg voor meer informatie over
de werking van de display het hoofdstuk “Beschrijving van het toestel”, paragraaf “Werking van de display”.
Taal instellen
Op de display verschijnt nu automatisch
een scherm waarin u de taal kunt instellen.
Kies met de sensortoetsen de
gewenste taal en indien nodig het
land en bevestig met OK.
Zie voor meer informatie over het instellen van de taal het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Taal”.
Miele@home instellen
Op de display verschijnt de meldingMiele@home inst..
Als u Miele@home onmiddellijk wilt
instellen, bevestigt u metOK.
Tip: Als u dit later wilt instellen, kiest u
de optieoverslaan en bevestigt u
metOK.
U kunt de vaatwasser op 2verschillende manieren met het WiFi-netwerk
verbinden:
Kies de gewenste verbindingsmetho-
de en bevestig metOK.
1. Verbinding via app
2. Verbinding via WPS
De display en de Miele@mobile-app leiden u door de verdere stappen.
Zie voor meer informatie over
Miele@home het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Miele@home”.
De ingestelde taal wordt met een vinkjegemarkeerd.
25
Eerste ingebruikneming
Tijd instellen
Wanneer verbinding wordt gemaakt
met het WiFi-netwerk, wordt de tijd
automatisch bijgewerkt.
Op de display verschijnt nu een scherm
waarin u de tijd kunt instellen.
Voor het gebruik van de optie “Timer”
dient de tijd correct te zijn ingesteld.
Voer met de sensortoetsen de
uren in en bevestig met OK.
Voer daarna de minuten in en beves-
tig met OK.
Wanneer u de sensortoetsen of
ingedrukt houdt, wordt automatisch
op- of afgeteld.
Waterhardheid instellen
Op de display verschijnt nu een scherm
waarin u de waterhardheid kunt instellen.
– Stel de vaatwasser nauwkeurig in op
de waterhardheid in uw woning.
– Het plaatselijke waterleidingbedrijf
kan u informeren over de precieze
hardheid van het water op uw locatie.
– Stel bij een schommelende water-
hardheid (bijv. 10–15°dH) altijd de
hoogste waarde in (in dit voorbeeld
15°dH).
Bij eventuele toekomstige werkzaamheden aan het toestel is het voor de monteur handig de waterhardheid te weten.
Noteer daarom de waterhardheid:
____________°dH
Standaard is een waterhardheid van
14°dH geprogrammeerd.
Stel de hardheid van het water op uw
locatie in en bevestig metOK.
26
Zie voor meer informatie over de instelling van de waterhardheid het
hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf
“Waterhardheid”.
Eerste ingebruikneming
AutoDos inschakelen
De display schakelt over naar de instelling voor AutoDos (zie het hoofdstuk
“Reinigingsmiddelen”, paragraaf “Automatische dosering van reinigingsmiddel/AutoDos”).
Ook als u AutoDos niet wilt gebruiken, moet u voor het eerste gebruik de transportbeveiliging uit het
PowerDisk-vak verwijderen (zie het
hoofdstuk “Reinigingsmiddelen”, paragraaf “AutoDos inschakelen”).
U kunt AutoDos inschakelen.
Als u de automatische dosering van reinigingsmiddel niet wilt gebruiken, kunt
u het reinigingsmiddel handmatig doseren via het vak voor reinigingsmiddel
(zie het hoofdstuk “Reinigingsmiddelen”, paragraaf “Handmatige dosering
van reinigingsmiddel”).
Kies de gewenste instelling en beves-
tig metOK.
Deze instelling geldt voor alle programma's en kan op elk moment worden gewijzigd met de sensortoetsAutoDos.
Daarna verschijnen er aanwijzingen in
de display.
Nadat u deze aanwijzingen met OK
hebt bevestigd, kunnen de volgende
meldingen op de display verschijnen:
Vul zout bij. en Vul naspoelmiddel bij.
Vul, indien nodig, regenereerzout en
naspoelmiddel bij (zie het hoofdstuk:
“Eerste ingebruikneming”, paragrafen
“Regenereerzout” en “Naspoelmiddel”).
Bevestig de meldingen met OK.
Op de display verschijnt kort het gekozen programma en de betreffende sensortoets gaat branden.
Vervolgens wordt gedurende enkele seconden een prognose weergegeven van
het energie- en waterverbruik van het
desbetreffende programma.
Daarna verschijnt de vermoedelijke programmaduur voor het gekozen programma op de display.
Nu kunt u de functie “Hygiënecyclus”
inschakelen (zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Hygiënecyclus”).
27
Eerste ingebruikneming
Regenereerzout
Voor goede resultaten heeft de vaatwasser zacht (kalkarm) water nodig.
Hard water veroorzaakt witte aanslag
op het serviesgoed en de wanden van
de spoelruimte.
Water met een hardheid van meer dan
5°dH moet daarom worden onthard.
Dat gebeurt automatisch in de ingebouwde waterontharder. De ontharder
is geschikt voor een waterhardheid tot
70°dH.
Voor een voortdurende goede werking
moet de ontharder regelmatig worden
geregenereerd. Nadat er negen keer
een programma is uitgevoerd, wordt de
ontharder geregenereerd. Voorafgaand
aan een nieuw programma, is voor deze
procedure 4,4l extra water nodig, stijgt
het energieverbruik met 0,015kWh en
neemt de programmaduur met 3minuten toe.
Deze gegevens zijn alleen van toepassing op het programma ECO bij een
waterhardheid van 14°dH. Voor andere
programma's en waterhardheden wijkt
de regeneratiefrequentie af.
De ontharder heeft regenereerzout nodig voor het regenereren.
Bij gebruik van combi-tabs hoeft u al
naargelang de waterhardheid (<21°dH)
geen regenereerzout te doseren (zie het
hoofdstuk “Reinigingsmiddelen”, paragraaf “Soorten reinigingsmiddelen”).
Als de waterhardheid altijd lager is
dan 5°dH, hoeft u geen regenereerzout te gebruiken. De bijvulcontrole
wordt automatisch uitgeschakeld bij
instelling van de betreffende waterhardheid (zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Waterhardheid”).
Schade door reinigingsmiddel in
de ontharder.
Reinigingsmiddel veroorzaakt scha-
de aan de ontharder.
Doseer geen poedervormig of vloei-
baar reinigingsmiddel in het reservoir
voor zoutreservoir.
Schade als gevolg van onge-
schikte zoutsoorten.
Veel zoutsoorten kunnen niet in wa-
ter oplosbare deeltjes bevatten die
een nadelig effect kunnen hebben op
de werking van de ontharder.
Gebruik uitsluitend speciaal, grofkorrelig regenereerzout of andere zuivere ingedampte zouten.
Wanneer u alleen maar combi-tabs
gebruikt, kunt u de bijvulcontrole voor
zout en naspoelmiddel uitschakelen.
Zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Bijvulcontrole”.
Wanneer u geen combi-tabs meer
gebruikt, denk er dan aan om zout
en naspoelmiddel te doseren. Schakel daarnaast de bijvulcontrole weer
in.
28
Zout doseren
Wanneer u het zoutreservoir voor de
eerste keer wilt vullen, moet het reservoir eerst met circa 2l water worden
gevuld zodat het zout kan oplossen.
Nadat u de vaatwasser in gebruik hebt
genomen, zit er altijd voldoende water
in het reservoir.
Haal het onderrek uit de spoelruimte
en draai de dop van het zoutreservoir
open.
Eerste ingebruikneming
Corrosiegevaar door zoutoplos-
sing.
Iedere keer wanneer u de dop van
het zoutreservoir opendraait, loopt er
water of zoutoplossing over de rand
van het reservoir. Overgelopen zoutoplossing kan corrosie in de spoelruimte en op het serviesgoed veroorzaken.
Open het zoutreservoir daarom alleen om zout bij te vullen.
Vul het zoutreservoir eerst met circa
2l water.
Plaats een trechter in de opening van
het zoutreservoir en doseer dan zoveel zout in het zoutreservoir totdat
het reservoir vol is. Het zoutreservoir
heeft een capaciteit van maximaal
2kg, afhankelijk van de zoutsoort.
Verwijder de zoutresten rond de vulo-
pening. Schroef vervolgens de dop
weer stevig op het reservoir.
Start direct na het bijvullen van zout
en na elke keer dat u het zoutreservoir hebt geopend het programma
65°C QuickPowerWash met de
programmaoptie Express zonder
serviesgoed, zodat eventueel gemorste zoutresten kunnen worden
verdund en daarna weggepompt.
29
Eerste ingebruikneming
Zout bijvullen
Vul na afloop van een programma re-
genereerzout bij, zodra de melding
Vul zout bij. verschijnt.
Bevestig met OK.
De melding zout bijvullen verdwijnt.
Corrosiegevaar door zoutoplos-
sing.
Overgelopen zoutoplossing kan cor-
rosie in de spoelruimte en op het serviesgoed veroorzaken.
Start elke keer nadat u het zoutreservoir hebt geopend direct het programma 65°C QuickPowerWas
met de programmaoptie Express
zonder serviesgoed. Hiermee wordt
eventueel overgelopen zoutoplossing
verdund en vervolgens weggepompt.
Als de zoutconcentratie nog niet hoog
genoeg is, wordt mogelijk de melding
zout bijvullen ook na het bijvullen van
het zout nog weergegeven. Bevestig de
melding in dit geval nog een keer met
OK.
De melding zout bijvullen wordt automatisch uitgeschakeld als in de vaatwasser een waterhardheid van minder
dan 5°dH is geprogrammeerd.
30
Eerste ingebruikneming
Naspoelmiddel
Naspoelmiddel zorgt ervoor dat het water tijdens het drogen als een film van
het serviesgoed afloopt waardoor het
sneller droogt.
Het naspoelmiddel wordt in het daarvoor bestemde reservoir bijgevuld en
automatisch in de ingestelde hoeveelheid gedoseerd.
Schade door afwasmiddel of rei-
nigingsmiddel.
Afwasmiddel en reinigingsmiddel
veroorzaken schade aan het reservoir voor naspoelmiddel.
Gebruik uitsluitend naspoelmiddel
voor huishoudvaatwassers.
U kunt eventueel vloeibaar citroenzuur
gebruiken (10%-oplossing). Het serviesgoed zal echter minder goed drogen en eerder vlekken vertonen dan
wanneer u naspoelmiddel gebruikt.
Schade door zuren.
Door geconcentreerde zuren kan
schade ontstaan aan de vaatwasser.
Gebruik nooit citroenzuur met een
hoger zuurgehalte.
Als u de vaatwasser uitsluitend gebruikt met combi-tabs, hoeft u geen
naspoelmiddel te doseren.
Optimale reinigings- en droogresultaten krijgt u echter wanneer u een gewoon reinigingsmiddel gebruikt en
daarnaast regenereerzout en naspoelmiddel doseert.
Wanneer u alleen maar combi-tabs
gebruikt, kunt u de bijvulcontrole voor
zout en naspoelmiddel uitschakelen
(zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Bijvulcontrole”).
Wanneer u geen combi-tabs meer
gebruikt, denk er dan aan om zout
en naspoelmiddel te doseren. Schakel daarnaast de bijvulcontrole weer
in.
Optimale reinigings- en droogresultaten krijgt u wanneer u een reinigingsmiddel gebruikt en daarnaast regenereerzout en naspoelmiddel doseert.
31
Eerste ingebruikneming
Naspoelmiddel doseren
Til de gele toets op het deksel van
het naspoelmiddelreservoir op.
Het deksel springt open.
Veeg eventueel gemorst naspoelmid-
del goed weg om bij de volgende afwasbeurt sterke schuimvorming te
voorkomen.
Voor een optimaal reinigingsresultaat
kunt u de dosering naspoelmiddel
aanpassen (zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Naspoelmiddel”).
Naspoelmiddel bijvullen
Wanneer de meldingVul naspoelmid-
del bij op de display verschijnt, is er nog
voldoende naspoelmiddel voor 2–
3spoelbeurten.
Vul op tijd naspoelmiddel bij.
Bevestig met OK.
De melding naspoelmiddel bijvullen verdwijnt.
Vul slechts naspoelmiddel bij tot de
vulindicatie (pijl) donker verkleurt als
de deur horizontaal is geopend.
Het reservoir voor naspoelmiddel heeft
een capaciteit van 110ml.
Sluit het deksel en wel zo dat het dui-
delijk vastklikt. Dit om te voorkomen
dat er tijdens het spoelproces water
in het naspoelmiddelreservoir loopt.
32
Milieuvriendelijk afwassen
Zuinig spoelen
Deze vaatwasser werkt uiterst water- en
energiebesparend.
U kunt nog zuiniger spoelen, indien u
de volgende adviezen opvolgt:
– Voor machinaal spoelen is doorgaans
minder water en energie vereist dan
voor handmatig afwassen.
– Het is niet nodig om de vaat van te-
voren onder stromend water af te
spoelen, wat het water- en stroomverbruik verhoogt.
– Maak gebruik van de volledige bela-
dingscapaciteit van de rekken zonder
de vaatwasser te overladen. Dat is de
meest energie- en waterzuinige manier om te spoelen.
– Kies een programma dat past bij het
soort serviesgoed en de mate van
verontreiniging (zie het hoofdstuk
“Programma-overzicht”).
– Kies het programma ECO om ener-
giebesparend te spoelen. Dit programma is gezien het gecombineerde
energie- en waterverbruik uiterst efficiënt voor het reinigen van normaal
verontreinigd serviesgoed.
– Bij gebruik van poedervormige of
vloeibare reinigingsmiddelen kunt u
bij handmatige dosering van reini-
gingsmiddel de dosering met1/3 verminderen, wanneer de rekken maar
half beladen zijn.
Zie voor meer tips voor zuinig spoelen
ook www.miele.be.
– Kies bij een warmwateraansluiting het
programmaSolarSpaar (zie het
hoofdstuk “Installatie”, paragraaf
“Watertoevoer”). Bij dit programma
wordt het spoelwater niet verwarmd.
– Volg de doseeradviezen op die op de
verpakking van het reinigingsmiddel
staan.
33
Milieuvriendelijk afwassen
Weergave verbruik
EcoFeedback
Met de instelling “Verbruik” kunt u het
energie- en waterverbruik van uw vaatwasser opvragen (zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Verbruik”).
In de display kan de volgende informatie worden weergegeven:
– een verbruiksprognose voorafgaand
aan de start van het programma
– het werkelijke verbruik na afloop van
het programma
– het totale verbruik van de vaatwasser
tot dan toe
1. Verbruiksprognose
Nadat u een programma hebt gekozen,
verschijnt eerst de programmanaam in
de display en daarna enkele seconden
lang een prognose van het energieverbruiken het waterverbruik van het
desbetreffende programma.
2. Verbruik weergeven
Na afloop van het programma kunt u
het werkelijke verbruik van het afgelopen programma in de display opvragen.
Bevestig de meldingVerbruik (OK) met
OK.
Zodra de vaatwasser wordt uitgeschakeld, worden de verbruiksgegevens
van het gedraaide programma gewist.
3. Totaal verbruik
U kunt het totale energie- en waterverbruik van uw vaatwasser bekijken (zie
het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf
“Verbruik”).
De verbruiksprognose wordt weergegeven als staafdiagram. Hoe meer balkjes() worden weergegeven, des te
hoger het energie- of waterverbruik is.
Het verbruik kan veranderen afhankelijk
van het programma, de ingestelde opties, de omgevingsomstandigheden en
de hoeveelheid serviesgoed.
De display wisselt nu automatisch van
de verbruiksprognose in een scherm
met de resttijd.
De verbruiksprognose is standaard ingeschakeld. U kunt de weergave ook
uitschakelen (zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Verbruik”).
34
Milieuvriendelijk afwassen
Warmteopslag
Deze vaatwasser is voorzien van een
warmteopslag, waarin schoon water
voor de spoelbeurt wordt voorverwarmd en opgeslagen om energie te
besparen. Tegen het einde van een
spoelbeurt wordt de warmteopslag
weer met schoon water gevuld en tot
de volgende spoelbeurt opgeslagen.
U kunt deze functie desgewenst ook
uitschakelen (zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Warmteopslag”).
Wanneer de vaatwasser gedurende
langere tijd van het elektriciteitsnet losgekoppeld is geweest, of als het water
in de warmteopslag meerdere weken
niet is gebruikt, wordt het water om hygiënische redenen automatisch afgevoerd en weggepompt. Dit proces duurt
enkele minuten en wordt ook gestart als
de vaatwasser uitgeschakeld is en als
de deur geopend is.
Controleer of de vaatwasser correct is
aangesloten.
Het heeft alleen zin de warmteopslag
te gebruiken als het toestel op koud
water is aangesloten.
Schakel deze functie daarom uit als
uw vaatwasser aansluit op een
warmwateraansluiting.
Tijdens het leegpompen van de warmteopslag blijft de display donker. Door
het aanraken van de sensortoets
wordt in de display de meldingOpslag
leegm. getoond. Tijdens dit proces kun-
nen geen andere functies worden ingeschakeld.
Het automatisch leegpompen kan niet
worden afgebroken.
Tijdens het volgende programma neemt
het water- en energieverbruik toe.
U kunt de warmteopslag handmatig
leegmaken, bijvoorbeeld als de vaatwasser bij een verhuizing vervoerd
moet worden (zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Warmteopslag”).
35
Serviesgoed en bestek inladen
Algemene aanwijzingen
Verwijder grove etensresten van het
serviesgoed.
Het is niet nodig om de vaat van te voren onder stromend water af te spoelen.
Schade veroorzaakt door as,
zand, was, smeervet of verf.
Deze stoffen vervuilen de vaatwasser
en kunnen niet meer worden verwijderd.
Reinig serviesgoed met dergelijke
vervuiling niet in de vaatwasser.
U kunt ieder stuk serviesgoed in principe overal in de rekken inladen. Neem
daarbij echter de volgende tips in acht:
– Plaats serviesgoed en bestek zo dat
het niet tegen of op elkaar ligt.
– Plaats het serviesgoed zo in de rek-
ken dat het water er aan alle kanten
bij kan. Alleen dan kan het serviesgoed goed schoon worden.
U kunt dit controleren door de sproeiarmen een keer met de hand rond te
draaien.
– Kleine voorwerpen kunnen door de
spijlen van de rekken vallen.
Leg kleine voorwerpen, zoals deksels
en doppen daarom in de 3DMultiFlex-lade of de bestekkorf (afhankelijk van het model).
Etenswaren als wortels, tomaten en
ketchup kunnen natuurlijke kleurstoffen bevatten. Als grote hoeveelheden
van deze kleurstoffen in de vaatwasser
terechtkomen, kunnen kunststof serviesgoed en kunststof onderdelen verkleuren. De kwaliteit van de kunststof
onderdelen wordt door deze verkleuring niet beïnvloed.
Ook door zilveren bestek kan kunststof verkleuren.
– Plaats al het serviesgoed zo dat het
stevig staat.
– Plaats hol serviesgoed zoals kopjes,
glazen en pannen met de openingen
naar beneden in de rekken.
– Plaats hoog, smal, hol serviesgoed,
zoals champagneglazen, zoveel mogelijk in het midden van de rekken.
Het water komt zo beter in het holle
serviesgoed.
– Plaats serviesgoed met een diepe
bodem zoveel mogelijk schuin in het
rek, zodat het water eraf kan lopen.
– Let erop dat de sproeiarmen niet
worden geblokkeerd door serviesgoed dat door de rekken heen steekt.
36
Serviesgoed en bestek inladen
Ongeschikt spoelgoed:
– Bestek en serviesgoed van hout of
met houten delen: dit wordt uitgeloogd en lelijk. Bovendien zijn de gebruikte lijmsoorten vaak niet geschikt
voor reiniging in vaatwassers. Houten
handvatten kunnen hierdoor losraken.
– Kunstvoorwerpen, antieke vazen of
glazen met decoraties zijn niet bestand tegen reiniging in de vaatwasser.
– Voorwerpen van niet hittebestendig
kunststof kunnen vervormd raken.
– Voorwerpen van koper, messing, tin
en aluminium kunnen verkleuren of
dof worden.
– Kleurdecoraties op het glazuur kun-
nen na vele spoelbeurten verbleken.
– Kwetsbaar glaswerk en kristallen
voorwerpen kunnen na meermaals
reinigen dof worden.
Zilver
Zilver kan in aanraking met zwavelhoudende voedingsmiddelen verkleuren.
Dit zijn bijvoorbeeld eigeel, uien, mayonaise, mosterd, peulvruchten, vis, pekel
van vis en marinades.
Zilver dat met zilverpoets is behandeld, kan na afloop van het programma
nog vochtig en vlekkig zijn doordat het
water er niet als een film afloopt.
Tip: Het zilver moet dan met een doek
worden gedroogd.
Schade door bijtende, alkalische
reinigingsmiddelen.
Hierdoor kan schade ontstaan aan
aluminium onderdelen (zoals vetfilters van dampkappen). In extreme
gevallen kan er een hevige chemische reactie optreden (bijvoorbeeld een gasexplosie).
Gebruik voor het spoelen van aluminium delen geen sterk bijtende, alkalische reinigingsmiddelen voor bedrijfsvaatwassers of industriereinigers.
Tip: Koop serviesgoed en bestek van
materiaal dat geschikt is om in een
vaatwasser te worden afgewassen en
met de aanduiding: “Geschikt voor
vaatwasser”.
Behoedzame reiniging van glazen
– Glas kan na verloop van tijd dof wor-
den in de vaatwasser. Reinig kwetsbaar glaswerk daarom alleen bij lage
temperaturen (zie het hoofdstuk “Programma-overzicht”). Het glas zal dan
minder gauw dof worden.
– Gebruik glazen die geschikt zijn om in
een vaatwasser te worden gereinigd
met de aanduiding “Geschikt voor de
vaatwasser”.
– Gebruik reinigingsmiddelen met glas-
beschermende stoffen.
– Meer tips m.b.t. het onderwerp “Be-
hoedzame reiniging van glazen” vindt
u op internet bij “www.mieleglasscare.com”.
37
Serviesgoed en bestek inladen
Bovenrek
Zie voor het laden van serviesgoed en
bestek ook het hoofdstuk “Serviesgoed en bestek inladen”, paragraaf
“Voorbeelden voor de indeling"
Bovenrek inladen
Schade door uitstromend water.
Bij spoelen zonder bovenrek kan water uit de vaatwasser stromen.
Gebruik de vaatwasser alleen met
bovenrek. Dat geldt niet voor het
programmaZonder bovenrek 65 °C, indien aanwezig.
Plaats in het bovenrek klein, licht en
gevoelig serviesgoed zoals glazen,
kopjes, schoteltjes, dessertschaaltjes.
U kunt ook een platte pan in het bovenrek plaatsen.
Leg erg lang bestek zoals soeplepels
en spatels dwars voorin het bovenrek.
FlexCare-kopjesrek inladen
U kunt kopjes, kleine schaaltjes en ander vlak servies op het FlexCare-kopjesrek plaatsen. Glazen kunt u tegen het
kopjesrek plaatsen. Dan staan ze steviger.
Klap het kopjesrek omlaag.
Als u hoog serviesgoed wilt inladen,
klapt u het kopjesrek omhoog.
38
Serviesgoed en bestek inladen
FlexCare-kopjesrek verstellen
U kunt de hoogte en breedte van dit
kopjesrek in twee verschillende standen
instellen. Zo kunt u hoger serviesgoed
onder het kopjesrek plaatsen en groter
serviesgoed er bovenop plaatsen.
Trek het kopjesrek naar boven en laat
het in de gewenste positie vastklikken
(zie pijl).
Siliconenelement van het FlexCarekopjesrek inruimen
Door de siliconenelementen aan het
kopjesrek staan glazen met een hoge
voet stabieler.
Klap het kopjesrek omlaag en plaats
de glazen in de openingen.
Schuif indien nodig de linker inzet van
de 3D-MultiFlex-lade opzij om meer
ruimte te krijgen voor hogere glazen
(zie het hoofdstuk “Bestek”, paragraaf
“3D-MultiFlex-lade”).
39
Serviesgoed en bestek inladen
Spijlen neerklappen
U kunt in de beide voorste rechter spijlenrijen elke tweede spijl neerklappen
zodat u meer ruimte hebt voor groter
serviesgoed, zoals grotere soepkommen.
Druk de gele hendel naar beneden
en klap de donkergrijze spijlen
neer.
Plaats de schaaltjes loodrecht in de
spijlenrijen.
40
Serviesgoed en bestek inladen
Bovenrek verstellen
Om in het boven- of onderrek meer
plaats te krijgen voor hoger serviesgoed
kunt u het bovenrek in hoogte verstellen. U kunt kiezen tussen 3standen met
een verschil van steeds ca. 2cm.
Wanneer water in holle gedeelten blijft
staan, kunt u het bovenrek beter schuin
plaatsen. Het water stroomt dan gemakkelijker weg. Zorg er echter voor,
dat u het rek zonder problemen in de
spoelruimte kunt schuiven.
Trek het bovenrek naar buiten.
Om het bovenrek naar boven te verstellen, moet u:
het rek naar boven trekken, totdat het
vastklikt.
Om het bovenrek naar beneden te
verstellen, moet u:
de hendels aan de zijkanten van het
bovenrek naar boven trekken.
het bovenrek in de gewenste positie
zetten en de hendels weer vast laten
klikken.
Let er bij het verstellen van het bovenrek op dat de middelste sproeiarm niet wordt geblokkeerd.
41
Serviesgoed en bestek inladen
Onderrek
Zie voor het laden van serviesgoed en
bestek ook het hoofdstuk “Serviesgoed en bestek inladen”, paragraaf
“Voorbeelden voor de indeling"
Onderrek inladen
Plaats in het onderrek groot en zwaar
serviesgoed zoals borden, platte
schotels, pannen en schalen.
U kunt ook glazen, kopjes, schoteltjes, ontbijt- en dessertbordjes in het
onderrek zetten.
MultiComfort-rek inladen
Het achterste gedeelte van het onderrek
dient voor het spoelen van glazen, kopjes, borden en pannen.
Zet vooral grote borden in het midden
van het onderrek.
Tip: Als u de borden iets schuin zet,
kunt u borden met een doorsnede tot
35cm plaatsen.
42
Serviesgoed en bestek inladen
Spijlen neerklappen
In de spijlenrijen aan de voorkant kunt u
schoteltjes, borden, soepborden, platte
schotels en schalen plaatsen.
U kunt de beide rechter spijlenrijen
neerklappen om meer ruimte te krijgen
voor groot serviesgoed, bijv. potten,
pannen en schalen.
Druk de gele hendel naar beneden
en klap de spijlenrijen neer .
FlexCare-glazensteun inladen
De siliconenelementen op de glazenhouder zorgen ervoor dat kwetsbare
glazen met een lange steel stevig en
stabiel staan.
Zet glazen met een voet, zoals wijn-
en bierglazen tegen de glazenhouder
of hang ze in de uitsparingen van de
houder.
Als u hoog serviesgoed wilt inladen,
dan klapt u de glazenhouder omhoog.
U kunt de hoogte van de glazenhouder
in twee standen instellen.
Schuif de glazenhouder in de ge-
wenste hoogte, totdat de bevestigingen aan de boven- of onderkant vastklikken.
43
Serviesgoed en bestek inladen
Besteklade
Zie voor het laden van serviesgoed en
bestek ook het hoofdstuk “Serviesgoed en bestek inladen”, paragraaf
“Voorbeelden voor de indeling"
Laad het bestek in de 3D-MultiFlex-
lade in.
3D-MultiFlex-lade inladen
Wanneer u messen, vorken en lepels als
aparte groepen in de besteklade legt,
kunt u ze er later gemakkelijker uithalen.
Leg de lepels met de grepen tussen de
opstaande kammen en de lepelbladen
tussen de getande kammen, zodat ook
de laatste waterdruppel er zonder problemen af kan lopen.
U kunt de linker inzet naar het midden
verschuiven om hoger serviesgoed en
glazen met een hoge voet in het bovenrek te kunnen plaatsen (zie het hoofdstuk “Bovenrek”, paragraaf “Siliconenelementen van het FlexCare-kopjesrek
inladen”).
In het lagere middengedeelte van de lade kunt u groot en lang bestek inladen
(bijvoorbeeld slabestek of koksmessen).
Plaats hoge delen, zoals een taartschep, zodanig dat de bovenste
sproeiarm niet wordt geblokkeerd.
Om in het rechter gedeelte van de lade
meer ruimte voor groot bestek of klein
servies te creëren, kunt u de rechter inzet in hoogte verstellen.
Wanneer de lepels niet met de gre-
pen tussen de opstaande kammen
passen, legt u deze met de grepen op
de getande kammen.
44
Trek de inzet aan de gele greep naar
binnen en laat de inzet in een van de
beide posities vastklikken.
Voorbeelden voor de indeling
Vaatwasser met besteklade
Bovenrek
Onderrek
Serviesgoed en bestek inladen
45
Serviesgoed en bestek inladen
Besteklade
sterk verontreinigd vaatwerk
46
Reinigingsmiddelen
Soorten reinigingsmiddelen
Schade als gevolg van onge-
schikte reinigingsmiddelen.
Reinigingsmiddelen die niet bestemd
zijn voor huishoudvaatwassers, kunnen schade veroorzaken aan de
vaatwasser of het serviesgoed.
Gebruik uitsluitend reinigingsmiddelen voor huishoudvaatwassers.
Moderne reinigingsmiddelen bevatten
veel werkzame stoffen. De belangrijkste
werkzame stoffen zijn:
– Complexvormers. Deze binden de
waterhardheid en voorkomen daarmee kalkaanslag.
– Alkalische stoffen. Deze zijn nodig
voor het weken van aangekoekt vuil.
– Enzymen. Deze verminderen het zet-
meel en lossen eiwit op.
– Bleekmiddel op zuurstofbasis. Dit
verwijdert kleurige vlekken zoals
thee-, koffie- en ketchupvlekken.
Er worden voornamelijk mild alkalische
reinigingsmiddelen met enzymen en
zuurstofbleekmiddelen aangeboden.
Reinigingsmiddelen bestaan in verschillende vormen:
– Poedervormige en gelvormige reini-
gingsmiddelen. Deze kunnen gevarieerd worden gedoseerd, afhankelijk
van de belading en de vuilgraad van
het serviesgoed.
– Tabs. Deze bevatten een hoeveelheid
reinigingsmiddel die voor de meeste
toepassingen voldoende is.
Naast normale reinigingsmiddelen worden ook combi-producten aangeboden.
Deze producten bevatten een naspoelmiddel en een waterontharder (ter vervanging van regenereerzout).
Gebruik deze middelen alleen bij de
door de fabrikant op de verpakking geadviseerde waterhardheid.
De reinigings- en droogresultaten van
deze combi-tabs lopen sterk uiteen.
Optimale reinigings- en droogresultaten krijgt u wanneer u een gewoon reinigingsmiddel gebruikt en daarnaast
regenereerzout en naspoelmiddel doseert.
47
Reinigingsmiddelen
Gevaar voor huidirritatie door rei-
nigingsmiddelen.
Reinigingsmiddelen kunnen brand-
wonden aan huid, ogen, neus, mond
en keel veroorzaken.
Vermijd contact met het reinigingsmiddel.
Vermijd het inademen van poedervormige reinigingsmiddelen. Slik reinigingsmiddelen nooit in. Raadpleeg
onmiddellijk een dokter als u per ongeluk reinigingsmiddel hebt ingeademd of ingeslikt.
Voorkom dat kinderen met het reinigingsmiddel in aanraking kunnen komen. De vaatwasser kan nog resten
van het reinigingsmiddel bevatten.
Houd kinderen daarom uit de buurt
van de vaatwasser als die is geopend. Doseer het reinigingsmiddel
pas vlak voordat u het programma
start en vergrendel de deur met de
kinderbeveiliging (afhankelijk van het
model).
Dosering van reinigingsmiddel
U kunt op 2manieren reinigingsmiddel
doseren.
Bij automatische dosering van reinigingsmiddel doseert AutoDos na het
plaatsen van een PowerDisk bij elk programma automatisch de benodigde
hoeveelheid reinigingsmiddel (zie het
hoofdstuk “Reinigingsmiddel”, paragraaf “Automatische dosering van reinigingsmiddel/AutoDos”).
Als u de automatische dosering van reinigingsmiddel niet wilt gebruiken, kunt
u het reinigingsmiddel ook handmatig
doseren. Hiervoor moet u voor elk programmaverloop de benodigde hoeveelheid reinigingsmiddel in het vak doseren (zie het hoofdstuk “Reinigingsmiddelen”, paragraaf “Handmatige dosering
van reinigingsmiddel”).
48
Reinigingsmiddelen
Automatische dosering van reinigingsmiddel/AutoDos
Voordat u AutoDos kunt gebruiken,
moet u een PowerDisk met poedervormig reinigingsmiddel in het PowerDiskvak plaatsen.
Een PowerDisk bevat reinigingsmiddel
voor ca. 20spoelgangen, afhankelijk
van het gekozen programma.
PowerDisks zijn verkrijgbaar via de
Miele-webshop, Miele Service of bij de
Miele-vakhandelaar.
Gevaar voor huidirritatie door rei-
nigingsmiddelen.
Reinigingsmiddelen hebben een bij-
tende werking. Dit kan leiden tot gezondheidsklachten en oppervlaktebeschadigingen. Resten reinigingsmiddel kunnen door verkeerde bediening of lekken in AutoDos op de
vloer voor de vaatwasser terechtkomen.
Verwijder de resten reinigingsmiddel
voor de vaatwasser altijd direct.
AutoDos inschakelen
Schakel de vaatwasser in met de
sensortoets.
Verwijder voor het eerste gebruik de
transportbeveiliging uit het
PowerDisk-vak en voer ze af conform
de plaatselijke regelgeving.
Plaats een PowerDisk (zie het hoofd-
stuk “Automatische dosering van reinigingsmiddel/AutoDos”, paragraaf
“PowerDisk plaatsen”).
De functieAutoDos wordt automatisch geactiveerd.
Op de display verschijnt de meldingAu-
toDos geactiveerd.
Deze instelling geldt voor alle programma's en kan op elk moment worden gewijzigd met de sensortoetsAutoDos.
Als er 48uur geen programma is gestart, wordt de PowerDisk automatisch gedraaid om te voorkomen dat
het reinigingsmiddel klontert. Als de
vaatwasser is ingeschakeld, verschijnt
daarbij in de display de meldingRe-
fresh poeder loopt. Er wordt geen reini-
gingsmiddel gedoseerd.
49
Reinigingsmiddelen
PowerDisk plaatsen
Schakel de vaatwasser in voordat u
een nieuwe PowerDisk plaatst. De
vaatwasser herkent anders de nieuwe
PowerDisk niet.
Wanneer de meldingPowerDisk bijna
leegwordt weergegeven, is er nog vol-
doende reinigingsmiddel voor 2–
3spoelbeurten.
Wissel de PowerDisk pas als de meldingPowerDisk leeg. AutoDos uitschakelen
met OK. wordt weergegeven.
Als de twee pijlen in de PowerDisk-
houder en het kijkvenster niet naar elkaar wijzen, verwijdert u de
PowerDisk-houder (zie het hoofdstuk
“Reiniging en onderhoud”, paragraaf
“AutoDos reinigen”).
Plaats de PowerDisk-houder terug en
zorg ervoor dat de pijlen naar elkaar
wijzen en de houder vlak ligt.
Pak de PowerDisk-houder daarbij
vast aan de gele grepen in het midden en niet aan het lipje aan de zijkant.
Draai het deksel van AutoDos open
.
Op de display verschijnt de meldingAu-
toDos-deksel open.
Verwijder de lege PowerDisk.
50
Plaats de nieuwe PowerDisk en druk
deze gelijkmatig omlaag totdat de
PowerDisk vlak ligt.
Sluit het deksel van AutoDos en draai
het deksel tot de greep ervan zich
precies onder het symbool bevindt.
Als de PowerDisk niet in de goede
startpositie staat, dan wordt de
PowerDisk automatisch gedraaid en de
functieAutoDos wordt geactiveerd.
Wacht met het starten van een programma totdat dit proces afgelopen is.
Reinigingsmiddelen
Het poedervormig reinigingsmiddel
moet droog zijn, zodat het niet klontert.
Doseer geen vloeistoffen in AutoDos.
Controleer AutoDos elke keer dat u de
PowerDisk vervangt en reinig AutoDos
wanneer dit nodig is, om een optimale
werking hiervan te garanderen (zie het
hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”,
paragraaf “AutoDos reinigen”).
Het deksel van AutoDos moet gesloten zijn om te voorkomen dat AutoDos beschadigd raakt.
Sluit het AutoDos-deksel altijd voordat u de deur van de vaatwasser
dicht doet. Anders kan AutoDos beschadigd raken.
Als het AutoDos-deksel geopend is,
kan er geen programma worden gestart.
51
Reinigingsmiddelen
Handmatige dosering van reinigingsmiddel
Doseer handmatig reinigingsmiddel als
u de automatische dosering van reinigingsmiddel met de sensortoetsAu-toDos hebt uitgeschakeld.
Reinigingsmiddel doseren
Het vak voor reinigingsmiddel heeft een
capaciteit van maximaal 50ml.
In het vak voor reinigingsmiddel zijn
markeringen aangebracht om het doseren gemakkelijker te maken: 20, 30,
max. Bij een horizontaal geopende deur
geven deze streepjes de hoeveel reinigingsmiddel in ml en het maximale vulniveau aan.
Neem bij het doseren de aanwij-
zingen op de verpakking in acht.
Wanneer er niet iets anders op de
verpakking staat, doseer dan één tab
of, afhankelijk van de vuilgraad, 20 tot
30ml reinigingsmiddel in het vakje.
Reinigingsmiddel bijvullen
Til de gele toets op het deksel van
het vak voor reinigingsmiddel op.
Het deksel springt open.
Wanneer een programma is afgelopen,
is dit deksel ook geopend.
Doseert u minder reinigingsmiddel dan
is geadviseerd, dan is het mogelijk dat
het serviesgoed niet goed schoon
wordt.
Wanneer het serviesgoed sterk ver-
vuild is, kunt u bij programma's met
voorspoelfunctie (zie het hoofdstuk
“Programma-overzicht”) wat reinigingsmiddel op de deurbinnenplaat
doseren.
Bij het programma QuickPowerWash
lossen sommige tabs mogelijk niet volledig op.
52
Doseer reinigingsmiddel in het vak.
Schuif het deksel van het vak voor
reinigingsmiddel dicht totdat dit duidelijk hoorbaar vastklikt.
Het deksel van het vak mag niet worden geblokkeerd door reinigingsmiddel. Hierdoor kan het deksel tijdens
het programmaverloop mogelijk niet
worden geopend.
Doseer niet te veel reinigingsmiddel
in het vak.
Reinigingsmiddelen
Schakel indien nodig AutoDos uit.
Sluit ook de verpakking van het reini-
gingsmiddel. Het middel kan anders
klonteren.
53
Werking
Vaatwasser inschakelen
Controleer of de sproeiarmen vrij kun-
nen draaien.
Sluit de deur.
Draai de kraan open als ze nog dicht
is.
Raak de sensortoets aan.
Als de vaatwasser langer dan
1minuut is uitgeschakeld, moet u de
sensortoets iets langer aanraken
(Schoonmaakfunctie).
Op de display verschijnt kort het gekozen programma en de betreffende sensortoets gaat branden.
Vervolgens wordt gedurende enkele seconden een prognose weergegeven van
het energie- en waterverbruik van het
desbetreffende programma.
Daarna wordt de vermoedelijke programmaduur voor het gekozen programma op de display weergegeven.
De sensortoetsStart knippert.
Wanneer u wilt dat in plaats van het
ECO-programma het laatst gebruikte
programma geselecteerd blijft, dan
schakelt u de functieMemory in (zie
het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf
“Memory”). Daardoor kan het energieverbruik echter toenemen.
Programma kiezen
Laat de keuze voor een programma
steeds afhangen van het soort serviesgoed en de mate waarin het vervuild is.
In het hoofdstuk “Programma-over-zicht” zijn de programma's en de toepassingen beschreven.
Raak de sensortoets van het ge-
wenste programma aan.
De sensortoets van het gekozen programma gaat branden.
Bij vindt u nog meer programma's.
Raak indien nodig de sensortoets
aan.
Op de display verschijnt het eerste van
de overige programma's.
Kies met de sensortoetsen het
gewenste programma op de display.
U kunt nu een programma-optie kiezen
(zie het hoofdstuk “Programma-opties”).
Wanneer er programma-opties gekozen
zijn, dan branden tevens de daarbij behorende sensortoetsen.
54
Werking
Weergave van de programmaduur
Voordat er een programma start, geeft
de display de vermoedelijke duur van
het gekozen programma aan. Tijdens
het programma wordt de resterende tijd
tot aan het einde van het programma
weergegeven.
De programmafase waarin het programma zich bevindt, wordt met een symbool aangegeven:
De programmaduur kan ook bij hetzelfde programma variëren. Dat is o.a. afhankelijk van de temperatuur van het instromende water, de regenereercyclus
van de ontharder, het soort reinigingsmiddel, de hoeveelheid serviesgoed en
de mate waarin het vuil is.
Iedere keer dat er een programma
loopt, wordt de programmaduur door
de elektronica berekend op basis van
de temperatuur van het instromende
water en de hoeveelheid serviesgoed.
Programma starten
Raak de sensortoetsStart aan.
Bevestig indien nodig eerst de meldingen in de display metOK.
Het programma start.
De sensortoetsStart gaat branden.
Als u tijdens een programma opOK
drukt, wordt de naam van het lopende
programma weergegeven.
U kunt zich verbranden door
heet water dat uit het toestel
stroomt.
Tijdens het gebruik kan het water in
de vaatwasser heet zijn.
Ingeval u de deur wilt openen terwijl
er een programma loopt, doe dat
dan heel voorzichtig.
Wanneer u een programma voor het
eerst kiest, wordt er een tijd aangegeven die overeenstemt met een gemiddelde programmaduur met koud water.
De tijden in het hoofdstuk “Programmaoverzicht” stemmen overeen met de
programmaduur bij een nominale belading en nominale temperaturen.
55
Werking
Programma-einde
Na afloop van een programma klinken
geluidssignalen, als deze zijn ingeschakeld.
Het programma is beëindigd als in de
display de meldingGereed wordt
weergegeven.
Als de functie “AutoOpen” is ingeschakeld, gaat bij sommige programma’s de
deur na afloop automatisch op een kier
open (zie het hoofdstuk “Instellingen”,
paragraaf “AutoOpen”). Dat bevordert
het droogproces.
Wanneer de programmeerfunctieVer-
bruik is ingeschakeld, krijgt u informatie
over het werkelijke energie- en waterverbruik van het net afgelopen programma (zie het hoofdstuk “Milieuvriendelijk afwassen”, paragraaf “Verbruiksweergave EcoFeedback”).
De droogventilator loopt na afloop van
het programma nog een paar minuten
door.
Energiemanagement
De vaatwasser gaat automatisch uit nadat u gedurende 10minuten geen sensortoets meer hebt bediend of 10minuten nadat het programma is afgelopen.
Zo wordt energie bespaard.
U kunt de vaatwasser weer inschakelen
met de sensortoets.
Als de vaatwasser langer dan 1minuut
uitgeschakeld is, moet u de sensortoets iets langer aanraken (Schoonmaakfunctie).
Wanneer er een programma loopt of
wanneer er sprake is van een storing,
wordt de vaatwasser niet automatisch
uitgeschakeld.
Schade door waterdamp.
Als u na afloop van het programma
de deur opent en de ventilator niet
meer laat draaien, kan de waterdamp
schade veroorzaken aan de randen
van de kwetsbare werkbladen.
Als u het automatisch openen van de
deur hebt uitgeschakeld (zie het
hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf
“AutoOpen”), maar de deur na afloop
van een programma toch wilt openen, open ze dan helemaal.
56
Werking
Vaatwasser uitschakelen
U kunt de vaatwasser ieder moment
met de sensortoets uitschakelen.
Wanneer u de vaatwasser uitschakelt
terwijl er nog een programma loopt, dan
wordt het programma afgebroken.
Ook een ingestelde timer kunt u op deze manier afbreken.
Schade door weglekkend water.
Weglekkend water kan schade veroorzaken.
Draai veiligheidshalve de kraan dicht
wanneer de vaatwasser langere tijd
niet wordt gebruikt, bijvoorbeeld
tijdens vakanties.
Vaatwasser legen
Heet serviesgoed is gevoelig voor stoten. Laat het serviesgoed daarom, nadat het toestel is uitgeschakeld, in de
vaatwasser afkoelen totdat u het goed
kunt vastpakken.
Als u de deur na het uitschakelen helemaal opent, koelt het serviesgoed sneller af.
Haal eerst het onderrek leeg, dan het
bovenrek en ten slotte de 3DMultiFlex-lade (indien aanwezig).
U voorkomt zo dat er waterdruppels
van het bovenrek of de 3D-MultiFlexlade op het servies in het onderrek
vallen.
57
Werking
Programma onderbreken
Het programma wordt onderbroken zodra u de deur opent.
Wanneer u de deur weer sluit, gaat het
programma na een paar seconden daar
verder waar het is onderbroken.
U kunt zich verbranden door
heet water dat uit het toestel
stroomt.
Tijdens het gebruik kan het water in
de vaatwasser heet zijn.
Ingeval u de deur wilt openen terwijl
er een programma loopt, doe dat
dan heel voorzichtig.
Programma afbreken of wisselen
Wanneer een programma wordt onderbroken, kunnen belangrijke programmafasen worden overgeslagen.
Wilt u een programma afbreken, doe
dat dan alleen in de eerste minuten
van het programma.
Wanneer een programma al is gestart,
kunt u het als volgt afbreken:
Schakel de vaatwasser uit met de
sensortoets.
Ga als volgt te werk als u een ander
programma wilt kiezen:
Schakel de vaatwasser weer in met
de sensortoets.
Controleer bij een handmatige dose-
ring van reinigingsmiddel of het vak
voor reinigingsmiddel nog is gesloten.
Doseer opnieuw reinigingsmiddel als
het vak al is geopend en sluit vervolgens het deksel.
58
Kies het gewenste programma en
start het.
Opties
Timer
Met de Timer beschikt u over meerdere mogelijkheden om een programma
op een later tijdstip te laten starten. U
kunt de starttijd of de eindtijd van een
programma instellen. Daarnaast kunt u
met de functiesEcoStart ofSmartStart
gebruik maken van gunstige stroomtarieven.
Bij handmatige dosering van reinigingsmiddel kan het klonteren en
wordt het mogelijk niet volledig uit
het vak gespoeld.
Bij het gebruik van de Timer moet u
ervoor zorgen dat het vak voor het
reinigingsmiddel droog is. Veeg het
vak indien nodig extra droog.
Gebruik geen vloeibaar reinigingsmiddel. Het reinigingsmiddel kan
weglekken.
Gezondheidsrisico's met betrek-
king tot reinigingsmiddel.
Voorkom dat kinderen met het reini-
gingsmiddel in aanraking kunnen komen:
Doseer het reinigingsmiddel pas vlakvoordat u het programma start,
voordat u de Timer inschakelt. Vergrendel de deur met de kinderbeveiliging.
Timer inschakelen
Schakel de vaatwasser weer in met
de sensortoets.
De sensortoetsStart knippert.
Kies het gewenste programma.
Raak de sensortoets aan.
De sensortoets brandt.
Met de sensortoetsen kunt u kie-
zen uit de functiesStart om, Einde om en
EcoStart of eventueelSmartStart.
Bevestig de gewenste functie
metOK.
De laatst gekozen Timer-tijd wordt
weergegeven en het cijferblok voor de
uren is gemarkeerd.
Voer met de sensortoetsen de
gewenste Timer-tijd in en bevestig
metOK.
Wanneer u bij het instellen van de tijd
een paar seconden geen instellingen
configureert, springt de display weer terug naar het vorige menuniveau. Begin
dan van voren af aan.
Wanneer de Timer is ingeschakeld,
worden alle weergaven in de display
na enkele minuten uitgeschakeld om
energie te sparen.
Raak de sensortoets aan om de
display weer voor enkele minuten in te
schakelen.
U kunt de Timer ook inschakelen via
de Miele@mobile-app.
59
Opties
“Starten om” instellen
Met de functieStart om kunt u de door u
gewenste exacte starttijd van het programma instellen.
Voer met de sensortoetsen de
uren in en bevestig met OK.
De uren worden opgeslagen en het cijferblok voor de minuten is gemarkeerd.
Voer met de sensortoetsen de
minuten in en bevestig metOK.
De opgeslagen starttijd van het gekozen
programma wordt enkele minuten weergegeven.
Bij het bereiken van de ingestelde tijd
start het gekozen programma automatisch.
Op de display verschijnt de resttijd, de
sensortoets gaat uit en de sensortoetsStart gaat branden.
“Eindigen om” instellen
Stel bij de functieEinde om de tijd in
waarop het gekozen programma uiterlijk
moet zijn afgelopen.
Voer met de sensortoetsen de
uren in en bevestig met OK.
De uren worden opgeslagen en het cijferblok voor de minuten is gemarkeerd.
Voer met de sensortoetsen de
minuten in en bevestig metOK.
De berekende starttijd van het gekozen
programma wordt enkele minuten weergegeven.
Wanneer de ingestelde eindtijd niet
haalbaar is, bijv. wanneer het programma te lang duurt, wordt met een melding weergegeven wat het instelbare
tijdskader is.
Bevestig indien nodig deze aanwij-
zing metOK.
Het gekozen programma start automatisch als de berekende tijd is bereikt.
Op de display verschijnt de resttijd, de
sensortoets gaat uit en het controlelampjeStart gaat branden.
60
Opties
“EcoStart” instellen
Met de functieEcoStart kunt u gebruik
maken van gunstige stroomtarieven.
Daarvoor dient u van tevoren eenmalig
maximaal 3tariefblokken voor de verschillende stroomtarieven in te stellen
(zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “EcoStart”).
Stel vervolgens het tijdstip in waarop
het gekozen programma uiterlijk moet
zijn beëindigd.
De vaatwasser start dan automatisch in
de meest voordelige tariefzone binnen
de ingestelde tijd.
Voer met de sensortoetsen de
uren in en bevestig met OK.
De uren worden opgeslagen en het cijferblok voor de minuten is gemarkeerd.
Voer met de sensortoetsen de
minuten in en bevestig metOK.
De berekende starttijd van het gekozen
programma wordt enkele minuten weergegeven.
Het gekozen programma start automatisch als de berekende tijd is bereikt.
Op de display verschijnt de resttijd, de
sensortoets gaat uit en de sensortoetsStart gaat branden.
“SmartStart” instellen
Met de functieSmartStart kunt u de
vaatwasser automatisch laten starten
op een tijdstip waarop het stroomtarief
laag is.
Als u deze functie wilt gebruiken, hebt u
mogelijk aanvullende technische accessoires nodig.
Als u in het menuInstellingen de functieSmartStart hebt ingeschakeld, wordt
in het menuTimer niet meer de functieEcoStart, maar de functieSmartStart
weergegeven (zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Miele@home”).
Als uw energiebedrijf deze service aanbiedt, stuurt het een signaal als het
stroomtarief heel laag is.
Dit signaal start de vaatwasser.
U kunt het tijdstip instellen waarop het
programma uiterlijk moet zijn beëindigd.
De vaatwasser berekent de uiterste
starttijd voor het gekozen programma
en wacht tot deze tijd is bereikt op het
signaal van het energiebedrijf.
61
Opties
Stel het tijdstip in waarop het gekozen
programma uiterlijk moet zijn beëindigd.
Voer met de sensortoetsen de
uren in en bevestig met OK.
De uren worden opgeslagen en het cijferblok voor de minuten is gemarkeerd.
Voer met de sensortoetsen de
minuten in en bevestig metOK.
De meldingWacht op SmartStart verschijnt.
De sensortoetsStart gaat enkele minuten branden.
Het gekozen programma start automatisch, zodra het energiebedrijf het signaal heeft verzonden of de uiterste
starttijd is bereikt.
Op de display verschijnt de resttijd, de
sensortoets gaat uit en de sensortoetsStart gaat branden.
Timer wijzigen of wissen
U kunt de ingestelde Timer-tijd wijzigen
of wissen.
Raak de sensortoets aan.
Kies met de sensortoetsen de
eerder geactiveerde Timer-functie en
bevestig metOK.
Kies met de sensortoetsen de
functieWijzigen ofWissen en bevestig
metOK.
Nadat u de functieWijzigen hebt bevestigd metOK kunt u de ingestelde Timertijd wijzigen.
Nadat u de functieWissen hebt bevestigd metOK, verschijnt de programmaduur van het gekozen programma op de
display.
De sensortoets gaat uit en de sensortoetsStart knippert.
U kunt nu het gekozen programma
starten of de vaatwasser uitschakelen.
62
Wanneer u de vaatwasser uitschakelt
terwijl er nog een programma loopt via
de Timer, dan wordt de Timer onderbroken.
U kunt de ingestelde Timer-tijd ook
wijzigen of wissen via de
Miele@mobile-app.
Opties
Start op afstand inschakelen
Met de Miele@mobile-app kunt de vaatwasser ook op afstand starten. U dient
hiervoor eerst de app te installeren op
een mobiel toestel, de vaatwasser te
verbinden met uw WiFi-netwerk (zie het
hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf
“Miele@home”) en eventueel de optie
Afstandsbediening in te schakelen (zie
het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf
“Afstandsbediening”).
Schakel de vaatwasser in met de
sensortoets.
Raak de sensortoets aan.
De sensortoets brandt.
Schakel de vaatwasser uit met de
sensortoets.
U kunt de vaatwasser nu met de
Miele@mobile-app op afstand starten.
De optie “Starten op afstand” blijft actief totdat u deze met de sensortoets
weer uitschakelt. De optie blijft ook actief als u de vaatwasser tussendoor uiten weer inschakelt.
Ook als de optie “Starten op afstand”
niet actief is, kunt u met de
Miele@mobile-app de status van uw
vaatwasser opvragen en instellingen
configureren.
Als u een programma met de sensortoetsStart op de vaatwasser start,
wordt de optie “Starten op afstand” gedurende de duur van het programma
automatisch ingeschakeld en brandt de
sensortoets.
63
Programma-overzicht
Potten, pannen, sterk por-
selein en bestek
normale opgedroogde huis-
houdelijke etensresten
sterk opgedroogde, ingebran-
de, aangekoekte
zetmeel-of eiwithoudende1
etensresten
water- en energiebesparend
programmaverloop
maximale
reinigingscapaciteit
VaatwerkEtensrestenProgramma-
eigenschappen
temperatuurgevoelig vaatwerk,
glazen en kunststof
gemengd vaatwerk
licht opgedroogde,
normale huishoudelijke
etensresten
alle normale huishoudelijke
etensresten
licht opgedroogde,
normale huishoudelijke
etensresten
Verloop met behoedzame
reiniging van glazen
variabel, sensorgestuurd
programmaverloop
Kort programma van minder
dan één uur
zonder vaatwerk
Gemorst
regenereerzout
Zoutresten
verwijderen
1
Zetmeelhoudende etensresten kunnen onstaan door bijvoorbeeld aardappelen, pasta of rijst.
Eiwithoudende etensresten kunnen onstaan door gebraden vlees of vis.
64
Programma-overzicht
Speciaal 45°C
Auto 45–65°C
QuickPowerWash 65°C
ECO 50°C
Intensief 75°C
Programma
2
Verbruiksprognose
3
QuickPowerWash 65°C
+ Express
2
Alle programma's zijn te combineren met de programmaopties “Express” of “IntenseZone”.
3
De voorspelde waarden kunnen veranderen als gevolg van de geselecteerde instellingen,
programmaopties of de gebruiksomstandigheden.
Programmaduur 13minuten,
zonder opwarmen,
uitsluitend voor zoutuitspoelen.
Energieverbruik
Waterverbruik
Programmaduur
Energieverbruik
Waterverbruik
Programmaduur
Energieverbruik
Waterverbruik
Programmaduur
Energieverbruik
Waterverbruik
Programmaduur
Energieverbruik
Waterverbruik
Programmaduur
65
Programma-overzicht
ProgrammaProgrammaverloop
VoorspoelenReinigenTussen-
spoelen
°C°C
ECO 50°C
Auto 45–65°Cvariabel programmaverloop, sensorgestuurde aanpassing
Speciaal45°C4555–70
QuickPowerWash
65°C
Intensief 75°C7555–70
Normaal 60°C6055–70
Extra stil 55°C-5555–70
SolarSpaar
Hygiëne 70°C-7070
Machinereiniging-7570
1
Dit programma is gezien het gecombineerde energie- en waterverbruik uiterst efficiënt
voor het reinigen van normaal verontreinigd serviesgoed.
1
-5046
aan hoeveelheid serviesgoed en etensresten
naar
behoefte
-6565
55–6555–70
NaspoelenDrogen
66
Programma-overzicht
Verbruik
Elektrische energieWater
2
2
Tijd
Koud waterWarm waterLiterKoud waterWarm water
15°C60°C15°C60°C
kWhkWhh:minh:min
0,730,528,93:553:41
0,65–1,05
3,4
0,40–0,55
3,4
6,0–13,0
3,4
2:03–3:371:55–3:21
0,900,4013,02:462:28
1,200,7510,50:580:58
1,300,8514,03:123:03
1,000,5013,02:272:12
0,950,609,54:013:50
-0,0727,0-2:48
1,300,9010,52:142:02
1,701,0019,02:101:47
2
De genoemde waarden zijn berekend onder gestandaardiseerde testomstandigheden. In
de praktijk kunnen deze verbruikswaarden afwijken, op basis van gekozen instellingen,
programmaopties of gebruiksomstandigheden.
3
Minimumwaarde: deelbelading met licht verontreinigd serviesgoed
4
Maximumwaarde: volle belading met sterk verontreinigd serviesgoed
67
Programma-overzicht
overige programma's
Normaal 60°C
Programma voor het reinigen van gemengd serviesgoed met normale huishoudelijke etensresten.
Extra stil 55°C
Zeer stil programma met langere programmaduur. Dit programma is geschikt
voor gemengd vaatwerk met licht aangekoekte, normale huishoudelijke
etensresten.
SolarSpaar
Programma zonder verwarming, als de
vaatwasser is aangesloten op warm
water met een temperatuur van minstens 45°C (zie het hoofdstuk “Installatie”, paragraaf “Watertoevoer”). Dit programma is geschikt voor het reinigen
van gemengd serviesgoed met licht
aangekoekte, normale huishoudelijke
etensresten.
Machinereiniging
De spoelruimte van de vaatwasser is
grotendeels zelfreinigend. Wanneer zich
in de spoelruimte desondanks vuilresten of afzetting bevinden, gebruikt u het
programmaMachinereiniging om het toestel te reinigen. De vaatwasser mag
hierbij geen serviesgoed bevatten. Het
programma is op de reiniging van de
spoelruimte met reinigingsproducten
(machinereiniger, onderhoudsmiddel)
afgestemd (zie het hoofdstuk “Bij te bestellen accessoires”, paragraaf “Machinereiniging”). Lees de aanwijzingen op
de verpakking van het product. Wanneer onderhoudsmiddelen worden gebruikt, mag geen reinigingsmiddel worden gedoseerd. Voor dit programma is
derhalve de automatische dosering van
reinigingsmiddel (indien aanwezig) uitgeschakeld.
Hygiëne 70°C
Programma voor het reinigen van robuust vaatwerk met licht aangekoekte
normale huishoudelijke etensresten, dat
aan speciale hygiëne-eisen moet voldoen, bijv. babyflesjes en snijplanken.
68
Programma-opties
Programma-opties kiezen
U kunt de programma's aanpassen via
de programma-opties.
U kunt hiervoor in het programmamenu
van een gekozen programma, vóór de
start van het programma de programma-opties in- of uitschakelen.
Schakel de vaatwasser in met de
sensortoets.
De sensortoetsStart knippert.
Kies een ander programma, indien
gewenst.
Raak de sensortoets van de ge-
wenste programma-optie aan.
De betreffende sensortoets gaat branden als de programma-optie voor het
gekozen programma beschikbaar is.
Als de programma-optie niet te combineren is met het gekozen programma,
dan wordt een melding op de display
weergegeven.
Bevestig de melding in dit geval
metOK.
Start het programma met de sensor-
toetsStart.
De gekozen programma-optie blijft voor
het betreffende programma actief totdat
u de instelling weer wijzigt.
IntenseZone
Met de optieIntenseZone worden
de reinigingsprestaties voor het onderrek verhoogd.
Het energie- en waterverbruik stijgt
enigszins door de langere reinigingsduur en hogere temperatuur in het onderrek.
Express
Met de optieExpress wordt de programmaduur verkort.
Voor een optimaal reinigingsresultaat
kan de temperatuur en daarmee het
energieverbruik enigszins stijgen.
De tijd waarmee de programmaduur
wordt verkort, verschilt afhankelijk van
het gekozen programma.
Wanneer u de optieExpress kiest,
gaat deze mogelijk voor andere gekozen opties.
Gecombineerd met het programmaQuickPowerWash zorgt de optieExpress voor een spoelgang die
uitsluitend is bedoeld om zoutoplossing te verwijderen. Het gaat hierbij
om het zout dat er bij het vullen van
het zoutreservoir uit is gelopen.
69
Reiniging en onderhoud
Controleer regelmatig (circa elke 4–6
maanden) de algemene toestand van
uw vaatwasser. Op die manier kunnen storingen worden voorkomen.
Schade als gevolg van onge-
schikte reinigingsmiddelen.
Alle oppervlakken zijn krasgevoelig.
Alle oppervlakken kunnen verkleuren
of aangetast worden als ze met verkeerde reinigingsmiddelen in aanraking komen.
Gebruik alleen voor het betreffende
oppervlak geschikte reinigingsmiddelen.
Spoelruimte reinigen
Als u steeds de juiste hoeveelheid reinigingsmiddel gebruikt, is de spoelruimte
grotendeels zelfreinigend.
Wanneer zich in de spoelruimte desondanks kalk of vet heeft afgezet, gebruikt
u het programmaMachinereiniging (zie
het hoofdstuk “Programma-overzicht”,
paragraaf “overige programma's”)
met machinereiniger (zie het hoofdstuk
“Bij te bestellen accessoires”, paragraaf
“Machinereiniging”). Lees de aanwijzingen op de verpakking van de reinigingsmiddelen.
De reinigings- en onderhoudsmiddelen
van Miele zijn verkrijgbaar de de Miele
Service en in de Miele-webshop.
Hygiënecyclus
Wordt er overwegend gebruik gemaakt
van programma's met lage temperaturen dan bestaat het gevaar dat zich in
de spoelruimte geurtjes, ziektekiemen
en aanslag ontwikkelen. Nadat een aantal keren een programma met een lage
temperatuur is gedraaid, wordt de temperatuur in de laatste spoelbeurt van
het aflopende programma automatisch
verhoogd. Hiermee wordt het ontwikkelen van aanslag en geurtjes voorkomen.
Tijdens dit programmaverloop neemt
het energieverbruik toe.
U kunt deze functie in- of uitschakelen
(zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Hygiënecyclus”).
Als u de hygiënecyclus uitschakelt,
dient u een keer per maand het programmaIntensief75°C uit te voeren,
om de spoelruimte te reinigen en het
ontstaan van geurtjes te voorkomen.
Reinig regelmatig de zeven in de
spoelruimte.
70
Reiniging en onderhoud
Deurdichting en deur reinigen
De deurdichtingen en zijkanten van de
deur van de vaatwasser worden niet
door de waterstralen bereikt en gereinigd. Daarom kan zich daar schimmel
vormen.
Neem de deurdichtingen regelmatig
met een vochtige doek af om etensresten te verwijderen.
Verwijder gemorste etens- en drank-
resten van de zijkanten en de scharnieren van de deur.
Bedieningspaneel reinigen
Reinig het bedieningspaneel uitslui-
tend met een vochtige doek.
Front reinigen
Schade door verontreinigingen.
Als verontreinigingen te lang inwerken, kunt u ze soms niet meer verwijderen en kunnen de oppervlakken
verkleuren of aangetast raken.
U verwijdert verontreinigingen het
best meteen.
Reinig de voorkant met een schoon
sponsdoekje, afwasmiddel en warm
water. Droog de voorkant en de behuizing vervolgens met een zachte
doek.
U kunt voor het reinigen ook een
schoon, vochtig microvezeldoekje
zonder reinigingsmiddel gebruiken.
Om beschadigingen aan de oppervlakken te voorkomen, mogen de volgende middelen niet voor de reiniging worden gebruikt:
– soda-, ammoniak-, zuur- of chloride-
houdende reinigingsmiddelen,
– kalkoplossende reinigingsmiddelen,
– schurende reinigingsmiddelen zoals
schuurpoeder, schuurmiddelen,
schuursponsjes,
– oplosmiddelhoudende reinigingsmid-
delen,
– reinigingsmiddelen voor roestvrij
staal,
– reinigingsmiddelen voor vaatwassers,
– ovenreinigers,
– glasreinigers,
– schurende harde borstels en spons-
jes (zoals pannensponsjes) of gebruikte sponsjes die nog resten
schuurmiddel bevatten,
– vlekkensponsjes,
– scherpe metalen schrapers,
– staalwol,
– stoomreinigers.
71
Reiniging en onderhoud
AutoDos reinigen
Controleer regelmatig (ongeveer om
de 2–3 maanden wanneer de
PowerDisk leeg is) of het doseerkanaal schoon is en reinig dit indien nodig. Dat helpt om storingen van AutoDos te voorkomen.
Controleer en AutoDos elke keer dat u
de PowerDisk vervangt en reinig het
systeem indien nodig om een optimale
werking van AutoDos te garanderen.
Draai het deksel van AutoDos open
.
Verwijder indien nodig de PowerDisk.
Trek de houder van de PowerDisk aan
de gele grepen naar boven toe eraf.
Trek daarbij niet aan het lipje aan de
zijkant.
1PowerDisk-houder
2Doseerkanaal voor het doseren van
reinigingsmiddel uit de PowerDisk in de
spoelruimte
72
Ontgrendel het doseerkanaal met het
lipje (pijl) en trek het eruit.
Reiniging en onderhoud
Reinig het doseerkanaal met water en
eventueel met een zachte borstel.
Let erop dat er bij het reinigen geen
vocht in AutoDos terechtkomt.
Droog het doseerkanaal goed, zodat
het reinigingsmiddel niet klontert.
Plaats het doseerkanaal terug. Het
lipje moet daarbij vastklikken.
Plaats de PowerDisk-houder terug en
zorg ervoor dat de pijlen in de
PowerDisk-houder en het kijkvenster
naar elkaar wijzen. De houder moet
daarbij plat liggen.
Het AutoDos-deksel moet lekvrij
worden afgesloten, zodat het reinigingsmiddel niet klontert.
Controleer of alle afdichtingen
schoon zijn.
Plaats een PowerDisk.
Sluit het deksel van AutoDos en draai
het deksel tot de greep ervan zich
precies onder het symbool bevindt
(zie het hoofdstuk “Reinigingsmiddelen”, paragraaf “PowerDisk plaatsen”).
Controleer regelmatig of de onderste
sproeiarm niet verstopt is, om er zeker van te zijn dat de uitlaat voor het
reinigingsmiddel van AutoDos volledig wordt schoongespoeld (zie het
hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”,
paragraaf “Sproeiarmen reinigen”).
73
Reiniging en onderhoud
Sproeiarmen reinigen
Het is mogelijk dat er etensresten vast
gaan zitten in de sproeikoppen en de
lagers van de sproeiarmen. Controleer
de sproeiarmen dan ook regelmatig (ongeveer om de 2–4 maanden).
Risico op schade door vuil in het
circulatiesysteem.
Zonder zeven komt vuil in het circu-
latiesysteem terecht en raakt het systeem verstopt.
Spoel niet zonder onderste sproeiarm en zonder zeven.
Zorg ervoor dat er bij het reinigen
van de zeven en sproeiarmen geen
grove vuilresten in het circulatiesysteem terechtkomen.
Schakel de vaatwasser uit.
De bovenste en middelste sproeiarm
verwijderen
Trek de 3D-MultiFlex-lade (indien
aanwezig) uit de vaatwasser.
Draai de schroefverbinding van de
middelste sproeiarm in tegenwijzer-
zin (zie de afbeelding) en haal de
sproeiarm eraf.
De onderste sproeiarm verwijderen
Trek het onderrek naar buiten.
Duw de bovenste sproeiarm omhoog,
zodat de vertanding vastklikt en
schroef de sproeiarm er in tegenwijzerzin af.
74
Draai de schroefverbinding van de
onderste sproeiarm in tegenwijzerzin
los en trek de sproeiarm er naar
boven toe af.
Reiniging en onderhoud
Sproeiarmen reinigen
Druk de verontreinigingen in de
sproeikoppen met een scherp voorwerp in de sproeiarm.
Spoel de sproeiarm onder stromend
water goed schoon.
Sproeiarmen plaatsen
Plaats de bovenste en middelste
sproeiarm terug.
Plaats de onderste sproeiarm terug.
Let er hierbij op dat de zeefcombinatie plat tegen de bodem van de
spoelruimte aanligt.
Draai de schroefverbinding van de
onderste sproeiarm in wijzerzin vast
totdat de pijl in het kijkvenster naar
het slotsymbool wijst.
Controleer of de sproeiarmen vrij kun-
nen draaien.
Risico op schade door vuil in het
circulatiesysteem.
Met de onderste sproeiarm wordt de
zeefcombinatie bevestigd. Zonder
zeven kunnen grotere etensresten in
het circulatiesysteem terechtkomen
en kan het systeem verstopt raken.
Spoel niet zonder onderste sproeiarm en zonder zeven.
75
Reiniging en onderhoud
Zeven in de spoelruimte controleren
De zeefcombinatie op de bodem van de
spoelruimte houdt het ergste vuil uit het
spoelwater tegen. Op die manier wordt
voorkomen dat het vuil in het circulatiesysteem komt en via de sproeiarmen
weer in de spoelruimte terechtkomt.
Risico op schade door vuil in het
circulatiesysteem.
Zonder zeven komt vuil in het circu-
latiesysteem terecht en raakt het systeem verstopt.
Spoel niet zonder onderste sproeiarm en zonder zeven.
Zorg ervoor dat er bij het reinigen
van de zeven en sproeiarmen geen
grove vuilresten in het circulatiesysteem terechtkomen.
De zeven kunnen in de loop van de tijd
door het vuil verstopt raken. Hoelang
dat duurt, hangt natuurlijk af van de
omstandigheden.
Zeven reinigen
Schakel de vaatwasser uit.
Verwijder de onderste sproeiarm (zie
het hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”, paragraaf “Sproeiarmen reinigen”).
Verwijder grove verontreinigingen
voordat u de zeefcombinatie eruit
haalt, zodat er geen verontreinigingen
in het circulatiesysteem terechtkomen.
In de display verschijnt steeds na
50programma's de meldingControleer
zeef.
Controleer de zeefcombinatie.
Reinig de zeefcombinatie indien no-
dig.
Bevestig de melding na afloop
metOK.
76
Verwijder de zeefcombinatie.
Reiniging en onderhoud
Om de binnenkant van de zeef te rei-
nigen, trekt u de microfilter aan de
kunststof ring naar onderen toe van
de zeefcombinatie.
Reinig alle delen onder stromend wa-
ter.
Gebruik daarbij eventueel een afwasborstel.
Zet de microfilter weer op de zeef-
combinatie.
Plaats de zeefcombinatie zo terug,
dat deze plat tegen de bodem van de
spoelruimte aanligt.
Plaats de onderste sproeiarm met de
schroefverbinding terug op de zeefcombinatie.
Draai de schroefverbinding in wijzer-
zin vast totdat de pijl in het kijkvenster naar het slotsymbool wijst.
Risico op schade door vuil in het
circulatiesysteem.
Met de onderste sproeiarm wordt de
zeefcombinatie bevestigd. Zonder
zeven kunnen grotere etensresten in
het circulatiesysteem terechtkomen
en kan het systeem verstopt raken.
Spoel niet zonder onderste sproeiarm en zonder zeven.
77
Reiniging en onderhoud
Zeef in de watertoevoer reinigen
Om de watertoevoerslang tegen verontreinigingen in het water te beschermen,
is in de schroefkoppeling een zeef ingebouwd. Wanneer het zeefje vuil is, loopt
er te weinig water in de spoelruimte.
Gevaar voor elektrische schok
door netspanning.
De kunststof behuizing van de wa-
teraansluiting bevat een elektrisch
ventiel.
Dompel de behuizing niet in vloeistof.
Koppel de vaatwasser vóór onder-
houdswerkzaamheden altijd los van
het elektriciteitsnet.
Schakel de vaatwasser hiertoe eerst
uit en neem daarna de stekker uit het
stopcontact.
Draai de waterkraan dicht.
Pak het rubberen dichtingsringetje uit
de schroefkoppeling.
Pak het kunststof zeefje met een
combinatietang of spitstang aan de
opstaande rand in het midden vast en
trek het er uit.
Reinig de zeef onder stromend water.
Plaats alles in omgekeerde volgorde
terug.
Schroef de toevoerslang van de kraan
af.
78
Draai de schroefkoppeling stevig op
de kraan. Draai de kraan langzaam
open. Als er water weglekt, draait u
de schroefkoppeling aan.
Het zeefje moet nadat het is gereinigd, worden teruggeplaatst.
Afvoerpomp reinigen
Als er water in de spoelruimte achterblijft wanneer het programma afgelopen
is, dan is het water niet weggepompt.
De afvoerpomp kan door vreemde
voorwerpen worden geblokkeerd. U
kunt vreemde voorwerpen gemakkelijk
zelf verwijderen.
Koppel de vaatwasser vóór onder-
houdswerkzaamheden altijd los van
het elektriciteitsnet.
Schakel de vaatwasser hiertoe eerst
uit en neem daarna de stekker uit het
stopcontact.
Haal de zeefcombinatie uit de spoel-
ruimte (zie het hoofdstuk “Reiniging
en onderhoud”, paragraaf “Zeef reinigen”).
Schep het water met een bekertje uit
de spoelruimte.
Reiniging en onderhoud
Druk de vergrendeling van de afvoer-
pompafdekking naar binnen.
Kantel de afdekking naar binnen tot-
dat u deze kunt verwijderen.
Spoel de afdekking goed af onder
stromend water en verwijder al het
vuil.
79
Reiniging en onderhoud
Onder de afdekking bevindt zich de afvoerpomp (zie pijl).
Kans op letsel door glassplinters.
Glassplinters zijn slecht zichtbaar in
de afvoerpomp.
Reinig de afvoerpomp voorzichtig.
Verwijder voorzichtig alle vreemde
voorwerpen uit de afvoerpomp. Draai
met de hand aan de waaier van de afvoerpomp om te controleren of alles
in orde is. Draai met de hand aan het
loopwiel van de afvoerpomp om te
controleren of alles in orde is.
Schade door verkeerde reiniging.
De onderdelen zijn kwetsbaar en
kunnen tijdens het reinigen beschadigd raken.
Reinig de afvoerpomp voorzichtig.
Plaats de afdekking recht van boven-
af terug.
De vergrendeling moet beslist vastklikken.
80
Nuttige tips
De meeste storingen en defecten, die bij het dagelijks gebruik kunnen optreden,
kunt u zelf verhelpen. U bespaart daarmee niet alleen tijd, maar ook kosten, omdat
u Miele niet hoeft in te schakelen.
De volgende tabellen helpen u de oorzaken van een probleem te achterhalen en te
verhelpen.
Alleen problemen die u zelf kunt verhelpen, worden hier behandeld. Alle andere
problemen worden samengevat onderStoring FXX.
Technische storingen
ProbleemOorzaak en oplossing
Nadat de vaatwasser
met de sensortoets is
ingeschakeld, blijft de
display donker.
De vaatwasser stopt
met afwassen.
De stekker zit niet in het stopcontact.
Steek de stekker in het stopcontact.
De zekering is uitgeschakeld.
Activeer de zekering (minimale sterkte: zie typepla-
tje).
De zekering is uitgeschakeld.
Activeer de zekering (minimale sterkte: zie typepla-
tje).
Als de zekering opnieuw wordt uitgeschakeld,
neemt u dan contact op met Miele.
81
Nuttige tips
Foutmeldingen
ProbleemOorzaak en oplossing
Het waarschuwingssignaal klinkt.
Op de display verschijnt
een van de volgende
storingen:
Storing FXXEr is mogelijk sprake van een technische storing.
WaterproofHet Waterproof-systeem is in werking getreden.
Storing F78Er is een storing opgetreden in de circulatiepomp.
Voordat u de storing oplost:
Schakel de vaatwasser uit.
Schakel de vaatwasser na een paar seconden
weer in.
Start het gewenste programma opnieuw.
Als de storingsmelding opnieuw verschijnt, dan is er
sprake van een technische storing.
Schakel de vaatwasser uit.
Draai de waterkraan dicht.
Neem contact op met Miele.
Schakel de vaatwasser uit.
Draai de waterkraan dicht.
Neem contact op met Miele.
Schakel de vaatwasser uit.
Schakel de vaatwasser weer in.
Start het gewenste programma opnieuw.
Als de storingsmelding opnieuw verschijnt, dan is er
sprake van een technische storing.
Schakel de vaatwasser uit.
Draai de waterkraan dicht.
Neem contact op met Miele.
82
Nuttige tips
Deuropener
ProbleemOorzaak en oplossing
Het waarschuwingssignaal klinkt.
Op de display verschijnt
de volgende storing:
Storing F33De deur wordt niet automatisch geopend.
Voordat u de storing oplost:
Schakel de vaatwasser uit.
Er is mogelijk sprake van een technische storing.
Open de deur handmatig (zie het hoofdstuk
“Eerste ingebruikneming”, paragraaf “Deur openen”) en schakel de vaatwasser weer in.
Als de storing opnieuw wordt weergegeven, neemt
u dan contact op met Miele.
De deurvergrendelingsrail gaat na het openen van de
deur niet naar binnen.
Er is mogelijk sprake van een technische storing.
Schakel de vaatwasser weer in.
Als de storing opnieuw wordt weergegeven, neemt
u dan contact op met Miele.
83
Nuttige tips
Storing in de watertoevoer
ProbleemOorzaak en oplossing
Het waarschuwingssignaal klinkt.
Op de display verschijnt
een van de volgende
meldingen:
Open de kraanDe kraan is dicht.
Draai de kraan geheel open.
WatertoevoerVoordat u de storing oplost:
Schakel de vaatwasser uit.
Storing in de watertoevoer.
Draai de kraan helemaal open en start het pro-
gramma opnieuw.
Reinig de zeef in de watertoevoer (zie het hoofd-
stuk “Reiniging en onderhoud”, paragraaf “Zeef in
de watertoevoer reinigen”).
De waterdruk is lager dan 50kPa.
Vraag een installateur om een oplossing.
Mogelijk ligt de waterafvoer ter plaatste te laag en
moet u lucht toevoeren (zie het hoofdstuk “Installatie”, paragraaf “Waterafvoer”).
Tijdens het programmaSolar Spaar geeft de
display de volgende
storing aan:
Toevoertemp. te laag
Het toegevoerde water heeft de vereiste temperatuur
van 45°C niet bereikt (zie het hoofdstuk “Installatie”,
paragraaf “Watertoevoer”).
Start het programma opnieuw.
Als de storingsmelding opnieuw verschijnt, moet u
een ander programma gebruiken.
84
Storing in de waterafvoer
ProbleemOorzaak en oplossing
Het waarschuwingssignaal klinkt.
De volgende melding
verschijnt op de display:
Waterafvoer
Voordat u de storing oplost:
Schakel de vaatwasser uit.
Storing bij de waterafvoer.
Het is mogelijk dat zich water in de spoelruimte bevindt.
Reinig de zeefcombinatie (zie het hoofdstuk “Rei-
niging en onderhoud”, paragraaf “Zeef reinigen”).
Reinig de afvoerpomp (zie het hoofdstuk “Reini-
ging en onderhoud”, paragraaf “Afvoerpomp reinigen”).
Verwijder eventuele knikken of lussen in de afvoer-
slang.
Nuttige tips
85
Nuttige tips
Storingen in AutoDos (Automatische dosering van
reinigingsmiddel)
ProbleemOorzaak en oplossing
De volgende melding
verschijnt op de display:
PowerDisk plaatsen. AutoDos uitschakelen met OK
Het waarschuwingssignaal klinkt.
Het programma start
niet of een al gestart
programma stopt.
De volgende melding
verschijnt op de display:
AutoDos-deksel open
De volgende melding
verschijnt op de display:
PowerDisk leeg. AutoDos
uitschakelen met OK.
De volgende melding
verschijnt op de display,
hoewel u al een nieuwe
PowerDisk hebt geplaatst:
PowerDisk leeg. AutoDos
uitschakelen met OK.
De functieAutoDos is ingeschakeld en er is geen
PowerDisk geplaatst.
Plaats een PowerDisk (zie het hoofdstuk “Reini-
gingsmiddelen”, paragraaf “Automatische dosering
van reinigingsmiddel/AutoDos”).
Als u AutoDos niet wilt gebruiken, schakel de func-
tie dan uit metOK of met de sensortoetsAuto-Dos.
Het AutoDos-deksel is niet goed dicht.
Sluit het AutoDos-deksel en vergrendel het deksel
volledig (zie het hoofdstuk “Reinigingsmiddelen”,
paragraaf “Automatische dosering reinigingsmiddel/AutoDos”).
Als u het deksel niet volledig kunt sluiten, con-
troleert u of de PowerDisk-houder vlak ligt (zie het
hoofdstuk “Reinigingsmiddelen”, paragraaf
“PowerDisk plaatsen”).
Als de storing opnieuw wordt weergegeven, neemt
u dan contact op met Miele.
De functieAutoDos is ingeschakeld en de
PowerDisk is leeg.
Wissel de PowerDisk (zie het hoofdstuk “Reini-
gingsmiddelen”, paragraaf “Automatische dosering
van reinigingsmiddel/AutoDos”).
Als u AutoDos niet wilt gebruiken, schakel de functie dan uit metOK of met de sensortoetsAuto-Dos.
Tijdens het wisselen van de PowerDisk was de vaatwasser uitgeschakeld, waardoor de nieuwe
PowerDisk niet is herkend.
Schakel de vaatwasser in voordat u de PowerDisk
wisselt (zie het hoofdstuk “Reinigingsmiddelen”,
paragraaf “Automatische dosering van reinigingsmiddel/AutoDos”, “PowerDisk plaatsen”).
86
ProbleemOorzaak en oplossing
Na afloop van het programma klinkt het
waarschuwingssignaal
en in de display wordt
de volgende melding
weergegeven:
Storing FF601
Er is een storing opgetreden in AutoDos.
Schakel de vaatwasser uit en weer in.
Controleer of de PowerDisk-houder en de
PowerDisk goed zijn geplaatst (zie het hoofdstuk
“Reinigingsmiddelen”, paragraaf “Automatische
dosering van reinigingsmiddel/AutoDos”).
Activeer de functieAutoDos en start het pro-
gramma opnieuw.
Als de storingsmelding opnieuw verschijnt, dan is er
sprake van een technische storing. U kunt uw vaatwasser echter blijven gebruiken door AutoDos met de
sensortoetsAutoDos uit te schakelen en het reinigingsmiddel handmatig te doseren in het vakje voor
reinigingsmiddel.
Als u AutoDos weer wilt gebruiken, neem dan con-
tact op met de Miele Service.
Na afloop van het programma klinkt het
waarschuwingssignaal
en in de display wordt
de volgende melding
weergegeven:
Probleem bij AutoDos.
De vaatwasser wordt na
afloop van het programma niet uitgeschakeld.
Het serviesgoed is mogelijk niet schoon, omdat er niet voldoende
reinigingsmiddel is gedoseerd.
De functieAutoDos
wordt tijdens het programma automatisch
uitgeschakeld.
Er is een lege PowerDisk geplaatst of AutoDos wordt
geblokkeerd door restjes reinigingsmiddel. Er wordt
niet voldoende reinigingsmiddel gedoseerd.
De functieAutoDos is automatisch uitgeschakeld.
“Reiniging en onderhoud”, paragraaf “Sproeiarmen
reinigen”).
Bevestig elk van de meldingen metOK.
Schakel de functieAutoDos in door de melding
AutoDos mogelijk metOK te bevestigen.
Start het programma opnieuw.
Dit programma wordt met maximaal 2,5uur verlengd
om de uitlaat voor het reinigingsmiddel van AutoDos
uit te spoelen.
Nuttige tips
87
Nuttige tips
Storing in de sproeiarmen
ProbleemOorzaak en oplossing
Tijdens en na afloop
van het programma verschijnt in de display de
volgende melding:
Sproeiarmen control.
De vaatwasser wordt na
afloop van het programma niet uitgeschakeld.
Het serviesgoed is mogelijk niet schoon, omdat er geen reinigingsmiddel is gedoseerd. De
functieAutoDos
wordt tijdens het programma automatisch
uitgeschakeld.
De onderste sproeiarm is geblokkeerd of de inspuiters
van de onderste sproeiarm zijn verstopt. De functieAutoDos wordt tijdens het programma automatisch uitgeschakeld, omdat de uitlaat voor het reinigingsmiddel van AutoDos mogelijk niet volledig kan
worden uitgespoeld.
Schakel de vaatwasser uit en weer in.
In de display verschijnen enkele meldingen.
Controleer of de onderste sproeiarm draait en ver-
plaats eventueel het serviesgoed als het de sproeiarm blokkeert.
Reinig de onderste sproeiarm (zie het hoofdstuk
“Reiniging en onderhoud”, paragraaf “Sproeiarmen
reinigen”).
Bevestig elk van de meldingen metOK.
Start het programma opnieuw.
88
Algemene problemen met de vaatwasser
ProbleemOorzaak en oplossing
De display en de controlelampjes zijn donker.
In het vak voor het reinigingsmiddel zijn resten
reinigingsmiddel achtergebleven.
Het deksel van het vak
gaat niet dicht.
Na afloop van het programma zit er een
vochtlaagje op de binnenkant van de deur en
mogelijk ook op de binnenwanden.
Na afloop van een programma bevindt zich
water in de spoelruimte.
De vaatwasser gaat automatisch uit om energie te besparen.
Schakel de vaatwasser weer in met de sensor-
toets.
Het vak was nog vochtig toen het middel werd gedoseerd.
Doseer reinigingsmiddel uitsluitend in een droog
vak.
Er zijn resten reinigingsmiddel achtergebleven die de
sluiting blokkeren.
Verwijder de resten reinigingsmiddel.
Dit is de normale werking van het droogsysteem. De
vochtigheid verdampt na een tijdje.
Voordat u de storing oplost:
Schakel de vaatwasser uit.
De zeefcombinatie in de spoelruimte is verstopt.
Reinig de zeefcombinatie (zie het hoofdstuk “Rei-
niging en onderhoud”, paragraaf “Zeef reinigen”).
De afvoerpomp is geblokkeerd.
Reinig de afvoerpomp (zie het hoofdstuk “Reini-
ging en onderhoud”, paragraaf “Afvoerpomp reinigen”).
Er zit een knik in de afvoerslang.
Haal de knik uit de afvoerslang.
Nuttige tips
89
Nuttige tips
Geluiden
ProbleemOorzaak en oplossing
Een kloppend geluid uit
de spoelruimte
Een rammelend geluid
uit de spoelruimte
Kloppende geluiden in
de waterleiding
Een sproeiarm slaat tegen het serviesgoed aan.
Open de deur voorzichtig en verplaats het servies-
goed dat de sproeiarm blokkeert.
Het serviesgoed beweegt in de spoelruimte.
Open de deur voorzichtig en plaats het servies-
goed steviger in de vaatwasser.
Er bevindt zich een voorwerp (bijvoorbeeld een
scherf) in de afvoerpomp dat er niet hoort.
Verwijder dit voorwerp uit de afvoerpomp (zie het
hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”, paragraaf
“Afvoerpomp reinigen”).
Het geluid wordt mogelijk veroorzaakt door de waterleiding ter plaatse of door een waterleiding met een te
kleine diameter.
Dit heeft geen invloed op de werking van de vaat-
wasser. Neem eventueel contact op met een installateur.
90
Een tegenvallend afwasresultaat
ProbleemOorzaak en oplossing
Het serviesgoed is niet
schoon.
Er zitten vlekken op de
glazen en het bestek.
Glaswerk krijgt een
blauwe glans. De aanslag kan worden afgewist.
Het serviesgoed is niet goed geplaatst.
Neem de aanwijzingen in het hoofdstuk “Servies-
goed en bestek inruimen” in acht.
Het programma was niet krachtig genoeg.
Kies een geschikt programma (zie het hoofdstuk
“Programma-overzicht”).
Er is bij handmatige dosering te weinig reinigingsmiddel gedoseerd.
Gebruik meer reinigingsmiddel of ga over naar een
ander reinigingsmiddel.
De sproeiarmen zijn door servies geblokkeerd.
Controleer dit door de sproeiarmen rond te draaien
en plaats het servies anders, indien nodig.
De zeefcombinatie in de spoelruimte is niet schoon of
niet goed geplaatst.
Daardoor kunnen ook de sproeikoppen verstopt zijn.
Reinig de zeefcombinatie of plaats deze op de
juiste manier in de vaatwasser.
Reinig indien nodig ook de sproeikoppen (zie het
hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”, paragraaf
“Sproeiarmen reinigen”).
Er is te veel naspoelmiddel gedoseerd.
Doseer minder naspoelmiddel (zie het hoofdstuk
“Instellingen”, paragraaf “Naspoelmiddel”).
Nuttige tips
91
Nuttige tips
ProbleemOorzaak en oplossing
Het serviesgoed wordt
niet droog of er zitten
vlekken op glazen en
bestek.
De glazen krijgen een
bruin-blauwe kleur. De
aanslag kan niet worden afgewist.
Glazen worden dof en
verkleuren. De aanslag
kan niet worden afgewist.
Er zitten nog theevlekken of lippenstift op het
servies.
Er is te weinig naspoelmiddel gedoseerd of het reservoir is leeg.
Vul het reservoir, verhoog de dosering naspoel-
middel of neem voortaan een ander naspoelmiddel
(zie het hoofdstuk “Eerste ingebruikneming”, paragraaf “Naspoelmiddel”).
Het serviesgoed is er te vroeg uitgehaald.
Haal het serviesgoed er later uit (zie het hoofdstuk
“Werking”, paragraaf “Vaatwasser legen).
De droogfase van het gekozen programma is te kort
voor de hoeveelheid serviesgoed.
Kies de functie “Extra droog” (zie het hoofdstuk
“Instellingen”, paragraaf “Extra droog”).
U gebruikt combi-tabs die niet goed drogen.
Neem een ander reinigingsmiddel of doseer na-
spoelmiddel (zie het hoofdstuk “Eerste ingebruikneming”, paragraaf “Naspoelmiddel”).
Het reinigingsmiddel bevat stoffen die zich op de glazen hebben afgezet.
Ga direct over op een ander reinigingsmiddel.
De glazen zijn niet geschikt voor reiniging in de vaatwasser. Het oppervlak is veranderd.
U kunt hier verder niets aan doen.
Koop glazen die wel geschikt zijn voor de vaatwasser.
De temperatuur van het gekozen programma was te
laag.
Kies een programma met een hogere reinigings-
temperatuur.
De bleekwerking van het reinigingsmiddel is te gering.
Gebruik een ander reinigingsmiddel.
92
ProbleemOorzaak en oplossing
Kunststof delen zijn
verkleurd.
Er zit witte aanslag op
het serviesgoed. Er zit
een wit laagje op de
glazen en het bestek.
De aanslag kan worden
afgewist.
Dit kan worden veroorzaakt door natuurlijke kleurstoffen in bijvoorbeeld wortels, tomaten en ketchup. De
hoeveelheid reinigingsmiddel of de bleekwerking ervan was voor deze kleurstoffen te gering.
Gebruik meer reinigingsmiddel (zie het hoofdstuk
“Reinigingsmiddel”).
Delen die al verkleurd zijn, krijgen hun oorspronkelijke kleur niet terug.
Er is te weinig naspoelmiddel gedoseerd.
Doseer meer naspoelmiddel (zie het hoofdstuk “In-
stellingen”, paragraaf “Naspoelmiddel”).
Er zit geen zout in het zoutreservoir.
Vul regenereerzout bij (zie het hoofdstuk “Eerste
ingebruikneming”, paragraaf “Regenereerzout”).
De dop van het zoutreservoir is niet goed dichtgedraaid.
Zet de dop er recht op en draai hem goed dicht.
Er zijn niet-geschikte combi-tabs gebruikt.
Gebruik een ander reinigingsmiddel. Gebruik even-
tueel tabs of poedervormig reinigingsmiddel zonder meervoudige werking en doseer daarnaast regenereerzout en naspoelmiddel.
In de ontharder is een te lage waterhardheid ingesteld.
Stel in de ontharder een hogere waterhardheid in
(zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Waterhardheid”).
Nuttige tips
93
Nuttige tips
ProbleemOorzaak en oplossing
Er zitten roestvlekken
op het bestek.
Het betreffende bestek is onvoldoende roestbestendig.
U kunt hier verder niets aan doen.
Koop bestek dat geschikt is voor de vaatwasser.
Nadat er regenereerzout is bijgevuld, is er geen programma gestart. Er zijn zoutresten in het gewone afwasproces terechtgekomen.
Start na het doseren van regenereerzout altijd het
programma65°C QuickPowerWash met de
programma-optieExpress zonder serviesgoed.
De dop van het zoutreservoir is niet goed dichtgedraaid.
Zet de dop er recht op en draai hem goed dicht.
94
Klantendienst
Contact bij storingen
Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u uw Miele-vakhandelaar of de Miele Klantendienst.
Het telefoonnummer van de Miele
klantendienst vindt u achteraan in dit
document.
De Miele Service heeft het type toestel
en het fabricagenummer nodig. Beide
gegevens vindt u op het typeplaatje.
Garantie
De garantietermijn bedraagt 2 jaar.
Zie voor meer informatie de bijgevoegde garantievoorwaarden.
Voor keuringsinstituten
In de brochure “Instructies voor vergelijkende tests” vindt u informatie
over vergelijkende tests en geluidsmetingen.
Wanneer u deze brochure wilt ontvangen, vraag dan de meest actuele versie
per e-mail aan bij:
– testinfo@miele.de
Vermeld bij uw bestelling uw adres, alsook het model en het nummer van uw
vaatwasser (zie het typeplaatje).
U kunt de brochure ook downloaden
van de Miele-website.
95
Bij te bestellen accessoires
Voor deze vaatwasser kunt u afwas-,
reinigings- en onderhoudsmiddelen en
accessoires bestellen.
Al deze producten zijn op Miele-toestellen afgestemd.
Deze en vele andere producten kunt u
ook via de Miele-webshop bestellen. U
kunt deze producten ook bestellen bij
Miele of bij uw Miele-vakhandelaar.
Afwasmiddelen
Met uw Miele-vaatwasser hebt u gekozen voor de beste kwaliteit en prestaties. Om altijd optimale resultaten te behalen, is het van belang de juiste afwasmiddelen te gebruiken. Niet elk in de
handel gebruikelijk middel reinigt in elke
vaatwasser even goed.
Daarom zijn er vaatwasmiddelen ontwikkeld die speciaal zijn afgestemd op
de toestellen van Miele.
PowerDisk
Speciale formule van Miele voor superieure reiniging in Miele-vaatwassers met
de automatische dosering van reinigingsmiddel AutoDos.
– Exclusief poedergranulaat van Miele
– met naspoelmiddel- en zoutfunctie
– met beschermingsmiddelen voor zil-
ver en glas
Reinigingstabs
– schitterend schoon, zelfs bij hardnek-
kige verontreinigingen
– kunnen verschillende componenten
bevatten, zoals naspoelmiddel, zout
en glasbeschermer
– fosfaatvrij: goed voor het milieu
– hoeven niet te worden uitgepakt
dankzij in water oplosbaar folie
Reinigingspoeder
– met actief zuurstof voor grondige rei-
niging
– met enzymen: al effectief bij lage rei-
nigingstemperaturen
– met glasbeschermer tegen corrosie
Naspoelmiddel
– laat uw glazen stralen
– draagt bij aan het droogproces
– met glasbeschermer tegen corrosie
– nauwkeurig en eenvoudig te doseren
dankzij speciale sluiting
Regenereerzout
– beschermt toestel en serviesgoed te-
gen kalkaanslag
– met extra grove korrel
– Actieve zuurstof voor een grondige
reiniging
– met superenzymen: ook effectief bij
spoelen op lage temperaturen
Bij hard water raden we het volledige
Miele-systeem aan. PowerDisk, naspoelmiddel en zout zijn op elkaar afgestemd.
96
Machinereiniging
Voor optimaal onderhoud van uw Mielevaatwasser zijn er de reinigings- en onderhoudsmiddelen van Miele.
Machinereiniger
– voor gebruik met het programmaMa-
chinereiniging zonder reinigingsmiddel
– effectieve reiniging van de vaatwas-
ser
– verwijdert vetten, bacteriën en geur-
tjes die hierdoor ontstaan
– garandeert perfecte reinigingsresulta-
ten
Ontkalkingsmiddel
– verwijdert sterke kalkaanslag
– mild en zacht door natuurlijk citroen-
zuur
Bij te bestellen accessoires
Onderhoudsmiddel
– verwijdert geurtjes, kalk en lichte
aanslag
– behoudt de elasticiteit van de dichtin-
gen en zorgt ervoor dat ze niet poreus worden
Geurblok
– neutraliseert onaangename geurtjes
– frisse en aangename geur van groene
thee
– gemakkelijk aan het rek te bevestigen
– voldoende voor 60spoelbeurten
97
-
I
N
S
T
A
L
L
A
T
I
O
N
-
Installatie
Het waterbeveiligingssysteem
van Miele
Miele garandeert dat het Miele-waterbeveiligingssysteem gedurende de hele
levensduur van de vaatwasser een algehele bescherming tegen waterschade
biedt.
Watertoevoer
Risico voor de gezondheid door
spoelwater.
Het water in de vaatwasser is geen
drinkwater.
Drink geen water uit de vaatwasser.
Er is een risico voor de gezond-
heid en op mogelijke schade door
verontreinigd binnenstromend water.
De kwaliteit van het binnenstromende water moet voldoen aan de vereisten met betrekking tot drinkwater
in het land waar de vaatwasser wordt
gebruikt.
Sluit de vaatwasser aan op een
drinkwateraansluiting.
De vaatwasser mag worden aangesloten op koud of warm water tot maximaal65°C.
Bij energiezuinige bereiding van warm
water, bijv. door zonne-energie met circulatieleiding, adviseren wij het toestel
op warm water aan te sluiten. Hiermee
bespaart u tijd en kosten voor elektriciteit. Er wordt in alle programma's met
warm water gespoeld.
Voor het gebruik van het programma
Solar Spaar (indien aanwezig) is een aan-
sluiting op warm water van minstens
45°C en hoogstens 65°C (temperatuur
van het instromende water) noodzakelijk.
Hoe hoger de temperatuur van het instromende water, hoe beter het reinigings- en droogresultaat.
De toevoerslang is ca.1,5m lang. Via
een Miele-vakhandelaar of de Miele
Service is een 1,5m lange, flexibele
metalen slang (drukbestendig tot
14.000kPa/140bar) verkrijgbaar.
98
-
I
N
S
T
A
L
L
A
T
I
O
N
-
Installatie
Voor de aansluiting is een kraan met
¾"-schroefkoppeling noodzakelijk.
Wanneer er geen schroefkoppeling aanwezig is, mag de vaatwasser alleen
door een erkend installateur op een
drinkwaterleiding worden aangesloten.
Een terugslagklep is niet noodzakelijk.
Het toestel voldoet aan de betreffende
DIN-normen.
De waterdruk moet tussen 50 en
1.000kPa zijn. Als de waterdruk hoger
is, dan moet een drukreduceerventiel
worden ingebouwd.
Schade door weglekkend water.
De schroefkoppeling staat onder
druk van de waterleiding en weglekkend water kan schade veroorzaken.
Controleer daarom of de aansluiting
niet lek is. Dat kunt u doen door de
kraan langzaam open te draaien.
Corrigeer indien nodig de positie van
de afdichting en de schroefkoppeling.
Schade door overdruk.
Een tijdelijk verhoogde waterdruk
kan onderdelen van de vaatwasser
beschadigen.
Sluit de vaatwasser alleen aan op
een volledig ontlucht buisleidingnet,
om schade aan het toestel te voorkomen.
Gevaar voor elektrische schok
door netspanning.
In de toevoerslang bevinden zich on-
derdelen onder spanning.
De toevoerslang mag niet worden in-
gekort of beschadigd (zie de afbeelding).
99
-
I
N
S
T
A
L
L
A
T
I
O
N
-
Installatie
Waterafvoer
De afvoer van de vaatwasser is voorzien van een terugslagklep, zodat er
geen vuil water via de afvoerslang in het
toestel terug kan stromen.
De vaatwasser is voorzien van een flexibele afvoerslang van circa 1,5m (binnendiameter 22mm).
De slang kan met een verbindingsstuk
en een extra slang worden verlengd. De
afvoerslang mag maximaal 4m lang zijn
en een opvoerhoogte van 1m niet overschrijden.
Voor de aansluiting van de slang op het
afvoersysteem ter plaatse gebruikt u de
meegeleverde slangklem (zie de montagehandleiding).
De slang kan naar rechts of links worden aangelegd.
Het aansluitstuk ter plaatse voor de afvoerslang kan geschikt zijn voor slangen van verschillende diameters. Wanneer het aansluitstuk te ver in de afvoerslang steekt, moet het aansluitstuk
korter worden gemaakt. Gebeurt dat
niet, dan kan de afvoerslang verstopt
raken.
Leg de afvoerslang zonder knikken
en zonder dat er druk- of trekkrachten op worden uitgeoefend.
Schade door weglekkend water.
Weglekkend water kan schade veroorzaken.
Controleer na de ingebruikname of
de watertoevoer waterdicht is.
De afvoerslang mag niet worden ingekort.
100
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.