Miele G5220, G5225, G5300, G5305 User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing
Afwasautomaat
Lees beslist de gebruiksaanwijzing en de montage-instructies voordat u uw afwas­automaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u vermijdt schade aan het toestel.
M.-Nr. 09 323 830
Inhoud
Beschrijving van het toestel .........................................5
Het toestel in één oogopslag..........................................5
Bedieningspaneel ..................................................6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................7
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu .......................17
Het wegdoen van het verpakkingsmateriaal .............................17
Uw toestel afdanken ...............................................17
Spaarzaam afwassen ..............................................18
Toestel voor het eerst in gebruik nemen..............................19
Deur openen .....................................................19
Deur sluiten ......................................................19
Kinderbeveiliging..................................................19
Waterontharder ...................................................20
Waterhardheid programmeren .....................................21
Waterhardheid weergeven ..........................................22
Wat u nodig hebt om het toestel voor het eerst in gebruik te nemen:..........23
Zoutreservoir vullen met regenereerzout................................23
Controlelampje voor het bijvullen van zout ..............................24
Controlelampjes voor het bijvullen van zout en naspoelmiddel uitschakelen . 25
Naspoelmiddel....................................................26
Naspoelmiddelreservoir vullen met naspoelmiddel........................26
Controlelampje voor het bijvullen van naspoelmiddel......................27
Naspoelmiddeldosering instellen .....................................28
Vaatwerk en bestek in de afwasautomaat plaatsen .....................29
Vaatwerk en bestek die niet geschikt zijn voor de afwasautomaat ............30
Bovenste korf .....................................................31
Kopjesrooster (afhankelijk van het model) ............................31
Bovenste korf in de hoogte verstellen ...............................32
Onderste korf .....................................................33
MultiComfort-gedeelte ...........................................34
Neerklapbare spikes (afhankelijk van het model) ......................34
Bestek ..........................................................35
Besteklade (afhankelijk van het model) ..............................35
Bestekkorf (afhankelijk van het model)...............................36
2
Inhoud
Bediening .......................................................37
Reinigingsmiddel ..................................................37
Reinigingsmiddel doseren...........................................38
Afwasautomaat inschakelen .........................................40
Programma kiezen.................................................40
Programma starten ................................................40
Display ..........................................................41
Stand-bymodus ...................................................41
Weergave van het programmaverloop .................................42
Einde van het programma ...........................................42
Afwasautomaat uitschakelen .........................................42
Vaatwerk uit de afwasautomaat halen ..................................42
Programma onderbreken............................................43
Van programma wisselen ...........................................43
Extra functies ....................................................44
Turbo ...........................................................44
Combinatiereinigingsmiddel .........................................44
Startuitstel .......................................................45
Automatic aanpassen ..............................................47
Memory .........................................................48
Stand-byoptimalisering .............................................49
Fabrieksinstellingen ................................................50
Reiniging en onderhoud ...........................................51
Spoelruimte reinigen ...............................................51
Deurdichting en deur reinigen........................................51
Voorzijde van het toestel reinigen .....................................52
Zeefcombinatie in de spoelruimte reinigen ..............................53
Sproeiarmen reinigen ..............................................55
Wat gedaan als ....................................................56
Technische storingen ..............................................56
Storingen in de watertoevoer/waterafvoer ...............................58
Algemene problemen met de afwasautomaat............................59
Geluiden ........................................................60
Onbevredigend resultaat............................................61
3
Inhoud
Storingen verhelpen ..............................................64
De filter in de watertoevoer reinigen ...................................64
Afvoerpomp en terugslagklep reinigen .................................65
Programmaoverzicht ..............................................66
Service-afdeling ..................................................70
Reparaties.....................................................70
Programma-actualisering (Update) .................................70
Voor testinstituten .................................................70
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................71
Elektrische aansluiting ............................................72
Wateraansluiting .................................................73
Het Waterproof System van Miele .....................................73
Watertoevoer .....................................................73
Waterafvoer ......................................................75
Technische gegevens .............................................76
4
Het toestel in één oogopslag
Beschrijving van het toestel
a Bovenste sproeiarm (niet zichtbaar)
b Besteklade (afhankelijk van het mo
del)
c Bovenste korf
d Middelste sproeiarm
e Luchttoevoer voor het drogen
(afhankelijk van het model)
f Onderste sproeiarm
g Filter
-
h Typeplaatje
i Kinderbeveiliging in de deurgreep
(niet zichtbaar)
j Reservoir voor naspoelmiddel
k Tweevaksdoseerbakje voor reini
gingsmiddel
l Reservoir voor regenereerzout
-
5
Beschrijving van het toestel
Bedieningspaneel
a Programmakeuze
b Display
c Weergave van het programmaver-
loop
d Controlelampjes "Toevoer/Afvoer",
"Naspoelmiddel" en "Zout"
e Toets "Start/Stop" en controlelampje
"Start/Stop"
In deze gebruiksaanwijzing worden meerdere afwasautomaatmodellen be schreven. Deze hebben verschillende hoogten. Deze modellen worden in de gebruiksaanwijzing als volgt aangeduid: Normaal = Afwasautomaat met een hoogte van 80,5 cm (inbouwtoestel)
of 84,5 cm (vrijstaand toestel)
XXL = Afwasautomaat met een hoogte van 84,5 cm.
f Toets "Startuitstel" en controlelampje
"Startuitstel"
g Toets "Turbo" en controlelampje "Tur-
bo"
h Toets "Programma"
i Toets K (aan-uit toets)
-
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deze afwasautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheids voorschriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers ech ter letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees de montage-instructies op de montageschets en de ge bruiksaanwijzing daarom aandachtig door voordat u deze afwas automaat plaatst en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u vermijdt schade aan de afwasautomaat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en de montageschets en geef deze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
-
-
Juist gebruik
Deze afwasautomaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden
~
en gelijkaardige omgevingen.
Deze afwasautomaat is niet bestemd voor gebruik buiten.
~
Gebruik de afwasautomaat uitsluitend in huishoudelijke context
~
voor het afwassen van huishoudelijk vaatwerk. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet ver­antwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander ge bruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.
-
-
-
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk
~
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om deze afwasautomaat veilig te bedienen, mogen deze afwasauto maat alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verant woordelijk iemand gebruiken.
-
-
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Kinderen in het huishouden
Kinderen jonger dan acht jaar moeten uit de buurt van de afwas
~
automaat worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden gehouden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de afwasautomaat zonder toe
~
zicht bedienen, maar alleen wanneer hun de bediening ervan zo uit gelegd is dat ze de afwasautomaat veilig kunnen bedienen. Kin deren moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kun nen beseffen.
Kinderen mogen de afwasautomaat niet zonder toezicht reinigen
~
of onderhouden.
Hou kinderen die in de buurt van de afwasautomaat komen in het
~
oog. Laat ze nooit met de afwasautomaat spelen. Wanneer zij dit doen, bestaat het gevaar dat ze zich in de afwasautomaat opsluiten!
Zorg ervoor dat kinderen niet met reinigingsmiddelen in aanra-
~
king kunnen komen! Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden in mond en keel veroorzaken of tot verstikking leiden. Laat kinderen niet bij de afwasautomaat komen als deze geopend is. Er zouden nog resten reinigingsmiddel in de afwasautomaat aanwezig kunnen zijn. Ga direct naar de dokter wanneer uw kind reinigingsmiddel binnen gekregen heeft.
-
-
-
-
-
-
8
Technische veiligheid
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Controleer vóórdat de afwasautomaat wordt geplaatst of het toe
~
stel aan de buitenkant zichtbaar beschadigd is. Is dat het geval, neem de afwasautomaat dan in geen geval in gebruik. Een afwasau tomaat die beschadigd is, kan uw veiligheid in gevaar brengen.
De afwasautomaat mag alleen via een 3-polige stekker met aar
~
ding op het elektriciteitsnet worden aangesloten. De stekker mag niet worden afgeknipt om het toestel vast aan te sluiten. U moet na plaatsing van de afwasautomaat zonder problemen bij het stopcon tact kunnen komen.
Wanneer zich in de buurt van de afwasautomaat een elektrisch
~
toestel bevindt, let er dan op dat de stekker van dit toestel niet schuilgaat achter de afwasautomaat. Aangezien de inbouwnis niet altijd diep genoeg is, kan er druk op de stekker ontstaan, wat het ri­sico op oververhitting en daarmee op brand verhoogt.
De afwasautomaat mag niet onder een kookvlak worden geïnstal-
~
leerd. Een kookvlak straalt voor een deel hoge temperaturen af waardoor de afwasautomaat beschadigd zou kunnen raken. Om de­zelfde reden mag de afwasautomaat niet direct naast warmteprodu­cerende toestellen worden geplaatst die niet standaard tot de keu kenapparatuur behoren.
-
-
-
-
-
De afwasautomaat mag pas op het elektriciteitsnet worden aan
~
gesloten, nadat deze is geplaatst en geïnstalleerd en nadat de deurveren zijn ingesteld.
-
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Controleer of de elektrische waarden van uw elektrische installa
~
tie (spanning, frequentie en zekering) overeenkomen met de gege vens op het typeplaatje.
De elektrische veiligheid van deze afwasautomaat, wordt enkel
~
gewaarborgd als het toestel op een aardsysteem aangesloten is dat volgens de voorschriften geïnstalleerd is. Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. Laat uw elektrische installatie bij twijfel door een vakman of vakvrouw con troleren. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak. Er be­staat in dat geval onder andere gevaar voor elektrische schokken.
Gebruik uit veiligheidsoverwegingen geen ongeschikte
~
stopcontactenblokken of ongeschikte verlengkabels om de afwas­automaat aan te sluiten. Die bieden niet voldoende veiligheidsga­ranties. Er bestaat onder andere gevaar voor oververhitting.
Deze afwasautomaat mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op
~
een schip) worden gebruikt.
-
-
-
Plaats de afwasautomaat niet in een vertrek waar het kan vriezen.
~
Bevroren waterslangen kunnen onder druk scheuren of springen. De betrouwbaarheid van de elektronische besturing kan door tempera turen onder het vriespunt in het gedrang komen.
10
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het kunststof omhulsel van de wateraansluiting bevat een elek
~
trisch onderdeel. Dompel het omhulsel niet in vloeistof.
In de watertoevoerslang bevinden zich delen die onder spanning
~
staan wanneer het toestel op het elektriciteitsnet is aangesloten. De slang mag daarom niet worden ingekort.
Het Waterproof System van Miele biedt een betrouwbare be
~
scherming tegen waterschade, maar alleen als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Het toestel moet volgens de voorschriften geïnstalleerd zijn.
– Wanneer er duidelijk sprake is van schade, moet het toestel wor-
den hersteld of moeten de desbetreffende onderdelen worden vervangen.
– Draai de waterkraan dicht bij lange afwezigheid (bijv. vakantie).
Het Waterproof System werkt ook wanneer de afwasautomaat is uit­geschakeld. De afwasautomaat moet dan wel op het elektriciteitsnet zijn aangesloten.
Een afwasautomaat die beschadigd is, kan uw veiligheid in ge-
~
vaar brengen. Schakel het toestel meteen uit wanneer het bescha­digd is en neem contact op met uw Miele-handelaar of met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
-
-
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde herstellingen kunnen er niet te on
~
derschatten risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld. Herstellingen mag u uitsluitend laten uitvoeren door vakmensen die door Miele erkend zijn. Anders is er bij schade achteraf geen aanspraak meer op garantie.
Laat defecte onderdelen enkel vervangen door originele
~
Miele-wisselstukken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.
Bij onderhoudswerken dient u altijd het toestel los te koppelen
~
van het elektriciteitsnet. Schakel daartoe de afwasautomaat uit en trek daarna de stekker uit het stopcontact, of schakel de hoofdscha­kelaar in uw zekeringkast uit.
Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet deze door een
~
speciale aansluitkabel worden vervangen. Neem contact op met uw Miele-handelaar of met de dienst Herstellingen aan huis van Miele. Om veiligheidsredenen mag de aansluitkabel alleen door een door Miele erkende vakman of vakvrouw of door de dienst Herstellingen aan huis van Miele worden vervangen.
-
12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deskundige plaatsing
Neem bij plaatsing en aansluiting van de afwasautomaat de
~
montage-instructies in de montageschets in acht.
Wees voorzichtig vóór en tijdens het plaatsen en installe
~
ren van de afwasautomaat. U loopt het risico zich te ver wonden/snijden aan bepaalde metalen onderdelen. Draag beschermende handschoenen.
Om een perfecte werking te waarborgen, dient u het toestel wa
~
terpas op te stellen.
Voor de stabiliteit van de afwasautomaat is het noodzakelijk dat
~
onder of in te bouwen afwasautomaten uitsluitend worden geplaatst onder een doorlopend werkblad dat is vastgeschroefd aan de kas­ten die ernaast staan.
Wilt u van een vrijstaande afwasautomaat een onderbouwafwas-
~
automaat maken, vervang het sokkelpaneel dan door een sokkelpa­neel dat hoort bij onderbouwafwasautomaten. Gebruik daarvoor de daarbij horende ombouwset. Doet u dat niet, dan loopt u het risico zich aan uitstekende metalen onderdelen te verwonden.
De deurveren moet aan beide kanten gelijk worden ingesteld. Om
~
te controleren of ze juist zijn ingesteld, opent u de deur gedeeltelijk (openingshoek van ca. 45°). Laat de deur vervolgens los. Als de deur in de geopende stand blijft staan, zijn de deurveren juist inge steld. De deur mag niet ongeremd naar beneden vallen.
-
-
-
-
13
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Veilig gebruik
Gebruik geen oplosmiddelen in de spoelruimte. Dit in verband
~
met explosiegevaar.
Adem geen poedervormige reinigingsmiddelen in! Slik geen reini
~
gingsmiddelen in! Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden in neus, mond en keel veroorzaken. Ga direct naar de dokter wanneer u een reinigingsmiddel hebt ingeademd of ingeslikt.
Laat de deur van de afwasautomaat niet onnodig openstaan. U
~
zou zich daaraan kunnen stoten.
Het vaatwerk kan na afloop van het programma zeer heet zijn!
~
Laat het vaatwerk daarom na het uitschakelen van de automaat in de afwasautomaat afkoelen, totdat u het goed kunt vastpakken.
Wanneer de deur openstaat, ga daar dan niet op zitten of staan.
~
Doet u dat wel, dan kan het toestel kantelen. Daarbij kunt u letsel oplopen of kan het toestel beschadigd raken.
Gebruik uitsluitend reinigingsmiddelen voor huishoudafwasauto-
~
maten. Gebruik geen handafwasmiddelen! Gebruik uitsluitend na­spoelmiddelen voor huishoudafwasautomaten!
Gebruik geen reinigingsmiddelen die voor bedrijfs- of industriële
~
afwasautomaten zijn ontwikkeld. Doet u dat wel, dan kan er materië le schade ontstaan en kunnen er hevige chemische reacties optre den (bijv. een knalgasreactie).
-
-
-
14
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Vul het naspoelmiddelreservoir niet met poedervormig of vloei
~
baar reinigingsmiddel. Dit zou het naspoelmiddelreservoir bescha digen!
Vul het zoutreservoir niet met poedervormig of vloeibaar reini
~
gingsmiddel. Het reinigingsmiddel zou de waterontharder bescha digen.
Gebruik uitsluitend speciaal grofkorrelig regenereerzout of ander
~
zout dat speciaal is ontwikkeld voor afwasautomaten. Gebruik in geen geval andere soorten zout. Die bevatten soms niet in water op te lossen deeltjes die een nadelig effect kunnen hebben op de werking van de waterontharder.
Hebt u een afwasautomaat met een bestekkorf (afhankelijk van
~
het model), dan plaatst u bestek zo in de vakken van de bestekkorf dat de snijkanten van de messen en de punten van vorken beneden zitten. Dit is veiliger. Hou ermee rekening dat u zich kunt verwonden aan snijkanten en punten van vorken die naar boven gericht zijn. Wel is het zo dat bestek gemakkelijker wordt gereinigd en gedroogd wanneer u het zo plaatst dat de scherpe kanten boven en de gre­pen beneden zitten.
-
-
-
-
Reinig geen kunststof vaatwerk in de afwasautomaat dat niet hit
~
tebestendig is, zoals wegwerpbakjes of wegwerpbestek. Dit soort vaatwerk kan door de hoge temperaturen vervormen.
Wanneer u de extra functie "Startuitstel" gebruikt (afhankelijk van
~
het model), moet u ervoor zorgen dat het doseerbakje voor het reini gingsmiddel droog is. Reinigingsmiddel gaat in een vochtig doseer bakje klonteren en wordt misschien niet volledig weggespoeld.
-
-
-
15
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Toebehoren
Alleen toebehoren dat Miele uitdrukkelijk heeft goedgekeurd,
~
mag worden gemonteerd of ingebouwd. Worden er andere onder delen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op garantie en/of de productaansprakelijkheid.
Wat met een afgedankte afwasautomaat?
-
Maak het deurslot onbruikbaar zodat kinderen zich niet in het toe
~
stel kunnen opsluiten. Verwijder hiertoe de sluithaak van het deur slot.
Wanneer de veiligheidsinstructies niet worden gevolgd, kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daar eventueel het gevolg van is.
-
-
16
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het wegdoen van het verpak
-
kingsmateriaal
De verpakking beschermt het toestel tegen transportschade. Er werd voor milieuvriendelijk en recycleerbaar ver pakkingsmateriaal gekozen.
Het gaat om de volgende soorten mate riaal:
Buitenverpakking:
Golfkarton van 100 %
kringloopmateriaal, andere mogelijkheid: stretchfolie/wikkelfolie van polyethy­leen (PE)
– Kunststofomsnoeringsbanden van
polypropyleen (PP)
Binnenverpakking:
– Expansieve polystyreen (EPS) zon-
der toevoeging van chloor of fluor
– Bodem, deksellijst en steunlijsten van
onbehandeld hout van bosteeltkundig beheerde bossen
Beschermingsfolie van polyethyleen (PE)
Het recycleren van het verpakkingsma teriaal vermindert de afvalproductie en het gebruik van grondstoffen. Uw Miele-handelaar neemt de verpakking terug of geeft u informatie over de dichtstbijzijnde mogelijkheid voor teruggave.
-
Uw toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toe stellen bevatten vaak nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die voor het functio neren en de veiligheid van het toestel nodig waren. Als deze stoffen bij het
­restafval terechtkomen of verkeerd wor
den behandeld, kunnen ze schade be rokkenen aan de gezondheid van men sen en het milieu. Geef uw oud toestel dus niet mee met het gewone huisvuil.
Breng het toestel liever naar het dichtst­bijzijnde gemeentelijk containerpark. Vraag meer informatie aan uw Miele­handelaar.
Zorg er ook voor dat het toestel kindveilig wordt bewaard voor u het wegbrengt.
Alle kunststofonderdelen van het toestel
­zijn gemarkeerd met een internationaal
erkend symbool. Daardoor kan bij het afdanken van het toestel het kunststofafval correct worden geschei den voor milieuvriendelijke recyclage.
-
-
-
-
-
-
17
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Spaarzaam afwassen
Deze afwasautomaat werkt uiterst water- en energiebesparend. U kunt nog spaarzamer te werk gaan als u de volgende adviezen volgt:
Het is mogelijk om de afwasautomaat
^
op warm water aan te sluiten. Bijzon der geschikt is een warmwateraan sluiting bij een energetisch gunstige warmwaterbereiding, bijv. zonne-energie met circulatieleiding. Bij elektrisch verwarmde installaties is het echter aan te bevelen om uw toestel op koud water aan te sluiten.
^ Benut de volledige beladingscapaci-
teit van de rekken zonder de afwas­automaat te overladen. Zo wast u het efficiëntst af.
^ Kies een afwasprogramma dat past
bij het soort vaatwerk en de mate van vervuiling.
-
-
^ Gebruik het programma "ECO" om
energie te besparen. Dit programma is voor de reiniging van normaal vervuild vaatwerk het efficiëntst qua energie- en waterver bruik.
^
Neem de doseeraanwijzingen van de reinigingsmiddelfabrikant in acht.
^
Wanneer u poedervormig of vloei baar reinigingsmiddel gebruikt en de rekken maar half beladen zijn, kunt u de hoeveelheid reinigingsmiddel met
1
/3reduceren.
18
-
-
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Deur openen
^ Pak de deur bij de deurgreep en trek
aan de deurgreep om de deur te openen.
Wanneer de deur wordt geopend terwijl de afwasautomaat in werking is, wor­den alle functies automatisch onderbro­ken.
Deur sluiten
Kinderbeveiliging
Met de kinderbeveiliging kunt u voor­komen dat kinderen de deur van de wasautomaat opendoen.
^ Schuif het schuifje onder de deur-
greep naar rechts om de deur te ver­grendelen.
^ Schuif het schuifje naar links om de
deur te ontgrendelen.
^
Schuif de korven naar binnen.
^
Zorg ervoor dat de deur vastklikt.
19
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Waterontharder
Om goede reinigingsresultaten te be reiken, heeft de afwasautomaat zacht (kalkarm) water nodig. Bij hard water ontstaat er witte kalkaanslag op het vaatwerk en op de wanden van de spoelruimte. Water met een waterhardheid van 4 °d (0,7 mmol/l) en hoger moet daarom worden onthard. Daar wordt in de inge bouwde waterontharder automatisch voor gezorgd. De waterontharder is ge schikt voor een waterhardheid tot 70 °d (12,6 mmol/l).
– De waterontharder heeft daarvoor
wel regenereerzout nodig. Als u combinatiereinigingsmiddelen gebruikt, kunt u afhankelijk van de waterhardheid (ß 21 °d) ervoor kie­zen geen zout te doseren (zie rubriek "Reinigingsmiddel").
– De afwasautomaat moet precies wor-
den geprogrammeerd naar de hard­heid van uw water.
-
In de fabriek is een waterhardheid van 15 °d (2,7 mmol/l) geprogram meerd.
Wanneer deze waterhardheid overeen komt met de hardheid van uw water, hoeft u deze rubriek niet verder te le zen.
Wanneer uw water echter een andere hardheid heeft, moet u deze via de
­toetsen op uw bedieningspaneel pro
grammeren.
-
-
-
-
-
Informeer bij uw maatschappij voor watervoorziening welke hardheids graad uw water precies heeft.
Programmeer bij een variërende water hardheid (bijv. 37-50 °d) altijd de hoog ste waarde (in dit voorbeeld 50 °dH).
Bij een eventuele herstelling is het voor de monteur handig om de hardheid van uw water te weten.
^
Noteer daarom de hardheid van uw water:
°d
20
-
-
-
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Waterhardheid programmeren
Bij het programmeren gaan iedere keer nadat u op een toets hebt gedrukt weer andere controlelampjes knipperen en branden. Voor de programmering zijn echter alleen de controlelampjes van belang die in de volgende stappen worden genoemd.
U kunt het programmeren altijd zon der problemen afbreken en helemaal opnieuw beginnen door de afwasau tomaat met de toets K uit te scha kelen.
^ Schakel de afwasautomaat uit met de
toets K als het toestel nog ingescha­keld is.
^ Hou de toets "Start/Stop" ingedrukt en
schakel tegelijkertijd de afwasauto­maat in met de toets K. Hou de toets "Start/Stop" minstens 4 seconden ingedrukt, totdat het con­trolelampje "Start/Stop" aangaat.
-
-
-
Op het display wordt "p15" weergege ven. Dit betekent dat in de fabriek een wa terhardheid van 15 °d is ingesteld.
De ingestelde waarde voor de water hardheid wordt weergegeven in de cij fers achter de "p" op het display (zie ta bel).
Kies met de toets "Start/Stop" de
^
waarde die hoort bij de hardheid van uw water. Telkens als u op de toets drukt, ver groot u de waarde. Na de hoogste waterhardheid begint het tellen weer van voren af aan.
^ Schakel de afwasautomaat uit met de
toets K.
-
-
-
-
-
-
Als dit niet het geval is, begint u op nieuw.
^
Druk 2 keer op de toets "Startuitstel".
Het controlelampje "Startuitstel" knip pert 2 keer kort.
-
-
21
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Waterhardheid weergeven
°d mmol/l °f
1 2 3 4 5 6 7 8
9 10 11 12 13 14
15
16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36
37-50 51-60 61-70
0,2 0,4 0,5 0,7 0,9 1,1 1,3 1,4 1,6 1,8 2,0 2,2 2,3 2,5
2,7
2,9 3,1 3,2 3,4 3,6 3,8 4,0 4,1 4,3 4,5 4,7 4,9 5,0 5,2 5,4 5,6 5,8 5,9 6,1 6,3 6,5
6,7-9,0
9,2-10,8
11,0-12,6
2 4 5 7
9 11 13 14 16 18 20 22 23 25
27
29 31 32 34 36 38 40 41 43 45 47 49 50 52 54 56 58 59 61 63 65
67-89
91-108
110-126
In te stellen
waarde op het display
1 2 3 4 5 6 7 8
9 10 11 12 13 14
15
16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 50 60 70
Schakel de afwasautomaat uit met de
^
toets K.
Hou de toets "Start/Stop" ingedrukt en
^
schakel tegelijkertijd de afwasauto maat in met de toets K. Hou de toets "Start/Stop" minstens 4 seconden ingedrukt, totdat het con trolelampje "Start/Stop" aangaat.
Druk 2 keer op de toets "Startuitstel".
^
Het controlelampje "Startuitstel" knip pert 2 keer kort.
De ingestelde waterhardheid wordt weergegeven op het display. De ingestelde waarde voor de water­hardheid wordt weergegeven in de cij­fers achter de "p" op het display (zie ta­bel).
^ Schakel de afwasautomaat uit met de
toets K.
-
-
-
22
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Wat u nodig hebt om het toestel voor het eerst in gebruik te nemen:
ca. 2 l water,
ca. 2 kg regenereerzout,
reinigingsmiddel voor huishoudaf
wasautomaten,
naspoelmiddel voor huishoudafwas
automaten.
Iedere afwasautomaat wordt in de fa briek op zijn werking getest. Als gevolg van deze tests blijft er wa­ter in het toestel achter. Dit betekent niet dat het toestel eerder door een andere consument is gebruikt.
Zoutreservoir vullen met regenereerzout
Ligt de hardheid van uw water steeds onder de 4 °d (= 0,7 mmol/l), dan hoeft u geen
-
zout te doen in het zoutreservoir. U moet dan echter wel de afwasau tomaat instellen op de hardheid van uw water.
-
Belangrijk! Wanneer u het zoutreser
-
voir voor de eerste keer met regene reerzout wilt vullen, vul het dan eerst met ca. 2 l water. Zo kan het zout oplossen. Nadat u de afwasauto­maat voor het eerst in gebruik hebt genomen, zit er altijd genoeg water in het zoutreservoir.
,
Vul het zoutreservoir niet met poedervormig of vloeibaar reini­gingsmiddel. Het reinigingsmiddel zou de waterontharder bescha digen.
-
-
-
-
,
Gebruik uitsluitend speciaal grofkorrelig regenereerzout of ander zout dat speciaal is ontwikkeld voor afwasautomaten. Gebruik in geen geval andere soorten zout. Die be vatten soms niet in water op te los sen deeltjes die een nadelig effect kunnen hebben op de werking van de waterontharder.
-
-
23
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Haal de onderste korf uit de spoel
^
ruimte en draai de dop van het zout reservoir open.
Telkens als u de dop van het zoutre servoir opendraait, loopt er water of zout over de rand van het reservoir. Draai de dop er daarom alleen maar af om zout bij te vullen.
Vul het zoutreservoir voordat u het
^
toestel voor het eerst in gebruik neemt met ca. 2 l water.
Controlelampje voor het
-
-
bijvullen van zout
Vul na afloop van een programma
^
-
zout bij wanneer het controlelampje "Zout" brandt.
Het is mogelijk dat het controlelampje nog korte tijd blijft branden nadat u zout hebt bijgevuld. Het controlelampje gaat uit zodra zich een zoutconcentratie heeft gevormd die hoog genoeg is.
Het controlelampje voor het bijvullen van zout wordt uitgeschakeld wanneer u de afwasautomaat op een waterhard heid van minder dan 4 °d (= 0,7 mmol/l) hebt ingesteld.
Start direct daarna het program-
,
ma "Snel" zonder vaatwerk en zon­der de functie "Turbo", zodat eventu­eel gemorste zoutresten kunnen worden verdund en daarna wegge­pompt.
-
^
Plaats een trechter in de opening van het zoutreservoir en vul het zoutreser voir met zout totdat het vol is. In het zoutreservoir kan afhankelijk van het soort zout maximaal 2 kg.
^
Verwijder de zoutresten die zich rond het zoutreservoir bevinden en schroef de dop weer stevig op het zoutreservoir.
^
Start direct daarna het programma "Snel" zonder vaatwerk en zonder de functie "Turbo", zodat eventueel ge morste zoutresten kunnen worden verdund en daarna weggepompt.
24
-
-
Loading...
+ 56 hidden pages