Lees in elk geval de gebruiksaanwijzing en het montageplan voor u het
toestel opstelt, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf
en u vermijdt schade aan het toestel.
Productkaart voor huishoudelijke afwasmachines................................................ 86
5
Beschrijving van het toestel
Overzicht van het toestel
a
Bovenste sproeiarm (niet zichtbaar)
b
Besteklade (afhankelijk van het mo-
del)
c
Bovenkorf
d
Middelste sproeiarm
e
Luchtinlaatopening voor het drogen
(afhankelijk van het model)
f
Onderste sproeiarm
6
g
Zeefcombinatie
h
Typeplaatje
i
Reservoir voor naspoelmiddel
j
Reservoir voor reinigingsmiddel met
twee kamers
k
Reservoir voor regeneratiezout
Bedieningspaneel
Beschrijving van het toestel
a
Toets (Aan/Uit)
b
Programmakeuze
ECO = ECO
Auto = Automatic
55°C = Normaal 55°C
75°C = Intensief 75°C
45°C = Speciaal 45°C
c
Programmakeuzetoets
d
Toets (kort) met controlelampje
e
Toets (startuitseltoets) met controlelampje
f
Klokaanduiding
g
Controle-/bijvulaanduiding
/ = Toevoer/Afvoer
= Naspoelmiddel
= Zout
In deze gebruiksaanwijzing worden meerdere afwasautomaatmodellen beschreven. Deze hebben verschillende hoogten.
Deze modellen worden in de gebruiksaanwijzing als volgt aangeduid:
Normaal = Afwasautomaat met een hoogte van 80,5 cm (inbouwtoestel)
of 84,5 cm (vrijstaand toestel)
XXL = Afwasautomaat met een hoogte van 84,5 cm (inbouwtoestel).
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deze vaatwasser voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsbepalingen. Een onjuist gebruik kan echter persoonlijk letsel of materiële schade veroorzaken.
Lees de montage-handleiding en de gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u de vaatwasser in gebruik neemt. Daarin vindt u
belangrijke instructies met betrekking tot de montage, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud. Dit is in het belang van uw
veiligheid en voorkomt schade aan het apparaat.
Bewaar de gebruiks- en montagehandleiding, zodat u deze kunt
doorgeven aan een eventuele volgende eigenaar.
Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Juist gebruik
Deze afwasautomaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden
en in gelijkaardige omgevingen.
Deze afwasautomaat is niet bestemd voor gebruik buiten.
Gebruik de afwasautomaat uitsluitend in huishoudelijke context
voor het afwassen van huishoudelijk vaatwerk. Gebruik voor andere
doeleinden is niet toegelaten.
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk-
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn
om deze afwasautomaat veilig te bedienen, moeten bij de bediening
in het oog worden gehouden. Deze personen mogen de afwasautomaat zonder toezicht bedienen, maar alleen wanneer de bediening
van de afwasautomaat zo uitgelegd is aan hen dat ze het toestel veilig kunnen bedienen. Ze moeten de eventuele gevaren van een foutieve bediening kunnen beseffen en begrijpen.
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Kinderen in het huishouden
Kinderen jonger dan acht jaar moeten uit de buurt van de afwas-
automaat worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden
gehouden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de afwasautomaat zonder toe-
zicht bedienen, maar alleen wanneer de bediening van de afwasautomaat zo uitgelegd is aan hen dat ze het toestel veilig kunnen bedienen. Kinderen moeten de eventuele gevaren van een foutieve bediening kunnen beseffen en begrijpen.
Kinderen mogen de afwasautomaat niet zonder toezicht reinigen
of onderhouden.
Hou kinderen die in de buurt van de afwasautomaat komen in het
oog. Laat ze nooit met de afwasautomaat spelen. Wanneer kinderen
dat doen, bestaat o.a. het gevaar dat ze zich in de afwasautomaat
opsluiten!
Bij een geactiveerde automatische deuropening (afhankelijk van
het model) moeten kleine kinderen buiten het openingsbereik van de
deur van de afwasautomaat worden gehouden. In geval van een onjuiste werking, wat weliswaar onwaarschijnlijk is, bestaat gevaar voor
letsel.
Gevaar voor verstikking! Spelende kinderen kunnen zich wikkelen
in verpakkingsmateriaal (bijv. folies) of het over hun hoofd trekken en
daardoor verstikken. Hou kinderen uit de buurt van verpakkingsmateriaal.
Zorg ervoor dat kinderen niet met reinigingsmiddelen in aanraking
kunnen komen! Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden in mond
en keel veroorzaken of tot verstikking leiden. Hou kinderen daarom
uit de buurt van de afwasautomaat wanneer deze openstaat. Mogelijk zijn er nog resten reinigingsmiddel aanwezig in de afwasautomaat. Ga met uw kind direct naar de dokter wanneer het reinigingsmiddel heeft binnengekregen.
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of her-
stellingswerken kunnen er voor de gebruiker aanzienlijke gevaren
ontstaan. Installatie-, onderhouds- of herstellingswerken mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd die door Miele erkend zijn.
Beschadigingen van de afwasautomaat kunnen uw veiligheid in
gevaar brengen. Controleer het toestel op zichtbare schade. Een beschadigd toestel mag niet in gebruik worden genomen.
De elektrische veiligheid van de afwasautomaat wordt enkel gega-
randeerd als het toestel op een aardsysteem aangesloten is dat volgens de voorschriften geïnstalleerd is. Het is heel belangrijk dat aan
deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. Laat de elektrische installatie in uw woning bij twijfel door een elektricien controleren.
Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die werd
veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak. Er bestaat in dat geval onder andere gevaar voor elektrische
schokken.
De betrouwbare en zekere werking van de afwasautomaat is enkel
gegarandeerd wanneer de afwasautomaat aan het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.
De afwasautomaat mag alleen via een 3-polige stekker met aar-
ding op het elektriciteitsnet worden aangesloten. De stekker mag
niet worden afgeknipt om het toestel vast aan te sluiten. Na het
plaatsen van de afwasautomaat moet het stopcontact vrij toegankelijk zijn, zodat de afwasautomaat op elk moment van het elektriciteitsnet kan worden ontkoppeld.
Wanneer zich in de buurt van de afwasautomaat een elektrisch
toestel bevindt, let er dan op dat de stekker van dat toestel niet
schuilgaat achter de afwasautomaat. Aangezien de inbouwnis niet
altijd diep genoeg is, kan er druk op de stekker ontstaan waardoor er
gevaar voor oververhitting bestaat (gevaar voor brand).
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
De afwasautomaat mag niet onder een kookvlak worden geïnstal-
leerd. Een kookvlak straalt voor een deel hoge temperaturen af waardoor de afwasautomaat beschadigd zou kunnen raken. Om dezelfde
reden mag de afwasautomaat niet direct naast warmteproducerende
toestellen worden geplaatst die niet standaard tot de keukenuitrusting behoren (bijv. open vuren voor verwarmingsdoeleinden e.d.).
De aansluitgegevens (zekering, frequentie en spanning) op het ty-
peplaatje van de afwasautomaat moeten absoluut overeenstemmen
met deze van het elektriciteitsnet. Zo voorkomt u schade aan de afwasautomaat. Vergelijk deze gegevens voordat u het toestel aansluit.
Vraag bij twijfel inlichtingen aan een elektricien.
De afwasautomaat mag pas op het elektriciteitsnet worden aan-
gesloten nadat deze is geplaatst en geïnstalleerd en nadat de deurveren zijn ingesteld.
De afwasautomaat mag alleen met goed werkende deurmecha-
niek worden gebruikt. Bij geactiveerde automatische deuropening
(afhankelijk van het model) kan anders gevaar ontstaan.
U kunt een goed werkende deurmechaniek aan het volgende herkennen:
– De deurveren moeten op beide zijden gelijkmatig ingesteld zijn.
Ze zijn juist ingesteld, wanneer de halfgeopende deur (ca. 45°
openingsboek) bij het loslaten in deze stand blijft staan. Bovendien mag de deur niet ongeremd naar beneden vallen.
– De sluitrail van de deur wordt na de droogfase bij het openen van
de deur automatisch ingeschoven.
Stopcontactenblokken of verlengkabels bieden niet voldoende
veiligheidsgaranties (gevaar voor brand). Gebruik deze niet om de afwasautomaat aan te sluiten op het elektriciteitsnet.
Deze afwasautomaat mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op een
schip) worden gebruikt.
12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Plaats de afwasautomaat niet in een vertrek waar het kan vriezen.
Bevroren waterslangen kunnen onder druk scheuren of springen. De
betrouwbaarheid van de elektronische besturing kan door temperaturen onder het vriespunt in het gedrang komen.
Sluit om schade aan het toestel te voorkomen de afwasautomaat
alleen op een volledig ontlucht buisleidingnet aan.
Het kunststofomhulsel van de wateraansluiting bevat een elek-
trisch onderdeel. Dompel het omhulsel niet in vloeistof.
In de watertoevoerslang bevinden zich delen die onder spanning
staan wanneer het toestel op het elektriciteitsnet is aangesloten. De
slang mag daarom niet worden ingekort.
Het ingebouwde Waterproof System biedt een betrouwbare be-
scherming tegen waterschade, maar alleen als aan de volgende
voorwaarden is voldaan:
– Het toestel moet volgens de voorschriften geïnstalleerd zijn.
– Wanneer er duidelijk sprake is van schade, moet de afwasauto-
maat worden hersteld of moeten de desbetreffende onderdelen
worden vervangen.
– De waterkraan moet bij lange afwezigheid (bijv. vakantie) worden
dichtgedraaid.
Het Waterproof System werkt ook wanneer de afwasautomaat is uitgeschakeld. De afwasautomaat moet dan wel op het elektriciteitsnet
zijn aangesloten.
De waterdruk (druk op de wateraansluiting) moet tussen 50 en
1000 kPa (0,5 en 10 bar) liggen.
Een afwasautomaat die beschadigd is, kan uw veiligheid in gevaar
brengen! Schakel de afwasautomaat meteen uit wanneer het toestel
beschadigd is en neem contact op met uw Miele-handelaar of met
de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
13
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het recht op garantie vervalt wanneer de afwasautomaat door een
klantendienst wordt hersteld die niet door Miele is erkend.
Enkel met originele Miele-wisselstukken bent u zeker dat ze ten
volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt. Defecte onderdelen mogen enkel worden vervangen door originele Miele-wisselstukken.
Tijdens installatie-, onderhouds- en herstellingswerken moet de
afwasautomaat van het elektriciteitsnet losgekoppeld zijn (schakel
de afwasautomaat uit en trek vervolgens de stekker uit het stopcontact).
Wanneer de aansluitkabel beschadigd is, moet deze door een
speciale aansluitkabel van hetzelfde type worden vervangen (verkrijgbaar via de dienst Onderdelen en toebehoren van Miele). Om
veiligheidsredenen mag de aansluitkabel alleen door een door Miele
erkende vakman of vakvrouw of door de dienst Herstellingen aan
huis van Miele worden vervangen.
Deze vaatwasser heeft vanwege speciale eisen (ten aanzien van
onder meer de temperatuur, de vochtigheid, de chemische bestendigheid, de slijtvastheid en vibraties) een speciale lamp (afhankelijk
van het model). De lamp mag alleen voor deze toepassing worden
gebruikt. De lamp is niet geschikt voor normale verlichtingsdoeleinden. De lamp mag uitsluitend worden vervangen door erkende
Miele-technici of door Miele.
14
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deskundige plaatsing
Neem bij het plaatsen en aansluiten van de afwasautomaat de
montage-instructies op de montageschets in acht.
Wees voorzichtig vóór en tijdens het plaatsen en installe-
ren van de afwasautomaat. U loopt gevaar om u te verwonden/snijden aan bepaalde metalen onderdelen. Draag beschermende handschoenen.
Om een perfecte werking te garanderen, moet u de afwasauto-
maat waterpas plaatsen.
Voor de stabiliteit van de afwasautomaat is het noodzakelijk dat
onder of in te bouwen afwasautomaten uitsluitend worden geplaatst
onder een doorlopend werkblad dat is vastgeschroefd aan de kasten
die ernaast staan.
Wilt u van een vrijstaande afwasautomaat een onderbouwafwas-
automaat maken, vervang het sokkelpaneel dan door een sokkelpaneel dat hoort bij onderbouwafwasautomaten. Gebruik daarvoor de
desbetreffende ombouwset. Doet u dat niet, dan loopt u gevaar om
u te verwonden aan uitstekende metalen onderdelen!
De deurveren moeten aan beide kanten gelijk worden ingesteld.
Om te controleren of ze juist zijn ingesteld, opent u de deur gedeeltelijk (openingshoek van ca. 45°). Laat de deur vervolgens los. Als de
deur in de geopende stand blijft staan, zijn de deurveren juist ingesteld. De deur mag niet ongeremd naar beneden vallen.
Het toestel mag alleen worden gebruikt als de deurveren juist zijn ingesteld.
15
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Veilig gebruik
Gebruik geen oplosmiddelen in de spoelruimte. Gevaar voor ex-
plosies!
Adem geen poedervormige reinigingsmiddelen in! Slik geen reini-
gingsmiddelen in! Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden in neus,
mond en keel veroorzaken. Ga direct naar de dokter wanneer u een
reinigingsmiddel hebt ingeademd of ingeslikt.
U kunt u verwonden aan de geopende deur van de afwasauto-
maat of u eraan stoten. Laat de deur niet onnodig openstaan.
Staat de deur open, ga er dan niet op zitten of erop staan. Doet u
dat wel, dan kan de afwasautomaat kantelen. Daarbij kunt u letsel
oplopen of kan de afwasautomaat beschadigd raken.
Het vaatwerk kan na afloop van het programma zeer heet zijn!
Laat het vaatwerk daarom na het uitschakelen van de afwasautomaat in het toestel afkoelen totdat u het goed kunt vastpakken.
Gebruik uitsluitend reinigingsmiddelen en naspoelmiddelen voor
huishoudelijke afwasautomaten die in de handel verkrijgbaar zijn.
Gebruik geen handafwasmiddelen!
Gebruik geen reinigingsmiddelen die voor bedrijfs- of industriële
afwasautomaten zijn ontwikkeld. Doet u dat wel, dan kan er materiële schade ontstaan en kunnen er hevige chemische reacties optreden (bijv. een knalgasreactie).
Reinigingsmiddel beschadigt het naspoelmiddelreservoir! Vul het
naspoelmiddelreservoir niet met poedervormig of vloeibaar reinigingsmiddel.
Reinigingsmiddel beschadigt de waterontharder. Vul het zoutre-
servoir niet met poedervormig of vloeibaar reinigingsmiddel.
16
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik uitsluitend speciaal grofkorrelig regenereerzout of ander
zout dat speciaal is ontwikkeld voor afwasautomaten. Gebruik in
geen geval andere soorten zout. Deze bevatten mogelijk bestanddelen die niet oplosbaar zijn in water en die een storing in de werking
van de waterontharder veroorzaken.
Hebt u een afwasautomaat met een bestekkorf (afhankelijk van
het model), dan plaatst u bestek zo in de vakken van de bestekkorf
dat de snijkanten van de messen en de punten van vorken beneden
zitten. Dat is veiliger. Hou ermee rekening dat u zich kunt verwonden
aan snijkanten van messen en punten van vorken die naar boven gericht zijn. Wel is het zo dat bestek gemakkelijker wordt gereinigd en
gedroogd wanneer u het zo plaatst dat de scherpe kanten boven en
de grepen beneden zitten.
Reinig geen hittegevoelig kunststofvaatwerk in de afwasautomaat
(bijv. wegwerpbakjes of wegwerpbestek). Dat soort vaatwerk kan
door de hoge temperaturen vervormen.
Wanneer u de programmaoptie "FlexiTimer/Startuitstel" gebruikt
(afhankelijk van het model), moet u ervoor zorgen dat het doseerbakje voor het reinigingsmiddel droog is. Reinigingsmiddel gaat in een
vochtig doseerbakje klonteren en wordt dan mogelijk niet volledig
weggespoeld.
Neem de gegevens omtrent de capaciteit van de afwasautomaat
in acht die vermeld staan in de rubriek "Technische gegevens".
Toebehoren
Gebruik alleen origineel Miele-toebehoren. Worden er andere on-
derdelen gemonteerd of geplaatst, dan vervalt het recht op garantie
en/of de productaansprakelijkheid.
Wat met een afgedankte afwasautomaat?
Maak het deurslot onbruikbaar zodat kinderen zich niet in het toe-
stel kunnen opsluiten. Verwijder daartoe de sluithaak van het deurslot.
17
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd milieuvriendelijk en recycleerbaar verpakkingsmateriaal gekozen.
Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
Uw toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook
stoffen, mengsels en onderdelen die
nodig zijn geweest om de toestellen
goed en veilig te laten functioneren.
Wanneer u uw oude toestel bij het gewone afval doet of er op een andere
manier niet goed mee omgaat, kunnen
deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Doe uw oude
toestel daarom nooit bij het gewone
huisafval.
Lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische apparatuur, bij uw vakhandelaar
of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te
danken toestel.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdanken
van uw oud toestel, neem dan contact
op met
– de handelaar bij wie u het kocht
of
– de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
– uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
18
Zorg er ook voor dat het toestel intussen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
Spaarzaam afwassen
Deze afwasautomaat wast uiterst wateren energiebesparend af.
U kunt meewerken aan deze spaarzaamheid door de volgende tips in acht
te nemen:
– Doe de vaatwerkkorven zo vol moge-
lijk, zonder ze te overladen. Dan wast
u met uw afwasautomaat het spaarzaamst af.
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
– Kies een programma dat afgestemd
is op het soort vaatwerk en op de
graad van vervuiling.
– Kies het programma ECO (indien
voorhanden) voor energiebesparend
afwassen. Dit programma is met betrekking tot het gecombineerde energie- en waterverbruik het beste geschikt voor het reinigen van normaal
verontreinigd vaatwerk.
– Hou rekening met de doseerinstruc-
ties van de fabrikant van het afwasmiddel.
– Wanneer de vaatwerkkorven maar
voor de helft gevuld zijn, kunt u het
poedervormig of vloeibaar afwasmid-
del 1/3 reduceren.
– U kunt de afwasautomaat aansluiten
op het warme water. Hiervoor uitstekend geschikt is de warmwateraansluiting bij een energetisch voordelige
warmwaterbereiding zoals bijvoorbeeld zonne-energie met circulatieleiding.
Bij elektrisch verwarmde installaties
raden wij u aan de afwasautomaat op
de koudwaterleiding aan te sluiten.
Meer instructies voor een spaarzaam
afwassen vindt u in het afwaslexicon
van Miele onder www.miele.de
19
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Deur openen
Trek aan de deurgreep om de deur te
openen.
Wanneer de deur wordt geopend terwijl
de afwasautomaat in werking is, worden de afwasfuncties automatisch onderbroken.
Wanneer het water in de afwas-
automaat heet is, loopt u gevaar om
u te verbranden!
Wanneer u de deur echt moet openen terwijl het toestel in werking is,
doe dat dan zeer voorzichtig.
Deur sluiten
Schuif de vaatwerkkorven naar bin-
nen.
Sluit de deur totdat deze vastklikt.
Gevaar voor knellen!
Grijp niet in het sluitbereik van de
deur.
20
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Waterontharder
Om een goed resultaat te kunnen leveren heeft de vaatwasser zacht (kalkarm) water nodig. Hard water veroorzaakt witte aanslag op het serviesgoed
en de wanden van de spoelruimtes.
Water met een hardheid van meer dan
4°dH (0,7mmol/l) moet daarom onthard worden. Dat gebeurt automatisch
in de ingebouwde waterontharder. De
ontharder is geschikt voor een waterhardheid tot 70°dH (12,6mmol/l).
– De waterontharder heeft daarvoor
wel regenereerzout nodig.
Bij gebruik van combi-tabs hoeft u al
naargelang de waterhardheid
(<21°dH) geen regenereerzout te
doseren. Zie hoofdstuk: "Bediening",
"Reinigingsmiddelen".
– De vaatwasser moet precies worden
geprogrammeerd voor de hardheid
van het water in uw regio.
– Het plaatselijke waterleidingbedrijf
kan u vertellen welke hardheidsgraad
het water in uw regio precies heeft.
Noteer daarom de hardheid van uw water:
____________°dH
Vanuit de fabriek is een waterhardheid
van 15°d (2,7mmol/l) geprogrammeerd.
Als deze waterhardheid overeenkomt
met de hardheid van uw eigen water,
kunt u de rest van dit hoofdstuk overslaan.
Wanneer uw water echter een andere
hardheid heeft, moet u uw waterontharder daarop instellen.
– Programmeer bij een variërende wa-
terhardheid (bijv. 10-15°dH) altijd
de hoogste waarde (in dit voorbeeld
15°dH).
Bij werkzaamheden aan het apparaat is
het voor de monteur handig de hardheidsgraad van uw water te kennen.
21
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Waterharheid weergeven en instellen
Schakel de afwasautomaat uit met de
toets , wanneer hij nog ingeschakeld is.
Houd de programmakeuzetoets in-
gedrukt en schakel tegelijkertijd de
afwasautomaat in met de toets.
Houd daarbij de programmakeuzetoets minstens vier seconden ingedrukt tot de onderste rechter programma-aanduiding brandt.
Is dat niet het geval, dan moet u alles
nog een keer herhalen.
Druk twee keer op de toets .
Het controlelampje knippert twee
keer kort na elkaar.
De ingestelde waarde wordt in de tijdsaanduiding in de cijfervolgorde na het
weergegeven (zie tabel).
In de tijdsaanduiding wordt de knippervolgorde weergegeven.
Er is een waterhardheid van 15°d ingesteld (fabrieksinstelling).
Kies met de programmakeuzetoets
de waarde die overeenstemt met uw
waterhardheid.
Telkens u op de toets drukt wordt een
stand verder geschakeld. Na de
hoogste waarde begin de instelling
weer van voren.
De instelling is onmiddellijk opgeslagen.
Schakel de afwasautomaat uit met de
toets .
22
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
°dmmol/l°fKlokaan-
duiding
10,221
20,442
30,553
40,774
50,995
61,1116
71,3137
81,4148
91,6169
101,81810
112,02011
122,22212
132,32313
142,52514
152,72715
162,92916
173,13117
183,23218
193,43419
203,63620
°dmmol/l°fKlokaan-
duiding
213,83821
224,04022
234,14123
244,34324
254,54525
264,74726
274,94927
285,05028
295,25229
305,45430
315,65631
325,85832
335,95933
346,16134
356,36335
366,56536
37-456,6-8,066-8045
46-608,2-10,782-10760
61-7010,9-12,5109-12570
23
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Wat u nodig hebt om het toestel voor het eerst in gebruik te
nemen:
– ca. 2l water,
– ca. 2kg regenereerzout,
– reinigingsmiddel voor huishoudelijke
afwasautomaten,
– naspoelmiddel voor huishoudelijke
afwasautomaten.
Elke afwasautomaat wordt in de fabriek op zijn werking getest. Als gevolg van deze tests blijft er water in
het toestel achter. Dat betekent niet
dat het toestel eerder door een andere
consument is gebruikt.
Regenereerzout
Om goede reinigingsresultaten te bereiken heeft de afwasautomaat zacht
(kalkarm) water nodig. Bij hard water
ontstaat er witte kalkaanslag op het serviesgoed en op de wanden van de
spoelruimte.
Water met een waterhardheid van 4°dH
(0,7 mmol/l) moet daarom worden onthard. Daar wordt in de ingebouwde waterontharder automatisch voor gezorgd.
De waterontharder is geschikt voor een
waterhardheid tot 70°dH (12,6 mmol/l).
Als de hardheid van uw water steeds
onder de 5°dH (= 0,9 mmol/l) ligt,
hoeft u geen zout te doseren. De bijvulcontrole wordt automatisch uitgeschakeld na de programmering van de
ontharder.
Reinigingsmiddel beschadigt de
ontharder.
Doseer geen poedervormig of vloei-
baar reinigingsmiddel in het reservoir
voor regenereerzout.
Gebruik uitsluitend speciaal grof-
korrelig regenereerzout of andere
zuivere ingedampte zouten.
Gebruik in geen geval keukenzout of
strooizout. Deze zoutsoorten bevatten soms niet oplosbare deeltjes die
een nadelig effect kunnen hebben op
de werking van de ontharder.
De waterontharder heeft daarvoor wel
regenereerzout nodig.
Echter: bij gebruik van combi-tabs hoeft
u al naar gelang de waterhardheid (<
21°dH) geen regenereerzout te doseren.
Zie hoofdstuk: "Bediening", paragraaf:
"Reinigingsmiddelen".
24
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Zout bijvullen
Belangrijk! Voor de eerste vulling met
zout moet u het reservoir met ca. 2 l
water vullen, zodat het zout zich kan
oplossen.
Na de ingebruikname is er altijd voldoende water in het reservoir.
Neem de onderste korf uit de afwas-
ruimte en open de afsluitkap van het
reservoir.
Telkens het deksel van het zoutreservoir wordt geopend loopt er water of
zoutwater uit het reservoir.
Open het zoutreservoir daarom alleen om zout bij te vullen.
Zet er de vultrechter op en doe dan
zoveel zout in het reservoir tot het vol
is. Het reservoir kan naargelang het
soort zout tot 2 kg bevatten.
Vul het reservoir eerst met ca. 2l wa-
ter.
Maak de vulopening schoon van
zoutresten en schroef vervolgens de
afsluitkap vast op het reservoir.
Na het vullen van het zout start u on-
middellijk het programma Fijn met
de programmaoptie Kort zonder
vaatwerk, zodat eventueel overgelopen zoutwater verdunt en vervolgens
wordt afgepompt.
25
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Controlelampje voor het bijvullen van
zout
Vul na het einde van een programma
zout bij zodra het controlelampje
Zout gaat branden.
Gevaar voor corrosie!
Na het vullen van het zout start u onmiddellijk het programma Fijn met
de programmaoptie Kort zonder
vaatwerk, zodat eventueel overgelopen zoutwater verdunt en vervolgens
wordt afgepompt.
Wanneer de zoutconcentratie nog onvoldoende is, kan het controlelampje
voor bijvullen van zout na het vullen nog
korte tijd branden. Het gaat uit, zodra
zich een voldoende hoge zoutconcentratie heeft gevormd.
Het controlelampje voor het bijvullen
van zout is uitgeschakeld wanneer u de
afwasautomaat op een waterhardheid
lager dan 5°d (=0,9mmol/l) heeft geprogrammeerd.
Wanneer u permanent multifunctionele
reinigingsmiddelen gebruikt en de
controlelampjes voor het bijvullen van
zout en naspoelmiddel u storen, kunt
u beide controlelampjes samen uitschakelen (zie rubriek "Programmaopties, controlelampjes voor het bijvullen
van zout en naspoelmiddel uitschakelen").
Wanneer u geen multifunctioneel reinigingsmiddel meer gebruikt, mag u
niet vergeten zout en naspoelmiddel
bij te vullen en de controlelampjes
voor het bijvullen van zout en naspoelmiddel weer in te schakelen.
26
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Naspoelmiddel
Naspoelmiddel is nodig om ervoor te
zorgen dat het water tijdens het drogen
als een film van het vaatwerk afloopt en
dat het vaatwerk na het afwassen gemakkelijker droogt.
Het naspoelmiddel wordt in het naspoelmiddelreservoir gegoten en bij het
naspoelen in de ingestelde dosering automatisch toegevoegd.
Vul het naspoelmiddelreservoir
alleen met naspoelmiddel voor huishoudelijke afwasautomaten. Vul het
in geen geval met handafwasmiddelen of reinigingsmiddelen. Dat zou
het naspoelmiddelreservoir beschadigen.
Een andere mogelijkheid is dat u
– azijn voor huishoudelijk gebruik
(maximaal 5% zuur)
of
Gebruikt u uitsluitend combinatiereinigingsmiddelen, dan hoeft u het naspoelmiddelreservoir niet met naspoelmiddel te vullen.
Naspoelmiddel bijvullen
Druk de openingstoets op het deksel
van het naspoelreservoir in de richting van de pijl. De klep springt open.
– vloeibaar citroenzuur (10%)
gebruikt. Het vaatwerk zal echter vochtiger zijn en meer vlekken vertonen dan
wanneer u naspoelmiddel gebruikt.
U mag in geen geval azijn met
een hoger zuurpercentage (bijv. azijnessence van 25%) gebruiken.
Daardoor zou de afwasautomaat beschadigd kunnen raken.
27
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Controlelampje voor het bijvullen van
naspoelmiddel
Als het conrolelampje voor het bijvullen
van naspoelmiddel brandt, is er nog
maar een reserve voor 2tot3 spoelbeurten voorhanden.
Vul tijdig naspoelmiddel bij.
Wanneer u permanent multifunctionele
reinigingsmiddelen gebruikt en de
controlelampjes voor het bijvullen van
zout en naspoelmiddel u storen, kunt
u beide controlelampjes samen uit-
Vul zoveel naspoelmiddel bij tot het in
de vulopening zichtbaar wordt.
Het reservoir kan ca.110ml bevatten.
schakelen (zie rubriek "Programmaopties, controlelampjes voor het bijvullen
van zout en naspoelmiddel uitschakelen").
Sluit de klep totdat deze duidelijk
vastklikt, anders kan tijdens het spoelen water in het naspoelreservoir binnendringen.
Wis eventueel gemorst naspoelmid-
del goed af, zodat een krachtige
schuimvorming in het volgende programma wordt vermeden.
Wanneer u geen multifunctioneel reinigingsmiddel meer gebruikt, mag u
niet vergeten zout en naspoelmiddel
bij te vullen en de controlelampjes
voor het bijvullen van zout en naspoelmiddel weer in te schakelen.
28
Toestel voor het eerst in gebruik nemen
Doseerhoeveelheid voor naspoelmiddel instellen
U kunt om een optimaal spoelresultaat
te bereiken de doseerhoeveelheid van
het naspoelmiddel aanpassen.
De doseerhoeveelheid is in standen van
0 tot 6 instelbaar. In de fabriek werd als
aanbeveling stand 3 ingesteld.
De gedoseerde hoeveelheid naspoelmiddel kan door de automatische aanpassing van het programma Automatic
(indien voorhanden) hoger uitvallen dan
de ingestelde waarde.
Wanneer het vaatwerk vlekken vertoont:
Dan moet u een grotere hoeveelheid
naspoelmiddel instellen.
Wanneer het vaatwerk wolken of strepen vertoont:
Dan moet u een kleinere hoeveelheid
naspoelmiddel instellen.
Schakel de afwasautomaat uit met de
toets , wanneer hij nog ingeschakeld is.
Houd de programmakeuzetoets in-
gedrukt en schakel tegelijkertijd de
afwasautomaat in met de toets.
Houd daarbij de programmakeuzetoets minstens vier seconden ingedrukt, tot de onderste rechter programma-aanduiding brandt.
Houd de programmakeuzetoets ingedrukt en schakel tegelijkertijd de afwasautomaat in met de toets. Houd daarbij
de programmakeuzetoets minstens vier
seconden ingedrukt, tot de onderste
rechter programma-aanduiding brandt.
Druk drie keer op de toets.
Het controlelampje knippert 3 keer
kort in het interval.
De ingestelde waarde wordt in de klokaanduiding achter het weergegeven.
In de klokaanduiding wordt de knippervolgorde weergegeven.
Ingesteld is stand3 (fabrieksinstelling).
Kies de gewenste stand met de pro-
grammakeuzetoets.
Telkens er op de toets wordt gedrukt
wordt naar een volgende stand geschakeld.
De instelling is onmiddellijk opgeslagen.
Schakel de afwasautomaat uit met de
toets .
29
Loading...
+ 67 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.