Miele E 926 User manual

Module-inzet E 926
Houdt u zich aan de veiligheidsinstructies en waarschuwingen uit de gebruiksaanwijzing van de reinigings- / desinfectieautomaten G 7827/28 of PG 8527/28 en
,
aan de gebruiksaanwijzing van de wagen E 909. Behandel alleen instrumenten/medische producten die volgens de fabrikant van die producten geschikt zijn voor machinale behandeling. Houdt u zich aan de specifieke behandelingsvoorschriften van de fabrikant. Het te gebruiken programma, met bij voorkeur thermische desinfectie, moet indien nodig op het materiaal van de medische producten worden afgestemd. Gebruik voor het laatste spoelen bij voorkeur gedemineraliseerd water. Bij gebruik van de automatische wagenherkenning moet de codering worden aangepast!
Geleverd:
Module-inzet E 926 is voorzien van:
13 aansluitingen voor adapters, spoelhulzen en inspuiters
1 houder voor het positioneren van de instrumenten
Voor het inrichten van de inzet zijn bijgevoegd:
5 spoelhulzen E 442 voor MIC-instrumenten, lengte 121 mm, C 11 mm,
met kapje C 6mm 3 spoelhulzen E 443 voor MIC-instrumenten, lengte 121 mm, C 11 mm,
met kapje C 10 mm 1 spoelhuls E 336 voor MIC-instrumenten, lengte 121 mm, C 11 mm
2 siliconen slangen E 448 met schroefdraad, lengte 300 mm, C 5 mm en Luer
Lock-adapter ] 1 inspuiter E 454 voor trocarthulzen 10 - 15 mm, kan worden vastgeschroefd
1 adapter E 464 voor inspuiter E 454
2 veren E 456 voor MIC-instrumenten
2 blindschroeven E 362
Toepassing:
De module-inzet E 926 is geschikt voor de MIC-OK-injectorwagen E 909.
De inzet is bedoeld voor de reiniging en desinfectie van lange MIC-instrumenten tot 440 mm, bijvoorbeeld uit de artroscopie en de laparoscopie.
Controleer bij het beladen/voor elke programmastart:
of de siliconen houders in de inspuitbuizen onbeschadigd en aanwezig zijn.
,
Er mogen geen siliconen houders ontbreken. Beschadigde siliconen hou­ders moeten worden vervangen. Alleen dan mag u de module (het rek, de wa­gen) gebruiken. Onder deze voorwaarden standaardiseren de siliconen houders de spoeldruk zelf.
Gebruik geen beschadigde spoelsystemen zoals inspuiters, adapters en spoel hulzen.
Houdt u zich aan de beladingsvoorschriften die in het kader van de validatie zijn vastgelegd.
,
Alle MIC-instrumenten moeten voorafgaand aan de behandeling volgens de aanwijzingen van de fabrikant worden gedemonteerd. Nauwe, niet-demonteerbare schachtinstrumenten moeten volgens de aanwijzingen van de fabrikant worden voorgereinigd.
Spoelhulzen
De spoelhulzen E 442 en E 443 zijn geschikt voor de behandeling van instrumenten met lumina en voor instrumenten met een Ø kleiner dan 15 mm.
De diameters van de instrumenten en van de openingen in de spoelhulzen c.q. kapjes moeten bij elkaar passen.
^ Plaats schachten van MIC-instrumenten in spoelhulzen met een kapje. ^ Plaats HF-tangen en elektrodes met het functionele uiteinde naar beneden in
-
spoelhulzen met een kapje.
^
Steek niet-demonteerbare schachtinstrumenten in een spoelhuls. De functionele uiteinden moeten geopend zijn. Houd zo nodig de handgreep met een klemveer E 472 open. Verbind de zijdelingse aansluiting van het instrument met een slangadapter E 448. Verbind de slangadapter met een siliconen houder in de inspuitbuis.
^
Steek trocarthulzen met een Ø kleiner dan 10 mm in spoelhulzen. Verbind de zijdelingse aansluiting met een slangadapter E 448. Verbind de slangadapter met een siliconen houder in de inspuitbuis.
^
Steek trocarts met holtes in spoelhulzen.
,
Vóór het aansluiten van de holle instrumenten moet zijn gewaarborgd dat de lumina/de kanalen goed doorgespoeld kunnen worden. De afzonderlijke instrumenten mogen tijdens de reiniging en desinfectie niet met elkaar in aanraking komen. Holle instrumenten die tijdens de behandeling zijn losgeraakt, moeten opnieuw worden behandeld.
M.-Nr. 10 336 500 / 00 nl
Module-inzet E 926
Trocarthulzen Ø 10 - 20 mm
Demonteer de trocarthulzen.
^
Behandel de kleine onderdelen in een afsluitbare zeefschaal.
Steek trocarthulzen met een Ø 10 - 15 mm op een
^
inspuiter E 454. Gebruik voor trocarthulzen met een Ø 15 - 20 mm
^
de inspuitercombinatie E 464 en E 454. Positioneer de trocarthuls met de klemveer zo dat
^
het water de kritische delen via de zijdelingse openingen van de inspuiter bereikt.
Verbind de zijdelingse aansluiting van de
^
trocarthuls met een slangadapter E 448. Steek de slangadapter in een siliconen houder.
^
Steek het klepventiel op een inspuiter E 454 voor
^
trocarthulzen of een E 453 met klem (niet bijgeleverd).
Positioneer het klepventiel met de klemveer of de
^
klem zo dat het water de kritische delen via de zijdelingse openingen van de inspuiter bereikt.
Handgrepen
^
Steek gecontamineerde handgrepen op een inspuiter, bijvoorbeeld E 452 (niet bijgeleverd).
Veres-canules
^
Demonteer de veres-canules.
^
Plaats het buitenste gedeelte van de veres-canule op een inspuiter E 453 met klemveer E 472 (niet bijgeleverd).
^
Schroef het binnenste gedeelte van de veres­canule in een Luer-Lock-adapter \. Het kraantje moet open zijn.
Kleine onderdelen
^
Leg kleine onderdelen, zoals dichtingen en kraantjes, in de afsluitbare zeefschaal E 451 (niet bijgeleverd).
^
Plaats de afgesloten zeefschaal op het bovenste niveau in de wagen.
Optieken
,
Om mechanische beschadigingen te voorkomen, mogen optieken alleen worden behandeld in inzetten van de fabrikant van de optieken of in de speciale inzet E 460.
^
Plaats de inzet met de optieken op het bovenste niveau van de wagen E 909.
Werkeinden
Werkeinden kunt u in de inzet E 908/1 behandelen (niet bijgeleverd). Bij de inzet hoort een aparte gebruiksaanwijzing.
^
Hang de inzet in de module-inzet (bovenste rand).
Loading...