Miele E 729 User manual

Injectorwagen E 729 voor OK-instrumenten oogheelkunde
Houdt u zich aan de veiligheidsinstructies en waarschuwingen uit de gebruiksaanwijzing van de reinigings- en desinfectieautomaat G 7825/26. Behandel alleen
,
instrumenten/medische producten die volgens de fabrikant van die producten geschikt zijn voor machinale behandeling. Houdt u zich aan de specifieke behande lingsvoorschriften van de fabrikant. Het te gebruiken programma, met bij voorkeur thermische desinfectie, moet indien nodig op het materiaal van de medische producten worden afgestemd. Gebruik voor het laatste spoelen bij voorkeur gedemineraliseerd water. Bij gebruik van de automatische wagenherkenning moet de codering worden aangepast!
Geleverd:
Basiswagen E 729 voorzien van: Bijgevoegd zijn:
15 Luer-Lock-adapters \
15 Luer-Lock-adapters ]
16 Luer-Lock-adapters \, met slangaansluiting
1 magneetstrip voor automatische wagenherkenning (zonder magneten)
Bij te bestellen accessoires
Inzet voor micro-instrumenten E 441/1
DIN-zeefschaal E 142
Filteradapters voor nauwe canules E 478/1 met microfilter
Siliconen slangen E 448, 300 mm met Luer-Lock-adapter \ voor
Luer-Lock ] Afsluitdoppen E 531 voor Luer-Lock
Blindschroeven E 362
50 houders voor micro-instrumenten E 476, bijvoorbeeld voor DIN-zeefschaal E 142
20 bevestigingselementen voor micro-instrumenten E 477, bijvoorbeeld voor DIN-zeef
schaal E 142 8 verbindingsstukken E 791 Luer-Lock ] / Luer \
8 verbindingsstukken E 790 Luer-Lock ] / Luer-Lock ]
Houders voor micro-instrumenten E 479
Houders voor micro-instrumenten E 476
Bevestigingselementen voor micro-instrumenten E 477
Verbindingsstukken E 791 Luer-Lock ] / Luer \
Verbindingsstukken E 790 Luer-Lock ] / Luer-Lock ]
Aansluiting E 792 Luer-Lock \ met siliconen slang
5 magneten voor automatische wagenherkenning (ML)
-
-
Toepassing:
De injectorwagen E 729 is uitsluitend bedoeld voor de behandeling van oogheel kundige instrumenten. Het bovenste niveau van de wagen is voorzien van diverse aansluitingen voor holle instrumenten, zoals zuigbuizen en canules. Voor extra filtering mogen bovendien maximaal 16 E 478/1 worden aangesloten.
Nauwe instrumenten, zoals speciale canules (o.a. Sautter) en zuigbuizen,
,
moeten op een filteradapter E 478/1 worden aangesloten. Bij de E 478/1 hoort een aparte gebruiksaanwijzing. Als u vragen heeft over de vereiste mate van filtering van het behandelings­water voor specifieke instrumenten, neem dan contact op met de fabrikant van de instrumenten. Het filterplaatje van de E 478/1 filtert deeltjes 0 0,1 mm uit het water.
Fixeer en beveilig de instrumenten in de siliconen houders en bevestigings­elementen die in het rooster zijn gestoken en sluit de instrumenten aan op de slangaansluitingen van de injectorwagen.
Houdt u zich beslist aan de beladingsvoorschriften die bij de validatie zijn vastgelegd.
,
De afzonderlijke instrumenten mogen tijdens de reiniging en desinfectie niet met elkaar in aanraking komen. Vóór het aansluiten van de holle instrumenten moet zijn gewaarborgd dat de lumina/de kanalen goed doorgespoeld kunnen worden. Canules en andere holle instrumenten moet u meteen na gebruik bij de patiënt (bij voorkeur nog in de OK) met een spuit met water doorspoelen. Zo voorkomt u dat bloedresten of resten van medicijnen de nauwe canules verstoppen, waardoor de binnenreiniging ongunstig kan worden beïnvloed.
-
De beide onderste niveaus van de injectorwagen worden gebruikt voor inzetten E 441/1 of zeefschalen E 142 voor de behandeling van niet-holle instrumenten. Aanwijzingen voor het inruimen van zeefschalen E 142 vindt u op de achterkant.
,
Oogheelkundige instrumenten mogen alleen in een voor deze toepassing geïnstalleerde reinigings- en desinfectieautomaat worden behandeld. Zo wordt voorkomen dat verontreinigingen uit andere disciplines in de nauwe holle instrumenten terechtkomen. Het gebruik van afdeknetten van kunststofvezels (zoals de Miele-afdeknetten A2 en A3) is in deze automaat niet toegestaan.
,
Om te kunnen waarborgen dat alle spoelsystemen over voldoende (gestandaardiseerde) spoeldruk beschikken, moet u op alle schroef aansluitingen inspuiters, adapters, siliconen slangen met Luer-Lock-aansluiting, afsluitdoppen of blindschroeven plaatsen. Gebruik geen beschadigde spoelsystemen zoals inspuiters, adapters en siliconen slangen met Luer-Lock-aansluiting.
Spoelsystemen die u niet voor spoelgoed gebruikt, hoeft u niet door blind schroeven te vervangen.
-
-
Miele Professional, Postbus 166, 4130 ED Vianen, Telefoon (03 47) 37 88 84, Fax (03 47) 37 84 29, Internet: http://www.miele-professional.nl / ! 0297 Wijzigingen voorbehouden / productiedatum 2015-11-01
M.-Nr. 10 333 730 / 00 nl
Injectorwagen E 729 voor OK-instrumenten oogheelkunde
Oogheelkundige instrumenten inruimen
Schroef canules met Luer-Lock-
^
aansluitingen op de betreffende Luer-Lock-adapters op het bovenste niveau van de injectorwagen.
Canules met Luer-aansluitingen moeten met behulp van een verbindingsstuk, bijvoorbeeld Luer-Lock ] / Luer \, met de Luer-Lock-adapter van de injector wagen worden verbonden.
-
Lange holle instrumenten moeten
^
aan de flexibele slangaansluitingen met Luer-Lock-adapter \ worden geschroefd.
Bij holle instrumenten met meerdere
^
aansluitingen, zoals zuigbuizen, moet elke aansluiting met een slang aansluiting worden verbonden.
Holle instrumenten met mannelijke
^
aansluiting moeten met behulp van een verbindingsstuk Luer-Lock ] / Luer-Lock ] met een slang aansluiting worden verbonden.
-
-
Controle in het kader van de kwaliteitszorg
^ Blaas met perslucht die geschikt is voor medische doeleinden het resterende
water uit de holle instrumenten. Zo kan tevens worden gecontroleerd of het instrument verstopt is.
^ Hierbij kan tevens met indicatorpapier (schaalverdeling ß 0,5) de pH-waarde van
het vrijkomende vocht worden bepaald.
Nauwe instrumenten met meerdere
^
aansluitingen moeten op een filter adapter E 478/1 worden aange sloten.
Verbind elke aansluiting van het in
^
strument, bijvoorbeeld van een zuigbuis, met een slangaansluiting E 448.
Plaats tussen instrumenten met
^
mannelijke Luer-Lock-aansluiting en de slangaansluiting E 448 een verbindingsstuk Luer-Lock ] / Luer­Lock ].
Fixeer de holle instrumenten in de
^
-
-
-
siliconen houders op het rooster van de injectorwagen.
Positioneer daartoe de siliconen
^
houders overeenkomstig de grootte van het instrument in het rooster.
Schroef de holle instrumenten na de
^
reiniging weer los.
Holle instrumenten die tijdens
,
de behandeling zijn losgeraakt, moeten opnieuw worden behandeld.
Bij negatief resultaat:
^ Als een instrument (gedeeltelijk) verstopt is, moet u de verontreiniging hand-
matig verwijderen.
Ga daarna (en als de pH-waarde niet correct is) als volgt te werk:
^
Behandel de instrumenten opnieuw.
Wijkt de pH-waarde herhaaldelijk van de neutrale waarde af, neem dan contact op met Miele.
Zeefschaal E 142 voor OK-instrumenten oogheelkunde
De afzonderlijke instrumenten mogen tijdens de reiniging en desin fectie niet met elkaar in aanraking komen.
-
Lichte, fijne instrumenten zonder holle ruimtes fixeert u met siliconen houders (E 476 of E 479) en bevestigings elementen (E 477) in de zeefschalen E 142.
Bij gebruik van zeefschalen E 142 op het onderste niveau van de injectorwagen moeten de houders E 479 worden toegepast om de instrumenten vast te zetten.
-
Om ervoor te zorgen dat alle delen goed gereinigd worden, gaat u als volgt te werk:
^
Ruim instrumenten met scharnieren, zoals scharen, ooglidklemmen en klemmen, geopend in.
^
Ruim diamantmessen uitgeschoven in.
^
Gebruik bevestigingselementen om rechte instrumenten extra goed in de houders vast te zetten. De instru menten kunnen dan niet uit de houders losraken.
-
Loading...