Mobile injector unit E 461/2 for anaesthetic instruments
Items supplied:
Mobile unit E 461/2 equipped with:
12 x spring-loaded fittings C 12 mm for breathing tubes up to 1.5 m long
–
3 x E 433 holders for silicone breathing tubes
–
Supplied as separate items:
1 x mesh tray insert E 430/1 1/3 for small components
–
1 x E 434 holder for paediatric breathing tubes
–
1 x E 432 holder for concertina breathing tubes
–
Accessories available to order:
Magnetic strip ML/2 for automatic mobile unit recognition
–
(G 7835, G 7836, PG 8535 and PG 8536 only)
cover net A 810/1 200 x 220 mm
–
Please read the Warning and Safety instructions in the Operating
,
Instructions for your washer-disinfector carefully. You should only process
instruments/medical products in this mobile unit if they have been declared as
suitable for machine processing by the manufacturer. Please also observe the
manufacturer's care instructions. The programme selected must be suitable for
the materials from which the medical products to be processed are made.
Where possible the programme should include thermal disinfection.
If using automatic mobile unit recognition please make sure that the coding is
correctly set.
Areas of application:
The E 461/2 is designed for cleaning, disinfecting and drying anaesthetic
breathing tubes in a G 7882 CD, G 7892, G 7835, G 7836, PG 8535 and PG 8536
washer disinfector.
The diagram of the mobile unit shows an arrangement of the individual fittings.
To ensure a suitable standardised spray pressure for all connections, all
,
screw connectors must be fitted with jets, adapters, sleeves or blanking
screws.
Damaged jets, adapters or sleeves etc. must not be used.
Empty jets, etc. do not have to be replaced with blanking screws.
The mobile injector unit is designed for the most commonly used silicone breathing
tubes. The holder on the left hand side of the unit must be replaced before
cleaning breathing tubes of a different diameter or material.
The mobile injector unit is supplied with one holder for paediatric breathing tubes
and one for concertina breathing tubes.
To ensure that breathing tubes are thoroughly cleaned and disinfected
,
internally, it is essential to connect them to the correct holders in the mobile
injector unit. They must not detach themselves from their holders during the
programme!
If, however, a breathing tube does become dislodged from its holder during a
programme it must be processed again.
Where necessary:
^
Loosen the knurled nut on the holder
to be replaced.
^
Remove the holder.
^
Insert the holder required in the
mobile unit.
^
Secure the new holder in position
with the knurled nut.
^
When attaching the breathing tubes
start with the last row of holders and
work from the inside outwards.
To do this:
^
Fit the breathing tubes onto the jets
and press the cone 1 to 2 cm
downwards to tension the spring.
^
Arrange small items, such as
Y-pieces, couplings or connectors in
insert E 430/1.
^
Lightweight items should be secured
with a cover net to prevent them
blocking the spray arms or being
caught up with the magnetic strip on
the automatic mobile unit recognition
system.
^
Fit each breathing tube between two
retainer hoops.
The breathing tubes must be secured
by the hoops to prevent them being
dislodged from the spring-loaded
fittings by the force of the water
pressure during the cleaning process.
The breathing tubes have been
attached correctly when the springs
on the jets are under tension.
,
Observe permissable drying
temperatures to prevent any
premature material deterioration.
The maximum temperature
permitted for the elastomers in some
breathing bags and masks is below
85°C.
^
Arrange the breathing tubes parallel
to each other along the spiral.
,
The breathing tubes must not
hang down through the spiral as
water would remain in the folds.
,
It is essential that the drying
result is checked at the end of a
cleaning programme.
The inside of concertina tubes, in
particular, must be completely dry to
avoid the growth of water borne
bacteria.
The cleaning programme drying
time must be adapted where
necessary.
Miele Company Ltd., Fairacres, Marcham Road, Abingdon, Oxon, OX14 1TW, Tel 0330 160 6600,
Internet: http://www.miele.co.uk / ! 0297 Alteration rights reserved / Publication date 2016-12-07
M.-Nr. 10 334 911 / 00 en
Injectorwagen anesthesie-instrumentarium E 461/2
Geleverd:
Basiswagen E 461/2 voorzien van:
12 geveerde houders C 12 mm voor beademingsslangen van max. 1,5 m
–
3 houders E 433 voor beademingsslangen van siliconen
–
Los bijgevoegd:
1 inzet E 430/1 1/3 zeefschaal voor kleine voorwerpen
–
1 houder E 434 voor kinderbeademingsslangen
–
1 houder E 432 voor harmonicaslangen
–
Bij te bestellen accessoires
Magneetstrip ML/2 voor automatische wagenherkenning
–
(alleen G 7835, G 7836, PG 8535 en PG 8536)
afdeknet A 810/1 200 x 220 mm
–
Houdt u zich aan de veiligheidsinstructies en waarschuwingen uit de ge
,
bruiksaanwijzing van de reinigings-/desinfectieautomaat. Behandel alleen in
strumenten/ medische producten die volgens de fabrikant van die producten
geschikt zijn voor machinale behandeling. Houdt u zich aan de specifieke be
handelingsvoorschriften van de fabrikant. Het te gebruiken programma, met bij
voorkeur thermische desinfectie, moet indien nodig op het materiaal van de
producten worden afgestemd.
Bij gebruik van de automatische wagenherkenning moet de codering worden
aangepast!
-
-
-
Toepassing:
De injectorwagen E 461/2 is toepasbaar in de reinigings- en desinfectieautomaten
G 7882 CD, G 7892, G 7835, G 7836, PG 8535 en PG 8536. In de wagen kunt u
beademingsslangen uit de anesthesie reinigen, desinfecteren en drogen.
Op de afbeelding van de injectorwagen ziet u de positionering van de afzonder
lijke houders.
Om te kunnen waarborgen dat alle spoelsystemen over voldoende (gestan-
,
daardiseerde) spoeldruk beschikken, moet u op alle schroefaansluitingen inspuiters, adapters, spoelhulzen of blindschroeven plaatsen.
Gebruik geen beschadigde spoelsystemen zoals inspuiters, adapters en spoelhulzen.
-
De injectorwagen is bedoeld voor de behandeling van normale siliconenslangen.
Als u beademingsslangen met een andere diameter of van een ander materiaal wilt
reinigen, moet u de houder aan de linker kant van de wagen vervangen.
Voor kinderbeademingsslangen en harmonicaslangen is bij de injectorwagen
telkens een extra houder gevoegd.
Om de beademingsslangen van binnen goed te kunnen reinigen en desin-
,
fecteren, moeten deze met de betreffende houders op de injectorwagen worden aangesloten. De verbindingen mogen tijdens het programmaverloop niet
losraken! Beademingsslangen die tijdens de behandeling losgeraakt zijn, moeten opnieuw worden behandeld.
Spoelsystemen die u niet voor spoelgoed gebruikt, hoeft u niet door blindschroeven te vervangen.
^
Indien nodig:
^
Draai het kartelmoertje los van de
houder die u wilt vervangen.
^
Verwijder de houder.
^
Plaats de gewenste houder in de in
jectorwagen.
^
Schroef de houder met de kartelmoer
vast.
-
Plaats de beademingsslangen. Be
gin bij de laatste rij houders en leg
de slangen richting spiraalvormig ge
deelte. Werk van binnen naar buiten
(zie de afbeeldingen).
Ga als volgt te werk:
^
Plaats de slang op de inspuiter en
druk daarbij de kegel 1 tot 2 cm in,
zodat de veer gespannen wordt.
^
-
Steek de slang tussen twee beugels
van de houder.
-
De slangen moeten in de beugels wor
den vastgeklemd om te voorkomen dat
de slangen tijdens het spoelen door de
waterdruk van de inspuiters losraken.
De slangen zitten goed als de veren
van de inspuiters onder spanning
staan.
^
Leg de slangen in het spiraalvormige
gedeelte van de wagen.
-
,
De slangen mogen niet door
hangen omdat er anders water in
blijft staan.
-
^
Plaats kleine onderdelen, zoals
Y-stukken, koppelingen en aanslui
tingen, in inzet E 430/1.
^
Dek licht spoelgoed met een net af,
zodat het de sproeiarm niet kan blok
keren en niet door de magnetische
strip van de automatische wagenher
kenning kan worden aangetrokken.
Miele Professional, Postbus 166, 4130 ED Vianen, Telefoon (03 47) 37 88 84, Fax (03 47) 37 84 29,
Internet: http://www.miele-professional.nl / ! 0297 Wijzigingen voorbehouden / productiedatum 2016-12-08
-
,
Houdt u zich aan de aangege
ven droogtemperatuur om te voor
komen dat het materiaal voortijdig
veroudert.
-
Bij ademzakken en -maskers van
sommige elastomeerkwaliteiten ligt
-
deze waarde onder 85 °C.
-
-
,
Na afloop van het reinigingspro
gramma moet u het droogresultaat
beslist controleren.
Vooral de binnenkanten van slangen
moeten helemaal droog zijn om
kiemvorming te voorkomen.
Hiervoor moet eventueel de droog
tijd van het reinigingsprogramma
worden aangepast.
M.-Nr. 10 334 911 / 00 nl
-
-