Miele DA 6590 D, DA 6520 D, DA 6590 D U, DA 6590 D EXT, DA 6520 D EXT User Manual [nl]

Gebruiks- en montagehandleiding
Wasemkap DA 6590 D DA 6520 D DA 6590 D U DA 6590 D EXT DA 6520 D EXT
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert en in gebruik neemt. Zo zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan uw toestel.
nl-BE
M.-Nr. 09 205 590
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ...........................3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid en waarschuwingen.................4
Beschrijving van het toestel ........................................10
Hoe werkt uw toestel? .............................................12
Miele|home .....................................................13
Con|ctivity ......................................................13
Bediening .......................................................14
Ventilator inschakelen K ............................................14
Ventilatiestand kiezen - / +..........................................14
Intensieve stand ................................................14
Nawerkfunctie 5 ¢15...............................................15
Kookvlakverlichting I ..............................................15
Bedrijfsurenteller [..............................................16
Reiniging en onderhoud ...........................................18
Ommanteling .....................................................18
Panelen en vetfilters................................................19
Bedrijfsurenteller voor de vetfilters terug in zijn beginstand zetten .........21
Reukfilter ........................................................22
De bedrijfsurenteller voor de reukfilter terug in zijn beginstand zetten ......22
Halogeenlampjes vervangen.........................................23
Afmetingen van het toestel .........................................24
Afstand tussen kookvlak en dampkap ...............................25
Montage ........................................................26
Montagehandleiding ...............................................26
Montagemateriaal .................................................26
Luchtafvoerleiding................................................27
Condenswaterstop.................................................28
Geluidsdemper ...................................................29
Elektrische aansluiting ............................................30
Werking met stuurmodule DSM 400..................................31
Potentiaalvrije aansluiting .........................................31
Aansluiting van een lichtschakelaar .................................31
Technische dienst ................................................32
Technische gegevens .............................................33
2
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge kozen, dat door het milieu wordt verdra gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet met het gewone vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk container park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
Delen van de verpakking als bv. folie of piepschuim kunnen voor kinderen ge­varen inhouden. Er bestaat risico van verstikking! Bewaar deze delen buiten hun bereik en ruim de verpakking zo vlug mogelijk weg.
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap­paraten bevatten vaak nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die voor het functio neren en de veiligheid van het apparaat nodig waren. Als u het apparaat bij het gewone afval doet of bij verkeerde be handeling kunnen deze stoffen schade lijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Verwijder het afgedankte appa raat dan ook nooit met het gewone af val.
-
-
-
-
-
-
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige
-
recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het af­danken van uw oud toestel, neem dan contact op met
– de handelaar bij wie u het kocht
of
– de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be
of
­–
uw gemeentebestuur als u uw toestel naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus
­sen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
-
3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid en
Deze wasemkap is niet bestemd Deze dampkap voldoet aan de voor geschreven veiligheidsvoorschriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers echter letsel oplopen en kan er schade optreden aan de oven.
Lees deze gebruiksaanwijzing daar om eerst door voordat u deze dampkap in gebruik neemt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid, de montage, het ge bruik en het onderhoud van de dampkap. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toe­stel.
~
-
voor gebruik buiten.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet verantwoorde lijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander gebruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bedie ning.
­Personen die door hun fysieke,
~
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om deze
­dampkap veilig te bedienen, mogen deze dampkap alleen onder het toe zicht of de begeleiding van een verant­woordelijk iemand gebruiken.
-
-
-
Bewaar de gebruiksaanwijzing en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Juist gebruik
Deze dampkap is bedoeld voor ge-
~
bruik in het huishouden en gelijkaardige omgevingen zoals
in winkels, kantoren en gelijkaardige werkomgevingen
op boerderijen
door klanten in hotels, motels, bed-and-breakfasts en andere typische woonomgevingen.
Gebruik de dampkap uitsluitend in
~
huishoudelijke context voor het wegzuigen van kookdampen die ont staan bij het bereiding van gerechten.
-
Kinderen in het huishouden
Let op kinderen die in de buurt van
~
de dampkap komen. Laat kinderen nooit met het toestel spelen.
Kinderen jonger dan acht jaar moe-
~
ten uit de buurt van het toestel worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden gehouden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de
~
dampkap alleen maar gebruiken wan neer hun de bediening ervan zo uitge legd is dat ze de dampkap veilig kun nen bedienen. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve be diening kunnen beseffen.
-
-
-
-
4
Opmerkingen omtrent uw veiligheid en
Bij dampkappen die uitgerust zijn
~
met halogeenlampen, kunnen de lampen tijdens de werking zeer heet worden; ook na het uitschakelen blijven ze nog enige tijd heet. Hou kinderen op een veilige afstand van de lampen, tot de lampen voldoende afgekoeld zijn en er geen enkel verbrandingsgevaar meer bestaat.
Technische veiligheid
Controleer vóórdat de dampkap
~
wordt gemonteerd of het toestel zicht baar beschadigd is. Is dat het geval, neem het toestel dan in geen geval in gebruik. Een beschadigd toestel kan uw veiligheid in gevaar brengen!
Vergelijk zeker eerst de aansluitge-
~
gevens (spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van uw elektrische installatie. Sluit daarna pas uw toestel aan. Deze gegevens dienen absoluut over­een te stemmen. Anders treedt er scha­de op aan uw toestel. Vraag bij twijfel inlichtingen aan een elektricien.
De elektrische veiligheid van dit toe
~
stel wordt enkel gegarandeerd als u het op een aardsysteem aansluit dat vol gens de voorschriften geïnstalleerd is. Het is heel belangrijk dat aan deze fun damentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. Laat de elektrische installatie in uw woning bij twijfel door een elektri cien controleren. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of ge woon ontbrak. Er bestaat in dat geval onder andere gevaar voor elektrische schokken.
-
-
Gebruik uw dampkap enkel in ge
~
monteerde toestand. Enkel dan is een veilige werking gewaarborgd.
Open de ommanteling alleen voor
~
zover de montage- en reinigingsaanwijzingen dit voorschrijven. Maak andere onderdelen van de ommanteling in geen geval open. Wanneer u aansluitingen onder span ning aanraakt of de elektrische en me chanische constructie wijzigt, kan dat voor u gevaar opleveren. Het kan ook tot storingen in de werking van de dampkap leiden.
Installatiewerken, onderhouds-
~
werken en herstellingen mogen alleen worden uitgevoerd door vakmensen die door de fabrikant erkend zijn. Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of herstellingswerken kunnen er voor de gebruiker aanzienlijke risico's ontstaan waarvoor de fabrikant niet aansprakelijk kan worden gesteld.
Defecte onderdelen mogen enkel
~
worden vervangen door originele
­Miele-wisselstukken. Enkel dan bent u
zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.
-
-
-
-
-
-
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid en
Tijdens installatie-, onderhouds- en
~
herstellingswerken moet de dampkap van het elektriciteitsnet losgekoppeld zijn. Het toestel is pas stroomloos als aan een van deze voorwaarden is vol daan:
De zekeringen in uw zekeringenkast
zijn uitgeschakeld.
De schroefzekeringen in uw
zekeringenkast zijn helemaal uitge draaid.
de stekker is uit het stopcontact ge
trokken. Bij aansluiting via een stekker: trek niet aan de kabel, maar aan de stek­ker.
Gebruik uit veiligheidsoverwegingen
~
geen stopcontactenblokken of verlengkabels om de dampkap aan te sluiten. Die bieden niet voldoende vei­ligheidsgaranties. Er bestaat onder an­dere gevaar voor oververhitting.
Bij toestellen met een externe venti-
~
lator (type ...EXT) sluit u beide ele menten via de verbindingsleiding op el kaar aan. Deze toestellen mag u enkel verbinden met een externe ventilator van Miele.
Deze wasemkap mag niet op
~
niet-vaste plaatsen (bijv. op een schip) worden gebruikt.
-
-
-
Gelijktijdig gebruik van de dampkap en verwarmingstoestellen die lucht uit hetzelfde vertrek nodig hebben
Let op: er bestaat risico op vergifti ging!
-
Wees uiterst voorzichtig als u de
~
dampkap gelijktijdig met verwarmings­toestellen gebruikt die lucht uit hetzelf­de vertrek nodig hebben. Voorbeelden zijn verwarmingstoestellen op gas, stookolie, hout of steenkool, doorstroomtoestellen, boilers, gaskook­vlakken en -ovens. De dampkap - als ze met luchtafvoer of met een externe ventilator werkt - zuigt
­immers uit de keuken alsook uit de ver
trekken ernaast lucht weg. Zonder voldoende luchttoevoer ontstaat er onderdruk. Het vuur krijgt daardoor te weinig verbrandingslucht. En de ver branding zal daar nadeel van ondervinden.
-
-
-
Door de zuigkracht van de dampkap kunnen er giftige uitlaatgassen van het verwarmingstoestel uit de schoorsteen terugstromen in de woning. Dit is le vensgevaarlijk!
6
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid en
U vermijdt risico's als er bij gelijktijdig gebruik van de dampkap en van een verwarmingstoestel waarvoor lucht uit hetzelfde vertrek is vereist een onder druk wordt bereikt van maximaal 4 Pa (0,04 mbar). Hierdoor verhindert u na melijk dat er uitlaatgassen uit het ver warmingstoestel worden teruggezogen.
U kunt daarvoor zorgen door lucht voor de verbranding aan te voeren via niet-
-afsluitbare openingen, bijv. in deuren en vensters. Let erop dat de diameter van de lucht toevoeropening voldoende groot is. Luchttoevoer- en afvoerkastjes alleen waarborgen gewoonlijk nog geen af doende luchttoevoer.
-
-
-
-
-
,
Bij de beoordeling moet u steeds rekening houden met de globale ventilatietoestand van de woning. In geval van twijfel neemt u het best contact op met een er kende schoorsteenveger.
Gebruikt u de dampkap met luchtcircu latie, dan kunt u de dampkap gerust te gelijk met verwarmingstoestellen ge bruiken die lucht uit hetzelfde vertrek nodig hebben.
-
-
-
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid en
Veilig gebruik
Maak onder de dampkap nooit iets
~
klaar met open vlam: grillen met open vlam alsook flamberen is verboden. Een ingeschakelde dampkap zuigt de vlammen in de filter. Door het opgezo gen kookvet bestaat er brandgevaar!
Bij gebruik van de dampkap boven
~
een gaskookvlak moet u erop letten dat er altijd kookgerei staat op branders die in gebruik zijn. Schakel het gaskookvlak uit telkens als u kookgerei voor korte tijd van het gaskookvlak wegneemt. Regel de vlam zodanig dat deze in geen geval boven het kookgerei uit­steekt. Zorg ervoor dat u het kookgerei niet overmatig verhit (bijv. bij het koken met een wok). Door de te sterke hitte kan de dampkap schade oplopen.
Schakel uw dampkap in telkens als
~
een kookzone in gebruik is. Als de dampkap niet ingeschakeld is, kan er zich condenswater vormen. Hier door kan het toestel corrosieschade op lopen.
-
Gebruik de dampkap nooit zonder
~
vetfilters. Zo vermijdt u dat er zich vet en vuil af zet in het toestel. Als u dit niet doet, zou het toestel na verloop van tijd niet meer goed functioneren.
De filters dient u geregeld te reini
~
gen of te vervangen. Een verzadigde filter vergroot het brandrisico! Zie "Reiniging en onder houd".
Hou ermee rekening dat de
~
dampkap bij het koken door de opstijgende hitte erg warm kan worden.
Raak de ommanteling en de vetfilters pas aan wanneer de dampkap is afge­koeld.
Gebruik in geen geval een stoomrei-
~
niger om de dampkap te reinigen. De stoom kan op onderdelen van de dampkap terechtkomen die onder spanning staan en zo een kortsluiting veroorzaken.
-
-
-
-
-
Als u met olie of vet kookt, dient u
~
uw kookpan of friteuse voortdurend in het oog te houden. Dat geldt ook voor elektrische grilltoestellen. Door oververhitting kunnen olie en vet ontvlammen en de dampkap in brand zetten.
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid en
Veilige montage
Controleer in de gegevens van de
~
fabrikant van het gebruikte kooktoestel of het gebruik van een dampkap boven het kooktoestel mogelijk is.
Tenzij de fabrikant van het kooktoe
~
stel grotere veiligheidsafstanden heeft voorgeschreven, moeten tussen het kooktoestel en de onderkant van de dampkap de afstanden in acht worden genomen die in de rubriek "Afmetingen van het toestel" worden vermeld.
Gebruikt u verschillende kooktoestellen onder de dampkap en is de veiligheids­afstand telkens anders, kies dan de grootste opgegeven afstand.
Boven ovens of fornuizen die met
~
vaste brandstof worden verwarmd, mag u geen dampkap monteren.
Gebruik voor de luchtafvoerleiding
~
enkel buizen of slangen van onbrand­baar materiaal. Die zijn bij uw Miele-
-handelaar of via de Service After Sales van Miele verkrijgbaar.
-
Hulpstukken en toebehoren
Alleen toebehoren dat Miele uitdruk
~
kelijk heeft goedgekeurd, mag worden gemonteerd of ingebouwd. Worden er andere onderdelen gemonteerd of in gebouwd, dan vervalt het recht op ga rantie en/of de productaansprakelijk heid.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
-
-
-
-
De lucht mag niet worden afgevoerd
~
via een in gebruik zijnde schoorsteen voor rook of uitlaatgassen. Laat de lucht ook niet afvoeren in een kanaal dat dient om vertrekken te verluchten waar verwarmingstoestellen opgesteld staan.
Als de lucht moet worden afgevoerd
~
via een niet meer in gebruik zijnde schoorsteen, hou dan rekening met de plaatselijk geldende voorschriften.
9
Beschrijving van het toestel
10
Beschrijving van het toestel
a Afdeklijst
b Schouw
c Luifel
d Uitlaatrooster
(alleen bij toestellen uit de reeks "...U")
e Bedieningselementen
f Kookvlakverlichting
g Reukfilter
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren voor werking met luchtcirculatie (alleen bij toestellen uit de reeks "...U")
h Vetfilters
i Panelen met randafzuiging
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
DRP 6590 D glas (3 elementen) DRP 6590 D roestvrij staal (3 elementen) DRP 6520 D glas (4 elementen) DRP 6520 D roestvrij staal (4 elementen)
o Bedrijfsurentoets
Het vetfiltersymbool [ van de toets gaat aan wanneer de vetfilters moeten worden gereinigd.
Het reukfiltersymbool gaat aan wan neer de reukfilter, die bij werking met luchtcirculatie wordt gemonteerd, aan vervanging toe is. Daartoe moet de be drijfsurenteller worden geactiveerd wanneer u het toestel voor de eerste keer gebruikt (alleen bij toestellen uit de reeks "...U").
Met deze toets kunt u de bedrijfsuren teller na de reiniging van de vetfilters of de vervanging van de reukfilter terug in zijn beginstand zetten (zie "Reiniging en onderhoud").
Bovendien kunnen de bedrijfsuren wor­den opgevraagd en kan de bedrijfs­duur worden gewijzigd.
-
-
-
k Toets voor de kookvlak-
verlichting (verlichtingstoets)
Hiermee kunt u de kookvlakverlichting in- en uitschakelen en dimmen.
l Aan-uittoets voor de ventilator
m Toetsen voor het instellen van de
ventilatiestand
n Toets voor de nawerkfunctie
(nawerktoets)
Hiermee blijft de dampkap na het kook proces nog even werken. De ventilator wordt na 5 of 15 minuten automatisch uitgeschakeld.
-
Hoe u de functies bedient, vindt u in de rubriek "Bediening".
11
Hoe werkt uw toestel?
Uw dampkap werkt
. . . met luchtafvoer naar buiten:
(toestellen uit de reeks ...U)
De kookdampen worden door de dampkap opgezogen. De lucht wordt hierbij via de panelen met randafzuiging door de vetfilters ge­voerd en gezuiverd. Vervolgens stroomt de lucht naar buiten.
De dampkap werkt met een terugslag- klep.
Als de dampkap niet in werking is, is deze klep gesloten. Er kan geen buitenlucht naar binnen noch binnenlucht naar buiten stromen.
Zodra u het toestel inschakelt, gaat de klep open. Zo kan de keukendamp on gehinderd naar buiten.
-
. . . met luchtcirculatie:
(toestellen uit de reeks ...U)
De aangezogen lucht wordt via de panelen met randafzuiging door de vet filters en daarnaast nog door een reukfilter gezuiverd. Via openingen in het telescopische deel van het toestel komt de lucht weer in de keuken te recht.
Opgelet! Als u de dampkap met luchtcirculatie gebruikt, zorg dan dat de reukfilter wordt gemonteerd. Zie rubriek "Reiniging en onderhoud".
-
. . . met een externe ventilator:
(toestellen uit de reeks ...EXT)
-
12
Bij dampkappen die geschikt zijn om te werken met een externe ventilator, wordt de afzuigventilator in een vertrek naar uw keuze gemonteerd.
De elders geplaatste ventilator wordt door een besturingsleiding met de dampkap verbonden. U kunt hem via het bedieningspaneel van de dampkap bedienen.
Miele|home
Con|ctivity
Deze dampkap kan communiceren met een ander toestel.
Met de communicatiemodule XKM 2000 DA a, die mits toeslag ver­krijgbaar is, kan de dampkap automa­tisch worden bestuurd en wordt de ven­tilator afhankelijk van de ingestelde ver­mogensstanden voor de kookzones van een niet-gecombineerd elektrisch kook­vlak van Miele automatisch op een be­paalde stand gezet.
Om beide toestellen met elkaar te kun nen laten communiceren, moet ook het kookvlak met de bijhorende communi catiemodule b zijn uitgerust.
-
-
Wanneer u het kookvlak inschakelt,
worden de kookvlakverlichting en de ventilator van de dampkap automa tisch ingeschakeld.
Terwijl u kookt, kiest de dampkap af
hankelijk van het aantal ingescha kelde kookzones en de ingestelde vermogensstanden de geschikte ventilatorstand.
Wanneer u klaar bent met koken,
worden de ventilator en de kookvlak verlichting automatisch uitgescha keld na de luchtafzuiging achteraf.
Voor meer informatie over de werking raadpleegt u de gebruiksaanwijzing van de communicatiemodule XKM 2000 DA.
De communicatiemodule wordt in de dampkap vlak bij de ventilator gemon­teerd en aangesloten op de besturing van de dampkap.
De montage moet worden uitge­voerd door een technicus van de Service After Sales van Miele of door een elektricien.
-
-
-
-
-
Het kookvlak brengt de informatie over de ingeschakelde kookzones en de in gestelde vermogensstanden via het elektriciteitsnet (Powerline) c over naar de dampkap.
-
13
Bediening
Ventilator inschakelen K
Druk op de aan-uittoets K.
^
De ventilator wordt ingeschakeld op stand 2. Het symbool K en de 2 op de ventilatiestandindicator branden.
Ventilatiestand kiezen - / +
Druk op het symbool "" als u een la
^
gere ventilatiestand wilt kiezen of op "+" als u een hogere ventilatiestand wilt kiezen.
Voor een normaal kookproces gebruikt u, naargelang de intensiteit van de kookdamp, de ventilatiestanden 1 tot 3.
Intensieve stand
Schakel bij het begin van een braad­proces of bij een kookproces met sterke geurontwikkeling even de inten­sieve stand IS in.
Automatische uitschakeling van de intensieve stand
U kunt de intensieve stand zo instellen dat de ventilator na 10 minuten altijd automatisch terugkeert naar stand 3.
Hoe gaat u hiervoor te werk? Zorg er
^
voor dat de ventilator en de kookvlak verlichting uitgeschakeld zijn.
Druk ca. 10 seconden op de
^
-
nawerktoets 5 ¢15, totdat de 1 op de ventilatiestandindicator brandt.
Druk daarna achtereenvolgens op -
^
– de verlichtingstoets I,
– de toets "-" en opnieuw op
– de verlichtingstoets I.
Als de automatische uitschakeling niet is geactiveerd, knipperen 1 en IS.
^ Om de automatische uitschakeling te
activeren, drukt u op de toets "+". De 1 en IS branden continu. Om te deactiveren drukt u op de toets "–".
-
-
14
^
Bevestig uw keuze met de nawerktoets 5 ¢15.
Als u niet binnen de 4 minuten beves tigt, blijft de oude instelling behouden.
-
Bediening
Nawerkfunctie 5 ¢15
Zowel bij werking met luchtafvoer als met luchtcirculatie is het raadzaam om de ventilator na het koken nog enkele minuten te laten werken. Op die manier wordt de lucht in de keu ken van overgebleven dampen en geurtjes gezuiverd.
Met de nawerkfunctie kan de ventilator na een bepaalde tijd automatisch wor den uitgeschakeld.
Druk na het koken, terwijl de ventila
^
tor ingeschakeld is, op de nawerktoets 5 ¢15 -
– 1 keer drukken: de ventilator wordt
na 5 minuten uitgeschakeld (5 ¢ brandt)
– 2 keer drukken: de ventilator wordt
na 15 minuten uitgeschakeld (¢15 brandt).
Wanneer u opnieuw op de nawerktoets 5 ¢15 drukt, blijft de ventilator inge­schakeld (5 ¢15 gaat uit).
Ventilator uitschakelen K
^
Schakel de ventilator uit met de aan-uittoets K.
Het symbool K gaat uit.
Kookvlakverlichting I
Kookvlakverlichting inschakelen
De ventilator hoeft niet aan te zijn om de kookvlakverlichting in of uit te scha
-
kelen.
Om de verlichting in te schakelen,
^
drukt u op de verlichtingstoets I.
Het symbool I brandt.
­De kookvlakverlichting wordt in de helderste stand ingeschakeld.
-
Kookvlakverlichting dimmen
U kunt de lichtsterkte naar wens instel­len.
^ Druk hiertoe, terwijl de verlichting in-
geschakeld is, op de verlichtings­toets I en hou de toets ingedrukt. De lichtsterkte neemt af, totdat u de toets loslaat.
^ Als u opnieuw op de verlichtingstoets
I drukt en deze ingedrukt houdt, neemt de lichtsterkte weer toe, totdat u de toets loslaat.
Als u uw vinger op de verlichtingstoets I houdt, neemt de lichtsterkte afwisse lend af en toe.
Kookvlakverlichting uitschakelen
-
-
^
Druk kort op de verlichtingstoets I om de verlichting uit te schakelen.
Het symbool I gaat uit.
15
Bediening
Veiligheidsuitschakeling
Bedient u de ingeschakelde dampkap 10 uur lang niet, dan wordt de ventilator automatisch uitgeschakeld. De ver lichting blijft wel aan.
Om de ventilator weer aan te zetten, drukt u op de aan-uittoets K.
Bedrijfsurenteller [
De tijd dat de dampkap in werking is wordt in het geheugen van het toestel opgeslagen.
De bedrijfsurenteller voor de vetfilters meldt door middel van het oplichten van het vetfiltersymbool [ wanneer de vetfilters moeten worden gereinigd.
Bij toestellen uit de reeks "...U" wordt door het oplichten van het reukfiltersymbool gemeld wanneer de reukfilter moet worden vervangen.
Informatie over het reinigen en vervangen van de filters en over hoe u de bedrijfsurentellers terug in hun be ginstand kunt zetten vindt u in de ru briek "Reiniging en onderhoud".
Bedrijfsurenteller voor de vetfilters [ wijzigen
U kunt de bedrijfsurenteller afstemmen op uw kookgewoontes.
Kies een korte tijd als u dikwijls braadt of vaak de friteuse gebruikt.
Als u erg vetarm kookt, kunt u een lange bedrijfsduur instellen.
-
-
-
Als u slechts af en toe kookt, kiest u
het best een korte bedrijfsduur. Het verzamelde vet wordt na langere tijd hard. De vetfilters kunnen dan min der vlot worden gereinigd.
De bedrijfsurenteller voor de vetfilters is in de fabriek ingesteld op 30 uur. U kunt deze duur wijzigen; u hebt de keu ze uit 20, 30, 40 of 50 uur.
Schakel de ventilator uit met de
^
aan-uittoets K.
Druk tegelijk op de nawerktoets
^
5 ¢15 en de bedrijfsurentoets [.
Het vetfiltersymbool [ van de bedrijfsurentoets en een controlelampje op de ventilatiestandindicator knippe­ren.
De controlelampjes 1 tot IS geven de ingestelde bedrijfsduur aan:
Controlelampje 1 .............20uur
Controlelampje 2 .............30uur
Controlelampje 3 .............40uur
Controlelampje IS ............50uur
^
Druk op het symbool "–" om een kor tere bedrijfsduur te kiezen of op het symbool "+" om een langere bedrijfs duur te kiezen.
^
Bevestig uw keuze met de bedrijfsurentoets [.
Alle controlelampjes gaan uit.
Als u niet binnen de 4 minuten beves tigt, blijft de oude instelling behouden.
-
-
-
-
-
16
Bediening
Bedrijfsurenteller voor de reukfilter activeren/wijzigen
(alleen bij toestellen uit de reeks "...U")
Monteer de reukfilter als u het toestel met luchtcirculatie laat werken.
De bedrijfsurenteller voor de reukfilter werd in de fabriek niet geactiveerd.
Wanneer u het toestel voor het eerst gebruikt, stelt u de bedrijfsduur volgens uw kookgewoontes in nadat u de reuk filter hebt geplaatst:
Schakel de ventilator uit met de aan
^
-uittoets K.
^ Druk tegelijk op het symbool "+"en
op de bedrijfsurentoets [.
Het reukfiltersymbool van de bedrijfsurentoets en een controlelampje op de ventilatiestandindicator knippe­ren.
De controlelampjes 1 tot IS geven de ingestelde bedrijfsduur aan:
Controlelampje 1 ............120uur
Controlelampje 2 ............180uur
Controlelampje 3 ............240uur
Controlelampje IS......gedeactiveerd
^
Druk op het symbool "–" om een kor tere bedrijfsduur te kiezen of op het symbool "+" om een langere bedrijfs duur te kiezen.
-
-
-
-
De verstreken bedrijfsuren opvragen
Voor de ingestelde tijd verstreken is, kunt u aflezen hoeveel procent van de bedrijfsduur reeds verlopen is.
Schakel de ventilator in met de aan
^
-uittoets K.
Druk op de bedrijfsurentoets [-
^
1 keer erop drukken om de bedrijfs
duur voor de vetfilters op te vragen. Het vetfiltersymbool [ brandt.
2 keer erop drukken om de bedrijfs
duur voor de reukfilter op te vragen. Het reukfiltersymbool brandt.
Op de ventilatiestandindicator knippe­ren een of meer controlelampjes tege­lijk.
Het aantal knipperende controlelamp­jes stemt overeen met het percentage verstreken bedrijfsuren.
Controlelampje 1 ..............25%
Controlelampjes 1 en 2 .........50%
Controlelampjes 1 tot 3 .........75%
Controlelampjes 1 tot IS .......100%
Bij het uitschakelen van de dampkap of na een stroomonderbreking blijven de verstreken bedrijfsuren in het geheugen van het toestel opgeslagen.
-
-
-
^
Bevestig uw keuze met de bedrijfsurentoets [.
Alle controlelampjes gaan uit.
Als u niet binnen de 4 minuten beves tigt, blijft de oude instelling behouden.
-
17
Reiniging en onderhoud
Maak de dampkap voor elke on
,
derhoudsbeurt stroomloos! Hiertoe – de desbetreffende zekering in uw
zekeringenkast uitschakelen of
– de desbetreffende schroefzekering
in uw zekeringenkast volledig uitschroeven.
De halogeenlampjes worden
,
tijdens de werking erg heet. Ook na dat de verlichting uitgeschakeld is bestaat er nog enige tijd gevaar dat u zich verbrandt als u ze aanraakt! U mag de lampjes niet met water reinigen wanneer ze heet zijn. Hier­door zouden ze beschadigd raken. Nadat u ze hebt uitgeschakeld, wacht u enkele minuten voordat u ze reinigt.
Ommanteling
Algemeen
De oppervlakken en de bedienings elementen zijn gevoelig voor kras sen en inkervingen. Neem dus de volgende opmerkingen in acht om trent het reinigen van uw toestel.
^
Reinig alle oppervlakken en de be dieningselementen enkel met een sponsdoek, afwasmiddel en warm water.
-
-
-
-
-
-
Gebruik rond de bedieningselemen ten niet te veel water om te ver mijden dat er vocht in de elektro nische besturing binnendringt.
Wrijf de oppervlakken vervolgens met
^
een zachte doek droog.
Gebruik geen
reinigingsmiddelen die soda, zuur,
chloor of oplosmiddelen bevatten,
schurende reinigingsproducten, zo
als schuurpoeder of -crème, schu rende sponsen, zoals schuursponsen of gebruikte sponsen waarin restjes schuurmiddel zitten.
– scherpe metaalschrapers.
– ovenspray.
Opmerkingen omtrent toestellen met een roestvrijstalen ommanteling
(Deze opmerkingen gelden niet voor de bedieningselementen!)
Om de roestvrijstalen oppervlakken te reinigen is een niet-schurend reini gingsmiddel voor roestvrij staal ge schikt.
Om te vermijden dat de oppervlakken weer gauw vuil worden, is het raad zaam een onderhoudsmiddel voor roestvrij staal aan te brengen (verkrijg baar via de Service After Sales van Miele). Breng dit middel met een zach te doek gelijkmatig en spaarzaam aan.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
18
Reiniging en onderhoud
Opmerkingen omtrent de glazen op pervlakken
Om de glazen oppervlakken te reinigen is een in de handel verkrijgbare glasrei niger geschikt.
Opmerkingen omtrent toestellen met een gekleurde/gelakte ommanteling
(speciale uitvoering)
Bij het reinigen is het onvermijdelijk dat er zeer kleine krasjes op de oppervlak ken ontstaan. Bij donkere lak en in combinatie met halogeenverlichting in de keuken kunnen deze het uitzicht beïnvloeden.
Opmerkingen omtrent de bedienings­toetsen
De bedieningstoetsen kunnen ver­kleuren of wijzigingen ondergaan als vuil er langere tijd op inwerkt. Verwijder vuil daarom direct.
Neem bij het reinigen ook de algemene opmerkingen in deze rubriek in acht.
-
Panelen en vetfilters
De panelen met randafzuiging en de vetfilters in het toestel nemen de vaste bestanddelen van de kookdampen op
­(vet, stof e.d.). Ze verhinderen daar door dat het toestel vuil wordt. Er zijn opnieuw te gebruiken metalen vetfilters ingebouwd.
Reinig de panelen en de vetfilters uiter lijk wanneer het vetfiltersymbool [ van de bedrijfsurentoets aangaat.
­Reiniging om de 3-4 weken is aan te ra den. Het verzamelde vet wordt na langere tijd hard. Het schoonmaken gaat dan minder vlot.
Een verzadigde filter vergroot
,
het brandrisico!
Om beschadiging aan de filters, de panelen en het kookvlak te ver­mijden, dient u de vetfilters en de panelen stevig vast te houden.
-
-
-
Gebruik geen reinigingsmiddelen voor roestvrij staal om de bedie ningstoetsen te reinigen.
-
19
Reiniging en onderhoud
DA 6590 D: Trek de panelen aan de
^
voorkant wat naar beneden uit de vergrendeling, haak ze achteraan los en neem ze uit.
^ DA 6520 D: Trek de panelen aan de
buitenkant wat naar beneden uit de vergrendeling, haak ze in het midden los en neem ze uit.
Panelen met de hand reinigen
Neem de aanwijzingen onder "Om
^
manteling" in acht.
Vetfilters met de hand reinigen
Reinig de vetfilters in warm water met
^
een afwasborstel en een zacht hand afwasmiddel. Gebruik het handafwasmiddel niet geconcentreerd.
Gebruik geen
kalkoplossende reinigingsmiddelen.
– schuurpoeder, schuurcrème of
agressieve allesreinigers.
– ovenspray.
Vetfilters en panelen in de afwasau­tomaat reinigen
^ Zet de vetfilters en panelen indien
mogelijk rechtop in de onderste korf. Let erop dat de sproeiarm nog vrij kan ronddraaien.
-
-
^
Open de vergrendeling van de vetfil ter, zwenk de vetfilter wat omlaag, haak hem achteraan los en neem hem uit.
20
^
Reinig de vetfilters en panelen in een programma van maximaal 65 °C. Als u een Miele-afwasautomaat hebt, kiest u het Automatic-programma.
^
Gebruik een zacht afwasmiddel voor afwasautomaten.
Reinigt u de vetfilters in de afwasau tomaat, dan kan het inwendige filter
-
oppervlak naargelang het gebruikte afwasmiddel verkleuren. Dit schaadt de werking van de vetfil ters echter niet.
-
-
-
Leg de vetfilters na het reinigen nog
^
op een vochtopnemend voorwerp te drogen.
Ontdoe de bereikbare onderdelen
^
van de ommanteling van vet wanneer de panelen en vetfilters uitgenomen zijn. Op die manier voorkomt u brandgevaar.
Plaats de vetfilters terug.
^
Let er bij het monteren van de vetfil ters op dat de vergrendeling naar het kookvlak toe wijst.
^ Als er eens een filter verkeerd zit,
ontgrendel die dan langs de uitspa­ringen met behulp van een kleine schroevendraaier.
Reiniging en onderhoud
-
^ Haak de panelen aan de houderstang
vast, zwenk ze omhoog en druk ze in de vergrendeling, totdat ze vastklik­ken.
Bedrijfsurenteller voor de vetfilters terug in zijn beginstand zetten
Zet de bedrijfsurenteller na de reiniging weer in zijn beginstand.
^
Druk, terwijl de ventilator is ingescha keld, ca. 3 seconden op de bedrijfsurentoets [, totdat alleen nog de 1 knippert. Het vetfiltersymbool[ gaat uit.
-
Als u de vetfilters reinigt voordat de bedrijfsuren verstreken zijn, gaat u als volgt te werk:
^
Druk ca. 6 seconden op de bedrijfsurentoets [, totdat alleen nog de 1 knippert.
21
Reiniging en onderhoud
Reukfilter
(alleen bij toestellen uit de reeks ...U)
Bij werking met luchtcirculatie moet als aanvulling op de vetfilters een reukfilter worden gemonteerd. Deze filter houdt de geuren tegen die tijdens het koken ontstaan. Hij wordt in de luifel boven de vetfilters geplaatst.
Deze reukfilter is bij uw Miele-hande laar of via de Service After Sales van Miele verkrijgbaar. Het type en de aanduiding vindt u in de rubriek "Technische gegevens".
^ Om de reukfilter te monteren of te
vervangen, moet u eerst de panelen en vetfilters uitnemen zoals eerder beschreven.
^ Neem de reukfilter uit de verpakking.
Als u de reukfilter voor het eerst mon teert:
Stel de bedrijfsurenteller in volgens
^
uw kookgewoontes (zie rubriek "Be diening").
het reukfiltersymbool - van de
bedrijfsurentoets brandt
of
­de geuren niet meer voldoende wor
den tegengehouden.
U doet er goed aan de reukfilter uiterlijk om de 6 maanden te vervangen.
De gebruikte reukfilter mag u met het huisvuil meegeven.
De bedrijfsurenteller voor de reukfilter terug in zijn beginstand zetten
Zet de bedrijfsurenteller na het vervangen terug in zijn beginstand.
-
-
-
^
Druk de reukfilter in de lijst.
^
Plaats de vetfilters en de panelen te rug.
22
^
Druk hiertoe, terwijl de ventilator is in geschakeld, 2 keer op de bedrijfsurentoets [en hou deze ca. 3 seconden ingedrukt, totdat al leen nog de 1 knippert. Het reukfiltersymbool gaat uit.
Als u de reukfilter vervangt voordat de bedrijfsuren verstreken zijn, gaat u als volgt te werk:
^
Druk 2 keer op de
-
bedrijfsurentoets [en hou deze ca. 6 seconden ingedrukt, totdat al leen nog de 1 knippert.
-
-
-
Halogeenlampjes vervangen
Reiniging en onderhoud
Koppel de wasemkap los van het elek triciteitsnet. Daartoe
de zekering van de elektrische
installatie uitschakelen, of
de schroefzekering van de
elektrische installatie volledig uit­schroeven.
De halogeenlampjes worden
,
tijdens de werking erg heet. Ook na dat de verlichting uitgeschakeld is bestaat er nog enige tijd gevaar dat u zich verbrandt als u ze aanraakt. Wacht daarom enkele minuten voor­dat u de halogeenlampjes verwij­dert.
-
-
^ Bij het vervangen van een halogeen-
lampje drukt u de lampafdekking lichtjes naar boven. De lampafdek­king gaat open en kan naar onderen toe worden neergeklapt.
^
Trek het halogeenlampje uit de fitting.
^
Neem het nieuwe halogeenlampje (12 V, 20 W, fitting G4) met een doek vast en plaats het in de fitting. Druk het lampje er voorzichtig in. Hou re kening met de opmerkingen van de fabrikant.
^
Klap de lampafdekking weer dicht en duw ze vast.
-
23
Afmetingen van het toestel
DA 6590 D, DA 6590 D EXT
DA 6590 D U
24
DA 6520 D, DA 6520 D EXT
Afmetingen van het toestel
1) Opening voor de luchtafvoerleiding, de aansluitkabel en bij toestellen uit de reeks ...EXT voor de verbindingskabel naar de externe ventilator
Bij werking met luchtcirculatie moet en kel de aansluitkabel worden aangeslo ten.
Luchtafvoertuit C 150 mm (niet bij wer king met luchtcirculatie)
De luchtafvoertuit in de plafondplaat is niet in het midden bevestigd. Op deze manier is montage ook moge­lijk wanneer de opening van de luchtaf­voer naar buiten in het plafond zich niet rechtstreeks boven het kookvlak be­vindt. Een verschil van maximaal 30 mm is mogelijk (in alle richtingen).
Afstand tussen kookvlak en dampkap
Tenzij de fabrikant van het kooktoe stel grotere veiligheidsafstanden
­heeft voorgeschreven, moeten tus
­sen het kooktoestel en de onderkant
van de dampkap de volgende
-
minimum veiligheidsafstanden in acht worden genomen: Elektrisch kookvlak: 550 mm Gaskookvlak: 650 mm Elektrische grill, friteuse: 650 mm
Zie in dit verband ook de rubriek "Op merkingen omtrent uw veiligheid".
– Het is aan te raden onder de
dampkap een afstand van minimum 650 mm in acht te nemen. Zo werkt u vlotter onder de dampkap.
-
-
-
25
Montage
Lees eerst de informatie op de
,
volgende pagina's en de rubrieken "Afmetingen van het toestel" en "Op merkingen omtrent uw veiligheid" voor u de wasemkap monteert. Vooral bij het gelijktijdig gebruiken van de wasemkap en een verwar mingstoestel dat lucht uit hetzelfde vertrek nodig heeft, bestaat er soms gevaar voor vergiftiging!
-
4 plaatijzers om oneffenheden in het plafond te compenseren
-
Montagehandleiding
De montage is in de bijgeleverde mon tageschets beschreven.
Montagemateriaal
4 schroeven8x60mm met 4 moerplaatjes en 4 pluggen S 10 om de plafondplaat
aan het plafond te bevestigen
,
De schroeven en de pluggen zijn geschikt om het toestel aan een be tonnen plafond te bevestigen. Gebruik voor andere plafondcon structies de gepaste bevestigings middelen. Zorg ervoor dat het plafond draag krachtig genoeg is.
-
-
-
-
1 luchtafvoeraansluiting laat een vari
-
abele positie van de opening van de luchtafvoer in het plafond toe (niet bij toestellen uit de modelreeks ...U)
1 slangklem om de luchtafvoerleiding op de luchtafvoeraansluiting te bevesti­gen. (niet bij toestellen uit de model reeks ...U)
-
-
2 schroeven M4x8mmom de schouw te bevestigen.
26
U dient absoluut de rubriek "Opmer kingen omtrent uw veiligheid" in acht te nemen. Vooral bij het gelijktijdig gebruiken van de dampkap en een verwar mingstoestel dat lucht uit hetzelfde vertrek nodig heeft, bestaat er soms gevaar voor vergiftiging! Neem bij twijfel contact op met een erkende schoorsteenveger en laat hem of haar controleren of de lucht afvoer veilig kan worden gebruikt.
-
Luchtafvoerleiding
Gebruik voor de aansluiting van de
-
-
luchtafvoerleiding enkel gladde bui zen of soepele slangen van onbrand baar materiaal.
Bij werking met een externe ventilator
moet u ervoor zorgen dat de luchtaf voerleiding voldoende stijf is. De ex terne ventilator kan voor een onder druk zorgen, die tot vervorming van de luchtafvoerleiding leidt.
Om ervoor te zorgen dat uw dampkap optimaal werkt en zo weinig mogelijk geluid maakt wanneer deze aanstaat, dient u de volgende punten in acht te nemen:
– De diameter van de luchtafvoerlei-
ding mag niet kleiner zijn dan 150 mm.
– Als platte luchtafvoerbuizen worden
gebruikt, mag de diameter niet kleiner zijn dan de diameter van de luchtafvoertuit.
-
-
-
-
-
– De luchtafvoerleiding dient zo kort en
recht mogelijk te zijn.
Gebruik alleen wijde bochten.
De luchtafvoerleiding mag niet wor den geknikt of samengedrukt.
Zorg ervoor dat alle verbindingen vast en dicht zijn.
Als u de luchtafvoerleiding horizon taal aanlegt, moet u zorgen voor een verval van minstens 1 cm per meter. Zo kan er geen condenswater in de dampkap lopen.
-
-
27
Luchtafvoerleiding
Wordt de lucht naar buiten afge
voerd, dan kunt u het best een teles copisch muurkastje of een dakaf voerset installeren.
Voert u de lucht af via een schoor
steen, richt de luchtafvoerleiding dan in de richting waarin de lucht wordt afgevoerd.
Belangrijk!
Als de luchtafvoerleiding door koele vertrekken, zolders e.d. wordt aange­legd, kan er tussen de afzonderlijke vertrekken een groot temperatuurver­schil ontstaan. Hierdoor kan er con­denswater ontstaan. Als dit het geval is, dient u de luchtafvoerleiding voldoende te isoleren.
-
-
-
Condenswaterstop
­(mits toeslag verkrijgbaar)
Niet alleen zorgt u best voor een aan­gepaste isolatie van de luchtafvoerlei­ding, het is ook raadzaam een con­denswaterstop te installeren. Die vangt het eventuele condenswater op en doet het verdampen. De condenswaterstop is voor luchtafvoerleidingen C 125 mm of C 150 mm verkrijgbaar.
Installeer de condenswaterstop lood recht en, indien mogelijk, zo dicht mo gelijk boven de luchtafvoertuit van de dampkap. De pijl op de buitenkant geeft de luchtafvoerrichting aan.
-
-
28
Bij dampkappen die bestemd zijn om op een externe ventilator (modellen ...EXT) te worden aangesloten, is de condenswaterstop in het toestel inge bouwd.
-
Luchtafvoerleiding
Geluidsdemper
(mits toeslag verkrijgbaar)
In de luchtafvoerleiding kan een geluidsdemper worden gemonteerd. Deze zorgt voor bijkomende geluidsdemping...
...bij werking met luchtafvoer:
De geluidsdemper dempt zowel de ventilatorgeluiden naar buiten toe als de buitengeluiden die via de luchtaf voerleiding in de keuken komen (bijv. straatlawaai). Hiertoe wordt de geluidsdemper zo dicht mogelijk voor de luchtafvoerope ning a gemonteerd.
...bij werking met luchtafvoer via een externe ventilator:
Om ventilatorgeluiden in de keuken te minimaliseren, moet de geluidsdemper indien mogelijk voor de externe ventila­tor worden gemonteerd b, bij een lange luchtafvoerleiding bij de luchtaf­voertuit van de dampkap c.
Als een externe ventilator in het huis is geïnstalleerd, kunt u de ventilator­geluiden naar buiten toe verminderen door een geluidsdemper na de externe ventilator d te monteren.
-
-
De werking verbetert wanneer twee geluidsdempers na elkaar worden gemonteerd. Dit geldt voor alle func ties.
-
29
Elektrische aansluiting
Vaste aansluiting
De aansluiting van uw toestel op
,
het stroomnet kunt u het best aan een gekwalificeerd elektricien toe vertrouwen. Die dient de plaatselijke reglementering te kennen en nauw gezet te volgen. Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of reparatiewerken kunnen er voor de gebruiker aanzienlijke risico's ont staan waarvoor de fabrikant niet aansprakelijk kan worden gesteld.
De wasemkap mag alleen op een vol­gens de geldende voorschriften geïn­stalleerd elektriciteitsnet aangesloten worden. Het toestel mag uitsluitend worden aan­gesloten op een huisinstallatie die vol­gens de geldende voorschriften is geïn­stalleerd.
-
-
-
In EU-richtlijnen geeft men ter verhoging van de veiligheid het advies om de huis­installatie van een aardlekschakelaar te voorzien.
In de installatie moet voor elke pool een stroomonderbreker voorhanden zijn. Als stroomonderbrekers kunnen scha kelaars worden gebruikt met een con tactopening van minstens 3 mm. Daartoe behoren LS-schakelaars, zeke ringen en contactsluiters (EN 60335).
De vereiste gegevens over de aan sluiting staan op het typeplaatje (zie ru briek "Technische dienst").
Ga na of deze gegevens overeenstem men met de spanning en de frequentie van het net.
30
-
-
-
-
-
-
Werking met stuurmodule DSM 400
Om de wasemkap met andere compo nenten te combineren, is als toebeho ren een Miele stuurmodule DSM 400 verkrijgbaar.
Deze biedt volgende mogelijkheden:
Potentiaalvrije aansluiting
Deze dient voor het bedienen van een tweede toestel met behulp van de aan
-uittoets s van de dampkap.
De componenten van de centrale afzui
­ging worden niet geleverd door Miele.
-
Neem in elk geval contact op met een erkende schoorsteenveger.
Aansluiting van een lichtschakelaar
Met de stuurmodule kunt u de ver lichting van de wasemkap ook inscha
­kelen en dimmen via een in de huisin
stallatie geïntegreerde lichtschakelaar.
Montage
Na het verwijderen van het afdekkader van de plafondbevestiging wordt de stuurmodule in de schoorsteen gemon teerd.
-
-
-
-
-
Het potentiaalvrije contact van de DSM 400 a kan bijvoorbeeld in een dampkap van de reeks ...EXT worden gemonteerd die op een centrale afzui ging is aangesloten. Het contact kan worden gebruikt om een elektrisch bediende afsluitklep b te bedienen, die zich vóór de centrale afzuiging c bevindt.
De elektrische aansluiting van com ponenten op de stuurmodule moet worden uitgevoerd door een elektro-installateur.
-
-
31
Technische dienst
Neem bij storingen die u niet zelf kan oplossen, contact op
met uw Miele-handelaar
of
met de Technische Dienst van Miele.
Het adres en telefoonnummer van onze technische dienst vindt u op de rugzij de van deze gebruiksaanwijzing.
Wanneer u daar een beroep op doet, geef dan a.u.b. altijd het machinetype en -nummer op.
-
Beide gegevens vindt u op het type plaatje. Dat wordt zichtbaar nadat u de vetfilters hebt weggenomen.
Duur en voorwaarden van de ga­rantie
De duur van de garantie bedraagt 2 jaar.
Meer informatie over de garantievoor­waarden vindt u op de garantie kaart.
-
32
Technische gegevens
Totale aansluitwaarde* ........280W
- Ventilatormotor*.............200W
- Kookvlakverlichting ........4x20W
Netspanning ..............AC230V
Frequentie ..................50Hz
Zekering .....................10A
Gewicht
DA 6590 D ..................33kg
DA6590DU.................34kg
DA 6590 EXT ................30kg
DA 6520 D ..................37kg
DA 6520 EXT ................34kg
Ventilatievermogen* volgens EN 61591
Luchtafvoervermogen DA 6590 D, DA 6520 D met panelen met randafzuiging, luchtafvoersysteem C 150 mm:
Stand I .................190m
Stand II.................310m
Stand III ................460m
Intensieve stand..........670m
3
/uur
3
/uur
3
/uur
3
/uur
Werking met luchtcirculatie DA 6590 D U met panelen met randafzuiging en reukfil ter:
Stand I .................140m
Stand II.................250m
Stand III ................380m
Intensieve stand..........480m
3
/uur
3
/uur
3
/uur
3
/uur
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren voor werking met luchtcirculatie:
- Reukfilter Miele actieve koolfilter DKF 12-1
* De aansluitwaarde en het luchtafvoer­vermogen van de toestellen uit de reeks ...EXT zijn afhankelijk van de aan gesloten externe ventilator.
-
-
Lengte van de verbindingskabel naar
de externe ventilator ...........1,4m
333435
Wijzigingen voorbehouden / 3611
M.-Nr. 09 205 590 / 00
Loading...