Miele DA 5495 W, DA 5495 W EXT User Manual [nl]

Gebruiks- en montagehandleiding
Wasemkap DA 5495 W DA 5495 W EXT
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert en in gebruik neemt. Zo zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan uw toestel.
nl-BE
M.-Nr. 07 816 470
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ...........................3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................4
Beschrijving van het toestel ........................................10
Hoe werkt uw toestel? .............................................12
Bediening .......................................................13
Ventilator inschakelen s ............................................13
Ventilatiestand kiezen - / +..........................................13
Kookvlakverlichting I ..............................................14
Reiniging en onderhoud ...........................................15
Ommanteling .....................................................15
Vetfilters .........................................................16
Reukfilter monteren/vervangen .......................................18
Halogeenlampjes vervangen.........................................19
Afmetingen van het toestel .........................................20
Afstand tussen kookvlak en dampkap (S) ............................21
Montage ........................................................23
Montagehandleiding ...............................................23
Beschermfolie ....................................................23
Demontage ......................................................23
Montagemateriaal .................................................24
Luchtafvoerleiding................................................26
Condenswaterstop.................................................27
Geluidsdemper ...................................................28
Elektrische aansluiting ............................................29
Werking met stuurmodule DSM 400..................................30
Aansluiting van een venstercontactschakelaar ........................30
Potentiaalvrije aansluiting .........................................30
Aansluiting van een lichtschakelaar .................................31
Technische dienst ................................................32
Technische gegevens .............................................33
2
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge kozen, dat door het milieu wordt verdra gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet met het gewone vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk container park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
Delen van de verpakking als bv. folie of piepschuim kunnen voor kinderen ge­varen inhouden. Er bestaat risico van verstikking! Bewaar deze delen buiten hun bereik en ruim de verpakking zo vlug mogelijk weg.
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap­paraten bevatten vaak nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die voor het functio neren en de veiligheid van het apparaat nodig waren. Als u het apparaat bij het gewone afval doet of bij verkeerde be handeling kunnen deze stoffen schade lijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Verwijder het afgedankte appa raat dan ook nooit met het gewone af val.
-
-
-
-
-
-
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat
­trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het af­danken van uw oud toestel, neem dan contact op met
– de handelaar bij wie u het kocht
of
– de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be
of
­–
uw gemeentebestuur als u uw toestel naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus
­sen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
-
3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deze dampkap voldoet aan de voor geschreven veiligheidsvoorschriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers echter letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toe stel.
Lees deze gebruiksaanwijzing daar om eerst door voordat u deze dampkap in gebruik neemt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid, de montage, het ge bruik en het onderhoud van de dampkap. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toe­stel.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
-
Juist gebruik
Deze dampkap is bedoeld voor ge-
~
bruik in het huishouden en gelijkaardige omgevingen zoals
in winkels, kantoren en gelijkaardige werkomgevingen
op boerderijen
door klanten in hotels, motels, bed-and-breakfasts en andere typische woonomgevingen.
Gebruik de dampkap uitsluitend in
~
huishoudelijke context voor het wegzuigen van kookdampen die ont staan bij het bereiding van gerechten.
-
Dit toestel in niet geschikt voor ge
~
-
bruik in open lucht.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet verantwoorde lijk voor schade die wordt veroorzaakt
­door een ander gebruik dan wat hier
wordt vermeld of door foutieve bedie ning.
­Personen die door hun fysieke,
~
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om deze dampkap veilig te bedienen, mogen deze dampkap alleen onder het toe zicht of de begeleiding van een verant­woordelijk iemand gebruiken.
Kinderen in het huishouden
Let op kinderen die in de buurt van
~
de dampkap komen. Laat kinderen nooit met het toestel spelen.
Kinderen mogen de dampkap alleen
~
maar gebruiken wanneer hun de bedie­ning ervan zo uitgelegd is dat ze de dampkap veilig kunnen bedienen. Kin deren moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen besef fen.
Bij dampkappen die uitgerust zijn
~
met halogeenlampen, kunnen de lampen tijdens de werking zeer heet worden; ook na het uitschakelen blijven ze nog enige tijd heet. Hou kinderen op een veilige afstand van de lampen, tot de lampen voldoende afgekoeld zijn en er geen enkel verbrandingsgevaar meer bestaat.
-
-
-
-
-
-
4
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Controleer vóórdat de dampkap
~
wordt gemonteerd of het toestel zicht baar beschadigd is. Is dat het geval, neem het dan in geen geval in gebruik. Een beschadigd toestel kan uw veilig heid in gevaar brengen!
Vergelijk zeker eerst de aansluitge
~
gevens (spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van uw elektrische installatie. Sluit daarna pas uw toestel aan. Deze gegevens dienen absoluut over een te stemmen. Anders treedt er scha de op aan uw toestel. Vraag bij twijfel inlichtingen aan uw elektricien.
De elektrische veiligheid van dit toe-
~
stel wordt enkel gegarandeerd als u het op een aardsysteem aansluit dat vol­gens de voorschriften geïnstalleerd is. Het is heel belangrijk dat aan deze fun­damentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. Laat de elektrische installatie in uw woning bij twijfel door een elektri­cien controleren. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of ge woon ontbrak. Er bestaat in dat geval onder andere gevaar voor elektrische schokken.
Gebruik uw dampkap enkel in ge
~
monteerde toestand. Enkel dan is een veilige werking gewaarborgd.
Open de ommanteling alleen voor
~
zover de montage- en reinigings aanwijzingen dit voorschrijven. Maak andere onderdelen van de ommante ling in geen geval open. Wanneer u aansluitingen onder span
-
-
-
-
-
-
-
-
ning aanraakt of de elektrische en me chanische constructie wijzigt, kan dat voor u gevaar opleveren. Het kan ook tot storingen in de werking van de dampkap leiden.
Installatiewerken, onderhouds
~
werken en herstellingen mogen alleen worden uitgevoerd door vakmensen die door de fabrikant erkend zijn. Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of herstellingswerken kunnen er voor de gebruiker aanzienlijke risico's ontstaan waarvoor de fabrikant niet aansprakelijk
­kan worden gesteld.
Defecte onderdelen mogen enkel
~
worden vervangen door originele Miele-
-vervangstukken. Enkel dan bent u ze­ker dat ze ten volle voldoen aan de ei­sen die Miele qua veiligheid stelt.
Tijdens installatie-, onderhouds- en
~
herstellingswerken moet de dampkap van het elektriciteitsnet losgekoppeld zijn. Het toestel is pas stroomloos als aan een van deze voorwaarden is vol daan:
De zekeringen in uw zekeringenkast
­zijn uitgeschakeld.
De schroefzekeringen in uw zekeringenkast zijn helemaal uitge draaid.
De stekker is uit het stopcontact ge trokken. Bij aansluiting via een stekker: trek niet aan de kabel, maar aan de stek ker.
-
-
-
-
-
-
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik uit veiligheidsoverwegingen
~
geen stopcontactenblokken of verlengkabels om de dampkap aan te sluiten. Die bieden niet voldoende vei ligheidsgaranties. Er bestaat onder an dere gevaar voor oververhitting.
Bij toestellen met een externe venti
~
lator (type ...EXT) sluit u beide ele menten via de verbindingsleiding op el kaar aan. Deze toestellen mag u enkel verbinden met een externe ventilator van Miele.
Deze dampkap mag niet gebruikt
~
worden op een beweegbare plaats (bv.schip).
-
Gelijktijdig gebruik van de dampkap en verwarmingstoestellen die lucht uit hetzelfde vertrek nodig hebben
­Let op: er bestaat risico op vergifti
­ging!
-
-
Wees uiterst voorzichtig als u de
~
dampkap gelijktijdig met verwarmings­toestellen gebruikt die lucht uit hetzelf­de vertrek nodig hebben. Voorbeelden zijn verwarmingstoestellen op gas, stookolie, hout of steenkool, doorstroomtoestellen, boilers, gaskook­vlakken en -ovens. De dampkap - als ze met luchtafvoer of met een externe ventilator werkt - zuigt immers uit de keuken alsook uit de ver trekken ernaast lucht weg. Zonder voldoende luchttoevoer ontstaat er onderdruk. Het vuur krijgt daardoor te weinig verbrandingslucht. En de ver branding zal daar nadeel van ondervinden.
-
-
-
Door de zuigkracht van de dampkap kunnen er giftige uitlaatgassen van het verwarmingstoestel uit de schoorsteen terugstromen in de woning. Dit is le vensgevaarlijk!
6
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
U vermijdt risico's als er bij gelijktijdig gebruik van de dampkap en van een verwarmingstoestel waarvoor lucht uit hetzelfde vertrek is vereist een onder druk wordt bereikt van maximaal 4 Pa (0,04 mbar). Hierdoor verhindert u na melijk dat er uitlaatgassen uit het ver warmingstoestel worden teruggezogen.
U kunt daarvoor zorgen door lucht voor de verbranding aan te voeren via niet-afsluitbare openingen, bijv. in deu­ren en vensters. Let erop dat de diameter van de lucht toevoeropening voldoende groot is. Luchttoevoer- en afvoerkastjes alleen waarborgen gewoonlijk nog geen af doende luchttoevoer.
,
Bij de beoordeling moet u steeds rekening houden met de globale ventilatietoestand van de woning. In geval van twijfel neemt u het best contact op met een er kende schoorsteenveger.
-
-
-
-
-
-
Voor een veilige werking kan het nood zakelijk zijn dat
de dampkap wordt gecombineerd
met een venstercontactschakelaar, die ervoor zorgt dat de dampkap en kel kan werken als het venster wijd genoeg openstaat of
er automatisch een luchttoevoerven
tilator wordt ingeschakeld of een mo torgestuurde luchttoevoerklep wordt geopend als de dampkap wordt in geschakeld of
automatisch verwarmingstoestellen
worden uitgeschakeld die lucht uit het vertrek nodig hebben, als de dampkap wordt ingeschakeld.
Met de DSM 400-stuurmodule van Miele kunnen diverse componenten worden gecombineerd met de dampkap (zie rubriek "Werking met stuurmodule DSM 400"). Deze module is mits toeslag verkrijg­baar.
Gebruikt u de dampkap met luchtcircu latie, dan kunt u de dampkap gerust te gelijk met verwarmingstoestellen ge bruiken die lucht uit hetzelfde vertrek nodig hebben.
-
-
-
-
-
-
-
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Veilig gebruik
Maak onder de dampkap nooit iets
~
klaar met open vlam: grillen met open vlam alsook flamberen is verboden. Een ingeschakelde dampkap zuigt de vlammen in de filter. Door het opgezo gen kookvet bestaat er brandgevaar!
Bij gebruik van de dampkap boven
~
een gaskookvlak moet u erop letten dat er altijd kookgerei staat op branders die in gebruik zijn. Schakel het gaskookvlak uit telkens als u kookgerei voor korte tijd van het gaskookvlak wegneemt. Regel de vlam zodanig dat deze in geen geval boven het kookgerei uit­steekt. Zorg ervoor dat u het kookgerei niet overmatig verhit (bijv. bij het koken met een wok). Door de te sterke hitte kan de dampkap schade oplopen.
Schakel uw dampkap in telkens als
~
een kookzone in gebruik is. Als de dampkap niet ingeschakeld is, kan er zich condenswater vormen. Hier door kan het toestel corrosieschade op lopen.
-
Gebruik de dampkap nooit zonder
~
vetfilters. Zo vermijdt u dat er zich vet en vuil af zet in het toestel. Als u dit niet doet, zou het toestel na verloop van tijd niet meer goed functioneren.
De filters dient u geregeld te reini
~
gen of te vervangen. Een verzadigde filter vergroot het brandrisico! Zie "Reiniging en onder houd".
Hou ermee rekening dat de
~
dampkap bij het koken door de opstijgende hitte erg warm kan worden. Raak de ommanteling en de vetfilters pas aan wanneer de dampkap is afge­koeld.
Gebruik in geen geval een stoomrei-
~
niger om de dampkap te reinigen. De stoom kan op onderdelen van de dampkap terechtkomen die onder spanning staan en zo een kortsluiting veroorzaken.
-
-
-
-
-
Als u met olie of vet kookt, dient u
~
uw kookpan of friteuse voortdurend in het oog te houden. Dat geldt ook voor elektrische grilltoestellen. Door oververhitting kunnen olie en vet ontvlammen en de dampkap in brand zetten.
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Veilige montage
Controleer in de gegevens van de
~
fabrikant van het gebruikte kooktoestel of het gebruik van een dampkap boven het kooktoestel mogelijk is.
Tenzij de fabrikant van het kooktoe
~
stel grotere veiligheidsafstanden heeft voorgeschreven, moeten tussen het kooktoestel en de onderkant van de dampkap de afstanden in acht worden genomen die in de rubriek "Afmetingen van het toestel" worden vermeld.
Gebruikt u verschillende kooktoestellen onder de dampkap en is de veiligheids­afstand telkens anders, kies dan de grootste opgegeven afstand.
Boven ovens of fornuizen die met
~
vaste brandstof worden verwarmd, mag u geen dampkap monteren.
Gebruik voor de luchtafvoerleiding
~
enkel buizen of slangen van onbrand­baar materiaal. Die zijn bij uw Miele-han­delaar of via de Service After Sales van Miele verkrijgbaar.
-
Toebehoren
Alleen toebehoren dat Miele uitdruk
~
kelijk heeft goedgekeurd, mag worden gemonteerd of ingebouwd. Worden er andere onderdelen gemonteerd of in gebouwd, dan vervalt het recht op ga rantie en/of productaansprakelijkheid.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
-
-
-
De lucht mag niet worden afgevoerd
~
via een in gebruik zijnde schoorsteen voor rook of uitlaatgassen. Laat de lucht ook niet afvoeren in een kanaal dat dient om vertrekken te verluchten waar verwarmingstoestellen opgesteld staan.
Als de lucht moet worden afgevoerd
~
via een niet meer in gebruik zijnde schoorsteen, hou dan rekening met de plaatselijk geldende voorschriften.
9
Beschrijving van het toestel
10
a Telescopisch deel
b Schouw
c Luifel
d Bedieningselementen
e Vetfilters
f Uitlaatrooster
(enkel bij werking met luchtcirculatie)
g Kookvlakverlichting
h Reukfilter
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren voor werking met luchtcirculatie
i Toets Aan/Uit voor de ventilator
j Toetsen voor het instellen van het
ventilatievermogen
k Knop Aan/Uit voor de kookvlak-
verlichting
Beschrijving van het toestel
11
Hoe werkt uw toestel?
Uw wasemkap werkt
. . . met afvoer naar buiten:
De aangezogen lucht wordt door de vetfilter gereinigd en naar buiten afge voerd.
Als uw afvoersysteem geen terugslag- klep heeft, moet er een stuk geplaatst worden in de afvoerbuis van uw motor­blok, dit stuk wordt meegeleverd met uw wasemkap.
Er kan geen buitenlucht naar binnen noch binnenlucht naar buiten stromen.
Als u het toestel uitschakelt, is de klep dicht.
Zodra u het toestel inschakelt, gaat de klep open. Zo kan de keukendamp on gehinderd naar buiten.
. . . met circulatie:
(met ombouwset en reukfilter mits toe slag verkrijgbaar toebehoren, zie "Tech nische gegevens")
De aangezogen lucht wordt door de vetfilter en ook nog door reukfilters ge
­reinigd.
Via een opening bovenaan in de wa semkap komt de lucht weer in de keu­ken terecht.
Controleer of de reukfilter gemon­teerd is voor u de wasemkap met circulatie gebruikt. Zie rubriek "Reini­ging en onderhoud".
. . . met een elders geplaatste ventilator:
(toestellen uit de reeks ......EXT)
-
-
-
-
-
12
Bij wasemkappen die geschikt zijn om te werken met een buiten de keuken geplaatste ventilator, wordt de afzuig ventilator in een vertrek naar uw keuze gemonteerd.
De externe ventilator wordt door een besturingsleiding met de wasemkap verbonden. U kan hem via het bedieningspaneeltje van de wasemkap bedienen.
-
Bediening
Ventilator inschakelen s
Druk op de aan-uittoets s.
^
De ventilator wordt in stand "II" inge schakeld.
Als de dampkap via de Miele-stuurmodule DSM 400 verbon den is met een venstercontactscha kelaar, kan de ventilator niet worden ingeschakeld als het venster geslo ten is. Het symbool s knippert.
-
-
-
Ventilatiestand kiezen - / +
^ Druk op het symbool "–" als u een la-
gere ventilatiestand wilt kiezen of op "+" als u een hogere ventilatiestand wilt kiezen.
Voor een normaal kookproces gebruikt u, naargelang de intensiteit van de kookdamp, de standen "I" tot "III".
Intensieve stand
Schakel bij het begin van een braad proces of bij een kookproces met sterke reukontwikkeling even de inten sieve stand "IV" in.
-
Automatische uitschakeling van de intensieve stand
U kunt de intensive stand zo instellen dat de ventilator na 10 minuten altijd automatisch terugkeert naar stand "III".
Hoe gaat u hiervoor te werk? Zorg er
^
-
-
voor dat de ventilator en de kookvlak verlichting uitgeschakeld zijn.
Druk ca. 10 seconden tegelijk op de
^
toetsen "–"en"+" , totdat het eerste controlelampje van de ventilatiestandindicator aangaat.
Druk daarna achtereenvolgens op -
^
– de verlichtingstoets I,
– de toets "–" en opnieuw op
– de verlichtingstoets I.
Als de automatische uitschakeling niet geactiveerd is, knipperen de controle­lampjes van de ventilatiestanden "I" en "IV".
^ Om de automatische uitschakeling te
activeren, drukt u op de toets "+". De controlelampjes van de ventilatie standen "I" en "IV" branden constant. Om te deactiveren drukt u op de toet s"–".
^
Bevestig uw keuze door op de aanuittoets s te drukken.
-
-
-
-
Als u niet binnen de 4 minuten beves tigt, blijft de oude instelling behouden.
-
13
Bediening
Ventilator uitschakelen s
Schakel de ventilator uit met de aan
^
uittoets s.
Het symbool s gaat uit.
Zowel bij werking met luchtafvoer als met luchtcirculatie is het raadzaam om de ventilator na het koken nog enkele minuten te laten werken. Op die manier wordt de lucht in de keu ken van overgebleven dampen en geurtjes gezuiverd.
Kookvlakverlichting I
^ De kookvlakverlichting kunt u met de
verlichtingstoets I in- of uitscha­kelen. De ventilator hoeft niet aan te zijn om de kookvlakverlichting in of uit te schakelen.
-
-
Veiligheidsuitschakeling
Bedient u de ingeschakelde dampkap 10 uur lang niet, dan wordt de ventilator automatisch uitgeschakeld. De ver lichting blijft wel aan.
Om de ventilator weer aan te zetten, drukt u op de aan-uittoets s.
14
-
Maak de dampkap voor elke on
,
derhoudsbeurt stroomloos! Hiertoe
- de stekker uit het stopcontact trekken of
- de desbetreffende zekering in uw zekeringenkast uitschakelen of
- de desbetreffende schroefzekering in uw zekeringenkast volledig uit­schroeven.
Reiniging en onderhoud
Wrijf de oppervlakken vervolgens met
^
-
een zachte doek droog.
Gebruik geen
reinigingsmiddelen die soda, zuur,
chloor of oplosmiddelen bevatten,
schurend reinigingsmiddel zoals
schuurpoeder of -crème, schuur sponsjes of gebruikte sponsen waar in restjes schuurmiddel zitten.
Opmerkingen omtrent toestellen met een roestvrijstalen ommanteling
-
-
De halogeenlampjes worden
,
tijdens de werking erg heet. Ook na­dat de verlichting uitgeschakeld is be­staat er nog enige tijd gevaar dat u zich verbrandt als u ze aanraakt! U mag de lampjes niet met water rei­nigen wanneer ze heet zijn. Hierdoor zouden ze beschadigd raken. Nadat u ze hebt uitgeschakeld, wacht u enkele minuten voordat u ze reinigt.
Ommanteling
Algemeen
De oppervlakken en de bedienings elementen zijn gevoelig voor krassen en inkervingen. Neem dus de vol gende opmerkingen in acht omtrent het reinigen van uw toestel.
^
Reinig alle oppervlakken en de bedie ningselementen enkel met een spons doek, afwasmiddel en warm water.
Gebruik geen natte maar een voch tige doek. Zo voorkomt u dat er wa ter in het toestel binnendringt.
(Deze opmerkingen gelden niet voor de bedieningselementen!)
^ Om de roestvrijstalen oppervlakken
te reinigen is een niet-schurend reini­gingsmiddel voor roestvrij staal ge­schikt.
^ Om te vermijden dat de oppervlak-
ken weer gauw vuil worden, kunt u ook een onderhoudsmiddel voor roestvrij staal aanbrengen, dat via de Service After Sales van Miele ver krijgbaar is. Dit is aan te bevelen. Breng dit middel met een zachte doek gelijkmatig en spaarzaam aan.
-
-
Opmerkingen omtrent toestellen met een gekleurde/gelakte ommanteling
(speciale uitvoering)
Bij het reinigen is het onvermijdelijk dat er zeer kleine krasjes op de oppervlak
­ken ontstaan. Bij donkere lak en in
­combinatie met halogeenverlichting in
de keuken kunnen deze het uitzicht beïnvloeden.
-
-
-
-
15
Reiniging en onderhoud
Opmerkingen omtrent de bedienings toetsen
De bedieningstoetsen kunnen ver kleuren of wijzigingen ondergaan als vuil er langere tijd op inwerkt. Verwijder vuil daarom direct.
Neem bij het reinigen ook de algeme
^
ne opmerkingen in deze rubriek in acht.
Gebruik geen reinigingsmiddelen voor roestvrij staal om de bedie ningstoetsen te reinigen.
Opmerkingen over de glazen opper­vlakken
^ Om de glazen oppervlakken te reini-
gen is een in de handel verkrijgbare glasreiniger geschikt.
Gebruik geen
scherpe metaalschrapers,
ovenspray.
-
-
Vetfilters
-
De vetfilters in het toestel nemen de vaste bestanddelen van de kook dampen op (vet, stof e.d.). Op deze manier verhinderen ze dat het toestel vuil wordt. De ingebouwde metalen vet filters zijn herbruikbaar.
-
Het is aan te raden de vetfilters om de 3 à 4 weken te reinigen. Zo vermijdt u dat het vet gaat aankoeken.
Een verzadigde filter vergroot
,
het brandrisico!
^ Open de vergrendeling van de vetfil-
ter, zwenk de vetfilter ca. 45° omlaag, haak hem achteraan los en neem hem uit.
-
-
16
Om beschadiging aan de filters en het kookvlak te vermijden, dient u de vetfilters stevig vast te houden.
Reiniging en onderhoud
Vetfilters met de hand reinigen
Reinig de vetfilters in warm water met
^
een afwasborstel en een zacht hand afwasmiddel. Gebruik het handafwasmiddel niet geconcentreerd.
Gebruik geen
kalkoplossende reinigingsmiddelen.
schuurpoeder, schuurcrème of
agressieve allesreinigers.
ovenspray.
Vetfilters in de afwasautomaat reini­gen
^ Zet de vetfilters indien mogelijk recht-
op in de onderste korf. Let erop dat de sproeiarm nog vrij kan ronddraai­en.
^ Reinig de vetfilters in een programma
van maximaal 65 °C. Als u een Miele-afwasautomaat hebt, kiest u het Automatic-programma.
^
zijn, kunt u de bereikbare onderdelen van de ommanteling van vet ontdoen.
­Op die manier voorkomt u brandge
vaar.
Let er bij het monteren van de vetfilters op dat de vergrendeling naar het kook vlak toe wijst.
^ Als de vetfilters verkeerd zitten,
ontgrendel die dan langs de uitspa­ringen met behulp van een kleine schroevendraaier.
-
-
^
Gebruik een zacht afwasmiddel voor afwasautomaten.
Reinigt u de vetfilters in de afwasau tomaat, dan kan het inwendige filter oppervlak naargelang het gebruikte afwasmiddel verkleuren. Dit schaadt de werking van de vetfil ters echter niet.
^
Leg de vetfilters na het reinigen nog op een vochtopnemend voorwerp te drogen.
-
-
-
17
Reiniging en onderhoud
Reukfilter monteren/vervangen
Bij werking met luchtcirculatie dient u niet enkel de vetfilters maar ook een reukfilter te monteren. Deze filter houdt de geuren tegen die tijdens het koken ontstaan. Hij wordt in de luifel boven de vetfilters geplaatst.
Deze reukfilter is bij uw Miele-hande laar of via de Service After Sales van Miele verkrijgbaar. Het type en de aanduiding vindt u in de rubriek "Technische gegevens".
^ Om de reukfilter te monteren of te
vervangen, moet u eerst de vetfilters uitnemen zoals eerder beschreven.
^ Neem de reukfilter uit de verpakking.
-
Vervang de reukfilter telkens als de geuren niet meer voldoende worden te gengehouden.
U doet er goed aan de reukfilter uiterlijk om de 6 maanden te vervangen.
De gebruikte reukfilter mag u met het
^
huisvuil meegeven.
-
^
Schuif de reukfilter achteraan in de lijst, zwenk hem vooraan naar boven toe en druk hem in de lijst.
^
Zet de vetfilters weer op hun plaats.
18
Halogeenlampjes vervangen
Koppel de wasemkap los van het
^
elektriciteitsnet. Daartoe
de stekker van het toestel uit het
stopkontact uitrekken, of
de zekering van de elektrische
installatie uitschakelen, of
de schroefzekering van de
elektrische installatie volledig uit­schroeven.
De halogeenlampjes worden
,
tijdens de werking erg heet. Ook na dat de verlichting uitgeschakeld is bestaat er nog enige tijd gevaar dat u zich verbrandt als u ze aanraakt. Wacht daarom enkele minuten voor­dat u het halogeenlampje verwijdert.
Reiniging en onderhoud
-
^ Bij het vervangen van een halogeen-
lampje drukt u de lampafdekking lichtjes naar boven. De lampafdek­king gaat open en kan naar onderen toe worden neergeklapt.
^
Trek het halogeenlampje uit de fitting.
^
Neem het nieuwe halogeenlampje (12 V, 20 W, fitting G4) met een doek vast en plaats het in de fitting. Druk het lampje er voorzichtig in. Hou re kening met de opmerkingen van de fabrikant.
^
Klap de lampafdekking weer dicht en duw ze vast.
-
19
Afmetingen van het toestel
De schets is niet op schaal.
20
Afmetingen van het toestel
a Luchtafvoer
b Luchtcirculatie
c Bij luchtcirculatie wordt de afvoer
naar boven afgeleid
d, e Oppervlakte voor de installatie; bij werking met luchtcirculatie alleen d. Plaatsen op muur of plafond voor de openingen van de luchtafvoer naar bui ten, voor de montage van het stopcon tact en bij toestellen van het type ...EXT voor de verbindingskabel naar de ex terne ventilator. Bij werking met luchtcirculatie hoeft u enkel een stopcontact te monteren.
Luchtafvoeraansluiting C 150 mm, met verloopmof C 125 mm.
-
Afstand tussen kookvlak en dampkap (S)
Tenzij de fabrikant van het kooktoe stel grotere veiligheidsafstanden heeft voorgeschreven, moeten tus sen het kooktoestel en de onderkant van de dampkap de volgende mini male veiligheidsafstanden in acht
­worden genomen:
­Elektrisch kookvlak: 450 mm
Gaskookvlak: 650 mm Elektrische grill, friteuse: 650 mm
Zie in dit verband ook de rubriek "Op merkingen omtrent uw veiligheid".
– Het is aan te raden onder de
dampkap, zelfs boven elektrische kookvlakken, een afstand van mini­mum 650 mm in acht te nemen. Zo werkt u vlotter onder de dampkap.
– Hou bij de keuze van de
montagehoogte rekening met uw lichaamslengte. U moet vlot aan het kookvlak kunnen werken en de dampkap perfect kunnen bedienen.
-
-
-
-
Hou er rekening mee dat hoe groter de afstand tussen de dampkap en het kookvlak is, hoe minder gemak kelijk de kookdampen worden opge nomen.
Als de bovenkant van het telesco pische deel tegen het plafond wordt gemonteerd, dient u bij de keuze van de montagehoogte rekening te hou den met de hoogte van het toestel.
-
-
-
-
21
Afmetingen van het toestel
Afstanden tussen de boorgaten
Komt er een achterwand, dan moet u de volgende afstanden tussen de boor­gaten aanhouden (schroeven ø 5 mm).
* De positie van het montage-element is variabel. Die is afhankelijk van de ope ning van de luchtafvoer en de positie van het stopcontact. Het moet zo diep mogelijk worden gemonteerd.
Wordt de dampkap rechtstreeks op de muur bevestigd, neem dan voor het boren van de gaten de bijgeleverde montagehandleiding in acht.
22
-
Lees eerst de informatie op de vol gende pagina's en de rubrieken "Af metingen van het toestel" en "Op merkingen omtrent uw veiligheid" voor u de dampkap monteert. Vooral bij het gelijktijdig gebruiken van de dampkap en een verwar mingstoestel dat lucht uit hetzelfde vertrek nodig heeft, bestaat er soms gevaar voor vergiftiging!
Montagehandleiding
Montage
Demontage
­Als u het toestel dient te demonteren,
-
-
-
volg de beschrijving in de montage schets dan in omgekeerde volgorde.
Om het opzetstuk van de schouw weg te nemen, kunt u het bijgeleverde hef boompje gebruiken.
-
-
De montage is in de bijgeleverde mon tageschets beschreven.
Beschermfolie
(bij toestellen in roestvrij staal)
Ter bescherming tegen transportscha­de zijn bepaalde onderdelen van de ommanteling voorzien van een be­schermfolie.
^ Verwijder de beschermfolie van de
ommanteling voor u het toestel mon teert. De beschermfolie kan zonder hulpmiddelen worden afgetrokken.
-
Schroef beide bevestigingsschroeven van de schouw los. Schuif het hef­boompje tussen het opzetstuk van de schouw en het telescopische deel. Duw het opzetstuk van de schouw uit zijn vergrendeling.
-
23
Montage
Montagemateriaal
24
a 3 vellen montagebescherming
voor de montage van de schouw.
Montage
b 1 luchtafvoertuit voor een luchtaf
voerleiding C 150 mm.
c 1 verloopmof voor een luchtafvoer
leiding C 125 mm.
d 1 terugslagklep om in de luchtaf
voertuit van de motoreenheid in te bouwen (niet voor werking met lucht circulatie).
e Bovenste montage-element om het
telescopische deel te bevestigen.
f Middelste montage-element om het
telescopische deel te bevestigen.
g Onderste montage-element om er
het toestel aan te bevestigen.
h Ombouwset voor werking met
luchtcirculatie
bevat het bochtstuk, de aluminium slang en slangklemmen (niet bijgele­verd, mits toeslag verkrijgbaar toebe­horen, zie "Technische gegevens").
-
-
-
8 schroeven5x40mmen 8 pluggen S 8 Om het montage-element op de muur te bevestigen.
De schroeven en pluggen zijn
,
geschikt voor massief metselwerk.
­Gebruik voor andere muurconstruc
ties de gepaste bevestigingsmidde len. Zorg ervoor dat de muur een vol doende hoge draagkracht heeft.
2 kartelmoeren M 6
om het toestel te bevestigen.
2 schroeven 3,9 x 7,5 mm
om de schouw te bevestigen.
-
-
-
1 hefboompje
om de schouw te demonteren.
Montagehandleiding
25
Luchtafvoerleiding
U dient absoluut de rubriek "Opmer kingen omtrent uw veiligheid" in acht te nemen. Vooral bij het gelijktijdig gebruiken van de dampkap en een verwar mingstoestel dat lucht uit hetzelfde vertrek nodig heeft, bestaat er soms gevaar voor vergiftiging! In geval van twijfel laat u door een erkende schoorsteenveger controle ren of een veilig gebruik van de luchtafvoerleiding gewaarborgd is.
Gebruik voor de aansluiting van de
-
-
-
luchtafvoerleiding enkel gladde bui zen of soepele slangen van onbrand baar materiaal.
Bij werking met een externe ventilator
moet u ervoor zorgen dat de luchtaf voerleiding voldoende stijf is. De ex terne ventilator kan voor een onder druk zorgen, die tot vervorming van de luchtafvoerleiding leidt.
Om een maximaal luchtafvoervermogen te halen en het geruis te beperken, dient u de volgende punten in acht te nemen:
– De diameter van de luchtafvoerlei-
ding mag niet kleiner zijn dan 150 mm.
– Als platte luchtafvoerbuizen worden
gebruikt, mag de diameter niet kleiner zijn dan de diameter van de luchtafvoertuit.
-
-
-
-
-
26
– De luchtafvoerleiding dient zo kort en
recht mogelijk te zijn.
Gebruik alleen wijde bochten.
De luchtafvoerleiding mag niet wor den geknikt of samengedrukt.
Zorg ervoor dat alle verbindingen vast en dicht zijn.
Als u de luchtafvoerleiding horizon taal aanlegt, moet u zorgen voor een verval van minstens 1 cm per meter. Zo kan er geen condenswater in de dampkap lopen.
-
-
Luchtafvoerleiding
Wordt de lucht naar buiten afge
voerd, dan kunt u het best een teles copisch muurkastje of een dakdoorvoer (mits toeslag verkrijg baar toebehoren) installeren.
Voert u de lucht af via een schoor
steen, richt de luchtafvoerleiding dan in de richting waarin de lucht wordt afgevoerd.
Belangrijk!
Als de luchtafvoerleiding door koele vertrekken, zolders e.d. wordt aange­legd, kan er tussen de afzonderlijke vertrekken een groot temperatuurver­schil ontstaan. Hierdoor kan er con­denswater ontstaan. In zo'n geval dient u de luchtafvoerleiding voldoende te isoleren.
-
-
-
Condenswaterstop
­(mits toeslag verkrijgbaar)
Niet alleen zorgt u best voor een aan­gepaste isolatie van de luchtafvoerlei­ding, het is ook raadzaam een con­denswaterstop te installeren. Die vangt het eventuele condenswater op en doet het verdampen. De condenswaterstop is voor luchtafvoerleidingen van C 125 mm of C 150 mm verkrijgbaar.
Installeer de condenswaterstop lood recht en, indien mogelijk, zo dicht mo gelijk boven de luchtafvoertuit van de dampkap. De pijl op de buitenkant geeft de luchtafvoerrichting aan.
-
-
Bij dampkappen die bestemd zijn om
op een externe ventilator (type ......EXT)
te worden aangesloten, is de condens waterstop in het toestel ingebouwd.
27
-
Luchtafvoerleiding
Geluidsdemper
(mits toeslag verkrijgbaar)
In de luchtafvoerleiding kan een geluidsdemper worden gemonteerd. Deze zorgt voor bijkomende geluidsdemping...
...bij werking met luchtafvoer:
De geluidsdemper dempt de geluiden van de ventilator, zowel de ventilatorgeluiden naar buiten toe als de buitengeluiden die via de luchtaf voerleiding in de keuken komen (bijv. straatlawaai). Hiertoe wordt de geluidsdemper zo dicht mogelijk bij de luchtafvoertuit a gemonteerd.
...bij werking met luchtcirculatie:
De geluidsdemper wordt gemonteerd tussen de luchtafvoertuit en het bocht stuk b. De inbouwruimte moet van ge­val tot geval worden gecontroleerd.
...bij werking met luchtafvoer via een externe ventilator:
Om ventilatorgeluiden in de keuken te minimaliseren, moet de geluidsdemper indien mogelijk voor de externe ventila­tor worden gemonteerd c, bij een lange luchtafvoerleiding bij de luchtaf­voertuit van de dampkap d.
-
-
28
Als een externe ventilator in het huis is geïnstalleerd, kunt u de ventilatorgeluiden naar buiten toe ver minderen door een geluidsdemper na de externe ventilator e te monteren.
De werking verbetert wanneer twee geluidsdempers na elkaar worden gemonteerd. Dit geldt voor alle func ties.
-
-
Elektrische aansluiting
De aansluiting van uw apparaat op het stroomnet kan u het best aan een bevoegd elektricien toevertrou wen. Die dient de plaatselijke regle mentering te kennen en nauwgezet te volgen. Door ondeskundige installatie- of re paratiewerkzaamheden kunnen er niet te onderschatten risico’s op duiken voor wie het toestel gebruikt. Daarvoor kan de fabrikant niet aan sprakelijk worden gesteld.
Deze wasemkap mag u enkel aansluiten op een degelijk geïnstalleerd en geaard stopcontact van AC 230V ~ 50 Hz.
Om de veiligheid te verhogen, verdient het aanbeveling een verliesstroomscha­kelaar met een uitschakelstroom van 30 mA voor het toestel te schakelen.
Voer de aansluiting bij voorkeur via een stopcontact uit. Dit vergemakkelijkt im­mers eventuele tussenkomsten van de technische dienst. Het stopcontact moet nog toegankelijk zijn als het toe stel ingebouwd is.
-
-
-
-
-
-
De vereiste gegevens over de aan sluiting staan op het typeplaatje. Dat vindt u als de vetfilters uitgenomen zijn.
Ga na of deze gegevens overeenstem men met de spanning en de frequentie van het net.
-
-
Is het stopcontact voor de gebruiker na het inbouwen niet meer toegankelijk of is er een vaste aansluiting voorzien, dan moet die voor elke fase met een stroomonderbreker uitgerust zijn. Als stroomonderbrekers kunnen er scha kelaars worden gebruikt met een con tactopening van meer dan 3 mm. Bij voorbeeld automatische schakelaars, zekeringen en contactsluiters.
-
-
-
29
Werking met stuurmodule DSM 400
Om de dampkap met andere compo nenten te combineren, is als toebeho ren een Miele-stuurmodule DSM 400 verkrijgbaar.
Deze biedt de volgende mogelijkhe den:
Aansluiting van een venstercontactschakelaar
Als de dampkap gelijktijdig moet wer ken met een verwarmingstoestel dat lucht uit hetzelfde vertrek nodig heeft en de vereiste toevoer van verse lucht enkel via een geopend venster kan worden verzekerd, biedt de stuurmodule de mogelijkheid om een venstercontactschakelaar (niet bijgele­verd) aan te sluiten.
Die zorgt ervoor dat de dampkap enkel werkt wanneer het venster wijd genoeg openstaat (zie ook de rubriek "Opmer­kingen omtrent uw veiligheid").
Als het venster gesloten is, kan de ven­tilator niet worden ingeschakeld. Het controlelampje van de aan-uittoets voor de dampkap knippert.
Dit heeft geen invloed op de verlichting van de dampkap.
Ook toestellen van het type ......EXT
kunnen op die manier worden gecom bineerd met een venstercontactschake laar.
Zorg ervoor dat de luchttoevoer bij een open venster niet in het gedrang komt door bijv. neergelaten rolluiken.
-
-
-
-
-
Als de stuurmodule wordt verwijderd om de dampkap weer zonder ven stercontactschakelaar te gebruiken (bijv. na een verhuizing), moet de elektronische besturing van de dampkap opnieuw worden inge steld. Dit kan enkel worden uitgevoerd door de Service After Sales van Miele.
Potentiaalvrije aansluiting
Deze dient om een ander toestel te sturen in functie van de schakeltoestand van de ventilator van de dampkap.
– Als de dampkap en een verwar-
mingstoestel dat lucht uit hetzelfde vertrek nodig heeft gelijktijdig wor­den gebruikt, kan - om voldoende toevoer van verse lucht te waar­borgen - een luchttoevoerventilator worden ingeschakeld of een motor­gestuurde luchttoevoerklep worden geopend zodra de ventilator van de dampkap wordt ingeschakeld. In dit geval dient u erop te letten dat de ventilator voldoende vermogen heeft en de diameter van de luchttoevoerleiding groot genoeg is.
Als er geen voldoende luchttoevoer
­kan worden verzekerd, biedt het
potentiaalvrije contact de mogelijk heid om een verwarmingstoestel dat lucht uit hetzelfde vertrek nodig heeft uit te schakelen telkens als de dampkap wordt ingeschakeld.
-
-
-
30
Zie in dit verband ook de rubriek "Op merkingen omtrent uw veiligheid".
-
Werking met stuurmodule DSM 400
Aansluiting van een lichtschakelaar
Met de stuurmodule kunt u de ver lichting van de dampkap ook inscha kelen via een in uw elektrische installa tie geïntegreerde lichtschakelaar.
Montage
De stuurmodule wordt na de demontage van de schouw op de ventilatoreenheid gemonteerd.
-
-
-
Bij de stuurmodule wordt een uitgebrei de functiebeschrijving/montagehandlei ding bijgeleverd.
-
-
31
Technische dienst
Neem bij storingen die u niet zelf kan oplossen, contact op
met uw Miele-handelaar
of
met de Technische Dienst van Miele.
Het adres en telefoonnummer van onze technische dienst vindt u op de rugzij de van deze gebruiksaanwijzing.
Wanneer u daar een beroep op doet, geef dan a.u.b. altijd het machinetype en -nummer op.
-
Beide gegevens vindt u op het type plaatje. Dat wordt zichtbaar nadat u de vetfilters hebt weggenomen.
-
32
Technische gegevens
Totale aansluitwaarde* ........160W
- Ventilatormotor*.............120W
- Kookvlakverlichting ........2x20W
Netspanning ............. AC230V
Frequentie .................. 50Hz
Zekering .....................10A
Kabellengte .................1,5m
Gewicht
DA 5495 W ..................26kg
DA5495WEXT ..............23kg
Ventilatievermogen*
Luchtafvoervermogen volgens EN 61591
Luchtafvoersysteem C 150 mm:
Stand I .................150m
Stand II.................250m
Stand III ................350m
Intensieve stand..........500m
3
/uur
3
/uur
3
/uur
3
/uur
Luchtafvoersysteem C 125 mm:
Stand I .................130m
Stand II.................230m
Stand III ................330m
Intensieve stand..........450m
3
/uur
3
/uur
3
/uur
3
/uur
Werking met luchtcirculatie en reukfil­ter:
Stand I .................100m
Stand II.................150m
Stand III ................250m
Intensieve stand..........350m
3
/uur
3
/uur
3
/uur
3
/uur
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren voor werking met luchtcirculatie:
- Ombouwset DUW 20
- Reukfilter Miele actieve-koolfilter DKF 12
* De aansluitwaarde en het luchtafvoer vermogen van de toestellen van het type ...EXT zijn afhankelijk van de aan
-
gesloten externe ventilator.
Type ...EXT: Lengte van de verbindingsleiding naar
de externe ventilator ...........1,9m
333435
-
Wijzigingen voorbehouden / 1111
M.-Nr. 07 816 470 / 02
Loading...