Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing
voor u het toestel installeert
en in gebruik neemt.
Zo zorgt u voor uw veiligheid en
vermijdt u schade aan uw toestel.
nl-BE
M.-Nr. 07 026 820
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal ge
kozen, dat door het milieu wordt verdra
gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof ge
spaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet met het gewone
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde gemeentelijk container
park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
Delen van de verpakking als bv. folie of
piepschuim kunnen voor kinderen gevaren inhouden. Er bestaat risico van
verstikking! Bewaar deze delen buiten
hun bereik en ruim de verpakking zo
vlug mogelijk weg.
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio
neren en de veiligheid van het apparaat
nodig waren. Als u het apparaat bij het
gewone afval doet of bij verkeerde be
handeling kunnen deze stoffen schade
lijk zijn voor de gezondheid en het
milieu. Verwijder het afgedankte appa
raat dan ook nooit met het gewone af
val.
-
-
-
-
-
-
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdanken van uw oud toestel, neem dan
contact op met
– de handelaar bij wie u het kocht
of
– de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
–
uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus
sen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
-
3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Personen die door hun fysieke,
Deze wasemkap voldoet aan de
voorgeschreven veiligheidsvoor
schriften. Door ondeskundig gebruik
kunnen gebruikers echter letsel op
lopen en kan er schade optreden
aan het toestel.
Lees deze gebruiksaanwijzing daar
om eerst door voordat u deze wa
semkap in gebruik neemt. U vindt er
belangrijke opmerkingen omtrent uw
veiligheid, de montage, het gebruik
en het onderhoud van de wasem
kap. Dat is veiliger voor uzelf en u
voorkomt schade aan het toestel.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en
geef ze door aan wie het toestel
eventueel na u gebruikt.
-
-
-
Juist gebruik
Gebruik de wasemkap uitsluitend in
~
het huishouden.
Gebruik voor andere doeleinden is niet
toegelaten en kan gevaarlijk zijn. De fa
brikant is niet verantwoordelijk voor
schade die wordt veroorzaakt door een
ander gebruik dan wat hier wordt ver
meld of door foutieve bediening.
~
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden
of hun onervarenheid of gebrek aan
kennis niet in staat zijn om deze wa
-
semkap veilig te bedienen, mogen
deze wasemkap alleen onder het toe
zicht of de begeleiding van een verant
woordelijk iemand gebruiken.
-
Kinderen in het huishouden
Let op kinderen die in de buurt van
~
de wasemkap komen. Laat kinderen
nooit met het toestel spelen.
Kinderen mogen de wasemkap al
~
leen maar gebruiken wanneer hen de
bediening ervan zo uitgelegd is dat ze
de wasemkap veilig kunnen bedienen.
Kinderen moeten de eventuele risico's
van een foutieve bediening kunnen beseffen.
Bij wasemkappen die uitgerust zijn
~
met halogeenlampen, kunnen de
lampen tijdens de werking zeer heet
worden; ook na het uitschakelen blijven
ze nog enige tijd heet. Hou kinderen op
een veilige afstand van de lampen, tot
de lampen voldoende afgekoeld zijn en
er geen enkel verbrandingsgevaar
meer bestaat.
-
-
-
-
Technische veiligheid
Controleer vóórdat de wasemkap
~
wordt geïnstalleerd of het toestel zicht
baar beschadigd is. Is dat het geval,
neem het dan in geen geval in gebruik.
Een beschadigd toestel kan uw veilig
heid in gevaar brengen!
4
-
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Vergelijk zeker eerst de aansluitge
~
gevens (spanning en frequentie) op het
typeplaatje met die van uw huisinstalla
tie. Sluit daarna pas uw toestel aan.
Deze gegevens dienen absoluut over
een te stemmen. Anders treedt er scha
de op aan uw toestel. Vraag bij twijfel
inlichtingen aan uw elektricien.
De elektrische veiligheid van dit toe
~
stel wordt enkel gegarandeerd als u het
op een aardsysteem aansluit dat vol
gens de voorschriften geïnstalleerd is.
Het is heel belangrijk dat aan deze fun
damentele veiligheidsvoorwaarde is
voldaan. Laat de elektrische installatie
in uw woning bij twijfel door een elektricien controleren. De fabrikant kan niet
aansprakelijk gesteld worden voor
schade die werd veroorzaakt doordat
de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak (bijv. elektrische schokken).
Gebruik uw wasemkap enkel in
~
geïnstalleerde toestand. Enkel dan is
een veilige werking gewaarborgd.
-
-
-
Installatiewerken, onderhouds
~
werken en reparaties mogen alleen
worden uitgevoerd door vakmensen die
door de fabrikant erkend zijn.
Door ondeskundig uitgevoerde instal
latie-, onderhouds- of reparatiewerken
kunnen er voor de gebruiker aanzien
lijke risico's ontstaan waarvoor de fabri
kant niet aansprakelijk kan worden ge
steld.
Defecte onderdelen mogen enkel
~
worden vervangen door originele Miele
-
vervangstukken. Enkel dan bent u ze
ker dat ze ten volle voldoen aan de ei
sen die Miele qua veiligheid stelt.
Tijdens installatie-, onderhouds- en
~
reparatiewerken moet de wasemkap
van het stroomnet losgekoppeld zijn.
Het toestel is pas stroomloos als aan
een van deze voorwaarden is voldaan:
– de zekeringen op uw elektrische in-
stallatie zijn uitgeschakeld,
– de schroefzekeringen van de huisin-
stallatie zijn helemaal uitgedraaid,
-
-
-
-
-
-
-
-
Open de ommanteling alleen voor
~
zover de montage- en reinigingsaan
wijzingen dit voorschrijven. Maak an
dere onderdelen van de ommanteling
in geen geval open.
Wanneer u aansluitingen onder span
ning aanraakt of de elektrische en me
chanische constructie wijzigt, kan dat
voor u gevaar opleveren. Het kan ook
tot storingen in de werking van de wa
semkap leiden.
–
de stekker is uit het stopcontact ge
-
-
-
-
-
trokken.
Bij aansluiting met een stekker: Trek
niet aan het snoer maar aan de stek
ker om het toestel los te koppelen
van het stroomnet.
-
-
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik uit veiligheidsoverwegingen
~
geen ongeschikte
stopcontactenblokken of ongeschikte
verlengsnoeren om de wasemkap aan
te sluiten. Die bieden niet voldoende
veiligheidsgaranties. Er bestaat onder
meer gevaar voor oververhitting.
Als u de wasemkap niet op een vas
~
te plaats installeert, bijv. op een schip,
laat dit karwei dan enkel uitvoeren door
vakmensen. Die moeten ervoor zorgen
dat u het toestel veilig kunt gebruiken.
Gelijktijdig gebruik van de wasemkap
en verwarmingstoestellen die lucht
uit hetzelfde vertrek nodig hebben
Let op: er bestaat risico op vergifti
ging!
-
Wees uiterst voorzichtig als u de wa-
~
semkap gelijktijdig met verwarmingstoestellen gebruikt die lucht uit hetzelfde vertrek nodig hebben.
Voorbeelden zijn verwarmingstoestellen
op gas, stookolie, hout of steenkool,
doorstroomtoestellen, boilers, gaskookvlakken en -ovens.
In de afvoermodus onttrekt de wasem
kap lucht aan de keuken en de
naburige kamers.
Zonder voldoende luchttoevoer ontstaat
er onderdruk. Het vuur krijgt daardoor
te weinig verbrandingslucht. En de ver
branding zal daar nadeel van
ondervinden.
-
-
-
Door de zuigkracht van de wasemkap
kunnen er giftige uitlaatgassen van het
verwarmingstoestel uit de schouw te
rugstromen in de woning. Dit is levens
gevaarlijk!
6
-
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
U vermijdt risico's als er bij gelijktijdig
gebruik van de wasemkap en van een
verwarmingstoestel waarvoor lucht uit
hetzelfde vertrek is vereist een onder
druk wordt bereikt van maximaal 4 Pa
(0,04 mbar). Hierdoor verhindert u na
melijk dat er uitlaatgassen uit het ver
warmingstoestel worden teruggezogen.
U kan daarvoor zorgen door lucht voor
de verbranding aan te voeren via nietafsluitbare openingen, bijv. in deuren
en vensters.
Let erop dat de diameter van de lucht
toevoeropening voldoende groot is.
Luchttoevoer- en afvoerkastjes alleen
waarborgen gewoonlijk nog geen af
doende luchttoevoer.
,
Bij de beoordeling moet u
steeds rekening houden met de
globale ventilatietoestand van de
woning. In geval van twijfel neemt u
het best contact op met een er
kende schoorsteenveger.
-
-
-
-
-
-
Voor een veilige werking kan het nood
zakelijk zijn dat
de wasemkap wordt gecombineerd
–
met een venstercontactschakelaar,
die ervoor zorgt dat de wasemkap
enkel kan werken als het raam wijd
genoeg openstaat of
er automatisch een luchttoevoerven
–
tilator wordt ingeschakeld of een mo
torgestuurde luchttoevoerklep wordt
geopend als de wasemkap wordt in
geschakeld of
automatisch verwarmingstoestellen
–
worden uitgeschakeld die lucht uit
het vertrek nodig hebben, als de wasemkap wordt ingeschakeld.
Met de DSM 400 stuurmodule van
Miele kunnen diverse componenten
worden gecombineerd met de wasemkap (zie rubriek "Werking met
stuurmodule DSM 400").
Deze module is mits toeslag verkrijgbaar.
Neem in elk geval contact op met een
erkende schoorsteenveger.
Gebruikt u de wasemkap met luchtcir
culatie, dan kunt u de wasemkap
gerust tegelijk met verwarmingstoestel
len gebruiken die lucht uit hetzelfde
vertrek nodig hebben.
-
-
-
-
-
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Efficiënt gebruik
Maak onder de wasemkap nooit iets
~
klaar met open vlam: grilleren met open
vlam alsook flamberen is verboden.
Een ingeschakelde wasemkap zuigt de
vlammen in de filters. Door het opgezo
gen kookvet bestaat er brandgevaar!
Bij gebruik van de wasemkap boven
~
een gaskookvlak moet u erop letten dat
er altijd kookgerei staat op branders die
in gebruik zijn. Schakel het gasfornuis
uit telkens als u kookgerei voor korte
tijd van het gasfornuis wegneemt.
Regel de vlammen zodanig dat ze in
geen geval boven het kookgerei uitsteken.
Zorg ervoor dat u het kookgerei niet
overmatig verhit (bijv. bij het koken met
een wok).
Door de te sterke hitte kan de wasemkap schade oplopen.
Schakel uw wasemkap in telkens als
~
een kookzone in gebruik is.
Als de wasemkap niet ingeschakeld is,
kan er zich condenswater vormen. Hier
door kan het toestel corrosieschade op
lopen.
Als u met olie of vet kookt, dient u
~
uw kookpan of friteuse voortdurend in
het oog te houden. Dat geldt ook voor
elektrische grilltoestellen.
Door oververhitting kunnen olie en vet
ontvlammen en de wasemkap in brand
steken.
Gebruik de wasemkap nooit zonder
~
vetfilters.
Zo vermijdt u dat er zich vet en vuil af
zet in het toestel. Hierdoor zou het toe
stel na verloop van tijd niet meer goed
functioneren.
De filters dient u geregeld te reini
~
gen of te vervangen.
Een verzadigde filter vergroot het
brandrisico! Zie "Reiniging en onder
houd".
Gebruik in geen geval een stoomrei
~
niger om de wasemkap te reinigen.
De stoom kan op onderdelen van de
wasemkap terechtkomen die onder
spanning staan en zo een kortsluiting
veroorzaken.
Deskundige montage
Controleer in de gegevens van de
~
fabrikant van het gebruikte kooktoestel
of het gebruik van een wasemkap boven het kooktoestel mogelijk is.
Tenzij de fabrikant van het kooktoe
~
stel grotere veiligheidsafstanden heeft
voorgeschreven, moeten tussen het
kooktoestel en de onderkant van de
wasemkap de afstanden in acht wor
den genomen die in de rubriek "Afme
tingen van de toestellen" worden ver
meld.
Gebruikt u verschillende kooktoestellen
onder de wasemkap en is de veilig
heidsafstand telkens anders, kies dan
de grootst opgegeven afstand.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Boven ovens of fornuizen die met
~
vaste brandstof worden verwarmd, mag
u geen wasemkap monteren.
Gebruik voor de luchtafvoerleiding
~
enkel buizen of slangen van onbrand
baar materiaal. Die zijn bij uw Miele
-handelaar of bij de Technische Dienst
van Miele verkrijgbaar.
De lucht mag niet worden afgevoerd
~
via een in gebruik zijnde schoorsteen
voor rook of uitlaatgassen. Laat de
lucht ook niet afvoeren in een kanaal
dat dient om vertrekken te verluchten
waar verwarmingstoestellen opgesteld
staan.
Als de lucht moet worden afgevoerd
~
via een niet meer in gebruik zijnde
schoorsteen, hou dan rekening met de
plaatselijk geldende voorschriften.
Toebehoren
-
-
Alleen toebehoren dat Miele uitdruk-
~
kelijk heeft goedgekeurd, mag worden
gemonteerd of ingebouwd. Worden er
andere onderdelen gemonteerd of in
gebouwd, dan vervalt het recht op
waarborg en/of productaansprakelijk
heid.
De fabrikant is niet aansprakelijk
voor schade die ontstaan is doordat
deze veiligheidsrichtlijnen niet in
acht werden genomen.
-
-
9
Beschrijving van het toestel
10
a Telescopisch deel
b Schouw
c Luifel
d Bedieningselementen
e Vetfilters
f Uitlaatrooster
(enkel bij werking met luchtcirculatie)
g Kookvlakverlichting
h Reukfilter
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
voor werking met luchtcirculatie
i Toets Aan/Uit voor de ventilator
j Toetsen voor het instellen van het
ventilatievermogen
k Knop Aan/Uit voor de kookvlak-
verlichting
Beschrijving van het toestel
11
Hoe werkt uw toestel?
Uw wasemkap werkt
. . . met afvoer naar buiten:
De aangezogen lucht wordt door de
vetfilter gereinigd en naar buiten afge
voerd.
Is het luchtafvoersysteem ter plaatse
niet uitgerust met een terugslagklep?
Maak dan gebruik van de bijgeleverde
terugslagklep.
Er kan geen buitenlucht naar binnen
noch binnenlucht naar buiten stromen.
Als u het toestel uitschakelt, is de klep
dicht.
Zodra u het toestel inschakelt, gaat de
klep open. Zo kan de keukendamp on
gehinderd naar buiten.
. . . met circulatie:
(de ombouwset voor werking met circu
latie is mits toeslag verkrijgbaar)
-
De aangezogen lucht wordt door de
vetfilter en ook nog door reukfilters ge
reinigd. Via een uitlaatrooster bovenaan
komt de lucht weer in de keuken terecht.
Zie na of de reukfilters gemonteerd
zijn voor u de wasemkap voor het
eerst gebruikt. Zie rubriek "Reiniging
en onderhoud ".
-
-
-
12
Bediening
De ventilator inschakelen
Druk op de toets Aan/Uit.
^
De ventilator wordt in stand "II" inge
schakeld.
Als de wasemkap via de
Miele-stuurmodule DSM400 verbon
den is met een venstercontactscha
kelaar, kan de ventilator niet worden
ingeschakeld als het venster gesloten is. Het controlelampje knippert.
-
-
-
Een ventilatievermogen kiezen
^ Kies met de toetsen – / + het ge-
wenste ventilatievermogen.
Toets + = hoger vermogen
Toets – = lager vermogen
Voor een normaal kookproces gebruikt
u, naar gelang van de intensiteit van de
kookdamp, de standen "I" tot "III"
(groene controlelampjes).
De ventilator uitschakelen
Schakel de ventilator uit met de toets
^
Aan/Uit.
Zowel bij werking met luchtafvoer als
met luchtcirculatie is het raadzaam om
de ventilator na het koken nog enkele
minuten te laten werken.
Op die manier wordt de lucht in de keu
ken van overgebleven dampen en
geurtjes gezuiverd.
Verlichting in-/uitschakelen
De ventilator hoeft niet aan te zijn om
de verlichting in of uit te schakelen.
^ Druk hiertoe op de toets voor de
kookvlakverlichting.
Automatisch uitschakelen met het
oog op de veiligheid
Bedient u de ingeschakelde wasemkap
10 uur lang niet, dan wordt de ventilator
automatisch uitgeschakeld. De ver
lichting blijft wel aan.
-
-
Intensieve stand
Schakel bij het begin van een braad
proces of bij een kookproces met ster
ke geur- en kookdampontwikkeling
even de intensieve stand in (geel con
trolelampje).
^
-
-
-
Om de ventilator weer aan te zetten,
drukt u op de toets Aan/Uit.
13
Bediening
Automatische uitschakeling van de
intensieve stand
U kunt de intensieve stand zo instellen
dat de ventilator na 10 minuten altijd
automatisch terugkeert naar stand "III".
De ventilator en de verlichting van
^
het kookvlak moeten daartoe uitge
schakeld zijn.
Druk ca. 10 seconden tegelijk op de
^
toetsen "–"en"+" tot het eerste lamp
je van de indicator voor de
ventilatorstand brandt.
^ Druk daarna achtereenvolgens op de
toets voor
-
De controlelampjes van de
ventilatorstanden "I" en "IV" blijven
branden.
Om te desactiveren drukt u op de
toets "–".
Bevestig uw keuze door op de toets
^
Aan/Uit te drukken.
-
– de kookvlakverlichting,
–
de toets "–" en opnieuw op
–
de toets voor de kookvlakverlichting.
Als de automatische uitschakeling niet
geactiveerd is, knipperen de controle
lampjes van ventilatorstanden "I" en "IV".
^
Om de automatische uitschakeling te
activeren, drukt u op de toets "+".
14
-
Reiniging en onderhoud
Ommanteling
Algemeen
De oppervlakken en de bedienings
elementen zijn gevoelig voor kras
sen en kerven. Neem dus de vol
gende opmerkingen in acht omtrent
het reinigen van uw toestel.
Reinig alle oppervlakken en de be
^
dieningselementen enkel met een
vaatdoek, afwasmiddel en warm wa
ter.
Geen natte maar een vochtige doek
gebruiken, om te voorkomen dat er
water in het toestel binnendringt.
^ Wrijf de oppervlakken vervolgens met
een zachte doek droog.
Vermijd
– reinigingsmiddelen die soda, zuur,
chloor of oplosmiddelen bevatten,
–
schurend reinigingsmiddel zoals
schuurpoeder of -crème, schuur
sponsjes of gebruikte sponsen waar
in restjes schuurmiddel zitten.
-
-
-
-
-
-
Opmerkingen over het reinigen van
toestellen met een roestvrijstalen
ommanteling
(Deze opmerkingen gelden niet voor de
bedieningselementen!)
Om de roestvrijstalen oppervlakken
^
te reinigen is een niet-schurend reini
gingsmiddel voor roestvrij staal ge
schikt.
Om te vermijden dat de oppervlak
^
ken weer gauw vuil worden, kunt u
ook een onderhoudsmiddel voor
roestvrij staal aanbrengen, dat bij de
Technische Dienst van Miele verkrijgbaar is. Breng dit middel met een
zachte doek gelijkmatig en spaarzaam aan.
Opmerkingen over het reinigen van
toestellen met een gelakte ommanteling
(speciale uitvoering)
Bij het schoonmaken is het
onvermijdelijk dat er zeer kleine kras
sen op de oppervlakken ontstaan. Bij
-
donkere lak en in combinatie met halo
geenverlichting in de keuken kan dit het
uitzicht beïnvloeden.
-
-
-
-
-
15
Reiniging en onderhoud
Opmerkingen over de bedieningstoet
sen
De bedieningstoetsen kunnen ver
kleuren of wijzigingen ondergaan als
het vuil er langere tijd op inwerkt.
Verwijder vuil daarom direct.
Neem bij het reinigen ook de algeme
^
ne opmerkingen in deze rubriek in
acht.
Gebruik geen reinigingsmiddelen
voor roestvrij staal om de bedie
ningstoetsen te reinigen.
Opmerkingen omtrent het reinigen
van glazen oppervlakken
^ Om de glazen oppervlakken te reini-
gen is een in de handel verkrijgbare
glasreiniger geschikt.
Vermijd
–
scherpe metaalschrapers,
–
ovenspray.
-
-
De vetfilters
-
De vetfilters in het toestel nemen de
vaste bestanddelen van de kook
dampen op (vet, stof, e.d.). Op deze
manier verhinderen ze dat het toestel
vuil wordt. De ingebouwde metalen vet
filters zijn herbruikbaar.
-
Het is aan te raden de vetfilters om de
3 à 4 weken te reinigen. Zo vermijdt u
dat het vet gaat aankoeken.
Een verzadigde filter vergroot het
brandrisico!
^ Open de vergrendeling van de vetfil-
ter, zwenk de vetfilter ca. 45° omlaag,
haak hem achteraan los en neem
hem uit.
-
-
16
Om beschadiging aan de filters en
het kookvlak te vermijden, dient u de
vetfilters stevig vast te houden.
Reiniging en onderhoud
De vetfilters met de hand reinigen
Reinig de vetfilters in warm water met
^
een afwasborstel en een zacht hand
afwasmiddel.
Gebruik het handafwasmiddel niet
geconcentreerd.
Niet te gebruiken zijn:
kalkoplossende reinigingsmiddelen,
–
schuurpoeder, schuurcrème of
–
agressieve reinigingsmiddelen voor
universeel gebruik,
ovenspray.
–
De vetfilters in de afwasautomaat reinigen
^ Zet de vetfilters rechtop in de onder-
ste korf en spoel ze schoon in het
programma 65° met een niet-agressief afwasmiddel voor afwasautomaten.
Let erop dat de sproeiarm nog vrij kan
ronddraaien.
Wanneer de filters uitgenomen zijn,
^
kunt u de bereikbare onderdelen van
de ommanteling van vet ontdoen. Op
die manier voorkomt u brandgevaar.
Let er bij het monteren van de filters op
dat de vergrendeling naar het kookvlak
toe wijst.
Als de vetfilters verkeerd zitten,
ontgrendel die dan langs de uitsparingen met behulp van een kleine
schroevendraaier.
Reinigt u de vetfilters in de afwasau
tomaat, dan kan het inwendige filter
oppervlak naar gelang van het ge
bruikte afwasmiddel op de duur ver
kleuren.
Dit schaadt de werking van de vetfil
ters echter niet.
^
Leg de filters na het schoonmaken
nog op een vochtopnemend voor
werp te drogen.
-
-
-
-
-
-
17
Reiniging en onderhoud
De reukfilter
monteren/vervangen
Bij werking met luchtcirculatie dient u
niet enkel de vetfilters maar ook een
reukfilter te monteren. Deze filter houdt
de geuren tegen die tijdens het koken
ontstaan.
Hij wordt in de luifel boven de vetfilters
geplaatst.
Deze reukfilter is bij uw Miele-hande
laar of bij de Technische Dienst van
Miele verkrijgbaar.
Het type en de aanduiding vindt u in
de rubriek "Technische gegevens".
^ Om de reukfilter te monteren of te
vervangen, moet u eerst de vetfilters
uitnemen zoals tevoren beschreven.
^ Neem de reukfilter uit de verpakking.
Vervang de reukfilter telkens als de
geuren niet meer voldoende worden te
gengehouden.
U doet er goed aan de reukfilter uiterlijk
om de 6 maanden te vervangen.
De gebruikte reukfilter mag u met het
^
huisvuil meegeven.
-
-
^
Schuif de reukfilter achteraan in de
lijst, zwenk hem vooraan naar boven
toe en druk hem in de lijst.
^
Zet de vetfilters weer op hun plaats.
18
Halogeenlampje vervangen
Koppel de wasemkap los van het
^
elektriciteitsnet. Daartoe
trekt u de stekker uit het stopcon
–
tact,
schakelt u de zekering op uw elek
–
trische installatie uit of
draait u de schroefzekering van uw
–
elektrische installatie helemaal uit.
De halogeenlampjes worden tijdens
de werking erg heet. Ook nadat de
verlichting uitgeschakeld is bestaat
er nog enige tijd gevaar dat u zich
verbrandt als u ze aanraakt.
Vervang lampjes pas nadat ze zijn
afgekoeld.
Neem de nieuwe halogeenlampjes
niet bij het glas vast. Anders kunnen
die schade oplopen. Houd rekening
met de opmerkingen van de fabrikant.
Reiniging en onderhoud
-
-
^ Bij het wisselen van een halogeen-
lampje drukt u de lampafdekking
lichtjes naar boven. De afdekking
gaat open en kan naar onderen toe
worden opengeklapt.
^
Trek het halogeenlampje uit de fitting
en steek er een nieuw in (20 W, voet
G 4).
^
Klap de lampafdekking weer dicht en
duw ze vast.
Om de lampafdekking te kunnen slui
ten moet u ze eerst naar onderen toe
opengeklapt hebben (zie afbeel
ding).
-
-
19
Technische dienst
Neem bij storingen die u niet zelf kan
oplossen, contact op
met uw Miele-handelaar
–
of
met de Technische Dienst van Miele.
–
Het adres en telefoonnummer van onze
technische dienst vindt u op de rugzij
de van deze gebruiksaanwijzing.
Wanneer u daar een beroep op doet,
geef dan a.u.b. altijd het machinetype
en -nummer op.
-
Beide gegevens vindt u op het type
plaatje. Dat wordt zichtbaar nadat u de
vetfilters hebt weggenomen.
-
20
Afmetingen van het toestel
Afstand tussen kookvlak en
wasemkap (S)
1) luchtafvoer naar buiten
2) luchtcirculatie
3) Luchtuitlaat bij naar boven gemonteerde luchtcirculatie
4) en 5) installatieplaatsen;
bij luchtcirculatie enkel 4)
Plaatsen op muur of plafond voor de
openingen van de luchtafvoer naar bui
ten en voor de montage van het stop
contact.
Bij werking met luchtcirculatie hoeft u
enkel een stopcontact te monteren.
Luchtafvoeraansluiting C 150 mm,
met verloopmof C 125 mm.
Tenzij de fabrikant van het kooktoe
stel grotere veiligheidsafstanden
heeft voorgeschreven, moeten tus
sen het kooktoestel en de onderkant
van de wasemkap de volgende minimum veiligheidsafstanden in acht
worden genomen:
Elektrisch kookvlak:450 mm
Gaskookvlak:650 mm
Elektrische grill, friteuse: 650 mm
Zie in dit verband ook de rubriek "Op
merkingen omtrent uw veiligheid".
– Het is aan te raden onder de wasem-
kap, zelfs boven elektrische kookvlakken, een afstand van minimum
650 mm in acht te nemen. Zo werkt u
vlotter onder de wasemkap.
– Hou bij de keuze van de
montagehoogte rekening met uw
lichaamslengte. U moet vlot aan het
kookvlak kunnen werken en de wa
semkap perfect kunnen bedienen.
–
-
Hou er rekening mee dat hoe groter
afstand tussen de wasemkap en de
kookplaat is, hoe minder gemakkelijk
de kookdampen worden opgeno
men.
–
Als de bovenkant van het telesco
pische deel tegen het plafond wordt
gemonteerd, dient u bij de keuze van
de montagehoogte rekening te hou
den met de hoogte van het toestel.
-
-
-
-
-
-
-
-
21
Montage
Montagemateriaal
22
a 3 vellen montagebescherming
voor de montage van de schouw.
Montage
b 2 slangklemmen
om de luchtafvoerleiding te bevesti
gen
c 1 verloopmof
voor een luchtafvoerleiding C 125 mm
d 1 terugslagklep
om in de luchtafvoertuit van de mo
toreenheid in te bouwen (alleen voor
werking met luchtafvoer)
e Bovenste montageplaat om het te
lescopische deel te bevestigen.
f Middelste montageplaat om het te-
lescopische deel te bevestigen.
g Onderste montageplaat om er het
toestel aan te bevestigen.
h Ombouwset voor werking met
luchtcirculatie
bevat het bochtstuk en de aluminium
slang (niet bijgeleverd, mits toeslag
verkrijgbaar toebehoren, zie "Technische gegevens").
-
2 kartelmoeren M 6
om het toestel te bevestigen.
2 schroeven 3,9 x 7,5 mm
om de schouw te bevestigen.
-
1 inbussleutel
om het toestel in de hoogte te regelen.
1 hefboompje
om de schouw te demonteren.
8 schroeven5x40mmen
8 pluggen S 8
Om de montageplaat op de muur te be
vestigen.
De schroeven en pluggen zijn ge
schikt voor massief metselwerk.
Gebruik voor andere muurconstruc
ties de gepaste bevestigingsmidde
len.
Zorg ervoor dat de muur draag
krachtig genoeg is.
-
-
-
-
Montagehandleiding
-
23
Montage
Lees eerst de rubrieken "Afmetingen
van het toestel" en "Opmerkingen
omtrent uw veiligheid" op de vol
gende pagina's voor u de wasem
kap monteert.
Vooral bij het gelijktijdig gebruiken
van de wasemkap en een verwar
mingstoestel dat lucht uit hetzelfde
vertrek nodig heeft, bestaat er soms
gevaar voor vergiftiging!
Montagehandleiding
De wasemkap demonteren
Als u het toestel dient te demonteren,
-
-
-
ga dan in omgekeerde volgorde te
werk van de beschrijving in de monta
geschets.
Om het opzetstuk van de schouw weg
te nemen, kunt u het bijgeleverde hef
boompje gebruiken.
-
-
De montage is in de bijgeleverde mon
tageschets beschreven.
Beschermfolie
(bij toestellen in roestvrij staal)
Ter bescherming tegen transportschade zijn bepaalde onderdelen van de
ommanteling voorzien van een beschermfolie.
Verwijder de beschermfolie van de ommanteling voor u het toestel monteert.
De beschermfolie kan zonder hulpmid
delen worden afgetrokken.
-
^ Schroef beide bevestigingsschroe-
ven van de schouw los. Schuif het
hefboompje tussen het opzetstuk van
de schouw en het telescopische
deel. Duw het opzetstuk van de
schouw uit zijn vergrendeling.
24
Luchtafvoerleiding
Neem beslist de rubriek "Opmer
kingen omtrent uw veiligheid" in
acht.
Vooral bij de gelijktijdige werking
van uw wasemkap en een verwar
mingstoestel waarvoor kamerlucht is
vereist, is er soms risico van vergifti
ging!
Neem bij twijfel contact op met een
bevoegd schoorsteenveger.
De luchtafvoerleiding dient zo kort en
–
recht mogelijk te zijn.
– De diameter van de luchtafvoerleiding
mag niet kleiner zijn dan 150 mm.
Gebruikt u luchtafvoerleidingen met
een diameter kleiner dan 150 mm of
vlakke afvoerkanalen, dan veroorzaakt de wasemkap meer lawaai en
verzwakt het afzuigvermogen.
Verminder de diameter van de luchtafvoerleiding enkel in het uiterste geval, bv. indien die leiding reeds voor
handen was.
–
Pas enkel wijde bochten toe. Door
kleine bochten vermindert het lucht
afvoervermogen van het toestel.
–
Gebruik voor de aansluiting van de
luchtafvoerleiding enkel gladde bui
zen of soepele slangen van onbrand
baar materiaal.
-
-
-
-
-
Als de luchtafvoerleiding met een
slangklem op de luchtuitlaattuit
wordt bevestigd, dient u erop te let
ten dat deze niet scheef wordt ge
plaatst en niet te stevig wordt
aangedraaid.
De luchtuitlaattuit zou zich kunnen
kromtrekken en de terugslagklep
zou vast blijven zitten.
–
Zo u de luchtafvoerleiding horizon
taal monteert, dient u een minimum
verval van 1 cm per meter te voor
zien.
Zo kan er geen condenswater in het
toestel lopen.
–
Wordt de lucht naar buiten afge
voerd, dan is een telescopisch muur
kastje aan te bevelen.
-
-
-
-
-
-
-
–
Voert u de lucht af in een schouw,
richt de afvoerpijp dan in de richting
waarin de lucht wordt afgevoerd.
25
Luchtafvoerleiding
Belangrijk!
Monteert u de luchtafvoerleiding door
koele vertrekken, zolders e.d.? Dan kan
er op bepaalde punten een groot tem
peratuurverschil ontstaan. Er kan dus
condenswater worden gevormd. In zo’n
geval dient u de luchtafvoerleiding vol
doende te isoleren.
Condenswaterstop
(mits toeslag verkrijgbaar)
-
-
Het verdient aanbeveling ook een con
denswaterstop te installeren. Daarin
wordt het condenswater dat ondanks
de isolatie van de luchtafvoerleiding
toch ontstaat, opgevangen en ver
dampt. Zo’n onderdeel is verkrijgbaar
voor luchtafvoerleidingen van
C 125 mm of C 150 mm.
Installeer de condenswaterstop verti
caal en, zo dat enigszins mogelijk is, di
rect boven de luchtafvoertuit van de
wasemkap. De pijl op de buitenzijde
wijst de richting van de luchtafvoer aan.
26
-
-
-
-
Elektrische aansluiting
De aansluiting van uw apparaat op
het stroomnet kan u het best aan
een bevoegd elektricien toevertrou
wen. Die dient de plaatselijke regle
mentering te kennen en nauwgezet
te volgen.
Door ondeskundige installatie- of re
paratiewerkzaamheden kunnen er
niet te onderschatten risico’s op
duiken voor wie het toestel gebruikt.
Daarvoor kan de fabrikant niet aan
sprakelijk worden gesteld.
Deze wasemkap mag u enkel aansluiten
op een degelijk geïnstalleerd en geaard
stopcontact van AC 230V ~ 50 Hz.
Om de veiligheid te verhogen, verdient
het aanbeveling een verliesstroomschakelaar met een uitschakelstroom van
30 mA voor het toestel te schakelen.
Voer de aansluiting bij voorkeur via een
stopcontact uit. Dit vergemakkelijkt immers eventuele tussenkomsten van de
technische dienst. Het stopcontact
moet nog toegankelijk zijn als het toe
stel ingebouwd is.
-
-
-
-
-
-
De vereiste gegevens over de aan
sluiting staan op het typeplaatje. Dat
vindt u als de vetfilters uitgenomen zijn.
Ga na of deze gegevens overeenstem
men met de spanning en de frequentie
van het net.
-
-
Is het stopcontact voor de gebruiker na
het inbouwen niet meer toegankelijk of
is er een vaste aansluiting voorzien,
dan moet die voor elke fase met een
stroomonderbreker uitgerust zijn. Als
stroomonderbrekers kunnen er scha
kelaars worden gebruikt met een con
tactopening van meer dan 3 mm. Bij
voorbeeld automatische schakelaars,
zekeringen en contactsluiters.
-
-
-
27
Werking met stuurmodule DSM 400
Om de wasemkap met andere compo
nenten te combineren, is als toebeho
ren een Miele stuurmodule DSM 400
verkrijgbaar.
Deze biedt volgende mogelijkheden:
Aansluiting van een
venstercontactschakelaar
Als de wasemkap tegelijk moet werken
met een verwarmingstoestel dat lucht
uit het vertrek nodig heeft, en als de
vereiste toevoer van verse lucht enkel
via een geopend venster kan worden
verzekerd, biedt de stuurmodule de
mogelijkheid om een venstercontactschakelaar (niet bijgeleverd) aan te
sluiten.
Die zorgt ervoor dat de wasemkap enkel werkt indien het raam ver genoeg
openstaat (zie ook de rubriek "Opmerkingen omtrent uw veiligheid").
Als het venster gesloten is, kan de ventilator niet worden ingeschakeld. Het
controlelampje in de aan/uitknop van
de wasemkap knippert.
Dit heeft geen invloed op de verlichting
van de wasemkap.
Hou er ook rekening mee dat de lucht
toevoer bij een open raam niet in het
gedrang komt door bijv. neergelaten
rolluiken.
-
Als de stuurmodule wordt verwijderd
om de wasemkap weer zonder ven
stercontactschakelaar te gebruiken
(bijv. na een verhuis), moet ook een
reset worden uitgevoerd van de
elektronica van de wasemkap.
Dit is enkel mogelijk door de Tech
nische Dienst.
Potentiaalvrije aansluiting
Dient om een ander toestel te sturen in
functie van de schakeltoestand van de
ventilator van de wasemkap.
– Als de wasemkap en een verwar-
mingstoestel dat lucht uit het vertrek
nodig heeft, tegelijk worden gebruikt,
kan - om voldoende toevoer van verse lucht te waarborgen - een luchttoevoerventilator worden ingeschakeld of een motorgestuurde luchttoevoerklep worden geopend zodra
de ventilator van de wasemkap wordt
ingeschakeld.
In dit geval dient men erop te letten
dat de ventilator voldoende vermogen
heeft en de diameter van de
-
voedingskabel groot genoeg is.
–
Als geen voldoende luchttoevoer kan
worden verzekerd, biedt het poten
tiaalvrij contact de mogelijkheid om
een verwarmingstoestel dat lucht uit
het vertrek nodig heeft, uit te scha
kelen als de wasemkap wordt inge
schakeld.
-
-
-
-
-
28
Zie in dit verband ook de rubriek "Op
merkingen omtrent uw veiligheid".
-
Werking met stuurmodule DSM 400
Aansluiting van een lichtschakelaar
Met de stuurmodule kunt u de ver
lichting van de wasemkap inschakelen
via een in de huisinstallatie geïnte
greerde lichtschakelaar.
Montage
De stuurmodule wordt na de demontage van de schouw op de ventilatoreenheid gemonteerd Bij de stuurmo
dule vindt u een uitgebreide functiebe
schrijving/montagehandleiding.
-
-
-
-
29
Technische gegevens
Totale aansluitwaarde .........335W
- Ventilatormotor .............295W
- Kookvlakverlichting ........2x20W
Netspanning ............. AC230V
Frequentie .................. 50Hz
Zekering .....................10A
Snoer-
lengte ......................1,5m
Gewicht.....................26kg
Ventilatievermogen
Luchtafvoervermogen volgens EN
61591
Luchtafvoersysteem C 150 mm:
Stand I .................280m
Stand II.................420m
Stand III ................570m
Intensieve stand..........720m
Ongehinderde luchtafvoer . . 770 m
3
/uur
3
/uur
3
/uur
3
/uur
3
/uur
Werking met luchtcirculatie en reukfilter:
Stand I .................220m
Stand II.................320m
Stand III ................420m
Intensieve stand..........500m
3
/uur
3
/uur
3
/uur
3
/uur
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren bij
werking met luchtcirculatie:
–
Ombouwset DUW 20
–
Reukfilter Miele actieve koolfilter
DKF 12-1
30
31
Wijzigingen voorbehouden / 4107
M.-Nr. 07 026 820 / 04
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.