Makita DPC8132, DPC7331, DPC6430, DPC6431, DPC7330 User Manual [no]

...
Page 1
Gebruiksaanwijzing
DPC6430 DPC6431 DPC7330 DPC7331 DPC8131 DPC8132
Lees voor de eerste in bedrijfname deze gebruiks aan wijzing zorgvuldig door en neem alle veilig heidsvoorschriften
Gebruiks aan wijzing zorgvuldig bewaren!
Belangrijk:
in acht.
Page 2
Hartelijk dank voor uw vertrouwen!
U hebt een moderne scheidingsslijpmachine van MAKITA gekocht. Evenals de MAKITA motorzagen zijn ook de MAKITA scheidingsslijpmachines met speciaal geconstrueerde motoren met grote capaciteit en voldoende prestatiegewicht uitgerust, dat wil zeggen, dat zij een uitstekend motorvermogen bij laag gewicht hebben. Andere voordelen van de MAKITA scheidingsslijpmachines:
• robuust gebouwd en zeer betrouwbaar.
• elektronische ontsteking die geen onderhoud vergen, tegen stof en vocht hermetisch ingekapseld is.
• vibratiedemping volgens het twee massasysteem (D2M) van MAKITA om ook bij met de hand bediende apparaten vermoeidheid zoveel mogelijk te beperken.
• 5-traps luchtÞ ltersysteem om ook bij zeer grote stofont- wikkeling betrouwbaar te kunnen werken.
• twee verschillende montagemogelijkheden van de schei­dingsschijf: in de middelste positie voor optimale balans bij met de hand bediende apparaten of in zijdelingse positie voor het snijden dicht bij muren of straatranden respectievelijk horizontaal direct boven de vloer.
• grote keuze aan door kunsthars gebonden of van diamant voorziene scheidingsschijven en geleidewagens met stof­vangers en verschillende systemen voor watertoevoer naar de scheidingsschijf.
In het apparaat zijn de volgende octrooirechten in de praktijk gebracht: US 08510690, SE 95027298, SE 95027306, IT 95000653, IT 95000654, GBM 9412558, GBM 9412559. Wij willen dat u een tevreden klant van MAKITA bent.
Om te garanderen dat uw MAKITA scheidingsslijpmachine steeds optimaal functioneert en voor het gebruik gereed is en om uw persoonlijke veiligheid te garanderen, hebben wij daarom een verzoek aan u:
Leest u voor de eerste ingebruikname van de motorzaag deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en neem beslist alle veiligheidsvoorschriften in acht! Niet-inachtneming kan levensgevaarlijke verwondingen veroorzaken!
EU-conformiteitsverklaring
De ondergetekenden Tamiro Kishima en Rainer Bergfeld ge­machtigd door DOLMAR GmbH, verklaren hiermede, dat de apparaten van het merk MAKITA,
Type: (325) DPC6430, DPC6431; (394) DPC7330, DPC7331; (326) DPC8131, DPC8132
vervaardigd door DOLMAR GmbH, Jenfelder Str. 38, D-22045 Hamburg, aan de fundamentele veiligheids- en gezond­heidseisen van de desbetreffende, EU-richtlijnen voldoen:
EU-machinerichtlijn 98/37/EG, EU-EMV-richtlijn 2004/108/ EG, Geluidsemissie 2000/14/EG. Vanaf 29.12.2009 wordt richtlijn 2006/42/EG van kracht ter vervanging van richtlijn 98/37/EG. Het product voldoet dan ook aan de eisen van deze richtlijn.
Ter vakkundige realisering van de in deze EU-richtlijnen vervatte eisen zijn doorslaggevend de volgende normen als grondslag genomen: EN 19432, CISPR 12, EN ISO 14982, DIN EN 61000-4. Het conformiteitsbeoordelingsprocédé 2000/14/EG is volgens appendix V doorgevoerd. Het gemeten peil van geluidsniveau (Lwa) bedraagt 114 dB(A). Het gegarandeerde peil van geluidsniveau (Ld) is 115 dB(A).
De technische documentatie wordt bewaard bij DOLMAR GmbH, Jenfelder Straße 38, Abteilung FZ, D-22045 Hamburg.
Hamburg, 25.2.2008 Voor DOLMAR GmbH
Inhoudsopgave bladzijde
Omvang van de levering ....................................................3
Symbolen ............................................................................3
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Beoogd gebruik ...............................................................4
Algemene voorschriften ..................................................4
Persoonlijke beschermingsuitrusting ...........................4-5
Brandstoffen / Tanken ..................................................... 5
Inbedrijfname ..................................................................5
Scheidingsschijven ......................................................... 6
Terugslag (kickback) en meetrekken ..............................7
Werkomstandigheden en -technieken ............................7
Bij de omgang met kunstharsgebonden doorslijpschijven dient
altijd het volgende in acht te worden genomen ...............8
Metalen scheiden ............................................................8
Steen, beton, asbest of asfalt scheiden ....................... 8-9
Transport en opslag ........................................................ 9
Onderhoud .................................................................... 10
Eerste Hulp ...................................................................10
Verwijdering en milieubescherming ..............................10
Technische speciÞ caties ................................................. 11
Benaming van de onderdelen .........................................12
INBEDRIJFNAME
Montage van de scheidingsschijf .................................. 13
V-snaariem spannen /
V-snaariemspanning controleren .................................. 14
Brandstoffen / Tanken .............................................. 14-15
Motor starten ................................................................. 16
Koudstart ......................................................................16
Warmstart ..................................................................... 17
Afzetten van de motor ................................................... 17
Carburateur afstellen .......................................................18
ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN
V-snaariem vervangen .................................................. 19
Beschermkap reinigen ..................................................20
LuchtÞ lter reinigen / vervangen ................................20-21
Bougie vervangen ......................................................... 22
Benzine Þ lter vervangen ...............................................22
Startkabel vervangen .................................................... 23
Terughaalveer vervangen ............................................. 24
Periodieke onderhouds- en reingingsvoorschriften ......28
Scheidingsinrichting in de middelste stand /
buitenste positie ............................................................... 25
Scheidingsinrichting opnieuw monteren ..................25-26
SPECIALE TOEBEHOREN
Diamantscheidingsschijven, geleidewagen,
watertank en net-/drukwaterleiding ................................ 27
Werkplaatsservice, reserve-onderdelen en
garantie .............................................................................28
Storingzoeken ................................................................... 29
Uittreksel uit de reserve-onderdeellijst .....................30-31
Accessoires ..................................................................31
Verpakking
Uw MAKITA scheidingsschijf bevindt zich, om beschadiging gedurende het transport te verhinderen, in een karton.
Karton is een grondstof en is als zodanig geschikt voor herge­bruik, of kan in de grondstofkringloop (oudpapier verwerking) teruggebracht worden.
Tamiro Kishima Rainer Bergfeld Directeur Directeur
2
Page 3
Omvang van de levering
654321
1. Scheidingsslijpmachine
2. Scheidingsschijf
3. Adapterring 20/25,4 (niet in alle landen in de levering inbegrepen)
4. Schroevendraaier (voor het instellen van de carburateur)
5. Haakse schroevendraaier
6. Combisleutel 13/19
7. Gebruiksaanwijzing (niet afgebeeld)
Symbolen
Op de machine en bij het lezen van de gebruiksaanwijzing treft u de volgende symbolen aan:
Indien een van de hier afgebeelde onderdelen bij de levering ontbreekt, wendt u zich dan tot uw verkoper!
Gebruiksaanwijzing lezen en de waarschuwings- en veiligheids­aanwijzingen opvolgen!
Bijzondere attentie!
Verboden!
Helm, oog-, mond- en gehoor­bescherming dragen!
Beschermende handschoenen!
Ademhalingstoestel dragen!
Gevaarlijke stof- en/of gasemissie!
Brandgevaar door vliegende vonken!
Roken verboden!
Geen open vuur!
Draairichting van de scheidingsschijf!
Hoogste omloopsnelheid van de dunne slijpschijf 80 m/s!
Afmetingen van de scheidingsschijf
Nooit cirkelzaagbladen gebruiken!
Combischakelaar Start/Stop (I/O), choke
Startproces (Decompressieklep indrukken, Motor starten)
Motor uitzetten!
Voorzichtig, terugslag (kickback)!
Brandstofmengsel
Eerste hulp
Recycling
CE-Norm
3
Page 4
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Beoogd gebruik
Scheidingsslijpmachine
De slijpmachine mag uitsluitend in openlucht worden gebruikt voor het doorslijpen/inkorten van geschikte materialen met behulp van voor het apparaat goedgekeurde scheidingsschijven.
Niet toegestane werkwijze
De scheidingsschijven van de scheidingsslijpmachine mogen biet worden gebruikt om te slijpen (materiaal afschuren met de zijkant van de scheidingsschijf). Er bestaat gevaar dat de scheidingsschijf breekt! Het is verboden op de scheidingsslijpmachine zaagbladen, messen, borstels enz. te monteren.
Niet toegestane gebruikers
Het apparaat mag niet worden bediend door personen die niet vertrouwd zijn met de handleiding, kinderen, jongeren of personen onder invloed van alcohol, drugs of medicijnen.
Algemene voorschriften
- Om veilig te kunnen werken moet de bedieningspersoon deze gebruiksaanwijzing beslist lezen (ook als u reeds ervaring met een scheidingsslijpmachine hebt) om u met
het werk van deze scheidingsslijpmachine vertrouwd te maken. On vol doende geïnstrueerde gebruikers kunnen zichzelf en anderen door ondeskundig gebruik in gevaar brengen.
- Scheidingsslijpmachines uitsluitend aan gebruikers uitlenen die ervaring met een scheidingsslijpmachine bezitten. De gebruiks­aanwijzing moet bij die gelegenheid overhandigd worden.
- Personen die de machine voor de eerste keer gebruiken, moeten zich door een vakman laten instrueren om zich met de eigen schappen van een van een motor voorziene scheidings­slijp machine vertrouwd te maken.
- Kinderen en jeugdige personen jonger dan 18 jaar mogen de scheidingsslijpmachine niet bedienen. Voor jeugdigen boven 16 jaar geldt dit verbod niet als zij in het kader van hun opleiding onder toezicht staan van een vakman.
- Het werken met de scheidingsslijpmachine vereist zeer veel opmerkzaamheid.
- Werk alleen in goede lichamelijke conditie. Ook vermoeidheid kan onoplettendheid tot gevolg hebben. Van begin tot eind van werkzaamheden is een zeer goede concentratie vereist. Voer alle werkzaamheden rustig en zorgvuldig uit. De gebruiker is verantwoordelijk ten opzichte van derden.
- Nooit onder invloed van alcohol, drugs, ge neesmiddelen of andere substanties werken, die het gezichtsvermogen, de vaar­digheid en het beoordelingsvermogen kunnen vermin deren.
- Bij het werken in gemakkelijk ontbrandbare begroeiing en bij droogte moet een brandblusser bij de hand zijn.
- Het scheiden van asbest of van materialen, die giftstoffen kunnen ontwikkelen, mag uit sluitend na aanmelding en onder toezicht van de competente autoriteiten of van de betref fende toezichtspersoon plaatsvinden.
- Het gebruik van stofbindende inrichtingen wordt dringend aanbe­volen (zie pagina met toebehoren, drukwatertank, watertank).
- Het vizier (B) van de helm houdt slijpstof en materiaalkorrels
tegen. Om verwondingen van de ogen en het gezicht te ver­mijden, moet bij het werken met de scheidingsslijpmachine steeds een veilig-heidsbril (C) respectievelijk een vizier gedragen worden.
- Ter voorkoming van gehoorschades moeten te allen tijde
geschikte geluidsisolatiemiddelen worden gedragen. (Oor­beschermers (D), oordopjes, oorwatten etc.). Octaafband­analyse op aanvraag.
- Bij het droogscheiden van Þ jn stof veroorzakende materialen
(stenen, beton en dergelijke) moet absoluut een ademhaling- s toestel (E) volgens de voorschriften gedragen worden.
- Werkhandschoenen (F) van stevig leer behoren tot de
uitrusting volgens de voorschriften en moeten bij het wer­ken met de scheidingsslijpmachine voortdurend worden gedragen.
1
2
Persoonlijke beschermingsuitrusting
- Om bij het scheiden verwondingen aan hoofd, ogen, handen of voeten en schade aan het gehoor te vermijden moet de hierna omschreven beschermende uitrusting en be scher­mende kleding gedragen worden.
- De kleding moet doelmatig zijn, d.w.z. goed aansluitend, maar mag niet hinderen. Kleding waarin materiaalkorrels achter kunnen blijven (broeken met omslag, jasjes of broeken met zak­ken die openstaan enzovoort) mogen vooral bij het scheiden van metaal niet gedragen worden.
- Geen hoofdsieraad of kleding dragen die kan blijven hangen of de bedieningspersoon van het werk aß eiden.
- Bij alle werkzaamheden dient een veiligheidshelm (A) te worden gedragen. De veiligheidshelm moet regelmatig op beschadig­ingen gecontroleerd worden en moet na maximaal 5 jaar ver­vangen worden. Alleen goedgekeurde helmen gebruiken.
4
3
4
Page 5
- Bij het werken met de scheidingsslijpmachine moeten veiligheids- schoenen respectievelijk veiligheidslaarzen (G) met een stroeve zool, een stalen neus en beenbescherming worden gedragen. Veiligheidsschoenen bieden bescherming tegen snijwonden en garanderen een goede stabiliteit.
- Draag bij alle werkzaamheden altijd werkkleding (H) dat gemaakt is van stevig materiaal en voldoende brandremmend is.
Brandstoffen / Tanken
- Kies voor het tanken een veilige en vlakke plaats. Het tanken op een steiger, een hoop materiaal of iets dergelijks is ver­boden!
- Vóór het tanken van de scheidingsslijpma chine de motor uit­schakelen.
- Roken en iedere vorm van open vuur zijn niet toegestaan (6).
- Vóór het tanken de machine af laten koelen.
- Brandstoffen kunnen oplosmiddelachtige substanties bevatten. Huid- en oogcontact met mineraalolieprodukten vermijden. Draag bij het aftanken handschoenen (niet de werkhandschoenen). Ver­vang en reinig beschermende kleding regelmatig. Adem de brand­stofdampen niet in. Het inademen van motor brandstofdampen kan lichamelijk letsel veroorzaken.
- Geen brandstof morsen. Als er brandstof gemorst is moet de scheidingsslijpmachine onmiddellijk schoongemaakt worden. Zorg dat er geen brandstof op uw kleding terechtkomt. Als dat toch gebeurt kleedt u dan direct om.
- Let erop dat er geen brandstof of kettingolie in de grond weg­loopt (bescherming van het milieu). Leg iets op de grond ter bescherming.
- Tank niet in afgesloten ruimten. Brandstofdampen verzamelen zich op de bodem (explosiegevaar).
- De dop van de brandstoftank goed sluiten.
- Voor het starten van de scheidingsslijpmachine van plaats veranderen (minstens 3 m van de plaats waar getankt is verwij­derd) (7) maar niet in het verlengde draaigebied (richting van de wegvliegende vonken) van de scheidingsschijf.
- Brandstof is niet onbeperkt houdbaar. Koop niet meer dan u binnen een redelijke tijd zult gebruiken.
- Bij het maken van het juiste benzine-oliemengsel altijd eerst olie en daarna benzine in de mengbus doen.
- Vervoer en bewaar brandstof alleen in goedgekeurde en ge­waarmerkte jerrycans.
- Brandstof buiten het bereik van kinderen bewaren.
Inbedrijfname
- Werk niet alleen, in noodgevallen moet er iemand in de buurt (gehoorafstand) zijn.
- Bij het gebruik van de scheidingsslijpmachine in woongebieden op de voorschriften van de hinderwet letten.
- De scheidingsslijpmachine mag niet in de nabijheid van
brandbare materialen of gassen die kunnen ontploffen worden gebruikt. Er bestaat gevaar dat er vonken worden gevormd.
- Overtuig u dat personen die zich binnen een afstand van minder dan 30 m van de werkplek bevinden (bijvoorbeeld hulpkrachten) een beschermende uitrusting dragen (zie „persoonlijk bescher­mende uitrusting”) (8). Kinderen of andere personen moeten op een minimumafstand van 30 m van de scheidings slijpmachine blijven. Let ook op dieren (9).
- Controleer voor aanvang van de werkzaamheden of de
scheidingsslijpmachine goed werkt en volgens voorschrift bedrijfs klaar is gemaakt. Vooral de toestand van de scheidings-
schijf (gebarsten, beschadigde of gebogen scheidingsschijven onmiddellijk vervangen), correct gemonteerde scheidingsschijf, ingestelde beschermkap, stevig gemonteerde V-riembescher­ming, correcte V-riemspanning, soepel bewegende gashendel, werking van de gashendelvergrendeling, schone en droge handgreep, werking van de combischakelaar (start/stop (I/O), choke).
- De scheidingsslijpmachine eerst na de com plete montage en controle in bedrijf nemen. De scheidingsslijpmachine mag uit­sluitend geheel gemonteerd gebruikt worden!
5
6
3 meters
7
30 m
=
8
beschermende kleding dragen
9
5
Page 6
Scheidingsschijven
- De beschermkap moet altijd gemonteerd zijn. De scheidingsschijf uitsluitend vervangen als de motor uitgeschakeld is!
- Er zijn twee soorten scheidingsschijven:
- Voor metaal (warmsnijden)
- Voor beton (koudsnijden)
WENK: Bij gebruik van diamantscheidingsschijven beslist op de aangebrachte markering van de draairichting letten. Diamant­scheidingsschijven zijn niet voor metaalbewerking geschikt.
- Scheidingsschijven zijn uitsluitend voor radiale belasting om te snijden geconstrueerd. Wegens breukgevaar is het verboden, de zijkant van de schijdingsschijf te gebruiken om te slijpen (10)!
LET OP! De verandering van richting (stralen van minder dan 5 m), aan de zijkant drukken of de scheidingsslijpmachine tijdens het scheiden kiepen is verboden (11)!
- Scheidingsschijven mogen uitsluitend voor het scheiden van de daarvoor in aanmerking komende materialen worden gebruikt. Naargelang van materiaal (metaal of beton) moet het passende type schijf gekozen worden.
- Het binnengat van de scheidingsschijf moet exact op de as pas­sen. Een groter binnengat moet met een adapterring worden aangepast (verkrijgbaar als toebehoren).
- De doorslijpschijven moeten goedgekeurd zijn voor het doorslijpen zonder steun, met 400 mm schijfdiameter tot 3850 t/min of 80 m/sec, met 350 mm schijfdiameter tot 4370 t/min of 80 m/sec of met 300 mm schijfdiameter tot 5100 t/min of 80 m/sec. Er mogen alleen scheidingsschijven worden gebruikt die voldoen aan de normen EN 12413, EN 13236.
- De scheidingsschijf moet onbeschadigd zijn (12).
Bevestigingsschroef voor de scheidingsschijf altijd met 30 Nm aandraaien omdat de scheidingsschijf anders verdraaid kan worden.
- Voor het starten moet de bedieningspersoon van de scheidings­schijf veilig staan.
- Start de scheidingsslijpmachine uitsluitend volgens de gebruiks­aanwijzing (13). Steeds de linker voet in de handgreep plaatsen en met de duim de beugelgreep om-vatten. Andere startmethodes zijn niet toege staan.
- Bij het starten van de scheidingsslijpmachine moet de machine goed gesteund en stevig vastgehouden worden. De scheidings­schijf moet daarbij vrij staan.
- Een nieuwe scheidingsschijf moet vóór het eerste scheiden min­stens 60 seconden lang bij het opgegeven maximum toerental ge controleerd worden; daarbij mag zich geen lichaamsdeel of persoon in het verlengde draaigebied van de scheidingsschijf bevinden.
- Houd tijdens het werken met de scheidingsslijpmachine deze met beide handen vast, met de rechterhand op de achterste handgreep en de linker hand op de beugelgreep. De handgrepen met de duimen eromheen vasthouden.
- LET OP: bij het loslaten van de gashendel loopt de scheidings- schijf nog enige tijd verder (naloopeffect).
- Let er voortdurend op dat u stevig staat.
- De scheidingsslijpmachine moet zodanig gehanteerd worden dat er geen uitlaatgassen ingeademd kunnen worden. Niet in gesloten ruimtes of diepe kuilen werken (vergiftigingsgevaar).
- Zet de scheidingsslijpmachine direct af bij merkbaar veran-
derd machine gedrag.
- De motor moet worden uitgeschakeld: vóór het controleren van de V-snaarspanning, het naspannen, het wisselen van de scheidings schijf, het ommonteren van de scheidings­inrichting (buiten- en middenpositie), en het opheffen van storingen (14).
- Bij hoorbare of voelbare verandering van het scheidingsgedrag onmiddellijk de motor uitschakelen en de scheidingsschijf con­troleren.
- Bij pauzes en na het einde van het werk moet de scheidings slijp­machine uitgeschakeld worden (14) en zo worden neergezet, dat de scheidingsschijf vrijstaat en niemand gevaar loopt.
- Leg de warme scheidingsslijpmachine niet in droog gras of op brandbare voorwerpen. De uitlaat geeft een aanzienlijke hitte af (brandgevaar).
- LET OP: na het natte scheiden eerst het water afzetten en daarna de scheidingsschijf minstens 30 seconden lang laten lopen zodat het water wegslingerd en roesten verhinderd wordt.
6
10
min. 5 m
11
12
13
14
Onderhoud
Tanken
Scheidingsschijf
vervangen
Scheidingsinrichting opnieuw monteren
Werkonderbreking
Transport
Uitbedrijfname
Page 7
Terugslag (kickback) en meetrekken
- Bij het werken met de scheidingsschijfmachine kan er een ge­vaarlijke terugslag of gevaarlijk meetrekken ontstaan.
- De terugslag ontstaat als het bovenste gedeelte van de schei­dingsschijf voor het scheiden wordt gebruikt (15).
- Daarbij wordt de scheidingsschijfmachine ongecontroleerd en met grote kracht in de richting van de bedieningspersoon geslingerd, resp. versneld (gevaar voor letsel!).
Om terugslaan te vermijden moet er op het volgende worden
gelet:
- nooit met het in afbeelding 15 gekenmerkte gedeelte scheiden!
Bij het inzetten in reeds begonnen snijplekken moet men
bijzonder voorzichtig zijn.
- Het meetrekken ontstaat als de snijplek enger wordt (scheur of onder spanning staand werkstuk).
- De scheidingsslijpmachine wordt daarbij ongecontroleerd met grote energie naar voren geslingerd respectievelijk versneld (gevaar van letsel).
Om meetrekken te vermijden moet er op het volgende worden
gelet:
- het scheiden en het opnieuw inzetten in reeds begonnen snijplek­ken steeds met maximum toerental uitvoeren.
- Het werkstuk altijd zo ondersteunen, dat het snijpunt onder trekspanning staat (16) zodat de scheidingsschijf bij het verdere scheiden niet ingeklemd wordt.
- Bij begin van het scheiden de scheidingsschijf steeds behoed­zaam naar het werkstuk brengen en niet met rukken ertegenaan zetten.
- Nooit verschillende werkstukken ineens scheiden! Bij het scheiden erop letten dat geen ander werkstuk aangeraakt wordt.
Werkomstandigheden en -technieken
- Alvorens met het werk te beginnen moet de werkomgeving op alle mogelijke gevaren worden gecontroleerd (stroomkabels, ontvlambare materialen). Het werkgebied moet duidelijk worden gekentekend (b.v. waarschuwingsborden opstellen of afzettingen aanbrengen).
- De scheidingsslijpmachine tijdens het bedrijf met stevige greep aan de voorste en de achterste handgreep vasthouden. De machine nooit onbeheerd laten lopen!
- Gebruik de scheidingsslijpmachine met een zo hoog mogelijk toerental (zie pagina “Technische gegevens”).
- Werk alleen bij goed zicht en goede verlichting. Let in het bijzonder op gladheid, nattigheid, ijs en sneeuw (uitglijgevaar).
- Werk nooit op een onstabiele ondergrond. Let op obstakels op de werkplek, struikelgevaar. Let er voortdurend op dat u stevig staat.
- Nooit boven schouderhoogte scheiden (17).
- Nooit op ladders staande scheiden (17).
- Nooit met een scheidingsslijpmachine op een steiger werken.
- Nooit te ver naar voren gebogen werken. Bij het wegzetten res­pectievelijk oppakken van de scheidingsslijpmachine steeds de knieën buigen. Nooit bukken.
- Scheidingsslijpmachine zo sturen dat er zich geen lichaamsdeel in het verlengde draaigebied van de scheidingsschijf bevindt (18).
- Scheidingsschijven mogen uitsluitend voor het snijden van de geplande materialen worden gebruikt.
- Scheidingsslijpmachine niet voor het afzagen en wegscheppen bij het verwijderen van materiaalresten en andere voorwerpen gebruiken.
LET OP! Gevaar van letsel! De plaats waar gesneden wordt
vóór het scheiden van er niet thuishorende voorwerpen zoals stenen, spijkers en dergelijke vrij maken. Voorwerpen die er niet thuis-horen kunnen weggeslingerd worden en letsel veroorza­ken.
- Bij het inkorten van werkstukken een veilige onderlaag gebruiken en, indien nodig, tegen verschuiven beveiligen. Het werkstuk mag niet met de voet of door een andere persoon vastgehouden worden.
- Ronde werkstukken moeten absoluut tegen verdraaien in de snede beveiligd worden.
- Met de hand bestuurde scheidingsslijpmachines alleen indien nodig met scheidingsinrichting in buitenpositie gebruiken. De scheidingsslijpmachine bij scheidingsrichting in de midden­stand heeft een gunstiger zwaartepunt waardoor te vroege vermoeid-heid wordt vermeden.den wird.
15
16
17
18
7
Page 8
Bij de omgang met kunstharsgebonden doorslijpschij­ven dient altijd het volgende in acht te worden genomen
LET OP!
- Kunstharsgebonden doorslijpschijven hebben de eigen­schap vocht op te nemen. Door de opname van het vocht treedt bij een snelle draaiing van de doorslijpschijf on­balans op. De onbalans leidt dan tot het breken van de schijf.
- Kunstharsgebonden doorslijpschijven mogen niet met wa­ter of een andere vloeistof worden gekoeld.
- Kunstharsgebonden doorslijpschijven mogen niet aan hoge luchtvochtigheid of regen worden blootgesteld!
Kunstharsgebonden doorslijpschijven mogen slechts tot het einde van de houdbaarheidsperiode worden gebruikt! Deze periode (kwartaal/jaar) is in de bevestigingsring van de door­slijpschijf gedrukt.
VOORBEELD: 04 / 2007
Deze doorslijpschijf kan bij vakkundig gebruik en vakkundige bewaring tot en met het 4e kwartaal van 2007 worden gebruikt.
Metalen scheiden
LET OP! Een voorgeschreven ademhalingstoestel dragen! Het scheiden van materialen waarbij giftige stoffen vrij kunnen komen, mag uitsluitend na aanmelding en onder toezicht van de competente autoriteiten of de persoon die daartoe opdracht heeft ontvangen plaatsvinden.
WEES VOORZICHTIG! Metalen worden door het snelle draaien van de scheidingsschijf op het punt van aanraking verhit en gesmolten. Kantel de beschermkap zo ver mogelijk naar be­neden (19), om de vonkenstroom zo ver mogelijk naar voren, dus weg van de gebruiker, te leiden (verhoogd brandgevaar!).
- Scheidingsrichting bepalen, kenmerken en scheidingsschijf met middelmatig toerental tegen het materiaal drukken en pas nadat er een geleidegleuf ingesneden is, met vol gas en versterkte druk verder snijden.
- Snede uitsluitend recht en loodrecht aanbrengen, niet kantelen want dan kan de schijf breken.
- Een veilige en gladde snede verkrijgt men het beste door aan de scheidingsslijpmachine te trekken respectievelijk hem heen- en weer te bewegen. De scheidingsschijf niet in het materiaal „schuiven”.
- Massieve ronde staven het beste trapsgewijze scheiden (20).
- Dunne buizen kan men eenvoudig door middel van een dalende snede scheiden.
- Buizen met een grote diameter als massieve staven behande­len. Om kantelen te vermijden en een betere controle bij het scheiden te verkrijgen, de scheidingsschijf niet te diep in het materiaal laten gaan. Steeds vlak rondom scheiden.
- Versleten scheidingsschijven met geringe diameter hebben bij hetzelfde toerental geringere omvangssnelheid en scheiden daarom moeilijker.
- Dubbele T-dragers of hoekijzers in stappen scheiden, zie af­beelding 21.
- Bandijzer of ijzeren platen scheidt men zoals buizen; plat trek­kend met lang snijvlak.
- Onder spanning staand materiaal (ondersteund of ingemetseld materiaal) altijd eerst aan de drukkant wat inkerven en dan van de trekkant af doorsnijden zodat de scheidingsschijf niet ingeklemd wordt. Beveilig het te zagen materiaal tegen het
naar beneden vallen ervan!
LET OP: Als er voorspanning wordt vermoed steeds op de terugslag van het materiaal bedacht zijn en van tevoren de eigen mogelijkheid tot achteruitgaan open houden.
Bijzonder voorzichtig moet men op schroothopen, plaatsen waar ongevallen plaatsgevonden hebben of bij ongeordende stapels materiaal zijn. Onder spanning staand, afglijdend of barstend materiaal is slecht te berekenen. Beveilig het te
8
zagen materiaal tegen het naar beneden vallen ervan! Zeer opmerkzaam en uitsluitend met onberispelijke apparaten werken.
Op de voorschriften ter voorkoming van ongelukken van de competente wettelijke ongevallenverzekering en de privéverzekering letten.
Steen, beton, asbest of asfalt scheiden.
LET OP! Een voorgeschreven ademhalingstoestel dra­gen!
Het scheiden van asbest of stoffen waarbij giftige stoffen vrij kunnen komen, mag uitsluitend na aanmelding en onder toezicht van de competente autoriteiten of de persoon die daartoe opdracht heeft ontvangen plaatsvinden. Bij het snijden van voorgespannen en gewapende betonnen palen moet men de aanwijzingen en normen opvolgen, die door de overheid of de vervaardiger van het constructiedeel worden gegeven. Wapeningsijzer moet in de voorgeschreven volg­orde en rekening houdend met de in aanmerking komende veiligheids voorschriften doorgesneden worden.
WENK: Specie, steen of beton veroorzaken bij het scheiden
zeer veel Þ jn stof. Om de levensduur van de scheidingsschijf te verlengen (koeling), om een betere visuele controle uit te kunnen oefenen
19
20
21
Page 9
en om een bovenmatige stofontwikkeling te voorkomen, is de natte me-thode beter dan droogscheiden. Daarbij moet de scheidings­schijf aan beide kanten gelijkmatig met water worden besproeid. In het MAKITA programma vindt u voor ieder gebruiksdoel de juiste uitrusting voor natscheidend slijpen (zie ook „SPECIALE TOEBEHOREN”).
- De plaats waar gesneden wordt vóór het scheiden van er niet thuishorende voorwerpen zoals stenen, spijkers en dergelijke vrij maken. Attentie: let te allen tijde op electrische kabels!
Materiaal wordt door het snelle draaien van de scheidings­schijf op de plaats van aanraking eruit gescheurd en uit de schei-dingsgleuf geslingerd. Kantel de beschermkap zo ver mo­gelijk naar beneden (23), om de loskomende materiaaldeeltjes zo ver mogelijk naar voren, weg van de gebruiker, te leiden.
- Het verloop van het scheiden kenmerken en over de gehele lengte met half gas een ca. 5 mm diepe gleuf slijpen die de scheidingsslijpmachine bij het erna uit te voeren scheiden nauwkeurig geleidt.
WENK:
Bij lange rechte sneden verdient het gebruik van de geleidewagen (24, zie ook „SPECIALE TOEBEHOREN”) aanbeveling. Hij maakt een eenvoudige en rechte geleiding van de scheidingsslijpmachine zonder veel kracht uit te oefenen mogelijk.
- Het scheiden wordt met gelijkmatige heen- en weerbewegingen uitgevoerd.
- Bij het inpassen van stenen platen is het aanbrengen van een platte groef voldoende (vermijding van onnodig stof) om dan op een platte ondergrond het overhangende gedeelte schoon af te slaan (25).
LET OP!
Bij inkorten, doorbreken, uitsparingen enzovoort beslist de snij­richting en de volgorde van de uit te voeren sneden vastleggen om het inklemmen van de scheidingsschijf door het eruit gehaalde deel te verhinderen of letsel door naar beneden vallende delen te vermijden.
Transport en opslag
- Bij het transport en bij het innemen van een andere plaats tijdens het werk moet de scheidingsslijpmachine uitge­schakeld worden (26).
- De scheidingsslijpmachine nooit met lopende motor respectievelijk lopende scheidingsschijf dragen en trans­porteren!
- De scheidingsslijpmachine uitsluitend aan het beugelhandvat dragen. De scheidingsschijf wijst naar achteren (26). Niet met de uitlaat in aanraking komen (gevaar van verbranden).
- Bij transport over een grotere afstand een kruiwagen of een wagen gebruiken.
- Bij transport in een auto moet erop gelet worden dat de schei­dingsslijpmachine veilig ligt zodat er geen brandstof naar buiten kan komen. De scheidingsschijf bij transport in de auto steeds eraf halen.
- De scheidingsslijpmachine veilig in een droog vertrek opslaan. Hij mag niet buiten bewaard worden. De scheidingsschijf steeds eraf halen. Scheidingsslijpers niet voor kinderen toegankelijk maken.
- Vóór een langere opslag en vóór het verzenden van de
scheidingsslijpmachine absoluut de aanwijzingen van het hoofdstuk „Periodiek onderhoud” behartigen. In ieder geval de brandstoftank ledigen en de carburateur leegdraaien.
- Bij het opslaan van scheidingsschijven bijzonder zorgvuldig te werk gaan:
• Reinigen en goed drogen. LET OP! Kunstharsgebonden door-
slijpschijven NIET met water of andere vloeistoffen reinigen!
• Steeds plat liggend bewaren.
• Vocht, vorst, directe zonnestraling, hoge temperaturen resp.
temperatuurschommelingen moeten worden vermeden, daar anders breuk en splintergevaar ontstaat!
• Alvorens kunstharsgebonden doorslijpschijven opnieuw in
gebruik te nemen, moet de houdbaarheidsperiode worden gecontroleerd (stempel op de bevestigingsring - kwartaal/ jaar). Bij overschrijding van de houdbaarheidsperiode mag de doorslijpschijf NIET worden gebruikt.
- Nieuwe of opgeslagen scheidingsschijven vóór gebruik steeds op beschadigingen controleren en voor het eerste slijpproces ten minste 60 seconden op het opgegeven maxi­mumtoerental testen, daarbij mag zich geen lichaamsdeel of persoon binnen het verlengde zwenkbereik van de scheidings­schijf bevinden.
23
24
25
26
9
Page 10
Onderhoud
- Bij alle onderhoudswerkzaamheden moet de scheidings­slijpmachine uitgezet (27), en de bougiedop losgetrokken worden !
- De betrouwbare toestand van de scheidingsslijpmachine moet telkens vóór begin van het werk gecontroleerd worden. Vooral opletten dat de scheidingsschijf volgens de voorschriften gemonteerd is. Overtuig u ervan, dat de scheidingsslijpschijf onbeschadigd is en geschikt voor het betreffende gebruiks­doel.
- De scheidings slijpmachine moet met zo weinig mogelijk lawaai en uitlaatgassen gebruikt worden. Let goed op een correcte afstelling van de carburateur.
- Scheidingsslijpmachine regelmatig schoon houden.
- Tanksluiting regelmatig op dichtheid controleren.
Neem de veiligheidsvoorschriften van de Arbeidsinspektie
enverzekeringsmattschappijen in acht. In geen geval aan de scheidingsslijpmachine constructieve veranderingen uitvoeren! U brengt daarmee uw veiligheid in gevaar!
Onderhouds- en montagewerkzaamheden mogen alleen uit-
gevoerd worden voorzover deze in deze gebruiksaanwijzing beschreven zijn. Alle overige werkzaamheden moeten door de MAKITA service uitgevoerd worden.
Uitsluitend originele MAKITA onderdelen en toebehoren ge-
bruiken.
Bij gebruik van niet-originele MAKITA onderdelen, toebehoren
en scheidingsschijven moet er op een grotere waarschijnlijk­heid van ongelukken worden gerekend. Bij ongelukken of beschadig ingen met niet-originele MAKITA scheidingsschijven of toebehoren vervalt iedere aan sprakelijkheid.
Eerste Hulp (E.H.B.O.)
Voor eventuele ongevallen dient altijd een verbanddoos op de
werkplek aanwezig te zijn. Vul gebruikt materiaal direct weer aan.
Als u om hulp vraagt, geeft u dan de volgende informatie:
- Waar gebeurde het
- Wat gebeurde er
- Hoeveel gewonden
- Aard van de verwondingen
- Noem uw naam!
27
SERVICE
28
29
Aanwijzing:
Bij personen met circulatiestoornissen kunnen vaak optredende vibraties tot beschadiging van do bloedvaten of van het zenuw­stelsel leiden.
Door vibraties aan vingers, handen of polsen kunnen de volgende symptomen optreden: inslapen van lichaamsdelen, prikkelen, pijn steken, verandering van de huidkleur of van de huid.
Bij het waarnemen van zulke symptomen moet u een dokter opzoeken.
Verwijdering en milieubescherming
Denk aan ons milieu! Verwijder versleten of defecte doorslijpschijven overeenkomstig
de plaatselijke afvalregels. Om misbruik te voorkomen, dienen de niet meer bruikbare doorslijpschijven te worden vernield, voor ze worden verwijderd. Als het apparaat ooit uitgediend heeft, dient u voor een milieu­vriendelijke verwijdering/recycling te zorgen. Informeer u indien nodig bij de plaatselijke gemeentelijke instanties.
10
Page 11
Technische speciÞ caties
Cilinderinhoud cm
DPC6430 DPC6431 DPC7330 DPC7331
3
64 73 Boring mm 47 50 Slag mm 37 37 Maximaal vermogen kW 3,3 4,2 Maximale koppel Nm 4,0 5,0 Stationair toerental 1/min 2.500 2.500 Koppel toerental 1/min 3.800 3.800 Reguleertoerntal 1/min 9.350 ± 145 9.350 ± 145 Nominaal toerental van de spil 1/min 4.300 4.300
pA eq
Schalldruckpegel L Schalleistungspegel L Trillingen a
- Beugelgreep (vrijloop / nominaal spiltoerental) m/s
- Handgreep (vrijloop / nominaal spiltoerental) m/s2 8 / 6 8 / 7
h,w
Carburateur Ontsteking Bougie Type Elektrodenafstand mm 0,5 0,5
(met toerentalbegrenzing) Type electronisch
nach EN 1454
nach EN 1454 1) dB (A) 109 110
WA eq
vlgs. EN 1454
(Membraancarburateur) Type WALBRO WJ-123
1) 4)
dB (A) 97 99
2
6 / 5 7 / 6
NGK BPMR 7A / BOSCH WSR 6F / CHAMPION RCJ 6Y
Brandstofverbruik bij max. vermogen vlgs. ISO 8893 kg/h 1,65 2,1 SpeciÞ ek verbruik bij max. vermogen vlgs. ISO 8893 g/kWh 500 500 Inhoud brandstoftank l 1,1 1,1 Mengverhouding (brandstof : 2-taktolie)
- bij gebruik van MAKITA olie 50:1 50:1
- bij gebruik van andere olie (kwaliteitsklasse JASO FC of ISO EGD) 50:1 50:1
- bij gebruik van Aspen Alkylat (2-taktbrandstof) 50:1 (2%) 50:1 (2%) Scheidingsschijf voor max. 80 m/s Scheidingsschijf voor max. 80 m/s Spildoorsnede mm 20,0 (25,4) 5) 20,0 (25,4)
2)
mm
2) 5)
mm
3)
300 / 20,0 / 5
350 / 25,4 / 5
350 / 20,0 / 5
3)
3)
3)
300 / 20,0 / 5
350 / 25,4 / 5
350 / 20,0 / 5
3)
3)
5)
V-riem nr 965 300 470 965 300 470 Gewicht (tanks leeg, zonder scheidingsschijf) kg 9,7 9,9 9,8 10
DPC8131 DPC8132
Cilinderinhoud cm
3
81 81 Boring mm 52 52 Slag mm 38 38 Maximaal vermogen kW 4,5 4,5 Maximale koppel Nm 5,2 5,2 Stationair toerental 1/min 2.500 2.500 Koppel toerental 1/min 3.800 3.800 Reguleertoerntal 1/min 9.350 ± 145 9.350 ± 145 Nominaal toerental van de spil 1/min 4.300 3.750
pA eq
Schalldruckpegel L Schalleistungspegel L Trillingen a
- Beugelgreep (vrijloop / nominaal spiltoerental) m/s
- Handgreep (vrijloop / nominaal spiltoerental) m/s2 8,8 / 6,0 8,8 / 6,0
h,w
Carburateur Ontsteking Bougie Type Elektrodenafstand mm 0,5 0,5
(met toerentalbegrenzing) Type electronisch
nach EN 1454
nach EN 1454 1) dB (A) 108 108
WA eq
vlgs. EN 1454
(Membraancarburateur) Type WALBRO WJ-123
1) 4)
dB (A) 98,3 98,3
2
5,6 / 6,3 5,6 / 6,3
NGK BPMR 7A / BOSCH WSR 6F / CHAMPION RCJ 6Y
Brandstofverbruik bij max. vermogen vlgs. ISO 8893 kg/h 2,3 2,3 SpeciÞ ek verbruik bij max. vermogen vlgs. ISO 8893 g/kWh 500 500 Inhoud brandstoftank l 1,1 1,1 Mengverhouding (brandstof : 2-taktolie)
- bij gebruik van MAKITA olie 50:1 50:1
- bij gebruik van andere olie (kwaliteitsklasse JASO FC of ISO EGD) 50:1 50:1
- bij gebruik van Aspen Alkylat (2-taktbrandstof) 50:1 (2%) 50:1 (2%) Scheidingsschijf voor max. 80 m/s Scheidingsschijf voor max. 80 m/s Spildoorsnede mm 20,0 (25,4) 5) 20,0 (25,4)
2)
mm
2) 5)
mm
350 / 20,0 / 5 3) 400 / 20,0 / 5 3)
350 / 25,4 / 5 3)
400 / 25,4 / 5 3)
5)
V-riem nr 965 300 490 965 300 480 Gewicht (tanks leeg, zonder scheidingsschijf) kg 10,0 10,6
1)
Opgaves houden in gelijke delen rekening met de bedrijfstoestanden stationair en maximum toerental.
2)
Omvangssnelheid bijmaximaal toerental. 3) Buitendiameter / opsteekgat / max. dikte. 4) Op de werkplek (voor het bedienergehoor). 5) LandspeciÞ ek.
11
Page 12
Benaming van de onderdelen (de afbeelding toont het model DPC7331)
3 4 5 6 7
2
1
12 111314
10
25
24
23
DPC7331
2008 123456
EMI OFB 973108
22045 Hamburg, Germany
XXX.XXX.XXX Typ 394
1 Handgreep 2 Filterdeksel voor luchtÞ lter en bougiestekker 3 Dekselvergrendeling
4 Beugelgreep 5 Geluiddemper 6 Beschermkap 7 Greep 8 Instelschroef voor V-snaariemspanning 9 Bevestigingsmoeren
10 Standvoet 11 Openingen voor carburateurinstelling 12 Typeplaatje 13 Brandstoftank met handbeschermer
Typeplaatje (12)
Bij bestellen van reserveonderdelen opgeven!
Serienummer Bouwjaar
26
8
9
15 16
17
18
19
20
2122
14 Decompressieklep 15 Startergreep 16 Luchtaanzuigopening 17 Combischakelaar “Start/Stop” (I/O), choke 18 Sperknop voor half-gas 19 Veiligheids-sperknop 20 Gashendel 21 Tankdop (brandstof) 22 Starterhuis 23 Scheidingsschijf 24 Bevestigingsschroef van de scheidingsschijf 25 Spanschijf 26 Tegenhoudopening
12
Page 13
INBEDRIJFNAME
LET OP:
Bij alle werkzaamheden aan de scheidingsslijper onvoor­waardelijk de motor uitschakelen, de bougiestekker eraf trekken en beschermende handschoenen dragen!
LET OP:
De scheidingsslijper mag eerst na complete montage en controle worden gestart.
Gebruik voor de navolgende taken het meegeleverde monta­gegereedschap:
1. Combisleutel SW 13/19
2. Haakse schroevedraaier
3. Schroevedraaier voor carburateurinstelling
4. Adapterring (niet algemeen in de levering inbegrepen) De scheidingsslijper op een stabiele ondergrond plaatsen en
de volgende stappen voor het monteren van de scheidings­schijf uitvoeren:
Alleen voor de modellen DPC8131 en DPC8132 Geen luchtÞ lter gemonteerd!
Geolied schuimÞ lter (voorÞ lter) voor de in- gebruikname aanbrengen, zoals getoond op de afbeelding hiernaast! Daarvoor het Þ l- terdeksel afnemen (zie hoofdstuk „LuchtÞ lter reinigen/vervangen“). Het schuimÞ lter goed in de verpakking kneden, alvorens het aan te brengen; daarna de verpakking verwijde­ren.
Shema
Scheidingsschijf monteren
Scheidingsschijf op beschadiging controleren, zie VEILIGHEIDSTIPS bladzijde 6.
Schroef (9) eruitdraaien en spanschijf (8) wegnemen. Scheidingsschijf (5) op as (7) schuiven. Opmerking: Het binnengat van de scheidingsschijf moet exact
op de as passen. Een groter binnengat moet met een adapter­ring (*) worden aangepast.
Let op de draairichting van de scheidingsschijf, als deze op de schijf gemarkeerd is.
Spanschijf (8) op de as schuiven, schroef (9) erindraaien en met de hand vastschroeven.
Draai de scheidingsschijf langzaam, tot in de afdekking van het snijverlengstuk (10) de vastzetopening van de V-riemsnaarschijf te zien is.
De haakse schroevedraaier (2) geheel erinduwen. De as is nu geblokkeerd.
De schroef met combisleutel (1) vast aandraaien.
AANWIJZING: De schroef vast aandraaien (30 ± 2 Nm), daar anders bij het zagen de scheidingsschijf kan verdraaien.
13
Page 14
V-snaariem spannen / V-snaariemspanning controleren
LET OP:
Nauwkeurig spannen van de V-snaariem is, om de maxi­mum snijprestatie bij optimaal verbruik van brandstof te verkrijgen, absoluut noodzakelijk. Een verkeerde V-snaariemspanning heeft te snelle slijtage van V-snaariem en V-snaariemschijven of beschadigingen van het koppe­lingslager tot gevolg.
Bij een nieuw apparaat en na vervanging van de V-riem moet ne het eerste bedrijfsuur de V-riem worden opge­spannen.
ATTENTIE: Om de V-snaar te spannen en deze spanning te
controleren, moeten beide bevestigingsmoeren (11) losgedraaid worden.
Om de spanning te vergroten, spanschroef (12) met de mee­geleverde combisleutel naar rechts draaien (met de wijzers van de klok mee).
De V-snaar is correct ingesteld, wanneer moer (13) in het mid­den van markering (14) staat.
LET OP:
Na het spannen / controleren moeten de beves­tigingsmoeren (11) in elk geval vast aangedraaid worden (30 ± 2 Nm).
Brandstoffen LET OP:
De machine wordt met mineraalolieproducten (benzine en olie) bedreven!
Bij de omgang met benzine is verhoogde waakzaamheid geboden.
Roken en open vuur zijn verboden (ontplofÞ ngsgevaar).
Brandstofmengsel
De motor van deze machine is een hoogwaardige, luchtgekoelde tweetaktmotor. De motor werkt op een mengsel van benzine en tweetaktolie.
De motor is ontworpen voor gebruik van normale loodvrije benzine met een minimaal octaangetal van 91 ROZ. Is deze brandstof niet beschikbaar, dan kunnen ook brandstoffen met een hoger octaangetal gebruikt worden. Hierdoor ontstaat geen schade aan de motor.
Gebruik voor een optimale motorwerking en ter be - scher ming van gezondheid en leefmilieu alleen loodvrije brandstof !
Voor de smering van de motor wordt synthetische tweetaktmoto­rolie voor luchtgekoelde tweetaktmotoren (kwaliteitsklasse JASO FC of ISO EGD) gebruikt; deze wordt bij de benzine gemengd. De motor is ontworpen voor MAKITA eersteklas tweetaktolie met een milieuvriendelijke mengverhouding van 50:1. Hierdoor wordt een lange levensduur en een betrouwbare, rookarme werking van de motor gewaarborgd.
14
Brandstof
50:1
50:1
+
1000 cm3 (1 liter) 20 cm3 20 cm 5000 cm3 (5 liter) 100 cm 10000 cm3 (10 liter) 200 cm
Het verkrijgen van de juiste mengverhouding:
50:1 Bij gebruik van MAKITA kwaliteitstweetakt olie,
d.w.z. 50 delen brandstof mengen met 1 deel olie.
50:1 Bij gebruik van andere synthetische tweetaktoliën
(kwaliteitsklasse JASO FC of ISO EGD), d.w.z. 50 delen brandstof mengen met 1 deel olie.
3
100 cm
3
200 cm3
3
3
Page 15
MAKITA eersteklas tweetaktolie (50:1) is al naargelang het verbruik in volgende verpakkingen leverbaar:
100 ml Bestelnummer 980 008 606 1 l Bestelnummer 980 008 607
ADVIES: Voor het verkrijgen van het juiste benzine/olie mengsel wordt de olie voorgemengd met de helft van de totaal benodigde hoeveelheid benzine, waarna de rest van de brandstof wordt toegevoegd. Vóór het bijvullen van het brandstofmengsel in het apparaat het klaargemaakte mengsel goed doorschudden.
Attentie: De afsluitdop van de brandstoftank voorzichtig openen, daar zich een druk kan hebben opgebouwd!
Het is niet zinvol uit overdreven veiligheidsbewustzijn het olie-aandeel in het tweetaktmengsel te vergroten ten opzichte van de aangegeven mengverhouding. Dit veroorzaakt nl. meer verbrandingsresten. Deze belasten het milieu en verstoppen het uitlaatkanaal in de cilinder evenals de geluidsdemper. Ook stijgt hierdoor het brand­stofverbruik en neemt het vermogen af.
Brandstof en tweetaktolie
Opslag van brandstof
Brandstoffen zijn slechts in beperkte mate geschikt voor opslag. Brandstof en brandstofmengsels verouderen door verdamping, vooral onder invloed van hoge temperaturen. Te lang bewaarde brandstoffen en brandstofmengsels kun­nen zo tot startproblemen en motorschade leiden. Koop niet meer brandstof in dan in enkele maanden wordt verbruikt. Bij hogere temperaturen dienen brandstoffen binnen de 6-8 weken te worden opgebruikt.
Bewaar brandstoffen uitsluitend in goedgekeurde bussen op een droge, koele en veilige plaats!
HUID- EN OOGCONTACT VERMIJDEN!
Minerale olieprodukten, ook oliën, ontvetten de huid. Bij her­haaldelijk en langdurig contact droogt de huid uit. Diverse huidziekten kunnen hiervan het gevolg zijn. Bovendien zijn allergische reacties bekend.
Contact van de ogen met olie veroorzaakt irritaties. Bij oogcontact direct het betreffende oog met schoon water uitspoelen.
Bij aanhoudende irritatie direct een arts bezoeken!
Tanken LET OP:
NEEM ALLE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN IN ACHT!
De omgang met brandstoffen vereist een voorzichtige en zorgvuldige handelwijze.
Uitsluitend bij uitgeschakelde en afgekoelde motor!
De omgeving van het vulgat goed schoonmaken zodat er geen vuil in de tank komt.
Machine op effen ondergrond op zijn kant leggen. Tankdop afschroeven en brandstofmengsel ingieten. Voorzichtig
gieten, om geen brandstof te morsen. De tankdop weer handvast opschroeven.
De tankdop en omgeving na het tanken reinigen! Het ap­paraat nooit op de tankplaats starten of gebruiken!
Indien er brandstof op uw kleding werd gemorst, moet u meteen andere kleren aantrekken.
15
Page 16
Motor starten
indien
noodzakelijk
Het model is uitgerust met een halfautomatische decompres­sieklep (1) om het starten te vergemakkelijken. Door de rubberen afdekking in te drukken tot deze merkbaar vastklikt, wordt de achterliggende decompressieklep ingedrukt. Daardoor vermin­dert de compressiearbeid, zodat de motor al met een geringe krachtuitoefening via het startkoord op zijn starttoerental wordt gebracht.
Door de hoge drukstijging in de verbrandingskamer, ten ge­volge van de eerste ontstekingen, wordt de decompressieklep automatisch gesloten.
LET OP:
Let beslist op de VEILIGHEIDSTIPS op bladzijde 4 en 5. De scheidingsslijper mag eerst na complete montage en
controle worden gestart! Op minstens 3 m afstand van de plek waar getankt wordt.
Veilig gaan staan en de scheidingsslijpmachine zó op de vloer zetten dat de scheidingsinrichting vrij staat.
3 meters
Breng de beschermkap (3) in de, voor het uit te voeren werk optimale positie (zie afbeelding).
De beschermkap (3) kan door middel van de handgreep (2) bin­nen de aanslagen in beide pijlrichtingen worden gekanteld.
Let op!
Controleer in elk geval of de rechte buitenkant van de aan­slagplaat (4) en de rand van de beschermkap parallel zijn (zie pijl).
Is dit niet het geval, dan dient u een vakman te raadplegen.
Koudstart
Combischakelaar (6) naar boven drukken (choke-stand). De handgreep omvatten (de veiligheidssper- knop (8) wordt
met de handpalm bediend). Gashendel (9) doordrukken en zo houden. Rustknop (7) indrukken en gashendel (9) loslaten (de gashendel
wordt door de rustknop in de halfgasstand vastgezet). OPMERKING: Is de scheidingsslijpmachine op een geleide-
wagen gemonteerd, dan moet de regelhendel ongeveer in de derde of vierde vastzetpositie worden gezet.
Decompressieklep (5) indrukken.
16
Page 17
Beugelvormige handgreep stevig met één hand omvatten en de scheidingsslijpmachine op de grond drukken.
De linker voetpunt in de achterste handbeschermer plaatsen.
Snel en krachtig aan de startkabel trekken tot daarop hoor­baar de eerste ontsteking volgt.
ATTENTIE: De starterkabel niet meer dan ca. 50 cm uittrek ken
en altijd langzaam met de hand terugbrengen. Decompressieklep (5) weer indrukken. Combischakelaar (6) in de stand “I” drukken. Startkabel opnieuw trekken tot de motor loopt. Zodra de motor loopt, gashendel (9) aantippen opdat de sper-
knop (7) eruit springt en de motor stationair draait.
Warmstart:
Zoals beschreven bij de koude start, maar dan zonder de com­bischakelaar (6) in de choke-stand te zetten.
Afzetten van de motor
Combischakelaar (10) in de stand naar beneden drukken.
17
Page 18
Carburateur afstellen
ADVIES: De scheidingsslijpmachines zijn met een het toe­rental begrenzende elektronische ontsteking uitgerust.
Het toerental bij onbelast lopen is door de fabriek op ±
2.500 1/min ingesteld, maar het inlopen van een nieuwe machine kan iets bijregelen van het stationaire toerental nodig maken.
Voor een juiste instelling van het toerental bij onbelast lopen moeten de volgende stappen genomen worden:
Motor starten en warm laten lopen (3-5 minuten)
Stel de carburateur in met behulp van de in de leveringsomvang inbegrepen schroevendraaier (1, best.-nr. 944 340 001). Deze bezit een aangegoten neus, die als instelhulp dient.
Stationair toerental bijregelen
Als de dunne slijpschijf bij lopende motor meedraait moet de aanslagschroef (2) van de smoorklep naar buiten gedraaid worden, tot de dunne slijpschijf niet meer meedraait. Als de motor bij onbelast lopen stil blijft staan, moet de schroef weer een beetje naar binnen gedraaid worden.
Motor uitschakelen
18
Page 19
SERVICE
ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN
LET OP:
Bij alle werkzaamheden aan de scheidings slijpmachine on­voorwaardelijk de motor uitschakelen, de scheidingsschijf eraf nemen, de bougiestekker eruit trekken en veiligheids­handschoenen dragen!
LET OP:
De scheidingsslijper mag eerst na complete montage en controle worden gestart!
OPMERKING: Omdat talrijke onderdelen die in deze gebruiksaanwijzi-ging niet behandeld worden gedeeltelijk belangrijke veiligheids­inrichtingen en zoals ieder ander onderdeel ook aan een bepaalde mate van slijtage onderhevig zijn, moet voor uw eigen veiligheid een regelmatige controle en onderhoud door een MAKITA-vakkundige werkplaats uitge-voerd worden.
ATTENTIE:
Wanneer het tijdens het scheidingsproces tot een breuk
van de schijf komt, moet de machine vóór een hernieuwde inbedrijf stelling door een MAKITA servicedienst nagekeken worden.
V-snaariem vervangen
Moeren (3) losdraaien. Spanschroef (1) linksom (tegen de wijzers van de klok in) zo ver
losdraaien dat het schroefeinde (2) in de gleuf zichtbaar is. De schroef (detail X, alleen bij DPC8132) losdraaien en uit-
schroeven. Moeren (3) eraf draaien en deksel (4) eraf nemen. Schroeven (5) en (7) eruit draaien en zijboog (6) afnemen.
ATTENTIE:
Schroef (5) is langer dan schroeven (7). Bij het weer monteren op de juiste in-zetpositie
letten!
Schoeven (8) losdraaien en de krukaskast (9) wegnemen. Oude V-snaariem (10) en evtl. snaarresten verwijde ren. OPMERKING: De afbeelding toont de V-snaar van de model-
len DPC6430 - 7331. Nieuwe V-snaariem aanbrengen. ATTENTIE: Montage van krukhuisdeksel (9), zijboog (6) en
deksel (4) geschiedt in omgekeerde volgorde. Voor het spannen van de V-snaariem, zie hoofdstuk “V-snaariem
spannen / spanning controleren.”
19
Page 20
Beschermkap reinigen
In de veiligheidskap worden na enige tijd materiaalafzet-tingen gevormd (vooral bij natscheiden), die onder om-standigheden het vrije draaien van de scheidingsschijf hinderen.
De scheidingsslijpschijf en drukschijf afmonteren en met een houten richel of iets dergelijks materiaalafzetsels aan de bin­nenkant van de deksel verwijderen.
De as en alle gedemonteerde onderdelen reinigen.
LuchtÞ lter reinigen / vervangen
Draai de dekselvergrendeling (11) tegen de klok in los en neem het Þ lterdeksel (12) voorzichtig weg.
Tussen Þ lterdeksel (12) en afdekkap (14) bevindt zich een afdichting (15).
Schoeven (13) losdraaien en de afdekkap (14) wegnemen. De afdichting (15) met een kwast reinigen en op beschadigin-
gen controleren.
ATTENTIE: Voor de montage van de scheidingsslijpschijf zie hoofdstuk “Monteren van de scheidingsslijpschijf.”
De voorÞ lter (schuimstof, 17) uit het Þ lterdeksel nemen. De luchtÞ lterinzet (papierpatroon, 18) uit de afdekkap trekken.
BinnenÞ lter (16) uit de aanzuigÞ lter verwijderen.
Attentie: Bescherm de carburateur tegen invallend vuil!
Zet de combischakelaar op de stand “Choke” of dek de carbu­rateur met een zuivere lap af.
20
Page 21
LET OP!
Alvorens het luchtÞ lter te reinigen, de motor uitzetten! Het luchtÞ lter in geen geval met perslucht reinigen! VoorÞ lter en binnenÞ lter niet met benzine reinigen!
De levensduur van de motor hangt af van de toestand en het regelmatige onderhoud van de Þ lterelementen. Niet-na- leving van de reinigingsintervallen of onderhoudsmaatregelen leidt tot hogere slijtage binnen de motor!
Beschadigde luchtÞ lters onmiddellijk vervangen! Afgescheurde stukjes weefsel en grove vuildeeltjes kunnen de mo- tor vernielen. Indien mogelijk niet in een stofÞ ge omgeving werken! Het Þ jne stof dat ontstaat bij het droogslijpen in beton en steen is schadelijk voor de gezondheid van de gebruiker en verkort de levensduur van de motor. Slijpwerk­zaamheden in beton en steen indien mogelijk met water uitvoeren, om het stof te binden.
VoorÞ lter (schuim droog)
Alleen voor de modellen DPC6430 - 7331
Het verontreinigd voorÞ lter (1, bestelnr. 395 173 080) in een lauw sopje, gemaakt met een gewoon afwasmiddel of MAKITA-Þ lterreiniger (bestelnr. 980 008 627) uitwassen. Bij gebruik van de MAKITA-Þ lterreiniger gaat u a.u.b. te werk zoals beschreven in de paragraaf "Reinigen".
VoorÞ lter goed drogen. OPMERKING: Het voorÞ lter moet dagelijks, bij sterke stof-
ontwikkeling meermaals per dag worden gereinigd. Als een reiniging ter plaatse niet mogelijk is, dient een reserveÞ lter gereed te worden gehouden. Het voorÞ lter ten laatste na 25 bedrijfsuren vervangen.
Om het Þ ltervermogen te vergroten, kan het voorÞ lter met luchtÞ lterolie worden bevochtigd. Alvorens luchtÞ lterolie aan te brengen, dient een zorgvuldige reiniging met de luchtÞ lterreini- ger te worden uitgevoerd. Het Þ lteronderhoud van het geoliede luchtÞ lter dan zoals bij DPC8131 en DPC8132 uitvoeren.
Het voorÞ lter bij plaatsing in het Þ lterdeksel met de deksel- houder gelijkrichten en in het Þ lterdeksel drukken (5). Het voorÞ lter mag nergens uit de dekselhouder uitsteken en moet dicht afsluiten.
VoorÞ lter (schuim met luchtÞ lterolie)
Alleen voor de modellen DPC8131 en DPC8132
Reinigen of vervangen (bij het doorslijpen met grote stofont- wikkeling):
dagelijks of ten laatste na
• 4 bedrijfsuren of
• 8 tankvullingen of
• het verbruik van 8 liter brandstofmengsel. Reinigen of vervangen (bij natslijpen of het doorslijpen van
staal):
wekelijks of ten laatste na
• 25 bedrijfsuren of
• 50 tankvullingen of
• het verbruik van 55 liter brandstofmengsel. Reinigen: grof vuil onder stromend water afspoelen.
1 dop MAKITA-Þ lterreiniger (bestelnr. 980 008 627) in de schuimstof van het voorÞ lter (1, bestelnr. 395 173 090) kneden en goed laten schuimen.
Het voorÞ lter goed uitspoelen onder stromend water. VoorÞ lter goed drogen.
Om het maximale Þ ltervermogen te garanderen, moet het voorÞ lter met luchtÞ lterolie worden ge- bruikt. Het voorÞ lter met een dop (ca. 20 ccm) MAKITA-luchtÞ lterolie (bestelnr. 980 008 628, biolo- gisch afbreekbaar) bevochtigen. Het voorÞ lter grondig kneden, om de olie te verdelen.
Overtollige olie aansluitend uit het Þ lter drukken. OPMERKING: Bij gebruik van andere luchtÞ lterolie dient de handleiding van de producent te worden gevolgd. Als een reiniging ter plaatse niet mogelijk is, dient een voor­geolied reserveÞ lter (bestelnr. 395 173 090) gereed te worden gehouden. Het voorÞ lter bij plaatsing in het Þ lterdeksel met de dekselhou- der gelijkrichten en in het Þ lterdeksel drukken (5). Het voorÞ l- ter mag nergens uit de dekselhouder uitsteken en moet dicht afsluiten.
BinnenÞ lter (alle modellen)
Het verontreinigd binnenÞ lter (3, bestelnr. 394 173 020) in een lauw sopje met een gewoon afwasmiddel of MAKITA-Þ lterrei- niger (bestelnr. 980 008 627) uitwassen.
BinnenÞ lter goed drogen.
LuchtÞ lterelement (papierpatroon, alle modellen)
Het luchtÞ lterelement (2, bestelnr. 395 173 010) Þ ltert de aan- zuiglucht door een zeer Þ jn papierÞ lterlamellensysteem; daar- om mag het patroon in geen geval worden uitgewassen. Het luchtÞ lterelement eenmaal per week reinigen. Het luchtÞ lterelement licht openvouwen en voorzichtig uitklop- pen tegen een schone ondergrond. Het luchtÞ lterelement om de 100 bedrijfsuren vervangen. Bij verlies aan vermogen, daling van het toerental of walmontwik­keling in het uitlaatgas, direct vervangen. Voor de montage van het Þ ltersysteem, de aanzuigopening op eventueel erin gevallen vuildeeltjes controleren. Indien nodig verwijderen.
21
Page 22
Bougie vervangen
ATTENTIE:
Bougie of bougiedop mogen niet bij lopende motor aan­geraakt worden (hoogspanning!).
Onderhoudswerkzaamheden uitsluitend bij uitgeschakelde motor uitvoeren.
Bij hete motor gevaar van verbranding. Beschermhand­schoenen dragen!
Bij beschadiging van de isolator, sterke verbranding van de elektroden, of sterk vervuilde electroden, moet de bougie (best.­nr. 965 603 021) vervangen worden.
Het Þ lterdeksel en de afdekkap afnemen, zie LuchtÞ lter rei- nigen/vervangen.
Bougiestekker (7) van de bougie af trekken. De bougie uitsluitend met de meegeleverde combisleutel eruitnemen.
LET OP! Om een beschadiging van de decompressieklep
(8) te vermijden, de combisleutel zo aanzetten, dat hij bij het losdraaien van de bougie niet tegen de klep botst.
Elektrodenafstand
De elektrodenafstand moet 0,5 mm zijn.
Controle van de bougievonk
De combisleutel (9) alleen zoals op de afbeelding getoond tus­sen de koelluchtkap en de cilinder steken.
LET OP!
Combinatiesleutel niet in het bougiegat steken, alleen contact met de cilinder ma ken. (Anders kan de motor be-
schadigd worden). De eruit geschroefde bougie (10) met vast erop gestoken
bougiestekker door middel van een geïsoleerde tang tegen de combinatiesleutel drukken (van het bougiegat af!).
Druk combischakelaar (11) in de stand “I”. De starterkabel krachtig doortrekken. Bij een correct functioneren moet er een vonk zichtbaar zijn
tussen de elektroden.
7
8
ATTENTIE: Bij vervanging uitsluitend de bougie BOSCH WSR 6F, CHAM­PION RCJ-6Y of NGK BPMR 7A.
0,5 mm
Benzine Þ lter vervangen
Het Þ ltervilt (13) van de benzine Þ lter kan tijdens het gebruik uitzetten. Om een probleemloze brandstoftoevoer naar de carburateur te garanderen moet het Þ ltervilt ongeveer eens per drie maanden vervangen worden.
De tankdop (12) afschroeven, de verliesbeveiliging uit de tan­kopening trekken.
Brandstoftank leegmaken. De zuigkop voor het vervangen met een draadhaak door de
tankopening trekken. Let op: De brandstof niet met de huid in aanraking laten ko-
men!
22
Page 23
Startkabel vervangen
Vier schroeven (14) losdraaien. Starterhuis (15) wegnemen. Twee schroeven (16) uitdraaien en de luchtgeleiding (17) voor-
zichtig van het starterhuis (15) scheiden. Hierbij de volgorde (A
- B - C - D) aanhouden. Oude kabelresten (18) verwijderen.
De nieuwe startkabel (ø 4,0 mm, 1000 mm lang), zoals op de afbeelding getoond, inrijgen (de schijf (19) niet vergeten) en in de beide uiteinden een knoop leggen.
Knoop (20) in de kabeltommerl (21) aanbrengen. LET OP: De knoop resp. het startkabeluiteinde mag niet boven
het oppervlak van de kabeltrommel uitsteken. Knoop (22) door de startgreep (23) halen.
Kabel in de uitsparing (24) van de kabeltrommel steken en met behulp van de kabel de kabeltrommel twee keer in de richting van de pijl draaien.
Kabeltrommel met de linkerhand vasthouden, met de rechterhand de verdraaiing van de kabel opheffen, de kabel strak trekken en vasthouden.
Kabeltrommel loslaten. De kabel wordt door de veerkracht op de kabeltrommel gewikkeld.
Het proces driemaal herhalen. De startgreep moet nu recht op het starterhuis staan.
OPMERKING: Bij geheel uitgetrokken startkabel moet de kabeltrommel minstens 1/4 toer tegen de veerkracht in verder kunnen worden gedraaid.
LET OP:
Gevaar van letsel! De eruit getrokken aanwerpgreep goed vasthouden, daar deze terugschiet als de kabeltrommel per ongeluk losgelaten wordt.
De luchtgeleiding (17) in omgekeerde volgorde monteren. Let erop dat de geleiding (25) in de houder (26) aan het starterhuis ligt.
Bij het opzetten van het starterhuis eventueel licht aan de start­greep trekken, tot het startmechanisme aangrijpt.
23
Page 24
Terughaalveer vervangen
Het starterhuis wegnemen (zie hoofdstuk “Startkabel vervan­gen”).
De luchtgeleiding van het starterhuis scheiden (zie hoofdstuk “Startkabel vervangen”).
Zekerring (1) wegnemen (tang voor buitenzekerringen, zie Toebehoordelen).
Kabeltrommel (2) eraf nemen. Schroef (3) eruit draaien. De terughaalveer (4) met behulp van een schroevedraaier of een
dergelijk gereedschap gelijkelijk uit de verklemming hieven. Hier-
bij uiterst voorzichtig te werk gaan, de terughaalveer staat onder voorspanning en kan uit de kassette springen!
ATTENTIE: Gevaar van letsel! Bij dit werk onvoorwaardelijk veiligheidsbril en beschermhandschoenen dragen!
Reserveterughaalveren worden reeds in het huis gespannen geleverd. VOORZICHTIG, de veer kan eruit springen. Een eruit gesprongen veer kan als aangegeven weer worden ingezet ( let daarbij op de draairichting!).
De nieuwe terughaalveer (4) moet vóór de inbouw in het star­terhuis met universeel vet, bestelnr. 944 360 000, licht worden ingevet. Dan de terughaalveer (4) inzetten en
licht aandrukken, zodat de tongen (5) in de opnemers klikken. De kabeltrommel (2) en lagerhals niet invetten! Schroef (3) erin draaien en slechts licht vastdraaien. De kabeltrommel bij het eropzetten lichtelijk draaien tot deze
voelbaar inklikt. Dan de zekerring aanbrengen. Startkabel opwikkelen (zie Hoofdst. „Startkabel vervangen“). De luchtgeleiding aanbrengen (zie hoofdstuk “Startkabel ver-
vangen”). Bij het opzetten van het starterhuis eventueel licht aan de start-
greep trekken, tot het startmechanisme aangrijpt.
24
Page 25
89
10 11
Scheidingsinrichting in de middelste stand / buitenste positie
OPMERKING: De scheidingsinrichting wordt in de fabriek voor
montage in de middelste positie (1) gemonteerd. Bij hindernis­sen die zeer dicht bij het verloop van de schei-dingslijn liggen (bijvoorbeeld trottoir of muur) kan de scheidingsinrichting in de buitenste positie (2) gemonteerd worden. Gebruik de buitenste positie bij een schei-dingsslijpmachine die met de hand bestuurd wordt, alleen voor het werk dat gedaan moet worden. Monteer de scheidingsinrichting daarna weer in de middelste positie. De scheidingsslijpmachine bij een scheidingsinrichting in de middelste positie, heeft een gunstiger zwaartepunt, waar-door vroeg moe worden vermeden wordt.
Scheidingsinrichting opnieuw monteren
Moeren (5) losdraaien. Spanschroef (3) linksom (tegen de wijzers van de klok in) zo ver losdraaien dat het schroefeinde (4) in de gleuf zichtbaar is. De schroef (detail X, alleen bij DPC8132) losdraaien en uit­schroeven. Moeren (5) eraf draaien en deksel (6) eraf nemen.
De aanslagbout (8) met de combisleutel (9), zoals op de af­beelding getoond, uitlichten tot de beschermkap (11) gedraaid kan worden.
OPMERKING: De verdraai-aanslag (7) wordt bij een uitgetrokken aanslagbout (8) gedeactiveerd. Zo kan de beschermkap (11) over de verdraai-aanslag (7) heen worden gedraaid.
De greep (10) afschroeven en de beschermkap (11), zoals op de afbeelding getoond, verdraaien.
De V-riem (12) afhangen en de scheidingsinrichting wegne­men.
OPMERKING: De afbeelding toont de V-snaar van de modellen DPC6430 - 7331.
12
25
Page 26
Scheidingsslijper (13) in de buitenpositie op de transmissie­armopname drukken.
V-snaar (14) om de V-snaarschijf (15) leggen. OPMERKING: De afbeelding toont de V-snaar van de modellen
DPC6430 - 7331.
13 1415
Afdekkap (16) aanbrengen. Moeren (17) aanschroeven en met de hand vastdraaien. V-snaariem spannen, zie hoofdstuk “V-snaariem spannen/span-
ning controleren”. De schroef (detail X, alleen bij DPC8132) inschroeven en aan-
draaien. Moeren (17) met de combisleutel vast aandraaien.
De greep (18) zoals afgebeeld weer monteren.
LET OP:
Na iedere ombouw van de scheidingsslijper wordt de draai­richting van de slijpschijf veranderd!
Let op de draairichting van de scheidingsschijf, als deze op de schijf gemarkeerd is.
18
16
17
26
Page 27
SPECIALE TOEBEHOREN
Diamant-scheidingsschijven (1)
Voor allerhoogste eisen wat veiligheid en comfort bij het werk betreft en als economische oplossing bij het uitvoeren van scheidingswerkzaamheden heeft MAKITA de diamant­scheidingsschijven in zijn programma. Zij zijn geschikt voor het scheiden van alle gebruikelijke materialen behalve metaal.
De grote vastheid van de diamantkorrels garandeert een geringe slijtage en dus een zeer lange levensduur bij een praktisch gelijkblijvende diameter van de scheidingsschijf. Daardoor ontstaan er bijna constante snijcapaciteiten en dus een groot economisch voordeel. Door de voortreffelijke snijeigenschappen van de diamantscheidingsschijven is minder kracht kostend werken mogelijk.
De zeer stabiele metalen schijven hebben goede rondloop­eigenschappen, waardoor vibraties voor de scheidings schijf voor het grootste gedeelte worden vermeden.
Bij scheidingswerk met diamantscheidingsschijven wordt de scheidingstijd aanzienlijk verkort. Dit heeft lagere bedrijfskosten (brandstofverbruik, onderdelen, reparaties en belasting van het milieu) tot gevolg.
Geleidewagen (2)
De MAKITA geleidewagen maakt het makkelijker om de schei-dingsslijpmachine recht te houden. Hij zorgt er tegelijk voor, dat het werk niet zeer vermoeiend is en kan in overeen­stemming met de lichaamsgrootte ingesteld worden. De scheidingsslijpmachine kan met een scheidingsinrichting in midden- en buitenpositie worden gebruikt.
OPMERKING: Voor de montage van de doorslijpmachine DPC8132 op de geleidewagen moet de standvoet worden ge­demonteerd (zie afbeelding (*) in hoofdstuk „Uittreksel ui de reserveonderdelenlijst“).
Om het tanken bij gebruik van de geleidewagen te verge­makkelijken verdient het aanbrengen van een hoektanksluiting aan de tank aanbeveling (3).
De begrenzingsinrichting voor de diepte is nog een verhoging van het comfort bij het werken en nauwkeurigheid bij het snijden. Hij maakt nauwkeurig aanhouden van de vereiste snijdiepte mogelijk (4).
Watertank (5)
De watertank moet op de geleidewagen gemonteerd worden. Door de grote inhoud van de tank is hij bijzonder goed ge­schikt voor werk waar voortdurend een andere plaats moet worden ingenomen. Om de tank te vullen of bij het gebruik van reservetanks kan hij eenvoudig van de geleidewagen gelicht worden.
In de levering zijn alle noodzakelijke aansluitingen en pas­sende waterleidingen opgenomen. De aan de geleidetank respectievelijk scheidingsslijpmachine aangebrachte opname maakt zeer eenvoudige en snelle montage mogelijk.
Net-druk-waterleiding (6)
De net-druk-waterleiding is voor montage aan de schei dings­slijpmachine gepland. Hij kan echter ook in verbinding met de geleidewagen gebruikt worden. De net-druk-waterleiding is speciaal geschikt voor gebruik van met de hand bestuurde scheidingsslijpmachinen bij stationair werk. Hiervoor wordt door middel van een snelscheidingskoppeling de wateraansluiting òf aan het waternet òf aan de druk-/watertank gemaakt (7).
In de omvang van de levering zijn alle noodzakelijke aan-slui­tingen opgenomen. De aan de scheidingsslijpmachine aan­gebrachte opname maakt een zeer eenvoudige en snelle montage mogelijk.
Bestelnummer zie “Toebehoren”.
5
Om stof tijdens het scheiden te binden en de scheidings-schijf beter te kunnen koelen, biedt MAKITA naargelang van de wijze van gebruik van de scheidingsslijpmachine verschillende vari­anten aan om de scheidingsschijf met water te besproeien.
1
6
3
2
4
7
27
Page 28
Periodieke onderhouds- en reingingsvoorschriften
Voor een lange levensduur alsook ter voorkoming van schades en ter waarborging van het volledig functioneren van de veiligheidsvoorzieningen moeten de hierna beschreven onderhoudstaken regelmatig uitgevoerd worden. Garantieclaims worden alleen dan toegelaten, indien deze taken regelmatig en zoals voorgeschreven uitgevoerd zijn. Bij niet-inachtneming bestaat er gevaar voor ongelukken!
Gebruikers van scheidingsslijpmachines mogen uitsluitend onderhouds- en verzorgingswerkzaamheden uitvoeren die in deze gebruiks­aanwijzing zijn beschreven. Alle overige werkzaamheden mogen alleen worden uitgevoerd door een MAKITA service werkplaats.
Bladzijde
Algemeen Scheidingsslijpmachine Van buiten schoonmaken en op beschadigingen controleren. totaal Bij beschadigingen direct een vakkundige reparatie laten uitvoeren. Scheidingsschijf Regelmatig op beschadigingen en slijtage laten controleren. 6 Koppeling In de servicewerkplaats laten controleren. Beschermkap Reinigen, positie controleren (aanslagplaat) 16
Voor iedere Scheidingsschijf Op beschadigingen controleren, en of de juiste 6 inbedrijfname scheidingsschijf voor het werkdoel is gemonteerd.
V-riem V-riemspanning controleren 14 Beschermkap Positie instellen Combischakelaar Werking controleren. veiligheids sperschake- Werking controleren. laar, gashendel Werking controleren. 16 Tankdop Controleren op goede afsluiting.
Dagelijks LuchtÞ lter Reinigen (evt. vaker), voorÞ lter (schuim) onderhoudenvolgens hoofdstuk LuchtÞ lter reinigen/vervangen 20-21 Stationair toerental Controleren (Scheidingsschijf mag niet meelopen 18
Wekelijks Starterhuis Schoonmaken, om een ongehinderde toevoer van koellucht te waarborgen. 12 Startkabel Controleren op beschadigingen. 23 V-riem V-riemspanning nazien, op beschadiging en slijtage controleren 14, 19 LuchtÞ lterinzet Reinigen, na 100 uren vervangen 21 Bougie Werking en staat controleren, indien nodig vervangen. 22 Geluidsdemper Op slijtage (aanvreten) controleren 12 Schroeven en moeren Toestand en vastzitten controleren
Iedere 3 maanden Benzine Þ lter Vervangen 22 Brandstoftank Reinigen
Jaarlijks Volledige scheidingsslijpmachine Door servicewerkplaats laten controleren
Opslag Scheidingsslijpmachine Van buiten schoonmaken en op beschadigingen controleren. totaal Bij beschadigingen direct een vakkundige reparatie laten uitvoeren. Scheidingsschijf Demonteren en reinigen 13 Brandstoftank Leegmaken en reinigen Carburateur Leeg draaien
Werkplaatsservice, reservedelen en garantie
Onderhoud en reparaties
Het onderhoud en de reparatie van moderne scheidings-slijpmachines en veiligheidsrelevante constructiegroepen maken een gekwa­liÞ ceerde opleiding in dit vak en een met speciaal gereedschap en testapparaten uitgeruste speciale werkplaats nodig. Alle niet in deze handleiding beschreven werkzaamheden moeten door een MAKITA-servicewerkplaats worden uitgevoerd. Onze vak­mannen beschikken over de vereiste opleiding, ervaring en uitrusting om u een juiste en voordelige oplossing te kunnen aanbieden; ze helpen u graag verder met raad en daad. Bij reparatiepogingen door derden of niet-geautoriseerde personen vervalt de garantie.
Een lijst met MAKITA-dealers vindt u onder: www.makita-outdoor.com
Reserveonderdelen
Betrouwbaarheid, levensduur en veiligheid van uw machine is ook afhankelijk van de kwaliteit van de gebruikte reserveonderdelen. Alleen originele MAKITA-reserveonderdelen gebruiken, die door het teken zijn gekenmerkt.
Alleen originele onderdelen stammen uit de produktie der machine en garanderen derhalve de hoogste kwaliteit aan materiaal, maat­precisie, werking en veiligheid. Originele reserveonderdelen en accessoires zijn verkrijgbaar bij uw vakhandelaar. Deze beschikt over de noodzakelijke reserve­onderdelenlijsten en wordt doorlopend op de hoogte gehouden van verbeteringen en veranderingen in het aanbod van reserveonder­delen. Houdt u ook rekening met het feit dat, bij gebruik van niet originele MAKITA onderdelen, het verlenen van garantie door de MAKITA­organisatie niet mogelijk is. Als door gebruik van niet-originele onderdelen schade wordt veroorzaakt is MAKITA niet aansprakelijk voor de gevolgen.
28
Page 29
Garantie
MAKITA garandeert een uitstekende kwaliteit en vergoedt de kosten van verbeteringen door vervanging van de beschadigde onder­delen in geval van materiaal- of fabricagefouten die binnen de garantie na de datum van aankoop optreden.
Houdt u er rekening mee dat in sommige landen speciÞ eke garantievoorwaarden gelden. Vraagt u dit na bij de verkoper in geval van twijfel. Deze is als verkoper van het produkt verantwoordelijk voor de garantie.
De volgende schadeoorzaken vallen buiten de garantie. Wij vragen hiervoor uw begrip:
• Niet opvolgen van de gebruiksaanwijzing.
• Achterwege laten van noodzakelijke onderhouds- en reinigingswerkzaamheden.
• Schade als gevolg van een onjuiste carburateurinstelling.
• Normale slijtage.
• Duidelijke overbelasting door aanhoudende overschrijding van de maximaal toegestane belasting.
• Gebruik van niet originele MAKITA scheidingsschijven.
• Gebruik van geweld, onoordeelkundige behandeling, misbruik of ongevallen.
• Schade door oververhitting als gevolg van vervuiling van het ventilatorhuis.
• Ingrepen door ondeskundige personen of ondeskundige reparatiepogingen.
• Gebruik van ongeschikte reserveonderdelen, resp. niet-originele MAKITA onderdelen, voorzover deze schade kunnen veroorzaken.
• Gebruik van ongeschikte of te lang opgeslagen brandstoffen.
• Schade die terug te voeren is tot voorwaarden bij verhuur.
• Schade veroorzaakt door het niet tijdig aandraaien van uitwendige schroef-verbindingen.
Reinigings-, onderhouds- en afstelwerkzaamheden vallen niet onder de garantie. Alle voorkomende garantiewerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een MAKITA vakhandelaar.
Storingzoeken
Storing Systeem Constatering Oorzaak
Scheidingsschijf start niet. Koppeling Motor loopt Koppeling beschadigd
Scheidingsschijf loopt Carburateur, Scheidingsschijf loopt Vrijloopinstelling niet correct, in vrijloop mee koppeling koppeling blokkeert
Motor start niet Ontstekings Ontstekingsvonk Fout in de brandstoftoevoer, compressiesysteem, of zeer onwillig installatie aanwezig mechanisch defect.
Geen ontstekingsvonk STOP-schakelaar bediend, fout of kortsluiting in de bedrading, bougiestekker, bougie defect.
Brandstof Brandstoftank is vol Choke in een onjuiste stand, carburateur defect, toevoer benzine Þ lter vervuild, brandstoß eiding geknikt of onderbroken.
Compressie Binnenin de Cilindervoetpakking defect, beschadigde systeem scheidingsslijpmachine radiale afdichtringen, cilinder- of zuigerringen beschadigd.
Buitenzijde van de scheidingsslijpmachine Bougie dicht niet goed af
Mechanisch Starter grijpt niet aan Veer in de starter gebroken, kapotte onderdelen binnenin de motor.
Problemen bij warme start Carburateur Brandstof in de tank en Foute carburateurafstelling. ontstekingsvonk aanwezig
Motor slaat aan maar slaat Brandstoffoevoer Brandstof in de tank Stationaire toerental fout afgesteld, benzine Þ lter diect weer af of carburateur vervuild. Tankbeluchting defect, brandstoß eiding onder- broken, kabel beschadigd, STOP-schakelaar defect, decompressieklep vuil
Onvoldoende vermogen systemen tegelijker- loopt stationair afstelling geluiddemper verstopt, uitlaatkanaal in tijd betrokken zijn de cilinder vernauwd.
Er kunnen meerdere
Scheidingsslijpmachine LuchtÞ lter vervuild, foute carburateur -
29
Page 30
Uittreksel uit de reserveonderdelenlijst.
Alleen originele MAKITA-reserveonderdelen gebruiken. Voor reparaties en vervanging van andere onderdelen is uw MAKITA service-werkplaats verantwoordelijk.
DPC6430, 6431 DPC7330, 7331 DPC8131, 8132
29
30
*
32
30
28
31
22
Page 31
Uittreksel uit de reserveonderdelenlijst.
Alleen originele MAKITA-reserveonderdelen gebruiken. Voor reparaties en vervanging van andere onderdelen is uw MAKITA service-werkplaats verantwoordelijk.
Pos. MAKITA-Nr. Aa. Benaming
Kunsthars-scheidingsschijf 1 966 121 150 1 Staal ø 300/20 mm 966 141 150 1 Staal ø 350/20 mm 966 144 150 1 Staal ø 350/25,4 mm 966 161 050 1 Staal ø 400/20 mm
1 966 121 120 1 Steen ø 300/20 mm 966 141 120 1 Steen ø 350/20 mm 966 144 120 1 Steen ø 350/25,4 mm 966 161 120 1 Steen ø 400/20 mm
3 994 280 250 1 Zeskantschroef M8x25
4a 965 300 470 1 V-snaariem (voor DPC6430 - 7331)
4b 965 300 490 1 V-snaariem (voor DPC8131)
4b 965 300 480 1 V-snaariem (voor DPC8132)
5 963 601 121 1 Benzine Þ lter 6 010 114 091 1 Tankdop compleet (brandstof) 8 395 173 020 1 BinnenÞ lter 9 395 173 010 1 LuchtÞ lterinzet (papierpatroon) 10 395 173 080 1 VoorÞ lter (schuimstof, voor DPC6430 - 7331) 10 395 173 090 1 VoorÞ lter (schuimstof, voor DPC8131, 8132) 11 965 603 021 1 Bougie 12 122 164 010 1 Startkabel ø 4,0x1000 mm 13 001 161 020 1 Startergreep 14 394 163 020 1 Terughaalveer in huis 15 923 208 004 2 Zeskantmoer M8 16 941 719 140 1 Combisleutel SW 13/19 17 940 827 000 1 Haakseschroevendraaier T27 18 944 340 001 1 Schroevendraaier (carburateur)
DPC6430, 6431 DPC7330, 7331 DPC8131, 8132
Accessoires (niet meegeleverd)
Diamant-scheidingsschijf 22 966 221 021 1 Standaard beton ø 300/20 mm
22 966 321 020 1 DiaDuran beton ø 300/20 mm 22 966 221 011 1 Standaard asfalt ø 300/20 mm 22 966 321 010 1 DiaDuran asfalt ø 300/20 mm
22 966 241 021 1 Standaard beton ø 350/20 mm 22 966 341 020 1 DiaDuran beton ø 350/20 mm 22 966 241 011 1 Standaard asfalt ø 350/20 mm 22 966 341 010 1 DiaDuran asfalt ø 350/20 mm
22 966 244 021 1 Standaard beton ø 350/25,4 mm 22 966 344 020 1 DiaDuran beton ø 350/25,4 mm 22 966 244 011 1 Standaard asfalt ø 350/25,4 mm 22 966 344 010 1 DiaDuran asfalt ø 350/25,4 mm 22 966 264 020 1 Standaard beton ø 400/25,4 mm
- 394 228 121 1 Aanpassingsring ø 20/25,4 mm 24 010 114 081 1 Hoektanksluiting compleet.
25 700 394 355 1 Geleidewagen DT2000 compleet 26 957 802 600 1 Druk-watertank compleet 27 394 365 102 1 Net-wateraansluiting compleet. 28 394 114 271 1 standvoet met wielen compl. (in de leveringsomvang alleen bij DPC8132, maar zonder positie 29, 30, 31) 29 394 114 240 2 Bus 30 394 114 230 2 Wiel 31 908 006 355 2 Schroef inwendige ster 32 908 905 165 4 Schroef inwendige ster
- 949 000 035 1 Combi-jerrycan (voor 5l brandstof, 2,5l olie)
- 980 008 627 1 Filterreiniger (0,5l)
- 980 008 628 1 LuchtÞ lterolie (1l)
31
Page 32
Een lijst met MAKITA-dealers vindt u onder: www.makita-outdoor.com
Makita Werkzeug GmbH Postfach 70 04 20 D-22004 Hamburg Germany
Wijzigingen voorbehouden
Form: 995 704 453 (2.09 NL)
Loading...