Het apparaat is, afhankelijk van de klimaatklasse, geschikt voor
het gebruik binnen gelimiteerde omgevingstemperaturen. De
voor uw apparaat geldende klimaatklasse is aangegeven op het
typeplaatje.
Aanwijzing
u
Voor een optimale koelprestatie dient u steeds de aangegeven omgevingstemperaturen te respecteren.
Klimaatklas-sevoor omgevingstemperaturen van
SN10 °C tot 32 °C
N16 °C tot 32 °C
ST16 °C tot 38 °C
T16 °C tot 43 °C
1.2 Conformiteit
Het koelmiddelcircuit werd op lekkages gecontroleerd. Het apparaat voldoet aan alle van toepassing zijnde veiligheidsbepalingen en de EG-richtlijnen 2006/95/EEG en 2004/108/EEG.
1.3 Overzicht apparaat en uitrusting
De fabrikant werkt voortdurend aan de verdere ontwikkeling van
alle typen en modellen. Hebt u er daarom a.u.b. begrip voor dat
wij wijzigingen in vorm, uitvoering en techniek moeten voorbehouden.
Om alle voordelen van uw nieuwe apparaat te leren kennen, de
instructies in deze handleiding aandachtig doorlezen a.u.b.
De handleiding geldt voor meerdere modellen, afwijkingen zijn
mogelijk. Paragrafen die alleen voor bepaalde apparaten van
toepassing zijn, zijn gekenmerkt met een sterretje (*).
Gebruiksaanwijzingen zijn gekenmerkt met een
bruiksresultaten met een .
, ge-
1 Het apparaat in vogelvlucht
1.1 Toepassingen van het apparaat
Het apparaat is bestemd voor het koelen van levensmiddelen.
Het apparaat is ontworpen voor huishoudelijk gebruik. Het is niet
bestemd voor industrieel gebruik, met name niet voor laboratoriumdoeleinden of dergelijke. Dan kan een probleemloze werking niet worden gegarandeerd.
Afhankelijk van model en uitvoering kan het apparaat zijn uitgerust met een extra aansluiting
voor een later in te bouwen Net@Home-module.
Deze module is verkrijgbaar bij uw vakhandelaar.
De module mag om garantietechnische redenen
uitsluitend door de technische dienst worden aangesloten.
Meer informatie vindt u op www.liebherr.com.
2 Algemene veiligheidsvoorschriften
Gevaren voor de gebruiker:
Dit apparaat is niet bestemd voor personen (ook kinderen)
–
met fysieke, sensorische of mentale beperkingen of personen, die niet over voldoende ervaring en kennis beschikken.
Tenzij zij door een persoon, die voor hun veiligheid verantwoordelijk is, in het gebruik van het apparaat worden geïnstrueerd of die aanvankelijk toezicht uitoefent. Erop toezien,
dat kinderen niet met het apparaat spelen.
Bij een storing de stekker uit het stopcontact trekken (daarbij
–
niet aan het snoer trekken) of de zekering uitdraaien.
Reparaties, aanpassingen aan het apparaat en het vervangen
–
van het netsnoer alleen laten uitvoeren door de technische
dienst of ander daarvoor opgeleid vakpersoneel.
Als u het stroomsnoer van het apparaat uittrekt, altijd bij de
–
stekker nemen. Nooit aan het snoer trekken.
Het apparaat alleen volgens de aanwijzingen van de handlei-
–
ding monteren en aansluiten.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef deze
–
door aan een eventuele volgende bezitter.
Brandgevaar:
Het gebruikte koelmiddel R 600a is milieuvriendelijk, maar
–
brandbaar. Lekkend koelmiddel kan ontbranden.
Beschadig de leidingen van het koelmiddelcircuit niet.
•
Binnenin het apparaat geen open vuur of ontstekingsbron-
•
nen gebruiken.
Geen elektrische apparaten binnenin het apparaat gebrui-
•
ken (bijv. stoomreiniger, verwarmingstoestellen, ijsroommaker enz.).
Wanneer er koelmiddel lekt: open vuur of onstekingsbron-
•
nen in de nabijheid van de plek waar het lekt doven. Stekker
uittrekken. Ruimte goed ventileren. Contact opnemen met
de Technische Dienst.
Geen explosieve stoffen of spuitbussen met brandbare drijf-
–
gassen, zoals b.v. butaan, propaan, pentaan enz. in het apparaat bewaren. Zulke spuitbussen zijn herkenbaar aan de op
de verpakking vermelde inhoudsstoffen of een vlammensymbool. Eventueel uittredende gassen kunnen door elektrische
componenten vlam vatten.
Geen brandende kaarsen, lampen of andere voorwerpen met
–
open vlammen op of in het apparaat plaatsen.
Sterke alcohol alleen goed gesloten en overeind staand op-
–
slaan. Eventueel uittredende alcohol kan door elektrische
componenten vlam vatten.
Gevaar voor vallen en omkiepen:
Sokkels, schuifladen, deuren enz. niet misbruiken als opstap-
–
je of als steun. Dit geldt speciaal voor kinderen.
Gevaar voor een voedselvergiftiging:
te lang opgeslagen levensmiddelen niet meer nuttigen.
–
Gevaar voor bevriezen, verdoofd gevoel of pijn:
Langdurig huidcontact met koude oppervlakken of gekoelde/
–
diepgevroren producten vermijden of zorgen voor bescherming, bijv. handschoenen gebruiken. Consumptieijs, in het
bijzonder waterijs of ijsblokjes, niet meteen en niet te koud
verbruiken.
Let op de specifieke richtlijnen in de andere hoofdstukken:
GEVAARonmiddellijk gevaarlijke situatie, die
de dood of zwaar lichamelijk letsel tot
gevolg kan hebben.
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
LET OPgevaarlijke situatie, die schade aan
Aanwijzingnuttige aanwijzingen en tips.
gevaarlijke situatie, die de dood of
zwaar lichamelijk letsel tot gevolg kan
hebben..
gevaarlijke situatie, die licht of gemiddeld lichamelijk letsel tot gevolg kan
hebben.
De volgende meldingen duiden op een storing. Mogelijke oorzaken en maatregelen voor het oplossen ervan vindt u in het
hoofdstuk Storingen.
F0 tot F9
–
FE
–
–
Het symbool stroomuitval licht op
.
4 In gebruik nemen
4.1 Draairichting deur veranderen
Indien nodig kunt u de scharnierkant veranderen:
4.1.1
Bovenste lagerbus afschroeven
Fig. 4
u
Sluit de deur.
u
Afdekking
Fig. 4 (11)
Gevaar voor verwonding wanneer de deur eruit valt!
u
Deur goed vasthouden.
u
Deur voorzichtig neerzetten.
u
Bovenste lagerbus
Fig. 4 (13)
4.1.2 Deur afnemen
Aanwijzing
u
Haal alle levensmiddelen uit de opbergvakken voor u de deur
afneemt, zodat er niets uit kan vallen.
u
Deur naar boven optillen en opzij leggen.
4.1.3 Lagerdelen omzetten
Fig. 4 (10)
afnemen.
VOORZICHTIG
Fig. 4 (12)
en naar boven afhalen.
naar voren afhalen en afdekking
afschroeven (2 maal Torx 25)
LET OP*
Gevaar voor beschadiging van Side-by-Side apparaten door
condenswater!
Een Side-by-Side apparaat (SBS) mag alleen worden opgesteld
met de deurdraairichting zoals deze is bij de levering.
u
De deurdraairichting niet veranderen.
controleer of volgend gereedschap klaar ligt:
Torx 25
q
Torx 15
q
schroevendraaier
q
eventueel accuschroevendraaier
q
eventueel een tweede persoon voor de montage
q
u
Afdekking
u
Het apparaat met hulp van een tweede persoon wat naar achteren kantelen om de lagerbouten te verwijderen.
u
Lagerbouten
ken. Let daarbij op de scharnierbus
u
Lagerbus
u
Lagerdeel
in de tegenoverliggende opening van de lagerbus omzetten,
opnieuw vastschroeven.
u
Afdekking
omzetten.
Fig. 5 (21)
Fig. 5 (22)
Fig. 5 (23)
Fig. 5 (26)
Fig. 5 (25)
onderaan naar voren afhalen.
naar onderen en naar voren uittrek-
Fig. 5 (20)
afschroeven (2 x Torx 25)
afschroeven (1 x Torx 25)
aan de greepzijde voorzichtig optillen en
.
Fig. 5 (24)
Fig. 5 (27)
Fig. 5
.
en
4
Page 5
u
De lagerbus
scharnierkant, doorheen het buitenste lange gat en ronde gat.
Gebruik hiervoor eventueel een accuschroevendraaier.
Aanwijzing
u
Indien nodig, bijv. bij oneffenheid van de vloer, kunt u in plaats
van het ronde gat ook het tweede lange gat gebruiken om vast
te schroeven.
u
Apparaat opnieuw wat naar achteren kantelen en de lagerbouten
u
Afdekking
Fig. 5 (23)
Fig. 5 (22)
Fig. 5 (21)
weer vastschroeven op de nieuwe
omzetten.
weer aanbrengen.
4.1.4 Greep omzetten
u
Stoppen
zetten.
Fig. 6 (30)
uit de lagerbus van de deur halen en om-
Fig. 6
u
Deurgreep
Fig. 6 (33)
zetten.
u
Bij het monteren van de drukplaten op de andere kant dient u
erop te letten dat deze goed vastklikken.
Fig. 6 (31)
demonteren en naar de tegenoverliggende kant
, stoppen
Fig. 6 (32)
en drukplaten
4.1.5 Deur monteren
u
Deur langs boven op de lagerbouten
u
Sluit de deur.
u
Bovenste lagerbus
zetten, zodat deze in de deur vastklikt.
u
Lagerbus
Fig. 4 (13)
schroevendraaier gebruiken.
u
Afdekking
tegenoverliggende zijde vastklikken.
Fig. 4 (12)
. Schroefgaten eventueel voorboren of een accu-
Fig. 4 (10)
Fig. 4 (12)
vastschroeven (2 maal Torx 25)
en afdekking
Fig. 5 (22)
op de nieuwe scharnierkant
Fig. 4 (11)
plaatsen.
telkens op de
4.1.6 Deur uitlijnen
u
De deur eventueel via de beide lange gaten in de lagerbus op
één lijn plaatsen met de behuizing van het apparaat, daarna
de schroeven vast aandraaien.
In gebruik nemen
4.2
Inbouw in het keukenblok
Fig. 7
(1) Opbouwkast(3) Keukenkast
(2) Apparaat(4) Wand
Bij gebruik van gestandaardiseerde keukenkasten (diepte
max. 580 mm) kunt u het apparaat direct naast de keukenkast
Fig. 7 (3)
kanten 34 mm en in het midden 50 mm ten opzichte van het
keukenfront naar voren. Hierdoor is de deur zonder problemen
te openen en sluiten.
Belangrijk voor de ventilatie:
–
–
–
Plaatst u het apparaat met de scharnierkant naast een muur
Fig. 7 (4)
stens 36 mm bedragen. Dit in verband met het uitsteken van de
deurgreep bij een geopende deur.
4.3 Apparaat transporteren
Gevaar voor verwonding en beschadiging door verkeerd transport!
u
u
u
4.4 Apparaat plaatsen
Bij schade aan het apparaat onmiddellijk - voor het aansluiten informeren bij de leverancier.
De vloer ter plaatse moet horizontaal en vlak zijn.
Stel het apparaat niet bloot aan direct zonlicht en plaats het niet
in de buurt van een fornuis, verwarming of dergelijke.
Plaats het apparaat steeds rechtstreeks tegen de wand.
Stel het apparaat niet zonder hulp op.
De ruimte waarin u het apparaat plaatst dient volgens de norm
EN 378 per 8 g koekmiddel R 600a een volume van 1 m3 hebben.
Indien de ruimte te klein is, kan bij een lek in het koelmiddelcircuit
een licht ontvlambaar gas-lucht-mengsel ontstaan. Informatie
over de hoeveelheid koelmiddel vindt u op het typeplaatje aan
de binnenkant van het apparaat.
plaatsen. De deur van het apparaat steekt aan de zij-
houd achter de gehele breedte van de opbouwkast een ruimte
van minstens 50 mm diepte vrij voor luchtafvoer.
De ventilatieruimte onder het plafond van de ruimte moet minstens 300 cm2 bedragen.
Hoe groter de ventilatieruimte, hoe energiezuiniger het apparaat werkt.
, dan moet de afstand tussen apparaat en muur min-
VOORZICHTIG
Het apparaat verpakt transporteren.
Het apparaat overeind transporteren.
Het apparaat niet alleen transporteren.
5
Page 6
Bediening
WAARSCHUWING
Brandgevaar door vocht!
Wanneer stroomgeleidende delen of de stroomaansluiting vochtig worden, kan dat leiden tot kortsluiting.
u
Het apparaat is ontworpen voor gebruik in een gesloten ruimte. Het apparaat niet buiten, in een vochtige omgeving of
binnen bereik van spatwater plaatsen.
WAARSCHUWING
Brandgevaar door het koelmiddel!
Het gebruikte koelmiddel R 600a is milieuvriendelijk, maar
brandbaar. Lekkend koelmiddel kan ontbranden.
u
Leidingen van het koelmiddelcircuit niet beschadigen.
WAARSCHUWING
Gevaar voor brand en beschadiging!
u
Plaats geen warmte afgevende apparaten, bijv. magnetron,
toaster enz) op het apparaat!
WAARSCHUWING
Gevaar voor brand en beschadiging door verstopte luchtroosters!
u
De luchtroosters regelmatig schoonmaken. Zorg steeds voor
een goede verluchting!
u
Haal het aansluitkabel van de achterzijde van het apparaat.
Verwijder de kabelhouder, om trillingsgeluiden te voorkomen!
u
Trek de beschermfolie van de buitenzijden van het apparaat
af.*
u
Een edelstaalverzorgingsmiddel gelijkmatig in slijprichting
aanbrengen.*
w
De reiniging op een later tijdstip wordt daardoor eenvoudiger.*
u
Verwijder de beschermfolie van de sierlijsten.
u
Verwijder alle transportbeveiligingsonderdelen.
u
Doe de verpakking weg. Zie hoofdstuk Verpakking wegdoen.
voorgevormde delen van geschuimd polystyreen
–
folies en plastic zakjes van polyethyleen
–
spanbanden van polypropyleen
–
u
Breng het verpakkingsmateriaal naar een officieel inzamelpunt.
4.6 Apparaat aansluiten
LET OP
Gevaar voor beschadiging door de elektronica!
u
Geen ondulator (transformeren van gelijkstroom naar wisselresp. draaistroom) of spaarstekker gebruiken.
WAARSCHUWING
Brand- en oververhittingsgevaar!
u
Gebruik geen verlengsnoer of stopcontactdoos.
Stroomsoort (wisselstroom) en spanning op de plaats van bestemming moeten met de informaties op het typeplaatje (zie
hoofdstuk Overzicht apparaten en uitvoeringen) overeenstemmen.
Sluit het apparaat alleen aan op een volgens de voorschriften geïnstalleerd stopcontact. Het stopcontact
moet met 10 A of meer beveiligd zijn.
Het moet eenvoudig toegankelijk zijn, zodat het apparaat in urgentiegevallen snel van de stroomvoorziening gescheiden kan worden.
u
Elektrische aansluiting controleren.
u
Apparaat reinigen. Meer hierover vindt u in het hoofdstuk Reinigen.
u
Steek de stekker in.
4.7 Apparaat inschakelen
u
Toets On/Off
w
De temperatuurdisplay geeft de actuele temperatuur weer.
w
De binnenverlichting brandt bij open deur.
Fig. 3 (3)
indrukken.
LET OP
Gevaar voor beschadiging door condenswater!
Wanneer uw apparaat geen Side-by-Side (SBS) model is:
u
het apparaat niet direct naast een ander koel-/vriesapparaat
zetten.
u
Stel het apparaat met de meegeleverde steeksleutel en met de stelvoetjes stevig en gelijkmatig op.
Indien uw apparaat een Side-by-Side apparaat (SBS) is
u
Volg de montagehandleiding van de Side-by-Side combinatie. (Toebehorenzak van het SBS-vriesapparaat resp. van het
apparaat met vriesgedeelte)
Indien het apparaat in een erg vochtige omgeving wordt opgesteld, kan op de buitenzijde van het apparaat condenswater
worden gevormd.
u
Zorg steeds voor een goede verluchting van de ruimte waar
het apparaat opgesteld staat.
4.5 Verpakking weggooien
WAARSCHUWING
Gevaar voor verstikking door verpakkingsmateriaal en folie!
u
Laat kinderen niet spelen met verpakkingsmateriaal.
De verpakking is vervaardigd van recyclebare materialen:
golfkarton/karton
–
5 Bediening
5.1 Energie sparen
u
Zorg altijd voor een goede luchttoevoer en -afvoer.
u
Open het apparaat zo kort mogelijk.
u
Zet de levensmiddelen soort bij soort.
u
Warme producten inleggen: laat eerst afkoelen tot kamertem-
peratuur.
Een laag stof veroorzaakt een hoger energieverbruik:
u
maak het aggregaat met de warmtewis-
selaar - het metalen rooster aan de ach-
terkant van het apparaat - één keer per
jaar stofvrij.
5.2 Helderheid van de temperatuurdisplay
U kunt de helderheid van de temperatuurdisplay aanpassen aan
het licht in de ruimte waar het apparaat is opgesteld.
5.2.1 Helderheid instellen
De helderheid is instelbaar tussen h0 (geen verlichting) en h5
(maximale lichtsterkte).
u
Instelmodus activeren: druk gedurende ca. 5 sec. op de toets
SuperCool
w
Het symbool menu
aangegeven.
Fig. 3 (2)
.
Fig. 3 (5)
brandt. Op de display wordt c
6
Page 7
Bediening
u
Met insteltoets Up
kiezen.
u
Bevestigen: druk kort op de toets SuperCool
u
Display helderder instellen: druk op de insteltoets Up
u
Display donkerder instellen: druk op deinsteltoets Down
u
Bevestigen: druk op detoets SuperCool
Fig. 3 (2)
w
De helderheid is op de nieuwe waarde ingesteld.
u
Instelmodus deactiveren: druk op de toets On/Off
-of-
u
5 min. wachten.
w
Op de temperatuurdisplay wordt weer de temperatuur aangegeven.
Fig. 3 (7)
.
Fig. 3 (7)
.
Fig. 3 (6)
en insteltoets Down
.
Fig. 3 (6)
Fig. 3 (2)
Fig. 3 (3)
.
5.3 Kinderbeveiliging
Met de kinderbeveiliging zorgt u ervoor dat kinderen bij het spelen het apparaat niet onbedoeld uitschakelen.
5.3.1 Kinderbeveiliging instellen
u
Instelmodus activeren: druk gedurende ca. 5 sec. op de toets
SuperCool
w
Het symbool menu
aangegeven.
u
Druk kort op de toets SuperCool
u
inschakelen: met de insteltoets Up
of de insteltoets Down
u
uitschakelen: met de insteltoets Up
of de insteltoets Down
u
Bevestigen: druk op de toets SuperCool
Fig. 3 (2)
w
Als het symbool kinderbeveiliging
derbeveiliging geactiveerd.
u
Instelmodus deactiveren: druk op de toets On/Off
-of-
u
5 min. wachten.
w
Op de temperatuurdisplay wordt weer de temperatuur aangegeven.
Fig. 3 (2)
.
.
Fig. 3 (5)
Fig. 3 (6)
Fig. 3 (6)
brandt. Op de display wordt c
Fig. 3 (2)
om te bevestigen.
Fig. 3 (7)
c 1 kiezen.
Fig. 3 (7)
c 0 kiezen.
Fig. 3 (12)
brandt, is de kin-
Fig. 3 (3)
5.4 Deuralarm
Wanneer de deur langer dan 60 s geopend is, gaat het akoestisch alarm af.
Het akoestisch alarm stopt automatisch, zodra de deur gesloten
wordt.
5.4.1 Deuralarm deactiveren
Het akoestisch alarm kan bij geopende deur worden uitgeschakeld. Het deactiveren werkt zolang de deur open staat. Zodra de
deur gesloten word, is de alarmfunctie weer actief.
u
Toets Alarm
w
Het akoestisch alarm gaat uit.
Fig. 3 (1)
indrukken.
5.5 Levensmiddelen koelen
Aanwijzing
Het energieverbruik stijgt en de koelprestatie vermindert bij onvoldoende ventilatie.
u
Ventilatieluchtspleten altijd vrijlaten.
u
Bederfelijke etenswaren, bereide gerechten, vlees en vleeswaren bewaart u in de koudste zone. Bovenin en in de deur
bergt u boter, eieren en blikken op. (zie ook hoofdstuk Apparaat in één oogopslag)
u
Gebruik om te verpakken herbruikbare dozen van kunststof,
metaal, aluminium, glas en vershoudfolie.
u
h
het gedeelte vooraan op de bodem van het koelgedeelte alleen gebruiken om producten korte tijd neer te zetten, bijv. bij
het opruimen of sorteren. Levensmiddelen daar niet laten
staan, ze kunnen bij het sluiten van de deur naar achter worden geschoven of omvallen.
u
Leg de levensmiddelen niet te dicht bij elkaar, zodat de lucht
goed kan circuleren.
u
Zorg ervoor dat flessen niet kunnen omvallen: verschuif de
flessenhouder.
.
5.6 Temperatuur instellen in het koelgedeelte
De temperatuur is instelbaar van 9 °C tot 2 °C, aanbevolen wordt
5 °C.
u
Temperatuur verhogen/warmer: druk op de insteltoets Up
Fig. 3 (7)
u
Temperatuur verlagen/kouder: druk op de insteltoets Down
Fig. 3 (6)
w
Wanneer u de eerste keer indrukt, ziet u op de temperatuurdisplay de temperatuur van dat ogenblik.
u
Temperatuur in stapjes van 1 °C veranderen: kort op de toets
drukken.
u
Temperatuur doorlopend veranderen: houd de toets ingedrukt.
w
Tijdens het instellen knippert de waarde.
w
Ca. 5 sec. nadat u de toets heeft losgelaten, wordt de werkelijke temperatuur weergegeven. De temperatuur past zich
langzaam aan de nieuwe instelling aan.
.
.
5.7 SuperCool
Met SuperCool schakelt u het hoogste afkoelvermogen in. Daarmee bereikt u lagere koeltemperaturen. Gebruik SuperCool om
grote hoeveelheiden levensmiddelen snel af te koelen.
SuperCool heeft een iets hoger energieverbruik.
.
5.7.1 Met SuperCool koelen
u
Toets SuperCool
w
Het symbool SuperCool
w
De koeltemperatuur daalt tot op de koudste waarde. SuperCool is ingeschakeld.
w
SuperCool schakelt na ca. 6 u automatisch uit. Het apparaat
werkt in de energiebesparende normale modus verder.
Fig. 3 (2)
Fig. 3 (13)
kort indrukken.
op het display is verlicht.
5.7.2 SuperCool voortijdig uitschakelen
u
Toets SuperCool
w
Het symbool SuperCool
w
SuperCool is uitgeschakeld.
Fig. 3 (2)
Fig. 3 (13)
kort indrukken.
op het display gaat uit.
5.8 Ventilator
Met de ventilator kunt u grote hoeveelheden verse levensmiddelen snel afkoelen of een relatief gelijkmatige temperatuurverdeling op alle schappen bereiken.
De circulatiekoeling is aan te bevelen:
bij hoge kamertemperatuur (vanaf ca. 30 °C )
–
bij hoge luchtvochtigheid
–
De circulatiekoeling heeft een iets hoger energieverbruik. Om
energie te besparen, gaat de ventilator bij geopende deur automatisch uit.
5.8.1 Ventilator inschakelen
u
Druk kort op detoets ventilatie
w
Het symbool ventilatie
w
De ventilator is ingeschakeld.
Fig. 3 (8)
Fig. 3 (11)
.
brandt.
7
Page 8
Onderhoud
5.8.2 Ventilator uitschakelen
u
Druk kort op detoets ventilatie
w
Het symbool ventilatie
w
De ventilator is uitgeschakeld
Fig. 3 (11)
Fig. 3 (8)
gaat uit.
.
5.9 Draagplateaus verplaatsen
De draagplateaus zijn met stoppers beveiligd tegen onbedoeld
uittrekken.
u
Draagplateau optillen en naar voren uittrekken.
u
Draagplateau met de aanslagrand achter naar boven wijzend
inschuiven.
w
De levensmiddelen vriezen niet aan de achterwand vast.
5.10 Deelbare draagplateaus gebruiken
5.12 Flessenhouder uitnemen
u
Pak de flessenhouder altijd vast bij het
kunststof gedeelte.
5.13 Groentelade
Groentelade uitnemen:
u
Trek de groentelade helemaal uit en laat wat naar voren klik-
ken.
w
Bij de onderste schuiflade komt ook de ladevergrendeling los
en kunt u de groentelade uitnemen.
u
Schuif de uitstekende telescopische rails weer in.
Fig. 9
u
De glasplaat met aanslagrand
u
Om te reinigen de rails van de halve glasplaat afnemen.
(2)
moet achteraan liggen.
5.11 Opbergvakken verplaatsen
u
Vakken uitnemen volgens de afbeelding.
De boxen kunnen worden uitgenomen en zo op tafel worden gezet.
U kunt één of beide boxen gebruiken. Wanneer u heel hoge flessen in de deur wil zetten, hang dan alleen de brede box boven
het flessenvak.
Via de technische dienst kunt u drie kleine boxen verkrijgen, in
plaats van de standaarduitrusting met één brede en één kleine
box.
u
Boxen omzetten: naar boven uitnemen
en op de gewenste plaats terugzetten.
u
Deksel afhalen: 90° openen en naar boven losklikken.
Fig. 8
Fig. 10
Groentelade plaatsen:
u
Plaats de groentelade op de telescopische rails en schuif met
een lichte druk naar achteren.
w
Bij de onderste schuiflade klikt ook de ladevergrendeling vast
en zit de groentelade vast op de telescopische rails.
6 Onderhoud
6.1 Apparaat reinigen
Voor het reinigen:
VOORZICHTIG
Gevaar voor verwonding en beschadiging door hete stoom!
Hete stoom kan de oppervlakken beschadigen en brandwonden
veroorzaken.
u
Gebruik geen stoomreinigers!
LET OP
Verkeerd reinigen kan het apparaat beschadigen!
u
Gebruik reinigingsmiddelen niet in geconcentreerde vorm.
u
Gebruik geen schurende of krassende sponsjes of staalwol.
u
Gebruik geen schoonmaakmiddelen die zand, chloor, chemi-
caliën of zuren bevatten.
u
Gebruik geen chemische oplosmiddelen.
u
Beschadig of verwijder het typeplaatje aan de binnenkant van
het apparaat nooit. Dit is belangrijk voor de klantendienst.
u
Kabels of andere onderdelen niet afbreken, knikken of be-
schadigen.
u
Laat geen reinigingswater in de afvoerluchtgoot, de ventila-
tieroosters en elektrische delen terecht komen.
u
Apparaat leeg maken.
u
Trek de stekker uit.
8
Page 9
Storingen
– Gebruik zachte poetsdoeken en een allesreiniger
met een neutrale pH-waarde.
– Gebruik in de binnenruimte van het apparaat enkel
levensmiddelenvriendelijke reinigings- en onderhoudsproducten.
Buitenkant en binnenruimte:
u
Buiten- en binnenoppervlakken van kunststof met lauwwarm
water en een beetje afwasmiddel met de hand reinigen.
Edelstalen oppervlakken reinigt u met een normale in de handel
verkrijgbare reiniger voor edelstaal. Donkere plekken in het begin
en een intensievere kleur van het edelstalen oppervlak zijn normaal.*
u
Doe de reinigingsmiddelen niet op glazen of kunststof oppervlakken, zodat deze niet bekrast raken.*
u
Edelstalen oppervlakken reinigen: een onderhoudsproduct
voor edelstaal gelijkmatig in de slijprichting aanbrengen.*
u
Afvoeropening reinigen: vuil verwijdert u
met een spits hulpmiddeltje, bijv. een
wattenstaafje.
Onderdelen:
u
Onderdelen met lauwwarm water en een beetje afwasmiddel
met de hand reinigen.
u
Plateaus uit elkaar nemen: lijsten en
zijkanten eraf halen.
u
Deurvakken uit elkaar nemen: trek het
beschermfolie van de sierlijsten.
6.3
Binnenverlichting met gloeilamp ver-
vangen
Type gloeilamp
max. 25 W
Fitting: E14
Type stroom en spanning moeten overeenkomen met de informatie op het typeplaatje
u
Schakel het apparaat uit.
u
Trek de stekker uit of schakel de beveiliging uit.
u
Neem de afdekking
Fig. 12 (1)
vast en haak achteraan los.
u
Vervang de gloeilamp
Fig. 12 (2)
u
Afdekking
opzetten.
bij de voorkant
.
Fig. 12 (1)
weer
Fig. 12
6.4 Technische Dienst
Probeer eerst of u de storing zelf kunt verhelpen, aan de hand
van het overzicht in het hoofdstuk Storingen. Indien dit niet het
geval is, wendt u dan tot de technische dienst. Adressen vindt u
op de meegeleverde lijst van technische diensten.
Na het reinigen:
u
apparaat en onderdelen droogwrijven.
u
Apparaat weer aansluiten en inschakelen.
u
De levensmiddelen weer inleggen.
6.2 Binnenverlichting met gloeilamp vervangen
Type gloeilamp
max. 25 W
Fitting: E14
Type stroom en spanning moeten overeenkomen met de informatie op het typeplaatje
u
Schakel het apparaat uit.
u
Trek de stekker uit of schakel de beveiliging uit.
u
Scherm
vast en klik los.
u
Glasplaat
u
Vervang de gloeilamp
u
Schuif de glasplaat weer in.
u
Scherm weer opsteken: rechts en links vastklikken, waarbij u
ervoor zorgt dat de haak
glasplaat komt.
Fig. 11 (1)
Fig. 11 (2)
afnemen: neem het scherm met de vingers
uitnemen.
Fig. 11 (3)
.
Fig. 11 (4)
in het midden over de
Fig. 11
WAARSCHUWING
Gevaar voor verwonding door onvakkundige reparatie!
u
Reparaties en aanpassingen aan apparaat en netsnoer, die
niet uitdrukkelijk vermeld worden in het hoofdstuk Onderhoud,
alleen door de technische dienst laten uitvoeren.
u
Modelnaam
servicenummer
Fig. 13 (2)
mer
Fig. 13 (3)
het typeplaatje. Het typeplaatje kunt u vinden
aan de linkerzijde binnenin het apparaat.
Fig. 13 (1)
en serienum-
staan op
,
Fig. 13
u
Informeer de technische dienst en geef storing, modelnaam
Fig. 13 (1)
Fig. 13 (3)
w
Zo kunnen wij u een snelle en efficiënte service bieden.
u
Het apparaat gesloten laten, totdat de technische dienst komt.
w
De levensmiddelen blijven langer koel.
u
Trek de stekker uit het stopcontact (daarbij niet aan het snoer
trekken) of de draai de zekering uit.
, servicenummer
op.
Fig. 13 (2)
en serienummer
7 Storingen
Uw apparaat is zo ontworpen en gefabriceerd, dat de veilige
werking en een lange levensduur gegarandeerd zijn. Mocht desondanks storing optreden, eerst controleren of de storing door
een bedieningsfout werd veroorzaakt. In dit geval moeten wij de
ontstane kosten ook in de garantieperiode in rekening brengen.
Volgende storingen kunt u zelf verhelpen:
Het apparaat werkt niet.
Het apparaat is niet ingeschakeld.
→
Apparaat inschakelen.
u
De stekker zit niet goed in het stopcontact.
→
Stekker controleren.
u
De zekering in het stopcontact is niet in orde.
→
9
Page 10
Afzetten
Zekering controleren.
u
De compressor blijft lopen.
De compressor schakelt bij een verminderde koudebehoefte
→
over op een lager toerental. Hoewel de looptijd daardoor langer is, wordt energie bespaard.
Dat is bij energiebesparende modellen normaal.
u
SuperCool is ingeschakeld.
→
Om de levensmiddelen snel af te koelen, draait de compres-
u
sor langer. Dit is normaal.
Een borrelen en klateren
Dit geluid stamt van het koelmiddel, dat door het koelcircuit
→
stroomt.
Het geluid is normaal.
u
Een zacht klikken
Het geluid ontstaat bij het automatisch in- en uitschakelen
→
van de koelaggregaat (de motor).
Het geluid is normaal.
u
Een brommend geluid. Dit geluid is kortstondig iets luider,
wanneer het koelaggregaat (de motor) aanschakelt.
Bij nieuw opgeslagen levensmiddelen of na lang geopende
→
deur wordt het koelvermogen automatisch verhoogd.
Het geluid is normaal.
u
De omgevingstemperatuur is te hoog.
→
Zie hoofdstuk Toepassingsgebied
u
Een lage bromtoon
Het geluid ontstaat door luchtstromingsgeluiden van de ven-
→
tilator.
Het geluid is normaal.
u
Vibratiegeluiden
Het apparaat staat niet stabiel op de grond. Hierdoor begin-
→
nen meubelen of voorwerpen die naast het apparaat staan te
trillen als het koelaggregaat draait.
u
Apparaat een beetje verschuiven en met de stelvoetjes uitlijnen.
u
Flessen en schalen uit elkaar plaatsen.
Op de temperatuurdisplay wordt weergegeven: F0 tot F9
Foutmelding.
→
Neem contact op met de technische dienst. Zie hoofdstuk
u
Onderhoud.
Op de temperatuurdisplay wordt weergegeven:FE
Foutmelding.
→
Neem contact op met de technische dienst. Zie hoofdstuk
u
Onderhoud.
In de temperatuurdispaly brandt stroomonderbreking
. De temperatuurdisplay toont de hoogste temperatuur
die tijdens de stroomonderbreking werd bereikt.
De diepvriestemperatuur was door stroomuitval of een
→
stroomonderbreking in de afgelopen uren of dagen te hoog.
Zodra de stroomonderbreking voorbij is, werkt het apparaat
weer verder met de laatste temperatuurinstelling.
u
Weergave van de hoogste temperatuur afzetten: druk op
detoets alarm
u
De kwaliteit van de levensmiddelen controleren. Bedorven levensmiddelen niet meer nuttigen. Ontdooide levensmiddelen
niet opnieuw invriezen.
In de temperatuurdisplay brandt DEMO.
De demonstratie-modus is geactiveerd.
→
Neem contact op met de technische dienst. Zie hoofdstuk
u
Onderhoud.
De buitenkant van het apparaat voelt warm aan.
De warmte van het koelmiddelcircuit wordt gebruikt om con-
→
denswater te voorkomen.
Dit is normaal.
u
Temperatuur is niet laag genoeg.
De deur is niet goed gesloten.
→
Deur van het apparaat sluiten.
u
Fig. 3 (1)
.
Niet voldoende be- en ontluchting. .
→
Luchtrooster schoonmaken.
u
De omgevingstemperatuur is te hoog.
→
Zie hoofdstuk Toepassingsbereik van het apparaat.
u
Het apparaat werd te vaak of te lang geopend.
→
Afwachten of de benodigde temperatuur weer vanzelf wordt
u
bereikt. Zo niet, contact opnemen met de Technische Dienst.
Zie hoofdstuk Onderhoud.
Het apparaat staat te dicht bij een warmtebron.
→
Zie hoofdstuk Opstellen.
u
De binnenverlichting brandt niet.
Het apparaat is niet ingeschakeld.
→
Apparaat inschakelen.
u
De deur was langer dan 15 min. open.
→
De binnenverlichting schakelt bij geopende deur na
u
ca. 15 min. automatisch uit.
Wanneer de binnenverlichting niet brandt, terwijl de tempe-
→
ratuurdisplay wel verlicht is, is de gloeilamp stuk.*
Vervang de gloeilamp volgens het hoofdstuk Onderhoud.*
u
Die LED-binnenverlichting is defect of de afdekking is be-
→
schadigd.*
WAARSCHUWING
Gevaar voor verwonding door een elektrische schok!
Onder de afdekking bevinden zich stroomgeleidende delen.
u
LED-binnenverlichting alleen door de klantendienst of hier-
voor opgeleide vakmensen laten vervangen of repareren.
WAARSCHUWING
Gevaar voor verwonding door laserstraling klasse 1M.
u
Kijk niet naar binnen als de afdekking open is.
8 Afzetten
8.1 Apparaat uitschakelen
u
Toets On/Off
w
De temperatuurdisplay is uit.
Fig. 3 (3)
ca. 2 s indrukken.
8.2 Buiten werking stellen
u
Apparaat leeg maken.
u
Trek de stekker uit.
u
Apparaat reinigen (zie hoofdstuk Reinigen).
u
Laat de deur wat open staan zodat er geen onaangename
geuren kunnen ontstaan.
9 Apparaat afdanken
Het apparaat bevat nog waardevolle materialen en
moet gescheiden van het ongesorteerde afval worden afgevoerd. Het recyclen van afgedankte apparaten moet vakkundig gebeuren overeenkomstig de
plaatselijk geldende voorschriften en wetten.
Let erop dat het koelcircuit van het afgedankte apparaat tijdens
het transport niet wordt beschadigd, om te vermijden dat koelmiddel (aangegeven op het typeplaatje) en olie lekken.
u
Apparaat onbruikbaar maken.
u
Trek de stekker uit.
u
Snijd de aansluitkabel door.
10
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.