LIEBHERR CNel 4213, CNef 4313, CN 4813, CNel 4713, CNPef 4813 User Manual [nl]

...
Gebrauchsanweisung
Kühl-Gefrier-Kombination
Operating instructions
Combined fridge-freezer
Mode d‘emploi
Gebruiksaanwijzing
Koel-vriescombinatie
Istruzioni per l’uso
Combinazione frigorifero-congelatore
Instrucciones de uso
Combinado frigoríco-congelador
Instruções de utilização
Frigoríco-congelador combinado
Οδηγίες Χρήσης
Ψυγειοκαταψύκτης
Руководство по эксплуатации
Холодильник-морозильник
141218
CN(P)(ef)(el)(be)(mw)(fb)(kw)(no) 42/43/47/48
7082 878-03
Het apparaat in vogelvlucht
Inhoudsopgave
1 Het apparaat in vogelvlucht ................................... 27
1.1 Overzicht apparaat en uitrusting ................................ 27
1.2 Toepassingsgebied van het apparaat ........................ 27
1.3 Conformiteit ............................................................... 27
1.4 Productgegevens........................................................ 27
1.5 Opstelafmetingen ...................................................... 27
1.6 Energie sparen ........................................................... 28
2 Algemene veiligheidsvoorschriften....................... 28
3 Bedienings- en controle-elementen ...................... 29
3.1 Bedienings- en controle-elementen ........................... 29
3.2 Temperatuurweergave ............................................... 29
4 In gebruik nemen .................................................... 29
4.1 Apparaat transporteren ............................................. 29
4.2 Apparaat opstellen .................................................... 29
4.3 Draairichting deur veranderen .................................... 30
4.4 Inbouw in het keukenblok ........................................... 30
4.5 Afvalverwerking van de verpakking ............................ 30
4.6 Apparaat aansluiten .................................................. 30
4.7 Apparaat inschakelen ................................................ 30
5 Bediening ................................................................ 31
5.1 Kinderbeveiliging ....................................................... 31
5.2 Deuralarm .................................................................. 31
5.3 Temperatuuralarm ...................................................... 31
5.4 Sabbat-modus ........................................................... 31
5.5 Koelgedeelte .............................................................. 32
5.6 Vriesgedeelte ............................................................. 32
6 Onderhoud ............................................................... 33
6.1 Ontdooien met NoFrost ............................................. 33
6.2 Apparaat reinigen ...................................................... 33
6.3 Technische Dienst ..................................................... 33
7 Storingen ................................................................. 34
8 Uitzetten ................................................................... 34
8.1 Apparaat uitschakelen ............................................... 34
8.2 Buiten werking stellen ................................................ 34
9 Apparaat afdanken .................................................. 34
De fabrikant werkt voortdurend aan de verdere ontwikkeling van alle typen en modellen. Daarom vragen wij om uw begrip voor het feit dat wij wijzigingen in vorm, uitvoering en techniek moeten voorbehouden. Om alle voordelen van uw nieuwe apparaat te leren kennen, de instructies in deze handleiding aandachtig doorlezen a.u.b. De handleiding geldt voor meerdere modellen, afwijkingen zijn mogelijk. Paragrafen die alleen voor bepaalde apparaten van toepassing zijn, zijn gekenmerkt met een sterretje (*).
Gebruiksaanwijzingen zijn gemarkeerd met een , gebruiksresultaten met een .
1 Het apparaat in vogelvlucht
1.1 Overzicht apparaat en uitrusting
Klap de laatste pagina met de afbeeldingen uit.
Aanwijzing
Levensmiddelen zoals in de afbeelding getoond sorteren. Zo
werkt het apparaat energiebesparend.
Plateaus, schuiaden of manden zijn in de geleverde toestand
voor een optimale energie-eciëntie ingedeeld.
Fig. 1
(1) Bedieningselementen (9) Typeplaatje (2)
Deuropbergvakken, verstelbaar* (3) Flessenrek* (11) VarioSpace (4) Groentevak (12) IJsblokjesvak (5) Koudste zone (13) Stelvoeten voor (6) Afvoeropening (14) Transportgreep (7) Schappen, verstelbaar (15) Flessenrek* (8) Eierplankje
(10) Vriesschuifvak
1.2 Toepassingsgebied van het apparaat
Gebruik volgens de voorschriften
Het apparaat is uitsluitend geschikt voor het koelen van levensmiddelen in een huishoudelijke of vergelijkbare omgeving. Daartoe wordt bijv. het gebruik gerekend
- in privékeukens, ontbijtgelegenheden,
- door gasten in landhuizen, hotels, motels en andere accommodaties,
-
bij catering en vergelijkbare service in de
groothandel.
Alle andere toepassingen zijn niet toegestaan.
Voorzienbaar verkeerd gebruik
De volgende toepassingen zijn uitdrukkelijke verboden:
- Opslag en koeling van medicijnen, bloedplasma,
laboratorium preparaten of gelijksoortige
stoen en producten, die vallen onder de
medicijnrichtlijn 2007/47/EG.
- Gebruik in explosiegevaarlijke gebieden
- Gebruik op beweeglijke ondergronden zoals schepen, railverkeer of vliegtuigen.
- Opslag van levende dieren
Verkeerd gebruik van het apparaat kan tot beschadigingen van de opgeslagen goederen of het bederf hiervan leiden.
Klimaatklassen
Het apparaat kan afhankelijk van de klimaatklasse, bij begrensde omgevingstemperaturen, worden
gebruikt. De voor uw apparaat betreende
klimaatklasse staat op het typeplaatje vermeld.
Tip
Om een probleemloze werking te waarborgen, moet de aangegeven omgevingstemperatuur worden aangehouden.
Klimaatklasse voor omgevingstemperaturen van
SN 10 °C tot 32 °C
N 16 °C tot 32 °C
ST 16 °C tot 38 °C
T 16 °C tot 43 °C
1.3 Conformiteit
Het koudemiddelcircuit is gecontroleerd op dichtheid. Het ap-
paraat voldoet aan de desbetreende veiligheidsvoorschriften
alsmede de richtlijnen 2014/35/EU, 2014/30/EU, 2009/125/EG, 2011/65/EU en 2010/30/EU.
1.4 Productgegevens
De productgegevens zijn conform de richtlijn van de (EU) 2017/1369 bij het apparaat gevoegd. Het volledige productgegevensblad kunt op de website van Liebherr in het downloadbereik downloaden.
1.5 Opstelafmetingen
Fig. 2
h a b c d
CN(el) 4213 1861 600 655
x
610 1198
x
*afhankelijk van model en uitvoering
27
Algemene veiligheidsvoorschriften
CN(P)(el)(ef)(be)(mw)(fb)(kw)(no)4313 1861 600 655
CN(P)(el)(ef)4813 2011 600 655
CN(el)4713 2011 600 655
x
Bij apparaten met meegeleverde wandafstandhouders wordt de
afmeting 35 mm groter. (zie 4.2).
x
610 1198
x
610 1198
x
610 1198
1.6 Energie sparen
- Let altijd op de be- en ontluchting. Dek de ventilatieopeningen
resp. -roosters niet af.
- Houd de ventilatieluchtopeningen altijd vrij.
- Plaats het apparaat niet naast een fornuis, verwarming of dergelijke, en stel het apparaat niet bloot aan direct zonlicht.
- Het energieverbruik is afhankelijk van de plaatsingscondities zoals bijv. de omgevingstemperatuur (zie 1.2) . Bij een van de normtemperatuur afwijkende omgevingstemperatuur van 25° C kan het energieverbruik veranderen.
- Open het apparaat, indien mogelijk zo kort mogelijk.
- Hoe lager de temperatuur wordt ingesteld, hoe hoger het energieverbruik.
- Sorteer de levensmiddelen (zie Het apparaat in vogelvlucht).
- Alle levensmiddelen goed verpakt en afgedekt bewaren. Rijpvorming wordt voorkomen.
- Levensmiddelen zolang als nodig eruit halen, zodat ze niet te warm worden.
- Warme gerechten in het apparaat plaatsen: eerst op kamertemperatuur laten afkoelen.
- Diepvriesproducten in de koelruimte ontdooien.
-
Bij langere vakantietijden koelgedeelte leegmaken en uitschakelen.
- Stof verhoogt het energieverbruik: De koelmachine met warmtewisselaar - metalen roosters aan de achterkant van het
apparaat - eenmaal jaarlijks afstoen. Fig. 10
2 Algemene veiligheidsvoorschriften
Gevaren voor de gebruiker:
- Dit apparaat kan door kinderen alsmede door per­sonen met verminderde psychische, sensorische of mentale bekwaamheden of een gebrek aan ervaring en kennis worden gebruikt onder toezicht van een derde of met betrekking tot het veilige gebruik van het apparaat zijn onderwezen en de gevaren kennen en begrijpen. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. De reiniging en het onderhoud mag niet door kinderen zonder toezicht worden uitgevoerd. Kinderen van 3-8 jaar mogen het apparaat inladen en uitladen. Kin­deren jonger dan 3 jaar dienen uit de buurt van het apparaat te worden gehouden, als het appa­raat niet continu onder toezicht staat.
- Als u het stroomsnoer van het apparaat uit het stopcontact trekt, altijd bij de stekker nemen. Niet aan het snoer trekken.
- Trek, in geval van een storing, de stekker uit het stopcontact of schakel de beveiliging uit.
- Beschadig het netsnoer niet. Gebruik het apparaat niet wanneer het netsnoer defect is.
- Reparaties, aanpassingen aan het apparaat en het vervangen van het netsnoer alleen laten uitvo­eren door de Technische Dienst of ander daar­voor opgeleid vakpersoneel.
- Het apparaat alleen conform de beschrijving in de
x
handleiding monteren, aansluiten en afvoeren.
x
-
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef
x
hem eventueel aan de volgende eigenaar door.
-
De lampen voor speciale doeleinden (gloeilampen, led, TL-lampen) in het apparaat zijn bedoeld om de binnenruimte te verlichten en niet geschikt als kamerverlichting.
Brandgevaar:
-
Het gebruikte koelmiddel R 600a is milieuvriendelijk, maar brandbaar. Ontsnappend koelmiddel kan vlam vatten.
• De buisleidingen van het koelmiddelcircuit niet beschadigen.
• Binnenin het apparaat geen open vuur of ontstekingsbronnen gebruiken.
• Binnenin het apparaat geen elektrische apparaten gebruiken (b.v. stoomreinigers, verwarmingsapparatuur, ijsmachines enz.).
• Wanneer er koelmiddel weglekt: Zorg dat zich geen open vuur of ontstekingsbronnen in de buurt van de lekkage bevinden. Ruimte goed ventileren. Contact opnemen met de Technische Dienst.
- Geen explosieve stoen of spuitbussen met
brandbare drijfgassen, zoals b.v. butaan, propaan, pentaan enz. in het apparaat bewaren. Zulke spuitbussen zijn herkenbaar aan de op de verpa­kking vermelde inhoudsstoen of een vlammen­symbool. Eventueel ontsnappende gassen kun­nen door elektrische componenten vlam vatten.
- Houd brandende kaarsen, lampen en andere voorwerpen met open vlammen uit de buurt van het apparaat, zodat ze geen brand veroorzaken.
-
Alkoholische dranken of andere verpakkingen die alcohol bevatten, mogen uitsluitend goed afgesloten worden bewaard. Eventueel uittredende alcohol kan door elektrische componenten vlam vatten.
Gevaar voor vallen en omkiepen:
- Plint, laden, deuren enz. niet als voetensteun of om te leunen misbruiken. Dit geldt in het bijzonder voor kinderen.
Gevaar voor voedselvergiftiging:
- Te lang opgeslagen levensmiddelen niet meer nuttigen.
Gevaar op bevriezingen, gevoelloosheid en pijn:
- Langdurig huidcontact met koude oppervlakken en gekoelde of ingevroren levensmiddelen vermi­jden of veiligheidsmaatregelen treen, b.v. hand­schoenen dragen. Consumptie-ijs, met name waterijs of ijsblokjes niet onmiddellijk en niet te koud consumeren.
Gevaar voor verwonding en beschadiging:
- Hete stoom kan letsel tot gevolg hebben. Voor het
ontdooien geen elektrische kacheltjes of stoom-
28
*afhankelijk van model en uitvoering
Bedienings- en aanduidingselementen / Inbedrijfstelling
reinigers, open vuur of ontdooispray gebruiken.
- IJs niet met scherpe voorwerpen verwijderen.
Klemgevaar:
- Bij het openen en sluiten van de deur niet in het scharnier grijpen. Vingers kunnen ingeklemd raken.
Symbolen op het apparaat:
Het symbool kan zich op de compressor bevinden. Het heeft betrekking op de olie in de compressor en wijst op het volgende gevaar: Kan bij het inslikken en indringen in de luchtwe gen dodelijk zijn. Deze aanwijzing is alleen voor het recyclingproces van belang. In de normale modus bestaat er geen gevaar.
Deze of een vergelijkbare sticker kan op de ach terkant van het apparaat zijn aangebracht. Deze heeft betrekking op de schuimpanelen in de deur en/of de behuizing. Deze aanwijzing is alleen voor het recyclingproces van belang. De sticker niet verwijderen.
-
-
Neem de specieke aanwijzingen in de overige hoofdstukken in acht:
GEVAAR duidt een direct gevaar aan, die de
dood of ernstig lichamelijk letsel tot gevolg kan hebben wanneer dit gevaar niet vermeden wordt.
WAAR­SCHUWING
VOORZICHTIG duidt een gevaarlijke situatie aan,
LET OP duidt een gevaarlijke situatie aan,
Aanwijzing geeft aan dat praktische aanwijzin-
3
Bedienings- en controleelementen
duidt een gevaarlijke situatie aan, die de dood of ernstig lichamelijk letsel tot gevolg kan hebben wan neer dit gevaar niet vermeden wordt.
die lichamelijk letsel tot gevolg kan hebben wanneer dit gevaar niet vermeden wordt.
die materiële schade tot gevolg
kan hebben wanneer dit gevaar niet vermeden wordt.
gen en tips gegeven worden.
-
3.1 Bedienings- en controle-elementen
Fig. 11
(1) Aan/uit-toets koelgedeelte (9) Aan/uit-toets vriesgedeelte (2) Ventilatietoets (10) Symbool SuperFrost (3) Insteltoets koelgedeelte (11) Symbool Alarm (4) Temperatuuraanduiding (12) Symbool Sabbat-modus koelgedeelte (5) Temperatuuraanduiding (13) Symbool Menu vriesgedeelte (6) Insteltoets vriesgedeelte (14) Symbool Kinderbeveiliging (7) Toets SuperFrost (15) Symbool Ventilatie (8) Toets alarm
3.2 Temperatuuraanduiding
Tijdens normaal gebruik wordt weergegeven:
- de ingestelde diepvriestemperatuur
- de ingestelde koeltemperatuur
De temperatuuraanduiding van het vriesgedeelte knippert:
- de temperatuurinstelling wordt veranderd
- na het inschakelen is de temperatuur nog niet koud genoeg
- de temperatuur is meerdere graden toegenomen.
4 In gebruik nemen
*afhankelijk van model en uitvoering
4.1 Apparaat transporteren
VOORZICHTIG
Gevaar voor verwonding en beschadiging door verkeerd transport!
Het apparaat verpakt transporteren. Het apparaat rechtop transporteren. Het apparaat niet alleen transporteren.
4.2 Apparaat opstellen
WAARSCHUWING
Brandgevaar door vocht! Wanneer stroomgeleidende delen of de stroomaansluiting vochtig worden, kan dat leiden tot kortsluiting. Het apparaat is ontworpen voor gebruik in een gesloten ruimte. Het apparaat niet buiten, in een vochtige omgeving of binnen bereik van spatwater plaatsen.
WAARSCHUWING
Brandgevaar door kortsluiting! Wanneer netsnoer/stekker van het apparaat of een ander apparaat en de achterzijde van het apparaat tegen elkaar liggen, kunnen netsnoer/stekker door trillen van het apparaat worden beschadigd, wat tot kortsluiting kan leiden. Apparaat zo opstellen, dat stekker of netsnoer niet tegen het
apparaat liggen.
Stopcontacten die zich aan de achterzijde van het apparaat
bevinden niet gebruiken om het apparaat of andere apparaten aan te sluiten.
WAARSCHUWING
Brandgevaar door koelmiddel! Het gebruikte koelmiddel R 600a is milieuvriendelijk, maar brandbaar. Ontsnappend koelmiddel kan vlam vatten. De buisleidingen van het koelmiddelcircuit niet beschadigen.
WAARSCHUWING
Gevaar voor brand en beschadiging! Plaats geen warmte afgevende apparaten, bijv. magnetron,
toaster enz. op het apparaat!
WAARSCHUWING
Gevaar voor brand en beschadiging door verstopte ventilatieopeningen! De ventilatieopeningen regelmatig schoonmaken. Zorg altijd
voor een goede luchttoevoer en -afvoer!
LET OP
Gevaar voor beschadiging door condenswater! het apparaat niet strak naast een ander koel-/vriesapparaat
zetten.
q Neem bij beschadiging van het apparaat onmiddellijk - nog
voor het aansluiten - contact op met de leverancier.
q De vloer waar het apparaat komt te staan moet waterpas en
vlak zijn.
q Stel het apparaat niet op in direct zonlicht en ook niet naast
een fornuis, verwarming of dergelijke.
q Het apparaat met de achterkant en indien gewenst inclusief
de meegeleverde wandafstandhouders (zie beneden) direct tegen de muur plaatsen.
q
Het apparaat mag alleen in onbeladen toestand worden verschoven.
q De ondergrond van het apparaat moet dezelfde hoogte
hebben als de omgeven bodem.
29
In gebruik nemen
q Stel het apparaat niet op zonder hulp. q Hoe meer koelmiddel R 600a er in het apparaat is, des te
groter moet de ruimte zijn, waarin het apparaat staat. In te kleine ruimtes kan bij een lek een brandbaar mengsel van gas en lucht ontstaan. Volgens de norm EN 378 moet per 11 g koelmiddel R 600a de plaatsingsruimte ten minste 1 m zijn. De hoeveelheid koelmiddel van uw apparaat staat op het typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat.
De aansluitkabel van de achterzijde van het apparaat
verwijderen. Daarbij de kabelhouder verwijderen, anders ontstaan er trillingsgeluiden!
Beschermfolies van de buitenzijde van de behuizing en de
sierlijsten aftrekken.
Verwijder alle transportbeveiligingsonderdelen. Om ervoor te zorgen dat het gedeclareerde energieverbruik wordt bereikt, moeten de afstandshouders worden gebruikt die bij het apparaat worden geleverd. Hierdoor wordt de apparaatdiepte met ca. 35 mm vergroot. Het apparaat is zonder gebruik van de afstandshouder volledig werkend, maar heeft een iets hoger energieverbruik. Fig. 9 Bij een apparaat met meegeleverde
wandafstandhouders deze wandafstandhouders links en rechts boven aan de achterkant van het apparaat monteren.
 Voer de verpakking af (zie 4.5).  Fig. 4
Aanwijzing
Apparaat reinigen (zie 6.2).
Als het apparaat in zeer vochtige omgeving wordt opgesteld, kan zich aan de buitenzijde van het apparaat condenswater vormen. Zorg altijd goed voor een goede ventilatie van de
Stel het apparaat met de meegeleverde steeksleutel
en met behulp van de stelpootjes (A) en een waterpas stevig en vlak op. Vervolgens de deur ondersteunen: stelvoet bij lagerbus (B) uitdraaien tot deze op de vloer komt, daarna 90° verder draaien.
plaatsingsruimte.
3
groot
4.3 Draairichting deur veranderen
Indien nodig kunt u de draairichting van de deur veranderen:
zie meegeleverde montagehandleiding.
Zorg ervoor dat het volgende gereedschap klaarligt:
q Torx® 25 q Schroevendraaier q evt. accuschroevendraaier q evt. tweede persoon voor de montage
Aanwijzing
Verwijder levensmiddelen uit de deurvakken voordat de deur
wordt afgenomen, zodat er geen levenmiddelen uit vallen.
VOORZICHTIG
Letselgevaar als de deur eruit valt!
Deur goed vasthouden. Deur voorzichtig wegzetten.
WAARSCHUWING
Gevaar voor verwonding door eruit vallende deur! Als de lageronderdelen niet goed zijn vastgeschroefd, kan de deur eruit vallen. Dit kan zwaar letsel tot gevolg hebben. Bovendi­en sluit de deur evt. niet, zodat het apparaat niet goed koelt.
De lagerbussen met 4 Nm goed vastschroeven. Alle schroeven controleren en evt. aandraaien.
4.4 Inbouw in een keukenblok
Het apparaat kan met keukenkasten worden omgebouwd.
zie meegeleverde montagehandleiding.
Ventilatie-eisen:
A [mm] B [mm] C [cm2] D [mm] E [mm]
x
655
x
Bij apparaten met meegeleverde wandafstandhouders wordt de afmeting 35 mm groter. (zie 4.2). Afhankelijk van de diepte van de keukenkast en het gebruik van muurafstandshouders kan het apparaat verder uitsteken.
75 min. 300 min. 50 min. 19
LET OP
Beschadigingsgevaar door oververhitting als gevolg door ontoereikende ventilatie! Bij te weinig ventilatie kan de compressor beschadigd raken.
Let op voldoende ventilatie. Ventilatievereisten in acht nemen.
4.5 Afvalverwerking van de verpakking
WAARSCHUWING
Gevaar voor verstikking door verpakkingsmateriaal en folie! Kinderen niet met het verpakkingsmateriaal laten spelen.
De verpakking bestaat uit recyclebaar materiaal:
- Golfkarton/karton
- Onderdelen uit geschuimd polystyreen
- Folies en zakken uit polyetheen
- Spanbanden uit polypropeen
- Vastgespijkerd houten raam afgewerkt met polyethyleen*
Breng het verpakkingsmateriaal naar een ocieel
inzamelpunt.
4.6 Apparaat aansluiten
LET OP
Verkeerd aansluiten! Beschadiging van de elektronica.
Geen omvormer gebruiken. Geen energiespaarstekker gebruiken.
WAARSCHUWING
Verkeerd aansluiten! Brandgevaar.
Geen verlengkabel gebruiken. Geen verdeeldozen gebruiken.
Stroomsoort (wisselstroom) en spanning op de plaats van bestemming moeten met de informaties op het typeplaatje (zie Het apparaat in vogelvlucht) overeenstemmen. Het stopcontact moet volgens de voorschriften zijn geaard en een elektrische beveiliging bevatten. De afschakelstroom van de zekering moet liggen tussen 10 A en 16 A. Het stopcontact moet gemakkelijk toegankelijk zijn, zodat de stroomvoorziening van het apparaat in geval van nood snel kan worden onderbroken. Het mag zich niet achter het apparaat bevinden.
Elektrische aansluiting controleren. Steek de stekker in het stopcontact.
4.7 Apparaat inschakelen
Aanwijzing
Om het hele apparaat in te schakelen, dient u alleen het
vriesgedeelte in te schakelen. Hierbij wordt automatisch het koelgedeelte mee ingeschakeld.
Neem het apparaat ca. 2 uur vóór de eerste vulling met diepvriesproducten in gebruik.
30
*afhankelijk van model en uitvoering
Bediening
Plaats de diepvriesproducten pas als de temperatuuraanduiding
-18°C aangeeft.
4.7.1 Vriesgedeelte inschakelen
Toets On/O vriesgedeelte g. 11 (9) indrukken. Het apparaat is ingeschakeld. De temperatuuraandudiing
geeft de ingestelde temperatuur. De temperatuuraanduiding vriesgedeelte en het symbool alarm knipperen tot de temperatuur koud genoeg is.
4.7.2 Koelgedeelte inschakelen
Aanwijzing
Als het koelgedeelte ingeschakeld wordt, wordt automatisch
ook het vriesgedeelte ingeschakeld.
Als het koeldeel is uitgeschakeld (bijv. tijdens een langere afwezigheid zoals vakantie), kan deze apart weer worden ingeschakeld.
Toets On/O koelgedeelte g. 11 (1) indrukken. Binnenverlichting brandt bij een geopende deur. De temperatuuraanduidingen branden. Koelgedeelte en
vriesgedeelte zijn ingeschakeld.
5 Bediening
5.1 Kinderbeveiliging
Met de kinderbeveiliging zorgt u ervoor dat kinderen bij het spelen het apparaat niet onbedoeld uitschakelen.
5.1.1 Kinderbeveiliging instellen
Moet de functie worden ingeschakeld:
Instelmodus activeren: Toets SuperFrost g. 11 (7)
ca. 5 seconden indrukken.
In het display wordt het symbool Menu g. 11 (13)
weergegeven.
In het display knippert S. Met de insteltoets vriesgedeelte g. 11 (6) c selecteren. Met de toets SuperFrost g. 11 (7) kort bevestigen. In het display verschijnt c1. Met de toets SuperFrost g. 11 (7) kort bevestigen. Het symbool Kinderbeveiliging g. 11 (14) brand in het display. In het display knippert c . De functie Kinderbeveiliging is ingeschakeld.
Als de instelmodus moet worden beëindigd: De toets On/O vriesgedeelte g. 11 (9) kort indrukken.
-of-
5 min. wachten. In het temperatuurdisplay wordt weer de temperatuur
weergegeven.
Moet de functie worden uitgeschakeld:
Instelmodus activeren: Toets SuperFrost g. 11 (7)
ca. 5 seconden indrukken.
In het display wordt het symbool Menu g. 11 (13)
weergegeven.
In het display knippert c . Met de toets SuperFrost g. 11 (7) kort bevestigen. In het display verschijnt c0 . Het symbool Kinderbeveiliging g. 11 (14) dooft. In het display knippert c . De functie Kinderbeveiliging is uitgeschakeld.
Als de instelmodus moet worden beëindigd: De toets On/O vriesgedeelte g. 11 (9) kort indrukken.
-of-
5 min. wachten. In het temperatuurdisplay wordt weer de temperatuur
weergegeven.
5.2 Deuralarm
Voor koel- en vriesgedeelte Als de deur langer dan 60 seconden open staat, klinkt er een geluidssignaal.
*afhankelijk van model en uitvoering
Het geluidssignaal dooft automatisch, als de deur wordt gesloten.
5.2.1 Deuralarm uitschakelen
Het akoestisch alarm kan bij geopende deur worden uitgeschakeld. Het deactiveren werkt zolang de deur open staat.
Toets alarm g. 11 (8) indrukken.
5.3 Temperatuuralarm
Als de diepvriestemperatuur niet laag genoeg is, klinkt een waarschuwingssignaal. Tegelijkertijd knippert de temperatuuraanduiding en het symbool Alarm. De oorzaak van een te hoge temperatuur kan zijn:
- er zijn warme levensmiddelen ingelegd
- bij het sorteren en uitnemen van levensmiddelen is teveel warme ruimtelucht binnen gestroomd
- de stroom is langere tijd uitgevallen
- het apparaat is defect
Het waarschuwingssignaal stopt automatisch, het symbool Alarm doorft als de temperatuur weer laag genoeg is. Als de alarmsituatie blijft bestaan: (zie storingen).
Aanwijzing
Als de temperatuur niet laag genoeg is, kunnen levensmiddelen bederven. De kwaliteit van de levensmiddelen op hun kwaliteit
controleren. Bedorven levensmiddelen niet meer eten.
5.3.1 Temperatuuralarm uitschakelen
Het alarmsignaal kan uitgeschakeld worden. Als de temperatuur weer laag genoeg is, is de alarmfunctie weer actief.
Toets Alarm g. 11 (8) indrukken.
5.4 Sabbat-modus
Deze functie vervult de religieuze eisen op de sabbat resp. Joodse feestdagen. Als de sabbatmodus is geactiveerd, zijn enkele functies van de besturingselektronica uitgeschakeld. Na het instellen van de sabbatmodus hoeft u zich niet meer bezig te houden met controlelampjes, cijfers, symbolen, weergaven, alarmmeldingen en ventilatoren. De ontdooicyclus werkt alleen tot de ingestelde tijd, zonder rekening te houden met het gebruik van de koelkast. Na een stroomuitval schakelt het apparaat automatisch terug naar de sabbatmodus.
Een lijst over de Star-K gecerticeerde apparaten treft u aan op
de website: www.star-k.org/appliances.
WAARSCHUWING
Gevaar van een levensmiddelenvergiftiging! Treedt er een stroomuitval op, als de sabbatmodus is geactiveerd,
wordt deze melding niet opgeslagen. Is de stroomuitval beëin
digd, werkt het apparaat verder in de sabbatmodus. Als deze
modus is beëindigd, wordt er geen melding weergegeven over de
stroomuitval in de temperatuurweergave. Als tijdens de sabbatmodus een stroomuitval is opgetreden: Levensmiddelen op hun kwaliteit controleren. Ontdooide
levensmiddelen niet consumeren!
- Alle functies zijn vergrendeld m.u.v. het uitschakelen van de sabbatmodus.
- Zijn de functies zoals SuperFrost, SuperCool, Ventilation enz. geactiveerd, als de sabbatmodus is ingeschakeld, blijven deze actief.
- Er worden geen akoestische signalen weergegeven en in de temperatuurweergave worden geen waarschuwingen/ instellingen weergegeven (bijv. temperatuuralarm, deuralarm)
- De binnenverlichting is uitgeschakeld.
5.4.1 Sabbat-modus instellen
Instelmodus activeren: Toets SuperFrost g. 11 (7) ca. 5
seconden indrukken.
In het display knippert S.
-
31
Bediening
Het symbool Menu g. 11 (13) brandt. Om de functie Sabbat-modus op te vragen: Toets SuperFrost
g. 11 (7) kort indrukken.
Als in het display S1 wordt weergegeven: Voor het inschakelen van de Sabbat-modus de toets
SuperFrost g. 11 (7) kort indrukken.
Voor het uitschakelen van de Sabbat-modus de toets
SuperFrost g. 11 (7) kort indrukken.
Als in het display S0 wordt weergegeven:
Met de toets SuperFrost g. 11 (7) kort bevestigen. Instelmodus deactiveren: Toets On/O vriesgedeelte g. 11 (9)
indrukken.
-of-
5 min. wachten. In de temperatuuraanduiding wordt het symbool Sabbat-
modus weergegeven, zo lang de Sabbat-modus actief is.
Sabbat-modus schakelt na 120 seconden automatisch af als
deze niet eerst handmatig wordt uitgeschakeld.
5.5 Koelgedeelte
Door de natuurlijke luchtcirculatie in het koelgedeelte ontstaan er verschillende temperatuurbereiken. Direct boven de groente­lades en tegen de achterkant is het het koudste. Voorin aan de bovenkant en in de deur is het het warmste.
5.5.1 Levensmiddelen koelen
Aanwijzing
Het energieverbruik stijgt en de koelprestatie vermindert bij onvoldoende ventilatie. Ventilatieluchtspleten altijd vrijlaten.
Bederfelijke etenswaren, bereide gerechten, vlees en vleeswaren
bewaart u in de koudste zone. In het bovengedeelte en in de deur boter en conserven bewaren. (zie Het apparaat in vogelvlucht)
Gebruik om te verpakken herbruikbare dozen van kunststof, metaal, aluminium, glas en vershoudfolie.
Levensmiddelen die gemakkelijk geur of smaak opnemen of
afgeven, zoals vloeistoen, altijd in gesloten verpakking of
afgedekt bewaren.
Leg de levensmiddelen niet te dicht bij elkaar, zodat de lucht
goed kan circuleren.
5.5.2 Temperatuur instellen
De temperatuur is afhankelijk van de volgende factoren:
- hoe vaak de deur wordt geopend
- de ruimtetemperatuur op de opstellocatie
- de aard, temperatuur en hoeveelheid levensmiddelen Aanbevolen temperatuurinstelling: 5 °C De temperatuur kan doorlopend worden gewijzigd. Als de instelling 1 °C is bereikt, wordt weer begonnen bij 9 °C.
Temperatuurfunctie opvragen: De insteltoets koelgedeelte g.
11 (3) indrukken.
In het temperatuurdisplay wordt de huidige ingestelde waarde
knipperend aangegeven.
Temperatuur in stappen van 1 °C wijzigen: Insteltoets koeldeel
g. 11 (3) zo vaak indrukken, totdat de gewenste temperatuur
in het temperatuurdisplay wordt weergegeven.
Tijdens het instellen wordt de waarde knipperen weergegeven. Ca. 5 seconden na de laatste druk op de knop wordt de
nieuwe instelling overgenomen. De temperatuur binnenin wordt langzaam ingesteld naar de nieuwe waarde.
5.5.3 Ventilator
De circulatiekoeling is aan te bevelen:
- bij hoge kamertemperatuur (hoger dan 33 °C )
- bij hoge luchtvochtigheid De circulatiekoeling heeft een iets hoger energieverbruik. Om energie te besparen, gaat de ventilator bij geopende deur automatisch uit.
Ventilator inschakelen:
Toets Ventilatie g. 11 (2) kort indrukken. In het display wordt het symbool Ventilatie g. 11 (15)
weergegeven.
32
De ventilator is actief. Bij bepaalde apparaten schakelt
dezepas in als de compressor loopt.
Ventilator uitschakelen
Toets Ventilatie g. 11 (2) kort indrukken. Het symbool Ventilatie g. 11 (15) dooft. De ventilator is uitgeschakeld.
5.5.4 Schappen
Schappen verplaatsen of uitnemen Fig. 6
Voor het volledig verwijderen van het vak, de volgorde van de
getoonde handelingen in acht nemen.
Schappen met de aanslagrand aan de achterzijde naar boven
gericht inschuiven.
5.5.5 Deuropbergvak
Deuropbergvak uitnemen Fig. 7
Opvergvak conform de afbeelding verwijderen.
5.6 Vriesgedeelte
In het vriesdeel kunt u diepvriesproducten bewaren, ijsblokjes maken en verse levensmiddelen invriezen.
5.6.1 Levensmiddelen invriezen
U kunt maximaal zoveel kilo verse levensmiddelen binnen 24 uur invriezen als op het typeplaatje (zie Het apparaat in vogelvlucht) onder "Invriescapaciteit . kg/24h" is aangegeven. De laden kunnen elk met max. 20 kg diepvriesproducten worden belast.
VOORZICHTIG
Gevaar voor verwonding door glasscherven! Flessen en blikjes drinken kunnen bij het invriezen springen. Dit geldt met name voor koolzuurhoudend drinken. Flessen en blikjes met drinken niet invriezen!
Om levensmiddel snel tot de kern in te vriezen, dienen de volgen­de hoeveelheden per verpakking niet te worden overschreden:
- Groente, fruit tot 1 kg
- Vlees tot 2,5 kg
Levensmiddelen in diepvrieszakken, herbruikbare kunst
metalen- of aluminium bakken per portie verpakken.
5.6.2 Bewaartijden
Richtwaardes voor de opslagduur van de verschillende
levensmiddelen in het vriesgedeelte:
Consumptie-ijs
Worst, ham
Brood, bakproducten
Wild, varkensvlees
Vis, vet
Vis, mager
Kaas
Gevogelte, rund
Groenten, fruit
De aangegeven bewaartijden zijn richtwaarden.
2 tot 6 maanden
2 tot 6 maanden
2 tot 6 maanden
6 tot 10 maanden
2 tot 6 maanden
6 tot 12 maanden 2 tot 6 maanden
6 tot 12 maanden
6 tot 12 maanden
5.6.3 Levensmiddelen ontdooien
- in het koelgedeelte
- in een magnetron
- in een oven/heteluchtoven
- bij kamertemperatuur Neem alleen zoveel levensmiddelen als u nodig heeft.
Ontdooide levensmiddelen zo snel mogelijk verwerken.
Ontdooide levensmiddelen alleen bij wijze van uitzondering
weer invriezen.
5.6.4 Temperatuur instellen
Aanbevolen temperatuurinstelling: -18 °C De temperatuur kan doorlopend worden gewijzigd. Als de
*afhankelijk van model en uitvoering
stof-,
Onderhoud
instelling -26 °C is bereikt, wordt weer begonnen bij -16 °C. Temperatuurfunctie opvragen: De insteltoets vriesgedeelte
g. 11 (6) indrukken.
In het temperatuurdisplay knippert de actuele temperatuur. Insteltoets vriesgedeelte g.11 (6) zo vaak indrukken, totdat
de gewenste temperatuur wordt weergegeven.
5.6.5 SuperFrost
Met deze functie kunt u nieuwe levensmiddelen snel tot op de kern invriezen. Het apparaat werkt met maximaal koelvermogen, daardoor kunnen geluiden van het koelaggregaat tijdelijk luider zijn. U kunt maximaal zoveel nieuwe levensmiddelen binnen 24 h invriezen, als op het typeplaatje onder „invriescapaciteit ... kg/ 24h” is aangegeven. De invriescapaciteit is afhankelijk van het model en de klimaatklasse van het apparaat. Afhankelijk van de hoeveel nieuwe levensmiddelen die worden ingevroren, moet SuperFrost bijtijds worden ingeschakeld: bij een kleine hoeveelheid in te vriezen levensmiddelen ca. 6h, bij de maximale hoeveelheid in te vriezen levensmiddelen 24h voordat u de levensmiddelen in de vriezer legt. Verpak de levensmiddelen en leg ze zo breed mogelijk uit. In te vriezen levensmiddelen niet met reeds ingevroren producten in contact brengen om ontdooien van deze producten te voorkomen. SuperFrost hoeft u in de volgende gevallen niet in te schakelen:
- wanneer u reeds ingevroren waren in de diepvriezer legt
- bij het invriezen van max. ca. 2 kg nieuwe levensmiddelen per dag
Invriezen met SuperFrost
Toets SuperFrost g. 11 (7) kort indrukken. In het display wordt het symbool SuperFrost g. 11 (10)
weergegeven.
De vriestemperatuur daalt, het apparaat werkt met het
maximale koelvermogen.
Aanwijzing
Bij het indrukken van de toets SuperFrost kan de ingebouwde
inschakelvertraging ervoor zorgen dat het inschakelen van de compressor maximaal 8 minuten vertraagd wordt. Deze vertraging verhoogt de levensduur van de compressor.
Bij een kleine hoeveelheid diepvriesproducten: Ca. 6 u wachten. Bij de maximale hoeveelheid diepvriesproducten (zie typeplaatje):
ca. 24 u wachten. Verpakte levensmiddelen in de bovenste laden leggen. SuperFrost schakelt uiterlijk na ca. 65 uur automatisch uit. Het symbool SuperFrost g. 11 (10) dooft als het invriezen is
beëindigd.
Het apparaat werkt verder in het energiebesparende normale
bedrijf.
5.6.6 Schuiaden
Aanwijzing
Het energieverbruik stijgt en het koelvermogen wordt verminderd als de ventilatie onvoldoende is. Bij apparaten met NoFrost:
Het onderste schuifvak in het apparaat laten!De ventilatorsleuf binnen aan de achterwand altijd vrijhouden!
Schuiaden conform g.5 uitnemen.
5.6.7 VarioSpace
Fig.3
Zo kunt u de schuiaden uitnemen Zo behoud u plaats voor grote
diepvriesproducten. Gevogelte, vlees, grote wilddelen evenals hoge bakwaren kunnen als geheel ingevroren worden en verder worden verwerkt.
De schuiaden kunnen telkens met max. 20 kg
diepvriesproducten worden belast.
6 Onderhoud
6.1 Ontdooien met NoFrost
Het NoFrost-systeem ontdooit het apparaat automatisch.
Koelgedeelte:
Het dooiwater verdampt door de warmte van de compressor. Waterdruppels op de achterwand zijn normaal en wijzen niet op een storing. Afvoeropening regelmatig reinigen, zodat het dooiwater kan
weglopen (zie 6.2) .
Vriesgedeelte:
Het vocht slaat neer op de verdamper, wordt regelmatig ontdooid en verdampt dan. U hoeft het apparaat niet handmatig te ontdooien.
6.2 Apparaat reinigen
WAARSCHUWING
Gevaar voor verwonding en beschadiging door hete stoom! Hete stoom kan brandwonden veroorzaken en de oppervlakken beschadigen. Gebruik geen stoomreinigers!
LET OP
Verkeerde reiniging beschadigt het apparaat!
Reinigingsmiddelen niet geconcentreerd gebruiken. Geen schurende of krassende sponzen of staalwol gebruiken. Geen scherpe, schurende, en zand-, chloor- of zuurhoudende
schoonmaakmiddelen gebruiken.
Geen chemische oplosmiddelen gebruiken.
Het typeplaatje aan de binnenzijde van het apparaat niet bes­chadigen of verwijderen. Dit is belangrijk voor de klantenservice.
Geen kabels of andere onderdelen afscheuren, knikken of
beschadigen.
Geen reinigingswater in de afvoergoot, het ventilatierooster en
elektrische delen laten binnendringen.
Zachte poetsdoeken en een allesreiniger met neutrale pH-
waarde gebruiken.
Aan de binnenkant van het apparaat alleen reinigings- en
schoonmaakmiddelen gebruiken die geschikt zijn voor levens­middelen.
Apparaat legen.
Netstekker uit het stopcontact trekken.
  Buiten- en binnenvlakken uit kunststof, evenals
uitrustingsdelen met lauwwarm water en wat spoelmiddel met de hand reinigen.
Gelakte zijwanden uitsluitend met een zachte, schone
doek afvegen. Bij sterke vervuiling lauwwarm water met een neutrale reiniger gebruiken.
Gelakte deuroppervlakken uitsluiten met een zachte, schone doek afvegen. Bij sterke vervuiling water of een neutrale reiniger gebruiken. Optioneel kan ook een microvezeldoek worden gebruikt.
De roestvrijstalen deuren zijn behandeld
met een hoogwaardige oppervlakcoating. Reinigingsmiddelen voor roestvrij staal tasten de oppervlakken aan.
Afvoeropening reinigen g. 8: Afzettingen met een dun
hulpmiddel, bijv. een wattenstaafje verwijderen.
Na het reinigen:
Apparaat en uitrustingsdelen droog wrijven. Apparaat weer aansluiten en inschakelen. SuperFrost inschakelen (zie 5.6.4).
Als de temperatuur koud genoeg is: De levensmiddelen weer terugleggen.
6.3 Technische Dienst
Fig. 12
Controleer eerst of u de fout zelf kunt oplossen (zie Storingen). Als dit niet het geval is, dient u contact op te nemen met de klantenservice. Het adres vindt u in het bijgevoegd overzicht.
*afhankelijk van model en uitvoering
33
Storingen / Buiten bedrijf stellen / Apparaat verwijderen
Standplaats van het apparaat of de warmtebron wijzigen.
De binnenverlichting brandt niet.
WAARSCHUWING
Gevaar voor verwonding door onvakkundige reparatie! Reparaties en wijzigingen aan het apparaat en de netkabel,
die niet uitdrukkelijk genoemd zijn (zie Onderhoud), mogen alleen door de klantenservice worden uitgevoerd.
Apparaatbenaming g. 12 (1), service-nr. g. 12 (2) en serienr.
g. 12 (3) van het typeplaatje aezen. Het typeplaatje bevindt
zich aan de binnen in het apparaat links.
Contact opnemen met de klantenservice en de fouten,
apparaatbenaming g. 12 (1), service-nr. g. 12 (2) en serienr. g. 12 (3) vermelden.
Dit maakt een snelle en doelgerichte service mogelijk. Het apparaat gesloten laten, totdat de klantenservice arriveert. De levensmiddelen blijven langer koel. Netstekker uit het stopcontact trekken (daarbij niet aan het
netsnoer trekken) of zekering uitschakelen.
7 Storingen
Uw apparaat is zo geconstrueerd en vervaardigd, dat de storingsvrijheid en een lange levensduur zijn gegeven. Indien er toch tijdens het gebruik een storing zou optreden, controleer dan of de storing resulteert uit een bedieningsfout. In dit geval moeten ook tijdens de garantietijd mogelijke kosten worden berekend.
Normale geluiden in het apparaat:
Loopgeluiden van toerental-geregelde compressoren. Het klokken en kletsen van koelmiddel dat in het koelcircuit
stroomt. Een zacht klikken als het koelaggregaat (de motor) automatisch in- of uitschakelt.
Kortdurend brommen-iets luider:
- als de motor inschakelt, bij ingeschakelde SuperFrost, vers geplaatste levensmiddelen of na een lang geopende deur verhoogt automatisch het koelvermogen.
- Hoge omgevingstemperatuur (z. 1.2)
Diep brommen - Luchtstroomgeluiden van de ventilator. De compressor loopt lang:
- Deze schakelt bij een lage koelbehoefte naar een laag toerental om energie te besparen.
- SuperFrost is ingeschakeld.
Een led aan de onderachterkant van het apparaat (bij de compressor) knippert regelmatig om de 15 seconden*.
- De inverter is met een foutdiagnose led uitgevoerd.
- Het knipperen is normaal.
Buitenvlakken warm. De warmte van het koelcircuit wordt ter
vermijding van het condenswater gebruikt.
Storingen, die u zelf kunt oplossen:
Het apparaat werkt niet:
- Het apparaat is niet ingeschakeld.
Netstekker correct in het stopcontact steken, zekering controleren
Trillingsgeluiden, als het apparaat niet stevig op de vloer staat. Apparaat via de stelvoeten uitlijnen.
Temperatuur is niet koud genoeg:
- Apparaatdeur is niet correct gesloten.
Apparaatdeur sluiten.
- Ventilatie en ontluchting niet voldoende.
Ontluchtingsrooster vrijmaken en reinigen.
- Hoge omgevingstemperatuur
zie 1.2.
- Te grote hoeveelheden verse levensmiddelen geplaatst zonder SuperFrost.
zie 5.6.4.
- Het apparaat is te vaak of te lang geopend.
Afwachten of de noodzakelijke temperatuur van alleen
wordt ingesteld. Indien dit niet het geval is, contact opnemen met de klantenservice (z. Onderhoud).
- Temperatuur incorrect ingesteld.
Kouder instellen en na 24 uur controleren.
- Apparaat te dicht in de buurt van een warmtebron.
weer
- Apparaat is niet ingeschakeld. Apparaat inschakelen.
- De deur was langer open dan 15 min. Binnenverlichting schakelt bij een geopende deur na
ca. 15 min. automatisch uit.
IJs- of condensvorming.
- De deurafdichting kan uit de sleuf zijn weggegleden. Deurafdichting controleren.
Bij de volgende storingen contact opnemen met de klantenservice:
- De deurafdichting is defect of moet vanwege andere redenen worden vervangen. Deurafdichting vervangbaar.
- In het temperatuurdisplay wordt DEMO weergegeven.
- LED-verlichting defect of afdekking is beschadigd.
WAARSCHUWINGEN:
Verwondingsgevaar door elektrische schok! Onder de afdekking bevinden zich stroomgeleidende delen.
• LED-binnenverlichting alleen door de klantenservice of daarvoor geïnstrueerd personeel laten vervangen of repareren.
Risico op letsel door LED-lamp! De lichtintensiteit van de led-verlichting komt overeen met risicogroep RG 2. Als de afdekkap defect is:
• Niet met optische lenzen uit de directe nabijheid direct in de verlichting kijken. Hierdoor kan oogletsel ontstaan.
8 Uitzetten
8.1 Apparaat uitschakelen
Aanwijzing
Om het volledige apparaat uit te schakelen, hoeft alleen
het vriesgedeelte uitgeschakeld te worden. Daarbij wordt automatisch ook het koelgedeelte uitgeschakeld.
8.1.1 Vriesgedeelte uitschakelen
Toets On/O vriesgedeelte g. 11 (9) minimaal 3 sec. indrukken.
De temperatuurdisplays gaan uit. Het gehele apparaat is uitgeschakeld.
8.1.2 Koelgedeelte uitschakelen
Toets On/O koelgedeelte g. 11 (1) minimaal 3 sec. indrukken. De binnenverlichting gaat uit. De temperatuurdisplay van het koelgedeelte gaat uit.
Aanwijzing
As alleen het koelgedeelte uitgeschakeld moet worden, bijv.
tijdens vakantietijden, let dan altijd op: het temperatuurdisplay van het vriesgedeelte moet branden.
8.2 Buiten werking stellen
Apparaat leegmaken. Apparaat uitschakelen (zie Uitzetten). Netstekker uit het stopcontact trekken. Apparaat reinigen (zie 6.2). Deur open laten, zodat er geen slechts geuren ontstaan.
9 Apparaat afdanken
Het apparaat bevat nog waardevolle materialen en mag niet met het gewoon huis- of grofvuil worden meegegeven. Het recyclen van afgedankte apparaten moet vakkundig gebeuren overeenkomstig de plaatselijk geldende voorschriften en wetten. Let erop dat bij het afvoeren van het afgedankte apparaat het koelmiddelcircuit niet wordt beschadigd, zodat het koelmiddel (informatie op het typeplaatje) of de olie erin niet ongewild vrijkomen.
Apparaat onbruikbaar maken. Netstekker uit het stopcontact trekken. Aansluitkabel lossnijden
34
*afhankelijk van model en uitvoering
13
13
14
14
15
Fig. 5
Fig. 6
Fig. 1
Fig. 2
Fig. 7
Fig. 9
Fig. 11
Fig. 8
Fig. 10
Fig. 3
Fig. 4
Fig. 12
Loading...