Lexmark W840 Menu and Messages [da]

Menu's en berichten
maart 2005
Lexmark en Lexmark met het diamantlogo zijn als handelsmerken van Lexmark International, Inc. gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of in andere landen.
© 2005 Lexmark International, Inc. Alle rechten voorbehouden. 740 West New Circle Road Lexington, Kentucky 40550
www.lexmark.com
Uitgave: maart 2005
De volgende alinea is niet van toepassing op landen waar de volgende voorwaarden strijdig zijn met de plaatselijke wetgeving:
LEXMARK INTERNATIONAL, INC. LEVERT DEZE PUBLICATIE IN DE STAAT WAARIN DEZE VERKEERT, ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE, NOCH IMPLICIET, NOCH EXPLICIET, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES VAN VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. In bepaalde rechtsgebieden is afwijzing van expliciete of impliciete garanties in bepaalde transacties niet toegestaan; het is daarom mogelijk dat deze verklaring niet op u van toepassing is.
Deze publicatie kan technische onjuistheden of typografische fouten bev atten. De inf ormatie in deze publicatie wordt regelmatig herzien; wijzigingen zullen in latere uitgaven worden opgenomen. De producten of programma’s die worden beschreven, kunnen te allen tijde worden verbeterd of gewijzigd.
Opmerkingen kunnen worden gestuurd aan Lexmark International, Inc., Department F95/032-2, 740 West New Circle Road, Lexington, Kentucky 40550, Verenigde Staten. Als u in het Verenigd K oninkrijk of Ierland woont, kunt u e ventuele opmerkingen sturen naar Lexmark International Ltd., Marketing and Services Department, Westhorpe House, Westhorpe, Marlow Bucks SL7 3RQ. Lexmark behoudt zich het recht voor de door u verstrekte inf ormatie naar eigen goeddunken te gebruiken en te verspreiden, z onder hiermee enige verplichting op zich te nemen tegenover u. Extra exemplaren van aan dit product gerelateerde publicaties kunnen worden verkregen door vanuit de Verenigde Staten of Canada te bellen naar 1-800-553-9727. Vanuit het Verenigd Koninkrijk en Ierland belt u +44 (0)8704 440 044. Neem in andere landen contact op met de leverancier.
Als in deze publicatie wordt verwezen naar producten, prog ramma's of diensten, impliceert dit niet dat de producent het voornemen heeft deze beschikbaar te stellen in alle landen waarin de producent actief is. Geen enkele verwijzing naar een product, programma of dienst moet worden opgevat als een v erklaring of suggestie dat alleen dat product, dat programma of die dienst mag worden gebruikt. Het staat u vrij functioneel gelijkwaardige producten, programma's of diensten te gebruiken, mits die geen inbreuk maken op enig bestaand intellectueel eigendomsrecht. Het beoordelen en controleren van de werking in combinatie met andere producten, programma’s of diensten, met uitzondering van die producten, programma’s of diensten die uitdrukkelijk door de producent worden genoemd, behoort tot de verantwoordelijkheden van de gebruiker. Lexmark en Lexmark met het diamantlogo zijn als handelsmerken van Lexmark International, Inc. gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of in andere landen. Mac en het Mac-logo zijn handelsmerken van Apple Computer, Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en andere landen.
®
PCL
is een gedeponeerd handelsmerk van Hewlett-Packard Company. PostScript Overige handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve houders.
© 2005 Lexmark International, Inc. Alle rechten voorbehouden.
RECHTEN M.B.T. DE OVERHEID VAN DE VERENIGDE STATEN
Deze software en alle bijbehorende documentatie die onder deze overeenkomst worden geleverd, zijn commerciële computersoftware en documentatie die op eigen kosten zijn ontwikkeld.
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Adobe Systems Incorporated.
2

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1: Printermenu's ............................................................................................... 4
Bedieningspaneel ............................................................................................................................................5
Menugroepen ...................................................................................................................................................7
Menu Papier .............................................................................................................................................7
Rapporten ...............................................................................................................................................13
Instellingen .............................................................................................................................................16
Beveiliging ..............................................................................................................................................31
Netwerk/poorten .....................................................................................................................................32
Help ........................................................................................................................................................42
Hoofdstuk 2: Printerberichten .........................................................................................43
Index .................................................................................................................................... 54
3

Printermenu's

Er is een aantal menu's waarmee op eenvoudige wijze printerinstellingen kunnen worden gewijzigd. In het diagram worden het menuoverzicht op het bedieningspaneel, de menu's en de items die onder elk menu beschikbaar, zijn weergegeven. De items in elk menu en de waarden die u kunt selecteren, worden verderop in dit hoofdstuk nader beschreven.
Sommige menu-items of waarden worden alleen weergegeven als een specifiek e optie is geïnstalleerd op de printer. Andere menu-items werken mogelijk alleen voor een specifieke printertaal. U kunt deze waarden op elk gewenst moment selecteren, maar zij zijn alleen van invloed op de printerfunctie als u over de optionele apparatuur of de opgegeven printertaal beschikt.
Menu
Menu Papier Rapporten Instellingen
Menu Papier
Standaardbron Papierformaat/­soort Configuratie U-lader Ander formaat Papierstructuur Papier laden Aangepaste soorten Universal-instelling Lade-instelling
Rapporten
Pag. Menu-instellingen Apparaatstatistieken Pag. Netwerkinstell. Netwerk <x> Instell.pag. Profielenlijst NetWare-install.pag. Lettertypen afdrukken Directory afdrukken
Instellingen
Menu Instellingen Menu Afwerking Menu Kwaliteit Menu Extra Menu PDF Menu PostScript Menu PCL Emul Menu HTML Menu Afbeelding
Netwerk/poorten
TCP/IP IPv6 Standaardnetwerk Netwerkoptie <x> Standaard-USB USB-optie <x> Parallel en Parallel <x> Serieel optie <x> NetWare AppleTalk LexLink
Beveiliging
Max. ongeldige PIN Vervaltijd taak
Help
Alles afdrukken Afdrukkwaliteit Handleiding voor afdrukken Handleiding voor supplies Afdrukmedia Afdrukstoringen Menuoverzicht Handleiding met informatie Handleiding voor aansluitingen Transport
4
Printermenu's

Bedieningspaneel

Het bedieningspaneel heeft de volgende onderdelen:
Een 4-regelig display met achtergrondverlichting waarop zowel afbeeldingen als tekst kunnen worden weergegeven
Acht knoppen: Terug (Back), Menu, Stop, Selecteren ( ), , , en
Indicatielampje
Numeriek toetsenbord
USB-aansluiting (USB Direct interface)
Terug (Back)
Menu
USB Direct-interface
Het gebruik van de knoppen en de indeling van het bedieningspaneel worden in de volgende tabel beschreven.
Knop of item op bedieningspaneel Functie
Terug (Back)
Menu Hiermee kunt u het menuoverzicht openen.
Stop Hiermee kunt u de mechanische werking van de printer stoppen. Nadat u op Stop hebt gedrukt, wordt het
Indicatielampje Op het bedieningspaneel is een tweekleurige LED (groen en rood) beschikbaar. De lampjes gev en aan of
Hiermee kunt u terug naar het laatst bekeken scherm.
Opmerking: Wijzigingen die zijn aangebracht op een scherm worden niet toegepast als u op de knop Terug (Back) drukt.
Opmerking: De printer moet in de stand Gereed staan om het menuoverzicht te kunnen openen. Er
verschijnt een bericht waarin wordt aangegeven dat de menu's niet beschikbaar zijn als de printer niet gereed is.
bericht Stoppen weergegeven. Nadat de printer is gestopt, wordt Gestopt weergegeven op de statusregel van het bedieningspaneel en verschijnt een lijst met opties.
de voeding van de printer is ingeschakeld, of de printer bezet of inactief is, of de printer bezig is met het verwerken van een taak en of ingrijpen van de operator is vereist.
Status Betekenis
Uit V oeding is uitgeschakeld Brandt groen De printer staat aan, maar is niet actief Knippert groen De printer is bezig met opwarmen, het verwerken van gegevens of het afdrukken
Brandt rood Ingrijpen van operator is vereist.
Stop
Display
van gegevens.
Navigatieknoppen
Indicatielampje
Numeriek toetsenbord
Selecteren
5
Printermenu's
Knop of item op bedieningspaneel Functie
Navigatieknoppen De knoppen Omhoog en Omlaag worden gebruikt om door lijsten te bladeren.
Als u door een lijst navigeert met de knop Omhoog of Omlaag, wordt de cursor telkens één regel tegelijk verplaatst. Als u op de knop Omlaag onder aan het scherm drukt, wordt de volgende volledige pagina weergegeven op het scherm.
De knoppen Links en Rechts worden gebruikt om binnen een scherm te navigeren, bijvoorbeeld om van het ene item in het menuoverzicht naar een ander te gaan. Ook worden zij gebruikt om door tekst te bladeren die niet op het scherm past.
De knop Selecteren wordt gebruikt om een actie te initiëren na een selectie. Druk op Selecteren als de cursor naast de gewenste selectie staat, zoals het volgen van een koppeling, het verzenden van een configuratie-item of het starten of annuleren van een taak.
USB Direct-interface De USB Direct-interface op het bedieningspaneel wordt gebruikt voor het aansluiten van een apparaat
met USB-flashgeheugen en het afdrukken van PDF-documenten. Opmerking: Aan de achterkant van de printer bevindt zich een USB-poort is voor het aansluiten van een
pc of ander randapparaat.
Numeriek toetsenbord Het numerieke toetsenblok bevat cijf ers, een hekje (#) en een toets Bac kspace. De toets 5 is voorzien v an
reliëf als hulpmiddel bij de oriëntatie. Zo kan de operator zonder op het toetsenblok te kijken zien of zijn of
2
1
4
3
5
6
haar handen goed staan. De cijfers worden gebruikt voor het invoeren van numerieke waarden voor items zoals aantallen of
pincodes. De toets Backspace wordt gebruikt om het cijfer links van de cursor te wissen. Als u meerdere keren op de toets Backspace drukt, wordt ook andere invoer verwijderd.
8
7
Display
9
#
0
Opmerking: Het hekje (#) wordt niet gebruikt.
Op het display worden berichten en afbeeldingen weergegeven over de huidige status van de printer en mogelijke problemen die opgelost moeten worden.
Status / Supplies
Gereed Lade 1 bijna leeg Supplies weergeven
De bovenste regel van het display is de kopregel. Indien van toepassing bevat het display de afbeelding die aangeeft dat de knop T erug (Back) kan worden gebruikt. Ook worden op het display de huidige status en de status van de supplies (waarschuwingen) weergegeven. Als er meerdere waarschuwingen zijn, wordt er een komma weergegeven tussen de verschillende waarschuwingen.
De andere drie regels van het display vormen de hoofdtekst van het scherm. Hier kunt u de printerstatus,
Scherm Meer informatie
Sommige wachttaken zijn niet teruggeplaatst.
berichten over supplies en schermen Laten zien en selecties uitvoeren.
Scherm Laten zien
Verwijder lade; verwijder afdrukmateriaal
6
Printermenu's

Menugroepen

Opmerking: Een sterretje (*) naast een waarde geeft aan dat dit de standaardinstelling is.

Menu Papier

In het menu Papier kunt u instellen welke papiersoort in de laden is geplaatst en aangeven wat de standaardpapierbron en -uitvoerlade zijn.
Standaardbron
Menuselectie Doel Waarden
Standaardbron Geeft de standaardpapierbron aan. Lade <x> Als u afdrukmateriaal van hetzelfde
U-lader Handinvoer Handm. invoer env.
formaat en dezelfde soort gebruikt in twee papierbronnen (en voor papierformaat en papiersoort de juiste waarden zijn ingesteld), worden de laden automatisch gekoppeld. Als één papierbron leeg is, wordt het afdrukmateriaal automatisch vanuit de andere papierbron ingevoerd.
Papierformaat/-soort
Opmerking: Alleen geïnstalleerde papierbronnen worden weergegeven.
Deze menuselectie wordt gebruikt om het formaat en de soort afdr ukmateriaal in te stellen dat in een invoerlade is geplaatst. Het instellen van het papierformaat en de papiersoort is een proces dat twee stappen omvat. In de eerste menuselectie wordt Formaat vet gedrukt weergegeven. Nadat u het afdrukmateriaal hebt geselecteerd, verandert het scherm en wordt Soort vet gedrukt weergegeven. U kunt vervolgens het afdrukmateriaal selecteren.
Menuselectie Doel Waarden
Formaat/soort
lade <x>
Hiermee wordt het standaardpapierformaat voor elke papierbron vastgesteld.
Opmerking: Bij laden met automatische formaatdetectie wordt alleen de waarde weergegeven die door de hardware is gedetecteerd.
A4* (niet-VS) A5 JIS B5 Letter* (VS) Legal Executive JIS B4 A3 11x17 Folio Statement Universal
Als u afdrukmateriaal van hetzelfde formaat en dezelfde soort gebruikt in twee papierbronnen (en voor papierformaat en papiersoort de juiste waarden zijn ingesteld), worden de laden automatisch gekoppeld. Als één papierbron leeg is, wordt het afdrukmateriaal automatisch vanuit de andere papierbron ingevoerd.
7
Printermenu's
Menuselectie Doel Waarden
Formaat/soort lade <x>
Hiermee wordt de papiersoort in elke papierbron vastgesteld.
Opmerking: Als u zelf een naam hebt opgegeven, wordt deze weergegeven in plaats van Aangepast <x>. Als twee of meer aangepaste soorten dezelfde naam hebben, verschijnt deze naam slechts één keer in de lijst met papiersoorten.
Normaal papier* Karton Transparant Etiketten Bankpostpapier Briefhoofdpapier Voorbedrukt Gekleurd pap. Aangepast <x>
U gebruikt dit menu-item voor het volgende:
Het optimaliseren van de afdrukkwaliteit voor de opgegeven papiersoort.
Het selecteren van papierbronnen vanuit de softwaretoepassing door de soort en het formaat te selecteren.
Het automatisch koppelen van papierbronnen. Als u de juiste waarden hebt ingesteld voor papiersoort en papierformaat, worden bronnen met papier van dezelfde soort en hetzelfde formaat automatisch door de printer gekoppeld.
Formaat/soort U-lader
Formaat/soort U-lader
Hiermee stelt u het papierformaat in de universeellader vast.
Hiermee stelt u de papiersoort in de universeellader vast.
Opmerking: Als u zelf een naam hebt opgegeven, wordt deze weergegeven in plaats van Aangepast <x>. Als twee of meer aangepaste soorten dezelfde naam hebben, verschijnt deze naam slechts één keer in de lijst met papiersoorten.
A4* (niet-VS) A5 JIS B5 Letter* (VS) Legal Executive JIS B4 A3 11x17 Folio Statement Universal 7 3/4-envelop 10-envelop DL-envelop C5-envelop Andere envelop
Normaal papier* Karton Transparant Etiketten Bankpostpapier Envelop Briefhoofdpapier Voorbedrukt Gekleurd pap. Aangepast <x>
De universeellader wordt alleen weergegeven op het bedieningspaneel als Configuratie U-lader is ingesteld op Cassette.
De universeellader wordt alleen weergegeven op het bedieningspaneel als Configuratie U-lader is ingesteld op Cassette.
8
Printermenu's
Menuselectie Doel Waarden
Pap. form/soort (handm.)
Pap. form/soort (handm.)
Hiermee wordt het papierformaat aangegeven dat handmatig wordt geplaatst.
Hiermee wordt de papiersoort aangegeven die handmatig wordt geplaatst.
A4* (niet-VS) A5 JIS B5 Letter* (VS) Legal Executive JIS B4 A3 11x17 Folio Statement Universal
Normaal papier* Karton Transparant Etiketten Bankpostpapier Briefhoofdpapier Voorbedrukt Gekleurd pap. Aangepast <x>
Env. form/soort (handm.)
Env. form/soort (handm.)
Hiermee wordt het envelopformaat aangegeven dat handmatig wordt geplaatst.
Hiermee wordt de envelopsoort aangegeven die handmatig wordt geplaatst.
7 3/4-envelop 10-envelop* (VS) DL-envelop* (niet-VS) C5-envelop Andere envelop
Envelop* Aangepast <x>
Configuratie U-lader
Deze menuselectie wordt gebruikt om de universeellader te configureren als een extra papierlade of handinvoer . Als u de univ erseellader koppelt aan een andere lade, kunt u de printer papier uit de universeellader laten halen voordat papier uit een andere lade wordt gebruikt.
Menuselectie Doel Waarden
Configuratie U-lader
Hiermee bepaalt u wanneer de printer papier selecteert dat in de universeellader is geplaatst.
Cassette* Handinvoer Eerst
9
Printermenu's
Ander formaat
Deze menuselectie wordt gebruikt om te bepalen of de printer papier van een ander formaat kan gebruiken als het gevraagde papierformaat momenteel niet is geïnstalleerd in een van de invoerbronnen van de printer. Als bijv oorbeeld Ander f ormaat is ingesteld op Letter/A4, en alleen papier van Letter-formaat in de printer is geplaatst. Als het verzoek binnenkomt om af te drukken op A4-papier, gebruikt de printer Letter in plaats van A4 en drukt de taak af in plaats van een verzoek weer te geven voor het plaatsen van A4-papier.
Menuselectie Doel Waarden
Ander formaat Hiermee vervangt u het opgegeven
papierformaat als het gewenste formaat niet is geplaatst.
Uit Statement/A5 Letter/A4 11x17/A3 Alles in lijst*
De waarde Uit geeft aan dat geen andere formaten zijn toegestaan.
De waarde Alles in lijst geeft aan dat alle beschikbare andere formaten zijn toegestaan.
Papierstructuur
Deze menuselectie wordt gebruikt om de structuur van het afdrukmateriaal in te stellen voor elk van de gedefinieerde soorten afdrukmateriaal. Hiermee kan de afdrukkwaliteit voor het opgegeven afdrukmateriaal worden geoptimaliseerd in de printer.
Menuselectie Doel Waarden
Normale structuur Hiermee wordt de structuur aangegeven Structuur
transparant Structuur etiket Structuur bankpost Structuur envelop Structuur
briefhoofd Structuur
voorbedrukt Structuur gekleurd Structuur karton Hiermee wordt de structuur aangegeven
Structuur aangepast <x>
van het afdrukmateriaal dat in een specifieke invoerbron is geplaatst.
van het karton dat in een specifieke invoerbron is geplaatst.
Hiermee wordt de structuur aangegeven van het aangepaste afdrukmateriaal dat in een specifieke invoerbron is geplaatst.
Glad Normaal* Ruw
Glad Normaal* Ruw
Glad Normaal* Ruw
Wordt weergegeven als karton wordt ondersteund in de opgegeven invoerbron.
Wordt weergegeven als aangepast afdrukmateriaal wordt ondersteund in de opgegeven inv oerbron.
10
Printermenu's
Papier laden
Deze menuselectie wordt gebruikt om de laadrichting in te stellen voor elke papiersoort. Hiermee kunt u voorbedrukt afdrukmateriaal plaatsen in een invoerbron en vervolgens aan de printer melden dat het afdrukmateriaal is geplaatst voor dubbelzijdig afdrukken. Daarna kunt u de toepassingssoftware gebruiken om enkelzijdig afdrukken aan te geven. Als enkelzijdig afdrukken is geselecteerd, voegt de printer automatisch blanco pagina's in om de enkelzijdige afdruktaak correct af te drukken.
Opmerking: Papier laden is alleen beschikbaar als een duplexeenheid is geïnstalleerd.
Menuselectie Doel Waarden
Etiketten laden Hiermee verwerkt u op correcte wijze Bankpostpapier
laden Briefhoofdpap.
laden V oorbedrukt laden Gekleurd laden Karton laden Hiermee verwerkt u op correcte wijze
Aangepast <x> laden
voorbedrukt papier, ongeacht of het een dubbelzijdige of enkelzijdige afdruktaak betreft.
voorbedrukt karton, ongeacht of het een dubbelzijdige of enkelzijdige afdruktaak betreft.
Hiermee verwerkt u op correcte wijze aangepast voorbedrukt papier, ongeacht of het een dubbelzijdige of enkelzijdige afdruktaak betreft.
Duplex Uit*
Duplex Uit*
Duplex Uit*
Wordt weergegeven als karton wordt ondersteund in de opgegeven invoerbron.
Wordt weergegeven als aangepast afdrukmateriaal wordt ondersteund in de opgegeven inv oerbron.
Aangepaste soorten
Deze menuselectie wordt gebruikt om een naam te definiëren voor elke aangepaste papiersoort. U kunt namen toewijzen met behulp van een hulpprogramma zoals MarkVision of vanaf het bedieningspaneel.
Menuselectie Doel Waarden
Aangepast N Hiermee geeft u de papiersoort op voor
elk van de beschikbare aangepaste soorten in het menu Papiersoort.
Papier* Karton Transparant Etiketten Envelop
U kunt alleen een door de gebruiker gedefinieerde naam toewijzen als de aangepaste soort afdrukmateriaal wordt ondersteund in de aangegeven invoerbron.
Nadat de naam is toegewezen, wordt deze (afgekapt tot 16 tekens) weergegeven in plaats van Aangepast x.
11
Printermenu's
Universal-instelling
Deze menuselectie wordt gebruikt om de hoogte en breedte op te geven voor het univ ersele papierformaat. Als u de hoogte en breedte voor het universele papierformaat opgeeft, gebruikt de printer de Universal-instelling op exact dezelfde wijze als andere papierformaten, met inbegrip van ondersteuning voor dubbelzijdig afdrukken en n per vel.
Menuselectie Doel Waarden
Maateenheden Hiermee bepaalt u de maateenheid die
wordt gebruikt voor het invoeren van de universele hoogte en breedte.
Breedte Staand Hiermee stelt u de staande breedte van
het universele afdrukmateriaal in. Opmerking: Als de ingestelde waarde
groter is dan de maximale breedte, gebruikt de printer de maximale toegestane breedte in inches of millimeters.
Hoogte Staand Hiermee stelt u de staande hoogte van
het universele afdrukmateriaal in. Opmerking: Als de ingestelde waarde
groter is dan de maximale hoogte, gebruikt de printer de maximale toegestane hoogte in inches of millimeters.
Invoerrichting Hiermee geeft u de invoerrichting op. Korte zijde*
Inch Millimeter
3 – 17 inch in stappen van 0,01 inch
76 – 432 mm in stappen van 1 mm
3 – 17 inch in stappen van 0,01 inch
76 – 432 mm in stappen van 1 mm
Lange zijde
In de VS wordt standaard gebruikgemaakt van inches, terwijl millimeter de internationale standaardinstelling is.
Hiermee geeft u aan welke instelling voor maateenheid moet worden gebruikt: inch of mm. In de VS wordt standaard 11,69 inch gebruikt, terwijl internationaal 297 mm als standaardwaarde wordt gehanteerd.
Hiermee geeft u aan welke instelling voor maateenheid moet worden gebruikt: inches of mm. In de VS wordt standaard 17 inch gebruikt, terwijl internationaal 432 mm als standaardwaarde wordt gehanteerd.
Lange zijde wordt alleen weergegeven als de langste zijde korter is dan de maximale fysieke breedte van de printer.
Lade-instelling
Deze menuselectie wordt gebruikt om de uitvoerlade op te geven voor het afgedrukte materiaal.
Opmerking: Lade-instelling wordt uitsluitend weergegeven als tenminste één optionele uitvoerlade is geïnstalleerd.
Menuselectie Doel Waarden
Uitvoerlade Hiermee geeft u de standaardlade voor
afgedrukt materiaal op.
Standaardlade* Als u zelf een naam hebt opgegeven, Lade <x>
12
wordt deze weergegeven in plaats van Lade <x>.
De naam wordt tot 14 tekens afgekort.
Als twee of meer laden dezelfde naam
hebben, verschijnt deze naam slechts één keer in de lijst Uitvoerlade.
Printermenu's
Menuselectie Doel Waarden
Laden configureren Hiermee bepaalt u welke uitvoerlade(n)
de printer gebruikt voor een bepaalde afdruktaak.
Mailbox* Afdruktaken worden naar de uitvoerlade
Koppelen Twee of meer laden worden gekoppeld,
Koppeling optioneel Alle optionele uitvoerladen worden
Toewijzing soort Elke taak wordt naar de uitvoerlade
gestuurd die aan die gebruiker is toegewezen.
zodat ze als één grote lade functioneren. Als een gekoppelde lade vol is, begint de printer de volgende gekoppelde lade te vullen, en gaat vervolgens verder met het een voor een vullen van alle gekoppelde laden.
gekoppeld tot een grote lade, maar de standaardlade blijft afzonderlijk adresseerbaar.
gestuurd die is opgegeven voor die papiersoort.
Soort/lade toewijzen
Hiermee stuurt u afdruktaken naar een bepaalde uitvoerlade op basis van de gewenste papiersoort.
Opmerking: Als u zelf een naam hebt opgegeven, wordt deze weergegeven in plaats van Lade aan gepast <x>. De naam wordt tot 14 tekens afgekort. Als twee of meer aangepaste laden dezelfde naam hebben, verschijnt deze naam slechts één keer in de lijst Soort/ lade toewijzen.
Lade normaal papier Uitgeschakeld* Lade karton Lade transparant Lade etiketten Lade bankpost Lade envelop Lade briefhoofd Lade voorbedrukt Lade gekleurd Lade aangepast <x>
(waarbij <x> een getal is tussen 1 en 6)

Rapporten

Pag. Menu-instellingen
Deze menuselectie wordt gebruikt voor het afdrukken van een pagina met menu-instellingen.
Menuselectie Doel Waarden
Standaardlade Uitvoerlade 1 Uitvoerlade 2 Opmerking: Alleen geïnstalleerde
uitvoerladen worden weergegeven. Als Laden configureren is ingesteld op Toewijzing soort, dan wordt standaard de standaardlade gebruikt.
Pag. Menu­instellingen
Hiermee drukt u een pagina met menu­instellingen af om de standaardprinterinstellingen te bekijken en om te controleren of de printeropties goed zijn geïnstalleerd.
Nadat u dit item hebt geselecteerd, wordt de pagina afgedrukt en krijgt de printer de status Gereed.
13
Printermenu's
Apparaatstatistieken
Met deze menuselectie worden de printerstatistieken weergegeven.
Menuselectie Doel Waarden
Apparaatstatistieken Hiermee wordt informatie met betrekking
tot de printerstatistieken afgedrukt.
Nadat u dit item hebt geselecteerd, wordt de pagina afgedrukt en krijgt de printer de status Gereed.
Pag. Netwerkinstell.
Deze menuselectie wordt gebruikt voor het afdrukken van een pagina met netwerkinstellingen.
Menuselectie Doel Waarden
Pag. Netwerkinstell.
Netwerk <x> Instell.pag.
wordt weergegeven als extra netwerkopties zijn geïnstalleerd.
Hiermee drukt u informatie af met betrekking tot netwerkinstellingen en controleert u de netwerkverbinding.
Opmerking: Deze pagina bevat ook informatie die van belang is bij het configureren van afdrukken via een netwerk.
Nadat u dit item hebt geselecteerd, wordt de pagina afgedrukt en krijgt de printer de status Gereed.
Profielenlijst
Deze menuselectie wordt gebruikt voor het afdrukken van een lijst van profielen die zijn opgeslagen op deze printer.
Menuselectie Doel Waarden
Profielenlijst Hiermee wordt een lijst van profielen
afgedrukt die zijn opgeslagen op deze printer.
Nadat u dit item hebt geselecteerd, wordt de pagina afgedrukt en krijgt de printer de status Gereed.
NetWare-install.pag.
Deze menuselectie wordt gebruikt voor het afdrukken van informatie over de interne printerserver.
Menuselectie Doel Waarden
NetWare­install.pag.
Hiermee drukt u informatie af over de interne printerserver en de netwerkinstellingen die zijn gedefinieerd in het menu-item Netwerkinst. <x> in het menu Netwerk.
Nadat u dit item hebt geselecteerd, wordt de pagina afgedrukt en krijgt de printer de status Gereed.
14
Printermenu's
Lettertypen afdrukken
Deze menuselectie wordt gebruikt voor het afdrukken van een lijst van lettertypen die zijn opgeslagen op deze printer.
Menuselectie Doel Waarden
Lettertypen afdrukken
Hiermee drukt u een voorbeeld af van alle beschikbare lettertypen voor de geselecteerde printertaal.
PCL-lettertypen Hiermee drukt u een voorbeeld af van alle
beschikbare lettertypen voor PCL-emulatie.
PS-lettertypen Hiermee drukt u een voorbeeld af van alle
beschikbare lettertypen voor PostScript­emulatie.
Directory afdrukken
Met deze menuselectie wordt de directorylijst afgedrukt. De directorylijst is een lijst van de bronnen die zijn opgeslagen op een geformatteerde optionele flash-geheugenkaart of vaste schijf.
Menuselectie Doel Waarden
Directory afdrukken Hiermee drukt u een lijst af van de
bronnen die zijn opgeslagen op de optionele flash-geheugenkaart of vaste schijf.
Opmerking: Directory afdr ukken is alleen beschikbaar als een flash­geheugen of vaste schijf is geïnstalleerd en geformatteerd en de Buffergrootte niet is ingesteld op 100%.
Nadat u dit item hebt geselecteerd, wordt de pagina afgedrukt en krijgt de printer de status Gereed.
15
Printermenu's

Instellingen

Menu Instellingen
Gebruik deze menuselectie om een groot aantal printerfuncties te configureren.
Menuselectie Doel Waarden
Taal op display Hiermee bepaalt u de taal waarin de
tekst op het display van het bedieningspaneel wordt weergegeven.
Engels Opmerking: Mogelijk zijn niet alle waarden Français (Frans) Deutsch (Duits) Italiano (Italiaans) Español (Spaans) Dansk (Deens) Norsk (Noors) Nederlands Svenska (Zweeds) Português (Portugees)
beschikbaar.
Suomi (Fins) Russisch Polski (Pools) Magyar (Hongaars) Türkçe (Turks) Tsjechisch Vereenvoudigd Chinees Traditioneel Chinees Koreaans Japans
16
Printermenu's
Menuselectie Doel Waarden
Spaarstand Hiermee stelt u in na hoeveel tijd
(in minuten) de spaarstand wordt ingeschakeld nadat een afdruktaak is afgedrukt.
Uitgeschakeld Deze waarde wordt alleen weergegeven
wanneer Energiebesparing is uitgeschakeld. Raadpleeg de Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Alarmen Hiermee bepaalt u of de printer een
alarmsignaal afgeeft als de operator moet ingrijpen.
1...240 Hiermee stelt u in hoe lang het na het
Alarminstelling: Uit Eén keer* Continu
Toneralarm: Uit* Eén keer Continu
uitvoeren van een afdruktaak duurt voor de spaarstand wordt ingeschakeld. (Het is mogelijk dat de printer niet alle waarden ondersteunt.)
Welke standaardinstelling er in de fabriek is ingesteld voor Spaarstand, hangt af van het printermodel. Druk de pagina met menu-instellingen af om te zien wat de huidige instelling voor Spaarstand is. Een printer die in de spaarstand staat, kan nog steeds afdruktaken ontvangen.
Met de instelling 1 voor Spaarstand wordt de printer één minuut nadat het afdrukken van een afdruktaak is voltooid in de Spaarstand gezet. Zo verbruikt de printer veel minder energie, maar is er meer tijd nodig om de printer op te warmen. Selecteer 1 als de printer op hetzelfde stroomcircuit is aangesloten als de verlichting en de verlichting flikkeringen vertoont.
Selecteer een hoge waarde als de printer doorlopend wordt gebruikt. De printer is dan meestal gereed om af te drukken met een minimale opwarmtijd. Selecteer een waarde tussen de 1 en 240 minuten als u een juiste balans wilt hebben tussen energiebesparing en een korte opwarmtijd.
Uit – De printer geeft geen alarmsignaal af. Eén keer* – De printer geeft drie korte
alarmsignalen af. Continu De printer herhaalt de drie
alarmsignalen elke tien seconden. Opmerking: Nietjes- en perforatoralarmen
worden alleen afgegeven als een optionele finisher is geïnstalleerd.
Nietjesalarm: Uit* Eén keer Continu
Perf oratoralarm Uit* Eén keer Continu
17
Printermenu's
Menuselectie Doel Waarden
Timeouts Hiermee bepaalt u hoe lang
(in seconden) de printer wacht alvorens terug te gaan naar het beginscher m, een melding voor einde taak te ontvangen of meer gegevens van de computer te ontvangen.
Opmerking: Het menu-item Wachttime­out is alleen beschikbaar als u gebruikmaakt van PostScript-emulatie. Deze menuwaarde is niet van invloed op afdruktaken waarvoor PCL-emulatie wordt gebruikt.
Time-out scherm: 15–300 (30*)
Afdruktime-out Uitgeschakeld 1–255 (90*)
Wachttime-out: Uitgeschakeld
15...65535 (40*)
Uitgeschakeld Hiermee wordt de schermtime-out uitgeschakeld.
15–300 Hiermee wordt opgegeven hoe lang de printer wacht alvorens terug te gaan naar het beginscherm.
30* is de standaardinstelling. Uitgeschakeld – Hiermee wordt de
afdruktimeout uitgeschakeld. 1–255 Hiermee wordt opgegeven hoe
lang de printer wacht op een melding voor einde taak alvorens de res t van de afdruktaak te annuleren.
Opmerking: Als de ingestelde tijd is verstreken, wordt een gedeeltelijk opgemaakte pagina die zich nog steeds in de printer bevindt afgedrukt en worden alle andere invoerpoorten gecontroleerd om te bepalen of er gegevens beschikbaar zijn.
90* is de standaardinstelling. Uitgeschakeld – Hiermee wordt de
wachttime-out uitgeschakeld.
15...65535 Hiermee wordt opgegeven
hoe lang de printer wacht op verdere gegevens voordat de afdruktaak wordt geannuleerd.
40* is de standaardinstelling.
18
Loading...
+ 40 hidden pages