Lenovo ThinkCentre Edge 7515, ThinkCentre Edge 7523, ThinkCentre Edge 7569, ThinkCentre Edge 7611 User guide [nl]

ThinkCentre Handboek voor de gebruiker
Machinetypen: 7515, 7523, 7569 en 7611
ThinkCentre Handboek voor de gebruiker
Opmerking
Lees eerst de publicatie ThinkCentre Veiligheid en garantie en het gedeelte “Kennisgevingen”, op pagina 79 in dit boekje.
Derde uitgave (oktober 2009)

Inhoudsopgave

Belangrijke veiligheidsvoorschriften . . v
Hoofdstuk 1. Overzicht van het product 1
Voorzieningen ..............1
Specificaties ..............4
Overzicht van de software ..........5
Bij het Windows-besturingssysteem meegeleverde
software ...............5
De plaats van de onderdelen .........7
Aansluitingen aan de voorkant van de computer . 7 Aansluitingen aan de achterkant van de computer 8
Componenten ............10
Onderdelen op de systeemplaat.......11
Hoofdstuk 2. Opties installeren en
hardware vervangen .........13
Werken met apparaten die gevoelig zijn voor stati-
sche elektriciteit .............13
Opties installeren en hardware vervangen ....14
Externe apparaten installeren .......14
De kap van de computer verwijderen.....14
De frontplaat verwijderen en terugplaatsen . . . 15
Interne opties installeren .........16
De voedingseenheid vervangen .......25
De module met het koelelement en de ventilator
vervangen ..............26
De microprocessor vervangen .......28
Het primaire vaste-schijfstation vervangen . . . 31 Het secundaire vaste-schijfstation vervangen . . 33
Het optische-schijfstation vervangen .....35
Het diskettestation vervangen .......36
De ventilatoreenheid vooraan vervangen . . . 38 De ventilatoreenheid achteraan vervangen . . . 39
Het toetsenbord vervangen ........41
De muis vervangen ...........42
Het vervangen van de onderdelen voltooien . . 43
Beveiligingsvoorzieningen installeren ......44
Geïntegreerd kabelslot ..........45
Hangslot ..............45
Wachtwoordbeveiliging .........46
Vergeten wachtwoorden wissen (CMOS wissen) 46
Hoofdstuk 3. Informatie over systeem-
herstel ...............49
Herstelmedia maken en gebruiken.......49
Herstelmedia maken ..........49
Herstelmedia gebruiken .........50
Backup- en herstelbewerkingen uitvoeren ....51
Een backupbewerking uitvoeren ......51
Een herstelbewerking uitvoeren ......51
Het werkgebied van Rescue and Recovery gebrui-
ken.................52
Noodherstelmedia maken en gebruiken .....53
Noodherstelmedia maken ........54
Noodherstelmedia gebruiken .......54
Een reparatiediskette maken en gebruiken ....55
Een reparatiediskette maken ........55
Reparatiediskette gebruiken ........55
Stuurprogramma’s installeren of opnieuw installeren 55 Een herstelapparaat in de opstartvolgorde opgeven 56
Herstelproblemen oplossen .........56
Hoofdstuk 4. Werken met het pro-
gramma Setup Utility ........59
Het programma Setup Utility starten ......59
Instellingen bekijken en wijzigen .......59
Wachtwoorden gebruiken..........59
Overwegingen ten aanzien van wachtwoorden 60
Power-On Password (systeemwachtwoord) . . . 60
Beheerderswachtwoord .........60
Een wachtwoord instellen, wijzigen of wissen . . 60
Apparaten in- en uitschakelen ........61
Een opstartapparaat kiezen .........61
Een tijdelijk opstartapparaat kiezen .....61
De opstartvolgorde selecteren of wijzigen . . . 62
Het programma Setup Utility afsluiten .....62
Hoofdstuk 5. Systeemprogramma’s bij-
werken...............63
Werken met systeemprogramma’s .......63
Het BIOS bijwerken met een (flash)schijf ....63
Het BIOS bijwerken (flashen) vanuit het besturings-
systeem................64
Herstel na een fout bij het bijwerken van POST/
BIOS ................64
Hoofdstuk 6. Diagnose en probleem-
oplossing .............67
Elementaire probleemoplossing ........67
Diagnoseprogramma’s ...........68
Lenovo ThinkVantage Toolbox .......69
Lenovo System Toolbox .........69
PC-Doctor for Rescue and Recovery .....70
PC-Doctor voor DOS ..........70
De muis schoonmaken...........71
Optische muis ............71
Niet-optische muis ...........71
Hoofdstuk 7. Informatie, hulp en ser-
vice ................73
Informatiebronnen ............73
Map Online boeken ...........73
Lenovo ThinkVantage Tools ........73
Lenovo Care .............73
Lenovo Welcome ...........74
Access Help .............74
Veiligheid en garantie ..........74
Lenovo-website (http://www.lenovo.com) . . . 74
© Copyright Lenovo 2009 iii
Hulp en service .............75
Documentatie en diagnoseprogramma’s gebrui-
ken................75
Service aanvragen ...........75
Andere services ............76
Extra services aanschaffen ........76
Bijlage. Kennisgevingen .......79
Kennisgeving televisie-uitvoer ........80
Europees CE-symbool ...........80
Handelsmerken .............80
Trefwoordenregister .........81
iv
Handboek voor de gebruiker

Belangrijke veiligheidsvoorschriften

Let op! Zorg ervoor dat u, voordat u deze handleiding gaat gebruiken, kennis neemt van de veiligheidsvoorschriften voor dit product. Raadpleeg de bij dit product gele­verde publicatie ThinkCentre Veiligheid en garantie voor de meest recente informa- tie op het gebied van veiligheid. Door de veiligheidsvoorschriften goed in u op te nemen, verkleint u de kans op persoonlijk letsel en op schade aan het pro­duct.
Als u geen exemplaar meer hebt van de publicatie ThinkCentre Veiligheid en garantie, kunt u een PDF-versie downloaden vanaf de Support-website van Lenovo http://www.lenovo.com/support
®
op
© Copyright Lenovo 2009 v
vi Handboek voor de gebruiker

Hoofdstuk 1. Overzicht van het product

In dit hoofdstuk worden de computerfuncties, specificaties, vooraf geïnstalleerde softwareprogramma’s en de locatie van onderdelen en aansluitingen beschreven.

Voorzieningen

In dit gedeelte vindt u een overzicht van de voorzieningen van de computer.
Systeeminformatie
De volgende informatie is van toepassing op een aantal modellen. Voor infor­matie over uw specifieke model kunt u het programma Setup Utility gebrui­ken. Zie Hoofdstuk 4, “Werken met het programma Setup Utility”, op pagina
59.
Microprocessor
®
v Intel
v Intel Celeron dual-core processor
v Intel Pentium
v Intel Core
v Intel Core 2 Quad-processor
v Interne cache (grootte verschilt per modeltype)
Celeron®processor
®
dual-core processor
2 Duo-processor
Geheugen
v Ondersteuning voor maximaal twee DDR2 DIMM’s (double data rate 2 dual
inline memory modules)
Interne stations
v Diskettestation of kaartlezer (bepaalde modellen)
v SATA (Serial Advanced Technology Attachment) intern vaste-schijfstation
v Optisch station
Videosubsysteem
v Geïntegreerde grafische kaart voor een VGA-aansluiting
v Sleuf voor PCI (Peripheral Component Interconnect) Express x16 grafische kaart
op de systeemplaat, voor een afzonderlijke grafische kaart
© Copyright Lenovo 2009 1
Audiosubsysteem
v Geïntegreerde HD-audio
v Microfoon- en hoofdtelefoonaansluitingen op het voorpaneel
v Aansluitingen voor audio lijn-in, audio lijn-uit en microfoon op het achterpaneel
v Interne luidspreker (bepaalde modellen)
Communicatiemogelijkheden
v 10/100/1000 Mbps geïntegreerde Ethernet-controller
v PCI V.90 Data/Fax-modem (bepaalde modellen)
Voorzieningen voor systeembeheer
v Mogelijkheid tot het opslaan van de resultaten van de zelftest bij opstarten
(power-on self-test, POST)
v Opstartvolgorde bij automatisch opstarten
v Preboot Execution Environment (PXE)
v Beheer op afstand
v System Management (SM) BIOS en bijbehorende software
v Wake on LAN
v Wake on Ring (in Setup Utility heet dit Serial Port Ring Detect)
Input/output-voorzieningen (I/O)
v 9-pens seriële poort (een standaard en een optioneel)
v Ethernet-poort
v Een standaard 25-pens parallelle poort
v Zes USB-poorten (twee op het voorpaneel en vier op het achterpaneel)
v Muisaansluiting (standaard)
v Toetsenbordaansluiting (standaard)
v Twee audioaansluitingen op het voorpaneel (microfoon en hoofdtelefoon)
v Drie audio-aansluitingen (audio lijn-in, audio lijn-uit en microfoon) op het
achterpaneel
v VGA-beeldschermaansluiting
Uitbreidingsmogelijkheden
v Twee compartimenten voor vaste-schijfstations (een standaard en een optioneel)
v Eén compartiment voor een 3,5-inch diskettestation of kaartlezer
v Twee compartimenten voor optische-schijfstations (een standaard en een optio-
neel)
v Twee sleuven voor 32-bits PCI-kaarten
v Eén sleuf voor PCI Express x1-kaart
v Eén sleuf voor PCI Express x16 grafische kaart
Voeding
v 280 Watt voedingseenheid met handmatige voltageschakelaar (bepaalde model-
len)
v 280 Watt voedingseenheid met automatische detectie
v 320 Watt voedingseenheid met automatische detectie (bepaalde modellen)
v ACPI (Advanced Configuration and Power Interface)
2 Handboek voor de gebruiker
Beveiligingsvoorzieningen
v Computrace
v Aanwezigheidsschakelaar voor kap (ook wel inbraakverklikker genoemd, op
bepaalde modellen)
v Wachtwoord voor vaste schijf
v Systeemwachtwoord (Power-On Password, POP) en beheerderswachtwoord
(Administrator Password) voor toegang tot het BIOS
v I/O-besturing van seriële en parallelle poort
v Instelbare opstartvolgorde
v Opstarten zonder diskettestation, toetsenbord of muis
v Mogelijkheid tot het aanbrengen van een geïntegreerd kabelslot (Kensington-slot)
v Mogelijkheid om een apparaat in of uit te schakelen
v Toetsenbord met vingerafdruklezer (bepaalde modellen)
v Aan/uit-schakelaars voor USB
Softwareprogramma’s, vooraf geïnstalleerd
Uw computer wordt mogelijk geleverd met vooraf geïnstalleerde software­programma’s. Als dit het geval is, bestaat deze uit het besturingssysteem, stuur­programma’s voor de ingebouwde voorzieningen en overige ondersteunende software. Meer informatie vindt u in “Overzicht van de software” op pagina 5.
Besturingssysteem, vooraf geïnstalleerd
®
v Microsoft
v Microsoft Windows Vista
Windows®7
®
v Microsoft Windows XP Professional
(vooraf geïnstalleerd via downgrademachtigingen in Windows 7 Professional, Windows 7 Ultimate, Windows Vista Business of Windows Vista Ultimate)
1
Gecertificeerde of geteste besturingssystemen
v Linux
1. De besturingssystemen die hier staan genoemd, worden op het moment dat deze publicatie ter perse gaat, onderworpen aan een compatibiliteitstest of -certificering. Ook kan Lenovo na het verschijnen van dit boekje concluderen dat er nog meer besturingssystemen compatibel zijn met deze computer. Deze lijst is onderhevig aan wijzigingen. Om vast te stellen of een bepaald besturingssysteem gecertificeerd of getest is op compatibiliteit, kijkt u op de website of neemt u contact op met de leverancier van het besturingssysteem.
®
(verschilt per model)
Hoofdstuk 1. Overzicht van het product
3

Specificaties

In dit gedeelte vindt u de fysieke specificaties van uw computer.
Afmetingen
Breedte: 175 mm
Hoogte: 412 mm
Diepte: 442 mm
Gewicht
Maximumconfiguratie bij levering: 11,2 kg
Omgevingsvoorwaarden
Luchttemperatuur:
In bedrijf: 10° tot 35°C
Niet in bedrijf: -40° tot 60°C (in verpakking)
Niet in bedrijf: -10° tot 60°C (niet in verpakking)
Luchtvochtigheid:
In bedrijf: 10% tot 80% (10% per uur, geen condensatie)
Niet in bedrijf: 10% tot 90% (10% per uur, geen condensatie)
Maximumhoogte:
In bedrijf: -15 tot 3048 meter
Niet in bedrijf: -15 tot 10668 meter
Elektrische invoer
Invoerspanning:
Laag:
Minimum: 100 V wisselstroom
Maximum: 127 V wisselstroom
Invoerfrequentie: 50 tot 60 Hz
Instelling voltage-schakelaar: 115 V ac
Hoog:
Minimum: 200 V wisselstroom
Maximum: 240 V wisselstroom
Invoerfrequentie: 50 tot 60 Hz
Instelling voltage-schakelaar: 230 V ac
4 Handboek voor de gebruiker

Overzicht van de software

De computer wordt geleverd met een vooraf geïnstalleerd besturingssysteem en verscheidene vooraf geïnstalleerde toepassingen.

Bij het Windows-besturingssysteem meegeleverde software

In dit gedeelte vindt u een beschrijving van de Windows-programma’s die bij de computer worden geleverd.
Door Lenovo verstrekte software
De volgende softwareprogramma’s worden door Lenovo verstrekt om u te helpen productiever te werken en de kosten voor onderhoud van uw computer tot een minimum te beperken. Welke softwareprogramma’s er precies worden mee­geleverd, is afhankelijk van het type model en het vooraf geïnstalleerde besturings­systeem.
Lenovo ThinkVantage Tools: Het programma Lenovo ThinkVantage u de weg naar een keur aan informatiebronnen en geeft eenvoudig toegang tot ver­schillende tools, zodat u eenvoudiger en veiliger kunt werken. Meer informatie vindt u in “Lenovo ThinkVantage Tools” op pagina 73.
Opmerking: Het programma Lenovo ThinkVantage Tools is alleen beschikbaar op
computers van Lenovo waarop Windows 7 vooraf is geïnstalleerd.
Lenovo Care: Het programma Lenovo Care informatie en tools die u helpen uw computer te leren kennen, te installeren, te onderhouden en uit te breiden. Meer informatie vindt u in “Lenovo Care” op pagina 73.
®
Tools wijst
SM
wijst u de weg naar een keur aan
Opmerking: Het programma Lenovo Care is alleen beschikbaar op computers van
Lenovo waarop Windows Vista of Windows XP vooraf is geïnstal­leerd.
Lenovo Welcome: Met het programma Lenovo Welcome maakt u kennis met een aantal innovatieve ingebouwde voorzieningen van Lenovo en wordt u door een aantal belangrijke installatietaken geleid. Hierdoor haalt u het beste uit uw compu­ter.
Opmerking: Het programma Lenovo Welcome is alleen beschikbaar op computers
van Lenovo waarop Windows 7 of Windows Vista vooraf is geïnstal­leerd.
Product Recovery: Met het Herstelprogramma kunt u de inhoud van het vaste­schijfstation herstellen naar de fabrieksinstellingen.
®
ThinkVantage Rescue and Recovery: ThinkVantage Rescue and Recovery
(RnR) is een programma waarmee u met één druk op de knop backups kunt maken en herstelbewerkingen kunt uitvoeren. Het programma bevat een set tools waarmee u zelf de oorzaak van problemen kunt opsporen, hulp kunt inroepen en na een systeemcrash snel weer aan de slag kunt, zelfs als het primaire besturingssysteem niet meer opstart.
Password Manager: Met Password Manager kunt u verificatiegegevens automa­tisch vastleggen en invullen voor websites en Windows-toepassingen.
Hoofdstuk 1. Overzicht van het product 5
ThinkVantage System Update: ThinkVantage System Update (TVSU) is een pro­gramma dat u helpt de software op uw systeem actueel te houden door softwarepakketten (TVT-programma’s, stuurprogramma’s, BIOS-flashes en programma’s van andere bedrijven) te downloaden en te installeren. Voorbeelden van software waarvan het raadzaam is steeds de nieuwste versie te installeren, zijn enkele programma’s die door Lenovo worden geleverd, zoals ThinkVantage Rescue and Recovery en het programma Lenovo Care.
ThinkVantage Power Manager: ThinkVantage Power Manager verzorgt eenvou­dig, flexibel en volledig energiebeheer voor uw ThinkCentre ThinkVantage Power Manager kunt u instellingen voor energiebeheer bijstellen om de beste balans te bereiken tussen systeemsnelheid en energiebesparing.
Vingerafdruksoftware: Met een vingerafdruklezer die op bepaalde modellen aan­wezig is, kunt u een vingerafdruk registreren en koppelen aan een systeem­wachtwoord, een vaste-schijfwachtwoord en een Windows-wachtwoord. Hierdoor kan wachtwoordverificatie worden vervangen door verificatie op basis van vinger­afdrukken, voor vereenvoudigde en veilige toegang voor de gebruiker. Een toetsen­bord met vingerafdruklezer is beschikbaar voor bepaalde computers en kan als optie worden aangeschaft voor computers die deze functie ondersteunen.
®
-computer. Met
Lenovo ThinkVantage Toolbox
Het programma Lenovo ThinkVantage Toolbox helpt u bij het onderhoud van uw computer. Het verbetert de beveiliging, maakt een betere opsporing van problemen mogelijk, helpt u vertrouwd te raken met de innovatieve technologie van Lenovo en verschaft u een overvloed aan informatie over uw computer. Zie “Lenovo ThinkVantage Toolbox” op pagina 69 voor meer gedetailleerde informatie.
Opmerking: Het programma Lenovo ThinkVantage Toolbox is alleen beschikbaar
op computers van Lenovo waarop Windows 7 vooraf is geïnstalleerd.
Lenovo System Toolbox
Het diagnoseprogramma Lenovo System Toolbox is al vooraf op het vaste-schijf­station geïnstalleerd. Dit diagnoseprogramma werkt bij het onderzoeken van de hardware via het besturingssysteem en maakt melding van instellingen die door het besturingssysteem worden beheerd en die hardwareproblemen kunnen veroor­zaken. Zie “Lenovo System Toolbox” op pagina 69.
Opmerking: Het programma Lenovo System Toolbox is alleen beschikbaar op
PC-Doctor for Rescue and Recovery
Het diagnoseprogramma PC-Doctor for Rescue and Recovery is al vooraf op het vaste-schijfstation geïnstalleerd. Het maakt deel uit van het werkgebied van Rescue and Recovery op elke Lenovo-computer en helpt bij het onderzoeken van de hard­ware via het besturingssysteem; het maakt melding van instellingen die door het besturingssysteem worden beheerd en die hardwareproblemen kunnen veroorza­ken. U kunt PC-Doctor for Rescue and Recovery ook gebruiken als het niet lukt om Windows op te starten. Zie “PC-Doctor for Rescue and Recovery” op pagina
70.
Adobe Reader
Adobe Reader is een tool voor het lezen, afdrukken en doorzoeken van PDF­documenten.
6 Handboek voor de gebruiker
computers van Lenovo waarop Windows Vista of Windows XP vooraf is geïnstalleerd.
Zie “Map Online boeken” op pagina 73 voor meer informatie over het gebruik van elektronische boeken en de Lenovo-website.
Antivirussoftware
Op uw computer is antivirussoftware geïnstalleerd, voor het detecteren en elimine­ren van virussen. Lenovo heeft een volledige versie van de antivirussoftware op uw vaste schijfstation geplaatst en biedt u een gratis abonnement voor 30 dagen aan. Na 30 dagen moet u de licentie vernieuwen om updates voor het antivirus­programma te blijven ontvangen.
Meer informatie over het bijwerken van de antivirussoftware vindt u in Access Help. Instructies voor het openen van het Help-systeem vindt u in “Access Help” op pagina 74.

De plaats van de onderdelen

Aansluitingen aan de voorkant van de computer

In Figuur 1 ziet u waar de aansluitingen aan de voorkant van de computer zich bevinden.
Opmerking: Niet alle computermodellen beschikken over de volgende aansluitin-
gen.
Figuur 1. Aansluitingen aan de voorkant
1 USB-poort 3Microfoonaansluiting 2Aansluiting voor hoofdtelefoon 4 USB-poort
Hoofdstuk 1. Overzicht van het product 7

Aansluitingen aan de achterkant van de computer

In Figuur 2 ziet u waar de aansluitingen aan de achterkant van de computer zich bevinden. Sommige aansluitingen op de achterkant van de computer zijn voorzien van een kleurcode. Dit vergemakkelijkt de aansluiting van de kabels.
Opmerking: Niet alle computermodellen beschikken over de volgende aansluitin-
gen.
Figuur 2. Locatie van aansluitingen achterkant
1 Voltageschakelaar (bepaalde modellen) 9 Ethernet-poort 2 Aansluiting voor netsnoer 10Microfoonaansluiting 3Standaard muisaansluiting 11 Audiolijnuitgang 4Standaard toetsenbordaansluiting 12 Audiolijningang 5 Seriële poort 13 Sleuf voor PCI Express x16 grafische kaart 6 Parallelle poort 14 Sleuf voor PCI Express x1-kaart 7VGA-beeldschermaansluiting 15 Sleuven voor PCI-kaarten (2) 8 USB-aansluitingen (4) 16 Seriële poort (bepaalde modellen)
8 Handboek voor de gebruiker
Aansluiting Beschrijving
Audiolijningang Hier komen de audiosignalen binnen van een extern audioap-
paraat, zoals een stereo-installatie. Als u een extern audioap­paraat aansluit, verbindt u de audiolijnuitgang van het apparaat met een kabel met de audiolijningang van de compu­ter.
Audiolijnuitgang Via deze uitgang worden audiosignalen van de computer ver-
zonden naar externe apparaten, zoals actieve stereo luidspre­kers (luidsprekers met ingebouwde versterker), hoofdtelefoons, multimediatoetsenborden of de audiolijningang van een stereo­systeem of andere externe opnameapparatuur.
Ethernet-poort Hierop kunt u een Ethernet-kabel voor een LAN (local area
network) aansluiten. Opmerking: Om de computer te laten voldoen aan de FCC­richtlijnen (Klasse B), dient u een Ethernet-kabel van categorie 5 te gebruiken.
Microfoonaansluiting Met deze aansluiting kunt u een microfoon met de computer
verbinden voor het opnemen van geluid of het gebruik van spraakherkenningssoftware.
parallelle poort Hierop kunt u een parallelle printer, parallelle scanner of
andere apparaten aansluiten die een 25-pens parallelle poort hebben.
Toetsenbordaansluiting (standaard)
Muisaansluiting (stan­daard)
Hierop kunt u een toetsenbord aansluiten dat een standaard­toetsenbordaansluiting heeft.
Hierop kunt u een muis, trackball of andere aanwijsapparaten aansluiten die geschikt zijn voor een standaardmuisaansluiting.
Seriële poort Hierop kunt u een extern modem, een seriële printer of andere
apparaten aansluiten die een 9-pens seriële aansluiting hebben.
USB-poort Hierop kunt u apparaten aansluiten waarvoor een USB-poort
(Universal Serial Bus) vereist is, bijvoorbeeld een USB-scanner, een USB-toetsenbord, een USB-muis of een USB-printer. Als u meer dan zes USB-apparaten hebt, kunt u een USB-hub kopen, die u kunt gebruiken om extra USB-apparaten op aan te slui­ten.
VGA-beeldscherm­aansluiting
Voor het aansluiten van een VGA-beeldscherm of andere appa­raten die gebruik maken van een VGA-aansluiting.
Hoofdstuk 1. Overzicht van het product 9

Componenten

In Figuur 3 kunt u zien waar de verschillende onderdelen zich bevinden. Hoe u de kap van de computer verwijdert, leest u in “De kap van de computer verwijderen” op pagina 14.
Figuur 3. De plaats van de verschillende componenten
1 Module met koelelement en ventilator 6 Sleuf voor PCI-kaart 2 Geheugenmodules (2) 7 Sleuf voor PCI Express x1-kaart 3 Batterij 8 Aanwezigheidsschakelaar voor kap
(inbraakverklikker, op bepaalde model­len)
4 Sleuf voor PCI Express x16 grafische kaart 9 Achterste ventilatoreenheid 5 PCI-kaart 10 Voedingseenheid
10 Handboek voor de gebruiker

Onderdelen op de systeemplaat

In Figuur 4 ziet u de plaats van de onderdelen op de systeemplaat.
Figuur 4. Plaats van de onderdelen op de systeemplaat
1 Microprocessor 12Aansluiting frontpaneel 2Aansluiting microprocessorventilator 13USB-poorten voorkant (2) 3 Geheugensleuven (2) 14 Seriële poort (COM 2) 4 Aansluiting voor temperatuursensor 15Audioaansluiting vooraan 5 Diskettestationaansluiting 16 Aansluiting interne luidspreker 6 24-pens voedingsaansluiting 17 Sleuven voor PCI-kaarten (2) 7 Batterij 18 Sleuf voor PCI Express x1-kaart 8 Aanwezigheidsschakelaar voor kap
(inbraakverklikker, op bepaalde model­len)
9SATA-aansluitingen (4) 20 Aansluiting systeemventilator 10 Jumper voor wissen van CMOS
(Complementary Metal Oxide Semiconductor)/herstel
11 Voedingsaansluiting ventilator
19 Sleuf voor PCI Express x16 grafische kaart
21 4-pens voedingsaansluiting
Hoofdstuk 1. Overzicht van het product 11
12 Handboek voor de gebruiker

Hoofdstuk 2. Opties installeren en hardware vervangen

In dit hoofdstuk vindt u instructies voor het installeren van opties en het vervan­gen van hardware in uw computer. U kunt de mogelijkheden van uw computer gemakkelijk uitbreiden door stations, geheugenmodules of PCI-kaarten toe te voe­gen. Raadpleeg bij het installeren of vervangen van een optie zowel deze instruc­ties als de instructies die bij de optie zijn geleverd.
Belangrijk: Lees voordat u een optie installeert of vervangt de “Belangrijke
veiligheidsinformatie” in de publicatieThinkCentre Veiligheid en garantie. De voorzorgsmaatregelen en richtlijnen zorgen dat u veilig kunt wer­ken.

Werken met apparaten die gevoelig zijn voor statische elektriciteit

Open de antistatische verpakking met het nieuwe onderdeel pas als het bescha­digde onderdeel uit de computer is verwijderd en u klaar bent om het nieuwe onderdeel te installeren. Statische elektriciteit is ongevaarlijk voor uzelf, maar kan leiden tot ernstige schade aan de onderdelen van de computer.
Neem bij het omgaan met onderdelen en computercomponenten de volgende voor­zorgsmaatregelen in acht om schade door statische elektriciteit te voorkomen:
v Beweeg zo min mogelijk. Door wrijving kan er statische elektriciteit ontstaan.
v Ga altijd voorzichtig om met onderdelen en andere computercomponenten. Pak
PCI-kaarten, geheugenmodules, systeemplaten en microprocessors bij de rand beet. Raak nooit onbeschermde elektronische componenten aan.
v Zorg ook dat anderen de onderdelen en andere computercomponenten niet aan-
raken.
v Voordat u een nieuw onderdeel installeert, houdt u de antistatische verpakking
met dat onderdeel minstens 2 seconden tegen een metalen afdekplaatje van een uitbreidingssleuf aan, of tegen een ander ongeverfd metalen oppervlak op de computer. Hiermee vermindert u de statische lading van de verpakking en van uw lichaam.
v Installeer het nieuwe onderdeel zo mogelijk direct in de computer, zonder het
eerst neer te leggen. Als u het onderdeel neer moet leggen nadat u het uit de verpakking hebt gehaald, leg het dan op de antistatische verpakking op een vlakke ondergrond.
v Leg het onderdeel niet op de kap van de computer of op een metalen onder-
grond.
© Copyright Lenovo 2009 13

Opties installeren en hardware vervangen

In dit gedeelte vindt u een inleiding op het installeren van opties en het vervangen van hardware in uw computer. Raadpleeg bij het installeren of vervangen van een optie zowel deze instructies als de instructies die bij de optie zijn geleverd.
Attentie
Open de computer niet en probeer geen reparaties uit te voeren voordat u de “Belangrijke veiligheidsvoorschriften” hebt gelezen in de publicatie ThinkCentre Veiligheid en garantie die bij de computer is geleverd. Voor een exemplaar van de publicatie ThinkCentre Veiligheid en Garantie gaat u naar: http://www.lenovo.com/support
Opmerking: >Gebruik uitsluitend onderdelen die door Lenovo zijn verstrekt.

Externe apparaten installeren

U kunt externe luidsprekers, een printer of een scanner op uw computer aanslui­ten. Voor bepaalde externe apparaten moet u aanvullende software installeren. Als u een externe optie toevoegt, kunt u in “Aansluitingen aan de voorkant van de computer” op pagina 7 en “Aansluitingen aan de achterkant van de computer” op pagina 8 zien welke aansluiting u moet gebruiken. Aan de hand van de instructies die bij de externe optie zijn geleverd, kunt u die optie vervolgens aansluiten en de vereiste software of stuurprogramma’s installeren.

De kap van de computer verwijderen

Attentie
Open de computer niet en probeer geen reparaties uit te voeren voordat u de “Belangrijke veiligheidsvoorschriften” hebt gelezen in de publicatie ThinkCentre Veiligheid en garantie die bij de computer is geleverd. Voor een exemplaar van de publicatie ThinkCentre Veiligheid en Garantie gaat u naar: http://www.lenovo.com/support
In dit gedeelte vindt u instructies voor het verwijderen van de kap van de compu­ter.
Let op!
Zet de computer uit en laat hem drie tot vijf minuten afkoelen voordat u de kap van de computer verwijdert.
U verwijdert de kap als volgt:
1. Verwijder alle media uit de stations, sluit het besturingssysteem af en en scha-
kel alle aangesloten apparatuur uit. Zet dan de computer uit.
2. Haal alle stekkers uit het stopcontact.
3. Ontkoppel de kabels die op de computer zijn aangesloten. Dit geldt voor net-
snoeren, I/O-kabels en alle andere op de computer aangesloten kabels. Zie “Aansluitingen aan de voorkant van de computer” op pagina 7 en “Aansluitin­gen aan de achterkant van de computer” op pagina 8.
14 Handboek voor de gebruiker
4. Verwijder eventueel aanwezige sloten waarmee de computerkap is vastgezet,
zoals een kabelslot.
5. Als de kap vastzit met handschroeven, draai deze dan los.
6. Druk op de ontgrendelknop voor de kap die zich aan de zijkant van de kap
bevindt, schuif de kap naar achteren en neem hem weg.
Figuur 5. De kap van de computer verwijderen

De frontplaat verwijderen en terugplaatsen

In dit gedeelte vindt u instructies voor het verwijderen en weer aanbrengen van de frontplaat.
U kunt als volgt de frontplaat verwijderen en weer aanbrengen:
1. Verwijder de kap van de computer. Zie “De kap van de computer verwijderen”
op pagina 14.
2. Verwijder de drie plastic lipjes aan de linkerkant en draai de frontplaat naar
buiten. Verwijder de plaat.
Hoofdstuk 2. Opties installeren en hardware vervangen 15
Figuur 6. De frontplaat verwijderen
3. Als u de frontplaat weer wilt aanbrengen, plaatst u de plastic nokjes aan de
rechterkant van de frontplaat in de overeenkomstige gaatjes in het chassis. Ver­volgens draait u de frontplaat naar binnen totdat hij links vastklikt.
4. Ga naar “Het vervangen van de onderdelen voltooien” op pagina 43.

Interne opties installeren

Belangrijk
Lees eerst “Werken met apparaten die gevoelig zijn voor statische elektriciteit” op pagina 13 voordat u de kap van de computer verwijdert.
PCI-kaart installeren of vervangen
Attentie
Open de computer niet en probeer geen reparaties uit te voeren voordat u de “Belangrijke veiligheidsvoorschriften” hebt gelezen in de publicatie ThinkCentre Veiligheid en garantie die bij de computer is geleverd. Voor een exemplaar van de publicatie ThinkCentre Veiligheid en Garantie gaat u naar: http://www.lenovo.com/support
In dit gedeelte vindt u instructies voor het installeren of vervangen van een PCI­kaart.
Er zijn twee sleuven voor standaard PCI-kaarten, één voor een PCI Express x1-kaart en één voor een PCI Express x16 grafische kaart.
U installeert of vervangt een PCI-kaart als volgt:
16 Handboek voor de gebruiker
1. Verwijder de kap van de computer. Zie “De kap van de computer verwijderen”
op pagina 14.
2. Druk aan de achterkant van de computer op de ontgrendelknop 1 om de
kaartklem 2 te openen en verwijder het afdekplaatje van de kaartsleuf.
Figuur 7. De kaartklem openen
3. Haal de nieuwe PCI-kaart uit de antistatische verpakking.
4. Installeer de nieuwe kaart in de juiste sleuf op de systeemplaat. Zie “Onderde-
len op de systeemplaat” op pagina 11. Als u een kaart vervangt, verwijdert u de aanwezige kaart voordat u de nieuwe installeert.
Hoofdstuk 2. Opties installeren en hardware vervangen 17
Opmerkingen:
a. De kaart zit vrij stevig vast in de kaartsleuf. Indien nodig kunt u elke kant
van de kaart beurtelings iets heen en weer bewegen om hem eruit te halen.
b. Als de kaart vastzit onder een klem, drukt u op de klem 1 zoals afge-
beeld om de vergrendeling te openen. Pak de kaart en trek deze voorzichtig uit de sleuf.
5. Draai de kaartklem dicht om de kaarten vast te zetten.
18 Handboek voor de gebruiker
Figuur 8. De kaartklem sluiten
Volgende stappen:
v Als u met een andere optie wilt werken, gaat u naar het desbetreffende
gedeelte.
v Ga naar “Het vervangen van de onderdelen voltooien” op pagina 43.
Geheugenmodules installeren of vervangen
Attentie
Open de computer niet en probeer geen reparaties uit te voeren voordat u de “Belangrijke veiligheidsvoorschriften” hebt gelezen in de publicatie ThinkCentre Veiligheid en garantie die bij de computer is geleverd. Voor een exemplaar van de publicatie ThinkCentre Veiligheid en Garantie gaat u naar: http://www.lenovo.com/support
In dit gedeelte vindt u instructies voor het installeren of vervangen van een geheugenmodule.
De computer beschikt over twee sleuven voor het plaatsen of vervangen van DDR2 DIMM’s. Gebruik bij het installeren of vervangen van een geheugenmodule DDR2 DIMM’s van 1 GB of 2 GB in elke combinatie tot maximaal 4 GB.
U installeert of vervangt een geheugenmodule als volgt:
1. Verwijder de kap van de computer. Zie “De kap van de computer verwijderen”
op pagina 14.
Opmerking: Bij deze procedure is het handig als u de computer op de zijkant
zet.
Hoofdstuk 2. Opties installeren en hardware vervangen 19
2. Verwijder alle onderdelen die het moeilijk maken om bij geheugenaansluitingen
te komen.
3. Kijk waar de geheugenaansluitingen zich bevinden. Zie “Onderdelen op de
systeemplaat” op pagina 11.
4. Open de klemmetjes.
Figuur 9. Klemmetjes openen
Als u een geheugenmodule vervangt, opent u de klemmetjes en verwijdert u de module zoals hieronder te zien is.
Figuur 10. De geheugenmodule verwijderen
5. Houd de geheugenmodule boven op de geheugenaansluiting. Zorg dat de inke-
ping 1 in de geheugenmodule zich recht boven het nokje 2 in de aanslui­ting op de systeemplaat bevindt. Duw de geheugenmodule voorzichtig naar beneden tot de klemmetjes vastklikken.
20 Handboek voor de gebruiker
Figuur 11. De geheugenmodule aanbrengen
Volgende stappen:
v Als u met een andere optie wilt werken, gaat u naar het desbetreffende
gedeelte.
v Als u de installatie wilt voltooien, gaat u naar “Het vervangen van de
onderdelen voltooien” op pagina 43.
Interne stations installeren
In dit gedeelte vindt u instructies voor het installeren van interne stations.
Interne stations zijn apparaten waarmee de computer gegevens leest en opslaat. U kunt extra stations in de computer installeren om de opslagcapaciteit uit te breiden of om de computer geschikt te maken voor het lezen van andere typen media. De volgende typen stations zijn beschikbaar:
v SATA (Serial Advanced Technology Attachment) vaste-schijfstation v SATA optische-schijfstations, zoals CD- en DVD-stations v Stations voor verwisselbare media
Opmerking: Deze typen stations worden ook wel IDE-stations (integrated drive
electronics) genoemd.
Interne stations worden geïnstalleerd in compartimenten. In deze handleiding wordt gesproken van compartiment 1, compartiment 2 enzovoort.
Wanneer u een intern station installeert, moet u er goed op letten of het comparti­ment dat u daarvoor wilt gebruiken geschikt is voor het desbetreffende type en formaat station. Zorg ook dat de interne stationskabels goed worden aangesloten op het geïnstalleerde station.
Stationsspecificaties: De computer wordt geleverd met de volgende in de fabriek geïnstalleerde stations:
v Een optische-schijfstation in compartiment 1 (bepaalde modellen) v Een 3,5-inch diskettestation of een kaartlezer in compartiment 3 (bepaalde
modellen)
v Een primair 3,5-inch vaste-schijfstation in compartiment 5
Hoofdstuk 2. Opties installeren en hardware vervangen 21
Loading...
+ 65 hidden pages