Lenovo TAB 2 A8-50 User Guide [nl]

Lenovo TAB 2 A8-50

Handboek voor de gebruiker

Lenovo TAB 2 A8-50F

Lenovo TAB 2 A8-50L

Lenovo TAB 2 A8-50LC

• Alle informatie in deze gids die is voorzien van een * heeft alleen betrekking op het LTE-model (Lenovo TAB 2 A850L/Lenovo TAB 2 A8-50LC).

Basisprincipes

Opmerkingen: Lees eerst het volgende voordat u deze informatie en het product dat het ondersteunt, gebruikt:

Veiligheid, garantie en snelstartgids

Regulatory Notice

'Belangrijke informatie over veiligheid en omgaan met het product' in 'Bijlage'

De Handleiding voor veiligheid, garantie en installatie en de Regulatory Notice staan op de website http://support.lenovo.com.

Beginscherm

Het beginscherm is het startpunt voor het gebruik van uw apparaat. Voor uw gemak is het beginscherm al ingesteld met enkele nuttige apps en widgets.

OPMERKING: De apparaatfuncties en het beginscherm kunnen verschillen afhankelijk van uw locatie, taal, provider en het apparaatmodel.

U kunt uw beginscherm op elk gewenst moment aanpassen.

Beginscherm

Op het eerste beginscherm vindt u een Google-zoekbalk en eenDigitale klok-widget. De andere beginschermen bevatten enkele apps.

Voorbeeldscherm

Tik ergens op het beginscherm, behalve op de pictogrammen.

Onder aan het scherm bevinden zich ACHTERGRONDEN en WIDGETS.

Een beginscherm toevoegen

Tik op het beginscherm op een app en houd deze ingedrukt om deze naar het nieuwe beginscherm te verplaatsen. Zo krijgt u een nieuw beginscherm.

Een beginscherm verwijderen

Verwijder alle apps op het beginscherm.

Een widget toevoegen aan een beginscherm

Selecteer op het voorbeeldscherm WIDGETS, schuif de widgets naar links of rechts, sleep een widget naar de gewenste plek en laat deze weer los.

De achtergrond wijzigen

Ga naar Instellingen > Apparaat > Weergave > Achtergrond en kies de gewenste achtergrond.

Een app naar een ander scherm verplaatsen

Tik op app die u wilt verplaatsen, houd deze ingedrukt en sleep deze naar links of rechts op het scherm en laat deze dan op de gewenste plek los.

Een app verwijderen

1.Tik lang op de app die u wilt verwijderen.

2.Sleep de app naar Verwijderen aan de bovenkant van het scherm, totdat het pictogram rood wordt.

Schermknoppen

Er zijn drie knoppen onder aan het beginscherm.

Terug-knop: Tik op	om terug te keren naar het vorige scherm.
Startknop: Tik op	om terug te keren naar het standaard beginscherm.
Recent-knop: Tik op	om de recente apps weer te geven. Vervolgens kunt u het volgende doen:

Tik op een app om deze te openen.

Veeg het pictogram naar links of rechts om de actieve app te stoppen.

Meldingen

Veeg vanaf de bovenkant van het scherm om de systeemberichten en meldingen te zien.

Geforceerd herstarten

Houd de aan/uit-knop ten minste 10 seconden ingedrukt om opnieuw op te starten.

Camera

Ga naar Camera om de Camera te openen.

Foto's en video's maken

U kunt foto's en video's maken met de ingebouwde camera van uw apparaat.

Tik op	om een foto te maken.
Tik op	om een video op te nemen.
Tik op	om te wisselen tussen de camera op de voorzijde en de camera op de achterzijde.
Tik op	om de HDR-modus in te schakelen.
Tik op	om automatisch een foto te maken als er een glimlach wordt gedetecteerd.
Tik op	om automatisch een foto te maken als er een gebaar wordt gedetecteerd.
Tik op	om de Normale modus te gebruiken.
Tik op	om de Live Photo-modus te gebruiken.
Tik op	om de Motion Track-modus te gebruiken.
Tik op	om de Face beauty-modus te gebruiken.
Tik op	om de Panorama-modus te gebruiken.
Tik op	om de Multi-angle view-modus te gebruiken.
Tik op	om de andere camera-instellingen te configureren.

Schermafbeeldingen maken

Houd de aan/uit-knop en de knop voor volume omlaag tegelijkertijd ingedrukt.

Foto's en video's bekijken

Foto's en video's worden opgeslagen in de interne opslagruimte van uw apparaat. U kunt uw foto's en video's op de volgende manieren bekijken:

Tik op de rechterbenedenhoek van de miniatuur als u de Camera-app gebruikt. Ga naar Galerij.

De schermafbeeldingen worden opgeslagen in de interne opslagruimte van uw apparaat. U kunt de schermafbeeldingen op de volgende manieren bekijken:

Ga naar Galerij.

Netwerk

U dient een draadloos netwerk te configureren voordat u verbinding kunt maken met internet.

Een WLAN-netwerk instellen

*Een mobiel netwerk instellen Een VPN-netwerk instellen

U kunt uw mobiele netwerk ook met anderen delen. *Een hotspot instellen

Een WLAN-netwerk instellen

Ga naar Instellingen > Draadloos en netwerken > WLAN.

Schakel het WLAN-gedeelte in en tik op een WLAN-hotspot in de lijst om verbinding te maken met internet. Als u een beveiligde koppeling wilt openen, dient u uw gebruikersnaam en wachtwoord in te voeren.

OPMERKING: U hebt geldige WLAN-hotspots nodig om verbinding mee te maken.

*Een mobiel netwerk instellen

Ga naar Instellingen > Draadloos en netwerken > SIM-kaarten.

Schakel de service van uw provider in en selecteer vervolgens de Kaart voor mobiele gegevens.

In de meldingsbalk kunt u de gegevensverbinding snel openen.

OPMERKING: U hebt een geldige SIM-kaart met gegevensservice nodig. Neem contact op met uw provider als u geen SIMkaart hebt.

Een VPN-netwerk instellen

Met VPN's die binnen organisaties worden gebruikt, kunt u veilig persoonlijke gegevens uitwisselen via een niet-particulier netwerk. Mogelijk dient u een VPN-verbinding te configureren, bijvoorbeeld om toegang te krijgen tot uw zakelijke e- mailaccount. Vraag de netwerkbeheerder om de vereiste instellingen voor het configureren van een VPN voor uw netwerk. Wanneer één of meer VPN-instellingen beschikbaar zijn, kunt u het volgende doen:

Ga naar Instellingen > Draadloos en netwerken > Meer > VPN.

Tik op om het VPN-profiel te bewerken, inclusief de naam van de server, het servertype en het serveradres, en tik vervolgens op Opslaan.

Tik op naam van de VPN-server, voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in en tik vervolgens op VERBINDEN om verbinding te maken met de VPN-netwerk.

Tik op de naam van de VPN-server en houd deze vast om de VPN te bewerken of verwijderen.

*Een hotspot instellen

U kunt Tethering en draagbare hotspot gebruiken om een internetverbinding te delen met een computer of een ander apparaat.

Ga naar Instellingen > Draadloos en netwerken> Meer > Tethering en draagbare hotspot en doe het volgende:

Schakel de WLAN-hotspot in.

Tik op WLAN-hotspot om de hotspot te configureren.

U kunt ook gebruikmaken van Bluetooth-tethering en USB-tethering.

OPMERKING: Geef de netwerk-SSID en het wachtwoord door aan uw vrienden, zodat u het mobiele netwerk met hen kunt delen.