• Kies voor het monteren een plaats waar
het apparaat de bestuurder tijdens het
rijden niet hindert.
• Sluit, vóór u het apparaat installeert,
eerst tijdelijk alle kabels aan en
controleer dat het systeem naar behoren
werkt.
• Gebruik voor een juiste installatie alleen
onderdelen die met het apparaat
meegeleverd zijn. Het gebruik van nietgoedgekeurde onderdelen kan
mankementen veroorzaken.
• Raadpleeg uw dichtstbijzijnde
leverancier als voor de installatie van
het product gaatjes geboord moeten
worden, of andere wijzigingen aan het
voertuig uitgevoerd moeten worden.
• Installeer het apparaat op een plek waar
het de bestuurder niet in de weg kan
zitten en geen letsel kan veroorzaken
aan passagiers in het geval van
plotseling remmen (bijv. in
noodgevallen).
• Als de installatiehoek groter dan 30° is,
werkt het apparaat wellicht niet
optimaal.
30˚
• Voorkom blootstelling van het apparaat
aan hoge temperaturen, zoals van direct
zonlicht of hete lucht die uit een
verwarming komt, en voorkom
blootstelling aan stof, vuil en sterke
trillingen.
DIN-MONTAGE AAN VOOR/ACHTERZIJDE
Het apparaat kan gemonteerd worden
aan de Voorzijde (conventionele-DIN
montage aan voorkant) of aan de
Achterzijde (DIN-montage aan achterzijde
via de schroefgaatjes aan de zijkant van
het chassis.
Raadpleeg voor details de geïllustreerde
installatiemethoden hieronder).
HAAL VÓÓR INSTALLATIE DE
SCHROEVEN ERUIT
Verwijder, vóór het installeren van de radio,
alstublieft de twee schroeven.
Haal vóór installatie de schroeven eruit
DIN-MONTAGE AAN VOORZIJDE
(Methode A)
De voor de installatie benodigde opening
Dit apparaat kan in elk dashboard, dat
een opening als hieronder heeft,
geïnstalleerd worden:
53 mm
182 mm
Het apparaat installeren
Controleer eerst alle aansluitingen en volg
dan de stappen hieronder om het apparaat
te installeren.
1.Zorg ervoor dat het contactslot van de
auto uitgeschakeld is. Maak de kabel
los van de negatieve (-) pool van de
accu.
2. Maak het draadraam en de antenne los.
3. Druk op de ontgrendelingsknop van het
frontpaneel en verwijder het
bedieningspaneel (zie de stappen voor
“het frontpaneel losmaken”).
4.Til de bovenkant van de sierrand
omhoog, trek hem los en haal hem eraf.
5.De twee meegeleverde sleutels maken
lipjes in de huls van het apparaat los
zodat u het eruit kunt halen. Steek de
sleutels (met de inkepingen naar boven)
zover mogelijk in de daarvoor bestemde
openingen links en rechts op het
apparaat. Schuif de huls van de
achterkant van het apparaat af.
3
INSTALLATIE
Huls
L sleutel
Sierrand
Frontpaneel
R sleutel
6. Zet de huls vast door hem in de opening
in het dashboard te steken en de lipjes
rondom de huls met een
schroevendraaier naar buiten te buigen.
Niet alle lipjes kunnen kontakt maken,
dus gebruik degenen die het meest
effectief zullen zijn. Buig ze achter het
dashboard open om de huls stevig vast
op zijn plaats te zetten.
Dashboard
Lipjes
Schroevendraaier
Huls
7. Zet het draadraam en de antenne weer
vast en zorg ervoor dat geen draden
bekneld raken.
8.Schuif het apparaat in de huls tot hij in
zijn plaats klikt.
9.Gebruik voor het vastzetten van de
achterkant van het apparaat de
meegeleverde metalen beugel. Gebruik
de meegeleverde 5mm zeskantmoer en
veerring om één eind van de beugel
vast te maken aan de montagebout
achter op het apparaat. Verbuig indien
nodig de metalen beugel zodat hij past
in de montageruimte van uw auto.
Gebruik nu de 5x25m plaatschroef en
vlakke sluitring om het andere eind
onder het dashboard aan een onderdeel
van de auto vast te maken. Deze beugel
zorgt ook voor aarding van het apparaat.
Let op:
Maak het korte gedeelte van de beugel
vast aan de achterzijde van het apparaat
en het lange gedeelte aan het dashboard.
Veerring
Metalen Beugel
Montagebout
Zeskantmoer
Vlakke Sluitring
Plaatschroef
10. Sluit de kabel weer aan op de
negatieve (-) pool van de accu. Plaats
de sierring weer terug en installeer het
frontpaneel (zie de stappen in “het
frontpaneel installeren”).
Het apparaat verwijderen
1. Zorg ervoor dat het contactslot van de
auto uitgeschakeld staat. Maak de kabel
los van de negatieve (-) accupool.
2. Maak de metalen beugel (indien
geïnstalleerd) los van de achterzijde van
het apparaat.
3. Druk op de ontgrendelingsknop om het
frontpaneel eraf te halen.
4. Hef de bovenkant van de sierrand op,
trek hem los en haal hem eraf.
5. Steek de beide meegeleverde sleutels
in de openingen aan linker- en
rechterzijde van het apparaat en trek
het apparaat uit het dashboard.
4
INSTALLATIE
DIN-MONTAGE AAN ACHTERZIJDE
(Methode B)
Volg deze montage-instructies als uw auto
een Toyota of Nissan is.
Gebruik de schroefgaatjes, gemarkeerd
met T (Toyota) of N (Nissan), aan beide
zijden van het apparaat om het apparaat
vast te maken aan de voorziene
radiomontagebeugel van uw auto.
Zijaanzicht met
schroefgaatjes gemarkeerd T, N
Radiomontag
ebeugel
Schroef
Dashboard of
paneel
Schroef
Voor het vastmaken van het apparaat aan
de radiomontagebeugels.
Breng de schroefgaatjes in de beugel op
gelijke hoogte met de schroefgaatjes in
het apparaat en draai de 5x5mm
schroeven aan beide zijden vast.
Let op: de sierrand, huls en metalen
beugel worden voor installatiemethode B
niet gebruikt.
5
HET AFNEEMBARE FRONTPANEEL GEBRUIKEN
HET FRONTPANEEL VERWIJDEREN
1. Druk op de ontgrendelingsknop (OPEN)
op het frontpaneel en haal het paneel
eraf.
Ontgrendelingsknop
Frontpaneel
2. Bewaar het frontpaneel in het
beschermetui.
Boîtier de protection
Waarschuwingen bij het behandelen
1.Laat het frontpaneel niet vallen.
2. Voer bij het erin plaatsen of verwijderen
van het frontpaneel geen druk uit op
scherm en knoppen.
3.Raak de contactpunten op het
frontpaneel en het apparaat niet aan.
Dit kan slecht elektrisch contact tot
gevolg hebben.
4.Vuildeeltjes en ander ongewenst
materiaal dat vastzit aan de contacten
kunnen verwijderd worden met een
schone droge doek.
5. Stel het frontpaneel niet bloot aan hoge
temperaturen en direct zonlicht.
6.Zorg ervoor dat het frontpaneel niet in
aanraking komt met agressieve
schoonmaakmiddelen (benzine,
verdunners, insecticiden, enz.).
7.Probeer het frontpaneel niet uit elkaar
te halen.
Panneau avant
HET FRONTPANEEL INSTALLEREN
Installeer het frontpaneel in de behuizing
en zorg ervoor dat het er goed ingeplaatst
wordt. Het scherm en sommige toetsen
werken anders wellicht niet naar behoren.
Zet het apparaat aan door op een
willekeurige knop te drukken (m.u.v.
de ontgrendelingsknop (7) en EJECTknop (4)).
Met de POWER-knop (9) kunt u het
apparaat weer uitzetten.
• FRONTPANEEL ONTGRENDELEN
Druk op de ontgrendelingsknop (7) om
het afneembare frontje te verwijderen.
• GELUID AANPASSEN
Druk kort op de SEL-knop (11) om te
selecteren wat u wilt aanpassen.
De verschillende standen worden in
deze volgorde afgewisseld:
VOLBASTREBALFAD
(Volume)(Bass)(Treble)(Balance)(Fader)
U kunt de geluidskwaliteit aanpassen
door aan de AUDIO-knop (10) te
draaien.
Druk een aantal seconden op de SEL-
knop (11); de gebruiker kan cyclisch
uit de volgende functies kiezen.
Draai aan de audioknop, om binnen
een functie uit verschillende opties te
kiezen; druk op de SEL-knop (11) om
naar de volgende functiegroep te gaan.
TA SEEK or ALARMPI SOUND or MUTE
MASK DPI or ALLRETUNE L or S
BEEP 2’nd, ALL or OFF
a) TA SEEK of TA ALARM
-TA SEEK stand:
Als een nieuwe zender waarop u
instemt binnen een aantal seconden
geen TP-informatie
(verkeersinformatie) ontvangt, dan
stemt de radio af op de volgende
zender, met een ander programma,
die wel TP-informatie heeft.
Als de huidige zender langer dan de
ingestelde periode (RETUNE SHORT
is 30 sec, RETUNE LONG is 90 sec.)
geen TP-informatie meer ontvangt,
dan schakelt de radio naar een
volgende zender met dezelfde PI.
Als binnen één afstemcyclus geen
zender met dezelfde PI gevonden
wordt, dan stemt de radio af op de
volgende zender die wel TP-informatie
levert.
- TA ALARM stand:
In deze stand stemt de radio
nietautomatisch af op andere zenders.
U hoort alleen een dubbel piepgeluid
(ALARM).
Als een nieuwe zender waarop u
instemt niet binnen een aantal
seconden TP-informatie levert dan
wordt een piepgeluid weergegeven.
Als de zender langer dan de
ingestelde tijd de TP-informatie
kwijtraakt dan wordt een piepgeluid
weergegeven.
Als de nieuwe zender geen RDS
signaal verstuurt, dan wordt “PI
SEEK” enigszins onderdrukt.
b) PI SOUND of PI MUTE
Hoewel schakelen naar AF (Alternatieve
Frequenties) mogelijk is voor station
C201, kan de AF-functie naar 100MHz
schakelen, wat een niet-geldige AF is
(een verschillende PI met dezelfde AF),
ofwel een DIP.
Als een auto zich in zo’n
overgangsgebied bevindt kan een
oscillerend effect optreden door de
verschillende PI-code´s die ontvangen
kunnen worden op 100MHz met XXX
PI.
Er zijn grenzen aan de mogelijkheden
om dit verschijnsel volledig te
voorkomen, maar deze autoradio heeft
een speciale procedure waarmee het
effect verkleind kan worden.
U kunt in dit geval kiezen uit 2 opties,
zoals getoond hieronder:
98
100
90
PI : C201PI : XXX
- PI SOUND stand:
Als het bovengenoemde verschillende
PI geluid (DIP) soms ontvangen wordt,
dan hoort u het slechts een korte tijd.
- PI MUTE stand:
In dezelfde situatie als hierboven hoort
u een korte tijd geen geluid.
c) RETUNE L, RETUNE S stand
U kunt hier de wachttijd voor de
automatische TA- en PI-zoekfuncties
instellen.
Als de PI-informatie gedurende deze
periode niet (meer) ontvangen wordt,
dan stemt de radio automatisch af op
de volgende zender met dezelfde PI.
Als binnen één zoekcyclus geen zender
9
100
BEDIENING
met dezelfde PI gevonden wordt, dan
schakelt de radio naar de laatste zender
en wacht een aantal minuten totdat de
PI-code ontvangen wordt.
- RETUNE L stand
Ingesteld op 90 seconden.
- RETUNE S stand:
Ingesteld op 30 seconden.
d) MASK DPI of MASK ALL stand
Alternatieve Frequenties met een
krachtig signaal, maar een verschillende
PI of geen RDS, worden bij het
controleren van de PI overgeslagen
indien de radio AF’s afspeurt. De radio
negeert enkele minuten deze AF (DIP).
Als, door een AF met krachtig signaal
maar GEEN RDS, de echte AF door
storing onterecht wordt aangezien als
DIP, dan aarzelt de radio om echte AF’s
te zoeken. Vanwege dit verschijnsel
heeft de gebruiker de optie om MASK
DPI in te stellen, zodat de AF’s en
krachtige signalen met GEEN RDS niet
genegeerd worden. Stelt u MASK DPI
in, dan hoort u van de AF-zender die
GEEN RDS signaal heeft en waarvan
het signaal sterker is dan het huidige
AF-zender, het foute signaal of een
lange stilte (afhankelijk ervan of u PI
SOUND of PI MUTE ingesteld hebt).
Dit verschijnsel treedt echter zeldzaam
op en in Europa zult u bijna nooit het
verkeerde geluid horen.
- MASK DPI stand:
Onderdruk alleen de AF’s met een
andere PI.
- MASK ALL stand:
Onderdruk de AF’s met een andere
PI, en krachtige GEEN RDS signalen.
e) BEEP 2’ND, BEEP ALL, BEEP OFF
stand
U kunt hier de waarschuwingssignalen
instellen. U kunt de 3 standen ook
selecteren door de AUDIO-knop (10)
met de klok mee of tegen de klok in te
draaien.
- Beep 2’ nd stand:
Dit signaal klinkt alleen als toetsen
met dubbele functies langdurig (langer
dan 1 sec.) ingedrukt worden.
Bijv.
Als de preset-knop (14) ingedrukt
wordt.
Als de BND/LOU-knop (13) ingedrukt
wordt.
Als de AS/PS (D-AUD)-knop (18)
ingedrukt wordt.
- BEEP ALL stand:
Bij het indrukken van elke knop klinkt
er een geluidssignaal.
- BEEP OFF stand
Alle geluidssignalen worden
uitgeschakeld.
• VERSTERKTE BASWEERGAVE
Druk een aantal seconden op de
BND/LOU-knop om de basweergave
te versterken. Druk nogmaals een
aantal seconden op deze knop om de
functie uit te schakelen.
• SCHERMWEERGAVE
Druk op de DSP-knop om te wisselen
tussen verschillende weergaven op
het scherm :
- Bij ontvangst van een RDS-zender in
radiostand :
-> PS -> CT -> FREQ -> PTY ->
In CD mode :
-> CD -> CT -> PS -> FREQ ->PTY ->
- Als geen CT- of PTY-informatie
beschikbaar is, dan toont het scherm
“NO CLOCK” of “NO PTY”.
- In radiostand, bij ontvangst van een
zender zonder RDS :
-> “NO CLOCK”-> FREQ -> “NO PTY”->
In CD stand :
-> CD -> CT -> FREQ ->”NO PTY” ->
Alle aanduidingen blijven een aantal
seconden lang staan en na een poosje
komt vanzelf de eerste aanduiding weer
terug.
Let op:
- CD= kloktijd
- FREQ= frequentie
• EQUALIZER
Druk op de EQ-knop om de
equalizerfunctie aan te zetten en de
gewenste stand te selecteren. U kunt
kiezen uit vijf standen:
FLATCLASSICSPOP MROCK MDSP OFF
• SCHERM (8)
Op het scherm (8) staat de huidige
frequentie en welke functies
ingeschakeld zijn.
• ESP-FUNCTIE
Als de radio de electronische antischok functie heeft, kan hij een aantal
tientallen van seconden beveiligd zijn
tegen de gevolgen van trillingen.
10
BEDIENING
• RESET-FUNCTIE
De RESET-knop (24) moet met de punt
van een balpen of een dun metalen
voorwerp ingedrukt worden. In de
volgende gevallen kan het nodig zijn
de RESET-knop in te drukken:
- Bij de initiële installatie van het apparaat
als alle bedrading aangesloten is.
- Als geen van de functieknoppen meer
schijnen te werken.
- Als het scherm een foutmelding geeft.
Let op: Als het apparaat nog steeds niet
werkt, ook als u de reset-knop gebruikt
hebt, reinig dan de contactpunten van het
frontpaneel met een wattenstaafje dat met
isopropyl-alcohol bevochtigd is.
BEDIENING VAN DE RADIO
• NAAR DE RADIOSTAND
OVERSCHAKELEN
Druk kort op de MOD-knop (6) om de
radiostand te selecteren. De
radiofunctie verschijnt in het scherm,
samen met de geheugenband en de
frequentie.
• DE FREQUENTIEBAND
SELECTEREN
Druk in radiostand kort op de
BND/LOU(ENT)-knop (13) om de
gewenste frequentieband te selecteren.
De frequentieband wisselt af in deze
volgorde:
FM1FM2FM3MW
• EEN RADIOZENDER SELECTEREN
Druk kort op de knop (17) of knop
(16) om het automatisch zoeken te
starten. Druk een aantal seconden op
de knop totdat “MANUAL” in het
scherm verschijnt om de handmatige
zoekstand te selecteren. Als beide
knoppen meerdere seconden niet
ingedrukt worden, dan schakelt de
radio terug naar de automatische
zoekstand en “AUTO” komt in het
scherm te staan.
• AUTOMATISCHE
GEHEUGENTOEWIJZING EN
PROGRAMMA’S SCANNEN
- Automatische Geheugentoewijzing
Druk een aantal seconden op de
AS/PS (D-AUD)-knop (18); de radio
zoekt, te beginnen vanaf de huidige
frequentie, de hele frequentieband af
naar de sterkste zenders. De 6
sterkste zenders worden opgeslagen
onder de knoppen met
corresponderende nummers 1 t/m 6.
- Programma’s Scannen
Druk kort op de AS/PS (D-AUD)knop (18) om de opgeslagen zenders
af te scannen. Als de signaalsterkte
groter is dan een bepaalde
drempelwaarde, dan laat de radio
enkele seconden lang het geluid van
die zender horen, en gaat vervolgens
verder met scannen.
• RADIOZENDERS OPSLAAN
Druk op één van de
geheugenknoppen (14) (1 tot 6) om
een zender die in het geheugen
11
BEDIENING
opgeslagen is, te selecteren. Druk
deze knop een aantal seconden in
(totdat u een tweede piepgeluid hoort)
en de huidige zender wordt onder dat
nummer opgeslagen.
• GEBRUIK VAN RDS (RADIO DATA
SYSTEM)
- Instellen van de RDS-stand
Druk kort op de AF(REG)-knop (3) en
laat hem onmiddellijk los om de RDS-
stand aan of uit te zetten.
Als de RDS-functie aanstaat
verschijnt een AF-symbool in het
scherm.
Bij ontvangst van een RDS-zender
verschijnt de programmanaam in het
scherm.
AF gaat knipperen als het
ontvangstsignaal te zwak wordt.
Bij de ontvangst van een
nooduitzending komt ALARM in het
scherm te staan. Als het volume te
laag staat wordt het automatisch
ingesteld op het standaard
volumeniveau.
- Gebruik van Regionale Programma’s
Druk de AF(REG)-knop (3) een aantal
seconden in om de regiostand aan
of uit te zetten.
Sommige zenders schakelen
gedurende bepaalde tijden over van
hun normale uitzending naar een
regionale uitzending. Als de regioinstelling aan staat dan blijft het
beluisterende programma
onveranderd. Als de regio-instelling
uit staat dan staat u het wel toe om
over te schakelen naar de regionale
uitzending.
Gebruik als volgt de PTY-knop (1) om
een Programma te kiezen:
PTY MUSIC groupPTY SPEECH groupPTY off
Als de PTY-functie geselecteerd is
zoekt de radio naar zenders met de
corresponderende PTY-informatie; de
radio stopt met zoeken als de
informatie gevonden is.
Als de betreffende PTY-informatie niet
gevonden wordt, dan schakelt de radio
automatisch over naar de normale
stand.
Let op:
De volgorde van PTY’s, als de PTY-
functie aan staat, is als volgt:
PTY MUSIC groupPTY SPEECH groupPTY off
Het PTY wordt volgens de twee
bovengenoemde hoofdgroepen met
de vooringestelde nummers
geselecteerd:
MUZIEKGROEP
- POP M, ROCK M
- EASY M, LICHTE M
- KLASSIEK, OVERIGE M
- JAZZ, COUNTRY
- WERELD M, OLDIES
- FOLK M
PRAAT groep
- NIEUWS, ACTUALITEITEN, INFO
- SPORT, EDUCATIE, DRAMA
- CULTUUR, WETENSCHAP,
DIVERSEN
- WEER, FINANCIEEL, KINDEREN
- SOCIAAL, RELIGIE, INBELLEN
- REIZEN, VRIJE TIJD,
DOCUMENTAIRE
- Luisteren naar Verkeersberichten met
de TA-knop (2) werkt als volgt:
De TA-knop (2) werkt als volgt:
Druk kort op de TA-knop om de TA stand aan of uit te zetten.
Als de TA-stand aan staat en een
verkeersbericht uitgezonden wordt:
Als de radio in CD (MP3)-stand staat,
dan schakelt hij tijdelijk over naar de
radiostand.
De radio schakelt tijdelijk over naar een
EON-zender als EON een
verkeersbericht op dat andere
programma detecteert.
Als het volume te laag staat wordt het
verhoogd tot op de drempelwaarde.
Als de gebruiker het volume hoger had
ingesteld dan de drempelwaarde (min.
TA volumeniveau) dan wordt het op het
laatst ingestelde niveau ingesteld. Als
de TA-stand aan staat dan wordt de
TA van het individuele segment
aangezet. Bij ontvangst van een TPzender wordt de TP van het individuele
segment aangezet.
TA onderbreekfunctie
Het huidige verkeersbericht wordt
onderbroken door een druk op deze
knop. De TA-stand blijft echter aan
staan.
Bij lang indrukken wordt de EON TA
12
BEDIENING
LOCAL/EON TA DISTANCE-stand
geselecteerd.
Het doel van deze knop is het
verminderen van ongewenste EON TA
omschakelingen als EON TA-informatie
ontvangen wordt van een gekoppelde
zender. Soms, als de radio overschakelt
naar deze EON-zender, kan hij er in
feite geen informatie van ontvangen
omdat de EON-gekoppelde zender te
ver weg is. In dit geval schakelt de
radio terug naar de originele zender. In
het bovenstaande geval luistert u dus
een tijdje naar het verkeerde
programma of wordt het geluid een
tijdje uitgeschakeld.
EON TA LOCAL stand
Als de signaalsterkte van een EONgekoppelde zender lager is dan de
drempelwaarde, dan schakelt de radio
niet over naar dit station; de luisteraar
zou bijna geen storingen hoeven te
horen.
Als de EON TA LOCAL stand wordt
geselecteerd, staat een aantal
seconden “EON TA LO” op het scherm.
EON TA DISTANCE stand
Het EON TA overschakelen gebeurt
aan de hand van de informatie van de
huidige zender.
Als de EON TA DISTANCE-stand wordt
geselecteerd, staat een aantal
seconden “EON TA DX” op het scherm.
De gebruikte RDS gegevens zijn PI,
PS, AF, TP, TA, EON en PTY.
PI: Program Identification Code
Code voor het identificeren van
het programma
PS: Program Service Name
De naam van de zender in
alfanumerieke tekens
AF: Alternative Frequencies
Een lijst van frequenties van
zenders die hetzelfde programma
uitzenden
TP: Traffic Program Identification
Identificerende gegevens voor een
zender die verkeersberichten
uitzendt
TA: Traffic Announcement
Verkeersbericht Identification
Identificatiegegevens die tonen of
verkeersberichten worden
uitgezonden
EON: Enhanced Other Networks
Information
Informatie uitzenden betreffende
PI, AF, TP, TA, enz., in relatie tot
andere netwerken dan het
netwerk dat gebruikt wordt voor
de huidige ontvangst
PTY: Program Type Code
Aanduiding van het type
programma, zoals nieuws, lichte
muziek, sport, enz.
13
BEDIENING
GEBRUIK VAN DE CD-SPELER
• NAAR DE CD-STAND
OVERSCHAKELEN
Als de CD-lade geen CD bevat:
Schuif de CD, met de bedrukte zijde
naar boven, voorzichtig in het CDcompartiment totdat u wat weerstand
voelt. De CD wordt automatisch in de
CD-lade getrokken. De CD begint te
spelen.
Als de CD-lade al een CD bevat:
Druk een aantal keren kort op de MOD
knop (6) totdat de CD-stand in het
scherm verschijnt.
• NUMMERS SELECTEREN
Druk op de knop (16) of knop
(17) om naar het vorige of volgende
nummer te springen. Het nummer
wordt getoond in het scherm.
Houd de knop (16) of knop (17)
ingedrukt om terug- of vooruit te
spoelen. De CD begint te spelen als u
de knop loslaat.
• AFSPELEN ONDERBREKEN
Druk op de PAU -knop (20) om het
afspelen van de CD te onderbreken.
Druk er nogmaals op om weer door te
gaan met afspelen.
• INTRO VAN ALLE NUMMERS
AFSPELEN
Druk op de SCN-knop (21) om de
eerste seconden van elk liedje op de
huidige disk af te spelen. Druk
nogmaals op de knop om het scannen
te stoppen en het huidige liedje af te
spelen.
• HETZELFDE NUMMER HERHALEN
Druk op de RPT-knop (22) om het
huidige nummer steeds te herhalen.
Druk er nogmaals op om het herhalen
te stoppen.
• ALLE NUMMERS IN WILLEKEURIGE
VOLGORDE AFSPELEN
Druk op de SHF-knop (23) om alle
nummers op de CD in willekeurige
volgorde te spelen. Druk nogmaals op
de knop om de functie te stoppen.
• DE DISK ERUIT WERPEN
Druk op de knop
speler te stoppen en de CD uit de CDlade (5) te werpen.
(4) om de CD-
14
BEDIENING
GEBRUIK VAN MP3
• NAAR DE CD- (MP3-) STAND
OVERSCHAKELEN
Als de speler geen MP3-disk bevat:
Schuif de MP3-disk, met de bedrukte
zijde naar boven, voorzichtig in de CD-
lade (5) totdat u wat weerstand voelt.
De MP3-disk wordt automatisch in de
lade getrokken. De MP3-disk begint te
spelen.
Als de speler al een MP3-disk bevat:
Druk een aantal keren kort op de MOD-
knop (6) totdat de CD- (MP3-) stand in
het scherm verschijnt.
• EEN DISK ERUIT WERPEN
Druk op de knop (4) om het spelen
van de MP3-disk te stoppen en de disk
uit de lade (5) te werpen.
• IN ÉÉN STAP NUMMERS
SELECTEREN
Druk op de knop (16) of knop
(17) om naar vorige of volgende
nummer te springen. Het nummer
wordt getoond in het scherm.
• AFSPELEN ONDERBREKEN
Druk op de PAU -knop (20) om het
afspelen van de MP3-disk te
onderbreken. Druk nogmaals op de
knop om weer door te gaan met
afspelen.
• EEN INTRO VAN ALLE NUMMERS
AFSPELEN
Druk op de SCN-knop (21) om de
eerste seconden van elk nummer van
de huidige disk af te spelen. Druk
nogmaals op de knop om deze functie
te stoppen en het huidige nummer af
te spelen.
• HETZELFDE NUMMER HERHALEN
Druk op de RPT-knop (22) om hetzelfde
nummer steeds te herhalen. Druk
nogmaals op de knop om het herhalen
weer te stoppen
• ALLE NUMMERS IN
WILLEKEURIGE VOLGORDE
AFSPELEN
Druk op de SHF-knop (23) om alle
nummers op de MP3-disk in
willekeurige volgorde af te spelen.
Druk nogmaals op de knop om de
functie te stoppen.
• NUMMERS SELECTEREN MET DE
D-AUD KNOP
De D-AUD knop (18) werkt in de MP3stand als de functiekeuzeknop.
Druk op de knop om één van de
volgende standen te selecteren:
“Nummer direct zoeken” =>
“Map of Bestand zoeken”=>
“Navigatie” vanuit de hoofdmap m.b.v.
de TUNE/SEEK/TRACK UP/DOWN
knoppen=> “Navigatie” vanuit de
huidige map m.b.v. de
TUNE/SEEK/TRACK UP/DOWN
knoppen.
Nummers Direct Zoeken
Druk één keer op de D-AUD knop.
De stand voor het “Nummers direct
zoeken” wordt gestart.
De speler zoekt het nummer dat u met
één van de volgende directe
cijfertoetsen selecteert:
M1-M6, MOD (7),
TUNE/SEEK/TRACK DOWN (8),
TUNE/SEEK/TRACK UP (9), DSP(0).
Als u drie cijfers selecteert zoekt de
speler het nummer direct op. Als u één
of twee cijfers selecteert dan wacht de
speler een aantal seconden op het
indrukken van de ENT (BND/LOU)knop. Na een aantal seconden zoekt
de speler het nummer op, zelfs als de
knop niet ingedrukt zou worden.
Map of Bestand zoeken
Druk twee keer op de D-AUD knop
(18). De “Zoek Map of Bestand”-stand
wordt gestart.
De speler zoekt naar bestanden en
mappen die met hetzelfde teken
beginnen als dat u invoert door het
drukken op de knoppen, zoals
hieronder getoond in Tabel 1.
Het werkt als volgt:
- Gebruik de overeenkomstige knoppen
om de letters A tot Z, cijfers 0 tot 9,
_, - en + te selecteren.
- Druk ter bevestiging van elk karakter
op de SEL knop(10).
- Druk op de BND/LOU (ENT)/knop
om te gaan zoeken.
Als de geselecteerde titel een map is,
dan toont het scherm (‘ ’).
- Gebruik de TUNE/SEEK/TRACKUP/DOWN knoppen om alle liedjes
in deze map te tonen, zodat u een
titel uit kunt kiezen.
- Druk ter bevestiging op de BND/LOU(ENT)-knop om het afspelen te
starten.
15
BEDIENING
- Herhaal de stappen hierboven als de
zonet geselecteerde titel ook een map
is.
Zoeken vanuit de hoofdmap
Druk drie keer op de D-AUD knop (18).
De speler zoekt via de
TUNE/SEEK/TRACK UP/DOWN
knoppen vanuit de hoofdmap naar
bestanden of mappen. (Het D-DIR
symbool gaat aan als de naam een
map is). Het scherm toont alle
beschikbare mappen en bestanden.
Selecteer de gewenste map/liedjes met
de TUNE/SEEK/TRACK UP/DOWN
knoppen en bevestig met de BND/LOU
(ENT)-knop. Als de geselecteerde titel
een liedje is, wordt het afgespeeld.
Als de geselecteerde titel een map is,
dan toont het scherm (‘ ’):
- Gebruik dan de TUNE/SEEK/TRACKUP/DOWN knoppen om alle liedjes
in deze map te tonen en een titel te
selecteren.
- Druk ter bevestiging op de BND/LOU(ENT)-knop en het afspelen begint.
- Herhaal de stappen hierboven als de
zonet geselecteerde titel weer een
map is.
Zoeken vanuit de Huidige Map
Druk vier keer op de D-AUD knop (18).
U kunt met de TUNE/SEEK/TRACKUP/DOWN UP/DOWN knoppen vanaf
de huidige map naar mappen of
bestanden op het apparaat gaan
zoeken. (Het D-DIR-symbool gaat aan
als de naam een map is). De naam van
de huidige map wordt een seconde
getoond en de naam van het
geselecteerde bestand dat speelt wordt
getoond. De gebruiker kan met de
TUNE/SEEK/TRACK UP/DOWN
knoppen een bestand of map
selecteren. Het geselecteerde bestand
kan gespeeld worden door op de
BND/LOU (ENT)-knop te drukken.
• INFORMATIE WEERGEVEN
Druk op de DSP-knop om de klok, ID3
TAG (indien beschikbaar: titel van liedje,
naam van map, naam van artiest,
andere inhoud, enz.) en andere
informatie te tonen.
Toegewezen TOETSEN voor de
Zoekstand (Tabel 1)
AS/PSStand Selecteren
BND/LOUENTER
M1A, B, C, 1
M2D, E, F, 2
M3G, H, I, 3
M4J, K, L, 4
M5M, N, O, 5/
Directory DOWN
(Map OMLAAG)
M6P, Q, R, 6/
Directory UP
(Map OMHOOG)
MODS, T, U, 7
TUNE/SEEK/
TRACK DOWN
TUNE/SEEK/
UPY, Z, SPACE, 9
TRACK
SEL
V, W, X, 8
KARAKTER NAAR
RECHTS SCHUIVEN
DSP_, –, +, 0
VOLUME +/-
KARAKTER SELECTEREN
(A, B - 8, 9, 0)
Boutons AUDIO KNOB & TUNE/SEEK/
AUDIO-KNOP & TUNE/SEEK/ TRACK
UP/DOWN knoppen:
Tijdens Navigatie naar bestanden of
mappen zoeken.
GBRUIK VAN WMA
De werking is hetzelfde als het hierboven
beschreven gebruik van MP3.
GEBRUIK VAN DE USB-AANSLUITING
Het frontpaneel van de speler heeft een
USB-interface (25). Via deze interface kunt
u een USB-schijf aansluiten. Als u bij een
speler zonder SD/MCC-interface een
USB-schijf op deze interface aansluit, dan
zoekt de speler de MP3- en WMAbestanden op de schijf op, en begint ze
automatisch af te spelen. Als de speler
zich in een andere stand bevindt, kunt u
ook op de MOD-knop drukken om de
USB-stand te selecteren.
De werking van het spelen van MP3- of
16
BEDIENING
WMA-bestanden vanaf deze schijf is
hetzelfde als het hierboven beschreven
gebruik van MP3.
Let op:
• De speler ondersteunt alleen standaard
USB geheugenschijven die
goedgekeurd zijn door Microsoft.
• Er is geen standaard voor USB MP3spelers, dus verschillende merken of
modellen kunnen hun eigen standaard
hebben. Deze speler kan dan ook niet
alle MP3-spelers ondersteunen.
• Verwijder, vóór u de MP3-speler via dit
interface aansluit, de batterij uit de
MP3-speler als dit een normale (nietoplaadbare) batterij zou zijn. De batterij
kan anders barsten.
• Koppel de USB-schijf niet los van het
USB-INTERFACE als de speler in de
USB-stand staat.
ONDERSTEUNDE MP3/WMA
CODERINGEN
Het apparaat ondersteunt de hieronder
vermelde MP3/WMA (Windows Media
Audio) coderingen:
Standard
MPEG1 Audio
Layer 3
(44.1kHz)
Windows
Media Audio
(44.1kHz)
Als u een SD/MMC-kaart in het SD/MMC-
interface steekt, zoekt de speler de MP3 en WMA-bestanden op de kaart op, en
begint ze automatisch af te spelen.
De werking is hetzelfde als het gebruik
van de USB-aansluiting, zoals beschreven
hierboven. Als de speler zich in een andere
stand bevindt, kunt u ook op de MOD-
knop drukken om de SD/MMC-stand te
selecteren. Speel geen SD/MMC-kaarten
op deze speler af, die belangrijke
bestanden bevatten.
De USB-aansluiting ondersteunt:
1. Mappen : max. 200
2. Bestanden: max. 255
3. Diepte van mappen: 8 lagen
4. Afmeting: 1 GB
WAARSCHUWING;
Sluit een USB-apparaat niet aan op deze
speler als het belangrijke bestanden zou
bevatten. Speel ook geen CD-R/RW disks
af die belangrijke bestanden bevatten. Als
u iets fout doet in de uitvoering kan
gegevensverlies optreden.
Ons bedrijf aanvaardt hiervoor geen
aansprakelijkheid.
GEBRUIK VAN DE SD/MMCAANSLUITING
Het frontpaneel van het apparaat bevat
een SD/MMC interface(12).
17
BEDIENING
OPMERKINGEN BETREFFENDE DISKS
A. Betreffende disks:
1. Het gebruik van disks die niet rond zijn
(bijv. in de vorm van een vierkant, ster
of hartje) kan de speler beschadigen.
Gebruik voor deze speler alleen ronde
CD’s.
2. Plak geen papier, plakband, enz. op
de disks, omdat dit de speler kan
beschadigen.
3. Vuil, stof, krassen en kromme disks
zorgen ervoor dat de speler niet goed
werkt.
B. Betreffende CD-R’s (beschrijfbare
CDs)/CD-RW’s (herschrijfbare CD’s):
1. Gebruik alleen disks met één van de
volgende logo’s:
RecordableRewritable
2. De speler kan CD-R’s of CD-RW’s die
niet gefinaliseerd (afgesloten) zijn, niet
afspelen.
(Raadpleeg de handleiding van uw CDR/CD-RW recorder of CD-R/CD-RW
software voor meer informatie over hoe
u disks kunt afsluiten).
3. Afhankelijk van de opnamestatus, de
conditie van de disk en de voor het
opnemen gebruikte apparatuur, is het
mogelijk dat bepaalde CD-Rs/CD-RW
disks niet op deze speler gespeeld
kunnen worden. (Zie *1)
*1:Houd u aan de volgende
aanbevelingen, om tegen de minste
problemen aan te lopen:
a.Gebruik CD-RW’s met snelheid 1x
tot 4x en brand ze met snelheid 1x
tot 2x.
b.Gebruik CD-R’s met snelheid 1x tot
8x en brand ze met snelheid 1x tot
2x.
c.Gebruik geen CD-RW’s die al meer
dan 5 keer opnieuw zijn gebrand.
C. Betreffende MP3-bestanden (Alleen
voor MP3-versie):
1. Het diskformaat moet ISO9660 level 1
of level 2, of Joliet of Romeo in het
expansieformaat zijn.
2.Geef een MP3-bestand altijd de
bestandsuitgang “.MP3”.
3.Een bestand dat eindigt op “ .MP3”,
maar geen MP3-bestand is, wordt niet
herkend door de speler.
18
SPECIFICATIES
ALGEMEEN
Stroomvoorziening: DC 12 Volt, Negatieve Massa
Afmetingen Chassis: 178(B) X 160(D) X 50(H)
Toonregeling
Frequentiebereik: 522 tot 1620 KHz
IF: 450KHz
Gevoeligheid (G/R=20dB): 36dBu
Merk op, als u op een later tijdstip dit product van de hand zou willen
doen, dat afgedankte elektrische producten niet in het huisafval horen.
Recycle het product indien de faciliteiten hiervoor beschikbaar zijn.
Raadpleeg uw leverancier of de plaatselijke overheid voor informatie
betreffende hergebruik. (Richtlijnen voor Afgedankte Elektrische en
Elektronische Apparatuur)
MG
19
PROBLEEM OPLOSSEN
Controleer eerst alle aansluitingen voordat u deze lijst raadpleegt. Neem contact op
met de dichtstbijzijnde leverancier als u het probleem niet aan de hand van deze lijst
kunt oplossen.
Symptoom
Geen Stroom.
Kan geen disk laden
of verwijderen.
Geen geluid.
Het geluid slaat
over.
Oorzaak
Het contact van de auto
staat niet aan.
De zekering is gesprongen.
Er zit al een CD in de speler.
De disk zit op zijn kop in de
speler.
De CD is erg vies of
beschadigd.
Het is te warm in de auto.
Condensvorming.
Het volume staat te laag.
De aansluitingen kloppen
niet.
Het apparaat staat meer dan
30 graden scheef.
De disk is erg vies of
beschadigd.
Oplossing
Als de stroomvoorziening
aangesloten is op het
accessoirescircuit van de auto,
maar de motor niet draait, draai
dan de contactsleutel naar de
“ACC”-stand.
Vervang de zekering.
Verwijder eerst de disk en plaats
dan een nieuwe erin.
Plaats de CD erin met het
opschrift naar boven gericht.
Maak de disk schoon of probeer
een andere disk.
Laat de temperatuur in de auto
afkoelen tot een normaal niveau.
Laat de speler ongeveer een uur
uit staan, en probeer het dan
opnieuw.
Pas het volume aan.
Controleer alle aansluitingen.
Pas de installatiehoek aan tot
minder dan 30 graden.
Maak de CD schoon of probeer
een andere disk.
De
bedieningsknoppen
werken niet.
De radio werkt niet.
De automatische
selectie van
radiozenders werkt
niet.
De ingebouwde
microcomputer werkt niet
goed vanwege stoorsignalen
De antennekabel is niet
aangesloten
Druk op de RESET-knop.
Controleer dat het frontpaneel
goed op zijn plaats zit.
Zorg ervoor dat de antennekabel
stevig vast zit.
De signalen zijn te zwak.Selecteer handmatig een zender.
20
8800-0C3032-14
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.