Alvorens het apparaat op het stopcontact aan te sluiten
Let op : Om veilige bediening te waarborgen, dient deze bladzijde zorgvuldig te worden doorgelezen.
Alvorens het apparaat op het stopcontact aan te sluiten
De spanningsvereisten van het toestel zijn zoals hieronder aangegeven.
Europa en Groot-Brittannië ................................ alleen 230 V wisseletroom
Batterij niet
Weggooien, maar
Inleveren als KCA
Veiligheidsmaatregelen
WAARSCHUWING : STEL HET APPARAAT NIET BLOOT AAN REGEN OF
VOCHT OM BRAND OF EEN GEVAARLIJKE ELEKTRISCHE SCHOK TE
VOORKOMEN.
LET OP: VERWIJDER HET DEKSEL (OF DE ACHTERKANT) NIET OM
CAUTION
RISK OF ELECTRIC SHOCK
DO NOT OPEN
EEN BLIKSEMPIJL IN EEN GELIJKZIJDIGE DRIEHOEK BETEKENT DE AANWEZIGHEID VAN NIET
GEISOLEERDE”GEVAARLIJKE SPANNINGEN” IN HET INWENDIGE VAN HET APPARAAT. DEZE
SPANNINGEN KUNNEN ZO GROOT ZIJN DAT ZE HET GEVAAR VAN EEN ELEKTRISCHE SCHOK
OPLEVEREN.
EEN UITROEPTEKEN IN EEN GELIJKZIJDIGE DRIEHOEK MAAKT DE GEBRUIKER EROP ATTENT
DAT ER BELANGRIJKE BEDIENING/ONDERHOUDSINFORMATIE IN DE BIJGEVOEGDE
LITERATUUR IS.
EEN ELEKTRISCHE SCHOK TE VOORKOMEN. IN HET INWENDIGE
ZIJN GEEN DOOR DE GEBRUIKER REPAREERBARE ONDERDELEN
AANWEZIG. LAAT ALLE REPARATIES OVER AAN HIERTOE BEVOEGDE PERSONEN.
Laserproductmarkering
CLASS 1
LASER PRODUCT
Deze markering geeft aan dat dit product is ingedeeld in Laserproductklasse 1. Dit betekent dat er geen gevaar bestaat voor gevaarlijke stralen
buiten het product.
Locatie: Achterpaneel
NE
2
CAUTION
INVISIBLE LASER RADIATION
WHEN OPEN. DO NOT STARE
INTO BEAM OR VIEW DIRECTLY
WITH OPTICAL INSTRUMENTS.
Binnenin dit laserproduct bevindt zich een laserdiode die is ingedeeld
in Klasse 3A zoals aangegeven op het interne waarschuwingslabel dat
u hierboven ziet afgebeeld. Kijk niet rechtstreeks in de straal en bekijk
deze niet via optische instrumenten.
Locatie: CD laser pick-up behuizing, in het binnenwerk van dit product
Alvorens het apparaat op het stopcontact aan te sluiten
Speciale kenmerken
Mogelijkheid voor CD-R- en CD-RW-weergave.
Dit apparaat kan muziekbestanden afspelen die opgenomen zijn op een CD-R (Compact Disc Recordable)
of een CD-RW (Compact Disc Rewritable).
Sommige CD-R en CD-RW disks kunnen echter niet afgespeeld worden op uw cd-speler, vanwege: de
opname-eigenschappen van het opname-apperaat (het uitleessysteem); de kenmerken van de CD-R of de
CD-RW die u gebruikt; de opnamekwaliteit enz. Houd er ook rekening mee dat een CD-R of CD-RW disk die
niet gefinaliseerd is, ook niet afgespeeld kan worden.
Handige opnamemethoden
Het toestel beschikt over diverse opnamefuncties zodat u voor elke situatie de gewenste manier kunt
kiezen.
÷ One-touch opname :
Opname van een hele CD of een enkel fragment met slechts één druk op de toets.
÷ Geprogrammeerde opname :
Opname van uw favoriete fragmenten in de door u bepaalde volgorde.
Dit toestel beschikt over twee timerprogramma's (PROG 1, PROG 2) voor timer-gestuurde weergave
(AI timer-gestuurde weergave) of timer-gestuurde opname. (Bij AI timer-gestuurde weergave zal het
volume geleidelijk toenemen na het begin van de timer-gestuurde weergave.)
÷ Slaaptimer :
Deze timer schakelt het toestel automatisch uit wanneer de ingestelde tijd verstreken is. Dit is lekker
makkelijk wanneer u bijvoorbeeld 's avonds in slaap wilt vallen terwijl u naar muziek luistert enz.
Meer over de demonstratie
Dit toestel heeft een demonstratiefunctie (display-aanduidingen). Met de demonstratie worden de
diverse aanduidingen en indicators op het display getoond waardoor de werking van het toestel wordt
verduidelijkt. Tijdens de demonstratie hoort u echter geen geluid. De demonstratiefunctie kan als volgt
worden uitgeschakeld.
"DEMO OFF" (Annuleren van de demonstratie):
Druk tijdens de demonstratie op de set/demo toets.
"DEMO ON" (Activeren van de demonstratie):
Houd na het inschakelen van de spanning de set/
demo toets ingedrukt (tenminste 2 seconden).
÷ Werkt automatisch nadat met de spanning inge-
schakeld de spanningtoevoer werd onderbroken of
de stekker van het netsnoer uit het stopcontact
werd getrokken.
3
NE
Alvorens het apparaat op het stopcontact aan te sluiten
Verbindingen
Uitpakken
Pak het apparaat zorgvuldig uit en controleer of geen van de accessoires ontbreekt.
Indien een of meer accessoires ontbreken, of indien het apparaat beschadigd is of niet werkt, stel dan meteen uw
handelaar hiervan op de hoogte. Indien uw apparaat rechtstreeks aan u werd toegezonden, stel dan onmiddellijk het
transportbedrijb op de hoogte. Het is aan te raden dat u de originele verpakking bewaart voor het geval het apparaat in de
toekomst nogmaals vervoerd moet worden.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing voor eventuele naslag in de toekomst.
NE
4
Alvorens het apparaat op het stopcontact aan te sluiten
Inhoud
Let op : Om veiligheidsredenen dienen de bladzijden voorzien van het teken zorgvuldig te worden doorgelezen.
Voorbereiding
Alvorens het apparaat op het stopcontact aan
te sluiten ...............................................................2
Deze afbeelding toont het verbinden van het hoofdtoestel met de bijgeleverde toebehoren.
LET OP
Sluit de componenten aan zoals aangegeven op de
afbeelding.
Steek de stekker niet in het stopcontact voordat u alle
aansluitingen heeft gemaakt.
Opmerking voor het verbinden
LET OP
De magneet in de luidspreker kan storingen veroorzaken op uw TV of op de monitor van uw computer. Zet de luidsprekers dan iets verder weg van de
televisie of de monitor van uw computer.
LET OP
Let er op dat u de volgende instructies opvolgt, zo niet,
dan kan de ventilatie geblokkeerd raken hetgeen
schade of brandgevaar kan veroorzaken.
÷ Zet geen voorwerpen die de warmteuitstraling kun-
nen belemmeren op het apparaat.
÷ Laat ruimte rond het apparaat (gemeten van de
grootste buitenafmetingen inclusief de uitsteeksels), gelijk aan of groter dan, zoals hieronder aangegeven.
Bovenkant : 50 cm
Achterkant : 10 cm
AM ringantenne
De bijgeleverde antenne is voor gebruik binnenshuis. Plaats de antenne zo ver als mogelijk van het
hoofdtoestel, een TV, luidsprekersnoeren en het
netsnoer. Richt de antenne voor een optimale ontvangst.
\
\
Monteren
Luidspreker (Rechts)
AM ringantenne
÷ Sluit de "+" en "–" luidsprekersnoeren niet kort.
÷ Als de "+" en "–" polen worden omgewisseld, zal het geluid onnatuurlijk klinken en zullen de
muziekinstrumenten enz. niet duidelijk geplaatst kunnen worden.
÷ Sluit alle snoeren stevig aan. Bij een los contact zal er mogelijk geen, of een gestoorde, weergave zijn.
÷ Alvorens aansluiting of ontkoppeling van een verbindingssnoer dient altijd eerst de stekker uit het
stopcontact te worden getrokken. Gebeurt dit niet, dan kan dit storing of schade veroorzaken.
NE
6
Systeemverbindingen
Onjuist functioneren van de microcomputer
Stel de microcomputer terug aan de hand van de
beschrijvingen in "Oplossen van problemen"
indien alle verbindingen in orde zijn maar het
toestel niet juist functioneert of de aanduidingen
op het display verkeerd zijn.t
AM
GND
FM
Ω
75
ANTENNA
FM binnenantenne
De meegeleverde binnenantenne is voor tijdelijk
gebruik. Voor een goede en stabiele ontvangst
raden wij een buitenantenne aan. Verwijder de
binnenantenne als u een buitenantenne aansluit.
1 Sluit de antenne aan op de antenne-
aansluiting.
2 Zoek een plaats waar de ontvangst goed is.
3 Bevestig de antenne.
FM-binnenantenne
AM
GND
FM
Ω
75
ANTENNA
Luidspreker (Links)
-
+
L
R
FRONT
SPEAKERS
(6-16
Ω)
L
R
AUX
INPUT
DIGITAL
OUT
OPTICAL
-
+
L
R
FRONT
SPEAKERS
(6-16
Ω)
Luidsprekersnoer
Netsnoer
NAAR STOPCONTACT
Aansluiten van de luidsprekersnoeren op het
hoofdtoestel
123
Aansluiten van het antennesnoer op het
hoofdtoestel
123
NE
7
Verbinden van Andere Accessoires (Los Verkrijgbaar)
Systeemverbindingen
LET OP
Opmerking voor het verbinden
Verbind de componenten zoals in de afbeelding
wordt aangegeven. Steek de stekker van het
netsnoer pas in een stopcontact nadat alle
andere verbindingen zijn gemaakt.
* DIGITAL OUT (OPTICAL) optisch digitale uitgang-
saansluiting
De DIGITAL OUT (OPTICAL) optisch digitale
uitgangsaansluiting reproduceert het CD-signaal.
Het CD-signaal kan in digitale vorm worden
opgenomen door een opname-apparaat aan te
sluiten op de DIGITAL IN (OPTICAL) optisch digitale
uitgangsaansluiting.
Videorecorder, analoge platenspeler
met ingebouwde RIAA equalizer
(los verkrijgbare P-110), etc.
FM buitenantenne
Leid de 75Ω coaxkabel van de FM uitenantenne in
de kamer en verbind met de FM 75Ω aansluiting.
Verwijder de binnenantenne indien u een buitenantenne heeft aangesloten.
FM buitenantenne
AM
GND
FM
75
Ω
ANTENNA
Antenne-adapter
(Los Verkrijgbaar)
AM
GND
FM
Ω
75
ANTENNA
Audio-uitgang
Audiosnoer
Optische
glasvezelkabel
Digitale ingangsaansluiting
MD-recorder of DAT enz.
÷ Mocht er een extra systeemkomponent worden aangesloten, raadpleeg dan tevens de gebruiksaanwijzing
van die component.
÷ Sluit alle snoeren stevig aan. Bij een los contact zal er mogelijk geen, of een gestoorde, weergave zijn.
÷ Alvorens aansluiting of ontkoppeling van een verbindingssnoer dient altijd eerst de stekker uit het
stopcontact te worden getrokken. Gebeurt dit niet, dan kan dit storing of schade veroorzaken.
NE
8
*
DIGITAL
OPTICAL
Dopje
OUT
DIGITAL
OUT
OPTICAL
-
+
L
R
FRONT
SPEAKERS
Ω)
(6-16
L
R
AUX
INPUT
Netsnoer
NAAR STOPCONTACT
Bedieningsorganen en indicators
Systeemverbindingen
Display
De in deze gebruiksaanwijzing opgenomen displays zijn alleen als voorbeelden bedoeld. De werkelijke
displays kunnen daarom enigszins verschillen.
12
!
0
1 Indicator voor de TAPE EQ.
(Equalizer voor het cassettedeck)
2 Indicators voor de CD
3 Indicators voor de MUTE en APS
4 Indicators voor de tuner/Numeriek
display
5 Indicators voor de timer
3
3
4
789
6
7 Tijdsdisplay
8 Indicators voor RDS
9 Indicators voor de EX.BASS en LOUD
(Extra tonen)
0 Indicator voor O.T.E.
(One-Touch Edit)
! Indicators voor het cassettedeck
5
6 Tekendisplay
AUTO POWER SAVE functie
Het toestel wordt automatisch met deze functie uitgeschakeld indien er met de spanning ingeschakeld gedurende
30 minuten geen bediening voor CD of TAPE wordt uitgevoerd. Er wordt zo voorkomen dat er onnodig spanning
wordt verbruikt wanneer u bijvoorbeeld vergeet zelf het toestel uit te schakelen. U kunt deze functie op de
volgende wijze activeren of annuleren.
1 Kies "APS?".
\
\
(Druk op de set/demo toets wanneer de "?"
markering knippert.)
\
\
2 Kies "APS ON" of "APS OFF".
3 Stel in.
÷ Met TUNER of AUX gekozen zal APS uitsluitend
werken wanneer het volume op nul is gesteld of het
geluid is gedempt met de MUTE functie.
NE
9
Hoofdtoestel
#
Bedieningsorganen en indicators
Systeemverbindingen
1
2
3
4
5
$
%
^
1 Cassettehouder*
Druk op ) push open op de cassettehouder om een
cassette in het toestel te doen of eruit te halen.
2 repeat toets (Herhalingstoets)⁄
Druk op deze toets om de herhaalde weergavefunctie
in te schakelen.
3 sound toets (Toets voor geluidseffecten) %
Druk hierop om de geluidseffecten EX.BASS of LOUD
te selecteren.
4 Sensor voor de afstandsbediening#
Dit venster vangt de signalen van de afstandsbediening op.
5 volume knop$
Draai aan deze knop om het volume te regelen.
6
7
8
9
0
!
@
6 mode toets9
Druk hierop om de 4 en de ¢ -toetsen over te
schakelen naar de menukeuzefunctie. Druk ze nogmaals in om de normale functie van de 4 en de ¢ -
toetsen te herstellen.
7 set/demo toets (Instel/demonstratie)39
Druk op deze toets om een met de 4 en ¢ toetsen
gemaakte keuze definitief te maken.
Met deze toets kunt u tevens de demonstratie- en de
beat cancel-functie in- en uitschakelen tijdens het
opnemen van een radioprogramma.
8 Hoofdtelefoon-aansluiting%
Hierop kunt u een hoofdtelefoon met een stereo
ministekker (Los Verkrijgbaar) aansluiten.
Meer over de "one-touch" bedieningsfunctie
Dit toestel heeft een functie voor bediening met slechts een druk op een toets ("one-touch").
Door op een toets die met
(of ontvangst van een radio-uitzending) direct starten.
NE
10
is omlijnd te drukken als het toestel standby is geschakeld, zal de weergave
Bedieningsorganen en indicators
Systeemverbindingen
9 rec toets (Opnametoets)¶
Druk op deze toets om op te nemen op een cassette.
Als u tijdens de opname op deze toets drukt zal de opname gepauzeerd worden nadat er eerst nog een blanco stuk van 4 seconden lang op de band is gezet.
0 O.T.E. toets (One-Touch Edit)›
Met een enkele druk op deze toets kunt u een hele CD
op een cassette op laten nemen.
ls u op deze toets drukt terwijl er een CD wordt weergegeven, zal alleen het spelende fragment op de
band worden gezet. Als de CD in de stopstand staat en
u drukt hierop, worden alle tracks op de CD opgenomen op de tape.
! 4 en ¢ multi control toetsen
In de stand normaal worden deze gebruikt om:
– tracks op de cd over te slaan
– de cassette snel vooruit of terug te spoelen(
– een voorkeuzezender te selecteren)
In de stand menu (die geselecteerd wordt door op de toets
'mode' te drukken), drukt u op deze knoppen om het
gewenste menu-onderdeel te selecteren. Druk op de
toets set/demo om een menu-onderdeel in te stellen of
een instelling te bevestigen.
\
\
•Als u op deze toetsen drukt, verandert de inhoud van
het display.
"TAPE RVS"
"AUTO MEMORY ?"¡
(Uitsluitend wanneer de TUNER ingang is gekozen)
"INPUT?"
(Uitsluitend wanneer de AUX ingang is gekozen)
"TIMER?"
"TIME ADJUST ?"‡
"APS?"9
•Als u 20 seconden geen gebruik heeft gemaakt van
deze functietoetsen keert u terug naar de stand
normaal.
\
\
(
fl
·
&
7 Tuning Mode toets (Afstemfunctie)
CD, TAPE :&(
Met deze toetsen kunt u snel vooruit of terug
spoelen.
TUNER :
Druk op deze toets om te schakelen tussen de
AUTO (automatisch afstemmen, stereo) en MONO
(handmatig afstemmen, mono ontvangst) functies.
Standbyfunctie:
Druk op deze toets om de klok te laten zien.
™
‡
@ ) CD open/dicht toets^
Druk hierop om de CD-lade open of dicht te doen.
# Display paneel
$ Toetsen voor de basisbediening
AUX toetsfl
Druk op deze toets om een eventueel op de AUX
(externe analoge ingang) aansluitingen aangesloten
externe signaalbron te kiezen.
TUNER /band toets)
Druk op deze toets om de TUNER als signaalbron te
kiezen.
Met deze toets kunt u ook de te ontvangen radioband
kiezen.
CD 6 toets^
Druk op deze toets om de cd als signaalbron te
selecteren en het weergeven te starten. Als u deze
toets indrukt tijdens het weergeven, wordt de cd
gepauzeerd.
TAPE 2 3 toets*
Druk op deze toets om TAPE (het cassettedeck) als signaalbron te kiezen en de cassette te laten weergeven.
Als u op deze toets drukt terwijl er een cassette wordt
weergegeven, zal de bandtransportrichting worden
omgekeerd.
% standby/timer indicator (Aan/uit en timer)
Deze indicator licht op wanneer het toestel uit
(standby) staat.
Rood: Gewoon uit (standby).
Groen : Uit (standby) met ingeschakelde timer.
Uit: Het toestel staat aan.
^ toets$
Druk op deze toets om het toestel aan of uit (standby)
te zetten.
Standbyfunctie
Met de standby-indicator opgelicht wordt er nog een kleine hoeveelheid spanning door het toestel
verbruikt om bijvoorbeeld het geheugen te ondersteunen. We noemen dit de standbyfunctie. Het toestel
kan met de afstandsbediening worden ingeschakeld wanneer de standbyfunctie is geaktiveerd.
11
NE
Bedieningsorganen en indicators
Systeemverbindingen
Gebruik van de afstandsbediening
Toetsen op de afstandsbediening die dezelfde naam als de overeenkomende toetsen op het hoofdtoestel
hebben, functionerern als de toetsen op het hoofdtoestel.
3 Toetsen voor de basisbediening
7
8
9
0
2
1
5
4
8
7
0
10
TUNER / BAND
4
P.CALL
AUX
PTY
•
•
TIME DISPLAY
SOUND TONE REPEAT
MUTE
CD
STOP 7
¢
ENTER
RC-F0300
SET
6
1
O.T.E.
VOLUME
3
6
9
POWER
CLEAR
TAPE
AUTO/MONO
TUNING
TAPE EQ.
RANDOM
SLEEP
PGM
¡
REC
23
1
2
3
4
5
6
SET toets (Insteltoets)
Hiermee kunt u een met de
44
4 en
44
geselecteerd onderdeel instellen of invoeren.
¢¢
¢ toetsen
¢¢
TUNER/ BAND toets)
CD 6 toets^
STOP 7/AUTO/MONO toets&™
TAPE 2 3 toets*4 P.CALL ¢ toetsen
CD :&
Hiermee kunt u CD fragmenten overslaan.
TAPE :
(
Met deze toetsen kunt u de band snel vooruit of
terug spoelen.
TUNER :
)
Gebruik deze toetsen om af te stemmen op een
voorkeuzezender.
1 TUNING ¡ toetsen
CD, TAPE :&(
Hiermee kunt u de geluidsweergave snel vooruit
of terug spoelen.
TUNER :
Met deze toetsen kunt u afstemmen op een
radiozender.
™
1 POWER toets (Aan/uit toets)$
Druk op deze toets om het toestel aan of uit (standby)
te zetten.
2 SLEEP toets°
Druk op deze toets om de slaaptimer in te schakelen.
PGM toets (CD) (Programmatoets)ª
Hiermee kunt u fragmenten in de gewenste volgorde
programmeren.
CLEAR toets (CD) (Wistoets)º
Druk op deze toets om een geprogrammeerd fragment te wissen.
NE
12
AUX toetsfl
Druk op deze toets om een eventueel op de AUX
(externe analoge ingang) aansluitingen aangesloten
externe signaalbron te kiezen.
ENTER toets™
Druk op deze toets om een radiozender in te voeren in
het voorkeuzegeheugen van de tuner.
4 O.T.E. toetsfi
REC toets¶
TAPE EQ. toets(
Bedieningsorganen en indicators
Systeemverbindingen
5 REPEAT toets (CD) (Toets voor herhaalde
weergave)⁄
Druk op deze toets om de herhaalde weergave in te
schakelen.
8 ÷ PTY ÷ TIME DISPLAY toets&¢
Deze toets wordt gebruikt wanneer het soort
radioprogramma herkend moet worden.
Druk op deze toets om de op het display weergegeven
tijd-gegevens van de CD om te schakelen.
RANDOM toets (CD) (Toets voor willekeurige
weergave)¤
Druk op deze toets om fragmenten in willekeurige
volgorde te laten weergeven.
6 VOLUME toetsen$
Gebruik deze toetsen om het volume te regelen.
7 Cijfertoetsen&™
Hiermee kunt u een CD fragment selecteren of een
voorkeuzezender van de tuner oproepen.
9 SOUND toets (Toets voor geluidseffecten)%
Druk op deze toets om het EX.BASS of LOUD (loudness) effect in te schakelen.
TONE toets%
Druk op deze toets om de toon van de weergave te
regelen.
0 MUTE toets (Toets voor tijdelijk uitschakelen
van de geluidsweergave)%
Druk op deze toets om de geluidsweergave tijdelijk uit
te schakelen.
Plaatsen van batterijen
1 Verwijder de afdekking.2 Plaats de batterijen.3 Sluit de afdekking.
÷ Steek twee R6 ("AA" formaat) batterijen met de polen in de juiste richting in het vak.
Gebruik
Druk nadat u de stekker in het stopcontact heeft
gestoken op de POWER (
bediening om het toestel in te schakelen. Druk met
het toestel ingeschakeld op de toets van de gewenste functie.
÷ Wanneer er meerdere afstandsbedieningstoetsen
voor een functie worden gebruikt moet u stevig op de
toetsen drukken met een interval van één seconde of
langer tussen het drukken op de toetsen.
) toets van de afstands-
Bedieningsbereik (bij benadering.)
Afstandbedieningssensor
30˚
30˚
6 m
÷ De bijgeleverde batterijen dienen voor het controleren van de werking. De levensduur van deze batterijen is
mogelijk korter dan normaal.
÷ Vervang beide batterijen door nieuwe indien het bereik van de afstandsbediening kleiner wordt.
÷ Het toestel functioneert mogelijk niet juist indien er direct zonlicht of licht van een neonlamp (invertertype,
etc.) op de afstandsbedieningssensor valt. U moet in dat geval de plaats of verlichting veranderen.
NE
13
Basisbediening
Met deze toets wordt de spanning in (ON)
of STANDBY geschakeld
Basversterking
Tijdelijk dempen van het geluid
Instellen van de toon
Basisbediening
Basversterking
Beluisteren via een
hoofdtelefoon
Voorbeeld:
Kiezen van de CD ingang.
1. Zet de toets aan.
Door op de toets te drukken terwijl het toestel aan staat, kunt u
het toestel uit (Standby) zetten.
÷ Door op de TUNER/band, CD6, TAPE 23 of AUX toets te drukken,
wordt de spanning tevens ingeschakeld en de weergave (ontvangst) van
de gekozen ingang gestart. (“One-touch” bediening)
÷ Wanneer u de CD of TAPE ingang kiest en een CD of cassette is
geplaatst, zal de weergave van de gekozen ingang direct starten.
2. Kies de gewenste bron.
CD^
TAPE*
TUNER (Radio-uitzending) )
AUX (External input) [Instellen van het AUX ingangsniveaufl]
÷ Door op de TUNER/
band, CD 6, TAPE
23 of AUX toets te
drukken, wordt de
overeenkomende
ingang gekozen.
Indien CD is gekozen.
Verlagen van
het volume
14
NE
Verhogen van
het volume
3. Stel het volume in.
÷ Het display toont een referentiewaarde.
Volumedisplay
Basisbediening
4
4
P.CALL
Beluisteren via een hoofdtelefoon
Steek de stekker van hoofdtelefoon in de hoofdtelefoon-aansluiting.
÷ U kunt een hoofdtelefoon met een stereo ministek-
ker aansluiten.
÷ Er wordt geen geluid via de luidsprekers weergegeven.
Tijdelijk dempen van het geluid
Alleen met de afstandsbediening
MUTE
÷ Druk nogmaals om weer het normale volume in te
stellen.
÷ De demping wordt tevens geannuleerd wanneer u
het volume verandert.
Instellen van de toon
Alleen met de afstandsbediening
U kunt de lage en hoge tonen (frequenties)
afzonderlijk instellen.
1 Kies de gewenste frequentie.
TONE
Door iedere druk op de toets schakelt de
functie als volgt.
1 "BASS" (lage tonen) instelling
Basversterking
SOUND
Door iedere druk schakelt de functie als volgt.
1 De "EX.BASS" indicator licht op.
De lage tonen worden versterkt ongeacht het
huidige volume.
2 De "LOUD" (Extra tonen) indicator
licht op.
De lage tonen worden versterkt overeenkomstig het huidige volume. (Nuttig bij weergave op laag volume.)
3 Beide indicators uit.
Geannuleerd.
÷ Door de toon in te stellen wanneer de "LOUD" of
"EX.BASS" indicator is opgelicht, zal de ingestelde
functie voor het versterken van de toon worden
uitgeschakeld.
2 "TREBLE" (hoge tone) instelling
3 Normale functie
(Ga binnen 8 seconden naar stap 2.)
2 Stel in.
(Herhaal stappen 1 en 2 voor het instellen van
de andere tonen.)
÷ De niveaus voor zowel "BASS" en "TREBLE" kunnen
in 2 stappen vanaf – 8 t/m + 8 worden ingesteld.
÷ Door de toon in te stellen wanneer de "LOUD" of
"EX.BASS" indicator is opgelicht, zal de ingestelde
functie voor het versterken van de toon worden
uitgeschakeld.
15
NE
Loading...
+ 33 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.