For installation and connections, refer to the separate manual.
Angaben zu Einbau und Verkabelung entnehmen Sie bitte der gesonderten Anleitung.
Pour l’installation et les raccordements, se référer au manuel séparé.
Zie de afzonderlijke handleiding voor details aangaande het installeren en verbinden van het
toestel.
KS-FX8R
DOLBY B NR
MO
RND
5
SSM
∞
RPT
DAB
TAPE
FM/AM
CD
-CH
INSTRUCTIONS
BEDIENUNGSANLEITUNG
MANUEL D’INSTRUCTIONS
GEBRUIKSAANWIJZING
FRANÇAIS
NEDERLANDS
GET0006-001A
[E]
Hartelijk dank voor de aanschaf van dit JVC-product! Wij verzoeken u de gebruiksaanwijzing goed
door te lezen voordat u het apparaat gaat gebruiken. Zo krijgt u een volledig inzicht in de functies van
het apparaat en kunt u de mogelijkheden optimaal benutten.
INHOUDSOPGAVE
Het apparaat terugstellen ..............................................................3
Werken met aangepaste geluidsmodi (Advanced SCM)...........22
De geluidsmodi selecteren en opslaan ...................................... 22
De geluidsmodi oproepen ......................................................... 23
Uw eigen geluidsinstelling opslaan..............................................24
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
* Denk aan de veiligheid....
• Zet het volume onder het rijden niet te hard. Dit is
gevaarlijk , omdat u de geluiden buiten de auto niet
meer hoort.
• Zet de auto stil voordat u ingewikkelde handelingen
met het apparaat gaat verrichten.
2
* Temperatuur binnen de auto....
Als de auto gedurende lange tijd in de kou of in de warmte
heeft gestaan, mag u het apparaat pas gebruiken nadat
de temperatuur in de auto weer normaal waarden heet
bereikt.
ANDERE HOOFDFUNCTIES.........................................25
Houd de SEL (selecteren) en de (standby/aan/A TT) toetsen
beide gelijktijdig een paar seconden ingedrukt.
De ingebouwde microcomputer wordt hierdoor teruggesteld.
Opmerking:
De geheugeninstellingen — zoals de voorkeurzenders en de
geluidsinstellingen — zullen eveneens gewist worden.
Opmerking:
Voor de veiligheid is een genummerde identificatiekaart bij het toestel geleverd. Het identificatienummer is
tevens op de behuizing van het toestel gedrukt. Bewaar de kaart op een veilige plaats. Deze kaart is belangrijk
voor identificatie indien het toestel is gestolen.
(standby/aan/ATT)
SEL (selecteren)
3
1
BASISBEDIENING
3
2
Opmerking:
W anneer u het apparaat voor
de eerste keer gebruikt, moet
u de ingebouwde klok op de
juiste wijze instellen (zie
bladzijde 25).
1
2
CD
-CH
NEDERLANDS
3
A
TT
/
/I
Schakel de spanning in.
Opmerking over de “One Toch”-bediening:
Bij het selecteren van tuner in stap 2 hier onder wordt het apparaat automatisch
ingeschakeld.
U hoeft niet op deze toets te drukken om het apparaat in te schakelen.
Start de weergave van de geluidsbron.
FM/AM
TAPE
™£
Voor gebruik van de radio, zie bladzijde 5 – 16.
Gebruik van het cassettedeck, zie bladzijde 17 – 20.
Voor gebruik van de CD-wisselaar, zie bladzijde 32 – 34.
Zie bladzijde 35 voor instructies over de bediening van
een extern apparaat.
Zie bladzijde 36 – 41 voor instructies over de bediening
van de DAB-tuner.
Regel het volume.
Het door u ingestelde geluidsniveau verschijnt
Indicator voor het volumeniveau
4
Stel het geluid in zoals u zelf wilt (zie bladzijde 21 – 24).
Volume in een oogwenk zachter zetten
Druk tijdens het luisteren naar een willekeurige geluidsbron kort op . Op het
afleesvenster begint de tekst “ATT” te knipperen en het volume zal in een oogwenk dalen.
Om het eerdere volume te herstellen, drukt u nogmaals kort op dezelfde toets.
Spanning uitschakelen
Druk langer dan 1 seconde op .
4
BASISBEDIENING VAN DE RADIO
Naar de radio luisteren
2
1
1
2
Druk nogmaals op dezelfde toets wanneer u het zoeken wilt stoppen voordat op een zender
is afgestemd.
FM/AM
F1
(FM1)F2(FM2)F3(FM3)
Stations met een
hogere frequentie
zoeken
Stations met een
lagere frequentie
zoeken
Selecteer de golfband (FM1, FM2, FM3 of AM).
U kunt éé van de drie FM-golfbandn (FM1, FM2 en FM3)
selecteren om naar een FM-zender te luisteren.
AM
Indicator voor audioniveau
(zie pagina 28) of
volumeniveau
De geselecteerde band (of tijd: zie
bladzijde 28) verschijnt.
Zoek een station.
Wanneer een station wordt ontvangen, stopt
het zoeken.
Om zonder zoeken af te stemmen op een bepaalde frequentie
1 Druk herhaaldelijk op FM/AM om de frequentieband te kiezen (FM of AM).
2 Druk op
de display begint te knipperen.
Zolang de letter “MANU” op de display knippert, kunt u de frequentie handmatig veranderen.
3 Druk herhaaldelijk op
• Als u de toets ingedrukt houdt, blijft de frequentie veranderen (bij FM steeds met 50 kHz
en bij AM steeds met 9 kHz – MW/LW) totdat u de toets loslaat.
¢ of 4 en houd deze toets ingedrukt tot de letter “MANU (manuaal)” op
¢ of 4 totdat de gewenste frequentie is bereikt.
NEDERLANDS
5
Radiozenders in het geheugen vastleggen
U kunt één van de volgende twee methoden gebruiken om de radiozenders in het geheugen
vastteleggen.
• Automatisch vasteleggen van FM-zenders: SSM (Strong-station Sequential Memory)
• Handmatig vasteleggen van FM en AM-zenders
Automatisch vasteleggen van FM-zenders: SSM
U kunt 6 lokale FM-stations instellen voor elke FM-golfband (FM1, FM2 en FM3).
2
1
1
NEDERLANDS
F1
(FM1)
FM/AM
F2
(FM2)
Selecteer het nummer van de FM-golfband
(FM1, FM2 of FM3) waarop u FM-zenders wilt
vasteleggen.
F3
(FM3)
AM
2
Druk op beide toetsen en houd ze langer dan
SSM
Lokale FM-zenders met de sterkste signalen worden opgezocht en automatisch voor de
gekozen golfband (FM1, FM2 of FM3) onder de cijfertoetsen vastgelegd – nummer 1 (laagste
frequentie) t/m nummer 6 (hoogste frequentie).
De voorkeuzezender die onder cijfertoets 1 is vastgelegd wordt na het automatisch vastleggen
van de zenders opgeroepen.
2 seconden ingedrukt.
De tekst “SSM” verschijnt op het afleesvenster en verdwijnt
wanneer het automatisch instellen van radiozenders is beëindigd.
6
Handmatig vastleggen van zenders
U kunt handmatig maximaal 6 zenders voor iedere golfband (FM1, FM2, FM3 en AM vastleggen).
VOORBEELD: Een FM-zender op 88,3 MHz vastleggen onder nummer 1 van FM1.
2
1
2
3
FM/AM
3
1
Selecteer FM1.
Stem af op een zender op 88,3 MHz.
Zie bladzijde 5 voor het afstemmen op een zender.
Druk op de cijfertoets (in dit voorbeeld
cijfertoets 1) en houd deze langer dan 2
seconden ingedrukt.
Omroepband/Nummer voorkeurzender
en “MEMO” knipperen even afwisselend.
NEDERLANDS
4
Herhaal bovenstaande procedure om andere zenders onder
andere nummers op te slaan.
Opmerkingen:
• Een eerder vastgelegde zender wordt gewist wanneer een hieuwe zender wordt opgeslagen onder
hetzelfde nummer.
• Ingestelde zenders worden gewist wanneer de spannings toevoer naar het geheugen wordt onderbroken
(bijvoorbeeld bij het vervangen van de accu). Als dit gebeurt, moeten de zenders opnieuw worden ingesteld.
7
Afstemmen op een voorkeuzezender
U kunt in een handomdraai afstemmen op een vastgelegde voorkeuzezender.
Denk eraan dat u de zenders eerst moet vastleggen! Zie bladzijde 6 en 7, als u dat nog niet
hebt gedaan.
MO RND
1
NEDERLANDS
FM/AM
2
Selecteer de gewenste golfband (FM1,
FM2, FM3 of AM).
1
F1
(FM1)F2(FM2)F3(FM3)
AM
2
Selecteer het nummer (1 – 6) van de
gewenste zender.
Wanneer een stereo-uitzending op FM slecht te ontvangen is, doet u het volgende:
Druk tijdens ontvangst van een FM stereo-uitzending op MO RND (Mono/Willekeurig/
Dolby). De indicator MO (Mono) op de display licht op. De uitzending zal dan mono worden
weergegeven maar met aanzienlijk minder ruis.
MO
RND
Er brandt een lampje wanneer een FM-uitzending in
stereo wordt ontvangen.
Om het stereo-effect te herstellen, drukt u op opnieuw op dezelfde toets.
8
HET GEBRUIK VAN RDS
Wat u kunt doen met RDS EON
RDS (Radio Data System) is een voorziening waarmee FM-zenders een extra signaal aan
hun regulier programmasignaal toevoegen. Zo kan een FM-zender bijvoorbeeld de naam
van het station met het programma en informatie over de aard of het genre van het programma
meezenden, bijvoorbeeld of het uitgezonden programma over sport gaat of een
muziekprogramma is. Een andere functie van de voorziening RDS is “EON (Enhanced Other
Networks)”. De EON-indicator licht op zodra er een FM-zender wordt ontvangen die EONgegevens uitzendt. Met behulp van de EON-gegevens die door het station worden verstuurd,
kunt u op een andere zender van een ander netwerk afstemmen dat uw favoriete programma
of verkeersinformatie uitzendt, terwijl u ondertussen naar een ander programma of een andere
afspeelbron, zoals het cassettedeck, luistert.
Met de ontvangst van RDS-gegevens kan deze eenheid:
• Eén en hetzelfde programma blijven volgen (De Netwerkfunctie)
• Standby staan voor de ontvangst van verkeersinformatie (TA – “T raffic Announcement”)
of uw favoriete programma
• Zoeken naar een bepaald programmagenre (PTY – “Programme Type”)
• Zoeken naar verkeersinformatie (TP – “Traffic Programme”)
• En er zijn nog enkele andere functies waarover u bij de ontvangst van RDS-signalen
kunt beschikken.
Eén en hetzelfde programma blijven volgen (De netwerkfunctie)
Als u in een gebied rijdt waarin de ontvangst van FM-signalen te wensen overlaat, zal de
tuner die in deze eenheid is ingebouwd automatisch overschakelen naar een andere RDSzender van hetzelfde station dat hetzelfde programma uitzendt, maar dan met een sterker
uitzendsignaal. Op die manier kunt u dus naar uw favoriete programma blijven luisteren en
bent u verzekerd van de best mogelijke ontvangst, ongeacht waar in het ontvangstgebied u
rijdt (zie de afbeelding op de volgende pagina).
Er zijn twee soorten RDS-gegevens die ervoor zorgen dat u uw favoriete programma tijdens
uw rit kunt blijven volgen: de PI (Programme Identification) gegevens, en de AF (Alternative
Frequency) gegevens.
Alleen als de ontvangst van allebei deze signalen van een RDS-station goed zijn, kunt u uw
favoriete programma blijven volgen. Als een of beide signalen niet goed worden ontvangen,
werkt deze voorziening niet.
NEDERLANDS
RDS
TP
Om de netwerkfunctie in te schakelen, drukt u minimaal 1 seconde op de
TP RDS-toets (Traffic Programme/Radio Data System). Elke keer wanneer
u op deze toets drukt, verandert de modus van deze functie en wel als volgt:
Modus 1
Mode 1Mode 2Mode 3
AF-indicator
Modus 2Modus 3
REG-indicator
9
Modus 1
De AF-indicator licht op, maar de REG-indicator licht niet op.
De netwerkfunctie is ingeschakeld en Regionalisatie is uitgeschakeld (“OFF”).
In deze modus schakelt de ontvanger over naar een andere zender van
hetzelfde station als het signaal van de geselecteerde zender te zwak wordt.
Opmerking:
In deze modus kan het voorkomen dat het nieuw te ontvangen programma anders is
dan het programma dat u daarvoor ontving.
Modus 2
Zowel de AF-indicator als de REG-indicator lichten op.
De netwerkfunctie is ingeschakeld en ook Regionalisatie is ingeschakeld
(“ON”).
In deze modus schakelt de ontvanger over naar een andere zender van
hetzelfde station dat hetzelfde programma uitzendt als het signaal van de
geselecteerde zender te zwak wordt.
Modus 3
De AF-indicator en de REG-indicator lichten allebei niet op.
De netwerkfunctie is uitgeschakeld.
NEDERLANDS
Opmerking:
Als er een DAB-tuner is aangesloten en alternatieve ontvangst (voor DAB-services) is ingeschakeld, is
automatisch ook de netwerkfunctie ingeschakeld. De netwerkfunctie kan echter niet worden
uitgeschakeld zonder de alternatieve ontvangst uit te schakelen. (Zie bladzijde 41.)
In deze afbeelding ziet u hoe hetzelfde programma via verschillende frequenties kan
worden ontvangen.
Programma 1 op frequentie A
Programma 1 op frequentie B
Programma 1 op frequentie C
Programma 1 op frequentie E
Programma 1 op frequentie D
10
Het gebruik van standby-ontvangst
Met standby-ontvangst kunt u tijdelijk overschakelen naar uw favoriete programmagenre (PTY)
of verkeersinformatie (T A) uitzendt, terwijl u naar de door u geselecteerde afspeelbron luistert
(zoals een FM-station, cassette, CD of een andere aangesloten afspeelbron).
Opmerking:
Standby-ontvangst is niet mogelijk wanneer u naar een AM-zender luistert.
Standby-ontvangst van verkeersinformatie met de TP RDS-toets
RDS
TP
• Als u op de toets TP RDS drukt terwijl u naar een FM-station luistert, licht de
indicator TP op wanneer u een zender ontvangt die het TP-signaal uitzendt
(Verkeersinformatie) en wanneer de ontvanger in TA-standby-modus staat.
Opmerking:
Als het station dat u ontvangt geen TP-signaal uitzendt, gaat de indicator TP op de display
knipperen. Druk
De vermelding “SEARCH” verschijnt nu op de display en de ontvanger gaat op zoek
naar een station dat wel een TP-signaal uitzendt. Zodra er zo’n station wordt gevonden,
gaat de indicator TP op de display continu branden.
• Als u naar een cassette of CD luistert en naar een TP-station wilt luisteren,
drukt u op de toets TP RDS om over te schakelen naar de TA-standby-modus.
(De indicator TP op de display licht op.)
Als er verkeersinformatie wordt uitgezonden terwijl de TA-standby-modus is
ingeschakeld, verschijnt de vermelding “TRAFFIC” op de display en schakelt de
afspeelbron over naar de FM-band. Het volume neemt toe tot het vooraf ingestelde
TA-volumeniveau en u hoort de uitgezonden verkeersinformatie (zie
16).
Druk nogmaals op TP RDS om de TA-standbyfunctie uit te schakelen.
¢ of 4 om de ontvanger in de TA-standby-modus te zetten.
bladzijde
NEDERLANDS
Standby-ontvangst van een programmagenre met de PTY-toets
PTY
• Als u op de toets PTY drukt terwijl u naar een FM-station luistert, licht de indicator
PTY op wanneer u een zender ontvangt die het PTY -signaal uitzendt en wanneer
de ontvanger in PTY-standby-modus staat. De geselecteerde PTY-naam, die
op pagina 13 wordt opgeslagen, knippert gedurende 5 seconden.
Opmerking:
Als het station dat u ontvangt geen PTY-signaal uitzendt, gaat de indicator PTY op de
display knipperen. Druk
te zetten. De vermelding “SEARCH” verschijnt nu op de display en de ontvanger gaat op
zoek naar een station dat wel een PTY-signaal uitzendt. Zodra er zo’n station wordt
gevonden, gaat de indicator PTY op de display continu branden.
• Als u naar een cassette of CD luistert en naar een door u geselecteerde PTYuitzending wilt luisteren, moet u op de toets PTY drukken om over te schakelen
naar de PTY-standby-modus. (De indicator PTY op de display licht op.)
Als het geselecteerde PTY -programma wordt uitgezonden terwijl de PTY -standbymodus is ingeschakeld, verschijnt de geselecteerde PTY -naam op de display en
schakelt de afspeelbron over naar de FM-band. Het geselecteerde PTYprogramma wordt nu ten gehore gebracht.
Druk nogmaals op PTY om de PTY-standbyfunctie uit te schakelen.
¢ of 4 om de ontvanger in de PTY-standby-modus
11
Een PTY-code invoeren voor de standby-ontvangst van
een programmagenre
Het is mogelijk om het programmagenre waar u het liefst naar luistert in de vorm van een
PTY -code in het geheugen van de eenheid in te voeren zodat u hier naar kunt luisteren zodra
er zich zo’n programma aandient. Standaard staat de eenheid voor de standby-ontvangst
van een programmagenre op de PTY-code “NEWS” ingesteld.
1
NEDERLANDS
2
3
4
3
1,4
2
CD
FM/AM
CD
-CH
Druk op de SEL-toets (selecteren) en houd
deze ten minste 2 seconden ingedrukt om de
modus met voorkeursinstellingen (PSM) op te
roepen (zie bladzijde 26).
Selecteer de vermelding “PTY STBY” als deze
niet al meteen op de display wordt
weergegeven.
Selecteer een van de 29 PTY-codes die
beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 15.)
De naam van de PTY-code die u selecteert, wordt op de
display weergegeven en in het geheugen opgeslagen.
Het instellen van de PTY-code is voltooid.
Uw favoriete programmagenre opzoeken
Het is mogelijk om naar één van maximaal zes in het geheugen opgeslagen programmagenres
te zoeken.
Standaard liggen de volgende zes programmagenres achter de cijfertoetsen (1 t/m 6)
opgeslagen.
Zie bladzijde 13 voor het wijzigen van de fabrieksinstellingen.
Zie bladzijde 14 voor een uitleg over het zoeken van uw favoriete programma.
5
AFFAIRS
6
VARIED
12
1
POP M
2
ROCK M
3
EASY M
4
CLASSICS
Uw favoriete programmagenres in het geheugen opslaan
1
2
3
3
2
CD
FM/AM
CD
-CH
1,5
4
Druk op de SEL-toets (selecteren) en houd deze
minimaal 2 seconden ingedrukt om de modus
met algemene instellingen (PSM) op te roepen
(zie bladzijde 26).
Selecteer de vermelding “PTY SRCH” als deze
niet al meteen op de display wordt weergegeven.
Selecteer een van de 29 PTY-codes die
beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 15.)
De naam van de PTY -code die u selecteert, wordt op de display
weergegeven en in het geheugen opgeslagen.
• Als u de code selecteert die al in het geheugen ligt opgeslagen,
wordt die knipperend op de display weergegeven.
NEDERLANDS
4
Druk de gewenste cijfertoets in en houd deze minimaal 2
seconden vast om de geselecteerde PTY -code op te slaan onder
de cijfertoets van uw keuze.
Het nummer van de cijfertoets verschijnt, en de naam van de PTY-code en de
vermelding “MEMORY” wisselen elkaar op de display af.
5
Het instellen van de PTY-code is voltooid.
13
Een programmagenre opzoeken
1
NEDERLANDS
2
1
CD
-CH
CD
FM/AM
2
PTY
Druk op de toets PTY en houd deze ten minste
1 seconde ingedrukt terwijl u naar een FMstation luistert.
De PTY -code en het nummer van de cijfertoets die als laatste
zijn geselecteerd, worden op de display weergegeven.
Selecteer een van de PTY-codes die onder de
zes cijfertoetsen (1 t/m 6) liggen opgeslagen.
Een voorbeeld: Indien “ROCK M” wordt opgeslagen onder
De PTY-zoekopdracht naar uw favoriete programma begint
na 5 seconden.
• Als er een station is dat een programma uitzendt en daarbij een PTY-signaal meezendt dat
overeenkomt met de PTY-code die u hebt geselecteerd, stemt de eenheid automatisch op
dat station af.
• Als er geen station is dat een programma uitzendt en daarbij een PTY-signaal meezendt
dat overeenkomt met de PTY -code die u hebt geselecteerd, blijft de eenheid afgestemd op
het station dat al was geselecteerd.
Opmerking:
In sommige gebieden werkt het zoeken met PTY-codes niet goed.
14
voorkeurtoets 2.
Andere nuttige RDS-functies en het maken van aanpassingen
Automatische selectie van een station bij gebruik van de cijfertoetsen
Normaliter zal de eenheid wanneer u op een van de cijfertoetsen drukt automatisch afstemmen
op de vooraf ingestelde voorkeurzender.
Als deze zender een RDS-station is, gebeurt er echter iets anders. Als het ontvangen signaal
niet sterk genoeg is, gaat de eenheid op basis van de AF-gegevens namelijk automatisch op
zoek naar een andere, sterkere zender die hetzelfde programma uitzendt als de
voorkeurzender die u hebt gekozen. Indien er niet op een andere zender wordt afgestemd,
kunt u alle frequenties afzoeken naar het gewenste programma (dit wordt Programma zoeken
genoemd). Hoe u deze voorziening activeert, wordt hieronder uitgelegd.
• Het zoeken van een programma kost enige tijd.
• Zie ook “De algemene instellingen wijzigen (PSM)”, op pagina 26.
1. Druk de toets SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2. Druk op
3. Selecteer de vermelding “ON” door de draaiknop met de wijzers van de klok mee te draaien.
De voorziening Programma zoeken is nu ingeschakeld.
Als u het zoeken naar een programma wilt beëindigen, herhaalt u de bovenstaande
procedure, maar selecteert u in stap 3 de vermelding “OFF” door de draaiknop tegen de
wijzers van de klok in te draaien.
PTY-codes
NEWS:Nieuws
AFFAIRS:Actualiteiten en achtergrond
INFO:Informatieve programma's over
SPORT:Sportverslagen
SCIENCE:Wetenschappelijke en technische
VARIED:Overige programma’s,
POP M:Popmuziek
ROCK M:Rockmuziek
EASY M:Easy-listening muziek
LIGHT M:Lichte muziek
CLASSICS:Klassieke muziek
OTHER M:Overige muziek
WEATHER:Weerberichten
FINANCE:Programma’s aangaande handel
CHILDREN:Amusement voor kinderen
¢ of 4 om de vermelding “P-SEARCH” te selecteren.
informatie aangaande het nieuws
diverse verscillende onderwerpen
nationale of regionale cultuur
programma’s
bijvoorbeeld ceremonies en
comedies
en de beurs en beursberichten,
etc.
SOCIAL:Programma’s over sociale
RELIGION:Programma’s over aspecten van
PHONE IN:Programma’s waarin mensen
TRAVEL:Programma’s over reizen en
LEISURE:Programma’s over recreatieve
JAZZ:Jazz-muziek
COUNTRY:Country-muziek
NATION M:Huidige populaire muziek van een
OLDIES:Gouwe-Ouwe
FOLK M:Folk-muziek
DOCUMENT:Programma’s over feitelijke
activiteiten
geloof en religie, aangaande het
bestaan en ethiek
via de telefoon of een publiek
forum hun meningen kunnen
uiten
bestemmingen, georganiseerde
reizen en ideeën en
mogelijkheden voor vacanties
bezigheden, bijvoorbeeld
tuinieren, koken, vissen, etc.
bepaald land of gebied in de taal
van het land of gebied
gebeurtenissen, vaak
gepresenteerd in een
onderzoekende stijl
15
NEDERLANDS
De weergave op de display wijzigen terwijl u naar een
FM-station luistert
Tijdens de ontvangst van een FM-zender die RDS-signalen uitzendt, kunt u de weergave op
de display wijzigen. U kunt kiezen of u de naam van het station (PS NAME) of de frequentie
van de zender (FREQ) wilt weergeven.
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen wijzigen (PSM)” op bladzijde 26.
1. Druk de toets SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2. Selecteer de vermelding “TU DISP” met de toets
3. Selecteer de gewenste weergave (“PS NAME” of “FREQ”) met de draaiknop.
Opmerking:
Door op de toets DISP te drukken kunt u de weergave op de display ook wijzigen wanneer u naar een
FM-station luistert dat RDS-signalen uitzendt.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, verschijnt de volgende informatie in het bovenste gedeelte van
de display:
Station FrequencyPS (Station name)PTY (Programme type)
PS (Stationsnaam)
* Na enkele seconden keert de display terug naar de oorspronkelijke weergave.
Frequentie station
¢ of 4.
PTY (Programmagenre)
Het volumeniveau voor verkeersinformatie instellen
Het is mogelijk om voor de standby-ontvangst van verkeersinformatie op te geven met welk
geluidsvolume u deze informatie wilt horen. In dat geval zal het geluid zodra er
NEDERLANDS
verkeersinformatie wordt ontvangen, worden aangepast aan het volume dat u hebt ingesteld.
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen wijzigen (PSM)” op bladzijde 26.
1. Druk de toets SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2. Selecteer de vermelding “TA VOL” met de toets
3. Selecteer het gewenste volume met de draaiknop.
¢ of 4.
Automatisch aanpassen van de klok
De tijd die de klok weergeeft die in deze eenheid is ingebouwd wordt automatisch aangepast
aan de tijdgegevens (CT – Clock Time) die met het RDS-signaal van een zender worden
meegezonden.
Als u wilt dat de klok niet automatisch wordt aangepast, moet u de onderstaande procedure
volgen.
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen wijzigen (PSM)” op bladzijde 26.
1. Druk de toets SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2. Selecteer de vermelding “AUTO ADJ” met de toets
3. Selecteer de vermelding “OFF” door de draaiknop linksom te draaien.
U hebt het automatisch aanpassen van de klok nu uitgeschakeld.
Om het automatisch aanpassen van de klok weer in te schakelen, herhaalt u de bovenstaande
procedure maar selecteert u in stap 3 de vermelding “ON” door de draaiknop rechtsom te draaien.
Opmerking:
Het automatisch aanpassen van de tijd bij de ontvangst van nieuwe tijdgegevens duurt circa 2 minuten.
De weergave van de klok wor dt dus pas veranderd nadat u minimaal 2 minuten op het desbetreffende
station hebt afgestemd.
16
¢ of 4.
GEBRUIK VAN DE CASSETTESPELER
Beluisteren van een cassette
1
MO RND
3
1
Zum Öffnen des Bedienteils.
2
1.
Plaats een cassette in cassettehouder.
Het apparaat gaat aan en het afspelen van de band begint
automatisch.
2. Sluit het besturingspaneel met de hand.
• Wanneer de ene kant van de band is afgespeeld, wordt automatisch begonnen met het
afspelen van de andere kant (Auto Reverse).
Opmerking over de “One Toch”-bediening:
W anneer er al een cassette in de cassettehouder zit, kunt u op de toets T APE 2 3 drukken om
het apparaat aan te zetten en het afspelen automatisch te laten beginnen.
TAPE
™£
Selecteer de richting van de band.
Elke keer dat u op de toets drukt, verandert de richting van de
band — vooruit (
) en achteruit ().
NEDERLANDS
Cassettebandjes afspelen die zijn opgenomen met Dolby B NR
Druk op de MO RND toets om in stap 2 hierboven het Dolby B NR*
(ruisonderdrukkingssysteem) te activeren.
B” verschijnt enkele seconden op de display.
Als u Dolby B NR wilt beëindigen, moet u nogmaals op dezelfde toets drukken.
* Dolby ruisonderdrukking geproduceerd onder licentie van: Dolby Laboratories Licensing
Corporation.
DOLBY en het dubbele D symbool
Licensing Corporation.
De indicator licht op en de vermelding “DOLBY
zijn handelsmerken van: Dolby Laboratories
17
Afspelen beëindigen en de cassette naar buiten laten springen
Druk op 0.
De cassette stopt met spelen, het bedieningspaneel wordt geopend en de cassette komt
automatisch uit de cassettehouder geschoven.
De cassetteweergave wordt tevens gestopt wanneer u naar de FM, AM, CD-wisselaar of
andere aangesloten afspeelbron. (De cassette wordt echter in dat geval niet uitgeworpen.)
• U kunt de cassette ook uit het apparaat laten springen terwijl het apparaat uit staat.
Versneld doorspoelen en terugspoelen van een band
• Druk langer dan 1 seconde op ¢ om de band versneld door te
spoelen.
Aan het einde wordt de band omgedraaid en wordt de andere kant
vanaf het begin afgespeeld.
• Druk langer dan 1 seconde op
tot aan het begin.
Dezelfde kant wordt nogmaals afgespeeld.
Wanneer u op TAPE2 3 drukt, kunt u het versneld doorspoelen en terugspoelen op een
willekeurige plaats laten stoppen.
Het afspelen begint daarna vanaf die plaats op de band.
4 om de band terug te spoelen
NEDERLANDS
Voorkomen dat de cassette uit de cassettehouder springt
U kunt voorkomen dat de cassette uit de cassettehouder springt door een band in de
cassettehouder te “vergrendelen”.
Druk op TAPE2 3 en
het afleesvenster knippert gedurende ongeveer 5 seconden de tekst “NO EJECT”. De band
is dan “vergrendeld”.
Om de vergrendeling ongedaan te maken en de band te “ontgrendelen”, drukt u opnieuw
langer dan 2 seconden op TAPE2 3 en
gedurende ongeveer 5 seconden de tekst “EJECT OK”. De band is dan “ontgrendeld”.
en houd deze toets langer dan 2 seconden ingedrukt. Op
. Op het afleesvenster knippert opnieuw
18
Het begin van een muziekstuk vinden
Met Multi Music Scan kunt u het afspelen automatisch laten beginnen bij het begin van een
bepaald muziekstuk. U kunt muziekstukken opgeven die zich maximaal 9 muziekstukken na
of voor het huidige muziekstuk bevinden.
¢
4
CD
FM/AM
CD
-CH
Gedurende het afspelen
Een muziekstuk na het
huidige muziekstuk
zoeken op de band
Geef de plaats van het gewenste
muziekstuk aan (d.w.z. hoeveel
muziekstukken na of voor het huidige
muziekstuk).
Een muziekstuk voor
het huidige muziekstuk
zoeken op de band
Elke keer dat u een muziekstuk opgeeft, verandert
het nummer tot maximaal ±9.
Wanneer het begin van het opgegeven muziekstuk is gevonden, wordt automatisch met
het afspelen van het betreffende muziekstuk begonnen.
Opmerkingen:
• Gedurende het zoeken naar een opgegeven muziekstuk gebeurt het volgende:
– Als de band wordt teruggespoeld tot het begin, start het afspelen aan het begin van die kant.
– Als de band versneld wordt doorgespoeld tot aan het einde, wordt hij omgedraaid en afgespeeld
vanaf het begin van de andere kant.
• Soms functioneert Multi Music Scan niet op de juiste manier. Dit kan gebeuren bij:
– Banden met muziekstukken met lange stukken zeer zachte muziek (zeer rustige gedeelten) of lange
stukken tussen twee muziekstukken waarop niets is opgenomen.
– Banden met korte stukken waarop niets is opgenomen.
– Banden met veel geluid of geroezemoes tussen de verschillende muziekstukken.
– Wanneer het met de Dolby NR toets gekozen ruisonderdrukkingssysteem niet over eenkomt. W anneer
bijvoorbeeld Dolby B ruisonderdrukking is gectiveerd maar de cassette zonder Dolby was
opgenomen.
NEDERLANDS
19
Andere handige functies voor de cassettespeler
Overslaan van blanco gedeelten op de cassette
U kunt tijdens weergave blanco gedeelten tussen fragmenten overslaan. (Blank Skip)
Met de functie geactiveerd worden blanco gedeelten van 15 seconden of langer overgeslagen
en wordt snel naar het volgende fragment gespoeld en de weergave vanaf daar voortgezet.
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen wijzigen (PSM)” op bladzijde 26.
1. Druk de toets SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2. Selecteer de vermelding “B.SKIP” met de toets
3. Selecteer de gewenste modus met de bedieningsknop.
De modus Blank Skip knippert nu tussen aan en uit.
Opmerking:
De bandtransportrichting wordt automatisch verander d wanneer bij het snel doorspoelen het eind van
de cassettekant wordt bereikt.
Herhalen van het spelende fragment
U kunt het spelende fragment herhalen. (Herhaalde weergave)
¢ of 4.
NEDERLANDS
20
RPT
Opmerking:
De functies voor het overslaan van blanco’s en het herhalen van een fragment werken mogelijk niet in
de volgende gevallen:
– Banden met muziekstukken met lange stukken zeer zachte muziek (zeer rustige gedeelten) of lange
stukken tussen twee muziekstukken waarop niets is opgenomen.
– Banden met korte stukken waarop niets is opgenomen.
– Banden met veel geluid of geroezemoes tussen de verschillende muziekstukken.
– Wanneer het met de Dolby NR toets gekozen ruisonder drukkingssysteem niet overeenkomt. Wanneer
bijvoorbeeld Dolby B ruisonderdrukking is gectiveer d maar de cassette zonder Dolby was opgenomen.
Door iedere korte druk op de RPT toets (Herhalen) tijdens weergave
van een cassette wordt de functie voor het herhalen van een fragment
afwisselend geactiveerd en uitgeschakeld.
De indicator licht op wanneer de functie voor het herhalen
van een fragment is geactiveerd.
GELVID REGELEN
Geluid aanpassen
U kunt de geluidskarakteristieken naar wens instellen.
2
CD
FM/AM
CD
-CH
Indicator voor de equalizer
1
1
Selecteer de functie die u wilt aanpassen.
BASTREFAD
VOL
IndicatieDoel:Bereik
BASBastonen aanpassen.–06 (min.) tot +06 (max.)
(bas)
TRETreble aanpassen.–06 (min.) tot +06 (max.)
(treble)
FADEvenwicht tussen voor- enR06 (alleen achterin) tot
(faden)*achterspeakers aanpassen.F06 (alleen voorin)
BALEvenwicht tussen linker- enL06 (alleen links) tot
(balans)rechterspeaker aanpassen.R06 (alleen rechts)
LOUDDe lage en hoge tonen wordenLOUD ON— LOUD OFF
(loudness)versterkt voor een goed(geactiveerd)(uitgeschakeld)
gebalanceerd geluid bij weergave
met een laag volume.
VOLHet volume aanpassen.00 (min.) tot 50 (max.)
(volume)
Opmerking:
* Als u een systeem met twee speakers gebruikt moet u FAD op “00” zetten.
LOUD
BAL
NEDERLANDS
2
Pas het niveau aan.
Het patroon op de indicator voor de equalizer verandert
wanneer u de weergave van lage of hoge tonen aanpast.
Opmerking:
Normaliter stelt u het volume in met de draaiknop. U hoeft dus niet
“VOL (volume)” voor het instellen van het volumeniveau te kiezen.
21
Werken met aangepaste geluidsmodi (Advanced SCM)
U kunt voor elke afspeelbron een aangepaste geluidsmodus selecteren en vastleggen. Dit is
mogelijk dankzij de voorziening met de naam “Advanced SCM” (Sound Control Memory).
De geluidsmodi selecteren en opslaan
Als u een geluidsmodus hebt geselecteerd, wordt deze in het geheugen opgeslagen en wordt
de modus elke keer weer opgeroepen wanneer u dezelfde geluidsbron selecteert. Voor elk
van de volgende geluidsbronnen kan een geluidsmodus worden opgeslagen: FM1, FM2,
FM3, AM, cassette en voor externe geluidsbronnen.
• Als u de geluidsmodus van uw keuze niet voor elke geluidsbron apart wilt instellen, maar
wel elke geluidsbron dezelfde geluidsmodus wilt toekennen, verwijzen we u naar de
instructies in de paragraaf “Advanced SCM annuleren” op pagina 28.
Link-indicator
CD
FM/AM
CD
-CH
NEDERLANDS
SCM
IndicatieVoor:Vooraf ingestelde waarden
SCM OFF(Vlak geluid)0000Aan
BEATRock- of discoritme+0200Aan
SOFTRustige achtergrondmuziek+01–03Uit
POPLichte muziek+04+01Uit
SCM
De geluidsmodus van uw keuze selecteren.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert de geluidsmodus en
wel als volgt:
SCM OFFBEATSOFT
• Als de Link-indicator op de display aan gaat (en voor “SCM LINK” de
instelling “LINK ON” is gekozen - zie pagina 28), kan de geselecteerde
geluidsmodus voor de desbetreffende afspeelbron in het geheugen
worden opgeslagen. Het effect is meteen op de afspeelbron van
toepassing.
• Als de Link-indicator op de display NIET is aan is (en “SCM LINK” is
ingesteld op “LINK OFF”), is de geselecteerde geluidsmodus op elke
willekeurige afspeelbron van toepassing.
BasTrebleLoud
POP
22
De geluidsmodi oproepen
Toetsen voor de afspeelbronnen
-CH
™£
TAPE
FM/AM
CD
Selecteer de afspeelbron van uw keuze terwijl
de Link-indicator op de display wordt
weergegeven.
De Link-indicator begint te knipperen en de geluidsmodus
die voor de geselecteerde afspeelbron in het geheugen ligt
opgeslagen wordt opgeroepen.
Indicator voor de
geluidsmodus
Het equalizer-patroon voor de
geselecteerde geluidsmodus
wordt weergegeven
Opmerkingen:
• U kunt de vooraf ingestelde geluidsweergave wijzigen en in het geheugen opslaan.
Meer bijzonderheden over het aanpassen en opslaan van uw eigen geluidsinstellingen treft u aan in
de paragraaf “Uw eigen geluidsinstelling opslaan” op bladzijde 24.
• Als u de versterkingsfactor voor de hoge of lage tonen wilt aanpassen of de geluidsterktefunctie
tijdelijk wilt uitschakelen, verwijzen we u naar de instructies op pagina 21. (De aanpassingen die u
hebt aangebracht, worden geannuleerd zodra u een andere geluidsbron selecteert.)
LOUD-indicator (indicator voor
de geluidssterkte)
NEDERLANDS
23
Uw eigen geluidsinstelling opslaan
De geluidsweergave (BEAT, SOFT, POP, zie bladzijde 22) kan worden aangepast en in het
geheugen worden opgeslagen.
3
CD
FM/AM
CD
-CH
21,4
1
SCM
2
NEDERLANDS
3
4
5
Herhaal deze procedure om de andere instellingen op te slaan.
Binnen
5 seconden
SCM
Roep de geluidsweergave op die u wilt
aanpassen.
Meer bijzonderheden over de geluidsweergave vindt u op
bladzijde 22.
Kies “BAS (bas)”, “TRE (treble)” of “LOUD
(loudness)”.
Pas het niveau van de bas of hoge tonen aan
of schakel de geluidssterktefunctie ON/OFF.
Meer bijzonderheden over bas en treble vindt u op bladzijde
21.
Druk op SCM (Sound Control Memory) en
houd deze ingedrukt tot de geluidsmodus
van uw keuze op de display knippert.
Uw instelling wordt in het geheugen opgeslagen.
Opnieuw instellen van de fabrieksinstellingen
Herhaal bovenstaande procedure en stel de waarden in die zijn weergegeven in de tabel op
bladzijde 22.
24
ANDERE HOOFDFUNCTIES
Klok instellen
Het is ook mogelijk de klok in te stellen op een 24-uurs of een 12-uurs aanduiding.
1
2
3
4
2,3,4
1
1
1
2,3,4
CD
FM/AM
CD
-CH
1,5
Druk de toets SEL in en houd deze ten minste 2
seconden ingedrukt, zodat een van de PSMvermeldingen op de display wordt weergegeven.
2
Stel het uur in.
1 Selecteer de vermelding “CLOCK
H” als deze al niet meteen op de
display wordt weergegeven.
2 Pas het uur aan.
2
Stel de minuten in.
1 Selecteer de vermelding “CLOCK M”.
2 Pas de minuten aan.
2
Stel de uuraanduiding in.
1 Selecteer de vermelding “24H/12H”.
2 Selecteer de vermelding “24H” of
“12H”.
NEDERLANDS
5
Druk wanneer u klaar bent op de SEL.
Als u de tijd van de klok wilt controleren terwijl de eenheid is uitgeschakeld, drukt u op
de DISP-toets.
De stroomtoevoer wordt dan ingeschakeld en gedurende vijf seconden wordt op de display
de tijd van de interne klok weergegeven. Daarna wordt de stroomtoevoer weer uitgeschakeld.
25
De algemene instellingen wijzigen (PSM)
Het is mogelijk om de instellingen voor de items die op de volgende bladzijde staan vermeld
te wijzigen.
Basisprocedure
1
NEDERLANDS
2
3
3
1,4
2
CD
FM/AM
CD
-CH
Druk de toets SEL in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een
van de PSM-vermeldingen op de display
wordt weergegeven.
Selecteer het item waarvan u de instelling
wilt wijzigen. (Zie bladzijde 27.)
Selecteer of wijzig de instelling van het item
dat u in stap 2 hebt geselecteerd.
26
4
Druk wanneer u klaar bent op de SEL.
1
CLOCK HInstellen van het uur
CLOCK M
SCM LINK
24H/12H24/12-uur aanduiding
AUTO ADJAutomatische instellen
CLOCKWeergave van de klok
TU DISPDisplayfunctie
PTY STBYPTY-standby
PTY SRCHPTY-zoeken
TA VOLVolume voor
P-SEARCHProgramma zoeken
DAB AF*Alternatieve Ontvangst
LEVELNiveaudisplay
TELAudiodemping voor
B.SKIPBlank skip
LINE IN**Extern apparaat
2
Kies...
Instellen van de minuten
Koppeling met het geheugen
voor geluidsmodi
voor de klok
van de klok
verkeersinformatie
cellulaire
telefoonsystemen
3
Stel in...
Terug
Terug
12H
OFF
OFF
FREQ
29 programmatypen
(Zie blz. 15.)
VOL (00-50)
OFF
AF OFF
AUDIO 1AUDIO 2
OFF
MUTING 2
OFF
Verder
Verder
LINK ONLINK OFF28LINK ON
24H
ON
PS NAME
ON
AF ON
OFF
MUTING 1
ON
LINE INCHANGER
Fabrieksinstellingen
0:00
24H
ON
ON
NEWS
(Zie blz. 12.)
VOL 20
OFF15
AF ON
AUDIO 2
OFF
OFF20
CHANGER30
Zie blz.
25
25
16ON
28
16PS NAME
12
12
16
41
28
29
NEDERLANDS
* Wordt alleen weergegeven indien de DAB-tuner is aangesloten.
**
Wordt alleen weergegeven indien een van de volgende afspeelbronnen is geselecteerd: FM, AM of
cassette.
• Druk wanneer u klaar bent op de SEL (selecteren).
27
Advanced SCM annuleren
Het is mogelijk om de voorziening Advanced SCM (Sound Control Memory) te annuleren en
de aangebrachte koppeling tussen de geluidsmodi en afspeelbronnen weer op te heffen.
Standaard kan voor elke afspeelbron een eigen, aangepaste geluidsmodus in het geheugen
worden opgeslagen. In de praktijk kunt u dus een andere geluidsmodus te horen krijgen als
u een andere afspeelbron selecteert.
• LINK ON: De voorziening Advanced SCM is ingeschakeld (voor elke afspeelbron een
• LINK OFF: De voorziening Advanced SCM is uitgeschakeld (voor elke afspeelbron geldt
1. Druk de toets SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2. Selecteer met
3. Selecteer de gewenste modus met de bedieningsknop.
De SCM Link-modus kent deze twee instellingen:
andere geluidsmodus)
een en dezelfde geluidsbron)
¢ of 4 de modus “SCM LINK”.
LINK ON LINK OFF
Weergave van de klok selecteren
U kunt kiezen of u in het onderste gedeelte van de display de klok of de naam van de
afspeelbron wilt weergeven. De instelling bij het verlaten van de fabriek is dat de klok wordt
weergegeven.
• ON:Klok
• OFF: Naam afspeelbron (of omroepband)
NEDERLANDS
1. Druk de toets SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2. Selecteer de vermelding “CLOCK” met de toets
3. Selecteer de gewenste modus met de bedieningsknop.
De weergavemodus van de klok kan als volgt worden ingesteld:
ON
De andere informatie weergeven tijdens het afspelen
Druk op de toets DISP. Elke keer wanneer u op deze toets drukt, wordt de andere informatie
(hetzij de naam van de afspeelbron, hetzij de klok) korte tijd in het onderste gedeelte van de
display weergegeven.
OFF
¢ of 4.
Selecteren welk niveau op de display wordt weergegeven
U kunt zelf opgeven welk niveau op de display moet worden weergegeven.
Standaard is bij het verlaten van de fabriek de instelling “AUDIO 2” geselecteerd.
• AUDIO 1: Geeft de indicator voor het geluidsniveau weer en de indicator met het patroon
• AUDIO 2: Geeft beurtelings de instelling “AUDIO 1” en de verlichting van de display weer.
• OFF:Geeft noch de indicator voor het geluidsniveau, noch de indicator met het
1. Druk de toets SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2. Selecteer met de toets
3. Selecteer de gewenste modus met de bedieningsknop.
De instelling voor de niveauweergave verandert wanneer u aan de draaiknop draait en
wel in deze volgorde:
28
van de equalizer.
patroon van de equalizer weer.
¢ of 4 de vermelding “LEVEL”.
AUDIO 1AUDIO 2
OFF
Audiodemping voor mobiele telefoongesprekken
Deze modus wordt gebruikt wanneer er een cellulair telefoonsysteem is aangesloten. Selecteer
afhankelijk van het telefoonsysteem dat u gebruikt “MUTING 1” of “MUTING 2”. Welke
dempingsmogelijkheid u kiest, hangt af van de vraag welke instelling het geluid het beste dempt.
Bij het verlaten van de fabriek is deze modus uitgeschakeld.
• MUTING 1: Selecteer deze modus als u hiermee het geluid kunt dempen.
• MUTING 2: Selecteer deze modus als u hiermee het geluid kunt dempen.
• OFF:Hiermee wordt de audiodemping voor telefoongesprekken uitgeschakeld.
1. Druk de toets SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2. Selecteer de vermelding “TEL” met de toets
3. Selecteer de gewenste modus met de bedieningsknop.
De mogelijkheden voor het dempen van de audio bij mobiele telefoongesprekken volgen
elkaar in deze volgorde op de display op:
¢ of 4.
MUTING 1MUTING 2
OFF
NEDERLANDS
29
Het externe apparaat selecteren
Het externe apparaat kan met behulp van de KS-U57 Line Input Adapter (niet meegeleverd)
op de ingang van de CD-wisselaar worden aangesloten. Als u het externe apparaat via deze
eenheid als afspeelbron wilt gebruiken, moet u bepalen welk onderdeel — de CD-wisselaar
of het externe apparaat — u wilt gebruiken. Bij het verlaten van de fabriek is de CD-wisselaar
standaard als extern apparaat geselecteerd.
• LINE IN:Voor een ander apparaat dan de CD-wisselaar
• CHANGER: De CD-wisselaar gebruiken
1. Als u FM, AM of cassette als afspeelbron wilt selecteren, dient u op de toets FM/AM of de
toets TAPE2 3 te drukken.
2. Druk de toets SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
3. Selecteer met
4. Selecteer de gewenste modus met de bedieningsknop.
De modus voor het selecteren van een extern apparaat kent deze instellingen:
Opmerking:
Aanwijzingen omtrent het aansluiten van de KS-U57 Line Input Adapter op het externe apparaat treft
u aan in de Installation/Connection Manual (aparte publicatie).
NEDERLANDS
¢ of 4 de vermelding “LINE IN”.
LINE IN CHANGER
30
Bedieningspaneel verwijderen
U kunt het bedieningspaneel verwijderen, wanneer u uit de auto stapt.
U moet het bedieningspaneel voorzichtig verwijderen en weer op zijn plaats bevestigen,
zodat de connectors op de achterkant van het bedieningspaneel en de houder van het
bedieningspaneel niet worden beschadigd.
Hoe moet u het
bedieningspaneel verwijderen?
Voordat u het bedieningspaneel verwijdert,
moet u er zeker van zijn dat de spanning is
uitgeschakeld.
Hoe moet u het
bedieningspaneel weer op zijn
plaats bevestigen?
1
Stop de rechterkant van het
1
Ontgrendel het
bedieningspaneel.
bedieningspaneel in de
uitsparing op de houder.
2
2
Druk het bedieningspaneel
iets omhoog en trek naar u
toe van het apparaat.
Druk op de linkerkant van
het bedieningspaneel totdat
dit in de houder vastzit.
NEDERLANDS
3
Stop het losgemaakte
bedieningspaneel in het
daarvoor bestemde doosje.
Opmerking over het reinigen van de
connectors:
Als u het bedieningspaneel vaak verwijdert,
zullen de connectors op een gegeven moment
minder goed gaan functioneren.
Om deze mogelijkheid tot het minimum te
beperken, moet u de connectors van tijd tot
tijd met een met alcohol bevochtigde katoenen
doek schoonmaken. Zorg ervoor dat u de
connectors daarbij niet beschadigt.
Connectors
31
GEBRUIK VAN DE CD-WISSELAAR
We raden u aan bij uw eenheid alleen gebruik te maken van de CH-X-serie. Als u een andere
automatische CD-wisselaar in uw bezit hebt, raden we u aan contact op te nemen met uw JVCdealer in auto-accessoires voor meer informatie over de juiste aansluitingen.
• Voorbeeld: Als u een CD-wisselaar uit de KD-MK serie hebt, hebt u een kabel (KS-U15K) nodig om
deze met het apparaat te verbinden.
Alvorens uw automatische CD-wisselaar te gebruiken:
• Lees de instructies door die bij uw CD-wisselaar zijn geleverd.
• Als er geen CD’s in de houder van de CD-wisselaar aanwezig zijn of wanneer de CD’s
ondersteboven in de houder zitten, verschijnt op het afleesvenster de tekst “NO DISC”.
Als dit gebeurt, moet u de houder verwijderen en de CD’s op de juiste wijze in de
houder plaatsen.
• Als op het afleesvenster de tekst “RESET 1 - RESET 8” verschijnt, is er iets fout met de
verbinding tussen dit apparaat en de CD-wisselaar. Als dit gebeurt, moet u de verbinding
controleren, de verbindingskabel(s) indien nodig stevig vastmaken en dan op de
resetknop van de CD-wisselaar drukken.
CD’s afspelen
¢
NEDERLANDS
4
32
Nummertoetsen
CD
-CH
Opmerking over de “One Toch”-bediening:
Wanneer u op CD-CH drukt, wordt automatisch de spanning ingeschakeld. U hoeft niet
op
te drukken om de spanning in te schakelen.
Selecteer de automatische CD-wisselaar.
Het afspelen begint bij het eerste muziekstuk van de eerste CD.
Alle muziekstukken van alle CD’s worden afgespeeld.
Verstreken speeltijd
Het nummer van de CD (of de tijd van de klok: zie bladzijde 28)
verschijnt
CD-CH
Nummer van het muziekstuk
Versneld vooruit afspelen en achteruit afspelen van het
muziekstuk
Druk tijdens het afspelen van een CD op ¢ en houd deze toets
ingedrukt om het muziekstuk versneld vooruit af te spelen.
Druk tijdens het afspelen van een CD op
ingedrukt om het muziekstuk achteruit af te spelen.
4 en houd deze toets
Naar het volgende of vorige muziekstuk springen
Druk tijdens het afspelen van een CD kort op ¢ om naar het begin
van het volgende muziekstuk te gaan. Telkens wanneer u meerdere
malen op deze toets drukt, wordt het begin van het eerstvolgende
muziekstuk gezocht en afgespeeld.
Druk tijdens het afspelen van een CD kort op
van het huidige muziekstuk te gaan. T elkens wanneer u meerdere malen
op deze toets drukt, wordt het begin van het vorige muziekstuk gezocht
en afgespeeld.
4 om naar het begin
Direct naar een bepaalde CD gaan
789101112
Druk op de nummertoets die correspondeert met het nummer van de
CD om het afspelen te laten beginnen (tijdens weergave van de CDwisselaar).
• Nummer 1 – 6 selecteren:
Druk kort op 1 (7) – 6 (12).
• Nummer 7 – 12 selecteren:
Druk kort op 1 (7) – 6 (12) en houd deze toets langer dan 1 seconde
ingedrukt.
NEDERLANDS
Voorbeeld: Wanneer CD nummer 3 wordt geselecteerd
Nummer van het muziekstuk
Nummer van de CD
33
Kiezen van de weergavefunctie
Muziekstukken in willekeurige volgorde afspelen (Random Play)
RND
MO
Door iedere druk op MO RND (Mono/Willekeurig/Dolby) tijdens weergave
van een CD verandert de willekeurige weergavefunctie voor een CD als volgt:
RND1
(Willekeurig1)
RND2
(Willekeurig2)
Uit, geen aanduiding
FunctieRND-indicatorAfspelen in willekeurige volgorde
RND1Licht opAlle muziekstukken van de huidige CD, daarna de
muziekstukken van de volgende CD enzovoorts.
RND2KnippertAlle muziekstukken van alle CD’s in de CD-houder.
Herhaald afspelen van fragmenten (Repeat Play)
RPT
NEDERLANDS
FunctieRPT-indicatorHerhaling van...
RPT1Licht opHet spelende (of ingestelde) fragment.
RPT2KnippertAlle fragmenten van de spelende (of ingestelde) disc.
Elke keer wanneer u op RPT (Herhalen) drukt terwijl u naar een CD luistert,
verandert de herhaalfunctie voor het afspelen van CD’s en wel als volgt:
RPT1
(Herhalen1)
RPT2
(Herhalen2)
Uit, geen aanduiding
34
BEDIENING VAN HET EXTERNE APPARAATEN
Het externe apparaat kan met behulp van de KS-U57 Line Input Adapter (niet meegeleverd)
op de ingang van de CD-wisselaar worden aangesloten.
3
Voorbereiding:
• Aanwijzingen omtrent het aansluiten van de KS-U57 Line Input Adapter op het externe apparaat
treft u aan in de Installation/Connection Manual (aparte publicatie).
• Alvorens u het externe apparaat volgens de onderstaande instructies gaat bedienen, moet u ervoor
zorgen dat u de juiste externe ingang hebt geselecteerd. (Zie de paragraaf “Het extern apparaat
selecteren” op pagina 30.)
1
1
CD
-CH
“One-Touch” bediening :
W anneer u op CD-CH drukt, wordt automatisch de spanning ingeschakeld. U hoeft niet
op
te drukken om de spanning in te schakelen.
Selecteer het externe apparaat.
• Als de vermelding “LINE IN”* niet op de display verschijnt,
verwijzen we u naar pagina 30. Selecteer in zo’n geval de
externe ingang (“LINE IN”).
*
Wordt alleen weergegeven indien een van de volgende
afspeelbronnen is geselecteerd: FM, AM of
cassette
.
NEDERLANDS
2
Schakel het aangesloten apparaat aan en start het afspelen van
de afspeelbron.
3
Regel het volume.
35
BEDIENING VAN DE DAB-TUNER
We raden u aan om in combinatie met deze eenheid DAB-tuner KT-DB1500 te gebruiken.
Neem contact op met de JVC-dealer in auto-accessoires als u een andere DAB-tuner hebt.
• Zie ook de instructies die bij de DAB-tuner werden geleverd.
Wat is het DAB-system?
DAB is een van de digitale radiozendsystemen die momenteel in gebruik zijn. Met deze
technologie is het mogelijk CD’s af te spelen met hoge geluidskwaliteit zonder storingen
en signaalvervorming. U kunt er zelfs tekst, afbeeldingen en gegevens mee versturen.
In tegenstelling tot FM-uitzendingen, waarbij elk programma op een aparte frequentie
wordt uitgezonden, worden bij DAB verschillende programma’s (die ‘services’ worden
genoemd) met elkaar gecombineerd tot een ‘ensemble’.
Alleen wanneer u een DAB-tuner op deze eenheid aansluit, kunt u van deze DAB-services
gebruik maken.
Afstemmen op een ensemble en op een van de services
Een ensemble bestaat doorgaans uit 6 of meer programma’s (services) die tegelijkertijd worden
uitgezonden. Nadat u op een ensemble hebt afgestemd, kunt u kiezen naar welke service u
wilt luisteren.
NEDERLANDS
4
3
1,2
Alvorens u begint...
Druk even kort op de FM/AM/DAB toets als u de cassettedeck, CD–wisselaar of LINE IN als
blon kiest.
1
2
FM/AM
DAB
DAB
Selecteer de DAB-tuner.
Elke keer wanneer u op de toets drukt en deze ten minste 1
seconde ingedrukt houdt, wordt de DAB-tuner of de FM/AMtuner geselecteerd.
DAB
FM/AM
Selecteer de DAB-band (DAB1, DAB2 of
FM/AM
36
DAB3).
U kunt elk van de drie DAB-banden selecteren om op een
ensemble af te stemmen.
D1D2
(DAB 1)(DAB 2)
D3
(DAB 3)
3
Ensembles op
hogere frequenties
zoeken
Ensembles op
lagere frequenties
zoeken
Zoek een ensemble op.
Zodra er een ensemble wordt gevonden, wordt het
zoeken gestaakt.
4
Als u het zoeken wilt stoppen nog voordat er een ensemble is gevonden, moet u de
toets die u hebt ingedrukt om het zoeken in gang te zetten nogmaals indrukken.
MO
RND
5
∞
RPT
Selecteer de service waarnaar u wilt luisteren.
De informatie op de display wijzigen wanneer u op een
ensemble afstemt
Normaliter wordt de naam van de service in het bovenste gedeelte van de display weergegeven.
Druk op de toets DISP als u wilt weten wat de naam van het ensemble of de frequentie ervan is.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, verschijnt de volgende informatie gedurende een
korte tijd in het bovenste gedeelte van de display .
EnsemblenaamServicenaam
KanaalnummerFrequentie
Terugkeren naar de FM/AM-tuner
Druk nogmaals op de toets FM/AM/DAB en houd deze gedurende ten minste 1 seconde
ingedrukt.
Zonder zoeken afstemmen op een bepaald ensemble:
1 Druk op de toets FM/AM/DAB en houd deze ten minste 1 seconde ingedrukt.
2 Druk herhaaldelijk op de toets FM/AM/DAB om de gewenste DAB-band te selecteren (DAB1,
DAB2 of DAB3).
3 Druk op de toets
4 Druk herhaaldelijk op de toets
afstemmen.
• Als u de toets ingedrukt houdt, verandert de frequentie voortdurend tot u de toets weer
loslaat.
¢ of 4 en houd deze gedurende 1 seconde ingedrukt.
¢ of 4 tot u bij het ensemble komt waarop u wilt
NEDERLANDS
37
DAB-frequenties in het geheugen opslaan
Er kunnen maximaal 6 DAB-services voor elke DAB-band (DAB1, DAB2 en DAB3) handmatig
in het geheugen worden opgeslagen.
4
3
1
NEDERLANDS
2
3
4
5
∞
FM/AM
FM/AM
MO
RND
RPT
DAB
DAB
5
1,2
Selecteer de DAB-tuner.
Elke keer wanneer u op de toets drukt en deze ingedrukt
houdt, wordt de DAB-tuner of de FM/AM-tuner geselecteerd.
DAB
FM/AM
Selecteer de DAB-band (DAB1, DAB2 of
DAB3) van uw keuze.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert u de DABband als volgt:
D1D2
(DAB 1)(DAB 2)
D3
(DAB 3)
Stem af op het ensemble van uw keuze.
Selecteer de service van het ensemble.
38
5
Druk op de cijfertoets (in dit voorbeeld cijfertoets 1) en houd deze
langer dan 2 seconden ingedrukt.
Omroepband/Nummer voorkeurzender en de
vermelding “MEMO” knipperen gedurende
korte tijd beurtelings op de display.
6
Herhaal de bovenstaande procedure als u nog andere DABservices achter voorkeuzetoetsen wilt opslaan.
Opmerkingen:
• Een reeds opgeslagen DAB-service verdwijnt uit het geheugen wanneer u aan de desbetreffende
voorkeuzetoets een nieuwe DAB-service toekent.
• Opgeslagen DAB-services verdwijnen uit het geheugen wanneer de stroomtoevoer naar het geheugen
wordt onderbroken (bijvoorbeeld wanneer u de batterijen ver vangt). Als dit gebeurt, zult u de DABservices opnieuw moeten instellen.
NEDERLANDS
39
Afstemmen op een opgeslagen DAB-service
Het is heel eenvoudig om af te stemmen op een DAB-service die u in het geheugen hebt
opgeslagen.
Onthoud dat u de service hiervoor eerst in het geheugen moet opslaan en aan een
voorkeuzetoets moet toekennen. Hoe dit moet, leest u op bladzijde 38 en 39.
1
NEDERLANDS
2
3
FM/AM
FM/AM
DAB
DAB
3
1,2
Selecteer de DAB-tuner.
Elke keer wanneer u op de toets drukt en deze ingedrukt
houdt, wordt de DAB-tuner of de FM/AM-tuner geselecteerd.
DAB
FM/AM
Selecteer de DAB-band (DAB1, DAB2 of
DAB3) van uw keuze.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert u de DABband als volgt:
D1D2
(DAB 1)(DAB 2)
D3
(DAB 3)
Selecteer de voorkeuzetoets (1 t/m 6) voor
de DAB-service die u wilt beluisteren.
40
Wat u nog meer met DAB kunt doen
Hetzelfde programma automatisch volgen (alternatieve
ontvangst)
Het is mogelijk om naar een programma te blijven luisteren
• Terwijl u een DAB-service ontvangt:
Als u in een streek rijdt waar u een service niet kunt ontvangen, zal deze eenheid automatisch
afstemmen op een ander ensemble of een FM RDS-zender die hetzelfde programma
uitzendt.
• Terwijl u een FM RDS-station ontvangt:
Als u in een gebied rijdt waar een DAB-service hetzelfde programma uitzendt als een FM
RDS-zender, stemt deze eenheid automatisch op de DAB-service af.
Opmerking:
Bij het overschakelen van DAB naar FM en andersom kan het weergaveniveau van het volume
onaangenaam toenemen of afnemen. Dat het geluidsniveau toeneemt of afneemt, heeft niets met uw
ontvanger te maken, maar met de aansturing bij de zender. Er is dus niets mis met uw ontvanger.
Werken met alternatieve ontvangst
Bij het verlaten van de fabriek zijn standaard alle alternatieve-ontvangstmogelijkheden
ingeschakeld.
1 Druk de toets SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display wordt weergegeven.
2 Druk op
op de display wordt weergegeven.
3 Selecteer de gewenste modus met de bedieningsknop.
• AF ON: Het programma wordt gevolgd tussen het aanbod van DAB-services en FM
• AF OFF: Alternatieve ontvangst is uitgeschakeld.
¢ of 4 om de vermelding “DAB AF” te selecteren indien deze nog niet
RDS-zenders — alternatieve ontvangst. De AF-indicator op de display licht op
(zie pagina 9).
NEDERLANDS
Opmerking:
Als alternatieve ontvangst (voor DAB-services) is ingeschakeld, is automatisch ook de netwerkfunctie
ingeschakeld (zie pagina 9 voor RDS-zenders). De netwerkfunctie kan echter niet worden
uitgeschakeld zonder de alternatieve ontvangst uit te schakelen.
4 Druk nogmaals op de toets SEL (selecteren) om het instellen te voltooien.
41
ONDERHOUD
Levensduur van het apparaat verlengen
Dit apparaat vergt weinig zorg, maar u zult de levensduur van het apparaat kunnen verlengen
als u onderstaande instructies opvolgt.
Koppen reinigen
• Reinig de koppen na elke 10 bedrijfsuren met een
reinigingsband. Gebruik een type band met vloeistof
(verkrijgbaar bij uw detailhandelaar).
Wanneer de kop vuil wordt, zijn de volgende
symptomen merkbaar:
– De geluidskwaliteit wordt minder.
– Het geluidsniveau neemt af.
– Het geluid valt weg.
• Gebruik geen vuile of stoffige banden.
• Zorg dat het glanzende gedeelte van de kop niet in
aanraking komt met metalen of magnetisch
gereedschap.
De band schoonhouden
NEDERLANDS
• Bewaar de banden na gebruik altijd in het
opbergdoosje.
• Zorg dat u de banden niet neerlegt op:
– Plaatsen waar zij blootstaan aan direct zonlicht.
– Zeer vochtige plaatsen.
– Plaatsen met uitzonderlijk hoge temperaturen.
LET OP!
• Gebruik geen cassettes met loszittende stickers. Wanneer de band wor dt afgespeeld, kan het apparaat
hierdoor worden beschadigd.
• Zorg dat de band strak zit en geen lussen vertoont. Deze kunnen in het mechanisme verstrikt raken.
• Laat na gebruik geen cassettes in de cassettehouder achter. De band kan hierdoor rekken.
U kunt de levensduur van dit apparaat eveneens verlengen door de hieronder omschreven
functie toe te passen.
Contactsleutel (motor) uit – band wordt losgelaten/
contactsleutel (motor) aan – band wordt afgespeeld
• Wanneer u de motor afzet terwijl er een band in de cassettehouder zit, zorgt het apparaat
dat de band automatisch van de kop af gaat.
• Wanneer u start terwijl er een band in de cassettehouder zit, wordt automatisch begonnen
met het afspelen van de band.
42
PROBLEMEN OPLOSSEN
Een probleem hoeft niet altijd ernstig te zijn. Voordat u hulp inroept van een dienstverlenende
instantie, moet u eerst de volgende punten controleren.
Symptomen
• Er kan geen band in het
apparaat worden gestopt.
• De banden worden heet.
• Het geluidsniveau van de
band is erg laag en de
geluidskwaliteit is aangetast.
• Op het afleesvenster
verschijnt de tekst “NO DISC”.
Oorzaken
U probeert de cassette op de
verkeerde manier in de
cassettehouder te stoppen.
Dit is geen storing.
De kop van de band is vuil.
Verkeerde verbindingen.
De geluidsknop is op de laagste
stand gezet.
Verkeerde verbindingen.
De signalen zijn te zwak.
De antenne zit niet goed vast.
Er zit geen CD in de CD-houder.
De CD’s zijn op de verkeerde manier
in de CD-houder geplaatst.
Oplossingen
Stop de cassette in het apparaat
en zorg dat de onderkant, waar de
band zichtbaar is, rechts zit.
Reinig de kop met een speciale
reinigingsband.
Controleer de bedrading en de
verbindingen.
Pas het geluid aan totdat het
optimale niveau is bereikt.
Controleer de bedrading en de
verbindingen.
Sla de stations handmatig op.
Zorg dat de antenne stevig vast
zit.
Stop de CD’s in de CD-houder.
Stop ze op de juiste manier in
de CD-houder.
NEDERLANDS
• Op het afleesvenster
verschijnt de tekst “RESET 8”.
• Op het afleesvenster
verschijnt de tekst “RESET1 RESET 7”.
• Het apparaat werkt helemaal
niet.
• De CD-wisselaar werkt niet.
Het apparaat is niet op de juiste
manier met de CD-wisselaar
verbonden.
Soms functioneert de
ingebouwde microcomputer niet
goed ten gevolge van lawaai,
enzovoorts.
Verbind het apparaat en de CDwisselaar op de juiste manier met
elkaar en druk op de resetknop
van de CD-wisselaar.
Druk op de resetknop van de
CD-wisselaar.
Houd SEL en
beide gelijktijdig een paar
seconden ingedrukt om de
eenheid opnieuw in te stellen
(de instelling voor de klok en
de voorkeurzenders worden
uit het geheugen gewist).(Zie
bladzijde 3.)
43
SPECIFICATIES
GELUIDSVERSTERKER
Maximum uitgangsvermogen:
Voor:40 W per kanaal
Achter:40 W per kanaal
Ononderbroken uitgangsvermogen (RMS):
Voor:16 W per kanaal in 4 Ω, 40 Hz
tot 20 000 Hz met niet meer
dan 0,8% totale harmonische
vervorming van het geluid.
Achter: 16 W per kanaal in 4 Ω, 40 Hz
tot 20 000 Hz met niet meer
dan 0,8% totale harmonische
vervorming van het geluid.
Belastingsimpedantie: 4 Ω (speling 4 Ω tot
8 Ω)
Regelbereik tonen:
Bas:±10 dB bij 100 Hz
Treble: ±10 dB bij 10 kHz
Weergavekarakteristiek: 40 Hz tot 20 000 Hz
Signaal/ruisverhouding: 70 dB
Uitgangsniveau/Impedantie:
NEDERLANDS
2,0 V/20 kΩ load belasting (250 nWb/m)
RADIO
Frequentiebereik:
FM: 87,5 MHz tot 108,0 MHz
AM: (MW) 522 kHz tot 1 620 kHz
(LW) 144 kHz tot 279 kHz
[FM-zenders]
Gevoeligheid bij normaal bedrijf:
11,3 dBf (1,0 µV/75 Ω)
Gevoeligheid bij 50 dB geluidsdemping:
16,3 dBf (1,8 µV/75 Ω)
Selectiviteit alternatief kanaal (400 kHz):
65 dB
Weergavekarakteristiek: 40 Hz tot 15 000 Hz
Stereo-scheiding: 30 dB
Vangbereik: 1,5 dB