For installation and connections, refer to the separate manual.
Angaben zu Einbau und Verkabelung entnehmen Sie bitte der gesonderten Anleitung.
Pour l’installation et les raccordements, se référer au manuel séparé.
Zie de afzonderlijke handleiding voor details aangaande het installeren en verbinden van het
toestel.
INSTRUCTIONS
BEDIENUNGSANLEITUNG
MANUEL D’INSTRUCTIONS
GEBRUIKSAANWIJZING
DISP
789101112
SSM
DISP
789101112
SSM
CD CHANGER CONTROL
CD CHANGER CONTROL
KS-FX463R
KS-FX460R
RDS
FM
PROG
AM
CD-
CH
TP
SOUND
PTY
RDS
FM
PROG
AM
CH
CD-
TP
SOUND
PTY
FRANÇAIS
NEDERLANDS
GET0039-001A
[E]
Hartelijk dank voor de aanschaf van dit JVC-product! Wij verzoeken u de gebruiksaanwijzing goed
door te lezen voordat u het apparaat gaat gebruiken. Zo krijgt u een volledig inzicht in de functies van
het apparaat en kunt u de mogelijkheden optimaal benutten.
Voor de veiligheid is een genummerde identificatiekaart bij het toestel geleverd. Het
identificatienummer is tevens op de behuizing van het toestel gedrukt. Bewaar de kaart op een
veilige plaats. Deze kaart is belangrijk voor identificatie indien het toestel is gestolen.
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
★
Denk aan de veiligheid...
• Zet het volume onder het rijden niet te hard. Dit is ,
omdat u de geluiden buiten de auto niet meer hoort.
• Stop de auto voordat u ingewikkelde handelingen met
het apparaat gaat verrichten.
★
Temperatuur binnen de auto...
Als de auto gedurende lange tijd in de kou of in de warmte
heeft gestaan, mag u het apparaat pas gebruiken nadat
de temperatuur in de auto weer normaal is.
2
BASISBEDIENING
1
3
2
Opmerking:
Wanneer u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, moet u de ingebouwde klok op de juiste wijze
instellen (zie bladzijde 20).
1
2
3
4
/ I /ATT
FM
AM
CD
– CH
“One-T ouch” bediening:
• Bij het selecteren van tuner in stap 2 hieronder wordt het apparaat
• De cassetteweergave start automatisch indien er r eeds een cassette in het
Schakel de spanning in.
automatisch ingeschakeld. U hoeft niet op deze toets te drukken om het
apparaat in te schakelen.
apparaat is geplaatst. Het is echter niet aan te raden de cassette in het
casettevak te laten zitten bij het uitschakclen van het systeem via de aan/
uit-toets of de contactsleutel. Dit kan zowel de casettekop als de casette
beschadigen.
Start de weergave van de geluidsbron.
Voor gebruik van de radio, zie bladzijde 4 – 15.
Voor gebruik van het cassettedeck, zie bladzijde 16.
Voor gebruik van de CD-wisselaar, zie bladzijde 26 – 28.
Regel het volume.
Het door u ingestelde geluidsniveau verschijnt
Stel het geluid in zoals u zelf wilt (zie bladzijde 17 – 19).
NEDERLANDS
Volume in een oogwenk zachter zetten
Druk tijdens het luisteren naar een willekeurige geluidsbron kort op . Op het
afleesvenster begint de tekst “ATT” te knipperen en het volume zal in een oogwenk dalen.
Om het eerdere volume te herstellen, drukt u nogmaals kort op dezelfde toets.
Spanning uitschakelen
Druk langer dan 1 seconde op .
3
BASISBEDIENING VAN DE RADIO
Naar de radio luisteren
1
3
1
/ I /ATT
“One-Touch” bediening:
Bij het selecteren van een golfband in stap 2 hieronder wordt het apparaat
automatisch ingeschakeld. U hoeft niet op deze toets te drukken om het apparaat
in te schakelen.
2
FM
NEDERLANDS
AM
Opmerking:
U kunt tuner niet kiezen indien er een cassette in het toestel is geplaatst. Verwijder de cassette uit
de cassettehouder wanneer u een radiozender wilt beluisteren.
FM1FM2
AM
3
SSM
Schakel de spanning in.
Selecteer de golfband (FM1, FM2, FM3 of AM).
U kunt éé van de drie FM-golfbandn (FM1,
FM3
FM2 en FM3) selecteren om naar een FMzender te luisteren.
Zoek een station.
Wanneer een station wordt ontv angen, stopt het z oeken.
Stations met een hogere frequentie zoeken.
Stations met een lagere frequentie zoeken.
2
Druk nogmaals op dezelfde toets wanneer u het zoeken wilt stoppen v oordat op een zender
is afgestemd.
Handmatig een frequentie opzoeken:
1 Kies de golfband (FM of AM).
Druk op FM of AM.
2 Druk op
afleesvenster begint te knipperen.
U kunt de frequentie handmatig wijzigen, terwijl de letter “M” knippert.
3 Druk meerdere malen op
• Als u de toets ingedrukt houdt, blijft de frequentie veranderen (bij FM steeds met 50 kHz
en bij AM steeds met 9 kHz – MW/LW) totdat u de toets loslaat.
4
¢ of 4 en houd deze toets ingedrukt totdat de letter “M” op het
¢ of 4 totdat de gewenste frequentie is bereikt.
Radiozenders in het geheugen vastleggen
U kunt één van de volgende twee methoden gebruiken om de radiozenders in het geheugen
vastteleggen.
• Automatisch vasteleggen van FM-zenders: SSM (Strong-station Sequential Memory)
• Handmatig vasteleggen van FM en AM-zenders
Automatisch vasteleggen van FM-zenders: SSM
U kunt 6 lokale FM-stations instellen voor elke FM-golfband (FM1, FM2 en FM3).
2
1
1
FM
2
Lokale FM-zenders met de sterkste signalen worden opgezocht en automatisch voor de
gekozen golfband (FM1, FM2 of FM3) onder de cijfertoetsen vastgelegd — nummer 1 (laagste
frequentie) t/m nummer 6 (hoogste frequentie).
De voorkeuzezender die onder cijfertoets 1 is vastgelegd wordt na het automatisch vastleggen
van de zenders opgeroepen.
SSM
Selecteer het nummer van de FM-golfband
(FM1, FM2 of FM3) waarop u FM-zenders wilt
vasteleggen.
FM1FM2FM3
Druk op beide toetsen en houd ze langer dan
2 seconden ingedrukt.
De tekst “SSM” verschijnt op het afleesvenster en
verdwijnt wanneer het automatisch instellen van
radiozenders is beëindigd.
NEDERLANDS
5
Handmatig vastleggen van zenders
U kunt handmatig maximaal 6 zenders voor iedere golfband (FM1, FM2, FM3 en AM
vastleggen).
VOORBEELD: Een FM-zender op 88.3 MHz vastleggen onder nummer 1 van FM1.
213
1
2
NEDERLANDS
3
4
Herhaal bovenstaande procedure om andere zenders onder
andere nummers op te slaan.
FM
Selecteer FM1.
SSM
Stem af op een zender op 88.3 MHz.
Zie bladzijde 4 voor het afstemmen op een zender.
Druk op beide toetsen en houd ze langer dan
2 seconden ingedrukt.
Voorkeuzenummer "P1" knipper t even.
Opmerkingen:
• Een eerder vastgelegde zender wordt gewist wanneer een hieuwe zender wordt opgeslagen onder
hetzelfde nummer.
• Ingestelde zenders worden gewist wanneer de spannings toevoer naar het geheugen wordt onderbr oken
(bijvoorbeeld bij het vervangen van de accu). Als dit gebeurt, moeten de zenders opnieuw worden
ingesteld.
6
Afstemmen op een voorkeuzezender
U kunt in een handomdraai afstemmen op een vastgelegde voorkeuzezender.
Denk eraan dat u de zenders eerst moet vastleggen! Zie bladzijde 5 en 6, als u dat nog niet
hebt gedaan.
DISP
1
AM
FM
MO/RND
FM1FM2
FM3
AM
Selecteer de gewenste golfband
(FM1, FM2, FM3 of AM).
2
1
2
Selecteer het nummer (1 – 6) van de
gewenste zender.
De informatie op de display wijzigen terwijl u een FM-station
ontvangt dat RDS-signalen uitzendt
Druk op de toets DISP. Elke keer dat u op deze toets drukt, verandert de weergave op de
display en wel als volgt:
PS NAME (Stationsnaam)
CLOCK (Tijd op de klok)
Wanneer een stereo-uitzending op FM slecht te ontvangen is, doet u het volgende:
Druk tijdens ontvangst van een FM stereo-uitzending op MO/RND (mono/willekeur ig). De
indicator MO (mono) op de display licht op. De uitzending zal dan mono worden
weergegeven maar met aanzienlijk minder ruis.
FREQ (Frequentie)
PTY (Programmagenre)
NEDERLANDS
MO/RND
Er brandt een lampje wanneer een FM-uitzending in stereo
wordt ontvangen.
Om het stereo-effect te herstellen, drukt u op opnieuw op dezelfde toets.
7
HET GEBRUIK VAN RDS
Wat u kunt doen met RDS EON
RDS (Radio Data System) is een voorziening waarmee FM-zenders een extra signaal aan
hun regulier programmasignaal toev oegen. Zo kan een FM-zender bijvoorbeeld de naam v an
het station met het programma en informatie over de aard of het genre van het programma
meezenden, bijvoorbeeld of het uitgezonden programma over sport gaat of een
muziekprogramma is. Een andere functie v an de v oorziening RDS is “EON (Enhanced Other
Networks)”. De EON-indicator licht op zodra er een FM-zender wordt ontvangen die EONgegevens uitzendt. Met behulp van de EON-gegevens die door het station w orden verstuurd,
kunt u op een andere zender van een ander netwerk afstemmen dat uw f avoriete programma
of verkeersinformatie uitzendt, terwijl u ondertussen naar een ander programma of een andere
afspeelbron, zoals het cassettedeck, luistert.
Met de ontvangst van RDS-gegevens kan deze eenheid:
• Eén en hetzelfde programma blijven volgen (De Netwerkfunctie)
• Standby staan voor de ontvangst v an verkeersinf ormatie (T A - “Traffic Announcement”)
of uw favoriete programma
• Zoeken naar een bepaald programmagenre (PTY - “Program Type”)
• Zoeken naar verkeersinformatie (TP - “Traffic Programme”)
• En er zijn nog enkele andere functies waarover u bij de ontvangst van RDS-signalen
kunt beschikken.
NEDERLANDS
Eén en hetzelfde programma blijven volgen (De
netwerkfunctie)
Als u in een gebied rijdt waarin de ontvangst van FM-signalen te wensen overlaat, zal de
tuner die in deze eenheid is ingebouwd automatisch overschakelen naar een andere RDSzender van hetzelfde station dat hetzelfde programma uitzendt, maar dan met een sterker
uitzendsignaal. Op die manier kunt u dus naar uw favoriete programma blijven luisteren en
bent u verzekerd van de best mogelijke ontvangst, ongeacht waar in het ontvangstgebied u
rijdt (zie de afbeelding op de volgende pagina).
Er zijn twee soorten RDS-gegevens die ervoor zorgen dat u uw favoriete programma tijdens
uw rit kunt blijven volgen: de PI (Programme Identification) gegevens, en de AF (Alternative
Frequency) gegevens.
Alleen als de ontvangst van allebei deze signalen van een RDS-station goed zijn, kunt u uw
favoriete programma blijven volgen. Als een of beide signalen niet goed worden ontvangen,
werkt deze voorziening niet.
TP
RDS
8
Om de netwerkfunctie in te schakelen, drukt u minimaal 1
seconde op de TP/RDS-toets (Traffic Programme/Radio Data
System). Elk e keer wanneer u op dez e toets drukt, verandert de
modus van deze functie en wel als volgt:
Modus 1
Modus 3Modus 2
Modus 1
De AF-indicator licht op, maar de REG-indicator licht niet op.
De netwerkfunctie is ingeschakeld en Regionalisatie is uitgeschakeld (“OFF”).
In deze modus schakelt de ontvanger over naar een andere zender van
hetzelfde station als het signaal van de geselecteerde zender te zwak wordt.
Opmerking:
In deze modus kan het voorkomen dat het nieuw te ontvangen programma anders is
dan het programma dat u daarvoor ontving.
Modus 2
Zowel de AF-indicator als de REG-indicator lichten op.
De netwerkfunctie is ingeschakeld en ook Regionalisatie is ingeschakeld
(“ON”).
In deze modus schakelt de ontvanger over naar een andere zender van
hetzelfde station dat hetzelfde programma uitzendt als het signaal van de
geselecteerde zender te zwak wordt.
Modus 3
De AF-indicator en de REG-indicator lichten allebei niet op.
De netwerkfunctie is uitgeschakeld.
In deze afbeelding ziet u hoe hetzelfde programma via verschillende frequenties kan
worden ontvangen.
NEDERLANDS
Programma 1 op frequentie A
Programma 1 op frequentie B
Programma 1 op frequentie E
Programma 1 op frequentie C
Programma 1 op frequentie D
9
Het gebruik van standby-ontvangst
Met standby-ontvangst kunt u tijdelijk ov erschakelen naar uw fa voriete programmagenre (PTY)
of verkeersinformatie (TA) uitzendt, terwijl u naar de door u geselecteerde afspeelbron luistert
— zoals een FM-station en cassette of CD wisselaar.
Opmerking:
Standby-ontvangst is niet mogelijk wanneer u naar een AM-zender luistert.
Standby-ontvangst van verkeersinformatie met de TP/RDS-toets
TP
RDS
NEDERLANDS
Standby-ontvangst van een programmagenre met de PTY-toets
PTY
• Als u op de toets TP/RDS drukt terwijl u naar een FM-station luistert, licht de
indicator TP op wanneer u een zender ontvangt die het TP-signaal uitzendt
(Verkeersinformatie) en wanneer de ontvanger in TA-standby-modus staat.
Opmerking:
Als het station dat u ontvangt geen TP-signaal uitzendt, gaat de indicator TP op de display
knipperen. Druk
De vermelding “SEARCH” verschijnt nu op de display en de ontvanger gaat op zoek
naar een station dat wel een TP-signaal uitzendt. Zodra er zo’n station wordt gevonden,
gaat de indicator TP op de display continu branden.
• Als u naar een cassette of CD wisselaar luistert en naar een TP-station wilt
luisteren, drukt u op de toets TP/RDS om ov er te schakelen naar de TA-standbymodus. (De indicator TP op de display licht op.)
Als er verkeersinformatie wordt uitgezonden terwijl de TA-standby-modus is
ingeschakeld, verschijnt de vermelding “TRAFFIC” op de display en schakelt de
afspeelbron over naar de FM-band. Het volume neemt toe tot het voor af ingestelde
TA-volumeniveau en u hoort de uitgezonden verkeersinformatie (zie
14).
Druk nogmaals op TP/RDS om de TA-standbyfunctie uit te schakelen.
• Als u op de toets PTY drukt terwijl u naar een FM-station luistert, licht de indicator
PTY op wanneer u een zender ontvangt die het PTY-signaal uitzendt en wanneer
de ontvanger in PTY-standby-modus staat. De geselecteerde PTY-naam, die
op pagina 12 wordt opgeslagen, knippert gedurende 5 seconden.
Opmerking:
Als het station dat u ontvangt geen PTY-signaal uitzendt, gaat de indicator PTY op de
display knipperen. Druk
te zetten. De vermelding “SEARCH” verschijnt nu op de display en de ontvanger gaat op
zoek naar een station dat wel een PTY-signaal uitzendt. Zodra er zo’n station wordt
gevonden, gaat de indicator PTY op de display continu branden.
• Als u naar een cassette of CD wisselaar luistert en naar een door u geselecteerde
PTY-uitzending wilt luisteren, moet u op de toets PTY drukken om over te
schakelen naar de PTY-standby-modus. (De indicator PTY op de display licht
op).
Als het geselecteerde PTY -progr amma wordt uitgezonden terwijl de PTY-standbymodus is ingeschakeld, verschijnt de geselecteerde PTY-naam op de display en
schakelt de afspeelbron over naar de FM-band. Het geselecteerde PTYprogramma wordt nu ten gehore gebracht.
Druk nogmaals op PTY om de PTY-standbyfunctie uit te schakelen.
¢ of 4 om de ontvanger in de TA-standby-modus te zetten.
bladzijde
¢ of 4 om de ontvanger in de PTY-standby-modus
10
Een PTY-code invoeren voor de standby-ontvangst van
een programmagenre
Het is mogelijk om het programmagenre waar u het liefst naar luistert in de vorm van een
PTY-code in het geheugen van de eenheid in te voeren zodat u hier naar kunt luisteren z odra
er zich zo’n programma aandient. Standaard staat de eenheid voor de standby-ontvangst
van een programmagenre op de PTY-code “NEWS” ingesteld.
1, 4
3
2
1
SEL
Druk op de SEL-toets en houd deze minimaal
2 seconden ingedrukt om de modus voor
algemene instellingen op te roepen. (Zie
bladzijde 22.)
2
SSM
Selecteer de vermelding “PTY STBY” als deze
niet al meteen op de display wordt
weergegeven.
3
Selecteer een van de 29 PTY-codes die
beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 15.)
De naam van de PTY-code die u selecteer t, wordt op de
display weergegeven en in het geheugen opgeslagen.
4
Uw favoriete programmagenre opzoeken
Het is mogelijk om naar één van maximaal zes in het geheugen opgeslagen programmagenres
te zoeken.
Standaard liggen de volgende zes programmagenres achter de cijfer toetsen (1 t/m 6)
opgeslagen.
Zie bladzijde 12 voor het wijzigen van de fabrieksinstellingen.
Zie bladzijde 13 voor een uitleg over het zoeken van uw favoriete programma.
SEL
Het instellen van de PTY-code is voltooid.
NEDERLANDS
1
POP M
2
ROCK M
3
EASY M
4
CLASSICS
5
AFFAIRS
6
VARIED
11
Uw favoriete programmagenres in het geheugen opslaan
1, 5
3
1
2
NEDERLANDS
3
4
SEL
SSM
2
4
Druk op de SEL-toets en houd deze minimaal 2
seconden ingedrukt om de modus voor
algemene instellingen op te roepen. (Zie
bladzijde 22.)
Selecteer de vermelding “PTY SRCH” als deze
niet al meteen op de display wordt w eergegeven.
Selecteer een van de 29 PTY-codes die
beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 15.)
De naam van de PTY-code die u selecteert, wordt op de display
weergegeven en in het geheugen opgeslagen.
• Als u de code selecteert die al in het geheugen ligt opgeslagen,
wordt die knipperend op de display weergegeven.
12
Druk de gewenste cijfertoets in en houd deze minimaal 2
seconden vast om de geselecteerde PTY-code op te slaan onder
de cijfertoets van uw keuze.
De PTY-code begint te knipperen.
5
SEL
Druk wanneer u klaar bent op de SEL.
Een programmagenre opzoeken
1
2
PTY
2
1
Druk op de toets PTY en houd deze ten minste
1 seconde ingedrukt terwijl u naar een FMstation luistert.
De PTY-code die als laatste werd geselecteerd, verschijnt
op de display.
Selecteer een van de PTY-codes die onder de
zes cijfertoetsen (1 t/m 6) liggen opgeslagen.
Een voorbeeld: Indien “ROCK M” wordt opgeslagen onder
De PTY-zoekopdracht naar uw favoriete programma begint
na 5 seconden.
voorkeurtoets 2.
NEDERLANDS
• Als er een station is dat een programma uitzendt en daarbij een PTY-signaal meezendt dat
overeenkomt met de PTY-code die u hebt geselecteerd, stemt de eenheid automatisch op
dat station af.
• Als er geen station is dat een programma uitzendt en daarbij een PTY-signaal meezendt
dat overeenkomt met de PTY-code die u hebt geselecteerd, blijft de eenheid afgestemd op
het station dat al was geselecteerd.
Opmerking:
In sommige gebieden werkt het zoeken met PTY -codes niet goed.
13
Andere nuttige RDS-functies en het maken van aanpassingen
De weergave op de display wijzigen terwijl u naar een
FM-station luistert
Wat er als eerste op de display wordt weergegeven wanneer u naar een FM-station luistert
dat gebruik maakt van het RDS-systeem, kunt u zelf bepalen. U kunt de oorspronkelijke
weergave desgewenst wijzigen in de stationsnaam (PS NAME), de frequentie van het
ontvangen station (FREQ) of de tijd van de ingebouwde klok (CLOCK).
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen wijzigen” op bladzijde 22.
1. Druk op de SEL-toets en houd deze minimaal 2 seconden ingedrukt om de modus voor
algemene instellingen op te roepen.
2. Druk op de toets ¢ of 4 om de vermelding “DISPMODE” te selecteren.
3. Druk op + of – om de geselecteerde vermelding te selecteren — de naam van het station,
de frequentie van de zender, de tijd van de ingebouwde klok.
Opmerking:
Door op de toets DISP te drukken kunt u de weergave op de display ook wijzigen wanneer u naar een
FM-station luistert dat RDS-signalen uitzendt.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, verschijnt de volgende informatie in het bovenste gedeelte van
de display:
NEDERLANDS
PS NAME (Stationsnaam)
CLOCK (Tijd op de klok)
* Na enkele seconden keert de display terug naar de oorspronkelijke weergave.
FREQ (Frequentie)
PTY (Programmagenre)
Het volumeniveau voor verkeersinformatie instellen
Het is mogelijk om voor de standby-ontvangst van verkeersinformatie op te geven met welk
geluidsvolume u deze informatie wilt horen. In dat geval zal het geluid zodra er
verkeersinformatie wordt ontv angen, worden aangepast aan het volume dat u hebt ingesteld.
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen wijzigen” op bladzijde 22.
1. Druk op de SEL-toets en houd deze minimaal 2 seconden ingedrukt om de modus voor
algemene instellingen op te roepen.
2. Druk op de toets ¢ of4 om de vermelding “TA VOL” te selecteren.
3. Druk op + of – om het gewenste volume in te stellen.
14
Automatisch aanpassen van de klok
De tijd die de klok weergeeft die in deze eenheid is ingebouwd wordt automatisch aangepast
aan de tijdgegevens (CT – Clock Time) die met het RDS-signaal van een zender worden
meegezonden.
Als u wilt dat de klok niet automatisch wordt aangepast, moet u de onderstaande procedure
volgen.
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen wijzigen” op bladzijde 22.
1. Druk op de SEL-toets en houd deze minimaal 2 seconden ingedrukt om de modus voor
algemene instellingen op te roepen.
2. Druk op de toets ¢ of 4 om de vermelding “AUTO ADJ” te selecteren.
3. Druk op – om de vermelding “ADJ OFF” te selecteren.
U hebt het automatisch aanpassen van de klok nu uitgeschakeld.
Om het automatisch aanpassen van de klok weer in te schakelen, herhaalt u de
bovenstaande procedure maar selecteert u in stap 3 de vermelding “ADJ ON” door op de
toets + te drukken.
Opmerking:
Het automatisch aanpassen van de tijd bij de ontvangst van nieuwe tijdgegevens duurt circa 2 minuten.
De weergave van de klok wordt dus pas veranderd nadat u minimaal 2 minuten op het desbetreffende
station hebt afgestemd.
comedies
POP M:Popmuziek
ROCK M:Rockmuziek
EASY M:Easy-listening muziek
LIGHT M:Lichte muziek
CLASSICS: Klassieke muziek
OTHER M:Overige muziek
WEATHER: Weerberichten
FINANCE:Programma’s aangaande
handel en de beurs en
beursberichten, etc.
CHILDREN: Amusement voor kinderen
NEDERLANDS
SOCIAL:Progr amma’s over sociale
activiteiten
RELIGION:Programma’s over aspecten
van geloof en religie,
aangaande het bestaan en
ethiek
PHONE IN:Progr amma’s waarin
mensen via de telefoon of
een publiek forum hun
meningen kunnen uiten
TRAVEL:Programma’s over reizen en
bestemmingen,
georganiseerde reizen en
ideeën en mogelijkheden
voor vacanties
LEISURE:Programma’s over recreatieve
bezigheden, bijvoorbeeld
tuinieren, koken, vissen, etc.
JAZZ:Jazz-muziek
COUNTRY:Country-muziek
NATION M:Huidige populaire muziek van
een bepaald land of gebied in
de taal van het land of gebied
OLDIES:Gouwe-Ouwe
FOLK M:Folk-muziek
DOCUMENT: Programma’s over feitelijke
gebeurtenissen, vaak
gepresenteerd in een
onderzoekende stijl
15
GEBRUIK VAN DE CASSETTESPELER
Beluisteren van een cassette
1
2
NEDERLANDS
3
1
1
/ I /ATT
¡
2
3
Schakel de spanning in.
Plaats een cassette.
Wanneer het eind van een cassettekant bij weergave wordt
bereikt, zal automatisch naar het begin van de andere kant
voor weergave worden overgeschakeld. (Auto-Reverse)
Kies de bandtransportrichting.
• Druk tegelijk op beide toetsen.
Door iedere druk op beide toetsen wordt afwisselend de
voorwaartse (
bandtransportrichting ingesteld.
) en tegengestelde ()
Stoppen en uitwerpen van de cassette
Druk op 0.
De cassetteweergav e stopt en de cassette wordt uitgeworpen.
U hoort vervolgens de uitzending van de laatst ontvangen zender of de w eergave v an de CDwisselaar.
• De cassette kan tevens worden uitgeworpen wanneer het toestel is uitgeschakeld.
Snel doorspoelen van een cassette
Druk op ¡ of 1.
De band wordt in de richting van de pijlen gespoeld
(¡ of 1).
Druk licht op ¡ of 1 om de weergave weer voort te
zetten.
16
Bandtransportrichting
GELUID REGELEN
SOUND
Vooraf ingestelde geluidsweergave selecteren
U kunt de geluidskarakteristieken naar wens instellen.
SOUND
Elke keer dat u op SOUND drukt, verandert de geluidsweergave als volgt.
• U kunt de vooraf ingestelde geluidsweergave wijzigen en in het geheugen opslaan.
Meer bijzonderheden over het aanpassen en opslaan van uw eigen geluidsinstelling vindt u in het
gedeelte “Uw eigen geluidsinstelling opslaan” op bladzijde 19.
• Meer bijzonderheden over het aanpassen van het niveau van bas en treble vindt u in het gedeelte
“Geluid aanpassen” op bladzijde 18.
• Wanneer een bepaalde geluidsweer gave is geselecteer d, wordt dit als volgt op de display weer gegeven:
Op de display is de tekst “POP” te zien, wanneer
u deze geluidsweergave hebt geselecteerd.
17
Geluid aanpassen
U kunt de geluidskarakteristieken naar wens instellen.
1
2
1
SEL
IndicatieDoel:Bereik
BASBastonen aanpassen–6 (min.) tot +6 (max.)
NEDERLANDS
(bas)
TRETreble aanpassen–6 (min.) tot +6 (max.)
(treble)
FADEvenwicht tussen voor- enR6 (alleen achterin) tot
(faden)*achterspeakers aanpassenF6 (alleen voorin)
BALEvenwicht tussen linker- enL6 (alleen links) tot
VOLHet volume aanpassen00 (min.) tot 50 (max.)
(volume)
Opmerking:
* Als u een systeem met twee speakers gebruikt moet u FAD op “00” zetten.
De lage en hoge tonen worden
versterkt voor een goed
gebalanceerd geluid bij weergave
met een laag volume.
Selecteer de functie die u wilt aanpassen.
ON (geactiveerd) —
OFF (uitgeschakeld)
18
2
Pas het niveau aan.
Druk op de + toets om de loudness-functie te activeren en druk
op – om deze functie uit te schakelen.
Opmerking:
Normaal gesproken werken de toetsen + en – als volumeregelaars. U
hoeft “VOL” dus niet te selecteren als u het geluidsniveau wilt aanpassen.
Uw eigen geluidsinstelling opslaan
De geluidsweergave (BEAT, POP, SOFT zie bladzijde 17) kan worden aangepast en in het
geheugen worden opgeslagen.
3
1
2
3
4
SOUND
Binnen
5 seconden
SEL
Binnen
5 seconden
Binnen
5 seconden
SOUND
2
1, 4
Roep de geluidsweergave op die u wilt
aanpassen.
Meer bijzonderheden over de geluidsweergave vindt u op
bladzijde 17.
Kies “BAS”, “TRE” of “LOUD”.
Stel het niveau voor de lage (bas) of hoge
(treble) tonen in of activeer de loudnessfunctie of schakel deze functie uit.
Meer bijzonderheden over bas en treble vindt u op bladzijde
18.
Druk op SOUND en houd deze toets ingedrukt
totdat de geluidsweergave die u bij stap 1 hebt
geselecteerd op het afleesvenster begint te
knipperen.
Uw instelling wordt in het geheugen opgeslagen.
NEDERLANDS
5
Herhaal deze procedure om de andere instellingen op te slaan.
Opnieuw instellen van de fabrieksinstellingen
Herhaal bovenstaande procedure en stel de waarden in die zijn weergegeven in de tabel op bladzijde 17.
19
ANDERE HOOFDFUNCTIES
Klok instellen
Het is ook mogelijk de klok in te stellen op een 24-uurs of een 12-uurs aanduiding.
1, 5
2, 3, 4
2, 3, 4
1
2
NEDERLANDS
3
SEL
1
SSM
1
SSM
Druk op de SEL-toets en houd deze minimaal 2
seconden ingedrukt om de modus voor algemene
instellingen op te roepen.
2
Stel het uur in.
1 Selecteer de vermelding “CLOCK
H” als deze al niet meteen op de
display wordt weergegeven.
2 Pas het uur aan.
2
Stel de minuten in.
1 Selecteer de vermelding “CLOCK M”.
2 Pas de minuten aan.
20
4
1
SSM
2
Stel de uuraanduiding in.
1 Selecteer de vermelding “24H/12H”.
2 Selecteer de vermelding “24H” of
“12H”.
5
SEL
Stel de klok in werking.
Huidige tijd van de klok controleren (andere modus op
afleesvenster tonen)
Druk meerdere malen op DISP. Elke keer dat u op de toets drukt, verandert het afleesvenster
als volgt.
• Voor FM-stations met RDS
• Voor AM- en andere
FM-stations
zie pagina 14
Frequentie
Klok
Bij gebruik van het
cassettedeck:
Afspeelmodus
Klok
Bij gebruik van de CD-wisselaar:Bij gebruik van de radio:
Klok
Verstreken
speeltijd
Nummer van
de CD
NEDERLANDS
21
De algemene instellingen wijzigen
U kunt de items die op de volgende pagina worden genoemd aan uw persoonlijke voorkeur
aanpassen.
Basisprocedure
1, 4
3
2
1
NEDERLANDS
2
3
4
SEL
SEL
SSM
Druk op de SEL-toets en houd deze
minimaal 2 seconden ingedrukt om de
modus voor algemene instellingen op te
roepen.
Selecteer het item waarvan u de instelling
wilt wijzigen. (Zie bladzijde 23.)
Selecteer of wijzig de instelling van het item
dat u in stap 2 hebt geselecteerd.
Druk wanneer u klaar bent op de SEL.
22
123
SEL
SSM
4
SEL
Leg de instelling vast
Kies...
CLOCK HInstellen van het uur
CLOCK M
24H/12H24/12-uur aanduiding voor
AUTO ADJAutomatische instellen van
DISPMODE Displayfunctie
CH DISPWisselaardisplay
PTY STBYPTY-standby
PTY SRCHPTY-zoeken
TA VOLVolume voor
TELAudiodemping voor
Instellen van de minuten
de klok
de klok
verkeersinformatie
cellulaire telefoonsystemen
Terug
Terug
12H
(12-uur)
ADJ OFF
(Uitgeschakeld)
PS NAME
(Zendernaam)
CLOCK
(Klok)
TIME (Tijd)
29 programmatypen
(Zie blz. 15.)
VOL (00-50)
(Volume 00 – 50)
OFF
MUTING 2
Stel in...
Verder
Verder
24H
(24-uur)
ADJ ON
(Geactiveerd)
FREQ
(Frequentie)
DISC (CD)
MUTING 1
Fabrieksinstellingen
0:00
24H
ADJ ON
PS NAME
DISC
NEWS
(Zie blz. 11.)
VOL (20)
OFF
Zie blz.
20
20
15
14
24
11
12
14
24
NEDERLANDS
23
Bepalen welke gegevens over de CD als eerste worden
weergegeven
U kunt kiezen welke gege vens over de CD u als eerste op de displa y weergegev en wilt hebben
wanneer u het afspelen van een CD start. Standaard worden het CD-nummer en het tracknummer weergev en. Dit is de instelling zoals die bij het v erlaten van de fabriek v oor dit apparaat
is bepaald.
• DISC:CD-nummer en track-nummer worden op de display weergegeven.
• TIME:Verstreken speeltijd wordt op de display weergegeven.
1. Dr uk op de toets SEL en houdt deze gedurende minimaal 2 seconden ingedrukt om de
modus voor algemene instellingen op te roepen.
2. Druk op de toets
3. Druk op de toets + of – om de gewenste modus te selecteren.
De standaardinstelling voor het weergev en van gege vens bij het afspelen v an een CD , kan
nu als volgt worden gewijzigd:
¢ of 4 om de vermelding “CH DISP” te selecteren.
TIME
Als u tijdens het afspelen van een CD de andere gegevens weergegeven wilt hebben,
moet u op de toets DISP drukken.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, wordt de andere gegevens weergegeven.
DISC
NEDERLANDS
Audiodemping voor mobiele telefoongesprekken
Deze modus wordt gebruikt wanneer er een cellulair telefoonsysteem is aangesloten. Selecteer
afhankelijk van het telefoonsysteem dat u gebr uikt “MUTING 1” of “MUTING 2”. Welke
dempingsmogelijkheid u kiest, hangt af van de vraag welke instelling het geluid het beste dempt.
Bij het verlaten van de fabriek is deze modus uitgeschakeld.
• MUTING 1: Selecteer deze modus als u hiermee het geluid kunt dempen.
• MUTING 2: Selecteer deze modus als u hiermee het geluid kunt dempen.
• OFF:Hiermee wordt de audiodemping voor telefoongesprekken uitgeschakeld.
1. Dr uk op de toets SEL en houdt deze gedurende minimaal 2 seconden ingedrukt om de
modus voor algemene instellingen op te roepen.
2. Druk op de toets
3. Druk op de toets + of – om de gewenste modus te selecteren.
De mogelijkheden voor het dempen van de audio bij mobiele telefoongesprekken volgen
elkaar in deze volgorde op de display op:
¢ of 4 om de vermelding “TEL” te selecteren.
MUTING 1MUTING 2
OFF
24
Bedieningspaneel verwijderen
U kunt het bedieningspaneel verwijderen, wanneer u uit de auto stapt.
U moet het bedieningspaneel voorzichtig verwijderen en weer op zijn plaats bevestigen,
zodat de connectors op de achterkant van het bedieningspaneel en de houder van het
bedieningspaneel niet worden beschadigd.
Hoe moet u het bedieningspaneel
verwijderen?
Voordat u het bedieningspaneel verwijder t,
moet u er zeker van zijn dat de spanning is
uitgeschakeld.
Ontgrendel het bedieningspaneel.
1
2
Druk het bedieningspaneel
iets omhoog en trek
tegelijkertijd naar u toe van
het apparaat.
Hoe moet u het bedieningspaneel
weer op zijn plaats bevestigen?
1
Stop de linkerkant van het
bedieningspaneel in de
uitsparing op de houder.
2
Druk op de rechterkant van
het bedieningspaneel totdat
dit in de houder vastzit.
NEDERLANDS
3
Stop het losgemaakte
bedieningspaneel in het
daarvoor bestemde doosje.
Opmerking over het reinigen van de
connectors:
Als u het bedieningspaneel vaak verwijdert,
zullen de connectors op een gegeven moment
minder goed gaan functioneren.
Om deze mogelijkheid tot het minimum te
beperken, moet u de connectors van tijd tot
tijd met een met alcohol bevochtigde katoenen
doek schoonmaken. Zorg ervoor dat u de
connectors daarbij niet beschadigt.
Connectors
25
GEBRUIK VAN DE CD-WISSELAAR
Wanneer deze in combinatie met een automatische CD-wisselaar van JVC w or den gebruikt (indien apart aangeschaft).
We raden u aan bij uw eenheid alleen gebruik te maken van de CH-X-serie.
Als u een andere automatische CD-wisselaar in uw bezit hebt, raden we u aan contact op te
nemen met uw JVC-dealer in auto-accessoires voor meer informatie ov er de juiste
aansluitingen.
• V oorbeeld: Als u een CD-wisselaar uit de KD-MK serie hebt, hebt u een kabel (KS-U15K) nodig om
deze met het apparaat te verbinden.
Alvorens uw automatische CD-wisselaar te gebruiken:
• Lees de instructies door die bij uw CD-wisselaar zijn geleverd.
• Als er geen CD’s in de houder v an de CD-wisselaar aanwezig zijn of w anneer de CD’ s
ondersteboven in de houder zitten, verschijnt op het afleesv enster de tekst “NO CD” of
“NO DISC”. Als dit gebeurt, moet u de houder verwijderen en de CD’ s op de juiste wijze
in de houder plaatsen.
• Als op het afleesvenster de tekst “RESET 1 - RESET 8” verschijnt, is er iets f out met de
verbinding tussen dit apparaat en de CD-wisselaar . Als dit gebeurt, moet u de verbinding
controleren, de verbindingskabel(s) indien nodig stevig vastmaken en dan op de
resetknop van de CD-wisselaar drukken.
CD’s afspelen
NEDERLANDS
26
4
¢
Nummertoetsen
CD-CH
Selecteer de automatische CD-wisselaar .
CD-CH
“One T oc h” bediening:
Wanneer u op CD-CH drukt, wordt automatisch de spanning ingeschakeld. U hoeft niet
op
te drukken om de spanning in te schakelen.
Het afspelen begint bij het eerste muziekstuk van de eerste CD.
Alle muziekstukken van alle CD’s worden afgespeeld.
Nummer van de CD
Nummer van het muziekstuk
Versneld vooruit afspelen en achteruit afspelen van het
muziekstuk
SSM
Druk tijdens het afspelen van een CD op ¢ en houd deze toets
ingedrukt om het muziekstuk versneld vooruit af te spelen.
Druk tijdens het afspelen van een CD op 4
ingedrukt om het muziekstuk achteruit af te spelen.
Naar de volgende of vorige tracks gaan
Druk tijdens het afspelen van een CD kort op de toets ¢ om
SSM
naar het begin van de volgende track te gaan. Elke keer wanneer u
op deze toets drukt, wordt het begin van de volgende track opgezocht,
geselecteerd en ten gehore gebracht.
Druk tijdens het afspelen van een CD kort op de toets 4
terug te keren naar het begin van de huidige track. Elke keer wanneer
u op deze toets drukt, wordt het begin van de vorige track opgezocht,
geselecteerd en ten gehore gebracht.
Direct naar een bepaalde CD gaan
789101112
Druk op de nummertoets die correspondeert met het nummer van de
CD om het afspelen te laten beginnen (tijdens weergave van de CDwisselaar).
• Nummer 1 – 6 selecteren:
Druk kort op 1 (7) – 6 (12).
• Nummer 7 – 12 selecteren:
Druk kort op 1 (7) – 6 (12) en houd deze toets langer dan 1 seconde
ingedrukt.
en houd deze toets
om
NEDERLANDS
Voorbeeld: Wanneer CD nummer 3 wordt geselecteerd
Nummer van de CD
Nummer van het muziekstuk
27
Kiezen van de weergavefunctie
MO/RND
Muziekstukken in willekeurige volgorde afspelen (Random Play)
MO/RND
NEDERLANDS
ModusRND-indicatorAfspelen in willekeurige volgorde
RND1Constant aanAlle muziekstukken van de huidige CD, daarna
RND2KnippertAlle muziekstukken van alle CD’s in de CD-houder.
Elke keer dat u tijdens het afspelen van een CD op MO/RND (Mono/
Random) drukt, verandert de modus Random Play als volgt:
RND1RND2Deaktiviert
(Willekeurig 1)
(Willekeurig 2)
de muziekstukken van de volgende CD
enzovoorts.
28
ONDERHOUD
Levensduur van het apparaat verlengen
Dit apparaat vergt weinig zorg, maar u zult de le vensduur v an het apparaat kunnen verlengen
als u onderstaande instructies opvolgt.
Koppen reinigen
• Reinig de koppen na elke 10 bedrijfsuren met
een reinigingsband. Gebruik een type band met
vloeistof (verkrijgbaar bij uw detailhandelaar).
Wanneer de kop vuil wordt, zijn de volgende
symptomen merkbaar:
– De geluidskwaliteit wordt minder.
– Het geluidsniveau neemt af .
– Het geluid valt weg.
• Gebruik geen vuile of stoffige banden.
• Zorg dat het glanzende gedeelte van de kop
niet in aanraking komt met metalen of
magnetisch gereedschap.
De band schoonhouden
• Bewaar de banden na gebruik altijd in het
opbergdoosje.
• Zorg dat u de banden niet neerlegt op:
– Plaatsen waar zij blootstaan aan direct
zonlicht.
– Zeer vochtige plaatsen.
– Plaatsen met uitzonderlijk hoge temperaturen.
NEDERLANDS
LET OP!
• Gebruik geen cassettes met loszittende stickers. W anneer de band wordt afgespeeld, kan het apparaat
hierdoor worden beschadigd.
• Zorg dat de band strak zit en geen lussen vertoont. Deze kunnen in het mechanisme verstrikt raken.
• Laat na gebruik geen cassettes in de cassettehouder achter. De band kan hierdoor rekken.
29
PROBLEMEN OPLOSSEN
Een probleem hoeft niet altijd ernstig te zijn. Voordat u hulp inroept van een dienstverlenende
instantie, moet u eerst de volgende punten controleren.
Symptomen
• Er kan geen cassette in het
apparaat worden gestopt.
• De cassettes worden heet.
• Het geluidsniveau van de
cassette is erg laag en de
geluidskwaliteit is aangetast.