JVC GR-DVP3 Instruction Manual [nl]

INHOUD
AUTOMATISCHE DEMONSTRATIE
STARTEN
8
9 – 18
DIGITALE VIDEOCAMERA
GR-DVP3 GR-DVP1
Bezoek onze Homepage op het World Wide Web en vul ons klantenonderzoek in (uitsluitend in het Engels):
http://www.jvc-victor.co.jp/english/index-e.html
VIDEO OPNAME & WEERGAVE
VIDEO OPNAME ............... 20 – 22
VIDEO WEERGAVE............. 23 – 26
DIGITALE STILBEELD CAMERA (D.S.C.) OPNAME & WEERGAVE
D.S.C. OPNAME ................ 28 – 29
D.S.C. WEERGAVE ............. 30 – 38
GEAVANCEERDE FUNCTIES
MENU'S GEBRUIKEN VOOR
GEDETAILLEERDE INSTELLINGEN
VOOR OPNAME ................. 47 – 57
KOPIËREN ........................ 58 – 61
GEBRUIK VAN DE
AFSTANDSBEDIENING ........ 62 – 73
SYSTEEMAANSLUITINGEN ..... 74 – 75
REFERENTIE
DETAILS ................................... 77
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ONDERHOUD DOOR DE GEBRUIKER
INDEX ............................. 85 – 92
VOORZORGEN ................... 93 – 95
TERMEN ........................... 96 – 97
TECHNISCHE GEGEVENS ........ 98 – 99
19 – 26
27 – 38
39 – 75
... 40 – 46
76 – 99
... 78 – 83
... 84
GEBRUIKSAANWIJZING
LYT0796-004A
DU
2 NE
Beste klant,
Dank u voor de aanschaf van deze digitale videocamera. Lees voor gebruik de waarschuwingen en voorzorgen op de volgende bladzijden goed door voor een veilige werking van uw nieuwe videocamera.
Meer over deze gebruiksaanwijzing
•De inhoudsopgave op de omslag toont u alle belangrijke hoofdstukken en gedeelten.
•Aan het eind van de diverse gedeelten vindt u vaak opmerkingen. Lees deze opmerkingen tevens door.
•De basisbedieningen en meer geavanceerde functies/bedieningen zijn apart beschreven zodat u snel de uitleg kunt vinden die u nodig heeft.
Wij bevelen aan dat u . . .
.... eerst even de index (Z blz. 85 – 92) bekijkt en voor gebruik vertrouwd raakt met de plaatsen van toetsen,
enz.
.... de “Veiligheidsvoorschriften” goed doorleest. Deze informatie is uitermate belangrijk voor een veilig
gebruik van de camcorder.
Lees tevens voor gebruik de waarschuwingen en aanwijzingen op blz. 93 – 95 goed door.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
WAARSCHUWING: STEL DIT TOESTEL NIET BLOOT
AAN REGEN OF VOCHT TER VOORKOMING VAN BRAND EN ELEKTRISCHE SCHOKKEN.
VOORZORGSMAATREGELEN:
n Om elektrische schokken te vermijden, mag u
de ombouw niet openen. In het toestel bevinden zich geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Laat onderhoud over aan de vakman.
n Trek de stekker van het netsnoer bij voorkeur uit
het stopcontact wanneer u de netadapter/ acculader voor langere tijd niet gaat gebruiken.
OPMERKINGEN:
Het spanningslabel (serienummer) en waarschuwingen voor de veiligheid zijn op het onder- en/of achterpaneel van het hoofdtoestel aangegeven.
Het spanningslabel (serienummer) van de netadapter/acculader vindt u op de onderkant van dat toestel.
Let op: (betreffende het Docking station)
Om brandgevaar te voorkomen mag u de behuizing niet open maken. Er bevinden zich geen onderdelen in het binnenwerk die door de gebruiker vervangen of gerepareerd kunnen worden. Raadpleeg voor service een bevoegde servicemonteur.
Gebruikte batterijen
Niet weggooien, maar inleveren als KCA.
VOORZORGSMAATREGELEN:
De camcorder is gemaakt voor gebruik met kleurentelevisiesignalen van het PAL type. Het toestel kan niet gebruikt worden met een televisie gebaseerd op een ander systeem. Opname en weergave met de LCD-monitor/zoeker is echter overal mogelijk.
Gebruik de JVC BN-V107U/V114U accu’s en laad deze op met de meegeleverde multi-voltage netadapter/acculader of gebruik de netstroomadapter om de camcorder van stroom te voorzien. (Een stekkeradapter kan eventueel noodzakelijk zijn voor aanpassing aan afwijkende stopcontactontwerpen in verschillenden landen.)
Wanneer het toestel in een kast of op een plank wordt gezet, moet u er op letten dat er voldoende ventilatieruimte aan alle kanten van het toestel overblijft (10 cm of meer aan beide zijkanten, aan de bovenkant en aan de achterkant).
Blokkeer de ventilatie-openingen niet. (Als de ventilatie-openingen geblokkeerd worden door een krant, een kleedje of iets dergelijks, is het mogelijk dat de warmte niet uit het toestel kan ontsnappen.)
Zet geen open vuur, zoals een brandende kaars, op het toestel. Denk aan het milieu wanneer u batterijen weggooit en volg de lokale regelgeving aangaande het
wegwerpen van deze batterijen strikt op. Het toestel mag niet worden blootgesteld aan druppelend of spattend water. Gebruik dit toestel niet in een badkamer of andere plek waar water voorhanden is.
Zet ook geen voorwerpen met water of andere vloeistoffen erin op het toestel (zoals cosmetica, medicijnen, bloemenvazen, potplanten, kopjes enz.). (Als water of een andere vloeistof in het toestel terecht komt, kan dit leiden tot brand of een elektrische schok.)
NE3
4 NE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Richt de lens of de zoeker niet direct naar de zon. Dit zou namelijk uw ogen kunnen beschadigen of problemen in de werking van het interne circuit kunnen veroorzaken met mogelijk brand of een elektrische schok tot gevolg.
LET OP
De volgende opmerkingen zijn uitermate belangrijk en dienen beschadiging van het toestel en letsel te voorkomen.
Bevestig de meegeleverde draagriem stevig en gebruik deze altijd om de camera te dragen. Draag de camcorder niet door deze aan de zoeker en/of de LCD-monitor vast te houden. De camcorder zou anders kunnen vallen of op een andere manier worden beschadigd.
Let op dat uw vingers niet in de cassettehouder verstrikt raken. Let vooral op kinderen. De camcorder is geen speelgoed.
Gebruik geen statief op een instabiel of scheef oppervlak. Het statief zou anders om kunnen vallen met ernstige beschadiging van de camcorder tot gevolg.
LET OP
Verbind geen kabels (S-video, montage, enz.) met het Docking station wanneer deze op de TV is geplaatst en laat het Docking station niet op de TV liggen, iemand zou namelijk over de kabels kunnen struikelen of er op staan waardoor het Docking station van de TV valt met beschadiging tot gevolg.
Bevestig uitsluitend de los verkrijgbare JVC VL-V3U Videolamp, VL-F3U Videoflitser of MZ-V3U Stereo zoom microfoon op het Info-accessoireschoentje van de camcorder.
n Deze camcorder is uitsluitend ontworpen voor gebruik met een digitale videocassette, SD
geheugenkaart of MultiMediaCard. Alleen cassettes met het merkteken “ geheugenkaartjes met het merkteken “ worden.
” of “ ” kunnen in dit toestel gebruikt
” en
Alvorens een belangrijke scène op te nemen . . .
.... gebruik uitsluitend cassettes voorzien van de Mini DV markering .
.... moet u er zeker van zijn dat u alleen geheugenkaartjes gebruikt met het
merkteken.
.... onthoud dat deze camcorder niet uitwisselbaar met andere digitale videoformaten is.
.... vergeet niet dat deze camcorder voor privé-gebruik is ontworpen. Commercieel gebruik zonder
de vereiste toestemming is verboden. (Het wordt tevens aanbevolen dat u vooraf toestemming
heeft gekregen voor het opnemen van bijvoorbeeld een show, uitvoering, expositie of
toneelstuk voor persoonlijk gebruik.)
of
BIJGELEVERDE ACCESSOIRES
NE5
•Docking station CU-V507U
•Afstandsbediening RM-V717U
•Kabeladapter •Geheugenkaart (8 MB) (Zit al in de camcorder.)
•Netadapter/acculader AA-V100EG
•Gelijkspanningssnoer
•CD-ROM
•Accu BN-V107U
•R03 (AAA) Batterij x 2 (voor de afstandsbediening)
•Montagekabel
•Audio/videokabel (ø3,5 ministekker naar tulpstekker)
OPMERKING:
Om de optimale prestaties van uw camcorder te waarborgen, kunnen de meegeleverde kabels voorzien worden van een of meer kernfilters. Als een kabel slechts voorzien is van een enkel kernfilter, dient u het uiteinde van de kabel dat het dichtst bij het kernfilter zit op de camcorder aan te sluiten.
•Handgreepband (Z blz. 6 voor het vastmaken)
•Draagriem (Z blz. 7 voor het vastmaken)
6 NE
Vastmaken van de handgreepband
1 Verwijder het bandkussen en scheid de
twee riempjes.
2 Haal het ene uiteinde van het riempje
door het oogje en haal het andere uiteinde door de lus.
3 Herhaal deze procedure om het riempje
aan het andere oogje vast te maken.
4 Maak de riempjes en aan elkaar vast
en haal het riempje daarna de lengte van de handgreep af
Z␣ blz. 12).
(
5 Bevestig het bandkussen.
door de gesp. Stel
2
1
3
4
5
Bevestigen van de draagriem
1 Haal het ene uiteinde van de riem door het
oogje en haal het andere uiteinde door de lus.
2 Draai de schroef in de statiefaansluiting.
Gebruik een muntstuk e.d. om de schroef goed vast te draaien.
3 Verschuif de klem om de lengte af te
stellen.
OPMERKINGEN:
U kunt de draagriem ook als een schouderriem gebruiken door de lengte ervan af te stellen met de klem.
Aangezien schroef beschadiging van de camcorder kan veroorzaken, moet u deze altijd stevig in de statiefaansluiting draaien wanneer u de camcorder gaat dragen.
Gebruik de draagriem uitsluitend met deze camcorder.
Grijp de camcorder niet te stevig vast wanneer de schroef van de draagriem eraan is bevestigd, aangezien de statiefaansluiting daardoor beschadigd kan raken.
1
2
NE7
3
8 NE
AUTOMATISCHE DEMONSTRATIE
De Automatische Demonstratie zal in werking treden wanneer “DEMO MODE” op “ON” staat (fabrieksinstelling).
n Beschikbaar wanneer de spanningsschakelaar
op “ ” of “ ” staat en er geen cassette in de camcorder zit.
n De demonstratie zal worden onderbroken
wanneer u een andere handeling op het toestel uitvoert. Als u vervolgens tenminste 1 minuut geen handelingen meer uitvoert, zal de demonstratie worden hervat.
n De “DEMO MODE” (demonstratiefunctie) zal
“ON” (aan) blijven staan ook al schakelt u de stroom voor de camcorder uit.
n Annuleren van de Automatische Demonstratie:
1. Zet de spanningsschakelaar op “ ” terwijl
u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt, en druk op MENU. Het Menuscherm zal verschijnen.
2. Druk op + of – om “ SYSTEM” te selecteren en druk vervolgens op SET/
SELECT. Het SYSTEM menu zal verschijnen.
3. Druk op + of – om “DEMO MODE” te selecteren en druk vervolgens op SET/ SELECT. Het Sub-menu zal verschijnen.
4. Druk op + of om “OFF” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT.
5. Druk op + of om “ RETURN” te
selecteren en druk vervolgens tweemaal op SET/SELECT. Het normale scherm verschijnt weer.
OPMERKING:
Indien u de lensafdekking niet naar beneden schuift, zullen de werkelijke veranderingen van de automatische demonstratiefunctie niet te zien zijn op de LCD-monitor of het zoekerscherm.
SET/SELECT toets
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
MODEDEMO –ONOFF
MENU toets
+, – toets
Sub-menu
STARTEN
NE9
STARTEN
INHOUD
Stroomvoorziening .................................................. 10 – 11
Instellen van de handgreep ................................................ 12
Instellen van de zoeker .................................................... 12
Bevestigen op een statief .................................................. 12
Instellen van de datum/tijd ................................................ 13
Plaatsen/verwijderen van een cassette .................................. 14
Instellen van de opnamefunctie ............................................ 15
Laden van een geheugenkaart ............................................. 16
Instelling beeldkwaliteit.................................................... 17
Instelling van de beeldgrootte ........................................... 17
Bedieningsfunctie .......................................................... 18
10 NE
POWER indicator
CHARGE indicator
Accu
Uitsteeksel
Naar het stopcontact.
STARTEN
(vervolg)
Stroomvoorziening
Met het dubbele stroomvoorziening-systeem van deze camcorder kunt u zelf de meest geschikte stroombron kiezen. Gebruik geen apparaten voor de stroomvoorziening die meegeleverd worden met andere toestellen.
OPLADEN VAN DE ACCU
Netadapter/ acculader
Gelijkstroom uitgangsaansluiting
Accu
BN-V107U
BN-V114U (los verkrijgbaar)
OPMERKINGEN:
Als het beschermdeksel op de accu zit, dient u dit eerst te verwijderen.
Wanneer u tijdens het opladen het gelijkspanningssnoer van de camcorder aansluit op de netadapter/acculader, zal de camcorder van stroom worden voorzien en zal het opladen stoppen.
Wanneer u een accu voor het eerst of voor het eerst na een lange tijd gaat opladen, is het mogelijk dat de CHARGE indicator in eerste instantie niet oplicht. Verwijder in een dergelijk geval de accu van de netadapter/acculader en probeer het vervolgens opnieuw.
Wanneer de gebruiksduur heel kort blijkt te zijn alhoewel de accu volledig opgeladen was, is de accu versleten en zult u deze dienen te vervangen. Koopt u alstublieft een nieuwe.
Oplaadtijd
Ongeveer 1uur 30 minuten
Ongeveer 2uur
Let er op dat u het gelijkspanningssnoer van de
1
camcorder uit de netadapter/acculader haalt. Steek de stekker van de netadapter/acculader in een stopcontact. De POWER indicator zal oplichten.
Bevestig de accu met de tekens op dezelfde
2
plek als de corresponderende tekens op de netadapter/acculader. De CHARGE indicator zal beginnen te knipperen om aan te geven dat het laden is begonnen.
Wanneer de CHARGE indicator stopt met knipperen
3
en blijft branden, is het laden klaar. Verwijder de accu door het uitsteeksel naar omhoog te drukken. Vergeet niet de stekker uit het stopcontact te halen als u klaar bent met het opladen van de accu’s.
Meer over accu’s
GEVAAR! Probeer de accu’s niet uit elkaar te halen en stel ze
niet bloot aan vlammen of extreme hitte, want dit kan leiden tot brand of een ontploffing.
WAARSCHUWING! Laat de accu of de aansluitingen van de accu niet in contact komen met metalen, want dit kan resulteren in kortsluiting en kan mogelijk brand veroorzaken.
De Lithium-ion accu is gevoelig voor kou.
De voordelen van Lithium-ion accu’s
Lithium-ion accu’s zijn klein maar hebben een groot vermogen. Wanneer een dergelijke accu echter wordt blootgesteld aan lage temperaturen (onder 10°C), dan zal de gebruiksduur korter worden en kan de accu zelfs helemaal weigeren te functioneren. Als dat gebeurt, dient u de accu korte tijd in uw zak, of op een andere veilige, warme plek, te doen om hem op te warmen en bevestig hem vervolgens weer aan de camcorder. Zolang de accu zelf niet te koud wordt zou dit geen invloed moeten hebben op de prestaties.
(Als u een verwarmingselement gebruikt, moet u er op letten dat de accu zelf niet in direct contact komt met het element.)
Voor andere opmerkingen, Z blz. 77
1
Inkepingen
2
BATT. RELEASE schakelaar
LET OP:
Controleer alvorens de spanningsbron te ontkoppelen dat de spanning van de camcorder is uitgeschakeld. Dit nalaten kan een onjuist functioneren veroorzaken.
INFORMATIE:
De extended use (verlengd gebruik) accu-kit is een set bestaande uit een accu en een netadapter/acculader: VU-V840 KIT: BN-V840U accu & AA-V15EG of AA-V15EK netadapter/acculader VU-V856 KIT: BN-V856U accu & AA-V80EG of AA-V80EK netadapter/acculader Lees de handleiding van de kit voor u deze gaat gebruiken. Noch de BN-V840U, noch de BN-V856U kan worden opgeladen met de netadapter/acculader die met deze camcorder wordt meegeleverd. Gebruik uitsluitend de AA-V15EG of AA-V15EK netadapter/acculader voor de BN-V840U accu en uitsluitend de AA-V80EG of AA-V80EK netadapter/acculader voor de BN-V856U accu.
Naar het stopcontact.
Netadapter/ acculader
Netsnoer
Gelijkstroom uitgangsaansluiting
NE11
GEBRUIKEN VAN DE ACCU
Steek de kant met de contacten 1 van de accu in de
1
Accubevestiging en druk vervolgens het achtereind
2 van de accu in de richting van de pijl tot deze op
zijn plaats vastklikt, zoals aangegeven in de illustratie.
•Om de accu stevig te bevestigen, moet u de twee inkepingen op de accu doen overeenkomen met de uitsteeksels op de camcorder.
Om een accu los te maken . . .
.... dient u BATT. RELEASE naar beneden te schuiven voor
u de accu verwijdert.
Opnametijd bij benadering
Accu
BN-V107U
BN-V114U
(
los verkrijgbaar
BN-V840U
(
los verkrijgbaar
BN-V856U
(
los verkrijgbaar
OPMERKINGEN:
De opnametijd zal aanzienlijk korter uitvallen onder de
LCD-monitor ingeschakeld/zoeker uitgeschakeld
1 uur
)
)
)
2 uur
5 uur 10 min.
7 uur 40 min.
volgende omstandigheden:
De Zoom of Opname-paraatstand wordt herhaaldelijk gebruikt.
De LCD-monitor wordt herhaaldelijk gebruikt.
De weergavefunctie wordt herhaaldelijk gebruikt.
Voor u een langere periode met de camcorder zult gaan opnemen, verdient het aanbeveling om genoeg accu’s klaar te hebben voor ongeveer 3 maal de lengte van de opname die u in gedachten heeft.
LCD-monitor uitgeschakeld/ zoeker ingeschakeld
1 uur 10 min.
2 uur 20 min.
6 uur 20 min.
9 uur 20 min.
GEBRUIK OP NETSPANNING
Gebruik de netadapter/acculader (verbind zoals u hier in de illustratie ziet).
OPMERKINGEN:
De bijgeleverde netadapter/lader kiest automatisch het voltage binnen 110 V t/m 240 V wisselstroom.
Voor andere opmerkingen, Z blz. 77.
Naar de Accubevestiging
Gelijk­spannings­snoer
12 NE
PAUSE
STARTEN
(vervolg)
Instellen van de handgreep
Maak de handgreepband los.
1
Plaats uw rechterhand door de lus en houd de greep
2
vast.
Plaats uw duim en vingers zo op de handgreep dat u
3
de opname start-/stoptoets, de spanningsschakelaar en de motorzoomring (SHUTTLE SEARCH) gemakkelijk kunt bedienen. Haal de band naar wens aan.
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
Dioptrie-instelregelaar
Instellen van de zoeker
Druk de Vergrendeltoets op de spanningsschakelaar
1
in en draai de spanningsschakelaar naar “ ” of “ ”.
Trek de zoeker helemaal uit.
2
Verschuif de dioptrie-instelregelaar totdat de
3
aanduidingen in de zoeker scherp zijn.
Bevestigen op een statief
Pas de schroef van het statief in de statief-aansluiting
1
van de camera. Draai vervolgens de schroef aan.
•Sommige statieven zijn niet voorzien van geleidepennen.
LET OP:
Wanneer u de camera op een statief zet, moet u de poten van het statief ver genoeg uit zetten zodat de camera stabiel kan staan. U kunt beter geen kleine statieven gebruiken. Deze zouden kunnen omvallen waardoor de camera beschadigd zou kunnen raken.
SET/SELECT toets
Spanningsindicator
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
Display
FADER/ W I P E
AM A EPROGR
AN E
C
W. BAL
ACAMER
LMANUA MSYSTE AYDISPL
DSC END
RE NEON SC LCD / T V
T I ME CODE
CLOCK
ADJ .
NRETUR
CLOCK ADJ .
OF
– – –FFO
02
02
F
UAOTIMETDATE /
12 .:.01 17
30
12 .:.01 17
30
MENU toets
DISPLAY Menu
+, – toets
NE13
Instellen van de datum/tijd
De datum en tijd worden automatisch altijd op de band opgenomen. U kunt later bij weergave kiezen of u de datum wel of niet wilt tonen (Z blz. 44, 45).
Druk de vergrendeltoets op de spanningsschakelaar
1
in en draai de spanningsschakelaar naar “ ”. Klap vervolgens de LCD-monitor volledig open of trek de zoeker volledig naar buiten. De spanningsindicator licht op en de camcorder wordt ingeschakeld.
Druk op MENU. Het Menuscherm zal verschijnen.
2
Druk op + of om “ DISPLAY” te selecteren en
3
druk vervolgens op SET/SELECT. Het DISPLAY Menu zal verschijnen.
Druk op + of – om “CLOCK ADJ.” te selecteren en
4
druk vervolgens op SET/SELECT. U zult “day” (dag) zien oplichten. Druk op + of – om de dag in te stellen, en druk op SET/SELECT. Herhaal deze procedure om de juiste maand, jaar, uren en minuten in te voeren. Druk op + of – om “ RETURN” te selecteren en druk vervolgens tweemaal op SET/SELECT. Met Menuscherm zal sluiten.
De oplaadbare Lithium batterij van de ingebouwde klok
Om de datum en de tijd in het geheugen te kunnen opslaan, is er een oplaadbare Lithium batterij in de camcorder ingebouwd. Terwijl de camcorder is aangesloten op de netadapter/acculader met het gelijkstroomsnoer, of terwijl er een accu op de camcorder zit, en de camcorder van stroom wordt voorzien, zal de oplaadbare Lithium batterij altijd opgeladen zijn. Wanneer de camcorder echter ongeveer 3 maanden niet gebruikt wordt, zal de Lithium batterij leeg raken en zal de datum en tijd informatie in het geheugen verloren gaan. In een dergelijk geval dient u allereerst de camcorder via de netadapter/acculader minstens 24 uur van stroom te voorzien om de oplaadbare Lithium batterij van de klok weer op te laden. Vervolgens moet u de juiste tijd en datum weer instellen voor u de camcorder weer gaat gebruiken. Het is natuurlijk ook mogelijk de camcorder te gebruiken zonder de tijd en de datum in te stellen.
OPMERKING:
Wanneer u “CLOCK ADJ.” kiest maar de waarde niet is opgelicht, zal de interne klok van de camcorder blijven lopen. De klok stopt wanneer u de opgelichte balk naar de eerste waarde voor de datum/tijd (dag) verplaatst. Wanneer u na het instellen van de minuten op SET/ SELECT drukt, zal de klok starten vanaf de zopas ingestelde datum en tijd.
14 NE
Cassettehouder
Controleer dat de vensterkant naar buiten is gericht.
PUSH HERE(Drukken)
*
Ter bescherming van uw opname . . .
.... verschuif de wispreventieschakelaar op de
rug van de cassette naar “SAVE” zodat er niet meer over een reeds bestaande opname op de cassette kan worden opgenomen. Om op te nemen op deze cassette moet u de schakelaar terug naar “REC” schuiven voor u de cassette in het toestel doet.
U mag alleen op het met “PUSH HERE” (druk hier) aangeduide deel drukken wanneer u de cassettehouder dicht doet; als u andere onderdelen aanraakt kan uw vinger klem komen te zitten in de cassettehouder, hetgeen kan leiden tot letsel of schade aan dit product.
OPMERKINGEN:
Het duurt een paar seconden eer de cassettehouder opent. Forceer de houder niet.
Wanneer u een paar seconden wacht en de cassettehouder niet opent, moet u het afdekking van de cassettehouder eerst even sluiten en dan de houder opnieuw proberen te openen. Schakel de camcorder uit, wacht even en schakel weer in indien de cassettehouder nog steeds niet kan worden geopend.
Wanneer de cassette niet goed laadt, dient u het afdekking van de cassettehouder volledig te openen en de cassette te verwijderen. Probeer na een paar minuten de cassette opnieuw te laden.
Wacht even alvorens het afdekking van de cassettehouder te openen nadat u de camcorder direct van een koude plaats naar een warme ruimte verplaatst.
Het sluiten van het afdekking van de cassettehouder voordat de cassettehouder geheel naar buiten is gekomen beschadigt mogelijk de camcorder.
Ook met de camcorder uitgeschakeld kan een cassette worden geplaatst of verwijderd. Nadat de cassettehouder wordt gesloten met de camcorder uitgeschakeld, zal de houder echter mogelijk niet in positie worden gebracht. Schakel daarom bij voorkeur de spanning in alvorens een cassette te plaatsen of te verwijderen.
Bij het voortzetten van een opname nadat het afdekking van de cassettehouder geopend is geweest, zal er een blanco stukje op de band worden opgenomen of kan er een reeds opgenomen scène worden gewist (overschreven) ongeacht of de cassettehouder werd geopend of niet. Zie blz. 22 voor informatie aangaande het voortzetten van een opname op een reeds gedeeltelijk opgenomen band.
Afdekking cassettehouder
OPEN/EJECT schakeaar
Wispreventieschakelaar*
Plaatsen/verwijderen van een cassette
Er moet voor het laden of uitwerpen van een cassette spanning naar de camcorder worden gevoerd.
Schuif en houd OPEN/EJECT in de richting van de pijl
1
en trek de afdekking van de cassettehouder open totdat deze inklikt. De cassettehouder zal automatisch openen.
•Raak de interne onderdelen niet aan.
Plaats of verwijder een cassette en druk op “PUSH
2
HERE” om de cassettehouder te sluiten.
•Nadat de cassettehouder eenmaal is gesloten wordt de houder automatisch verder in het mechanisme getrokken. Wacht totdat de houder geheel in het mechanisme is getrokken alvorens het afdekking van de cassettehouder te sluiten.
•U kunt het afdekking van de cassettehouder mogelijk niet sluiten wanneer de accu bijna is uitgeput. Forceer niet, maar plaats een geladen accu alvorens het afdekking van de cassettehouder te sluiten.
Doe het afdekking van de cassettehouder goed dicht
3
totdat deze op zijn plaats vastklikt.
Opnametijd bij benadering
Cassette
30 min. 30 min. 45 min. 60 min. 60 min. 90 min. 80 min. 80 min. 120 min.
STARTEN
Opnamesnelheid
SP LP
(vervolg)
SET/SELECT
toets
MENU toets
+, – toets
NE15
Instellen van de opnamefunctie
Stel de opnamefunctie naar uw eigen voorkeur in.
Spanningsindicator
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
Display
REC MODE SP
LP
CAMERA Menu
Sub-menu
Druk de vergrendeltoets op de spanningsschakelaar
1
in en draai de spanningsschakelaar naar “ ”. Klap vervolgens de LCD-monitor volledig open of trek de zoeker volledig naar buiten. De spanningsindicator licht op en de camcorder wordt ingeschakeld.
Druk op MENU. Het Menuscherm zal verschijnen.
2
Druk op + of om “ CAMERA” te selecteren en
3
druk vervolgens op SET/SELECT. Het CAMERA Menu zal verschijnen.
Druk op + of – om “REC MODE” te selecteren en
4
druk vervolgens op SET/SELECT. Het sub-menu zal verschijnen. Kies “SP” of “LP” door op + of – te drukken, en druk vervolgens op SET/SELECT. Druk op + of – om “ RETURN” te selecteren en druk vervolgens tweemaal op SET/SELECT. Met Menuscherm zal sluiten.
•Audio-dubben (Z blz. 66) en Invoeg-montage (Z blz. 68) zijn niet mogelijk op een met de LP functie opgenomen band.
•“LP” (“Long Play”) is economischer want u beschikt over 1,5 keer de normale opnametijd van een band.
OPMERKINGEN:
Wanneer u tijdens opname de snelheid verandert zal bij weergave op dat punt het beeld wazig zijn.
Speel cassettes die met de LP snelheid zijn opgenomen bij voorkeur met deze camcorder af.
Tijdens weergave van een cassette die met een andere camcorder is opgenomen verschijnen er mogelijk ruisblokken in beeld of valt het geluid soms weg.
16 NE
STARTEN
(vervolg)
Laden van een geheugenkaart
De meegeleverde geheugenkaart zit al in de camcorder wanneer deze aan u geleverd wordt.
De stroom voor de camcorder moet uitgeschakeld
1
zijn.
Open vervolgens her kaartklepje (MEMORY CARD).
2
Kaartklepje
Kant waar een hoekje af is
Geheugenkaart
Label
Om waardevolle bestanden te beveiligen (alleen voor SD­geheugenkaarten) . . .
Steek de geheugenkaart goed in het toestel, met de
3
kant waar een hoekje af is naar binnen gericht.
•Raak de contacten aan de andere kant, tegenover het label, niet aan.
Sluit het kaartklepje.
4
Om een geheugenkaart uit het toestel te nemen . . .
..... dient u bij stap 3 de geheugenkaart een stukje in te
drukken, waarna deze automatisch uit het toestel zal komen. Trek de geheugenkaart vervolgens geheel naar buiten en sluit het kaartklepje weer.
OPMERKINGEN:
U mag alleen geheugenkaarten met het “ ” of “ ” merkteken gebruiken.
Sommige merken geheugenkaart kunnen niet gebruikt worden in deze camcorder. Raadpleeg de fabrikant of de dealer voor u een geheugenkaart aanschaft.
Voor u een nieuw geheugenkaartje kunt gebruiken moet u het kaartje eerst formatteren (FORMAT),
Z
blz. 38. deze er vervolgens weer in te doen.
LET OP:
Doe de geheugenkaart niet in of uit de camcorder terwijl deze aan staat. Hierdoor kunnen de op de geheugenkaart opgeslagen gegevens onleesbaar worden of kan de camcorder niet meer in staat blijken te herkennen of er een kaartje in het toestel zit of niet.
Wisbeveiligingsnokje
... schuif het wisbeveiligingsnokje op de
zijkant van de geheugenkaart naar “LOCK”. Daardoor voorkomt u dat er nieuwe opnamen worden gemaakt over de bestaande opnamen heen. Om opnieuw te kunnen opnemen op de geheugenkaart, schuift u het nokje terug naar de tegenovergestelde positie van “LOCK” alvorens de geheugenkaart in de camcorder te laden.
Spannings­schakelaar
SET/SELECT toets
MENU toets
+, – toets
Instelling beeldkwaliteit
U kunt de beeldkwaliteit naar uw eigen voorkeuren instellen. Dit toestel beschikt over twee instellingen voor de beeldkwaliteit: FINE (fijn) en STANDARD (standaard) (in aflopende volgorde van kwaliteit).
Zet de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. De
1
spanningsindicator licht op en de camcorder is nu ingeschakeld.
Druk op MENU. Het Menuscherm zal verschijnen.
2
Vergrendeltoets
Display
SIZE
UXGA
OPMERKINGEN:
Het aantal beelden dat kan worden opgeslagen hangt af van de gekozen beeldkwaliteit, maar ook van de compositie en het opgenomen onderwerp en het soort geheugenkaart dat u gebruikt.
Met de XGA-functie worden de beelden opgenomen in 720 x 576 pixels en dan geconverteerd naar en opgeslagen in de XGA-bestandsgrootte (1024 x 768 pixels).
Aantal beelden dat bij benadering kan worden opgeslagen
Beeldgrootte/ Beeldkwaliteit
XGA FINE 24 49 100 16 20 46 97 195 XGA STANDARD 74 150 305 51 62 140 295 610 VGA FINE 53 105 215 37 44 100 210 435 VGA STANDARD 150 310 630 105 125 290 610 1255
* Los verkrijgbaar ** Meegeleverd (12 geluidseffecten vooraf opgeslagen)
STANDARD
GAV
AUTO
VGA
SIZEIMAGE
XGA AUTO
FINE
TYQUAL I
DSC Menu
MultiMediaCard SD geheugenkaart
8MB*
16MB*
32MB* 8MB**
Druk op + of – om “ DSC” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het DSC Menu zal
3
verschijnen.
Druk op + of – om “QUALITY” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het Sub Menu zal
4
verschijnen. Druk op + of – om de gewenste functie te kiezen, en druk op SET/SELECT. Druk op + of – om “ RETURN” te selecteren en druk vervolgens tweemaal op SET/SELECT. Het Menuscherm zal zich sluiten.
Instelling van de beeldgrootte
U kunt de beeldgrootte naar uw eigen voorkeuren instellen. Twee beeldgrootte-instellingen zijn beschikbaar: XGA (1024 x 768 pixels) en VGA (640 x 480 pixels) (in aflopende volgorde van kwaliteit).
Zet de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. De
1
spanningsindicator licht op en de camcorder is nu ingeschakeld.
Druk op MENU. Het Menuscherm zal verschijnen.
2
Druk op + of – om “ DSC” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het DSC Menu zal
3
verschijnen.
Druk op + of – om “IMAGE SIZE” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het Sub Menu zal
4
verschijnen. Druk op + of – om de gewenste functie te kiezen, en druk op SET/SELECT. Druk op + of – om “ RETURN” te selecteren en druk vervolgens tweemaal op SET/SELECT. Het Menuscherm zal zich sluiten.
8MB*
16MB*
32MB* 64MB*
NE17
18 NE
Om de camcorder aan te zetten, dient u de spanningsschakelaar op een van de bedieningsfuncties (met uitzondering van “OFF”) te zetten terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt.
Bedieningsfunctie
Kies de bedieningsfunctie die u het meest geschikt vindt voor de situatie die u wilt opnemen met de spanningsschakelaar en de VIDEO/MEMORY schakelaar.
VIDEO/MEMORY schakelaar
Spanningsindicator
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
Wanneer de spanningsschakelaar op “ ” staat, zal de aanduiding “ “
” of “ ” staat, zal er geen aanduiding
verschijnen.
Wanneer de spanningsschakelaar op “ ” of “ ” staat en de VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY”, zal de gekozen beeldgrootte (“VGA” of “XGA”) worden aangeduid. Wanneer deze op “VIDEO” staat, zal er geen aanduiding verschijnen.
VGA
” verschijnen. Wanneer deze op
Stand Spanningsschakelaar
(Handmatig):
U kunt diverse opnamefuncties van de menu’s gebruiken. Stel de handmatige functie in indien u speciale effecten wilt voor een creatievere opname dan in vergelijking met de volautomatische functie.
(Volautomatisch):
Voor opname ZONDER speciale effecten en geen handmatige instellingen. Geschikt voor standaardopname.
OFF (uitgeschakeld):
Voor het uitschakelen van de camcorder.
:
•Stelt u in staat een opname op de band af te spelen.
•Stelt u in staat een stilbeeld opgeslagen op een geheugenkaart weer te geven of over te brengen naar een computer.
Stand VIDEO/MEMORY schakelaar
VIDEO:
Stelt u in staat op een band op te nemen of een band af te spelen. Als “REC SELECT” op “ het DSC menuscherm, worden stilbeelden eveneens opgenomen de geheugenkaart.
/
” is gezet via
MEMORY:
Stelt u in staat een stilbeeld op te nemen of een stilbeeld op de geheugenkaart weer te laten geven.
VIDEO OPNAME & WEERGAVE
VIDEO OPNAME
WEERGAVE
VIDEO OPNAME ................................................. 20 – 22
Basisbediening Opname ............................................... 20
Journalistenopname .................................................... 21
Zelfopname ............................................................. 21
Zoomen ................................................................. 21
Tijdcode ................................................................. 22
Opname op een reeds gedeeltelijk opgenomen band ............. 22
VIDEO WEERGAVE .............................................. 23 – 26
NE19
&
INHOUD
Normale weergave
Stilbeeldweergave ..................................................... 23
Snelzoeken.............................................................. 23
Verbindingen .................................................... 24 – 25
Opzoeken blanco stukken ............................................. 26
.................................................. 23
20 NE
BR IGH T
25
min
Spanningsindicator
min
(Telt nu)
Opname­indicatielampje (Licht op tijdens opname.)
Lensafdekking (Schuif deze naar omhoog om de lens te beschermen wanneer u de camcorder niet gebruikt.)
180°
90°
VIDEO/MEMORY schakelaar
Opname start-/ stoptoets
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
Display
Indicator resterende bandtijd (bij benadering)
90 min
(knippert) (knippert) (knippert)
89 min
1 min0 min
Vergrendeltoets
MONITOR BRIGHT +, – toets
3 min
2 min
VIDEO OPNAME
Basisbediening Opname
OPMERKING:
De hieronder vermelde instellingen dienen reeds te zijn gemaakt. Maak deze instellingen indien nog niet uitgevoerd.
Stroomvoorziening (Z blz. 10)
Instellen van de handgreep (Z blz. 12)
Instellen van de zoeker (Z blz. 12)
Plaats een cassette (Z blz. 14)
Instellen van de opnamefunctie (Z blz. 15)
Schuif de lensafdekking naar beneden terwijl u het vergrendeltoets op de afdekking ingedrukt houdt.
1
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO” en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” of
2
“ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt.
Opnemen met de LCD monitor:
Controleer of de zoeker helemaal ingedrukt is. Klap de LCD monitor helemaal open.
Opnemen met de zoeker:
Controleer of de LCD monitor gesloten en vergrendeld is. Trek de zoeker helemaal uit.
•Let er op dat u de zoeker helemaal uittrekt tot u een klik hoort, anders kan hij in het gebruik teruggeduwd worden.
•De spanningsindicator licht op en de camcorder gaat in de opname-standbyfunctie. De aanduiding “PAUSE” zal op het display verschijnen.
Druk op de Opname start-/stoptoets. De aanduiding “ ” zal getoond worden terwijl u aan het opnemen
3
bent.
Om te stoppen met opnemen . . .
..... dient u de Opname start-/stoptoets nog een keer in te
drukken. De camcorder zal nu weer in de opname­standbyfunctie gaan.
Om de helderheid van het display te regelen
..... druk op MONITOR BRIGHT + of – tot de
helderheidsindicator op het display beweegt en de gewenste helderheid is bereikt.
• U kunt ook de helderheid van de zoeker bijstellen.
OPMERKINGEN:
Het beeld zal niet tegelijkertijd via de LCD monitor en de zoeker worden weergegeven.
Wanneer de Opnamestandbyfunctie 5 minuten onveranderd ingeschakeld blijft, zal de camcorder zichzelf automatisch uitzetten. Om de camcorder weer aan te zetten, duwt u de zoeker in en trekt u hem weer uit, of doet u de LCD-monitor dicht en weer open.
De tijdcode wordt onderbroken en er worden mogelijk fouten bij het monteren gemaakt indien er een leeg gedeelte tussen opgenomen scènes op de band is. Vervolg daarom een opname vanaf het laatst opgenomen punt op de band. Zie “Opname op een gedeeltelijk reeds opgenomen band” (Z blz. 22), om dit te voorkomen.
Pas op dat u de lens niet aanraakt wanneer u de lensafdekking naar beneden schuift.
Uitschakelen van het opname-indicatorlampje of piepsignalen, Z blz. 40, 42.
Voor andere opmerkingen, Z blz. 77
Zelfopname
NE21
Journalistenopname
In sommige situaties kunnen andere opnamehoeken dramatischer resultaten opleveren. Houd de camcorder in de gewenste stand en draai de LCD-monitor in de juiste richting. De LCD-monitor kan 270° draaien (90° naar beneden, 180° naar boven).
Interface-opname
De persoon die door u opgenomen wordt kan zichzelf bekijken in de LCD-monitor, of u kunt opnamen maken van uzelf terwijl u het beeld op de LCD-monitor in de gaten houdt. Open de LCD-monitor en kantel deze 180 naar bovenzodat hij uiteindelijk naar voren wijst. Wanneer de LCD-monitor over een hoek van ongeveer 105 gedraaid wordt, zal het beeld op de monitor omgekeerd worden. Als de zoeker op dat moment uitgetrokken is, zal deze ook inschakelen. Richt de lens op het onderwerp (of op uzelf) en begin de opname. Tijdens een interface-opname zullen het beeld op de monitor en de aanduidingen daarop niet in spiegelbeeld verschijnen.
Inzoomen (T: tele)
1xW
T
10xW
T
Uitzoomen (W: groothoek)
Zoomdisplay
10xW
Zoombereik bij benadering
T
20xW
T
40xW
T
Digitaal zoombereik
10X (optisch) zoombereik
Motorzoomring
FUNCTIE:
Zoomen
DOEL:
In- en uitzoomen of het direct vergroten of verkleinen van een beeld.
HANDELING:
Inzoomen
Draai de motorzoomring (SHUTTLE SEARCH) naar links.
Uitzoomen
Draai de motorzoomring (SHUTTLE SEARCH) naar rechts.
n Het zoomen wordt sneller uitgevoerd naarmate u de
motorzoomring harder naar een andere stand drukt.
OPMERKINGEN:
Scherpstellen is misschien niet mogelijk tijdens het zoomen. U moet in dat geval de zoom tijdens de opnamestandbyfunctie instellen, de scherpstelling handmatig instellen en vergrendelen (Z blz. 53) en dan tijdens opname in- of uitzoomen.
Er kan tot 100X ingezoomd worden, of er kan overgeschakeld worden naar een optische vergroting van maximaal 10X (Z blz. 41).
Zoomen met een sterkere vergroting dan 10X gebeurt op digitale wijze, en we noemen het daarom digitaal zoomen.
De beeldkwaliteit is bij het digitaal zoomen iets minder.
De digitale zoom kan niet worden gebruikt in de volgende gevallen:
Bij het digitaal bewerken van beelden, zoals bij beeld wipe/oplossen (Z blz. 50, 51) of Video echo (Z blz. 49).
Macro-opnamen (tot ongeveer 5 cm vanaf het onderwerp) zijn mogelijk wanneer de motorzoomring geheel naar rechts is gedraaid. Zie ook “TELE MACRO” in het Menuscherm op bladzijde 41.
Voor andere opmerkingen, Z blz. 77
22 NE
VIDEO OPNAME
(vervolg)
Tijdcode
Tijdens opname wordt een tijdcode op de band aangebracht. Met deze code kunt u de plaats van een opgenomen scène op de band tijdens weergave controleren. Indien u de opname vanaf een blanco gedeelte start, begint de tijdcode met “00:00:00” (minuten/ seconden/beeld). Indien u vanaf een reeds opgenomen gedeelte start, zal de tijdcode vanaf het laatste tijdcodenummer verder lopen.
U heeft een tijdcode nodig voor het monteren van meerdere scènes in een willekeurige volgorde (Z blz. 69 – 73). De tijdcode wordt onderbroken wanneer er tijdens opname halverwege de cassette een blanco gedeelte op de band wordt gelaten. Bij het daarna voortzetten van de opname start de tijdcode weer vanaf “00:00:00”. Er zullen in dat geval mogelijk tijdcodes worden aangebracht die reeds bij de hiervoor opgenomen scènes zijn gebruikt. Voer, om dit te voorkomen, in de volgende gevallen de handelingen uit onder “Opname op een reeds gedeeltelijk opgenomen band” hieronder;
•Indien u na weergave van een opgenomen cassette de opname op deze cassette wilt vervolgen.
•Indien u de spanning tijdens opname uitschakelt.
•Indien u een cassette tijdens opname verwijdert en weer terugplaatst.
•Indien u verder op een gedeeltelijk opgenomen cassette wilt opnemen.
•Indien u op een leeg gedeelte tussen opnamen op de cassette wilt opnemen.
•Indien u na opname van een scène de opname vervolgt en de afdekking van de cassette werd geopend/gesloten.
12:34:24
Display
Beeldnummers worden tijdens de opname niet getoond.
Minuten
Seconden
Beelden (25 beelden = 1 seconde)
Opname op een reeds gedeeltelijk opgenomen band
1. Geef een band weer of gebruik de opzoekfunctie voor blanco stukken (Z blz. 26) om het punt op te zoeken
van waar u de opname wilt laten beginnen en schakel vervolgens de stilbeeld weergavefunctie in (Z blz. 23).
2. Zet de spanningsschakelaar op “ ” of “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt
houdt en begin vervolgens op te nemen.
OPMERKINGEN:
De tijdcode kan niet worden teruggesteld.
Tijdens het snel door- en terugspoelen zal de aanduiding van de tijdcode mogelijk niet soepel lopen.
De tijdcode wordt alleen getoond wanneer de instelling “TIME CODE” “ON” (aan) is gezet (Z blz. 43,
44).
Wanneer er blanco gedeelten op een cassette zijn
Tijdcode 05:43:21
Opname stoppunt
Opname startpunt
Cassetteband
Tijdcode 00:00:00
Opname startpunt
Juiste manier van opnemen
Tijdcode 05:43:21
Opname startpuntOpname startpunt
Cassetteband
Tijdcode 00:00:00
Opname startpunt
Tijdcode 00:00:00
Tijdcode 05:44:00
Nieuw opgenomen scèneBlancoReeds opgenomen scène
Laatste scèneNieuwe scèneReeds opgenomen scène
VIDEO WEERGAVE
VOL. +/–
VIDEO/MEMORY schakelaar
Weergavetoets/ pauzetoets (
Vergrendeltoets
Luidspreker
Stoptoets (5)
SHUTTLE SEARCH ring (2/3)
4
/6)
Spannings­schakelaar
NE23
Normale weergave
Plaats een cassette (Z blz. 14).
1
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO” en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u
2
de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. Druk op 4/6 om de weergave te starten.
•Druk op 5 om de weergave te stoppen.
•Draai de SHUTTLE SEARCH ring in de stopstand naar
links (2) en laat hem los om de band terug te spoelen, of draai de ring in de stopstand naar rechts (3) en laat hem los om de band snel vooruit te spoelen .
Om het volume van de luidspreker te regelen . . .
..... druk op VOL. + om het volume te verhogen, of druk op – om
het volume te verlagen.
OPMERKINGEN:
Als de Stop-functie 5 minuten voortduurt met een accu als stroomvoorziening, zal de camcorder zichzelf automatisch uitschakelen. Om de camcorder weer aan te zetten, dient u eerst de spanningsschakelaar naar “OFF” te draaien en vervolgens naar “
U kunt het afgespeelde beeld op de LCD-monitor bekijken, in de zoeker, of op een aangesloten TV (
U kunt het weergegeven beeld ook via de LCD-monitor bekijken, deze helemaal omkeren en dan tegen de body van de camcorder drukken.
Aanduidingen op de LCD-monitor of in de zoeker:
Wanneer er een kabel is aangesloten op de AV aansluiting, zal er geen geluid geproduceerd worden via de luidspreker.
”.
Z
blz. 24, 25).
Wanneer het toestel van stroom wordt voorzien door een accu: de “ ” indicator voor resterende accuspanning wordt getoond. Wanneer het toestel van stroom wordt voorzien via een stopcontact: “ Er worden geen aanduidingen getoond wanneer het toestel gestopt is.
” zal niet getoond worden.
Stilbeeldweergave:
1) Druk tijdens weergave op 4/6.
2) Druk nogmaals op
De stopfunctie wordt automatisch ingesteld indien er langer dan 3 minuten een stilbeeld met de camcorder wordt getoond. De spanning van de camcorder wordt automatisch uitgeschakeld indien de stopfunctie langer dan 5 minuten is geactiveerd.
Wanneer
4
/6
moet stabiliseren.
ingedrukt is, is het mogelijk dat het beeld niet onmiddellijk pauzeert omdat de camcorder het beeld nog
Pauzeren tijdens weergave.
4
/6 om de weergave voort te zetten.
Snelzoeken: Met hoge snelheid in voor- of achterwaartse richting zoeken.
1) Draai de SHUTTLE SEARCH ring tijdens normale weergave naar rechts (3) en laat hem los voor snelzoeken in
voorwaartse richting, of draai de ring naar links (2) en laat hem los voor snelzoeken in achterwaartse richting.
4
2) Druk op
Draai de SHUTTLE SEARCH ring tijdens normale weergave naar rechts (3) of naar links (2) en houd hem op zijn plaats. Het zoeken zal doorgaan zolang als u de ring op zijn plaats houdt. De normale weergave start weer wanneer u de ring loslaat.
Tijdens het zoeken met hoge snelheid krijgt het beeld mogelijk een mozaïekachtig effect. Dit is normaal en duidt niet op een defect.
Slow-motion weergave, Beeld-voor-beeld weergave, Weergave zoom en Weergave speciale effecten
Uitsluitend instelbaar met de meegeleverde afstandsbediening (Z blz. 64, 65).
/6 om de normale weergave weer voort te zetten.
24 NE
Verbindingen
Gebruik de bijgeleverde Audio-/Videokabel en een los verkrijgbare S-Videokabel.
Naar S-VIDEO OUT
Naar AV OUT
Docking station**
* De Audio-kabel is niet nodig wanneer u alleen
stilbeelden wilt bekijken.
** Zie “Vastzetten op het Docking station“
(Z blz. 25).
S-videokabel (optioneel)
Audio-/Videokabel [ministekker naar RCA (tulp) stekker] (bijgeleverd)
VIDEO WEERGAVE
Naar TV of videorecorder
Naar S-VIDEO IN
Wit naar AUDIO L IN*
Rood naar AUDIO R IN*
Geel naar VIDEO IN
p
Zonder gebruik van de S-videokabel
TV
Videorecorder
(vervolg)
Verbinden met een TV of videorecorder die een 21-pen aansluiting heeft
Gebruik de bijgeleverde kabeladapter.
Zonder gebruik van de S-videokabel
Naar AV␣ OUT
Naar S-VIDEO OUT
Docking station**
* De Audio-kabel is niet nodig wanneer u alleen stilbeelden wilt bekijken. ** Zie “Vastzetten op het Docking station“ (Z blz. 25).
OPMERKING:
Audio-/Videokabel [ministekker naar RCA (tulp) stekker] (bijgeleverd)
Wit naar AUDIO L*
S-videokabel (optioneel)
Geel
Rood naar AUDIO R*
Naar
p
-IN
“Y/C”/“CVBS” video­uitgangsschakelaar
Druk de video-uitgangsschakelaar van de kabeladapter in de vereiste stand: Y/C : Bij een verbinding met een TV of videorecorder die geschikt is voor Y/C signalen en met een
S-videokabel is aangesloten.
CVBS : Bij een verbinding met een TV of videorecorder die niet geschikt is voor Y/C signalen en met een
audio/video is aangesloten.
Naar TV of videorecorder
Kabeladapter
TV
Videorecorder
Let er op dat alle apparaten uitgeschakeld zijn.
1
Verbind de camcorder met een TV of
2
videorecorder zoals in de afbeelding wordt aangegeven (Z blz. 24).
Bij gebruik van een videorecorder . . . ga naar stap 3. Zo niet . . . ga naar stap 4.
Verbind de videorecorder-uitgang met de TV-
3
ingang, zie de gebruiksaanwijzing van uw videorecorder.
Schakel de camcorder, videorecorder en TV in.
4
Schakel de videorecorder in de AUX
5
ingangsfunctie en de TV in de VIDEO functie.
Keuze voor wel of niet tonen van de volgende aanduidingen op de aangesloten TV . . .
•Datum/tijd
.... stel “DATE/TIME” op “AUTO”, “ON” of “OFF”
via het Menuscherm (Z blz. 44, 45).
•Tijdcode
.... stel “TIME CODE” op “ON” of “OFF” via het
Menuscherm (Z blz. 44, 45).
•De geluidsweergavefunctie, bandtransportsnelheid
en bandtransport displays voor videoweergave Of
Bestandstype, Directory/bestandsnamen en Beeldnummer/totaal aantal beelden voor D.S.C. weergave
.... zet “ON SCREEN” op “LCD” of “LCD/TV” via
het Menuscherm (Z blz. 44, 45). Of druk op DISPLAY op de afstandsbediening.
NE25
OPMERKINGEN:
Gebruik bij voorkeur de netadapter/acculader als spanningsbron in plaats van de accu (Z blz. 11).
Om de beelden en het geluid van de camcorder te kunnen volgen zonder een cassette of geheugenkaart in het toestel te doen, zet u de Spanningsschakelaar op “ ” of “ ” en vervolgens zet u uw TV in de juiste stand.
Controleer dat het volume van de TV in de minimale stand is gesteld alvorens de weergave van de camcorder te starten. Het geluid zou anders bij het inschakelen van de camcorder mogelijk veel te hard klinken.
Indien u een TV of luidsprekers heeft die niet speciaal zijn afgeschermd, moet u de luidsprekers niet in de buurt van de TV plaatsen daar dit ruis in het weergavebeeld van de camcorder veroorzaakt.
Terwijl de Audio/Video kabel is aangesloten op de AV aansluiting, komt er geen geluid uit de luidspreker.
Vastzetten op het Docking station
Pas de multi aansluiting en de schroef op het Docking station in de multi-aansluitklem en de statiefaansluiting van de camcorder, en draai de schroef vast. Wanneer u de camcorder van het Docking station af wilt halen moet u eerst de schroef losdraaien en vervolgens de camcorder van het Docking station afnemen.
OPMERKING:
U kunt een geheugenkaart niet erin of eruit doen terwijl het Docking station aan de camcorder is bevestigd. Het is tevens niet mogelijk om de DV­kabel aan te sluiten en los te maken.
Multi aansluiting
Statiefaansluiting
Schroef
26 NE
FOCUS/BLANK toets
Stoptoets (5)
Display
BL ANK SE ARCH
VIDEO/MEMORY schakelaar
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
44
VIDEO WEERGAVE
(vervolg)
Opzoeken blanco stukken
Deze functie helpt u een plek in het midden van de band te vinden van waar u een nieuwe opname kunt beginnen zonder de tijdcode van de band te verstoren (Z blz. 22).
Plaats een cassette (Z blz. 14).
1
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO” en
2
zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt.
Druk op FOCUS/BLANK.
3
•De aanduiding “BLANK SEARCH” gaat knipperen, de camcorder gaat vervolgens automatisch vooruit of terug snelzoeken en zal stoppen op een punt dat ongeveer 3 seconden ligt voor het begin van het gevonden blanco stuk.
Als u het zoeken naar een blanco stuk halverwege wilt annuleren . . .
.... dient u op 5 te drukken.
OPMERKINGEN:
Als bij stap 3 het zoeken wordt begonnen aan het begin van een blanco stuk, zal de camcorder terug snelzoeken naar een blanco stuk, terwijl de camcorder vooruit zal gaan snelzoeken als er iets is opgenomen op de huidige positie op de band.
Als de melding “HEAD CLEANING REQUIRED. USE CLEANING CASSETTE” (Koppen moeten worden schoongemaakt. Gebruik reinigingscassette.) is verschenen toen u de cassette in het toestel deed, zal de functie voor het opzoeken van blanco stukken niet werken.
Als tijdens het zoeken naar een blanco stuk het begin of het einde van de band wordt bereikt, zal de camcorder automatisch stoppen.
Blanco stukken van minder dan 5 seconden kunnen mogelijk niet worden opgezocht.
Het gevonden blanco stuk kan tussen twee reeds opgenomen sc nes liggen. Voor u begint op te nemen moet u daarom controleren of er zich na het gevonden blanco stuk geen ander materiaal bevindt.
DIGITALE STILBEELD CAMERA (D.S.C.) OPNAME & WEERGAVE
DIGITALE STILBEELD
CAMERA (D.S.C.) OPNAME
&
WEERGAVE
INHOUD
D.S.C. OPNAME ................................................ 28 – 29
Basisbediening foto’s maken
(momentopname) ............................................... 28 – 29
D.S.C. WEERGAVE ............................................. 30 – 38
Normale weergave ( Van beelden) .................................. 30
Automatische weergave ( Van beelden)............................. 30
Indexscherm ............................................................ 31
Index-weergave ....................................................... 32
Sprong-weergave ...................................................... 32
NE27
Bestanden beveiligen .................................................. 33
Bestanden verwijderen ......................................... 34 – 35
Instellen afdruk-informatie (DPOF instelling)................. 36 – 37
Initialiseren van een geheugenkaart ................................. 38
28 NE
FINE
10 / 100
VIDEO/MEMORY schakelaar
SNAPSHOT toets
Display
SNAP MODE –
Beeldgrootte
Laat de beeldgrootte van het opgeslagen beeld zien. Twee beeldgroottes zijn beschikbaar: XGA en VGA (
VGA
Display
P I N–UP
FRAME
FULL MUL T I – MUL T I –
4 9
Z blz. 17).
D.S.C. OPNAME
Basisbediening foto’s maken (momentopname)
U kunt uw camcorder gebruiken als digitale stilbeeldcamera voor het maken van momentopnamen.
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
CAMERA Menu
OPMERKING:
De hieronder vermelde instellingen dienen reeds te zijn gemaakt. Maak deze instellingen indien nog niet uitgevoerd.
Spanning (Z blz. 10)
Instellen van de handgreep (Z blz. 12)
Instellen van de zoeker (Z blz. 12)
Laden van een geheugenkaart (Z blz. 16)
Instelling beeldkwaliteit/Instelling van de beeldgrootte (Z␣ blz. 17)
FUNCTIE-KEUZE MOMENTOPNAME
Schuif de lensafdekking naar beneden terwijl u het vergrendelknopje op de afdekking ingedrukt houdt. Zet
1
de VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY” en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
Druk op MENU. Het Menuscherm zal verschijnen.
2
Druk op + of – om “ CAMERA” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het CAMERA Menu zal
3
verschijnen.
Druk op + of – om “SNAP MODE” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT.
4
Druk op + of – om de gewenste momentopnamefunctie te kiezen, en druk vervolgens op SET/SELECT.
5
Druk op + of – om “ RETURN” te selecteren en druk vervolgens tweemaal op SET/SELECT. Het Menuscherm zal zich sluiten.
OPNEMEN VAN MOMENTOPNAMEN
Druk op SNAPSHOT. zal verschijnen terwijl de momentopname wordt gemaakt.
1
Het beeld zal nu worden opgenomen op de geheugenkaart.
•Ongeacht de stand van de Spanningsschakelaar (“ ” of “ ”), zullen momentopnamen gemaakt worden met de geselecteerde momentopnamefunctie.
Beeldkwaliteit
Laat de kwaliteit van het opgeslagen beeld zien. Twee beeldkwaliteit zijn beschikbaar: FINE of STD (standaard) (
Z blz. 17).
Totaal aantal beelden
Toont het geschatte totale aantal beelden dat opgeslagen kan worden, inclusief de beelden die u al opgenomen heeft. Het aangegeven aantal neemt toe of af, afhankelijk van de opgeslagen beelden, de ingestelde beeldkwaliteit/beeldgrootte, enz.
Aantal opgenomen beelden
Kaart-icoon
Verschijnt tijdens het opnamen en knippert wanneer er geen geheugenkaart in het toestel zit.
Opname-icoon
Verschijnt en knippert terwijl u een momentopname maakt.
Toont het aantal beelden dat u al opgenomen heeft.
PIN-UP Pin-Up functie*
FRAME Snapshotfunctie met lijst*
FULL Snapshotfunctie zonder lijst*
MULTI-4 Multi-Analyzer 4
MULTI-9 Multi-Analyzer 9
* Het gesimuleerde geluid van een sluiter die afgaat
zal klinken.
NE29
Om ongewenste stilbeelden te wissen . . .
.... dient u “Bestanden verwijderen” (Z blz. 34) te
raadplegen wanneer er bijvoorbeeld stilbeelden die u niet meer nodig heeft zijn opgeslagen op de geheugenkaart of wanneer de kaart vol is en vervolgens deze beelden te wissen.
Annuleren van het geluid van de sluiter . . .
.... wanneer u het gesimuleerde geluid van de sluiter niet
wilt horen, dient u via het Menuscherm de instelling “BEEP” “OFF” (uit) te zetten (Z blz. 40, 42). Het geluid zal niet meer door de luidspreker klinken.
OPMERKINGEN:
Zelfs als “MULTI-4” of “MULTI-9” ingeschakeld is, zal een momentopname worden uitgevoerd met gebruikmaking van het volle beeld (FULL) als er digitaal gezoomd wordt of als Night-Scope (Z blz. 48) in werking is.
Indien “MULTI-4” of “MULTI-9” is ingeschakeld, wordt het beeld opgeslagen in VGA-beeldgrootte, ongeacht de gekozen beeldgrootte-instelling (Z blz. 17).
Als u op SNAPSHOT drukt wanneer “DIS” aan (ON) staat (Z blz. 41), zal de beeldstabilisator worden uitgeschakeld.
Als een momentopname niet mogelijk is, zal de aanduiding “ ” gaan knipperen wanneer er op SNAPSHOT wordt gedrukt.
Zelfs als de Programmabelichting met speciale effecten (Z blz. 48) ingeschakeld is, zullen bepaalde functies van de Programmabelichting met speciale effecten niet werken wanneer u een momentopname wilt gaan maken. De icoon zal gaan knipperen in zo’n geval.
Als u ongeveer 5 minuten geen opname maakt terwijl de spanningsschakelaar op “ ” of “ ” staat en het toestel van stroom wordt voorzien met een accu, zal de camcorder automatisch uitschakelen om stroom te sparen. U kunt doorgaan met opnemen door de zoeker eventjes naar binnen te schuiven en hem dan weer naar buiten te trekken, of door de LCD-monitor eventjes dicht te klappen en hem dan weer open te klappen.
De Motordrive-functie (Z blz. 52) is uitgeschakeld wanneer de VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY” staat.
Wanneer een kabel op de audio/video aansluiting is aangesloten, hoort u het geluid van de zoeker niet door de luidspreker, maar het geluid wordt wel op de band opgenomen.
De stilbeelden worden opgenomen in overeenstemming met de DCF (Design rules for Camera File systems) vereisten. Ze zijn niet geschikt voor apparatuur die niet voldoet aan de DCF vereisten.
Met de XGA-functie worden de beelden opgenomen in 720 x 576 pixels en dan geconverteerd naar en opgeslagen in de XGA-bestandsgrootte (1024 x 768 pixels).
30 NE
Stoptoets (5)
[Voor normale weergave] Om het volgende beeld te tonen
VIDEO/MEMORY schakelaar
Weergavetoets/ pauzetoets (
Vergrendeltoets
SHUTTLE SEARCH ring (2/3)
[Voor automatische weergave]
Display
100
-
0010
4
/6)
Spannings­schakelaar
D.S.C. WEERGAVE
Normale weergave (Van beelden)
De camcorder nummert automatisch alle opgenomen beelden en slaat ze op volgorde op op de geheugenkaart. U kunt de opgeslagen beelden een voor een bekijken, alsof u door een fotoalbum bladert.
Doe een geheugenkaart in het toestel (Z blz. 16).
1
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY” en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” terwijl
2
u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
•Een van de opgeslagen beelden wordt op het display getoond.
Draai de SHUTTLE SEARCH ring naar rechts (3) om het volgende beeld op het scherm te krijgen.
3
Draai de SHUTTLE SEARCH ring naar links (2) om het vorige beeld op het scherm te krijgen.
Automatische weergave (Van beelden)
U kunt alle in het geheugen opgeslagen beelden automatisch een voor een laten zien.
Voer de stappen 1 en 2 hierboven uit.
1
Druk op 4/6 om de automatische weergave te starten.
2
10 / 24
/
11
/
12
/
13
Totaal aantal beelden
Om het vorige beeld te tonen
Beeldnummer
Toont het indexnummer van het beeldbestand
Z␣ blz.␣ 31).
(
Toont het totaal aantal opgeslagen beelden.
24
24
24
100
100
100
10.
10.01
-
0011
Druk op 5 om de automatische weergave te stoppen.
3
OPMERKINGEN:
Zelfs als u een nieuw beeld opneemt nadat u een beeld met een laag nummer heeft weergegeven, zal er geen bestaand
10.
10.01
-
0012
beeld worden overschreven, omdat nieuwe beelden altijd worden opgeslagen na het laatst opgenomen beeld.
Beelden die in een andere bestandsgrootte dan VGA/XGA zijn gemaakt met toestellen die geschikt zijn voor DCF (ontwerpregels voor camera bestandssystemen) zullen worden getoond op gereduceerd postzegelformaat. Deze
10.
10.01
-
0013
postzegel-afbeeldingen kunnen niet worden overgebracht naar een PC.
Beelden gemaakt met toestellen die niet geschikt zijn voor DCF, kunnen niet worden bekeken met deze camcorder; de foutmelding “Unsupported file!” (niet ondersteunde gegevens) zal worden getoond.
10.
10.01
Directory en bestandsnamen
Laat de directory en bestandsnamen zien. (Z␣ blz.␣ 31)
Datum
Toont de datum wanneer het beeld is opgenomen (als “DATE/TIME” is ingeschakeld (ON) via het menuscherm
Z blz. 44 – 45).
E - CL I P
3 / 4
Bestandsnummer (indexnummer)
D . SOUN
D
1O2
I
EX
PL1O/S
N
a
Naam van gekozen geluidseffect
Totaal aantal bestanden
NE31
Om op een geheugenkaart opgeslagen videoclips (Z blz. 61) te bekijken…
… tijdens normale beeldweergave, drukt u eenmaal op SET/
SELECT (Z blz.␣ 86 en 87, ! SET/SELECT toets) om de
videoclipfunctie in te schakelen. “E-CLIP” verschijnt op het display. Druk daarna op 4/6 om de videoclips te bekijken op de LCD-monitor of op het zoekerscherm; weergave van videoclips op een aangesloten TV is niet mogelijk.
•U kunt het indexscherm gebruiken om het gewenste bestand te vinden (Z hieronder en blz. 32).
Om te luisteren naar geluidseffecten (Z blz. 56) die op een geheugenkaart zijn opgeslagen…
… tijdens normale beeldweergave, drukt u tweemaal op SET/
SELECT (Z blz.␣ 86 en 87, ! SET/SELECT toets) om de
geluidseffectfunctie in te schakelen. “D.SOUND” verschijnt op het display. Druk daarna op D.SOUND (Z blz.␣ 86 en 87, 9 D.SOUND toets) om te luisteren naar het geluidseffect.
U kunt het indexscherm gebruiken om het gewenste bestand te vinden (Z hieronder en blz. 32).
Directory en bestandsnamen
EXIT
100-DVC00003
1 F 2 S
4 F
Indexnummer
Bestandstype
IMAGE
5 F
Beeldgrootte
Gekozen bestand
VGA
VGA
3 S
6 F
Beveiligingsicoon
Beeldkwaliteit
100-DVC00003: Directory en
bestandsnamen
Dit betekent dat de geselecteerde opname zich bevindt in een directory met de naam “100” met de bestandsnaam “DVC00003”. Bij elke opname wordt er een bestand aangemaakt met een nummer dat 1 hoger is dan het grootste reeds gebruikte nummer in een bestandsnaam. Wanneer de bestandsnaam het nummer DVC09999 bereikt, zal er een nieuwe directory worden aangemaakt en zal de eerste bestandsnaam daarin weer beginnen bij DVC00001. Op het weergavescherm zullen alleen de directory en de laatste vier cijfers van de bestandsnaam worden getoond. (Z blz. 30) De naam van het gekozen geluidseffect wordt aangegeven op het indexscherm voor geluidseffecten indien de naam compatibel is met ID3TAG ver 1 of 2.
Gekozen bestand
Het gekozen bestand wordt groen omlijst. Druk op + of – om de groene omlijsting naar het gewenste bestand te verplaatsen.
Indexscherm
U kunt de opgeslagen beelden met de bijbehorende indexinformatie bekijken. Het indexscherm is niet alleen nuttig om de reeds opgeslagen bestanden te controleren, maar toont ook de instellingen voor de beeldkwaliteit en de beeldgrootte, de directory, de bestandsnamen en welke beelden er beveiligd zijn tegen per ongeluk wissen. Om het indexscherm weer te geven, Z blz. 32.
IMAGE/E-CLIP/SOUND: Bestandstype
Laat het bestandstype van het weergegeven indexscherm zien. Er zijn 3 bestandstypes: IMAGE voor stilbeelden, E-CLIP voor videoclips (Z blz. 61), en SOUND voor geluidseffecten (Z blz. 56, 67).
1: Indexnummer
Indexnummers worden aangegeven vanaf nummer 1. Wanneer er bijvoorbeeld 10 beelden zijn opgeslagen (indexnummers van 1 t/m 10) en u de 3 beelden met de nummers 2, 4 en 6 wist, dan zullen de beelden met hogere nummers dan de gewiste vanzelf opschuiven en opnieuw genummerd worden. Uiteindelijk heeft u dan in dit voorbeeld in totaal 7 opgeslagen beelden over die genummerd zijn van 1 t/m 7.
F/S: Beeldkwaliteit
Laat zien met welke instelling voor de beeldkwaliteit het betreffende beeld is opgeslagen. Er zijn 2 instellingen beschikbaar: FINE en STANDARD (in aflopende volgorde van kwaliteit) (Z blz. 17). (Deze indicatie verschijnt alleen tijdens weergave van stilbeelden.)
VGA/XGA: Beeldgrootte
Toont de grootte van het opgeslagen beeld. Er zijn 2 beeldgroottes beschikbaar: VGA en XGA (Z blz.
17). (Deze indicatie verschijnt alleen tijdens weergave van stilbeelden.)
: Beveiligingsicoon
Wanneer een bestand beveiligd is tegen per ongeluk wissen, zal er een hangslot te zien zijn naast het indexnummer en zult u dat bestand niet zonder meer kunnen wissen.
32 NE
INDEX toets
+, – toets
D.S.C. WEERGAVE
(vervolg)
Index-weergave
U kunt de opgeslagen bestanden (stilbeelden, videoclips (Z blz. 61), of geluidseffecten (Z blz. 56, 67)) in groepen van zes tegelijk bekijken. Deze functie is nuttig voor het opzoeken van een bestand dat u wilt bekijken of beluisteren.
Voer de stappen 1 en 2 onder “Normale weergave”
1
op blz. 30 uit.
EXIT
1 2
4
EXIT
1 2
4
EXIT
EXPLOSION
1 2
4
IMAGE
100-DVC00001 VGA
FS
F
5
FF
E-CLIP
100-DVC00001
FS
F
5
FF
SOUND
FS
F
5
FF
3
6
3
6
3
6
S
S
S
FOCUS/BLANK toets
SET/SELECT toets
Indexscherm voor stilbeelden
Indexscherm voor videoclips
Indexscherm voor geluidseffecten
Om het indexscherm weer te geven …
2
… voor stilbeelden, ga naar stap 3. … voor videoclips (Z blz. 61), druk eenmaal op
SET/SELECT om de videoclipfunctie in te schakelen. “E-CLIP” verschijnt. Ga daarna naar stap 3.
… voor geluidseffecten (Z blz. 56), druk tweemaal
op SET/SELECT om de geluidseffectfunctie in te schakelen. “D.SOUND” verschijnt. Ga daarna naar stapa 3.
Druk op INDEX. Het indexscherm verschijnt.
3
Druk op + of om de groene omlijsting naar het
4
gewenste bestand te verplaatsen, en druk vervolgens op SET/SELECT. Het bestand dat u op het indexscherm hebt gekozen, zal worden getoond of weergegeven.
•Om de weergave van de gekozen videoclip te starten, drukt u op 4/6. Om de weergave halfweg te onderbreken, drukt u op 5.
•Om de weergave van het gekozen geluidseffect te starten, drukt u op D.SOUND.
Sprong-weergave
Een bestand dat u wilt weergeven kunt u direct kiezen door het indexnummer daarvan op te geven.
Druk tijdens normale beeldweergave herhaaldelijk op
1
SET/SELECT om het type van het weer te geven
bestand te kiezen.
JUMP MENU
10 / 50
S
E
L
S
E
T
C
A
NECCETL
Indexnummer
Display
[
+
/
[
S
E
[
B
L
]
T
/NSKE]LECT
A
]
Sprongscherm
Totaal aantal bestanden
Druk op FOCUS/BLANK. Het sprongscherm zal
2
verschijnen.
Druk op + of – om het indexnummer van het
3
gewenste bestand in te voeren, en druk vervolgens op SET/SELECT.
•Het bestand dat overeenkomt met het gekozen indexnummer zal worden weergegeven.
•Druk nog eens op FOCUS/BLANK terwijl het sprongscherm getoond wordt om de sprong­weergave te annuleren.
MENU toets
SET/SELECT toets
Display
PROTECT
EDELET
DPOF
ATFORM
NRETUR
EXIT PROTECT
1 F 2 S
1F
4F
5 F
4 F 6 F
Normale
weergave
EXIT PROTECT
2S
5F
3 S
VIDEO/MEMORY schakelaar
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
+, – toets
MEMORY Menu
PROTECT indexscherm
Hangslot-teken
Als de beveiliging is opgeheven.
3S
6F
NE33
Bestanden beveiligen
Gebruik de beveiligingsfunctie om te voorkomen dat er per ongeluk bestanden gewist worden. Wanneer er naast het indexnummer een hangslot te zien is, kan dat bestand niet zonder meer gewist worden.
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY” en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “
1
terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
•Een opgeslagen beeldbestand wordt op het display getoond.
Om het beeldbestand te beveiligen …
… ga naar stap 2.
Om een videoclipbestand te beveiligen…
… druk eenmaal op SET/SELECT om de
videoclipfunctie in te schakelen. “E-CLIP” verschijnt. Ga daarna naar stap 2.
Om een geluidseffectbestand te beveiligen…
… druk tweemaal op SET/SELECT om de
geluidseffectfunctie in te schakelen. “D.SOUND” verschijnt. Ga daarna naar stap 2.
Druk op MENU. Het Menuscherm verschijnt. Druk op + of – om “ MEMORY” te selecteren en druk
2
vervolgens op SET/SELECT. Het MEMORY Menu zal nu verschijnen.
Druk op + of – om “PROTECT” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het PROTECT
3
Indexscherm zal nu verschijnen.
OM EEN BESTAND TE BEVEILIGEN
Voor u aan de volgende procedure gaat beginnen, moet u de stappen 1 t/m 3 zoals hierboven vermeld hebben uitgevoerd.
Druk op + of – om de groene omlijsting naar het gewenste bestand te verplaatsen, en druk vervolgens
4
op SET/SELECT. Er zal een “ ” hangslotje verschijnen bij het geselecteerde bestand. Herhaal deze procedure voor alle bestanden die u niet per ongeluk wilt kunnen wissen.
Druk op + om “EXIT” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het normale weergave-
5
scherm verschijnt.
OPMERKING:
Wanneer het geheugen geïnitialiseerd of gecorrumpeerd is, zullen ook de beveiligde bestanden zijn gewist. Breng belangrijke bestanden over naar een PC en sla ze via de PC op een veilige manier op.
VERWIJDEREN BEVEILIGING
Voor u aan de volgende procedure gaat beginnen, moet u de stappen 1 t/m 3 zoals hierboven vermeld hebben uitgevoerd.
Druk op + of – om de groene omlijsting naar het gewenste bestand te verplaatsen, en druk vervolgens
4
op SET/SELECT. Het “ ” hangslotje bij het geselecteerde bestand verdwijnt ten teken dat dit bestand niet langer beveiligd is. Herhaal deze procedure voor alle bestanden waarvan u de beveiliging wilt opheffen.
Normale weergave
Druk op + om “EXIT” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het normale weergave-
5
scherm verschijnt.
34 NE
SET/SELECT toets
Display
EXIT
1 F 2 S
4 F 6 F
DELETE
5 F
DELE ET
SE ECTL
MENU toets
3 S
–CANCEL
EXE
CUT E
VIDEO/MEMORY schakelaar
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
+, – toets
DELETE indexscherm
Wissen bevestigingsscherm
D.S.C. WEERGAVE
(vervolg)
Bestanden verwijderen
U kunt eerder opgeslagen bestanden een voor een of allemaal tegelijk verwijderen.
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY” en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” terwijl
1
u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
•Een opgeslagen beeldbestand wordt op het display getoond.
Om het beeldbestand te verwijderen …
… ga naar stap 2.
Om een videoclipbestand te verwijderen…
… druk eenmaal op SET/SELECT om de
videoclipfunctie in te schakelen. “E-CLIP” verschijnt. Ga daarna naar stap 2.
Om een geluidseffectbestand te verwijderen…
… druk tweemaal op SET/SELECT om de
geluidseffectfunctie in te schakelen. “D.SOUND” verschijnt. Ga daarna naar stap 2.
Druk op MENU. Het Menuscherm verschijnt. Druk op + of – om “ MEMORY” te selecteren en druk
2
vervolgens op SET/SELECT. Het MEMORY Menu zal nu verschijnen.
Druk op + of – om “DELETE” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het sub-menu zal nu
3
verschijnen.
EEN BESTAND KIEZEN DOOR DE IN HET GEHEUGEN OPGESLAGEN BESTANDEN DOOR TE BLADEREN
Voer de stappen 1 t/m 3 hierboven uit voor u aan de volgende procedure gaat beginnen.
Druk op + of – om “SELECT” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het DELETE indexscherm
4
verschijnt. Druk op + of – om de groene omlijsting te verplaatsen
naar het bestand dat u wilt verwijderen, en druk
5
vervolgens op SET/SELECT. Een “ ” verschijnt nu boven het gekozen bestand. Herhaal deze procedure voor alle bestanden die u wilt verwijderen. Om een bestand toch te behouden, drukt u nogmaals op SET/ SELECT. Het “ ” tekentje zal verdwijnen.
Druk op + om “EXIT” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT.
6
Druk op + of – om “EXECUTE” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. De geselecteerde bestanden
7
worden gewist en het normale weergavescherm zal weer getoond worden.
•Als u het wissen wilt annuleren, drukt u op + of – om “CANCEL” te kiezen en drukt u vervolgens op SET/ SELECT.
OPMERKINGEN:
Beveiligde bestanden (Z blz. 33) kunnen niet worden verwijderd op de bovenvermelde manier. Om deze te kunnen verwijderen, moet u eerst de beveiliging annuleren.
Verwijderde bestanden kunnen niet meer worden teruggehaald. Controleer daarom goed welke bestanden u gaat verwijderen.
Het wisbevestigingsscherm verschijnt.
SET/SELECT toets
MENU toets
+, – toets
NE35
VERWIJDEREN VAN HET WEERGEGEVEN BESTAND
Voer de stappen 1 t/m 3 van blz. 34 uit voor u aan de volgende procedure gaat beginnen.
Druk op + of – om “CURRENT” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het wissen
4
bevestigingsscherm verschijnt. Druk op + of – om “EXECUTE” te selecteren en druk
vervolgens op SET/SELECT. Het momenteel
5
weergegeven bestand wordt verwijderd.
•Als de melding “CURRENT FILE IS PROTECTED” verschijnt, is het bestand beveiligd en kan het niet verwijderd worden (Z blz. 33).
•Als u het wissen wilt annuleren, drukt u op + of – om “CANCEL” te kiezen en drukt u vervolgens op
SET/SELECT.
ALLE BESTANDEN VERWIJDEREN
Voer de stappen 1 t/m 3 van blz. 34 uit voor u aan de volgende procedure gaat beginnen.
Druk op + of – om “ALL” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het wissen
4
bevestigingsscherm verschijnt. Druk op + of – om “EXECUTE” te selecteren en druk
vervolgens op SET/SELECT. Alle bestanden worden
5
nu verwijderd.
•Als u het wissen wilt annuleren, drukt u op + of – om “CANCEL” te kiezen en drukt u vervolgens op SET/SELECT.
LET OP:
Haal de geheugenkaart niet uit de camcorder en voer geen enkele andere handeling uit (de camcorder uitzetten bijvoorbeeld) terwijl er gegevens gewist worden. U kunt ook het beste de meegeleverde netadapter/acculader gebruiken, want de geheugenkaart kan gecorrumpeerd (onbruikbaar) worden als de accu leeg raakt tijdens het wissen. Als de geheugenkaart gecorrumpeerd raakt, dient u deze opnieuw te initialiseren (Z blz. 38).
36 NE
VIDEO/MEMORY schakelaar
Spannings­schakelaar
D.S.C. WEERGAVE
(vervolg)
Instellen afdruk-informatie (DPOF instelling)
Deze camcorder is geschikt voor de DPOF (Digital Print Order Format) standaard voor toekomstig gebruik met systemen als automatisch afdrukken, volgens welke standaard gegevens omtrent de stilbeelden die u wilt afdrukken wordt opgeslagen (zoals het aantal afdrukken dat u wilt hebben). Er zijn 2 instellingen voor deze afdruk­informatie: “Afdrukken van alle stilbeelden (een afdruk per beeld)”, zoals hieronder uiteen gezet wordt en “Afdrukken van bepaalde stilbeelden en aantal afdrukken” (Z blz. 37).
SET/SELECT toets
Display
DPOF
SELECT
ALL
RESET
DPOF
ALL
MENU toets
CANCEL
EXECUTE
Vergrendeltoets
+, – toets
DPOF Menu
Bevestigingsscherm
AFDRUKKEN VAN ALLE STILBEELDEN (EEN AFDRUK PER BEELD)
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY”
1
en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
Druk op MENU. Het Menuscherm zal verschijnen.
2
Druk op + of om “ MEMORY” te selecteren en
3
druk vervolgens op SET/SELECT. Het MEMORY Menu
zal nu verschijnen.
Druk op + of – om “DPOF” te selecteren en druk
4
vervolgens op SET/SELECT. Het Sub-menu verschijnt.
Druk op + of – om “ALL” te selecteren en druk
5
vervolgens op SET/SELECT. Hiermee is de instelling
voltooid. Het bevestigingsscherm zal verschijnen.
Druk op + of – om “EXECUTE” te selecteren en druk
6
vervolgens op SET/SELECT. Het normale
weergavescherm zal weer verschijnen.
•Als u de instelling wilt annuleren, drukt u op + of –
om “CANCEL” te kiezen en drukt u vervolgens op
SET/SELECT.
Om de instelling terug te zetten . . .
.... dient u bij stap 5 “RESET” te selecteren. De instelling
wordt vervolgens op 0 gezet voor alle stilbeelden.
VIDEO/MEMORY schakelaar
NE37
AFDRUKKEN VAN BEPAALDE AFDRUKKEN EN AANTAL AFDRUKKEN
Voer de stappen 1 t/m 4 van blz. 36 uit.
1
Display
EXIT
19 00
22
DPOF
100-DVC00021 VGA
20
23
00
DPOF
SE ECTL
MENU toets
00
21
24
00
CANCE L
EXECUTE
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
+, – toetsSET/SELECT toets
Aantal afdrukken
DPOF Index­scherm
03
00
Bevestigingsscherm
Druk op + of om “SELECT” te selecteren en druk
2
vervolgens op SET/SELECT. De instelling is hiermee afgesloten. Het DPOF Index-scherm zal nu verschijnen.
Druk op + of – om de groene omlijsting te
3
verplaatsen naar het beeld dat u wilt afdrukken, en druk vervolgens op SET/SELECT.
Stel het aantal afdrukken in door op + of – te drukken
4
om het aantal te verhogen of te verlagen, en druk vervolgens op SET/SELECT. Herhaal de stappen 3 en 4 voor de stilbeelden die u wilt afdrukken.
•Het aantal afdrukken kan maximaal op 15 worden ingesteld.
•Om het aantal afdrukken te corrigeren, dient u het beeld nogmaals te selecteren en vervolgens het aantal te wijzigen.
Druk op + om “EXIT” te selecteren en druk
5
vervolgens op SET/SELECT. De instelling is hiermee afgesloten. Het bevestigingsscherm zal nu verschijnen. Hiermee is de instelling voltooid. Het bevestigingsscherm zal verschijnen.
Druk op + of – om “EXECUTE” te selecteren en druk
6
vervolgens op SET/SELECT. Het normale weergavescherm zal weer verschijnen.
•Als u de instelling wilt annuleren, drukt u op + of – om “CANCEL” te kiezen en drukt u vervolgens op
SET/SELECT.
Om het aantal afdrukken terug te zetten . . .
.... dient u bij stap 5 op blz. 36 “RESET” te selecteren. Het
aantal afdrukken zal op 0 worden gezet voor alle stilbeelden.
VOORZICHTIG:
U mag nooit de stroom onderbreken wanneer u de bovenstaande handelingen uitvoert, aangezien hierdoor het geheugen onbruikbaar kan worden.
OPMERKINGEN:
Als u een zoals hierboven aangegeven bewerkte geheugenkaart in een voor DPOF geschikte printer doet, zal deze automatisch de geselecteerde stilbeelden afdrukken.
Om beelden die op band staan af te drukken, dient u deze eerst naar een geheugenkaart te kopiëren (Z blz. 60).
38 NE
VIDEO/MEMORY schakelaar
Spannings­schakelaar
D.S.C. WEERGAVE
(vervolg)
Initialiseren van een geheugenkaart
U kunt de geheugenkaart op elk willekeurig tijdstip initialiseren.
Na het initialiseren zullen alle op de geheugenkaart opgeslagen beelden en gegevens, ook eventueel beveiligde, zijn gewist.
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY”
1
en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
SET/SELECT toets
Display
TPROTEC DELE ET DPOF
ATFORM
NRETUR
FO MATR
ALL
EX STI
–C
NGI
FO MATR
ERASE
MENU toets
C
ANCEL
CUTE
EXE
ANCEL
CUTE
EXE
FILE
MEMORY Menu
Bevestigingsscherm
?S
Vergrendeltoets
+, – toets
Druk op MENU. Het Menuscherm zal verschijnen.
2
Druk op + of om “ MEMORY” te selecteren en
3
druk vervolgens op SET/SELECT. Het MEMORY Menu zal nu verschijnen.
Druk op + of – om “FORMAT” te selecteren en druk
4
vervolgens op SET/SELECT. Het bevestigingsscherm zal verschijnen.
Druk op + of – om “EXECUTE” te selecteren en druk
5
vervolgens op SET/SELECT. De geheugenkaart wordt nu geïnitialiseerd. Wanneer het initialiseren afgelopen is, zal de melding “NO FILES STORED” of “NO SOUND FILES” verschijnen.
•Als u het initialiseren wilt annuleren, drukt u op + of – om “CANCEL” te kiezen en drukt u vervolgens op SET/SELECT.
LET OP:
Voer geen andere handelingen (zoals uitschakelen van de camcorder) uit terwijl het initialiseren gaande is. Gebruik ook het liefst de netadapter/acculader tijdens deze handeling omdat de geheugenkaart onleesbaar kan worden mocht halverwege het initialiseren de accu leeg raken. Als de geheugenkaart gecorrumpeerd raakt, dient u deze opnieuw te initialiseren.
GEAVANCEERDE FUNCTIES
GEAVANCEERDE FUNCTIES
MENU'S GEBRUIKEN VOOR GEDETAILLEERDE
INSTELLINGEN .................................................................
Voor het opnamemenu ....................................................... 40 – 43
Voor het weergavemenu..................................................... 44 – 46
VOOR OPNAME ............................................................... 47 – 57
5 seconden opname ................................................................... 47
Programma AE met speciale effecten ....................................... 48 – 49
Fade/wipe-effecten .......................................................... 50 – 51
Momentopname (Voor video-opnamen) ............................................ 52
Automatische Scherpstelling/Handmatige Scherpstelling ......................... 53
Belichtingsregeling .................................................................... 54
Diafragmavergrendeling ............................................................. 54
Instellen van de witbalans ........................................................... 55
Gebruik van de handmatige witbalans ............................................. 55
Digitale geluidseffecten ..................................................... 56 – 57
KOPIËREN ...................................................................... 58 – 61
Kopiëren naar een videorecorder .................................................... 58
Kopiëren naar of van video-apparatuur met een DV aansluiting
(digitaal kopiëren) .................................................................... 59
Kopiëren van stilbeelden vanaf een band naar een geheugenkaart ............. 60
Kopiëren van bewegende beelden vanaf een band naar een geheugenkaart
(Opnemen van een E-mail clip) ...................................................... 61
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING ................................. 62 – 73
Plaatsen van de batterij .............................................................. 62
Slow-motion weergave .............................................................. 64
Beeld-voor-beeld weergave ......................................................... 64
Weergave Zoom ...................................................................... 64
Weergave speciale effecten.......................................................... 65
Opname van ander geluidsspoor (“audio-dubben”) ............................... 66
Audio dubben met digitale geluidseffecten ...................................... 67
Invoeg-montage ...................................................................... 68
Willekeurige montage van meerdere scènes [R.A.Edit] ................ 69 – 72
Voor een uitermate nauwkeurige montage ........................................ 73
SYSTEEMAANSLUITINGEN ................................................... 74 – 75
Aansluiten op een Personal Computer .............................................. 74
Aansluiten op een Video-apparaat voorzien van een DV-aansluiting ............75
NE39
INHOUD
40 – 46
40 NE
Spannings­schakelaar
MENU'S GEBRUIKEN VOOR GEDETAILLEERDE INSTELLINGEN
SET/SELECT toets
MENU toets
+, – toets
Voor het opnamemenu
Deze camcorder is uitgerust met een makkelijk menusysteem op het scherm, wat de meer gedetailleerde instellingen van de camcorder eenvoudig toegankelijk maakt (Z blz. 41 – 43).
Zet de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de
1
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
Vergrendeltoets
Display
AM AEPRO GR AN E
C
W W.BAL
ACAMER LMANUA MSYSTE AYDI SPL
DSC END
T I ME CODE
CLOCK
ADJ .
OFFFADER/ IPE
RE NEON SC LCD / T V
Menuscherm
DIS –ONOFF
BEEP MELODY
TALLY DE O
MMODE CAM ERSET S
I–
N
O
UND
NRETUR
– –
UAOTIMETDATE /
–FFO
12 01
02
..
1730:
– – –
MIC
ZOOM
NO NO
ODEREC M SP
– – – –
MODESNAP
UPGAIN
NRETUR
Sub-menu
12 40
AGC
Druk op MENU. Het Menuscherm zal verschijnen.
2
Druk op + of om het pictogram van de gewenste
3
functie te kiezen, en druk vervolgens op SET/SELECT. Het gekozen functiemenu verschijnt nu.
Het hangt van de gekozen functie af welke
4
BTMODESOUND
I
x
LFUL
instellingen u kunt wijzigen.
Als u “ WIPE/FADER”, “ PROGRAM AE” of “ W. BALANCE” gekozen heeft . . .
.... zie blz. 41.
Als u “ CAMERA”, “ MANUAL”, “ SYSTEM”, “ DISPLAY” of “ DSC” gekozen heeft . . .
.... Ga door met stap 5.
Druk op + of – om de gewenste functie te kiezen, en
5
druk vervolgens op SET/SELECT. Het submenu verschijnt nu. Druk vervolgens op + of – om de gewenste instelling te kiezen, en druk op SET/SELECT. Het kiezen van de instelling is hiermee voltooid.
Druk op + of – om “ RETURN” te selecteren en druk
6
vervolgens tweemaal op SET/SELECT. Het Menuscherm zal zich sluiten.
•Het pictogram betekent “END” (einde).
TYQUAL I
IMAGE SIZE
EELREC CTS–
NRETUR
NRETUR
FINE–– VGA
FADER/ W I P E AM AEPROGR AN E
C
W. BA L
ACAMER LMANUA MSYSTE AYDI SPL
DSC END
Normale scherm
Uitleg Menuscherm
WIPE/FADER PROGRAM AE W.BALANCE
REC MODE SOUND
MODE
ZOOM
CAMERA
SNAP MODE
GAIN UP
DIS
5S
MANUAL
TELE MACRO
12 BIT
16 BIT
10X
40X
100X
OFF
AGC AUTO
OFF
ON
OFF 5S ANIM.
OFF
ON
NE41
Zie “Fade/Wipe effecten” (Z blz. 50, 51). Zie “Programma AE met speciale effecten” (Z blz. 48, 49). Zie “Instellen van de witbalans” en “Gebruik van de handmatige witbalans”
(Z blz. 55). Voor het instellen van de opnamefunctie (SP of LP) naar wens (Z blz. 15). Stelt u in staat video met stereogeluid op vier verschillende kanalen op te
nemen en wordt aanbevolen wanneer u gaat audio-dubben. (Vergelijkbaar met de 32 kHz functie van voorgaande modellen)
Voor opname van het stereo-geluid op twee gescheiden geluidssporen. (Vergelijkbaar met de 48 kHz functie van voorgaande modellen)
Door “10X” in te stellen bij gebruik van de digitale zoom, zal de zoomvergroting naar 10X worden gesteld en de digitale zoom worden uitgeschakeld.
Voor het gebruik van de digitale zoom. Door de beelden digitaal te verwerken en te vergroten, kunt u vanaf 10 keer (de maximale optische zoomvergroting) tot 40 keer digitaal zoomen.
het gebruik van de digitale zoom. Door de beelden digitaal te verwerken en te vergroten, kunt u vanaf 10 keer (de maximale optische zoomvergroting) tot 100 keer digitaal zoomen.
Zie “Basisbediening foto’s maken (momentopname)” (Z blz. 28) of “Momentopname (Voor video-opname)” (Z blz. 52).
Voor het opnemen van donkere scènes zonder de helderheid van het beeld te veranderen.
Het beeld is helder maar ietwat ruwer. De sluitertijd wordt automatisch ingesteld (1/25 — 1/200 sec.). Opname van
een onderwerp bij weinig licht met een sluitertijd van 1/25 levert een helderder beeld dan met de AGC functie ingesteld. De bewegingen van het onderwerp lopen echter niet soepel of natuurlijk. Het beeld kan wat korrelig overkomen. “ ” zal verschijnen terwijl de sluitertijd automatisch wordt geregeld.
Voor het stabiliseren van trillende beelden veroorzaakt door het bewegen van de camera, vooral bij een sterke vergroting.
OPMERKINGEN:
Een juiste stabilisatie is waarschijnlijk onmogelijk indien de camcorder te veel wordt bewogen of onder de volgende omstandigheden:
•Bij het opnemen van onderwerpen die verticale of horizontale strepen hebben.
•Bij het opnemen van donkere of vage onderwerpen.
•Bij het opnemen van onderwerpen die sterk van achteren zijn belicht.
•Bij het opnemen van scènes die in verschillende richtingen bewegen.
•Bij het opnemen van scènes waarvan de achtergrond een laag contrast heeft.
Schakel deze functie uit wanneer u de camcorder op een statief heeft geplaatst.
De “ ” indicator knippert of gaat uit als de beeldstabilisator niet kan worden
gebruikt.
Zie “5 seconden opnamen” (Z blz. 47).
Stelt u in staat slechts enkele beelden op te nemen. Door een onbeweeglijk onderwerp op te nemen en de positie daarvan te veranderen tussen de verschillen de opnames door, kunt het bij het afspelen doen lijken alsof het onderwerp beweegt (Z blz. 47).
Normaliter is de afstand tot een onderwerp waarbij de lens in focus is afhankelijk van de zoomvergroting. Tenzij het onderwerp op meer dan 1 meter afstand is, zal de scherpstelling niet juist zijn wanneer geheel is ingezoomd. Met “ON” gekozen kunt u een onderwerp zo groot als u wilt opnemen tot een afstand van ongeveer 60 centimeter.
•Afhankelijk van de zoompositie zal de lens mogelijk niet scherpstellen.
42 NE
MENU'S GEBRUIKEN VOOR GEDETAILLEERDE INSTELLINGEN
Uitleg Menuscherm (vervolg)
WIDE MODE
MANUAL
WIND CUT
BEEP
TALLY
DEMO MODE
SYSTEM
OFF
CINEMA
SQUEEZE
OFF
ON
OFF
BEEP
MELODY
OFF ON OFF ON
(vervolg)
De opnamen worden gemaakt zonder de beeldverhouding te wijzigen. Voor weergave op een TV met normale beeldverhoudingen.
Er worden zwarte balken onder en boven op het scherm toegevoegd. Tijdens weergave op een breedbeeld-tv, worden de zwarte balken onder en boven op het scherm verwijderd en krijgt het scherm de 16:9 verhouding. verschijnt. Zie de gebruiksaanwijzing van uw breedbeeld-tv voor gebruik van deze functie. Bij weergave/opname op een 4:3 TV/LCD-monitor/zoeker worden zwarte balken onder en boven op het scherm toegevoegd en wordt het beeld met een 16:9 brievenbus bioscoopverhouding getoond.
• De “CINEMA” functie functioneert alleen wanneer de VIDEO/MEMORY
schakelaar op “VIDEO” staat.
Voor weergave op TV's met een aspectverhouding van 16:9. Het beeld wordt vergroot om het scherm zonder vervorming te vullen. verschijnt. Zie de gebruiksaanwijzing van uw breedbeeld-tv voor gebruik van deze functie. Het beeld wordt in verticale richting vergroot bij weergave/opname op een 4:3 TV/ LCD-monitor/zoeker.
• De “SQUEEZE” functie functioneert alleen wanneer de VIDEO/MEMORY
schakelaar op “VIDEO” staat.
De functie voor het onderdrukken van de door de wind veroorzaakte ruis wordt uitgeschakeld.
Voor het onderdrukken van de door de wind veroorzaakte ruis. “ ” wordt getoond. De kwaliteit van het geluid verandert. Dit is normaal en duidt niet op een defect.
Zelfs al is het tijdens de opname niet te horen, het gesimuleerde geluid van de sluiter zal wel op de band worden opgenomen.
Het geluidssignaal zal klinken wanneer de stroom wordt in- of uitgeschakeld en aan het begin en het eind van een opname. Ook gebruikt om het sluiter­geluidseffect te activeren (Z blz. 28, 52).
In plaats van een piepsignaal zal er een melodietje gespeeld worden bij het uitvoeren van bepaalde handelingen. Het gesimuleerde sluitergeluid zal ook worden ingeschakeld (Z blz. 28, 52).
Het opname-indicatielampje blijft altijd opgelicht. Het opname-indicatielampje licht op bij het starten van een opname. De automatische demonstratie wordt niet uitgevoerd. Voor het demonstreren van diverse functies, bijvoorbeeld Programma AE met
speciale effecten, enz. en het controleren van de werking van deze functies. De demonstratie start wanneer “DEMO MODE” op “ON” is gesteld en het Menuscherm wordt gesloten. Door een willekeurige bediening uit te voeren kan de demonstartie tijdelijk onderbroken worden. Als u vervolgens langer dan een minuut niets doet, zal de demonstratie hervat worden.
OPMERKINGEN:
De demonstratie kan niet worden gestart indien er een cassette in de camcorder is geplaatst.
“DEMO MODE” zal aan (ON) blijven staan, ook al wordt de camcorder uit gezet.
Als “DEMO MODE” aan (ON) blijft staan, zullen sommige functies niet werken. Zet deze functie uit (OFF) nadat u de demonstratie gezien heeft.
NE43
CAM RESET
SOUND IN
SYSTEM
ON SCREEN
DATE/ TIME
DISPLAY
TIME CODE
CLOCK ADJ. QUALITY
IMAGE SIZE
DSC
REC SELECT
CANCEL EXECUTE MIC
D.SOUND
LCD
LCD/TV
OFF AUTO
ON OFF ON
/
Niet alle instellingen worden teruggezet op de fabrieksinstelling. Alle instellingen worden teruggezet op de fabrieksinstelling. Maakt het mogelijk om geluid van de stereomicrofoon van de camcorder in te
voeren tijdens het audio-dubben (Z blz. 66). “MIC” verschijnt op het audio­dubben scherm.
Maakt het mogelijk om geluidseffecten die op de meegeleverde geheugenkaart zijn opgeslagen in te voeren tijdens het audio-dubben (Z blz. 67). “D. SOUND” verschijnt op het audio-dubben scherm.
De aanduidingen van het display (behalve de datum, tijd en tijdcode tijdens weergave) van de camcorder verschijnen niet op het scherm van de aangesloten TV.
De aanduidingen van het display van de camcorder verschijnen op het scherm van de aangesloten TV.
De datum/tijd wordt niet getoond. Toont in de volgende gevallen ongeveer 5 seconden lang de datum/tijd:
• Wanneer de Spanningsschakelaar van “OFF” naar “ ” of “ ” wordt gezet.
• Wanneer de weergave van de video begint. De camcorder laat de datum/tijd
zien wanneer scènes worden opgenomen.
• Wanneer de datum bij de weergave van de video wordt veranderd.
De datum/tijd wordt altijd getoond. De tijdcode wordt niet getoond. De tijdcode wordt getoond op de camcorder en ook op de aangesloten TV.
Beeldnummers worden niet getoond bij de opname. Stelt u in staat de huidige datum en tijd in te stellen (Z blz. 13). Stelt u in staat de beeldkwaliteit (FINE of STANDARD) naar uw eigen voorkeur in
te stellen (Z blz. 17). Stelt u in staat de beeldgrootte (XGA en VGA) naar uw eigen voorkeur in te stellen
(Z blz. 17). Wanneer u een momentopname maakt terwijl de VIDEO/MEMORY schakelaar op
“VIDEO” staat, zullen de stilbeelden alleen op de band worden opgeslagen. Wanneer u een momentopname maakt terwijl de VIDEO/MEMORY schakelaar op
“VIDEO” staat, zullen stilbeelden niet alleen op de band, maar ook op de geheugenkaart worden opgeslagen.
: Fabrieksinstelling
OPMERKINGEN:
De “ CAMERA” instellingen gelden ook wanneer de spanningsschakelaar op “ ” en“ ” staat.
De “ MANUAL” instellingen zijn alleen van kracht wanneer de Spanningsschakelaar op “ ” staat.
De “ SYSTEM” en “ DISPLAY ” functies die zijn ingesteld met de Spanningsschakelaar op “ ” zijn tevens van kracht wanneer de Spanningsschakelaar op “ ” staat (Z blz. 44). “CLOCK ADJ.” verschijnt alleen wanneer de Spanningsschakelaar op “ ” staat.
De “ DISPLAY” instellingen zijn tevens van kracht wanneer de Spanningsschakelaar op “ ” staat.
De “ON SCREEN” instelling kan ook worden veranderd door op de DISPLAY toets op de afstandsbediening (meegeleverd) te drukken (Z blz. 25, 58, 70).
44 NE
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
V I DEO SOUND MODE
END
MENU'S GEBRUIKEN VOOR GEDETAILLEERDE INSTELLINGEN
Voor het weergavemenu
De volgende handelingen zijn van toepassing op het maken van alle instellingen uitgezonderd voor
(Z blz. 73).
Synchro Comp
SET/SELECT toets
MENU toets
+, – toets
(vervolg)
Zet de Spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets ingedrukt houdt. Trek de zoeker
1
helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open. Druk op MENU. Het Menuscherm zal verschijnen.
2
Druk op + of – om het pictogram van de gewenste functie te kiezen, en druk vervolgens op SET/SELECT. Het
3
gekozen functiemenu verschijnt nu. Druk op + of – om de gewenste functie te kiezen, en
druk vervolgens op SET/SELECT. Het submenu verschijnt
4
nu.
Display
MSYSTE
AYDISPL YMEMOR
12
BIT
SYNC ROH
REC
MODE
COPY
MODE
Druk op + of – om de gewenste instelling te kiezen, en druk vervolgens op SET/SELECT. Het kiezen van de
5
instelling is hiermee voltooid. Druk op + of – om “ RETURN” te kiezen en druk
vervolgens tweemaal op SET/SELECT om het
6
menuscherm af te sluiten.
VIDEO
END
MSYSTE
AYDISPL
YMEMOR
BEEP MELODY
DEMO M ODE NO CAM ERSET SOU
RE NEON SC LCD/ TV
T I ME CODE
NRETUR
DELE ET DPOF
ATFORM
TCPROTE
ND IN
– – –FFO
STEREO
Uitleg Menuscherm
MDOESOUND
BIT
– – –
–CIM
MDOE ROSY NCH ODEREC M COPY
NRETUR
NOTALLY
– – – –
SOUND
O.O
SP
OFF
1
OPMERKINGEN:
SOUND MODE 12BIT MODE SYNCHRO REC MODE
Z blz. 46. Z blz. 46. Z blz. 73.
Stelt u in staat de gewenste video­opnamefunctie in te stellen (SP of LP) (Z blz. 15). Het verdient aanbeveling “REC MODE” in het “ VIDEO” Menu te gebruiken wanneer u deze camcorder gebruikt als recorder bij kopiëren (alleen
VIDEO
COPY
GR-DVP3, Z blz. 59). ON: Maakt het mogelijk beelden
van een band naar een geheugenkaart te kopiëren (Z blz. 60). OFF: Maakt het mogelijk momentopnamen te maken tijdens het afspelen van videobeelden.
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
Het is ook mogelijk de in-beeld display instellingen te wijzigen door op DISPLAY op de afstandsbediening (meegeleverd) te drukken. De “REC MODE” opnamefunctie kan worden ingesteld wanneer de spanningsschakelaar op “ ” of “ ” staat (Z blz. 15, 41).
12
NRETUR
UAOTIMETDA T E /
Uitleg Menuscherm (vervolg)
Display
ON SCREEN (In-beeld) instelling:
12
B I T / SOUND
1
SP
4
6
NE45
SYSTEM
Elke instelling is verbonden met het “ DISPLAY” of “ SYSTEM” dat verschijnt wanneer de Spanningsschakelaar op “ ” wordt gezet (Z blz. 42, 43). De instelmogelijkheden zijn dezelfde zoals staan vermeld op blz. 42, 43.
DISPLAY
Z blz. 30 – 38
MEMORY
Voor geluidsweergave, bandsnel en bandtransport tijdens video-weergave.
IMAGE
1
/
50
DATE/TIME instelling:
TIME CODE (tijdcode) instelling: Voor de tijdcode
100-0001
20 .
1127.:031
6
Voor het bestandstype, de directory, bestandsnaam, het indexnummer en het totale aantal tijdens D.S.C. weergave.
Voor de datum tijdens D.S.C. weergave.
Voor de datum/tijd aanduiding tijdens video-weergave.
0
Minuten Seconden Beelden*
12:34:24
* 25 beelden = 1 seconde
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
46 NE
MENU'S GEBRUIKEN VOOR GEDETAILLEERDE INSTELLINGEN
(vervolg)
WEERGAVEGELUID
Tijdens weergave van de video bepaalt de camcorder automatisch met welke geluidsfunctie de opname was gemaakt. Kies indien gewenst echter het geluid dat u voor de weergave wilt gebruiken. Kies “SOUND MODE” of “12BIT MODE” van het Menuscherm volgens de uitleg op blz. 44 en wijzig de gewenste instellingen.
STEREO
SOUND MODE
12BIT MODE
: Fabrieksinstelling
OPMERKINGEN:
De “SOUND MODE” (geluidsfunctie) instelling is beschikbaar voor zowel 12-bits als 16-bits geluidssignalen. (In de beschrijving van voorgaande modellen wordt “12-bits” “32 kHz” en “16- bits” “48 kHz” genoemd.)
De camcorder kan niet bepalen met welke geluidsfunctie de opname is gemaakt wanneer er snel vooruit of terug gespoeld wordt. Tijdens weergave wordt de geluidsfunctie in de linkerbovenhoek getoond.
SOUND L SOUND R MIX
SOUND 1
SOUND 2
Zowel het “L” als het “R” kanaal wordt in stereo weergegeven. Het geluidssignaal van het “L” kanaal wordt in stereo weergegeven. Het geluidssignaal van het “R” kanaal wordt in stereo weergegeven. Het originele en het gedubde geluid worden gecombineerd en
zowel via het “L” als het “R” kanaal in stereo weergegeven. Het originele geluid wordt zowel via het “L” als het “R” kanaal in
stereo weergegeven. Het gedubde geluid wordt zowel via het “L” als het “R” kanaal in
stereo weergegeven.
VOOR OPNAME
VIDEO/MEMORY schakelaar
Opname start-/ stoptoets
Vergrendeltoets
Spannings­schakelaar
NE47
5 seconden opname
Neem een vakantie of een belangrijke gebeurtenis in clips van 5 seconden op om de actie erin te houden. Deze functie is alleen beschikbaar voor video-opnamen.
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO” en
1
zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
Druk op MENU. Het Menuscherm verschijnt.
2
Druk op + of om “ MANUAL” te selecteren en
3
druk vervolgens op SET/SELECT. Het MANUAL Menu zal verschijnen.
MENU toets
SET/SELECT toets
Display
5
S–
OFF
5
S
ANIM.
+, – toets
SNAPSHOT toets
MANUAL Menu
Druk op + of om “5S” te selecteren en druk
4
vervolgens op SET/SELECT. Het sub-menu verschijnt.
Druk op + of – om “5S” te kiezen, en druk vervolgens
5
op SET/SELECT. Het kiezen van de instelling is hiermee voltooid. Druk op + of – om “ RETURN” te kiezen en druk vervolgens tweemaal op SET/SELECT om het menuscherm af te sluiten.
•Het “5S” verschijnt.
Druk op de Opname start-/stoptoets. Het opname-
6
indicatielampje gaat branden en er zal een piepsignaal klinken om aan te geven dat de opname begint. Na 5␣ seconden gaat de camcorder weer in de Opnamestandbyfunctie.
•Zelfs als u nog een keer, binnen 5 seconden nadat de opname is begonnen, op stoptoets
drukt, zal de opnamestandbyfunctie niet
ingeschakeld worden.
Kies “OFF” bij stap 5 om de 5S opnamefunctie te
7
annuleren.
Om een momentopname in de 5 Seconden Opname­Functie te maken . . .
.... kies de gewenste momentopname-functie van het
Menuscherm, in plaats van bij stap 6 op start-/stoptoets drukt. De camcorder neemt dan een stilbeeld op van 5 seconden (Z blz. 52). Wanneer “5S” is ingesteld op “ANIM.” (Z blz. 41), is deze mogelijkheid niet beschikbaar.
OPMERKING:
Wanneer “5S” op “ANIM.” staat in het Menuscherm, is de hele 5 Seconden Opname Functie niet beschikbaar. In plaats daarvan wordt er een animatie-opname gemaakt van slechts enkele beelden (Z blz. 41).
in te drukken, waarna u op SNAPSHOT
de Opname start-/
de Opname
48 NE
BELANGRIJK:
Sommige functies van de Programma AE met speciale effecten kunnen niet worden gebruikt met bepaalde fade/wipe-effecten (Z blz. 50,
51). Als u een onbruikbare functie selecteert, zal de indicator knipperen of uit gaan.
MENU toets
SET/SELECT toets
+, – toets
VOOR OPNAME
(vervolg)
Programma AE met speciale effecten
Vervolgens de Spanningsschakelaar op “ ” terwijl u
1
de vergrendeltoets ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
Druk op MENU. Het Menuscherm zal verschijnen.
2
Druk op + of om “ PROGRAM AE” te selecteren
3
en druk vervolgens op SET/SELECT. Het PROGRAM AE Menu verschijnt.
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
Display
W
SNO
W
ILI
SEPI A
VI ECD
EO
OFF
Druk op + of om de gewenste functie te kiezen (Z
4
hieronder en blz. 49), en druk vervolgens op SET/ SELECT. Het kiezen van de instelling is hiermee
voltooid. Druk nogmaals op SET/SELECT. Het Menuscherm sluit.
•Het symbool van de gekozen functie verschijnt.
Om de gekozen functie uit te schakelen . . .
.... kies “OFF” (uit) bij stap 4.
OPMERKING:
U kunt het programma AE met speciale effecten zowel tijdens opname als opnamestandby veranderen.
NIGHT SCOPE (Night-Scope)
1/120
ERSHUTT SSPORT
GIHTSPOTL
GHTT ONEMONOT
IC FILHOMCLASS
ESTROB
PROGRAM AE Menu
Met Night-Scope worden donkere onderwerpen of onderdelen zelfs helderder dan wanneer ze door goed natuurlijk licht worden belicht. Alhoewel het opgenomen beeld niet grofkorrelig is, kan het vanwege de lange sluitertijd lijken alsof er een stroboscoop-effect wordt toegepast. De sluitertijd wordt automatisch ingesteld om een maximaal 30 keer hogere gevoeligheid te verkrijgen. “A” verschijnt naat “ ” wanneer de sluitertijd automatisch wordt geregeld.
SLOW (Langzame sluiter)
Voor een heldere opname van donkere onderwerpen of zelfs helderder dan bij natuurlijke verlichting. Gebruik “SLOW” alleen wanneer het donker is.
SLOW 4X
Door een langzame sluitertijd wordt de lichtgevoeligheid verhoogd zodat u ook als het donkerder wordt kunt blijven opnemen.
SLOW 10X
Een nog langzamere sluitertijd verhoogt de lichtgevoeligheid nog meer, zodat u als het nog donkerder wordt nog steeds kunt blijven opnemen.
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
NE49
SHUTTER (Variabele sluitersnelheid) 1/50–De sluitertijd is op 1/50ste seconde gesteld.
De zwarte balk die normaliter verschijnt bij opname van een TV-scherm wordt nu smaller. 1/120–De sluitertijd is op 1/120ste seconde gesteld. Het flikkeren bij opname met neonverlichting of een kwiklamp wordt verminderd.
SPORTS (Variabele sluitersnelheid: 1/250 – 1/4000)
Deze tijden kunt u gebruiken voor het beeld-voor-beeld
opnemen van snel bewegende onderwerpen zodat de normale weergave later levendig en slow­motion beelden stabiel zijn. Des te sneller de sluitertijd, des te donkerder het beeld. Gebruik daarom uitsluitend bij een goede verlichting.
SNOW
In deze stand wordt er gecompenseerd voor onderwerpen die anders te donker worden wanneer u opnamen maakt in zeer heldere omgevingen zoals in de sneeuw.
SPOTLIGHT
In deze stand wordt er gecompenseerd voor onderwerpen die anders te licht worden wanneer u opnamen maakt met zeer sterke directe verlichting, zoals spotlampen.
TWILIGHT
(Schemerlicht)
Voor een natuurgetrouwe opname van avondscènes. De
witbalans (Z blz. 55) wordt automatisch op gesteld. Met schemerlicht gekozen zal de scherpstelling automatisch op ongeveer 10 meter tot oneindig worden gesteld. U moet handmatig scherpstellen op onderwerpen die binnen 10 meter van de lens liggen. De flitser zal in deze gebruiksfunctie niet afgaan.
OPMERKINGEN:
Voor NIGHT SCOPE (Night-Scope):
Wanneer Night-Scope in werking is, kunnen de volgende functie of instellingen niet worden gebruikt en zullen de bijbehorende indicators knipperen of uit gaan:
Sommige functies van “Beeld Wipe/Dissolve”
(Z␣ blz.␣ 50,␣ 51).
“GAIN UP” van CAMERA Menu (Z blz. 41).
“DIS” van MANUAL Menu (Z blz. 41).
Videoflitser met de los verkrijgbare VL-F3U.
Videolamp met de los verkrijgbare VL-V3U.
Bij gebruik van de Night-Scope functie kan het lastig blijken de camcorder scherp te stellen. U kunt dit verhelpen door met de hand scherp te stellen of een statief te gebruiken.
SEPIA (Sepia)
Uw opname krijgen een bruinachtige gloed, netzoals bij oude foto’s. Gebruik dit effect in combinatie met de bioscoopfunctie voor een nostalgische opname.
MONOTONE (Zwart/wit)
Uw opname is zwart/wit net zoals oude films. Gebruik tezamen met de bioscoopfunctie voor een sterker effect van een nostalgische “klassieke film”.
CLASSIC FILM
(Klassieke film)
De opgenomen scènes krijgen een licht stroboscoopeffect.
STROBE
(Stroboscoop)
Uw opnamen zien er uit als een aantal opeenvolgende stilbeelden.
VIDEO ECHO
(Videoecho)
Het beeld krijgt een “schaduw” voor fantasievolle opnamen. Er kan niet meer dan 10X worden ingezoomd.
Voor SLOW (Langzame sluiter):
Met “SLOW” krijgen de beelden een stroboscoopachtig effect.
Wanneer u “SLOW” gebruikt, kan het moeilijk zijn om de camcorder scherp te stellen. U kunt dit verhelpen door met de hand scherp te stellen of een statief te gebruiken.
Voor SPOTLIGHT:
“SPOTLIGHT” heeft hetzelfde effect als –3 bij de belichtingsregeling (Z blz. 54).
50 NE
Fade/wipe-effecten
Met deze effecten krijgt u een professionele overgang tussen scènes. Gebruik de effecten bijvoorbeeld voor een dramatischere overgang naar de volgende scène of het versoepelen van de overgangen tussen scènes.
BELANGRIJK:
Sommige overgangseffecten kunnen niet worden gebruikt met bepaalde functies van de Programmabelichting met speciale effecten (Z blz. 48, 49). Als u een onbruikbaar Fade/ Wipe-effect selecteert, zal de indicator knipperen of uit gaan.
VIDEO/MEMORY schakelaar
Opname start-/ stoptoets
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
MENU toets
SET/SELECT toets
OPMERKINGEN:
U kunt de tijdsduur voor een fade of wipe verlengen door de opname start-/stoptoets ingedrukt te houden.
Indien de spanning wordt uitgeschakeld na opname van een scène, zal het eindpunt uit het geheugen worden gewist, waardoor de combinatie voor beeld wipe en oplossen niet meer gebruikt kan worden. Wanneer dit gebeurt, zal de indicator voor beeld wipe/oplossen knipperen. Let er ook op dat de spanning tevens automatisch wordt uitgeschakeld als het toestel langer dan 5 minuten in de opnamestandby­functie heeft gestaan.
Het geluid van het eind van de laatst opgenomen scène wordt niet vastgelegd.
+, – toets
VOOR OPNAME
(vervolg)
FADE/WIPE-KEUZE ( , , , , ,
, , , en )
Fade of Wipe werkt wanneer u begint met video-opnemen of wanneer u stopt met opnemen.
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO” en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ”
1
terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt.
2
Druk op + of – om “ WIPE/FADER” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT.
3
Druk op + of – om de gewenste functie te kiezen, en druk vervolgens op SET/SELECT. Hiermee is deze
4
instelling afgesloten. Druk nogmaals op SET/SELECT.
•Het WIPE/FADER Menu verdwijnt en het effect is gekozen. De indicator van het gekozen effect verschijnt.
Druk op de opname start-/stoptoets om de fade-in/out of wipe-in/out uit te voeren.
5
Om de gekozen functie uit te schakelen . . .
.... kies “OFF” (uit) bij stap 4.
KIEZEN VAN BEELD WIPE OF OPLOSSEN ( , , , , , en )
Beeld wipe en oplossen begint bij het starten van de video-opname.
Voer de hierboven beschreven stappen 1 t/m 4 uit.
1
Activeer de opnamestandbyfunctie.
Met beeld wipe/oplossen tijdens de opnamefunktie
2
gekozen . . .
.... druk op de opname start-/stoptoets wanneer de
eerste scène eindigt. Het eindpunt van de scène wordt in het geheugen vastgelegd.
Met beeld wipe/oplossen tijdens de opnamestandbyfunktie gekozen . . .
.... druk op de opname start-/stoptoets om de
opname te starten en druk nogmaals op deze toets wanneer de eerste scène eindigt. Het eindpunt van de scène wordt in het geheugen vastgelegd.
Met beeld wipe/oplossen tijdens de opnamestandbyfunktie gekozen maar na het uitvoeren van een beeld wipe/oplossen . . .
.... het punt waar de scène eindigt is reeds in het
geheugen vastgelegd.
Wanneer u binnen 5 minuten na het eind van de voorgaande opname een opname van een nieuwe
3
scène start (zonder de spanning van de camcorder eerst te hebben uitgeschakeld) zal de voorgaande scène met een wipe-out worden uitgeregeld en de nieuwe scène worden getoond.
Menu van fade/wipe-effecten
Menu Effect
FADER — WHITE
(WHITE FADER)
FADER — BLACK
(ZWARTE FADER)
FADER — B.W
(ZWARTE & WHITEFADER)
MOSAIC
(MOZAÏEK FADER)
WIPE — CORNER
(HOEK WIPE)
WIPE — WINDOW
(VENSTER WIPE)
WIPE — SLIDE
(SCHUIF WIPE)
WIPE — DOOR
(DEUR WIPE)
WIPE — SCROLL
(ROLLENDE WIPE)
WIPE — SHUTTER
(SLUITER WIPE)
DISSOL VE
(OPLOSSEN)
WIPE — CORNER
(HOEK WIPE)
WIPE — WINDOW
(VENSTER WIPE)
WIPE — SLIDE
(SCHUIF WIPE)
WIPE — DOOR
(DEUR WIPE)
WIPE — SCROLL
(ROLLENDE WIPE)
WIPE — SHUTTER
(SLUITER WIPE)
NE51
Een fade-in of fade-out vanuit of naar een wit scherm.
Een fade-in of fade-out vanuit of naar een zwart scherm.
Een fade-in vanuit een zwart/wit scherm naar een gekleurd scherm of een fade-out vanuit een gekleurd scherm naar een zwart/wit scherm.
Fade in of uit met een mozaïek-effect over het gehele scherm.
Een wipe-in op een zwart scherm vanaf de rechterbovenhoek naar de linkeronderhoek, of een wipe-out vanaf de linkeronderhoek naar de rechterbovenhoek tot een zwart scherm.
De scène start in het midden van een zwart scherm en verloopt geleidelijk naar de hoeken of komt vanuit de hoeken op en verloopt geleidelijk naar het midden.
Een wipe-in vanaf rechts naar links of een wipe-out vanaf links naar rechts.
Een wipe-in als twee helften van een zwart scherm die naar links en rechts als een deur openen, of een wipe-out vanaf de linker- en rechterkant waardoor de scène wordt bedekt en een zwart scherm wordt getoond.
De scène komt vanaf de onderkant op en verloopt naar de bovenkant van een zwart scherm, of verloopt vanaf de bovenkant naar de onderkant naar een zwart scherm.
Een wipe-in vanuit het midden van een zwart scherm naar de boven­en onderkant, of een wipe-out van de onder- en bovenkant naar het midden, met een zwart scherm als resultaat.
De tweede scène komt geleidelijk op terwijl de eerste scène geleidelijk verdwijnt.
De tweede scène komt vanaf de rechterbovenhoek naar de linkeronderhoek over de eerste scène op.
De tweede scène komt geleidelijk vanuit het midden van het scherm naar de hoeken op en bedekt de eerste scène.
De tweede scène komt geleidelijk vanaf rechts naar links over de eerste scène op.
De eerste scène verloopt vanaf het midden naar de rechter- en linkerkant van het scherm als een deur die wordt open gedrukt waarachter de volgende scène ligt.
De tweede scène komt vanaf de onderkant van het scherm naar de bovenkant op en bedekt de eerste scène.
De nieuwe scène komt vanaf het midden van het scherm naar de boven- en onderkant op en bedekt de eerste scène.
52 NE
MENU toets
SET/SELECT toets
SNAPSHOT toets
Display
SNAP MODE –
OPMERKINGEN:
Raadpleeg “BEEP” (Z blz. 40, 42) om het sluiter-geluid uit te schakelen.
Zelfs als “MULTI-4” of “MULTI-9” ingeschakeld is, zal een momentopname worden uitgevoerd met gebruikmaking van het volle beeld (FULL) als er digitaal gezoomd wordt of als Night-Scope ( werking is.
Als een momentopname niet mogelijk is, zal de aanduiding “ wanneer er op SNAPSHOT wordt gedrukt.
Zelfs als de Programmabelichting met speciale effecten ( bepaalde functies van de Programmabelichting met speciale effecten niet werken wanneer u een momentopname wilt gaan maken. De icoon zal gaan knipperen in zo’n geval.
Als u op SNAPSHOT drukt wanneer “DIS” aan (ON) staat ( worden uitgeschakeld.
Ook bij het afspelen van de band zijn alle momentopname-functies beschikbaar wanneer “ menuscherm ( geluid van de sluiter zal echter niet geproduceerd worden.
Wanneer er een kabel is aangesloten op de AV aansluiting, zal het sluitergeluid niet worden geproduceerd via de luidspreker, maar wel op de band worden opgenomen.
Z
+, – toets
P I N–UP
FRAME FULL MUL T I – MUL T I –
blz. 48) ingeschakeld is, zullen
Z
blz. 41), zal de beeldstabilisator
COPY” uit (OFF) gezet is via het
Z
blz. 44). Het gesimuleerde
VIDEO/MEMORY schakelaar
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
CAMERA Menu
4 9
Z
blz. 48) in
” gaan knipperen
VOOR OPNAME
(vervolg)
Momentopname (Voor video-opnamen)
Deze functie stelt u in staat stilbeelden, vergelijkbaar met foto's, op een band op te nemen.
MOMENTOPNAME FUNCTIE SELECTIE
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO” en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de
1
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
Druk op MENU. Het Menuscherm verschijnt.
2
Druk op + of – om “ CAMERA” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het CAMERA Menu zal nu
3
verschijnen.
Druk op + of – om “SNAP MODE” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT.
4
Druk op + of – om de gewenste momentopnamefunctie te kiezen, en druk vervolgens op SET/SELECT.
5
Druk op + of – om “ RETURN” te selecteren en druk vervolgens tweemaal op SET/SELECT. Het Menuscherm zal zich sluiten.
•De beschikbare momentopnamefuncties zijn hetzelfde als vermeld op blz. 29.
MOMENTOPNAME OPNEMEN
Druk op SNAPSHOT. zal verschijnen terwijl de momentopname wordt gemaakt.
1
Als u op SNAPSHOT drukt terwijl de camcorder in de Opnamestandby-stand staat . . .
..... zal de aanduiding “PHOTO” in beeld verschijnen
en zal er gedurende ongeveer 6 seconden een stilbeeld worden vastgelegd, waarna de camcorder weer in de Opnamestandby-stand zal terugkeren.
Als u op SNAPSHOT drukt terwijl de camcorder aan het opnemen is . . .
..... zal de aanduiding “PHOTO” in beeld verschijnen
en zal er gedurende ongeveer 6 seconden een stilbeeld worden vastgelegd, waarna de camcorder weer in de Opname-stand zal terugkeren.
•Ongeacht de stand van de Spanningsschakelaar (“ ” of “ ”), zullen momentopnamen gemaakt worden met de geselecteerde momentopnamefunctie.
Motordrive-functie
Als u SNAPSHOT ingedrukt houdt, krijgt u ongeveer hetzelfde effect als bij een serie foto’s die met een motor-drive werd gemaakt. (Er zit ongeveer 1 seconde tussen de stilbeelden.)
De Motordrive-functie wordt uitgeschakeld wanneer “REC SELECT” via het Menuscherm op “ / ” is gezet (Z␣ blz.␣ 43).
Gedeelte voor scherpstelling
Wanneer u scherpstelt op een verder weg gelegen onderwerp.
Indicator voor het handmatig scherpstellen
NE53
Wanneer u scherpstelt op een dichterbij gelegen onderwerp.
FUNCTIE:
Automatische Scherpstelling
DOEL:
Het autofocus-systeem van de camcorder kan normaliter doorlopend scherpstellen op onderwerpen die dichtbij liggen (tot 5 cm afstand) tot oneindig. Onder de volgende omstandigheden wordt echter niet juist scherpgesteld (en moet u handmatig scherpstellen):
•Wanneer twee onderwerpen elkaar overlappen in dezelfde scène.
•Wanneer de scène onderbelicht is.*
•Wanneer het onderwerp geen contrast heeft (geen verschil tussen donker en licht), bijvoorbeeld een vlakke, één-kleurige muur of heldere, blauwe lucht.*
•Wanneer een donker onderwerp nauwelijks in de zoeker zichtbaar is.*
•Wanneer de scène kleine patronen of identieke patronen bevat die regelmatig worden herhaald.
•Indien de scène door de zon of via reflecterend licht van water of een ander onderwerp wordt belicht.
•Bij opname van een onderwerp met een achtergrond die een sterk contrast heeft.
* Wanneer de volgende waarschuwingen voor laag contrast knipperen: , , en .
OPMERKINGEN:
Indien de lens vuil of wazig is, zal niet juist kunnen worden scherpgesteld. Houd de lens daarom schoon of reinig met een zachte doek indien nodig. Wanneer er condens op de lens is gevormd, moet u de condens met een zachte doek wegvegen of even wachten totdat het is verdampt.
Bij het opnemen van een onderwerp dat dicht bij de lens is, moet u eerst uitzoomen (Z blz. 21). Indien u met de automatisch scherpstellingsfunctie inzoomt, kan de camcorder namelijk automatisch, afhankelijk van de afstand tussen het onderwerp en de camcorder, gaan uitzoomen. Indien “TELE MACRO” (Z blz. 41) is geactiveerd, zal de camcorder niet automatisch uitzoomen.
FUNCTIE:
Handmatige Scherpstelling
DOEL:
Correct scherpstellen.
BEDIENING:
1) Als u de zoeker gebruikt, moet u deze al op de juiste manier hebben ingesteld (Z blz. 12).
2) Zet de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt, en
druk vervolgens op FOCUS/BLANK (Z blz. 86 en 87, $ FOCUS/BLANK toets). De indicator voor het handmatig scherpstellen verschijnt.
3) Om op een verder weg liggend onderwerp scherp te stellen, drukt u op +. “ ” verschijnt en knippert.
Om op een dichterbij liggend onderwerp scherp te stellen, drukt u op –. “ ” verschijnt en knippert.
4) Druk op SET/SELECT. Er is nu op het onderwerp scherpgesteld.
Om terug te schakelen naar de automatische scherpstelling, dient u FOCUS/BLANK twee keer in te drukken of de Spanningsschakelaar op “ ” te zetten. Als u slechts een keer op FOCUS/BLANK drukt, zal de camcorder weer de handmatige scherpstelling inschakelen.
OPMERKINGEN:
Stel bij gebruik van de handmatige functie scherp met de lens geheel naar T (telelens) gesteld. Indien u scherpstelt met de schakelaar op W (groothoek) zal het beeld niet scherp zijn wanneer u daarna inzoomt omdat de scherptediepte bij langere brandpuntafstanden namelijk vermindert.
“ ” of “ ” knippert wanneer de scherpstelling niet verder of dichterbij kan worden gesteld.
54 NE
3
Belichtingsregeling
Stel de belichting handmatig in onder de volgende omstandigheden:
Wanneer het onderwerp tegenbelicht wordt of wanneer de achtergrond te helder is.
Wanneer u een onderwerp bij een reflecterende achtergrond opneemt, bijvoorbeeld bij opnamen op het strand of in de sneeuw.
Wanneer de achtergrond te donker is of het onderwerp te licht.
Vervolgens de Spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets ingedrukt houdt.
1
Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
Druk op EXPOSURE. De belichtingsindicator zullen verschijnen.
2
Druk op + om het beeld lichter te maken, of op om het beeld donkerder te maken. (maximum
3
±6)
Druk op SET/SELECT. De belichting is nu ingesteld.
4
Weer instellen van de automatische belichting . . .
..... dient u EXPOSURE twee keer in te drukken of de
spanningsschakelaar op “ ” te zetten. (Als u een enkele keer op EXPOSURE drukt, zal de camcorder weer in de functie voor belichtingsregeling gaan.)
Om het onderwerp snel lichter te maken . . .
..... kunt u op BACKLIGHT drukken. De aanduiding
wordt getoond en het onderwerp zal lichter worden gemaakt. Als u nog een keer op dezelfde toets drukt, zal de aanduiding verdwijnen en zal het onderwerp weer net zo belicht worden als voorheen.
• Een belichtingscorrectie van +3 heeft hetzelfde effect als
de BACKLIGHT toets. Bij gebruik van BACKLIGHT (tegenlichtcompensatie) is het
• mogelijk dat het licht rond het onderwerp te helder wordt en dat het onderwerp verbleekt.
• Tegenlichtcompensatie is ook mogelijk wanneer de spanningsschakelaar op
OPMERKING:
Compensatie voor tegenlicht of spotverlichting
Z
blz. 49) en de functie voor opnamen in de sneeuw
( (“SNOW”, Z blz. 49), hebben geen effect wanneer de handmatige belichtingsregeling is ingeschakeld.
SET/SELECT toets
“ ”
+, – toets
staat.
BACKLIGHT toets
VOOR OPNAME
(vervolg)
Diafragmavergrendeling
Gebruik deze functie in de volgende situaties:
Wanneer u een bewegend onderwerp opneemt.
Wanneer de afstand tot het onderwerp verandert (zodat de grootte van het onderwerp in de zoeker of op de LCD-monitor verandert), bijvoorbeeld wanneer het onderwerp zich van u vandaan beweegt.
Wanneer u een onderwerp bij een reflecterende achtergrond opneemt, bijvoorbeeld bij opnamen op het strand of in de sneeuw.
Wanneer u onderwerpen opneemt die door een spot worden belicht.
Bij het zoomen.
Vergrendel het diafragma wanneer het onderwerp zeer dichtbij is. Het beeld zal niet donkerder worden wanneer het onderwerp verder van de lens verplaatst.
Voer de stappe 1 en 2 van “Belichtingsregeling” uit voor u aan de volgende stappen begint.
Stel de zoom in zodat het onderwerp de gehele LCD-monitor of zoeker vult. Houd daarna SET/
3
SELECT langer dan 2 seconden ingedrukt. De
belichtingsindicator en “ ” zullen verschijnen. Druk op SET/SELECT. De aanduiding “ ” zal veranderen in “ ” en het diafragma zal worden geblokkeerd.
Diafragmavergrendelindicator
Weer instellen van het automatische diafragma . . .
..... dient u EXPOSURE twee keer in te drukken zodat
de belichtingsindicator en “ ” verdwijnen. Of u kunt de spanningsschakelaar op “ ” zetten.
Vergrendelen van de belichting en het diafragma . . .
..... stel na stap 2 van “Belichtingsregeling” de
belichting in door op + of – te drukken. Vergrendel vervolgens het diafragma in stap 3 van “Diafragmavergrendeling”. Voor een automatische vergrendeling moet u en vervolgens in stap 2 twee keer op de EXPOSURE drukken. Het diafragma wordt na ongeveer 2 seconden automatisch ingesteld.
Diafragma
Net als de pupillen van uw ogen, zal de diafragma­opening kleiner worden als er veel licht is, zodat er niet teveel licht binnen kan vallen, en zal de diafragma­opening groter worden als het donkerder is om meer licht binnen te laten.
EXPOSURE toets
Spanningsschakelaar
Instellen van de witbalans
Een juiste witbalans zorgt voor een juiste reproductie van de kleuren onder verschillende lichtomstandigheden. Een juiste witbalans maakt een correctie zodat alle kleuren natuurgetrouw worden getoond. De witbalans wordt normaliter automatisch ingesteld. Meer ervaren camcordergebruikers willen de witbalans echter mogelijk handmatig instellen voor professionelere kleuren en tinten.
Vervolgens de Spanningsschakelaar op “ ”
1
terwijl u de vergrendeltoets ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
Druk op MENU. Het Menuscherm verschijnt.
2
Druk op + of om “ W.BALANCE” te
3
selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het W.BALANCE menu zal verschijnen.
Druk op + of – om de gewenste functie te
4
kiezen. “AUTO – De witbalans wordt
MWB” – Voor het opnemen van een
FINE” – Buitenshuis op een zonnige
CLOUD” – Buitenshuis op een bewolkte
“ HALOGEN
Druk op SET/SELECT. Hiermee is de instelling
5
voltooid. Druk nogmaals op SET/SELECT. Het Menuscherm sluit zich en de geselecteerde functie-indicator, behalve “AUTO”, zal verschijnen.
Weer instellen van de automatische witbalans . . .
.... Kies in stap 4 “AUTO”. U kunt ook de
Spanningsschakelaar naar “ ” drukken.
OPMERKING:
De witbalans kan niet worden ingesteld bij gebruik van het sepia of zwart/wit effect (Z blz. 49).
automatisch ingesteld (fabrieksinstelling).
onderwerp waarvoor de witbalans reeds is ingesteld.
dag.
dag.
” – Bij gebruik van een videolamp
of een dergelijke verlichting.
NE55
Gebruik van de handmatige witbalans
Stel de witbalans handmatig in bij opnamen onder verschillende lichtbronnen.
Voer stappen 1 t/m 4 van het instellen van de
1
witbalans uit, en kies “ MWB”.
Houd een vel wit papier voor het onderwerp.
2
Zoom of verplaats zodat het witte papier het scherm geheel vult.
Druk op SET/SELECT totdat begint met snel
3
te knipperen. Wanneer de instelling is voltooid, zal weer normaal gaan knipperen.
Druk tweemaal op SET/SELECT. Het
4
Menuscherm sluit zich en de indicator voor de handmatige witbalans zal verschijnen.
Wit papier
SET/SELECT toets
Spanningsschakelaar
OPMERKINGEN:
In stap 2 is het scherpstellen op een stuk wit papier mogelijk moeilijk. U moet in dat geval handmatig scherpstellen (Z blz. 53).
Een onderwerp kan onder diverse lichtomstandigheden binnen worden opgenomen (natuurlijk licht, neonlampen, kaarslicht, enz.). Daar de kleurtemperatuur verschillend is afhankelijk van de lichtbron, zal de tint verschillen afhankelijk van de witbalansinstelling. Gebruik deze functie voor een natuurgetrouw resultaat.
De instelling voor de handmatige witbalans blijft in het geheugen bewaard wanneer u de spanning uitschakelt of de accu ontkoppelt.
MENU toets
+, – toets
56 NE
MENU toets
INDEX toets
SET/SELECT toets
D.SOUND toets
Display
EXIT
EXPLOSION
SOUND
FS
1 2
5
FF
4
3
F
6
+, – toets
S
VIDEO/MEMORY schakelaar
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
Indexscherm voor geluidseffecten
Geselecteerd (met groene omlijsting)
VOOR OPNAME
(vervolg)
Digitale geluidseffecten
Op de meegeleverde geheugenkaart staan 12␣ geluidseffecten [EXPLOSION (ontploffing), SIREN (sirene), LAUGHTER (gelach), RACE CAR (race-auto), DOOR BELL (deurbel), BUZZER (zoemer), FANFARE, APPLAUSE (applaus), CHEERS (gejuich), BOING, SCREAM (krijs), en JEERS (gejouw)] die u naar een band kunt kopiëren.
KIEZEN VAN DE GELUIDSEFFECT-FUNCTIE
Doe de meegeleverde geheugenkaart in het toestel (Z blz. 16) en een cassette (Z blz. 14).
1
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO” en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” of
2
“ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt. Trek de zoeker helemaal uit of klap de LCD monitor helemaal open.
Druk op INDEX. Het indexscherm voor geluidseffecten zal verschijnen.
3
Druk op + of – om het gewenste geluidseffect te kiezen.
4
•Als u op D.SOUND drukt, zal het gekozen
geluidseffect worden afgespeeld zodat u het kunt controleren zonder het op de band op te nemen. Druk nog eens op D.SOUND om de weergave van het geluidseffect te stoppen.
Druk op SET/SELECT. Hiermee is de keuze voltooid en de indicatie van het gekozen geluidseffect
5
verschijnt op het scherm.
APPLAUSE
Als u nog meer geluidseffecten wenst, kunt u geluidsgegevens downloaden van onze Web-site (voor URL, zie hieronder) en deze vervolgens van uw PC overbrengen naar de geheugenkaart. Hiertoe is een los verkrijgbare USB-kabel nodig.
http://www.jvc-victor.co.jp/english/download/d-sound/index.html
• De geluidsgegevens dienen te worden gekopieerd naar de DCSD
• De bestandsnamen dienen te bestaan uit een numerieke reeks die begint met DVC00001.mp3. Als u de meegeleverde geheugenkaart gebruikt, moet de reeks beginnen met de bestandsnaam DVC00013.mp3, aangezien hierop reeds 12 geluidseffecten opgeslagen zijn als DVC00001.mp3 t/m DVC00012.mp3.
• Lees ook de gebruiksaanwijzing van de meegeleverde software.
• U kunf ook de PC-kaartadapter CU-VPSD60U of CU-V50U, of de floppy-adapter CU-VFSD50U of CU-VFM40U gebruiken, om geluidsgegevens over te brengen van een PC naar de geheugenkaart. CU-V50U en CU-VFM40U: Alleen beschikbaar voor MultiMediaCard. CU-VPSD60U en CU-VFSD50U: Beschikbaar voor MultiMediaCard en SD-geheugenkaart.
Indicatie van het gekozen geluidseffect
\100JVCGR map op de geheugenkaart.
D.SOUND toes
NE57
OPNEMEN VAN EEN GELUIDSEFFECT
Druk tijdens het opnemen op D.SOUND. De indicatie “ ” beweegt en het gekozen geluidseffect
6
wordt op de band opgenomen.
•Tijdens de opname kunt u het geluidseffect niet horen via de luidspreker. Als u het geluidseffect wilt kunnen horen bij de opname, dient u een hoofdtelefoon te gebruiken.
Om het opnemen van het geluidseffect halverwege te annuleren . . .
.... dient u nog eens op D.SOUND te drukken. De
camcorder stopt dan met het opnemen van het geluidseffect.
OPMERKINGEN:
Bij het audio dubben (Z blz. 67) kunt u ook gebruik maken van de geluidseffecten.
U kunt ook geluidseffecten kiezen tijdens D.S.C. weergave (Z blz. 32).
Het opnemen van een geluidseffect is alleen mogelijk wanneer de geluidseffect-indicatie op het scherm wordt weergegeven.
U kunt de geluidseffecten die u op een PC hebt gemaakt overbrengen naar een geheugenkaart door deze te kopiëren naar de geluidsmap op de geheugenkaart met een geschikte bestandsnamen. Voor bijzonderheden, raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de meegeleverde software. Sommig geluid (geluidseffecten) dat u op een PC hebt opgeslagen kan echter niet met deze camcorder worden weergegeven.
58 NE
Naar AV␣ OUT
KOPIËREN
Kopiëren naar een videorecorder
Volg de afbeelding en sluit de camcorder en de
1
videorecorder op elkaar aan. Raadpleeg tevens blz. 24 en 25.
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO”, en
2
de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt, schakel aldus de stroom in en doe de gewenste cassettes in de camcorder en de videorecorder.
Naar S-VIDEO
OUT
S-videokabel
(optioneel)
“Y/C”/“CVBS” video-uitgangs­schakelaar
Videorecorder
TV
* Sluit deze aan wanneer de S-Videokabel niet
gebruikt wordt.
Docking station
Audio-/Videokabel [ministekker naar RCA (tulp) stekker] (bijgeleverd)
Naar AUDIO, VIDEO* en
-IN aansluitingen
Kabeladapter (bijgeleverd)
Indien uw VCR een SCART aansluiting heeft, moet u de bijgeleverde kabeladapter gebruiken.
Schakel de videorecorder in de AUX en
3
opnamepauzefuncties.
Schakel de weergavefunctie van de camcorder in en
4
zoek het punt dat net voor het inmonteerpunt ligt. Druk bij dit punt op 4/6 van de camcorder.
Druk op 4/6 van de camcorder en schakel de
5
videorecorder in de opnamefunctie.
Schakel de videorecorder in de opnamepauzefunctie
6
en druk op 4/6 van de camcorder.
Herhaal stappen 4 t/m 6 voor het kopiëren van
7
meerdere scènes. Schakel zowel de camcorder als de videorecorder in de stopfunctie wanneer u klaar bent.
OPMERKINGEN:
Gebruik bij voorkeur de netadapter/acculader als spanningsbron in plaats van de accu (Z blz. 11).
Zodra de camcorder het door u opgenomen materiaal begint af te spelen, zal dit op uw TV worden weergegeven. Hierdoor weet u dat de aansluitingen en het AUX kanaal voor het kopiëren correct zijn.
Controleer voordat u het kopiëren start dat er geen aanduidingen op het scherm van de aangesloten TV worden getoond. De aanduidingen zullen namelijk tevens op de kopie worden opgenomen indien deze op het scherm van de TV zijn getoond.
Keuze voor wel of niet tonen van de volgende aanduidingen op de aangesloten TV . . .
• Datum/tijd
..... stel “DATE/TIME” op “AUTO”, “ON” of “OFF” via het
Menuscherm (Z blz. 44, 45).
• Tijdcode
..... stel “TIME CODE” op “ON” of “OFF” via het
Menuscherm (Z blz. 44, 45).
• Geluidsweergavefunctie, bandsnelheid en bandtransport
displays
..... zet “ON SCREEN” via het Menuscherm (Z blz. 44, 45)
op “LCD” of “LCD/TV”. Of druk op DISPLAY op de afstandsbediening.
Druk de video-uitgangsschakelaar van de kabeladapter in de vereiste stand: Y/C : Bij een verbinding met een TV of videorecorder die
geschikt is voor Y/C signalen en met een S-videokabel is aangesloten.
CVBS : Bij een verbinding met een TV of videorecorder die
niet geschikt is voor Y/C signalen en met een audio/
videokabel is aangesloten. U kunt de weergavezoom (Z blz. 64) of weergave met speciale effecten (Z blz. 65) in stap 5 gebruiken.
Open het dekseltje.
Kernfilter
Naar de DV IN/OUT aansluiting
Naar DV
DV kabel (optioneel)
Video-apparatuur met een DV aansluiting
NE59
Kopiëren naar of van video-apparatuur met een DV aansluiting (digitaal kopiëren)
Het is ook mogelijk om opgenomen scènes te kopiëren van de camcorder naar een ander video-apparaat met een DV­aansluiting. Omdat er een digitaal signaal gestuurd wordt, is er vrijwel geen verlies van beeld- en geluidskwaliteit.
[Gebruiken van deze camcorder als speler]
Let er op dat alle apparatuur uit staat. Sluit de camcorder aan op een videorecorder die is voorzien van een DV
1
ingangsaansluiting via een DV-kabel, zoals aangegeven op de afbeelding.
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO” en de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de
2
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt, schakel aldus de stroom in en doe de gewenste cassettes in de camcorder en het video-apparaat.
Druk op 4/6 om de bron-band af te spelen.
3
Terwijl u naar de beelden op de monitor kijkt schakelt u de opname-functie van het aangesloten video-apparaat
4
met DV-aansluiting in zodra u het punt ziet van waar u wilt gaan opnemen.
OPMERKINGEN:
Gebruik bij voorkeur de netadapter/acculader als spanningsbron in plaats van de accu (
Als u de afstandsbediening gebruikt terwijl zowel de speler als de recorder van JVC zijn, zullen beide toestellen dezelfde handeling uitvoeren. Om dit te voorkomen, dient u de toetsen op beide toestellen zelf te gebruiken.
Als er tijdens het kopiëren een blanco stuk band of een stuk band met storing wordt afgespeeld, is het mogelijk dat het kopiëren stopt zodat dit abnormale beeld niet opgenomen wordt.
Alhoewel de DV kabel op de juiste manier aangesloten is, is het toch mogelijk dat er bij stap 4 geen beeld verschijnt. Als zulks het geval is, dient u de stroom uit te schakelen en de verbindingen en aansluitingen opnieuw te maken.
Als “Weergave Zoom” (Z blz. 64), “Weergave speciale effecten” ( tijdens weergave, zal alleen het originele beeld zoals dit opgenomen is op de cassette worden weergegeven via de DV aansluiting.
Gebruik de los verkrijgbare JVC VC-VDV204U DV kabel.
Z
blz. 65) of “Momentopname” worden geprobeerd
Z
blz. 11).
Voor eigenaars van de GR-DVP3 :
Gebruiken van deze camcorder als recorder . . .
1. Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO” en de Spanningsschakelaar van de camcorder op “ ” terwijl u de
vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt.
2. Zet “REC MODE” op “SP” of “LP” via het Menuscherm (
3. Sluit de DV-kabel aan zoals aangegeven in de afbeelding en doe de cassette waarop u wilt opnemen in het toestel.
4. Druk op de START/STOP toets op de afstandsbediening om de camcorder in de opnamestandby-stand te zetten.
DV . IN
” verschijnt op het scherm.
5. Druk op de START/STOP toets op de afstandsbediening om de opname te starten. gaat draaien.
6. Druk nogmaals op de START/STOP toets op de afstandsbediening om de opnamestandby-stand weer in te schakelen.
stopt met draaien.
OPMERKINGEN:
Bij digitaal kopiëren wordt de audiofunctie waarin het origineel werd opgenomen overgenomen, ongeacht de huidige
instelling voor de “SOUND MODE” (
Gedurende digitaal kopiëren worden er geen signalen uitgevoerd vanaf de audio/video uitgangsaansluiting.
Z
blz. 41).
Z␣ blz.␣ 44)
60 NE
Weergave/Pauze
4
toets (
Spannings­schakelaar
/6)
VIDEO/MEMORY schakelaar
SET/SELECT toets
MENU toets
+, – toets
KOPIËREN
(vervolg)
Kopiëren van stilbeelden vanaf een band naar een geheugenkaart
U kunt stilbeelden kopiëren vanaf een band naar een geheugenkaart.
Doe een geheugenkaart (Z blz. 16) en een cassette
1
(Z blz. 14) in het toestel.
Selecteer de momentopnamefunctie via het
2
Menuscherm (Z blz. 28) die u wilt gebruiken om het beeld naar de geheugenkaart te kopiëren.
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO” en
3
zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt.
Druk op MENU. Het Menuscherm zal verschijnen.
4
Druk op + of – om “ VIDEO” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Het VIDEO Menu zal verschijnen.
Druk op + of – om “ COPY” te selecteren
5
en druk vervolgens op SET/SELECT. Het Sub-menu zal verschijnen. Druk op + of – om “ON” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Hiermee is de instelling voltooid.
Vergrendeltoets
Display
COPY OFFON–
Druk op + of om “ RETURN” te selecteren en druk
6
vervolgens tweemaal op SET/SELECT. Het normale weergavescherm zal weer verschijnen.
SNAPSHOT toets
VIDEO Menu
SP
6
Begin de weergave door op 4/6 te drukken en zoek
7
het beeld op dat u wilt kopiëren. Op het moment dat u het te kopiëren beeld aantreft, drukt u deze toets nog eens in om de weergave van stilstaande beelden in te schakelen.
Druk op SNAPSHOT om het kopiëren te laten
8
beginnen. Het geselecteerde beeld zal worden opgeslagen op de geheugenkaart.
•Tijdens het kopiëren zal de aanduiding “ ” knipperen.
OPMERKINGEN:
Als u op SNAPSHOT drukt bij stap 8, maar er geen geheugenkaart in het toestel zit, zal de melding “COPYING FAILED” (kopiëren mislukt) op het scherm verschijnen.
Als een beeld dat op de cassette is opgenomen in de breedbeeldfunctie (Z blz. 42) gekopieerd wordt naar een geheugenkaart, zal het signaal dat dit beeld identificeert als opgenomen met de breedbeeldfunctie niet mee gekopieerd worden.
Om speciale weergave-effecten te gebruiken met een videobeeld dat u wilt kopiëren, dient u de procedure t/m stap 8 uit te voeren met de afstandsbediening (meegeleverd) (Z blz. 65).
De beelden worden gekopieerd in het VGA beeldformaat.
E-MAIL CLIP REC toets
SNAPSHOT toets
Display
E
-
MASITLANCDLBIYP
- E
A
IEL
C
R
A D
Y
M
UP SH " SNAPSHOT "
L I P
Wanneer de SNAPSHOT toets wordt ingedrukt.
E-MRAEICLORCDLIINP
Het opslaan is klaar.
E-MA I L CL I P
COMPLETED
NE61
Kopiëren van bewegende beelden vanaf een
VIDEO/MEMORY schakelaar
Weergave/Pauze
4
/6)
toets (
Spannings­schakelaar
Vergrendeltoets
CARO RECORD CL I P TO DT
e
G
band naar een geheugenkaart
(Opnemen van een E-mail clip)
U kunt videoclips uit een opgenomen videoband op een geheugenkaart opslaan als bestanden die u later gemakkelijk per e-mail kunt verzenden.
Doe een geheugenkaart (Z blz. 16) en een cassette (Z blz. 14) in het toestel.
1
Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO” en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u
2
de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt.
Druk op 4/6 om de videoweergave te starten en druk vervolgens op E-MAIL CLIP REC om de
3
camcorder in de opnamestandby-stand te zetten.
• “E-MAIL CLIP STANDBY” en “E-MAIL CLIP READY” vershijnen achtereenvolgens op het scherm.
Druk op de SNAPSHOT toets om het kopiëren te laten beginnen op het moment dat u het te kopiëren
4
beeld aantreft.
• “E-MAIL CLIP RECORDING” verschijnt op het scherm.
• Het opnemen van een E-mail clip stopt automatisch na ongeveer 20 seconden en “E-MAIL CLIP COMPLETED” verschijnt op het scherm.
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de meegeleverde software voor bijzonderheden over het overbrengen van videoclips naar een PC.
Als u het opnemen van een E-mail clip wilt annuleren . . .
..... dient u na stap 3, E-MAIL CLIP REC nog een keer in te
drukken of dient u op 5 te drukken om de weergave van de video te stoppen.
Om videoclips die op een geheugenkaart zijn opgeslagen te bekijken . . .
..... tijdens normale beeldweergave, drukt u eenmaal op SET/
SELECT om de videoclipfunctie in te schakelen. “E-CLIP”
verschijnt. Druk daarna op 4/6 om de videoclips op de LCD- monitor of op het zoekerscherm te bekijken; weergave van videoclips op een aangesloten TV is niet mogelijk. (Z blz. 31)
U kunt het indexscherm gebruiken om het gewenste bestand te vinden (
OPMERKINGEN:
Tijdens het opslaan van een E-mail clip kunnen er verder geen weergavefuncties worden uitgevoerd.
Als u op de 7 of SNAPSHOT toets drukt terwijl een opnemen van een E-mail clip bezig is, zal alleen het gedeelte dat werd opgenomen voordat u op de 7 of SNAPSHOT toets drukte op de geheugenkaart worden opgeslagen.
Wanneer het einde van de band gedurende een opnemen van een E-mail clip wordt bereikt, zal dat gedeelte automatisch op de geheugenkaart worden opgeslagen.
Als bij stap 3 het einde van de band wordt bereikt, zal de E-mail clip opname-standbyfunctie gaan.
Met deze camcorder opgeslagen videoclipbestanden zijn compatibel met MPEG4. Sommige MPEG4-bestanden die met andere apparaten werden opgeslagen, kunnen evenwel niet met deze camcorder worden weergegeven.
Weergave van videoclips is niet mogelijk indien het wisbeveiligingsnokje van de SD-geheugenkaart op de “LOCK” positie is ingesteld. “PLAYING FAILED CHECK CARD’S WRITE PROTECTION SWITCH
Bij weergave van videoclips kunnen de beelden op de LCD­monitor of het zoekerscherm storing bevatten; deze storing is echter niet aanwezig in de videoclips die werkelijk op de geheugenkaart zijn opgeslagen.
Z
blz. 32).
” verschijnt op het scherm.
62 NE
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Met de volwaardige afstandsbediening kunt u de
1
3
Lipje
functies van uw camcorder op afstand activeren en tevens de basisfuncties voor de videorecorder (weergave, stoppen, pauzeren, snel door- en terugspoelen) inschakelen. Daarbij beschikt u met deze afstandsbediening over diverse extra functies voor weergave.
Plaatsen van de batterij
De afstandsbediening gebruikt twee “R03 (AAA)” formaat batterijen. Zie de “Algemene voorzorgen batterijen” (Z blz. 93).
Verwijder het deksel van het batterijvak door
1
het lipje in te drukken, zoals aangegeven in de
+
2
+
afbeelding.
Doe twee “R03 (AAA)” formaat batterijen op de
2
juiste manier in het batterijvak.
Doe het deksel weer terug op het batterijvak.
3
Effectief bereik van de signalen
30°
Richt de afstandsbediening bij gebruik naar de afstandsbedieningssensor. De afbeelding toont het bereik van de afstandsbediening bij gebruik binnenshuis bij benadering. De signalen worden mogelijk niet juist ontvangen wanneer er direct schel licht of zonlicht op de sensor valt of de afstandsbediening buiten wordt bediend.
5m
Afstandsbedieningssensor
30°
NE63
10
2
4
6 8
Toetsen
1 Infraroodzendvenster 2 Zoomtoetsen (T/W) 3 DISPLAY toets 4 SHIFT toets 5 SLOW terug/door-toetsen
Links/Rechts-toetsen
6 REW toets
7 FADE/WIPE toets 8 EFFECT ON/OFF toets 9 EFFECT toets 0 PAUSE IN aansluiting ! START/STOP toets @ MBR SET toets # SNAPSHOT (momentopname) toets $ Hoger-toets
INSERT toets
! 3 5
7 9
@ $ ^ *
#
%
&
(
)
Functies
Met de Spanningsschakelaar van de camcorder in “ “ ”.
Zend de infraroodstraal. In-/Uitzoomen (Z blz. 21)
— — —
— —
— — — —
Functioneert als de Opname start-/stoptoets van de camcorder.
Werkt hetzelfde als SNAPSHOT op de camcorder.
— —
Met de Spanningsschakelaar van de
” of
camcorder in “ ”.
In-/Uitzoomen (
Z blz. 64) Z blz. 25, 58, 70 Z blz. 64, 69 Z blz. 64
Z blz. 64
• Terugspoelen/achterwaarts beeldzoeken op
de band (
• Laat het vorige bestand op een
Z blz. 23)
geheugenkaart zien (
Z blz. 71 Z blz. 65 Z blz. 65 Z blz. 70
Z blz. 69
Z blz. 64 Z blz. 68
Z blz. 30)
% Lager-toets
A. DUB toets
^ PLAY toets
& FF toets
* STOP toets
( PAUSE toets ) R.A.EDIT toetsen
— —
— —
Z blz. 64 Z blz. 66
• Begint de weergave van de band
Z blz. 23)
(
• Begint automatische weergave van de
geheugenkaart (
• Vooruit spoelen/vooruit zoeken op de band
Z blz. 23)
(
• Laat het volgende bestand op een
geheugenkaart zien . (
• Stopt de cassette (Z blz. 23)
• Stopt de automatische weergave ( Pauzeert de cassette (Z blz. 64)
Z blz. 30)
Z blz. 30)
Z blz. 30)
Z blz. 69 – 73
64 NE
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
(vervolg)
Zoomtoetsen
SHIFT
Links of SLOW
terugspoel toets
Rechts of SLOW
vooruitspoel
toets
Normale weergave
Druk op T
Afstands­bedieningssensor
Lager-toets
Hoger-toets
PLAY PAUSE STOP
Druk op de SHIFT toets ingedrukt om het beeld te verplaatsen.
(rechts) met
FUNCTIE:
Slow-motion weergave
DOEL:
Vertraagd zoeken in beide richtingen tijdens videoweergave.
HANDELING:
1) Houd SLOW (9 of 0) tenminste ongeveer 2 seconden
ingedrukt om over te schakelen van normale naar vertraagde weergave. Na ongeveer 5 minuten (ongeveer 20 seconden met een 80 minuten cassette) vertraagde weergave terug of vooruit zal de normale weergave hervat worden.
n Druk op PLAY (
OPMERKINGEN:
U kunt ook overschakelen van de weergave van stilstaande beelden naar vertraagde weergave door SLOW tenminste ongeveer
Tijdens slow-motion weergave heeft het beeld een ietwat mozaïekachtig effect vanwege de digitale verwerking van de signalen.
Nadat u op de SLOW stilbeeld enige seconden getoond worden, gevolgd door een blauw scherm voor een paar seconden. Dit duidt niet op een defect.
Er is mogelijk een klein verschil tussen het door u gekozen startpunt en het werkelijke startpunt voor slow-motion weergave.
Tijdens slow-motion weergave wordt het beeld ietwat gestoord en het beeld kan er wat onstabiel uitzien, vooral met weinig beweging in beeld. Dit is normaal en duidt niet op een defect.
Druk op PAUSE Slow-motion weergave.
FUNCTIE:
4
) om de vertraagde weergave te stoppen.
2
seconden ingedrukt te houden.
(9 of 0)
toets heeft gedrukt, kan het
(6)
om de weergave te pauzeren tijdens
Beeld-voor-beeld weergave
DOEL:
Beeld-voor-beeld zoeken tijdens videoweergave.
HANDELING:
1) Om over te schakelen van stilstaand-beeld weergave naar
beeld-voor-beeld weergave, drukt u SLOW (0) herhaaldelijk in voor beeld-voor-beeld weergave vooruit of drukt u SLOW ( weergave achteruit. Met elke druk op de toets zal het volgende, respectievelijk vorige beeldje worden weergegeven.
9
) herhaaldelijk in voor beeld-voor-beeld
FUNCTIE:
Weergave Zoom
DOEL:
Om het reeds opgenomen beeld bij het weergeven alsnog tot 10X te kunnen vergroten.
HANDELING:
1)
Druk op PLAY (4) om de gewenste scène op te zoeken
2) Druk op de zoom toetsen (T/W) op de afstandsbediening. Let er op dat de afstandsbediening op de sensor van de camcorder gericht is. Als u op T drukt zoomt het beeld in.
3) U kunt het uitvergrote deel van het beeld verplaatsen om een bepaald deel van het beeld uitvergroot op uw scherm te krijgen. Terwijl u SHIFT ingedrukt houdt, drukt u op (links), (rechts), (hoger) en
(lager).
n Om het zoomen te stoppen drukt u net zolang op W op de afstandsbediening tot de normale weergave-
grootte weer bereikt is. Of u drukt op STOP (5) en dan weer op PLAY (4).
OPMERKINGEN:
U kunt de Weergave zoom ook gebruiken bij slow-motion en stilbeeld weergave.
De beeldkwaliteit kan minder worden als gevolg van het digitaal bewerken van het beeld.
.
PLA
YFBFACK
O
1 2 3 4 5
NE65
E
F
F
C
T
E
L
A
S
S
C
C
O
M
N
S
E
P
S
T
R
V
I
D
LM
I
O
T
N
E
O
I
A
O
B
E
E
E
CFHIO
O
PLAYBACK EFFECT keuzemenu
Afstands­bedieningssensor
FUNCTIE:
Weergave speciale effecten
DOEL:
Om u in staat te stellen creatieve effecten toe te voegen aan de weergegeven videobeelden.
HANDELING:
1) Druk op PLAY (4) om de weergave te starten.
2) Richt de afstandsbediening op de sensor van de camcorder
en druk op EFFECT. Het PLAYBACK EFFECT keuzemenu verschijnt.
3) Verplaats de balk in beeld naar het gewenste effect door op EFFECT te drukken. De geselecteerde functie wordt
geactiveerd en na 2 seconden zal het menu weer verdwijnen.
n Om het geselecteerde effect te annuleren, drukt u op EFFECT
ON/OFF op de afstandsbediening. Nog een keer op deze
toets drukken maakt het eerder geselecteerde effect weer actief.
n Herhaal de bovenstaande handelingen vanaf stap 2 om het
geselecteerde effect te wijzigen.
OPMERKINGEN:
Wanneer er bij de Weergave bepaalde speciale effecten gebruikt worden, zijn de Multi-Analyser 4 en Multi-Analyser 9 Momentopname functies (
De effecten die u kunt gebruiken tijdens weergave zijn Klassieke film, Zwart/wit, Sepia, Strobescoop en Video-echo. Deze effecten werken tijdens de weergave hetzelfde als tijdens de opname. Raadpleeg bladzijde 49 voor meer informatie.
Z
blz. 52) niet beschikbaar.
PLAY
EFFECT
EFFECT ON/OFF
66 NE
Display
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
(vervolg)
Opname van ander geluidsspoor
6e
Standbyfunctie voor audio-dubben
MIC
(“audio-dubben”)
U kunt het geluid uitsluitend vervangen van een cassette die met de 12-bits functie is opgenomen (Z blz. 41).
OPMERKINGEN:
Audio-dubben is niet mogelijk met cassettes die met de 16-bits audio of de LP functie zijn opgenomen of op een leeg gedeelte van de cassette.
Maak de vereiste verbindingen voor het dubben van geluid tijdens weergave op de TV (Z blz. 24).
Start de weergave van de cassette en zoek het punt
1
waar u het monteren wilt starten. Druk vervolgens op PAUSE (6).
Houd A.DUB (e) van de afstandsbediening ingedrukt
2
en druk op PAUSE (6). “6e” wordt getoond.
Druk op PLAY (4), en “spreek als gewenst in”.
3
Spreek in de microfoon.
•Druk op PAUSE (6) om het dubben te pauseren.
Luidspreker
PHONE aansluiting
Stereo-microfoon
A.DUB PLAY PAUSE
STOP
Afstands­bedienings­sensor
Sruk eerst op PAUSE (6) en vervolgens op STOP (5)
4
om het audio-dubben te stoppen.
Om het gedubde geluid te kunnen horen bij de weergave . . .
.... dient u “12BIT MODE” op “SOUND 2” of “MIX” te
zetten via het Menuscherm (Z blz. 44, 46).
OPMERKINGEN:
Tijdens het audio-dubben wordt geen geluid via de luidspreker weergegeven. Om het geluid te kunnen beluisteren, dient u een los verkrijgbare hoofdtelefoon aan te sluiten op de PHONE aansluiting op het Docking station.
Bij het monteren van een cassette die met 12-bits is opgenomen, zal het nieuwe geluidsspoor gescheiden van het oude geluidsspoor worden opgenomen.
Het geluid wordt mogelijk onderbroken indien u op een blanco gedeelte opneemt. Controleer dat u uitsluitend opgenomen gedeelten monteert.
Plaats de microfoon van de camcorder verder van de TV of verlaag het volume van de TV wanneer u tijdens TV­weergave een “huilend” of “rondzingend” geluid (feedback) hoort.
Indien u tijdens opname van 12-bits naar 16-bits overschakelde en later deze cassette voor audio-dubben gebruikt, zal audio-dubben niet mogelijk zijn vanaf het gedeelte waar met 16-bits werd opgenomen.
Het audio-dubben zal stoppen wanneer er een gedeelte op de band wordt bereikt dat met de LP functie of met 16-bits audio is opgenomen, of waarop geen signalen zijn opgenomen (Z blz. 91).
Display
6e
D.SOUND
Standbyfunctie voor audio-dubben
NE67
Audi-dubben met digitale geluidseffecten
Doe de meegeleverde geheugenkaart in de
1
camcorder (Z blz. 16) en voer de stappen 1 en 2 op blz. 66 uit.
APPLAUSE
INDEX toets
SET/SELECT toets
MENU toets
Indicatie van het gekozen geluidseffect
+, – toets
D.SOUND toets
PLAY
PAUSE
STOP
Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt.
2
Druk op + of om “ SYSTEM” te selecteren en
3
druk vervolgens op SET/SELECT. Het SYSTEM menu verschijnt.
Druk op + of – om “SOUND IN” te selecteren en
4
druk vervolgens op SET/SELECT. Het submenu verschijnt. Druk op + of – om “D.SOUND” te selecteren en druk vervolgens op SET/SELECT. Druk op + of – om “ RETURN” te selecteren en druk vervolgens tweemaal op SET/SELECT. Het menuscherm wordt afgesloten en de geluidseffect­indicatie verschijnt.
Druk op INDEX om het indexscherm voor
5
geluidseffecten te openen. Druk op + of – om het gewenste geluidseffect te kiezen, en druk vervolgens op SET/SELECT.
Druk op PLAY (4) om te beginnen met het audio-
6
dubben. Het gekozen geluidseffect wordt gekopieerd naar de band.
•Het “ ” symbool beweegt terwijl het dubben bezig is.
•Om het dubben van het geluidseffect halverwege te annuleren, drukt u op D.SOUND.
Druk op STOP (5) om te stoppen met het audio-
7
dubben.
OPMERKINGEN:
Stel “SOUND IN” weer in op “MIC” nadat het dubben is voltooid.
Het gedubde geluidseffect wordt opgenomen met de SOUND 2 instelling (Z␣ blz. 46).
Als u op PAUSE (6) drukt om bij stap 6 het dubben te pauzeren, zal de aanduiding voor het geselecteerde geluidseffect op het scherm blijven staan. Druk op PLAY (4) om het dubben opnieuw te laten starten.
68 NE
12:34
REW
STOP
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Display
6w
Afstands­bedieningssensor
START/STOP
INSERT PLAY
PAUSE
Invoeg-montage
U kunt een nieuwe scène invoegen op een eerder opgenomen band, over een deel van de oorspronkelijke opnamen heen, met een minimum aan vervorming bij de in- en uitmonteerpunten. De oorspronkelijke audio blijft hierdoor onaangetast.
OPMERKINGEN:
Voor u de volgende stappen gaat uitvoeren, moet u controleren of “TIME CODE” op “ON” (aan) is gezet via het Menuscherm (Z blz. 43, 45).
Invoeg-montage is niet mogelijk op een band die is opgenomen met de LP (verlengde speelduur) functie, of op een blanco deel van een band.
Om een invoeg-montage uit te voeren terwijl u via de televisie de beelden bekijkt, dient u de vereiste aansluitingen te maken (Z blz. 24).
Speel de band af, zoek het uitmonteerpunt (einde) op
1
en druk op PAUSE (6). Controleer de tijdcode op dit punt (Z blz. 43, 45).
Druk op REW (2) tot u het inmonteerpunt (begin)
2
heeft opgezocht en druk op PAUSE (6).
Houd INSERT (w) op de afstandsbediening ingedrukt
3
en druk op PAUSE (6). “6w” en de tijdcode (min.:seconden.) verschijnen en de camcorder gaat in de invoeg-pauzestand.
Druk op START/STOP om de montage te beginnen.
4
•Controleer het ingevoegde stuk aan de hand van de bij stap 1 verkregen tijdcode.
•Druk op START/STOP om de montage te pauzeren. Druk nog eens op deze toets om de montage te hervatten.
Om de invoeg-montage te stoppen, dient u op
5
START/STOP te drukken en vervolgens op STOP (5).
OPMERKINGEN:
Geprogrammeerde belichting met speciale effecten (Z blz. 48, 49) kan worden gebruikt bij invoeg­montage om de ingevoegde gedeelten wat extra's te geven.
Gedurende invoeg-montage zal de datum- en tijdinformatie gewijzigd worden.
Als u probeert een invoeg-montage uit te voeren op een blanco stuk van de band, kunnen de audio en video gestoord worden. U kunt alleen reeds opgenomen gedeelten van de band monteren.
De invoeg-montage zal stoppen wanneer er een stuk band bereikt wordt dat met de LP functie is opgenomen, of dat nog blanco is (Z blz. 91).
(vervolg)
Videorecorder (opnamedeck)
SHIFT
3
1 6
789`
CODELIJST VIDEORECORDER
MERK VAN VIDEO­RECORDER
DAEWOO GE 1 1
HITACHI 6 6
JVC 9 1
A B C
LG/ GOLDSTAR
MAGNAVOX 9 5
MITSUBISHI 6 7
NEC 3 7
PHILIPS
CODE CODE
1 8
9 2 9 ` 9 4
6 3
9 6 9 3
1 1
1 1 7 1 7 6
6 8
3 8 1 9
9 5 1 1 9 4 9 1 9 6 1 2
MERK VAN VIDEO­RECORDER
PHILIPS
PANASONIC
RCA
SAMSUNG 9 4 SANYO 3 6
SHARP
SONY
TOSHIBA 6 9
ZENITH 1 6
MBR SET
4
2 5
3 3 7 2
1 3 1 7 1 1 9 4 1 8
9 2 9 4 6 6
3
6 9
`
3 5
1 5 1 `
6 5
`
6 3
9
3 1
6 1
NE69
Willekeurige montage van meerdere scènes [R.A.Edit]
U kunt de scènes gemakkelijk in een andere volgorde monteren wanneer u de camcorder als bron gebruikt. Kies 8 “scènes” voor een automatische montage in de gewenste volgorde. De R.A.Edit functie is nog gemakkelijker te gebruiken wanneer u de MBR (afstandsbediening voor meerdere merken) met uw videorecorder gebruikt (Zie CODELIJST VIDEORECORDER). De functie kan echter ook handmatig worden bediend. Controleer alvorens gebruik dat de batterij in de afstandsbediening is geplaatst (Z blz. 62).
STEL DE AFSTANDSBEDIENINGSCODE VOOR DE VIDEORECORDER IN
Schakel de spanning van de videorecorder uit en richt de afstandsbediening naar de
1
infraroodsensor van de videorecorder. Zoek vervolgens uw merk op in de “CODELIJST VIDEORECORDER”, houd MRB SET ingedrukt en voer de merkcode van uw videorecorder in. De code wordt automatisch ingesteld en de spanning van de videorecorder ingeschakeld wanneer u de MBR SET toets loslaat.
Controleer dat de spanning van de videorecorder is ingeschakeld. Houd vervolgens
2
SHIFT ingedrukt en druk tegelijkertijd op de
gewenste toets van de afstandsbediening. De volgende functies kunnen met de afstandsbediening worden bediend; PLAY, STOP, PAUSE, FF, REW en VCR REC STBY (voor deze laatste functie hoeft u de SHIFT toets niet ingedrukt te houden).
U kunt nu meerdere scènes in een willekeurige volgorde monteren.
BELANGRIJK
De afstandsbediening voor meerdere merken is geschikt voor JVC videorecorders en diverse andere merken. Het is echter mogelijk dat deze afstandsbediening niet met uw videorecorder werkt of niet alle functies kan uitvoeren.
OPMERKINGEN:
Stel een andere in de “CODELIJST VIDEORECORDER” aangegeven code in indien de spanning van de videorecorder niet in stap 1 wordt ingeschakeld.
De spanning van bepaalde videorecorders wordt niet automatisch ingeschakeld. Schakel in dat geval de spanning zelf in en voer dan stap 2 uit.
Gebruik de regelaars op de videorecorder zelf indien de afstandsbediening niet voor uw videorecorder functioneert.
De code die u voor de videorecorder heeft ingesteld, wordt gewist wanneer de batterijen van de afstandsbediening leeg zijn. Vervang in dat geval de batterijen door nieuwe en stel de code opnieuw in.
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
70 NE
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
(vervolg)
AANSLUITEN
Zie ook blz. 24 en 25.
Naar EDIT
Naar S-VIDEO
OUT
Montagekabel (bijgeleverd)
S-videokabel
(optioneel)
“Y/C”/“CVBS” video­uitgangs­schakelaar
Naar afstand PAUSE of R.A.EDIT
Naar
PAUSE IN
* Sluit deze aan wanneer de S-Videokabel niet
gebruikt wordt.
Naar AV OUT
Audio-/ Videokabel (bijgeleverd)
Videorecorder
DISPLAY
Naar AUDIO, VIDEO* en
-IN
aansluitingen
Indien uw video­recorder een SCART aansluiting heeft, moet u de bijgeleverde kabeladapter gebruiken.
TV
1
2
3
OPMERKINGEN:
Keuze voor wel of niet tonen van de volgende aanduidingen op de aangesloten TV . . .
• Datum/tijd
• Tijdcode
• Geluidsweergavefunctie, bandsnelheid en bandtransport
JVC videorecorder die een pause
afstandsaansluiting heeft . . .
... verbind de montagekabel met de PAUSE
afstandsaansluiting.
JVC videorecorder zonder pause afstandsaansluiting maar met een R.A.EDIT aansluiting . . .
... verbind de montagekabel met de R.A.EDIT
aansluiting.
Andere videorecorder dan boven vermeld . . .
... verbind de montagekabel met de pauzeingangs-
aansluiting (PAUSE IN) van de afstandsbediening.
Doe een band waarop iets is opgenomen in de camcorder. Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO” en zet vervolgens de spanningsschakelaar op “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt.
Zet de videorecorder aan en plaats een cassette waarop kan worden opgenomen. Activeer de AUX functie (zie de gebruiksaanwijzing van de videorecorder).
Alvorens willekeurige montage van meerdere scènes te starten, moet u controleren dat de aanduidingen niet op het scherm van de aangesloten TV worden getoond. De aanduidingen worden namelijk op de nieuwe band opgenomen indien deze wel tijdens willekeurige montage worden getoond.
..... stel “DATE/TIME” op “AUTO”, “ON” of “OFF” via het
Menuscherm (Z blz. 44, 45).
..... stel “TIME CODE” op “ON” of “OFF” via het
Menuscherm (Z blz. 44, 45).
displays
..... zet “ON SCREEN” via het Menuscherm (Z blz. 44, 45)
op “LCD” of “LCD/TV”. Of druk op DISPLAY op de afstandsbediening.
Druk de video-uitgangsschakelaar van de kabeladapter in de vereiste stand:
Y/C : Bij een verbinding met een TV of videorecorder die
geschikt is voor Y/C signalen en met een S-videokabel is aangesloten.
CVBS : Bij een verbinding met een TV of videorecorder die
niet geschikt is voor Y/C signalen en met een audio/
videokabel is aangesloten. Wanneer u gaat monteren op een videorecorder met een DV ingangsaansluiting kunt u de DV kabel aansluiten in plaats van de S-videokabel en de audio/video kabel.
NE71
Scène
~ ~ ~ ~ ~ ~ ~
––
:
0:000
MODE
––
CANCEL
Willekeurige montagemenu
Afstands­bedieningssensor
PLAY
R.A.EDIT ON/OFF
NIOUT
1
–– :–– ~
––
2 3 4 5 6 7 8
CODETIME
TOTAL
FADE/WIPE
EFFECT
EDIT IN/OUT
OPMERKINGEN:
Bij het kiezen van een scène moet u erop letten dat er voldoende tijd tussen het in- en uitmonteerpunt is.
Indien u langer dan 5 minuten naar een inmonteerpunt zoekt, zal de opnamestandbyfunctie van het opnametoestel worden uitgeschakeld en kan het monteren derhalve niet worden uitgevoerd.
Indien er blanco gedeelten voor of na de in- en uitmonteerpunten liggen, wordt mogelijk een blauw beeld opgenomen.
De tijdcodes registreren de tijd in minimaal seconden nauwkeurig. Het is derhalve mogelijk dat de tijdcode voor de totale tijd niet exact gelijk is aan de totale tijd van alle te monteren scènes.
De vastgelegde in- en uitmonteerpunten worden gewist indien u de spanning van de camcorder uitschakelt.
U kunt oplossen of de zwart/wit fader niet gebruiken wanneer u sepia of zwart/wit van programma AE heeft ingesteld. De indicator voor oplossen of de zwart/wit fader zal wanneer u deze keuze maakt knipperen. Nadat het volgende inmonteerpunt is geregistreerd zal het effect worden uitgeschakeld. Om deze effecten te combineren moet u tijdens opname sepia of zwart/wit gebruiken en tijdens de willekeurige montage stelt u dan oplossen of de zwart/ wit fader in.
Het is niet mogelijk om Fade/Wipe effecten en Programma belichting met speciale effecten te gebruiken gedurende Willekeurige Samenstelling Montage door middel van een DV kabel.
KIES DE SCENES
Richt de afstandsbediening naar de afstandsbedieningssensor van de camcorder. Druk op
4
PLAY (4) en vervolgens op R.A.EDIT ON/OFF van de
afstandsbediening. Het willekeurige montagemenu verschijnt.
Druk op FADE/WIPE op de afstandsbediening wanneer u een overgangseffect gebruikt aan het begin van de scène.
5
• Doorloop de verschillende effecten door herhaaldelijk op de toets te drukken. Stop wanneer het gewenste effect wordt getoond.
• Bij het begin van scène 1 kunt u beeld wipe/oplossen niet gebruiken.
Druk bij het begin van de scène op EDIT IN/OUT van de afstandsbediening. Het inmonteerpunt wordt op het
6
menu voor willekeurige montage getoond.
Druk bij het eind van de scène op EDIT IN/OUT. Het uitmonteerpunt wordt op het menu voor willekeurige
7
montage getoond.
Druk op FADE/WIPE als u een overgangseffect aan het eind van de scène wilt gebruiken.
8
• Doorloop de effecten door herhaaldelijk op de toets te drukken. Stop wanneer het gewenste effect wordt getoond.
• Indien u een fade/wipe-effect voor een uitmonteerpunt heeft ingesteld, zal dit effect automatisch op het volgende inmonteerpunt worden toegepast.
• Bij het eind van de laatste scène kunt u beeld wipe/ oplossen niet gebruiken.
• De tijd van een fade/wipe-effect wordt automatisch bij de totale tijd opgeteld (uitgezonderd bij gebruik van beeld wipe/oplossen).
Druk op EFFECT als u Weergave Speciale Effecten wilt gebruiken (Z blz. 65).
9
Herhaal de stappen 6 t/m 9 om aanvullende scènes te
10
registreren.
• Druk op CANCEL van de afstandsbediening om reeds vastgelegde punten te annuleren. De geregistreerde punten verdwijnen stuk-voor-stuk vanaf het laatst vastgelegde punt.
• Herhaal uitsluitend stappen 6 en 7 indien u geen fade/ wipe of programma AE met speciale effecten gebruikt.
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
72 NE
NIOUTMODE
00:25
1 2
07:18~08 : 31
3
03:33~
––
09:30
4
15 ::55
5
6
–– –– ––
7 8
CODETIME
TOTAL
GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
AUTOMATISCH MONTEREN NAAR EEN VIDEORECORDER
~
~ ~
~
~ ~
02 : 05 05 : 53
13 : 15 16 : 29
16:30
9:39
––
–– ––
––––
Willekeurige montagemenu
Afstands­bedieningssensor
START/STOP
PAUSE R.A.EDIT
ON/OFF VCR REC
STBY
Spoel de band van de cassette in de camcorder terug
11
naar het begin van de scène die u wilt monteren en druk op PAUSE (6).
Richt de afstandsbediening naar de sensor op de
12
videorecorder en druk op de VCR REC STBY (q6) toets of schakel de videorecorder handmatig in de opnamepauzefunctie.
Druk op START/STOP op de afstandsbediening. Het
13
monteren gaat door zoals geprogrammeerd, helemaal tot aan het eind van de laatste geregistreerde scène.
•Na het monteren zal de camcorder in de pauzefunctie schakelen en de videorecorder schakelt naar de opnamepauzefunctie.
•Indien u geen uitmonteerpunt heeft vastgelegd, zal de gehele cassette automatisch tot het eind worden gekopieerd.
•Als u een handeling uitvoert op de camcorder tijdens het automatisch monteren, zal de videorecorder in zijn opnamepauzefunctie gaan en zal het automatisch monteren stoppen.
Schakel de stopfuncties in van de camcorder en de
14
videorecorder. Voor het verwijderen van het tellerdisplay voor willekeurige montage van meerdere scènes moet u op R.A.EDIT ON/OFF van de afstandsbediening drukken.
OPMERKINGEN:
Druk op R.A.EDIT ON/OFF van de afstandsbediening om alle instellingen te wissen die tijdens de willekeurige montage zijn vastgelegd.
Indien de montagekabel met de Pause In aansluiting van de afstandsbediening is verbonden, moet u de afstandsbediening naar de sensor op de videorecorder richten en controleren dat de signalen niet door voorwerpen tussen de toestellen worden geblokkeerd.
Het monteren van meerdere scènes in de gewenste volgorde wordt mogelijk niet juist uitgevoerd wanneer u een band gebruikt waarop dubbele tijdcodes zijn (Z␣ blz.␣ 22).
(vervolg)
Scène 1
NIOUT
1
–– :–– ~
––
2 3 4 5 6 7 8
CODETIME
TOTAL
ROSYNCH
~ ~ ~ ~ ~ ~ ~
––:––
0:000
O. 1
MODE
Willekeurige montagemenu
VIDEO Menu
NE73
Voor een uitermate nauwkeurige montage
De ene videorecorder schakelt sneller van opnamepauze naar opname dan de andere videorecorder. Ook al start u het monteren met de camcorder en de videorecorder exact tegelijk, bestaat de kans dat een klein stukje niet wordt opgenomen of dat een stukje wordt opgenomen dat u eigenlijk niet wilt. Voor een preciese montage moet u daarom de timing van de camcorder t.o.v. de videorecorder bepalen.
BEPALEN VAN DE TIMING VAN DE VIDEORECORDER T.O.V. DE CAMCORDER
Start de weergave van de cassette in de camcorder, richt de afstandsbediening naar de
1
afstandsbedieningssensor van de camcorder en druk op R.A.EDIT ON/OFF. Het willekeurige montagemenu verschijnt.
Start de montage van slechts 1 scène (Program 1). Voor het bepalen van de timing van de videorecorder
2
en de camcorder moet u een duidelijk begin van een scène als inmonteerpunt kiezen.
Speel de gemonteerde scène af.
•Uw videorecorder schakelt te snel over van
3
opnamepauze naar de opnamefunctie indien er een gedeelte werd opgenomen dat voor het inmonteerpunt ligt.
•Uw videorecorder schakelt traag indien er een gedeelte van de gekozen scène niet wordt opgenomen.
Afstands­bedieningssensor
R.A.EDIT ON/OFF
OPMERKINGEN:
Maak voordat u de willekeurige montage werkelijk start eerst een paar testopnamen (montages) om te controleren of de ingevoerde waarde juist is. Stel indien nodig de snelheid opnieuw in.
Afhankelijk van de videorecorder is het mogelijk dat u geen exacte correctie kunt maken.
INSTELLEN VAN DE TIMING VAN DE VIDEORECORDER T.O.V. DE CAMCORDER
Richt de afstandsbediening naar de sensor op de
4
camcorder en druk op R.A.EDIT ON/OFF zodat het menu voor willekeurige montage verdwijnt. Druk vervolgens op MENU. Het menuscherm verschijnt.
Druk op + of – om “ VIDEO” te kiezen en druk op
5
SET/SELECT. Het VIDEO menu verschijnt. Druk
vervolgens op + of – om “SYNCHRO” te kiezen en druk op SET/SELECT. De waarde voor “SYNCHRO” licht op.
Gebaseerd op de eerder uitgevoerde diagnose, kunt u
6
nu de opname-timing van de videorecorder vooruit zetten door op + te drukken. U kunt de opname­timing van de videorecorder oog terug zetten door op – te drukken. U kunt de waarde instellen met stappen van 0,1 seconde vanaf –1,3 t/m +1,3 seconden. Druk op SET/SELECT om de instelling te voltooien.
Druk op + of – om “ RETURN” te selecteren en druk
7
vervolgens tweemaal op SET/SELECT. U kunt nu de willekeurige montage vanaf stap 4 op blz. 71 starten.
74 NE
[A] Gebruik van een USB kabel
SYSTEEMAANSLUITINGEN
Naar USB
[B] Gebruik van een DV kabel
Naar DV
Kernfilter
Open het dekseltje.
Aansluiten op een Personal Computer
[A] Gebruik van een USB kabel
Deze camcorder is in staat stilbeelden over te brengen naar een PC met behulp van software (meegeleverd).
[B] Gebruik van een DV kabel
Het is ook mogelijk stilbeelden over te brengen naar een PC met een DV aansluiting met behulp van software die geleverd werd bij de PC of in de handel verkrijgbaar is.
Sluit de camcorder aan op uw PC met de juiste kabel zoals aangegeven in de afbeelding.
1
Als u een USB aansluiting gebruikt, dient u de
VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY” te
2
zetten.
•Alleen de stilbeelden die zijn opgeslagen op de geheugenkaart kunnen worden overgebracht naar een PC.
Zet de Spanningsschakelaar van de camcorder op “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de
3
schakelaar ingedrukt houdt en zet de PC aan.
•Raadpleeg de handleiding van de software voor meer informatie over hoe u een stilbeeld moet overbrengen naar de PC.
USB kabel (optioneel)
Naar de USB aansluiting
PC
OF
DV kabel (optioneel)
OPMERKINGEN:
Gebruik bij voorkeur de netadapter/acculader als spanningsbron in plaats van de accu (
Sluit nooit de USB kabel en de DV kabel tegelijk aan op de camcorder. Sluit alleen die kabel aan die u daadwerkelijk gaat gebruiken.
Wanneer u een DV kabel wilt gebruiken, moet u de los verkrijgbare JVC VC-VDV206U of VC-VDV204U DV kabel aanschaffen, afhankelijk van het soort DV aansluiting (4- of 6-pens) op de PC, of dient u de DV kabel te gebruiken die werd meegeleverd met de capture-kaart.
Als de via de USB kabel op de camcorder aangesloten PC niet aan staat, zal de camcorder niet in de USB functie schakelen.
De datum/tijd informatie kan niet door de PC worden overgenomen.
Raadpleeg de handleidingen van de PC en de software.
De stilbeelden kunnen ook naar een PC worden overgebracht door middel van een capture-kaart met een DV aansluiting.
Afhankelijk van de PC of de capture-kaart die u gebruikt, is het mogelijk dat het systeem niet naar behoren functioneert.
“USB MODE” en/of “ACCESSING FILE” zal op de LCD monitor verschijnen wanneer de PC gegevens op de camcorder inleest of terwijl de camcorder een bestand aan het overbrengen is naar de PC.
Koppel de USB kabel in geen geval los terwijl de melding “ACCESSING FILE” (bestaand aan het openen) op de LCD monitor getoond wordt, aangezien het product hierdoor schade kan oplopen.
Naar de DV-aansluiting
Kernfilter
PC met een DV-aansluiting
Z
blz. 11).
Open het dekseltje.
NE75
Aansluiten op een Video-apparaat voorzien van een DV-aansluiting
Aansluiting van de camcorder op de GV-DT3 Digital Printer (los verkrijgbaar), stelt u in staat beelden af te drukken of door te geven aan een PC. Het is ook mogelijk om met de camcorder opgenomen scènes te kopiëren op een andere videorecorder die voorzien is van een DV­aansluiting. Deze functie heet Digitaal kopiëren (Z blz. 59), wat als groot voordeel heeft dat daarbij vrijwel geen verlies van beeld- en geluidskwaliteit optreedt.
Naar de DV IN aansluiting
Digitale Printer
Naar DV
Kernfilter
DV kabel
(los verkrijgbaar)
Kernfilter
Naar de DV-aansluiting
Video-apparaat met een DV-aansluiting
Naar de PC aansluiting
PC verbindingskabel
Let er op dat alle apparaten uitgeschakeld zijn.
1
Sluit de camcorder op het door u gewenste apparaat
2
aan met de DV kabel zoals aangegeven in de illustratie.
Sluit indien nodig een PC verbindingskabel
3
(meegeleverd met de GV-DT3) aan op de PC aansluiting van de printer en op de RS-232C poort van de PC.
Zet de Spanningsschakelaar van de camcorder op
4
” terwijl u de vergrendeltoets op de schakelaar ingedrukt houdt en zet de andere apparaten aan.
OPMERKINGEN:
Gebruik bij voorkeur de netadapter/acculader als spanningsbron in plaats van de accu (Z blz. 11).
Als er geprobeerd wordt een stilstaand beeld weer te geven, of slow-motion of snel vooruit of terug te spoelen terwijl de camcorder is aangesloten op een video toestel via de DV aansluiting, zal het beeld eruit zien als een gekleurd mozaiek of helemaal zwart worden.
Raadpleeg ook de handleidingen van de aangesloten apparatuur.
Gebruik de los verkrijgbare JVC VC-VDV204U DV kabel.
PC
Naar de RS-232C poort
76 NE
REFERENTIE
REFERENTIE
INHOUD
DETAILS ...........................................................................77
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ................................... 78 – 83
ONDERHOUD DOOR DE GEBRUIKER ...................................84
INDEX .................................................................... 85 – 92
Docking station ......................................................... 85
Regelaars, aansluitingen en indicators ....................... 86 – 87
Aanduidingen ................................................... 88 – 92
VOORZORGEN........................................................ 93 – 95
TERMEN ................................................................. 96 – 97
TECHNISCHE GEGEVENS ........................................... 98 – 99
DETAILS
O N D E R D E E L O P M E R K I N G E N
NE77
Stroomvoor-
ziening
Z blz. 10)
(
VIDEO
OPNAME (Z blz. 20, 21)
Laad de accu op wanneer de omgevingstemperatuur tussen 10°C
en 35°C is. De ideale temperatuur is tussen 20°C en 25°C. Wanneer de omgevingstemperatuur te laag is, is het mogelijk dat de accu niet volledig geladen kan worden.
De opgegeven laadtijden gelden voor een volledig ontladen accu.De oplaadtijden en de gebruiksduur kunnen verschillen afhankelijk
van de omgevingstemperatuur en de toestand van de accu.
Gebruik de netadapter/acculader niet in de buurt van een radio om
storing van de ontvangst te voorkomen.
Omdat de netadapter/acculader de netspanning intern omzet,
wordt hij warm tijdens het gebruik. Gebruik de netadapter/lader daarom alleen in goed geventileerde ruimtes.
Bij gebruik van de LCD-monitor buitenshuis in het directe zonlicht,
zal het beeld soms moeilijk te zien zijn. Gebruik in dat geval de zoeker.
De cassettehouder kan uitsluitend worden geopend wanneer een
spanningsbron is aangesloten.
Na het openen van het deksel van de cassettehouder duurt het
mogelijk even eer de houder opent. Forceer de houder niet.
Nadat de cassettehouder eenmaal is gesloten wordt de houder
automatisch verder in het mechanisme getrokken. Wacht totdat de houder geheel in het mechanisme is getrokken alvorens het deksel van de cassettehouder te sluiten.
Wanneer de Opname start-/stoptoets wordt ingedrukt, kan het een
paar seconden duren voor de opname daadwerkelijk begint. “ begint te draaien wanneer de camcorder daadwerkelijk begint op te nemen.
De benodigde tijd voor het bepalen van de resterende bandtijd en
de nauwkeurigheid varieert mogelijk afhankelijk van de geplaatste cassette.
“TAPE END” zal worden getoond indien het eind van de cassette is
bereikt. De spanning zal vervolgens automatisch worden uitgeschakeld indien u de camcorder 5 minuten in deze toestand laat. “TAPE END” wordt ook getoond wanneer u een cassette die reeds aan het eind is in het toestel doet.
Bij het opnemen zal er geen geluid worden weergegeven via de
luidspreker. Om het geluid te kunnen beluisteren, dient u een los verkrijgbare hoofdtelefoon aan te sluiten op de PHONE aansluiting op het Docking station. Het geluidsniveau is hetzelfde als u heeft ingesteld tijdens weergave (
Tijdens interface-opname worden uitsluitend de “bandtransport-
indicator” en waarschuwingen ( worden omgekeerd als spiegelbeeld op het display getoond maar worden echter niet omgekeerd opgenomen.
De resterende bandtijdindicator wordt niet getoond tijdens
interface-opname. Wanneer er nog slechts 2 minuten bandtijd resteert zal de indicator echter wel verschijnen: (knippert) (knippert) (knippert)
Z blz. 23
).
Z blz. 91, 92) getoond; deze
78 NE
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Raadpleeg uw JVC handelaar indien het probleem niet met de volgende aanwijzingen kan worden opgelost.
De camcorder wordt door een microcomputer bestuurd. Externe ruis en interferentie (van bijvoorbeeld een TV of radio) kunnen de werking storen. U moet in dat geval eerst de spanningsbron ontkoppelen (accu, netadapter/acculader, enz.) verwijderen: wacht even en sluit de spanningsbron weer aan en voer de vereiste handelingen opnieuw vanaf het begin uit.
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
1.
1.
Geen spanning.
2.
“SET DATE/TIME!” wordt getoond.
3.
Opname is niet mogelijk.
4.
Er is geen beeld.
5.
Sommige functies zijn niet beschikbaar via MENU.
6.
Er wordt niet automatisch scherpgesteld.
7.
Cassette kan niet juist worden geplaatst.
8.
De geheugenkaart kanniet gewoon geladen worden.
• De spanningsbron is niet juist aangesloten.
• De accu is leeg.
• De LCD-monitor staat niet helemaal open of de zoeker is niet helemaal uitgetrokken.
2.
• De ingebouwde oplaadbare Lithium batterij voor de klok is leeg.
• De hiervoor ingestelde datum/ tijd is gewist.
3.
— Voor video opnamen —
• De wispreventie-schakelaar van de cassette staat op “SAVE” (bewaren).
• De spanningsschakelaar is op “ ” of “OFF” gedrukt.
• De VIDEO/MEMORY schakelaar staat op “MEMORY”.
• “TAPE END” verschijnt.
• Het afdekking van de cassettehouder is open.
— Voor D.S.C opnamen —
• De VIDEO/MEMORY schakelaar staat op “VIDEO”.
4.
• Geen spanning naar de camcorder of een ander probleem.
5.
• De spanningsschakelaar is op “ ” gedrukt.
6.
• De scherpstelling is op “MANUAL” gesteld.
• Het is te donker of het contrast is te zwak.
• De lens is vuil of er is condens op afgezet.
7.
• De cassette wordt verkeerd geplaatst.
• De accu is bijna leeg.
8.
• De geheugenkaart is verkeerd geplaatst.
1.
• Sluit de netadapter/acculader goed aan (Z blz. 11).
• Plaats een geladen accu (Z blz. 10, 11).
• Klap de LCD-monitor helemaal open of trek de zoeker helemaal uit.
2.
Sluit de camcorder meer dan 24 uur aan op een stopcontact via de netadapter/acculader om de oplaadbare Lithium batterij van de klok op te laden (Z blz. 13).
3.
• Zet de wispreventie­schakelaar van de cassette op “REC” (opnemen) (Z blz. 14).
• Zet de spanningsschakelaar op “ ” of “ ” (Z blz. 18).
• Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO”.
• Plaats een nieuwe cassette (Z blz. 14).
• Sluit het afdekking van de cassettehouder.
• Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY”.
4.
• Schakel de spanning van de camcorder even uit en vervolgens weer in (Z␣ blz.␣ 18).
5.
• Zet de spanningsschakelaar op “ ” (Z blz. 18).
6.
• Stel de scherpstelling op “AUTO” (Z blz. 53).
• Reinig de lens en controleer de scherpstelling nogmaals (Z blz. 84).
7.
• Plaats de cassette op de juiste wijze (Z blz. 14).
• Plaats een geladen accu (Z blz. 10, 11).
8.
• Doe de geheugenkaart op de juiste manier in het toestel (Z blz. 16).
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
9.
In de 5 Seconden Opname Functie stopt de opname voor er 5 seconden om zijn.
10.
De Momentopname functie kan niet worden gebruikt.
11.
De kleur van de momentopname is vreemd.
12.
Het met de momentopname­functie opgenomen beeld is te donker.
13.
Het met de momentopname­functie opgenomen beeld is te licht.
14.
De digitale zoom werkt niet.
15.
Programma AE met speciale effecten en fade/wipe­effecten werken niet.
16.
De zwart/wit fader werkt niet.
17.
De oplosfunctie werkt niet.
9.
• De 5 Seconden Opname Functie is op “ANIM.” ingesteld via het Menuscherm.
10.
• De Squeeze (breedbeeld) functie is geselecteerd.
11.
• De lichtbron die het onderwerp verlicht bestaat niet uit wit licht, of er zijn verschillende lichtbronnen achter het onderwerp.
• De Sepia of Zwart-wit functie is ingeschakeld.
12.
• De opname werduitgevoerd bij tegenlicht.
13.
• Het onderwerp is te licht.
14.
• De 10X optische zoom is ingesteld.
• “PROGRAM AE” is op “VIDEO ECHO” ingesteld in het Menuscherm.
• Beeld wipe of oplossen wordt voor een scène gebruikt.
15.
• De Spanningsschakelaar is op “ ” gedrukt.
16.
• De sepia of zwart/wit functie is geactiveerd.
17.
• De sepia, zwart/wit of langzame sluiter functie van programma AE met speciale effecten is geactiveerd.
• “WIDE MODE” is op “SQUEEZE ” gezet via het Menuscherm.
• De hiervoor gekozen functie van programma AE met speciale effecten werd veranderd na het vastleggen van de laatste scène voor het monteren.
9.
• Kies “5S” via het Menuscherm (Z blz. 47).
10.
• Annuleer de Squeeze (breedbeeld) functie (Z blz. 42).
11.
• Zoek een wit voorwerp op en maak de uitsnede zo dat dit ook in de opname komt (Z blz. 28, 52).
• Zet de Sepia of Zwart-wit functie uit (Z blz. 48, 49).
12.
• Druk op de BACKLIGHT toets (Z blz. 54).
13.
• Zet “PROGRAM AE” op “SPOTLIGHT” via het Menuscherm (Z blz. 48).
14.
• Zet “ZOOM” op “40X” of “100X” via het Menuscherm (Z blz. 41).
• Schakel de “VIDEO ECHO” functie uit (Z blz. 21, 48, 49).
• Wacht totdat de effecten van de beeld wipe/oplossen zijn uitgevoerd (Z blz. 21, 50).
15.
• Zet de Spanningsschakelaar op “ ” (Z blz. 18).
16.
• Schakel sepia en zwart/wit uit (Z blz. 48, 50).
17.
• Schakel sepia, zwart/wit of de langzame sluitertijd uit alvorens het oploseffect voor een scène te gebruiken (Z blz. 48, 50).
• Zet “WIDE MODE” op “CINEMA ” of “OFF” (Z blz. 42).
• Controleer dat de gewenste functie van programma AE met speciale effecten is gekozen alvorens het monteren te starten (Z blz. 48, 50).
NE79
VERVOLG OP VOLGENDE BLADEIJDE
80 NE
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
18.
De functies voor beeld wipe en oplossen werken niet.
19.
De beeld wipe-functie werkt niet.
20.
De overgang van scènes is niet als verwacht.
21.
De Video-echo functie werkt niet.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
18.
• Het eind van de laatst gekozen te monteren scène is bereikt.
• Bij het eind van de laatst gekozen te monteren scène werd de spanningsschakelaar naar “OFF” gedrukt.
• De spanning is uitgeschakeld.
19.
• De langzame sluiter is geactiveerd.
• “WIDE MODE” staat niet op “OFF”.
20.
• Bij gebruik van “Beeld Wipe/ Oplossen” (Z blz. 50), is er een vertraging van een fractie van een seconde tussen het voorgaande opnamestoppunt en het startpunt voor het oplossen. Dit is normaal, maar deze vertraging zal vooral opmerkbaar zijn wanneer u snel bewegende onderwerpen opneemt of de camcorder snel heen en weer beweegt (“panning”).
21.
• De Beeld Wipe of oplos functie is in gebruik.
• “WIDE MODE” is op “SQUEEZE ” gezet via het Menuscherm.
• Er is een Fade-in of Fade-out bezig.
18.
• Kies de beeld wipe of oplossen voordat u de opname start. De effecten worden dan automatisch geactiveerd (Z blz. 50).
• Schakel de spanning van de camcorder niet uit nadat de in- en uitmonteerpunten zijn gekozen, daar deze punten anders worden gewist (Z blz. 50).
• De camcorder schakelt automatisch uit indien de opnamestandbyfunctie langer dan 5 minuten is geactiveerd. Voer derhalve nadat u de opnamestandbyfunctie heeft geactiveerd de volgende handelingen binnen 5␣ minuten uit (Z blz. 50).
19.
• Schakel de langzame sluitertijdfunctie uit of zet “WIDE MODE” “OFF” voor u de beeld-wipe gaat gebruiken (Z blz. 42, 48, 50).
20.
————
21.
• Zet “WIDE MODE” op “CINEMA ” of “OFF” (Z blz. 42).
• Probeer de Video-echo functie niet te gebruiken wanneer er een Fade-in of een Fade-out bezig is (Z blz. 48, 50).
(vervolg)
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
22.
22.
De langzame sluiter is niet gekozen maar het beeld ziet er uit alsof de langzame sluiter is ingesteld.
23.
Geen stroboscoopfunctie wanneer de klassieke film of stroboscoopfunctie is geactiveerd.
24.
De witbalans kan niet worden ingesteld.
25.
Verticale strepen bij opname van een helder verlicht onderwerp.
26.
Het scherm wordt even rood of zwart indien het directe zonlicht tijdens opname op het scherm valt.
27.
Datum/tijd worden niet tijdens opname getoond.
28.
Op de geheugenkaart opgeslagen bestanden kunnen niet verwijderd worden.
29.
De indicators en de mededelingen verschijnen niet.
30.
Beelden op de LCD-monitor
zijn te donker of licht.
31.
De achterkant van de LCD­monitor is heet.
32.
De indicators en kleuren van het beeld op de LCD­monitor zijn niet helder.
• Bij opname onder donkere omstandigheden wordt het toestel veel gevoeliger voor licht en krijgt het beeld een effect als van de langzame sluiter.
23.
• De functie voor beeld wipe of oplossen is in gebruik.
24
• De sepia- of zwart/wit-functie is geactiveerd.
25.
• Het contrast is sterk. Dit duidt niet op een defect.
26.
• Dit duidt niet op een defect.
27.
• “DATE/TIME” in het Menuscherm is op “OFF” gesteld.
28.
• De bestanden op de geheugenkaart zijn beveiligd.
29.
• “TIME CODE” is op “OFF” gezet via het Menuscherm.
30.
• Bij lage temperaturen worden de beelden donkerder vanwege de karakteristieken van de LCD­monitor. De kleuren zullen nu tevens anders zijn dan opgenomen. Dit duidt niet op een defect van de camcorder.
• De beelden op de LCD-monitor worden donker wanneer de fluorescerende lamp van de LCD-monitor het eind van zijn levensduur heeft bereikt. Raadpleeg uw JVC handelaar.
31.
• De LCD-monitor wordt warm door de lamp.
32.
• U drukt mogelijk op het oppervlak of de rand van de LCD-monitor.
22.
• Voor een natuurgetrouwere opname moet u “GAIN UP” in het Menuscherm op “AGC” of “OFF” stellen (Z blz. 41).
23.
• Probeer de klassieke film of stroboscoopfunctie niet te gebruiken tijdens een overgang van scènes (Z blz. 48, 50).
24.
• Schakel sepia of zwart/wit uit alvorens de witbalans in te stellen (Z blz. 49, 55).
25.
26.
27.
• Stel “DATE/TIME” in het Menuscherm op “ON” (Z blz. 43).
28.
• Annuleer de beveiliging van de bestanden op de geheugenkaart en verwijder vervolgens de bestanden (Z blz. 33 – 35).
29.
• Zet “TIME CODE” “ON” via het Menuscherm (Z blz. 43, 44).
30.
• Stel de helderheid en hoek van de LCD-monitor in (Z blz. 20, 21).
31.
• Schakel de LCD-monitor even uit door deze te sluiten of druk de spanningsschakelaar naar “OFF” en laat het toestel afkoelen.
32.
VERVOLG OP VOLGENDE BLADEIJDE
NE81
————
————
————
82 NE
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
33.
Aanduidingen op de LCD­monitor of in de zoeker knipperen.
34.
Heldere punten op de LCD­monitor of in de zoeker.
35.
U kunt het geluid niet horen tijdens de opname.
36.
Weergave, terugspoelen, doorspoelen niet mogelijk .
37.
Een geheugenkaart kan niet worden weergegeven.
38.
De band wordt getransporteerd maar er is geen beeld.
39.
De aanduidingen op de LCD-monitor zijn vervormd.
40.
Beelden trillen op de LCD­monitor.
41.
Tijdens weergave verschijnen er blokjes ruis, of er wordt helemaal geen beeld weergegeven en het scherm wordt blauw.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
33.
33.
• U heeft bepaalde fade/wipe­effecten, functies van Programma AE met speciale effecten, “DIS” en andere functies die niet tegelijk met elkaar kunnen worden gebruikt gekozen.
34.
• De LCD-monitor en de zoeker bestaan uit nauwkeurig luisterende onderdelen. Het is echter mogelijk dat er zwarte of heldere punten (rood, groen of blauw) voortdurend op de LCD-monitor of in de zoeker worden getoond. Deze punten worden echter niet op de band opgenomen. Dit duidt niet op een defect van het toestel. (Effectieve beeldpunten: meer dan 99,99%.)
35.
• De los verkrijgbare hoofd­telefoon is niet aangesloten op de hoofdtelefoon aansluiting.
• Het volume van de hoofdtelefoon aansluiting is niet goed afgeregeld. Het volume op dit moment is hetzelfde als het niveau waarop het werd ingesteld tijdens de laatste keer dat er een band werd afgespeeld.
36.
• De Spanningsschakelaar staat op “ ” of “ ”.
• De VIDEO/MEMORY schakelaar staat op “MEMORY”.
37
. • De Spanningsschakelaar staat
op “ ” of “ ”.
• De VIDEO/MEMORY schakelaar staat op “VIDEO”.
38.
• De TV heeft AV ingangs­aansluitingen maar is niet in de VIDEO functie geschakeld.
• Het afdekking van de cassettehouder is open.
39.
• Tijdens weergave van niet­opgenomen gedeelten, zoeken met hoge snelheid en stilbeeld-weergave zijn de aanduidingen op de LCD­monitor vervormd. Dit duidt niet op een defect.
40.
• Het luidsprekervolume is te hoog.
41.
————
• Lees de aanwijzingen voor het gebruik van fade/wipe­effecten, Programma AE met speciale effecten, en “DIS” opnieuw (Z blz. 41, 48 – 51).
34.
————
35.
• Sluit de los verkrijgbare hoofdtelefoon aan op de hoofdtelefoon aansluiting (Z blz. 85).
• Stel het volume opnieuw af tijdens weergave (Z blz. 23).
36.
• Druk de spanningsschakelaar naar “ ” (Z blz. 23).
• Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO”.
37
. • Zet de Spanningsschakelaar op
” (Z blz. 30).
• Zet de VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY”.
38.
• Schakel de TV in de functie of op het kanaal voor video­weergave (Z blz. 24, 25).
• Sluit het afdekking van de cassettehouder (Z blz. 14).
39.
————
40.
• Verlaag het volume (Z blz. 23).
41.
• Reinig de videokoppen met een los verkrijgbare reinigingscassette (Z blz. 94).
(vervolg)
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
42.
De LCD-monitor, zoeker en lens zijn vuil (bijvoorbeeld vingerafdrukken).
43.
Vreemde markering verschijnt.
44.
Foutmelding (E01— E06) verschijnt.
45.
De laadindicator van de netadapter/acculader licht niet op.
46.
Geen beeld op de LCD­monitor.
47.
Er verschijnt een zwarte balk op de onderkant van het scherm wanneer een beeld met de printer wordt afgedrukt.
48.
Wanneer de camcorder is aangesloten via de DV aansluiting werkt de camcorder niet.
49.
De geheugenkaart kan niet uit de camcorder worden gehaald.
42.
————
43.
————
44.
• De camcorder functioneert om een of andere reden niet juist. De camcorder kan in dit geval niet meer gebruikt worden.
45.
• De temperatuur van de accu is zeer hoog/laag.
• Laden is moeilijk bij zeer hoge/ lage temperaturen.
46.
• De zoeker is uitgetrokken.
• De helderheid van de LCD­monitor is niet juist ingesteld.
47.
• Dit duidt niet op een defect.
48.
• De DV kabel is eruitgetrokkek en er weer in gestoken terwijl de stroom was ingeschakeld.
49.
————
42.
• Veeg schoon met een zachte doek. Voorkom beschadiging en druk niet te hard (Z blz. 84).
43.
• Controleer het gedeelte over aanduidingen op de LCD­monitor en in de zoeker van deze gebruiksaanwijzing (Z blz. 88 – 92).
44.
• Ontkoppel de spanningsbron (accu, enz.), en wacht een paar minuten zodat de aanduiding verdwijnt. Nadat de aanduiding is verdwenen kunt u de camcorder weer in gebruik nemen. Raadpleeg uw JVC handelaar indien na het twee of driemaal herhalen van de hiervoor beschreven handeling de aanduiding niet verdwijnt of direct weer terugkomt.
45.
• Bescherm de accu en laad deze op bij een temperatuur tussen de 10°C en 35°C (Z blz. 93).
46.
• Duw de zoeker weer in.
• Stel de helderheid van de LCD-monitor juist in (Z blz. 20).
• Indien de monitor 180 graden omhoog is gekanteld, moet u de monitor geheel openen (Z␣ blz. 20).
47.
• Gebruik “DIS” voor opname (Z blz. 41) om dit te voorkomen.
48.
• Doe de camcorder uit en weer aan en probeer het opnieuw.
49.
• Druk de geheugenkaart nog een paar keer in (Z blz. 16).
NE83
84 NE
2
Na gebruik
ONDERHOUD DOOR DE GEBRUIKER
Reinigen van de camcorder
Zet de camcorder uit.
1
Schuif en houd OPEN/EJECT naar beneden in
2
de richting van de pijl en trek de afdekking van de cassettehouder open totdat deze inklikt. De cassette houder gaat automatisch open. Verwijder de cassette.
Druk op “PUSH HERE” om de cassettehouder te
3
sluiten.
•Nadat de cassettehouder eenmaal is gesloten wordt de houder automatisch verder in het mechanisme getrokken. Wacht totdat de houder geheel in het mechanisme is getrokken alvorens het afdekking van de cassettehouder te sluiten.
Verschuif op de BATT. RELEASE 1 en verwijder
4
de accu 23.
Cassettehouder
Verwijder.
PUSH HERE (Drukken)
OPEN/EJECT schakelaar
Maak de buitenkant schoon met een zachte doek. Gebruik een met een mild schoonmaakmiddel
1
en water bevochtigde, goed uitgewrongen doek voor het verwijderen van hardnekkige vlekken. Veeg goed droog met een droge doek.
Open de LCD-monitor. Voorzichtig afvegen met een zachte doek. Wees uitermate voorzichtig
2
zodat u de LCD-monitor niet beschadigd. Sluit daarna de LCD-monitor.
Maak de lens schoon met een blaaskwastje en veeg vervolgens voorzichtig met een lenstissue.
3
Trek de zoeker helemaal uit.
4
Open het reinigingsklepje van de zoeker in de richting van de pijl 1.
5
Steek een blaaskwastje of een zachte doek in de opening aan de zijkant van de zoeker 2 en maak daarmee de binnenkant van de zoeker schoon.
•Indien de opening te nauw is, kunt u deze breder maken door de dioptrie-instelregelaar te draaien.
Druk het klepje weer dicht totdat het inklikt en duw de zoeker weer terug naar binnen.
6
OPMERKINGEN:
Gebruik nooit sterke reinigingsmiddelen, zoals benzine of alcohol.
Voor het reinigen moet de accu zijn verwijderd of de andere spanningsvoorziening zijn ontkoppeld.
Er komt mogelijk schimmel op de lens indien deze niet wordt gereinigd indien nodig.
Lees altijd de aanwijzingen die bij het product zijn geleverd goed door wanneer u een reinigingsmiddel of chemische doek gebruikt.
BATT. RELEASE schakelaar
1
Klepje
Blaaskwastje
Dioptrie-instelregelaar
INDEX
Docking station
1 2
3 4 5 6 7
NE85
1 Multi aansluiting
Via deze aansluiting kan het Docking station aangesloten worden op deze camcorder. Raak deze aansluiting nooit met uw vingers aan en zorg dat deze nooit in aanraking komt met harde voorwerpen; als de pennen beschadigd raken en geen goed contact meer maken wordt de aansluiting onbruikbaar.
2 Schroef............................................... Z blz. 25
3 Hoofdtelefoon aansluiting [PHONE] ..Z blz. 66
Er wordt geen geluid geproduceerd via de luidspreker wanneer er op deze aansluiting een hoofdtelefoon is aangesloten.
4 USB (Universal Serial Bus)
aansluiting ......................................... Z blz. 74
5 Schroefknop....................................... Z blz. 25
Bevestig de camcorder door deze met de klok mee te draaien.
6 Montage aansluiting [EDIT]................ Z blz. 70
Verbind de montagekabel voor het uitvoeren
van willekeurige montage .......... Z blz. 69 – 73
7 S-Video uitgangsaansluiting
[S-VIDEO OUT] ..................... Z blz. 24, 58, 70
86 NE
INDEX
Regelaars, aansluitingen en indicators
yt
p
1
0!@
32
e
4 5
8
9
6
7
#
u
i
r
R T
Y
EW
o
*
$ % ^ &
Q
O
(
U
I
)q
w
P
Bedieningselementen
1 E-mail clipopnametoets
[E-MAIL CLIP REC] .............................. Z blz. 61
2 MENU toets ........................................ Z blz. 40
3 •+, – toets .......................................... Z blz. 40
•Helderheidsinstelling LCD monitor
[MONITOR BRIGHT +, –] ................Z blz. 20
4 •Motorzoomring [T/W] ...................... Z blz. 21
•SHUTTLE SEARCH ring
[2/3] ...................................... Z blz. 23
5 •Opname start-/stoptoets.................... Z blz. 20
•Weergavetoets/pauzetoets [4/6]..... Z blz. 23
6 Spanningsschakelaar
[ , , , OFF] ........................... Z blz. 18
7 Vergrendeltoets ................................... Z blz. 18
8 •Momentopnametoets
[SNAPSHOT] ........... Z blz. 28, 29, 52, 60, 61
9 •Digitaal-geluidseffecttoets
[D.SOUND] .....................................Z blz. 56
•Stoptoets [5] .................................... Z blz. 23
0 INDEX toets .................................. Z blz. 32, 56
! Keuzetoets [SET/SELECT]..................... Z blz. 40
@ Accu Vergrendelschakelaar
[BATT. RELEASE] ................................. Z blz. 11
# OPEN/EJECT schakelaar ......................Z blz. 14
$ •FOCUS toets .................................... Z blz. 53
•Blanco-zoektoets [BLANK] ............... Z blz. 26
% VIDEO/MEMORY schakelaar
[VIDEO, MEMORY] ............................Z blz. 18
^ •EXPOSURE toets ...............................Z blz. 54
•Luidspreker volume regelaar
[VOL. +] ........................................... Z blz. 23
& •BACKLIGHT toets ............................. Z blz. 54
•Luidspreker volume regelaar
[VOL. –] ...........................................Z blz. 23
* Dioptrie-instelregelaar ........................ Z blz. 12
( Vergrendeltoets ................................... Z blz. 20
NE87
Aansluitingen
De aansluiting q bevindt zich onder de aansluiting­afdekking.
) Audio/video uitgangsaansluiting
[AV OUT] ...............................Z blz. 24, 58, 70
q Digitale video aansluiting
[DV IN/OUT: GR-DVP3, DV OUT: GR-DVP1]
(i.link*).................................... Z blz. 59, 74, 75
* i.Link refereert aan de IEEE1394-1995 industrie
specificatie en de uitbreidingen daarop. Het logo wordt gebruikt voor producten die conformeren aan de i.Link standaard.
w Multi aansluiting
Wanneer de camcorder op het Docking station bevestigd is, wordt deze aansluiting gebruikt.
Indicators
e Spanningsindicator ....................... Z blz. 18, 20
r Opname-indicatielampje .............. Z blz. 20, 42
Overige onderdelen
t LCD-monitor................................. Z blz. 20, 21
y Accubevestiging.................................. Z blz. 11
u Luidspreker .........................................Z blz. 23
i Oogje voor handgreepband/
draagriem ............................................. Z blz. 7
o Zoeker ................................................ Z blz. 12
p Reinigingsklepje zoeker ...................... Z blz. 84
Q Afdekking cassettehouder ................... Z blz. 14
W Stereomicrofoon ................................. Z blz. 66
E Info-accessoireschoentje
Hierop kunt u een los verkrijgbare videolamp/ flitser/zoom microfoon bevestigen. Schakel de spanning van de camcorder en de videolamp/ flitser/zoom microfoon uit alvorens deze te bevestigen of te verwijderen.
R Camerasensor
Bedek dit gedeelte niet; de sensor voor opname
is hier namelijk ingebouwd.
T Lens
Een lensfilter of conversielens kan niet worden
bevestigd.
Y Lensafdekking .....................................Z blz. 20
U Oogje voor handgreepband .................. Z blz. 7
I Afstandsbedieningssensor ................... Z blz. 62
O Statiefaansluiting ................................. Z blz. 12
P MEMORY CARD kaartklepje............... Z blz. 16
88 NE
INDEX
LCD monitor/zoekeraanduidingen alleen tijdens video-opname
1 Verschijnt in de Squeeze, Cinema. (Z blz. 42)
1
SO2U0N:D5512
2 4 56
3
PLP
50R
min E5C
6w
BIT
98
0 7!
S
2 Toont het gekozen fade/wipe-effect.
3 Draait wanneer de band wordt getransporteerd.
4 Toont de ingestelde opnamesnelheid (SP of LP).
5 Toont de resterende bandtijd. (Z blz. 20) 6 • “REC” verschijnt bij het opnemen.
•“PAUSE” verschijnt in de opname-standby-
stand. (Z blz. 20)
7 5S/Anim.: Laat de 5 Seconden opnamefunctie of
de Animatie opnamefunctie zien. (Z blz. 41, 47)
8 Verschijnt wanneer de windschermfunctie is
geactiveerd om de door de wind veroorzaakte ruis te verminderen. (Z blz. 42)
9 Verschijnt wanneer de invoeg-montage (w) of
invoeg-montage pauzestand (6w) is ingeschakeld. (Z blz. 68)
0 Toont de geluidsfunctie gedurende ongeveer
5␣ seconden na het inschakelen van de camcorder. (Z blz. 41)
! Laat de tijdcode zien. (Z blz. 22, 43)
Aanduidingen
(Z blz. 50, 51)
(Z blz. 20)
(Z blz. 15)
LCD monitor/zoekeraanduidingen alleen tijdens D.S.C.-opname
1 Laat de beeldgrootte van het opgeslagen beeld
zien. Twee beeldgroottes zijn beschikbaar: XGA
1
VGA
2
3
FINE
4 5 6
10 /100
en VGA (in aflopende volgorde van kwaliteit)
2 Verschijnt en knippert tijdens het opnemen.
3 Laat de kwaliteit van het opgeslagen beeld zien.
Twee beeldkwaliteiten zijn beschikbaar: FINE (fijn) en STD (standaard) (in aflopende volgorde van kwaliteit) (Z blz. 17)
4 • Verschijnt tijdens het opnemen.
•Knippert wanneer er geen geheugenkaart in het toestel zit. (Z blz. 28)
5 Toont het aantal beelden dat u al opgenomen
heeft. (Z blz. 28)
6 Toont het geschatte totale aantal beelden dat
opgeslagen kan worden, inclusief de beelden die u al opgenomen heeft. (Z blz. 28)
(Z blz. 17)
(Z blz. 28)
LCD monitor/zoekeraanduidingen tijdens video en D.S.C.-opname
9 0
NE89
1
40
xBRW
2
3 4
5
3
6
7
IGHT
8
1 Verschijnt wanneer de Spanningsschakelaar op
“ ” staat. (Z blz. 18)
2 Verschijnt wanneer “GAIN UP” op “AUTO” staat
en de sluitertijd automatisch wordt geregeld.
3 Verschijnt wanneer de los verkrijgbare flitser is
bevestigd op het info-accessoireschoentje.
4 Verschijnt wanneer de witbalans wordt ingesteld.
5 : Verschijnt wanneer er
tegenlichtcompensatie gebruikt wordt.
•“±” : Verschijnt wanneer de belichting wordt
ingesteld. (Z blz. 54)
6 Toont het gekozen Programma AE met speciale
effecten. (Z blz. 48, 49)
(Z blz. 41)
(Z blz. 55)
(Z blz. 54)
T
!
PHOTO
@
20 .
1127.
031
0
:
$
7 Verschijnt wanneer het diafragma is vergrendeld.
8 Verschijnt wanneer de beeldstabilisator
9 Zoombereik bij benadering: Verschijnt tijdens het
0 Verschijnt tijdens het zoomen.
! Verschijnt bij opname van een snapshot.
@ •BRIGHT: Toont de helderheid van de LCD-
# Toont de datum/tijd. (Z blz. 13) $ Verschijnt wanneer de scherpstelling handmatig
#
(Z blz. 54)
(“DIS”) is geactiveerd. (Z blz. 41)
zoomen. (Z blz. 21)
Zoomniveau-indicator (Z blz. 21)
(Z blz. 28, 52)
monitor of de zoeker. (Z blz. 20)
• EXPLOSION: Toont het geselecteerde
digitale geluidseffect. (Z blz. 56)
wordt ingesteld. (Z blz. 53)
90 NE
INDEX
LCD monitor/zoekeraanduidingen tijdens video-weergave
1 Toont de geluidsfunctie. (Z blz. 44, 46) 2 Toont de functie voor het opzoeken van blanco
1 2 3 54
1L2
B2I0T:/2S
O
U
N
D
1
L
O
:
A
N
L
U
2
5
SE ARCH
K
E
M
7
B
V
1
8
20
6
4
P
S
MIC
112
.
031
.
:
0
7
6
stukken. (Z blz. 26) Toont het geselecteerde digitale geluidseffect.
3 Toont de bandsnelheid. (Z blz. 15) 4 Verschijnt wanneer de band wordt getransporteerd.
4
: Weergave
3
: Snel doorspoelen/snel voorwaarts
zoeken
2
: Snel terugspoelen/snel achterwaarts
zoeken
6 : Pauze 64: Voorwaarts slow-motion 1
6 : Achterwaarts slow-motion e : Audio-dubben 6e : Audio-dubben pauze
5 Toont de geluidsingangsbron voor audio-
dubben. (Z blz. 66, 67)
6 Toont de datum/tijd. (Z blz. 44, 45) 7 BRIGHT: Toont de helderheid van de LCD
monitor of de zoeker. (Z blz. 20)
VOLUME: Toont het volume van de luidspreker
De niveau-indicator beweegt.
8 Toont de tijdcode. (Z blz. 44, 45)
Aanduidingen (vervolg)
(Z blz. 32, 56)
of de hoofdtelefoon. (Z blz. 23)
LCD monitor/zoekeraanduidingen tijdens D.S.C.-wg
1 Toont het soort bestand (IMAGE/E-CLIP/
D.SOUND).
1
IMAGE
BR IGHT
10 / 24
6 5
4
100
2
-
0010
20.
3
12.01
2 Laat de directory en bestandsnamen zien.
(Verschijnt alleen tijdens stilbeeldweergave.)
3 Toont de datum. (Verschijnt alleen tijdens
stilbeeldweergave.) (Z blz. 30)
4 Toont de ingestelde helderheid van de LCD
monitor of zoeker. (Z blz. 20) De niveau-indicator beweegt.
5 Toont het totale aantal opgeslagen bestanden.
6 Toont het indexnummer van het bestand.
(Z blz. 30)
(Z blz. 30)
(Z blz. 30)
Waarschuwingen
Aanduidingen Functie
Toont de resterende accuspanning.
Accu vol Accu bijna leeg
De accu-indicator knippert wanneer de accu bijna leeg is. De spanning wordt automatisch uitgeschakeld wanneer de accu is uitgeput.
Wordt getoond wanneer er geen cassette is geplaatst. (Z blz. 14)
CHECK TAPE’S ERASE
PROTECTION TAB
HEAD CLEANING
REQUIRED USE
CLEANING CASSETTE
CONDENSATION
OPERATION P AUSED
PLEASE WAIT
TAPE!
TAPE END
DIFFERENT
FORMA TTED TAPE
SET DATE/TIME!
LENS COVER
A. DUB ERROR!
A. DUB ERROR!
<CANNOT DUB
ON A LP RECORDED
TAPE>
<CANNOT DUB
ON A 16BIT
RECORDING>
<CHECK TAPE’S ERASE
PROTECTION TAB>
<MEMORY CARD>
MEMORY IS FULL
INSERT ERROR!
Verschijnt wanneer het wispreventielipje van de cassette op “SAVE” (bewaren) staat terwijl de spanningsschakelaar op “ ” of “ ” staat en de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO”. (Z␣ blz.␣ 18)
Wordt getoond indien er tijdens opname stof of vuil op de koppen is. Gebruik een los verkrijgbare reinigingscassette. (Z blz. 94)
Verschijnt als er condensatie is opgetreden. Wanneer deze aanduiding verschijnt, dient u tenminste 1 uur te wachten totdat de condensatie verdwenen is.
Verschijnt wanneer er geen cassette in het toestel zit maar er toch op de opname start-/ stoptoets of SNAPSHOT toets wordt gedrukt terwijl de spanningsschakelaar op “ ” of “ ” staat en de VIDEO/MEMORY schakelaar op “VIDEO”.
Wordt getoond wanneer tijdens opname of weergave het eind van de band wordt bereikt. (Z blz. 77)
Wordt getoond wanneer er een cassette van een ander formaat in het toestel gedaan wordt.
Wordt getoond wanneer de datum/tijd niet is ingesteld. (Z blz. 13)
Wordt getoond wanneer de ingebouwde klokbatterij (lithium) leeg is en
de instelling van de datum/tijd derhalve werd gewist. (Z blz. 13)
Wordt getoond na het uitschakelen van de spanning wanneer de lensafdekking niet naar beneden is geschoven. (Z blz. 20)
Wordt getoond wanneer audio-dubben wordt geprobeerd op een blanco gedeelte van de band. (Z blz. 66)
Wordt getoond wanneer audio-dubben wordt geprobeerd op een band die met de LP functie is opgenomen. (Z blz. 66)
Wordt getoond wanneer audio-dubben wordt geprobeerd op een band die met 16-bits audio is opgenomen. (Z blz. 66)
Wordt getoond wanneer er op A.DUB (e) op de afstandsbediening wordt gedrukt terwijl het wispreventielipje op “SAVE” (bewaren) staat.
Wordt getoond wanneer audio-dubben van digitale geluidseffecten wordt geprobeerd terwijl er geen geheugenkaart in de camcorder zit.
Verschijnt wanneer het geheugen van de geheugenkaart vol is en u er geen opname meer op kunt maken.
Verschijnt wanneer invoeg-montage wordt geprobeerd op een blanco stuk band. (Z blz. 68)
NE91
(Z blz. 66)
(Z blz. 67)
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
92 NE
Aanduidingen Functie
INSERT ERROR!
<CANNOT EDIT
ON A LP RECORDED
<CHECK TAPE’S ERASE
TAPE>
PROTECTION TAB>
COPYING FAILED
MEMORY CARD!
PLEASE
FORMAT
NO FILES STORED
NO SOUND FILES
Unsupported file!
E01 — E06
UNIT IN SAFEGUARD
MODE REMOVE AND
REATT ACH BA TTER Y
CARD ERROR!
CHECK CARD'S WRITE
PROTECTION SWITCH
INDEX
Verschijnt wanneer invoeg-montage wordt geprobeerd op een band die met de LP functie is opgenomen. (Z blz. 68)
Verschijnt wanneer INSERT (w) op de afstandsbediening wordt ingedrukt terwijl het wispreventielipje op “SAVE” (bewaren) staat. (Z blz. 68)
Verschijnt als u probeert tegen kopiëren beveiligde signalen te kopiëren terwijl deze camcorder als recorder wordt gebruikt.
Verschijnt in de volgende gevallen bij het kopiëren (van digitale stilbeelden of videoclips) vanaf een band naar een geheugenkaart: – wanneer er geen geheugenkaart in de camcorder zit. – wanneer het geheugen van de geheugenkaart vol is. – wanneer de geheugenkaart nog niet geformateerd is. – wanneer er een tegen kopiëren beveiligde SD geheugenkaart in het
toestel zit. (Z blz. 60, 61)
Verschijnt als er geen geheugenkaart in het toestel zit wanneer er op SNAPSHOT wordt gedrukt terwijl de spanningsschakelaar op “ ” of “ ” staat en de VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY”. (Z blz. 28)
Verschijnt wanneer er een probleem is met een geheugenkaart en het geheugen daarvan niet meer leesbaar is of deze nog niet geïnitialiseerd is. Initialiseer de geheugenkaart. (Z blz. 38)
Verschijnt als er geen beeldbestanden op de geheugenkaart zijn opgeslagen terwijl de spanningsschakelaar op “ ” staat en de VIDEO/MEMORY schakelaar op “MEMORY”.
Verschijnt als er geen videoclipbestanden op de geheugenkaart zijn opgeslagen wanneer de videoclipfunctie door het indrukken van de SET/SELECT toets wordt ingeschakeld.
Verschijnt nadat een geheugenkaart werd geformatteerd.
Verschijnt als er geen geluidsbestanden op de geheugenkaart zijn opgeslagen wanneer de geluidseffect-functie door het indrukken van de SET/SELECT toets wordt ingeschakeld of wanneer D.SOUND gedurende een video-opname wordt ingedrukt.
Verschijnt wanneer u een bestand kiest van een andere indeling dan MP3 voor digitaal geluid, of van een andere indeling dan DCF voor beelden.
De foutmelding (E01 — E06) toont wat het probleem is. De camcorder wordt automatisch uitgeschakeld nadat een foutmelding verschijnt. U moet de spanningsbron (accu, enz.) en vervolgens een paar minuten wachten zodat de aanduiding verdwijnt. Nadat de aanduiding is verdwenen kunt u de camcorder weer in gebruik nemen. Raadpleeg uw JVC handelaar indien na het uitvoeren van de hiervoor beschreven handeling de aanduiding niet verdwijnt of direct weer terugkomt.
Verschijnt wanneer de camcorder er langer dan 60 seconden over doet om de geladen geheugenkaart af te lezen. Haal de geheugenkaart uit het toestel en doe hem weer terug. Herhaal deze procedure tot de melding niet meer verschijnt. Als de melding terug blijft komen, is de geheugenkaart waarschijnlijk defect.
Verschijnt wanneer u probeert digitale stilbeelden op te nemen terwijl er een tegen kopiëren beveiligde SD geheugenkaart in het toestel zit.
Aanduidingen (vervolg)
VOORZORGEN
NE93
Algemene voorzorgen batterijen
Als de afstandsbediening niet werkt, ook al voert u de juiste handelingen uit, zijn de batterijen leeg. Vervang de batterijen door verse.
Gebruik deze batterijen: R03 (AAA) formaat x 2 Neemt u alstublieft de volgende regels in acht bij het gebruiken van batterijen. Wanneer batterijen niet op de juiste manier worden behandeld, kunnen ze gaan lekken of zelfs ontploffen.
1. Raadpleeg blz. 62 voor het vervangen van de
batterijen.
2. Gebruik geen batterijen van een ander formaat
dan wat voorgeschreven is.
3. Controleer of de batterijen in de juiste richting in
het batterijvak zitten.
4. Gebruik geen oplaadbare batterijen.
5. Stel de batterijen niet bloot aan te hoge
temperaturen, aangezien ze hierdoor kunnen gaan lekken of zelfs ontploffen.
6. Gooi de batterijen niet in het vuur.
7. Haal de batterijen uit het toestel als u dit voor
langere tijd niet zult gebruiken om te voorkomen dat de batterijen gaan lekken, hetgeen storingen zou kunnen veroorzaken.
8. Laad de meegeleverde batterijen niet op.
Accu’s
De bijgeleverde accu is een lithium-ionaccu. Lees alvorens deze accu of een los verkrijgbare accu te gebruiken de volgende voorzorgen goed door:
1. Voorkom gevaar . . .
... verbrand de accu niet. ... sluit de contactpunten niet kort. Let er op dat
het meegeleverde accukapje op de accu zit wanneer u deze gaat vervoeren. Als het accukapje kwijt is, moet u de accu in een plastic zakje vervoeren.
... maak geen veranderingen en demonteer niet. ... stel de accu niet aan temperaturen boven de
60°C bloot daar de accu anders oververhit met mogelijk een ontploffing en brand tot gevolg.
... gebruik uitsluitend de gespecificeerde laders.
2. Voorkom beschadiging en verleng de levensduur . . .
... stel de accu niet aan schokken bloot. ... laad bij temperaturen op die binnen het
hieronder getoonde bereik ligt. Dit is een accu van het “chemische reactie type” — lagere temperaturen vertragen het laden, en hogere temperaturen belemmeren mogelijk het volledig laden van de accu.
... bewaar de accu op een droge, koele plaats.
Door langdurige blootstelling aan hoge temperaturen wordt de accu ontladen en de levensduur verkort.
... laad één keer per jaar een accu eerst geheel op
en ontlaad dan geheel wanneer u de accu voor langere tijd opbergt.
... verwijder de accu van de lader of het toestel
wanneer u deze niet gebruikt. Sommige toestellen gebruiken namelijk ook spanning wanneer ze zijn uitgeschakeld.
OPMERKINGEN:
De accu is na het laden of gebruik warm. Dit is normaal.
Temperatuurbereik
Laden ..................................... 10°C t/m 35°C
Gebruik ................................. 0°C t/m 40°C
Opslag ................................... –10°C t/m 30°C
De oplaadtijd is gebaseerd op een kamer­temperatuur van 20°C.
Hoe lager de temperatuur, hoe langer het opladen duurt.
Contactpunten
94 NE
VOORZORGEN
(vervolg)
Cassettes
Lees de volgende voorzorgen door voor een juist gebruik en opslag van uw cassettes.
1. Tijdens gebruik . . .
... controleer dat de cassette de Mini DV
markering heeft.
... vergeet niet dat opname op een reeds
opgenomen cassette automatisch de “oude”
opname van de video- en audiosignalen wist. ... controleer dat de cassette juist wordt geplaatst. ... plaats en verwijder een cassette niet
herhaaldelijk zonder dat de band is
getransporteerd. De band komt hierdoor
namelijk los te zitten met mogelijk
beschadiging tot gevolg. ... open nooit de huls van de cassette. Er zou
anders stof of vingerafdrukken op de band
kunnen komen.
2. Bewaar cassettes . . .
... uit de buurt van de verwarming of andere
warmtebronnen. ... uit het directe zonlicht. ... op een plaats die niet aan schokken of
trillingen blootstaat. ... op een plaats die niet aan sterke magnetische
velden blootstaat (bijvoorbeeld in de buurt van
motoren, transformators of magneten). ... verticaal geplaatst en in het originele
cassettedoosje.
Geheugenkaarten
Leest u alstublieft de volgende instructies goed door om er zeker van te zijn dat u uw geheugenkaart correct gebruikt en behandeld.
1. In gebruik . . .
.... let op het geheugenkaart merkteken op de SD
of MultiMediaCard.
.... let er op dat u de geheugenkaart op de juiste
manier in het toestel steekt.
2. Terwijl de geheugenkaart bezig is (tijdens opname, weergave, wissen, initialiseren enz.). . .
.... haal de geheugenkaart nooit uit het toestel en
schakel de camcorder nooit uit.
3. Bewaar geheugenkaarten . . .
.... niet in de buurt van kachels of andere
warmtebronnen.
.... niet in direct zonlicht.
.... op een plek waar ze niet blootstaan aan
onnodige schokken of trillingen.
.... op een plek waar ze niet blootstaan aan sterke
magnetische velden (zoals die gegenereerd
worden door motoren, transformatoren of
magneten).
LCD-monitor
1. Voorkom beschadiging van de LCD-monitor en NIET . . .
... hard op de monitor drukken of aan schokken
onderhevig stellen.
... de camcorder met de LCD-monitor onder
ergens neerleggen.
2. Verleng de levensduur . . .
... en wrijf niet hard of met een ruwe doek
schoon.
3. Let op de volgende punten. Dit zijn karakteristieken van de LCD-monitor.
•Bij gebruik van de camcorder wordt het
oppervlak en/of de achterkant van de LCD­monitor warm.
•De oppervlakken rond de LCD-monitor worden
mogelijk warm wanneer de spanning lang is ingeschakeld.
Hoofdtoestel
1. Voor de veiligheid, NIET . . .
... de behuizing van de camcorder openen. ... het toestel demonteren of er veranderingen in
aanbrengen.
... de contactpunten van de accu kortsluiten.
Houd uit de buurt van metalen voorwerpen wanneer niet in gebruik.
... ontvlambare stoffen, water of metalen
voorwerpen in het toestel laten vallen.
...
de accu verwijderen of de spanning ontkoppelen wanneer de spanning nog is ingeschakeld.
... de accu op de camcorder bevestigd laten
wanneer niet in gebruik.
2. Vermijd gebruik van het toestel . . .
... op zeer vochtige of stoffige plaatsen. ... op plaatsen die onderhevig zijn aan roet of
stoom, bijvoorbeeld in de buurt van een gasfornuis.
... op plaatsen die onderhevig zijn aan sterke
schokken of trillingen. ... in de buurt van een TV. ... in de buurt van apparatuur die sterke
magnetische of elektrische velden opwekt
(bijvoorbeeld luidsprekers of zendantennes). ... op plaatsen die aan zeer hoge (boven 40°C) of
zeer lage (onder 0°C) temperaturen onderhevig
zijn.
3. Bewaar het toestel NIET . . .
... op plaatsen waar de temperatuur hoger is dan
50°C. ... op plaatsen met een zeer lage (onder 35%) of
hoge (boven 80%) vochtigheidsgraad. ... in het directe zonlicht. ... in de zomer in een afgesloten auto. ... in de buurt van een verwarmingselement.
4. Ter bescherming, het toestel NIET . . .
... nat laten worden. ... laten vallen of tegen harde voorwerpen stoten. ... tijdens transport onderhevig aan sterke
schokken of trillingen blootstellen.
... met de lens langdurig op een helder onderwerp
richten. ... met de lens in het directe zonlicht houden. ... aan de LCD-monitor of zoeker dragen. ... hard heen en weer slingeren met de handriem
of greep.
5. Vuile koppen veroorzaken mogelijk de volgende problemen:
•Geen beeld tijdens weergave.
•Ruis of ruisblokken tijdens weergave.
•Tijdens opname wordt de waarschuwing voor
een vuile kop “ ” getoond.
Reinig vuile koppen met een in de handel verkrijgbare reinigingscassette. Plaats de reinigingscassette en start de weergave. De koppen worden mogelijk beschadigd indien u deze cassette meerdere malen achter elkaar gebruikt. De weergave wordt automatisch na ongeveer 20 seconden gestopt. Zie tevens de aanwijzingen van de kopreinigingscassette. Raadpleeg uw JVC handelaar indien na gebruik van deze reinigingscassette het probleem nog niet is opgelost. De mechanisch bewegende onderdelen voor het bewegen van de videokoppen en het transporteren van de band raken na verloop van tijd verontreinigd en verslijten op den duur. Laat voor een optimale werking en heldere beelden het toestel na ongeveer 1000 gebruiksuren nakijken. Raadpleeg uw JVC handelaar voor deze periodieke check-ups.
NE95
Juiste omgang met een CD-ROM
•Zorg dat er geen vuil of krassen komen op de glimmende onderkant (tegenover de labelkant). Schrijf niet op een CD-ROM en plak geen etiketten e.d. op de bovenkant of de onderkant. Als een CD­ROM vuil is, kunt u deze met een zachte does schoonvegen, vanuit het midden naar de rand.
•Gebruik geen reinigingsmiddelen of antistatische spray voor conventionele grammofoonplaten.
•Verbuig een CD-ROM niet en raak de glimmende onderkan niet met uw vingers aan.
•Bewaar een CD-ROM niet op een warme, stoffige of vochtige plaats. Laat niet in de volle zon liggen.
Meer over condensvorming . . .
Het is u misschien wel eens opgevallen dat wanneer een koude vloeistof in een glas geschonken wordt, er zich waterdampdruppels vormen aan de buitenkant van het glas. Ditzelfde fenomeen, dat we condensatie noemen, kan op de koppen van de camcorder optreden wanneer deze van een koude naar een warme plaats wordt overgebracht, na het verwarmen van een koude kamer, in overmatig vochtige omstandigheden, of op een plek in de directe luchtstroom van een airconditioner.
Vocht op de kop, een van de meest kwetsbare onderdelen van de camcorder, kan de videoband zowel als het interne mechanisme van de camcorder beschadigen.
Ernstige problemen
Indien er iets mis is met het toestel, moet u het gebruik van de camcorder direkt staken en uw JVC handelaar raadplegen.
De camcorder wordt door een microcomputer bestuurd. Externe ruis en interferentie (van bijvoorbeeld een TV of radio) kunnen de werking storen. U moet in dat geval eerst de spanningsbron ontkoppelen (accu, netadapter/ acculader, enz.) verwijderen: wacht even en sluit de spanningsbron weer aan en voer de vereiste handelingen opnieuw vanaf het begin uit.
96 NE
A
Aansluitingen ......... Z blz.
Accu ............................................ Z blz. 10, 11, 93
Accu bijna leeg ....................................... Z blz. 91
Afstandsbediening ................................... Z blz. 62
Animatie ................................................. Z blz. 41
Audio-dubben ......................................... Z blz. 66
Automatische scherpstelling..................... Z blz. 53
Automatisch tonen van de datum ............. Z blz. 43
Automatische uitschakeling ............... Z blz. 20, 29
Automatische weergave ........................... Z blz. 30
B
Beeldgrootte ............................................ Z blz. 17
Beeld-voor-beeld weergave...................... Z blz. 64
Beeld Wipe/Oplossen ........................ Z blz. 50, 51
Bestanden beveiligen ............................... Z blz. 33
Bestanden Wissen.............................. Z blz. 34, 35
Belichtingsregeling .................................. Z blz. 54
Bevestigen op een statief .......................... Z blz. 12
Bijgeleverde accessoires ............................ Z blz. 5
Breedbeeldfunctie ................................... Z blz. 42
C
Cinema ................................................... Z blz. 42
D
Datum/Tijd-display ........................... Z blz. 43– 45
Datum/Tijd-instellingen ........................... Z blz. 13
Demonstratiefunctie ............................ Z blz. 8, 42
Diafragma ............................................... Z blz. 54
Diafragmavergrendeling .......................... Z blz. 54
Digitale geluidseffecten ........................... Z blz. 56
Digitale zoom ................................... Z blz. 21, 41
DIS (Digitale Beeld Stabilisator) ................ Z blz. 41
Donkerder beeld op LCD-monitor ........... Z blz. 20
F
Fade-in/Fade-out ............................... Z blz. 50, 51
G
Geheugenkaart .................................. Z blz. 16, 94
Geluidsfunctie ............................. Z blz. 41, 44, 46
Geluidssignaal ......................................... Z blz. 42
10, 11, 24, 58, 59, 70, 74, 75
TERMEN
H
Handmatige scherpstelling ....................... Z blz. 53
I
Index-scherm .......................................... Z blz. 31
Index-weergave ....................................... Z blz. 32
Ingebouwde Lithium batterij voor de klok ..
Initialiseren van een geheugenkaart ......... Z blz. 38
Instellen afdruk-informatie (DPOF) ..... Z blz. 36, 37
Instellen van de afstandsbedieningscode
voor de videorecorder ........................... Z blz. 69
Instelling beeldkwaliteit ........................... Z blz. 17
Instellen van de handgreep ...................... Z blz. 12
Instellen van de zoeker ............................ Z blz. 12
Interface-opname .................................... Z blz. 21
Invoeg-montage....................................... Z blz. 68
J
Journalistenopname ................................. Z blz. 21
K
Kanalen (Links/Rechts) ............................. Z blz. 46
Klassieke film .......................................... Z blz. 49
Kopiëren van een cassette ................ Z blz. 58 – 61
L
LCD-monitor/zoekeraanduidingen ... Z blz. 88 – 92
Langzame sluiter ..................................... Z blz. 48
Lichter beeld op LCD-monitor ................. Z blz. 20
Lichtversterking ....................................... Z blz. 41
Luidspreker-volume ................................. Z blz. 23
M
Menuscherm, CAMERA ........................... Z blz. 41
Menuscherm, DISPLAY ...................... Z blz. 43, 45
Menuscherm, DSC .................................. Z blz. 43
Menuscherm, MANUAL .................... Z blz. 41, 42
Menuscherm, MEMORY .............Z blz. 30 – 38, 45
Menuscherm, SYSTEM ..................... Z blz. 42 – 45
Menuscherm, VIDEO .............................. Z blz. 44
Momentopname ................................ Z blz. 28, 52
Momentopname functie..................... Z blz. 28, 52
Motordrive-functie ................................... Z blz. 52
MultiMediaCard ................................ Z blz. 16, 94
Z blz. 13
N
Netadapter/acculader ........................ Z blz. 10, 11
Night-Scope ............................................ Z blz. 48
O
Opladen van de accu .............................. Z blz. 10
Opnemen van een E-mail clip.................. Z blz. 61
Opnamefunctie ....................................... Z blz. 15
Opname-indicatielampje ................... Z blz. 20, 42
Opnamestandbyfunctie............................ Z blz. 20
Opzoeken blanco stukken ....................... Z blz. 26
P
Pictogrammen ................................. Z blz. 41 – 43
Plaatsen van een cassette ......................... Z blz. 14
Printer ..................................................... Z blz. 75
Programma AE met speciale
effecten........................................... Z blz. 48, 49
R
Reinigen van de camcorder ..................... Z blz. 84
Reset ....................................................... Z blz. 43
S
Schemerlicht ........................................... Z blz. 49
SD geheugenkaart ............................. Z blz. 16, 94
Sepia ....................................................... Z blz. 49
Slow-motion weergave ............................ Z blz. 64
Sluitertijd ................................................. Z blz. 49
Sneeuw ................................................... Z blz. 49
Snel doorspoelen van de band ................. Z blz. 23
Snelzoeken .. ........................................... Z blz. 23
Squeeze .................................................. Z blz. 42
Sport ....................................................... Z blz. 49
Spotlichtcompensatie............................... Z blz. 49
Sprong-weergave ..................................... Z blz. 32
Stand Spanningsschakelaar ...................... Z blz. 18
Stand VIDEO/MEMORY schakelaar.......... Z blz. 18
Stilbeeldweergave ................................... Z blz. 23
Stroboscoop ............................................ Z blz. 49
NE97
T
Technische gegevens ......................... Z blz. 98, 99
Tegenlichtcompensatie ............................ Z blz. 54
Telemacro ............................................... Z blz. 41
Terugspoelen van de band ....................... Z blz. 23
Tijdcode ..................................... Z blz. 22, 43 – 45
V
Verwijderen van een cassette ................... Z blz. 14
Video-echo.............................................. Z blz. 49
5 Seconden opnamefunctie ..................... Z blz. 47
W
Weergave speciale effecten...................... Z blz. 65
Willekeurige montage van
meerdere scènes ........................... Z blz. 69 – 73
Windscherm............................................ Z blz. 42
Wipe-in/Wipe-out .............................. Z blz. 50, 51
Wisprotectie ...................................... Z blz. 14, 16
Witbalans ................................................ Z blz. 55
Z
Zelfopname ............................................. Z blz. 21
Zoomen .................................................. Z blz. 21
Zoomen tijdens weergave ........................ Z blz. 64
Zwart/wit................................................. Z blz. 49
98 NE
TECHNISCHE GEGEVENS
Camcorder
Algemeen
Spanningsbron : 6,3 V gelijkstroom (Met de Netadapter/acculader)
Stroomverbruik
LCD-monitor uitgeschakeld, zoeker ingeschakeld
LCD-monitor ingeschakeld, zoeker uitgeschakeld
Afmetingen (B x H x D) : 43 mm x 115 mm x 80 mm
Gewicht : Ongeveer 340 g
Bedrijfstemperatuur : 0°C t/m 40°C Bedrijfsvochtigheid : 35% t/m 80% Opslagtemperatuur : –20°C t/m 50°C Pickup : 1/4" CCD Lens : F 1,8, f = 3,7 mm t/m 37 mm, 10:1 motorzoomlens
LCD-monitor : 2" diagonaal gemeten, LCD paneel/TFT actief matrix systeem Zoeker : Elektronische zoeker met 0,44" kleuren-LCD Luidspreker : Mono
Betreffende de digitale videocamera
Formaat : DV formaat (SD functie) Signaalformaat : PAL standaard Opname-/weergave-formaat : Video: Digitale componenten opname
Cassette : Mini DV cassette Bandsnelheid : SP: 18,8 mm/sec.
Maximale opnametijd : SP: 80 min. (bij gebruik van een 80 min. cassette) LP: 120 min.
Betreffende de digitale stilbeeld camera
Opslagmedium : SD geheugenkaart/MultiMediaCard Compressiesysteem : Stilbeeld : JPEG (compatibel)
Bestandsgrootte : 2 standen (XGA: 1024 x 768 beeldpunten/VGA: 640 x 480
Beeldkwaliteit : 2 standen (FINE/STANDARD) Aantal beelden dat by benadering kan worden opgeslagen (met de meegeleverde geheugenkaart [8 MB], met vooraf opgeslagen geluidseffecten)
FINE (fijn) : 37 (VGA), 16 (XGA) STANDARD (standaard) : 105 (VGA), 51 (XGA)
Voor andere geheugenkaarten, zie blz. 17.
7,2 V gelijkstroom (Met de accu)
: Ongeveer 4,1 W
: Ongeveer 5,0 W
(Met de LCD-monitor dicht en de zoeker helemaal ingeduwd.)
(zonder handgreepband, accu en cassette) Ongeveer 410 g (met handgreepband, accu en cassette)
(Een lensfilter of conversielens kan niet worden bevestigd.)
: Audio: PCM digitale opname, 32 kHz 4-kanalen (12-bits),
48 kHz 2-kanalen (16-bits)
LP: 12,5 mm/sec.
Bewegend beeld : MPEG4 (compatibel)
beeldpunten)
Betreffende aansluitingen
AV
Video uitgangsaansluiting : 1 V (p-p), 75 Ohm, analoog Audio uitgangsaansluiting : 300 mV (rms), 1 kiloOhm, analoog, stereo
DV
Ingangsaansluiting/Uitgangsaansluiting (alleen GR-DVP3) : 4-pens, voldoet aan IEEE 1394
Uitgangsaansluiting (alleen GR-DVP1) : 4-pens, voldoet aan IEEE 1394
Netadapter/Acculader AA-V100EG
Spanningsvereisten : 110 V tot 240 V wisselstroom, 50 Hz/60 Hz Stroomverbruik : 23 W Uitgang
Opladen : 7,2 V gelijkspanning; 1,2 A
VTR : 6,3 V gelijkspanning; 1,8 A Afmetingen (B x H x D) : 68 mm x 44 mm x 110 mm Gewicht : Ongeveer 250 g
Docking station CU-V507U
Algemeen
Afmetingen (B x H x D) : 48,4 mm x 36 mm x 79 mm Gewicht : Ongeveer 53 g
NE99
Aansluitingen
PHONE
Hoofdtelefoon uitgangsaansluiting : diameter 3,5 mm, stereo USB : TYPE B S-VIDEO OUT
Uitgangsaansluiting : Y: 1 V (p-p), 75 Ohm, analoog
EDIT : ø3,5 mm, 2-pens
Technische gegevens zijn gebaseerd op de SP functie tenzij anders aangegeven. Ontwerp en technische gegevens zijn zonder voorafgaande kennisgeving wijzigbaar.
C: 0,29 V (p-p), 75 Ohm, analoog
COPYRIGHT© 2001 VICTOR COMPANY OF JAPAN, LTD.
VICTOR COMPANY OF JAPAN, LIMITED
DU
GR-DVP3
GR-DVP1
Gedrukt in Japan 0301HOV*ID*SN
EG
Loading...