JVC GR-DVM5 Instruction Manual [nl]

DIGITALE VIDEOCAMERA
GR-DVM5
Bezoek onze CyberCam Homepage op de World Wide Web en antwoord ons klantenoverzicht (uitsluitend in het Engels):
http://www.jvc-victor.co.jp/index-e.html
NEDERLANDS
GEBRUIKSAANWIJZING
LYT0190-004B
DU
2 NE
Beste klant,
Dank u voor de aanschaf van deze digitale videocamera. Lees alvorens gebruik de waarschuwingen en voorzorgen op de volgende bladzijden goed door voor een veilige werking van uw nieuwe camcorder.
Meer over deze gebruiksaanwijzing
• De inhoudsopgave toont u alle belangrijke hoofdstukken en gedeelten (
• Aan het eind van de diverse gedeelten vindt u vaak opmerkingen. Lees deze opmerkingen tevens door.
• De basisbedieningen en meer geavanceerde functies/bedieningen zijn apart beschreven zodat u snel de uitleg kunt vinden die u nodig heeft.
Wij bevelen aan dat u . . .
..... eerst even de index (
andere elementaire informatie.
..... de volgende “Veiligheidsvoorschriften” en "Voorzorgsmaatregelen" goed doorleest. Deze informatie is uitermate
belangrijk voor een veilig en goed gebruik van uw nieuwe camcorder.
Lees tevens alvorens gebruik de waarschuwingen en aanwijzingen op blz. 82 en 83 goed door.
Z blz. 76 – 81) bekijkt en alvorens gebruik vertrouwd raakt met de plaatsen van toetsen en
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Z blz. 7)
WAARSCHUWING: STEL DIT TOESTEL NIET
BLOOT AAN REGEN OF VOCHT TER VOORKOMING VAN BRAND EN ELEKTRISCHE SCHOKKEN.
Waarschuwing voor de lithiumcelbatterij
Bij verkeerd gebruik van de in dit toestel gebruikte lithiumbatterij kan gevaar van brand of chemische verbranding ontstaan. Derhalve mag u de batterij nooit herladen, uiteennemen, verhitten boven 100°C of verbranden. Om eventueel brand- of explosiegevaar te vermijden, dient u de batterij uitsluitend te vervangen door een Maxell, Panasonic (Matsushita Electric), Sanyo of Sony CR2025 batterij. n Gooi een gebruikte batterij onmiddellijk weg (liefst op een
milieuvriendelijke wijze, bijvoorbeeld in een batterijbak of door hem terug brengen naar de foto- of elektriciteitshandelaar).
n Houd de batterij buiten het bereik van kinderen. n Neem de batterij niet uiteen en gooi hem niet in een open
vuur.
LET OP (aangaande het lichtnetadapter/
acculader-station):
VERMINDER DE KANS OP BRAND EN VERWIJDER DERHALVE NIET DE AFDEKKING (OF HET ACHTERPANEEL). ER BEVINDEN ZICH GEEN DOOR DE GEBRUIKER TE REPAREREN ONDERDELEN IN HET STATION. LAAT ONDERHOUD EN REPARATIE OVER AAN ERKEND ONDERHOUDSPERSONEEL.
VOORZORGSMAATREGELEN:
n Om elektrische schokken te vermijden, mag u de
ombouw niet openen. In het toestel bevinden zich geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Laat onderhoud over aan de vakman.
n Het wordt aanbevolen de stekker van het
lichtnetadapter/acculader-station uit het stopcontact te trekken wanneer het station voor langere tijd niet gebruikt gaat worden.
OPMERKINGEN:
Het spanningslabel (serienummer) en waarschuwingen voor de veiligheid zijn op het onder- en/of achterpaneel van het hoofdtoestel aangegeven.
Het spanningslabel (serienummer) van het lichtnetadapter/acculader-station is te vinden op de onderzijde van dat apparaat.
Gebruikte batterijen
Niet weggooien, maar inleveren als KCA.
De camcorder is gemaakt voor gebruik met kleurentelevisiesignalen van het PAL type. Het toestel kan niet gebruikt worden met een televisie gebaseerd op een ander systeem. Opname en weergave met de LCD-monitor/zoeker is echter overal mogelijk. Gebruik hiervoor de BN-V607U of BN-V615U accu en het bijgeleverde AA-V60EG lichtnetadapter/acculader-station om deze te laden. (Een stekkeradapter kan eventueel noodzakelijk zijn voor aanpassing aan afwijkende stopcontactontwerpen in verschillenden landen).
Dit toestel voldoet aan de eisen overeenkomstig de IEC standaard uitg. 65.
VEILIGHEIDSVOORZORGEN
Richt de lens of de zoeker niet direct naar de zon. Dit zou namelijk uw ogen kunnen beschadigen of problemen in de werking van het interne circuit kunnen veroorzaken met mogelijk brand of een elektrische schok tot gevolg.
LET OP! De volgende opmerkingen zijn uitermate belangrijk en dienen beschadiging van het toestel en letsel te voorkomen.
Bevestig en gebruik altijd de bijgeleverde schouderriem voor het dragen van het toestel. Houd de camcorder goed in uw hand met de riem goed over uw schouder. De camcorder valt mogelijk of zal niet meer juist functioneren indien u deze aan de zoeker en/of de LCD-monitor draagt of vasthoudt.
Let op dat uw vingers niet in de cassettehouder verstrikt raken. Let vooral op kinderen. De camcorder is geen speelgoed.
Gebruik geen statief op een instabiel of scheef oppervlak. Het statief zou anders om kunnen vallen met ernstige beschadiging van de camcorder tot gevolg.
LET OP: Blijvende bevestiging van de camcorder aan het lichtnetadapter/acculader-station, aansluitkabels (AUDIO/VIDEO, S-VIDEO, montage, gelijkstroomsnoer) en het toestel op een TV achterlaten wordt sterk afgeraden. Iemand zou namelijk gemakkelijk over de kabels of snoeren kunnen struikelen waardoor de camcorder zou kunnen vallen met beschadiging of letsel tot gevolg.
NE 3
Meer over accu’s
GEVAARLIJK! Voorkom brand of een ontploffing en
probeer derhalve batterijen en accu’s niet te demonteren en stel niet aan vuur of hitte bloot.
WAARSCHUWING! Zorg dat de accupolen of de accu zelf geen contact met metalen voorwerpen maken daar dit kortsluiting zou kunnen veroorzaken met mogelijk brand tot gevolg.
Voordelen van lithiumionaccu’s
Lithiumionaccu's zijn klein maar hebben een groot vermogen. De gebruikstijd wordt echter aanzienlijk korter of de accu kan zelfs helemaal niet meer worden gebruikt indien de accu afkoelt door een lage omgevingstemperatuur (onder 10°C). Indien u van plan bent om bij deze temperaturen een opname te maken, bewaar dan de accu in een plastic zak en bevestig de accu pas net voordat u de opname start. Zo lang de accu zelf niet koud is, heeft een lage omgevingstemperatuur geen invloed op de werking. (Wanneer u verwarmingskussens, handenwarmers of dergelijke gebruikt, moet u er goed op letten dat de accu geen direct contact met deze voorwerpen maakt.)
Lithiumion is gevoelig voor lage temperaturen.
n Deze camcorder is exclusief ontworpen
voor
digitale videocassettes. Gebruik uitsluitend cassettes voorzien van de markering met deze camcorder.
Alvorens een belangrijke scène op te nemen ...
.... gebruik uitsluitend cassettes voorzien van de
Mini DV markering.
.... onthoud dat deze camcorder niet uitwisselbaar
met andere digitale videoformaten is.
.... vergeet niet dat deze camcorder voor privé-
gebruik is ontworpen. Commercieel gebruik zonder de vereiste toestemming is verboden. (Het wordt tevens aanbevolen dat u vooraf toestemming heeft gekregen voor het opnemen van bijvoorbeeld een show, uitvoering, expositie of toneelstuk voor persoonlijk gebruik.)
4 NE
BIJGELEVERDE ACCESSOIRES
Lichtnetadapter/
acculader-station
AA-V60EG
Greep-/handriem
VIDEO en AUDIO kabel
(Lichtnetadapter/acculader-station
naar TV of videorecorder,
RCA tulpstekker 4 RCA tulpstekker)
Gelijkstroomsnoer
Accu BN-V607U
VIDEO/AUDIO kabel
(camcorder naar TV of VCR,
ø3,5 mini-stekker 4 RCA tulpstekker)
S-VIDEO kabel
Montagekabel
(ø3,5 mini-stekker, 2-polig)
TW
NE 5
Afstandsbediening
RM-V712U
Lithiumbatterij CR2025
voor afstandsbediening
Kabeladapter
Mini DV cassette 30 min.
(DVM-30) M-DV30ME
Schoonmaakdoekje
6 NE
De digitale videocamera zet binnenkomende audio- en videosignalen voor opname in een digitale vorm om. Een videosignaal bestaat uit een luminantiesignaal (Y) en kleurensignalen (R-Y en B-Y). Deze signalen
worden geïdentificeerd en digitaal opgenomen (Digital Component Recording). De A/D (Analoog naar Digitaal) converter bemonstert het Y signaal met 13,5 MHz en R-Y en B-Y met 6,75 MHz en zet deze om naar een 8-bit quantum signaal.
Met 48 kHz bemonsterd geluid wordt naar een 16-bit quantum signaal omgezet en geluid bemonsterd met 32 kHz wordt naar een 12-bit signaal omgezet.
MEER OVER DVC
OPMERKING:
De op de band opgenomen data zijn digitaal. De uitgang van deze camcorder is echter analoog.
VIDEO
Lens
Chrominantie (C)
AUDIO
Microfoon
Deze camcorder scheidt de data in blokken, en schrijft een blok met datatype op ieder spoor van de band.
Sporingsrichting
Luminantiesignaal (Y)
Kleurverschil­signaal (R-Y/B-Y)
Chromatische
analyse
12 sporen/beelden
A/D
conversie
A/D
conversie
A/D
conversie
Bandtransportrichting
Subcodegebied
Videogebied
compressie
Audiogebied
ITI gebied
Signaal-
Opname met roterende helical scan kop
5,24 mm
6,35 mm
1 Subcodegebied
De tijdcode en data voor de datum/tijd worden hier geschreven, afgezonderd van de data voor video. U kunt derhalve de datum/tijd ook tijdens weergave tonen, zelfs wanneer de datum/tijd niet tijdens opname werd getoond.
2 Videogebied
Het digitale videosignaal wordt hier opgenomen.
3 Audiogebied
Het digitale audiosignaal wordt hier opgenomen.
4 ITI (Insert en Tracking
Informatie) gebied
Signalen voor invoegmontage en montage na opname worden hier opgenomen.
INHOUD
BIJGELEVERDE ACCESSOIRES MEER OVER DVC STARTEN
OPNAME
WEERGAVE
MONTEREN
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN NA GEBRUIK BEDIENINGSORGANEN, INDICATORS EN AANSLUITINGEN
VOORZORGEN TECHNISCHE GEGEVENS UITLEG VAN TERMEN INDEX
NE 7
4 6 8
Laden van de accu .............................................................................. 8
Plaatsen van de accu ........................................................................... 9
Gebruik binnenshuis.......................................................................... 10
Gebruik van de accuhouder.................................................................. 10
Instellen van de datum/tijd................................................................. 11
Plaatsen/verwijderen van een cassette .................................................. 12
Instellen van de opnamesnelheid ........................................................... 13
Bevestigen van de greepriem ............................................................... 14
Bevestigen van een statief.................................................................. 15
Instellen van de dioptrie..................................................................... 15
RM-V712U afstandsbediening ............................................................. 16
Bedieningsfunctie ............................................................................. 17
18
Basisopname .................................................................................. 18
Geavanceerde functies ....................................................................... 25
48
Basisweergave ............................................................................... 48
Geavanceerde functies ....................................................................... 50
Basisverbindingen ............................................................................ 54
Geavanceerde verbindingen ................................................................. 58
60
Kopiëren ....................................................................................... 60
Digitaal kopiëren ............................................................................. 61
Instellen van merk ........................................................................... 62
Montage van meerdere scènes (Willekeurige montage) ................................ 63
Voor een uitermate nauwkeurige montage ............................................... 66
Opname van ander geluidspoor (“audio-dubben”) ...................................... 68
70 75 76
Digitale videocamera......................................................................... 76
Lichtnetadapter/acculader-station ......................................................... 78
Aanduidingen op de LCD-monitor/in de zoeker tijdens opname ....................... 79
Aanduidingen op de LCD-monitor/in de zoeker tijdens weergave ..................... 80
Waarschuwingen ............................................................................. 81
82 84 86 87
8 NE
STARTEN
Laden van de accu
De accu is bij het verlaten van de fabriek niet opgeladen. U moet de accu alvorens gebruik met het lichtnetadapter/acculader-station opladen.
BEVESTIGEN
Naar stopcontact
Gelijkstroom­uitgangsaansluiting (DC OUT)
VOER SPANNING NAAR LADER
1
TOE
Steek de stekker van het netsnoer van het lichtnetadapter/acculader-station in een stopcontact. De spanningsindicator licht op.
BEVESTIG ACCU
2
Controleer dat de markeringen omlaag gericht zijn en met de overeenkomende markeringen op het lichtnetadapter/acculader­station in lijn en bevestig.
•De laadindicator knippert ten teken dat het laden is gestart.
CONTROLEER DE INDICATOR
3
De accu is geladen wanneer de laadindicator niet meer knippert maar continu oplicht.
VERWIJDER DE ACCU/ACCU’S
4
Schuif de accu of accu’s in de richting van de pijl en trek van de lader.
•Vergeet niet de stekker van het netsnoer van het lichtnetadapter/acculader-station uit het stopcontact te trekken.
Accu Laadtijd bij benadering
BN-V607U 90 minuten BN-V615U 180 minuten
(los verkrijg­baar)
Accu BN-V607U
Netsnoer
Laadindicator
Spanningsindicator
VERWIJDEREN
Netsnoer
Lichtnetadapter/ acculader-station AA-V60EG
OPMERKINGEN:
Indien u tijdens het laden van een accu het gelijkstroomsnoer van de camcorder met het lichtnetadapter/acculader-station verbindt, zal er spanning naar de camcorder worden toegevoerd maar het laden van de accu worden gestopt (Z blz. 10).
Gebruik uitsluitend het bijgeleverde netsnoer voor het lichtnetadapter/acculader-station.
De laadindicator licht mogelijk niet op indien u een accu voor het eerst of na lange tijd weer oplaadt. Verwijder in dat geval de accu van het lichtnetadapter/acculader-station en probeer vervolgens weer opnieuw.
Het lichtnetadapter/acculader-station wordt tijdens gebruik warm omdat er spanning in het lichtnetadapter/acculader-station aanwezig is. Gebruik derhalve uitsluitend in een goed geventileerde ruimte.
De accu is versleten en moet worden vervangen indien de gebruikstijd na het geheel laden van de accu uitermate kort is. U moet een nieuwe accu kopen.
INFORMATIE:
Met het lichtnetadapter/acculader-station (bijgeleverd) kunt u behalve het opladen van een accu ook de accu die in de camcorder is geplaatst opladen. (Z blz. 55).
NE 9
Laadtemperaturen
Laad accu’s op bij temperaturen tussen de 10°C en 30°C. (Laad bij voorkeur op bij een temperatuur tussen de 20°C en 25°C.) Accu’s worden mogelijk niet geheel geladen indien de omgevingstemperatuur te laag is.
Doorlopende opname
Doorlopende opname is mogelijk (zie de volgende tabel voor de opnametijd) onder de volgende omstandigheden:
•Bij een temperatuur van ongeveer 20°C.
De opnametijd is echter aanzienlijk korter . . .
•indien de temperatuur lager dan 10°C is of,
•wanneer u herhaaldelijk zoomt, de opnamestandbyfunctie regelmatig wordt in- en uitgeschakeld of de LCD-monitor veel wordt gebruikt. Zorg dat u voldoende accu’s heeft voor 3 keer de geplande opnametijd zodat u nooit iets hoeft te missen.
Opnametijd bij benadering (eenheid: minuten)
Aantal accu’s voor voeding
Met één accu (BN-V607U) in de camcorder geplaatst Met één accu (BN-V615U) in de los verkrijgbare accuhouder (CU-
V615U) geplaatst die aan de camcorder is bevestigd Met twee accu's; één (BN-V607U) in de camcorder
geplaatst en één accu (BN-V607U of BN-V615U) in de los verkrijgbare accuhouder (CU-V615U) geplaatst die aan de camcorder is bevestigd
Met een BN-V856U accu*
* De BN-V856U accu en de AA-V80EG netadapter/acculader voor het laden van deze accu, zijn bij de los
verkrijgbare VU-V856KIT accukit voor verlengd gebruik geleverd.
BN-V607U x 2 BN-V607U &
BN-V615U
LCD-monitor uitgeschakeld/zoeker ingeschakeld
60 50
120 100
120 100
180 150
420 360
LCD-monitor ingeschakeld/zoeker uitgeschakeld
Plaatsen van de accu
De accu is bij het verlaten van de fabriek niet opgeladen. U moet de accu alvorens gebruik met het lichtnetadapter/acculader-station opladen (Z blz. 8). U kunt de accu ook opladen wanneer deze in de camcorder is geplaatst (Z blz. 55).
OPEN DE ACCUAFDEKKING
1
Schuif de openschakelaar naar beneden.
PLAATS DE GELADEN ACCU
2
Openschakelaar (BATTERY)
Steek het met gemarkeerde uiteinde van de accu eerst in het vak. Het omgekeerd plaatsen van de accu zal een onjuiste werking veroorzaken. U zult problemen krijgen wanneer u de accu andersom probeert te plaatsen.
SLUIT DE ACCUAFDEKKING
3
OPMERKINGEN:
Schakel voor het verwijderen van de accu de camcorder uit en open de accuafdekking zodat de accu half uit de camcorder komt. Verwijder
Accuafdekking
Accu
vervolgens de accu.
Wees voorzichtig zodat de accu niet valt.
10 NE
STARTEN
(vervolg)
Gebruik binnenshuis
Bij gebruik van de camcorder binnenshuis kunt u het lichtnetadapter/acculader-station (bijgeleverd) in plaats van een accu gebruiken.
Verwijderen
Verbindings­stuk
Kernfilter
VERBIND HET GELIJKSTROOMSNOER
1
MET DE CAMCORDER
Steek het verbindingsstuk van het bijgeleverde gelijkstroomsnoer in de camcorder.
VERBIND HET GELIJKSTROOMSNOER
2
MET HET LICHTNETADAPTER/ ACCULADER-STATION
Verbind het gelijkstroomsnoer met de DC OUT aansluiting van het lichtnetadapter/acculader-station.
Schuif de openschakelaar naar beneden.
Naar DC OUT aansluiting
Gelijkstroomsnoer
3
OPMERKING:
Het lichtnetadapter/acculader-station verwerkt elektriciteit en wordt derhalve warm tijdens gebruik. Gebruik daarom uitsluitend in een goed geventileerde ruimte.
Spanningsindicator
De spanningsindicator licht op wanneer spanning wordt toegevoerd.
Lichtnetadapter/ acculader-station AA­V60EG
SLUIT HET LICHTNETADAPTER/ ACCULADER-STATION OP DE VOEDING AAN
Steek de stekker van het netsnoer van het lichtnetadapter/acculader-station in een stopcontact.
Naar stopcontact
Netsnoer
Gebruik van de accuhouder
Voor verlengd gebruik kunt u de accuhouder (CU-V615U) gebruiken waarin een extra accu kan worden geplaatst. Deze accuhouder kan in combinatie met de in de camcorder geplaatste accu worden gebruikt.
PLAATS EEN GELADEN ACCU
Schuif de accuvergrendelschakelaar naar de
1
ontgrendelde stand en plaats de accu met het
uiteinde eerst. Voorkom dat de accu los schiet en schuif daarom beslist de accuvergrendelschakelaar naar de vergrendelde
stand.
BEVESTIG AAN DE CAMCORDER
Steek het knopje van de accuhouder in de
2
Aansluiting op camcorder Knopje
Vergrendelhendel voor camcorder (met ontgrendeltoets)
Accuvergrendelschakelaar
Markering
Accu
aansluiting op de onderkant van de camcorder en schuif de vergrendelhendel voor de camcorder naar de vergrendelde stand.
• Voor het ontkoppelen van de accuhouder moet u op de
ontgrendeltoets van de vergrendelhendel drukken en dan de vergrendelhendel naar de ontgrendelde stand schuiven. Schuif vervolgens de accuvergrendelschakelaar naar de ontgrendelde stand.
OPMERKINGEN:
De accu is bijna uitgeput indien de indicator voor resterende accuspanning verschijnt. De spanning wordt automatisch uitgeschakeld indien de accu leeg is.
Iedere keer dat u een opname start, kiest de camcorder voor voeding de accu die nog het meest vermogen heeft. Beide accu’s zullen hierdoor op
tijdstip geheel zijn uitgeput.
ongeveer gelijktijdig
NE 11
Instellen van de datum/tijd
De datum en tijd worden automatisch altijd op de band opgenomen. U kunt later bij weergave kiezen of u de datum wel of niet wilt tonen (
LCD-monitor
REC MODE WIDE MODE OFF ZOOM DIS GAIN UP
4
TO DATE / TIME MENU
TO SYSTEM MENU
END
SP 40X
ON AGC
Opnamemenu
Z blz. 53).
Vergrendeltoets
Spannings­indicator
5S
M
Spanningsschijf
A
P
L
A
Y
OFF
ON SCREEN OFF
4
DATE / TIME
RETURN
Datum/tijd-menu
ONDISPLAY
1 . 1 . 00
0 : 00
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Druk de spanningsschijf naar “M” terwijl u op de vergrendeltoets van de schijf drukt. Open de LCD-monitor helemaal.
•De spanningsindicator licht op en de camcorder wordt ingeschakeld.
•De LCD-monitor kan maximaal 180 graden omhoog en 90 graden omlaag worden gekanteld.
ROEP HET OPNAMEMENU OP
2
Druk op MENU. Het opnamemenu verschijnt.
ROEP HET DATUM/TIJD-MENU OP
3
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar “TO DATE/TIME MENU” te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf en het datum/tijd-menu verschijnt.
VOER DE DATUM EN TIJD IN
4
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar “DATE/TIME” te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf en “day” voor de dag licht knipperend op. Verdraai de keuzeschijf en voer de dag in. Druk op de keuzeschijf. Herhaal deze handeling om de maand, het jaar, het uur en de minuten in te stellen.
•Druk tweemaal op de keuzeschijf wanneer de wijzer (opgelichte balk) bij “RETURN” is om het menu te sluiten.
Keuzeschijf
MENU toets
Meer over de ingebouwde oplaadbare batterij
Er is een oplaadbare lithiumbatterij in de camcorder geplaatst voor het bewaren van de datum/tijd­instelling in het geheugen. Wanneer de camcorder middels het lichtnetadapter/acculader-station met een stopcontact is verbonden of de camcorder met een geplaatste accu wordt gevoed, zal deze batterij doorlopend worden opgeladen. De lithiumbatterij voor de klok zal echter leeg zijn indien u de camcorder ongeveer 3 maanden niet gebruikt. In dat geval wordt de datum/tijd uit het geheugen gewist. U moet dan de camcorder middels een lichtnetadapter/acculader-station met een stopcontact verbinden en tenminste 24 uren aangesloten laten om de lithiumbatterij weer op te laden. Stel daarna de datum/tijd opnieuw in alvorens de camcorder weer te gebruiken. U kunt de camcorder ook gebruiken wanneer de datum/tijd niet zijn ingesteld.
OPMERKING:
De aanduiding van de klok verandert niet wanneer u het datum/tijd-menu niet sluit. De interne klok loopt echter wel. De juiste datum en tijd verschijnen later na het sluiten van het menu.
12 NE
STARTEN
Plaatsen/verwijderen van een cassette
Er moet voor het laden of uitwerpen van een cassette spanning naar de camcorder worden gevoerd.
OPEN/EJECT schakelaar
Cassettehouder
(vervolg)
Controleer dat de vensterkant naar buiten is gericht.
Wispreventieschakelaar**
OPEN DE CASSETTE-AFDEKKING
1
Schakel de spanning in en schuif de OPEN/ EJECT schakelaar in de richting van de pijl. De
cassette-afdekking zal nu ontgrendelen. Open de afdekking in de richting van de pijl totdat de afdekking vastklikt. De houder zal nu automatisch openen.
•Raak de interne onderdelen niet aan.
PLAATSEN/VERWIJDEREN VAN
2
EEN CASSETTE
Plaats of verwijder een cassette en druk op “PUSH HERE” om de cassettehouder te sluiten.
•Nadat de cassettehouder eenmaal is gesloten wordt de houder automatisch verder in het mechanisme getrokken. Wacht totdat de houder geheel in het mechanisme is getrokken alvorens de cassette-afdekking te sluiten.
•U kunt de afdekking mogelijk niet sluiten wanneer de accu bijna is uitgeput. Forceer niet, maar plaats een geladen accu alvorens de afdekking te sluiten.
Opnametijd bij benadering
Cassette
DVM-30 30 min. 45 min.
DVM-60 60 min. 90 min.
Opnamesnelheid
SP LP
Cassette-afdekking
Drukken (PUSH HERE)
OPMERKINGEN:
Het duurt een paar seconden eer de cassettehouder opent. Forceer de houder niet.
Indien na een paar seconden de cassettehouder nog niet opent moet u de cassette-afdekking sluiten en het vervolgens opnieuw proberen.
Wacht even alvorens de afdekking te openen nadat u de camcorder direct van een koude plaats naar een warme ruimte verplaatst.
Het sluiten van de cassette-afdekking voordat de cassettehouder geheel naar buiten is gekomen beschadigt mogelijk de camcorder.
Ook met de camcorder uitgeschakeld kan een cassette worden geplaatst of verwijderd. Nadat de cassettehouder wordt gesloten met de camcorder uitgeschakeld, zal de houder echter mogelijk niet in positie worden gebracht. Schakel daarom bij voorkeur de spanning in alvorens een cassette te plaatsen of te verwijderen.
Bij het weer starten van de opname nadat u reeds een scène heeft opgenomen, zal een blanco gedeelte op de band worden aangebracht of een reeds opgenomen gedeelte worden gewist (doordat erover wordt opgenomen) indien u de cassette-afdekking opent, ongeacht of de cassettehouder naar buiten komt of niet. Zie blz. 20 voor informatie aangaande opname op een reeds gedeeltelijk opgenomen cassette.
** Ter bescherming van uw opname . . .
..... verschuif de zwarte wispreventieschakelaar op de
rug van de cassette naar “SAVE” zodat er niet meer over een reeds bestaande opname op de cassette kan worden opgenomen en uw opname derhalve zijn “beveiligd”. Als u later toch op deze cassette wilt opnemen moet u de schakelaar voordat u de cassette plaatst terug naar “REC” schuiven.
Instellen van de opnamefunctie
Stel als gewenst in.
NE 13
LCD monitor
Opnamemenu
4
REC MODE
WIDE MODE OFF ZOOM DIS GAIN UP TO DATE / TIME MENU TO SYSTEM MENU
END
4
REC MODE WIDE MODE OFF ZOOM DIS GAIN UP TO DATE / TIME MENU TO SYSTEM MENU
END
SP 40X
ON AGC
SP
40X ON AGC
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Druk de spanningsschijf naar “M” terwijl u op de vergrendeltoets van de schijf drukt.
OPEN DE LCD-MONITOR
2
Open de LCD-monitor helemaal. De spanningsindicator licht op en de camcorder wordt ingeschakeld.
•De LCD-monitor wordt automatisch in- en uitgeschakeld wanneer deze respectievelijk ongeveer 90 graden wordt geopend/gesloten als de spanningsschijf in een stand voor een bedieningsfunctie is gedrukt (uitgezonderd “OFF”).
• De LCD-monitor kan maximaal 180 graden omhoog en 90 graden omlaag worden gekanteld.
ROEP HET OPNAMEMENU OP
3
Druk op MENU. Het opnamemenu verschijnt.
Opnamesnelheidindicator
SP SP LP
STEL DE OPNAMEFUNCTIE IN
4
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar “REC MODE” te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf en “SP” of “LP” voor de opnamesnelheid licht op. Verdraai de keuzeschijf om als gewenst de “SP” of “LP” snelheid te kiezen. Druk tweemaal op de keuzeschijf om het opnamemenu te sluiten.
•"LP" (Long Play, oftewel verlengde weergave)
•U kunt niet audio-dubben wanneer de
OPMERKINGEN:
Wanneer u tijdens opname de snelheid verandert zal bij weergave op dat punt het beeld wazig zijn.
Speel cassettes die met de LP snelheid zijn opgenomen bij voorkeur met deze camcorder af.
Tijdens weergave van een cassette die met een andere camcorder is opgenomen verschijnen er mogelijk ruisblokken in beeld of valt het geluid soms weg.
Vergrendeltoets
Spanningsindicator
5S
M
A
P
L
A
Y
OFF
Spanningsschijf
MENU toets
Keuzeschijf
is economischer met 1,5 keer de opnametijd.
opname met de LP functie is gemaakt.
14 NE
Bevestigen van de greepriem
Kussen
STARTEN
(vervolg)
Greepriem
Onderkant van camcorder
Gesp
Oogje voor handriem
Lus
BEVESTIG DE GREEPRIEM AAN HET
1
HANDRIEMOOGJE
Open het kussen en trek de greepriem in de richting van de pijl om de greepriem van het kussen te verwijderen. Haal het uiteinde van de greepriem door het handriemoogje en haal vervolgens het andere uiteinde van de greep door de lus. Trek strak aan zodat de riem goed vast zit.
•Voor gebruik van de riem als een handriem moet u de riem door de gesp halen bij het bevestigen aan de camcorder.
START/STOP
Extra handriemoogje
1
BEVESTIG DE GREEPRIEM AAN HET
2
EXTRA HANDRIEMOOGJE
Open het kussen en haal de greepriem door het kussen. Haal vervolgens het uiteinde van de greepriem door het extra handriemoogje.
STEL DE LENGTE IN
3
Stel zodanig in dat uw duim en vingers nog gemakkelijk de START/STOP toets en de zoomschakelaar 1 kunnen bedienen. Plaats het kussen zodanig dat het tegen de achterkant van uw hand ligt, haal de greepriem door de gesp 2 en bevestig vervolgens het kussen weer opnieuw 3.
Kussen
3
2
Bevestigen van een statief
Onderkant van de camcorder
Breng de statiefschroef in lijn met de aansluiting op de onderkant van de camcorder.
Instellen van de dioptrie
Stel het display van de zoeker zo helder en scherp als mogelijk in.
Dioptrie­instelhendel
NE 15
M
A
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Druk de spanningsschijf naar “A” of “M”.
SCHAKEL DE CAMCORDER IN
2
Trek de zoeker geheel uit.
5S
OFF
PAUSE
Y
A
L
P
STEL DE DIOPTRIE IN
3
Verschuif de dioptrie-instelhendel aan de onderkant van de zoeker.
•Kijk in de zoeker en verschuif de instelhendel in de richting waarbij het display helderder en scherp wordt.
OPMERKING:
Wanneer de LCD-monitor wordt geopend met de zoeker uitgetrokken, zal er geen beeld op de LCD­monitor verschijnen. U moet de zoeker eerst terug in de camcorder drukken.
16 NE
STARTEN
(vervolg)
RM-V712U afstandsbediening
U kunt de RM-V712U afstandsbediening voor de camcorder gebruiken. Bij gebruik van de afstandsbediening moet u deze naar de afstandsbedieningssensor op de camcorder richten. U kunt de afstandsbediening tot op ongeveer 5 meter afstand van de camcorder gebruiken. De signalen van de afstandsbediening worden mogelijk niet juist ontvangen indien het zonlicht of schel licht op de sensor valt.
START/STOP toets (Z blz. 19)
PAUSE IN aansluiting (
ZOOM toetsen (Z blz. 50)
DISPLAY toets (Z blz. 60)
SHIFT toets (
SLOW terug/door toetsen
Z blz. 49)
(
Links/rechts-toetsen (Z blz. 50)
EFFECT ON/OFF toets (Z blz. 51)
Knopje
Z blz. 50)
FADE/WIPE toets (
Z blz. 63)
EFFECT toets (Z blz. 51)
Z blz. 63)
TW
R.A.EDIT toetsen (Z blz. 63 – 65)
Plaatsen van de batterij
De RM-V712U gebruikt één lithiumbatterij (CR2025).
VERWIJDER DE BATTERIJHOUDER
1
Trek in de richting van de pijl terwijl u zoals afgebeeld op het knopje drukt.
PLAATS DE BATTERIJ IN DE
2
HOUDER
Steek de batterij in de houder. Controleer dat het “+” teken zichtbaar is.
PLAATS DE HOUDER TERUG
3
Schuif de houder weer terug totdat deze op zijn plaats vastklikt.
•Zie “Waarschuwing aangaande de lithium­batterij” op (Z blz. 2).
AUDIO MONITOR toets (Z blz. 53)
MBR SET toets (Z blz. 62)
A. DUB toets (Z blz. 68)
Lager-toets (Z blz. 50)
Hoger-toets (
Bedieningstoetsen (Z blz. 50, 60)
Z blz. 50)
Bedieningsfunctie
U kunt een van de volgende bedieningsfuncties kiezen door de spanningsschijf te verdraaien: volautomatische functie ( zelfontspanner (
“F.AUTO” of “MANUAL” wordt afhankelijk van de stand van de spanningsschakelaar in de linkerbovenhoek getoond.
Op “A” gesteld
A
), handmatige functie (M), opname van beelden van 5-seconden (5S), opname met de
) en de weergavefunctie (“PLAY”).
M
”, “5S” of “ ”
Op “
gesteld
NE 17
F . AUTO
PAUSE
MANUAL
PAUSE
Voor het inschakelen van de camcorder moet u eerst de spanningsschijf naar een van de bedieningsfuncties draaien, echter natuurlijk niet naar “OFF”. Trek vervolgens de zoeker geheel uit of open de LCD-monitor. Houd de vergrendeltoets op de schijf ingedrukt wanneer u de spanningsschijf van “OFF” naar een andere stand wilt draaien.
Spannings­indicator
Stand van de spanningsschijf Functie
Volautomatisch: “
A
Handmatig: “M”
Opname van beelden van 5 seconden: “5S”
Zelfontspanner: “
Weergave: PLAY
OFF (Uitgeschakeld)
Voor opname ZONDER speciale effecten en geen handmatige instellingen. Geschikt voor standaardopname.
U kunt diverse opnamefuncties van de menu’s gebruiken. Stel de handmatige functie in indien u speciale effecten wilt voor een creatievere opname dan in vergelijking met de volautomatische functie.
U kunt “clips” of beelden van 5 seconden opnemen. De overige menu­instellingen zijn hetzelfde als bij de volautomatische functie, maar u kunt echter de witbalans handmatig instellen.
Met deze functie kan ook de cameraman/vrouw in beeld stappen nadat de camcorder eenmaal is ingesteld. De zelfontspanner van deze camcorder werkt min of meer hetzelfde als zelfontspanners van normale fototoestellen.
Stel deze functie in om een opname te bekijken. Z blz. 48 – 59
Voor het uitschakelen van de camcorder. De scherpstelling en belichting worden met de schijf in deze stand automatisch op “AUTO” gesteld.
Vergrendeltoets
5S
M
A
OFF
Y
A
L
P
18 NE
OPNAME
Basisopname
U moet reeds de basisvoorbereidingen (Z blz. 8 – 17) hebben gemaakt. Druk de spanningsschijf naar “A” en probeer eerst op deze manier op te nemen voordat u de geavanceerde functies voor opname gaat gebruiken.
OPMERKING:
Controleer alvorens de opname te starten dat de datum en tijd juist zijn ingesteld (Z blz. 11). Ook wanneer de datum en tijd niet tijdens opname worden getoond is het toch mogelijk om de datum en tijd later tijdens weergave te tonen (Z blz. 53).
Spanningsindicator
IND. ON/OFF toets
Opnameverklikkerlampje
Vergrendeltoets
5S
M
A
P
L
A
Y
OFF
Spanningsschijf
START/STOP toets
Display
PAUSE
Tijdens opname
PAUSE
Opnamestandby
REC
444
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Druk de spanningsschijf naar “A” terwijl u op de vergrendeltoets van de schijf drukt.
TREK DE ZOEKER GEHEEL UIT OF
2
OPEN DE LCD-MONITOR
Trek de zoeker geheel uit of open de LCD­monitor ongeveer 90 graden.
•De lensafdekking opent, de spannings­indicator licht op en de scène waarnaar de lens is gericht wordt getoond.
•De opnamestandbyfunctie is geactiveerd.
START DE OPNAME
3
Druk wanneer “PAUSE” wordt getoond op START/STOP. Er wordt een pieptoon weergegeven ten teken dat de opname is gestart en het opnameverklikkerlampje licht op.
STOP DE OPNAME
4
Druk nogmaals op START/STOP wanneer u de opname wilt stoppen.
•De camcorder schakelt weer in de opnamestandbyfunctie.
BEEINDIGEN VAN DE OPNAME
5
Druk de zoeker weer in of sluit de LCD­monitor totdat deze vastklikt wanneer u niet meer wilt opnemen; de lensafdekking sluit en de spanningsindicator dooft.
•Controleer alvorens de camcorder te vervoeren dat de zoeker geheel in is gedrukt en de LCD-monitor is gesloten èn vergrendeld.
•Trek de zoeker weer uit of open de LCD­monitor wanneer u de spanning weer in wilt schakelen.
OF
Druk de spanningsschijf naar “OFF”.
•U hoeft de vergrendeltoets niet in te drukken om de spanningsschijf naar “OFF” te drukken.
NE 19
OPMERKINGEN:
Het beeld wordt niet tegelijk op de LCD-monitor en in de zoeker getoond. Er zal geen beeld op de LCD-monitor verschijnen wanneer de zoeker geheel is uitgetrokken. Opname is niet mogelijk met zowel de LCD-monitor geopend als de zoeker uitgetrokken.
De spanning wordt automatisch uitgeschakeld om de koppen te beschermen en energie te besparen wanneer de opnamestandbyfunctie langer dan 5 minuten is geactiveerd. Om de camcorder in dat geval weer in te schakelen moet u de zoeker eerst even indrukken en dan weer uittrekken of de LCD-monitor even sluiten en dan weer openen. Zolang de cassette niet werd verwijderd, kunt u de opname gewoon voortzetten vanaf het laatste punt, zonder een opvallend hiaat.
De tijdcode wordt onderbroken en er worden mogelijk fouten bij het monteren gemaakt indien er een leeg gedeelte tussen opgenomen scènes op de band is. Vervolg daarom een opname vanaf het laatst opgenomen punt op de band. Zie “Opname op een gedeeltelijk reeds opgenomen band” (Z blz. 20).
“Opnamestandby” betekent dat er een cassette is geplaatst en de camcorder klaar voor opname staat.
Tijdens opname hoort u geen geluid via de luidspreker. U moet een los verkrijgbare hoofdtelefoon met de hoofdtelefoonaansluiting verbinden indien u het geluid tijdens opname wilt beluisteren. Het geluid wordt dan met het voor weergave ingestelde volume weergegeven.
Houd de IND. ON/OFF toets langer dan ongeveer 1 seconde ingedrukt om de aanduidingen niet te tonen. De bandtransportindicator “ waarschuwingen kunnen onder andere echter niet worden uitgeschakeld (Z blz. 81).
Gebruik de zoeker voor opname in het directe zonlicht of wanneer het beeld op de LCD-monitor moeilijk te zien is vanwege reflecties.
De accu is bijna uitgeput indien de indicator voor resterende accuspanning verschijnt. De spanning wordt automatisch uitgeschakeld indien de accu leeg is.
444
” en
20 NE
OPNAME
Basisopname (vervolg)
Opname op een gedeeltelijk reeds opgenomen band
Voer de volgende handelingen uit voor het opnemen op een band waarop reeds opnamen zijn gemaakt, of bij het voortzetten van een opname nadat u het reeds opgenomen gedeelte heeft bekeken (wanneer de cassette na de eerste opnamen niet is verwijderd).
Spanningsschijf
M
A
5S
OFF
Y
A
L
P
Stoptoets
Weergave/pauzetoets
Terugspoeltoets
Snel doorspoeltoets
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Druk de spanningsschijf naar “PLAY” terwijl u op de vergrendeltoets van de schijf drukt.
•De spanningsindicator licht op.
TREK DE ZOEKER GEHEEL UIT OF
2
OPEN DE LCD-MONITOR
Trek de zoeker geheel uit of open de LCD­monitor ongeveer 90 graden.
START HET ZOEKEN
3
Druk op 6/4 en vervolgens op 2 of 3. Bekijk het beeld in de zoeker of op de LCD­monitor en zoek het punt vanaf waar u de opname wilt voortzetten.
ACTIVEER DE STILBEELDFUNCTIE
4
Druk tweemaal op 6/4 om de stilbeeldfunctie te activeren op het punt vanaf waar u de opname wilt voortzetten.
Spannings-indicator
Vergrendeltoets
5S
M
A
OFF
Y
A
L
P
START/STOP toets
START DE OPNAME
5
Druk de spanningsschijf naar een van de bedieningsfuncties, uitgezonderd “PLAY” en “OFF”. Druk vervolgens op START/STOP.
•Start de opname iets voor het eindpunt van de laatste opname zodat er geen leeg gedeelte tussen de twee opnamen is en de twee opnamen goed op elkaar aansluiten. Een paar seconden van de laatste opname worden dan echter wel gewist.
OPMERKING:
Een soepele overgang tussen opnamen is soms niet mogelijk indien u de opname direct, zonder een blanco gedeelte in te lassen, bij het eind van de laatste opname start.
NE 21
Tijdcode
Tijdens opname wordt een tijdcode op de band aangebracht. Met deze code kunt u de plaats van een opgenomen scène op de band tijdens weergave controleren. Indien u de opname vanaf een blanco gedeelte start, begint de tijdcode met “00:00:00” (minuten/ seconden/beeld). Indien u vanaf een reeds opgenomen gedeelte start, zal de tijdcode vanaf het laatste tijdcodenummer verder lopen.
U heeft een tijdcode nodig voor het monteren van meerdere scènes in een willekeurige volgorde (
Z blz. 63). De tijdcode wordt onderbroken indien er tijdens opname halverwege de cassette een
blanco gedeelte wordt gevonden. Bij het daarna voortzetten van de opname start de tijdcode weer vanaf "00:00:00". Er zullen in dat geval mogelijk tijdcodes worden aangebracht die reeds bij de hiervoor opgenomen scènes zijn gebruikt. Voorkom dat er blanco gedeelten op een band zijn en volg de stappen van “Opname op een gedeeltelijk reeds opgenomen band” (Z blz. 20) in de volgende gevallen:
•Indien u na weergave van een opgenomen cassette de opname op deze cassette wilt vervolgen.
•Indien u de spanning tijdens opname uitschakelt.
•Indien u een cassette tijdens opname verwijdert en weer terugplaatst.
•Indien u verder op een gedeeltelijk opgenomen cassette wilt opnemen.
•Indien u op een leeg gedeelte tussen opnamen op de cassette wilt opnemen.
Display
Tijdcode wordt tijdens weergave getoond.
Minuten
Seconden
•Indien u na opname van een scène de opname vervolgt en de cassette-afdekking werd geopend/gesloten.
TC 12 : 34 : 24
Beelden (25 beelden – 1 seconde)
OPMERKINGEN:
De tijdcode kan niet worden teruggesteld.
Tijdens het snel door- en terugspoelen zal de aanduiding van de tijdcode mogelijk niet soepel lopen.
Wanneer er blanco gedeelten op een cassette zijn
Tijdcode 00:00:00
Cassetteband
Opname startpunt
Tijdcode 05:43:21
Opname stoppunt
Juiste manier van opnemen
Tijdcode 00:00:00
Reeds opgenomen scèneCassetteband Nieuwe scène
Tijdcode 05:43:21
Tijdcode 00:00:00
Nieuw opgenomen scèneBlancoReeds opgenomen scène
Opname startpunt
Tijdcode 05:44:00
Laatste scène
Opname startpuntOpname startpuntOpname startpunt
22 NE
OPNAME
Basisopname (vervolg)
Resterende bandtijdindicator
De resterende bandtijd wordt automatisch bijgehouden en getoond (Z blz. 79). Bij het eind van de band zal “TAPE END” verschijnen. Indien de aanduidingen zijn uitgeschakeld, zal de resterende bandtijdindicator worden getoond wanneer er nog slechts 2 minuten bandtijd resteert.
Display
89 min 3 min 2 min
knippert
1 min0 min
knippert
knippert
IND. ON/ OFF toets
BRIGHT
– – – – – – – – – –
6
90 min
REC
Keuzeschijf
Regelen van de helderheid
U kunt de helderheid van het display instellen door de keuzeschijf te verdraaien.
STEL DE HELDERHEID IN
1
Verdraai de keuzeschijf totdat de indicator voor de helderheid verplaatst en de helderheid voor het display als gewenst is.
• De aanduiding voor de helderheid verschijnt op het display.
Aanduidingen op de LCD-monitor en in de zoeker
U kunt de aanduidingen (indicators) op de LCD-monitor en in de zoeker tonen of uitschakelen zodat ze niet verschijnen.
DRUK OP DE IND. ON/OFF TOETS
1
Druk langer dan ongeveer 1 seconde op de IND. ON/OFF toets wanneer u geen aanduidingen wilt. Bepaalde aanduidingen zullen nu verdwijnen. Druk nogmaals langer dan ongeveer 1 seconde op de toets wanneer u toch alle aanduidingen wilt tonen.
OPMERKING:
De bandtransportindicator en waarschuwingen kunnen onder andere echter niet worden uitgeschakeld. Voor de aanduidingen die wel kunnen worden uitgeschakeld,
Z
blz. 79.
Zelfopname
– –
NE 23
Journalistenopname
Bepaalde situaties vragen om een ander opnameperspectief om bijvoorbeeld het effect te versterken.
OPEN DE LCD-MONITOR
1
Controleer dat de zoeker geheel is ingedrukt en de LCD-monitor open is (ongeveer 90°).
KANTEL DE LCD-MONITOR
2
Kantel de LCD-monitor in de gewenste richting.
•De LCD-monitor kan bijna een hele cirkel worden gedraaid (270°: 90° omlaag, 180° omhoog).
Zelfopname
De persoon die u opneemt kan zichzelf op de LCD­monitor bekijken en u kunt tevens uzelf opnemen en het resultaat tegelijkertijd op de LCD-monitor in de gaten houden.
KANTEL DE LCD-MONITOR
1
OMHOOG
Open de LCD-monitor en kantel 180 graden zodat deze naar u toe is gericht.
START DE OPNAME
2
Richt de lens naar het onderwerp (uzelf in geval van zelfopname) en start de opname.
•Tijdens interface-opname (zelfopname) worden uitsluitend de “bandtransport­indicator” en waarschuwingen (Z blz. 81) getoond; deze worden omgekeerd als spiegelbeeld op het display getoond maar worden echter niet omgekeerd opgenomen.
OPMERKING:
De resterende bandtijdindicator wordt niet getoond tijdens zelfopname. Wanneer er nog slechts 2 minuten bandtijd resteert zal de indicator echter wel verschijnen: (knippert)
– – –
(knippert).
(knippert)
24 NE
OPNAME
Basisopname (vervolg)
Zoom
Kies één van de drie vergrootverhoudingen om uw onderwerp “dichterbij” te halen (Z blz. 32).
Druk de zoomschakelaar naar inzoomen (richting “T”) of uitzoomen (richting “W”). De zoomsnelheid is variabel en wordt sneller naarmate u de schakelaar sneller verdrukt.
OPMERKINGEN:
Met de volautomatische functie (met de spanningsschijf op “ A” gesteld), is een zoomvergroting van maximaal 40x mogelijk. Met de handmatige functie (de spanningsschijf is op “ M” gesteld) kunt u tot maximaal 100x zoomen.
Met een zoomfactor hoger dan 10X wordt het beeld op digitale wijze vergroot en wordt derhalve “digitale zoom” genoemd.
De beeldkwaliteit is mogelijk niet optimaal bij gebruik van de digitale zoom.
De digitale zoom kan niet worden gebruikt wanneer digitale functies voor het verwerken van de signalen worden gebruikt (5SD functie, Z blz. 26, beeld wipe/oplossen, Z blz. 37, snapshot, Z blz. 28, etc.).
Macro-opname (tot ongeveer 5 cm vanaf het onderwerp) is mogelijk wanneer de zoomschakelaar geheel naar “W” is gedrukt.
Inzoomen (T: tele)
D T
W
D T
W
Zoomschakelaar
D T
W
Digitaal zoombereik
10X (optisch) zoombereik
D T
W
Uitzoomen (W: groothoek)
D T
W
Zoomdisplay
OPNAME
Geavanceerde functies
NE 25
Tonen van de datum en tijd tijdens opname
Met de spanningsschijf op “M”, “5S” of “ ” gedrukt, kunt u kiezen of u de datum en tijd tijdens opname wilt tonen of niet. De datum en tijd moeten natuurlijk reeds zijn ingesteld indien u deze wilt tonen (zie “Instellen van datum/tijd” Z blz. 11). Stel “DISPLAY” van het datum/tijd-menu op “ON” om de datum te tonen. De datum en tijd worden altijd getoond wanneer de spanningsschijf naar “A” is gedrukt.
Display
Keuzeschijf
KEUZESCHIJF
1
Druk de spanningsschijf eerst naar “M” terwijl u de vergrendeltoets op de schijf indrukt. Controleer dat de LCD-monitor geheel geopend is of de zoeker is uitgetrokken.
ROEP HET OPNAMEMENU OP
2
Druk op MENU. Het opnamemenu wordt getoond.
ROEP HET DATUM/TIJD-MENU OP
3
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar “TO DATE/TIME MENU” te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf en het datum/tijd-menu verschijnt.
KIES DE FUNCTIE
4
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar “DISPLAY” te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf. De wijzer stopt te knipperen ten teken dat de functie is gekozen.
Vergrendeltoets
5S
M
A
P
L
A
Y
OFF
Spanningsschijf
MENU toets/ IND. ON/OFF toets
5
6
OPMERKINGEN:
Verbind de camcorder met een TV en stel “ON SCREEN” van het datum/tijd-menu op “ON”. Het display verschijnt nu op het scherm van de aangesloten TV.
De functie voor indicators/display heeft voorrang boven deze instellingen. Ook met "ON SCREEN" op "ON" gesteld, zullen de aanduidingen van het scherm verdwijnen wanneer u langer dan 1 seconde op de IND. ON/OFF toets drukt. Druk nogmaals langer dan 1 seconde op de toets om de aanduidingen weer te tonen.
REC MODE WIDE MODE OFF ZOOM DIS GAIN UP
4
TO DATE / TIME MENU
TO SYSTEM MENU
END
ON SCREEN OFF DATE / TIME
4
RETURN
Datum/tijd-menu
SP 40X
ON AGC
Opnamemenu
ONDISPLAY
1 . 1 . 00
0 : 00
STEL DE FUNCTIE IN
Doorloop de beschikbare instellingen voor de gekozen functie door de keuzeschijf te verdraaien. Stop wanneer de gewenste instelling wordt getoond. Druk vervolgens op de schijf. De wijzer (opgelichte balk) verplaatst vervolgens automatisch naar “RETURN”.
SLUIT HET OPNAMEMENU
Druk tweemaal op de keuzeschijf. Het instellen is klaar en het menu verdwijnt.
26 NE
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
Clips van 5-seconden
Neem uw vakantie of een andere belangrijke gebeurtenis op als clips van 5-seconden. U kunt de 5-secondenfunctie ook tijdens de volautomatische functie activeren. De witbalans blijft echter zoals hiervoor ingesteld. Met de 5-secondenfunctie ingesteld kunt u echter geen gebruik van de fader/wipe (Z blz. 35), productie-effecten (Z blz. 41) of andere handmatige instellingen maken.
Display
Vergrendeltoets
5S
M
A
START/STOP toets
P
L
A
Y
OFF
Spanningsschijf
MANUAL
PAUSE
MODE5S
REC
444
Oplossen met de 5-secondenopnamefunctie (5SD)
Kies “5SD” van het systeemmenu (Z blz. 34). “5SD MODE” wordt in stap 2 hieronder getoond. Neem een clip van 5 seconden op en het beeld bij het eind van de clip wordt vastgelegd. Indien u nu binnen 5 minuten de volgende clip opneemt, zal de voorgaande scène oplossen zodra de nieuwe scène aanvangt.
•Het vastgelegde beeld wordt gewist indien u de spanning uitschakelt.
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Draai de spanningsschijf naar “5S” terwijl u de vergrendeltoets op de schijf indrukt.
TREK DE ZOEKER UIT OF OPEN DE
2
LCD-MONITOR
Trek de zoeker geheel uit of open de LCD­monitor ongeveer 90 graden. “5S MODE” wordt getoond.
ACTIVEER DE 5S FUNCTIE
3
Druk vervolgens op START/STOP. Het opnameverklikkerlampje licht op en u hoort een pieptoon ten teken dat de opname start. Er wordt een clip van 5-seconden opgenomen en daarna wordt de opnamestandbyfunctie weer geactiveerd.
• De opnamestandbyfunctie wordt niet geactiveerd indien u binnen 5-seconden na het starten van de opname START/STOP indrukt.
Na 5 sec.
MANUAL
PAUSE
MODE5S
Opnamestandby
REC
STOP HET OPNEMEN VAN
4
BEELDEN VAN 5-SECONDEN
Druk de spanningsschijf naar “A”, “M” of “OFF”.
Met de 5-secondenfunctie een snapshot maken . . .
.... druk in stap 3 niet op START/STOP maar druk
op SNAPSHOT. De camcorder neemt een stilbeeld van 6 seconden op ( "SCENE" op "ANIM." gesteld (Z blz. 34) kan deze functie niet worden gebruikt.
Z blz. 28). Met
OPMERKING:
U kunt geen beelden met de 5-secondenfunctie opnemen wanneer “SCENE” van het systeemmenu op “ANIM” gesteld. Er zal in dat geval een animatie-opname van 1/8-seconde worden opgenomen (Z blz. 34).
NE 27
Zelftimer
Nadat u de vereiste instellingen heeft gemaakt kunt u zelf in het beeld stappen en een scène op natuurlijke wijze opnemen.
Display
Het opname- verklikker­lampje verandert zoals hier rechts afgebeeld wanneer u op de START/STOP toets drukt.
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Draai de spanningsschijf naar “ ” terwijl u de vergrendeltoets op de schijf indrukt.
TREK DE ZOEKER UIT OF OPEN DE
2
LCD-MONITOR
Trek de zoeker geheel uit of open de LCD­monitor ongeveer 90 graden. De zelfontspannerindicator verschijnt.
• De camcorder schakelt in de opnamestandbyfunctie.
• U kunt de LCD-monitor maximaal 180 graden kantelen zodat de monitor naar voren is gericht en u uzelf tijdens de zelfopname op de monitor kunt bekijken (de zoeker moet echter zijn ingedrukt).
ACTIVEER DE
3
ZELFONTSPANNERFUNCTIE
Druk op START/STOP. Na 15 seconden hoort u een pieptoon en wordt de opname gestart.
START/STOP toets
Vergrendeltoets
Spannings­indicator
Start te knipperen (zelfontspanner start)
MANUAL
PAUSE
P
L
A
Y
5S
OFF
M
A
Spanningsschijf
Knippert snel (opname met zelfontspanner
¥¥
start spoedig)
Zelfontspannerindicator
Na 15 sec.
MANUAL
Tijdens opname
Stop te knipperen en blijft opgelicht (opname met zelfontspanner is gestart)
Na ongeveer 15 sec.
4
STOP DE ZELFOPNAME
4
Druk op START/STOP.
• De opnamestandbyfunctie wordt weer geactiveerd.
BEEINDIG DE ZELFOPNAME
5
Druk de spanningsschijf naar “A”, “M” of “OFF”.
• U hoeft de vergrendeltoets niet in te drukken wanneer u de spanningsschijf naar “OFF” drukt.
Met de zelfontspannerfunctie een snapshot maken . . .
.... druk in stap 3 niet op START/STOP maar druk
op SNAPSHOT. Na 15 seconden wordt een stilbeeld van 6 seconden opgenomen. Daarna schakelt de camcorder in de opnamestandbyfunctie.
– – –
REC
444
28 NE
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
Snapshot
Gebruik uw camcorder als een normale fotocamera en film één snapshot of meerdere snapshots achterelkaar.
Vergrendeltoets
5S
M
A
P
L
A
Y
SNAPSHOT toets
Keuzeschijf
Display
OFF
Spanningsschijf
MENU toets
PHOTO
Tijdens snapshot
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Draai eerst de spanningsschijf naar “M” terwijl u de vergrendeltoets op de schijf indrukt. Controleer dat de zoeker geheel uit is getrokken of de LCD-monitor geheel is geopend.
ROEP HET OPNAMEMENU OP
2
Druk op MENU. Het opnamemenu verschijnt.
ROEP HET SYSTEEMMENU OP
3
Verplaats de wijzer en opgelichte balk naar "TO SYSTEM MENU" door de keuzeschijf te verdraaien. Druk op de keuzeschijf en het systeemmenu verschijnt.
KIES DE SNAPSHOTFUNCTIE
4
Verplaats de wijzer en opgelichte balk naar "PHOTO MODE" door de keuzeschijf te verdraaien. Druk op de keuzeschijf en kies een van de vijf snapshotfuncties (Z blz. 29) door de schijf weer te verdraaien. Stop wanneer de gewenste functie wordt getoond en druk op de
REC MODE WIDE MODE OFF ZOOM DIS GAIN UP TO DATE / TIME MENU
4
TO SYSTEM MENU
END
Opnamemenu
SP 40X
ON AGC
BEEP / TALLY WIND CUT SOUND MODE ID NUMBER DEMO. MODE
4
RETURN
FRAMEPHOTO MODE 5SSCENE ON OFF 32kHz 06 OFF
Systeemmenu
schijf. De wijzer en opgelichte balk verplaatsen nu automatisch naar "RETURN". Druk
tweemaal op de keuzeschijf. De keuze is
nu gemaakt en het menu dooft.
NEEM EEN SNAPSHOT
5
Druk op de SNAPSHOT toets.
Wanneer u tijdens opnamestandby op de toets drukt . . .
.... "PHOTO" verschijnt en een stilbeeld van
ongeveer 6 seconden wordt opgenomen. Daarna zal de camcorder weer terug in de opnamestandbyfunctie schakelen.
Wanneer u tijdens opname drukt...
.... "PHOTO" verschijnt een een stilbeeld van
ongeveer 6 seconden wordt opgenomen. Daarna zal de normale opname weer worden voortgezet.
NE 29
FULL* (Snapshotfunctie zonder lijst)
MULTI 4 (Multi-Analyzer 4)
* : Tijdelijke blackout en geluidseffect van het sluiten van een sluiter wordt tezamen met het beeld
opgenomen.
FRAME* (Snapshotfunctie met lijst)
PIN-UP (Pin-Up functie)
MULTI 9 (Multi-Analyzer 9)
Motordrive-functie:
Houd de SNAPSHOT toets ingedrukt voor het effect van een serie foto’s. (Het interval tussen de stilbeelden is ongeveer 0,7 seconde.)
OPMERKINGEN:
Tijdens de volautomatische functie kunt u alle snapshotfuncties gebruiken. De snapshotfunctie kan echter tijdens gebruik niet worden veranderd.
Ook tijdens weergave kunt u alle snapshotfuncties gebruiken. Het geluid van de sluiter wordt echter niet weergegeven.
Tijdens weergave is "MULTI 4" en "MULTI 9" echter niet beschikbaar wanneer u "MONO­TONE" of "SEPIA" als weergave-effect heeft gekozen (Z blz. 51).
De snapshotfunctie kan niet worden gebruikt wanneer de digitale zoom (zoomvergroting hoger dan 10x, Z blz. 32) is geactiveerd.
Bepaalde snapshotfuncties kunnen niet worden gebruikt in combinatie met enkele productie­effecten (Z blz. 42). "PHOTO" zal knipperen na een druk op de SNAPSHOT toets indien u een snapshotfunctie heeft gekozen die niet onder de huidige omstandigheden kan worden gebruikt.
30 NE
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
Menu’s
Met het opnamemenu kunt u de volgende functies instellen:
Opnamefunctie, breedbeeldfunctie, zoomvergroting, digitale beeldstabilisator, lichtversterking, flits, datum/ tijd-menu, systeemmenu. De volgende handelingen zijn van toepassing op de opnamefunctie, breedbeeld­functie, zoomvergroting, stabilisator en lichtversterking. Zie blz. 31 en 32 voor details.
Display
4
REC MODE
WIDE MODE OFF ZOOM DIS GAIN UP TO DATE / TIME MENU TO SYSTEM MENU
END
REC MODE WIDE MODE OFF ZOOM DIS GAIN UP TO DATE / TIME MENU TO SYSTEM MENU
4
END
SP 40X
ON AGC
Opnamemenu
SP 40X
ON AGC
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Draai de spanningsschijf eerst naar “M” terwijl u de vergrendeltoets op de schijf indrukt. Controleer dat de LCD-monitor geheel is geopend of de zoeker is uitgetrokken.
ROEP HET OPNAMEMENU OP
2
Druk op MENU. Het opnamemenu wordt getoond.
KIES DE FUNCTIE
3
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar de gewenste functie te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf. De wijzer stopt te knipperen ten teken dat de functie is gekozen
Keuzeschijf
Vergrendeltoets
5S
M
A
A
Y
OFF
Spanningsschijf
MENU toets
STEL DE FUNCTIE IN
4
Doorloop de beschikbare instellingen voor de gekozen functie door de keuzeschijf te verdraaien. Stop wanneer de gewenste instelling wordt getoond. Druk vervolgens op de schijf. De wijzer (opgelichte balk) verplaatst vervolgens automatisch naar “END”.
•Herhaal stappen 3 en 4 voor het instellen van een of meerdere andere functies.
SLUIT HET OPNAMEMENU
5
Druk op de keuzeschijf. Het instellen is klaar en het menu verdwijnt.
P
L
NE 31
REC MODE WIDE MODE OFF ZOOM DIS GAIN UP TO DATE / TIME MENU
SP 40X
ON AGC
OFF
SQUEEZE
10X 40X
CINEMA
100X
TO SYSTEM MENU
OFFON
SP LP
4
END
OFFAGC AUTO A
REC MODE (Opnamesnelheid)
U kunt de opnamesnelheid veranderen. De LP snelheid is langzamer dan SP zodat u met eenzelfde cassette ongeveer 1,5 keer langer dan met SP kunt opnemen. U kunt later audio-dubben wanneer de opname met de SP functie is gemaakt.
OPMERKINGEN:
Banden die met de LP snelheid zijn opgenomen dienen bij voorkeur met dit toestel te worden weergegeven. Weergave is misschien niet mogelijk met een ander toestel.
De handmatige functie voor opname wordt gebruikt indien de spanningsschijf op "
" is gesteld.
A
WIDE MODE (Breedbeeldfunctie)
Deze opnamefunctie is uitwisselbaar met breedbeeld TV’s (16:9 beeldverhouding). Zie de gebruiksaanwijzing van uw breedbeeld TV wanneer u deze functie gebruikt.
SQUEEZE –Voor weergave op TV’s met een beeldverhouding van 16:9. Het beeld wordt zonder vervorming vergroot tot de afmetingen van het TV-scherm. “ ” wordt getoond. Het beeld wordt in verticale richting verlengd bij weergave/opname met 4:3 TV’s/LCD-monitor/zoeker.
CINEMA
breedbeeld-TV’s worden de zwarte balken verwijderd en het beeld met de 16:9 verhouding weergegeven. Bij weergave/opname met een 4:3 TV/LCD-monitor/zoeker worden de zwarte balken getoond om het effect van een 16:9 film te simuleren.
OFF–Kies “OFF” indien u geen gebruik van een van de bovenstaande functies wilt maken.
–Er worden zwarte balken boven en onder op het scherm aangebracht. Bij weergave met
OPMERKINGEN:
Bij weergave van een cassette die met de “Squeeze” functie en “Cinema” functie is opgenomen, kan “Squeeze” tijdens het snel door- of terugspoelen niet van “Cinema” worden onderscheiden.
Met de volautomatische functie kunnen “Squeeze” en “Cinema” niet worden gebruikt.
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
32 NE
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
ZOOM (zoomvergroting)
U heeft de keuze uit 10X, 40X of maximaal 100X zoomvergrotingen.
10X–Optische zoom waarbij de beeldkwaliteit niet wordt aangetast. 40X–Elektronische verwerking (digitale zoom) waarbij u het onderwerp aanzienlijk dichterbij kunt halen. 100X–Elektronisch verwerkte beelden met een vergroting van 100X.
OPMERKINGEN:
Met 40x of 100x gekozen kan de digitale zoom (vergroting van meer dan 10x) niet worden gebruikt wanneer digitale functies voor het verwerken van signalen (5SD functie, Z blz. 26, beeld wipe/oplossen,
Z
blz. 37, snapshot, Z blz. 28, etc.) zijn geactiveerd.
Met de volautomatische functie wordt automatisch 40X gekozen.
DIS (Digital Image Stabilizer) oftewel digitale beeldstabilisator
Kleine bewegingen van uw hand tijdens opname met de camcorder in de hand, of opname van een onderwerp met geen of weinig contrast veroorzaken een “trillend” beeld. Met deze functie wordt dit euvel voorkomen.
ON –Compenseert voor relatief lichte trillingen die vooral bij close-up opname voorkomen. “ ” wordt tijdens de opname getoond.
OFF–Stel de stabilisator op “OFF” wanneer de camcorder stevig of bijvoorbeeld op een statief is geplaatst. Indien u deze functie namelijk geactiveerd laat en bijvoorbeeld van plaats verandert of de camcorder draait voor opname van een bewegend onderwerp, zal een onnodige compensatie worden gemaakt met een onnatuurlijk beeld tot gevolg.
OPMERKINGEN:
De stabilsator wordt ook wanneer deze is uitgeschakeld (“OFF”) automatisch weer geactiveerd (“ON ”) wanneer de volautomatische functie wordt gekozen.
De stabilisator kan geen compensatie voor extreme trillingen of bewegingen maken tijdens opname.
De stabilisator werkt niet indien er geen of weinig contrast tussen het onderwerp en de achtergrond is.
De “ ” indicator knippert wanneer de stabilisator niet kan worden gebruikt.
GAIN UP (Lichtversterking)
Ook bij weinig of slechte verlichting kunt u met deze functie heldere, natuurgetrouwe opnamen maken.
AGC–Wordt automatisch geactiveerd bij de volautomatische functie. Het beeld is helder maar ietwat ruwer. AUTO A –De sluitertijd wordt automatisch ingesteld (1/25 – 1/200 sec.). Opname van een onderwerp bij
weinig licht met een sluitertijd van 1/25 levert een helderder beeld dan met de AGC functie ingesteld. De bewegingen van het onderwerp lopen echter niet soepel of natuurlijk. “A” wordt getoond wanneer deze functie is ingesteld.
OFF–Stel in deze stand wanneer er voldoende licht is. Voor opname met de werkelijke helderheid.
NE 33
Systeemmenu
Met het systeemmenu kunt u de volgende functies instellen: fotofunctie, scène, pieptoon/ opnameverklikkerlampje, windscherm, geluidsfunctie, identificatienummers (ID) en de demonstratiefunctie (Z blz. 34).
Display
REC MODE WIDE MODE OFF ZOOM DIS GAIN UP TO DATE / TIME MENU
4
TO SYSTEM MENU
END
BEEP / TALLY WIND CUT SOUND MODE ID NUMBER DEMO. MODE
4
RETURN
SP 40X
ON AGC
Opnamemenu
FRAMEPHOTO MODE 5SSCENE ON OFF 32kHz 06 OFF
Systeemmenu
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Draai de spanningsschijf eerst naar “M” terwijl u de vergrendeltoets op de schijf indrukt. Controleer dat de LCD-monitor geheel geopend is of de zoeker is uitgetrokken.
ROEP HET OPNAMEMENU OP
2
Druk op MENU. Het opnamemenu wordt getoond.
ROEP HET SYSTEEMMENU OP
3
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar “TO SYSTEM MENU” te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf en het systeemmenu verschijnt.
KIES DE FUNCTIE
4
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar de gewenste functie te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf. De wijzer stopt te knipperen ten teken dat de functie is gekozen.
Keuzeschijf
Vergrendeltoets
5S
M
A
A
Y
OFF
Spanningsschijf
MENU toets
STEL DE FUNCTIE IN
5
Doorloop de beschikbare instellingen voor de gekozen functie door de keuzeschijf te verdraaien. Stop wanneer de gewenste instelling wordt getoond. Druk vervolgens op de schijf. De wijzer (opgelichte balk) verplaatst vervolgens automatisch naar “RETURN”.
•Herhaal stappen 4 en 5 voor het instellen van een of meerdere andere functies.
SLUIT HET SYSTEEMMENU
6
Druk tweemaal op de keuzeschijf. Het instellen is klaar en het menu verdwijnt.
P
L
34 NE
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
FRAME MULTI 4 MULTI 9
5S ANIM.
ON OFF
32kHz 48kHz
BEEP / TALLY WIND CUT SOUND MODE ID NUMBER DEMO. MODE
4
RETURN
FRAMEPHOTO MODE 5SSCENE ON OFF 32kHz 06 OFF
PHOTO MODE (Fotofunctie)
Zie blz. 28 en 29.
SCENE (Scène) (5-seconden functie, Z blz. 26)
5S–Door een druk op de START/STOP wordt een 5-
seconden “clip” opgenomen. Druk herhaaldelijk op de toets voor een reeks korte opnamen. 5SD–Indien u na een clip binnen 5 minuten weer een 5-seconden clip opneemt, zal het eind van de eerst clip worden “opgelost” en met een periode van 2-seconden door de nieuwe worden vervangen.
ANIM. (Animatie)–Door iedere druk op START/ STOP wordt een opname van 1/8 seconde gemaakt.
Bij opname van een vaststaand onderwerp waarbij u tussen de opnamen van positie verandert, lijkt het alsof het onderwerp beweegt.
• Animatie is niet beschikbaar tijdens de LP functie. Wanneer u na het instellen van ANIM. de LP functie activeert zal de "LP" opnamesnelheidindicator knipperen en de opname met de SP functie worden uitgevoerd.
OPMERKING:
Bij gebruik van een SCENE effect, de scherpstelling (Z blz. 43) en het regelen van de belichting (Z blz. 44) moet u de volautomatische functie activeren.
BEEP/TALLY (Pieptoon/verklikkerlampje)
U hoort een pieptoon wanneer de spanning wordt in- of uitgeschakeld en bij het begin en eind van een opname. Het verklikkerlampje is tijdens opname opgelicht.
ON–Voor het activeren van de pieptoon en het verklikkerlampje. OFF–Voor het uitschakelen van de pieptoon en het verklikkerlampje.
FULL
PIN-UP
5SD
ONOFF
U heeft dit nummer nodig in geval van het verbinden van de camcorder met een computer (01 t/m 99).
ONOFF
WIND CUT (Windscherm)
Met deze functie geactiveerd wordt ruis veroorzaakt door de wind aanzienlijk verminderd.
ON–Stel op "ON" om ruis te verminderen.
•“ ” wordt op de LCD-monitor getoond.
•De geluidskwaliteit is mogelijk iets minder. Dit is normaal.
OFF–De functie is uitgeschakeld.
OPMERKING:
De windschermfunctie wordt geannuleerd wanneer de volautomatische bedieningsfunctie is geactiveerd.
SOUND MODE (Geluid)
Geluidssignalen kunnen met 32 kHz of 48 kHz worden bemonsterd.
32 kHz–Met deze instelling kunt u stereogeluid op vier gescheiden kanalen opnemen. Gebruik wanneer u later het geluidsspoor wilt monteren (audio-dubben). 48 kHz– Met deze instelling kunt u stereo-geluid op twee gescheiden kanalen opnemen.
OPMERKING:
Een cassette die met 48 kHz is opgenomen kan niet voor audio-dubben worden gebruikt.
DEMO.MODE (Demonstratiefunctie)
Met deze instelling worden de diverse functies, bijvoorbeeld de productie-effecten (Z blz. 42),
etc., ter demonstratie getoond. U kunt de werking van deze functies zo even controleren. "DEMO.MODE" wordt op "OFF" gesteld wanneer u de camcorder uitschakelt.
OPMERKING:
De demonstratiefunctie kan echter niet worden geactiveerd indien er een cassette in de camcorder is geplaatst.
NE 35
FADE/WIPE effecten
OPMERKINGEN:
Met bepaalde productie-effecten (Z blz. 42) kunnen sommige fade/wipe-effecten niet worden gebruikt. De aanduiding knippert wanneer u een fade/wipe-effect kiest dat onder de huidige omstandigheden niet bruikbaar is. De indicator knippert indien u een effect kiest dat in dit geval niet bruikbaar is.
Gebruik deze effecten voor een soepele overgang tussen scènes. U kunt met deze effecten de band nog professioneler maken. Zie blz. 35 – 40 voor fade/wipe-effecten en technieken.
Kies één van de effecten van het fader/wipe-menu.
Display
FOCUS EXPOSURE AUTO W. BALANCE
4
FADER
/ WIPE
P. AE
/ EFFECT
RETURN
Menu voor handmatig instellen Fader/wipe-menu.
AUTO AUTO
OFF OFF
FADER / WIPE
SEL.
Keuzeschijf
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Druk de spanningsschijf eerst naar “M” terwijl u de vergrendeltoets op de schijf indrukt. Controleer dat de LCD-monitor geheel geopend is of de zoeker is uitgetrokken.
ROEP HET HANDMATIGE INSTELMENU OP
2
Druk op de keuzeschijf.
ROEP HET FADER/WIPE-MENU OP
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer
3
(opgelichte balk) naar “FADER/WIPE” te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf en het fader/wipe-menu verschijnt.
KIES HET EFFECT
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer
4
(opgelichte balk) naar het gewenste effect te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf.
P
?
R
W
H
4
B
K
B W
WIPE– SHUTTER RANDOM OFF
FADER– WHITE
FADER– BLACK FADER– MOSAIC FADER– B.W
•Het fader/wipe-menu verdwijnt en het effect
START DE OPNAME
Druk op START/STOP om de opname met een
5
fade-in of wipe-in te starten.
OF . . .
STOP DE OPNAME
Druk op START/STOP om de opname met een fade-out of wipe-out te stoppen.
ANNULEREN VAN FADE/WIPE­EFFECTEN
6
Verplaats de wijzer (opgelichte balk) in stap 4 naar “OFF”. Druk vervolgens op de keuzeschijf.
MANUAL
WH
5S
M
A
P
L
A
Y
OFF
PAUSE
Vergrendeltoets
START/STOP toets
Spanningsschijf
is ingesteld. De indicator voor het gekozen effect licht op.
36 NE
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
Fades en Wipes
Een scène komt geleidelijk op een zwart of wit scherm op (fade-in/wipe-in), of wordt geleidelijk uitgeregeld naar een zwart of wit scherm (fade-out/wipe-out). Kies fade of wipe bij het fader/wipe-menu (Z blz. 35).
B
Kies een effect uit
5S
M
A
OFF
K
W
H
,
, ,
, , , , , , en van het fader/wipe-menu.
B W
FADE
W
Voorbeeld
Fade-in
H
FADER – WHITE (Witte Fader)
Fade-out
WIPE
Voorbeeld
Wipe-in
START/STOP
P
L
toets
A
Y
WIPE – SCROLL (Rollende Wipe)
ACTIVEER DE FADE-IN OF WIPE-IN
1
Druk op START/STOP om de opname te starten. Het beeld komt geleidelijk op met een fade-in of wipe-in.
ACTIVEER DE FADE-OUT OF
2
WIPE-OUT
Druk op START/STOP wanneer u de opname wilt stoppen. Het beeld verdwijnt geleidelijk met een fade-out of wipe-out en daarna schakelt de camcorder automatisch in de opnamestandbyfunctie.
Wipe-out
OPMERKING:
U kunt de lengte (tijdsduur) van een fade of wipe zelf bepalen door op START/ STOP te drukken en deze ingedrukt te houden.
NE 37
Beeld Wipe/Oplossen
Combineer de Beeld Wipe/Oplosfuncties voor een professionele overgang tussen scènes. U beschikt over 6 Beeld Wipe-effecten en 1 Oploseffect. Kies het Beeld Wipe-effect bij het fader/wipe-menu (Z blz. 35).
Kies een effect uit P, P, P, P, P, P en P van het fader/wipe-menu.
5S
M
A
Y
OFF
P
L
A
START/STOP toets
START DE OPNAME
1
Druk op START/STOP.
ACTIVEER DE OPNAME-
2
STANDBYFUNCTIE
Druk op START/STOP na het eind van de eerste scène. Dit eindpunt van de scène wordt in het geheugen vastgelegd.
ZET DE OPNAME VOORT
3
Wanneer u binnen 5 minuten na het eind van de voorgaande opname een opname van een nieuwe scène start (zonder de spanning van de camcorder eerst te hebben uitgeschakeld) zal de voorgaande scène met een wipe-out worden uitgeregeld en de nieuwe scène worden getoond.
Einde van voorgaande scène
Wipe-in
OPMERKINGEN:
Indien de spanning wordt uitgeschakeld na opname van een scène, zal het eindpunt uit het geheugen worden gewist. De Beeld Wipe/ Oplosfuncties kunnen derhalve dan niet worden gebruikt en de indicator voor Beeld Wipe/ Oplossen zal nu knipperen. Neem een nieuwe scène op maar schakel de spanning na afloop van de scène niet uit. Vergeet niet dat de spanning tevens automatisch wordt uitgeschakeld indien de opnamestandbyfunctie langer dan 5 minuten is geactiveerd.
Het geluid van het eind van de laatst opgenomen scène wordt niet vastgelegd.
Voorbeeld
WIPE – SCROLL
P
(Rollende Wipe)
De volgende scène komt geleidelijk op over de voorgaande scène.
Binnen 5 minuten . . .
38 NE
Willekeurige variaties
?
R
Met
gekozen zal de camcorder een willekeurig
fade/wipe-effect kiezen.
OPNAME
1
Geavanceerde functies (vervolg)
WHB
START DE OPNAME
Druk op START/STOP. De camcorder kiest willekeurig een effect.
•De opname start met een fade-in of wipe-in.
Indien u tijdens opname op START/STOP drukt, wordt de opname gestopt met een fade-out of wipe-out waarna de opname­standbyfunctie wordt geactiveerd. De opname wordt later weer met een fade-in of wipe-in gestart.
K
OPMERKING:
De Beeld Wipe/Oplosfunctie is niet beschikbaar wanneer u de willekeurige fader heeft geactiveerd.
5S
M
A
Y
OFF
P
L
A
START/STOP toets
FADER/WIPE-MENU
MENU EFFECT
NE 39
FADER — WHITE
W
H
(WITTE FADER)
FADER — BLACK
B
K
(ZWARTE FADER)
FADER — MOSAIC
(MOZAÏEK FADER)
FADER — B.W
B W
(ZWARTE & WITTE FADER)
WIPE — CORNER
(HOEK WIPE)
WIPE — WINDOW
(VENSTER WIPE)
WIPE — SLIDE
(SCHUIF WIPE)
WIPE — DOOR
(DEUR WIPE)
WIPE — SCROLL
(ROLLENDE WIPE)
WIPE — SHUTTER
(SLUITER WIPE)
Een fade-in of fade-out vanuit of naar een wit scherm.
Een fade-in of fade-out vanuit of naar een zwart scherm.
Een fade-in of fade-out met een mozaïekeffect.
Een fade-in vanuit een zwart/wit scherm naar een gekleurd scherm of een fade-out vanuit een gekleurd scherm naar een zwart/wit scherm.
Een wipe-in op een zwart scherm vanaf de rechterbovenhoek naar de linkeronderhoek, of een wipe-out vanaf de linkeronderhoek naar de rechterbovenhoek tot een zwart scherm.
De scène start in het midden van een zwart scherm en verloopt geleidelijk naar de hoeken of komt vanuit de hoeken op en verloopt geleidelijk naar het midden.
Een wipe-in vanaf rechts naar links of een wipe-out vanaf links naar rechts.
Een wipe-in als twee helften van een zwart scherm die naar links en rechts als een deur openen, of een wipe-out vanaf de linker- en rechterkant waardoor de scène wordt bedekt en een zwart scherm wordt getoond.
De scène komt vanaf de onderkant op en verloopt naar de bovenkant van een zwart scherm, of verloopt vanaf de bovenkant naar de onderkant naar een zwart scherm.
Een wipe-in vanaf de boven- en onderkant naar het midden van een zwart scherm, of een wipe-out vanaf het midden naar de boven- en onderkant van een zwart scherm.
40 NE
FADER/WIPE-MENU (fortsat)
MENU EFFECT
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
?
DISSOLVE
P
(OPLOSSEN)
WIPE — CORNER
P
(HOEK WIPE)
WIPE — WINDOW
P
(VENSTER WIPE)
WIPE — SLIDE
P
(SCHUIF WIPE)
WIPE — DOOR
P
(DEUR WIPE)
WIPE — SCROLL
P
(ROLLENDE WIPE)
WIPE — SHUTTER
P
(SLUITER WIPE)
RANDOM
R
(WILLEKEURIGE FADER)
De tweede scène komt geleidelijk op terwijl de eerste scène geleidelijk verdwijnt.
De tweede scène komt vanaf de rechterbovenhoek naar de linkeronderhoek over de eerste scène op.
De tweede scène komt geleidelijk vanuit het midden van het scherm naar de hoeken op en bedekt de eerste scène.
De tweede scène komt geleidelijk vanaf rechts naar links over de eerste scène op.
De eerste scène verloopt vanaf het midden naar de rechter­en linkerkant van het scherm als een deur die wordt open gedrukt waar achter de volgende scène ligt.
De tweede scène komt vanaf de onderkant van het scherm naar de bovenkant op en bedekt de eerste scène.
De nieuwe scène komt vanaf het midden van het scherm naar de boven- en onderkant op en bedekt de eerste scène.
Indien u deze functie heeft geactiveerd, kiest de camcorder willekeurig een effect (fader- of wipe-effect) voor het verloop tussen scènes.
NE 41
Productie-effecten
BELANGRIJK:
Met bepaalde fade/wipe-effecten (Z blz. 39, 40) kunnen sommige productie-effecten niet worden gebruikt. Het symbool van het effect knippert wanneer u een productie-effect kiest dat onder de huidige omstandigheden niet bruikbaar is. Het symbool van het gekozen productie-effect zal knipperen indien het niet bruikbaar is.
U kunt een van de effecten van het productie-effectmenu (P.AE/EFFECT)
Display
(Z
blz. 42) kiezen.
FOCUS EXPOSURE AUTO W. BALANCE FADER
/ WIPE
4
P. AE
/ EFFECT
RETURN
Menu voor handmatig instellen
AUTO AUTO
OFF OFF
Keuzeschijf
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Druk de spanningsschijf eerst naar “M” terwijl u de vergrendeltoets op de schijf indrukt. Controleer dat de LCD-monitor geheel geopend is of de zoeker is uitgetrokken.
ROEP HET HANDMATIGE
2
INSTELMENU OP
Druk op de keuzeschijf. Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar “P.AE/EFFECT” te verplaatsen.
ROEP HET PRODUCTIE-
3
EFFECTMENU OP
Druk op de keuzeschijf. Het “P.AE/EFFECT” menu wordt getoond.
KIES HET EFFECT
4
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar het gewenste effect te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf.
P. AE / EFFECT
SLOW X4
1
SLOW X10
2
OFF
1/50
SEL.
SHUTTER
4
1/100
SHUTTER
1/250
SHUTTER
1/500 1/500
SHUTTER
Productie-effectmenu
5
6
OPMERKING:
U kunt tijdens opname of opnamestandby een ander productie-effect kiezen.
PAUSE
Vergrendeltoets
Spanningsschijf
1/50
1/100 1/250
1/50
De indicator voor de gekozen functie wordt getoond en deze functie wordt geactiveerd.
5S
M
A
P
L
A
Y
OFF
•Het productie-effectmenu verdwijnt en het effect is ingesteld. De indicator voor het gekozen effect licht op.
START DE OPNAME
Druk op START/STOP. Het beeld start met het gekozen effect.
ANNULEREN VAN PRODUCTIE­EFFECTEN
Roep het “P.AE/EFFECT” menu opnieuw op en verplaats de wijzer (opgelichte balk) naar “OFF” om het gekozen effect te annuleren. Druk vervolgens op de keuzeschijf.
42 NE
1
SHUTTER (SLUITER) (Variabele sluitersnelheid)
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
CLASSIC FILM (Klassieke film)
1/50–De sluitertijd is op 1/50ste seconde gesteld.
De zwarte balk die normaliter verschijnt bij opname van een TV-scherm wordt nu smaller. 1/100–De sluitertijd is op 1/100ste seconde gesteld. Het flikkeren bij opname met neonverlichting of een kwiklamp wordt verminderd. 1/250 (fabrieksinstelling), 1/500–Deze tijden kunt u gebruiken voor het beeld-voor-beeld opnemen van snel bewegende onderwerpen zodat de normale weergave later levendig en slow-motion beelden stabiel zijn. Des te sneller de sluitertijd, des te donkerder het beeld. Gebruik daarom uitsluitend bij een goede verlichting.
TWILIGHT (Schemerlicht)
Voor een natuurgetrouwe opname van avondscènes. De witbalans (Z blz. 46) wordt normaliter op gesteld. Met schemerlicht gekozen zal de scherpstelling automatisch op ongeveer 10 meter tot oneindig worden gesteld. U moet handmatig scherpstellen op onderwerpen die binnen 10 meter van de lens liggen.
De opgenomen scènes krijgen een licht stroboscoopeffect.
STROBE (Stroboscoop)
Uw opnamen zien er uit als een aantal opeenvolgende stilbeelden.
SLOW (Langzame sluiter)
Voor een heldere opname van donkere onderwerpen of zelfs helderder dan bij natuurlijke verlichting.
SLOW X4
De sluitertijd wordt op 1/12,5 seconde gesteld voor het viermaal versterken van de gevoeligheid.
SLOW X10
2
De sluitertijd wordt op 1/5 seconde gesteld voor het 10 maal versterken van de gevoeligheid.
SEPIA (Sepia)
Uw opname krijgen een bruinachtige gloed, netzoals bij oude foto’s. Gebruik dit effect in combinatie met de bioscoopfunctie voor een nostalgische opname.
MONOTONE (Zwart/wit)
B/W
Uw opname is zwart/wit netzoals bij oude bioscoopfilms. Gebruik tezamen met de bioscoopfunctie voor een sterker effect van een nostalgische “klassieke film”.
OPMERKINGEN:
Bij gebruik van de langzame sluiter krijgt het beeld een licht stroboscoopeffect.
Gebruik de langzame sluiter uitsluitend onder donkere omstandigheden.
De handmatige scherpstelindicator verschijnt mogelijk en knippert bij gebruik van de langzame sluiter.
Stel handmatig scherp indien het beeld niet
NE 43
Handmatige scherpstelling
De camcorder kan onder normale omstandigheden automatisch vanaf ongeveer 5 cm tot oneindig op onderwerpen scherpstellen. Stel echter handmatig scherp wanneer het onderwerp niet in het midden van het beeld is of wanneer de automatische scherpstelfunctie om een andere reden niet functioneert. “AUTO” is bij het verlaten van de fabriek ingesteld.
Display
4
FOCUS EXPOSURE AUTO W. BALANCE FADER
/ WIPE
P. AE
/ EFFECT
RETURN
Menu voor handmatig instellen
FOCUS
Handmatige scherpstelindicator
MANUAL
AUTO OFF
OFF
Scherpstelframe
(Er wordt op het midden van het scherm scherpgesteld.)
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Druk de spanningsschijf eerst naar “M” terwijl u de vergrendeltoets op de schijf indrukt. Controleer dat de LCD-monitor geheel geopend is of de zoeker is uitgetrokken.
ROEP HET HANDMATIGE INSTELMENU OP
Druk op de keuzeschijf. Het handmatige
2
instelmenu wordt getoond.
ROEP HET HANDMATIGE
3
SCHERPSTELMENU OP
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar “FOCUS” te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf. Verdraai de keuzeschijf zodat “MANUAL” verschijnt en druk wederom op de keuzeschijf. Het menu voor het handmatig instellen verdwijnt en “FOCUS” wordt in de linkerbovenhoek getoond. De scherpstelling is nu vergrendeld.
STEL SCHERP
4
Verdraai de keuzeschijf.
•“ ” knippert wanneer u de keuzeschijf omhoog draait om op veraf liggende onderwerpen scherp te stellen. “ omlaag draait voor het scherpstellen op dichtbij liggende onderwerpen.
• De “ u de minimale of maximale grens voor het scherpstellen bereikt.
• Wanneer u niet kunt scherpstellen moet u eerst even op het onderwerp in- of uitzoomen en dan nogmaals opnieuw proberen handmatig scherp te stellen.
” knippert wanneer u de schijf
” of “ ” waarschuwing knippert wanneer
Vergrendeltoets
5S
M
A
P
L
A
Y
OFF
Spanningsschijf
Keuzeschijf
STOP HET HANDMATIG
5
SCHERPSTELLEN
Druk op de keuzeschijf. Er is nu op het onderwerp scherpgesteld. “FOCUS” dooft en “MANUAL” wordt daarvoor in de plaats getoond.
• Herhaal de procedure vanaf stap 2 wanneer u
opnieuw handmatig wilt scherpstellen.
Weer instellen van de automatische scherpstelling . . .
..... Verdraai in stap 3 de keuzeschijf zodat “AUTO”
wordt getoond en druk op de keuzeschijf. De indicators voor het handmatig scherpstellen doven. U kunt ook de spanningsschijf naar “ om weer de volautomatische functie te activeren.
A
” drukken
OPMERKINGEN:
De handmatige scherpstelling wordt naar “AUTO” teruggesteld wanneer u de spanningsschijf naar “OFF” drukt.
Stel bij voorkeur onder de volgende omstandigheden handmatig scherp:
Voor het opnemen van een vlakke muur, blauwe lucht of een onderwerp met geen of weinig contrast.
Wanneer draden of andere voorwerpen tussen de camcorder en het gewenste onderwerp komen.
Bij het opnemen van uitermate gedetailleerde onderwerpen of patronen.
Bij het opnemen met neonlampen of flikkerend licht.
44 NE
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
Belichtingsregeling
De belichting wordt normaliter automatisch geregeld. Corrigeer de belichting echter handmatig indien de achtergrond in vergelijking met het op te nemen onderwerp te donker of te licht is. “AUTO” is bij het verlaten van de fabriek ingesteld.
Display
FOCUS
4
EXPOSURE MANUAL W. BALANCE FADER
/ WIPE
P. AE
/ EFFECT
RETURN
Menu voor handmatig instellen
EXP.
0
Belichtingsindicator
AUTO AUTO
OFF OFF
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Druk de spanningsschijf eerst naar “M” terwijl u de vergrendeltoets op de schijf indrukt. Controleer dat de LCD-monitor geheel geopend is of de zoeker is uitgetrokken.
ROEP HET HANDMATIGE
2
INSTELMENU OP
Druk op de keuzeschijf. Het handmatige instelmenu wordt getoond.
ROEP HET HANDMATIGE
3
BELICHTINGSMENU OP
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar “EXPOSURE” te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf. Verdraai de keuzeschijf zodat “MANUAL” verschijnt en druk wederom op de keuzeschijf. Het menu voor het handmatig instellen verdwijnt en “EXP.” en de belichtingsindicator wordt getoond.
STEL DE BELICHTING IN
Verdraai de keuzeschijf voor een lichter of
4
donkerder beeld.
• U kunt de belichting vanaf –6 t/m +6 instellen.
STOP HET HANDMATIG INSTELLEN
5
VAN DE BELICHTING
Druk op de keuzeschijf. De belichting is nu ingesteld. “EXP.” dooft en “MANUAL” wordt daarvoor in de plaats getoond.
• Herhaal stap 2 voor het terugstellen van de belichting.
Vergrendeltoets
5S
M
A
P
L
A
Y
OFF
Spanningsschijf
Keuzeschijf
Weer instellen van de automatische belichting . . .
.... Verdraai in stap 3 de keuzeschijf zodat “AUTO”
wordt getoond en druk op de keuzeschijf. De belichtingsindicator dooft. U kunt ook de spanningsschijf naar “A” drukken om weer de volautomatische functie te activeren.
OPMERKINGEN:
De handmatige belichtingsregeling wordt naar “AUTO” teruggesteld wanneer u de spanningsschijf naar “OFF” drukt.
Stel de belichting handmatig in onder de volgende omstandigheden:
Wanneer het onderwerp tegenbelicht wordt of wanneer de achtergrond te helder is.
Wanneer u een onderwerp bij een reflecterende achtergrond opneemt, bijvoorbeeld bij opnamen op het strand of in de sneeuw.
Wanneer de achtergrond te donker is of het onderwerp te licht.
Instellen van de helderheid van het display
Verdraai de keuzeschijf (Z blz. 22) om de helderheid van het display in te stellen. De helderheid van het beeld dat wordt opgenomen kan echter niet worden veranderd door deze schijf te verdraaien.
NE 45
A
Diafragmavergrendeling
Gebruik deze functie wanneer u een bewegend onderwerp opneemt, bij het zoomen of wanneer de afstand tussen de lens en het onderwerp verandert (oftewel de afmetingen van het onderwerp op de LCD-monitor), of wanneer u het helderheidsniveau wilt vergrendelen. Vergrendel het diafragma wanneer het onderwerp zeer dichtbij is. Het beeld zal niet donkerder worden wanneer het onderwerp verder van de lens verplaatst.
Display
FOCUS EXPOSURE MANUAL W. BALANCE FADER
/ WIPE
P. AE
/ EFFECT
4
RETURN
Menu voor handmatig instellen
AUTO AUTO
OFF OFF
Vergrendeltoets
5S
M
A
P
L
A
Y
OFF
Spanningsschijf
Keuzeschijf
0 L
Diafragmavergrendelindicator
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
Druk de spanningsschijf eerst naar “M” terwijl u
1
de vergrendeltoets op de schijf indrukt. Controleer dat de LCD-monitor geheel geopend is of de zoeker is uitgetrokken.
ROEP HET HANDMATIGE
2
BELICHTINGSMENU OP
Druk op de keuzeschijf. Het handmatige instelmenu wordt getoond.
ROEP HET HANDMATIGE
3
BELICHTINGSMENU OP
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar “EXPOSURE” te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf. Verdraai de keuzeschijf zodat “MANUAL” verschijnt en druk wederom op de keuzeschijf. “EXP.” wordt getoond.
CENTREER HET ONDERWERP EN
4
VERGRENDEL HET DIAFRAGMA
Zoom zodat het onderwerp de gehele LCD­monitor of zoeker vult. Houd vervolgens de keuzeschijf langer dan 2 seconden ingedrukt. Het belichtingsdisplay en “ teken dat het diafragma is vergrendeld. Druk op de keuzeschijf. De aanduiding in de linkerbovenhoek verandert van “EXP.” naar “MANUAL”.
L
” worden getoond ten
Weer instellen van het automatische diafragma . . .
..... Verdraai in stap 3 de keuzeschijf zodat “AUTO” wordt
getoond en druk op de keuzeschijf. De belichtings­indicator en “ schijf naar “ functie te activeren.
L
” doven. U kunt ook de spannings-
” drukken om weer de volautomatische
OPMERKINGEN:
Vergrendel het diafragma onder de volgende omstandigheden:
Wanneer u een onderwerp bij een reflecterende achtergrond opneemt, bijvoorbeeld bij opnamen op het strand of in de sneeuw.
Wanneer u onderwerpen opneemt die door een spot worden belicht.
Wanneer het onderwerp verder van de lens verplaatst.
Bij het zoomen.
Vergrendelen van de belichting en het diafragma . . .
...
Stel na stap 3 de belichting in door de keuzeschijf te verdraaien. Vergrendel vervolgens het diafragma in stap
4. Voor een automatische vergrendeling moet u de keuzeschijf verdraaien zodat “AUTO” wordt getoond en vervolgens in stap 3 op de keuzeschijf drukken. Het diafragma wordt na ongeveer 2 seconden automatisch ingesteld.
Diafragma
Het diafragma werkt zoals de pupillen van uw ogen. In een goed verlichte ruimte verkleint de pupil zodat er niet te veel licht in uw ogen komt. Onder donkere omstandigheden vergroot de pupil zodat er meer licht kan worden opgenomen.
46 NE
OPNAME
Geavanceerde functies (vervolg)
Instellen van de witbalans
Een juiste witbalans zorgt voor een juiste reproductie van de kleuren onder verschillende lichtomstandigheden. Een juiste witbalans maakt een correctie zodat alle kleuren natuurgetrouw worden getoond. De witbalans wordt normaliter automatisch ingesteld. De meer ervaren camcordergebruiker wil de witbalans echter mogelijk handmatig instellen voor professionelere kleuren en tint.
Display
FOCUS EXPOSURE AUTO W. BALANCE FADER
/ WIPE
P. AE
/ EFFECT
4
RETURN
Menu voor handmatig instellen
AUTO AUTO
OFF OFF
FOCUS EXPOSURE AUTO
4
W. BALANCE
FADER
/ WIPE
P. AE
/ EFFECT
RETURN
Keuzeschijf
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Druk de spanningsschijf eerst naar “M” terwijl u de vergrendeltoets op de schijf indrukt. Controleer dat de LCD-monitor geheel geopend is of de zoeker is uitgetrokken.
ROEP HET HANDMATIGE INSTELMENU OP
2
Druk op de keuzeschijf. Het handmatige instelmenu wordt getoond.
ROEP HET HANDMATIGE
3
WITBALANSMENU OP
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar “W.BALANCE” te verplaatsen. Druk vervolgens op de keuzeschijf. Het menu voor het handmatig instellen verdwijnt en “W.BAL.” verschijnt in de linkerbovenhoek en “AUTO” wordt getoond.
STEL DE FUNCTIE IN
4
Doorloop de beschikbare instellingen voor de gekozen functie door de keuzeschijf te verdraaien. Stop wanneer de gewenste instelling wordt getoond.
AUTO
AUTO
OFF OFF
W . BAL .
AUTO
Witbalansindicator
P
L
Vergrendeltoets
Spanningsschijf
5S
M
A
A
Y
OFF
STOP HET INSTELLEN VAN DE
5
WITBALANS
Druk wederom op de keuzeschijf. De witbalans is nu ingesteld. “W.BAL.” dooft en “MANUAL” wordt daarvoor in de plaats getoond.
Weer instellen van de automatische witbalans . . .
..... Kies in stap 3 “AUTO”. U kunt ook de
spanningsschijf naar “ volautomatische functie te activeren.
A
” drukken om weer de
OPMERKINGEN:
De witbalansfunctie kan niet worden gebruikt in combinatie met de productie-effecten Sepia of zwart/wit.
Tijdens een 5-secondenopname worden de handmatige instellingen voor de witbalans gebruikt. De andere instellingen zijn hetzelfde als bij gebruik van de
volautomatische functie.
AUTO–De witbalans wordt automatisch ingesteld. In de fabriek is de automatische functie geactiveerd.
”– Voor het opnemen van een onderwerp waarvoor
de witbalans reeds is ingesteld (Z blz. 47).
“ ”– Voor opname buitenshuis op een zonnige dag. “
”– Voor opname buitenshuis op een bewolkte dag.
“ ”– Voor opname met gebruik van een videolamp of
een dergelijke verlichting.
Gebruik van de handmatige witbalans
Stel de witbalans handmatig in bij opname met de camcorder onder verschillende lichtbronnen of omstandigheden met de handmatige functie geactiveerd.
Display
FOCUS EXPOSURE AUTO
4
W. BALANCE
FADER
/ WIPE
P. AE
/ EFFECT
RETURN
Menu voor handmatig instellen
MANUAL
Witbalansindicator
PAUSE
AUTO
AUTO
OFF OFF
Wit papier
Vergrendeltoets
5S
M
A
P
L
A
Y
OFF
Spanningsschijf
Keuzeschijf
NE 47
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Voer stappen 1 t/m 4 van het instellen van de witbalans uit (Z blz. 46), en kies “ MAN.”.
STEL DE WITBALANS HANDMATIG
2
IN
Houd een vel wit papier voor het onderwerp. Zoom of verplaats zodat het witte papier het scherm geheel vult.
VOER DE INSTELLING IN
3
Druk op de keuzeschijf totdat begint te knipperen.
•“ ” stopt te knipperen wanneer de instelling is gemaakt.
SCHAKEL DE FUNCTIE VOOR
4
HANDMATIGE WITBALANS UIT
Druk op de keuzeschijf. “W.BAL.” dooft en “MANUAL” wordt daarvoor in de plaats getoond en uitsluitend de handmatige witbalansindicator “ ” wordt getoond.
Veranderen van de tint voor opname . . .
.... Gebruik in stap 2 een vel gekleurd papier. De
witbalans wordt nu op basis van de kleur ingesteld waardoor de tint wordt veranderd. Gebruik rood papier voor dieper groen; blauw papier voor een oranje-achtige tint; geel papier voor dieper paars.
OPMERKINGEN:
Een onderwerp kan onder diverse lichtomstandig­heden binnen worden opgenomen (natuurlijk licht, neonlampen, kaarslicht, etc.). Daar de kleurtemperatuur verschillend is afhankelijk van de lichtbron, zal de tint verschillen afhankelijk van de witbalansinstelling. Gebruik deze functie voor een natuurgetrouw resultaat.
De instelling voor de handmatige witbalans blijft in het geheugen bewaard wanneer u de spanning uitschakelt of de accu ontkoppelt.
48 NE
U kunt uw opnamen op de LCD-monitor bekijken.
Bandtransportindicator
4
LCD-monitor
WEERGAVE
Spanningsindicator
Volumeschakelaar
Luidspreker
Basisweergave
Spanningsschijf
M
A
5S
OFF
Y
A
L
P
Vergrendeltoets
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Druk de spanningsschijf naar “PLAY” terwijl u op de vergrendeltoets van de schijf drukt. De spanningsindicator licht op.
OPEN DE LCD-MONITOR
2
Open de LCD-monitor helemaal.
• De LCD-monitor kan niet worden gebruikt wanneer de zoeker is uitgetrokken.
SPOEL DE BAND TERUG
3
Druk op 2. 2 wordt getoond. Het spoelen stopt automatisch wanneer het begin van de band is bereikt.
BEKIJK DE OPNAME
4
Druk op 6/4. 4 wordt getoond en u kunt de opname bekijken. Het geluid wordt via de luidspreker weergegeven.
STOP DE WEERGAVE
5
Druk op 5. Druk de spanningsschijf naar “OFF”.
•Voor het naar “OFF” drukken hoeft u de vergrendeltoets niet in te drukken.
Zoeken met hoge snelheid . . .
.... druk op 2 of 3 nadat u op de 6/4 toets
heeft gedrukt. De band wordt met ongeveer 9 keer de normale snelheid weergegeven. Bekijk de LCD-monitor en druk op 6/4 wanneer u een scène ziet die u normaal wilt afkijken. De normale weergave wordt nu geactiveerd.
.... houd tijdens weergave 2 of 3 ingedrukt.
Het zoeken zal doorgaan totdat u de toets loslaat. De normale weergave start zodra u de toets loslaat.
.... tijdens het zoeken met hoge snelheid heeft het
beeld een ietwat mozaïekachtig effect. Dit duidt niet op een defect.
Weergave van het geluid
U kunt het geluid beluisteren via de luidspreker of via een hoofdtelefoon die met de hoofdtelefoon­aansluiting is verbonden. Druk op de VOLUME schakelaar om het volume in te stellen. De aanduiding van het volume wordt getoond. Druk de VOLUME schakelaar naar “+” voor een hoger volume en naar “–” voor een lager volume.
Stilbeeldweergave
Druk op 6/4 om de weergave tijdelijk te pauzeren en een stilbeeld te tonen. Druk nogmaals om de weergave weer voort te zetten. De stopfunctie wordt automatisch geactiveerd indien u langer dan 3 minuten de weergave pauzeert. De spanning van de camcorder wordt automatisch uitgeschakeld indien de stopfunctie langer dan 5 minuten is geactiveerd.
NE 49
Slow-motion weergave
Voor slow-motion weergave heeft u de afstandsbediening nodig.
Voor het veranderen van normale weergave naar slow-motion weergave moet u op de pauzetoets drukken bij het punt waar u de slow-motion weergave wilt starten. Richt de afstandsbediening dan naar de afstandsbedieningssensor en druk op de toets voor slow-motion weergave in voor- of achterwaartse richting van de afstandsbediening. De normale weergave wordt hervat na ongeveer 20 seconden weergave met de functie voor slow­motion in achterwaartse richting en na ongeveer 60 seconden weergave met de functie voor slow­motion in voorwaartse richting. Druk op de weergavetoets wanneer u de slow-motion weergave eerder wilt stoppen.
Tijdens slow-motion weergave heeft het beeld een ietwat mozaïekachtig effect vanwege de digitale verwerking van de signalen.
Nadat u op de toets voor slow-motion in voor- of achterwaartse richting heeft gedrukt, zal er een paar seconden een stilbeeld worden getoond waarna het scherm mogelijk enkelen seconden zwart wordt. Dit duidt niet op een defect.
Er is mogelijk een klein verschil tussen het door u gekozen startpunt voor slow-motion en het werkelijk startpunt.
Tijdens slow-motion weergave wordt het beeld ietwat gestoord. Dit is normaal en duidt niet op een defect.
OPMERKINGEN:
Tijdens het zoeken met hoge snelheid hoort u geen geluid.
Cassettes die op speciale wijze tegen kopiëren zijn beschermd kunnen niet worden weergegeven. Het scherm zal in dat geval blauw kleuren.
50 NE
WEERGAVE
Geavanceerde functies
Zoomen tijdens weergave
U kunt wanneer u maar wilt een opgenomen beeld maximaal 10X vergroten tijdens weergave.
Normale weergave Druk op T Druk op ©
Weergavetoets
Stoptoets
ZOEK DE GEWENSTE SCENE OP
1
Druk op de weergavetoets om de weergave te starten.
ACTIVEER DE ZOOM
2
Druk op de zoomtoetsen (T/W) van de afstandsbediening. Controleer dat de afstandsbediening naar de afstandsbedienings­sensor op de camcorder is gericht.
•Druk op T voor het inzoomen.
ZOEK HET TE VERGROTEN
3
GEDEELTE OP
U kunt het beeld op het scherm verplaatsen om een bepaald gedeelte op te zoeken dat u wilt vergroten. Houd SHIFT ingedrukt en druk dan op § (Links), © (Rechts), ¶ (Omhoog) of
Ä
(Omlaag).
Afstandsbedieningssensor
(RECHTS) om het beeld te verplaatsen
Spanningsschijf
M
A
5S
OFF
Y
A
L
P
Vergrendeltoets
Zoomtoetsen
TW
SHIFT
Links/rechts/omhoog/ omlaag toetsen
PLAY
STOP
PAUSE
STOP DE ZOOM
4
Houd W ingedrukt totdat het normale beeld weer wordt getoond. U kunt ook op STOP en dan op PLAY drukken.
OPMERKINGEN:
U kunt de zoom ook tijdens slow-motion en stilbeeldweergave gebruiken.
De beeldkwaliteit is mogelijk niet optimaal wanneer de signalen digitaal worden verwerkt.
Weergave-effecten
Verrijk uw beelden met een van deze effecten. U kunt één van de 4 effecten gebruiken.
NE 51
PLAYBACK EFFECT
4
OFF
CLASSIC FILM
1
B/W
MONOTONE
2
SEPIA
3
STROBE
4
Weergavetoets
PLAYBACK EFFECT Weergave-effectenmenu
EFFECT
Spanningsschijf
M
A
5S
OFF
Y
A
L
P
Vergrendeltoets
TW
Afstandsbedieningssensor
PLAY EFFECT ON/OFF
START DE WEERGAVE
1
Druk op de weergavetoets (4).
ROEP HET WEERGAVE-
2
EFFECTENMENU OP
Richt de afstandsbediening naar de afstandsbedieningssensor op de camcorder en druk op EFFECT. Het weergave-effectenmenu wordt getoond.
KIES HET WEERGAVE-EFFECT
3
Druk op EFFECT om de wijzer (opgelichte balk) naar het gewenste effect te verplaatsen. De gekozen functie wordt geactiveerd en het menu verdwijnt na 2 seconden.
OPMERKINGEN:
Druk op EFFECT ON/OFF van de afstands­bediening om het gekozen effect uit te schakelen. Het gekozen effect wordt weer geactiveerd indien u nogmaals op de toets drukt.
Herhaal de procedure vanaf stap 2 indien u een ander effect wilt kiezen.
Tijdens weergave zijn de "MULTI 4" en "MULTI 9" snapshotfuncties (Z blz. 29) echter niet beschikbaar wanneer u "MONOTONE" of "SEPIA" als weergave-effect heeft gekozen.
U kunt tijdens weergave het “Klassieke Film”, “Zwart/Wit”, “Sepia”, “Stroboscoop” en “Videoecho” effect gebruiken. Het effect werkt zoals bij opname. Zie blz. 42 voor details.
52 NE
WEERGAVE
Geavanceerde functies (vervolg)
Weergavemenu
Met het weergavemenu kunt u de volgende instellingen maken: weergavegeluid (32 kHz, 48 kHz),
Comp, Display en Tijdcode
instellingen uitgezonderd voor Synchro Comp (Z blz. 66, 67).
Display
48kHz MODE 32kHz MODE SYNCHRO DISPLAY TIMECODE
4
END
Weergavemenu
. De volgende handelingen zijn van toepassing op het maken van alle
FULL SOUND
FULL SOUND SOUND1 0 . 0 ON OFF
SOUND2 SOUND1
ON OFF
FULL SOUND SOUND2 SOUND1
ON OFF
Spanningsschijf
A
OFF
Y
A
L
P
M
Synchro
5S
4
32kHz MODE SYNCHRO DISPLAY TIMECODE
END
FULL SOUND48kHz MODE SOUND1 0 . 0 ON OFF
KIES DE BEDIENINGSFUNCTIE
1
Druk de spanningsschijf naar “PLAY” terwijl u op de vergrendeltoets van de schijf drukt. Open de LCD-monitor helemaal.
ROEP HET WEERGAVEMENU OP
2
Druk op MENU. Het weergavemenu wordt op de LCD-monitor en het scherm van de aangesloten TV geetoond.
KIES DE FUNCTIE
3
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar de gewenste functie te verplaatsen. Druk op de keuzeschijf om deze functie te activeren.
Keuzeschijf
Vergrendeltoets
MENU toets
STEL DE FUNCTIE IN
4
Doorloop de beschikbare instellingen voor de gekozen functie door de keuzeschijf te verdraaien. Stop wanneer de gewenste instelling wordt getoond. Druk vervolgens op de schijf. De wijzer (opgelichte balk) verplaatst vervolgens automatisch naar “END”.
•Herhaal stappen 3 en 4 voor het instellen van
een of meerdere andere functies.
SLUIT HET WEERGAVEMENU
5
Druk op de keuzeschijf. Het menu verdwijnt.
NE 53
Weergavegeluid (48 kHz, 32 kHz)
Tijdens weergave bepaalt de camcorder automatisch met welke geluidsfunctie de opname was gemaakt. Kies indien gewenst echter het geluid dat u voor de weergave wilt gebruiken. (32 kHz is in de fabriek reeds ingesteld op “SOUND 1” en 48 kHz is ingesteld op “FULL SOUND”.)
OPGENOMEN GELUID DISPLAY WEERGAVEGELUID
32 kHz FULL SOUND
SOUND 1 Stereo-geluid SOUND 2
48 kHz FULL SOUND Stereo-geluid
SOUND 1 Geluid van linkerkanaal (“L”) wordt via beide
SOUND 2 Geluid van rechterkanaal (“R”) wordt via beide
Wanneer u een cassette die met 32 Khz is opgenomen met een ander weergavegeluid wilt afspelen, moet u het weergavemenu oproepen en in stap 3 van bladzijde 52 “32 kHz MODE” kiezen en instellen op “FULL SOUND”, “SOUND 1” of “SOUND 2”. Volg dezelfde procedure bij gebruik van een cassette die met 48 kHz is opgenomen. Zie blz. 68 voor meer informatie aangaande het weergavegeluid tijdens audio-dubben.
kanalen weergegeven
kanalen weergegeven
OPMERKINGEN:
U kunt het weergavegeluid ook veranderen met de AUDIO MONITOR toets van de afstandsbediening. (U hoeft in dit geval niet het weergavemenu op te roepen.) Controleer dat de afstandsbediening naar de afstandsbedieningssensor van de camcorder is gericht.
Tijdens weergave bepaalt de camcorder automatisch met welke geluidsfunctie de opname was gemaakt. Het is echter niet mogelijk om de geluidsfunctie tijdens het snel door- of terugspoelen te bepalen. Tijdens weergave wordt de geluidsfunctie in de linkerbovenhoek getoond.
Minuten
Seconden
12 : 34 : 24
TC
Frames*
*25 frames = 1 seconde
TIME CODE (Tonen van de tijdcode tijdens weergave)
U kunt de tijdcode tijdens weergave op het scherm tonen. Dit is vooral handig tijdens het monteren van een band. Bij het verlaten van de fabriek is deze functie op “OFF” gesteld. Om de functie te gebruiken moet u “TIME CODE” van het weergave­menu kiezen en de instelling veranderen naar “ON” (Z blz. 52) .
ON– De tijdcode wordt op het scherm voor weer-
gave getoond.
OFF– De tijdcode wordt niet getoond.
Display
25 . 12 . 98
10 : 35
DISPLAY (Tonen van de datum tijdens weergave)
De datum wordt automatisch gescheiden van het videosignaal op de band opgenomen indien de tijd is ingesteld. U kunt de datum tijdens weergave wel of niet op het scherm tonen. Bij het verlaten van de fabriek is deze functie op “ON” gesteld. Wanneer u de datum niet wilt tonen moet u “DISPLAY” van het weergavemenu kiezen en de instelling veranderen naar “OFF” (Z blz. 52) .
ON– De datum wordt op het scherm voor
weergave getoond.
OFF–De datum wordt niet getoond.
54 NE
WEERGAVE
Verbinden met een videorecorder/TV (directe verbinding met de camcorder)
Zie tevens de gebruiksaanwijzing(en) van de videorecorder en/of TV voor het verbinden.
Kabeladapter (bijgeleverd)
Gebruik de bijgeleverde
Aansluiting is onder de afdekking
Naar AV OUT aansluiting
VIDEO/AUDIO kabel (bijgeleverd)
kabeladapter indien uw TV of videorecorder een 21-pen AV­ingangsaansluiting (SCART) heeft.
Naar AUDIO IN aansluiting (L/R)
Wit naar AUDIO L
Rood naar AUDIO R
Geel naar VIDEO
Naar VIDEO IN aansluiting
VIDEO OUT keuzeschakelaar (Druk naar CVBS)
Basisverbindingen
TV
Naar TV of videorecorder
Videorecorder
(opnamedeck)
CONTROLEER DAT DE SPANNING
1
IS UITGESCHAKELD
De spanning van de camcorder moet zijn uitgeschakeld.
VERBIND DE CAMCORDER MET DE
2
TV OF VIDEORECORDER
Verwijder de afdekking van de aansluiting en open. Verbind zoals u in de afbeelding hierboven ziet.
Bij gebruik van een
videorecorder ........................ ga naar stap 3.
Zo niet .................................... ga naar stap 4.
VERBIND DE VIDEORECORDER-
3
UITGANG MET DE TV-INGANG
Zie de gebruiksaanwijzing van uw videorecorder.
SCHAKEL DE SPANNING IN
4
Draai de spanningsschijf naar “PLAY” terwijl u op de vergrendeltoets van de schijf drukt en schakel de TV/videorecorder in.
KIES HET VIDEOKANAAL VAN DE TV
5
Stel het videokanaal of de functie voor weergave van een video met uw TV in.
Keuze voor wel of niet tonen van de volgende aanduidingen op de aangesloten TV . . .
•Datum/tijd, Tijdcode
.... stel op “ON” of “OFF” bij het weergavemenu
(Z blz. 52).
•Geluidsfunctiedisplay
.... Druk op de MENU toets en stel “ON
SCREEN” van het datum/tijd-menu (Z blz. 11) op “ON” of “OFF”. Druk de spanningsschijf vervolgens weer terug naar “PLAY”.
OPMERKINGEN:
Gebruik in plaats van een accu bij voorkeur het lichtnetadapter/acculader-station voor de voeding. (Z blz. 10)
Sluit nooit een andere VIDEO/AUDIO kabel dan de bijgeleverde VIDEO/AUDIO kabel op de AV OUT aansluiting van de camcorder aan.
Controleer dat het volume van de TV in de minimale stand is gesteld alvorens de weergave van de camcorder te starten. Het geluid zou anders bij het inschakelen van de camcorder mogelijk veel te hard klinken.
Druk langer dan 1 seconde op de IND.ON/OFF toets wanneer u tijdens weergave de aanduidingen niet op het scherm van de TV wilt tonen.
Er wordt geen geluid via de luidspreker weergegeven indien de VIDEO/AUDIO kabel met de AV OUT aansluiting is verbonden.
NE 55
Verbinden met een videorecorder/TV (met gebruik van het lichtnetadapter/acculader-station)
Bevestig de camcorder aan het lichtnetadapter/acculader-station, en verbind vervolgens het lichtnetadapter/acculader-station met een TV of videorecorder (
Markering
Z blz. 56, 57) volgens de hieronder beschreven handelingen.
Netsnoer
Vergrendel!
Vergrendelhendel (met ontgrendeltoets)
Naar een stopcontact
Spanningsindicator CAMERA
laadindicator
CONTROLEER DAT DE SPANNING
1
IS UITGESCHAKELD
Controleer nogmaals dat de spanning van de camcorder uitgeschakeld is.
BEVESTIG EN VERGRENDEL
Breng de markering op de camcorder in lijn met de
2
markering op het lichtnetadapter/acculader-station en schuif de accu in de richting van de pijl op het lichtnetadapter/acculader-station. Schuif de vergrendelhendel op het lichtnetadapter/acculader­station in de richting van de pijl totdat de hendel vastklikt. De camcorder en het lichtnetadapter/ acculader-station zijn nu goed aan elkaar bevestigd.
• Voor het verwijderen van de camcorder moet u op de ontgrendeltoets drukken en dan de vergrendelhendel in de tegengestelde richting van de pijl schuiven en de camcorder in tegengestelde richting van het bevestigen ontkoppelen.
• Het lichtnetadapter/acculader-station functioneert niet met een accu van de camcorder.
OPMERKING:
Raak nooit de aansluiting op de onderkant van de camcorder of het lichtnetadapter/acculader­station aan. U zou anders de pennen mogelijk beschadigen waardoor de aansluitingen niet meer bruikbaar zijn omdat er geen goed contact kan worden gemaakt.
INFORMATIE:
Laden van de accu van de camcorder
Wanneer u de camcorder met een accu geplaatst aan het lichtnetadapter/acculader-station bevestigt, kunt u deze accu opladen. Voer eerst de hierboven beschreven stappen 1 en 2 uit en steek dan de stekker van het netsnoer van het lichtnetadapter/acculader-station in een stopcontact. De CAMERA laadindicator van het lichtnetadapter/acculader­station knippert ten teken dat de accu wordt geladen. De accu is geheel geladen wanneer de indicator niet meer knippert maar continu oplicht. Het laden van een BN-V607U accu duurt ongeveer 100 minuten.
Laden van twee accu's
Met twee accu's geplaatst (één op het lichtnetadapter/acculader-station en één in de camcorder die aan het station is bevestigd), zullen deze twee accu's op volgorde van het plaatsen worden opgeladen. Het laden van twee BN-V607U
accu's duurt ongeveer 190 minuten.
OPMERKING:
Voor het opladen van de accu die in de camcorder is geplaatst moet u eerst de camcorder uitschakelen. Het laden zal niet starten wanneer de camcorder is ingeschakeld.
56 NE
WEERGAVE
Weergavemenu (vervolg)
Verbinden met een videorecorder/TV (met gebruik van het lichtnetadapter/acculader-station) (vervolg)
Zie tevens de gebruiksaanwijzing van uw videorecorder en/of TV voor het verbinden van de toestellen.
1
Naar VIDEO OUT aansluiting
2
Naar AUDIO OUT aansluitingen (L/R)
Rood
Wit
Geel
Naar AUDIO OUT aansluitingen (L/R)
Rood
Wit
Kernfilter
VIDEO/AUDIO kabel (bijgeleverd)
Geel: VIDEO Wit: AUDIO L Rood: AUDIO R
VIDEO/AUDIO kabel (bijgeleverd)
Kernfilter
Geel: Niet aangesloten
( )
Naar VIDEO-ingangsaansluiting
Geel: Niet aangesloten Wit: AUDIO L Rood: AUDIO R
Verbinding met een TV of videorecorder voorzien van een SCART aansluiting, geschikt voor uitsluitend de normale videosignalen.
Kabeladapter (bijgeleverd)
Naar AUDIO IN aansluitingen (L/R)
Wit
Rood Geel
VIDEO OUT keuzeschakelaar (Druk naar CVBS)
Verbinding met een TV of videorecorder voorzien van een SCART aansluiting, geschikt voor Y/C videosignalen.
Kabeladapter (bijgeleverd)
Naar AUDIO IN aansluitingen (L/R)
Wit
Rood
TV
Naar TV of video­recorder
Videorecorder
(opnamedeck)
TV
Naar TV of video­recorder
Videorecorder
(opnamedeck)
Naar S-VIDEO OUT aansluiting
Kernfilter
S-VIDEO kabel (bijgeleverd)
Naar S-VIDEO IN aansluiting
VIDEO OUT keuzeschakelaar (Druk naar Y/C)
NE 57
3
Naar AUDIO OUT aansluitingen (L/R)
Rood
Wit
Geel Geel
Naar VIDEO OUT aansluiting
Naar S-VIDEO OUT aansluiting
VIDEO/AUDIO kabel (bijgeleverd)
Kernfilter
Verbind wanneer de S-VIDEO
( )
kabel niet wordt aangesloten.
Kernfilter
VERBIND HET LICHTNETADAPTER/
1
ACCULADER-STATION MET DE TV OF VIDEORECORDER
Verbind zoals aangegeven in afbeeldingen 1,
2 of 3 (Z blz. 56, 57).
Bij gebruik van een
videorecorder ....................... ga naar stap 2.
Zo niet ................................... ga naar stap 3.
VERBIND DE VIDEORECORDER-
2
UITGANG MET DE TV-INGANG
Zie de gebruiksaanwijzing van uw videorecorder.
SCHAKEL DE SPANNING IN
3
KIES HET VIDEOKANAAL VAN DE TV
4
Stel het videokanaal of de functie voor weergave van een video met uw TV in.
Keuze voor wel of niet tonen van de volgende aanduidingen op de aangesloten TV . . .
•Datum/tijd, Tijdcode
.... stel op “ON” of “OFF” bij het weergavemenu
(Z blz. 52).
•Geluidsfunctiedisplay
.... druk de spanningsschakelaar naar “M”, druk
op de MENU toets en stel “ON SCREEN” van het datum/tijd menu (Z blz. 11) op “ON” of “OFF”. Druk de spanningsschijf vervolgens weer terug naar “PLAY”.
Geel: VIDEO Wit: AUDIO L Rood: AUDIO R
S-VIDEO kabel (bijgeleverd)
OPMERKINGEN:
Verbinding met een TV of videorecorder voorzien van een S-VIDEO IN aansluiting en/of A/V aansluiting (tulpstekker)
TV
Naar AUDIO IN aansluitingen (L/R)
Wit
Rood
Naar VIDEO IN aansluiting
Naar S-VIDEO IN aansluiting
Verbind nooit een andere VIDEO/AUDIO kabel of S-VIDEO kabel dan de bijgeleverde kabels met de aansluitingen van het lichtnetadapter/ acculader-station.
Bij gebruik van de bijgeleverde VIDEO/ADUIO kabel, S-VIDEO kabel of montagekabel moet u het uiteinde van de kabel met het kernfilter op de camcorder aansluiten. Controleer dat het volume van de TV in de minimale stand is gesteld alvorens de weergave van de camcorder te starten. Het geluid zou anders bij het inschakelen van de camcorder mogelijk veel te hard klinken. Druk langer dan 1 seconde op de IND. ON/OFF toets wanneer u tijdens weergave de aanduidingen niet op het scherm van de TV wilt tonen. Druk de VIDEO OUT keuzeschakelaar van de kabeladapter in de vereiste stand: Y/C: Bij een verbinding met een TV of videorecorder die geschikt is voor Y/C signalen en met een S-VIDEO kabel is aangesloten. CVBS: Bij een verbinding met een TV of videorecorder die niet geschikt is voor Y/C signalen en met een audio/video-kabel is aangesloten.
Naar TV of videorecorder
Videorecorder (opnamedeck)
58 NE
WEERGAVE
Geavanceerde verbindingen
Verbinden met een videotoestel voorzien van een DV aansluiting
Door het toestel met de GV-DT1 digitale printer (los verkrijgbaar) te verbinden kunt u beelden afdrukken of de vastgelegde beelden van de digitale printer naar een personal computer overdragen. U kunt tevens opgenomen scènes van de camcorder naar een ander videotoestel voorzien van een DV aansluiting kopiëren. Deze functie wordt “digitaal kopiëren” of “dubben” (Z blz. 61) genoemd waarbij het geluid en beeld bijna niets aan kwaliteit verliest.
Naar stopcontact
PC
Naar PARALLEL (PRINTER) aansluiting
Printerkabel (in de handel verkrijgbaar) 2-weg parallel interface
Videotoestel voorzien van DV ingangsaansluiting
Naar PARALLEL aansluiting
Naar DV IN
Vergrendel!
aansluiting
DV kabel (los verkrijgbaar)
Digitale Printer
Naar DV IN aansluiting
Naar DV OUT aansluiting
Aansluiting is onder de afdekking.
CONTROLEER DAT DE SPANNING
1
IS UITGESCHAKELD
Controleer dat de spanning van alle toestellen is uitgeschakeld.
BEVESTIG DE CAMCORDER AAN
2
HET LICHTNETADAPTER/ ACCULADER-STATION
Bevestig aan de hand van stap 2 en de afbeelding op blz. 55 de camcorder aan het lichtnetadapter/acculader-station.
VERBIND DE CAMCORDER MET DE
3
PRINTER OF HET VIDEOTOESTEL VOORZIEN VAN EEN DV INGANGSAANSLUITING
Trek de afdekking van de aansluiting en open. Verbind de camcorder met de DV kabel met het van toepassing zijnde toestel.
VERBIND DE PRINTER MET DE PC
4
Verbind de printerkabel met de (PARALLEL) aansluiting van de printer en de PARALLEL (PRINTER) aansluiting van de PC.
NE 59
VERBIND DE SPANNINGSTOEVOER
5
Steek de stekker van het netsnoer van het lichtnetadapter/acculader-station in een stopcontact.
SCHAKEL DE SPANNING IN
6
Draai de spanningsschijf van de camcorder naar “PLAY”, “A” of “M” terwijl u op de vergrendeltoets van de schijf drukt en schakel de andere toestellen in.
OPMERKINGEN:
Bij het digitaal kopiëren dient u niet de accu die in de camcorder is geplaatst als spanningsbron te gebruiken daar uitsluitend een digitaal signaal via de DV OUT aansluiting wordt uitgestuurd wanneer u het lichtnetadapter/acculader-station.
Bij gebruik van de camcorder voor het kopiëren moet de camcorder als weergavetoestel worden gebruikt. De DV aansluiting van de camcorder is uitsluitend een uitgang (weergave).
Zie tevens de gebruiksaanwijzingen van de andere aangesloten toestellen.
60 NE
Kopiëren
U kunt opgenomen scènes van de camcorder naar een videocassette kopiëren. Zie tevens de gebruiksaanwijzing van uw videorecorder voor details.
TW
DISPLAY
PLAY STOP
Weergavetoets
Stoptoets
MONTEREN
Spanningsschijf
M
A
5S
OFF
Y
A
L
P
Weergavetoets (camcorder)
Afstandsbedienings­sensor
Opnametoestel
(videorecorder)
Videorecorder
(opnamedeck)
MAAK DE VERBINDINGEN
1
Verbind het lichtnetadapter/acculader-station met de videorecorder zoals in de afbeelding op blz. 56 of 57 wordt getoond. Zie tevens de gebruiksaanwijzing van uw videorecorder alvorens het monteren te starten.
START DE WEERGAVE
2
Druk op de weergavetoets (4) om de broncassette (het origineel) weer te geven.
START DE OPNAME
3
Bekijk het beeld op de aangesloten TV en schakel de videorecorder in de opnamefunctie wanneer u het beeld ziet vanaf waar u wilt kopiëren.
PAUZEREN VAN DE OPNAME
4
Schakel de videorecorder in de pauzefunctie wanneer u een gedeelte bereikt dat u niet wilt kopiëren.
STOP DE OPNAME
5
Druk op de stoptoets (5) om de broncassette (het origineel) te stoppen en schakel de videorecorder in de stopfunctie.
Vergrendeltoets
IND.ON/OFF toets
Vergrendel!
OPMERKINGEN:
In stap 2 kunt u de weergave zoom(Z blz. 50) of weergave-effecten (Z blz. 51) gebruiken.
Controleer voordat u het kopiëren start dat er geen aanduidingen op het scherm van de aangesloten TV worden getoond. De aanduidingen zullen namelijk tevens op het kopie worden opgenomen indien deze op het scherm van de TV zijn getoond. Druk op DISPLAY van de afstands-bediening om de aanduidingen van het weergavemenu te wissen.
Kies “DISPLAY” en “TIME CODE” van het weergavemenu (Z blz. 52) om de datum/tijd en de tijdcode wel of niet op te nemen.
Druk langer dan 1 seconde op de IND.ON/OFF toets van de camcorder om de aanduidingen te tonen of te verwijderen.
NE 61
Digitaal kopiëren
U kunt opgenomen scènes van de camcorder naar een ander videotoestel voorzien van een DV aansluiting kopiëren. De kwaliteit van het originele beeld en geluid blijft vrijwel hetzelfde omdat een digitaal signaal wordt gekopieerd.
Naar stopcontact
Aansluiting is onder de afdekking.
Naar DV OUT aansluiting
DV kabel (los verkrijgbaar)
CONTROLEER DAT DE SPANNING
1
IS UITGESCHAKELD
Controleer dat de spanning van de camcorder is uitgeschakeld.
VERBIND DE TOESTELLEN
2
Bevestig aan de hand van stap 2 en de afbeelding op blz. 55 de camcorder aan het lichtnetadapter/acculader-station. Verbind de camcorder met de DV kabel (los verkrijgbaar) met het videotoestel dat een DV aansluiting heeft.
START DE WEERGAVE
3
Druk op de weergavetoets (4) om de originele videocassette weer te geven.
START DE OPNAME
4
Bekijk de weergave op de LCD-monitor en schakel het videotoestel met DV aansluiting in de opnamefunctie wanneer het punt is bereikt vanaf waar u wilt kopiëren.
Vergrendel!
TW
PLAY STOP
Videotoestel voorzien van DV aansluiting
Naar DV IN aansluiting
OPMERKINGEN:
Bij het digitaal kopiëren dient u niet de accu die in de camcorder is geplaatst als spanningsbron te gebruiken daar uitsluitend een digitaal signaal via de DV OUT aansluiting wordt uitgestuurd wanneer u het lichtnetadapter/acculader-station.
Bij gebruik van de camcorder voor het kopiëren moet de camcorder als weergavetoestel worden gebruikt. De DV aansluiting van de camcorder is uitsluitend een uitgang (weergave).
Er wordt mogelijk een abnormaal beeld opgenomen indien er tijdens het kopiëren een blanco gedeelte wordt weergegeven.
Het beeld wordt mogelijk ook wanneer de DV kabel juist is aangesloten niet in stap 3 getoond. U moet in dat geval de spanning even uitschakelen en de verbindingen opnieuw maken.
Het beeld met de digitale zoom, fade/wipe­effecten, productie-effecten en snapshot wordt niet via de DV OUT aansluiting weergegeven. Uitsluitend het originele weergavebeeld wordt via deze aansluiting weergegeven.
62 NE
Videorecorder (opnamedeck)
3
SHIFT
1 6
CODELIJST VIDEORECORDER
MERK VAN VIDEORECORDER
AKAI
BLAUPUNKT FERGUSON
GRUNDIG 1 4
HITACHI 6 6
JVC 9 1
A B C
MITSUBISHI 6 7
NEC 3 7
PANASONIC 1 3
TW
789`
TOETSEN
(A) (B)
6 2 6 4 7 7
1 3
9 7 9 8 3 2
3 4
6 3
9 6 9 3
6 8
3 8
1 7 1 1 9 4 1 8
MBR SET
2 4 5
MERK VAN VIDEORECORDER
PHILIPS
SANYO 3 6
SELECO, REX
SHARP 1 5
SONY
THOMSON, TELEFUNKEN, SABA, NORDMENDE
TOSHIBA 6 9
TOETSEN
(A) (B)
1 9 9 5 1 1 9 4 9 1 9 6 1 2 3 3 7 2  
3 5 9 1
9 6
1 ` 6 5
6 ` 3 9 3 1 
9 1 9 6 9 7 3 2
6 1
MONTEREN
(vervolg)
Instellen van merk
U moet het merk van uw videorecorder instellen voordat u het monteren van meerdere scènes in een willekeurige volgorde (Z blz. 63 – 65) start of de afstandsbediening voor de videorecorder kunt gebruiken.
STEL DE AFSTANDSBEDIENINGSCODE VOOR DE VIDEORECORDER IN
Controleer dat de lithiumbatterij in de afstandsbediening is geplaatst voordat u de volgende bedieningen uitvoert. (Z blz. 16)
STEL DE AFSTANDSBEDIENING
1
VOOR DE VIDEORECORDER IN
Schakel de spanning van de videorecorder uit en richt de afstandsbediening naar de infraroodsensor van de videorecorder. Zoek uw merk in de “CODELIJST VIDEORECORDER” hier links op, houd MBR SET ingedrukt en druk vervolgens op toetsen (A) en (B) overeenkomstig het merk.
•De code wordt automatisch ingesteld en de spanning van de videorecorder ingeschakeld wanneer u de MBR SET toets loslaat.
BEDIEN DE VIDEORECORDER
2
Controleer dat de spanning van de videorecorder is ingeschakeld. Houd vervolgens SHIFT ingedrukt en druk tegelijkertijd op de gewenste toets van de afstandsbediening. De volgende functies kunnen met de afstandsbediening worden bediend; PLAY, STOP, PAUSE, FF, REW en VCR REC STBY (voor deze laatste functie hoeft u de
SHIFT toets niet ingedrukt te houden).
U kunt nu meerdere scènes in een willekeurige volgorde monteren.
BELANGRIJK
De afstandsbediening voor meerdere merken is geschikt voor JVC videorecorders en diverse andere merken. Het is echter mogelijk dat deze afstandsbediening niet met uw videorecorder werkt of niet alle functies kan uitvoeren.
OPMERKINGEN:
Stel een andere in de “CODELIJST VIDEORECORDER” aangegeven code in indien de spanning van de videorecorder niet in stap 1 wordt ingeschakeld.
De spanning van bepaalde videorecorders wordt niet automatisch ingeschakeld. Schakel in dat geval de spanning zelf in en voer dan stap 2 uit.
Gebruik de regelaars op de videorecorder zelf indien de afstandsbediening niet voor uw videorecorder func­tioneert.
De code die u voor de videorecorder heeft ingesteld, wordt gewist wanneer de batterij van de afstands­bediening leeg is. Vervang in dat geval de batterij door een nieuwe en stel de code opnieuw in.
Montage van meerdere scènes (Willekeurige montage)
U kunt met de afstandsbediening productie-effecten instellen en zo een interessante band maken.
Naar EDIT aansluiting
Rood naar AUDIO R
Wit naar AUDIO L
Geel naar VIDEO
Naar S-VIDEO OUT aansluiting
Afstands­bedieningssensor
Kernfilter
Kernfilter
Opgenomen cassette (camcorder)
Nieuwe cassette (videorecorder)
Montagekabel (bijgeleverd)
VIDEO/AUDIO kabel (bijgeleverd)
Kernfilter
S-VIDEO kabel (bijgeleverd)
Naar afstands­pauze­aansluiting
Wit naar AUDIO L
Rood naar AUDIO R
Geel naar VIDEO
VIDEO OUT keuzeschakelaar (Y/C of CVBS)
TW
(Opnametoestel)
Kabeladapter (bijgeleverd)
Gebruik de bijgeleverde kabeladapter indien uw videorecorder een 21-pens AV ingangsaansluiting (SCART) heeft.
NE 63
DISPLAY
PLAY FADE/WIPE
R.A. EDIT ON/OFF
Videorecorder
SLUIT AAN
Verbind het docking-station met de videorecorder
1
en controleer dat het beeld en geluid via de aangesloten TV worden weergegeven
Z blz. 56, 57).
(
•Verbind met de spanning uitgeschakeld. Het maken van verbindingen met de spanning ingeschakeld kan een elektrische schok of onjuiste werking veroorzaken.
START DE WEERGAVE VAN DE
2
OPGENOMEN CASSETTE
Draai de spanningsschijf van de camcorder naar "PLAY" terwijl u op de vergrendeltoets van de schijf drukt. Druk op PLAY en vervolgens op R.A.EDIT ON/OFF van de afstandsbediening. Richt de afstandsbediening naar de afstandsbedieningssensor op de camcorder.
•Het menu voor willekeurige montage verschijnt op het scherm van de TV en op de LCD­monitor.
START DE FADE/WIPE-IN (INDIEN
3
NODIG)
Druk op FADE/WIPE van de afstandsbediening.
•Doorloop de verschillende effecten door herhaaldelijk op de toets te drukken. Stop wanneer het gewenste effect wordt getoond.
•Bij het begin van de 1 scène kunt u geen Beeld Wipe/Oploseffect gebruiken.
OPMERKINGEN:
Bij gebruik van een JVC videorecorder die een afstandspauze-aansluiting heeft, moet u de EDIT aansluiting van het lichtnetadapter/acculader-station middels een montagekabel met de afstandspauze­aansluiting van de videorecorder verbinden.
Bij gebruik van een JVC videorecorder die geen afstandspauze-aansluiting heeft of een videorecorder van een ander merk, moet u de EDIT aansluiting van het lichtnetadapter/acculader-station middels een montagekabel met de afstandspauze-aansluiting van de afstandsbediening verbinden.
Druk de VIDEO OUT keuzeschakelaar van de kabeladapter in de vereiste stand: Y/C: Bij een verbinding met een TV of videorecorder die geschikt is voor Y/C signalen en met een S-VIDEO kabel is aangesloten. CVBS: Bij een verbinding met een TV of videorecorder die niet geschikt is voor Y/C signalen en met een audio/ video-kabel is aangesloten.
Alvorens willekeurige montage van meerdere scènes te starten, moet u controleren dat de aanduidingen niet op het scherm van de aangesloten TV worden getoond. De aanduidingen worden namelijk op de nieuwe band opgenomen indien deze wel tijdens willekeurige montage worden getoond. Druk op DISPLAY van de RM-V711U afstandsbediening om het display van de geluidsfunctie te wissen. Kies "DISPLAY" en "TIME CODE" van het weergavemenu ( datum/tijd en tijdcode wel of niet te tonen. Druk langer dan 1 seconde op de IND. ON/OFF toets van de camcorder indien u andere aanduidingen dan het willekeurige montagemenu wilt tonen of verbergen. Bij het starten van de willekeurige montage zal de aanduiding daarvan doven en niet op de nieuwe band worden opgenomen.
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
Z
blz. 52) om de
64 NE
MONTEREN
(vervolg)
Afstandsbedieningssensor
PLAY
R.A.EDIT ON/OFF
FADE/WIPE
EFFECT
EDIT IN/OUT
CANCEL
M
A
5S
OFF
Y
A
L
P
Spanningsschijf
TW
STEL HET INMONTEERPUNT (EDIT IN) IN
4
Druk bij het begin van de scène op EDIT IN/ OUT van de afstandsbediening. Het
inmonteerpunt wodt op het menu voor willekeurige montage getoond.
STEL HET UITMONTEERPUNT (EDIT OUT) IN
5
Druk bij het eind van de scène op EDIT IN/ OUT. Het uitmonteerpunt wordt op het menu
voor willekeurige montage getoond.
GEBRUIK EEN FADE/WIPE VOOR
6
DE OVERGANG TUSSEN SCENES (INDIEN NODIG)
Druk op FADE/WIPE.
•Doorloop de effecten door herhaaldelijk op de toets te drukken. Stop wanneer het gewenste effect wordt getoond.
•Indien u een fade/wipe-effect voor een uitmonteerpunt heeft ingesteld, zal dit effect automatisch op het volgende inmonteerpunt worden toegepast.
•Bij het eind van de laatste scène kunt u geen beeld wipe/oplossen-effect gebruiken.
•De tijd van een fade/wipe-effect wordt automatisch bij de totale tijd opgeteld (uitgezonderd bij het gebruik van Beeld Wipe/Oplossen).
GEBRUIK VAN EEN PRODUCTIE-
7
EFFECT (INDIEN NODIG)
Druk op EFFECT.
•Doorloop de effecten door herhaaldelijk op de toets te drukken. Stop wanneer het gewenste effect wordt getoond.
•U kunt Klassieke Film, Zwart/Wit, Sepia of Stroboscoop gebruiken.
Program (scène)
IN OUT MODE
1 –– –– : –– ~
2 3 4 5 6 7 8
TIME CODE
Willekeurige montagemenu
TOTAL
~ ~ ~ ~ ~ ~ ~
–– : –– 00 : 00
OPMERKINGEN:
Druk op de CANCEL toets van de afstandsbediening om de vastgelegde scène te annuleren. Door iedere druk op CANCEL wordt de laatst vastgelegde scène geannuleerd.
Indien de opgenomen broncassette meer dan 2 dezelfde tijdcodes heeft ( camcorder mogelijk het gekozen inmonteerpunt niet vinden en de montage wordt dan niet juist uitgevoerd.
Bij het kiezen van een scène moet u erop letten dat er voldoende tijd tussen het in- en uitmonteerpunt is.
Indien u langer dan 5 minuten naar een inmonteerpunt zoekt, zal de opnamestandby­functie van het opnametoestel worden uitgeschakeld en kan het monteren derhalve niet worden uitgevoerd.
Indien er blanco gedeelten voor of na de in- en uitmonteerpunten liggen, wordt mogelijk een blauw beeld opgenomen.
De tijdcodes registreren de tijd in minimaal seconden nauwkeurig. Het is derhalve mogelijk dat de tijdcode voor de totale tijd niet exact gelijk is aan de totale tijd van alle te monteren scènes.
De vastgelegde in- en uitmonteerpunten worden gewist indien u de spanning van de camcorder uitschakelt.
U kunt Oplossen of de Zwart/Wit fader niet gebruiken wanneer u Sepia of een Zwart/Wit productie-effect heeft ingesteld. De indicator voor Oplossen of de Zwart/Wit fader zal wanneer u deze keuze maakt knipperen. Nadat het volgende inmonteerpunt is geregistreerd zal het effect worden uitgeschakeld. Om deze effecten te combineren moet u tijdens opname Sepia of Zwart/Wit gebruiken en tijdens de willekeurige montage stelt u dan Oplossen of de Zwart/Wit fader in.
Tijdens het digitaal kopiëren kunnen geen fade/ wipe-effecten en productie-effecten worden gebruikt.
Z
blz. 21), kan de
Spanningsschijf
START/STOP toets
FADE/WIPE
EFFECT
EDIT IN/OUT
CANCEL
OFF
Y
A
L
NE 65
M
A
5S
P
Stoptoets
TW
Afstandsbedieningssensor
PAUSE R.A. EDIT ON/OFF
VCR REC STBY
Terugspoeltoets
Pauzetoets
IN OUT MODE
W
H
4
1 00 : 25 ~ 02 : 05 –– 2 07 : 18 3 –– 03 : 33 4 09 : 30 5 15 : 55
6 –– –– : ––
7 8
TIME CODE
Willekeurige montagemenu
P
TOTAL
~
08 : 31 ––
~
05 : 5 3
~
13 : 1 5
~
16 : 20 –– –– ~ ~ ~
16 : 30
9 : 39
P
B/W
BEPAAL DE VOLGENDE TE
8
MONTEREN SCENES
Herhaal stappen 47 (Z blz. 64).
•Druk op CANCEL van de afstandsbediening
om reeds vastgelegde punten te annuleren. De geregistreerde punten verdwijnen stuk­voor-stuk vanaf het laatst vastgelegde punt.
•Herhaal uitsluitend stappen 4 en 5 indien u
geen fade/wipe-effect of productie-effect gebruikt.
BEREID DE OPGENOMEN CASSETTE VOOR
9
Spoel de band van de cassette in de camcorder terug naar het begin van de scène die u wilt monteren en druk op de pauzetoets (6).
SCHAKEL DE VIDEORECORDER IN
10
DE OPNAMESTANDBYFUNCTIE.
Richt de afstandsbediening naar de sensor op de videorecorder en druk op de VCR REC
START DE MONTAGE
11
Druk op de START/STOP toets van de camcorder. Het monteren van alle vastgelegde scènes start in de geprogrammeerde volgorde.
•Het monteren zal niet starten door een druk
op START/STOP van de afstandsbediening.
•Na het monteren zal de camcorder in de pauzefunctie schakelen en de videorecorder schakelt naar de opnamestandbyfunctie.
•Indien u geen uitmonteerpunt heeft vastgelegd, zal de gehele cassette automatisch tot het eind worden gekopieerd.
STOP HET MONTEREN
12
Schakel de stopfuncties in van de camcorder en de videorecorder. Voor het verwijderen van het tellerdisplay voor willekeurige montage van meerdere scènes moet u op R.A.EDIT ON/OFF van de afstandsbediening drukken.
STBY toets of schakel de videorecorder handmatig in de opname-standbyfunctie.
OPMERKINGEN:
Druk op R.A.EDIT ON/OFF van de afstandsbediening om alle instellingen te wissen die tijdens de willekeurige montage zijn vastgelegd.
Indien de montagekabel met de pauze-aansluiting voor het kopiëren is verbonden, moet u de afstandsbediening naar de sensor op de videorecorder richten en controleren dat de signalen niet door voorwerpen tussen de toestellen worden geblokkeerd.
Indien u tijdens het monteren op een van de toetsen van de camcorder drukt, zal automatisch de opname­standbyfunctie worden geactiveerd.
Het monteren van meerdere scènes in de gewenste volgorde wordt mogelijk niet juist uitgevoerd wanneer u een band gebruikt waarop dubbele tijdcodes zijn (
Z
blz. 21).
66 NE
MONTEREN
(vervolg)
Voor een uitermate nauwkeurige montage
De ene videorecorder schakelt sneller van opname/standby naar opname dan de andere videorecorder. Ookal start u het monteren met de camcorder en de videorecorder exact tegelijk, bestaat de kans dat een klein stukje niet wordt opgenomen of dat een stukje wordt opgenomen dat u eigenlijk niet wilt. Voor een preciese montage moet u daarom de timing van de camcorder t.o.v. de videorecorder bepalen.
Bepalen van de timing van de videorecorder t.o.v. de camcorder
Afstandsbedieningssensor
M
A
5S
OFF
Y
A
L
P
Spanningsschijf
Videorecorder (opnamedeck)
TW
R.A.EDIT ON/OFF
MAAK DE VOORBEREIDINGEN
1
VOOR WILLEKEURIGE MONTAGE
Start de weergave van de cassette in de camcorder, richt de afstandsbediening naar de afstandsbedieningssensor van het Docking­station en druk op R.A.EDIT ON/OFF.
•Het “Willekeurige montagemenu” verschijnt op het scherm van de TV.
KIES EEN SCENE
2
Start de montage van slechts 1 scène (Program
1). Voor het bepalen van de timing van de
videorecorder en de camcorder moet u een duidelijk begin van een scène als inmonteerpunt kiezen.
Vergrendel!
Scene 1
IN OUT MODE
1 –– –– : –– ~
2 3 4 5 6 7 8
TIME CODE
Willekeurige montagemenu
TOTAL
~ ~ ~ ~ ~ ~ ~
–– : –– 00 : 00
START DE WEERGAVE VAN DE
3
GEMONTEERDE SCENE
•Uw videorecorder schakelt snel over van opnamestandby naar de opnamefunctie indien er een gedeelte werd opgenomen dat voor het inmonteerpunt ligt.
•Uw videorecorder schakelt traag indien er een gedeelte van de gekozen scène niet wordt opgenomen.
Instellen van de timing van de videorecorder t.o.v. de camcorder
Display
NE 67
32kHz MODE
4
SYNCHRO
DISPLAY TIMECODE
END
32kHz MODE
4
SYNCHRO DISPLAY TIMECODE
END
FULL SOUND48kHz MODE SOUND1 0 . 0 ON OFF
Weergavemenu
FULL SOUND48kHz MODE SOUND1
0 . 0
ON OFF
ROEP HET WEERGAVEMENU OP
4
Richt de afstandsbediening naar de sensor op de camcorder en druk op R.A. EDIT ON/OFF zodat het nemu voor willekeurige montage verdwijnt. Druk vervolgens op MENU. Het weergavemenu wordt op het scherm van de aangesloten TV geetoond.
KIES DE FUNCTIE
5
Verdraai de keuzeschijf om de wijzer (opgelichte balk) naar “SYNCHRO” te verplaatsen. Druk op de keuzeschijf. De waarde voor “SYNCHRO” licht op.
STEL DE JUISTE WAARDE IN
6
U kunt gebaseerd op de uitgevoerde handelingen (Z blz. 66) de snelheid van de videorecorder verhogen door de keuzeschijf omhoog te draaien. Draai de keuzeschijf omlaag om de snelheid van de videorecorder te verlagen. U kunt de waarde met stappen van 0,1 seconde vanaf –1,3 t/m +1,3 instellen.
Vergrendel!
Keuzeschijf
Videorecorder
(opnamedeck)
Spanningsschijf
M
A
5S
OFF
Y
A
L
P
Vergrendeltoets
MENU toets
SLUIT HET WEERGAVEMENU
7
Druk tweemaal op de keuzeschijf.
•U kunt nu de willekeurige montage vanaf stap 2 op blz. 63 starten.
OPMERKINGEN:
Maak voordat u de willekeurige montage werkelijk start eerst een paar testopnamen (montages) om te controleren of de ingevoerde waarde juist is. Stel indien nodig de snelheid opnieuw in.
Afhankelijk van de videorecorder is het mogelijk dat u geen exacte correctie kunt maken.
68 NE
MONTEREN
(vervolg)
Opname van ander geluidsspoor (“audio-dubben”)
U kunt het geluid uitsluitend vervangen van een cassette die met 32 khz is opgenomen (Z blz. 34).
OPMERKINGEN:
Audio-dubben is niet mogelijk met cassettes die met 48 kHz of de LP functie zijn opgenomen of op een leeggedeelte van de cassette.
Maak de vereiste verbindingen voor het dubben van geluid tijdens weergave op de TV (Z blz. 54 – 57).
Stereo-microfoon
6e
Spanningsschijf
Audio-dub standby
Luidspreker
Afstandsbedieningssensor
Ingangsaansluiting voor externe microfoon
AV OUT (hoofdtelefoon­aansluiting)
TW
DISPLAY
AUDIO MONITOR
Aansluiting is onder de afdekking
ZOEK HET INMONTEERPUNT
1
Start de weergave van de cassette en zoek het punt waar u het monteren wilt starten. Druk vervolgens op PAUSE.
ACTIVEER DE STANDBYFUNCTIE
2
VOOR AUDIO-DUBBEN
Houd A.DUB van de afstandsbediening ingedrukt en druk op PAUSE. “6e” wordt
getoond.
A.DUB
PLAY
PAUSE
STOP
START HET DUBBEN
3
Druk op PLAY en “spreek als gewenst in”.
•Spreek in de microfoon.
PAUZEREN TIJDENS DUBBEN
4
Druk op PAUSE.
STOP HET DUBBEN
5
Druk op STOP.
NE 69
OPMERKINGEN:
Audio-dubben is mogelijk met gebruik van een los verkrijgbare microfoon die met de externe microfoon­ingangsaansluiting (MIC) is verbonden.
De ingebouwde microfoon wordt automatisch uitgeschakeld indien u een los verkrijgbare aansluit.
Bij het monteren van een cassette die met 32 kHz is opgenomen, zal het nieuwe geluidsspoor gescheiden van het oude geluidsspoor worden opgenomen.
Druk op AUDIO MONITOR van de afstandsbediening om het gewenste geluid voor weergave te kiezen.
Het geluid wordt mogelijk onderbroken indien u op een blanco gedeelte opneemt. Controleer dat u uitsluitend opgenomen gedeelten monteert.
Plaats de microfoon van de camcorder verder van de TV of verlaag het volume van de TV wanneer u tijdens TV-weergave een “huilend” of “rondzingend” geluid (feedback) hoort.
Het geluid wordt tijdens het dubben van de audio niet via de luidspreker weergegeven. Voor weergave van het geluid moet u een hoofdtelefoon met de AV OUT (hoofdtelefoon) aansluiting verbinden.
Indien u tijdens opname van 32 kHz naar 48 kHz overschakelde en later deze cassette voor audio-dubben gebruikt, zal audio-dubben niet mogelijk zijn vanaf het gedeelte waar met 48 kHz werd opgenomen.
Tijdens audio-dubben zal “ERROR! REFER MANAUL” worden getoond wanneer een gedeelte op de band wordt bereikt dat met de LP functie of met 48 kHz is opgenomen of er geen signalen zijn opgenomen. Zie de betreffende beschrijving in de gebruiksaanwijzing.
OPGENOMEN GELUID DISPLAY WEERGAVEGELUID
32 kHz FULL SOUND Originele geluidsspoor en nieuwe geluidsspoor worden gecombineerd en
SOUND 2 Het nieuwe geluidsspoor wordt via de “L” en “R” kanalen stereo weergegeven. SOUND 1 Het originele geluidsspoor wordt via de “L” en “R” kanalen stereo
stereo weergegeven.
weergegeven.
70 NE
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Raadpleeg uw JVC handelaar indien het probleem niet met de volgende aanwijzingen kan worden opgelost.
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
1.
1.
Geen spanning.
2.
“SET DATE/TIME!” wordt getoond.
3.
Opname is niet mogelijk.
4.
Geen weergavebeeld.
5.
Bepaalde functies zijn niet instelbaar met de MENU toets.
6. Bepaalde functies zijn niet instelbaar met de keuzeschijf.
7.
Er wordt niet automatisch scherpgesteld.
8.
Cassette kan niet juist worden geplaatst.
9.
Weergave, terugspoelen, doorspoelen niet mogelijk.
10.
De band wordt getransporteerd maar er is geen beeld.
1.
•De spanningsbron is niet juist aangesloten.
•De accu is leeg.
•De LCD-monitor is niet geheel geopend of de zoeker is niet uitgetrokken bij opname.
2.
•De oplaadbare ingebouwde lithiumbatterij voor de klok is leeg en daardoor is de datum/ tijd gewist.
3.
•Het wispreventielipje is naar “SAVE” geschoven.
•De spanningsschijf is op “PLAY” gedrukt.
•“TAPE END” verschijnt.
• De cassette-afdekking is open.
4.
•Geen spanning naar de camcorder of een ander probleem.
5.
•De spanningsschijf is naar
A
” gedrukt.
6. • De spanningsschijf is naar
A
”, “5S” of “ ”gedrukt.
7.
•De scherpstelling is op “MANUAL” gesteld.
•Het is te donker of het contrast is te zwak.
•De lens is vuil of er is condens op afgezet.
8.
•De cassette wordt verkeerd geplaatst.
•De accu is bijna leeg.
9.
•De spanningsschijf is niet op “PLAY” gedrukt.
10.
•De TV heeft AV ingangs­aansluitingen maar is niet in de VIDEO functie geschakeld.
•De cassette-afdekking is open.
•Verbind de netadapter
Z blz. 10).
(
•Plaats een geladen accu
Z blz. 9).
(
•Open de LCD-monitor helemaal of trek de zoeker uit. De LCD-monitor wordt in-/uitgeschakeld wanneer deze respectievelijk ongeveer 90° wordt geopend/gesloten met de spanningsschijf in een andere stand dan “OFF” gedrukt en de zoeker niet geheel uitgetrokken.
2.
•Sluit de camcorder minimaal 24 uur middels de netadapter/acculader op een stopcontact aan zodat de lithiumbatterij voor de klok wordt opgeladen (Z blz. 11).
3.
•Druk het wispreventielipje naar “REC” (
•Druk de spanningsschijf naar
A
”, “M”, “5S” of “ ”
Z blz. 17).
(
• Plaats een nieuwe cassette
(Z blz. 12).
• Sluit de cassette-afdekking.
4.
•Schakel de spanning van de camcorder even uit en vervolgens weer in (Z blz. 19).
5.
•De spanningsschijf is naar “5S” of “ (Z blz. 17).
6. Druk de spanningsschijf in een andere stand dan “ “ ” (Z blz. 17).
7.
•Stel de scherpstelling op
“AUTO” (
•Reinig de lens en controleer
de scherpstelling nogmaals
Z blz. 75).
(
8.
•Plaats de cassette op de
juiste wijze (
•Plaats een geladen accu
(Z blz. 9).
9.
•Druk de spanningsschijf
naar “PLAY” (Z blz. 48).
10.
•Schakel de TV in de functie
of op het kanaal voor videoweergave
Z blz. 54 – 57).
(
•Sluit de cassette-afdekking
Z blz. 12).
(
Z blz. 12).
A
” gedrukt
A
Z blz. 43).
Z blz. 12).
”, “5S” of
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
11.
Tijdens de 5-seconden­functie wordt de opname gestopt voordat de 5 seconden zijn verstreken.
12.
De snapshotfunctie kan niet worden gebruikt.
13.
De digitale zoom werkt niet.
14.
De productie-effecten en fade/wipe-effecten werken niet.
15.
De zwart/wit fader werkt niet.
16.
De Oplosfunctie werkt niet.
17.
De overgang van scènes is niet als verwacht.
11.
• De 5-secondenfunctie is bij het systeemmenu op “ANIM” gesteld.
12.
• De “Squeeze” functie is geactiveerd.
13.
• De 10X optische zoom is ingesteld.
• Beeld Wipe of Oplossen wordt voor een scène gebruikt.
• De 5-seconden opname werd gemaakt met de spanningsschijf op “5S” en met “5SD” van het systeemmenu gekozen.
• U probeert de pro snapshotfunctie tijdens het digitale zoomen te gebruiken.
14.
• De spanningsschijf is op “A” of “5S” gesteld.
15.
• Sepia of zwart/wit effecten zijn geactiveerd.
16.
• Sepia of zwart/wit of langzame sluiter productie­effecten zijn geactiveerd.
• De “Squeeze” functie is gekozen.
• Het voorgaande gekozen productie-effect werd veranderd nadat de laatste scène voor montage was vastgelegd.
17.
• Bij gebruik van “Beeld Wipe/ Oplossen” ( “Oplossen tijdens opname met de 5-sekondenfunctie”
Z blz. 26) is er een
( vertraging van een fractie van een seconde tussen het voorgaande opnamestoppunt en het startpunt voor het oplossen. Dit is normaal maar deze kleine vertraging is vooral opmerkbaar bij opname van snel bewegende onderwerpen of wanneer u de camcorder snel heen en weer beweegt (“panning”).
Z blz. 37) of
11.
•Kies “5S” of “5SD” in het systeemmenu (
12.
•Schakel de “Squeeze” functie uit (Z blz. 31).
13.
•Wacht totdat de effecten van de Beeld Wipe/ Oplosfuncties zijn uitgevoerd (
•Verander de instelling van het systeemmenu of de spanningsschijf (
•Probeer geen snapshot tijdens het digitale zoomen op te nemen (
32).
14.
•Druk de spanningsschijf naar “
15.
•Schakel sepia of het zwart/ wit effect uit (Z blz. 42).
16.
•Schakel sepia of zwart/wit uit alvorens het oploseffect voor een scène te gebruiken
Z blz. 42).
(
•Controleer dat de “Squeeze” functie in het opnamemenu op “OFF” is gesteld (
•Controleer dat u het juiste productie-effect heeft gekozen voordat het monteren wordmt gestart (Z blz. 42).
17.
————
Z blz. 34).
Z blz. 37).
Z blz. 33).
Z blz. 28,
M
” (Z blz. 17).
Z blz. 31).
NE 71
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
72 NE
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
18.
De Beeld Wipe en Oplosfuncties werken niet.
19.
De Beeld Wipe-functie werkt niet.
20.
De langzame sluiter is niet gekozen maar het beeld ziet er uit alsof de langzame sluiter is ingesteld.
21.
Geen stroboscoopeffect wanneer het klassieke film of stroboscoopeffect is geactiveerd.
22.
De witbalans kan niet worden ingesteld.
23.
Verticale strepen bij opname van een helder verlicht onderwerp.
24.
Het scherm wordt even rood of zwart indien het directe zonlicht tijdens opname op het scherm valt.
25.
Geluid is gestoord.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
18.
18.
•Het eind van de laatst gekozen te monteren scène is bereikt.
•Bij het eind van de laatst gekozen te monteren scène werd de spanningsschijf naar “OFF” gedrukt.
•De spanning is uitgeschakeld.
19.
•De langzame sluiter is geactiveerd.
•De “Squeeze” functie of bioscoopfunctie is bij het opnamemenu gekozen.
20.
•Bij opname onder donkere omstandigheden wordt het toestel veel gevoeliger voor licht en krijgt het beeld een effect als van de langzame sluiter.
21.
•De functie voor beeld wipe of oplossen is in gebruik.
22.
•Het sepia- of zwart/wit-effect is geactiveerd.
23.
•Het contrast is sterk. Dit duidt niet op een defect.
24.
•Dit duidt niet op een defect.
25.
Het geluid is mogelijk gestoord omdat audio-dubben herhaaldelijk op hetzelfde gedeelte van de band werd uitgevoerd.
•Kies de Beeld Wipe of Oplosfunctie voordat u de opname start. De effecten worden dan automatisch geactiveerd (
•Schakel de spanning van de camcorder niet uit nadat de in- en uitmonteerpunten zijn gekozen, daar deze punten anders worden gewist (
•De camcorder schakelt automatisch uit indien de opnamestandbyfunctie langer dan 5 minuten is geactiveerd. Voer derhalve nadat u de opname­standbyfunctie heeft geactiveerd de volgende handelingen binnen 5 minuten uit (Z blz. 37).
19.
•Controleer dat de “Squeeze” functie, bioscoopfunctie of de langzame sluiter niet is geactiveerd alvorens de Beeld Wipe-functie te gebruiken (Z blz. 31, 42).
20.
•Voor een natuurgetrouwere opname moet u GAIN UP in het opnamemenu op “AGC” of “OFF” stellen
Z blz. 32).
(
21.
•Probeer klassieke film of het stroboscoopeffect niet te gebruiken tijdens een overgang van scènes (Z blz. 42).
22.
•Schakel Sepia of Zwart/Wit uit alvorens de witbalans in te stellen (Z blz. 41).
23.
24.
————
25.
•Gebruik een nieuwe of minder gebruikte cassette voor audio-dubben
Z blz. 68, 69).
(
(vervolg)
Z blz. 37).
Z blz. 37).
————
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
26.
26.
Geen geluid tijdens opname.
27.
Datum/tijd worden niet tijdens opname getoond.
28.
De indicators en aanduidingen verschijnen niet op het scherm.
29.
De indicators verschijnen niet op de LCD-monitor of in de zoeker.
30.
Beelden op de LCD-monitor zijn te donker of licht.
31.
De achterkant van de LCD-
monitor is heet.
32.
De indicators en kleuren van het beeld op de LCD­monitor zijn niet helder.
33.
Beelden trillen op de LCD­monitor.
34.
De lens en LCD-monitor zijn vuil (bijv. vingerafdrukken).
• De los verkrijgbare hoofdtelefoon is niet met de hoofdtelefoonaansluiting verbonden.
• Het volume van de hoofdtelefoon is niet juist ingesteld. Het volume heeft nu hetzelfde niveau als het nieau dat voor weergave was ingesteld.
27.
• “DISPLAY” in het datum/tijd­menu is op “OFF” gesteld.
• U voert een zelfopname uit.
28.
• “ON SCREEN” van het datum/ tijd-menu is op “OFF” gesteld.
29.
• U heeft op de toets gedrukt zodat de indicators niet worden getoond.
30.
• Bij lage temperaturen worden de beelden donkerder vanwege de karakteristieken van de LCD­monitor. De kleuren zullen nu tevens anders zijn dan opgenomen. Dit duidt niet op een defect van de camcorder.
• De beelden op de LCD-monitor worden donker wanneer de fluorescerende lamp van de LCD-monitor het eind van zijn levensduur heeft bereikt. Raadpleeg uw JVC handelaar.
31.
• De LCD-monitor wordt warm door de lamp.
32.
• U drukt mogelijk op het oppervlak of de rand van de LCD-monitor.
33.
• Het luidsprekervolume is te hard.
34.
————
26.
• Verbind de los verkrijgbare hoofdtelefoon met de hoofdtelefoonaansluiting (
Z blz. 76).
• Stel het volume tijdens weergave in (
27.
• Stel “DISPLAY” in het datum/ tijd-menu op “ON” (
Z blz. 11).
• De datum/tijd worden niet tijdens zelfopname getoond (
Z blz. 23).
• Druk langer dan 1 seconde op de IND.ON/OFF toets zodat de aanduidingen worden getoond (Z blz. 22).
28.
• Stel “ON SCREEN” van het datum/tijd-menu op “ON” (
Z blz. 25).
• Druk langer dan 1 seconde op de IND.ON/OFF toets zodat de aanduidingen worden getoond (Z blz. 22).
29.
• Druk langer dan 1 seconde op de IND.ON/OFF toets zodat de aanduidingen worden getoond (Z blz. 22).
30.
• Stel de helderheid en hoek van de LCD-monitor in (
Z blz. 22, 23).
31.
• Schakel de LCD-monitor even uit door deze te sluiten of druk de spanningsschijf naar “OFF” en laat het toestel afkoelen.
32.
33.
• Verlaag het volume (Z blz. 49).
34.
• Veeg schoon met een zachte doek. Voorkom beschadiging en druk niet te hard.
NE 73
Z blz. 49).
———
VERVOLG OP VOLGENDE BLADZIJDE
74 NE
SYMPTOOM MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
35.
De aanduidingen op de LCD­monitor knipperen.
36.
Heldere punten op de LCD­monitor.
37.
De aanduidingen op de LCD­monitor zijn vervormd.
38.
Een onbekende markering wordt op de LCD-monitor of in de zoeker getoond.
39.
Een foutmelding (E01 — E06) wordt op de LCD-monitor of in de zoeker getoond.
40.
De laadindicator op het lichtnetadapter/acculader­station licht niet op.
41.
De “LP” indicator knippert op de LCD-monitor of in de zoeker.
42.
Geen beeld op de LCD­monitor.
43.
Er verschijnt een zwarte balk op de onderkant van het scherm wanneer een beeld met de printer wordt afgedrukt.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
35.
• Bepaalde fade/wipe-effecten, productie-effecten en de digitale beeldstabilisator en andere functies kunnen niet tegelijk worden gebruikt.
36.
• De LCD-monitor bestaat uit nauwkeurig luisterende onderdelen. Het is echter mogelijk dat er zwarte of heldere punten (rood, groen of blauw) voortdurend op de LCD­monitor worden getoond. Deze punten worden echter niet op de band opgenomen. Dit duidt niet op een defect van het toestel. (Effectieve beeldpunten: meer dan 99,99%.)
37.
• Tijdens weergave van niet­opgenomen gedeelten, zoeken met hoge snelheid en stilbeeld­weergave zijn de aanduidingen op de LCD-monitor vervormd. Dit duidt niet op een defect.
38.
————
39.
• De camcorder functioneert om een of andere reden niet juist.
40.
• De temperatuur van de accu is zeer hoog/laag.
• Laden is moeilijk bij zeer hoge/ lage temperaturen.
41.
• Opname met de LP functie is niet mogelijk. Bij een knipperende indicator wordt naar “SP” overgeschakeld en de opname voortgezet.
42.
• De zoeker is uitgetrokken.
• De helderheid van de LCD­monitor is niet juist ingesteld.
43.
• Dit duidt niet op een defect.
35.
• Lees het gedeelte aangaande fade/wipe-effecten, productie­effecten en de digitale beeldstabilisator nogmaals door (Z blz. 32, 35 - 42).
36.
37.
38.
• Controleer het gedeelte over aanduidingen op de LCD­monitor en in de zoeker van deze gebruiksaanwijzing (Z blz. 79 – 81).
39.
• Ontkoppel de spanningsbron (accu, etc.) en druk op de RESET toets. Wacht een paar minuten totdat de aanduiding verdwijnt. U kunt de cam­corder weer normaal gebruiken indien de aanduiding is verdwenen. Raadpleeg echter uw JVC handelaar indien de aanduiding weer wordt getoond ookal herhaalt u de handeling twee of drie keer.
40.
•Bescherm de accu en laad deze op bij een temperatuur tussen de 10°C en 30°C (
41.
————
42.
• Druk de zoeker in.
• Stel de helderheid van de LCD­monitor juist in (
• Indien de monitor 180 graden omhoog is gekanteld, moet u de monitor geheel openen (Z blz. 23).
43.
• U kunt dit voorkomen door een opname te maken met de digitale beeldstabilisator op “ON” gesteld (
(vervolg)
————
————
Z blz. 9).
Z blz. 22).
Z blz. 32).
NA GEBRUIK
Reinigen van de camcorder
Accuafdekking
NE 75
Openschakelaar (BATTERY)
Accu
Onderkant van zoeker
1
LCD-monitor
ONTKOPPEL DE SPANNINGSBRON
1
Verwijder de accu of ontkoppel het lichtnetadapter/acculader-station.
(Z blz. 8 – 10).
REINIG DE BEHUIZING
2
Veeg voorzichtig met een zachte doek schoon.
•Bevochtig een doek met een mild schoonmaakmiddel en water en wring goed uit om hardnekkige vlekken te verwijderen. Droog na met een droge doek.
REINIG DE LENS
3
Blaas stof en vuil met een blaasbalgje weg en veeg de lens voorzichtig schoon met
lensreinigingspapier.
TREK DE ZOEKER UIT
4
Trek de zoeker geheel uit.
REINIG DE ZOEKER
5
Schuif de afdekking in de richting van de pijl
1. Steek een blaasbalgje of zacht doekje in de
opening aan de onderkant van de zoeker en reinig de binnenkant van de zoeker met 2.
Opening
DRUK DE ZOEKER TERUG
6
Schuif de afdekking naar de oorspronkelijke plaats terug en druk de zoeker weer terug in de camcorder.
OPEN DE LCD-MONITOR
7
Open de LCD-monitor geheel.
REINIG DE LCD-MONITOR
8
Veeg met een zachte doek vuil voorzichting met bewegingen van een halve cirkel van de LCD-monitor. Druk niet te hard daar vlekken anders alleen maar worden uitgesmeerd en dan nog moeilijker te verwijderen zullen zijn.
SLUIT DE LCD-MONITOR
2
9
OPMERKINGEN:
Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen zoals alcohol en benzine. De camcorder wordt mogelijk door dit soort middelen beschadigd.
Lees altijd de aanwijzingen die bij het product zijn geleverd goed door wanneer u een reinigingsmiddel of chemische doek gebruikt.
76 NE
BEDIENINGSORGANEN, INDICATORS EN AANSLUITINGEN
Digitale videocamera
5
1
Aansluitingafdekking
Verwijder om te openen.
#
1 Lenskap
Draai naar links om te ontgrendelen.
2 Lensafdekking
Opent wanneer u de zoeker uittrekt of de LCD­monitor geheel wordt geopend met de spanningsschakelaar in een andere stand dan “PLAY” of “OFF”.
3 Afstandsbedieningssensor (Z blz. 50)
Hier worden de signalen van de afstandsbediening ontvangen. Richt de afstandsbediening bij gebruik naar deze sensor.
4 Opnameverklikkerlampje
Licht op tijdens opname.
5 Stereomicrofoon
Voor opname van geluid.
6 SNAPSHOT toets (Z blz. 28)
Druk op deze toets voor opname van een snapshot.
7 Snel doorspoeltoets (
Voor het snel doorspoelen van de band.
8 Terugspoeltoets (
Voor het terugspoelen van de band.
9 Weergavetoets/pauzetoets (6/
(
Z blz. 48)
Voor het starten of pauzeren van de weergave.
3
) (Z blz. 48)
2
) (Z blz. 48)
4
)
!
@
2
3 4
6
7 8 9 0
0 Stoptoets (5) (Z blz. 48)
Voor het stoppen van het bandtransport.
! Ingangsaansluiting voor externe microfoon
(MIC) (
Z blz. 68)
De ingebouwde microfoon wordt uitgeschakeld wanneer u een los verkrijgbare microfoon met deze aansluiting verbindt.
@ Video/audio-uitgangsaansluitingen of
hoofdtelefoonaansluiting ( (
Z blz. 54)
De bijgeleverde VIDEO/AUDIO kabel (ø3,5) kan middels deze aansluiting met een TV, etc. worden verbonden. Met een los verkrijgbare hoofdtelefoon kunt u het geluid tijdens opname beluisteren. U kunt echter geen hoofdtelefoon gebruiken die een volumeregelaar heeft.
# DV OUT aansluiting (i.Link*)
(
Z blz. 58, 61)
Voor het verbinden van een videotoestel met DV aansluiting (digitale video).
* i.Link verwijst naar de IEEE1394-1995
industriële specificatie en aanvullingen daarop. Het logo wordt gebruikt voor toestellen en producten die met de i.Link standaard compatibel zijn.
$ LCD-monitor (Z blz. 22)
Het beeld kan tijdens opname of weergave op deze monitor worden getoond.
/AV-OUT)
NE 77
$
%
e
r
% RESET toets (Z blz. 74)
Ontkoppel de spanningsbron (lithiumbatterij, etc.) en druk vervolgens op deze toets indien het toestel niet juist functioneert. Door op deze toets te drukken wordt het toestel teruggesteld en tevens de instellingen van de datum/tijd en andere functies geannuleerd.
^ Zoeker (Z blz. 15)
Trek de zoeker uit voor opname.
& Spanningsschijf (Z blz. 17)
Voor het in- en uitschakelen van de camcorder voor opname en weergave.
* START/STOP toets (Z blz. 18)
Voor het starten of stoppen van een opname en het activeren van de opnamestandbyfunctie van de camcorder.
( Volumeschakelaar (VOLUME) (Z blz. 48,
49)
Voor het instellen van het volume van het geluid tijdens weergave.
Zoomschakelaar (T/W) (Z blz. 24)
Voor het instellen van de zoom tijdens opname.
) Luidspreker (Z blz. 48, 49)
Tijdens weergave hoort u het geluid via deze luidspreker.
^
& *
yt
(
)
q w
q MENU toets (Z blz. 30)
w Openschakelaar voor accu (BATTERY)
e OPEN/EJECT schakelaar (Z blz. 12)
r Function Navigator Dial (Keuzeschijf)
t Bij het verbinden met het lichtnetadapter/
y Oogje voor greep/handriem (Z blz. 14) u Statiefbevestiging (Z blz. 15) i Aansluiting voor lichtnetadapter/
Onderkant van camcorder
Druk op deze toets om het menu te tonen.
IND. ON/OFF toets (Z blz. 22)
Houd deze toets langer dan ongeveer 1 seconde ingedrukt wanneer u de aanduidingen en indicators op de LCD-monitor of in de zoeker wilt tonen.
(
Z blz. 9)
Schuif omlaag om de accuafdekking te openen.
Verschuif deze schakelaar om een cassette te plaatsen/verwijderen.
(
Z blz. 22, 30)
Voor het instellen van de helderheid of het kiezen van een menu, etc. Wordt in deze gebruiks-aanwijzing “keuzeschijf” genoemd.
acculader-station of de accuhouder (los verkrijgbaar) wordt de bevestiging door dit gedeelte vergrendeld.
acculader-station (
Voor het verbinden met het lichtnetadapter/ acculader-station (bijgeleverd) of de accuhouder (los verkrijgbaar).
Z blz. 10, 55)
u i
78 NE
BEDIENINGSORGANEN, INDICATORS EN AANSLUITINGEN
Lichtnetadapter/acculader-station
(Cvervolg)
321
9875 64
1 Gelijkstroomlader (Z blz. 8)
Bevestig een accu om op te laden.
2 Bevestiging voor camcorder (Z blz. 55)
Bevestig hier de camcorder voor het laden van een accu die in de camcorder is geplaatst of het monteren.
3 Multi-aansluiting (Z blz. 55)
Het lichtnetadapter/acculader-station kan middels deze aansluiting met de camcorder worden verbonden. Raak deze aansluiting niet aan en sla er niet met een hard voorwerp op. U zou anders de pennen beschadigen waardoor de aansluiting niet meer functioneert omdat deze geen goed contact meer kan maken.
4 EDIT aansluiting (Z blz. 63)
Verbind middels een montagekabel met de afstandsbediening of een videorecorder.
5 JLIP (Joint Level Interface Protocol)
aansluiting
Verbind met een JLIP-compatibele camcorder of videorecorder voor bediening via een computer met gebruik van het JLIP Player Pack (los verkrijgbaar), etc.
OPMERKING:
Controleer dat de camcorder is ingeschakeld voor het verbinden van de camcorder met een PC met gebruik van de JLIP aansluiting van het lichtnetadapter/acculader­station. Indien de camcorder is uitgeschakeld (omdat de spanningsschijf op “OFF” is gedrukt of vanwege de functie voor het automatisch uitschakelen*, etc.), zal het bij gebruik van de JLIP Program software onmogelijk zijn om de aangesloten apparatuur via de computer te bedienen. U moet in dat geval eerst proberen de camcorder weer in te schakelen of de JLIP aansluitkabel van de JLIP aansluiting van het lichtnetadapter/acculader­station te ontkoppelen. Start vervolgens opnieuw vanaf het begin of start de software opnieuw.
@
!0
* Automatische uitschakeling van de spanning:
De spanning van de camcorder wordt automatisch uitgeschakeld om spanning te besparen indien er tijdens de opnamestandbyfunctie of pauzefunctie voor 5 minuten geen bediening wordt uitgevoerd.
6 S-VIDEO OUT aansluiting
(
Z blz. 56, 57, 63)
•Voor weergave van het S-videosignaal.
•Verbind met een videotoestel dat een S-VIDEO aansluiting heeft.
7 VIDEO OUT aansluiting
(
Z blz. 56, 57, 63)
Verbind middels een VIDEO kabel (bijgeleverd) met een TV of videorecorder.
8 AUDIO OUT aansluiting (L/R)
(
Z blz. 56, 57, 63)
Verbind middels een of meerdere AUDIO kabel(s) (bijgeleverd) met een TV of videorecorder.
9 DC OUT aansluiting (Z blz. 10)
Verbind het gelijkstroomsnoer (bijgeleverd) met deze aansluiting en de camcorder.
0 Vergrendelhendel (met ontgrendeltoets)
(
Z blz. 55)
Verschuif de vergrendelhendel in de richting van de pijl om de camcorder te bevestigen. Druk op de ontgrendeltoets en schuif de vergrendelhendel in de tegengestelde richting om de camcorder te onktoppelen.
! Laadindicator (voor camcorder of accu)
(
Z blz. 8, 55)
Knippert tijdens het laden. De indicator stopt te knipperen en licht continu op wanneer de accu is geladen. Het laden zal worden onderbroken wanneer u de camcorder inschakelt.
@ Spanningsindicator
1* 2*3 5 6* 7*4*
NE 79
q
w
W
MANUAL
W
D
T
)
(
H
1/250
PAUSE
*
&
^
0 L PHOTO
5S
SOUND
MODE 32kHz
%
LP 35 min
REC
PS
444
DV IN
25 . 12 . 98
17 : 30
8*
9
0*
!
@*
#
$*
Aanduidingen op de LCD-monitor/in de zoeker tijdens opname
Nummer
1* Toont de ingestelde bedieningsfunctie (Z blz. 17) 2* Verschijnt bij opname van een snapshot. (Z blz. 28) 3 Verschijnt wanneer de squeeze- of bioscoopfunctie is geactiveerd. (Z blz. 31) 4* Verschijnt wanneer de opnamestandbyfunctie is geactiveerd. (Z blz. 18) 5 Verschijnt wanneer de digitale beeldstabilisator is geactiveerd. (Z blz. 32) 6* Toont de ingestelde opnamesnelheid (SP of LP). (Z blz. 13) 7* Toont de resterende bandtijd. Tijdens “Interface opname” (Z blz. 23) zal wanneer er nog slechts 2
minuten bandtijd resteert, de aanduiding als volgt zijn; 0 min.
8* Verschijnt tijdens opname. (Z blz. 18) 9 Verschijnt wanneer de band wordt getransporteerd. (Z blz. 18) 0* Verschijnt tijdens zelfopname (Z blz. 27)
! Verschijnt wanneer de windschermfunctie is geactiveerd om de door de wind
veroorzaakte ruis te verminderen. (Z blz. 34)
@* Toont de 5-seconden of animatie-opnamefunctie. (Z blz. 26) # Toont de geluidsfunctie gedurende ongeveer 5 seconden na het inschakelen van de camcorder.
$* Toont de datum/tijd. (Z blz. 25) % Verschijnt wanneer het diafragma is vergrendeld. (Z blz. 45) ^ Verschijnt wanneer de scherpstelling handmatig wordt ingesteld. (Z blz. 43) & Verschijnt wanneer de belichting wordt ingesteld (Z blz. 44) * Verschijnt wanneer de witbalans wordt ingesteld. (Z blz. 47) ( Toont het gekozen productie-effect. (Z blz. 42) ) Toont het gekozen fade/wipe-effect (Z blz. 39, 40) q Wordt getoond wanneer de digitale zoom is geactiveerd. (Z blz. 32) w Verschijnt tijdens het zoomen. (Z blz. 24)
FUNCTIE
– – –
2 min.,
– –
1 min.,
(Z blz. 34)
:Druk langer dan 1 seconde op IND.ON/OFF om de met * gemarkeerde aanduidingen van het scherm te
*
verwijderen.
80 NE
BEDIENINGSORGANEN, INDICATORS EN AANSLUITINGEN
(vervolg)
1 2
4
6e
17 : 30
3
4
6
32kHz
TC 01 : 28 : 15
VOLUME
SOUND1
LP
25 . 12 . 98
– – – – – – – – – –
6
5
Aanduidingen op de LCD-monitor/in de zoeker tijdens weergave
Nummer
1 Toont de geluidsfunctie. (Z blz. 53)
2 Toont de opnamefunctie.
3 Verschijnt wanneer de band wordt getransporteerd.
4
: Weergave
3
: Snel doorspoelen/snel voorwaarts zoeken
2
: Snel terugspoelen/snel achterwaarts zoeken
6
4
: Voorwaarts slow-motion
1
6 : Achterwaarts slow-motion 6 : Pauze e : Audio-dubben
4 Toont de datum/tijd. (Z blz. 53)
5 Toont de helderheid van het scherm of het volume van de luidspreker. (Z blz. 22, 49)
6 Toont de tijdcode. (Z blz. 53)
FUNCTIE
Waarschuwingen
AANDUIDINGEN FUNCTIE
Toont de resterende accuspanning. Accu vol
Accu bijna leeg De accu-indicator knippert wanneer de accu bijna leeg is. De
spanning wordt automatisch uitgeschakeld wanneer de accu is uitgeput.
Wordt getoond wanneer er geen cassette is geplaatst of het wispreventielipje van de cassette naar “SAVE” is gedrukt. (Z blz. 12)
Wordt getoond indien er tijdens opname stof of vuil op de koppen is. (Z blz. 83)
Wordt getoond wanneer er condens is gevormd. De camcorder schakelt in dat geval automatisch uit.
NE 81
TAPE!
TAPE END
SET DATE/TIME!
ERROR!
REFER MANUAL
E01 — E06
Wordt ongeveer 10 seconden na het inschakelen van de spanning getoond indien er geen cassette is geplaatst.
Wordt getoond wanneer tijdens opname of weergave het eind van de band wordt bereikt. (Z blz. 22)
Wordt getoond wanneer de datum/tijd niet is ingesteld. (Z blz. 11)
Wordt getoond wanneer de ingebouwde oplaadbare batterij
leeg is en de instelling van de datum/tijd derhalve werd gewist. (Z blz. 11)
Wordt getoond wanneer audio-dubben niet mogelijk is. (Z blz. 68)
De foutmeldingen (E01 — E06) tonen wat het probleem van de camcorder is. De camcorder schakelt automatisch uit wanneer een foutmelding wordt getoond. Ontkoppel eerst de spanningsbron (accu, etc.) en druk dan op de terugsteltoets. Wacht een paar minuten totdat de aanduiding is verdwenen. Wanneer de aanduiding is verdwenen kunt u de camcorder weer gebruiken. Raadpleeg echter uw JVC handelaar indien de aanduiding niet verdwijnt. (Z blz. 74)
82 NE
VOORZORGEN
Accu’s
De bijgeleverde accu is een lithium-ionaccu. Lees alvorens deze accu of een los verkrijgbare accu te gebruiken de volgende voorzorgen goed door:
1. Voorkom gevaar . . .
.... verbrand de accu niet.
.... sluit de contactpunten niet kort.
.... maak geen veranderingen en demonteer niet.
.... stel de accu niet aan temperaturen boven de
60°C bloot daar de accu anders oververhit met mogelijk een ontploffing en brand tot gevolg.
.... gebruik uitsluitend de gespecificeerde laders.
2. Voorkom beschadiging en verleng de levensduur . . .
.... stel de accu niet aan schokken bloot.
.... laad bij temperaturen op die binnen het
hieronder getoonde bereik ligt. Dit is een accu van het “chemische reactie type” ­lagere temperaturen vertragen het laden, en hogere temperaturen belemmeren mogelijk het volledig laden van de accu.
.... bewaar de accu op een droge, koele plaats.
Door langdurige blootstelling aan hoge temperaturen wordt de accu ontladen en de levensduur verkort.
.... laad bij opslag voor een langere tijd de accu
een keer in de 6 maanden geheel op en ontlaad vervolgens helemaal.
.... verwijder de accu van de lader of het toestel
wanneer u deze niet gebruikt. Sommige toestellen gebruiken namelijk ook spanning wanneer ze zijn uitgeschakeld.
OPMERKINGEN:
De accu is na het laden of gebruik warm. Dit is normaal.
Temperatuurbereik
Laden .................................... 10°C t/m 35°C
Gebruik ................................. 0°C t/m 40°C
Opslag ................................... –10°C t/m 30°C
De oplaadtijd is gebaseerd op een kamer­temperatuur van 20°C.
Hoe lager de temperatuur, hoe langer het opladen duurt.
Contactpunten
Cassettes
Lees de volgende voorzorgen door voor een juist gebruik en opslag van uw cassettes.
1. Tijdens gebruik . . .
.... controleer dat de cassette de Mini DV
markering heeft.
.... vergeet niet dat opname op een reeds
opgenomen cassette automatisch de “oude” opname van de video- en audiosignalen wist.
.... controleer dat de cassette juist wordt
geplaatst.
.... plaats en verwijder een cassette niet
herhaaldelijk zonder dat de band is getransporteerd. De band komt hierdoor namelijk los te zitten met mogelijk beschadiging tot gevolg.
.... open nooit de huls van de cassette. Er zou
anders stof of vingerafdrukken op de band kunnen komen.
2. Bewaar cassettes . . .
.... uit de buurt van de verwarming of andere
warmtebronnen.
.... uit het directe zonlicht.
.... op een plaats die niet aan schokken of
trillingen blootstaat.
.... op een plaats die niet aan sterke magnetische
velden blootstaat (bijvoorbeeld in de buurt
van motoren, transformators of magneten).
.... verticaal geplaatst en in het originele
cassettedoosje.
LCD-monitor
1. Voorkom beschadiging van de LCD-monitor en NIET . . .
.... hard op de monitor drukken of aan schokken
onderhevig stellen.
.... de camcorder met de LCD-monitor onder
ergens neerleggen.
2. Verleng de levensduur . . .
.... en wrijf niet hard of met een ruwe doek
schoon.
3. Let op de volgende punten. Dit zijn karakteristieken van de LCD-monitor.
•Bij gebruik van de camcorder wordt het oppervlak
en/of de achterkant van de LCD-monitor warm.
•De oppervlakken rond de LCD-monitor worden
mogelijk warm wanneer de spanning lang is ingeschakeld.
Hoofdtoestel
1. Voor de veiligheid, NIET . . .
.... de behuizing van de camcorder openen.
.... het toestel demonteren of er veranderingen in
aanbrengen.
.... de contactpunten van de accu kortsluiten.
Houd uit de buurt van metalen voorwerpen wanneer niet in gebruik.
.... ontvlambare stoffen, water of metalen
voorwerpen in het toestel laten vallen.
.... de accu verwijderen of de spanning
ontkoppelen wanneer de spanning nog is ingeschakeld.
.... de accu op de camcorder bevestigd laten
wanneer niet in gebruik.
2. Vermijd gebruik van het toestel . . .
.... op zeer vochtige of stoffige plaatsen.
.... op plaatsen die onderhevig zijn aan roet of
stoom, bijvoorbeeld in de buurt van een gasfornuis.
.... op plaatsen die onderhevig zijn aan sterke
schokken of trillingen.
.... in de buurt van een TV.
.... in de buurt van apparatuur die sterke
magnetische of elektrische velden opwekt
(bijvoorbeeld luidsprekers of zendantennes.
.... op plaatsen die aan zeer hoge (boven 40°C)
of zeer lage (onder 0°C) temperaturen
onderhevig zijn.
3. Bewaar het toestel NIET . . .
.... op plaatsen waar de temperatuur hoger is
dan 50°C.
.... op plaatsen met een zeer lage (onder 35%) of
hoge (boven 80%) vochtigheidsgraad.
.... in het directe zonlicht.
.... in de zomer in een afgesloten auto.
.... in de buurt van een verwarmingselement.
4. Ter bescherming, het toestel NIET . . .
.... nat laten worden.
.... laten vallen of tegen harde voorwerpen
stoten.
.... tijdens transport onderhevig aan sterke
schokken of trillingen blootstellen.
.... met de lens langdurig op een helder
onderwerp richten
.... met de lens in het directe zonlicht houden.
.... aan de LCD-monitor of zoeker dragen.
.... hard heen en weer slingeren met de
handriem of greep.
.... in de zachte camerahoes sterk heen en weer
slingeren.
NE 83
5. Vuile koppen veroorzaken mogelijk de volgende problemen:
• Geen beeld en geluid tijdens weergave (blauwe
achtergrond)
• Ruis of ruisblokken tijdens weergave.
• Tijdens opname wordt de waarschuwing voor een
vuile kop “
Reinig vuile koppen met een in de handel verkrijgbare reinigingscassette. Plaats de reinigingscassette en start de weergave. De koppen worden mogelijk beschadigd indien u deze cassette meerdere malen achterelkaar gebruikt. De weergave wordt automatisch na ongeveer 20 seconden gestopt. Zie tevens de aanwijzingen van de kopreinigingscassette. Raadpleeg uw JVC handelaar indien na gebruik van deze reinigingscassette het probleem nog niet is opgelost. De mechanisch bewegende onderdelen voor het bewegen van de videokoppen en het transporteren van de band raken na verloop van tijd verontreinigd en verslijten op den duur. Laat voor een optimale werking en heldere beelden het toestel na ongeveer 1000 gebruiksuren nakijken. Raadpleeg uw JVC handelaar voor deze periodieke check-ups.
Meer over condensvorming . . .
Het is u misschien wel eens opgevallen dat wanneer een koude vloeistof in een glas geschonken wordt, er zich waterdampdruppels vormen aan de buitenkant van het glas. Ditzelfde fenomeen, dat we condensatie noemen, kan op de koppen van de camcorder optreden wanneer deze van een koude naar een warme plaats wordt overgebracht, na het verwarmen van een koude kamer, in overmatig vochtige omstandigheden, of op een plek in de directe luchtstroom van een airconditioner.
Vocht op de kop, een van de meest kwetsbare onderdelen van de camcorder, kan de videoband alswel het interne mechanisme van de camcorder beschadigen.
Ernstige problemen
Indien er iets mis is met het toestel, moet u het gebruik van de camcorder direkt staken en uw JVC handelaar raadplegen.
Deze camcorder wordt door een microcomputer bestuurd. Externe ruis en interferentie (van bijvoorbeeld een TV of radio) heeft mogelijk tot gevolg dat de camcorder niet juist functioneert. Ontkoppel in dat geval eerst de spanningsbron (accu, ichtnetadapter/acculader-station etc.) en druk op de RESET toets. Sluit de spanning weer aan en start de bediening als normaal.
” op de LCD-monitor getoond.
84 NE
TECHNISCHE GEGEVENS
Camcorder
Algemeen
Spanning : 6,3 V gelijkstroom (met gebruik van het lichtnetadapter/
Stroomverbruik : Ongeveer 6 Watt (met zoeker in gebruik),
Formaat : DV formaat (SD functie) Signaalformaat : PAL standaard Videosignaalopnameformaat : Digitaal Component opname Cassette : MINI DV cassette Bandsnelheid : SP: 18,8 mm/sec.
Maximale opnametijd : SP: 60 min.
Pickup : 1/4" CCD Lens : F1,8, f = 3.6 t/m 36 mm. 10:1 motorzoomlens Filterdiameter : ø27 mm (met de lenskap bevestigd)
LCD-monitor : 2,5", 180.000 pixels TFT/LCD-paneel Zoeker : 0,55" kleuren LCD, 113.000 pixels Bedrijfstemperatuur : 0 t/m 40°C Bedrijfsvochtigheid : 35 t/m 80% Opslagtemperatuur : –20 t/m 50°C Afmetingen : 47 (B) x 135 (H) x 81 (D) mm Gewicht : Ongeveer 450 gram (zonder cassette en accu)
acculader-station) 7,2 V gelijkstroom (met accu)
Ongeveer 7 Watt (met LCD-monitor ingeschakeld)
LP: 12,5 mm/sec.
LP: 90 min. (met M-DV60ME cassette)
ø25,5 mm (zonder de lenskap bevestigd)
Ongeveer 540 gram (inclusief cassette en accu)
Video
Uitgang : 1 Vp-p, 75 Ohm ongebalanceerd, analoge uitgang
DV uitgang : 4-polig, IEEE1394 conform, digitale uitgang
(via ø3,5 mm AV uitgangsaansluiting)
Audio
Uitgang : –8 dBs, 1kOhm analoge uitgang
Hoofdtelefoonuitgang : Stereo (via ø3,5 mm AV uitgangsaansluiting) Externe microfooningang : –62 dBs, hoge impedantie ongebalanceerd met ø3,5 mm (STEREO) Luidspreker : Mono
(via ø3,5 mm AV uitgangsaansluiting)
NE 85
Lichtnetadapter/acculader-station
Algemeen
Spanning : 110–240 V`, 50/60 Hz wisselstroom Stroomverbruik : 20 Watt Uitgangsvermogen : 7,2 V gelijkstroom, 0,77 A (laden)
: 6,3 V gelijkstroom, 1,8 A (VTR)
Bedrijfstemperatuur : 0 t/m 40°C (voor laden, 10 t/m 35°C) Afmetingen : 80 (B) x 39 (H) x 146 (D) mm Gewicht : Ongeveer 360 gram
Aansluitingen
S-Video : Y: 1Vp-p, 75 Ohm, analoge uitgang
Video : 1Vp-p, 75 Ohm, analoge uitgang Audio : –8 dBs, 1 kOhm, analoge uitgang JLIP : ø3,5 mm, 4-polig, ministekkeraansluiting
Montage : ø3,5 mm diameter, 2-polig
Technische gegevens zijn gebaseerd op de SP functie tenzij anders aangegeven. Ontwerp en technische gegevens zijn zonder voorafgaande kennisgeving wijzigbaar.
C: 0,29 Vp-p, 75 Ohm, analoge uitgang
(compatibel met RC-5325 stekker)
86 NE
UITLEG VAN TERMEN
Iris of diafragma
Werkt zoals het oog van de mens. Bij veel licht verkleint de pupil van de mens zich zodat er niet te veel licht wordt binnengelaten. De pupil vergroot bij weinig licht zodat er meer licht kan worden ontvangen.
Kleurtemperatuur
Een meting in graden Kelvin waarmee de kleurinhoud of intensiteit van een lichtbron wordt aangeduid; blauw licht heeft een hogere kleurtemperatuur dan roodachtig licht. Om wit als wit bij diverse verschillende lichtbronnen te tonen moet het chrominantiesignaal in overeenstemming met de kleurtemperatuur van de lichtbron worden ingesteld. (Zie “Witbalans”.)
Lichtnetadapter/acculader-station
U heeft de netadapter nodig voor het laden van accu’s. U kunt met de netadapter op een stopcontact aangesloten de camcorder tevens van spanning voorzien.
Automatische scherpstelling (“auto focus”)
De scherpstelling kan automatisch worden ingesteld. Dit is vooral handig voor beginners of wanneer u de camcorder uitleent.
In-beelddisplay
De aanduidingen die u in de zoeker of op de LCD-monitor ziet kunnen tevens op het scherm van een aangesloten TV worden getoond.
Stroboscoop
Vroeger waren stroboscoopeffecten van 1-seconde niet algemeen waardoor de bewegingen op de film niet soepel verliepen. U kunt dit “ouderwetse” effect met de stroboscoop imiteren.
Opnamestandbyfunctie
Druk tijdens de stop- of opnamefunctie op START/STOP om deze functie in te schakelen. De camcorder of videorecorder is dan gepauzeerd en staat klaar voor opname.
CCD (Charge Coupled Device)
Een solide beeldeenheid die in camcorders wordt gebruikt om het beeld op te vangen; analoog aan het netvlies van het oog maar met het verschil dat de beeldinformatie middels elektrische signalen wordt uitgestuurd.
Condenssensor
Een indicator licht in de zoeker op wanneer er condens in het toestel is gevormd vanwege bijvoorbeeld een sterke wisseling van de temperatuur. De camcorder kan nu even niet worden gebruikt.
Digitale zoom
De 10x optische zoom wordt gebruikt en digitaal verwerkt voor 40x of 100x vergrotingen.
Digitale beeldstabilisator
Bij opname uit de hand wordt de camcorder iets bewogen. Dit is zelfs het geval wanneer u denkt dat u de camcorder geheel stil houdt. De digitale beeldstabilisator maakt een compensatie voor deze bewegingen of trillingen.
Fade
Dit effect kan voor een professionele overgang tussen scènes worden gebruikt. Het scherm wordt geleidelijk zwart of wit (fade out) of komt langzaam vanuit een zwart of wit scherm op (fade in).
Witbalans
Een term die de juistheid van de kleurreproductie onder verschillende lichtomstandigheden aanduidt. Bij een juiste witbalans zullen alle kleuren natuurgetrouw worden opgenomen en weergegeven.
Wipe
Dit is een ander effect voor een professionele overgang tussen scènes. Een beeld verdwijnt alsof het van het scherm wordt geveegd (wipe out) of komt op alsof het op het scherm wordt geveegd (wipe in).
INDEX
A
Aansluitingen ............................ Z blz. 10, 54 – 59
Accu ......................................................... Z blz. 8
Accu bijna leeg .......................................
Afstandsbediening ...................................
Animatie ................................................. Z blz. 34
Automatische scherpstelling ....................
Automatische uitschakeling ....................
B
Bedieningsfunctie ................................... Z blz. 17
Beeld Wipe/Oplossen ............................. Z blz. 37
Belichtingsregeling ..................................
Breedbeeldfunctie ...................................
C
Cassettes ................................................. Z blz. 12
Cinema ...................................................
D
Datum/Tijd-display ........................... Z blz. 25, 53
Datum/Tijd-instellingen........................... Z blz. 11
Demonstratiefunctie ................................
Diafragma ...............................................
Diafragmavergrendeling .......................... Z blz. 45
Digitaal kopiëren ....................................
Digitale beeldstabilisator .........................
Digitale zoom ......................................... Z blz. 32
F
Fade-in/Fade-out ..................................... Z blz. 36
G
Geluid .................................................... Z blz. 34
I
In-beeldmenu’s ............. Z blz. 30 – 35, 41, 51, 52
Instellen van videorecordermerk .............
K
Klassieke film .......................................... Z blz. 42
Kopiëren ...........................................
L
LCD-monitor/zoekeraanduidingen .. Z blz. 79 – 81
Laden ........................................................Z blz. 8
Langzame sluiter .....................................
Lichtversterking .......................................
Lithiumionaccu ...............................Z blz. 2, 3, 82
M
Monteren .......................................... Z blz. 60, 61
Motordrive-functie .................................. Z blz. 29
Z blz. 81 Z blz. 16
Z blz. 43 Z blz. 19
Z blz. 44 Z blz. 31
Z blz. 31
Z blz. 34 Z blz. 45
Z blz. 61 Z blz. 32
Z blz. 62
Z blz. 60, 61
Z blz. 42 Z blz. 32
NE 87
O
Opnamefunctie .......................................Z blz. 13
Opnamemenu ................................. Z blz. 30 – 32
Opnamestandbyfunctie ...........................
Opnameformaat........................................
Z blz. 19
Z blz. 6
P
Pieptoon/verklikkerlampje ...................... Z blz. 34
Plaatsen van een cassette ........................Z blz. 12
Productie-efmfecten ....................
Z blz. 41, 42, 51
R
Reinigen van de camcorder .................... Z blz. 75
S
Schemerlicht ...........................................Z blz. 42
Scherpstellen ..........................................
Sepia ....................................................... Z blz. 42
Slow-motion weergave............................
Sluitertijd ................................................
Snapshotfunctie ................................
Spanning (netspanning/accu) .............. Z blz. 9, 10
Squeeze ..................................................
Systeemmenu ....................................
Stilbeeldweergave ...................................Z blz. 49
Stroboscoop ............................................
Z blz. 43
Z blz. 49 Z blz. 42
Z blz. 28, 29
Z blz. 31
Z blz. 33, 34
Z blz. 42
T
Tijdcode..............................................Z blz. 6, 21
V
5-secondenfunctie .................................. Z blz. 26
5SD ........................................................
Z blz. 26
W
Weergavemenu .......................................Z blz. 52
Willekeurige montage van meerdere
scènes ..........................................
Windsherm ............................................. Z blz. 34
Wipe-in/Wipe-out ...................................
Wispreventielipje ....................................
Witbalans..........................................
Z blz. 63 – 67
Z blz. 36 Z blz. 12
Z blz. 46, 47
Z
Zelftimer ................................................. Z blz. 27
Zoomen tijdens weergave ....................... Z blz. 50
Zwart/wit ................................................
Z blz. 42
GR-DVM5
COPYRIGHT© 1998 VICTOR COMPANY OF JAPAN, LTD.
VICTOR COMPANY OF JAPAN, LIMITED
DU
EG
Gedrukt in Japan 0598HOV*UN*SN
Loading...