JVC CA-NXCDR7R Instruction Manual [nl]

COMPACT COMPONENT CDR SYSTEM
CDR-KOMPAKT-KOMPONENTEN-SYSTEM SYSTEME CDR DE COMPOSANTS COMPACT KOMPACTO KOMPONENT-CDR-SYSTEEM
CA-NXCDR7R
OPEN/CLOSE
STANDBY/ON
SOURCE
COMPACT COMPONENT
DISC CD CDR
DIGITAL AUDIO
CDR
COMPACT
DIGITAL AUDIO
CDR SYSTEM
NX-CDR7
FINALIZE
FADE IN/OUT
DIRECT REC
COMPACT
TEXT
R
REC PAUSE
REC MUTE
3CD Changer System, Play & Exchange
VOLUME
3CD
Recordable
ReWriteble
CD3
CD2
CD1
PHONES
123
456
789
AUTO PRESET
10 +10
PTY
PTY
SELECT
SELECT–
SEARCH
CLOCK
A.P.off
/TIMER
FM/PLAY
MODE
BASS
VOLUME
SOUND
REMOTE CONTROL
RM-SNXCDR7R
STANDBY/ON
DISPLAY
CANCEL
SET
ENTER
EON
MENU
PTY
TA/News/Info
+
RDS
SLEEP
DISPLAY
REPEAT
PITCH
INSTRUCTIONS
BEDIENUNGSANLEITUNG
MANUEL D’INSTRUCTIONS
GEBRUIKSAANWIJZING
For Customer Use:
Enter below the Model No. and Serial No. which are located either on the rear, bottom or side of the cabinet. Retain this information for future reference.
Model No. Serial No.
LVT0749-004A
[E]
Warnung, Achtung und sonstige Hinweise
Mises en garde, précautions et indications diverses
Waarschuwingen, voorzorgen en andere mededelingen
Achtung –– Netzschalter !
Ziehen Sie den Netzstecker ab, um die Stromversorgung vollständig auszuschalten (die Leuchte STANDBY/ON schaltet sich aus). Die Stromversorgung wird unabhängig davon, in welcher Stellung sich der Netzschalter befindet, nicht unterbrochen.
• Wenn sich die Anlage im Bereitschaftsbetrieb befindet, leuchtet die Anzeigeleuchte STANDBY/ON rot.
• Wenn die Anlage eingeschaltet ist, leuchtet die Anzeigeleuchte STANDBY/ON grün.
Die Stromversorgung kann per Fernsteuerung ein- und ausgeschaltet werden.
Attention –– Commutateur !
Déconnectez la prise d’alimentation secteur pour mettre l’appareil complètement hors tension (le témoin STANDBY/ON s’éteint). L’interrupteur , sur n’importe quelle position, ne peut pas déconnecter l’appareil du secteur.
• Quand l’appareil est en mode de veille, le témoin STANDBY/ ON est allumé en rouge.
• Quand l’appareil est sous tension, le témoin STANDBY/ON est allumé en vert.
L’alimentation peut être télécommandée.
Waarschuwing –– toets!
Verwijder de stekker uit het stopcontact om de stroomtoevoer helemaal uit te schakelen (het lampje STANDBY/ON gaat uit). Met de toets is het niet mogelijk om de stroomtoevoer naar de eenheid helemaal uit te schakelen. U moet hiertoe de stekker uit het stopcontact verwijderen.
• Als de eenheid standby staat, is het lampje STANDBY/ON rood van kleur.
• Als de eenheid is ingeschakeld, is het lampje STANDBY/ON groen van kleur.
De stroomtoevoer kan met behulp van de afstandsbediening worden geregeld.
Vorsicht: Ausreichende Belüftung
Zur Vermeidung von elektrischen Schlägen, Feuer und sonstigen Schäden sollte das Gerät unter folgenden Bedingungen aufgestellt werden: 1 Vorderseite:
Hindernisfrei und gut zugänglich.
2 Seiten- und Rückwände:
Hindernisfrei in allen gegebenen Abständen (s. Abbildung).
3 Unterseite:
Die Stellfläche muß absolut eben sein. Sorgen Sie für ausreichende Luftzufuhr durch Aufstellung auf einem Stand mit mindestens 10 cm Höhe.
Attention: Aération correcte
Pour prévenir tout risque de décharge électrique ou d’incendie et éviter toute détérioration, installez l’appareil de la manière suivante: 1 Avant:
Bien dégagé de tout objet.
2 Côtés/dessus/dessous:
Assurez-vous que rien ne bloque les espaces indiqués sur le schéma ci-dessous.
3 Dessous:
Posez l’appareil sur une surf ace plane et horizontale. V eillez à ce que sa ventilation correcte puisse se faire en le plaçant sur un support d’au moins dix centimètres de hauteur.
Voorzichtig: Goede ventilatie vereist
Om brand, elektrische schokken en beschadiging te voorkomen, moet u het toestel als volgt opstellen: 1 Voorkant:
Geen belemmeringen en voldoende ruimte.
2 Zijkanten/boven-/onderkant:
Geen belemmeringen plaatsen in de hieronder aangegeven zones.
3 Onderkant:
Op vlakke ondergrond plaatsen. Voldoende ventilatieruimte voorzien door het toestel op een onderstel met een hoogte van 10 cm of meer te plaatsen.
ACHTUNG
Zur Verhinderung von elektrischen Schlägen, Brandgefahr, usw:
1. Keine Schrauben lösen oder Abdeckungen enlfernen und das Gehäuse nicht öffnen.
2. Dieses Gerät weder Regen noch Feuchtigkeit aussetzen.
ATTENTION
Afin d’éviter tout risque d’électrocution, d’incendie, etc.:
1. Ne pas enlever les vis ni les panneaux et ne pas ouvrir le coffret de l’appareil.
2. Ne pas exposer l’appareil à la pluie ni à l’humidité.
VOORZICHTIG
Ter vermindering van gevaar voor br and, elektrische schokken,
enz.:
1. Verwijder geen schroeven,panelen of de behuizing.
2. Stel het toestel niet bloot aan regen of vocht.
Vorderansicht Face Vooraanzicht
Seitenansicht Vista laterale Zijaanzicht
– G-1 –
15 cm
1 cm
15 cm
27 cm
CA-NXCDR7R CA-NXCDR7R
27 cm
CA-NXCDR7R
1 cm
16.5 cm
15 cm
10 cm
WICHTIGER HINWEIS FÜR LASER-PRODUKTE
IMPORTANT POUR LES PRODUITS LASER
BELANGRIJKE INFORMATIE VOOR LASERPRODUKTEN
ANBRINGUNGSORTE FÜR LASER-PRODUKTE
REPRODUCTION DES ETIQUETTES
VERKLARING VAN DE LABELS
1 KLASSIFIKATIONSETIKETTE AN DER RÜCKSEITE 1 ETIQUETTE DE CLASSIFICATION, PLACÉE A
L’ARRIÈRE DU COFFRET
1 KLASSIFIKATIELABEL, OP DE ACHTERZIJDE VAN
HET APPARAAT
CLASS 1 LASER PRODUCT
2 WARNETIKETTE IM GERÄTEINNEREN 2 ETIQUETTE D’AVERTISSEMENT PLACÉE À
L’INTERIEUR DE L’APPAREIL
2 WAARSCHUWINGSLABEL, IN HET APPARAAT
CAUTION: Invisible laser radiation when open and interlock failed or defeated. AVOID DIRECT EXPOSURE TO BEAM. (e)
ADVARSEL: Usynlig laser­stråling ved åbning, når sikkerhedsafbrydere er ude af funktion. Undgåudsæt­telse for stråling (d)
VARNING: Osynlig laser­strålning när denna del är öppnad och spärren är urkopplad. Betrakta ej strålen. (s)
1. LASER-PRODUKT DER KLASSE 1
2. ACHTUNG: Unsichtbare Laserstrahlung bei Öffnung und fehlerhafter oder beschädigter Spre. Direkten Kontakt mit dem Strahl vermeiden!
3. ACHTUNG: Das Gehäuse nicht öffnen. Das Gerät enthält keinerlei Teile, die vom Ben utzer gewartet werden können. Überlassen Sie Wartungsarbeiten bitte qualifizierten Kundendienst-Fachleuten.
1. PRODUIT LASER CLASSE 1
2. ATTENTION: Radiation laser invisible quand l’appareil est ouvert ou que le verrouillage est en panne ou désactivé. Eviter une exposition directe au rayon.
3. ATTENTION: Ne pas ouvrir le couvercle du dessus. Il n’y a aucune pièce utilisable à l’intérieur. Laisser à un personnel qualifié le soin de réparer votre appareil.
VARO: Avattaessa ja suo­jalukitus ohitettaessa olet alttiina näkymättömälle lasersäteilylle. Älä katso säteeseen. (f)
ACHTUNG
• Blockieren Sie keine Belüftungsschlitze oder ­bohrungen. (Wenn die Belüftungsöffnungen oder -löcher durch eine Zeitung oder ein Tuch etc. blockiert werden, kann die entstehende Hitze nicht abgeführt werden.)
• Stellen Sie keine offenen Flammen, beispielsweise angezündete Kerzen, auf das Gerät.
• Wenn Sie Batterien entsorgen, denken Sie an den Umweltschutz. Batterien müssen entsprechend den geltenden örtlichen Vorschriften oder Gesetzen entsorgt werden.
• Setzen Sie die Anlage nicht in einem Badezimmer oder an Orten ein, an denen Wasser verwendet wird. Stellen Sie auch keine Behälter, die mit Wasser oder anderen Flüssigkeiten gefüllt sind (beispielsweise Kosmetik- oder Medikamentenbehälter, Blumenvasen, Topfpflanzen, Tassen etc) auf diese Anlage.
ATTENTION
• Ne bloquez pas les orifices ou les trous de ventilation. (Si les orifices ou les trous de ventilation sont bloqués par un journal un tissu, etc., la chaleur peut ne pas être évacuée correctement de l’appareil.)
• Ne placez aucune source de flamme nue, telle qu’une bougie, sur l’appareil.
• Lors de la mise au rebut des piles, veuillez prendre en considération les problèmes de l’environnement et suivre strictement les règles et les lois locales sur la mise au rebut des piles.
• N’utilisez pas cet appareil dans une salle de bain ou un autre endroit avec de l’eau. Ne placez aucun récipient contenant de l’eau (tel que des cosmétiques ou des médicaments, un vase de fleurs, un pot de fleurs, une tasse, etc.) sur cet appareil.
VOORZICHTIG
• Zorg dat u de ventilatieopeningen en -gaten niet afsluit. (Als de ventilatieopeningen en -gaten worden afgesloten door bijvoorbeeld papier of een doek, kan er hitte in het apparaat worden opgebouwd.)
• Zet geen bronnen met open vuur, zoals brandende kaarsen, op het apparaat.
• Wees milieubewust en gooi lege batterijen niet bij het huishoudelijk afval. Lege batterijen dient u in te leveren met het KCA of bij een innamepunt voor batterijen.
• Gebruik dit apparaat niet in een badkamer of in andere natte ruimten. Zet ook geen voorwerpen op het apparaat die zijn gevuld met water of andere vloeistoffen (zoals cosmetica, medicijnen, bloemenvazen, bloempotten, kopjes enz.).
1. KLAS 1 LASERPRODUKT
2. VOORZICHTIG: Onzichtbare laserstraling wanneer open en de beveiliging faalt of uitgeschakeld is. Voorkom het direkt blootstaan aan de straal.
3. VOORZICHTIG: De bovenkap niet openen. Binnenin het toestel bevinden zich geen door de gebruiker te repareren onderdelen: laat onderhoud over aan bekwaam vakpersoneel.
– G-2 –

Inhoudsopgave

Introductie....................................................... 2
Meer over deze gebruiksaanwijzing ...................... 2
Voorzorgen ............................................................. 2
Voorzorgen voor weergave en opname
met discs ..........................................................3
Plaats van de toetsen en regelaars................. 4
Afstandsbediening ................................................. 4
Hoofdtoestel........................................................... 5
Displayvenster........................................................6
Starten ............................................................. 8
Uitpakken............................................................... 8
Aansluiten van de antennes....................................8
Aansluiten van de luidsprekers ..............................9
Aansluiten van andere componenten ...................10
Plaatsen van batterijen in de afstandsbediening … 12
Basisbediening en algemene
handelingen .............................................. 13
Nederlands
Inschakelen van de stroom................................... 14
Energiebesparing met standby .............................14
Kiezen van de bron en starten van de
weergave ........................................................ 14
Instellen van het volume ......................................15
Veranderen van display-informatie ...................... 15
Versterken van de lage tonen ............................... 15
Kiezen van de geluidsfuncties ............................. 16
Zelf samenstellen van geluidsfuncties
—MANUAL functies .................................... 16
Luisteren naar FM-en AM-uitzendingen
(MG/LG)................................................... 17
Afstemmen op een zender....................................18
Vastleggen van voorkeurzenders..........................18
Afstemmen op een voorkeurzender .....................19
Ontvangst van FM-zenders met RDS ..................19
Veranderen van RDS-informatie.......................... 20
Zoeken van programma’s aan de hand van
PTY-codes (PTY-zoeken) .............................. 20
Automatisch overschakelen naar een gewenst
programma..................................................... 21
• Werking van de EON-functie .................... 21
• Beschrijving van PTY-codes ...................... 22
Weergave van discs met de
3CD-wisselaar .......................................... 23
Plaatsen van discs ................................................ 24
Weergave van alle discs
—Doorlopende weergave .............................. 24
Basisbediening voor discs.................................... 25
Programmeren van fragmenten voor weergave
in de gewenste volgorde
—Geprogrammeerde weergave ..................... 25
Weergave in een willekeurige volgorde
—Willekeurige weergave .............................. 26
Herhalen van fragmenten of discs
—Herhaalde weergave...................................27
Andere handige functies ...................................... 27
Weergave van een disc met de
CD-recorder ............................................. 29
Weergave van een disc—Normale weerg ave .......30
Basisbediening voor discs.................................... 30
Herhalen van fragmenten
—Herhaalde weergave...................................30
Opname met een CD-R/CD-RW ................. 31
Alvorens een opname te starten ...........................32
Opname van een geluidsbron
—Standaardopname.......................................34
Opname van de 3CD-wisselaar
—CD-synchroonopname ...............................36
• Directe opname van een CD ......................36
• Opname van het eerste fragment................38
• Tijdens weergav e monteren voor opname ...39
Opname van externe componenten
—Geluid-synchroonopname..........................40
Opname van een enkel fragment tijdens
weergave ........................................................ 41
Afronden van een disc—CD-R/CD-RW .............. 41
Andere handige CDR-functies..................... 42
Handmatig markeren van fragmenten
—Handmatige fragmentmarkering................ 43
Automatisch scheiden van opgenomen fragmenten
—Automatisch fragmentinterval ...................44
In- en uitschakelen van de converter voor de
bemonsteringsfrequentie-waarde................... 44
Opnemen van overslaan-markeringen op een
CD-R/CD-RW ...............................................45
Wissen van fragmenten
(uitsluitend voor CD-RW) ............................. 45
Wissen van alle fragmenten
(uitsluitend voor CD-RW) ............................. 46
Annuleren van afronden van een disc
(uitsluitend voor CD-RW) ............................. 46
Gebruik van de timers.................................. 47
Instellen van de klok ............................................48
Gebruik van de timer voor opname......................48
Gebruik van de dagelijkse timer ..........................50
Gebruik van de inslaaptimer ................................52
Automatisch uitschakelen van de stroom ............ 52
Onderhoud .................................................... 53
Overzicht ....................................................... 54
Mededelingen ................................................ 55
Oplossen van problemen.............................. 56
Technische gegevens ..................................... 57
– 1 –

Introductie

Vervolg
Dank u voor de aanschaf van een van onze JVC producten.
Voor een optimale werking van dit toestel dient u deze gebruiksaanwijzing
goed door te lezen alvorens het toestel in gebruik te nemen. Bewaar de
gebruiksaanwijzing ter referentie.
Meer over deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is als volgt samengesteld:
• Deze gebruiksaanwijzing beschrijft voornamelijk de handelingen voor weergave die met de afstandsbediening worden uitgevoerd, en de overige handelingen bijvoorbeeld voor opname en monteren die met de toetsen en regelaars van het toestel worden uitgevoerd. U kunt de toetsen en regelaars van zowel de afstandsbediening als het toestel zelf gebruiken voor de handelingen wanneer de toetsen en regelaars dezelfde of gelijkwaardige namen (of symbolen, markeringen) hebben, tenzij anders wordt aangegeven.
• De informatie voor basisbediening en algemene handelingen voor verschillende functies wordt in één gedeelte beschreven, en wordt dus niet voor iedere functie afzonderlijk herhaald. De informatie voor het in­en uitschakelen van het toestel, instellen van het volume, veranderen van geluidseffect, etc. die bij het gedeelte “Basisbediening en algemene handelingen” op bladzijden 13 – 16 wordt beschreven, wordt dus niet iedere keer herhaald.
• In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende markeringen gebruikt:
Waarschuwt u en geeft u voorzorgen om beschadiging of de kans op brand of een elektrische schok te voorkomen. Daarbij worden hier handelingen beschreven die niet goed zijn voor een optimale werking van het toestel.
Voorzorgen
Installeren
• Plaats het toestel op een vlakke, droge plaats die niet te heet of koud is—tussen 5˚C en 35˚C.
• Installeer het toestel op een goed geventileerde plaats zodat het toestel niet oververhit kan raken.
• Plaats dit toestel en de TV op voldoende afstand van elkaar.
• Plaats de luidsprekers uit de buurt van de TV zodat interferentie en storing wordt voorkomen.
Installeer dit toestel NIET in de buurt van warmtebronnen, in het directe zonlicht of op zeer stoffige of aan trillingen onderhevige plaatsen.
Stroombron
• Gebruik altijd de stekker om het netsnoer te ontkoppelen. Trek niet aan het snoer zelf.
Raak het netsnoer en de stekker NIET met natte handen aan.
Condensvorming
In de volgende gevallen kan er condens op de lens in het toestel worden gevormd:
• Nadat u de verwarming in de kamer heeft aangezet
• In een zeer vochtige ruimte
• Indien het toestel direct van een koude naar een warme ruimte wordt verplaatst
Het toestel functioneert mogelijk niet juist indien er sprake van condensvorming is. U moet in dat geval een paar uur wachten met het toestel ingeschakeld, totdat de condens is verdampt. Trek vervolgens de stekker van het netsnoer even uit het stopcontact en sluit daarna weer aan.
Nederlands
Geeft u belangrijke informatie en tips voor het gebruik van het toestel.
Overige
• Wacht met gebruik, trek de stekker uit het stopcontact en raadpleeg de plaats van aankoop indien er een metalen voorwerp of vloeistof in het toestel terecht is gekomen.
• Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact indien u het toestel voor langere tijd niet gaat gebruiken.
Demonteer het toestel NIET. Er zijn geen door de gebruiker te repareren onderdelen in het toestel.
Trek de stekker uit het stopcontact en raadpleeg de plaats van aankoop bij problemen of een onjuiste werking van het toestel.
– 2 –
Voorzorgen voor weergave en opname met discs
Opname
Dit toestel is ontworpen voor opname op discs met de volgende logo’s:
Weergave
Dit toestel is ontworpen voor weergave van discs met de volgende logo’s:
Herschrijfbare CD (CD-RW)
Opneembare CD (CD-R)
Audio-CD
Tekst CD (Tekstinformatie kan uitsluitend bij
Nederlands
Behalve de hierboven getoonde discs kan dit toestel tevens audiodata van een CD-G (Grafische CD) en CD-Extra afspelen.
Opmerkingen voor weergave van een CD-R of CD-RW:
• De ingebouwde CD-recorder kan zowel een afgeronde als niet-afgeronde CD-R’s/CD-RW’s afspelen.
• De ingebouwde 3CD-wisselaar kan tevens zowel een afgeronde als niet-afgeronde CD-R’s/CD-RW’s afspelen.
Afhankelijk van de karakteristieken van de disc kunnen bepaalde niet-afgeronde discs echter mogelijk niet worden weergegeven.
• U kunt een met een personal computer opgenomen CD-R’s of CD-RW’s met de 3CD-wisselaar of CD-recorder uitsluitend afspelen indien de discs met het CD-audioformaat zijn opgenomen.
• MP3 discs kunnen niet met de 3CD-wisselaar en niet met de CD-recorder worden afgespeeld.
• Bepaalde CD-R’s en CD-RW’s kunnen vanwege de karakteristieken van de disc, vuil, krassen of beschadiging moglijk niet met de 3CD-wisselaar en niet met de CD-recorder worden afgespeeld.
Belangrijke opmerking:
• Regelmatige gebruik van discs met afwijkende vormen (bijvoorbeeld hartvormige of achthoekige discs) kan het disc-draaimechanisme beschadigen.
weergave met de 3CD-wisselaar worden getoond).
Herschrijfbare CD (CD-RW)
Opneembare CD (CD-R)
Behalve die hierboven getoonde logo’s dienen tevens de hieronder getoonde woorden of gelijkwaardige termen op de verpakking of bijbehorende aanwijzingen te worden vermeld.
FOR CONSUMER (Voor klant)
FOR CONSUMER USE
(Voor niet-commercieel, klant-gebruik)
FOR MUSIC USE ONLY (Voor muziek-gebruik)
De volgende discs kunnen niet voor opname worden gebruikt:
Discs met andere dan de hierboven getoonde logo’s.
Discs die voor professioneel, commercieel gebruik
zijn ontworpen.
Discs die voor opname van computerdata zijn ontworpen.
Belangrijke opmerking:
• De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt door het missen van een opnamekans of het per ongeluk wissen van een opname als gevolg van het uitvoeren van handelingen voor opname of weergave bij een onjuiste werking van of problemen met het toestel, of door andere redenen veroorzaakte beschadiging of schade.
• Maak eerst met een CD-RW een testopname alvorens op een CD-R op te nemen.
• Indien de PCA (Power Calibration Area) of PMA (Program Memory Area) van de disc geheel is opgenomen, kunt u niet meer op de betreffende disc opnemen, ookal is er mogelijk nog een gedeelte van het geheugen vrij.
• Stel het toestel tijdens opname NIET aan schokken of trillingen onderhevig.
• Gebruik NIET een stoffige of bekraste CD-R/CD-RW voor opname; de opnamekwaliteit zal anders niet optimaal zijn.
• De afleestijd met een CD-RW’s is mogelijk langer. In vergelijking met normale CD’s is het reflectievermogen van een CD-RW’s namelijk lager.
Het kan onwettig zijn om auteursrechtelijk beschermd materiaal op te nemen of af te spelen zonder toestemming van de auteursrechthebbende.
– 3 –

Plaats van de toetsen en regelaars

Zorg dat u de plaats van de toetsen en regelaars op de afstandsbediening en het toestel weet.
Afstandsbediening
1
123
456
2
3
4
5
6
7 8
9
p
789
AUTO PRESET
10 +10
PTY
SELECT–
SEARCH
A.P.off
FM/PLAY
BASS
SOUND
RM-SNXCDR7R
PTY
CLOCK /TIMER
MODE
STANDBY/ON
MENU
PTY
TA/News/Info
SELECT
+
SLEEP
PITCH
VOLUME
REMOTE CONTROL
DISPLAY
CANCEL
SET
ENTER
EON
RDS
DISPLAY
REPEAT
q
w
e
r
t y
u i o
;
a
s
d f
Zie de tussen haakjes aangegeven bladzijden voor details.
Afstandsbediening
1 Discnummertoetsen (24, 25)
• CD1, CD2 en CD3
Door op een van deze toetsen te drukken, wordt het toestel tevens ingeschakeld.
2 Nummertoetsen
• 1 – 10, +10 toetsen (19, 25, 30)
ø / Ø toetsen (16)
3 AUTO PRESET toets (18) 4 SOURCE toets (14, 18)
• Door op deze toets te drukken, wordt het toestel tevens ingeschakeld.
5 4 / 1 (achterwaarts zoeken/snel-achterwaarts)
toets (16, 18, 25, 26, 28, 30, 43 – 45, 48 – 51) ¡ / ¢ (voorwaarts zoeken/snel-voorwaarts) toets (16, 18, 25, 26, 28, 30, 43 – 45, 48 – 51)
6 CLOCK/TIMER toets (48 – 51) 7 A.P.off (automatische uitschakeling stroom) toets
(52)
8 FM/PLAY MODE toets (18, 25, 26) 9 BASS toets (15) p SOUND toets (16) q w DISPLAY toets (14, 15, 28, 35) e CANCEL toets (26, 43, 48 – 51) r SET toets (14, 16, 19, 48 – 51) t ENTER toets (43 – 46) y CD 3 / 8 (weergave/pauze) toets (14, 24)
u CDR 3 / 8 (weergave/pauze) toets (14, 30)
i 7 (stoppen) toets (14, 24, 30, 34) o MENU toets (43) ; RDS bedieningstoetsen (20 – 22)
a SLEEP toets (52) s REPEAT toets (27, 30) d PITCH toets (28) f VOLUME + / – toetsen (15)
(STANDBY/ON) toets (14)
• Door op deze toets te drukken, wordt het toestel tevens ingeschakeld.
• Door op deze toets te drukken, wordt het toestel tevens ingeschakeld.
PTY SELECT + / –, PTY SEARCH, EON, TA/News/Info en RDS DISPLAY toetsen
Nederlands
– 4 –
Hoofdtoestel
1
2
3
STANDBY/ON
SOURCE
321
UNFINALIZE DISC
MONO STEREO
TEXT PITCH
A.P.off
DAIL Y REC
SLEEP
BASSCDSOUND
PROGRAM RANDOM
1CD
ALL SKIP
RDS EON [ TA Ne ws Info
ON
]
AUTO TRACK NORMAL HIGH SPEED
OVER
REC LEVEL
DIGITAL ANALOG
REC
d
B
CDR
CD-RW
UNFINALIZE DISC
w
OPEN/CLOSE
e
r
CDR
t y
u
Nederlands
4 5
6 7 8 9 p q
j k l /
COMPACT COMPONENT
DISC CD CDR
COMPACT
DIGITAL AUDIO
TEXT
LINE REC SELECT
COMPACT COMPONENT
DISC CD CDR
CDR SYSTEM
REC SPEED
CDR SYSTEM
FINALIZE
DIRECT REC
REC MODE
FINALIZE
NX-CDR7
FADE IN/OUT
NX-CDR7
R
REC PAUSE
REC MUTE
3CD Changer System, Play & Exchange
REC START
CANCELSET
R
REC PAUSE
VOLUME
VOLUME
3CD
COMPACT
DIGITAL AUDIO
Recordable
ReWriteble
CD3
CD2
CD1
PHONES
DIGITAL AUDIO
Recordable
ReWriteble
COMPACT
CD3
i
o ;
a
s d
f
g
h
z x
c
CD2
CD1
DIRECT REC
FADE IN/OUT
REC MUTE
Druk op OPEN/CLOSE (e) om de klep (v) omlaag (of omhoog) te schuiven.
– 5 –
v
Hoofdtoestel
1 (Standby/On) toets (14) 2 STANDBY/ON lampje (14) 3 SOURCE toets (14, 18)
• Door op deze toets te drukken, wordt het toestel tevens ingeschakeld.
4 FINALIZE toets (34, 41) 5 CDR 3 / 8 (weergave/pauze) toets (14, 30, 34)
• Door op deze toets te drukken, wordt het toestel tevens ingeschakeld.
6 CD 3 / 8 (weergave/pauze) toets (14, 24)
• Door op deze toets te drukken, wordt het toestel tevens ingeschakeld.
7 DISC toets (24, 25, 27) 8 DIRECT REC toets (36) 9 ¢ (voorwaarts verspringen) toets (18, 25, 30, 43 – 45) p 7 (stoppen) toets (14, 24, 28, 30, 34)
4 (achterwaarts verspringen) toets (18, 25, 30, 43 – 45)
q w Displayvenster e OPEN/CLOSE toets
• Door op deze toets te drukken, wordt het toestel tevens ingeschakeld.
r Afstandsbedieningssensor t 0 (open/dicht) CDR toets (30, 34)
• Door op deze toets te drukken, wordt het toestel tevens ingeschakeld.
Displayvenster
y CDR lampjes (14, 30) u CDR disclade i REC PAUSE toets (28, 34) o VOLUME regelaar (15, 35) ; 0 (open/dicht) CD3 toets (24)
• Door op deze toets te drukken, wordt het toestel tevens ingeschakeld.
a 0 (open/dicht) CD2 toets (24)
• Door op deze toets te drukken, wordt het toestel tevens ingeschakeld.
s 0 (open/dicht) CD1 toets (24)
• Door op deze toets te drukken, wordt het toestel tevens ingeschakeld.
d FADE IN/OUT toets (34) f REC MUTE toets (35) g Disclade-vak—CD1, CD2 en CD3 h PHONES aansluiting—stereo-ministekker (15) j LINE REC SELECT toets (34) k REC SPEED toets (36 – 39) l REC MODE toets (37 – 41) / SET toets (14, 39, 43 – 46) z REC LEVEL toets (35) x REC START toets (37 – 41) c CANCEL toets (26, 39, 43) v Klep
Nederlands
1234567 8
A.P.off
321
UNFINALIZE DISC
MONO
STEREO
TEXT
PITCH
DAIL Y REC
SLEEP
9p
Displayvenster
1 CD indicators
1
2
3
4
567
CD
321
UNFINALIZE DISC
1UNFINALIZE DISC indicator: licht op wanneer
een niet-afgeronde disc is geplaatst.
2 Indicator voor huidige disc: toont de op dat moment
gekozen disc.
TEXT
PITCH
BASSCDSOUND
PROGRAM RANDOM
1CD
ALL SKIP
RDS EON [ TA News I nfo
ON
3 Discnummer-indicator 4 Indicator disc geplaatst
5 CD bronindicator: licht op wanneer de 6 TEXT indicator (28)
7 PITCH indicator (28)
– 6 –
AUT O TRACK
NORMAL HIGH SPEED
OVER
]
REC LEVEL
– Knippert wanneer de overeenkomende disc wordt
afgespeeld of gepauzeerd.
– Dooft (uitgezonderd het nummer) wanneer het
toestel heeft herkend dat er geen CD op de overeenkomende disclade is geplaatst.
– Licht op wanneer een disc is geplaatst en herkend.
3CD-wisselaar als bron voor weergave is gekozen.
DIGIT AL
ANALOG
REC
UNFINALIZE DISC
d
B
CDR
CD-RW
Displayvenster
1234567 8
321
TEXT
UNFINALIZE DISC
MONO STEREO
PITCH
9p
2 Timerfunctie-indicators (48 – 52)
8
Nederlands
DAILY REC
SLEEP
8 (Timer) indicator (48) 9 DAILY (Dagelijkse timer) indicator (50) 0 REC (Opnametimer) indicator (48)
- SLEEP (Inslaaptimer) indicator (52)
3 A.P.off (automatische uitschakeling van stroom)
indicator (52)
4 CD/CDR weergavefunctie-indicators (25 – 27, 45)
• PROGRAM, RANDOM en —1/CD/ALL en SKIP ON indicators
5 BASS indicator (15) 6 SOUND indicator (16) 7 RDS bedieningsindicators (19 – 21)
• RDS, EON en TA/News/Info indicators
(herhalen)
A.P.off
DAIL Y REC
SLEEP
9 0
-
BASSCDSOUND
PROGRAM RANDOM
1CD
ALL SKIP
RDS EON [ TA News I nfo
ON
! Opnamebron (ingang) indicator
– DIGITAL licht op bij een digitale opname. – ANALOG licht op bij een analoge opname.
@ CDR bronindicator: licht op wanneer de
CD-recorder als weergavebron is gekozen.
# Discindicator: licht op wanener een disc in de
CDR-disclade is geplaatst.
$ REC LEVEL indicator
– OVER licht op wanneer het ingangsni veau te hoog is.
% REC (opname) indicator
– Knippert wanneer de opname wordt gepauzeerd. – Licht op gedurende een opname.
^ Disctype-indicators (CD, CD-R, CD-RW) & UNFINALIZE DISC indicator: licht op wanneer
een niet-afgeronde disc is geplaatst.
9 Tunerfunctie-indicators (18)
• MONO en STEREO indicators
p Hoofddisplay
• Toont de bronnaam, het fragmentnummer en andere informatie.
AUT O TRACK NORMAL
HIGH SPEED
OVER
]
REC LEVEL
DIGIT AL
ANALOG
REC
UNFINALIZE DISC
d
B
CDR
CD-RW
8 CDR en opnamefunctie-indicators
=
AUT O TRA CK
NORMAL HIGH SPEED
OVER
REC LEVEL
= AUTO TRACK indicator (32) ~ Opnamesnelheid-indicator (NORMAL SPEED/
HIGH SPEED)
!
DIGIT AL
ANALOG
REC
d
B
@~#
CDR
CD-RW
UNFINALIZE DISC
&$ %^
– 7 –

Starten

Uitpakken
Controleer na het uitpakken dat alle volgende onderdelen aanwezig zijn. Tussen haakjes wordt het aantal van het bijgeleverde onderdeel aangegeven.
• AM-ringantenne (MG/LG) (1)
• FM-antenne (1)
• Afstandsbediening (1)
• Batterijen (2) Neem direct contact op met de plaats van aankoop indien er
iets ontbreekt.
Aansluiten van de antennes
FM-antenne
FM-antenne (bijgeleverd)
FM
(75 )
COAXIAL
Aansluiten van een FM-buitenantenne
Ontkoppel de bijgeleverde FM-antenne alvorens een buitenantenne aan te sluiten.
FM-buitenantenne (niet bijgeleverd)
FM
(75 )
COAXIAL
AM
LOOP
AM
EXT
ANTENNA
Gebruik een 75 antenne met coaxiale stekker (DIN 45325).
Nederlands
AM
LOOP
AM EXT
ANTENNA
1 Verbind de FM-antenne met de FM (75 )
COAXIAL aansluiting.
2 Strek de FM-antenne uit. 3 Bevestig op een plaats waar de ontvangst optimaal is.
Meer over de bijgeleverde FM-antenne
De bij dit toestel geleverde FM-antenne kan als tijdelijke oplossing worden gebruikt. Verbind echter een FM-buitenantenne indien de ontvangst niet bevredigend is.
– 8 –
AM-antenne (MG/LG)
Aansluiten van de luidsprekers
Nederlands
AM-ringantenne (MG/LG)
(bijgeleverd)
U kunt de luidsprekers met gebruik van de luidsprekersnoeren aansluiten.
3
1
2
1
Rood
3
4
Rood
2
Zwart
Luidsprekersnoer
Zwart
Met vinyl-afgedekt draad (niet bijgeleverd)
1 Indien de snoeren met isolatie zijn bedekt, moet u de
draadkernen aan het uiteinde van ieder snoer draaien en vervolgens een gedeelte van de isolatie verwijderen.
2 Verbind de AM-ringantenne (MG/LG) zoals
afgebeeld met de AM LOOP aansluitingen.
3 Draai de AM-ringantenne (MG/LG) totdat de
ontvangst optimaal is.
Aansluiten van een AM-buitenantenne (MG/LG)
Indien de ontvangst slecht is, moet u een enkel met vinyl­afgedekt draad met de AM EXT aansluiting verbinden en in horizontale richting uitstrekken. Laat in dit geval de AM-ringantenne (MG/LG) ook aangesloten.
Voor een betere ontvangst van zowel FM als AM (MG/LG)
• Zorg dat de antennegeleiders geen contact met andere aansluitingen en snoeren maken.
• Houd de antennes uit de buurt van metalen onderdelen van het toestel, snoeren en het netsnoer.
Rechterluidspreker Linkerluidspreker
1 Indien de snoeren met isolatie zijn bedekt, moet u de
draadkernen aan het uiteinde van ieder snoer draaien en vervolgens een gedeelte van de isolatie verwijderen.
2 Druk op de klem van de luidsprekeraansluiting. 3 Steek het uiteinde van het luidsprekersnoer in de
aansluiting.
Sluit de polen in overeenstemming met de polariteit van de luidsprekers aan: Rood (+) met rood (+) en zwart (–) met zwart (–).
4 Laat de klem los.
Gebruik uitsluitend luidsprekers met dezelfde impedantie als aangegeven bij de luidsprekeraansluitingen op het achterpaneel van het toestel.
– 9 –
Aansluiten van andere componenten
Zie tevens de bij de andere componenten geleverde gebruiksaanwijzingen voordat u andere componenten aansluit en gebruikt.
• Sluit NIET andere componenten aan terwijl de stroom nog is ingeschakeld.
• Steek stekkers NIET in een stopcontact voordat alle vereiste verbindingen zijn gemaakt.
Aansluiten van een analoog component, bijvoorbeeld een cassettedeck
Controleer dat de stekkers van de audiosnoeren en de aansluitingen op het achterpaneel van het component met kleuren zijn gecodeerd: Witte stekkers en aansluitingen zijn voor de linkeraudiosignalen en de rode zijn voor de rechteraudiosignalen. U kunt een ander aangesloten component voor zowel weergave als opname gebruiken.
Aansluiten van digitale componenten
Verbinden van een digitaal component dat een optische digitale uitgangsaansluiting heeft
Met de volgende verbinding kunt u een digitaal-naar­digitaal opname (via de digitale aansluitingen) maken en het aangesloten digitale component (via de analoge aansluitingen) weergeven.
LINE IN
R
(75 )
COAXIAL
L
R
L
LINE OUT
FM
AM LOOP
AM EXT
ANTENNA
OPTICAL
LINE
DIGITAL IN
SPEAKERS
RL
RL
CAUTION : SPEAKER IMPEDANCE 6 16
Beschermdopje
Nederlands
LINE IN
R
SPEAKERS
RL
RL
CAUTION : SPEAKER IMPEDANCE 6 16
R
(75 ) COAXIAL
L
L
LINE OUT
FM
AM LOOP
AM EXT
ANTENNA
OPTICAL
LINE
DIGITAL IN
3CD
DIGITAL OUT
Naar ingang (REC)
Bijv. Cassettedeck
Naar uitgang (PLAY)
Maak met audiosnoeren (niet bijgeleverd) verbindingen:
• Tussen de audio-ingangsaansluitingen van het cassettedeck en de LINE OUT aansluitingen.
• Tussen de audio-uitgangsaansluitingen van het cassettedeck en de LINE IN aansluitingen.
3CD
DIGITAL OUT
Verwijder het beschermdopje alvorens het andere component aan te sluiten.
Naar optische digitale uitgang
Audiocomponent met optische digitale uitgang
Naar uitgang (PLAY)
Maak met een optisch digitaal snoer (niet bijgeleverd) en audiosnoer (niet bijgeleverd) verbindingen:
• Tussen de optische digitale uitgangsaansluiting van het andere component en de LINE DIGITAL IN aansluiting.
• Tussen de audio-uitgangsaansluitingen van het andere component en de LINE IN aansluitingen. (Deze verbinding is vereist voor weergave van het andere component via dit toestel met “LINE” als bron gekozen).
De digitale verbinding met de LINE DIGITAL IN aansluiting kan uitsluitend voor opname worden gebruikt.
• Bij het aansluiten van een digitaal component met dit
toestel, moet u het component altijd zowel met de LINE DIGITAL IN aansluiting als met de LINE IN aansluitingen verbinden.
– 10 –
• Verbinden van een digitaal component dat een optische digitale ingangsaansluiting heeft
U kunt het geluid van de 3CD-wisselaar op een ander component opnemen—digitaal-naar-digitaal opname.
SPEAKERS
RL
RL
CAUTION : SPEAKER IMPEDANCE 6 16
Nederlands
Beschermdopje
(75 )
COAXIAL
En NU kunt u ALS LAATSTE de stekkers van de netsnoeren van dit toestel en de andere componenten in een stopcontact steken!
LINE IN
R
(75 )
COAXIAL
L
R
L
LINE OUT
FM
AM LOOP
AM EXT
ANTENNA
OPTICAL
LINE
DIGITAL IN
3CD
DIGITAL OUT
LINE IN
R
L
R
L
LINE OUT
FM
AM LOOP
AM
EXT
ANTENNA
OPTICAL
LINE
DIGITAL IN
3CD
DIGITAL OUT
SPEAKERS
RL
RL
CAUTION : SPEAKER IMPEDANCE 6 16
Naar een stopcontact
Verwijder het beschermdopje alvorens het andere component aan te sluiten.
Audiocomponent met optische digitale ingang
Naar optische digitale ingang
Maak een verbinding tussen de optische digitale ingangsaansluiting van het andere component en de 3CD DIGITAL OUT aansluiting.
– 11 –
Plaatsen van batterijen in de afstandsbediening
Richt de afstandsbediening bij gebruik naar de afstandsbedieningssensor op het voorpaneel.
Plaats de batterijen—R6(UM-3)/AA(15F)—in de afstandsbediening met natuurlijk de polen (+ en –) van de batterijen in overeenstemming met de + en – markeringen in het batterijvak. Vervang beide batterijen tegelijkertijd indien de afstandsbediening niet meer werkt omdat de batterijen leeg zijn.
• Gebruik tegelijkertijd GEEN oude en nieuwe batterij.
• Gebruik tegelijkertijd GEEN batterijen van verschillend type.
• Stel batterijen NIET aan hitte of vuur bloot.
• Laat de batterijen NIET in het batterijvak wanneer u de afstandsbediening voor langere tijd niet gaat gebruiken. De batterijen zouden anders namelijk kunnen gaan lekken met beschadiging tot gevolg.
1
STANDBY/ON
SOURCE
COMPACT COMPONENT
DISC CD CDR
Afstandsbedieningssensor
OPEN/CLOSE
CDR
COMPACT
DIGITAL AUDIO
CDR SYSTEM
NX-CDR7
FINALIZE
DIRECT REC
COMPACT
DIGITAL AUDIO
TEXT
REC PAUSE
FADE IN/OUT
REC MUTE
R
VOLUME
3CD
3CD Changer System, Play & Exchange
Recordable
ReWriteble
CD3
CD2
CD1
Nederlands
PHONES
2
R6(UM-3)/AA(15F)
3
– 12 –

Basisbediening en algemene handelingen

In dit gedeelte (bladzijden 14 t/m 16) worden de in de hieronder getoonde afbeelding vergrote toetsen en regelaars gebruikt en tevens uitgelegd.
Afstandsbediening
Nederlands
Hoofdtoestel
10 +10
BASS
SOUND
123
456
789
10 +10
PTY
SELECT–
A.P.off
BASS
SOUND
STANDBY/ON
SOURCE
AUTO PRESET
PTY
SEARCH
CLOCK /TIMER
FM/PLAY
MODE
MENU
PTY
SELECT
SLEEP
PITCH
VOLUME
STANDBY/ON
TA/News/Info
+
DISPLAY
CANCEL
SET
ENTER
EON
RDS
DISPLAY
REPEAT
STANDBY/ON
DISPLAY
SET
VOLUME
OPEN/CLOSE
CDR
SET
STANDBY/ON
SOURCE
CD CDR
LINE REC SELECT
COMPACT COMPONENT
DISC CD CDR
COMPACT COMPONENT
DISC CD CDR
COMPACT
DIGITAL AUDIO
TEXT
REC SPEED
CDR SYSTEM
CDR SYSTEM
REC MODE
FINALIZE
DIRECT REC
FINALIZE
DIRECT REC
NX-CDR7
NX-CDR7
REC START
CANCELSET
R
REC PAUSE
FADE IN/OUT
R
REC MUTE REC PAUSE
FADE IN/OUT
REC MUTE
3CD Changer System, Play & Exchange
VOLUME
VOLUME
3CD
DIGITAL AUDIO
Recordable
ReWriteble
DIGITAL AUDIO
Recordable
ReWriteble
COMPACT
COMPACT
PHONES
CD3
CD2
CD1 CD3
CD2
CD1
Druk op OPEN/CLOSE om de klep omlaag (of omhoog) te schuiven.
– 13 –
VOLUME
S
SO[es o
]
d
B
C
USC
UNFINALIZE DISC
SLEEP
RDS EON
[
TA News Info
]
d
B
REC LEVEL
PITCH
UNFINALIZE DISC
S
SO[es o
]
d
B
C
USC
Vervolg
Stel voordat u andere bedieningen uitvoert eerst de in dit toestel ingebouwde klok in (zie bladzijde 48).
Inschakelen van de stroom
Voor het inschakelen van het toestel zonder weergave,
drukt u op
zodat het STANDBY/ON lampje op het
toestel groen oplicht en het CDR lampje oplicht.
Voor het uitschakelen (standby) van het toestel, drukt u weer op
zodat het STANDBY/ON lampje rood oplicht
en het CDR lampje dooft.
• Met de stroom uitgeschakeld (standby) wordt de tijd van de klok op het hoofddisplay getoond—basisinstelling bij het verlaten van de fabriek (zie “Energiebesparing met standby”) hieronder.
• Tijdens standby wordt er altijd nog een kleine hoeveelheid stroom verbruikt.
Voor het compleet uitschakelen van de stroom, moet u de stekker van het netsnoer uit het stopcontact trekken.
Energiebesparing met standby
U kunt energie besparen wanneer het toestel standby is geschakeld door het klokdisplay te annuleren.
Voor het besparen van energie tijdens standby, drukt u op DISPLAY van de afstandsbediening wanneer het toestel is uitgeschakeld (standby—met he STANDBY/ON lampje rood opgelicht).
• Er wordt nu minder stroom verbruikt (zie “Technische gegevens” op bladzijde 57) en de klok wordt niet getoond wanneer het toestel is uitgeschakeld (standby).
Voor het annuleren van de energiebesparingsfunctie,
drukt u weer op DISPLAY wanneer het toestel is uitgeschakeld (standby).
Wanneer u de stekker uit het stopcontact trekt of na een stroomonderbreking
De energiebesparingsfunctie (“DISPLAY OFF”) wordt geannuleerd.
Kiezen van de bron en starten van de weergave
Voor het kiezen van de 3CD-wisselaar als bron, drukt u op CD 3 / 8. Het toestel wordt nu automatisch ingeschakeld. (De weergave start indien een CD op de laatst gekozen disclade is geplaatst). Druk op 7 om de weergave te stoppen.
• Zie bladzijden 23 t/m 28 voor details aangaande de bediening.
Voor het kiezen van de CD-recorder als bron, drukt u op CDR 3 / 8. (De weergave start indien een disc in de CD-recorder is geplaatst). Druk op 7 om de weergave te stoppen.
• Zie bladzijden 29 en 30 voor details aangaande de bediening.
Voor het kiezen van de tuner en externe componenten als bron, drukt u op SOURCE. Het toestel wordt nu
automatisch ingeschakeld.
• Door iedere druk op de toets verandert de bron in de volgende volgorde:
FM: Voor het beluisteren van een FM-uitzending. AM: Voor het beluisteren van een AM-uitzending
LINE: Voor weergave van het externe component dat
• Zie bladzijden 17 t/m 22 voor details aangaande
• Zie de gebruiksaanwijzing van het externe component
Instellen van het ingangsniveau via de LINE IN aansluitingen
Indien het geluid van het op de LINE IN aansluitingen aangesloten component te hard of niet hard genoeg is nadat u van een bron naar “LINE” overschakelt (zonder het volume in te stellen), kunt u het ingangsniveau voor de signalen van de LINE IN aansluitingen regelen.
ALLEEN met het toestel: Met “LINE” als bron gekozen, houdt u herhaaldelijk SET (achter de klep) ingedrukt om het gewenste niveau in te stellen.
• Iedere keer dat u de toets indrukt verandert het ingangsniveau—“LEVEL 1”, “LEVEL 2” en “LEVEL 3”.
LEVEL 1: Kies normaliter deze instelling.
LEVEL 2: Kies deze instelling indien het geluid niet hard
LEVEL 3: Kies deze instelling indien het geluid te hard is.
Het toestel wordt nu automatisch ingeschakeld.
FM AM LINE
(MG/LG).
met de LINE IN aansluitingen op het achterpaneel is verbonden.
FM/AM (MG/LG).
voor details aangaande de bediening.
(Basisinstelling bij het verlaten van de fabriek).
genoeg is.
Nederlands
– 14 –
UNFINALIZE DISC
SLEEP
RDS EON
[
TA N
]
PITCH
UNFINALIZE DISC
REC
Instellen van het volume
Bronnaam Klok
Veranderen van display-informatie
U kunt het volume uitsluitend instellen wanneer het toestel is ingeschakeld.
Druk op VOLUME + van de afstandsbediening om het volume te verhogen of op VOLUME – om het te verlagen.
Draai VOLUME van het toestel naar rechts om het volume te verhogen of naar links om het te verlagen.
Bijv. Met het volumeniveau op “20” gesteld
Verbind een hoofdtelefoon met de PHONES aansluiting. Er wordt nu geen geluid via de luidsprekers weergegeven. Verlaag beslist het volume alvorens een hoofdtelefoon aan te sluiten en op te zetten.
Nederlands
Tijdens opname met hoge snelheid (zie bladzijde 33) kunt u geen andere bron beluisteren en derhalve ook het volumeniveau niet instellen.
Normaliter werken de VOLUME regelaar en VOLUME +/– toetsen voor het instellen van het weergavevolume. Zie “Instellen van het opnameniveau” op bladzijde 35 indien u het opnameniveau wilt regelen.
Weergave via een hoofdtelefoon
Indien “CANNOT LISTEN” op het hoofddisplay wordt getoond
Voor het instellen van het opnameniveau
Schakel het toestel NIET uit (naar standby) met het volume op een zeer hoog niveau gesteld; bij het later namelijk weer inschakelen van het toestel of het starten van de weergave van een bron zal door een plotseling hard geluid uw gehoor, de luidsprekers en/ of hoofdtelefoon mogelijk worden beschadigd. VERGEET NIET dat u het volumeniveau niet kunt instellen wanneer het toestel standby is geschakeld.
ews Info
REC LEVEL
d
B
U kunt de informatie die op het hoofddisplay wordt getoond veranderen.
• Zie “Veranderen van display-informatie tijdens opname” op bladzijde 35 voor het tonen van andere aanduidingen tijdens het maken van een opname.
ALLEEN met de afstandsbediening: Druk herhaaldelijk op DISPLAY.
• Door iedere druk op de toets verandert de informatie op het hoofddisplay als volgt:
Met de CD-recorder als bron gekozen:
• Alvorens weergave—
Totaal aantal fragmenten/
Totaal weergavetijd
• Tijdens weergave—
Fragmentnummer/
Verstreken weergavetijd
Klok
Resterende tijd
van de disc
Klok
Met een andere bron dan CD-recorder gekozen:
Indien de huidige weergavebron een CD Text van de 3CD-wisselaar is
Zie “Tonen van de op een CD Text opgenomen tekstinformatie” op bladzijde 28.
Versterken van de lage tonen
De diepte en volledigheid van de lage tonen blijft ongeacht het ingestelde volume behouden—Active Bass.
• Deze functie werkt uitsluitend tijdens weergave en kan dus niet voor opname worden gebruikt.
ALLEEN met de afstandsbediening: Druk op BASS zodat “ACT-BASS ON” op het hoofddisplay wordt getoond.
De BASS indicator licht tevens op het display op.
• Door iedere druk op de toets wordt Active Bass afwisselend geactiveerd en uitgeschakeld.
CD
321
ACT-BASS ON
BASS
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
d
B
ACT-BASS OFF
Voor het annuleren van het effect, drukt u weer op de toets zodat “ACT-BASS OFF” op het hoofddisplay wordt getoond (en de BASS indicator tevens dooft).
– 15 –
Kiezen van de geluidsfuncties
U kunt een van de 5 reeds voorgeprogrammeerde geluidsfuncties of een van de 2 handmatige, door u vastgelegde geluidsfuncties kiezen.
• De geluidsfuncties hebben uitsluitend effect op de weergave en kunnen dus niet voor opname worden gebruikt.
ALLEEN met de afstandsbediening: Druk herhaaldelijk op SOUND totdat de gewenste geluidsfunctie op het hoofddisplay wordt getoond.
De SOUND indicator licht tevens op het display op.
• Door iedere druk op de toets verandert de geluidsfunctie in de volgende volgorde:
BASSCDSOUND
321
D.CLUB
(Uitgeschakeld)
(Canceled)
FLAT
SET=MANUAL2 ?
D. (Dans) CLUB: De resonantie en lage tonen worden
HALL: Het geluid wordt met meer diepte en
STADIUM: Het geluid wordt verbreed en helder
ROCK: De lage en hoge frequenties worden
POP: Geschikt voor zang. SET=MANUAL1 ?: Uw eigen geluidsfunctie die in het
SET=MANUAL2 ?: Uw eigen geluidsfunctie die in het
FLAT: De geluidsfunctie wordt uitgeschakeld
HALL STADIUM ROCK
versterkt*.
helderder weergegeven*.
weergegeven, vergelijkbaar met het geluid in een openlucht stadion*.
versterkt. Geschikt voor akoestische muziek.
geheugen is vastgelegd zonder surroundelementen**.
geheugen is vastgelegd met surroundelementen**.
en er is geen effect.
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
d
B
SET=MANUAL1 ?
POP
Zelf samenstellen van geluidsfuncties —MANUAL functies
U kunt uw eigen geluidsfuncties maken en vervolgens in het geheugen vastleggen.
• De volgende stappen dienen binnen een bepaalde tijd te worden uitgevoerd. Indien de instelling wordt geannuleerd voordat u klaar bent, moet u weer opnieuw vanaf stap 1 beginnen.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk herhaaldelijk op SOUND totdat “SET=MANUAL1 ?” of “SET=MANUAL2 ?” op het hoofddisplay wordt getoond.
De SOUND indicator licht tevens op het display op.
Bijv. Met “SET=MANUAL1 ?” gekozen
SET=MANUAL1 ?: Kies deze instelling indien u uw
eigen geluidsfunctie zonder surroundelementen wilt vastleggen.
SET=MANUAL2 ?: Kies deze instelling indien u uw
eigen geluidsfunctie met surroundelementen wilt vastleggen.
2
Druk op SET.
3
Stel het equalizerpatroon in.
1) Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om het in te stellen frequentiebereik te kiezen (LOW, MIDDLE, HIGH).
2) Druk op = (+10) of + (10) om het niveau (–3 t/m +3) van het gekozen frequentiebereik in te stellen.
Bijv. Bij het instellen van het midden-frequentiebereik
3) Herhaal stappen 1) en 2) voor het instellen van de andere frequentiebereiken.
Nederlands
* Surroundelementen worden toegevoegd voor een
“aanwezigheidsgevoel”.
**Zie “Zelf samenstellen van geluidsfuncties—MANUAL
functies” hier rechts.
Voor het controleren van de huidige gekozen geluidsfunctie, drukt u éénmaal op SOUND terwijl de
SOUND indicator is opgelicht. De aanduiding van de huidige gekozen geluidsfunctie wordt nu op het hoofddisplay getoond.
4
Druk weer op SET (of wacht totdat de hierboven getoonde aanduiding dooft).
“MEMORY” wordt op het hoofddisplay getoond en het zojuist gemaakte equalizerpatroon wordt nu in het geheugen vastgelegd.
Gebruik van uw eigen geluidsfunctie
Zie “Kiezen van de geluidsfuncties” hier links.
– 16 –

Luisteren naar FM-en AM-uitzendingen (MG/LG)

In dit gedeelte (bladzijden 18 t/m 22) worden de in de hieronder getoonde afbeelding vergrote toetsen en regelaars gebruikt en tevens uitgelegd.
Afstandsbediening
123
STANDBY/ON
456
Nederlands
PTY
SELECT–
PTY
SEARCH
SELECT
FM/PLAY
MODE
123
456
789
AUTO PRESET
10 +10
PTY
+
SELECT–
A.P.off
BASS
SOUND
PTY
PTY
SEARCH
CLOCK /TIMER
FM/PLAY
MODE
MENU
PTY
SELECT
SLEEP
PITCH
VOLUME
TA/News/Info
+
DISPLAY
CANCEL
SET
ENTER
EON
RDS
DISPLAY
REPEAT
789
AUTO PRESET
10 +10
SET
EON
TA/News/Info
RDS
DISPLAY
Hoofdtoestel
U kunt de toetsen op het voorpaneel van het toestel niet gebruiken voor de RDS-functies. Gebruik uitsluitend de oranje gekleurde toetsen van de afstandsbediening.
OPEN/CLOSE
SOURCE
STANDBY/ON
SOURCE
COMPACT COMPONENT
DISC CD CDR
DIGITAL AUDIO
CDR
COMPACT
DIGITAL AUDIO
CDR SYSTEM
NX-CDR7
FINALIZE
REC PAUSE
FADE IN/OUT
REC MUTE
DIRECT REC
COMPACT
TEXT
R
3CD Changer System, Play & Exchange
VOLUME
3CD
Recordable
ReWriteble
CD3
CD2
CD1
PHONES
– 17 –
UNFINALIZE DISC
SLEEP
RDS EON
[
TA News Info
]
d
B
REC LEVEL
PITCH
UNFINALIZE DISC
UNFINALIZE DISC
SLEEP
RDS EON
[
TA News Info
]
d
B
REC LEVEL
PITCH
UNFINALIZE DISC
UNFINALIZE DISC
SLEEP
RDS EON
[
TA News Info
]
d
B
REC LEVEL
PITCH
UNFINALIZE DISC
Vervolg
Afstemmen op een zender
1
Druk herhaaldelijk op SOURCE totdat FM of AM (MG/LG) is gekozen.
Het toestel wordt automatisch ingeschakeld en er wordt op de laatst beluisterde zender afgestemd (FM of AM —MG/LG).
• Door iedere druk op de toets verandert de bron in de volgende volgorde:
FM AM LINE
2
Stem op een zender af. Met de afstandsbediening:
Houd ¡ / ¢ of 4 / 1 ingedrukt totdat de zenderfrequenties op het hoofddisplay beginnen te veranderen.
Met het toestel: Houd ¢ of 4 ingedrukt totdat de zenderfrequenties op het hoofddisplay beginnen te veranderen.
¡ / ¢ (¢): voor hogere frequenties.
4 / 1 (4): voor lagere frequenties.
Het toestel zoekt naar zenders en stopt zodra een zender met voldoende sterke signalen is gevonden.
• De STEREO indicator licht op het display op
wanneer op een stereo FM-zender is afgestemd.
Voor het stoppen van het zoeken, moet u weer op de in de hierboven beschreven stap 2 toets drukken.
Wanneer u kort en herhaaldelijk in stap 2 op de
De frequentie verandert stap-voor-stap.
toets drukt
Vastleggen van voorkeurzenders
U kunt maximaal 30 FM-zenders en 15 AM-zenders (MG/LG) automatisch of handmatig als voorkeurzenders in het geheugen vastleggen.
• U kunt de FM-ontvangstfunctie niet afzonderlijk voor iedere voorkeurzender vastleggen.
Er zijn soms in de fabriek reeds testfrequenties voor de tuner in het geheugen vastgelegd voor het controleren van de werking van de tuner. Dit is normaal en duidt niet op een defect. U kunt ook in dat geval zenders als voorkeurzenders in het geheugen vastleggen door de volgende stappen uit te voeren.
Automatisch vastleggen van voorkeurzenders —Automatisch vastleggen
U moet voorkeurzenders afzonderlijk voor de FM-goflband en AM-goflband vastleggen.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk herhaaldelijk op SOURCE totdat FM of AM (MG/LG) is gekozen.
2
Houd AUTO PRESET langer dan 4 seconden ingedrukt.
Het automatisch vastleggen start en de lokale zenders met sterke signalen worden opgezocht en automatisch in het geheugen vastgelegd. Na het automatisch vastleggen wordt op de zender afgestemd die onder voorkeurzendernummer 1 is vastgelegd.
3
Herhaal stappen 1 en 2 voor het vastleggen van zenders van de andere golfband—FM of AM (MG/LG).
STEREO
Nederlands
Veranderen van de FM-ontvangstfunctie
ALLEEN met de afstandsbediening:
Druk wanneer de stereo FM-uitzending moeilijk te ontvangen is of veel ruis heeft op FM/PLAY MODE zodat “MONO” op het hoofddisplay wordt getoond. De MONO indicator licht tevens op het display op en de ontvangst is nu mono maar verbeterd.
MONO
Voor het weer instellen van het stereo-effect, drukt u weer op FM/PLAY MODE zodat “AUTO” op het hoofddisplay wordt getoond. Met de stereofunctie geactiveerd, heeft u stereogeluid indien de uitzending stereo wordt uitgezonden.
Indien gewenste zenders niet automatisch kunnen worden vastgelegd
Zenders met zwakke signalen worden niet door de automatische functie vastgelegd. U moet dergelijke zenders handmatig met de op bladzijde 19 beschreven stappen vastleggen.
– 18 –
C
REC
TEXT
321
OVER
CD RW
REC
1CD
ALL SKIP
ON
TEXT
321
OVER
UNFINALIZE DISC
SLEEP
RDS EON
[
TA News Info
]
d
B
REC LEVEL
PITCH
UNFINALIZE DISC
UNFINALIZE DISC
SLEEP
RDS EON
[
TA News Info
]
d
B
REC LEVEL
PITCH
UNFINALIZE DISC
UNFINALIZE DISC
SLEEP
RDS EON
[
TA News Info
]
d
B
REC LEVEL
PITCH
UNFINALIZE DISC
Handmatig vastlegggen van voorkeurzenders —Handmatig vastleggen
ALLEEN met de afstandsbediening:
• De volgende stappen dienen binnen een bepaalde tijd te worden uitgevoerd. Indien de instelling wordt geannuleerd voordat u klaar bent, moet u weer opnieuw vanaf stap 2 beginnen.
1
Stem op de gewenste, vast te leggen zender af.
• Zie “Afstemmen op een zender” op bladzijde 18.
STEREO
2
Druk op SET.
Het voorkeurzendernummer verschijnt en begint te knipperen.
UNFINALIZE DISC
STEREO
PITCH
SLEEP
RDS EON [ TA Ne ws Info
]
REC LEVEL
Nederlands
3
Druk op de nummertoets om het voorkeurzendernummer te kiezen.
UNFINALIZE DISC
STEREO
PITCH
SLEEP
RDS EON [ TA Ne ws Info
Bijv. Met voorkeurzendernummer “8” gekozen
Bijv. Voor voorkeurzendernummer 5, druk op 5.
Voor voorkeurzendernummer 15, druk op +10 en dan op 5. Voor voorkeurzendernummer 20, druk op +10 en dan op 10. Voor voorkeurzendernummer 30, druk op +10, +10 en dan op 10.
4
Druk weer op SET.
“MEMORY” wordt op het hoofddisplay getoond en de zender waarop u in stap 1 heeft afgestemd wordt nu onder het in stap 3 gekozen voorkeurzendernummer vastgelegd.
• Door een nieuwe zender onder een reeds gebruikt voorkeurzendernummer vast te leggen, zal de eerst vastgelegde zender door de laatste zender worden vervangen.
Wanneer u de stekker uit het stopcontact trekt of na een stroomonderbreking
De voorkeurzenders worden na enkele dagen gewist. U moet in dat geval de zenders opnieuw vastleggen.
]
REC LEVEL
REC
d
B
REC
d
B
UNFINALIZE DISC
UNFINALIZE DISC
Afstemmen op een voorkeurzender
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk herhaaldelijk op SOURCE totdat FM of AM (MG/LG) is gekozen.
STEREO
Bijv. Met FM gekozen
2
Druk op de nummertoetsen om het voorkeurzendernummer te kiezen.
STEREO
Bijv. Met voorkeurzendernummer “8” gekozen
Bijv. Voor voorkeurzendernummer 5, druk op 5.
Voor voorkeurzendernummer 15, druk op +10
en dan op 5.
Voor voorkeurzendernummer 20, druk op +10
en dan op 10.
Voor voorkeurzendernummer 30, druk op +10,
+10 en dan op 10.
Ontvangst van FM-zenders met RDS
Met gebruik van RDS (Radio Data System) sturen FM-zenders extra signalen samen met de normale programmasignalen uit. De zenders leveren dan bijvoorbeeld de zendernaam en tevens informatie ov er het type programma dat ze uitzenden, bijvoorbeeld sport of muziek.
De RDS indicator licht op het display op wanneer u op een FM-zender heeft afgestemd die tevens RDS-signalen levert.
• Bepaalde FM-zenders zenden geen RDS-signalen uit. Met dit toestel kunt u de volgende typen RDS-signalen
ontvangen.
PS (Program Service—Stationsnaam):
Toont de algemeen bekende zendernamen.
PTY (Program Type—Programmatype):
Toont het programmatype dat wordt uitgezonden.
RT (Radio Text—Radiotekst):
Toont tekstmededelingen die door de zender wordt uitgezonden.
EON (Enhanced Other Networks):
Levert informatie over het soort programma dat wordt uitgezonden door andere RDS-zenders dan de huidige zender die wordt ontvangen.
• FM-zenders leveren mogelijk verschillende RDS-signalen.
Meer informatie over RDS
Controleer de lokale radiozenders voor details aangaande RDS in uw gebied.
• RDS werkt mogelijk niet goed indien de zender waarop is afgestemd de signalen niet juist uitstuurt of de signalen te zwak zijn.
– 19 –
CD RW
1CD
ALL SKIP
ON
TEXT
321
OVER
REC
TEXT
3
OVER
REC
OVER
Vervolg
Veranderen van RDS-informatie
U kunt de RDS-informatie op het hoofddisplay bekijken tijdens het beluisteren van een FM-zender.
ALLEEN met de afstandsbediening: Druk tijdens het beluisteren van een FM-zender op RDS DISPLAY.
• Door iedere druk op de toets verandert het display en wordt de volgende informatie getoond:
PS
(Stationsnaam)
PTY
(Programmatype)RT(Radiotekst)
Uitgeschakeld (Zenderfrequentie)
Indien geen signalen voor PS, PTY of RT door de zender worden uitgestuurd
“NO PS”, “NO PTY” of “NO RT” wordt op het hoofddisplay getoond.
Indien het even duurt eer de van de zender ontvangen RDS-informatie kan worden getoond
“WAIT PS”, “WAIT PTY” of “WAIT RT” kan dan mogelijk op het hoofddisplay verschijnen.
Zoeken van programma’s aan de hand van PTY-codes (PTY-zoeken)
Een van de voordelen van RDS is dat u gemakkelijk een bepaald soort programma kunt vinden door eenvoudigweg de overeenkomende PTY-code in te voeren.
• Alleen de voorkeurzenders worden met PTY-zoeken afgetast.
2
Druk op PTY SELECT + of – om een PTY-code te kiezen terwijl “PTY SELECT” nog op het hoofddisplay wordt getoond.
RDS
STEREO
• Door iedere druk op de toets verandert de PTY-code in de volgende volgorde (zie tevens de lijst op bladzijde 22):
News Affairs Info Sport Educate Drama Culture Science Varied Pop M Rock M Easy M Light M Classics Other M Weather Finance Children Social Religion Phone In Travel Leisure Jazz Country Nation M Oldies Folk M Document TEST Alarm! (terug naar het begin)
3
Druk weer op PTY SEARCH.
Tijdens het zoeken verschijnen de gekozen PTY-code en “SEARCH” afwisselend en herhaaldelijk op het hoofddisplay.
RDS
STEREO
ON
AUTO TRACK NORMAL HIGH SPEED
OVER
DIGITAL ANALOG
STEREO
BASSCDSOUND
A.P.off
PROGRAM RANDOM
DAIL Y
1CD
321
TEXT
RDS
ALL SKIP
Het toestel zoekt de 30 FM-voorkeurzenders af en stopt zodra een zender is gevonden die het gewenste programma uitzendt. Er wordt vervolgens op deze zender afgestemd.
Nederlands
CDR
CD-RW
Voor het opzoeken van een programma met gebruik van de PTY-codes, moet u de volgende stappen uitvoeren.
• De volgende stappen dienen binnen een bepaalde tijd te worden uitgevoerd. Indien de instelling wordt geannuleerd voordat u klaar bent, moet u weer opnieuw vanaf stap 1 beginnen.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk tijdens het luisteren naar een FM-zender op PTY SEARCH.
RDS
STEREO
ON
AUTO TRACK NORMAL HIGH SPEED
OVER
DIGITAL
ANALOG
CDR
CD-RW
BASSCDSOUND
A.P.off
PROGRAM RANDOM
DAIL Y
1CD
321
STEREO
TEXT
RDS
ALL SKIP
Verder zoeken nadat werd gestopt:
Druk weer op PTY SEARCH terwijl de aanduidingen op het hoofddisplay knipperen. “NOT FOUND” wordt op het hoofddisplay getoond en er wordt op de laatst beluisterde zender afgestemd indien geen zender met het gekozen programmatype werd gevonden.
Voortijdig stoppen van het zoeken:
Druk tijdens het zoeken op PTY SEARCH. Het toestel stemt op de laatst ontvangen zender af.
– 20 –
CD RW
1CD
ALL SKIP
ON
TEXT
321
OVER
CD-RW
1CD
ALL SKIP
ON
TEXT
321
Automatisch overschakelen naar een gewenst programma
Met deze EON-functie kunt u tijdelijk naar een ander gewenst radioprogramma (TA, News en/of Info) van een andere zender overschakelen, met uitzondering wanneer u op een zender heeft afgestemd die geen RDS gebruikt— bepaalde FM-zenders en AM-zenders (MG/LG).
• Deze functie werkt uitsluitend tijdens ontvangst van een RDS-zender die EON-data uitstuurt (en de RDS en EON indicators lichten tijdens ontvangst van een dergelijke zender op).
• Deze functie werkt uitsluitend voor de voorkeurzenders.
Voor het activeren van de EON-functie, moet u de volgende stappen uitvoeren:
• De volgende stappen dienen binnen een bepaalde tijd te worden uitgevoerd. Indien de instelling wordt geannuleerd voordat u klaar bent, moet u weer opnieuw
Nederlands
vanaf stap 1 beginnen.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk op EON tijdens het luisteren naar een FM-zender.
“EON ON” wordt op het hoofddisplay getoond en het laatst gekozen programmatype—[TA News Info]—licht op het display op.
ALL SKIP
]
ON
]
]
OVER
AUTO TRACK NORMAL HIGH SPEED
OVER
RDSEON [ TA
STEREO
2
Druk herhaaldelijk op TA/News/Info totdat het gewenste programmatype is gekozen.
• “EON SELECT” zal eerst op het hoofddisplay worden getoond en bij de tweede druk verandert het programmatype in de volgende volgorde:
RDSEON [ TA
STEREO
BASSCDSOUND
A.P.off
PROGRAM RANDOM
DAIL Y
1CD
RDSEON [ TA
News+Info
321
TEXT
STEREO
TA TA+News
News Info
TA+News+Info
TA: Verkeersinformatie in uw regio. News: Nieuws. Info: Programma’s die informatie en advies in de
breedste zin van het woord geven.
DIGITAL
CDR
ANALOG
CD-RW
TA+Info
Voor het annuleren van de EON-functie, drukt u weer op EON zodat de [TA News Info] indicator dooft. “EON OFF” zal even op het hoofddisplay worden getoond.
• Indien u de EON-functie annuleert tijdens ontvangst van een programma dat door de EON-functie is gekozen, zal het toestel weer op de hiervoor ingestelde zender afstemmen.
Werking van de EON-functie:
GEVAL 1 Indien er geen zender beschikbaar is die het door u
gekozen programma uitzendt
Het toestel blijft op de huidige zender afgestemd.
«
Wanneer een zender een door u gekozen programma start, zal het toestel automatisch op deze zender afstemmen. De indicator van de ontvangen PTY-code knippert.
«
Wanneer het programma eindigt, zal “EON END” op het hoofddisplay worden getoond en het toestel automatisch weer naar de hiervoor ingestelde zender terug schakelen. De EON-functie blijft echter ingeschakeld.
GEVAL 2 Indien er wel een zender beschikbaar is die het door
u gekozen programma uitzendt
Het toestel stemt op de zender af. De indicator van de ontvangen PTY-code knippert.
«
Wanneer het programma eindigt, zal “EON END” op het hoofddisplay worden getoond en het toestel automatisch weer naar de hiervoor ingestelde zender terug schakelen. De EON-functie blijft echter ingeschakeld.
GEVAL 3 Indien de FM-zender die u beluistert het door u
gekozen programma uitzendt
Het toestel blijft op deze zender afgestemd.
– 21 –
Alarm-functie
Indien een noodbericht “Alarm!” (emergency) signaal door een zender wordt uitgezonden tijdens het luisteren naar een RDS-zender die EON-data uitstuurt, zal het toestel automatisch overschakelen naar de zender die dit “Alarm!” signaal uitzendt.
Beschrijving van PTY-codes:
News: Nieuws. Affairs: Programma’s met een thema waarin dieper
op het nieuws wordt ingegaan—debat of analyse.
Info: Programma’s die in een brede zin meer
informatie en advies geven.
Sport: Programma’s over sport en
sportwedstrijden.
Educate: Educatieve programma’s. Drama: Radiohoorspelen en series. Culture: Programma’s over nationale of regionale
cultuur, met inbegrip van taal, theater, enz.
Science: Programma’s over natuurwetenschappen en
techniek.
Varied: Voornamelijk praat-programma’s,
bijvoorbeeld quizzen, spelletjes en interviews met beroemdheden.
Pop M: Commerciële, hedendaagse muziek. Rock M: Rockmuziek. Easy M: Huidige muziek die ookwel “easy
listening” wordt genoemd.
Light M: Lichte instrumentale muziek, zang of
koormuziek.
Classics: Uitvoeringen van orkesten, symfonieën,
kamermuziek, enz.
Other M: Muziek die niet bij een van de andere
categorieën hoort.
Weather: Weerberichten. Finance: Verslagen van de beurs, handel en
commercie, enz.
Meer informatie over de EON-functie
• EON-data van bepaalde zenders zijn mogelijk niet bruikbaar met dit toestel.
• Tijdens het luisteren naar een programma dat door de EON-functie is ingesteld, zal niet van zender worden veranderd, ook niet wanneer een andere zender in een ander netwerk een programma van hetzelfde type start uit te zenden.
• Indien afwisselend herhaaldelijk tussen de zender die met de EON-functie is gekozen en de huidige gekozen bron wordt geschakeld (“WAITING” knippert op het hoofddisplay), moet u de EON-functie annuleren door een druk op EON. Indien u niet op de toets drukt, zal uiteindelijk de huidige afgestemde zender worden ingesteld (“NOT FOUND” verschijnt nu) en de knipperende indicator van het programmatype op het display doven.
Children: Programma’s voor kinderen. Social: Programma’s ov er sociologie, gesc hiedenis,
geografie, psychologie en sociale vraagstukken.
Religion: Religieuze programma’s. Phone In: Luisteraars die hun mening via de telefoon
of forums duidelijk maken.
Travel: Reisinformatie. Leisure: Programma’s over recreatie en activiteiten. Jazz: Jazzmuziek. Country:
Programma’s met muziek van oorspr onkelijk het zuiden van Amerika.
Nation M: Huidige populaire, nationale of regionale
muziek in de taal van het land.
Oldies: Muziek uit de “golden age”, oftewel
“gouwe ouwe”.
Folk M: Muziek die uit een bepaalde cultuur komt. Document: Programma’s die dieper op gebeurtenissen
ingaan of bepaalde feiten verder onderzoeken.
TEST: Uitzendingen voor het testen van onder
andere noodberichten en waarschuwingen.
Alarm!: Waarschuwingen en noodberichten. None: Niet gespecificeerd.
De inhoud van programma’s met een bepaalde PTY-code kan met sommige FM-zenders afwijken van de hierboven gegeven beschrijving.
Nederlands
– 22 –

Weergave van discs met de 3CD-wisselaar

In dit gedeelte (bladzijden 24 t/m 28) worden de in de hieronder getoonde afbeelding vergrote toetsen en regelaars gebruikt en tevens uitgelegd.
Afstandsbediening
STANDBY/ON
123
456
789
10 +10
123
456
789
AUTO PRESET
10 +10
DISPLAY
CANCEL
SET
ENTER
DISPLAY
CANCEL
Nederlands
Hoofdtoestel
CD
DISC
FM/PLAY
MODE
STANDBY/ON
SOURCE
LINE REC SELECT
COMPACT COMPONENT
DISC CD CDR
COMPACT COMPONENT
DISC CD CDR
DIGITAL AUDIO
EON
MENU
PTY
SEARCH
CLOCK /TIMER
FM/PLAY
MODE
REC SPEED
CDR SYSTEM
CDR SYSTEM
PTY
SELECT
SLEEP
PITCH
VOLUME
REC MODE
FINALIZE
DIRECT REC FINALIZE
DIRECT REC
TA/News/Info
+
NX-CDR7
NX-CDR7
RDS
DISPLAY
REPEAT
REC START
CANCELSET
R
REC PAUSE
FADE IN/OUT
R
REC MUTE
REC PAUSE
FADE IN/OUT
REC MUTE
3CD Changer System, Play & Exchange
VOLUME
VOLUME
3CD
PITCH
REPEAT
OPEN/CLOSE
DIGITAL AUDIO
Recordable
ReWriteble
DIGITAL AUDIO
Recordable
ReWriteble
COMPACT
COMPACT
PHONES
CDR
CD3
CD2
CD1 CD3
CD2
CD1
CANCEL
CD3
CD2
CD1
PTY
SELECT–
A.P.off
BASS
SOUND
COMPACT
TEXT
Druk op OPEN/CLOSE om de klep omlaag (of omhoog) te schuiven.
– 23 –
Vervolg
De ingebouwde 3CD-wisselaar kan zowel afgeronde als niet-afgeronde CD-R’s/CR-RW’s afspelen. Bepaalde
niet-afgeronde discs kunnen echter vanwege de karakteristieken van de disc niet worden afgespeeld.
Plaatsen van discs
ALLEEN met het toestel:
1
Druk op een van de open/dicht-toetsen (0 CD1, 0 CD2 of 0 CD3) voor de disclade waarin u een CD
wilt plaatsen.
Het toestel wordt automatisch ingeschakeld en de gekozen disclade opent.
• Indien de klep nog open is, zal deze automatisch omhoog schuiven voordat de disclade opent.
2
Plaats een disc juist op het midden van de lade met de labelkant boven.
Weergave van alle discs —Doorlopende weergave
U kunt de discs achterelkaar afspelen.
1
Plaats discs in de 3CD-wisselaar.
2
Kies een disc en start de weergave. Met het toestel:
1 Druk herhaaldelijk op DISC om de gewenste disc
te kiezen.
2 Druk op CD 3 / 8. Met de afstandsbediening:
Druk op een van de discnummertoetsen (CD1, CD2 of CD3).
321
De gekozen disc wordt vanaf het eerste fragment weergegeven.
• Door op CD 3 / 8 te drukken zonder eerst een discnummer te kiezen, zal de huidige ingestelde CD worden afgespeeld.
Fragmentnummer
CD
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
d
B
Verstreken weergavetijdDiscnummer
Nederlands
Goed
• Bij gebruik van een “single” CD (8 cm) moet u deze in de binnenste cirkel van de disclade leggen.
3
Druk op dezelfde open/dicht-toets (0 CD1, 0 CD2 of 0 CD3) als de in stap 1 ingedrukte toets.
De disclade sluit nu.
Indien u meer dan één disc tegelijk wilt plaatsen
Druk op de open/dicht-toets (0 CD1, 0 CD2 of 0 CD3) voor de volgende disclade waarin u een disc wilt plaatsen. De eerst geopende disclade sluit automatisch en vervolgens opent de volgende disclade.
Fout
Voor het tijdelijk pauzeren van de weergave, drukt u op CD 3 / 8. Druk weer op CD 3 / 8 om de weergave voort te zetten.
Voor het stoppen van de weergave, drukt u op 7. Voor het verwijderen van de disc, drukt u op de
overeenkomende open/dicht-toets (0 CD1, 0 CD 2 of 0 CD3).
Volgorde van discweergave in de 3CD-wisselaar
Met 3 discs in de discladen geplaatst, zullen deze in de volgende volgorde worden afgespeeld:
• Wanneer u op CD 1 drukt: CD 1 ] CD 2 ] CD 3 (en stopt vervolgens)
• Wanneer u op CD 2 drukt: CD 2 ] CD 3 ] CD 1 (en stopt vervolgens)
• Wanneer u op CD 3 drukt: CD 3 ] CD 1 ] CD2 (en stopt vervolgens)
* Idien er geen disc in een van de discladen is geplaatst, zal de
3CD-wisselaar deze lege lade automatisch overslaan.
Indien de spelende disc een CD Text is
U kunt de op het hoofddisplay getoonde informatie veranderen. Zie “Tonen van de op een CD Text opgenomen tekstinformatie” op bladzijde 28.
– 24 –
Basisbediening voor discs
Wisselen van een disc tijdens weergave van een andere disc
ALLEEN met het toestel:
Druk op de open/dicht-toets (0 CD1, 0 CD2 of 0 CD3) om een disc die niet wordt weergegeven uit te werpen. Indien u tijdens weergave discs wisselt, zal de weergave pas stoppen nadat alle nieuw geplaatste discs zijn afgespeeld.
Starten van de weergave van een disc tijdens weergave van een andere disc
Met de afstandsbediening:
Druk op CD1, CD2 of CD3. De weergave van de gekozen disc start.
Met het toestel:
Druk herhaaldelijk op DISC. Door iedere druk op de toets wordt de volgende disc
Nederlands
gekozen en de weergave daarvan gestart.
Opzoeken van een bepaald punt in een fragment tijdens weergave
Met de afstandsbediening:
Houd ¡ / ¢ of 4 / 1 ingedrukt.
Met het toestel:
Houd ¢ of 4 ingedrukt.
¡ / ¢ (¢): V ersneld voorwaarts.
4 / 1 (4): V ersneld achterwaarts.
Verspringen naar een ander fragment
Met de afstandsbediening:
Druk herhaaldelijk op ¡ / ¢ of 4 / 1.
Met het toestel:
Druk herhaaldelijk op ¢ of 4.
¡ / ¢ (¢): Verspringen naar het begin van het volgende fragment of daarop volgende fragmenten.
4 / 1 (4): Verspringen naar het begin van het spelende fragment of voorgaande fragmenten.
Met de nummertoetsen direct naar een ander fragment gaan
ALLEEN met de afstandsbediening:
Door een druk op de nummertoets(en) kunt u direct de weergave van een bepaald fragment starten.
Bijv. Voor fra gmentnummer 5, druk op 5.
Voor fragmentnummer 15, druk op +10 en dan op 5. Voor fragmentnummer 20, druk op +10 en dan op 10. Voor fragmentnummer 32, druk op +10, +10, +10 en dan op 2.
Programmeren van fragmenten voor weergave in de gewenste volgorde —Geprogrammeerde weergave
U kunt fragmenten voor weergave in de gewenste volgorde programmeren. U kunt maximaal 32 fragmenten programmeren.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Plaats discs in de 3CD-wisselaar.
• Indien een andere bron dan de 3CD-wisselaar is ingesteld, drukt u eerst op CD 3 / 8 en dan op 7 voordat u naar de volgende stap gaat.
2
Druk herhaaldelijk op FM/PLAY MODE zodat “CD PROGRAM” op het hoofddisplay wordt getoond.
De PROGRAM indicator licht tevens op het display op.
CD
321
PROGRAM
• Door iedere druk op de toets verandert de weergavefunctie in de volgende volgorde:
Geprogrammeerde
weergave
(CD PROGRAM)
Doorlopende weergave
3
Druk op een van de discnummertoetsen (CD1, CD2 of CD3) om het voor weergave gewenste discnummer te kiezen.
Fragmentnummer
CD
321
Discnummer
Bijv. Met discnummer 1 gekozen
4
Druk op de nummertoetsen om een fragment van de
PROGRAM
in de hierboven gekozen disc te kiezen.
• Zie “Met de nummertoetsen direct naar een ander fragment gaan” hier links voor het gebruik van de nummertoetsen.
CD
321
PROGRAM
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
d
B
Willekeurige weergave
(CD RANDOM)
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
d
B
Programmastapnummer
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
d
B
– 25 –
Bijv. Met fragmentnummer 5 gekozen
Vervolg
5
Programmeer andere gewenste fragmenten.
• Herhaal stap 4 voor het programmeren van fragmenten van dezelfde disc.
• Herhaal stappen 3 en 4 voor het programmeren van fragmenten van een andere disc.
6
Druk op CD 3 / 8.
De fragmenten worden vervolgens in de door u geprogrammeerde volgorde afgespeeld. De geprogrammeerde weergave stopt nadat alle geprogrammeerde fragmenten zijn weergegeven (tenzij de herhaalde weergavefunctie is geactiveerd—zie bladzijde 27).
Voor het stoppen van de weergave, drukt u op 7.
Voor het uitschakelen van de geprogrammeerde weergavefunctie, voor of na de weergave, drukt u éénmaal
of tweemaal op FM/PLAY MODE zodat een andere weergavefunctie (Willekeurige weergave of Doorlopende weergave) voor het toestel wordt geactiveerd.
Controleren van de geprogrammeerde fragmenten
U kunt met de ¡ / ¢ of 4 / 1 toets van de afstandsbediening voordat de weergave start controleren welke fragmenten zijn geprogrammeerd.
¡ / ¢: Toont de geprogrammeerde fragmenten in de geprogrammeerde volgorde.
4 / 1: Toont de geprogrammeerde fragmenten in de tegengestelde volgorde.
Veranderen van de geprogrammeerde fragmenten
U kunt het laatste fragment van het programma voordat de weergave start annuleren door een druk op CANCEL. Door iedere druk op de toets wordt het laatste fragment van het programma gewist.
• Wanneer u een disc uitwerpt, zullen de fragmenten van
deze disc tevens uit het programma worden gewist.
• Alle geprogrammeerde fragmenten worden gewist
wanneer u het toestel uitschakelt.
Voor het toevoegen van fragmenten aan het programma voordat de weergave start, kiest u eenvoudigweg het
gewenste discnummer en de fragmentnummers die u wilt toevoegen.
“MEMORY FULL” wordt op het hoofddisplay getoond en programmeren is niet mogelijk.
U probeert waarschijnlijk een fragment van een lege disclade of een niet-bestaand fragmentnummer te programmeren (u kiest bijvoorbeeld fragmentnummer 14 van een disc waarop slechts 12 fragmenten zijn). Dergelijke stappen worden genegeerd.
Indien u probeert een 33ste stap te programmeren
Indien een nummer niet wordt geprogrammeerd
Weergave in een willekeurige volgorde —Willekeurige weergave
De fragmenten van alle geplaatste discs worden kris-kras door elkaar, in een willekeurige volgorde weergegeven.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Plaats discs in de 3CD-wisselaar.
• Indien een andere bron dan de 3CD-wisselaar is ingesteld, drukt u eerst op CD 3 / 8 en dan op 7 voordat u naar de volgende stap gaat.
2
Druk herhaaldelijk op FM/PLAY MODE zodat “CD RANDOM” op het hoofddisplay wordt getoond.
De RANDOM indicator licht tevens op het display op.
CD
321
• Door iedere druk op de toets verandert de weergavefunctie in de volgende volgorde:
Geprogrammeerde
weergave
(CD PROGRAM)
Doorlopende weergave
3
Druk op CD 3 / 8.
De fragmenten worden nu in een willekeurige volgorde weergegeven. De willekeurige weergave stopt nadat alle fragmenten éénmaal zijn afgespeeld (tenzij de herhaalde weergavefunctie is geactiveerd—zie bladzijde 27).
Voor het stoppen van de weergave, drukt u op 7.
• De willekeurige weergave wordt tevens gestopt wanneer u een disclade opent.
Voor het uitschakelen van de willekeurige weergavefunctie, voor of na de weergave, drukt u éénmaal
of tweemaal op FM/PLAY MODE zodat een andere weergavefunctie (Doorlopende weergave of Geprogrammeerde weergave) voor het toestel wordt geactiveerd.
• Door op CD1, CD2 of CD3 te drukken, zal de doorlopende weergave vanaf het eerste fragment van de gekozen disc starten.
• Door op een van de nummertoetsen te drukken, zal de doorlopende weergave vanaf het gekozen fragment van de huidige gekozen disc starten.
NORMAL
RANDOM
Willekeurige weergave
SPEED
REC LEVEL
d
B
(CD RANDOM)
Nederlands
– 26 –
C
321
Herhalen van fragmenten of discs —Herhaalde weergave
U kunt de weergave van alle discs, de geprogrammeerde fragmenten of het huidige spelende fragment zo vaak als u wilt herhalen.
• Indien een niet-afgeronde CD-R of CD-RW is geplaatst, zal deze disc worden overgeslagen en niet worden afgespeeld.
Andere handige functies
De volgende functies kunnen uitsluitend voor de 3CD-wisselaar worden gebruikt.
Kiezen van de doorlopende weergavefunctie voor de 3CD-wisselaar
Niet mogelijk indien de 3CD-wisselaar de huidige ingestelde bron is.
ALLEEN met de afstandsbediening: Druk tijdens of voor het starten van de weergave herhaaldelijk op REPEAT.
• Door iedere druk op de toets verandert de herhaalfunctie in de volgende volgorde en verschijnt de overeenkomende aanduiding op het hoofddisplay:
Nederlands
CD
CD
321
ALL
REPEAT CDALL
REPEAT OFF
(Canceled)
(Uitgeschakeld)
Bijv. Met “REPEAT CDALL” gekozen
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
REPEAT 1CD
REPEAT 1
• REPEAT CDALL: Alle fragmenten van alle discs of alle
geprogrammeerde fragmenten worden herhaald weergegeven (doorlopend of willekeurig).
• REPEAT 1CD*: Alle fragmenten van één disc worden
herhaald weergegeven.
• REPEAT 1: Slechts één fragment wordt herhaald
weergegeven.
• REPEAT OFF: De herhaalde weergave is
uitgeschakeld.
* REPEAT 1CD wordt niet voor geprogrammeerde weergave en
willekeurige weergave gebruikt.
ALLEEN met het toestel: 1 Druk op DISC tijdens het luisteren naar een andere
bron dan de 3CD-wisselaar.
• Door iedere druk op de toets verschijnen de volgende weergavefuncties op het hoofddisplay.
FINALIZE DISC
d
B
FINALIZE DISC
CD1 PLAY ? CD2 PLAY ?
CD3 PLAY ?
CD1 PLAY ?
: Kies voor het starten van de weergave van de disc
in de CD 1 lade.
CD2 PLAY ?
: Kies voor het starten van de weergave van de disc
in de CD 2 lade.
CD3 PLAY ?
: Kies voor het starten van de weergave van de disc
in de CD 3 lade.
2 Druk op CD 3 / 8 terwijl de gekozen
weergavefunctie nog op het hoofddisplay wordt getoond.
De 3CD-wisselaar wordt nu als weergavebron ingesteld en de doorlopende weergave start.
– 27 –
Tonen van de op een CD Text opgenomen tekstinformatie
Met een CD Text is er bepaalde informatie over de disc (bijvoorbeeld de disctitel, zanger, componist, uitvoerder, enz.—het in de hieronder getoonde afbeelding grijze gedeelte) opgenomen.
Indien de huidige gekozen disc in de 3CD-wisselaar een CD Text is, zal de TEXT indicator op het display oplichten en kunt u de tekstinformatie op het hoofddisplay tonen.
ALLEEN met de afstandsbediening: Druk herhaaldelijk op DISPLAY.
• Door iedere druk op de toets verschijnt achtereenvolgend de volgende informatie op het hoofddisplay:
CD
321
TEXT
DISC TITLE or TRACK TITLE* PERFORMER GENRE COMPOSERSONGWRITER ARRANGER
Clock time
* De disctitel verschijnt voordat de weergave is gestart en de
fragmentnamen verschijnen tijdens de weergave.
MESSAGE
(terug naar het begin)
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
d
B
2 Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 terwijl de huidige
instelling nog op het hoofddisplay wordt getoond.
De PITCH indicator licht op het display op wanneer een andere weergavesnelheid (pitch) dan “0” is ingesteld.
¡ / ¢: voor het verhogen van de weergavesnelheid (pitch) tot maximaal 12% sneller.
4 / 1: voor het verlagen van de weergavesnelheid (pitch) tot maximaal 12% langzamer.
• Door de toets ingedrukt te houden, wordt de pitch voortdurend veranderd totdat u de toets loslaat.
• U kunt de pitch tevens instellen door herhaaldelijk op de ¢ of 4 toets van het toestel te drukken.
Voor het weer instellen van de normale weergavesnelheid, kiest u “PITCH 0” zodat de PITCH
indicator dooft.
• Vergeet niet na het gebruik van deze functie weer de normale weergavesnelheid in te stellen; het geluid klinkt anders vreemd.
• De normale weergavesnelheid wordt tevens weer ingesteld wanneer u het toestel uitschakelt.
Tijdens CD-synchroonopname van de 3CD-wisselaar op de CD-recorder
De door u ingestelde weergavesnelheid (pitch) wordt automatisch tijdelijk geannuleerd. (De PITCH indicator dooft).
Nederlands
Indien er geen gegevens voor een bepaald onderdeel
Uitsluitend de opgenomen informatie kan worden getoond. “NO DATA” verschijnt indien er geen gegevens opgenomen zijn.
zijn opgenomen
Instellen van de weergavesnelheid
U kunt de weergavesnelheid voor een disc 12% verhogen of 12% verlagen tijdens weergave van een disc met de 3CD-wisselaar. Deze functie is bijvoorbeeld handig wanneer u zelf met de muziek mee wilt zingen. (Er kan echter geen microfoon worden gebruikt wanneer u uitsluitend dit toestel heeft. Dit toestel heeft namelijk geen microfoon-ingangsaansluiting).
• Er worden geen signalen via de 3CD DIGITAL OUT aansluiting op het achterpaneel uitgestuurd wanneer de weergavesnelheid is ingesteld (terwijl de PITCH indicator is opgelicht).
ALLEEN met de afstandsbediening: 1 Druk tijdens weergave op PITCH.
De huidige instelling verschijnt op het hoofddisplay— “PITCH 0” (geen effect) bij het verlaten van de fabriek.
CD
321
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
d
B
Voorkomen van het uitwerpen van een disc —Disc-vergrendeling
U kunt voorkomen dat discs uit de 3CD-wisselaar en de CD-recorder ongewenst worden uitgeworpen.
U kunt de klep niet verschuiven tijdens het gebruik van de discvergrendeling. De toetsen achter de klep kunnen dan derhalve niet worden gebruikt.
ALLEEN met het toestel: Voor het vergrendelen van discs, drukt u tijdens de
standbyfunctie op 7 terwijl u REC PAUSE ingedrukt houdt. “LOCKED” wordt even op het hoofddisplay getoond en de geplaatste discs (voor zowel de 3CD-wisselaar als de CD­recorder) kunnen niet zondermeer worden verwijderd en de klep is tevens vergrendeld.
FINALIZE DISC
Indien u probeert een vergrendelde disc uit te
“LOCKED” verschijnt en toont u dat de discvergrendeling is geactiveerd.
werpen of de klep te openen
Voor het annuleren van de vergrendeling en het verwijderen van een disc, drukt u tijdens de standbyfunctie
op 7 terwijl u REC PAUSE ingedrukt houdt. wordt nu even getoond en de geplaatste discs (voor zowel de 3CD-wisselaar als de CD-recorder) kunnen vervolgens worden verwijderd en de klep is tevens ontgrendeld.
FINALIZE DISC
“UNLOCKED”
– 28 –

Weergave van een disc met de CD-recorder

In dit gedeelte (bladzijde 30) worden de in de hieronder getoonde afbeelding vergrote toetsen en regelaars gebruikt en tevens uitgelegd.
Afstandsbediening
123
STANDBY/ON
456
MENU
PTY
SELECT
SLEEP
PITCH
VOLUME
TA/News/Info
+
DISPLAY
CANCEL
SET
ENTER
EON
RDS
DISPLAY
REPEAT
REPEAT
Nederlands
789
10 +10
123
456
789
AUTO PRESET
10 +10
PTY
PTY
SELECT–
SEARCH
CLOCK
A.P.off
/TIMER
FM/PLAY
MODE
BASS
SOUND
Hoofdtoestel
CDR
STANDBY/ON
SOURCE
COMPACT COMPONENT
DISC CD CDR
DIGITAL AUDIO
COMPACT
TEXT
CDR SYSTEM
FINALIZE
DIRECT REC
– 29 –
NX-CDR7
R
REC PAUSE
FADE IN/OUT
REC MUTE
3CD Changer System, Play & Exchange
VOLUME
3CD
OPEN/CLOSE
COMPACT
DIGITAL AUDIO
Recordable
ReWriteble
CD3
CD2
CD1
PHONES
CDR
CDR
FINALIZE
Vergeet niet dat Geprogrammeerde weergave en Willekeurige weergave niet kunnen worden gebruikt voor het afspelen van een disc met de CD-recorder.
Weergave van een disc —Normale weergave
De CD-recorder kan zowel afgeronde als niet-afgeronde discs afspelen.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk op 0 CDR.
Het toestel wordt automatisch ingeschakeld en de CDR-disclade opent.
• Indien de klep nog open is, zal deze automatisch omlaag schuiven voordat de CDR-disclade opent.
2
Plaats een disc op het midden van de lade met de labelkant boven.
Goed
• Bij gebruik van een “single” CD (8 cm) moet u deze in de binnenste cirkel van de disclade leggen.
3
Druk op CDR 3 / 8.
De CDR-disclade sluit en de weergave van de in de CD-recorder geplaatste disc start nu. De CDR-lampjes knipperen tevens.
• Indien u in deze stap nogmaals op 0 CDR drukt, zal de disclade sluiten maar de weergave niet starten.
Fragmentnummer
321
Verstreken weergavetijd
Bijv. Met een niet-afgeronde CD-RW geplaatst
Voor het sluiten van de CDR-disclade, drukt u nogmaals op 0 CDR.
Voor het tijdelijk pauzeren van de weergave, drukt u op CDR 3 / 8. Druk nogmaals op CDR 3 / 8 om de weerga ve voort te zetten.
Voor het stoppen van de weergave, drukt u op 7. Voor het verwijderen van de disc, drukt u op 0 CDR van
het toestel.
• Wanneer u probeert een niet-afgeronde CD-R of CD-RW te verwijderen, zal “FINALIZE ?” op het hoofddisplay knipperen. Indien u de disc niet wilt afronden, drukt u nogmaals op 0 CDR. Indien u de disc wel wilt afronden, drukt u op FINALIZE. (Zie tevens “Afronden van een disc —CD-R/CD-RW” op bladzijde 41).
Fout
CDR
CD-RW
UNFINALIZE DISC
– 30 –
Basisbediening voor discs
Opzoeken van een bepaald punt in een fragment tijdens weergave
Met de afstandsbediening:
Houd ¡ / ¢ of 4 / 1 ingedrukt.
Met het toestel:
Houd ¢ of 4 ingedrukt.
¡ / ¢ (¢): Versneld voorwaarts.
4 / 1 (4): Versneld achterwaarts.
Verspringen naar een ander fragment
Met de afstandsbediening:
Druk herhaaldelijk op ¡ / ¢ of 4 / 1.
Met het toestel:
Druk herhaaldelijk op ¢ of 4.
¡ / ¢ (¢):
4 / 1 (4):
Verspringen naar het begin van het volgende fragment of daarop volgende fragmenten. Verspringen naar het begin van het spelende fragment of voorgaande fragmenten.
Met de nummertoetsen direct naar een ander fragment gaan
ALLEEN met de afstandsbediening:
Door een druk op de nummertoets(en) kunt u direct de weergave van een bepaald fragment starten.
Bijv. Voor fragmentnummer 5, druk op 5.
Voor fragmentnummer 15, druk op +10 en dan op 5. Voor fragmentnummer 20, druk op +10 en dan op 10. Voor fragmentnummer 32, druk op +10, +10, +10 en dan op 2.
Herhalen van fragmenten —Herhaalde weergave
U kunt de weergave van een afzonderlijk fragment of alle fragmenten van de disc herhalen.
ALLEEN met de afstandsbediening: Druk tijdens of voor het starten van de weergave herhaaldelijk op REPEAT.
• Door iedere druk op de toets verandert de herhaalfunctie in de volgende volgorde en verschijnt de overeenkomende aanduiding op het hoofddisplay:
CDR
321
REPEAT 1CD
Bijv. Met “REPEAT 1CD” gekozen
• REPEAT 1CD: Alle fragmenten worden herhaald
• REPEAT 1: Slechts één fragment wordt herhaald
• REPEAT OFF:
1CD
REPEAT 1
REPEAT OFF
(Canceled)
(Uitgaeschakeld)
weergegeven.
weergegeven. De herhaalde weergave is uitgeschakeld.
CD-RW
UNFINALIZE DISC
Nederlands

Opname met een CD-R/CD-RW

In dit gedeelte (bladzijden 32 t/m 41) worden de in de hieronder getoonde afbeelding vergrote toetsen en regelaars gebruikt en tevens uitgelegd.
Voor opname worden voornamelijk de toetsen en regelaars op het toestel gebruikt.
Hoofdtoestel
SOURCE
CANCELSETREC MODE
REC START
STANDBY/ON
SOURCE
OPEN/CLOSE
REC LEVEL
OPEN/CLOSE
CDR
CDR
REC PAUSE
Nederlands
Afstandsbediening
REC START
CANCELSET
REC MODE
REC SPEED
LINE REC SELECT
LINE REC SELECT REC SPEED
CD
CDR FINALIZEDISC
COMPACT COMPONENT
DISC CD CDR
COMPACT COMPONENT
DISC CD CDR
DIGITAL AUDIO
CDR SYSTEM
NX-CDR7
R
FINALIZE
REC PAUSE
DIRECT REC
FINALIZE
DIRECT REC
NX-CDR7
FADE IN/OUT
R
REC MUTE
REC PAUSE
FADE IN/OUT
REC MUTE
3CD Changer System, Play & Exchange
CDR SYSTEM
COMPACT
TEXT
DIRECT REC
Druk op OPEN/CLOSE om de klep omlaag (of omhoog) te schuiven.
STANDBY/ON
123
456
789
AUTO PRESET
10 +10
DISPLAY
CANCEL
SET
ENTER
DISPLAY
SET
ENTER
VOLUME
VOLUME
3CD
VOLUME
DIGITAL AUDIO
Recordable
ReWriteble
DIGITAL AUDIO
Recordable
ReWriteble
COMPACT
PHONES
COMPACT
CD3
CD2
CD1 CD3
CD2
CD1
FADE IN/OUT
REC MUTE
CD3
CD2
CD1
PTY
SELECT–
A.P.off
BASS
SOUND
– 31 –
PTY
SEARCH
CLOCK /TIMER
FM/PLAY
MODE
MENU
PTY
SELECT
SLEEP
PITCH
VOLUME
TA/News/Info
+
EON
RDS
DISPLAY
REPEAT
Vervolg
Alvorens een opname te starten
• Bij opname op een reeds gedeeltelijk, niet-afgeronde CD-R of CD-RW, wordt de reeds gemaakte opname niet gewist of overschreven. De nieuwe opname start namelijk na het eind van het laatste op de disc opgenomen fragment. Uitsluitend voor CD-RW: Indien u vanaf het begin op een dergelijke CD-RW wilt opnemen, moet u eerst de reeds gemaakte opname wissen (zie “Wissen van alle fragmenten (uitsluitend voor CD-RW)” op bladzijde 46). (Een reeds gemaakte opname op een CD-R kan niet worden gewist).
• Indien tijdens een opname het geheugen van een CD-R of CD-RW vol raakt, zal de opname automatisch stoppen.
Regelaar voor optimaal vermogen (OPC)
Deze CD-recorder controleert na het plaatsen van een CD-R of CD-RW automatisch de conditie van de disc en stelt voordat de opname start in overeenstemming, tevens automatisch, het niveau van het laservermogen in voor een optimale opname op de disc.
Tijdens de werking van OPC (ongeveer 10 seconden) knippert “UPDATE OPC” op het hoofddisplay (en licht de REC indicator tevens op het display op).
Indien “OPC ERROR” op het hoofddisplay wordt
De geplaatste disc kan niet voor opname worden gebruikt.
getoond
Converter voor bemonsteringsfrequentie-waarde
Dankzij de in de CD-recorder ingebouwde converter voor de bemonsteringsfrequentie-waarde kunt u een digitale bron met een bemonsteringsfrequentie (fs) van 32 kHz, 44,1 kHz of 48 kHz opnemen.
• U moet de ingebouwde converter voor de bemonsteringsfrequentie-waarde uitschakelen indien u dts* CD of HDCD IN aansluiting kunt opnemen.
Voor het uitschakelen van de converter voor de bemonsteringsfrequentie-waarde, zie “In- en
uitschakelen van de converter voor de bemonsteringsfrequentie-waarde” op bladzijde 44.
* dts is een handelsmerk van Digital Theater Systems, Inc. **HDCD® is een geregistreerd handelsmerk van Pacific
Microsonic, Inc.
®
** signalen via de LINE DIGITAL
Automatisch fragmentinterval
U kunt deze functie gebruiken bij opname van de 3CD-wisselaar op de CD-recorder. Met deze functie geactiveerd, zal de CD-recorder automatisch een blanco interval van 2-seconden bij het begin van ieder fragment op de opgenomen disc aanbrengen.
Voor het gebruik van deze functie voor uw opname,
zie “Automatisch scheiden van opgenomen fragmenten—Automatisch fragmentinterval” op bladzijde 44.
Automatische fragmentmarkering
Bij het inschakelen van het toestel is altijd de functie voor automatische fragmentmarkering geactiveerd. (De AUTO TRACK indicator licht op het display).
Met de automatische fragmentmarkering geactiveerd
Bij opname van de 3CD-wisselaar:
Fragmentmarkeringen worden automatisch gemaakt op de punten waar van fragment wordt veranderd.
Bij opname van een analoge bron—FM, AM en
een extern component dat met de LINE IN aansluitingen is verbonden:
Er wordt geen fragmentmarkering op de disc gemaakt. Dit betekent dat bij weergave van de opgenomen disc, de CD-speler de hele opname als één fragment beschouwt. Indien er echter een blanco onderbreking van 3 seconden of langer is, zal de CD-recorder dit blanco als een scheiding tussen 2 fragmenten zien en derhalve een fragmentmarkering maken.
Bij opname via de LINE DIGITAL IN aansluiting:
– Indien de weergavebron WEL
fragmentmarkeringen heeft, zullen deze fragmentmarkeringen automatisch worden opgenomen bij de punten waar van fragment wordt veranderd.
– Indien de weergavebron GEEN
fragmentmarkeringen heeft, zal dit toestel op dezelfde wijze als bij opname van een analoge bron werken.
Voor het uitschakelen van de automatische fragmentmarkering en het handmatig markeren van fragmenten, zie “Handmatig markeren van
fragmenten—Handmatige fragmentmarkering” op bladzijde 43.
Nederlands
– 32 –
Beschikbare opnamefuncties—REC MODE
De CD-recorder heeft diverse opnamemethoden—die we “Opnamefuncties” noemen. De beschikbare opnamefuncties verschillen in overeenstemming met de op te nemen weergavebron en de status van de weergave.
Door na het maken van alle voorbereidingen voor opname op REC MODE te drukken, kunt u een van de volgende opnamefuncties voor opname kiezen.
7 Indien de op te nemen bron de 3CD-wisselaar is
CD-synchroonopname:
• Directe opname van een CD (met of zonder afronden)—Zie bladzijde 36.
• Opname van het eerste fragment—Zie bladzijde 38.
• Tijdens weergave monteren voor opname (met of zonder afronden)—Zie bladzijde 39.
Nederlands
Tijdens weergave kunt u uitsluitend de opnamefunctie voor een enkel fragment gebruiken—Zie bladzijde 41.
7 Indien de op te nemen bron het externe
component is
• Geluid-synchroonopname—Zie bladzijde 40.
De CD-synchroonopname en geluid­synchroonopname worden automatisch geannuleerd wanneer de opname wordt gestopt of afgelopen is.
Digitale opname of analoge opname?
De CD-recorder kiest automatisch de juiste opnamemethode— digitaal of analoog—tijdens CD-synchroonopname. Indien een digitale bron voor opname is gekozen, zal de opname digitaal worden gemaakt, tenzij de bron een digitaal kopie van de eerste-generatie is (zie “SCMS (Serial Copy Management System)” op bladzijde 54). In dat geval zal de CD-recorder de opname analoog maken.
Opname met hoge snelheid
Bij gebruik van bepaalde hier links beschreven opnamefuncties kunt u met dit toestel de opnamesnelheid kiezen—normale snelheid en hoge snelheid. Met een CD-R betekent de hoge snelheid 4 keer de normale snelheid en met een CD-RW 2 keer de normale snelheid.
Bij opname met hoge snelheid kunt u de weergavebron niet beluisteren.
Tijdens opname met hoge snelheid
U kunt geen bron beluisteren en het volumeniveau kan derhalve ook niet worden ingesteld. (“CANNOT LISTEN” knippert op het hoofddisplay wanneer u probeert geluid te beluisteren).
Afronden (“Finalize”)
Dit is het laatste proces bij opname op een CD-R of CD-RW. Bij het “afronden van een disc”, wordt de TOC (Table of Contents, oftewel Inhoudsopgave) op de opgenomen disc geschreven. Uitsluitend nadat de disc is afgerond, kan de CD-R of CD-RW worden afgespeeld met een CD-speler die voor CD-R/CD-RW geschikt is.
• Het wordt tevens aanbevolen een disc af te ronden voor weergave met de 3CD-wisselaar.
Voor het afronden van een disc, zie “Afronden van een disc—CD-R/CD-RW” op bladzijde 41.
• De herhaalde weergave wordt automatisch uitgeschakeld.
Tijdens CD-synchroonopname
• De automatische fragmentmarkering wordt automatisch geactiveerd.
Overige opnamemethoden
U kunt tevens de REC PAUSE toets gebruiken voor het maken van een opname. Zie “Opname van een geluidsbron —Standaardopname” op bladzijde 34.
– 33 –
Vervolg
Opname van een geluidsbron —Standaardopname
De volgende opnamemethode kan voor iedere op te nemen bron worden gebruikt.
ALLEEN met het toestel:
1
Kies de op te nemen bron.
Bij opname van de 3CD-wisselaar:
– Druk op CD 3 / 8 en vervolgens op 7. Druk
herhaaldelijk op DISC om een disc te kiezen en druk dan op 7. U kunt tevens de afstandsbediening gebruiken. Druk in dat geval op CD1, CD2 of CD3 om een disc te kiezen en daarna op 7.
– Druk op FM/PLAY MODE van de
afstandsbediening om doorlopende weergave te kiezen indien geprogrammeerde weergave of willekeurige weergave als de huidige weergavefunctie is ingesteld.
Bij opname van een FM-uitzending of AM-uitzending (MG/LG):
Druk herhaaldelijk op SOURCE om FM of AM (MG/LG) te kiezen en stem vervolgens op de gewenste zender af.
Bij opname van een extern component:
1 Druk herhaaldelijk op SOURCE om “LINE”
te kiezen.
2 Druk herhaaldelijk op LINE REC SELECT (achter
de klep) om “ANALOG IN” of “DIGITAL IN” te kiezen.
ANALOG IN: Voor opname via de LINE IN
aansluitingen (analoog-naar­digitaal opname).
DIGITAL IN: Voor opname via de LINE
DIGITAL IN aansluiting (digitaal­naar-digitaal opname).
2
Plaats een voor opname geschikte CD-R of CD-RW in de CDR-disclade.
3
Druk op REC PAUSE zodat de CD-recorder in de opnamepauzefunctie wordt geschakeld.
De REC indicator begint op het display te knipperen en de CDR-lampjes knipperen tevens.
• “UPDATE OPC” knippert op het hoofddisplay indien OPC (zie bladzijde 32) werkt.
De gekozen opnamemethode—digitaal of analoog—wordt hier getoond.
AUTO TRACK
ANALOG
321
STEREO
Bijv. Bij opname van een FM-uitzending
OVER
REC LEVEL
REC
d
B
CD-RW
UNFINALIZE DISC
4
Stel indien nodig het opnameniveau in.
Zie “Instellen van het opnameniveau” op bladzijde 35.
5
Druk op CDR 3 / 8.
De opname start.
AUTO TRACK
ANALOG
321
STEREO
6
Bij opname van de 3CD-wisselaar:
OVER
REC LEVEL
REC
d
B
CD-RW
UNFINALIZE DISC
Druk op CD 3 / 8.
• De opname stopt zodra een gekozen disc is opgenomen.
Bij opname van een extern component: Start de weergave.
• Zie de bij het component geleverde gebruiksaanwijzing voor details.
Voor het tijdelijk pauzeren van de opname, drukt u nogmaals op REC PAUSE (of CDR 3 / 8). Druk weer op CDR 3 / 8 om de opname voort te zetten. (Er wordt een fragmentmarkering gemaakt wanneer u de opname hervat).
Voor het stoppen van de opname, drukt u op 7.
• Bij opname van de 3CD-wisselaar zullen zowel de 3CD-wisselaar als de CD-recorder stoppen.
Voor het verwijderen van een opgenomen disc, drukt u op 0 CDR. “FINALIZE ?” knippert even op het hoofddisplay.
• Druk op FINALIZE indien u de disc wilt afronden. Vergeet niet dat u op een eenmaal afgeronde CD-R later geen extra opname kunt maken. (Zie “Afronden van een disc—CD-R/CD-RW” op bladzijde 41 voor details).
• Druk weer op 0 CDR indien u de disc niet wilt afronden.
Inregelen (fade-in) en uitregelen (fade-out) van de opname
U kunt opname starten met een fade-in en stoppen met een fade-out—ongeveer 5 seconden—indien u de standaardopnamefunctie gebruikt.
Voor het starten met een fade-in, drukt u in stap 5 van Standaardopname (met andere woorden wanneer de CD-recorder in de opnamepauzefunctie is) op FADE IN/OUT van het toestel.
Voor het pauzeren met een fade-out, drukt u op FADE IN/OUT (in plaats van de 7 toets) wanneer u de opname wilt pauzeren. Voor het stoppen van de opname, drukt u op 7.
Nederlands
– 34 –
Instellen van het opnameniveau
U kunt het opnameniveau als gewenst instellen. Nadat u de instelling eenmaal heeft gemaakt, zal deze
automatisch worden opgeroepen wanneer u een andere bron, met welke opnamemethode dan ook, met de CD-recorder opneemt (met uitzondering van opname met hoge snelheid).
Tijdens het instellen van het opnameniveau verandert tevens het geluid dat via de luidsprekers of hoofdtelefoon wordt weergegeven zodat u het verschil kunt horen.
ALLEEN met het toestel: 1 Druk op REC LEVEL (achter de klep) terwijl de
CD-recorder in de opnamepauzefunctie is geschakeld.
De VOLUME regelaar (en VOLUME +/– van de afstandsbediening) werkt nu voor het instellen van het opnameniveau.
CD
Nederlands
321
2 Verdraai de VOLUME regelaar terwijl u het geluid
beluistert.
• Stel het opnameniveau zodanig in dat de OVER indicator nooit oplicht.
Het opnameniveau wordt hier getoond
CD
321
• U kunt het opnameniveau vanaf +12 dB t/m –12 dB met stappen van 2 dB instellen. Stel normaliter op 0 dB (basisinstelling bij het verlaten van de fabriek).
3 Druk nogmaals op REC LEVEL nadat het
opnameniveau juist is ingesteld.
De VOLUME regelaar (en VOLUME +/– van de afstandsbediening) werkt nu als normaal voor het instellen van het volume.
4 Druk op 7 om de opnamepauzefunctie te annuleren.
• Indien u op CDR 3 / 8 drukt, zal de standaardopname (zie bladzijde 34) starten.
Indien u de stekker uit het stopcontact trekt of bij
De gemaakte instelling voor het opnameniveau wordt na een paar dagen gewist. U moet in dat geval het opnameniveau weer opnieuw instellen.
een stroomonderbreking
AUTO TRACK
REC LEVEL
AUTO TRACK
REC LEVEL
ANALOG
REC
d
B
ANALOG
REC
d
B
CDR
CD-RW
UNFINALIZE DISC
CDR
CD-RW
UNFINALIZE DISC
Aanbrengen van een stil gedeelte in de opname
U kunt een blanco, stilte van 4-seconden, tijdens een standaardopname aanbrengen. Dit is handig wanneer u bijvoorbeeld fragmenten van verschillende discs opneemt.
• Deze functie kan voor zowel digitale als analoge opname worden gebruikt.
Voor het aanbrengen van een stil gedeelte in de opname,
drukt op het gewenste moment op REC MUTE van het toestel. De opname wordt gepauzeerd nadat een stilte van 4-seconden is aangebracht. (U kunt tevens een langer stil gedeelte aanbrengen door de toets zo lang als gewenst ingedrukt te houden). Druk op CDR 3 / 8 om de opname te hervatten. (Er wordt een fragmentmarkering gemaakt wanneer u de opname hervat).
Veranderen van display-informatie tijdens opname
U kunt van informatie die op het hoofddisplay wordt getoond veranderen.
• Zie “Veranderen van display-informatie” op bladzijde 15 voor het veranderen van informatie tijdens weergave.
ALLEEN met de afstandsbediening: Druk herhaaldelijk op DISPLAY.
• Door iedere druk op de toets verandert de informatie op het hoofddisplay in de volgende volgorde:
Met de 3CD-wisselaar als bron:
• Tijdens standaardopname
Resterende tijd van het
spelende fragment
Aanduiding van
weergavebron
Klok
• Tijdens CD-synchroonopname (zie bladzijde 36)
Resterende tijd van het
spelende fragment
Klok
*
(zie hieronder)
* Indien de huidige weergavebron een CD Text is, zal de
tekstinformatie van de CD worden getoond. Zie “Tonen van de op een CD Text opgenomen tekstinformatie” op bladzijde 28.
Met een andere bron dan de 3CD-wisselaar:
Resterende tijd van
de CD-R/CD-RW
Klok
Resterende tijd van
&
de CD-R/CD-RW CD-
fragment
& CDR-
fragment
*
(zie hieronder)
&
Resterende tijd van
de CD-R/CD-RW
CD-
fragment
& CDR-
fragment
Aanduiding van
weegavebron
CDR-fragmentnummer Aanduiding van
weegavebron
nummer
nummer
nummer
nummer
– 35 –
Vervolg
Opname van de 3CD-wisselaar —CD-synchroonopname
Er zijn drie methoden om een disc in de 3CD-wisselaar met de CD-recorder op te nemen. Met gebruik van deze synchroonopname-functies kunt u de weergave en opname tegelijk starten.
Directe opname van een CD—Voor opname van een
disc in de 3CD-wisselaar (of de geprogrammeerde fragmenten)—met of zonder afronden (zie bladzijde 33).
Opname van het eerste fragment—Voor opname van
uitsluitend het eerste fragment van iedere in de 3CD-wisselaar geplaatste disc.
Tijdens weergave monteren voor opname—Voor
opname van uitsluitend de door u gekozen fragmenten tijdens weergave van discs in de 3CD-wisselaar—met of zonder afronden (zie bladzijde 33).
Stel indien nodig het opnameniveau in voorda t u een opname met een van de hierboven beschreven methoden start. Zie “Instellen van het opnameniveau” op bladzijde 35.
Directe opname van een CD
Met de directe opname van een CD kunt u gemakkelijk een disc van de 3CD-wisselaar op een CD-R of CD-RW in de CD-recorder opnemen.
Gebruik van de DIRECT REC toets
ALLEEN met het toestel:
1
Plaats discs in de 3CD-wisselaar.
• Indien een andere bron dan de 3CD-wisselaar is ingesteld, moet u op CD 3 / 8 drukken en vervolgens op 7. Voor het kiezen van een disc drukt u herhaaldelijk op DISC en dan op 7. U kunt ook de afstandsbediening gebruiken. Druk in dat geval op CD1, CD2 of CD3 en vervolgens op 7.
U kunt indien gewenst fragmenten voor opname programmeren (zie bladzijde 25). (Willekeurige weergave kan echter niet worden gekozen).
2
Plaats een voor opname geschikte CD-R of CD-RW in de CDR-disclade.
3
Druk indien nodig op REC SPEED (achter de klep).
• Door iedere druk op de toets wordt afwisselend de normale snelheid en hoge snelheid* voor opname ingesteld.
AUTO TRACK NORMAL
SPEED
REC LEVEL
d
B
CD-RW
UNFINALIZE DISC
* Met een CD-R betekent de hoge snelheid 4 keer de normale
snelheid; met een CD-RW 2 keer de normale snelheid. Met de hoge snelheid gekozen, wordt het opnameniveau tijdelijk naar “0” teruggesteld en heeft het geen effect op de opname.
AUTO TRACK
HIGH SPEED
REC LEVEL
d
B
CD-RW
UNFINALIZE DISC
– 36 –
4
Druk op DIRECT REC.
CD
321
AUTO TRACK
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
REC
d
B
CD-RW
UNFINALIZE DISC
• Tijdens de werking van OPC (zie bladzijde 32) knippert “UPDATE OPC” op het hoofddisplay en start daarna de opname.
AUTO TRACK
CD
321
Resterende tijd van het spelende fragment
DIGITAL
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
CD-RW
REC
UNFINALIZE DISC
Resterende tijd van de CD-R/CD-RW
De opname stopt zodra een gekozen disc (of een programma) is opgenomen.
• Zowel de 3CD-wisselaar als de CD-recorder stoppen automatisch.
Voor het controleren van de opnamegegevens, zie “Veranderen van display-informatie tijdens opname” op bladzijde 35.
Voor het stoppen van de opname, drukt u op 7. “STOP DUBBING” knippert even op het display.
• Zowel de 3CD-wisselaar als de CD-recorder stoppen automatisch.
Voor het verwijderen van een opgenomen disc, drukt u op 0 CDR. “FINALIZE ?” knippert even op het hoofddisplay.
• Druk op FINALIZE indien u de disc wilt afronden. Vergeet niet dat u op een eenmaal afgeronde CD-R later geen extra opname kunt maken. (Zie “Afronden van een disc—CD-R/CD-RW” op bladzijde 41 voor details).
• Druk weer op 0 CDR indien u de disc niet wilt afronden.
Indien “SHORT REM. OK ?” wordt getoond
Er is niet voldoende resterende tijd op de voor opname geplaatste disc. Verwijder de disc of druk nogmaals op DIRECT REC om de opname toch te starten (in dat geval zal slechts een gedeelte van de disc worden opgenomen).
De opname zal tevens starten indien een voor opname geschikte disc in de CDR-disclade is geplaatst. De opname zal in dit geval echter pas stoppen wanneer u op 7 drukt.
De herhaalde weergave wordt automatisch uitgeschakeld.
wanneer u op DIRECT REC drukt
Indien u op DIRECT REC drukt terwijl u een andere bron dan de 3CD-wisselaar (en CD-recorder) beluistert
Tijdens directe opname van een CD
Nederlands
Gebruik van de REC MODE toets
ALLEEN met het toestel:
1
Plaats discs in de 3CD-wisselaar.
• Indien een andere bron dan de 3CD-wisselaar is ingesteld, moet u op CD 3 / 8 drukken en vervolgens op 7. Voor het kiezen van een disc drukt u herhaaldelijk op DISC en dan op 7. U kunt ook de afstandsbediening gebruiken. Druk in dat geval op CD1, CD2 of CD3 en vervolgens op 7.
U kunt indien gewenst fragmenten voor opname programmeren (zie bladzijde 25). (Willekeurige weergave kan echter niet worden gekozen).
2
Plaats een voor opname geschikte CD-R of CD-RW in de CDR-disclade.
3
Druk indien nodig op REC SPEED (achter de klep).
Nederlands
• Door iedere druk op de toets wordt afwisselend de normale snelheid en hoge snelheid* voor opname ingesteld.
AUTO TRACK
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
d
B
CD-RW
UNFINALIZE DISC
* Met een CD-R betekent de hoge snelheid 4 keer de normale
snelheid; met een CD-RW 2 keer de normale snelheid. Met de hoge snelheid gekozen, wordt het opnameniveau tijdelijk naar “0” teruggesteld en heeft het geen effect op de opname.
4
Druk op REC MODE (achter de klep) om “CD REC?” of “CD REC & FINALIZE ?” te kiezen.
• Door iedere druk op de toets verandert de opnamefunctie in de volgende volgorde:
CD
321
CD REC?
CD REC & FINALIZE? Uitgeschakeld
=
1st Tr. REC?
=
=
(terug naar het begin)
AUTO TRACK
HIGH SPEED
REC LEVEL
AUTO TRACK
NORMAL
REC LEVEL
=
SET=LISTENING?
SET=LISTENING & FINALIZE?
SPEED
d
B
d
B
CD-RW
UNFINALIZE DISC
CDR
CD-RW
UNFINALIZE DISC
=
=
5
Druk op REC START (achter de klep).
CD
321
AUTO TRACK NORMAL
SPEED
REC LEVEL
REC
d
B
CD-RW
UNFINALIZE DISC
• Tijdens de werking van OPC (zie bladzijde 32) knippert “UPDATE OPC” op het hoofddisplay en start daarna de opname.
AUTO TRACK
CD
321
Resterende tijd van het spelende fragment
DIGITAL
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
CD-RW
REC
UNFINALIZE DISC
Resterende tijd van de CD-R/CD-RW
De opname stopt zodra een gekozen disc (of een programma) is opgenomen.
• Zowel de 3CD-wisselaar als de CD-recorder stoppen automatisch.
Voor het controleren van de opnamegegevens, zie “Veranderen van display-informatie tijdens opname” op bladzijde 35.
Voor het stoppen van de opname, drukt u op 7. “STOP DUBBING” knippert even op het display. (In dit geval zal de disc niet worden afgerond, ookal heeft u in stap 4 “CD REC & FINALIZE ?” gekozen).
• Zowel de 3CD-wisselaar als de CD-recorder stoppen automatisch.
Voor het verwijderen van een opgenomen disc, drukt u op 0 CDR. “FINALIZE ?” knippert even op het hoofddisplay indien u in stap 4 “CD REC?” heeft gekozen.
• Druk op FINALIZE indien u de disc wilt afronden. Vergeet niet dat u op een eenmaal afgeronde CD-R later geen extra opname kunt maken. (Zie “Afronden van een disc—CD-R/CD-RW” op bladzijde 41 voor details).
• Druk weer op 0 CDR indien u de disc niet wilt afronden.
CD REC ?: Kies deze functie voor een directe
CD-opname.
CD REC & FINALIZE ?: Kies deze functie
wanneer u de disc automatisch na opname wilt afronden.
Indien “SHORT REM. OK ?” wordt getoond wanneer u op REC START drukt
Er is niet voldoende resterende tijd op de voor opname geplaatste disc. Verwijder de disc of druk nogmaals op REC START om de opname toch te starten (in dat geval zal slechts een gedeelte van de disc worden opgenomen).
Tijdens directe opname van een CD
De herhaalde weergave wordt automatisch uitgeschakeld.
– 37 –
Vervolg
Opname van het eerste fragment
Met de opnamefunctie voor het eerste fragment kunt u op eenvoudige wijze slechts het eerste fragment van iedere in de 3CD-wisselaar geplaatste disc opnemen. U kunt zo bijvoorbeeld een disc samenstellen van al uw favoriete CD’s.
Gebruik van UITSLUITEND de REC MODE toets
ALLEEN met het toestel:
1
Plaats discs in de 3CD-wisselaar.
• Indien een andere bron dan de 3CD-wisselaar is ingesteld, moet u op CD 3 / 8 drukken en vervolgens op 7. Voor het kiezen van een disc drukt u
herhaaldelijk op DISC en dan op 7. U kunt ook de afstandsbediening gebruiken. Druk in dat geval op CD1, CD2 of CD3 en verv olg ens op 7.
Druk op FM/PLAY MODE van de afstandsbediening om doorlopende weergave te kiezen indien geprogrammeerde weergave of willekeurige weergave als de huidige weergavefunctie is ingesteld.
2
Plaats een voor opname geschikte CD-R of CD-RW in de CDR-disclade.
3
Druk indien nodig op REC SPEED (achter de klep).
• Door iedere druk op de toets wordt afwisselend de normale snelheid en hoge snelheid* voor opname ingesteld.
AUTO TRACK NORMAL
SPEED
REC LEVEL
d
B
CD-RW
UNFINALIZE DISC
* Met een CD-R betekent de hoge snelheid 4 keer de normale
snelheid; met een CD-RW 2 keer de normale snelheid. Met de hoge snelheid gekozen, wordt het opnameniveau tijdelijk naar “0” teruggesteld en heeft het geen effect op de opname.
4
Druk op REC MODE (achter de klep) om “1st Tr. REC?” te kiezen.
• Door iedere druk op de toets verandert de opnamefunctie in de volgende volgorde:
CD
321
CD REC?
CD REC & FINALIZE? Uitgeschakeld
=
1st Tr. REC?
=
SET=LISTENING & FINALIZE?
=
(terug naar het begin)
AUTO TRACK
HIGH SPEED
REC LEVEL
d
B
AUTO TRACK NORMAL
SPEED
REC LEVEL
d
B
=
SET=LISTENING?
CD-RW
UNFINALIZE DISC
CDR
CD-RW
UNFINALIZE DISC
5
Druk op REC START (achter de klep).
• Tijdens de werking van OPC (zie bladzijde 32) knippert “UPDATE OPC” op het hoofddisplay en start daarna de opname.
CD
321
Resterende tijd van het spelende fragment
AUTO TRACK
NORMAL
REC LEVEL
Resterende tijd van de CD-R/CD-RW
Na opname van het eerste fragment van de disc in de CD1 lade, wordt het eerste fragment van de disc in de CD2 lade opgenomen. (Indien er geen disc in de CD-lade is, zal die lade worden overgeslagen). Nadat het eerste fragment van iedere geplaatste disc is opgenomen, zal de opname van het eerste fragment stoppen.
6
Herhaal stappen 1, 4 en 5 om het eerste fragment van andere discs met deze opnamefunctie op te nemen.
Voor het controleren van de opnamegegevens, zie
“Veranderen van display-informatie tijdens opname” op bladzijde 35.
Voor het stoppen van de opname, drukt u op 7. “STOP DUBBING” knippert even op het display.
• Zowel de 3CD-wisselaar als de CD-recorder stoppen automatisch.
Voor het verwijderen van een opgenomen disc, drukt u op 0 CDR. “FINALIZE ?” knippert even op het hoofddisplay.
• Druk op FINALIZE indien u de disc wilt afronden. Vergeet niet dat u op een eenmaal afgeronde CD-R later geen extra opname kunt maken. (Zie “Afronden van een disc—CD-R/CD-RW” op bladzijde 41 voor details).
• Druk weer op 0 CDR indien u de disc niet wilt afronden.
Indien “SHORT REM. OK ?” wordt getoond
Er is niet voldoende resterende tijd op de voor opname geplaatste disc. Verwijder de disc of druk nogmaals op REC START om de opname toch te starten (het fragment kan in dit geval echter niet geheel worden opgenomen).
=
=
De herhaalde weergave wordt automatisch uitgeschakeld.
wanneer u op REC START drukt
Tijdens opname van het eerste fragment
SPEED
DIGITAL
REC
CD-RW
UNFINALIZE DISC
Nederlands
– 38 –
Tijdens weergave monteren voor opname
Met het tijdens weergave monteren voor opname kunt u een programma voor opname samenstellen terwijl u ieder fragment van de geplaatste discs (maximaal 3 discs) in de 3CD-wisselaar beluistert en controleert, en vervolgens het programma opnemen.
U kunt maximaal 32 fragmenten voor opname programmeren.
Gebruik van UITSLUITEND de REC MODE toets
ALLEEN met het toestel:
1
Plaats discs in de 3CD-wisselaar.
• Indien een andere bron dan de 3CD-wisselaar is ingesteld, moet u op CD 3 / 8 drukken en vervolgens op 7. Voor het kiezen van een disc drukt u herhaaldelijk op DISC en dan op 7. U kunt ook de afstandsbediening gebruiken. Druk in dat geval op CD1, CD2 of CD3 en v erv olgens op 7.
Druk op FM/PLAY MODE van de afstandsbediening
Nederlands
om doorlopende weergave te kiezen indien geprogrammeerde weergave of willekeurige weergav e als de huidige weergavefunctie is ingesteld.
2
Plaats een voor opname geschikte CD-R of CD-RW in de CDR-disclade.
3
Druk indien nodig op REC SPEED (achter de klep).
• Door iedere druk op de toets wordt afwisselend de normale snelheid en hoge snelheid* voor opname ingesteld.
AUTO TRACK
NORMAL
SPEED
REC LEVEL
* Met een CD-R betekent de hoge snelheid 4 keer de normale
snelheid; met een CD-RW 2 keer de normale snelheid. Met de hoge snelheid gekozen, wordt het opnameniveau tijdelijk naar “0” teruggesteld en heeft het geen effect op de opname.
4
Druk op REC MODE (achter de klep) om
d
B
CD-RW
UNFINALIZE DISC
AUTO TRACK HIGH SPEED
REC LEVEL
d
B
“SET = LISTENING?” of “SET =LISTENING & FINALIZE ?” te kiezen.
• Door iedere druk op de toets verandert de opnamefunctie in de volgende volgorde:
CD
321
CD REC?
CD REC & FINALIZE? Uitgeschakeld
=
1st Tr. REC?
=
SET=LISTENING & FINALIZE?
=
(terug naar het begin)
AUTO TRACK NORMAL
SPEED
REC LEVEL
=
SET=LISTENING?
SET=LISTENING ?: Kies deze functie voor het tijdens weergave monteren voor opname.
SET=LISTENING & FINALIZE ?: Kies deze functie wanneer u de disc automatisch na opname wilt afronden.
CD-RW
UNFINALIZE DISC
UNFINALIZE DISC
d
B
CDR
CD-RW
5
Druk op SET (achter de klep).
De weergave van de 3CD-wisselaar start.
• De weergave start met de ingestelde disc indien u twee of drie discs heeft geplaatst.
6
Bepaal of u het spelende fragment voor opname wilt programmeren of niet.
Voor het programmeren van het spelende fragment voor opname, drukt u op SET.
Het spelende fragment wordt nu geprogrammeerd en vervolgens start de weergave van het volgende fragment. (Nadat het laatste fragment van een disc is geprogrammeerd, start de weergave van het eerste fragment van de volgende disc).
Voor het overslaan (dus niet programmeren) van het spelende fragment, drukt u op CANCEL. Het spelende fragment wordt nu niet voor opname geprogrammeerd en de weergave van het volgende fragment start.
Indien u tijdens weergave van een fragment niet op een van de toetsen drukt, zal de 3CD-wisselaar het spelende fragment overslaan en de weergave van het volgende fragment starten.
7
Herhaal stap 6 voor het programmeren van andere fragmenten.
Nadat u alle fragmenten heeft beluisterd en gecontroleerd of wanneer er geen resterende tijd voor opname op de CD-R of CD-RW is, zal de opname van de gemonteerde fragmenten automatisch starten.
• Indien er slechts weinig resterende tijd voor opname op de CD-R of CD-RW is, zal de CD-recorder een fragment opzoeken dat binnen de resterende tijd kan worden opgenomen. Druk op SET om dit gevonden fragment op te nemen. Druk op CANCEL om een ander passend fragment te zoeken.
Voor het stoppen van het monteren en starten van de opname, drukt u op REC START.
Voor het controleren van de opnamegegevens, zie
“Veranderen van display-informatie tijdens opname” op bladzijde 35.
Voor het stoppen van de opname, drukt u op 7. “STOP DUBBING” knippert even op het display. (In dit geval zal de disc niet worden afgerond, ookal heeft u in stap 4 “SET=LISTENING & FINALIZE ?” gekozen).
• Zowel de 3CD-wisselaar als de CD-recorder stoppen automatisch.
Voor het verwijderen van een opgenomen disc, drukt u op 0 CDR. “FINALIZE ?” knippert even op het hoofddisplay indien u in stap 4 “SET=LISTENING?” heeft gekozen.
• Druk op FINALIZE indien u de disc wilt afronden.
=
=
Vergeet niet dat u op een eenmaal afgeronde CD-R later geen extra opname kunt maken. (Zie “Afronden van een disc—CD-R/CD-RW” op bladzijde 41 v oor details).
• Druk weer op 0 CDR indien u de disc niet wilt afronden.
De herhaalde weergave wordt automatisch uitgeschakeld.
Tijdens weergave monteren voor opname
– 39 –
Vervolg
Opname van externe componenten —Geluid-synchroonopname
Met deze opnamemethode kunt u de opname automatisch starten zodra er geluidssignalen via de LINE IN aansluitingen of de LINE DIGITAL IN aansluiting van dit toestel worden ontvangen.
Let op de volgende punten wanneer u een opname van een extern component via de LINE DIGITAL IN aansluiting wilt maken.
• Controleer dat het component juist is aangesloten.
• Controleer dat het component is ingeschakeld en laat ingeschakeld tijdens de opname.
• Geluid-synchroonopname stopt automatisch indien er gedurende 30 seconden geen signalen worden ontvangen.
ALLEEN met het toestel:
Stel indien nodig het opnameniveau in alvorens de opname te starten. Zie “Instellen van het opnameniveau” op bladzijde 35.
1
Plaats een voor opname geschikte CD-R of CD-RW in de CDR-disclade.
2
Druk herhaaldelijk op SOURCE totdat “LINE” op het hoofddisplay wordt getoond.
3
Druk herhaaldelijk op LINE REC SELECT (achter de klep) om “ANALOG IN” of “DIGITAL IN” te kiezen.
ANALOG IN: Voor opname van het geluid dat via
de LINE IN aansluitingen wordt ontvangen. De ANALOG indicator licht op het display op (analoog-naar­digitaal opname).
DIGITAL IN: Voor opname van het geluid dat via
de LINE DIGITAL IN aansluiting wordt ontvangen. De DIGITAL indicator licht op het display op (digitaal-naar-digitaal opname).
4
Druk op REC MODE (achter de klep) om “SOUND SYNC. REC?” te kiezen.
• Door iedere druk op de toets wordt de functie voor geluid-synchroonopname afwisselend geactiveerd en uitgeschakeld.
321
SOUND SYNC. REC?
AUTO TRACK NORMAL
REC LEVEL
Uitgeschakeld
Canceled
SPEED
ANALOG
d
B
CDR
CD-RW
UNFINALIZE DISC
5
Druk op REC START (achter de klep).
De REC indicator knippert even op het display.
AUTO TRACK
ANALOG
321
Bijv. Met in stap 3 “ANALOG IN” gekozen
6
Start de weergave van het gekozen externe
REC LEVEL
REC
d
B
CD-RW
UNFINALIZE DISC
component.
De opname start automatisch zodra dit toestel geluidssignalen ontvangt.
AUTO TRACK NORMAL
ANALOG
321
SPEED
REC LEVEL
Resterende tijd van de CD-R/CD-RW
CD-RW
REC
UNFINALIZE DISC
Voor het controleren van de opnamegegevens, zie “Veranderen van display-informatie tijdens opname” op bladzijde 35.
Voor het stoppen van de opname, drukt u op 7. “STOP DUBBING” knippert even op het display.
• Zowel de 3CD-wisselaar als de CD-recorder stoppen automatisch.
Voor het verwijderen van een opgenomen disc, drukt u op 0 CDR. “FINALIZE ?” knippert even op het hoofddisplay.
• Druk op FINALIZE indien u de disc wilt afronden. Vergeet niet dat u op een eenmaal afgeronde CD-R later geen extra opname kunt maken. (Zie “Afronden van een disc—CD-R/CD-RW” op bladzijde 41 voor details).
• Druk weer op 0 CDR indien u de disc niet wilt afronden.
Indien geluid-synchroonopname niet juist werkt met
Gebruik de standaardopnamefunctie (zie bladzijde 34). Geluid-synchroonopname start automatisch wanneer dit toestel geluidssignalen ontvangt en herkent. Dit betekent dat bij ontvangst van zwakke signalen die dit toestel niet kan herkennen, de geluid­synchroonopname niet automatisch start (of zelfs stopt tijdens weergave van de bron).
Er worden mogelijk twee fragmentmarkeringen bij het starten van de opname gemaakt. U moet in dat geval een overslaan-markering aanbrengen zodat tijdens weergave een van de twee fragmentmarkeringen wordt genegeerd. (Zie bladzijde 45).
“ANALOG IN” als de ingangsaansluiting gekozen
Bij opname van een DAT-deck met gebruik van geluid-synchroonopname
Nederlands
– 40 –
Opname van een enkel fragment tijdens weergave
U kunt het spelende fragment tijdens weergave van een disc met de 3CD-wisselaar opnemen.
• Indien er geen voor opname geschikte disc is geplaatst, zal “CDR NO DISC” op het hoofddisplay worden getoond. Plaats in dat geval een geschikte CD-R of CD-RW.
7 Gebruik van de DIRECT REC toets ALLEEN met het toestel:
Druk op DIRECT REC tijdens weergave of het pauzeren van een fragment dat u wilt opnemen.
De weergave van dit fragment wordt nu gestopt en vervolgens opnieuw vanaf het begin afgespeeld. De CD-recorder start de opname van dit fragment tegelijkertijd.
Afronden van een disc—CD-R/CD-RW
Dit is het laatste proces bij opname op een CD-R of CD-RW. Bij het “afronden van een disc”, wordt de TOC (Table of Contents, oftewel Inhoudsopgave) op de opgenomen disc geschreven. Uitsluitend nadat de disc is afgerond, kan de CD-R of CD-RW worden afgespeeld met een CD-speler die voor CD-R/CD-RW geschikt is.
Voordat u start....
• Nadat een CD-R eenmaal is afgerond kunt u later geen extra opname op deze disc maken.
• Indien u de stekker uit het stopcontact trekt of de stroom wordt onderbroken tijdens het afronden, zullen de opgenomen gegevens worden gewist en is de disc mogelijk niet meer bruikbaar.
7 Gebruik van de REC MODE toets
Nederlands
ALLEEN met het toestel:
1
Druk herhaaldelijk op REC MODE (achter de klep) tijdens weergave of het pauzeren van een fragment dat u wilt opnemen totdat “1Tr. REC ?” of “AUTO LEVEL CONTROL REC ?” op het hoofddisplay wordt getoond.
• “AUTO LEVEL CONTROL REC ?” kan niet worden ingesteld indien u de hoge snelheid voor opname heeft gekozen. U moet in dat geval éénmaal op REC SPEED drukken om de normale snelheid voor opname in te stellen.
1Tr. REC ?:
Kies deze functie voor opname van het spelende fragment zonder regeling van het opnameniveau.
AUTO LEVEL CONTROL REC ?:
Kies deze functie voor opname van het spelende fragment met regeling van het opnameniveau.
2
Druk op REC START (achter de klep).
Met “1Tr. REC ?” gekozen: De weergave van het spelende fragment wordt gestopt en vervolgens opnieuw vanaf het begin afgespeeld. De CD-recorder start de opname van dit fragment tegelijkertijd.
Met “AUTO LEVEL CONTROL REC ?” gekozen: De weergave van het spelende fragment wordt gestopt en vervolgens opnieuw vanaf het begin afgespeeld. Bij de eerste weergave controleert de CD-recorder de conditie van het fragment en stelt het opnameniveau in maar neemt het fragment nog niet op. (“LEVEL ADJUST” knippert op het hoofddisplay). Bij het voor de tweede keer starten van de weergave van dit fragment, start tevens de opname van dit fragment met de CD-recorder.
ALLEEN met het toestel:
1
Plaats de af te ronden disc in de CDR-disclade.
• Druk op 7 om de weergave te stoppen indien een disc met de 3CD-wisselaar wordt afgespeeld.
2
Druk op FINALIZE.
“FINALIZE ?” wordt op het hoofddisplay getoond.
AUTO TRACK
321
• Druk op CANCEL indien u de disc niet wilt afronden.
3
Druk nogmaals op FINALIZE om de disc af te ronden.
De REC indicator licht op en “FINALIZE” knippert tijdens het afronden.
AUTO TRACK
321
• Het afronden duurt ongeveer een paar minuten (de REC indicator dooft en “FINALIZE” stopt te knipperen en dooft zodra het afronden klaar is).
Voor het annuleren van het afronden van een CD-RW,
zie “Annuleren van afronden van een disc (uitsluitend voor CD-RW)” op bladzijde 46.
CDR
CD-RW
UNFINALIZE DISC
CDR
CD-RW
REC
UNFINALIZE DISC
Zowel de 3CD-wisselaar als de CD-recorder stoppen nadat het fragment is opgenomen.
– 41 –

Andere handige CDR-functies

Vervolg
In dit gedeelte (bladzijden 43 t/m 46) worden de in de hieronder getoonde afbeelding vergrote toetsen en regelaars gebruikt en tevens uitgelegd.
Afstandsbediening
STANDBY/ON
MENU
123
456
789
AUTO PRESET
10 +10
MENU
PTY
SEARCH
CLOCK /TIMER
FM/PLAY
MODE
PTY
SELECT
SLEEP
PITCH
VOLUME
REMOTE CONTROL
PTY
SELECT–
A.P.off
BASS
SOUND
RM-SNXCDR7R
TA/News/Info
+
DISPLAY
CANCEL
SET
ENTER
EON
RDS
DISPLAY
REPEAT
SET
ENTER
Nederlands
U kunt de toetsen en regelaars op het voorpaneel van het toestel niet gebruiken. Gebruik uitsluitend de afstandsbediening.
– 42 –
CD RW
321
Door op MENU te drukken, kunt u de volgende handige functies van de CD-recorder gebruiken (of annuleren):
Handmatig markeren van fragmenten —Handmatige fragmentmarkering
AUTO TRACK: Voor het kiezen van automatisch
markeren van fragmenten of handmatig markeren van fragmenten (zie de rechterkolom).
TRACK SPACE: Voor het automatisch aanbrengen van
een blanco van 2-seconden bij het begin van ieder fragment op een opgenomen disc (zie bladzijde 44).
CONVERTER: Voor het in- of uitschakelen van de
ingebouwde converter voor de bemonsteringsfrequentie-waarde (zie bladzijde 44).
TRACK SKIP: Voor het aanbrengen van een overslaan-
Nederlands
markering bij een ongewenst fragment, zodat dit fragment wordt overgeslagen (genegeerd, alsof het niet aanwezig is) tijdens weergave (zie bladzijde 45).
TRACK ERASE: Voor het wissen van ongewenste
fragmenten van een CD-RW (zie bladzijde 45).
DISC ERASE: Voor het wissen van alle opgenomen
fragmenten van een CD-RW (zie bladzijde 46).
UNFINALIZE: Voor het wissen van de TOC (Table of
Contents, oftewel Inhoudsopgave) van een afgeronde CD-RW (zie bladzijde 46).
Controleer het volgende alvorens de in dit gedeelte beschreven functies te gebruiken.
De volgende procedures kunnen uitsluitend worden uitgevoerd waneer de CD-recorder als bron is gekozen en de weergave nog niet is gestart.
• Druk op CANCEL wanneer u tijdens de procedure wilt stoppen.
Met de automatische functie voor het markeren van fragmenten (basisinstelling bij het verlaten van de fabriek) worden fragmentmarkeringen automatisch gemaakt (zie “Automatisch fragmentmarkering” op bladzijde 32 voor details).
Voor het annuleren van de automatische fragmentmarkering en het handmatig aanbrengen van fragmentmarkeringen, moet u de volgende handelingen
uitvoeren.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk herhaaldelijk op MENU totdat “AUTO TRACK” op het hoofddisplay wordt getoond.
• Door iedere druk op de toets worden de volgende menuonderdelen op het display getoond.
TRACK ERASE = DISC ERASE TRACK SKIP CONVERTER
2
Druk op SET.
=
AUTO TRACK
=
Uitgeschakeld
=
UNFINALIZE
=
TRACK SPACE
=
(terug naar het begin)
=
=
De huidige instelling voor de automatische fragmentmarkering wordt getoond.
FINALIZE DISC
Bijv. Met de automatische fragmentmarkering
geactiveerd (basisinstelling)
3
Druk op ¢ of 4 om “AUTO TRACK OFF” te
REC LEVEL
d
B
UNFINALIZE DISC
kiezen en druk vervolgens op ENTER.
De AUTO TRACK indicator op het display dooft en de automatische fragmentmarkering is geannuleerd. U kunt nu zelf tijdens opname fragmentmarkeringen maken.
Voor het maken van fragmentmarkeringen tijdens opname, drukt u bij het punt waar u een fragmentmarkering wilt aanbrengen op SET.
Voor het weer activeren van de automatische fragmentmarkering, herhaalt u stappen 1 en 2, kiest u
“AUTO TRACK ON” te kiezen en drukt u op ENTER in stap 3.
• De AUTO TRACK indicator licht nu op het display op.
• Tussen fragmentmarkeringen moet er tenminste een interval van
• U kunt tijdens CD-synchroonopname niet handmatig
Meer over de handmatige fragmentmarkering
4 seconden zijn. Indien u binnen 4 seconden tweemaal op SET drukt, zal de tweede druk op de toets worden genegeerd (en slechts één fragmentmarkering bij de eerste druk op SET worden gemaakt).
fragmentmarkeringen maken. (De automatische fragmentmarkering wordt tijdelijk geactiveerd).
– 43 –
CD RW
321
Vervolg
Automatisch scheiden van opgenomen fragmenten—Automatisch fragmentinterval
Tijdens opname van de 3CD-wisselaar op de CD-recorder met gebruik van de standaardopnamefunctie (zie bladzijde
34), brengt de CD-recorder automatisch een blanco gedeelte van 2-seconden bij het begin van ieder fragment aan. Bij het verlaten van de fabriek is deze functie geactiveerd (“ON”).
• Deze functie werkt wanneer “AUTO TRACK” op “ON” is gesteld. (Zie bladzijde 43).
Voor het annuleren van de functie voor een automatisch fragmentinterval, voert u de volgende handelingen uit:
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk herhaaldelijk op MENU totdat “TRACK SPACE” op het hoofddisplay wordt getoond.
• Door iedere druk op de toets worden de volgende menuonderdelen op het display getoond:
TRACK ERASE = DISC ERASE TRACK SKIP CONVERTER
=
AUTO TRACK
=
Uitgeschakeld
=
UNFINALIZE
=
TRACK SPACE
=
(terug naar het begin)
=
=
In- en uitschakelen van de converter voor de bemonsteringsfrequentie-waarde
Dankzij de in de CD-recorder ingebouwde converter voor de bemonsteringsfrequentie-waarde kunt u een digitale bron met een bemonsteringsfrequentie (fs) van 32 kHz, 44,1 kHz of 48 kHz opnemen door de bronsignalen naar 44,1 kHz (vereiste fs voor opname op de CD-recorder) om te zetten. Met de converter voor de bemonsteringsfrequentie-waarde uitgeschakeld “OFF”, worden de digitale signalen niet via de converter maar direct (zonder conversie) naar de CD-recorder gestuurd.
• Stel normaliter deze functie op “ON” (basisinstelling bij het verlaten van de fabriek). Schakel de converter uitsluitend uit wanneer u dts CD of HDCD signalen via de LINE DIGITAL IN aansluiting wilt opnemen.
Voor het uitschakelen van de converter, voert u de volgende handelingen uit:
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk herhaaldelijk op MENU totdat “CONVERTER” op het hoofddisplay wordt getoond.
• Door iedere druk op de toets worden de volgende menuonderdelen op het display getoond:
Nederlands
2
Druk op SET.
De huidige instelling voor de fragmentinterval wordt getoond.
FINALIZE DISC
Bijv. Met de automatische fragmentintervalfunctie
geactiveerd (basisinstelling)
3
Druk op ¢ of 4 om “TR SPACE OFF” te
REC LEVEL
d
B
UNFINALIZE DISC
kiezen en druk vervolgens op ENTER.
Voor het weer activeren van de automatische fragmentintervalfunctie, herhaalt u stappen 1 en 2, kiest u
“TR SPACE ON” en drukt u op ENTER in stap 3.
– 44 –
TRACK ERASE = DISC ERASE TRACK SKIP CONVERTER
2
Druk op SET.
=
AUTO TRACK
=
Uitgeschakeld
=
UNFINALIZE
=
TRACK SPACE
=
(terug naar het begin)
=
=
De huidige instelling voor de converter wordt getoond.
FINALIZE DISC
Bijv. Met de converter geactiveerd (basisinstelling)
3
Druk op ¢ of 4 om “CONVERTER OFF” te
REC LEVEL
d
B
UNFINALIZE DISC
kiezen en druk vervolgens op ENTER.
Voor het weer activeren van de converter, herhaalt u
stappen 1 en 2, kiest u “CONVERTER ON” en drukt u op ENTER in stap 3.
CD-RW
321
C
321
CD RW
321
CD-RW
321
CD RW
SKIP
ON
321
Opnemen van overslaan-markeringen op een CD-R/CD-RW
Wissen van fragmenten (uitsluitend voor CD-RW)
Voordat de disc is afgerond, kunt u overslaan-markeringen aanbrengen zodat een ongewenst fragment tijdens weergave wordt overgeslagen (gene geerd alsof het niet bestaa t).
BELANGRIJK
• Overslaan-markeringen kunnen nadat ze zijn aangebracht niet meer worden gewist (u kunt uitsluitend overslaan­markeringen wissen door het hele fragment met de overslaan-markering te wissen).
• Indien de stekker uit het stopcontact wordt getrokken of de stroom wordt onderbroken wanneer “WRITE SKIP” knippert op het hoofddisplay (in stap 3), is de disc mogelijk niet meer bruikbaar.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk herhaaldelijk op MENU totdat “TRACK
Nederlands
SKIP” op het hoofddisplay wordt getoond.
• Door iedere druk op de toets worden de volgende menuonderdelen op het display getoond:
TRACK ERASE = DISC ERASE TRACK SKIP CONVERTER
2
Druk op SET.
=
AUTO TRACK
=
Uitgeschakeld
=
UNFINALIZE
=
TRACK SPACE
=
(terug naar het begin)
De volgende aanduiding wordt op het hoofddisplay getoond.
FINALIZE DISC
REC LEVEL
d
B
=
=
UNFINALIZE DISC
Voordat de disc is afgerond, kunt u op een CD-RW opgenomen fragmenten stuk-voor-stuk wissen—vanaf een gekozen fragment tot het laatste fragment.
• Voor het wissen van fragmenten van een reeds afgeronde CD-RW, moet u het afronden eerst annuleren (zie bladzijde 46).
BELANGRIJK
• Na het wissen van fragmenten, zijn deze voorgoed verloren.
• Indien de stekker uit het stopcontact wordt getrokken of de
stroom wordt onderbroken wanneer “ERASE TRACK” knippert op het hoofddisplay (in stap 4), is de disc mogelijk niet meer bruikbaar.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk herhaaldelijk op MENU totdat “TRACK ERASE” op het hoofddisplay wordt getoond.
• Door iedere druk op de toets worden de volgende menuonderdelen op het display getoond:
TRACK ERASE = DISC ERASE TRACK SKIP CONVERTER
2
Druk op SET.
=
AUTO TRACK
=
Uitgeschakeld
=
UNFINALIZE
=
TRACK SPACE
=
(terug naar het begin)
=
=
De volgende aanduiding wordt op het hoofddisplay getoond.
FINALIZE DISC
REC LEVEL
d
B
UNFINALIZE DISC
Fragmentnummer knippert
3
Druk op ¢ of 4 om een fragment te kiezen dat u wilt overslaan (tijdens weergave) en druk vervolgens op ENTER.
De SKIP ON indicator licht op het display op.
4
Herhaal stappen 1 t/m 3 totdat u overslaan-
REC
markeringen voor alle ongewenste fragmenten heeft aangebracht.
• U kunt maximaal 21 overslaan-markeringen voor een disc aanbrengen.
• “Overslaan van fragmenten tijdens weergave” betekent niet dat
• Fragmenten met overslaan-markeringen worden uitsluitend
Meer over overslaan-markeringen
de opgenomen data worden gewist. De resterende tijd van de disc zal derhalve niet meer zijn nadat u overslaan-markeringen heeft aangebracht.
overgeslagen tijdens weergave van de disc met de CD-recorder en met andere CD-spelers die deze overslaan-markeringen herkennen.
UNFINALIZE DISC
– 45 –
Eerste fragment voor wissen
Laatste fragment
• Het eerste fragmentnummer voor het wissen, is bij het verschijnen hetzelfde als het laatste fragmentnummer. (In het voorbeeld hierboven zijn 18 fragmenten op de CD-RW opgenomen).
3
Druk op ¢ of 4 om het te wissen fragment te kiezen.
• U kunt tevens de nummertoetsen gebruiken om direct het te wissen fragment te kiezen. (Zie “Met de nummertoetsen direct naar een ander fragment gaan” op bladzijde 30).
FINALIZE DISC
Bijv. V oor het wissen van het 12de tot en met het
laatste fragment
4
Druk op ENTER.
REC LEVEL
d
B
UNFINALIZE DISC
Tijdens het wissen knippert “ERASE TRACK” op het hoofddisplay. (De REC indicator licht tevens op het display op).
REC
UNFINALIZE DISC
Wissen van alle fragmenten (uitsluitend voor CD-RW)
Annuleren van afronden van een disc (uitsluitend voor CD-RW)
U kunt alle op een CD-RW opgenomen fragmenten in één keer wissen.
Voordat u start....
• Na het wissen van fragmenten, zijn deze voorgoed verloren.
• Indien de stekker uit het stopcontact wordt getrokken of de stroom wordt onderbroken wanneer “ERASE DISC” knippert op het hoofddisplay (in stap 3), is de disc mogelijk niet meer bruikbaar.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk herhaaldelijk op MENU totdat “DISC ERASE” op het hoofddisplay wordt getoond.
• Door iedere druk op de toets worden de volgende menuonderdelen op het display getoond:
TRACK ERASE = DISC ERASE TRACK SKIP CONVERTER
2
Druk op SET.
=
AUTO TRACK
=
Uitgeschakeld
=
UNFINALIZE
=
TRACK SPACE
=
(terug naar het begin)
=
=
De volgende aanduiding wordt ter bevestiging getoond.
CDR
321
3
Druk op ENTER.
CD-RW
UNFINALIZE DISC
Tijdens het wissen (ongeveer 90 seconden) knippert “ERASE DISC” op het hoofddisplay. (De REC indicator licht tevens op het display op).
CDR
321
ALL SKIP
ON
AUTO TRACK NORMAL HIGH SPEED
OVER
BASSCDSOUND
A.P.off
PROGRAM RANDOM
DAIL Y
321
TEXT
RDS
1CD
REC
DIGITAL
ANALOG
CD-RW
UNFINALIZE DISC
CDR
CD-RW
Door de TOC (Table of Contents, oftewel Inhoudsopgave) van een afgeronde CD-RW te wissen, kunt u weer op deze CD-RW opnemen. Het wissen van de TOC noemen we ook wel “Unfinalization”, oftewel annuleren van het afronden.
• Met “Unfinalization” wordt uitsluitend de TOC gewist, dus niet de op de disc opgenomen muzieksignalen.
BELANGRIJK
Indien de stekker uit het stopcontact wordt getrokken of de stroom wordt onderbroken wanneer “UNFINALIZE” knippert op het hoofddisplay (in stap 3), is de disc mogelijk niet meer bruikbaar.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk herhaaldelijk op MENU totdat “UNFINALIZE” op het hoofddisplay wordt getoond.
• Door iedere druk op de toets worden de volgende menuonderdelen op het display getoond:
TRACK ERASE = DISC ERASE = UNFINALIZE = TRACK SKIP CONVERTER
2
Druk op SET.
= AUTO TRACK = TRACK SPACE =
=
Uitgeschakeld
=
(terug naar het begin)
De volgende aanduiding wordt ter bevestiging getoond.
CDR
321
3
Druk op ENTER.
CD-RW
Tijdens het wissen (ongeveer 90 seconden) knippert “UNFINALIZE” op het hoofddisplay.
REC
CDR
CD-RW
CD
321
Nederlands
– 46 –

Gebruik van de timers

In dit gedeelte (bladzijden 48 t/m 52) worden de in de hieronder getoonde afbeelding vergrote toetsen en regelaars gebruikt en tevens uitgelegd.
Afstandsbediening
Nederlands
A.P.off
CLOCK
/TIMER
SLEEP
123
456
789
AUTO PRESET
10 +10
MENU
PTY
SEARCH
CLOCK /TIMER
FM/PLAY
MODE
PTY
SELECT
SLEEP
PITCH
VOLUME
REMOTE CONTROL
PTY
SELECT–
A.P.off
BASS
SOUND
RM-SNXCDR7R
STANDBY/ON
TA/News/Info
+
DISPLAY
CANCEL
SET
ENTER
EON
DISPLAY
REPEAT
STANDBY/ON
CANCEL
SET
RDS
U kunt de toetsen en regelaars op het voorpaneel van het toestel niet gebruiken. Gebruik uitsluitend de afstandsbediening.
– 47 –
Vervolg
Er zijn drie verschillende timers—opnametimer, dagelijkse timer en inslaaptimer. Alvorens gebruik van deze timers moet u de tijd voor de ingebouwde klok instellen.
• Behalve deze timers is er ook nog een functie voor het automatisch uitschakelen van de stroom (Auto Power Off).
Instellen van de klok
U kunt de klok instellen ongeacht of het toestel in- of uitgeschakeld (standby) is.
• Indien u de energiebesparingsfunctie (“DISPLAY OFF”) heeft geactiveerd, kunt u de klok echter niet instellen terwijl het toestel is uitgeschakeld (standby). Zie bladzijde 14 voor details.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk op CLOCK/TIMER.
De aanduiding voor het uur knippert op het hoofddisplay.
2
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om het hele uur in te stellen en druk vervolgens op SET.
• Druk op CANCEL indien u het uur na een druk op SET wilt corrigeren. De aanduiding voor het uur knippert weer.
3
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om de minuten in te stellen en druk vervolgens op SET.
De ingebouwde klok start nu.
Weer opnieuw instellen van de klok
Nadat u de klok eenmaal heeft ingesteld, moet u herhaaldelijk op CLOCK/TIMER drukken totdat de aanduidingen voor het instellen van de klok op het hoofddisplay verschijnen (de aanduiding voor het hele uur knippert).
Gebruik van de timer voor opname
Met de opnametimer kunt u een opname maken wanneer u bijvoorbeeld niet aanwezig bent.
• U kunt de opnametimer instellen ongeacht of het toestel is in- of uitgeschakeld (standby).
• Voor het corrigeren van een fout tijdens het instellen, moet u op CANCEL drukken.
• Voor het annuleren van een instelling tijdens het instellen, moet u op CLOCK/TIMER drukken.
Werking van de opnametimer
Het toestel wordt automatisch ongeveer 3 minuten voordat de opname door de timer wordt gestart ingeschakeld. Het volume wordt vervolgens verlaagd en de opname wordt op de CD-recorder gemaakt zodra de ingestelde starttijd voor de timer is bereikt. Het toestel wordt automatisch uitgeschakeld (standby) wanneer de ingestelde stoptijd voor de timer is bereikt.
• De opnametimer werkt slechts éénmaal, maar de gemaakte timerinstellingen blijven in het geheugen bewaard.
Voordat u start....
• Controleer dat een voor opname geschikte CD-R of CD-RW in de CDR-disclade is geplaatst. Plaats een geschikte CD-R of CD-RW indien dit niet het geval is.
• Voor opname van een extern component (“LINE”), moet u controleren dat de gewenste ingang is gekozen—“ANALOG IN” of “DIGITAL IN”. (Zie bladzijde 34 voor details).
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk herhaaldelijk op CLOCK/TIMER totdat de aanduidingen voor het instellen van de starttijd voor de opnametimer op het hoofddisplay worden getoond.
De
(Timer) indicator licht op en de REC (Opnametimer) indicator start op het display te knipperen.
• Door iedere druk op de toets verandert de
timerfunctie in de volgende volgorde:
CD
REC
Nederlands
Wanneer u de stekker uit het stopcontact trekt of bij een stroomonderbreking
De klok wordt na ongeveer één minuut naar “0:00” teruggesteld.
REC = ON 0:00 = DAILY = ON 0:00 = 0:00 = Uitgeschakeld = (terug naar het begin)
* “0:00” is de basisinstelling bij het verlaten van de fabriek.
Wordt vervolgd
– 48 –
2
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om het uur voor de starttijd in te stellen en druk vervolgens op SET.
3
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om de minuten voor de starttijd in te stellen en druk vervolgens op SET.
4
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om het uur voor de stoptijd in te stellen en druk vervolgens op SET.
5
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om de minuten voor de stoptijd in te stellen en druk vervolgens op SET.
6
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om de bron te kiezen en druk vervolgens op SET.
• De bron verandert in de volgende volgorde:
Nederlands
FM: Voor het afstemmen op een FM-zender. AM: Voor het afstemmen op een AM (MG/LG)-
LINE*: Voor het kiezen van het externe component
* Voor gebruik van het externe component met de
opnametimer, moet het externe component tevens een timerfunctie hebben.
7
Indien u “FM” of “AM” in de voorgaande stap als bron heeft gekozen, moet u een voork eurzendernummer
kiezen. Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om een voorkeurzender te kiezen en druk vervolgens op SET.
Indien u “LINE” in de voorgaande stap als bron heeft gekozen, drukt u eenvoudigweg op SET.
De REC (Opnametimer) indicator stopt te knipperen en licht continu op.
CD
REC
FM AM LINE
zender.
en de gewenste ingang voor de bron— “ANALOG IN” of “DIGITAL IN”.
CD
REC
8
Druk op om het toestel indien nodig uit te schakelen (standby).
BELANGRIJK: Indien u het toestel uitschakelt
binnen 4 minuten voordat de starttijd van de timer wordt bereikt, zal de weergave met de opnametimer niet starten.
In- of uitschakelen van de opnametimer nadat de instellingen zijn gemaakt
1 Druk herhaaldelijk op CLOCK/TIMER totdat
“REC” op het hoofddisplay wordt getoond.
CD
REC
REC = ON 0:00 = DAILY = ON 0:00 = 0:00 = Uitgeschakeld = (terug naar het begin)
* “0:00” is de basisinstelling bij het verlaten van de fabriek.
2 Druk op CANCEL om “REC OFF” te kiezen
wanneer u de opnametimer wilt uitschakelen.
De (Timer) en REC (Opnametimer) indicators doven op het display. De opnametimer is nu geannuleerd maar de instellingen voor de opnametimer blijven echter in het geheugen bewaard.
Druk op SET wanneer u de opnametimer weer wilt inschakelen.
(Timer) en REC (Opnametimer) indicators
De lichten op het display op. De door u gemaakte instellingen worden even ter bevestiging op het hoofddisplay getoond.
Indien u van bron verandert of op CLOCK/TIMER of SLEEP drukt tijdens een opname met de
De opnametimer wordt nu uitgeschakeld (maar de opname gaat gewoon door). Het toestel wordt echter niet automatisch uitgeschakeld.
• Indien u de inslaaptimer instelt door een druk op SLEEP, zal het
opnametimer
toestel op basis van de instelling voor de inslaaptimer worden uitgeschakeld.
– 49 –
Vervolg
Gebruik van de dagelijkse timer
Met de dagelijkse timer (wekker) kunt u door uw favoriete muziek of een radioprogramma gewekt worden.
• U kunt de dagelijkse timer instellen ongeacht of het toestel is in- of uitgeschakeld (standby).
• Voor het corrigeren van een fout tijdens het instellen, moet u op CANCEL drukken.
• Voor het annuleren van een instelling tijdens het instellen, moet u op CLOCK/TIMER drukken.
Werking van de dagelijkse timer
Het toestel wordt automatisch ongeveer 3 minuten voordat de weergave door de dagelijkse timer wordt gestart ingeschakeld. De weergave van de ingestelde bron start zodra de ingestelde starttijd voor de timer is bereikt. Bij het bereiken van de ingestelde stoptijd, zal het toestel automatisch uitschakelen (standby).
• De dagelijkse timer werkt iedere dag en de gemaakte timerinstellingen blijven in het geheugen bewaard totdat u de instellingen verandert.
ALLEEN met de afstandsbediening:
1
Druk herhaaldelijk op CLOCK/TIMER totdat de aanduidingen voor het instellen van de starttijd voor de dagelijkse timer op het hoofddisplay worden getoond.
(Timer) indicator licht op en de DAILY
De (Dagelijkse timer) indicator start op het display te knipperen.
• Door iedere druk op de toets verandert de timerfunctie in de volgende volgorde:
CD
DAIL Y
REC = ON 0:00 = DAILY = ON 0:00 = 0:00 = Uitgeschakeld = (terug naar het begin)
* “0:00” is de basisinstelling bij het verlaten van de fabriek.
2
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om het uur voor de starttijd in te stellen en druk vervolgens op SET.
4
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om het uur voor de stoptijd in te stellen en druk vervolgens op SET.
5
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om de minuten voor de stoptijd in te stellen en druk vervolgens op SET.
6
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om de bron te kiezen en druk vervolgens op SET.
• De bron verandert in de volgende volgorde:
CD
DAIL Y
CD CDR LINE
AM
CD: Voor weergave van een disc in de
3CD-wisselaar. =Plaats een disc en ga dan naar stap 7
om het discnummer te kiezen.
CDR: Voor weergave van een disc in de
CD-recorder. = Plaats een disc en ga dan naar stap 8.
LINE*: Voor het kiezen van het externe
component dat met de LINE IN aansluitingen is verbonden. = Maak de vereiste voorbeidingen voor
weergave met het externe component ga dan naar stap 8.
FM: Voor het afstemmen op een FM-zender.
= ga naar stap 7 om een voorkeurzender
te kiezen.
AM: Voor het afstemmen op een
AM-zender (MG/LG). = ga naar stap 7 om een voorkeurzender
te kiezen.
* Voor gebruik van het externe component met de
dagelijkse timer, moet het externe component tevens een timerfunctie hebben.
FM
Nederlands
3
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om de minuten voor de starttijd in te stellen en druk vervolgens op SET.
– 50 –
7
Indien u “CD” in de voorgaande stap als bron heeft gekozen, moet u een discnummer kiezen.
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om het gewenste discnummer te kiezen (CD1, CD2 of CD3) en druk vervolgens op SET.
BELANGRIJK: Bij het kiezen van een discnummer moet u controleren dat er reeds een disc is geplaatst in de lade van het gekozen discnummer. Indien er namelijk geen disc in de lade is geplaatst, zal de weergave niet starten.
Indien u “FM” of “AM” in de voorgaande stap als bron heeft gekozen, moet u een voorkeurzender
kiezen. Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om de gewenste voorkeurzender te kiezen en druk vervolgens op SET.
8
Druk op ¡ / ¢ of 4 / 1 om het
Nederlands
volumeniveau in te stellen en druk vervolgens op SET.
De DAILY (Dagelijkse timer) indicator stopt te knipperen en licht continu op.
9
Druk op om het toestel indien nodig uit te schakelen (standby).
BELANGRIJK: Indien u het toestel uitschakelt
binnen 4 minuten voordat de starttijd van de timer wordt bereikt, zal de weergave met de dagelijkse timer niet starten.
In- of uitschakelen van de dagelijkse timer nadat de instellingen zijn gemaakt
1 Druk herhaaldelijk op CLOCK/TIMER totdat
“DAILY” op het hoofddisplay wordt getoond.
CD
DAIL Y
REC = ON 0:00 = DAILY = ON 0:00 = 0:00 = Uitgeschakeld
* “0:00” is de basisinstelling bij het verlaten van de fabriek.
2 Druk op CANCEL om “DAILY OFF” te kiezen
wanneer u de dagelijkse timer wilt uitschakelen.
De (Timer) en DAILY (Dagelijkse timer) indicators doven op het display. De dagelijkse timer is nu geannuleerd maar de instellingen voor de dagelijkse timer blijven echter in het geheugen bewaard.
CD
DAIL Y
Druk op SET wanneer u de dagelijkse timer weer wilt inschakelen.
(Timer) en DAILY (Dagelijkse timer) indicators
De lichten op het display op. De door u gemaakte instellingen worden even ter bevestiging op het hoofddisplay getoond.
=
(terug naar het begin)
Indien het toestel is ingeschakeld wanneer de
De dagelijkse timer werkt niet.
De dagelijkse timer wordt nu uitgeschakeld en het toestel wordt niet automatisch uitgeschakeld.
• Indien u de inslaaptimer instelt door een druk op SLEEP, zal het
starttijd van de timer wordt bereikt
Indien u van bron verandert of op CLOCK/TIMER of SLEEP drukt tijdens weergave met de dagelijkse timer
toestel op basis van de instelling voor de inslaaptimer worden uitgeschakeld.
– 51 –
Gebruik van de inslaaptimer
Met de inslaaptimer kunt u bijvoorbeeld in slaap vallen tijdens het beluisteren van uw favoriete muziek of radioprogramma.
• U kunt de inslaaptimer instellen wanneer het toestel is ingeschakeld.
Werking van de inslaaptimer
Het toestel wordt automatisch uitgeschakeld nadat de door u ingestelde periode (tijd) is verstreken.
ALLEEN met de afstandsbediening:
In slaap vallen met gebruik van de inslaaptimer en gewekt worden door de dagelijkse timer
Het toestel wordt uitgeschakeld zodra de ingestelde stoptijd (voor de inslaaptimer) wordt bereikt, en het toestel wordt weer ingeschakeld zodra de ingestelde starttijd (voor de dagelijkse timer) wordt bereikt.
1 Stel de dagelijkse timer in (zie bladzijden 50 en 51). 2 Start de weergave van de bron die u voor het in slaap
vallen wilt beluisteren.
3 Stel de inslaaptimer in.
1
Druk op SLEEP.
• Door iedere druk op de toets verandert de periode in de volgende volgorde:
CD
321
Uitgeschakeld
2
Wacht na het instellen van de periode ongeveer 5
10
SLEEP
20 30 60
120
90
CD-RW
seconden.
Het display wordt gedimd.
Voor het controleren van de resterende tijd tot de uitschakeltijd, drukt u éénmaal op SLEEP. De resterende
tijd tot de uitschakeltijd wordt ongeveer 5 seconden getoond.
Voor het veranderen van de uitschakeltijd, drukt u herhaaldelijk op SLEEP totdat de gewenste periode wordt getoond.
Als u de opgegeven instelling wilt annuleren, drukt u enkele malen op SLEEP totdat de SLEEP-indicatie wordt uitgeschakeld.
• De Sleep Timer wordt ook geannuleerd wanneer u het apparaat uitschakelt.
Automatisch uitschakelen van de stroom
U kunt deze functie uitsluitend gebruiken bij weergave van een disc in de 3CD-wisselaar of in de CD-recorder. Met “Auto Power Off” wordt de stroom automatisch uitgeschakeld indien er langer dan ongeveer 3 minuten geen geluidssignalen worden ontvangen. “Auto Power Off” wordt echter tijdelijk geannuleerd, ookal worden er geen geluidssignalen ontvangen, indien u gedurende deze 3 minuten (bij benadering) een bediening uitvoert.
ALLEEN met de afstandsbediening: Druk op A.P.off zodat de A.P.off indicator op het display oplicht.
• Door iedere druk op de toets wordt “Auto Power Off” afwisselend geactiveerd en geannuleerd.
A.P.off
321
• De A.P.off indicator licht nu op het display op wanneer “Auto Power Off” is geactiveerd.
De A.P.off indicator start te knipperen indien er geen geluidssignalen worden ontvangen. “AUTO P.OFF” verschijnt knipperend op het hoofddisplay indien er nog slechts 10 seconden resteren voordat de stroom automatisch wordt uitgeschakeld.
AUTO TRACK NORMAL
SPEED
321
CD-RW
UNFINALIZE DISC
Nederlands
Indien u tijdens werking van de opnametimer of dagelijkse timer op SLEEP drukt
De werkende timer wordt geannuleerd.
– 52 –

Onderhoud

Houd voor een optimale werking van dit toestel uw discs en het mechanisme goed schoon.
Algemene opmerkingen
Over het algemeen behoudt u voor lange tijd een optimale werking met dit toestel door uw discs en het mechanisme schoon te houden.
• Bewaar discs in de bijbehorende doosjes en plaats de doosjes in een kast of op een plank.
• Houd de discladen gesloten wanneer u ze niet gebruikt.
Behandelen van discs
Voor het verwijderen van een disc uit het doosje, drukt u op het midden van de houder in het doosje en haalt u de disc uit het doosje terwijl u de randen met uw vingers vasthoudt.
• Houd discs altijd aan de randen vast. Raak het opgenomen oppervlak niet
Nederlands
aan. Plaats een disc voorzichtig in het midden van de houder (met de bedrukte kant van de disc boven) na gebruik.
• Bewaar discs beslist na gebruik in de bijbehorende doosjes.
• Wees voorzichtig zodat er geen krassen op het oppervlak van de disc komen bij het terugplaatsen in het doosje.
• Stel disc niet aan het directe zonlicht, extreme temperaturen en vocht onderhevig.
Reinigen van discs
Veeg de disc met een zachte doek, in een rechte lijn vanaf het midden naar de rand toe, schoon.
Gebruik GEEN oplosmiddelen—bijvoorbeeld normale grammofoonplaat-reinigers, spray, thinner of benzine—voor het reinigen van discs.
Weergave van nieuwe discs
Nieuwe discs hebben soms ruwe plekken of bramen bij de binnen- en buitenrand. Het toestel zal een dergelijke disc waarschijnlijk direct uitwerpen. Voor het verwijderen van deze ruwe plekken, moet u met een potlood of pen even langs de randen gaan.
Condensvorming
Er wordt mogelijk condens op de lens in het toestel gevormd in de volgende gevallen:
• Nadat u de verwarming in de kamer heeft aangezet.
• Wanneer het toestel van een zeer warme ruimte naar een koude ruimte wordt verplaatst.
Het toestel werkt dan mogelijk niet juist. U moet in dat geval de disc verwijderen en het toestel een paar uur ingeschakeld laten totdat de condens is verdampt.
• Stel discs NIET aan het directe zonlicht of hitte van andere warmtebronnen onderhevig en bewaar discs niet op plaatsen met hoge temperaturen en vochtigheid.
• Laat discs NIET in uw auto liggen.
Reinigen van het toestel
• Vlekken op het toestel
Verwijder vlekken en vuil met een zachte doek. Voor het verwijderen van hardnekkig vuil moet u een doek met een oplossing van water en een mild schoonmaakmiddel bevochtigen, de doek vervolgens goed uitwringen en dan de vlekken wegvegen. Droog na met een droge doek.
• Voorkom een verslechtering van de kwaliteit, beschadiging of bladderen van de lak van het toestel en let derhalve op de volgende punten.
— Veeg het toestel NIET met een harde, schurende doek
schoon. — Druk NIET te hard op de doek bij het schoonmaken. — Veeg NIET schoon met thinner of benzine. — Gebruik GEEN vluchtige middelen, bijvoorbeeld
insektensprays in de buurt van het toestel. — Zorg dat rubber of plastic NIET langdurig contact met
het toestel maakt.
– 53 –

Overzicht

OPC (Optimum Power Control)
OPC is een functie waarmee de geplaatste disc wordt gecontroleerd en in overeenstemming automatisch de laser wodt ingesteld voor een optimale opname voordat de opname via de digitale optische ingangsaansluiting start.
PCA (Power Calibration Area)
Dit is een ruimte aan het begin van een CD-R/CD-RW voor het calibreren van het laseruitgangsvermogen dat voor opname op de disc vereist is.
PMA (Program Memory Area)
Dit is een tijdelijk geheugengebied op een CD-R/CD-RW waar informatie over de opnamen op de disc— fragmentnummers, start- en eindpunten van fragmenten, etc.—wordt vastgelegd totdat de disc is afgerond. Bij het afronden van de disc wordt de informatie in de TOC (Inhoudsopgave) van de disc vastgelegd (zie hieronder).
Bemonsteringsfrequentie
W anneer analoge signalen in digitale signalen w orden omgezet, worden deze signalen in veel punten gescheiden en gedigitaliseerd. Deze scheidingsmethode wordt “bemonsteren” of “sampling” genoemd. De bemonsteringsfrequentie toont in hoeveel punten een seconde wordt gescheiden—v oor CD-geluid bijvoorbeeld, wordt één seconde in 44 100 punten gescheiden omdat de bemonsteringsfrequentie 44,1 kHz is.
SCMS (Serial Copy Management System)
Digitale audiocomponenten, bijvoorbeeld een CD-recorder, MD (mindisc)-recorder en DAT (Digitaal audiocassette)­recorder, kunnen audiosignalen in digitale vorm via de digitale in- en uitgangsaansluitingen uitwisselen. Dit soort digitale audiocomponenten kunnen muzieksignalen met zeer weinig kwaliteitsverlies digitaal kopiëren. Het was daarom nodig om ter bescherming van de auteursrechten een systeem te ontwerpen dat het kopiëren beperkt en het resultaat was “SCMS (Serial Copy Management System)”. SCMS staat uitsluitend eerste-generatie digitale kopieën van voorbespeelde software (bijvoorbeeld CD’s of voorbespeelde MD’s) toe ter bescherming van de auteursrechten.
Nederlands
ABCDEFG
OKAY
T
A
I
A
G
I
D
L
ABCDEFG
T
A
I
A
G
I
D
L
NEE
ABCDEFG
TOC (Table of Contents)
TOC is een soort inhoudsopgave met diverse informatie over de disc (fragmentnummers, weergavetijd, enz.). Dankzij deze TOC kan bijvoorbeeld een fragment op de disc zeer snel worden opgezocht. Voor het schrijven van de TOC op een CD-R of CD-RW moet u de disc afronden.
3:12
liedje
4:15
Inhoud van fragmenten (liedjes)
liedje liedje
6:05
– 54 –

Mededelingen

Mededeling
ALL SKIP TR
ALREADY FINAL
ALREADY UNFIN.
BLANK DISC
CANNOT ERASE
CANNOT FIN.
CANNOT LISTEN
CANNOT REC
CANNOT UNFIN.
Nederlands
CDR DISC NG
DAO DISC
DISC FULL
NOT A UDIO IN
NOT REC MUTE
NO AUDIO DISC
NO RW DISC
NO R/RW DISC
OPC ERROR
OPC FULL
PMA FULL
SCMS PROTECT
SHORT REMAIN
SKIP FULL TNO FULL
UNLOCK
UPDATE OPC
Betekenis
Er zijn reeds overslaan-markeringen voor alle fr agmenten aangebracht.
U probeert een fragment te wissen of een overslaan-markering aan te brengen op een reeds afgeronde disc.
U probeert het afronden te annuleren voor een niet-afgeronde disc. De geplaatste disc is leeg. De geplaatste disc is beschadigd. Wissen van deze disc is
onmogelijk. De geplaatste disc is beschadigd. Afronden van deze disc is
onmogelijk. U probeert het volume tijdens opname met hoge snelheid in te
stellen.
De disc is beschadigd. Opnemen op deze disc is onmogelijk. De geplaatste disc beschadigd. Het annuleren van het afronden
van deze disc is onmogelijk. De geplaatste CD-R is beschadigd. U probeert het afronden te annuleren van een CD-RW die met
het “Disc At Once” opnamesysteem is opgenomen. U probeert op een reeds geheel opgenomen CD-R of CD-RW op
te nemen. Het binnenkomende digitale signaal is niet van het
audioformaat.
U probeert de REC MUTE toets te gebruiken tijdens synchroonopname.
De geplaatste disc is geen audiodisc. U probeert een functie te gebruiken die uitsluitend voor een
CD-RW kan worden gebruikt. U probeert een functie te gebruiken die uitsluitend voor een
CD-R of CD-RW kan worden gebruikt. OPC kan niet worden uitgevoerd. Deze disc kan niet worden
opgenomen of gewist. PCA is vol. Deze disc kan niet worden opgenomen of gewist. PMA is vol. Deze disc kan niet worden opgenomen of gewist. Digitale opname is verboden door de SCMS bepalingen. De resterende tijd van een disc is korter dan de weergavetijd van
het fragment dat u probeert op te nemen. Er zijn reeds 21 overslaan-markeringen aangebracht. Er zijn reeds 99 fragmenten opgenomen. U kunt niet meer
fragmenten opnemen. Het externe digitale component is niet juist aangesloten,
uitgeschakeld of de signalen zijn niet met dit toestel compatibel. OPC wordt uitgevoerd voordat de opname start, direct na het
plaatsen van een disc in de CD-recorder.
Oplossinng
Vervang de disc.
Vervang de disc.
Vervang de disc.
Tijdens opname met hoge snelheid hoort u geen geluid; het volume kan derhalve niet worden ingesteld.
Vervang de disc. Vervang de disc.
Vervang de disc. Vervang de disc.
Vervang de disc.
Controleer de bron die op het met de LINE DIGITAL IN aansluiting aangesloten externe component wordt afgespeeld.
U kunt de REC MUTE toets alleen tijdens standaardopname gebruiken.
Vervang de disc. Plaats een CD-RW.
Plaats een CD-R of CD-RW.
Vervang de disc.
Vervang de disc. Vervang de disc. Zie “SCMS” op bladzijde 54.
Controleer de verbinding of de weergavebron.
Dit is normaal. De opname start nadat OPC is uitgevoerd.
– 55 –

Oplossen van problemen

Controleer voordat u de hulp van een vakman inschakelt eerst de volgende lijst indien u een probleem met het toestel heeft. Raadpleeg een erkende vakman of de plaats van aankoop voor onderhoud indien het probleem niet aan de hand van de onderstaande lijst kan worden opgelost.
Symptoom
Geen geluid.
Opname op een CD-R of CD-RW onmogelijk.
Slechte radio-ontvangst.
Afstandsbediening werkt niet.
Geplaatste discs kunnen niet worden uitgeworpen.
Disc kan niet worden afgespeeld. Disc slaat tijdens weergave over.
Bedieningen worden niet uitgevoerd.
Mogelijke oorzaak
Verkeerde of losse verbindingen.
CD-ROM geplaatst.
CD-R of CD-RW is verkeerd om geplaatst. (“NO DISC” wordt op het display getoond).
Afgeronde CD-R of CD-RW geplaatst.
Disc is vuil of heeft krassen.
Antenne is niet juist aangesloten.
AM (MG/LG)-ringantenne is te dicht bij het toestel geplaatst.
FM-antenne is niet goed uitgestrekt en niet goed gericht.
Obstakel in het pad tussen de afstandsbediening en de afstandsbedieningsensor op het toestel.
Batterijen zijn leeg.
Stekker van het netsnoer niet in een stopcontact gestoken.
“Disc Lock” is geactiveerd.
Disc verkeerd om geplaatst. Disc is vuil of heeft krassen.
De ingebouwde microprocessor werkt niet juist vanwege externe elektrische interferentie.
Oplossing
Controleer alle verbindingen en corrigeer fouten. (Zie bladzijden 8 – 11).
Vervang de disc.
Plaats de disc juist.
CD-R: Vervang de disc. CD-RW: Annuleer de afronding van de CD-RW (zie bladzijde 46).
Reinig of vervang de disc (zie bladzijde 53).
Sluit de antenne opnieuw goed aan.
Verander de plaats en richting van de AM (MG/LG)-ringantenne.
Strek de FM-antenne uit en richt voor een optimale ontvangst.
Verwijder het obstakel.
Vervang de batterijen. (Zie bladzijde 12).
Steek de stekker in een stopcontact.
Schakel “Disc Lock” uit. (Zie bladzijde 28).
Plaats de disc met het label boven. Reinig of vervang de disc. (Zie
bladzijde 53). Trek de stekker uit het stopcontact en
steek vervolgens weer in het stopcontact.
Nederlands
BELANGRIJK
• Maak alvorens een belangrijke opname uit te voeren, eerst een testopname en controleer dat het opnameresultaat juist is voordat de werkelijke opname wordt gestart.
• De fabrikant is in de breedste zin van het woord niet aansprakelijk voor schade ten gevolge van gemiste kansen of het per ongeluk wissen van materiaal tijdens opname of weergave als veroorzaakt door een onjuiste werking of defect van het toestel.
– 56 –

Technische gegevens

Versterker
Uitgangsvermogen (IEC 268-3/DIN):
19 W per kanaal, min. RMS, beide kanalen aangedreven in 6 bij 1 kHz, met niet meer dan 0,9% totale harmonische vervorming.
Audio-ingangsgevoeligheid/Impedantie (bij 1 kHz)
Analoge ingang:
LINE IN: 125 mV/47 k (bij “LEVEL 2”)
Digitale ingang:
LINE DIGITAL IN: OPTICAL
Nederlands
Audio-uitgangsniveau/Impedantie (bij 1 kHz) Analoge uitgang:
LINE OUT: 160 mV/2,2 k
Digitale uitgang:
3CD DIGITAL OUT: OPTICAL
Luidsprekers/Impedantie: 6 — 16
500 mV/47 k (bij “LEVEL 1”) 1,3 V/47 k (bij “LEVEL 3”)
Signaalgolflengte: 660 nm Ingangsniveau: –23 dBm t/m –15 dBm (Met de ingebouwde converter voor bemonsteringsfrequentie-waarde, corresponderend met 32 kHz/ 44,1 kHz/48 kHz)
Signaalgolflengte: 660 nm Uitgangsniveau: –23 dBm t/m –15 dBm
Tuner
FM-afstembereik:
87,50 MHz — 108,00 MHz
AM (MG/LG)-afstembereik:
MG: 522 kHz — 1 629 kHz LG: 144 kHz — 288 kHz
– 57 –
CD-speler
CD-capaciteit: 3 CD’s Dynamisch bereik: 88 dB Signaal-tot-ruisverhouding: 95 dB Wow en Flutter: Niet te meten
CD-recorder
Systeem: Compact disc digitaal audio-
opnamesysteem Bemonsteringsfrequentie: 44,1 kHz Dynamisch bereik: 91 dB Signaal-tot-ruisverhouding: 94 dB Frequentierespons: 20 Hz t/m 20 kHz Wow en Flutter: Niet te meten
Algemeen
Stroomvereiste: Stroomverbruik: 70 W (bij werking)
Afmetingen (bij benadering): 185 mm x 210 mm x 349 mm
Gewicht (bij benadering): 7,4 kg
230 V , 50 Hz, wisselstroom
1 W (tijdens standby: met
display uitgeschakeld)
3,3 W (tijdens standby: met
display ingeschakeld)
(B/H/D)
Bijgeleverde accessoires
Zie bladzijde 8.
Ontwerp en technische gegevens zijn zonder voorafgaande kennisgeving wijzigbaar.
Nederlands
– 58 –
VICTOR COMPANY OF JAPAN, LIMITED
GE, FR, NL
0701MWMMDWJEM
JVC
Loading...