Veiligheidsinformatie2
Veiligheidsvoorschriften3
Beschrijving van het product6
Dagelijks gebruik7
Aanwijzingen en tips10
Onderhoud en reiniging12
Probleemoplossing12
Montage 14
Technische informatie16
Energiezuinigheid17
Wijzigingen voorbehouden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en
gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie.
Bewaar de instructies van het apparaat voor toekomstig
gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar
en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke,
zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan
ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of
instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van
het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat
•
als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet.
Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveiliging,
•
raden wij aan dit te activeren.
Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd door
•
kinderen zonder toezicht.
Houd kinderen jonger dan 3 jaar uit de buurt of onder
•
permanent toezicht.
Algemene veiligheid
Het apparaat en de toegankelijke onderdelen ervan worden
•
heet tijdens gebruik. De verwarmingselementen niet
aanraken.
• Bedien het apparaat niet met een externe timer of een apart
afstandbedieningssysteem.
• Zonder toezicht koken op een kookplaat met vet of olie kan
gevaarlijk zijn en brandgevaar opleveren.
• Probeer brand nooit met water te blussen, maar schakel in
plaats daarvan het apparaat uit en bedek de vlam, d.w.z.
met een deksel of blusdeken.
• Bewaar geen voorwerpen op de kookplaten.
• Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en
deksels mogen niet op de kookplaat worden geplaatst,
aangezien ze heet kunnen worden.
• Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te
maken.
• Schakel het kookplaatelement uit na elk gebruik met de
bedieningstoetsen. Vertrouw niet op de pandetector.
• Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten is,
schakel het apparaat dan uit om het risico op elektrische
schokken te voorkomen.
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant, een
erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze
vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
3
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Montage
WAARSCHUWING! Alleen een
erkende installatietechnicus mag
het apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
• Houd de minimumafstand naar andere
apparaten en units in acht.
• Wees voorzichtig met het verplaatsen
van het apparaat, het is zwaar. Draag
altijd veiligheidshandschoenen.
• Dicht de oppervlakken af met kit om te
voorkomen dat ze gaan opzetten door
vocht.
• Bescherm de bodem van het apparaat
tegen stoom en vocht.
• Installeer het apparaat niet naast een
deur of onder een raam. Dit voorkomt
dat heet kookgerei van het apparaat valt
als de deur of het raam wordt geopend.
• Als het apparaat geïnstalleerd is boven
lades zorg er dan voor dat de ruimte
tussen de onderkant van het apparaat
en de bovenste lade voldoende is voor
luchtcirculatie.
• De onderkant van het apparaat kan heet
worden. Wij raden aan om een
onbrandbaar scheidingspaneel te
plaatsen onder het apparaat om te
voorkomen dat de onderkant kan
worden aangeraakt.
• Zorg ervoor dat er een ventilatieruimte
van 2 mm vrij is tussen het werkblad en
4
de voorkant van de onderste unit. De
garantie dekt geen schade veroorzaakt
door het gebrek aan een adequate
ventilatieruimte.
Aansluiting aan het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING! Gevaar
voor brand en elektrische
schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd elektromonteur
worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact.
• Verzeker u ervan dat de stekker uit het
stopcontact is getrokken, voordat u
welke werkzaamheden dan ook uitvoert.
• Controleer of de elektrische informatie
op het typeplaatje overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
• Zorg ervoor dat het apparaat correct is
geïnstalleerd. Losse en onjuiste
stroomkabels of stekkers (indien van
toepassing) kunnen ervoor zorgen dat
de contactklem te heet wordt.
• Gebruik de juiste stroomkabel.
• Voorkom dat de stroomkabels verstrikt
raken.
• Zorg ervoor dat er een
schokbescherming wordt geïnstalleerd.
• Gebruik het klem om spanning op het
snoer te voorkomen.
• Zorg ervoor dat de stroomkabel of
stekker (indien van toepassing) het hete
apparaat of heet kookgerei niet aanraakt
als u het apparaat op de nabijgelegen
contactdozen aansluit
• Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker (indien van
toepassing) of kabel niet beschadigt.
Neem contact op met onze serviceafdeling of een elektromonteur om een
beschadigde hoofdkabel te vervangen.
• De schokbescherming van delen onder
stroom en geïsoleerde delen moet op
zo'n manier worden bevestigd dat het
niet zonder gereedschap kan worden
verplaatst.
• Steek de stekker pas in het stopcontact
als de installatie is voltooid. Zorg ervoor
dat het netsnoer na installatie bereikbaar
is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op een
losse stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd aan
de stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatieapparaten: stroomonderbrekers,
zekeringen (schroefzekeringen moeten
uit de houder worden verwijderd),
aardlekschakelaars en contactgevers.
• De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor het
apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
Gebruik
WAARSCHUWING! Gevaar op
letsel, brandwonden of
elektrische schokken.
• Verwijder voor gebruik (indien van
toepassing) de verpakking, labels en
beschermfolie.
• Gebruik dit apparaat in een
huishoudelijke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen
niet geblokkeerd zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet
onbeheerd achter.
• Zet de kookzone op "uit" na elk gebruik.
• Vertrouw niet alleen op de pandetector.
• Leg geen bestek of pannendeksels op
de kookzones. Deze kunnen heet
worden.
• Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt
als werkblad of aanrecht.
5
• Sluit het apparaat direct af van de
stroomtoevoer als het oppervlak van het
apparaat gebroken is. Dit om elektrische
schokken te voorkomen.
• Gebruikers met een pacemaker moeten
een afstand van minimaal 30 cm
bewaren van de inductiekookzones als
het apparaat in werking is.
• Als u eten in de hete olie doet, kan het
spatten.
WAARSCHUWING! Risico op
brand en explosie
• Verhitte vetten en olie kunnen
ontvlambare damp afgeven. Houd
vlammen of verwarmde voorwerpen uit
de buurt van vet en olie als u er mee
kookt.
• De dampen die hete olie afgeeft kunnen
spontane ontbranding veroorzaken.
• Gebruikte olie die voedselresten bevat
kan brand veroorzaken bij een lagere
temperatuur dan olie die voor de eerste
keer wordt gebruikt.
• Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlambare
producten in, bij of op het apparaat.
WAARSCHUWING! Risico op
schade aan het apparaat.
• Zet geen heet kookgerei op het
bedieningspaneel.
• Laat kookgerei niet droogkoken.
• Laat geen voorwerpen of kookgerei op
het apparaat vallen. Het oppervlak kan
beschadigen.
• Activeer de kookzones niet met lege
pannen of zonder pannen erop.
• Geen aluminiumfolie op het apparaat
leggen.
• Pannen van gietijzer, aluminium of met
beschadigde bodems kunnen krassen
veroorzaken in het glas / glaskeramiek.
Til deze voorwerpen altijd op als u ze
moet verplaatsen op het kookoppervlak.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd om
mee te koken. Het mag niet worden
gebruikt voor andere doeleinden, zoals
het verwarmen van een kamer.
Onderhoud en reiniging
• Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
• Schakel het apparaat uit en laat het
afkoelen voordat u het schoonmaakt.
• Trek voor onderhoudswerkzaamheden
de stekker uit het stopcontact.
• Gebruik geen waterstralen of stoom om
het apparaat te reinigen.
• Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik
geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Verwijdering
WAARSCHUWING! Gevaar
voor letsel of verstikking.
• Neem contact met uw plaatselijke
overheid voor informatie m.b.t. correcte
afvalverwerking van het apparaat.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af en
gooi dit weg.
Servicedienst
• Neem contact op met een erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat.
• Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
210 mm
180 mm
145 mm
300 mm
121
11
1245
8
3
679
6
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Indeling kookplaat
Inductiekookzone
1
Bedieningspaneel
2
Bedieningspaneel lay-out
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. De displays, indicatielampjes en
geluiden tonen welke functies worden gebruikt.
Tiptoets
1
2
-KookstanddisplayDe kookstand weergeven.
3
-Timerindicatie voor de
4
-TimerdisplayGeeft de tijd in minuten weer.
5
6
-functieOpmerking
AAN/UITDe kookplaat in- en uitschakelen.
Toetsblokkering / Het kinderslot
kookzones
-Kookzone selecteren:
Het bedieningspaneel vergrendelen/ontgrendelen.
Geeft aan voor welke zone u de tijd instelt.
7
Tiptoets
7
8
9
-functieOpmerking
-De tijd verlengen of verkorten.
/
-Het instellen van de kookstand.
/
PowerfunctieDe functie in- en uitschakelen.
Kookstanddisplays
WeergaveOmschrijving
De kookzone is uitgeschakeld.
-
+ cijfer
De kookzone wordt gebruikt.
Automatisch opwarmen -functie is in werking.
Powerfunctie is in werking.
Er is een storing.
Er is nog een kookzone heet (restwarmte).
Toetsblokkering / Het kinderslot functie is in werking.
Het kookgerei is niet geschikt of te klein, of er is geen kookgerei op de
kookzone geplaatst.
Automatisch uitschakelen -functie is in werking.
Restwarmte-indicatie
WAARSCHUWING! Er
bestaat verbrandingsgevaar
door restwarmte.
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
In- en uitschakelen
Raak 1 seconde aan om de kookplaat
in– of uit te schakelen.
De inductiekookzones creëren de voor het
kookproces benodigde warmte direct in de
bodem van de pan. Het glaskeramiek wordt
verwarmd door de warmte van de pannen.
Automatisch uitschakelen
De functie schakelt de kookplaat
automatisch uit als:
• alle kookzones zijn uitgeschakeld.
• u de kookstand niet instelt nadat u de
kookplaat hebt ingeschakeld.
8
• u iets hebt gemorst of iets langer dan 10
seconden op het bedieningspaneel hebt
gelegd (een pan, doek, etc.). Er klinkt
een geluidssignaal en de kookplaat
wordt uitgeschakeld. Verwijder het
voorwerp of reinig het bedieningspaneel.
• De kookplaat te heet wordt (b.v. als een
pan droogkookt). De kookzone moet
afgekoeld zijn voordat u de kookplaat
weer kunt gebruiken.
• u ongeschikte pannen gebruikt. Het
symbool gaat branden en na 2
minuten schakelt de kookzone
automatisch uit.
• u een kookzone niet uitschakelt of de
kookstand verandert. Na enige tijd gaat
branden en wordt de kookplaat
uitgeschakeld.
De verhouding tussen warmteinstelling en de tijd waarna de
kookplaat uitschakelt:
Temperatuurinstelling
, 1 - 2
3 - 45 uur
54 uur
6 - 91,5 uur
De kookplaat
schakelt uit na
6 uur
De kookstand
aanraken om te verhogen. aanraken
om te verlagen. Raak
en tegelijkertijd
aan om de kookzone uit te schakelen.
Automatisch opwarmen
Als u deze functie activeert, kunt u in
minder tijd een benodigde kookstand
verkrijgen. De functie schakelt even de
hoogste kookstand in en verlaagt dan naar
de juiste kookstand.
Om de functie in werking te
stellen moet de kookzone koud
zijn.
De functie voor een kookzone
inschakelen: raak aan ( gaat aan).
Raak direct aan ( gaat branden). Raak
direct aan tot de correcte warmte-
instelling gaat branden. Na 3 seconden
gaat branden.
De functie uitschakelen: raak aan.
Powerfunctie
Deze functie maakt meer vermogen
beschikbaar voor de inductiekookzones. De
functie kan slechts een beperkte tijd voor
de inductiekookzone worden ingeschakeld.
Daarna wordt de inductiekookzone
automatisch teruggeschakeld naar de
hoogste kookstand.
Zie het hoofdstuk 'Technische
informatie'.
Om de functie voor een kookzone te
activeren: raak aan. gaat branden.
Om de functie uit te schakelen: raak
of aan.
Timer
Timer met aftelfunctie
U kunt deze functie gebruiken om in te
stellen hoe lang de kookzone moet werken
voor een kooksessie.
Stel eerst de kookzone in en dan de
functie. U kunt de kookstand vóór of na
het instellen van de functie instellen.
Kookzone instellen: raak
malen aan tot het lampje van de gewenste
kookzone brandt.
De functie inschakelen of de tijd
wijzigen: raak of van de timer aan
om de tijd in te stellen (00 - 99 minuten). Als
het lampje van de kookzone langzaam gaat
knipperen, wordt de tijd afgeteld.
Resterende tijd weergeven:selecteer de
kookzone met . Het indicatielampje van
de kookzone gaat sneller knipperen. Op het
meerdere
9
display wordt de resterende tijd
weergegeven.
Om de functie uit te schakelen: stel de
kookzone in met en raak aan. De
resterende tijd telt terug tot 00. Het
indicatielampje van de kookzone gaat uit.
Als de tijd verstreken is, klinkt er
een geluidssignaal en knippert
00. De kookzone wordt
uitgeschakeld.
Het geluidssignaal stopzetten: Raak
aan.
Kookwekker
U kunt deze functie gebruiken als een
kookwekker terwijl de kookplaat is
ingeschakeld en de kookzones niet werken
(het display van de kookstand toont ).
Om de functie in te schakelen: Raak
aan. Raak of van de timer aan om de
tijd in te stellen. Als de tijd verstreken is,
klinkt er een geluidssignaal en knippert 00.
Het geluidssignaal stopzetten: Raak
aan.
De functie heeft geen invloed op
de werking van de kookzones.
Toetsblokkering
U kunt het bedieningspaneel vergrendelen
terwijl de kookzones in werking zijn.
Hiermee wordt voorkomen dat de
kookstand per ongeluk wordt veranderd.
Stel eerst de kookstand in.
Om de functie in te schakelen: raak
aan. gaat gedurende 4 seconden
aan.De timer blijft aan.
Om de functie uit te schakelen: Raak
aan. De vorige kookstand gaat aan.
Als u de kookplaat uitzet, stopt
u deze functie ook.
Het kinderslot
Deze functie voorkomt dat het kooktoestel
onbedoeld wordt gebruikt.
Om de functie in te schakelen: zet de
kookplaat aan met . Stel geen kookstand
in. Raak 4 seconden aan. gaat aan.
Zet de kookplaat uit met .
Om de functie uit te schakelen: zet de
kookplaat aan met . Stel geen kookstand
in. Raak 4 seconden aan. gaat aan.
Zet de kookplaat uit met .
Het opheffen van de functie voor maar
één kooktijd: zet de kookplaat aan met
. gaat aan. Raak 4 seconden aan.
Stel de kookstand in binnen 10
seconden. U kunt het kooktoestel
bedienen. Als u de kookplaat met
werkt de functie weer.
uitzet
Vermogensbeheer-functie
• De kookzones zijn gegroepeerd volgens
locatie en aantal fasen van de kookplaat.
Zie afbeelding.
• Elke fase heeft een maximale
elektriciteitslading van 3700 W.
• De functie verdeelt het vermogen tussen
de kookzones aangesloten op dezelfde
fase.
• De functie wordt geactiveerd als de
totale elektriciteitslading van de
kookzones aangesloten op een enkle
fase de 3700 W overschrijdt.
• De functie verlaagt het vermogen naar
de andere kookzones aangesloten op
dezelfde fase.
• Het warmte-instellingsdisplay van de
verlaagde zone verandert tussen twee
niveaus.
10
AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Kookgerei
Bij een inductiekookzone zorgt
een sterk elektro-magnetisch
veld ervoor dat het kookgerei
erg snel heet wordt.
Gebruik de inductiekookzones
met geschikt kookgerei.
Materiaal van het kookgerei
• correct: gietijzer, staal, geëmailleerd
staal, roestvrij staal, meerlaagse bodem
(aangemerkt als geschikt voor inductie
door de fabrikant).
• niet correct: aluminium, koper,
messing, glas, keramiek, porselein.
Het kookgerei is geschikt voor een
inductiekookplaat als:
• een beetje water op een zone met de
hoogste kookstand binnen korte tijd
wordt verwarmd.
• een magneet vast blijft zitten aan de
bodem van het kookgerei.
De bodem van het kookgerei
moet zo dik en vlak mogelijk zijn.
Afmetingen van de pannen
Inductiekookzones passen zich tot op
zekere hoogte automatisch aan de grootte
van de bodem van de pan aan.
De efficiëntie van de kookzone heeft
betrekking op de diameter van het
kookgerei. Kookgerei met een diameter die
kleiner is dan het minimum, ontvangt
slechts een deel van het vermogen dat door
de kookzone wordt gegenereerd.
Zie het hoofdstuk 'Technische
informatie'.
Lawaai tijdens gebruik
Als u dit hoort:
• krakend geluid: de pan is gemaakt van
verschillende materialen (sandwichconstructie).
• fluitend geluid: bij gebruik van de
kookzone met een hoge kookstand en
als de pan is gemaakt van verschillende
materialen (sandwich-constructie).
• zoemen: als u hoge kookstanden
gebruikt.
• klikken: er treedt elektrische schakeling
op.
• sissen, zoemen: de ventilator werkt.
Deze geluiden zijn normaal en hebben
niets met een defect van de kookplaat
te maken.
11
Voorbeelden van
kooktoepassingen
De relatie tussen het stroomverbruik van de
warmte-instelling en de kookzone is niet
lineair. Wanneer u de warmte-instelling
kookzone. Het betekent dat de kookzone
met de medium warmte-instelling minder
dan de helft van het vermogen gebruikt.
De gegevens in de volgende
tabel dienen slechts als richtlijn.
verhoogt, is dit niet proportioneel met de
toename in stroomverbruik van de
Verwarmingsstand
- 1
1 - 2Hollandaisesaus, smelten: bot-
1 - 2Stollen: luchtige omeletten, ge-
2 - 3Zachtjes aan de kook brengen
3 - 4Stomen van groenten, vis en
4 - 5Aardappelen stomen.20 -
4 - 5Bereiden van grotere hoeveel-
6 - 7Lichtjes braden: kalfsoester,
7 - 8Door-en-door gebraden, opge-
9Aan de kook brengen van water, pasta koken, aanbraden van vlees (goulash,
Gebruik om:Tijd
(min)
Bereide gerechten warmhouden.
er, chocolade, gelatine.
bakken eieren.
van rijst en gerechten op melkbasis, reeds bereide gerechten
opwarmen.
Aan de kook brengen van grote hoeveelheden water. Powerfunctie is geactiveerd.
zoals
nodig
5 - 25Van tijd tot tijd mengen.
10 40
25 50
20 45
60
60 150
zoals
nodig
5 - 15Halverwege de bereidingstijd
Tips
Een deksel op het kookgerei
doen.
Met deksel bereiden.
Voeg minstens tweemaal zoveel vloeistof toe als rijst, melkgerechten tijdens het bereiden
tussendoor roeren.
Een paar eetlepels vocht toevoegen.
Gebruik max. ¼ l water voor
750 g aardappelen.
Tot 3 l vloeistof plus ingrediënten.
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
omdraaien.
12
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Algemene informatie
• Reinig de kookplaat na elk gebruik.
• Gebruik altijd pannen met een schone
bodem.
• Krassen of donkere vlekken op de
oppervlakte hebben geen invloed op de
werking van de kookplaat.
• Gebruik een specifiek
schoonmaakmiddel voor het oppervlak
van de kookplaat.
• Gebruik een speciale schraper voor de
glazen plaat.
De kookplaat schoonmaken
Verwijder direct: gesmolten plastic,
•
gesmolten folie en suikerhoudende
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Wat moet u doen als…
gerechten. Anders kan het vuil de
kookplaat beschadigen. Plaats de
speciale schraper schuin op de glazen
plaat en verwijder resten door het blad
over het oppervlak te schuiven.
• Verwijder nadat de kookplaatvoldoende is afgekoeld: kalk- en
waterkringen, vetspatten en
metaalachtig glanzende verkleuringen.
Reinig de kookplaat met een vochtige
doek en een beetje niet-schurend
reinigingsmiddel. Droog de kookplaat na
reiniging af met een zachte doek.
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
U kunt de kookplaat niet inschakelen of bedienen.
De zekering is doorgebrand.Controleer of de zekering de
Schakel de kookplaat op-
U hebt twee of meer tiptoet-
De kookplaat is niet aangesloten op een stopcontact
of is niet goed geïnstalleerd.
sen tegelijk aangeraakt.
Controleer of de kookplaat
goed is aangesloten op het
lichtnet. Raadpleeg het aansluitingsschema.
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact
op met een erkende elektricien.
nieuw in en stel de kookstand binnen 10 seconden
in.
Raak slechts één tiptoets tegelijk aan.
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
Er ligt water of vetspatten op
het bedieningspaneel.
Er klinkt een geluidssignaal
en de kookplaat wordt uitgeschakeld.
Er weerklinkt een geluidssignaal als de kookplaat uit
staat.
De kookplaat schakelt uit.
Restwarmte-indicatie treedt
niet in werking.
Automatisch opwarmenfunctie werkt niet.
De hoogste verwarmings-
De kookstand schakelt tussen twee kookstanden.
De sensorvelden worden
warm.
gaat branden.
gaat branden.
gaat branden.
Het kookgerei is niet goed.Gebruik het juiste kookgerei.
De diameter aan de bodem
U hebt een of meer tiptoetsen afgedekt.
U hebt iets op de tiptoets
geplaatst.
De zone is niet heet, omdat
hij slechts kortstondig is gebruikt.
De zone is heet.Laat de zone voldoende af-
stand is ingesteld.
Vermogensbeheer-functie is
in werking.
Het kookgerei is te groot of
staat te dicht bij het bedieningspaneel.
Automatisch uitschakelen is
in werking.
Het kinderslot of de Toetsblokkering-functie is in werking.
Er staat geen kookgerei op
de zone.
van het kookgerei is te klein
voor de zone.
Reinig het bedieningspaneel.
Verwijder het voorwerp van
de tiptoetsen.
Verwijder het object van de
tiptoets.
Als het lang duurt alvorens
de zone voldoende heet is,
neem dan contact op met de
klantenservice.
koelen.
De hoogste kookstand heeft
hetzelfde vermogen als de
functie.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.
Plaats groter kookgerei op de
achterste zones indien mogelijk.
Schakel de kookplaat uit en
weer in.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.
Zet kookgerei op de zone.
Zie het hoofdstuk 'Nuttige
aanwijzingen en tips'.
Gebruik kookgerei met de
juiste afmetingen.
Zie het hoofdstuk 'Technische informatie'.
13
14
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
en een getal gaat bran-
den.
gaat branden.
Er is een fout in de kookplaat
opgetreden.
Er is een fout in de kookplaat
omdat kookgerei droog
kookt. Automatisch uitschakelen en de oververhittingsbeveiliging voor de zones
werkt.
Ontkoppel de kookplaat
enige tijd van de stroomtoevoer. Ontkoppel de zekering
uit het elektrische systeem
van het huis. Sluit het appa-
raat opnieuw aan. Als
weer gaat branden, neem
dan contact op met de klantenservice.
Schakel de kookplaat uit.
Verwijder het hete kookgerei.
Schakel na ongeveer 30 seconden de zone opnieuw in.
Als het kookgerei het probleem was, gaat de foutmelding weg. Restwarmte-indicatie kan aan blijven. Laat
het kookgerei voldoende afkoelen. Controleer of uw
kookgerei geschikt is voor de
kookplaat.
Zie het hoofdstuk 'Nuttige
aanwijzingen en tips'.
Als u het probleem niet kunt
oplossen...
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen,
neem dan contact op met uw verkoper of
de serviceafdeling. Zie voor deze gegevens
het typeplaatje. Geef ook de driecijferige
code voor het glaskeramiek (bevindt zich
op de hoek van het glazen oppervlak) en de
foutmelding die wordt weergegeven.
MONTAGE
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Voor montage
Voordat u de kookplaat installeert, dient u
de onderstaande informatie van het
typeplaatje te noteren. Het typeplaatje
bevindt zich onderop de kookplaat.
Serienummer ...........................
Verzeker u ervan dat u de kookplaat correct
gebruikt heeft. Bij onjuist gebruik van het
apparaat wordt het bezoek van de
onderhoudstechnicus van de klantenservice
of de vakhandelaar in rekening gebracht,
zelfs tijdens de garantieperiode. De
instructies over het service center en de
garantiebepalingen vindt u in het
garantieboekje.
Ingebouwde kookplaten
Inbouwkookplaten mogen alleen worden
gebruikt nadat zij ingebouwd zijn in
geschikte inbouwunits of werkbladen die
aan de normen voldoen.
Aansluitkabel
• De kookplaat is voorzien van een
aansluitsnoer.
min.
50mm
min.
500mm
min.
2mm
min. 2 mm
A
B
A
12 mm
28 mm
38 mm
B
57 mm
41 mm
31 mm
min
30 mm
min. 500 mm
< 20 mm
> 20 mm
min. 2 mm
A
B
A
12 mm
28 mm
38 mm
B
57 mm
41 mm
31 mm
min. 500 mm
R 5mm
min.
55mm
490+1mm
750+1mm
min.
38 mm
min.
2 mm
15
• Vervang de beschadigde voedingskabel
door het volgende netsnoer (of hoger):
Assemblage
H05BB-F T min 90°C. Neem contact op
met een klantenservice bij u in de buurt.
min.
12 mm
min.
2 mm
16
Beveiligingsdoos
Als u een beveiligingsdoos (een additioneel
toebehoren) gebruikt, zijn de ruimte van 2
mm op de vloer voor de luchtstroom en de
beschermingsvloer direct onder het fornuis
niet noodzakelijk. De beveiligingsdoos is als
toebehoren niet in elk land verkrijgbaar.
Neem contact op met uw plaatselijke
leverancier.
U kunt de beveiligingsdoos niet
gebruiken als u de kookplaat
boven een oven installeert.
TECHNISCHE INFORMATIE
Typeplaatje
Model JKSI804F5PNC productnummer 949 594 392 00
Type 58 GBD C0 AU220 - 240 V 50 - 60 Hz
Inductie 7.4 kWVervaardigd in Duitsland
Ser.nr. .................7.4 kW
JUNO
Specificatie kookzones
17
KookzoneNominaal
vermogen
(maximale
kookstand)
[W]
Linksvoor2300370010180 - 210
Linksachter1800--145 - 180
Middenvoor1400--125 - 145
Rechtsachter2400370010210 - 300
Het vermogen van de kookzones kan
enigszins afwijken van de gegevens in de
tabel. Het verandert met het materiaal en
Powerfunctie
[W]
Gebruik voor optimale kookresultaten alleen
kookgerei met een diameter niet groter dan
vermeld in de tabel.
Powerfunctie
maximale
duur [min]
Diameter van
het kookgerei
[mm]
de afmetingen van het kookgerei.
ENERGIEZUINIGHEID
Productinformatie volgens EU-richtlijn 66/2014
ModelidentificatieJKSI804F5
Type kooktoestelIngebouwde
kookplaat
Aantal kookzones4
VerwarmingstechnologieInductie
Diameter ronde kookzones
(Ø)
Energieverbruik per kookzone (EC electric cooking)
Energieverbruik van de
kookplaat (EC electric hob)
Linksvoor
Linksachter
Middenvoor
Rechtsachter
Linksvoor
Linksachter
Middenvoor
Rechtsachter
176,3 Wh / kg
21,0 cm
18,0 cm
14,5 cm
30,0 cm
173,2 Wh / kg
176,3 Wh / kg
184,1 Wh / kg
171,6 Wh / kg
EN 60350-2 - Elektrische huishoudelijke
kookapparaten - deel 2: Kookplaten Methodes voor het meten van de prestatie
Energiebesparing
U kunt elke dag energie besparen tijdens
het koken door de onderstaande tips te
volgen.
• Warm alleen de hoeveelheid water op
die u nodig heeft.
• Doe indien mogelijk altijd een deksel op
het kookgerei.
• Zet uw kookgerei op de kookzone
voordat u deze activeert.
• Zet kleiner kookgerei op kleinere
kookzones.
18
• Plaats het kookgerei precies in het
midden van de kookzone.
MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool .
Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen. Help
om het milieu en de volksgezondheid te
beschermen en recycle het afval van
elektrische en elektronische apparaten.
• Gebruik de restwarmte om het eten
warm te houden of te smelten.
Gooi apparaten gemarkeerd met het
symbool niet weg met het huishoudelijk
afval. Breng het product naar het
milieustation bij u in de buurt of neem
contact op met de gemeente.
Care and cleaning28
Troubleshooting28
Installation30
Technical information33
Energy efficiency33
Subject to change without notice.
SAFETY INFORMATION
Before the installation and use of the appliance, carefully read
the supplied instructions. The manufacturer is not responsible
if an incorrect installation and use causes injuries and
damages. Always keep the instructions with the appliance for
future reference.
Children and vulnerable people safety
• This appliance can be used by children aged from 8 years
and above and persons with reduced physical, sensory or
mental capabilities or lack of experience and knowledge if
they have been given supervision or instruction concerning
use of the appliance in a safe way and understand the
hazards involved.
• Do not let children play with the appliance.
• Keep all packaging away from children.
Keep children and pets away from the appliance when it
•
operates or when it cools down. Accessible parts are hot.
If the appliance has a child safety device, we recommend
•
you activate it.
Cleaning and user maintenance shall not be made by
•
children without supervision.
Children of less than 3 years should be kept away unless
•
continuously supervised.
19
General Safety
The appliance and its accessible parts become hot during
•
use. Do not touch the heating elements.
20
• Do not operate the appliance by means of an external timer
or separate remote-control system.
• Unattended cooking on a hob with fat or oil can be
dangerous and may result in fire.
• Never try to extinguish a fire with water, but switch off the
appliance and then cover flame e.g. with a lid or a fire
blanket.
• Do not store items on the cooking surfaces.
• Metallic objects such as knives, forks, spoons and lids
should not be placed on the hob surface since they can get
hot.
• Do not use a steam cleaner to clean the appliance.
• After use, switch off the hob element by its control and do
not rely on the pan detector.
• If the glass ceramic surface / glass surface is cracked,
switch off the appliance to avoid the possibility of electric
shock.
• If the supply cord is damaged, it must be replaced by the
manufacturer, an authorized Service or similarly qualified
persons in order to avoid a hazard.
SAFETY INSTRUCTIONS
Installation
WARNING! Only a qualified
person must install this
appliance.
• Remove all the packaging.
• Do not install or use a damaged
appliance.
• Obey the installation instruction supplied
with the appliance.
• Keep the minimum distance from the
other appliances and units.
• Always be careful when you move the
appliance because it is heavy. Always
wear safety gloves.
• Seal the cut surfaces with a sealant to
prevent moisture to cause swelling.
• Protect the bottom of the appliance from
steam and moisture.
• Do not install the appliance adjacent to a
door or under a window. This prevents
hot cookware to fall from the appliance
when the door or the window is opened.
• If the appliance is installed above
drawers make sure that the space,
between the bottom of the appliance
and the upper drawer, is sufficient for air
circulation.
• The bottom of the appliance can get hot.
Make sure to install a non-combustile
separation panel under the appliance to
prevent access to the bottom.
• Make sure that the ventilation space of 2
mm, between the worktop and the front
of the below unit, is free. The warranty
does not cover damages caused by the
lack of an adequate ventilation space.
21
Electrical Connection
WARNING! Risk of fire and
electrical shock.
• All electrical connections should be
made by a qualified electrician.
• The appliance must be earthed.
• Before carrying out any operation make
sure that the appliance is disconnected
from the power supply.
• Make sure that the electrical information
on the rating plate agrees with the
power supply. If not, contact an
electrician.
• Make sure the appliance is installed
correctly. Loose and incorrect electricity
mains cable or plug (if applicable) can
make the terminal become too hot.
• Use the correct electricity mains cable.
• Do not let the electricity mains cable
tangle.
• Make sure that a shock protection is
installed.
• Use the strain relief clamp on the cable.
• Make sure the mains cable or plug (if
applicable) does not touch the hot
appliance or hot cookware, when you
connect the appliance to the near
sockets
• Do not use multi-plug adapters and
extension cables.
• Make sure not to cause damage to the
mains plug (if applicable) or to the mains
cable. Contact our Authorised Service
Centre or an electrician to change a
damaged mains cable.
• The shock protection of live and
insulated parts must be fastened in such
a way that it cannot be removed without
tools.
• Connect the mains plug to the mains
socket only at the end of the installation.
Make sure that there is access to the
mains plug after the installation.
• If the mains socket is loose, do not
connect the mains plug.
• Do not pull the mains cable to
disconnect the appliance. Always pull
the mains plug.
• Use only correct isolation devices: line
protecting cut-outs, fuses (screw type
fuses removed from the holder), earth
leakage trips and contactors.
• The electrical installation must have an
isolation device which lets you
disconnect the appliance from the mains
at all poles. The isolation device must
have a contact opening width of
minimum 3 mm.
Use
WARNING! Risk of injury, burns
and electrical shock.
• Remove all the packaging, labelling and
protective film (if applicable) before first
use.
• Use this appliance in a household
environment.
• Do not change the specification of this
appliance.
• Make sure that the ventilation openings
are not blocked.
• Do not let the appliance stay unattended
during operation.
• Set the cooking zone to “off” after each
use.
• Do not rely on the pan detector.
• Do not put cutlery or saucepan lids on
the cooking zones. They can become
hot.
• Do not operate the appliance with wet
hands or when it has contact with water.
• Do not use the appliance as a work
surface or as a storage surface.
• If the surface of the appliance is
cracked, disconnect immediately the
appliance from the power supply. This to
prevent an electrical shock.
• Users with a pacemaker must keep a
distance of minimum 30 cm from the
induction cooking zones when the
appliance is in operation.
• When you place food into hot oil, it may
splash.
WARNING! Risk of fire and
explosion
• Fats and oil when heated can release
flammable vapours. Keep flames or
heated objects away from fats and oils
when you cook with them.
210 mm
180 mm
145 mm
300 mm
121
11
22
• The vapours that very hot oil releases
can cause spontaneous combustion.
• Used oil, that can contain food
remnants, can cause fire at a lower
temperature than oil used for the first
time.
• Do not put flammable products or items
that are wet with flammable products in,
near or on the appliance.
WARNING! Risk of damage to
the appliance.
• Do not keep hot cookware on the
control panel.
• Do not let cookware to boil dry.
• Be careful not to let objects or cookware
fall on the appliance. The surface can be
damaged.
• Do not activate the cooking zones with
empty cookware or without cookware.
• Do not put aluminium foil on the
appliance.
• Cookware made of cast iron, aluminium
or with a damaged bottom can cause
scratches on the glass / glass ceramic.
Always lift these objects up when you
have to move them on the cooking
surface.
• This appliance is for cooking purposes
only. It must not be used for other
purposes, for example room heating.
Care and cleaning
• Clean regularly the appliance to prevent
the deterioration of the surface material.
• Deactivate the appliance and let it cool
down before you clean it.
• Disconnect the appliance from the
electrical supply before maintenance.
• Do not use water spray and steam to
clean the appliance.
• Clean the appliance with a moist soft
cloth. Only use neutral detergents. Do
not use abrasive products, abrasive
cleaning pads, solvents or metal objects.
Disposal
WARNING! Risk of injury or
suffocation.
• Contact your municipal authority for
information on how to discard the
appliance correctly.
• Disconnect the appliance from the mains
supply.
• Cut off the mains cable and discard it.
Service
• To repair the appliance contact an
Authorised Service Centre.
• Use original spare parts only.
PRODUCT DESCRIPTION
Cooking surface layout
Induction cooking zone
1
Control panel
2
Loading...
+ 50 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.