Indesit PI 750 AST IX, PI 741 AS, PI 750 AS, PI 740 AS, PI 750 AST User Manual [de]

...
Gebruiksaanwijzing
KOOKPLAAT
NL
Nederlands, 1 Dansk, 23Deutsch, 12
DE
PI 740 AS
PI 741 AS
PI 750 AS
PI 750 AST
DK
Samenvatting
Het installeren, 2-6
Plaatsing
Elektrische aansluiting
Gasaansluiting
Kenmerken van de branders en de straalpijpjes
Beschrijving van het apparaat, 7
Algemeen aanzicht
Starten en gebruik, 8
Praktisch advies voor het gebruik van de branders
Praktisch advies voor het gebruik van de elektrische
plaat
Voorzorgsmaatregelen en advies, 9
Algemene veiligheidsmaatregelen
Afvalverwijdering
Onderhoud en verzorging, 10
De elektrische stroom afsluiten
Schoonmaken van het apparaat
Onderhoud gaskranen
NL
DE
Storingen en oplossingen, 11
Het installeren
NL
DE
! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele verdere
raadpleging. Wanneer u het product weggeeft, verkoopt, of
wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij het apparaat te
bewaren zodat alle nodige informatie voorhanden blijft.
! Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig door: er
staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik
en veiligheid.
De apparaten zijn gebruiksklaar gemaakt in de fabriek
voor de functies (zie typeplaatje en plaatje van de gas
instelling van het apparaat) :
 Natuurlijk gas Categorie II2E+3+ voor Belgie;
 Natuurlijk gas Categorie I2L voor Nederland.
Het is dus niet nodig verdere regelingen uit te voeren.
Plaatsing
! Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor kinderen
en dient daarom te worden weggegooid volgens de
geldende normen voor gescheiden afvalverzameling ( zie
Voorzorgsmaatregelen en advies).
! De installatie moet worden uitgevoerd door een
bevoegde installateur en volgens de instructies van
de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade
berokkenen aan personen, dieren of dingen.
! dit apparaat mag alleen geïnstalleerd worden en
funktioneren in goed geventileerde vertrekken volgens
de voorschriften van de van kracht zijnde Normen:
 NBN D51-003 e NBN D51-001 (voor België);
 NEN-1078 (voor Nederland).
De volgende eisen moeten in acht genomen worden:
Dit systeem kan worden
uitgevoerd door lucht direct van
buiten te onttrekken door middel
A
Voorbeelden ventilatie-opening voor verbrandingslucht
Aangrenzend vertrek
Te ventileren vertrek
van een buis met een doorsnede
van minstens 100 cm
2
en die
zodanig is geplaatst dat hij niet
per ongeluk verstopt kan raken.
Een andere manier is door op
indirecte wijze lucht te onttrekken
aan de aangrenzende vertrekken
die door middel van een
ventilatiebuis, zoals boven
Verhoging van de spleet tussen deur en vloer
beschreven, met buiten zijn
verbonden en die geen
gemeenschappelijke delen zijn
van het huis en ook geen ruimtes met hoog
brandgevaar of slaapkamers.
 (voor België) De gassen van vloeibaar gemaakte
gasmengsels (LPG) zijn zwaarder dan lucht en
blijven laag hangen. Om deze reden moeten
vertrekken waar LPG-flessen staan laag geplaatste
ontluchtingsopeningen hebben voor het afvoeren
van eventueel ontsnapt gas. Lege of halfvolle LPG-
flessen mogen dus niet worden geïnstalleerd of
bewaard in vertrekken die lager liggen dan de vloer
(kelders, enz.). Het is beter alleen de in gebruik
zijnde fles in het vertrek te bewaren, zodanig
geplaatst dat hij niet in rechtstreeks contact staat
met warmtebronnen (oven, open haard, kachel,
enz.) die hem tot temperaturen van meer dan 50°C
zouden kunnen brengen.
Inbouw
 Het vertrek moet voor de verbrandingsrook over een
afvoersysteem naar buiten toe beschikken. Dit kan
gebeuren door middel van een afzuigkap of een
elektrische ventilator die automatisch aangaan elke
keer als het apparaat wordt aangezet.
In het gevaal van een schoorsteen of vertakte rookleiding (gereserveerd voor fornuizen)
Rechtstreeks naar buiten
 Het vertrek moet een luchttoevoersysteem hebben
dat dient voor de normale verbranding van het gas.
De luchttoevoer die nodig is voor een normale
verbranding moet niet minder dan 2 m
3
/h zijn per
kW geïnstalleerd vermogen.
2
Het gasfornuis en het gemengde fornuis hebben een
beschermingsgraad tegen oververhitting van het type X.
Het is daardoor mogelijk het apparaat naast meubels te
plaatsen die niet hoger zijn dan het keukenblad. Voor een
juiste installatie van de kookplaat moeten de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht worden genomen:
 De meubels die direct naast de kookplaat staan en
hierboven uitsteken, moeten op minstens 600 mm
van de rand van de plaat staan.
 Een afzuigkap moet worden geïnstalleerd volgens
de voorschriften die u kunt vinden in het
instructieboekje van de afzuigkap zelf en in ieder
geval op een afstand van minstens 650 mm.
 Hang de keukenkastjes naast de kap op een
minimum hoogte van 420 mm van het keukenblad
(zie afbeelding).
Als de kookplaat onder een
keukenkastje wordt geplaatst,
600mm min.
moet deze zich op een afstand
van minstens 700 mm van het
700mm min.
540mm min.
keukenblad bevinden (zie
afbeelding).
 De opening van het meubel moet de afmetingen
hebben die in de afbeelding zijn aangegeven.
De bevestigingsklemmen maken een bevestiging
mogelijk van de kookplaat aan een keukenblad van
tussen de 20 en 40 mm dik. Voor een goede
bevestiging raden wij u aan alle bijgeleverde haken
te gebruiken.
555 mm
! Gebruik de haken die u vindt in de
toebehorenverpakking
Ventilatie
Om een goede ventilatie te bereiken moet u de
achterkant van het meubel verwijderen. Het verdient de
voorkeur de oven op twee houten balken te plaatsen, of
eventueel op een enkele plank die een opening heeft
van tenminste 45 x 560 mm (zie afbeeldingen).
45 mm.
560 mm.
NL
DE
55 mm
475 mm
 Als de kookplaat niet boven een inbouwoven wordt
geïnstalleerd, moet u een houten isolatieplank
aanbrengen. Deze moet op een minimum afstand
van 20 mm van de onderkant van de kookplaat
worden geplaatst.
Schema voor de bevestiging van de haken
Stand haak voor Stand haak voor
keukenblad H=20mm keukenblad H=30mm
Voor
Als de kookplaat wordt geïnstalleerd boven een
inbouwoven die niet beschikt over een
afkoelmechanisme met ventilator, moet de nodige
ventilatie binnen het meubel worden bereikt door het
creëren van openingen voor de toe- en afvoer van de
lucht. (zie afbeeldingen).
Elektrische aansluiting
De kookplaten met driepolige voedingskabel werken
met de wisselstroom, spanning en frequentie die
aangegeven zijn op het typeplaatje (aan de onderkant
van de kookplaat). De aarding van de kabel wordt
aangegeven door de kleuren geel-groen. Als het
fornuis wordt geïnstalleerd boven een inbouwoven
moeten de elektrische aansluitingen van fornuis en
oven apart worden uitgevoerd, zowel voor
veiligheidsredenen als voor het eventueel makkelijker
verwijderen van de oven.
Stand haak voor Achter
keukenblad H=40mm
Het aansluiten van de voedingskabel aan het
elektrische net
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt
aangesloten moet u tussen het apparaat en het net
3
NL
DE
een meerpolige schakelaar aanbrengen met een
afstand tussen de contacten van minstens 3mm,
aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend
aan de geldende normen (de aarding mag niet
worden onderbroken door de schakelaar). De
voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij
nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan
de kamertemperatuur.
! De installateur is verantwoordelijk voor een correcte
elektrische aansluiting en het in acht nemen van de
veiligheidsnormen.
Voor het aansluiten moet u controleren dat:
 het stopcontact geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
 het stopcontact in staat is het maximale vermogen
van het apparaat te dragen, zoals aangegeven op
het typeplaatje;
men eerst de verbinder te
monteren.R (Deze is op
L
aanvraag verkrijgbaar bij de
technische-service-dienst
G
Ariston) Tevens dient men zijn
pakking op de verbinder
R
G,die er uit ziet als een L ,
van de voedings-struktuur te
monteren. De verbinder is
gedraad: rond mannelijk 1/2 gas.
De aansluiting voert men uit met behulp van:
- een onbuigbare buis (voor Belgie volgens de
normen NBN D51-003)
- of met een flexibile buis van roestvrij staal die in de
muur zit en voortzet met bedradingsverbinder.
Daarbij dient het apparaat uitgerust te zijn van een
gaskraantje (voor Belgie A.G.B.) die gemakkelijk
draaibaar dient te zijn. Voor Nederland dient dit
gaskraantje aan de huidige Nationale Normen te
voldoen.
 de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje;
 het stopcontact en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel het
stopcontact te vervangen; gebruik geen
verlengsnoeren of dubbelstekkers.
! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is moeten het
snoer en het stopcontact gemakkelijk te bereiken zijn.
! De kabel mag niet worden gebogen of
samengedrukt.
! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd
en mag alleen door erkende monteurs worden
vervangen (zie Service).
! De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden
gesteld als deze normen niet worden nageleefd.
Gasaansluiting
De aansluiting van het apparaat aan de gasbuizen
moet worden uitgevoerd zoals voorgeschreven door
de geldende normen, en nadat men er zeker van is
dat het fornuis is ingesteld voor het type gas dat men
gaat gebruiken. In het omgekeerde geval (voor
België) gaat u te werk zoals beschreven in de
paragraaf Aanpassing aan verschillende types gas.
Om het apparaat aan de gasbuizen aan te sluiten
(II2E+3+ voor Belgie en I2L voor Nederland), dient
Aansluiting met onbuigzame buis (koper of staal)
! De aansluiting aan de gasleiding moet zodanig
worden uitgevoerd dat het apparaat niet beweegt.
Op de voedingsstructuur van het apparaat bevindt
zich een L-vormig, richtbaar verbindingsstuk
waarvan de afdichting is verzekerd door een pakking.
Als het verbindingsstuk gedraaid moet worden is het
absoluut noodzakelijk de pakking te vervangen (bij
het apparaat geleverd). Het verbindingsstuk waardoor
het gas toegang krijgt tot het fornuis is voorzien van
schroefdraad: 1/2 gas cilindrische schroefbout.
Aansluiting met een roestvrije stalen flexibele buis
aan een onafgebroken wand voorzien van
aanhechtingen met schroefdraad.
Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt
tot het fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas
cilindrische schroefbout.
De in werking stelling van deze buizen moet zodanig
worden bewerkstelligd dat hun lengte in uitgerolde
toestand niet meer dan 2000 mm is. Nadat de
aansluiting heeft plaatsgevonden moet u controleren
dat de flexibele metalen buis niet in contact komt met
de beweegbare delen of dat hij vastgekneld raakt.
! Gebruik uitsluitend buizen en afdichtingen die
voldoen aan de geldende landelijke normen.
4
Controleren gasdichtheid
! Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de
perfecte gasdichtheid van alle verbindingsstukken
worden gecontroleerd met een zeepoplossing en
nooit met een vlam.
2. Verwijder de knop en draai aan het regelschroefje
in of naast de spil van het kraantje totdat u een
kleine, regelmatige vlam bereikt.
3. Controleer of de brander aanblijft als u de knop snel
van hoog naar laag draait.
NL
DE
Aanpassen aan de verschillende soorten gas (voor
België)
Voor het aanpassen van de kookplaat aan een ander
soort gas dan waarvoor hij is bestemd (aangegeven
op het typeplaatje aan de onderkant van de kookplaat
of op de verpakking), moeten de straalpijpjes van de
branders op de volgende wijze worden vervangen:
1. verwijder de roosters van de kookplaat en schuif de
branders uit hun plaats.
2. schroef de straalpijpjes los met een steeksleutel
van 7mm en vervang ze met de straalpijpjes
geschikt voor het nieuwe type gas (zie tabel 1
Kenmerken van de branders en de straalpijpen).
4. Als bij de apparaten met een
veiligheidsmechanisme (thermo-element) dit
systeem niet werkt als de branders op de minimum
stand staan, moet u het minimum verhogen door
aan de stelschroef te draaien.
5. Als de regeling voltooid is moet u de zegels op de
bypass schroefjes weer op hun plaats brengen met
zegellak of dergelijk materiaal.
! Bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel
dicht worden geschroefd.
! Aan het einde van deze handelingen moet u het
oude etiket van de gasinstelling vervangen met het
etiket dat correspondeert met het nieuwe gas,
verkrijgbaar bij onze Technische Service Centers.
! Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend
(of variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de
toevoerbuis een drukteregelaar worden aangebracht
die voldoet aan de geldende landelijke normen.
3. zet de onderdelen weer op hun plaats door de
handelingen in omgekeerde volgorde uit te voeren.
4. aan het einde van deze handelingen moet u het
oude etiket dat de gasinstelling aangeeft
vervangen met het etiket dat overeenkomt met het
nieuwe gas dat u gaat gebruiken, verkrijgbaar bij
onze Technische Service Centers.
 Regelen primaire lucht van de straalpijpjes (voor
België)
De branders hebben geen regeling van de primaire
lucht nodig.
 Het regelen van de minimumstand (voor België)
1. Zet het kraantje op de minimumstand;
TYPEPLAATJE
Elektrische
aansluitingen
spanning 220-230V ~ 50/60 Hz
of 220-240V 60Hz (zie
typeplaatje)
maximum vermogen 1500W
Dit apparaat voldoet aan de
volgende EU Richtlijnen:
73/23/EEG van 19/02/73
(Laagspanning) en
daaropvolgende wijzigingen -
89/336/EEG van 03/05/89
(Elektromagnetische
Compatibiliteit) en
daaropvolgende wijzigingen -
93/68/EEG van 22/07/93 en
daaropvolgende wijzigingen.
EEG/90/336 van 29/06/90 (Gas)
en successievelijke modificaties.
2002/96/EC
5
NL
S
A
RR
S
UR
Kenmerken van de branders en de straalpijpjes
DE
Table 1 (Voor Belgie)
Gaspit Doorsnee Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
By-pas-
s
1/100
Vloeibaar gas Natuurlijk gas
Straal.
1/100
Bereik*
(g/h)
Straal.
1/100
Bereik*
(l/h)
(mm) Nomin. Gered. (mm) (mm) Butane Propane (mm) G20 G25
Gered.-Snel (RR)
100 2,60 0,70 41 80 189 186 110 248 288
Halp Snel (S) 75 1,90 0,40 30 70 138 136 106 181 218 Hulp (A) 55 1,00 0,40 30 50 73 71 79 95 111 Drievoudige ring
(TC)
130 3,60 1,30 57 94 262 257 137 343 399
Extra snel (UR) 100 3,40 0,70 41 91 240 236 123 314 365 Spanning
van voeding
Nominale (mbar)
Minimum (mbar)
Maximum (mbar)
28-30
20 35
37 25 45
20 15 25
25 15 30
Tabel 1 (Voor Nederland) Natuurlijk gas
Gaspit Doorsnee
(mm)
Thermisch vermogen
kW (p.c.s. *)
Straal.
1/100 (mm)
Bereik* (l/h)
Nominale Gered. G 25 Gered.-Snel (RR) 100 2,60 0,70 110 288 Half Snel (S) 75 1,90 0,40 106 218 Hulp (A) 55 1,00 0,40 79 111 Drievoudige ring (TC) 130 3,60 1,30 137 399 Extra snel (UR) 100 3,40 0,70 123 365 Spanning
van voeding
Nominale (mbar)
Minimum (mbar)
Maximum (mbar)
* A 15°C et 1013 mbar-gaz sec
Propane P.C.S. = 50,37 MJ/kg
Butane P.C.S. = 49,47 MJ/kg
Naturele G20 P.C.S. = 37,78 MJ/m³
Naturele G25 P.C.S. = 32,49 MJ/m³
S
R
A
S
RR
A
S
S
RR
TC
A
25 20 30
S
S
PI 740 AS PI 741 AS PI 750 AS PI 750 AST
6
Beschrijving
van het apparaat
Algemeen aanzicht
Roosters voor
PANNEN
Knoppen voor het regelen van de GASBRANDERS
en de ELEKTRISCHE KOOKPLAAT*
NL
GASBRANDERS
DE
ELEKTRISCHE
KOOKPLAAT*
Controlelampje WERKING
ELEKTRISCHE KOOKPLAAT*
VEILIGHEIDSMECHANISME*
ELEKTRISCHE PLATEN kunnen verschillende
diameters en vermogen hebben: normaal of
snel, dit laatste type platen herkent u door de
aanwezigheid van een rode stip in het midden.
 Controlelampje WERKING ELEKTRISCHE PLAAT:
gaat aan als de knop niet op de stand uit staat.
GASBRANDERS hebben verschillende afmetingen
en vermogen. Kies de brander die het best
overeenkomt met de diameter van de pan die u wilt
gebruiken.
 Knoppen van de GASBRANDERS en van de
Bougie voor ontsteking van de
GASBRANDERS*
ELEKTRISCHE KOOKPLAAT* voor het regelen
van de vlam of van het vermogen.
 Bougie voor het ontsteken van de
GASBRANDERS*: zorgt voor een automatische
ontsteking van de gekozen brander.
VEILIGHEIDSMECHANISME* zorgt ervoor dat de
gastoevoer wordt onderbroken als de vlam per
ongeluk uitgaat.
Slechts op enkele modellen aanwezig.
*
7
Starten en gebruik
NL
DE
! Op iedere knop staat aangegeven waar de
gasbrander of de elektrische plaat* zich precies
bevindt.
Gasbranders
De gekozen brander kan met de betreffende knop als
volgt worden geregeld:
 Uit
Maximum
Minimum
Om een van de branders aan te steken dient u er een
vlam of aansteker bij te houden, de knop stevig in te
drukken en tegen de klok in te draaien tot u het
maximum vermogen heeft bereikt.
In de uitvoeringen die zijn voorzien van een
veiligheidsmechanisme moet u de knop circa 6
seconden lang ingedrukt houden totdat het element
dat automatisch de vlam ontstoken houdt, warm
wordt.
In de uitvoeringen voorzien van een bougie moet u om
de gekozen brander aan te steken om te beginnen de
ontstekingsknop (aangegeven door het symbool
indrukken, dan de betreffende knop stevig indrukken
en tegen de klok indraaien tot u het maximum
vermogen heeft bereikt.
)
Praktisch advies voor het gebruik van de
branders
Voor een optimaal rendement dient u het volgende te
onthouden:
 gebruik voor iedere brander de pan die erop past
(zie tabel) om te vermijden dat de vlammen er
onderuit vandaan komen.
 gebruik alleen pannen met een platte bodem en
met een deksel erop.
 draai de knop op het minimum zodra het kookpunt
is bereikt.
Brander ø Diameter pan (cm)
Gereduceerd snel (RR) 24 - 26 Half snel (S) 16 - 20 Hulpvlam ( A) 10 - 14 Drievoudige ring (TC) 24 - 26 Extra snel (UR) 24 - 26
Praktisch advies voor het gebruik van de
elektrische kookplaten
! Mocht een gasbrander per ongeluk uitgaan, draai
dan de knop uit en wacht minstens 1 minuut voordat u
hem weer probeert aan te steken.
Om de brander uit te doen moet u de knop geheel met
de klok meedraaien totdat hij niet meer verder kan (tot
aan het symbool ).
Elektrische kookplaten*
U kunt de kookplaten regelen door de
overeenkomstige knop met de klok mee of tegen de
klok in te draaien, op 6 verschillende standen:
Positie Normale of snelle plaat
0
Uit
1
Minimum sterkte
2 - 5
Als de knop niet op uit staat zal het controlelampje
aangeven dat de kookplaat in werking is.
Middelsterkten
6
Maximum sterkte
Om warmteverlies en schade aan de kookplaten te
vermijden kunt u het beste pannen gebruiken met een
platte bodem en met een diameter die niet kleiner is
Positie Normale of snelle plaat
0
Uit
1 Groenten en vis
Aardappelen (gestoomd), soep,
2
capucijners, bo nen Doorkoken van grote hoevelheeden,
3
minestroni enz.
4
Braden (mediu m)
5
Braden (hard)
6 Bruin bakken of snel aan de kook brengen
dan die van de kookplaat.
! Vóór het eerste gebruik moeten de kookplaten
ongeveer 4 minuten lang op de maximale stand
worden gezet, zonder pannen erop te plaatsen.
Gedurende deze beginfase wordt de beschermlaag
hard en bereikt hij zijn maximale weerstand.
Slechts op enkele modellen aanwezig.
*
8
Voorzorgsmaatregelen
en advies
! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze
aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u
dient ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Dit is een inbouwapparaat van klasse 3.
Gasfornuizen hebben voor een goede werking
behoefte aan een regelmatige luchtverversing.
Controleer dat bij het installeren aan de
vereisten wordt voldaan beschreven in de
paragraaf Plaatsing.
Deze instructies gelden alleen voor de landen
wiens symbolen in de gebruiksaanwijzing en op
het typeplaatje staan.
 Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
 Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg
gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of
onweer.
 Maak gebruik van de handgrepen aan de zijkant
van de oven om het apparaat te verplaatsen.
 Raak het apparaat niet blootsvoets aan of met natte
handen of voeten.
 Het apparaat dient om gerechten te koken. Het
mag uitsluitend door volwassenen worden gebruikt
en alleen volgens de instructies die beschreven
staan in deze handleiding.
 Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van de oven
terechtkomen.
 Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne
systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te
voeren. Neem contact op met de Technische
Dienst (zie Service).
 Richt de handvaten van de pannen altijd naar de
binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per
ongeluk tegenaan stoot.
 Doe het glazen deksel (waar aanwezig) niet omlaag
als de gasbranders of de elektrische platen nog
warm zijn.
 Laat de elektrische plaat niet werken als er geen
pannen op staan.
 Gebruik geen instabiele of vervormde pannen.
Afvalverwijdering
 Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houd u
aan de plaatselijke normen, zodat het
verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden.
 De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging
van Electrische en Electronische Apparatuur
(WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische
apparaten niet mogen vernietigd via de normale
ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten
moeten apart worden ingezameld om zo het
hergebruik van de gebruikte materialen te
optimaliseren en de negatieve invloed op de
gezondheid en het milieu te reduceren. Het
symbool op het product van de afvalcontainer met
een kruis erdoor herinnert u aan uw verplichting,
dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat
apart moet worden ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met de
locale autoriteiten voor informatie over de juiste
wijze van vernietiging van hun oude apparaat.
NL
DE
 Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
 Controleer altijd dat de knoppen in de stand l/
¡ staan als de oven niet wordt gebruikt.
 Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan
het snoer te trekken maar door de stekker zelf beet
te pakken.
 Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud
uit als de stekker nog in het stopcontact zit.
9
Onderhoud en verzorging
NL
DE
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige
handeling overgaat.
Schoonmaken van het apparaat
! Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of bijtende
middelen, zoals vlekkenmiddelen en
roestverwijderende producten, schoonmaakmiddelen
in poedervorm of schuursponzen: deze kunnen het
oppervlak onherstelbaar krassen.
! Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
 Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met
een vochtige spons reinigen en afdrogen met
keukenpapier.
 De vlamverspreiders moeten regelmatig in een
warm sopje worden gewassen zodat eventuele
etensresten makkelijker kunnen worden verwijderd.
Onderhoud gaskranen
Met verloop van tijd kan een kraan stroef worden of
vast blijven zitten; in dat geval is het noodzakelijk hem
te vervangen.
! Dit moet worden uitgevoerd door een door de
fabrikant bevoegde installateur.
 Bij kookplaten die zijn voorzien van een
automatische ontsteking moet het uiteinde van de
elektronische ontstekingselementen regelmatig
worden gereinigd en moet u controleren dat de
gaatjes van de vlamverspreiders niet verstopt zijn.
 De elektrische kookplaten moeten worden
schoongemaakt met een vochtige doek en met een
beetje olie worden ingesmeerd als ze nog lauw zijn.
 Roestvrij staal kan vlekken gaan vertonen als er
voor langere tijd kalkhoudend water of agressieve
schoonmaakmiddelen (fosforhoudend) op hebben
gelegen. Spoel en droog het dus na het
schoonmaken goed af. Droog watervlekken altijd
gelijk af.
10
Storingen en
oplossingen
Het kan gebeuren dat het kookvlak niet (afdoende) functioneert. Voordat u de servicedienst belt dient u te
controleren of u het euvel zelf kunt oplossen. Verifieer om te beginnen of er een correcte stroom- en gastoevoer is,
en in het bijzonder of de hoofdgasleiding open staat.
NL
De brander gaat niet aan of de vlam is niet gelijkmatig.
Heeft u gecontroleerd of:
 De openingen van de vlamverspreiders niet verstopt zijn.
 Alle onderdelen van de brander goed in elkaar zitten.
 Het niet tocht dichtbij het kookvlak.
De vlam blijft niet aan in de uitvoeringen met veiligheidsmechanisme.
Heeft u gecontroleerd of:
 U de knop goed heeft ingedrukt.
 U de knop lang genoeg heeft ingedrukt voor het activeren van het veiligheidsmechanisme.
 De gaten van de vlamverspreiders dichtbij het veiligheidsmechanisme niet verstopt zijn.
De brander blijft niet aan als hij op minimum staat.
Heeft u gecontroleerd of:
 De gaten van de vlamverspreiders niet verstopt zijn.
 Het niet tocht dichtbij het kookvlak.
 De minimum stand niet goed is ingesteld.
De pannen zijn wankel.
DE
Heeft u gecontroleerd of:
 De bodem van de pan helemaal plat is.
 De pan in het midden van de brander of de kookplaat staat.
 De roosters niet zijn verwisseld.
Als ondanks al deze controles het kookvlak niet functioneert en de storing blijft bestaan moet u contact opnemen
met de Technische Dienst. Dit dient u door te geven:
 het model oven (Mod.)
 het serienummer (S/N)
Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat en/of op de verpakking.
! Wend u nooit tot een niet-erkende installateur en weiger altijd het monteren van niet-originele onderdelen.
11
Loading...
+ 25 hidden pages