Hotpoint Ariston HB 50 A.1 IX User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing
OVEN
NL
Nederlands, 1
HB 50 A.1
HB 50 A.1 IX
DE
Deutsch, 12
GR
ЕллзнйкЬ, 23
Samenvatting
NL
Het installeren, 2-4
Plaatsing Elektrische aansluiting Typeplaatje
Beschrijving van het apparaat, 5
Starten en gebruik, 6
De oven starten
Programmas, 7-8
Kookprogrammas Praktische kooktips Kooktabel
Kookplaat, 9
Type kookplaat Aanzetten kookplaat glaskeramiek Praktische tips voor het gebruik van de glaskeramische kookplaat
Voorzorgsmaatregelen en advies, 10
Algemene veiligheidsmaatregelen Afvalverwijdering Energiebesparing en milieubesef
Onderhoud en verzorging, 11
De elektrische stroom afsluiten Schoonmaken van de oven De ovendeur reinigen Vervangen van het lampje Service
560 mm.
45 mm.
Het installeren
NL
Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele verdere raadpleging. Wanneer u het product weggeeft, verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij de oven te bewaren zodat alle nodige informatie voorhanden blijft.
Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig door: er staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik en veiligheid.
Plaatsing
Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor kinderen en dient daarom te worden weggegooid volgens de geldende normen (zie Voorzorgsmaatregelen en advies).
De installatie moet worden uitgevoerd door een bevoegde installateur en volgens de instructies van de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade berokkenen aan personen, dieren of dingen.
Inbouw
Voor een goede werking van het apparaat moet het keukenmeubel de juiste kenmerken hebben:
 de zijkanten van de kastjes die aan de oven
grenzen moeten hittebestendig zijn;
Ventilatie
Om een goede ventilatie te kunnen garanderen is het noodzakelijk de achterkant van het meubel te verwijderen. Het verdient de voorkeur de oven op twee houten balken te plaatsen, of eventueel op een enkele plank die een opening heeft van tenminste 45 x 560 mm (zie afbeeldingen).
Centreren en bevestigen
Regel de 4 klemmetjes aan de zijkant van de oven in overeenkomst met de 4 gaten in de lijst. De stand hangt af van de dikte van de zijkant van het meubel:
als de dikte 20 mm is: verwijder dan het beweegbare gedeelte van het voetje (zie afb.);
 in het bijzonder moet, in geval van meubels met fineer,
de lijm bestand zijn tegen temperaturen van 100°C;
 voor het inbouwen van de oven, zowelonder het
aanrecht (zie figuur) alsin stapelbouw, dient het meubel de volgende afmetingen te hebben:
555
580
560
min
+4 -0
min
min
45
575-585
+4 -0
480
23
572
558
543545
500
39
15
595
595
Nadat het apparaat is ingebouwd, mag er geen contact meer mogelijk zijn met de elektrische onderdelen. Het energieverbruik dat staat aangegeven op het typeplaatje is gebaseerd op dit soort installatie.
als de dikte 18 mm is: gebruik dan de eerste gleuf; zoals al door de fabriek is voorzien (zie afb.);
als de dikte 16 mm is: gebruik de tweede gleuf (zie afb.).
Om het apparaat aan het keukenkastje te bevestigen: open de ovendeur en schroef de 4 houtschroeven in de 4 gaten in de zijrand.
Alle beschermende onderdelen moeten zodanig worden bevestigd dat ze niet kunnen worden verwijderd zonder gereedschap te gebruiken.
2
Elektrische aansluiting
NL2L3
L1
P
De keuken moet aan het elektrische net worden aangesloten. Deze functioneert met de wisselstroom, de spanning en de frequentie die aangegeven staan op het typeplaatje (zie volgende pagina). De kookplaat wordt aan het fornuis verbonden met een speciale aansluiting.
Het klemmenbord is ingesteld voor een verbinding op 400 V driefasenstroom (zie afbeeldingen onder).
400V 3N~H05RR-F 5x2.5 CEI-UNEL 35363
NL3L1L2
5
3
1
NL
INBOUWPLAAT
WIT ROOD GEEL BLAUW GROEN
INBOUWFORNUIS
Slechts op
enkele modellen aanwezig
Nadat u de kookplaat heeft aangesloten, dient u de metalen bescherming weer op zijn plaats te doen. Als de kookplaat wordt verwijderd moet u de rode dop, die oorspronkelijk op de rode connector zat, weer op zijn plaats doen.
Monteren voedingskabel
1. Licht de lipjes aan de zijkant van het deksel van het klemmenbord op met een schroevendraaier: trek het deksel van het klemmenbord open (zie afb.).
2. Draai de schroef van de kabelklem los en verwijder hem met behulp van een schroevendraaier (zie afbeelding).
4
2
Als de elektrische installatie andere eigenschappen heeft (zie afbeeldingen onder), dient u de elektrische verbinding tot stand te brengen door middel van de verbindings-U-bouten in doos P.
230V 1N~H07RN-F 3x4 CEI-UNEL 35364
NL
5
3
4
1
2
400V 2N~H05RR-F 4x2.5 CEI-UNEL 35363
NL2L1
5
3
4
1
2
3. Verwijder de schroeven van de contacten L-N-
en bevestig de draden onder de koppen van de schroeven met inachtneming van de kleuren: Blauw (N) Bruin (L) Geel-Groen (
).
3. Maak de voedingskabel vast aan de speciale kabelklem.
4. Maak het deksel van het klemmenbord dicht.
3
NL
Het aansluiten van de voedingskabel aan het net
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het typeplaatje(zie hiernaast). Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt aangesloten moet men tussen het apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand tussen de contacten van minstens 3mm, aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende normen (de aarding mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig geplaatst worden dat hij nergens een temperatuur bereikt die 50°C hoger is dan de kamertemperatuur.
De installateur is verantwoordelijk voor de correcte elektrische verbinding en het in acht nemen van de geldende veiligheidsnormen.
Vóór het aansluiten moet u controleren dat:
 het stopcontact geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
 het stopcontact in staat is het maximale vermogen
van het apparaat te verdragen, zoals aangegeven op het typeplaatje (zie onder);
 de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje (zie onder);
 het stopcontact en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel het stopcontact te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers.
Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de snoer en het stopcontact makkelijk te bereiken zijn.
De kabel mag niet worden gebogen of samengedrukt.
De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs worden vervangen (zie Service).
De fabrikant kan niet verantwoordelijkheid worden gesteld als deze normen niet worden nageleefd.
TYPEPLAATJE
Afmetingen
Inhoud liter 56
Elektrische aansluitingen
ENERGY LABEL
breedte 43,5 cm. hoogte 32 cm. diepte 40 cm.
spanning 230V/400V~ 3N 50/60Hz maximum vermogen 8450W
Richtlijn 2002/40/CE op etiket van elektrische ovens. Norm EN 50304
Energieverbruik convectie Natuurlijk – verwarmingsfunctie: = Traditioneel;
Energieverbruikverklaring Klasse convectie Hetelucht verwarmingsfunctie: > Multikoken. Dit apparaat voldoet aan de volgende EU Richtlijnen: 73/23/EEG van 19/02/73 (laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen;
-89/336/EEG van 03/05/89 (elektromagnetische compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen
- 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen
- 2002/96/EC
4
Beschrijving van het apparaat
Algemeen aanzicht
Bedieningspaneel
Rooster GRILL
Rooster LEKPLAAT
Bedieningspaneel
NL
GLEUVEN om roosters in te schuiven
positie 5
positie 4 positie 3 positie 2 positie 1
0
1
25
3
0
6
1
25
3
4
KOOKPLATEN
0
6
1
25
3
4
Knop
Controlelampje
KOOKPLATEN
0
6
1
25
3
4
6
4
Controlelampje
THERMOSTAAT
MAX
220
180
60
100
140
Knop
THERMOSTAAT
0
Knop
PROGRAMMA'S
5
Starten en gebruik
NL
Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven minstens een uur leeg te laten functioneren, op maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u de oven hebt uitgedaan, opent u de ovendeur en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het verdampen van de middelen die worden gebruikt om de oven te beschermen.
De oven starten
1. Door aan de knop PROGRAMMAS te draaien kunt u het gewenste kookprogramma kiezen.
2. Kies de temperatuur door aan de knop THERMOSTAAT te draaien. Een lijst met kooktijden en aanbevolen kooktemperaturen kunt u terugvinden in de Kooktabel (zie Programmas).
3. Als het controlelampje THERMOSTAAT aan is, bevindt de oven zich in de verwarmingsfase en is bezig de ingestelde temperatuur te bereiken.
4. Tijdens het koken kunt u nog altijd:
- het kookprogramma veranderen met behulp van de knop PROGRAMMAS;
- de temperatuur veranderen met behulp van de knop THERMOSTAAT;
- het koken onderbreken door de knop PROGRAMMAS weer op stand 0 te zetten.
Ovenverlichting
Deze gaat werken door de knop PROGRAMMAS op
& te draaien. Ze blijft aan wanneer u een
kookprogramma selecteert.
Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u riskeert hiermee het email te beschadigen.
Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde roosters.
6
Programmas
Kookprogrammas
U kunt voor alle programmas een temperatuur tussen de 60°C en MAX instellen, behalve:
 GRILL (hierbij is het aanbevolen alleen MAX te
gebruiken);
 GRATINEREN (hierbij is het aanbevolen niet meer
dan 200°C in te stellen).
= Programma TRADITIONELE OVEN
De onderste en bovenste verwarmingselementen gaan aan. Met deze traditionele kookwijze is het beter een enkel rooster te gebruiken: met meerdere roosters riskeert u een slechte temperatuursverspreiding.
> Programma MULTIOVEN
Alle verwarmingselementen gaan aan (onder en boven) en de ventilator gaat draaien. Aangezien de warmte in de hele oven constant is, zorgt de lucht dat de gerechten op gelijkmatige wijze gekookt en gebakken worden. Hierbij is het mogelijk maximaal twee roosters tegelijk te gebruiken.
Praktische kooktips
NL
Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit de standen 1 en 5: de hete lucht zou fijne gerechten kunnen verbranden.
Bij de functies GRILL of GRATINEREN raden wij u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om eventueel vet of jus op te vangen.
MULTIKOKEN
 Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de gerechten
die meer warmte nodig hebben op stand 2.
 Plaats de lekplaat op de onderste stand en de grill
op de hoogste.
GRILL
 Plaats de grill op stand 3 of 4, plaats de gerechten
op het midden van de grill.
 We raden u aan het energieniveau op de hoogste
stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn werking wordt geregeld door een thermostaat.
? Programma OVEN BOVEN
Het bovenste verwarmingselement gaat aan. Deze functie kan worden gebruikt voor het afmaken van een gerecht.
@ Programma GRILL
Het bovenste verwarmingselement gaat aan. De hoge en rechtstreekse hitte bruint de oppervlakten van het vlees onmiddellijk zodat er geen vocht verloren gaat en de binnenkant mals blijft. Het koken onder de grill is vooral aan te raden voor gerechten die een hoge temperatuur aan de buitenkant nodig hebben: kalfs- en runderbiefstuk, entrecôte, filet, hamburger etc... vindt enkele voorbeelden in het hoofdstuk Praktische kooktips. Kook met de ovendeur dicht.
U
A Programma GRATINEREN
Het bovenste verwarmingselement gaat aan en de ventilator gaat draaien. Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte van de grill gecombineerd met de circulatie van de lucht in de oven. Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar de binnenkant. Kook met de ovendeur dicht.
PIZZA
 Voor een optimale pizza dient u het programma
MULTIKOKEN te gebruiken.
 Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet hem
op het bijgeleverde ovenrooster.
Bij gebruik van de bakplaat duurt het langer en krijgt
u waarschijnlijk geen krokante pizza.
 Bij zeer gevulde pizzas raden wij aan de mozzarella
of andere kaas pas halverwege de kooktijd toe te voegen.
7
NL
Kooktabel
Programma's Gerechten
Eend
Traditionele
oven
Multikoken
Oven Boven
Grill
Gratineren
Braadstuk Varkensrollade Koekjes (kruimeldeeg) Taarten Pizza (op 2 roosters) Lasagne Lamsvlees Kip + gebakken aardappels Makreel Plum-cake Soesjes (op 2 roosters) Koekjes (op 2 roosters) Cake (op 1 rooster) Cake (op 2 roosters) Quiche
Afmaken van het gerecht
Tong en inktvis Calamari- en garnalenspiesjes Kabeljauwfilet Gegrilde groenten Kalfsbiefstuk Koteletten Hamburgers Makreel Toast Gegrilde kip Inktvis
Gewicht
(kg)
1+1
0.5
0.5
0.5
1.5
n.° 4
1.5
1.5
Roosterstanden
1 1 1
­1 1 1 1
1 1
1
- 3/4 15 220 -
1 1 1 1 1 1 1 1
3 3 3 3 3
2 en 4
3 2
2 en 4
2
2 2 en 4 2 en 4
2 2 en 4
3
4
4
4
3 of 4
4
4
4
4
4
2
2
Voorverwarming
(minuten)
15 15 15 15 15 15 10 10 15 10 10 10 10 10 10 15
5 5 5 5 5 5 5 5 5 5 5
Aangeraden temperatuur
200 200 200 180 180 230 180 180 200 180 170 190 180 170 170 200
Max Max Max Max Max Max Max Max Max
200 200
Kooktijd
(minuten)
65-75 70-75 70-80 15-20 30-35 15-20 30-35 40-45 60-70 30-35 40-50 20-25 10-15 15-20 20-25 25-30
8-10
10-15 15-20 15-20
7-10
15-20
55-60 30-35
6-8
10
2-3
8
Kookplaat
Type kookplaten
Bij de oven hoort een kookplaat die samengesteld kan zijn uit twee verschillende verwarmingselementen: gietijzeren elektrische kookplaten (zie afbeelding 1) of glaskeramische kookplaten (zie afbeelding 2).
A
A
C
afbeelding 1
A
afbeelding 2
A
Aanzetten kookplaat glaskeramiek
Traditioneel kookgedeelte
De traditionele straalelementen (A) zijn gemaakt van cirkelvormige verwarmingselementen die pas zon tiental seconden na ontsteking rood worden. Ieder kookgedeelte heeft zijn eigen bedieningsknop waarmee u 6 verschillende temperaturen kunt kiezen, met een minimumwaarde van 1 tot een maximumwaarde van 6.
Controlelampje resterende warmte *
De warmtecontrolelampjes (C) geven aan dat het betreffende kookgedeelte warmer is dan 60°C, ook nadat het verwarmingselement is uitgeschakeld.
Praktische tips voor het gebruik van de glaskeramische kookplaat
De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat vetvlekjes op het glas achter. Voordat u de kookplaat gebruikt, raden wij u aan de vlekken te verwijderen met een niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste uren van gebruik is het mogelijk dat u een rubbergeur ruikt, die echter snel wegtrekt.
Teneinde optimale resultaten te bereiken van de kookplaat:  gebruik pannen met een platte bodem die perfect
aansluiten aan het verwarmgedeelte;
 gebruik pannen die groot genoeg zijn om de kookplaat
geheel te bedekken teneinde alle beschikbare hitte te benutten;
 houdt de bodem van de pannen altijd schoon en droog
zodat ze goed aansluiten op het kookvlak. Dit verlengt de levensduur van zowel de pannen als het kookgedeelte.
NL
Aangeraden stroomsterktes voor verschillend gebruik:
Positie Normale of snelle plaat
0
Uit
1 Groenten en vis
Aardappelen (gestoomd), soep, capucijners,
2
bonen
Doorkoken van grote hoevelheeden,
3
minestroni enz.
4 Braden (medium)
5 Braden (hard)
6
Bruin bakken of snel aan de kook brengen
 vermijdt dezelfde pannen te gebruiken die u ook op een
gasfornuis gebruikt: de warmteconcentratie van gasbranders kan de bodem van pannen vervormen, waardoor ze niet goed meer aansluiten;
 laat nooit een kookgedeelte aan staan zonder een pan
erop. De verhitting, die snel het maximum niveau bereikt, zou de verwarmingselementen kan beschadigen.
Slechts op enkele modellen aanwezig.
*
9
Voorzorgsmaatregelen en advies
NL
Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
 Dit apparaat is vervaardigd voor niet-
professioneel gebruik binnenshuis.
 Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of als het onweert.
 Maak gebruik van de handgrepen aan de zijkant
van de oven als u het apparaat moet verplaatsen.
 Raak de oven niet blootsvoets of met natte
handen of voeten aan.
 Het apparaat dient om gerechten te koken. Het
mag uitsluitend worden gebruikt door volwassenen en alleen volgens de instructies die beschreven staan in deze handleiding.
Gedurende het gebruik van de oven worden de
verwarmingselementen en enkele delen van de ovendeur heet. Raak ze niet aan en houdt kinderen op afstand.
 Voorkom dat elektrische snoeren van andere
kleine keukenapparaten op warme delen van de
oven terechtkomen.  Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.  Pak het handvat van de ovendeur alleen in het
midden vast: aan de zijkant zou het heet kunnen
zijn.  Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de
oven te zetten en eruit te halen.  Plaats geen aluminiumfolie op de bodem van de
oven.  Plaats geen brandbaar materiaal in de oven: als
de oven plotseling aan zou worden gezet, zou dit
materiaal vlam kunnen vatten.  Controleer altijd dat de knoppen in de positie l/
¡ staan als het fornuis niet gebruikt wordt.
  Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan
het snoer te trekken.  Maak de oven niet schoon of voer geen
onderhoud uit als de stekker nog in het
stopcontact zit.  Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne
systeem sleutelen om een reparatie proberen uit
te voeren. Neem contact op met de Technische
Dienst (zie Service).  Plaats geen zware voorwerpen op de open
ovendeur.
 De glaskeramische kookplaat is bestand tegen
mechanische stoten. Hij kan echter worden beschadigd (of barsten) als hij wordt geraakt door een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap. Als dit gebeurt, moet u onmiddellijk het apparaat afsluiten van de elektrische stroom en contact opnemen met de Technische Dienst.
 Vergeet niet dat de temperatuur in het
kookgedeelte aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat het wordt uitgeschakeld.
 Houdt voorwerpen die kunnen smelten op afstand
van de kookplaat, zoals b.v. plastic, aluminium of suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of aluminium verpakkingen of folie: als u ze op het nog warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u een zware schade aanrichten.
Afvalverwijdering
 Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houdt
u aan de plaatselijke normen, zodat het verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden.
 De Europese Richtlijn 2002/96/EC over
Vernietiging van Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte materialen te optimaliseren en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool op het product van de afvalcontainer met een kruis erdoor herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met de
locale autoriteiten voor informatie over de juiste wijze van vernietiging van hun oude apparaat.
Energiebesparing en milieubesef
 Door de oven te gebruiken vanaf het late
middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat uw elektriciteitscentrale minder wordt belast tijdens het spitsuur.
 Houdt bij de functie GRILL altijd de ovendeur
dicht: dit om betere resultaten te bereiken en voor een betere energiebesparing (circa 10%).
 Houdt de afdichtingen altijd schoon zodat ze
goed aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen.
10
Onderhoud en verzorging
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling overgaat.
Schoonmaken van de oven
 De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij
staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met een spons en een sopje worden afgenomen. Als de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Na het reinigen dient u alles goed af te spoelen en te drogen. Gebruik geen schuurmiddelen of bijtende producten.
 De binnenkant van de oven kunt u het beste direct
na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is. Gebruik warm water en een schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog met een zachte doek. Gebruik geen schuurmiddelen.
 De accessoires kunnen gewoon worden afgewassen
(eventueel ook in de vaatwasser).
Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen van het apparaat.
3. pak de deur aan de zijkanten beet en sluit hem, maar niet helemaal. Trek dan de deur naar u toe en haal hem uit zijn voegen (zie afbeelding). Zet de deur weer op zijn plaats door deze handelingen in omgekeerde volgorde uit te voeren.
Controleer de afdichtingen
Controleer regelmatig de staat van de afdichting rondom de ovendeur. In het geval de afdichtingen beschadigd zijn, dient u zich tot de dichtstbijzijnde Technische Dienst te wenden (zie Service). Gebruik de oven niet voordat de reparatie is uitgevoerd.
Vervangen van het lampje
Voor het vervangen van het ovenlampje:
NL
De ovendeur reinigen
Reinig het glas van de deur met een spons en niet schurende producten. Droog met een zachte doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen of scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou kunnen barsten. U kunt voor een grondige reiniging de ovendeur verwijderen:
1. open de deur volledig (zie afbeelding).
2. til de hendeltjes op die zich aan de scharnieren bevinden en draai ze (zie afb.);
1. Schroef het glazen lampenkapje los.
2. Schroef het lampje los en vervang het met eenzelfde soort lampje: sterkte 25W, fitting E 14.
3. Plaats het deksel er weer op (zie afb.).
Service
Dit dient u door te geven:
 het model oven (Mod.)  het serienummer (S/N) Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat en/of op de verpakking.
11
Loading...
+ 25 hidden pages