Plaatsen en waterpas zetten
Elektrische aansluiting
Gasaansluiting
Aanpassen aan de verschillende soorten gas
Tabel eigenschappen branders en sproeiers
Tabel eigenschappen
Beschrijving vanhet apparaat, 20
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
Display
Starten en gebruik, 21-25
Gebruik van de kookplaat
De klok instellen
De timer instellen
Gebruik van de oven
Handmatige kookprogrammas
Automatische kookprogrammas
De bereiding programmeren
Praktische kooktips
Kooktabel oven
FORNUIS EN OVEN
NL
Voorzorgsmaatregelen enadvies, 26
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Energiebesparing en milieubehoud
Onderhoud en verzorging, 27-28
De elektrische stroom afsluiten
Reinigen van het apparaat
Vervangen van het ovenlampje
Onderhoud gaskranen
Automatische reiniging FAST CLEAN
Service, 29
Installatie
NL
Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor
eventuele raadpleging in de toekomst. In het geval u
het apparaat verkoopt, weggeeft of wanneer u
verhuist, moet het boekje bij het apparaat bewaard
worden.
Lees de instructies aandachtig door: er staat
belangrijke informatie in over installatie, gebruik en
veiligheid.
De installatie van het apparaat moet volgens deze
instructies worden uitgevoerd door een bevoegde
installateur.
Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u
tot onderhoud of regeling van het fornuis overgaat.
Ventilatie van de vertrekken
Dit apparaat mag uitsluitend worden geïnstalleerd in
permanent geventileerde ruimten, overeenkomstig
de geldende nationale voorschriften. In het vertrek
waar het apparaat wordt geïnstalleerd moet zoveel
lucht kunnen toestromen als nodig is voor de
normale gasverbranding (de luchtcapaciteit mag niet
minder zijn dan 2 m
3
/h per kW geïnstalleerd
vermogen).
De luchttoevoeropeningen, beschermd door
roosters, moeten voorzien zijn van een leiding met
een minstens 100 cm
2
bruikbare doorsnede en zo
moeten zijn geplaatst dat ze, zelfs niet gedeeltelijk,
worden verstopt, (zie afbeelding A).
Deze openingen moeten met 100% worden verbreed
- met een minimum van 200 cm
2
- als het fornuis
niet voorzien is van een thermokoppelbeveiliging en
wanneer de toevoer van lucht op indirecte manier
van aangrenzende vertrekken plaatsvindt (zieafbeelding B) - mits dit geen gemeenschappelijke
ruimtes zijn van het gebouw, vertrekken met een
verhoogd brandgevaar of slaapkamers, die
beschikken over een ventilatieopening die
verbonden is met buiten, zoals zojuist beschreven.
Aangrenzend
A
B
vertrek
Te ventileren vertrek
Na een langdurig gebruik van het apparaat is het
aan te raden een raam te openen of de draaisnelheid
van eventuele ventilatoren te vermeerderen.
Afvoer van de verbrandingsgassen
De afvoer van de verbrandingsgassen moet
plaatsvinden door middel van een afzuigkap die is
aangesloten op een veilige en goedwerkende
schoorsteen met natuurlijke trek, ofwel door middel
van een elektrische ventilator die automatisch in
werking treedt elke keer dat u het apparaat aanzet
(zie afbeeldingen).
Afvoer rechtstreeks
naar buiten
Afvoer door een
schoorsteen of vertakt
rookkanaal (alleen bestemd
voor kookapparaten)
De vloeibare petroleumgassen, die zwaarder zijn
dan de lucht, blijven laag hangen, daarom moeten
LPG flessen afvoeropeningen naar buiten toe
hebben om een eventuele gaslekkage naar onder
toe af te kunnen voeren.
Lege of halfvolle LPG flessen mogen dus niet
worden geïnstalleerd of bewaard in vertrekken die
lager liggen dan de vloer (kelders, enz.). Het is
beter alleen de in gebruik zijnde fles in het vertrek te
bewaren, ver van warmtebronnen (ovens, open
haard, kachels) die hem tot temperaturen van meer
dan 50°C zouden kunnen brengen.
Plaatsenen waterpas zetten
Het apparaat kan naast meubels worden geplaatst
die niet hoger zijn dan het werkvlak.
Controleer of de wand die in contact komt met de
achterzijde van het apparaat van niet ontvlambaar
materiaal is gemaakt en bestand is tegen hoge
temperaturen (T 90°C).
A
Ventilatieopening voor
verbrandingslucht
16
Vergroting van de kier
tussen deur en vloer
Voor een correcte installatie:
plaats het apparaat in de keuken, in de eetkamer
of in een eenkamerappartement (niet in de
badkamer);
als het kookvlak hoger is dan de meubels, moeten
zij op minstens 600 mm van het apparaat vandaan
worden geplaatst;
als het fornuis onder
een keukenkastje wordt
geïnstalleerd, moet de
afstand tussen de twee
minstens 420 mm zijn.
Deze afstand moet 700
700 mm. without hood
min. 650 mm. with hood
mm worden als de
min.
mm.
420
Min.
HOOD
Min.mm.
600
420
Min.mm.
keukenkastjes zijn
vervaardigd uit
ontvlambaar materiaal
(zie afbeelding);
hang geen gordijnen achter het fornuis, of op
minder dan 200 mm van de zijkanten;
eventuele afzuigkappen moeten volgens de
instructies van hun eigen gebruiksaanwijzing
worden geïnstalleerd.
Waterpaszetten
Indien het nodig is het
apparaat te nivelleren, kunnen
de bijgeleverde stelvoetjes in
de daarvoor geschikte
openingen in de hoeken van
het onderstuk van het fornuis
worden geschroefd (zieafbeelding).
Elektrische aansluiting
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje( zie tabel Technische gegevens).
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het
elektrische net wordt aangesloten, moet u tussen het
apparaat en het net een meerpolige schakelaar
aanbrengen met een afstand tussen de contacten
van minstens 3 mm, aangepast aan het elektrische
vermogen en voldoend aan de geldende nationale
normen (de aarding mag niet worden onderbroken
door de schakelaar). De voedingskabel moet
zodanig worden geplaatst dat hij nergens een
temperatuur bereikt van 50°C hoger dan de
kamertemperatuur.
Vóór het aansluiten moet u controleren dat:
de contactdoos geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
de contactdoos in staat is het maximale
vermogen van het apparaat te dragen, zoals
aangegeven op het typeplaatje;
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje;
de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de
contactdoos te vervangen; gebruik geen
verlengsnoeren of dubbelstekkers.
Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de
elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te
bereiken zijn.
De kabel mag niet gebogen of samengedrukt
worden.
De kabel moet van tijd tot tijd worden
gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs
worden vervangen.
De fabrikant kannietaansprakelijk worden
gesteld wanneer deze normenniet wordennageleefd.
Gasaansluiting
De aansluiting van het apparaat op de gasleiding of
-fles moet worden uitgevoerd m.b.v. een flexibele
rubberen of stalen buis, in overeenstemming met de
geldende nationale normen en uitsluitend na te
hebben gecontroleerd dat het apparaat is afgesteld
op het soort gas waarmee het zal worden gevoed
(zie etiket met ijking op het deksel: als dit niet het
geval is zie onder). Bij gebruik van vloeibaar gas uit
een gasfles gebruikt u drukregelaars die voldoen
aan de geldende nationale normen. Om de
aansluiting te vergemakkelijken kan de gasvoeding
aan de zijkant worden geplaatst*: verander de
plaats van de slanghouder voor de aansluiting met
de afsluitdop en vervang de bijgeleverde afdichting.
Voor het veilig functioneren, een juist gebruik van
de energie en een langere levensduur van het
apparaat moet u zich ervan verzekeren dat de
gasdruk overeenkomt met de waarden die zijn
aangegeven in de Tabel Eigenschappen branders
en sproeiers (zie onder).
Aansluiting gas met flexibele rubberen buis
Controleer of de buis overeenkomt met de geldende
nationale normen. De interne diameter van de buis
moet zijn: 8 mm voor voeding met vloeibaar gas; 13
mm voor voeding met aardgas.
Zodra de verbinding is uitgevoerd moet u
controleren of de buis:
in geen enkel punt contact maakt met delen die
temperaturen bereiken van meer dan 50°C;
niet onderhevig is aan trekkracht en torsie en dat
er geen bochten of knelpunten zijn;
niet in contact komt met scherpe voorwerpen,
scherpe randen, beweegbare onderdelen en niet
in de knel raakt;
gedurende de hele lengte makkelijk te
inspecteren is, zodat u probleemloos kunt
controleren of hij in goede staat verkeert;
korter is dan 1500 mm;
aan beide uiteinden nauw sluit. Hij moet worden
bevestigd met slangklemmen die voldoen aan de
geldende nationale normen.
NL
17
NL
Als u aan één of meer van deze voorwaarden niet
kunt voldoen of als het fornuis wordt geïnstalleerd
volgens de voorwaarden van klasse 2 - onderklasse
1 (apparaat gemonteerd tussen twee meubels),
dient u een flexibele, stalen buis gebruiken (zieonder).
Controleer of de buis en de afdichtingen
overeenkomen met de geldende nationale normen.
Voordat u de buis monteert verwijdert u de
buishouder op het apparaat (het verbindingsstuk
waardoor het gas toegang krijgt tot het fornuis is
voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische
schroefbout).
Voer de verbinding zodanig uit dat de lengte van
de buis, in uitgestrekte toestand, niet langer is dan
2 meter. Verzeker u ervan dat de buis niet in contact
komt met bewegende delen en dat hij niet wordt
afgekneld.
Controle gasdichthei
Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de
gasdichtheid van alle verbindingsstukken worden
gecontroleerd met een zeepoplossing en nooit met
een vlam.
d
Aanpassenaande verschillendesoorten
gas
Het is mogelijk het fornuis aan te passen voor een
verschillende gassoort (anders dan die staat
aangegeven op het typeplaatje op het deksel).
Het regelen van de minimum stand van de branders
van de kookplaat:
1. zet het kraantje op de minimum stand;
2. haal de knop eraf en draai aan het regelschroefje
in of naast de spil van het kraantje totdat u een
kleine regelmatige vlam krijgt.
Bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel
worden vastgeschroefd;
3. controleer of door de kraan snel van maximum
naar minimum te draaien de branders niet uitgaan.
De branders hebben geen regeling van de primaire
lucht nodig.
Na de afregeling van een ander soort gas dan het
goedgekeurde gas moet u het oude etiket van de
gasinstelling vervangen met het etiket dat
overeenkomt met het nieuwe gas, verkrijgbaar bij
onze Erkende Technische Servicedienst.
Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend
(of variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de
toevoerbuis een drukregelaar worden aangebracht
die voldoet aan de geldende landelijke normen voor
de drukregelaars voor gekanaliseerd gas.
Aanpassen kookplaat
Het vervangen van de sproeiers van de branders
van de kookplaat:
1. verwijder de pannendragers en haal de branders
van hun plek;
2. draai de sproeiers los met een pijpsleutel van 7
mm (zie afbeelding) en vervang ze met de sproeiers
die geschikt zijn voor het nieuwe type gas (zie TabelEigenschappen branders en sproeiers);
3. zet de onderdelen in omgekeerde volgorde weer
op hun plaats.
18
Tabeleigenschappenbrandersensproeiers
Tabel 1Vloeibaar gasAardgas
Diameter
(mm)
BRANDER
Warmtecapaciteit
kW (H.s.*)
Nomin.Gereduc.G30G31
By-pass
1/100
(mm)
Straalpijp
1/100
(mm)
Debiet *
g/h
Straalpijp
1/100
(mm)
NL
Debiet *
l/h
G25
Snel
C.
Halve snelheid
B.
Extra
A.
Drievoudige vlamkroon
D.
Gasdruk
1003.000.74086218214122332
751.650.4306412011894183
551.000.43050737172111
1303.251.35791236232134360
Nominaal (mbar)
Minimum (mbar)
Maximum (mbar)
*A 15°C en 1013 mbar- gas droog
**PropaanP.C.S. (bovenwaarde) = 50,37 MJ/Kg
***ButaanP.C.S. (bovenwaarde) = 49,47 MJ/Kg
AardgasP.C.S. (bovenwaarde) = 37.78 MJ/m
3
TABEL EIGENSCHAPPEN
Afmetingen Oven
HxBxD
Inhoud liter56
Branders
Spanning en
fre quen tie van de elektrische
voeding
ENERGY LABEL
28-30
20
35
37
25
45
32x43,5x40 cm
geschikt voor alle soorten gas
aangegeven op het typeplaatje
zie typeplaatje
Richtlijn 2002/40/EG op het etiket
van elektrische ovens. Norm EN
50304
Energieverbruikverklaring Klasse
geforceerde convectie verwarmingsfunctie: Gratineren.
EU Richtlijnen: 2006/95/EEG van
12/12/06 (Laagspanning) en
daaropvolgende wijzigingen
2004/108/EEG van 15/12/04
(Elektromagnetische
Compatibiliteit) en
daaropvolgende wijzigingen 90/369/EEG van 29/06/90 (Gas)
en daaropvolgende wijzigingen 93/68/EEG van 22/07/93 en
daaropvolgende wijzigingen 2002/96/EG en daaropvolgende
wijzigingen.
1275/2008 stand-by/off mode.
25
20
30
19
Beschrijving van
het apparaat
NL
Aanzichttekening
Snelle brander
Spaarbrander
Spaarbrander
Rooster van het werkvlak
Halfsnelle brander
Drievoudige
vlamkroonbrander (wok)
Bedieningspaneel
Bedieningspaneel
Knoppen BRANDERS
Display
Symbool van het
aangeraden kookvlak
THERMOSTAATKNOP
van de kookplaat
Aanwijzer van de
voorverwarming
Symbool
STOP
DEURBLOKKERING
Aanwijzer
Symbool
TIMER
PROGRAMMAKNOP
Toets
FAST CLEAN
Knop
INSTELLEN TIJDEN
Symbolen AUTOMATISCHE
PROGRAMMA'S
Symbool
EINDE BEREIDING
Symbool
DUUR
DISPLAY
Toets
INSTELLEN TIJDEN
Cijfers TEMPERATUREN
en TIJDEN
Symbool
KLOK
20
Starten en gebruik
Gebruik van de kookplaat
Aansteken van de branders
Naast elke BRANDER knop wordt met een vol rondje
aangegeven bij welke brander deze knop hoort.
Om een brander van de kookplaat aan te steken:
1. houd een vlam of aansteker bij de brander;
2. druk en draai tegelijkertijd de BRANDER knop
linksom tot aan het symbool van de grootste vlam -.
3. regel de sterkte van de gewenste vlam, door de
BRANDER knop linksom te draaien: op het minimum
+, op het maximum - of op een tussenliggende
stand.
Als het apparaat beschikt
over een elektronische
ontsteking* (zie afbeelding) is
het voldoende tegelijkertijd de
BRANDER knop in te drukken
en linksom te draaien tot op
het symbool van de grootste
vlam, totdat de ontsteking
heeft plaatsgevonden. Het kan zijn dat de brander
uitgaat wanneer u de knop loslaat. In dit geval moet
u de handeling herhalen en de knop iets langer
ingedrukt houden.
Mocht de vlam per ongeluk uitgaan, doe dan de
brander uit en wacht minstens 1 minuut voordat u
hem weer probeert aan te steken.
Als het apparaat is voorzien van een
thermokoppelbeveiliging* dient u de BRANDER
knop circa 2-3 seconden ingedrukt te houden om de
vlam aan te houden en de beveiliging te activeren.
Om de brander uit te zetten draait u aan de knop tot
hij op uit staat .
Branderø Diameter Pannen (cm)
Snel (R)24 - 26
Halfsnel (S)16 - 22
Hulp (A)10 - 14
Drievoudige vlamkroon (TC)24 - 26
Om het type brander te selecteren kunt u de
tekeningen raadplegen die staan weergegeven in
het hoofdstuk Eigenschappen branders en
sproeiers.
Voorkom dat tijdens het gebruik de pannen buiten
de rand van het kookvlak komen.
Op modellen die voorzien zijn van een
vlamverspreider moet deze alleen worden gebruikt
op de extra brander wanneer men pannen gebruikt
die een doorsnede hebben van minder dan 12 cm.
De klok instellen
U kunt de klok zowel instellen als de oven uit is als
wanneer hij aan is, maar alleen als u geen
uitgestelde bereiding heeft ingesteld.
1. Druk meerdere malen op de toets
symbool
DISPLAY beginnen te knipperen;
2. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de +
en de - om de uren in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
4. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de +
en de - om de minuten in te stellen;
5. druk nogmaals op de toets
en de eerste twee cijfers op het
totdat het
totdat de andere
om te bevestigen.
NL
Praktisch adviesvoorhetgebruikvande
branders
Voor een beter rendement van de branders en een
minimaal gasverbruik dient u pannen te gebruiken
met een platte onderkant, die voorzien zijn van een
deksel en die afgestemd zijn op de afmetingen van
de brander:
Slechtsopenkelemodellenaanwezig.
*
De timer instellen
Deze functie onderbreekt de bereiding niet en is
onafhankelijk van het gebruik van de oven. Hij dient
er uitsluitend voor een geluidssignaal te laten horen
als de ingestelde minuten zijn verstreken.
1. Druk meerdere malen op de toets
symbool
beginnen te knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de minuten in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
Nu verschijnt het terugtellen, aan het einde waarvan
u een geluidssignaal zult horen.
en de drie cijfers op het DISPLAY
totdat het
om te bevestigen.
21
NL
Gebruik van de oven
Vóór gebruik is het strikt noodzakelijk het plastic
folie aan de zijkanten van het apparaat te
verwijderen.
Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven
minstens een uur leeg te laten functioneren, op
maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat
u de oven heeft uitgeschakeld, opent u de ovendeur
en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door
het verdampen van de middelen die worden
gebruikt om de oven te beschermen.
1. Selecteer het gewenste kookprogramma door aan
de PROGRAMMAKNOP te draaien.
2. De oven begint voor te verwarmen, de aanwijzers
van de voorverwarming gaan aan.
De temperatuur kan veranderd worden door te
draaien aan de THERMOSTAATKNOP.
3. Als de aanwijzer van de voorverwarming
uitgaat en u een geluidssignaal hoort, is de
voorverwarming compleet: zet de etenswaren in de
oven.
Ventilator
Om de oven van buiten niet te heet te laten worden,
brengt een verkoelingsventilator een luchtstroom teweeg
die tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar
buiten komt. Aan het begin van het programma FAST
CLEAN draait de ventilator op lage snelheid.
Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator draaien
totdat de oven voldoende is afgekoeld.
Ovenverlichting
Als de oven uit is, kan het ovenlicht op ieder willekeurig
moment aan worden gezet door de ovendeur te openen.
Handmatige kookprogrammas
Alle programmas hebben een vooringestelde
kooktemperatuur. Deze kan handmatig worden
aangepast,en naar wens worden ingesteld tussen de
40°C en de 250°C.
In het programma BARBECUE is de ingestelde
temperatuur in % uitgedrukt. Dit kan ook handmatig
worden gewijzigd.
4. Het DISPLAY toont het icoon
welk rooster u het gerecht het beste kunt plaatsen.
5. Tijdens het koken kunt u nog altijd:
- het kookprogramma veranderen met behulp van de
PROGRAMMAKNOP;
- de temperatuur veranderen met behulp van de
THERMOSTAATKNOP;
- de kookduur programmeren of de tijd van einde
bereiding ( zie kookprogrammas);
- het koken onderbreken door de
PROGRAMMAKNOP weer op stand 0 te zetten.
6. Na twee uur gaat de oven automatisch uit: dit is
om veiligheidsredenen van te voren ingesteld bij
iedere kookfunctie. U kunt de kookduur veranderen
(zie kookprogrammas).
7. Wanneer de stroom uitvalt en de oventemperatuur
niet te laag is geworden, gaat de oven automatisch
terug naar het punt waar het programma is
onderbroken. De geprogrammeerde functies worden
echter niet onthouden. U dient ze daarom bij het
terugkeren van de stroom opnieuw in te stellen.
! Bij het programma BARBECUE is geen
voorverwarming voorzien.
! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u
riskeert hiermee het email te beschadigen.
! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde
roosters.
dat aangeeft op
Programma MULTILEVEL
Alle verwarmingselementen gaan aan en de ventilator
treedt in werking. Aangezien de warmte in de hele oven
constant is, zorgt de lucht dat de gerechten op
gelijkmatige wijze gekookt en gebakken worden. Hier is
het mogelijkmaximaal twee roosters tegelijk te gebruiken.
Programma BARBECUE
Het bovenste verwarmingselement gaat aan. Als u aan
de THERMOSTAATKNOP draait geeft het DISPLAY
de instelbare vermogensniveaus weer die variëren
van een minimum van 5% tot een maximum van
100%. Het koken onder de grill is vooral aan te raden
voor gerechten die een hoge en directe temperatuur aan
de buitenkant nodig hebben. Kook met de ovendeur
dicht.
Programma GRATINEREN
Het bovenste verwarmingselement gaat aan, en
tijdens een deel van de cyclus ook het cirkelvormige
verwarmingselement en de ventilator. Hiermee wordt
de rechtstreekse bovenhitte van de grill
gecombineerd met de geforceerde luchtcirculatie in
de oven.
Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo
vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar
de binnenkant. Kook met de ovendeur dicht.
22
Programmas LAGE TEMPERATUUR
Deze kookfunctie is ideaal voor rijzen, ontdooien, het
bereiden van yoghurt, het snel of langzaam
opwarmen van gerechten en het langzaam koken
van etenswaren op lage temperatuur. De in te stellen
temperaturen zijn: 40, 65, 90 °C.
Programma VLEES
Gebruik deze functie voor het braden van kalfs-,
varkens- en lamsvlees. Plaats het brood in de koude
oven. U kunt de gerechten eventueel ook in de
warme oven plaatsen.
NL
Draaispit (slechts op enkele modellen aanwezig)
Voor het activeren van
het draaispit (zieafbeelding) gaat u als
volgt te werk:
1. plaats de lekplaat in stand 1;
2. zet de steun van het draaispit op de 3e stand en
steek de vleespen in de speciale opening
achterin de oven;
3. activeer het draaispit met de knop
PROGRAMMAS op de stand
! Wanneer u de ovendeur opent als het programma
is gestart, zal het braadspit stoppen met
draaien.
of ;
Programma PIZZA
Gebruik deze functie voor het bereiden van pizzas. Zie
volgende hoofdstuk voor recepten en details.
Programma BROOD
Gebruik deze functie voor het bakken van brood Zie
volgende hoofdstuk voor recepten en details.
Programma CAKE
Deze functie is ideaal voor het bereiden van zowel
taarten met bakkersgist als met gedroogde gist, of
zonder gist. Plaats in de koude oven. U kunt de
gerechten eventueel ook in de warme oven plaatsen.
Programma PIZZA
Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende
aanwijzingen nauwkeurig op te volgen:
houdt u zich aan het recept;
het gewicht van het deeg moet tussen de 500 g en
de 700 g zijn.
vet de bakplaat iets in.
Automatische kookprogrammas
De temperatuur en de duurvandebereiding zijn
ingestelden kunnen niet worden gewijzigd door het
systeem C.O.P.® (Cottura Ottimale Programmata
(Optimale Geprogrammeerde Bereiding)) dat
automatisch een perfect resultaat garandeert. De
bereiding wordt automatisch gestopt en de oven
geeft aan wanneer het gerecht gaar is. De bereiding
kan worden uitgevoerd door de gerechten in een
koude of warme oven te plaatsen. Voor de correcte
plaatsing van het gerecht in de oven raden wij u aan
het symbool
Als de kookfase is bereikt laat de oven een
geluidssignaal horen.
Open de ovendeur niet om te voorkomen dat de
tijdsduur en de kooktemperatuur worden ontregeld.
te controleren.
Recept voor PIZZA:
1 Bakplaat, lage ovenstand, oven koud of warm
Recept voor 3 pizzas van ongeveer 550 g: 1000 g meel,
500 g water, 20 g zout, 20 g suiker, 10 cl olijfolie, 20 g
bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist)
Rijzen op kamertemperatuur: 1 uur
In koude of warme oven plaatsen
Start de bereiding
Programma BROOD
Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende
aanwijzingen nauwkeurig op te volgen:
houdt u zich aan het recept;
het maximum gewicht per bakplaat;
vergeetniet1 dl koud water te gietenin de
bakplaatopstand5;
het deeg moet circa 1 tot 1½ uur op
kamertemperatuur rijzen. De exacte duur hangt af
van de kamertemperatuur. Het deeg is voldoende
gerezen als het volume is verdubbeld.
PIZZA
23
NL
Recept voor BROOD:
1 bakplaat van 1000 g max, onderste ovenstand
2 bakplaten van 1000 g max, onderste en middelste
stand
Heteinde vaneen bereiding programmeren
Het programmeren van het einde van een bereiding
is alleen mogelijk nadat u een kookduur heeft
geselecteerd.
Recept voor 1000 g deeg: 600 g meel, 360 g water, 11 g
zout, 25 g bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist)
Procedure:
Meng het meel en het zout in een grote kom.
Doe de gist in lauw water (circa 35 graden).
Maak een kuil in het meel.
Giet er het mengsel van water en gist in
Kneed het geheel totdat een homogeen deeg is
gevormd dat niet plakkerig is, door het deeg 10
minuten lang met de palm van de hand plat te
drukken en vervolgens weer dicht te vouwen.
Maak een bal van het deeg, doe het in een
slakom en bedek het met plastic folie om te
voorkomen dat de buitenkant ervan uitdroogt. Doe
de slakom in de oven op de handmatige functie
LAGE TEMPERATUUR op 40°C en laat het
ongeveer 1 uur lang rijzen (het volume van het
deeg moet verdubbelen)
Verdeel de bal om verschillende broden te maken.
Leg ze op ovenpapier op de bakplaat.
Bestrooi de broden met meel.
Maak sneden in de broden.
Zet 1 dl koud gedistilleerd water op de bodem van de
oven. Voor het reinigen kunt u het beste water en azijn
gebruiken.
Plaats het brood in de koude oven.
1. Volg de procedure van de duur van punt 1 t/m 3;
2. druk daarna op de toets
en de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te
knipperen;
3. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de uren in te stellen;
4. druk nogmaals op de toets
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
5. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de +
en de - om de minuten in te stellen;
6. druk nogmaals op de toets
7. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op
het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de
bereiding en klinkt een geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur, u programmeert een duur
van 1 uur en 15 minuten en de eindtijd om 12:30.
Het programma zal automatisch om 11:15:00
beginnen.
De symbolen
gevendat een programmering is uitgevoerd. Op het
DISPLAY verschijnen om de beurt de eindtijd en de
duur van de bereiding.
Om een programmering te annuleren draait u de
PROGRAMMAKNOP op stand 0.
en gaan aanom aan te
totdat het symbool
totdat de andere
om te bevestigen.
Start het programma
Aan het einde van de kooktijd laat u de broden rusten
op een rooster totdat ze geheel zijn afgekoeld.
BROOD
De bereiding programmeren
De programmering is alleen mogelijk wanneer een
kookprogramma is geselecteerd.
Het programmeren van de kookduur
1. Druk meerdere malen op de toets
symbool
beginnen te knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de gewenste duur in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
4. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op
het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de
bereiding en klinkt een geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur en u programmeert een duur
van 1 uur en 15 minuten. Het programma stopt
automatisch om 10:15.
en de drie cijfers op het DISPLAY
totdat het
om te bevestigen.
Praktische kooktips
Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit
de standen 1 en 5: de hete lucht zou fijne gerechten
kunnen verbranden.
Bij de functies BARBECUE of GRATINEREN, in het
bijzonder wanneer u het draaispit gebruikt, raden wij
u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om eventueel
vet of jus op te vangen.
MULTILEVEL
Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de
gerechten die meer warmte nodig hebben op
stand 2.
Plaats de lekplaat op de onderste stand en het
rooster op de hoogste.
24
BARBECUE
Plaats de grill op stand 3 of 4, plaats de
gerechten op het midden van de grill.
We raden u aan het energieniveau op de hoogste
stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste
verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn
werking wordt geregeld door een thermostaat.
Kooktabeloven
PIZZA
NL
Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet
hem op het bijgeleverde ovenrooster.
Bij gebruik van de lekplaat is de bereidingstijd
langer en krijgt u waarschijnlijk geen krokante
pizza.
Bij zeer gevulde pizzas raden wij aan de
mozzarella of andere kaas pas halverwege de
kooktijd toe te voegen.
* De kooktijden dienen slechts als indicatie en kunnen naar eigen smaak aangepast worden. De voorverwarming van de oven is door de fabriek ingesteld en kan
niet handmatig worden gewijzigd.
Pizza op 2 roosters
Taarten op 2 roosters
Cake op 2 roosters (op lekplaat)
Gebraden kip + aardappels
Lamsvlees
Makreel
Lasagne
Soesjes op 2 roosters
Koekjes op 2 roosters
Kaaskoekj es op 2 roosters
Harti ge taarten
Makreel
Tong en inktvis
Calamari- en garnalens piesjes
Kabeljauwfilet
Gegrilde groenten
Kalfsbiefstuk
Saucijzen
Hamburgers
Tosti (of geroosterd brood)
Kip aan het spit (indien draaispit aanwezig)
Lam aan het spit (indien draaispi t aanwezig)
Inktvis
Kip aan het spit (indien draaispit aanwezig)
Eend aan het spit (indien draaispit aanwezig)
Gebraden kalfs- of rundvlees
Gebraden varkensvlees
Lamsvlees
Ontdooien
Rijzen
Opwarmen gerechten
Pasteuriseren
Pizza (zie recept)
Focaccia (brooddeeg)
Brood (zie recept)
Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften.
Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u
dient ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheid
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg
gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of als het
onweert.
Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent of
met natte of vochtige handen of voeten.
Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag
uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen
volgens de instructies die beschreven staan in deze
handleiding.
Deze handleiding betreft een apparaat van klasse 1
(losstaand) of klasse 2 - subklasse 1 (ingebouwd tussen
2 meubels).
T ijdens het gebruik v and e ovenw ordende
v erwarmingselementenenenkele delen van
de ovendeur z eer heet. Raak ze niet aan enhoud k
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van het apparaat
terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven te
zetten en eruit te halen.
Gebruik geen ontvlambare vloeistoffen (alcohol,
benzine enz.) in de buurt van het apparaat als het in
gebruik is.
Controleer altijd dat de knoppen in de stand staan als
het apparaat niet gebruikt wordt.
Trek nooit de stekker aan het snoer uit het stopcontact,
maar pak altijd de stekker direct beet.
Maak het apparaat niet schoon of voer geen onderhoud
uit als de stekker nog in het stopcontact zit.
Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne
mechanismen van het apparaat te repareren. Neem
contact op met de Technische Dienst.
Plaats geen zware voorwerpen op de open ovendeur.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen
(kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk,
sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet
de nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat,
tenzij onder toezicht van een persoon die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid of nadat hun is
uitgelegd hoe het apparaat werkt.
Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen.
inderen op een afstand.
Als het fornuis op een voetstuk wordt geplaatst moet u
er voor zorgen dat het er niet af kan schuiven.
Afvalverwijdering
Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt u
aan de plaatselijke normen zodat het materiaal
hergebruikt kan worden.
De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende
afgedankte elektrische en elektronische apparatuur
(AEEA), voorziet dat huishoudelijke apparatuur niet met
het normale afval mag worden meegegeven. De
verwijderde apparaten moeten apart worden opgehaald
om het terugwinnen en recyclen van de materialen
waaruit ze bestaan te optimaliseren en te voorkomen
dat er eventuele schade voortvloeit voor de gezondheid
en het milieu. Het symbool van de afvalemmer met een
kruis staat op alle producten om de consument eraan te
herinneren dat dit gescheiden afval is.
Om meer informatie te verkrijgen betreffende een juiste
verwijdering van huishoudapparaten kan de consument
zich richten tot de gemeentelijke reinigingsdienst of de
verkopers.
Energiebesparing en milieubehoud
Door de oven te gebruiken vanaf het late middaguur tot
aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat de
elektriciteitscentrales minder worden belast tijdens het
spitsuur. De optie waarmee u programmas
voorprogrammeert, in het bijzonder de uitgestelde
kooktijd (zie Programmas) en de verlate automatische
reiniging (zie Onderhoud en verzorging), kunnen u
hierbij helpen.
Houd bij de functies BARBECUE en GRATINEREN altijd
de ovendeur dicht: u bereikt betere kookresultaten en
een aanzienlijke energiebesparing (circa 10%).
Houd de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed
aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen.
Dit product voldoet aan de eisen die gesteld worden
door de nieuwe Europese Richtlijn voor energiebesparing
voor apparaten in de standby-stand.
Wanneer 2 minuten lang geen handelingen worden
uitgevoerd, gaat het apparaat automatisch in de standystand.
De standby-stand wordt weergegeven middels het
"Symbool Klok" op een hoge verlichtingssterkte.
Wanneer weer een handeling aan het apparaat wordt
uitgevoerd, gaat het systeem onmiddellijk weer over in de
operationele stand.
26
Onderhouden verzorging
Glasplaat
Afdichting
Lamp
Ovenruimte
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige
handeling overgaat.
Reinigen van het apparaat
Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij
staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met
een spons en een sopje worden afgenomen. Als
de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een
speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Spoel en
droog het na het schoonmaken goed af. Gebruik
geen schuurmiddelen of bijtende producten.
De pannendragers, de branderdeksels, de
vlamkronen en de branders van de kookplaat
kunnen worden verwijderd voor een
gemakkelijkere reiniging; was ze in warm water en
een niet schurend reinigingsmiddel. Zorg ervoor
de afzettingen te verwijderen en doe ze pas op
hun plaats als ze volledig droog zijn.
Reinig geregeld het uiteinde van de
thermokoppelbeveiliging*.
Hetcontrolerenvande afdichtingenvande oven
NL
Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen
rondom de ovendeur. In het geval de afdichting
beschadigd is, dient u zich tot de dichtstbijzijnde
Erkende Servicedienst te wenden. Gebruik de oven
niet voordat de reparatie is uitgevoerd.
Vervangen van het ovenlampje
Voor het
vervangen van het
ovenlampje:
1. Verwijder het glazen lampenkapje met behulp van
een schroevendraaier.
2. Schroef het lampje los en vervang het met
eenzelfde soort lampje: vermogen 15 W, fitting E 14.
Zet het deksel weer op zijn plaats en let erop dat de
afdichting goed is bevestigd (zie afbeelding).
De binnenkant van de oven kunt u het beste
direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw
is. Gebruik warm water en een
schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog
met een zachte doek. Gebruik geen
schuurmiddelen.
Reinig het glas van de deur met een spons en
niet schurende producten. Droog met een zachte
doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen of
scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden
kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou
kunnen barsten.
De accessoires kunnen gewoon worden
afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser).
Slechtsopenkelemodellenaanwezig.
*
Onderhoud gaskranen
Met verloop van tijd kan een kraan stroef worden of
vast blijven zitten; in dat geval is het noodzakelijk
hem te vervangen.
Dit moet worden uitgevoerd door een door de
fabrikant bevoegde installateur.
27
NL
Automatische reiniging FAST CLEAN
Door de functie FAST CLEAN te activeren bereikt de
oven een temperatuur van 500°C die nodig is voor
het verbranden van voedselrestjes. Het vuil wordt
letterlijk as.
Gedurende de automatische reiniging kunnen de
oppervlakken zeer heet worden: houd kinderen op
een afstand. Door de ovendeur heen kunt u zien dat
bepaalde deeltjes oplichten: dit is een plotselinge
verbranding, hetgeen een absoluut normaal
verschijnsel is dat geen enkel gevaar met zich mee
brengt.
Veiligheidsmechanismen
het verlichte symbool
aan dat de ovendeur automatisch is geblokkeerd
omdat de temperatuur zeer hoog is geworden;
het symbool
willekeurig moment dat u op de toets
de reinigingscyclus kunt annuleren;
als er iets onverwachts of vreemds gebeurt zal de
verwarming worden onderbroken;
geeft aan dat op elk
op het display geeft
drukt u
Voor het activeren van FAST CLEAN:
verwijder met een natte spons het ergste vuil uit
de oven. Gebruik geen schoonmaakmiddelen;
haal alle accessoires uit de oven;
laat geen keukendoeken of pannenlappen aan het
handvat hangen.
zet de PROGRAMMAKNOP op 0
! Als de oven te heet is kan het gebeuren dat de
pyrolyse niet start. Wacht tot de oven wat is
afgekoeld.
! Het programma zal alleen van start gaan als de
ovendeur gesloten is.
Om de reinigingscyclus FAST CLEAN te activeren
drukt u circa 4 seconden op de toets
knop INSTELLEN TIJDEN kunt u het gewenste
reinigingsniveau kiezen met een vooringestelde en
niet wijzigbare tijdsduur:
als de deur geblokkeerd is kunnen de tijdsduur en
de eindtijd van de cyclus niet meer veranderd
worden.
Heteindevandeautomatischereiniging
programmeren
1. druk daarna op de toets
en de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te
knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de uren in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
4. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de +
en de - om de minuten in te stellen;
5. druk nogmaals op de toets
6. als de ingestelde tijd is verstreken verschijnt op
het DISPLAY het woord END en hoort u een
geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur, u kiest het ECO niveau van
FAST CLEAN met een vooringestelde tijd van 1
uur. U programmeert 12:30 als eindtijd. Het
programma zal automatisch om 11:30 beginnen.
De symbolen
een programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY
verschijnen om de beurt de eindtijd en de duur van
FAST CLEAN.
Na de automatische reiniging
en gaan aan om aan te geven dat
totdat het symbool
totdat de andere
om te bevestigen.
Zoals voor een normaal kookprogramma is het ook
voor de FAST CLEAN cyclus mogelijk een einde te
programmeren (zie Programmeren van het einde vande automatische reiniging).
28
De ovendeur kan pas worden geopend als de
temperatuur tot op een acceptabel niveau is gezakt.
U zult nu wat wit poeder waarnemen op de bodem
en op de wanden van de oven: verwijder dit met een
natte spons als de oven is afgekoeld. Als u wilt
profiteren van de overgebleven warmte van de oven
om te gaan koken, kunt u het witte poeder rustig
laten liggen: het levert geen enkel gevaar op voor de
gerechten die u wilt gaan koken.
Loading...
+ 32 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.