Genie GTH-5021R Operator's Manual [nl]

Bedieningshandleiding
Serienummerinterval
GTH-4016 R
GTH-4018 R
GTH-5021 R
Vanaf serienr.: GTH4016R15M-101
Vanaf serienr.: GTH4018R15M-101
Vanaf serienr.: GTH5021R14B-101
Vertaling van de oorspronkelijke instructies
Tweede uitgave
Eerste druk
Ond.nr. 57.0009.0630
Mei 2015
Tweede uitgave - Eerste druk
Inhoud
Inleiding ............................................................... 1
Definities van symbolen en gevaarstickers ......... 5
Algemene veiligheid ............................................ 7
Veiligheid in het werkgebied .............................. 15
Veiligheidsmaatregelen .....................................23
Legenda............................................................. 26
Bedieningen....................................................... 28
Inspecties .......................................................... 36
Gebruiksaanwijzing ........................................... 54
Parkeren en opslag ...........................................74
Aanwijzingen voor transport en heffen .............. 76
Onderhoud......................................................... 81
Bijlagen .............................................................. 91
Technische gegevens ...................................... 100
Lasttabellen ..................................................... 103
Test .................................................................. 148
EC Conformiteitsverklaring .............................. 149
TEREX Global GmbH
Bleicheplatz 2 8200 Schaffhausen Zwitserland
Technische assistentiedienst
Telefoon: +39 075 9418129 +39 075 9418175
e-mail: UMB.Service@terex.com
GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
Copyright © 2015 by Terex Corporation
Tweede uitgave: Eerste druk, mei 2015
Genie is een gedeponeerd handelsmerk van Terex South Dakota, Inc. in de Verenigde Staten van Amerika en vele andere landen. “GTH” is een handelsmerk van Terex South Dakota, Inc.
Informatie over deze handleiding
Genie dankt u voor uw keuze van een van onze machines voor uw werkzaamheden. De veiligheid van de gebruiker heeft onze allerhoogste prioriteit. Deze veiligheid wordt echter het beste bereikt door een gezamenlijke inspanning. Dit boek is een handleiding voor de bediening en het dagelijkse onderhoud en is gericht aan de gebruiker of exploitant van een Genie machine.
Dit handboek dient te worden beschouwd als een onlosmakelijk onderdeel van uw machine en moet altijd bij de machine worden gehouden. Voor vragen kunt u contact opnemen met Genie.
Voor handboeken van optionele uitrustingen (indien aanwezig):
Toetsenbordontgrendeling (Optie met ond. nr. 58.2513.1089)
Radiobesturing (Optie met ond. nr. 58.2513.1038)
Radio Mp3
(Optie met ond. nr. 58.2513.1093)
Ga naar onze webpagina www.genielift.com/en/service-support/manuals
Productidenticatie
Het serienummer van de machine bevindt zich op het serienummerlabel.
GTH 4016 R - GTH 4018 R
Afdruk van serienummer
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Inleiding
GTH 5021 R
Afdruk van serienummer
Homologatielabel
(indien vereist)
Serienummerlabel
Bedoeld gebruik
Een zwenkbare terreinheftruck met variabele reikwijdte wordt gedefinieerd als een heftruck op wielen met een zwenkbare bovenstructuur die meer dan 5° naar links/rechts kan draaien, en een zwenkbare arm die kan worden uitgerust met uiteenlopende aanbouwdelen voor het opnemen, transporteren en plaatsen van lasten binnen het in de lasttabellen vermelde bereik. In de standaardconfiguratie draait de machine 200° naar links en 200° naar rechts; als optie is een continue rotatie van 360° mogelijk.
Het gebruik van dit product op enige andere wijze is verboden en in strijd met het beoogde gebruik.
Serienummerlabel Homologatielabel
(indien vereist)
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 1
Mei 2015
Inleiding
Tweede uitgave - Eerste druk
Uitgave van bulletins en naleving van de voorschriften
De veiligheid van de gebruikers van dit product is voor Genie van het grootste belang. Om belangrijke informatie omtrent de veiligheid en het product te verstrekken aan dealers en machine-eigenaars maakt Genie gebruik van diverse bulletins.
De informatie in deze bulletins heeft betrekking op specifieke machines en gaat vergezeld van een indicatie van het betreffende machinemodel en serienummer.
De bulletins worden toegezonden aan de meest recente eigenaar die geregistreerd is, alsook aan de bijbehorende dealer; het is dus belangrijk dat u uw machine registreert en uw contactinformatie up-to-date houdt.
Voor de veiligheid van het personeel en een ononderbroken, betrouwbare werking van uw machine, dient u ervoor te zorgen dat de acties die in de bulletins uiteengezet worden, worden uitgevoerd.
Contact met de fabrikant
Soms kan het nodig zijn om contact op te nemen met Genie.
In dat geval dient u het modelnummer en serienummer van uw machine te verstrekken, evenals uw naam en contactinformatie. In ieder geval dient contact met Genie te worden opgenomen om:
Ongevallen te melden
Vragen te stellen met betrekking tot de toepassingen van een product en de veiligheid
Informatie in te winnen omtrent de naleving van normen en voorschriften
De gegevens van de huidige eigenaar te actualiseren, als de machine van eigenaar verandert of als er wijzigingen in uw contactinformatie nodig zijn. Zie „Eigendomsoverdracht” verderop.
Overdracht van het eigendom van de machine
Door enkele minuten de moeite te nemen om de informatie omtrent de eigenaar te actualiseren, verzekert u zich ervan dat u belangrijke informatie omtrent de veiligheid, het onderhoud en de werking, die van toepassing is op uw machine, zult ontvangen.
Registreer uw machine op onze website www.genielift.co.uk.
2 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Inleiding
Gevaar
Het niet opvolgen van de instructies en veiligheids voorschriften in deze handleiding heeft de dood of ernstig letsel tot gevolg.
Niet gebruiken, tenzij:
5 U de grondbeginselen van het veilig bedienen van
de machine die in deze bedieningshandleiding beschreven worden leert en in praktijk brengt.
1. Vermijd gevaarlijke situaties. Zorg ervoor dat u de veiligheidsvoorschrif­ten kent en begrijpt voordat u verder gaat met het volgende hoofdstuk.
2. Voer voor het gebruik altijd eerst een inspectie uit.
3. Voer altijd functietests uit voordat u de machine gebruikt.
4. Inspecteer de werkplek.
5. Gebruik de machine alleen zoals is bedoeld.
5 De bedieningshandleiding, de veiligheidsinstructies
en de stickers op de machine goed doorlezen, begrijpen en zorgvuldig in acht nemen.
5 De veiligheidsinstructies en de veiligheidsnormen
betreffende de werkomgeving goed doorlezen, begrijpen en zorgvuldig in acht nemen.
5 De geldende nationale wetgeving goed doorlezen,
begrijpen en zorgvuldig in acht nemen.
5 U dient goed te zijn getraind om de machine veilig
te kunnen gebruiken.
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 3
Mei 2015
GEVAAR
GEVAAR
WAARSCHUWING
GEVAAR
WAARSCHUWING
LET OP
GEVAAR
WAARSCHUWING
LET OP
OPMERKING
Inleiding
Tweede uitgave - Eerste druk
Gevarenclassicatie
Waarschuwingssymbool voor de veiligheid - gebruikt om personeel te waarschuwen voor mogelijk gevaar van persoonlijk letsel. Volg alle veiligheidsberichten die achter dit symbool staan op om mogelijk letsel of de dood te voorkomen.
Geeft een gevaarlijke situatie aan die, indien zij niet wordt vermeden, de dood of ernstig letsel tot gevolg zal hebben.
Geeft een mogelijk gevaarlijke
situatie aan die, indien zij niet wordt vermeden, de dood of ernstig letsel tot gevolg kan hebben.
Geeft een mogelijk gevaarlijke
situatie aan die, indien zijn niet wordt vermeden, licht of middelzwaar letsel tot gevolg kan hebben.
Normen
De volgende normen en/of verordeningen gelden voor deze machine(alleen voor STAGE 3B machine):
Richtlijn
2006/42/EG Machinerichtlijn
2008/104/EG Richtlijn inzake elektromagnetische compatibiliteit
2000/14/EG Richtlijn inzake geluidsemissie in het milieu
Onderhoud van veiligheidsborden
Vervang ontbrekende of beschadigde veiligheidsborden. Houd altijd de veiligheid van de bestuurder in gedachten. Gebruik milde zeep en water om veiligheidsborden schoon te maken. Gebruik geen reinigingsmiddelen die oplosmiddel bevatten, want deze kunnen het materiaal van de veiligheidsborden aantasten.
4 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
Geeft een bericht aan dat waarschuwt voor mogelijke schade aan eigendommen.
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Denities van symbolen en gevaarstickers
Gevaar voor elektrische schokken
Gevaar voor
Houd de vereiste veiligheidsafstand aan.
De onderhoudskraag
beknelling.
Uit de buurt van
Gevaar voor beknelling.
Gevaar voor ontploffing/ brandwonden
P
: 7,9 kg/cm
max
bewegende onderdelen blijven.
Verboden te roken. Geen open vlammen gebruiken.
2
Max. druk op de grond
Gevaar voor ontploffing/ brandwonden
gebruiken
Gevaar voor beknelling.
Gevaar voor beknelling.
Gevaar voor
beknelling
Geen mensen onder de last
Altijd de veiligheids­gordel dragen.
Uit de buurt van bewegende delen blijven.
Laat de
Gevaar voor
brandwonden
Verboden te roken. Geen open vlammen gebruiken.
oppervlakken afkoelen.
Gevaar voor vallen
De bedieningshandleiding doorlezen.
Omkantelgevaar
Uit de buurt van
Gevaar voor beknelling
Gevaar voor brandwonden.
Gevaar voor beknelling
Uitsluitend een goedgekeurd werkplatform gebruiken
de zwenkbare bovenstructuur blijven.
De dop pas losdraaien na afkoeling.
Uit de buurt van bewegende onderdelen blijven
Nooit de nominale hefcapaciteit overschrijden
De machine niet
nivelleren met
opgeheven arm
Gevaar voor
beknelling.
De last gedurende het rijden laag houden
Uit de buurt van de stempels blijven.
Geen starthulpmiddelen gebruiken
Gevaar voor verstrikking.
Ontploffingsge­vaar
Uit de buurt van de bewegende riem blijven
Omkantelgevaar
Ontploffingsge­vaar
Omkantelgevaar
Niet gebruiken.
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 5
Mei 2015
Tweede uitgave - Eerste druk
Denities van symbolen en gevaarstickers
Alleen getraind onderhoudspersoneel mag zich toegang verschaffen tot deze ruimten
Geen mensen onder de last
Weer in fase brengen van de arm
6 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
GTH 4016 R - 4018 R Stage 3A
09.4618.0924
09.4618.0986
09.4618.1674
09.4618.0923
09.4618.0986
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Algemene veiligheid
237726
09.4618.0923
09.4618.1946
09.4618.1674
2
: 7,9 kg/cm
max
P
09.4618.1946
09.4618.1120
09.4618.1713
09.4618.0924
09.4618.0923
09.4618.1458
09.4618.1946
09.4618.0922
09.4618.1673
215646
09.4618.0920 09.4618.0923
237726
09.4618.0924
09.4618.0922
09.4618.0922
09.4618.0920
09.4618.0920
09.4618.1674
09.4618.0986
09.4618.1120
09.4618.1673 215646
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 7
09.4618.1120 237720
215646
09.4618.1946
09.4618.0923
Mei 2015
09.4618.1458
$
09.4618.1375
Algemene veiligheid
GTH 4016 R - 4018 R Stage 3A
09.4618.1679
237720
09.4618.1120
09.4618.1423
237720
Tweede uitgave - Eerste druk
09.4618.1673
09.4618.1946
215646
09.4618.1946
2
: 7,9 kg/cm
max
P
09.4618.1673
09.4618.1946
09.4618.1679
215646
09.4618.1673 215646
215648
09.4618.1375
09.4618.1423
09.4618.1120
215645
215645237721 237720
215646
09.4618.1679
09.4618.1120
09.4618.1386
237721
OK
09.4618.1386
09.4618.1386
(alleen voor
GTH4016 R)
09.4618.1673
09.4618.1423
09.4618.1375
09.4618.1458
09.4618.1423
09.4618.1458
215648
09.4618.1946
8 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
GTH 4016 R - 4018 R Stage 3B
09.4618.0924
09.4618.0922
175 mm
09.4618.0986
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Algemene veiligheid
09.4618.0923
09.4618.1674
09.4618.0923
09.4618.1674
09.4618.1713
09.4618.1713
09.4618.0986
09.4618.0924
09.4618.1713
09.4618.1946
237726
09.4618.1458
09.4618.0922
09.4618.1673
215646
09.4618.0924
09.4618.0922
2
: 7,9 kg/cm
max
P
09.4618.1946
09.4618.1946
09.4618.1120
09.4618.0923
09.4618.0920
09.4618.0986
09.4618.1120
09.4618.0920
237726
09.4618.1674
09.4618.1673
09.4618.1673
215646
09.4618.1673
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 9
09.4618.1120
09.4618.1946
09.4618.0920
Mei 2015
09.4618.1458
$
09.4618.1375
Algemene veiligheid
GTH 4016 R - 4018 R Stage 3B
Tweede uitgave - Eerste druk
09.4618.1120
09.4618.1679
09.4618.1120
215646
237720
215646
09.4618.1679
09.4618.1423
09.4618.1120
237720
09.4618.1946
237721
09.4618.1673
215646
215648
09.4618.1423
09.4618.1375
215645
215645
237720
215646
09.4618.1679
09.4618.1386
237721
OK
09.4618.1386
(alleen voor
GTH4016 R)
09.4618.1386
09.4618.1673
09.4618.1423
09.4618.1458
09.4618.1375
09.4618.1458
09.4618.1423
09.4618.1673
215648
09.4618.1673
09.4618.1946
10 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
09.4618.0924
09.4618.1458
09.4618.0986
GTH 5021 R Stage 3A
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Algemene veiligheid
09.4618.1713
09.4618.0922
09.4618.0922
09.4618.1674
09.4618.1120
237726
09.4618.1675
09.4618.0924
09.4618.0923
09.4618.1673
09.4618.0986
09.4618.1713
09.4618.0922
09.4618.1458
09.4618.1713
215646
09.4618.0923
09.4618.0923
09.4618.0924
09.4618.0920
09.4618.0986
09.4618.1120 09.4618.1674 237726
09.4618.1674
09.4618.1120
09.4618.1458
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 11
09.4618.1675
09.4618.1675
09.4618.1673
2
: 11 kg/cm
max
P
09.4618.1675
09.4618.1673
09.4618.0920
09.4618.1673
09.4618.0920
Mei 2015
09.4618.1375
$
Algemene veiligheid
GTH 5021 R Stage 3A
237720
Tweede uitgave - Eerste druk
215648
09.4618.1375
215646
09.4618.1679
09.4618.1423
09.4618.1679
237721
09.4618.1675
09.4618.1120
09.4618.1673
09.4618.0923
215645
215646
09.4618.1673
237720 215646
09.4618.1675
09.4618.1679
09.4618.1423
215645
09.4618.1423
09.4618.1375 215648 237721
12 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
09.4618.0924
09.4618.1458
09.4618.0986
GTH 5021 R Stage 3B
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Algemene veiligheid
09.4618.1713
09.4618.0922
09.4618.0922
09.4618.1674
09.4618.1120
237726
09.4618.1675
09.4618.0924
09.4618.0923
09.4618.1673
09.4618.0986
09.4618.1713
09.4618.0922
09.4618.1458
09.4618.0923
09.4618.1713
215646
09.4618.0923
09.4618.0923
09.4618.0924
09.4618.0920
09.4618.0986
09.4618.1120 09.4618.1674 237726
09.4618.1674
09.4618.1120
09.4618.1458
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 13
09.4618.1675
09.4618.1675
09.4618.1673
2
: 11 kg/cm
max
P
09.4618.1675
09.4618.1673
09.4618.0920
09.4618.1673
09.4618.0920
Mei 2015
09.4618.1375
$
Algemene veiligheid
GTH 5021 R Stage 3B
237720
Tweede uitgave - Eerste druk
215648
09.4618.1375
215646
09.4618.1679
09.4618.1423
09.4618.1679
237721
09.4618.1120
09.4618.1675
09.4618.1673
215645
237720 215646
215646
09.4618.1673
09.4618.1675
09.4618.1679
09.4618.1423
215645
09.4618.1423
09.4618.1375 215648 237721
14 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
Gevaren voor omkantelen
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Veiligheid in het werkgebied
Controleer aan de hand van de lasttabel of de last binnen de nominale capaciteit van de machine ligt. Overschrijd de nominale last niet.
Het lastzwaartepunt van de vork (indien aanwezig) moet gelijk zijn aan of minder dan het zwaartepunt dat staat vermeld in de lasttabel.
Bij alle lasten die zijn aangegeven in de lasttabel wordt er vanuit gegaan dat de machine op een stevige ondergrond staat, het frame horizontaal is, de vorken gelijkmatig op de drager zijn geplaatst, de last op de vorken gecentreerd is, de banden de juiste maat en spanning hebben, en de verreiker in goede werkconditie is.
Als er accessoires worden gebruikt, moeten de stickers, aanwijzingen en handboeken bij de accessoire gelezen en begrepen zijn en in acht genomen worden.
Hef de last uitsluitend als de ondergrond alle krachten die door de machine worden uitgeoefend kan verdragen.
Laat een last pas zakken nadat de arm eerst is ingetrokken.
Gebruik geen aanbouwdelen die niet zijn goedgekeurd door Genie
Gebruik de machine niet als de lasttabel ontbreekt.
Overschrijd de nominale capaciteit voor elke configuratie niet.
te positioneren.
Gebruik de machine met snelheden waarbij de last onder controle kan worden gehouden. Start en stop bewegingen gelijkmatig.
Hef een last alleen wanneer deze
Gebruik de machine niet als er sterke of stormachtige wind staat. Vergroot het oppervlak van de vorkdrager of last niet. Dit zou, in geval van sterke wind, de stabiliteit van de machine verminderen.
Wees uiterst voorzichtig en werk langzaam wanneer u de machine in de rijconfiguratie over oneffen terrein, brokstukken, instabiele of glibberige oppervlakken en de buurt van kuilen en hellingen rijdt.
Wijzig of deactiveer geen machinecomponenten die op enige wijze van invloed zijn op de veiligheid en de stabiliteit.
Gebruik de niveaucontrole niet om een zware last te positioneren.
Het is niet toegestaan een last te heffen en er vervolgens mee te rijden om hem
Houd de arm tijdens het rijden horizontaal of lager, en houd de last dichtbij de grond.
goed gepositioneerd of vastgezet is op de vorken of goedgekeurde aanbouwdelen.
Hef de arm uitsluitend als de machine vlak staat. De niveau­indicator van de machine moet nul graden aangeven.
Zet de machine niet waterpas met de niveaucontrole van het frame, tenzij de hoekindicator van de arm nul graden of minder aangeeft.
Werk niet met het lastbegrenzingssysteem uitgeschakeld.
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 15
Vervang geen onderdelen die kritiek zijn voor de stabiliteit van de machine door onderdelen met een ander gewicht of andere technische gegevens.
Vervang de in de fabriek gemonteerde banden niet door banden met andere technische kenmerken of een andere ply-rating.
Zijwaartse hoek die toegestaan is tijdens de werk­fase ± 0,5°
Mei 2015
Veiligheid in het werkgebied
Tweede uitgave - Eerste druk
Gebruik de machine alleen op een stevige ondergrond die in staat is de maximale gecombineerde last van de machine en de nuttige last te verdragen. Indien de ondergrond instabiel is, zou de machine kunnen kantelen. Om dit te voorkomen de volgende voorschriften in acht nemen:
• Vraag uw werkgever (bouwopzichter, bouwassistent) of er in de grond waarop de stempels zullen dalen pijpen, holle ruimtes, oude tanks, kelders, mesttanks enz. verborgen zouden kunnen zijn.
• Een algemene inschatting van de bodemconsistentie kan worden gemaakt met behulp van de tabellen en de afbeelding op deze pagina.
• De weerstand van de ondergrond houdt verband met het bodemtype en de bodemeigenschappen.
Tabel 1 geeft de bodemdruk aan die is toegestaan onder de stempels van de machine.
Bodemtype,
bodemeigenschappen
losse, niet compacte bodem
leemachtige bodem, ve­engrond, zachte bodem
coherente, zachte bo­dem
niet-coherente bodem, goed compacte bodem, zand, grind
harde grond
Rots, beton, straatsteen geschikt voor het dragen van zware voertuigen
solide
halfvaste
harde
Toegestane bodemdruk
2
KPa
over het algemeen niet stevige bodem; hiervoor zijn bijzon­dere maatregelen nodig
200
100
200
400
meer dan 1000
Ga na of de grond waar men de machine wil neerzetten (wielen en stempels) stevig genoeg is om het evenwicht niet in gevaar te brengen. Wanneer de grond onvoldoende stevig is, planken onder de stempels of onder de wielen plaatsen die in staat zijn de verwachte belastingen te dragen.
Wanneer er in de buurt van greppels wordt gewerkt, de stempels op veilige afstand van de berm laten dalen.
a & h = minimum afstanden
De afstand (a) vanaf de voet van de helling moet geschikt zijn ten opzichte van de hoogte (h) van de helling. Als de ondergrond goed is:
a : h = 1 : 1
(waarden met grijze achtergrond in tabel 1)
Bij twijfelgevallen:
a : h = 2 : 1
Tabel 1
16 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Veiligheid in het werkgebied
Gevaar bij het rijden op hellingen
Houd de arm tijdens het rijden horizontaal of lager, en houd de last dicht bij de grond.
Als de machine geen last draagt, moet met de vorken of het aanbouwdeel aan de bergafwaartse kant worden gereden.
Als de machine wel een last draagt en in de transferconditie is (arm helemaal gedaald en ingetrokken):
max. hoek bij bergafwaarts rijden 9°
max. hoek bij bergopwaarts rijden 20°
max. zijwaartse hoek ± 5°
Rijd op steil terrein alleen bergopwaarts en bergafwaarts en houd de machine altijd in een versnelling. Rijd niet dwars over de helling als de machine een helling op- of afgaat.
Pas de rijroute en snelheid aan de conditie van de bodem, de tractie, helling, aanwezigheid van personeel en eventuele andere factoren die gevaar kunnen veroorzaken. Rijd de machine alleen wanneer de mast en de apparatuur in de juiste transportpositie zijn. Of een machine zal omkantelen tijdens dynamisch gebruik van de machine hangt af van vele factoren die in aanmerking moeten worden genomen. Hiertoe behoren de weg-/bodemconditie, stabiliteit en helling, alsook de machine-uitrusting, ervaring van de bestuurder, positie van de last, bandenspanning, machinesnelheid enz.
Bovendien hangt het omkantelen van een machine in grote mate af van het handelen van de bestuurder, zoals de snelheid en de gelijkmatigheid waarmee de machine wordt bediend, alsook de positie van het aanbouwdeel en de last.
Bestuurders moeten goed getraind zijn en hun beste beoordelingsvermogen en ervaring inzetten om de nodige voorzorgsmaatregelen te treffen tegen omkantelen.
De bestuurders moeten de variabelen op de werkplek beoordelen en vermijden dat de capaciteiten van de machine (of de bestuurder) met het oog op het terrein en de omstandigheden worden overschreden.
Gevaar voor vallen
Draag altijd een veiligheidsgordel wanneer u de machine gebruikt.
Blijf altijd helemaal in de cabine tijdens het besturen van de machine.
Blijf bij het in- en uitstappen in de cabine met uw gezicht naar de machine gericht, gebruik de aanwezige treden en handelingen en houd altijd op drie punten contact.
Gebruik niet het stuurwiel of andere bedieningselementen om u aan vast te houden.
Neem geen passagiers mee in de machine of op de vorken.
Transporteer en hef geen personeel met deze machine, tenzij hij is uitgerust met een goedgekeurd werkplatform.
Op bouwplaatsen en wegen verandert de hellingsgraad regelmatig, ze kunnen hard of zacht zijn, en veranderingen ondergaan vanwege bouwwerkzaamheden en weersinvloeden.
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 17
Mei 2015
Veiligheid in het werkgebied
Tweede uitgave - Eerste druk
Gevaar voor botsingen
Zet de transmissie alleen in een versnelling als de parkeerrem ingeschakeld is.
Rijd de machine niet als het zicht belemmerd wordt.
Hef de arm alleen als de parkeerrem is ingeschakeld.
Gebruik de machine niet zonder spatborden, want dan zou de bestuurder kunnen worden geraakt door opspringende brokstukken en zouden deze zich kunnen ophopen tegen de cabineruiten.
Gebruik de machine niet als het achteruitrijsignaal niet goed functioneert. Het achteruitrijsignaal moet klinken wanneer de machine achteruit beweegt.
Gebruik de machine niet als er weinig licht is.
De bestuurders moeten voldoen aan de voorschriften van de werkgever, de werkplek en de overheid met betrekking tot het gebruik van individuele beschermingen.
Lijn de wielen niet opnieuw uit terwijl u rijdt. Lijn de wielen altijd alleen opnieuw uit voordat u van stuurmodus verandert. Raadpleeg de bedieningsaanwijzingen van Steer Select.
Gevaar voor vallende voorwerpen
Gebruik de machine met snelheden waarbij de last onder controle blijft. Start en stop bewegingen gelijkmatig.
Houd mensen, apparatuur en materiaal uit het werkgebied. Gebruik de machine niet terwijl er mensen onder of in de buurt van een opgeheven arm zijn, of deze nu een last heeft of niet.
Zorg dat de last vastgezet is, alvorens hem op te heffen.
Rijd niet rechtstreeks op mensen af met de machine.
Als er een radio en/of mp3-speler aanwezig is, moet het volume laag genoeg worden gehouden om geluiden uit de omgeving te kunnen horen (bv. verkeer, alarmen, mensen, enz.). Verander de regelingen niet terwijl u een last verplaatst of manoeuvreert.
Wees u bewust van de armpositie en het uitzwaaien van het achterstuk, in de buurt van mensen en voorwerpen, wanneer u de bovenstructuur zwenkt. Rijd wanneer de zwenkbare bovenstructuur is gedraaid niet zonder eerst de rijrichting van de machine te zijn nagegaan.
Rijd de machine niet als de stempels niet helemaal zijn ingetrokken.
18 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Veiligheid in het werkgebied
Gevaar voor persoonlijk letsel
Stel de stoel altijd af en doe de veiligheidsgordel om voordat u de motor start.
Gebruik de machine niet als er een lek van hydraulische olie of luchtlek is. Door een luchtlek of lek van hydraulische olie kan de lucht of olie
in de huid dringen en/of brandwonden veroorzaken.
Laat de druk af voordat u hydraulische leidingen afkoppelt. Blijf uit de buurt van lekken en kleine gaten. Gebruik een stuk karton of papier om lekken op te sporen. Gebruik hiervoor niet uw handen.
Vloeistof die in de huid binnendringt moet binnen enkele uren chirurgisch worden verwijderd door een arts die bekend is met dit type letsel, ander zal gangreen het gevolg zijn.
Gevaren door een defecte
machine
Gebruik een beschadigde of niet goed functionerende machine niet.
Voer voorafgaand aan het gebruik van de machine een grondige inspectie uit en test alle functies voor elke werkdienst. Markeer een beschadigde of niet goed werkende machine en stel hem onmiddellijk buiten dienst.
Ga na of al het onderhoud is uitgevoerd zoals opgegeven in dit handboek en het juiste Genie onderhoudshandboek.
Zorg ervoor dat alle stickers op hun plaats zitten en leesbaar zijn.
Zorg dat de bedienings- en veiligheidshandleidingen volledig en leesbaar zijn, en voorhanden zijn in de opbergruimte van de cabine.
Probeert de machine niet te starten door haar te slepen of te duwen.
Blijf uit de buurt van riemen en ventilatoren als de motor draait.
Gebruik de machine uitsluitend in goed beluchte gebieden, om koolmonoxidevergiftiging te voorkomen.
Aanraking van componenten die zich onder een afdekking bevinden, zal ernstige verwonding veroorzaken. Alleen getraind onderhoudspersoneel mag zich toegang verschaffen tot deze ruimten. Toegang door de bestuurder wordt alleen aanbevolen voor inspecties voorafgaand aan het gebruik. Alle ruimten moeten gesloten en vergrendeld zijn tijdens het gebruik.
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 19
Probeer niet de vorken of aanbouwdelen te gebruiken om verankerde of in de bodem gevroren lasten los te wrikken.
Duw of trek geen voorwerpen of lasten met de vorken, het aanbouwdeel of de arm.
Mei 2015
Veiligheid in het werkgebied
Tweede uitgave - Eerste druk
Gevaren door defecte onderdelen
Gebruik geen accu of oplader met een vermogen van meer dan 12 V om de motor te starten met startkabels.
Gebruik de machine niet als aarde om laswerkzaamheden uit te voeren.
Stuur de voorwielen niet op een droge ondergrond wanneer de differentieelvergrendeling is geactiveerd.
Vergrendel het asdifferentieel niet terwijl de machine in beweging is.
Gevaar voor beknelling
Bedien de stempels niet terwijl er zich mensen binnen de actieradius ervan bevinden.
Blijf uit de buurt van bewegende delen gedurende de werking van de machine.
Schakel de parkeerrem in, zet de transmissie in neutraal en laat de vorkendrager of het aanbouwdeel op de grond zakken alvorens de machine te verlaten.
Blijf uit de buurt van opgeheven componenten.
Ondersteun componenten alvorens service uit te voeren. Blijf uit de buurt van bewegende delen gedurende de werking van de machine.
Gevaar voor brandwonden
Laat hete oppervlakken afkoelen alvorens ze aan te raken of service erop te verrichten.
Ontplofngs- en brandgevaar
Start de motor niet als u vloeibaar propaangas (LPG), benzine, diesel of andere explosieve stoffen ruikt of detecteert.
Tank geen brandstof terwijl de motor van de machine draait.
Tank brandstof en laad de accu alleen
op in een open, goed geventileerd gebied, waar geen vonken, vlammen en brandende tabak aanwezig zijn.
Gebruik de machine niet op gevaarlijke plaatsen of plaatsen waar mogelijk ontvlambare of explosieve gassen of partikels aanwezig kunnen zijn.
Spuit geen ether in motoren met bougies of verwarmingen van luchtroosters.
Gebruik geen lucht of zuurstof om de accumulators op te laden.
Gebruik de zwenkfunctie niet terwijl er zich mensen binnen de actieradius ervan bevinden.
Gebruik, wanneer de zwenkbare bovenstructuur meer dan 90° uit het midden is gedraaid, de stempel-, transmissie-, chassisnivellerings- of stuurbedieningen niet zonder eerst de beweegrichting te zijn nagegaan gaan volgens de aanwijzingen. Alle bewegingen zijn omgekeerd wanneer de zwenkbare bovenstructuur verder dan 90° uit het midden is gedraaid.
20 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
Gevaar voor elektrische
schokken
Deze machine is niet elektrisch geïsoleerd en biedt geen bescherming tegen contact met of nabijheid van elektrische stroom.
Neem alle lokale en overheids­voorschriften in acht met betrekking tot de vereiste afstand tot elektriciteits- lijnen. Tenminste moet de vereiste afstand die vermeld wordt in onderstaande tabel worden aangehouden.
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Veiligheid in het werkgebied
Gebruik de machine niet als aarde om laswerkzaamheden uit te voeren.
Neem altijd contact op met de eigenaar van de elektriciteitsleiding. De elektrische energie moet worden afgekoppeld of de leidingen moeten worden verplaatst of geïsoleerd voordat de werkzaamheden beginnen.
Sta beweging van de arm, nivellering of doorhangen van de elektriciteitslijn toe, en wees bedacht op sterke of stormachtige wind.
Blijf uit de buurt van de machine als deze contact maakt met elektriciteitsleidingen waar spanning op staat. Personeel aan de grond of in de cabine mogen de machine niet aanraken of bedienen, totdat de elektriciteitsleidingen onder spanning zijn uitgeschakeld.
Lijnspanning Vereiste Afstand
0 tot 50 kV 10 ft 3,05 m
>50 tot 200 kV 15 ft 4,06 m
>200 tot 350 kV 20 ft 6,10 m
>350 tot 500 kV 25 ft 7,62 m
>500 tot 750 kV 35 ft 10,67 m
>750 tot 1000 kV
boven 1000 kV
Voor elektriciteitslijnen van meer dan 1000 kV moet de minimum- afstand worden vastgesteld door de gebruiker van de nutsvoorziening of de bestuurder of door een erkende professionele technicus die gekwalificeerd is om werkzaamheden te verrichten m.b.t. de transmissie en distributie van elektrische energie.
45 ft 13,72 m
zie hieronder
Gebruik de machine niet gedurende onweer of storm.
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 21
Mei 2015
Veiligheid in het werkgebied
Veiligheid van de accu
Gevaar voor brandwonden
Tweede uitgave - Eerste druk
Gevaar voor elektrische schokken
Accu's bevatten zuur. Draag altijd beschermende kleding en oogbeschermingen wanneer u met accu's werkt.
Vermijd morsen van of aanraking
Ontplofngsgevaar
met accuzuur. Neutraliseer gemorst accuzuur met zuiverings- zout en water.
Blijf met vonken, vlammen en aangestoken tabak uit de buurt van accu's. Accu's geven explosief gas af.
Raak elektrische klemmen niet aan.
Zorg, wanneer u de oplader gebruikt (indien aanwezig), dat deze op 12 V werkt en de 15 ampère niet overschrijdt.
Tijdens onderhoud of reparaties, en bij het lassen, moet de accu worden afgekoppeld door de isolatieschakelaar te draaien (zie het deel Inspectie van stickers).
Verantwoordelijkheden van de
werkgever
Werkgevers zijn verantwoordelijk voor het creëren van een veilige werkomgeving en voor de inachtneming van de plaatselijke en nationale overheidsvoorschriften.
Persoonlijke veiligheid
Zorg dat iedereen die op of in de buurt van deze machine werkt, weet welke veiligheidsmaatregelen moeten worden toegepast.
22 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Veiligheidsmaatregelen
Vereisten voor
machinebestuurders
Bestuurders die de machine regelmatig of onregelmatig gebruiken (bv. voor vervoer) moeten aan de volgende vereisten voldoen:
gezondheid:
geen alcohol, geneesmiddelen of andere middelen innemen die het psycho-fysisch evenwicht aantasten, voor of tijdens het werken.
lichamelijke conditie:
goed zicht, goed gehoor, goed coördinatievermogen en in staat zijn alle vereiste werkzaamheden veilig uit te voeren, zoals in dit handboek wordt aangegeven.
geestelijke conditie:
in staat zijn om de geldende regels, verordeningen en veiligheidsmaatregelen te begrijpen en toe te passen. De bestuurders moeten voorzichtig werken en attent zijn op zowel hun eigen veiligheid als die van anderen, en moeten erop uit zijn om het werk op een verantwoordelijke wijze uit te voeren.
emotionele conditie:
in staat zijn om kalm te blijven en de eigen psycho­fysische conditie te beoordelen.
training:
dit handboek, alsook de bijgaande grafieken en schema’s, typeplaten en veiligheidsborden grondig lezen en zich er vertrouwd mee maken. De bestuurders moeten ervaren hebben en getraind zijn in het gebruik van de machine.
In sommige landen wordt een apart rijbewijs of toestemming vereist om met deze machine te werken. Vraag dit na bij de bevoegde instanties. In Italië moet de bediener minstens 18 zijn.
Vereisten voor
servicepersoneel
Het personeel dat verantwoordelijk is voor het onderhoud van de machine moet gekwalificeerd zijn, gespecialiseerd in het onderhoud van verreikers, en moet aan de volgende eisen voldoen: lichamelijke conditie: goed zicht, goed gehoor, goed coördinatievermogen en in staat zijn alle nodige onderhoudswerkzaamheden veilig uit te voeren, zoals in dit handboek wordt aangegeven. geestelijke conditie: in staat zijn om de geldende regels, verordeningen en veiligheidsmaatregelen te begrijpen en toe te passen. De bestuurders moeten voorzichtig werken en attent zijn op zowel hun eigen veiligheid als die van anderen, en moeten erop uit zijn om het werk op een verantwoordelijke wijze uit te voeren. training: dit handboek, alsook de bijgaande grafieken en schema’s, typeplaten en veiligheidsborden grondig lezen en zich ermee vertrouwd maken. De bestuurders moeten ervaren hebben en getraind zijn in de bediening van de machine.
Vanuit technisch oogpunt is het routine-onderhoud van de machine geen complexe procedure. Het kan dan ook worden uitgevoerd door de bestuurder van de machine, op voorwaarde dat hij basiskennis op mechanisch gebied bezit.
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 23
Mei 2015
Veiligheidsmaatregelen
Tweede uitgave - Eerste druk
Werkkleding
Bij het werken, maar vooral tijdens onderhoud of reparaties van de machine, moeten de bedieners geschikte beschermende kleding dragen:
Overalls of andere gemakkelijk zittende kleding. Het dragen van kleding met wijde mouwen of voorwerpen die verstrikt kunnen raken in de bewegende delen van de machine is niet toegestaan.
Veiligheidshelm.
Handschoenen.
Veiligheidsschoenen.
Persoonlijke
beschermingsmiddelen
In speciale werkomstandigheden dient men tevens in bezit te zijn van volgende uitrusting:
• Ademhalingsmasker (of stofmasker).
• Oordoppen of gelijksoortige gehoorbeschermers.
• Veiligheidsbril of gezichtsmaskers.
Gebruik alleen goedgekeurd veiligheidsschoeisel in goede staat.
24 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R Ond.nr. 57.0009.0630
Controle-indicators en
vergrendelingen
Op de machine zijn diverse controle-indicators en vergrendelingen aanwezig. Deze mogen nooit onklaar gemaakt of verwijderd worden. Voer altijd een werkingstest uit om na te gaan of deze inrichtingen goed functioneren. Gebruik nooit een machine die niet goed functioneert. Als de machine slecht begint te werken, moet u onmiddellijk stoppen met werken en zorgen dat de machine wordt gerepareerd.
Lastbegrenzingssysteem
Het lastbegrenzingssysteem is ontwikkeld om de bestuurder de helpen de machine in de lengte stabiel te houden. Er worden hoorbare en zichtbare signalen gegeven als de grenzen van de longitudinale stabiliteit worden genaderd. Deze inrichting kan echter niet de ervaring van de bediener vervangen. Het is aan de gebruiker om de nodige veiligheidsmaatregelen te treffen binnen de nominale limieten van de machine. Het lastbegrenzingssysteem is uitsluitend ontworpen om te werken wanneer:
het voertuig stilstaat;
het voertuig op een solide, stabiele en genivelleerde bodem geparkeerd is;
het voertuig in laad- of positioneringsfuncties verricht;
het lastbegrenzingssysteem actief is (niet onderdrukt).
Het lastbegrenzingssysteem waarschuwt de bestuurder als de stabiliteit in de lengte in voorwaartse richting onvoldoende is. Het lastbegrenzingssysteem is niet ontworpen om te waarschuwen voor kantelgevaar in het geval van:
een plotselinge overbelasting;
een beweging met een opgeheven last;
een beweging op instabiele gronden of in geval van belemmeringen of kuilen;
een dwarsbewegingen of het keren op hellingen;
snelle bewegingen bij bochten of met een te nauwe draairuimte;
Regelingen die van invloed zijn op de instelling van het lastbegrenzingssysteem mogen uitsluitend worden uitgevoerd door bevoegd personeel.
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Veiligheidsmaatregelen
Stoelvergrendeling
De microschakelaar is ingebouwd in het stoelkussen en verhindert iedere inschakeling van de machinetransmissie als de bestuurder niet goed op de bestuurdersplaats zit.
Noodstopknop
Deze kan worden gebruikt om de machine te laten stoppen in een noodsituatie. Door deze knop in te drukken wordt de motor uitgeschakeld, maar blijft het lastbegrenzingssysteem actief. Alvorens de machine weer te starten moet de knop worden gereset door hem met de klok mee te draaien.
Activeringsschakelaar op joystick
De joystick is voorzien van een schakelaar voor activering. Deze rode vingerschakelaar moet ingedrukt worden totdat de joystickfuncties zijn voltooid; als hij wordt losgelaten, stopt de manoeuvre.
Sensors op stempels
Iedere stempel is voorzien van één sensor en één krachtmeetpen:
Magnetische micro met interface: deze laat het lastbegrenzingssysteem weten wanneer de stempel helemaal gedaald is, zodat de transmissie wordt uitgeschakeld;
Krachtmeetpen: signaleert het als de stempel de bodem raakt en registreert de druk van het machinegewicht op de grond.
Het lastbegrenzingssysteem verandert de configuratie van „NIET GESTABILISEERD” in „GESTABILISEERD” alleen wanneer beide condities zijn bereikt.
Ond.nr. 57.0009.0630 GTH-4016 R - 4018 R - 5021 R 25
Mei 2015
Legenda
GTH 4016 R - 4018 R
Tweede uitgave - Eerste druk
1
15
14
2
5
9
12
10
16
8
1. Niveau-indicator links-rechts
13
3
4
18
6
17
16
7
11
10. Vorken
2. Opbergruimte bedieningshandleiding (binnenkant deur)
3. Rechter functiejoystick
4. Bolle achteruitkijkspiegel
5. Armhoekindicator
6. Onderhoudskraag (aan andere kant van machine)
7. Brandstofvulopening
8. Niveaumeter hydraulische olie
9. Motor (aan andere kant van machine)
26 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
11. Veiligheidsgordel
12. Stempelplaten (indien aanwezig)
13. Niveau-indicator voor-achter
14. Achteruitkijkspiegel rechts
15. Achteruitkijkspiegel links
16. Stempels
17. Hoofdklepbehuizing
18. Borgpen zwenkbare bovenstructuur
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
13
3
17
4
11
6
1
14
9
5
2
15
10
18
8
16
16
7
12
Legenda
GTH 5021 R
1. Niveau-indicator links-rechts
2. Opbergruimte bedieningshandleiding (binnenkant deur)
3. Rechter functiejoystick
4. Bolle achteruitkijkspiegel
5. Armhoekindicator
6. Onderhoudskraag (aan andere kant van machine)
7. Brandstofvulopening
8. Niveaumeter hydraulische olie
9. Motor (aan andere kant van
10. Vorken
11. Veiligheidsgordel
12. Stempelplaten (indien aanwezig)
13. Niveau-indicator voor-achter
14. Achteruitkijkspiegel rechts
15. Achteruitkijkspiegel links
16. Stempels
17. Hoofdklepbehuizing
18. Borgpen zwenkbare bovenstructuur
machine)
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 27
Mei 2015
Bedieningen
Tweede uitgave - Eerste druk
20
28
19
33
23
8
15
34
31
22 1
29
2
35
4
6
36
16
17
ESC
+
-
FORCHE STAB. FRONTALE
PESO SOLL....................... 50.3t
CARICO MAX....................10.2t
RAGGIO............................12.3m
55%
ENTER
7
9
27
13
5
P
25
26
24
21
30
32
10
14
12
28 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
18
11
3
Bedieningspaneel
1. Stuurwiel
2. Transmissiehendel - Claxonknop
3. Stoelbedieningen
4. Richtingaanwijzer - Sproeier/wisser voorruit ­Groot licht
5. Keuzeschakelaar stuurmodus
6. Schakelaar voor onderdrukking lastbegrenzings­systeem
7. Bedieningspaneel lastbegrenzingssysteem
8. Noodstopknop
9. Instrumentenpaneel
10. Schakelaar parkeerrem
11. Rechter functiejoystick
12. Linker functiejoystick (indien aanwezig)
13. Schakelaar asdifferentieelblokkering
14. Gaspedaal
15. Rempedaal
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Bedieningen
19. Keuzeschakelaar werkplek/weg/platform
20. AIRCO-schakelaar (indien aanwezig)
21. Schakelaar cabineverwarmingsventilator
22. Schakelaar hydraulisch hulpcircuit (indien aanwezig)
23. Schakelaar mixbak (indien aanwezig)
24. Schakelaar werklichten (indien aanwezig)
25. Schakelaar noodknipperlichten
26. Noodpompschakelaar (indien aanwezig)
27. Versnellingsschakelaar
28. Chassisnivelleringsschakelaar (indien aanwezig)
29. Stempelschakelaars
30. Schakelaar weglichten
31. Olierichtingschakelaar hydraulische mixbak (indien aanwezig)
32. Schakelaar voor omlaag brengen stempels (alleen voor GTH 5021 R)
16. Startschakelaar
17. DPF-schakelaar (EU model)
18. Snelheidspotentiometer rotatie zwenkbare bovenstructuur
33. Activeringsschakelaar hydraulische snelkoppeling (indien aanwezig)
34. Bedieningen voor verwarming en airconditioning
35. Vergrendeling afstelling stuurkolomhoek
36. Knop voor omschakeling weergave instrumentenpaneel
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 29
Mei 2015
Bedieningen
Tweede uitgave - Eerste druk
1 Stuurwiel
Draai het stuurwiel naar rechts om de voorwielen naar rechts te draaien. Draai het stuurwiel naar links om de voorwielen naar links te draaien.
2 Transmissiehendel - Claxonknop
Duw de transmissiehendel van u vandaan voor de voorwaartse versnelling. Trek de hendel naar u toe voor de achterwaartse versnelling. Verplaats de hendel naar het midden voor de neutrale stand.
Druk op de knop aan de bovenkant van de hendel, de claxon klinkt dan. De claxon stopt wanneer de knop wordt losgelaten.
3 Stoelbedieningen
Zie het deel „De stoel afstellen.
4 Richtingaanwijzer - Sproeier/wisser voorruit -
Groot licht
Verplaats de hendel naar voren om de linker richtingaanwijzer te activeren. Verplaats de hendel naar achteren om de rechter richtingaanwijzer te activeren.
Druk op de knop aan de bovenkant van de hendel om een straal water op de voorruit van de cabine te spuiten.
Draai het uiteinde van de hendel om de ruitenwisser te laten werken.
Duw de hendel omlaag om het grote licht in te schakelen (na indrukken van de rijlichtenschakelaar 30). Duw de hendel omhoog om het grote licht te gebruiken voor onderbroken signalen.
5 Keuzeschakelaar stuurmodus
Draai de keuzeschakelaar van de stuurmodus naar rechts om vierwielbesturing te selecteren. Draai de keuzeschakelaar van de stuurmodus in de middelste stand om tweewielbesturing te selecteren. Draai de keuzeschakelaar van de stuurmodus naar links om knikbesturing te selecteren.
6 Schakelaar voor onderdrukking lastbegrenzings-
systeem
Zie het deel „Bedieningspaneel lastbegrenzings­systeem”.
7 Bedieningspaneel lastbegrenzingssysteem
Zie het deel „Bedieningspaneel lastbegrenzings­systeem”.
8 Noodstopknop
Zie het deel „Bedieningsindicators en vergrendelingen”.
9 Instrumentenpaneel
10 Schakelaar parkeerrem
Duw op de onderkant van de tuimelschakelaar om de parkeerrem in te schakelen. Duw op de bovenkant van de tuimelschakelaar om de parkeerrem uit te schakelen.
11 Rechter functiejoystick (enkel)
Zie het deel „Bewegingen van de bedieningshendel”.
12 Linker functiejoystick (indien aanwezig)
Zie het deel „Bewegingen van de bedieningshendel”.
13 Schakelaar asdifferentieelblokkering
Houd de schakelaar ingeduwd om de asdifferentieelblokkering te activeren. Laat de schakelaar los om de asdifferentieelblokkering te deactiveren.
14 Gaspedaal
15 Rempedaal
16 Startschakelaar
Draai de sleutel op de stand en houd hem daar tot de bougievoorverwarmingsindicator uitgaat;
wanneer de sleutel losgelaten wordt, springt hij automatisch terug in de stand I. Draai de sleutel op de stand P om de bediening om te zetten van cabine naar platform.
17 Dpf-schakelaar (EU model)
Duw op de onderkant van de tuimelschakelaar om de DPF-regeneratie in te schakelen. Duw op de bovenkant van de tuimelschakelaar om de DPF-regeneratie te onderdrukken.
18 Snelheidspotentiometer zwenkbare
bovenstructuur
Draai de potentiometer met de klok mee om de draaisnelheid van de bovenstructuur te vergroten.
30 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Bedieningen
19 Keuzeschakelaar werkplek/weg/platform
Draai de keuzeschakelaar naar links om de werkplekmodus te selecteren. Draai de keuzeschakelaar in de middelste stand om de wegmodus te selecteren. Draai de keuzeschakelaar naar rechts om de platformmodus te selecteren (indien aanwezig).
20 Airco-schakelaar
Duw op de schakelaar om de airco in te schakelen. Duw op de schakelaar om de airco uit te schakelen.
21 Schakelaar cabineverwarmingsventilator
Duw op de onderkant van de schakelaar om de ventilator van de cabineverwarming aan te zetten: eerste stand voor lage snelheid, tweede stand voor hoge snelheid. Duw op de bovenkant van de schakelaar om de ventilator van de cabineverwarming uit te schakelen.
22 Schakelaar hydraulisch hulpcircuit (indien
aanwezig)
Duw op de knop om de richting van de hydraulische stroming tussen de twee hulplijnen om te schakelen.
23 Schakelaar mixbak (indien aanwezig)
Duw op de onderkant van de tuimelschakelaar om de hydraulische mixbak in te schakelen. Duw op de bovenkant van de schakelaar om de hydraulische mixbak te stoppen.
24. Schakelaar werklichten (indien aanwezig)
Duw op de tuimelschakelaar om de werklichten aan te zetten: eerste stand voor de werklichten
aan de voorzijde en op de arm, de tweede stand voor de werklichten op de voorzijde, arm, en achterzijde.
25 Schakelaar noodknipperlichten (indien aanwezig)
Duw op de onderkant van de schakelaar om de noodknipperlichten aan te zetten. Duw op bovenkant van de schakelaar om de
noodknipperlichten uit te zetten.
27 Mechanische versnellingsschakelaar
Duw op de onderkant van de tuimelschakelaar om
heen en weer te schakelen tussen versnellingen (er zijn twee versnellingen beschikbaar).
28. Chassisnivelleringsschakelaar (indien aanwezig)
Houd de schakelaar ingeduwd totdat de geselecteerde functie helemaal is uitgevoerd: druk op de linkerkant om de rechterkant van de machine te laten stijgen; druk op de rechterkant om de rechterzijde van de machine te laten dalen.
29. Stempelschakelaars
Duw op de bovenkant van de schakelaars om de stempels uit te schuiven en te laten dalen. Duw op de onderkant van de schakelaars om de stempels te laten stijgen en in te trekken.
30. Schakelaar weglichten
Duw op de tuimelschakelaar om de rijlichten aan te zetten: eerste stand voor positielichten,
tweede stand voor dimlichten.
31. Olierichtingschakelaar hydraulische mixbak (indien aanwezig)
Druk op de schakelaar om de stromingsrichting van de olie naar rechts of links te selecteren: druk op de bovenkant om de olie naar links te laten stromen, of druk op de onderkant om de olie naar rechts te laten stromen.
32. Daalschakelaar stempels
33. Activeringsschakelaar hydraulische snelkoppeling (indien aanwezig)
Houd de schakelaar ingedrukt om het aankoppelen of afkoppelen van het aanbouwdeel te activeren, die beheerd wordt door de rechter functiejoystick of door de linker functiejoystick (indien aanwezig)
34 Bedieningen voor verwarming en airconditioning
35 Vergrendeling afstelling stuurkolomhoek
Ontgrendel de hendel rechtsonder en trek of duw het stuurwiel in de gewenste stand, en vergrendel de hendel weer.
26 Noodpompschakelaar (indien aanwezig)
Duw op de schakelaar om de noodpomp te activeren. Laat de schakelaar los om de noodpomp te stoppen.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 31
36 Knop voor omschakeling weergave
instrumentenpaneel
Duw op de knop om door het LCD-schermmenu te scrollen.
Mei 2015
14
16
2
9
12
11
18
10
13
1
17
6
8
7
4
5
3 15
19
Bedieningen
GTH 4016 R - 4018 R - 5021 R Stage 3A
Tweede uitgave - Eerste druk
Instrumentenpaneel
1. Indicatielampje lage motoroliedruk
2. Indicatielampje parkeerrem ingeschakeld
3. Indicatielampje hydraulisch oliefilter verstopt
4. Indicatielampje laag peil hydraulische olie
5. Indicatielampje voorverwarming bougies
6. Indicatielampje motorluchtfilter verstopt
7. Indicatielampje 2e versnelling ingeschakeld
8. Indicatielampje 1e versnelling ingeschakeld
9. Temperatuurmeter motorkoelvloeistof met
indicatielampje hoge koelvloeistoftemperatuur
10. Indicatielampje positielicht
11. Urenmeter
12. Indicatielampje hoge temperatuur hydraulische
olie
13. Indicatielampje richtingaanwijzer
14. Brandstofmeter met indicatielampje laag
brandstofpeil
15. Indicatielampje lage remdruk
16. Indicatielampje groot licht
17. Indicatielampje lage accuspanning
18. Indicatielampje machinenivellering
19. Indicatielampje waarschuwingslampjes
32 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
GTH 4016 R - 4018 R - 5021 R Stage 3A
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Bedieningen
1 Indicatielampje lage motoroliedruk
Als dit lampje brandt, geeft het aan dat de motoroliedruk te laag is, hetgeen kan leiden tot schade aan de machine. Stop het gebruik van de machine en voer service uit.
3 Indicatielampje hydraulisch oliefilter verstopt
Als dit lampje brandt, geeft het aan dat het hydraulische oliefilter verstopt is, hetgeen kan leiden tot schade aan de machine. Stop het gebruik van de machine en voer service uit.
4 Indicatielampje laag peil hydraulische olie
Als dit lampje brandt, geeft het aan dat het peil van de hydraulische olie te laag is, hetgeen kan leiden tot schade aan de machine. Voeg olie toe en verhelp eventuele olielekken.
6 Indicatielampje motorluchtfilter verstopt
Als dit lampje gaat branden, is het luchtfilter van de motor verstopt. Maak de luchtfilterpatroon schoon of vervang hem.
9 Temperatuurmeter motorkoelvloeistof met indicatielampje hoge koelvloeistoftemperatuur
Dit geeft aan dat de temperatuur van de hydraulische olie in de tank zodanig is dat er schade aan de machine kan ontstaan. Stop het gebruik van de machine en voer service uit.
15 Indicatielampje lage remdruk
Dit gaat branden als de druk van het remcircuit te laag is voor een goede werking, hetgeen kan resulteren in schade aan de machine. Stop het gebruik van de machine en voer service uit.
18 Indicatielampje machinenivellering
Werkt alleen wanneer de keuzeschakelaar werkplek/ weg/platform op de stand 'platform' wordt gedraaid en de stempels omlaag zijn. Licht op wanneer het chassis niet is genivelleerd. Als het chassis niet is genivelleerd, werkt het platform niet.
Als de wijzer in het rode gebied komt, is de motorkoelvloeistof te heet, hetgeen kan resulteren in schade aan de motor. Stop het gebruik en pleeg service op de motor 12 Indicatielampje hoge temperatuur hydraulische olie.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 33
Mei 2015
engine rpm
000000.0
1230
°c
105
60
13
12
22
24
14
18
15
161719
23
3 81 4 5 6
7
2 9
2021
25
11
10
Bedieningen
GTH 4016 R - 4018 R - 5021 R Stage 3B
-
Tweede uitgave - Eerste druk
Instrumentenpaneel
1. Indicatielampje lage motoroliedruk
2. Indicatielampje parkeerrem ingeschakeld
3. Indicatielampje hydraulisch oliefilter verstopt
4. Indicatielampje laag peil hydraulische olie
5. Indicatielampje stempels gedaald
6. Indicatielampje voorverwarming bougies
7. Indicatielampje roetfilter (DPF)
8. Indicatielampje DPF uitgeschakeld
9. Indicatielampje hoge temperatuur uitlaatsysteem
10. Indicatielampje motorluchtfilter verstopt
11. Indicatielampje DPF waarschuwing
12. Indicatielampje ernstige fout in motor
13. Indicatielampje 2e versnelling ingeschakeld
14. Indicatielampje 1e versnelling ingeschakeld
34 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
15. Temperatuurmeter motorkoelvloeistof met
indicatielampje hoge koelvloeistoftemperatuur
16. Indicatielampje positielicht
17. Urenmeter
18. Tachometer
19. Indicatielampje hoge temperatuur hydraulische
olie
20. Indicatielampje richtingaanwijzer
21. Brandstofmeter met indicatielampje laag
brandstofpeil
22. Indicatielampje lage remdruk
23. Indicatielampje groot licht
24. Indicatielampje lage accuspanning
25. Indicatielampje machinenivellering
GTH 4016 R - 4018 R - 5021 R Stage 3B
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Bedieningen
1 Indicatielampje lage motoroliedruk
Als dit lampje brandt, geeft het aan dat de motoroliedruk te laag is, hetgeen kan leiden tot schade aan de machine. Stop het gebruik van de machine en voer service uit.
3 Indicatielampje hydraulisch oliefilter verstopt
Als dit lampje brandt, geeft het aan dat het hydraulische oliefilter verstopt is, hetgeen kan leiden tot schade aan de machine. Stop het gebruik van de machine en voer service uit.
4 Indicatielampje laag peil hydraulische olie
Als dit lampje brandt, geeft het aan dat het peil van de hydraulische olie te laag is, hetgeen kan leiden tot schade aan de machine. Voeg olie toe en verhelp eventuele olielekken.
5 Indicatielampje stempels gedaald
Als dit lampje brandt, geeft het aan dat de vier stempels helemaal zijn gedaald.
7 Indicatielampje roetfilter
Als dit lampje brandt, geeft het aan dat de DPF (roetfilter) gegenereerd moet worden. Parkeer de machine op een veilige plaats, druk op de DPF­schakelaar en volg de aanwijzingen voor regeneratie van de DPF in het aanvullende bedieningshandboek van de motor.
10 Indicatielampje motorluchtfilter verstopt
Als dit lampje gaat branden, is het luchtfilter van de motor verstopt. Maak de luchtfilterpatroon schoon of vervang hem.
11 Indicatielampje DPF waarschuwing
Dit lampje knippert om te waarschuwen voor een probleem in de motor. Om het probleem op te sporen, zie de twee delen "Logica van het motorlampje”
12 Indicatielampje ernstige fout in motor
Dit lampje gaat branden om te waarschuwen voor een probleem met de motor. Om het probleem op te sporen, zie de twee delen "Logica van het motorlampje”
15 Temperatuurmeter motorkoelvloeistof met indicatielampje hoge koelvloeistoftemperatuur
Als de wijzer in het rode gebied komt, is de motorkoelvloeistof te heet, hetgeen kan resulteren in schade aan de motor. Stop het gebruik en pleeg service op de motor
19 Indicatielampje hoge temperatuur hydraulische olie
Dit geeft aan dat de temperatuur van de hydraulische olie in de tank zodanig is dat er schade aan de machine kan ontstaan. Stop het gebruik van de machine en voer service uit.
8 Indicatielampje DPF uitgeschakeld
Als dit lampje brandt, geeft het aan dat er een regeneratie onderdrukt is.
9 Indicatielampje hoge temperatuur uitlaatsysteem
Als dit lampje brandt, geeft het aan dat er een regeneratie bezig is en dat de temperaturen van het uitlaatsysteem hoog zijn.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 35
22 Indicatielampje lage remdruk
Dit gaat branden als de druk van het remcircuit te laag is voor een goede werking, hetgeen kan resulteren in schade aan de machine. Stop het gebruik van de machine en voer service uit.
25 Indicatielampje machinenivellering
Werkt alleen wanneer de keuzeschakelaar werkplek/ weg/platform op de stand 'platform' wordt gedraaid en de stempels omlaag zijn. Licht op wanneer het chassis niet is genivelleerd. Als het chassis niet is genivelleerd, werkt het platform niet.
Mei 2015
Inspecties
Niet gebruiken, tenzij:
5 U de grondbeginselen van het veilig bedienen van
de machine die in deze bedieningshandleiding beschreven worden leert en in praktijk brengt.
1. Vermijd gevaarlijke situaties.
2. Voer voor het gebruik altijd eerst een inspectie uit.
Zorg ervoor dat u de inspectie voor het gebruik kent en begrijpt voordat u verder gaat met het volgende hoofdstuk.
3. Voer altijd functietests uit voordat u de machine gebruikt.
4. Inspecteer de werkplek.
Tweede uitgave - Eerste druk
Inspectie voor het gebruik
Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om voor het gebruik eerst een inspectie en het routineonderhoud uit te voeren.
De inspectie voor het gebruik is een visuele inspectie door de bestuurder, die voor elke werkbeurt moet worden uitgevoerd. De inspectie is bedoeld om te ontdekken of er iets zichtbaar niet in orde is met een machine, voordat de bestuurder de werkingstest uitvoert.
De inspectie voor het gebruik dient ook om te bepalen of er routineonderhoudsprocedures vereist zijn. Alleen punten van het routineonderhoud die in deze handleiding genoemd worden, mogen door de bediener worden uitgevoerd.
Zie de lijst op de volgende pagina en controleer alle punten.
Als er schade of ongeoorloofde wijzigingen worden vastgesteld ten opzichte van de conditie waarin de machine de fabriek verliet, moet de machine worden gelabeld en buiten dienst worden gesteld.
5. Gebruik de machine alleen zoals is bedoeld.
36 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Reparaties aan de machine mogen alleen uitgevoerd worden door een gekwalificeerde servicemonteur, in overeenstemming met de specificaties van de fabrikant. Nadat reparaties zijn voltooid, moet de bestuurder opnieuw een inspectie voor het gebruik uitvoeren alvorens over te gaan tot de functietests.
Inspecties voor gepland onderhoud moeten worden verricht door gekwalificeerde servicemonteurs, in overeenstemming met de specificaties van de fabrikant en de vereisten in het handboek omtrent de verantwoordelijkheden.
Inspectie voor het gebruik
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Inspecties
 Zorg dat de bedienings- en veiligheidshandlei-
dingen volledig en leesbaar zijn, en voorhanden zijn in de opbergruimte van de cabine.
 Verzeker dat alle stickers leesbaar zijn en op hun
plaats zitten. Zie het deel Inspecties.
 Ga na of er hydraulisch olielekken zijn en
controleer het oliepeil. Voeg indien nodig olie toe. Zie het deel Onderhoud.
 Ga na of er een lek van accuvloeistoffen is en
controleer het vloeistofpeil. Voeg indien nodig gedestilleerd water toe. Zie het deel Onderhoud.
 Ga na of er een olielek van de motor is en
controleer het oliepeil. Voeg indien nodig olie toe. Zie het deel Onderhoud.
 Modellen met luchtbanden: Controleer of de
bandenspanning correct is. Voeg indien nodig lucht toe. Zie het deel Onderhoud.
Controleer de volgende componenten of gebieden op schade, onjuist gemonteerde of ontbrekende onderdelen en ongeoorloofde wijzigingen:
 Motor en gerelateerde onderdelen
 Eindschakelaars
 Lichten, alarmen en zwaailichten
 Pennen, moeren, bouten en andere
bevestigingsmiddelen
Controleer de gehele machine om het volgende vast te stellen:
 De aanwezigheid van barsten in lassen of
in structurele onderdelen
 Deuken of schade aan de machine
 Overmatige roest, corrosie of oxidatie
 Controleer of alle structurele elementen en de
andere kritische onderdelen aanwezig zijn en of alle betreffende bevestigingsmiddelen en pennen goed gemonteerd en aangehaald zijn.
 Verzeker dat de voorruit en ruiten (indien
aanwezig) schoon zijn en geen belemmeringen hebben die het zicht kunnen hinderen.
 Elektrische onderdelen, elektrische
bedrading en kabels
 Hydraulische slangen, koppelingen, cilinders
en verdelers
 Brandstoftanks en hydraulische tanks
 Rijmotoren en rijnaven
 Slijtblokken van de arm
 Banden en wielen
 Spiegels
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 37
 Nadat uw inspectie voltooid is, moet worden
nagegaan of alle afschermingen, kappen en afdekkingen op hun plaats zitten en goed bevestigd zijn.
Mei 2015
Inspecties
Tweede uitgave - Eerste druk
Grondbeginselen functietests
De functietests zijn bedoeld om eventuele storingen te ontdekken voordat de machine in gebruik wordt genomen. De bediener moet de stapsgewijze instructies volgen om alle machinefuncties te testen.
Niet gebruiken, tenzij:
5 U de grondbeginselen van het veilig bedienen van
de machine die in deze bedieningshandleiding beschreven worden leert en in praktijk brengt.
1. Vermijd gevaarlijke situaties.
2. Voer voor het gebruik altijd eerst een inspectie uit.
3. Voer altijd functietests uit voordat u de machine gebruikt.
Zorg ervoor dat u de inspectie voor het gebruik kent en begrijpt voordat u verder gaat met het volgende hoofdstuk.
4. Inspecteer de werkplek.
5. Gebruik de machine alleen zoals is bedoeld.
Een niet goed functionerende machine mag nooit worden gebruikt. Als er storingen worden ontdekt, dient de machine te worden voorzien van een label en uit bedrijf te worden genomen. Wanneer er schade wordt ontdekt, of een wijziging van de toestand waarin de machine door de fabriek geleverd is, dient de machine te worden gelabeld en uit bedrijf te worden genomen.
Als de reparaties voltooid zijn, moet de bediener opnieuw een inspectie voor het gebruik en de functietests uitvoeren voordat de machine in gebruik wordt genomen.
38 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Inspecties
Functietests
1 Kies een stevig, vlak testgebied uit dat vrij is van
obstakels. Vergewis u ervan dat er geen last op de vorken of het aanbouwdeel aanwezig is.
2 Ga de cabine binnen en ga op de stoel zitten.
3 Stel de stoel en de stuurkolom indien nodig af.
4 Doe de veiligheidsgordel om uw middel.
5 Stel de spiegel in de cabine, de bolle
achteruitkijkspiegel en de buitenspiegel aan de rechterkant indien nodig bij.
6 Vergewis u ervan dat de parkeerrem ingeschakeld
is en dat de transmissiehendel in neutrale stand staat.
7 Start de motor. Zie het deel De motor starten in
het deel Gebruiksaanwijzing.
De enkele functiejoystick testen
8 Hef de arm met behulp van de functiejoystick een
moment op en schuif hem uit, kantel de vorken omhoog en omlaag.
~ Resultaat: Alle functies moeten soepel werken.
9 Schuif de arm even uit en weer in met behulp
van het wieltje.
~ Resultaat: Alle functies moeten soepel werken.
10 Draai met behulp van het rechter wieltje de
zwenkbare bovenstructuur naar rechts en naar links.
~ Resultaat: Alle functies moeten soepel werken.
De dubbele functiejoysticks testen (indien aanwezig)
11 Breng de arm met behulp van de rechter
functiejoystick kort omhoog en omlaag, kantel de vorken omhoog en omlaag.
~ Resultaat: Alle functies moeten soepel werken.
12 Schuif met behulp van het linker wieltje op de
rechter functiejoystick de arm kort uit en weer in.
~ Resultaat: Alle functies moeten soepel werken.
13 Houd de activeringsschakelaar voor het
vergrendelen/ontgrendelen samen met de witte duimschakelaar van de linker functiejoystick ingedrukt, om het aanbouwdeel even te ontgrendelen en weer te vergrendelen. Controleer of het aanbouwdeel aan het eind van deze stap is vergrendeld.
~ Resultaat: Alle functies moeten soepel werken.
14 Draai met behulp van de linker functiejoystick
de zwenkbare bovenstructuur naar rechts en naar links.
~ Resultaat: Alle functies moeten soepel werken.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 39
Mei 2015
Inspecties
Tweede uitgave - Eerste druk
De stuurinrichting testen
15 Draai de keuzeschakelaar van de stuurmodus
naar rechts om vierwielbesturing te selecteren.
16 Controleer de werking door het stuur ongeveer
¼ slag in beide richtingen te draaien.
~ Resultaat: De voorwielen moeten in dezelfde
richting draaien als het stuur. De achterwielen moeten in tegengestelde richting draaien.
17 De wielen uitlijnen.
18 Draai de keuzeschakelaar van de stuurmodus
in de middelste stand om tweewielbesturing te selecteren.
19 Controleer de werking door het stuur ongeveer
¼ slag in beide richtingen te draaien.
~ Resultaat: De voorwielen moeten in dezelfde
richting draaien als het stuur. De achterwielen horen niet te draaien.
20 De wielen uitlijnen.
21 Draai de keuzeschakelaar van de stuurmodus
naar links om knikbesturing te selecteren.
De transmissie en de remmen testen
23 Vergewis u ervan dat de arm helemaal omlaag
en ingeschoven is.
24 Druk op het rempedaal. Druk op de bovenkant van
de parkeerremschakelaar om hem uit te zetten.
25 Beweeg de transmissiehendel voorwaarts.
Druk het gaspedaal iets in om het toerental te verhogen, en laat het rempedaal langzaam omhoog komen. Zodra de machine begint te bewegen, druk op het rempedaal.
~ Resultaat: De machine moet eerst vooruit
bewegen en dan plotseling stoppen.
26 Beweeg de transmissiehendel achterwaarts.
Druk het gaspedaal iets in om het toerental te verhogen, en laat het rempedaal langzaam omhoog komen. Zodra de machine begint te bewegen, druk op het rempedaal.
~ Resultaat: De machine moet achteruit bewegen en
dan plotseling stoppen. Met de transmissiehendel op achteruit, moet het achteruitrijsignaal klinken.
27 Zet de transmissiehendel op neutraal.
22 Controleer de werking door het stuur ongeveer
¼ slag in beide richtingen te draaien.
~ Resultaat: De voorwielen en de achterwielen
moeten in dezelfde richting draaien als het stuur.
40 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
28 Druk op de onderkant van de parkeerremscha-
kelaar.
~ Resultaat: Het rode indicatielampje van de
parkeerrem moet gaan branden om aan te geven dat de parkeerrem ingeschakeld is.
29 Verplaats de transmissiehendel naar voren, en
daarna naar achteren, terwijl u het toerental laat oplopen met het gaspedaal.
~ Resultaat: De machine moet niet bewegen.
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Inspecties
De parkeerrem testen
30 Druk op de onderkant van de tuimelschakelaar
om de parkeerrem in te schakelen: het waarschuwingslampje van de parkeerrem moet
gaan branden.
31 Duw het gaspedaal iets in.
~ Resultaat: De machine mag niet bewegen.
De achterasblokkering testen
32 Hef de arm op tot boven 50°.
33 Draai de zwenkbare bovenstructuur meer dan
10° (op het display van de lastbegrenzer staat „TURRET NOT ALIGNED” (BOVENSTRUCTUUR NIET UITGELIJND)).
34 Zet de transmissie in een versnelling
~ Resultaat: De machine mag niet bewegen
35 Bedien de chassisnivelleringsfunctie in beide
richtingen.
~ Resultaat: De chassisnivelleringsfunctie mag
niet werken.
De wegmodus testen
38 Zet de keuzeschakelaar van de stuurmodus op
de wegmodus.
39 Probeer om: de arm te bedienen, de zwenkbare
bovenstructuur te draaien en de stempels uit te schuiven/te laten dalen.
~ Resultaat: Geen van deze functies mag werken.
Uitschakeling van de nivellering testen (indien aanwezig)
40 Hef de arm op tot boven 2 meter.
41 Zet de transmissiehendel in neutrale stand.
42 Schakel de parkeerrem in.
Nivelleer de machine langzaam naar rechts en
naar links.
~ Resultaat: De nivelleringsfunctie mag niet
werken.
De stempels testen
36 Duw op de bovenkant van elke stempelschakelaar
en schuif de stempels helemaal uit en laat ze dalen. Duw op de onderkant van elke stempelschakelaar om de stempels te laten stijgen en in te trekken.
~ Resultaat: De stempels moeten soepel werken
en in de verwachte richting.
Uitschakeling van stempels testen
37 Hef de arm op tot boven 2 meter. Probeer de
stempels uit te schuiven of in te trekken
~ Resultaat: De stempels mogen niet functioneren.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 41
De lichten testen
43 Controleer of alle aanwezige werk- en rijlichten
goed functioneren.
Het lastbegrenzingssysteem testen
44 Laad een bekend gewicht van ongeveer 1000 kg.
45 Hef de arm ongeveer 30 cm boven de grond.
46 Schuif de arm uit en controleer of het systeem in
de alarmmodus gaat nadat de afstand is bereikt die vermeld staat in de lasttabellen voor het aanbouwdeel dat op de machine gemonteerd is.
~ Resultaat: de alarmmodus van het systeem
moet klinken.
Mei 2015
Inspecties
Tweede uitgave - Eerste druk
De activeringsschakelaar van de joystick testen
47 Bedien de joystick zonder op deze knop te
drukken.
~ Resultaat: de joystick mag op geen enkel moment
actief worden.
De noodstopknop testen
48 Druk de noodstopknop in tijdens een beweging.
~ Resultaat: de bewegingen moeten stoppen en
de motor moet afslaan.
De noodpomp testen (indien aanwezig)
49 Zet de startschakelaar op stand I
50 Druk op de noodstopknop
51 Druk de noodpompschakelaar een paar
seconden in.
De stempelsensors testen
57 Alle stempels omlaag of omhoog brengen.
~ Resultaat: het lastbegrenzingsdisplay verandert
de schaal van de toegestane nuttige lasten dienovereenkomstig.
De naderingsschakelaars van de zwenkbare bovenstructuur testen
58 Hef de arm op tot boven 20°.
59 Draai de zwenkbare bovenstructuur tot de tekst
„ALIGNED TURRET” (BOVENSTRUCTUUR UITGELIJND) op de 8e regel van het lastbegrenzingsdisplay.
~ Resultaat: de twee gele leds A van de
naderingsschakelaars gaan branden.
52 Schakel een van de handhendels in terwijl u de
noodpompschakelaar indrukt.
~ Resultaat: de bijbehorende beweging van
de machine geeft aan of de noodpomp goed functioneert.
De stoelschakelaar testen
53 Ga niet op de bestuurdersstoel zitten.
54 Zet de transmissie in de 1e of de 2e versnelling.
55 Schakel de parkeer- en bedrijfsrem uit.
56 Duw het gaspedaal iets in.
~ Resultaat: de machine behoort niet te bewegen.
De chassisnivellering testen (indien aanwezig)
60 Hef de arm op tot boven 20°.
61 Probeer om: de machine te nivelleren door op
de chassisnivelleringsschakelaar in te drukken
~ Resultaat: De nivelleringsfunctie mag niet
werken.
42 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Inspecties
Controlelijst inspectie van de werkplek
Let op en vermijd de volgende gevaarlijke situaties:
 afgereden kanten of gaten
Niet gebruiken, tenzij:
5 U de grondbeginselen van het veilig bedienen van
de machine die in deze bedieningshandleiding beschreven worden leert en in praktijk brengt.
1. Vermijd gevaarlijke situaties.
2. Voer voor het gebruik altijd eerst een inspectie
uit.
Zorg ervoor dat u de inspectie voor het gebruik kent en begrijpt voordat u verder gaat met het volgende hoofdstuk.
3. Voer altijd functietests uit voordat u de
machine gebruikt.
4. Inspecteer de werkplek.
5. Gebruik de machine alleen zoals is
bedoeld.
Grondbeginselen voor de inspectie van de werkplek
 hobbels, hindernissen en puin op de grond
 hellingen
 een instabiele of gladde ondergrond
 obstakels boven het hoofd en hoogspannings-
geleiders
 gevaarlijke locaties
 een ondergrond die te zacht is om alle
belastingskrachten te weerstaan die door de machine worden veroorzaakt
 wind- en weersomstandigheden
 de aanwezigheid van onbevoegden
 alle andere mogelijk onveilige omstandigheden.
Met de inspectie van de werkplek kan de bediener bepalen of de werkplek geschikt is om de machine veilig te bedienen. Deze inspectie dient door de bediener te worden uitgevoerd, voordat hij de machine naar de werkplek verplaatst.
Het is de verantwoordelijkheid van de bediener om de instructies over mogelijke gevaren op de werkplek door te lezen en te onthouden, er vervolgens op te letten en deze te vermijden bij het verplaatsen, opstellen en bedienen van de machine.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 43
Mei 2015
Inspecties
Inspectie voor GTH 4016 R stickers
Controleer aan de hand van de afbeeldingen op de volgende pagina of alle stickers zich op de juiste plaats bevinden en leesbaar zijn.
Hieronder staat een lijst op nummer met hoeveelheden en beschrijvingen.
Tweede uitgave - Eerste druk
Ond. nr. Beschrijving sticker Aant.
215645 Gevaar – Ontploffings-/brandgevaar, tanken 1
215646 Waarschuwing – Gevaar voor elektrocutie 3
215648 Gevaar - Geen passagiers 1
237720 Waarschuwing – Gevaar voor beknelling, bewegende machine 2
237721 Waarschuwing – Veiligheidsgordel dragen 1
237726 Waarschuwing – Gevaar voor brandwonden 1
09.4616.0040 Label – 4000 kg 1
09.4618.0920 Waarschuwing – Motorruimte 1
09.4618.0922 Waarschuwing – Gevaar voor beknelling 2
09.4618.0923 Waarschuwing – Gevaar voor brandwonden, hete onderdelen 3
09.4618.0924 Gevaar – Ontploffings- en brandgevaar 1
09.4618.0986 Waarschuwing - Gevaar voor beknelling koeler riem 1
09.4618.1051 Label – Opening motorruimte 2
09.4618.1120 Waarschuwing – Gevaar voor beknelling, bewegende onderdelen 2
09.4618.1895 Label - Testaansluitingen 1
09.4618.1263 Label - Markering zwenkbare bovenstructuur 1
09.4618.1264 Label - Chassismarkering 1
09.4618.1375 Waarschuwing - Omkantelgevaar, neem capaciteit in acht 1
09.4618.1386 Waarschuwing - Weer in fase brengen arm 1
09.4618.1398 Label - Borgpen voor aanbouwdeel 1
09.4618.1399 Label - Deurontgrendeling 1
09.4618.1418 Label - Nooduitgang 1
09.4618.1419 Label - Naturelle hydraulische olie 1
09.4618.1423 Gevaar – Ontploffings-/brandgevaar 1
09.4618.1456 Label - Linker bedieningshendel 1
09.4618.1457 Label - Rechter bedieningshendel met linker bedieningshendel 1
Ond. nr. Beschrijving sticker Aant.
09.4618.1458 Waarschuwing - Omkantelgevaar, neem capaciteit in acht 2
09.4618.1945 Decoratieve sticker - Genie GTH-4016 R 2
09.4618.0243 Decoratieve sticker - Genie 1
09.4618.1693 Decoratieve sticker - Genie 1
09.4618.1947 Decoratieve sticker - Genie 1
09.4618.1948 Decoratieve sticker - Genie 1
09.4618.1645 Label - Deactivering lastbegrenzingssysteem 1
09.4618.1670 Label - Hydraulische olie 2
09.4618.1671 Label - ULSD brandstof (alleen voor EU markt) 1
28159 Label - Diesel (voor niet-EU markt) 1
09.4618.1673 Waarschuwing - Gevaar voor beknelling, stempels 8
09.4618.1674 Waarschuwing - Gevaar voor beknelling, veiligheidskraag 2
09.4618.1946 Waarschuwing - Omkantelen, Pmax stempels 4
09.4618.1682 Label - Bandenspanning 5,5 bar 4
09.4618.1949 Label - Verankering en heffen 1
09.4618.1678 Label - Uitschakelaar 1
09.4618.1679 Waarschuwing - 7 stickers 1
09.4618.1694 Label - Rechter bedieningshendel 1
09.4618.1695 Label - Rechter bedieningshendel met vergrendeling/ontgrendeling 1
09.4618.1713 Waarschuwing – Gevaar voor brandwonden 1
09.4618.1740 Label - Handbediend gebruik hoofdklep 1
09.4618.1769 Label - Vergrendelen 1
09.4618.1770 Label - Ontgrendelen 1
09.4618.XXX Label - Geluidsniveau dB (alleen Stage 3B) 1
09.4618.1819 Label - TP1 testpoort 1
09.4618.1820 Label - TP5 testpoort 1
09.4618.1821 Label - TP8 testpoort 1
09.4618.1829 Label - Eco logo sticker (alleen Stage 3B) 3
44 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Inspecties
Ond. nr. Beschrijving sticker Aant.
09.4618.1923 Label - Lasttabel vork voorkant op stempels 1
09.4618.1924 Label - Lasttabel vork 360° op stempels 1
09.4618.1925 Label - Lasttabel vork voorkant op wielen 1
09.4618.1926 Label - Lasttabel vork 360° op wielen 1
09.4618.1927 Label - Lasttabel haak op plaat voorkant op stempels 1
09.4618.1928 Label - Lasttabel haak op plaat 360° op stempels 1
09.4618.1929 Label - Lasttabel haak op plaat voorkant op wielen 1
09.4618.1930 Label - Lasttabel haak op plaat 360° op wielen 1
09.4618.1931 Label - Lasttabel jib 2M/2000 kg voorkant op stempels 1
09.4618.1932 Label - Lasttabel jib 2M/2000 kg 360° op stempels 1
09.4618.1933 Label - Lasttabel jib 2M/2000 kg voorkant op wielen 1
09.4618.1934 Label - Lasttabel jib 2M/2000 kg 360° op wielen 1
09.4618.1935 Label - Lasttabel jib 4M/900 kg voorkant op stempels 1
09.4618.1936 Label - Lasttabel jib 4M/900 kg 360° op stempels 1
09.4618.1937 Label - Lasttabel jib 4M/900 kg voorkant op wielen 1
09.4618.1938 Label - Lasttabel jib 4M/900 kg 360° op wielen 1
09.4618.1939 Label - Lasttabel laadschop 360° op stempels 1
09.4618.1940 Label - Lasttabel laadschop voorkant op stempels 1
Ond. nr. Beschrijving sticker Aant.
09.4618.1941 Label - Lasttabel laadschop 360° op wielen 1
09.4618.1942 Label - Lasttabel laadschop voorkant op wielen 1
09.4618.1943 Label - Lasttabel personenplatform 3P/700Kg REM 4400 1
09.4618.1944 Label - Lasttabel personenplatform 2P/300F
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 45
Mei 2015
Inspecties
Inspectie voor GTH 4018 R stickers
Controleer aan de hand van de afbeeldingen op de volgende pagina of alle stickers zich op de juiste plaats bevinden en leesbaar zijn.
Hieronder staat een lijst op nummer met hoeveelheden en beschrijvingen.
Tweede uitgave - Eerste druk
Ond. nr. Beschrijving sticker Aant.
215645 Gevaar – Ontploffings-/brandgevaar, tanken 1
215646 Waarschuwing – Gevaar voor elektrocutie 3
215648 Gevaar - Geen passagiers 1
237720 Waarschuwing – Gevaar voor beknelling, bewegende machine 2
237721 Waarschuwing – Veiligheidsgordel dragen 1
237726 Waarschuwing – Gevaar voor brandwonden 1
09.4616.0040 Label – 4000 kg 1
09.4618.0920 Waarschuwing – Motorruimte 1
09.4618.0922 Waarschuwing – Gevaar voor beknelling 2
09.4618.0923 Waarschuwing – Gevaar voor brandwonden, hete onderdelen 3
09.4618.0924 Gevaar – Ontploffings- en brandgevaar 1
09.4618.0986 Waarschuwing - Gevaar voor beknelling koeler riem 1
09.4618.1051 Label – Opening motorruimte 2
09.4618.1120
09.4618.1895 Label - Testaansluitingen 1
09.4618.1263 Label - Markering zwenkbare bovenstructuur 1
09.4618.1264 Label - Chassismarkering 1
09.4618.1375 Waarschuwing - Omkantelgevaar, neem capaciteit in acht 1
09.4618.1398 Label - Borgpen voor aanbouwdeel 1
09.4618.1399 Label - Deurontgrendeling 1
09.4618.1418 Label - Nooduitgang 1
09.4618.1419 Label - Naturelle hydraulische olie 1
09.4618.1423 Gevaar – Ontploffings-/brandgevaar 1
09.4618.1456 Label - Linker bedieningshendel 1
09.4618.1457 Label - Rechter bedieningshendel met linker bedieningshendel 1
Waarschuwing – Gevaar voor beknelling, bewegende onderdelen
2
Ond. nr. Beschrijving sticker Aant.
09.4618.1458 Waarschuwing - Omkantelgevaar, neem capaciteit in acht 2
09.4618.1936 Decoratieve sticker - Genie GTH-4018 R 1
09.4618.1839 Decoratieve sticker - Genie GTH-4018 R 1
09.4618.0243 Decoratieve sticker - Genie 1
09.4618.1693 Decoratieve sticker - Genie 1
09.4618.1918 Decoratieve sticker - Genie 1
09.4618.1917 Decoratieve sticker - Genie 1
09.4618.1645 Label - Deactivering lastbegrenzingssysteem 1
09.4618.1670 Label - Hydraulische olie 2
09.4618.1671 Label - ULSD brandstof (alleen voor EU markt) 1
28159 Label - Diesel (voor niet-EU markt) 1
09.4618.1673 Waarschuwing - Gevaar voor beknelling, stempels 8
09.4618.1674 Waarschuwing - Gevaar voor beknelling, veiligheidskraag 2
09.4618.1946 Waarschuwing - Omkantelen, Pmax stempels 4
09.4618.1682 Label - Bandenspanning 5,5 bar 4
09.4618.1949 Label - Verankering en heffen 1
09.4618.1678 Label - Uitschakelaar 1
09.4618.1679 Waarschuwing - 7 stickers 1
09.4618.1694 Label - Rechter bedieningshendel 1
09.4618.1695
09.4618.1713 Waarschuwing – Gevaar voor brandwonden 1
09.4618.1740 Label - Handbediend gebruik hoofdklep 1
09.4618.1769 Label - Vergrendelen 1
09.4618.1770 Label - Ontgrendelen 1
09.4618.XXX Label - Geluidsniveau dB (alleen stage 3B) 1
09.4618.1819 Label - TP1 testpoort 1
09.4618.1820 Label - TP5 testpoort 1
09.4618.1821 Label - TP8 testpoort 1
09.4618.1829 Label - Eco logo sticker (alleen Stage 3B) 3
Label - Rechter bedieningshendel met vergrendeling/ontgrendeling
1
46 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Inspecties
Ond. nr. Beschrijving sticker Aant.
09.4618.1849 Label - Lasttabel vork voorkant op wielen 1
09.4618.1850 Label - Lasttabel vork 360° op stempels 1
09.4618.1851 Label - Lasttabel vork 360° op wielen 1
09.4618.1852 Label - Lasttabel laadschop 360° op stempels 1
09.4618.1853 Label - Lasttabel laadschop 360° op wielen 1
09.4618.1854 Label - Lasttabel laadschop voorkant op wielen 1
09.4618.1855 Label - Lasttabel haak op plaat 360° op stempels 1
09.4618.1856 Label - Lasttabel haak op plaat voorkant op wielen 1
09.4618.1857 Label - Lasttabel haak op plaat 360° op wielen 1
09.4618.1858 Label - Lasttabel jib 2M/2000 kg 360° op stempels 1
09.4618.1859 Label - Lasttabel jib 2M/2000 kg voorkant op wielen 1
09.4618.1860 Label - Lasttabel jib 2M/2000 kg 360° op wielen 1
09.4618.1861 Label - Lasttabel jib 4M/900 kg 360° op stempels 1
09.4618.1862 Label - Lasttabel jib 4M/900 kg 360° op wielen 1
09.4618.1863 Label - Lasttabel jib 4M/900 kg voorkant op wielen 1
09.4618.1864 Label - Lasttabel lier 4000 kg 360° op stempels 1
09.4618.1865 Label - Lasttabel lier 4000 kg voorkant op wielen 1
09.4618.1866 Label - Lasttabel lier 4000 kg 360° op wielen 1
Ond. nr. Beschrijving sticker Aant.
09.4618.1951 Label - Lasttabel personenplatform 2P/300 kg 1
09.4618.1950 Label - Lasttabel personenplatform 3P/700 kg 1
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 47
Mei 2015
alleen STAGE 3B
Inspecties
09.4618.1694
09.4618.1263
09.4618.1264
09.4618.1945
{
09.4618.1839
09.4618.0040
237720
215646
09.4618.1673
215648
09.4618.1375
09.4618.1398
09.4618.1949
{
09.4618.1916
09.4618.1945
{
09.4618.1936
09.4618.1769
{
09.4618.1770
09.4618.1423
09.4618.1674
09.4618.0243
09.4618.1423
09.4618.1673
09.4618.1946
09.4618.1120
215646
237720
09.4618.0923 (STAGE 3A)
09.4618.1188
09.4618.1946
09.4618.1673
237626
Tweede uitgave - Eerste druk
09.4618.1386 alleen GTH 4016R
09.4618.1829
09.4618.1679
09.4618.1645
09.4618.1418
09.4618.1399
09.4618.1120 237721
09.4618.1820
09.4618.1819
09.4618.1821
09.4618.1740
09.4618.1693
09.4618.1188
09.4618.1673
09.4618.1946
215645
28159 (STAGE 3A)
09.4618.1671
(STAGE 3B)
09.4618.1419
09.4618.1670
09.4618.1682
09.4618.1948
09.4618.1917
215646
09.4618.1670
09.4618.1682
09.4618.1673
09.4618.1946
09.4618.0923 (STAGE 3A)
09.4618.0924
09.4618.1458
09.4618.0922
09.4618.0923 (STAGE 3B)
09.4618.1713
09.4618.1051
09.4618.1829 (STAGE 3B)
09.4618.1895
09.4618.1829 (STAGE 3B)
09.4618.1682
09.4618.0923 (STAGE 3B)
09.4618.0923
09.4618.1678
09.4618.0920
09.4618.1947
09.4618.1918
09.4618.0986
09.4618.1051
09.4618.1682
}
215646
}
48 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Inspecties
Inspectie van de conguratie m.b.t. homologatie voor weggebruik
GTH 4016 R - GTH 4018 R
2
3
2
1
2
5
6
6
8
6
7
Pos. Ond. nr. GAS Spanje Zwitserland Italië
1
2
3
4
5
6
7
8
8
?? Max. snelheid ??km/u
09.4618.0339 Max. snelheid 20 km/u
09.4610.0028 Achteruitkijkspiegel 'vissenoog'
09.0803.0081 Wielblok
09.4618.0276 Reflecterende gele sticker
56.0010.0020 Oranje reflector
56.0010.0029 Rode reflector
09.4616.0114 Homologatieplaat
09.4616.0153 Homologatieplaat Homologatieplaat
5
6
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 49
Mei 2015
Inspecties
Inspectie voor GTH 5021 R stickers
Controleer aan de hand van de afbeeldingen op de volgende pagina of alle stickers zich op de juiste plaats bevinden en leesbaar zijn.
Hieronder staat een lijst op nummer met hoeveelheden en beschrijvingen.
Tweede uitgave - Eerste druk
Ond. nr. Beschrijving sticker Aant.
215645 Gevaar – Ontploffings-/brandgevaar, tanken 1
215646 Waarschuwing – Gevaar voor elektrocutie 4
215648 Gevaar - Geen passagiers 1
237720 Waarschuwing – Gevaar voor beknelling, bewegende machine 2
237721 Waarschuwing – Veiligheidsgordel dragen 1
237726 Waarschuwing – Gevaar voor brandwonden 1
09.4616.0010 Label – 5000 kg 1
09.4618.0243 Decoratieve sticker - Genie 1
09.4618.0920 Waarschuwing – Motorruimte 1
09.4618.0922 Waarschuwing – Gevaar voor beknelling 2
09.4618.0924 Gevaar – Ontploffings-/brandgevaar 1
09.4618.0923 Waarschuwing – Gevaar voor brandwonden, hete onderdelen 3
09.4618.1051 Label – Opening motorruimte 2
09.4618.1120
09.4618.1189 Label - Testaansluitingen 1
09.4618.1263 Label - Markering zwenkbare bovenstructuur 1
09.4618.1264 Label - Chassismarkering 1
09.4618.1375 Waarschuwing - Omkantelgevaar, neem capaciteit in acht 1
09.4618.1398 Label - Borgpen voor aanbouwdeel 1
09.4618.1399 Label - Deurontgrendeling 1
09.4618.1418 Label - Nooduitgang 1
09.4618.1419 Label - Naturelle hydraulische olie 1
09.4618.1423 Gevaar – Ontploffings-/brandgevaar 2
09.4618.1456 Label - Linker bedieningshendel 1
09.4618.1457 Label - Rechter bedieningshendel met linker bedieningshendel 1
09.4618.1458 Waarschuwing - Omkantelgevaar, neem capaciteit in acht 2
09.4618.1837 Decoratieve sticker - Genie GTH-5021 R 1
09.4618.1840 Decoratieve sticker - GTH-5021 R 1
Waarschuwing – Gevaar voor beknelling, bewegende onderdelen
2
Ond. nr. Beschrijving sticker Aant.
09.4618.1593 Decoratieve sticker - Genie GTH-5021 R 1
09.4618.1594 Decoratieve sticker - Genie GTH-5021 R 1
09.4618.1645 Label - Deactivering lastbegrenzingssysteem 1
09.4618.1670 Label - Hydraulische olie 2
09.4618.1671 Label - ULSD brandstof (alleen voor EU markt) 1
28159 Label - Diesel (voor niet-EU markt) 1
09.4618.1673 Waarschuwing - Gevaar voor beknelling, stempels 4
09.4618.1674 Waarschuwing - Gevaar voor beknelling, veiligheidskraag 2
09.4618.1675 Waarschuwing - Omkantelen, Pmax stempels 4
09.4618.1676 Label - Bandenspanning 7,5 bar 4
09.4618.1677 Label - Verankering en heffen 1
09.4618.1678 Label - Uitschakelaar 1
09.4618.1679 Waarschuwing - 7 stickers 1
09.4618.1693 Decoratieve sticker - Genie 1
09.4618.1694 Label - Rechter bedieningshendel 1
09.4618.1695
09.4618.1713 Waarschuwing – Gevaar voor brandwonden 1
09.4618.1740 Label - Handbediend gebruik hoofdklep 1
09.4618.1769 Label - Vergrendelen 1
09.4618.1770 Label - Ontgrendelen 1
09.4618.1771 Label - Geluidsniveau 102 dB (alleen stage 3B) 1
09.4618.1819 Label - TP1 testpoort 1
09.4618.1820 Label - TP5 testpoort 1
09.4618.1821 Label - TP8 testpoort 1
09.4618.1829 Label - Eco Logo sticker (alleen stage 3B) 3
09.4618.1642 Label - Lasttabel vork voorkant 1
09.4618.1644 Label - Lasttabel vork zijkant 1
09.4618.1643 Label - Lasttabel vork 360° op stempels 1
09.4618.1696 Label - Lasttabel haak 360° op stempels 1
Label - Rechter bedieningshendel met vergrendeling/ontgrendeling
1
50 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Inspecties
Ond. nr. Beschrijving sticker Aant.
09.4618.1697 Label - Lasttabel haak voorkant 1
09.4618.1698 Label - Lasttabel haak zijkant 1
09.4618.1699 Label - Lasttabel 900 kg jib 360° op stempels 1
09.4618.1700 Label - Lasttabel 900 kg Jib voorkant 1
09.4618.1701 Label - Lasttabel 900 kg jib zijkant 1
09.4618.1702 Label - Lasttabel 2000 kg jib 360° op stempels 1
09.4618.1703 Label - Lasttabel 2000 kg Jib voorkant 1
09.4618.1704 Label - Lasttabel 2000 kg jib zijkant 1
09.4618.1705 Label - Lasttabel 4000 kg lier 360° op stempels 1
09.4618.1706 Label - Lasttabel 4000 kg lier voorkant 1
09.4618.1707 Label - Lasttabel 4000 kg lier zijkant 1
09.4618.1891 Label - Lasttabel 5000 kg lier 360° op stempels 1
09.4618.1890 Label - Lasttabel 5000 kg lier voorkant 1
09.4618.1889 Label - Lasttabel 5000 kg lier zijkant 1
09.4618.1708 Label - Lasttabel bak 360° op stempels 1
09.4618.1709 Label - Lasttabel bak voorkant 1
09.4618.1710 Label - Lasttabel bak zijkant 1
09.4618.1711
Label - Lasttabel 3P700 REM4400 personenplatform op stempels (voor niet-EU markt)
1
Ond. nr. Beschrijving sticker Aant.
09.4618.1712
09.4618.1827 Label - Geen hoge druk gebruiken 2
09.4618.1884
09.4618.1885 Label - Lasttabel side-shift positioneersysteem vorken zijwielen 1
09.4618.1886
Label - Lasttabel 2P300 F personenplatform op stempels (voor niet-EU markt)
Label - Lasttabel side-shift positioneersysteem vorken voorwielen
Label - Lasttabel side-shift positioneersysteem vorken stempels
1
1
1
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 51
Mei 2015
Inspecties
09.4618.1769
09.4618.1770
09.4618.1399
09.4618.1670
09.4618.1645
09.4618.1840
09.4618.1264
09.4616.0010
09.4618.1677
215646
215648
09.4618.1375
237720
09.4618.1676
09.4618.1398
09.4618.1675
09.4618.1673
Tweede uitgave - Eerste druk
09.4618.1423
09.4618.1820
09.4618.1819
09.4618.1821
09.4618.1120
09.4618.1740
09.4618.1693
09.4618.1423
215645
09.4618.1675
09.4618.1673
09.4618.1671
{
of 28159
237721
09.4618.1676
09.4618.1594
215646
09.4618.1827
09.4618.1263
09.4618.1694
09.4618.1829 alleen STAGE 3B
Lasttabellen
09.4618.1418
09.4618.1679
09.4618.0243
09.4618.1674
237720
215646
09.4618.0923 NIET EU-markt
09.4618.1120
237726
09.4618.1676
09.4618.1675
09.4618.1673
De arcering geeft aan dat de sticker verborgen is, d.w.z. onder een kap zit
09.4618.1771
09.4618.1837
09.4618.1458
09.4618.0922
09.4618.0924
09.4618.0923
09.4618.1675
09.4618.1673
09.4618.1051
09.4618.1829
alleen STAGE 3B
09.4618.1713
09.4618.1189
09.4618.1829
alleen STAGE 3B
09.4618.1676 215646
09.4618.0923
alleen EU-markt
09.4618.1678
09.4618.0920
09.4618.1593
09.4618.0986
09.4618.1051
52 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Inspecties
Inspectie van de conguratie m.b.t. homologatie voor weggebruik GTH 5021 R
2
5
3
6
6
5
2
4
1
2
8
6
7
Pos. Ond. nr. GAS Spanje Zwitserland Italië
1
2
3
4
5
6
7
8
8
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 53
09.4618.1491 Max. snelheid 30 km/u
09.4618.0339 Max. snelheid 20 km/u
09.4610.0028 Achteruitkijkspiegel 'vissenoog'
09.0803.0081 Wielblok
09.4618.0276 Reflecterende gele sticker
56.0010.0020 Oranje reflector
56.0010.0029 Rode reflector
09.4616.0114 Homologatieplaat
09.4616.0153 Homologatieplaat Homologatieplaat
Mei 2015
Gebruiksaanwijzing
Niet gebruiken, tenzij:
5 U de grondbeginselen van het veilig bedienen van
de machine die in deze bedieningshandleiding beschreven worden leert en in praktijk brengt.
1 Vermijd gevaarlijke situaties.
2 Voer voor het gebruik altijd eerst een inspectie
uit.
Tweede uitgave - Eerste druk
Grondbeginselen
In het deel Gebruiksaanwijzing worden instructies gegeven voor alle aspecten van het gebruik van de machine. Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder dat alle veiligheidsvoorschriften en -instructies in de bedienings- en veiligheidshandboeken en de vereisten in het handboek omtrent de verantwoordelijkheden worden opgevolgd.
Een terreinheftruck met variabele reikwijdte wordt gedefinieerd als een heftruck op wielen die primair bedoeld is als vorkheftruck met een scharnierende arm die kan worden uitgerust met aanbouwdelen om materialen te heffen. Het gebruik voor andere doeleinden is onveilig en gevaarlijk.
3 Voer altijd functietests uit voordat u de
machine gebruikt.
4 Inspecteer de werkplek.
5 Gebruik de machine alleen zoals is
bedoeld.
Alleen getraind en bevoegd personeel mag toestemming krijgen om de machine te gebruiken. Als verwacht wordt dat de machine door meer dan één bestuurder zal worden gebruikt op verschillende momenten gedurende dezelfde werkdienst, moeten alle bestuurders gekwalificeerd zijn, en wordt van hen verwacht dat ze allemaal de veiligheidsvoorschriften en -instructies in de bedienings-, veiligheidshandboeken opvolgen en voldoen aan de vereisten met betrekking tot de verantwoordelijkheden in het handboek. Dit betekent dat iedere nieuwe bestuurder een inspectie voor het gebruik, functietests en een inspectie op de werkplek moet uitvoeren voordat hij/zij de machine gaat gebruiken.
Daarnaast moet iedereen die op of in de buurt van het product werkt ook vertrouwd zijn met de toepasselijke veiligheidsmaatregelen.
54 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
De stoel afstellen
4
2
1
3
5
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Gebruiksaanwijzing
Standaardstoel
Om de stand van de stoel te veranderen, hendel A bewegen en de stoel naar voren of naar achteren schuiven. Laat de hendel los, en controleer of de stoel in de positie vergrendeld wordt.
Om de stoelhoogte en -vering af te stellen, draait u knop B met de klok mee of tegen de klok in tot u de gewenste instelling van de vering hebt verkregen. Controleer wanneer u goed zit of de gele wijzer C in de groene zone staat.
Om de rugleuning af te stellen, bedient u de hendel D en duwt u met uw rug stevig tegen de rugleuning om de leuning in de gewenste stand te brengen, en laat u de hendel vervolgens los.
Om de armleuning af te stellen, brengt u de armleuning E omhoog en draait u het wieltje F om de armleuning op de gewenste hoogte af te stellen.
De zitting is slechts voor één persoon.
Regel de zitting niet terwijl de machine in beweging is.
Comfort stoel (indien aanwezig)
(ond. nr. 58.2513.1088)
Om de stand van de stoel te veranderen, hendel 1 bewegen en de stoel naar voren of naar achteren schuiven. Laat de hendel los, en controleer of de stoel in de positie vergrendeld wordt.
Om de stoelhoogte af te stellen duwt of trekt u de hoogteregelaar 2 zo, dat uw bovenbeen evenwijdig komt aan het zittingkussen.
Om de rugleuning af te stellen, bedient u de hendel 3 en duwt u met uw rug stevig tegen de rugleuning om de leuning in de gewenste stand te brengen, en laat u de hendel vervolgens los.
Om de armleuning af te stellen, draait u aan de knop 4 om de armleuning op de gewenste hoogte te brengen.
Om de joystickhouder af stellen, beweegt u de hendel 5 en zet de joystickhouder in de gewenste positie.
De zitting is slechts voor één persoon.
Regel de zitting niet terwijl de machine in beweging is.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 55
Mei 2015
Gebruiksaanwijzing
Tweede uitgave - Eerste druk
De veiligheidsgordels omdoen
3
1
2
Op de stoel zitten:
De stoelgordel is voorzien van een rolinrichting.
Om de gordels vast te maken de lip 1 in de gesp 2 steken totdat hij vastzit.
Om de gordel los te maken, op drukknop 3 duwen en het lipje uit de gesp trekken.
Zorg dat de gordel op de heupen rust en niet op de maag.
De achteruitkijkspiegels afstellen
De machine heeft drie achteruitkijkspiegels. Om de stand hiervan aan te passen, draait u hen met de hand in de stand(en) die het beste zicht geven.
1. Hiermee kan het gebied achter de machine en aan de rechterkant worden gecontroleerd.
2. Hiermee kan het gebied achter de machine en aan de linkerkant worden gecontroleerd.
3. Hiermee kan het gebied achter de machine worden gecontroleerd.
1
3
2
56 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
0
Gebruiksaanwijzing
Parkeerrem
Gebruik altijd de parkeerremschakelaar om de parkeerrem in te schakelen voordat u de arm omhoog brengt.
Schakel altijd de parkeerrem in voordat u de bestuurdersstoel verlaat.
Duw op de onderkant van de tuimelschakelaar om de parkeerrem in te schakelen.
Duw op de bovenkant van de tuimelschakelaar om de parkeerrem uit te schakelen.
Rempedaal
Gebruik het rempedaal om de snelheid van de machine te regelen en de machine te laten stoppen.
Houd het rempedaal ingedrukt om de machine te laten stoppen.
De motor starten
1. Vergewis u ervan dat de parkeerrem ingeschakeld is en dat de transmissiehendel in neutrale stand staat.
2. Steek de sleutel in het contact.
Start in koude conditie
In koude situaties, bij 20°F / -6°C en lager, moet de motor 5 minuten warmdraaien voordat u begint te werken, om schade aan het hydraulische systeem te voorkomen. In buitengewoon koude situaties, bij 0°F / -18°C en lager, moeten de machines zijn voorzien van optionele koudestartkits. Om te proberen de machine te starten bij temperaturen onder 0°F / -18°C kan een hulpstartaccu nodig zijn.
Steer Select
Wanneer de zwenkbare bovenstructuur in achterwaartse positie wordt gedraaid, werken alle stuurbedieningen omgekeerd!
Lijn de wielen niet opnieuw uit terwijl u rijdt.
Om de achterwielen uit te lijnen:
1. Start de motor en zet de keuzeschakelaar
Werkplek/Weg/Platform op de stand „Werkplek”.
2. Draai het stuurwiel totdat de wielen in lijn
zijn met het chassis in de lengterichting en de tekst „ALIGNED WHEELS” (WIELEN UITGELIJND) op het lastbegrenzingsdisplay verschijnt.
3. Draai de sleutel om totdat de motor start.
Als de motor niet binnen 30 seconden start, moet de oorzaak worden vastgesteld en een eventuele storing worden gerepareerd. Wacht 20 seconden voordat u een nieuwe startpoging doet.
1
2
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 57
Mei 2015
Gebruiksaanwijzing
Tweede uitgave - Eerste druk
Selectie werkplek/weg/platform
Werkplekmodus: alle machinefuncties zijn geactiveerd;
Wegmodus: armbewegingen, het draaien van de bovenstructuur en de bewegingen van de stempels zijn uitgeschakeld; alleen de tweewielbesturing is actief;
Platformmodus: alle bedieningen in de cabine zijn buiten werking, bedien de machine vanaf de bedieningen op het platform. Als het chassis niet is genivelleerd, werkt het platform niet.
Naar beneden klimmen terwijl de zwenkbare bovenstructuur 90° is gedraaid
Als de zwenkbare bovenstructuur gedraaid is, kan de bestuurder van de machine klimmen via twee speciaal hiervoor aangebrachte ijzeren treden aan de achterkant en de voorkant van het chassis.
De stempels laten stijgen en dalen
Duw op de bovenkant van de tuimelschakelaar om de stempels uit te schuiven/te laten dalen. Duw op de onderkant van de tuimelschakelaar om de stempels te laten stijgen/in te trekken.
Alvorens de stempels te bedienen terwijl de zwenkbare structuur niet is uitgelijnd, moet worden nagegaan of de stempelbediening overeenstemt met de juiste stempel.
Het chassis nivelleren (indien aanwezig)
Duw op de rechterkant van de tuimelschakelaar om de rechterkant van het chassis te laten dalen. Duw op de linkerkant van de tuimelschakelaar om de linkerkant van het chassis te laten dalen.
Nooduitgang
Trek aan de borgpennen en duw het venster naar buiten.
Houd altijd de hiervoor bestemde handgrepen
vast om vallen en uitglijden te voorkomen.
58 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Gebruiksaanwijzing
Borgpen zwenkende bovenstructuur
Deze handbediende inrichting bevindt zich achter de cabine.
Doe het volgende om het draaien van de zwenkende bovenstructuur te vergrendelen/ ontgrendelen:
Rotatie vergrendelen
1. Draai de bovenstructuur totdat de tekst „TURRET ALIGNED” (BOVENSTRUCTUUR UITGELIJND) op het lastbegrenzingsdisplay verschijnt.
2. Schakel de motor uit en schakel de parkeerrem in.
3. Open vanuit de cabine de achterruit en til de borgpen op.
4. Zet de inrichting op stand A om de bovenstruc­tuur te vergrendelen: de bestuurder ziet het vergrendelingssymbool op de bovenste pen.
Rotatie ontgrendelen
Transmissiebediening
Wanneer de zwenkende bovenstructuur in
achterwaartse positie wordt gedraaid, zijn alle stuurbedieningen verwisseld!
Gebruik de transmissiehendel om de rijrichting van de machine te bedienen.
Om vooruit te rijden, verplaatst u de transmissiehendel omhoog en naar de voorzijde van de machine toe.
Om achteruit te rijden, verplaatst u de transmissiehendel omhoog en naar de achterzijde van de machine toe.
Om terug te keren in neutrale stand, moet de transmissiehendel in de middelste stand worden gezet.
Vooruit
Neutraal
1. Zet de inrichting op de stand B om de bovenstructuur te ontgrendelen: de bestuurder ziet het ontgrendelingssymbool op de bovenste pen van de handgreep.
De snelheidsinschakeling wordt gesignaleerd door de hiervoor bestemde indicatielampjes, afhankelijk van de ingeschakelde snelheid.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 59
Achteruit
Mei 2015
Gebruiksaanwijzing
Tweede uitgave - Eerste druk
Asdifferentieelblokkering
Gebruik de schakelaar van de asdifferentieelblokkering om het asdifferentieel te blokkeren en extra tractie te krijgen op bepaalde terreinsoorten, bijvoorbeeld zand, modder of sneeuw.
Laat de machine volledig tot stilstand komen alvorens de asdifferentieelblokkering te activeren. Blokkeer het asdifferentieel niet terwijl de machine in beweging is.
Houd de schakelaar ingeduwd om de asdifferentieelblokkering te activeren. Laat de schakelaar los om de asdifferentieelblokkering te deactiveren.
Achterasblokkering
Deze functie start automatisch in twee situaties:
1. wanneer de arm boven 50° is opgeheven;
2. wanneer de bovenstructuur meer dan 10° is gedraaid (op het lastbegrenzingsdisplay staat „TURRET NOT ALIGNED” (BOVENSTRUCTUUR NIET UITGELIJND)).
Toegang tot de motorruimte
Om een willekeurige ingreep binnen de motorruimte uit te voeren moet de motorkap geopend worden. De motorkap is voorzien van pneumatische schokbrekers die hem lichter maken en in opgeheven stand houden. Open de motorkap als volgt:
• Zet de motor af en schakel de parkeerrem in.
• Draai de sleutel om de voorkant van de motorkap te ontgrendelen.
• Maak de klemmen van de motorkap los aan beide zijden aan de bovenkant van de motorkap (zie onderstaande afb.).
De transmissie gaat in neutrale stand en de chassisnivelleringsfunctie functioneert niet. De arm- en vorkfuncties blijven wel werken.
Om de achteras te ontgrendelen en om de chassisnivelleringsfunctie te bedienen, laat de arm zakken en lijn de bovenstructuur uit.
60 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
DPF regeneratie
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Gebruiksaanwijzing
Als het indicatielampje van het roetfilter, 7, gaat branden, moet de bestuurder de DPF-regeneratie beginnen volgens deze aanwijzingen:
i Kies een veilige parkeerplek in de open lucht:
een stevige, vlakke ondergrond
zonder obstakels en verkeer
zonder ontvlambaar materiaal
zonder ontploffingsgevaar
ii Schakel de parkeerrem in.
iii Zet de transmissiehendel op neutraal.
iv Laat de motor warmdraaien, de temperatuur
van de koelvloeistof moet minstens 75°C zijn.
v Houd de motor draaiende.
vi Activeer de regeneratie van het DPF door
op de DPF-schakelaar te drukken: het indicatielampje van hoge temperatuur in het uitlaatsysteem, 9, gaat permanent branden en het motortoerental loopt op tot 1200 tpm.
vii Blijf uit het gebied van de knalpot.
xi Indien nodig kan de regeneratie worden
gestopt door op de DPF-schakelaar te drukken, en vervolgens opnieuw worden gestart.
xii Nadat de regeneratie is voltooid, gaat het
indicatielampje van de hoge temperatuur in het uitlaatsysteem 9 uit en draait de motor op stationair toerental.
xiii Tijdens generatie van de DPF:
verplaats geen lasten
blijf uit de buurt van explosiegevaarlijke
gebieden
blijf uit de buurt van ontvlambaar materiaal
Als het DPF-indicatielampje snel begint te knipperen en het indicatielampje „Ernstige motorstoring” permanent rood gaat branden, moet de bestuurder een gekwalificeerd servicemonteur waarschuwen.
viii Laat de machine niet onbewaakt achter.
ix Baken het gebied af.
x De machine moet ongeveer 30 minuten lang
buiten geparkeerd blijven.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 61
Mei 2015
Gebruiksaanwijzing
Tweede uitgave - Eerste druk
Een last vervoeren
Plaats de last midden op de vorken. Positioneer de last zo dat hij helemaal tegen de rug van het vorkenframe rust.
De last moet tijdens het rijden zo laag mogelijk boven de grond worden gehouden. Rijd met een machine die een last draagt altijd met de armhoekindicator op 0 graden of minder.
Kantel de vorken iets naar achteren om de last veilig te dragen.
Breng de machine altijd volledig tot stilstand alvorens de parkeerrem in te schakelen.
Een last opheffen en plaatsen
De lasttabel in de cabine toont de werkgrenzen van een goed onderhouden en bediende machine. Om de lasttabel te gebruiken moet de bestuurder het gewicht van de last en het zwaartepunt ervan kennen, en weten hoe ver hij naar buiten en naar boven moet worden verplaatst.
Deze machine heeft meer dan één lasttabel. Verzeker u ervan dat u de lasttabel gebruikt die overeenstemt met het aanbouwdeel op de machine, de configuratie van de stempels en de positie van de bovenstructuur.
Als u vaststelt dat het gewicht van de last niet kan worden geplaatst tot de hoogte en met de hoek die u wilt, heeft u de volgende opties:
1. als u de stempels niet omlaag heeft gebracht, breng ze dan omlaag en gebruik de lasttabel voor neergelaten stempels.
Als de stempels al omlaag zijn:
2. breng de machine dichter bij het laad- of oppikpunt, zodat het gewicht van de last voldoet aan de specificaties van de lasttabel.
3. Verdeel de last in kleinere porties, zodat elk gedeelte voldoet aan de specificaties van de lasttabel.
4. Zorg voor een grotere machine, die in staat is de last te verplaatsen binnen de specificaties.
62 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Gebruiksaanwijzing
De last plaatsen
1 Ga naar de gewenste plek en zet de machine
voorzichtig stil.
2 Zet de transmissie in de neutrale stand.
3 Schakel de parkeerrem in.
4 Ontgrendel de borgpen van de zwenkende
bovenstructuur.
5 Breng de stempels omlaag indien nodig voor
de configuratie.
6 Nivelleer het frame als de niveau-indicator
links-rechts of de niveau-indicator voor-achter niet op 0 graden staat.
7 Beweeg de bedieningshendel geleidelijk om
de arm te heffen en uit te schuiven tot de gewenste hoogte.
9 Beweeg de bedieningshendel geleidelijk om
de arm te laten dalen en uit te schuiven tot in de uiteindelijke positie. Laat de last zakken totdat het gewicht helemaal van de vorken wordt ontladen. Oefen geen neerwaartse kracht uit met de vorken.
10 Beweeg de bedieningshendel geleidelijk om
de arm te heffen en uit te schuiven. Hierdoor komen de vorken uit de last.
11 Nadat de vorken uit de last en de structuur zijn
verwijderd kan de arm omlaag gebracht en ingetrokken worden.
8 Draai desgewenst de bovenstructuur om de
uitlaadpositie te bereiken. Voor wat betreft de wielconfiguratie, past het lastbegrenzingssysteem een ander werkbereik toe als de rotatie groter is dan +/-10°. Raadpleeg de juiste lasttabel.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 63
Mei 2015
232 mm
Gebruiksaanwijzing
Bedieningsbewegingen - Enkele functiejoystick
Tweede uitgave - Eerste druk
D
D
D
Functiejoystick met activeringsschakelaar (B)
Functiejoystick met activeringsschakelaar (B) en geel wieltje (D)
Hydraulische snelkoppeling (indien aanwezig)
C
Functiejoystick met activeringsschakelaar (B) en geel wieltje (C)
Vergrendel of ontgrendel de hydraulische snelkoppeling door tegelijkertijd de schakelaar voor vergrendeling/ontgrendeling van de hydraulische snelkoppeling, de activeringsknop van de functiejoystick (B) en de witte duimknop (A) in te drukken
64 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Bedieningsbewegingen - dubbele
D
D
D
( )
functiejoysticks (indien aanwezig)
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Gebruiksaanwijzing
D
D
Functiejoystick met alleen rode
vingerschakelaar (B)
Functiejoystick alleen met rode
vingerschakelaar (B) en
met geel wieltje (D)
D
( )
Functiejoystick met alleen rode
vingerschakelaar (B)
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 65
Bedien, terwijl u de vergrendeling/ontgrendeling
van de hydraulische snelkoppeling indrukt, de
functiejoystick met rode vingerschakelaar (B) en
met witte duimschakelaar (A)
Mei 2015
Gebruiksaanwijzing
Tweede uitgave - Eerste druk
Bedieningspaneel lastbegrenzingssysteem
Aan de achterkant van de bestuurdersplaats zit een unit waarmee u het lastbegrenzingssysteem van de machine kunt besturen. De verzamelde gegevens, verwerkt in relatie tot het aanbouwdeel dat wordt gebruikt, worden voortdurend vergeleken met de gegevens uit het systeemprogramma. Het resultaat van de verwerking wordt in drie mogelijke toestanden door de display omgezet en weergegeven middels de controlelampjes aan de linkerzijde van de ervan.
1 Groene led AAN Stabiele conditie. Het gewicht van de last
overschrijdt niet de 90% van het gewicht dat is toegestaan in deze werkstand.
2 Gele led AAN Vooralarmconditie. De opgeheven last is groter
dan 90% van de maximaal toegestane last, maar is nog minder dan het maximum: de armbewegingen verlopen langzamer en het akoestische alarm geeft langzame pieptonen.
3 Rode led AAN Alarmsituatie. De opgeheven last is groter dan
maximaal is toegestaan, het akoestische alarm geeft snelle pieptonen en alle machinebewegingen zijn gestopt, behalve degene die nodig zijn om
de last terug te brengen binnen veilige grenzen.
ESC
FORKS OUTRIGGERS LATERAL
MAX LOAD ........................ 50.3t
+
RAISED LOAD ................... 10.2t
HEIGHT............................... 2 m
RADIUS............................... 7 m
ANGLE................................ 15°
-
Het display bestaat uit drie gebieden: Gebied met leds: Er zijn drie leds die de
werktoestand aanduiden:
1 groene led - machine stabiel 2 gele led - machine in pre-alarm 3 rode led - machine in alarm
55%
ENTER
Bedieningsknoppen
ESC
Om naar het vorige venster terug te keren
ENTER
Om te bevestigen en de gekoppelde pagina te openen.
PIJLEN
Om langs de menu’s omhoog en omlaag te bewegen.
PLUS (+) MINUS (-)
Aanvullende selectieknop
Aanvullende selectieknop
Display onderverdeeld in 8 regels_ afb.A
1. Lastpercentagebalk
2. Duidt het gebruikte aanbouwdeel aan
3. Duidt de werkwijze aan
4. Duidt het max. hefbare gewicht aan
5. Duidt het opgeheven gewicht aan voor de
systeemkalibratie
6. Duidt de armhoogte aan (= 0 meter wanneer de arm helemaal omlaag is)
7. Duidt de afstand van de last tot de draaias van de bovenstructuur aan en, indien nodig, geeft het het bijbehorende waarschuwingsbericht weer
8. Geeft de armhoek aan.
Indien een aanbouwdeel wordt toegepast dat niet in de tabel is aangegeven, maar wel door Terex Global GmbH is geleverd, selecteer de werkwijze „VORK” op regel 2.
Werking
Bij het starten van de machine voert het lastbegrenzingssysteem een automatische controle uit en worden de softwaregegevens weergegeven.
Binnen 3/4 seconden verschijnt de lijst van toegestane aanbouwdelen: de bestuurder moet met behulp van de pijlen het juiste aanbouwdeel selecteren en vervolgens op ENTER drukken om te bevestigen.
Nadat het aanbouwdeel is geselecteerd verschijnt op het display de standaard schermpagina (afb.A).
Vanaf deze schermpagina kan de bestuurder, door enkele seconden op PLUS (+) te drukken het HOOGSTE NIVEAU (B) openen, waar vier andere submenu's worden weergegeven: een hiervan, LANGUAGE (TAAL) kan worden gewijzigd, terwijl de overige drie, CLOCK (KLOK), EXTENSION SENSOR (UITSCHUIFSENSOR) en ANGLE SENSOR (HOEKSENSOR) alleen maar geraadpleegd kunnen worden.
66 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Gebruiksaanwijzing
Ga door op ESC te drukken terug naar de
standaard schermpagina.
Druk tegelijkertijd op de twee knoppen PLUS (+) en MINUS (-) om naar de diagnostiek-
schermpagina's te gaan. Deze pagina's kunnen alleen worden geraadpleegd. Gebruik de PIJLEN om van de ene pagina naar een andere te gaan.
Controleer voordat u de machine gebruikt of
de groene led AAN is, en of de bedrijfswijze op regel 3 en het aanbouwdeel op regel 2 degene zijn die daadwerkelijk worden gebruikt. Het lastbegrenzingssysteem mag niet worden gebruikt om de te verplaatsen last te controleren: het is uitsluitend ontworpen om de bestuurder te waarschuwen voor instabiliteit van de machine tijdens het heffen. Deze instabiliteit kan ook veroorzaakt worden door te snelle bediening van de hendel tijdens het verplaatsen van lasten.
Schakelaar voor onderdrukking lastbegrenzingssysteem
Het gebruik van de lasttabellen
De lasttabellen in de cabine geven de maximaal toegestane last aan in relatie tot de armextensie, de rotatie van de bovenstructuur, het gebruik van de stempels en het type aanbouwdeel. Houd u altijd aan deze tabellen, om in veilige omstandigheden te werken. De uitschuiving van de arm kan worden gecontroleerd aan de hand van de letters (A, B, C, D, E) die op de arm zijn geverfd, terwijl de werkelijke hellingsgraden van de arm worden aangegeven door de hoekindicator.
Waarschuwingslampje lastbegrenzing (indien aanwezig)
Deze inrichting, die op het cabinedak zit, is verbonden met het lastbegrenzingssysteem en toont dezelfde ledsequentie als die op het lastbegrenzingsdisplay verschijnt. Als het rode gebied wordt bereikt, klinkt er een akoestisch alarm.
Met deze schakelaar kan het lastbegrenzingssysteem worden onderdrukt om de machine te herstellen:
als zij geblokkeerd is nadat het lastbegrenzings­systeem getriggerd is;
in geval van machinestoringen waarbij alle bewegingen van de machine ontgrendeld moeten worden;
Om oneigenlijk gebruik van de inrichting te vermijden (bijv. het werken buiten de last- en stabiliteitsgrenzen van de machine), is het lastbegrenzingssysteem voorzien van een timer (ingesteld op 10 seconden). Na afloop van de ingestelde tijd worden de blokkeerfuncties automatisch hersteld.
Schakelaar voor onderdrukking lastbegrenzings­systeem is alleen actief in de werkplekmodus. In de platformmodus kan het lastbegrenzingssysteem niet uitgeschakeld worden.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 67
Mei 2015
Gebruiksaanwijzing
Instructies voor snelkoppeling
Versie met mechanische blokkering
1 Rijd naar de plaats waar u het gemonteerde
aanbouwdeel wilt afkoppelen (zo mogelijk een stevige, overdekte plek).
2 Ontkoppel de snelkoppelingen die eventueel van
het aanbouwdeel (indien aanwezig).
3 Trek de mechanische borgpen van het
aanbouwdeel weg nadat de veiligheidssplitpen
aan het uiteinde ervan is verwijderd. 4 Plaats het aanbouwdeel vlak op de grond. 5 Kantel het bevestigingsframe van aanbouwdelen
naar voren en breng de arm omlaag om de
bovenste aanbouwblokkering los te maken. 6 Ga met de machine achteruit en rijd naar het nieuwe
aanbouwdeel dat aangekoppeld moet worden. 7 Houd het frame voorover gekanteld en haak de
bovenste blokkering van het nieuwe aanbouwdeel
vast. 8 Trek het aanbouwdeel in en hef het een
stukje op. Het centreert automatisch op het
snelkoppelingsframe. 9 Plaats de mechanische borgpen terug en zet hem
vast met zijn veiligheidssplitpen. 10 Koppel de verbindingsstukken van het
aanbouwdeel weer vast (indien aanwezig).
Tweede uitgave - Eerste druk
Versie met hydraulische blokkering (optie)
1. Rijd naar de plaats waar u het gemonteerde aanbouwdeel wilt afkoppelen (zo mogelijk een stevige, overdekte plek).
2. Ontkoppel de snelkoppelingen die eventueel van het aanbouwdeel (indien aanwezig).
3. Plaats het aanbouwdeel vlak op de grond.
4. Druk op de activeringsschakelaar voor vergren­deling/ontgrendeling en houd hem ingedrukt tot aan het einde van stap 5.
5. Maak het aanbouwdeel los door de functiejoystick te bewegen.
6. Kantel het bevestigingsframe van aanbouwdelen naar voren en breng de arm omlaag om de bovenste aanbouwblokkering los te maken.
7. Ga met de machine achteruit en rijd naar het nieuwe aanbouwdeel dat aangekoppeld moet worden.
8. Houd het frame voorover gekanteld en haak de bovenste blokkering van het nieuwe aanbouwdeel vast.
9. Trek het aanbouwdeel in en hef het een stukje op. Het centreert automatisch op het snelkoppelingsframe.
10. Koppel het aanbouwdeel aan door de functiejoys­tick te bewegen met de activeringsschakelaar voor vergrendelen/ontgrendelen.
11. Koppel de verbindingsstukken van het aanbouwdeel weer vast (indien aanwezig).
68 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Gebruiksaanwijzing
De machine starten met startkabels
Het starten van de machine met startkabels op de accu of vervanging van de accu is nodig als de accu zo leeg is dat de accu de starter niet aandrijft.
Nooit de machine starten met startkabels
direct op de startmotor of de solenoïde van de startmotor. Ernstig letsel of overlijden kunnen het gevolg zijn door de voor- of achterwaarts bewegende machine.
Om persoonlijk letsel te vermijden bij het starten met startkabels met behulp van een andere machine, moet worden verzekerd dat de machines elkaar niet raken.
Start een bevroren accu nooit met startkabels, want dan ontploft hij.
Blijf met vonken en vlammen uit de buurt van de accu. Loodzuuraccu's veroorzaken explosieve gassen tijdens het opladen. Draag een veiligheidsbril als u in de buurt van accu's werkt.
De hulpaccu moet 12 V zijn. De machine die gebruikt wordt om met startkabels te starten moet een elektrisch systeem met negatieve aarde hebben.
Het starten van de machine met startkabels
1 Sluit de positieve (+) startkabel aan op de
positieve (+) pool van de lege accu.
2 Sluit het andere uiteinde van dezelfde
startkabel aan op de positieve (+) pool van de hulpstartaccu.
3 Sluit het ene uiteinde van de tweede
startkabel aan op de negatieve (-) pool van de hulpstartaccu.
4 Maak de laatste kabelverbinding met het
motorblok of het aardpunt dat het verst van de accu vandaan ligt.
5 Start de motor.
Op een helling rijden
Als de machine een last draagt, moet deze altijd aan de bergopwaartse kant zitten. Als de machine geen last draagt, moet met de vorken of het aanbouwdeel aan de bergafwaartse kant worden gereden.
Rijd op steil terrein alleen bergopwaarts en bergafwaarts en houd de machine altijd in een versnelling. Rijd niet dwars over de helling als de machine een helling op- of afgaat.
Pas de rijroute en snelheid aan de conditie van de bodem, de tractie, helling, aanwezigheid van personeel en eventuele andere factoren die gevaar kunnen veroorzaken. Rijd de machine alleen wanneer de arm en de apparatuur in de juiste transportpositie zijn.
Of een machine zal omkantelen tijdens dynamisch gebruik van de machine hangt af van vele variabelen waarmee rekening gehouden moet worden. Hiertoe behoren de weg-/bodemconditie, stabiliteit en helling, alsook de machine-uitrusting, ervaring van de bestuurder, positie van de last, bandenspanning, machinesnelheid enz.
Bovendien hangt het omkantelen van een machine in grote mate af van het handelen van de bestuurder, zoals de snelheid en de gelijkmatigheid waarmee de machine wordt bediend, alsook de positie van het aanbouwdeel en de last.
Op bouwplaatsen en wegen verandert de hellingsgraad regelmatig, ze kunnen hard of zacht zijn en veranderingen ondergaan vanwege de bouwwerkzaamheden en weersinvloeden.
Bestuurders moeten goed getraind zijn en hun beste beoordelingsvermogen en ervaring inzetten om de nodige voorzorgsmaatregelen te treffen tegen omkantelen. De bestuurders moeten de variabelen op de werkplek beoordelen en vermijden dat de capaciteiten van de machine (of de bestuurder) met het oog op het terrein en de omstandigheden worden overschreden.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 69
Mei 2015
180 mm
Gebruiksaanwijzing
Tweede uitgave - Eerste druk
Manuele bedieningen
Als de joystick niet goed werkt of als een functie niet kan worden gebruikt, is het mogelijk de noodbedieningen bij de hoofdklep te gebruiken.
De hoofdklep heeft 3 kleine hendeltjes die de volgende functies bedienen:
1 Hendel 1:
stand A, arm omlaag
stand B, arm omhoog
2 Hendel 2
stand A, armtelescoop in
stand B, armtelescoop uit
3 Hendel 3
stand A, bovenstructuur tegen de klok in gedraaid
stand B, bovenstructuur met de klok mee gedraaid
De manuele bedieningen kunnen alleen gebruikt worden als de machine in werking is of als ze van noodpomp voorzien is.
Volg deze aanwijzingen om de noodpomp te gebruiken met manuele bedieningen:
Druk op de noodstopknop in de cabine of op het platform.
Open de hoofdklepruimte aan de achterkant van de cabine om bij de hoofdklep te kunnen.
Monteer de bedieningshendels (meegeleverd) op de elementen van de hoofdklep.
Duw op de schakelaar Z om de noodpomp te activeren.
Duw de hendel van de hoofdklep in de stand voor de gewenste beweging.
Door in de manuele wijze met de noodbedieningen te werken zal de lastbegrenzer niet ingrijpen.
Z
B
A
70 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Gebruiksaanwijzing
Indicator motorconditie
Als het DPF waarschuwingslampje en/of het indicatielampje "Ernstige motorfout" gaan branden, dient u contact op te nemen met servicepersoneel.
Na elk gebruik
1 Selecteer een geschikte parkeerplek —
stevige, vlakke ondergrond, uit de buurt van obstakels en verkeer.
2 Trek de stempels in.
3 Trek de arm in en breng hem omlaag in de
opbergstand.
4 Zet de transmissiehendel op neutraal.
5 Schakel de parkeerrem in.
6 Plaats de borgpen van de zwenkende
bovenstructuur.
7 Zet de sleutelschakelaar in de uit-stand en
haal de sleutel weg als beveiliging tegen gebruik door onbevoegden.
Rijden over de weg of het werkterrein
Houd u bij het rijden over de openbare weg strikt aan de lokale of nationale verkeersregels. Zorg ervoor dat de volgende voorzorgsmaatregelen getroffen zijn voordat u de openbare weg op gaat:
• Start de motor.
• Lijn de achterwielen uit met het chassis.
• Vergrendel de zwenkende bovenstructuur met
de borgpen.
• Klap de drijvende vorken op zoals hieronder is
afgebeeld
Beweeg de cilinder voor vorkenkanteling niet terwijl de drijvende vorken achterover geklapt zijn, want daardoor zou de machine beschadigd kunnen worden.
Trek de arm in en breng hem omlaag.
Zet de keuzeschakelaar Werkplek/Weg/Platform op „Wegmodus”.
Controleer of lichten, geluidssignalen, richtingaanwijzers goed functioneren.
De rijsnelheid van de machine hangt af van het motortoerental en de geselecteerde versnelling.
Rijden op de openbare weg is alleen
toegestaan met een machine zonder last. De machine is niet geschikt om aanhangers te trekken.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 71
Mei 2015
Gebruiksaanwijzing
Tweede uitgave - Eerste druk
Een defecte machine verplaatsen
Het wegslepen van een machine is alleen aangeraden als er geen andere oplossing bestaat, want het kan grote schade veroorzaken aan de transmissie. Repareer wanneer mogelijk de machine ter plekke. Als de machine moet worden versleept:
1. Schakel de parkeerrem uit.
2. Zet de transmissie in neutrale stand (zie volgende pagina).
3. Selecteer de tweewielbesturing.
4. Verbind een starre trekbalk met een van de twee bevestigingspunten op de vooras.
5. Indien mogelijk, start de motor om gebruik te maken van de hydraulische aandrijving en van het remsysteem.
6. Sleep de machine over korte afstanden en op lage snelheid (minder dan 5 km/u).
De parkeerrem uitschakelen
Gebruik wielblokken op alle wielen om te
voorkomen dat het voertuig gaat bewegen wanneer de parkeerrem uitgeschakeld wordt.
Doe het volgende om de negatieve rem van een defecte machine los te zetten:
verwijder de drie borgschroeven (1) aan beide
zijden van de vooras met een zeskantsleutel van 8 mm. Opmerking: houd tijdens deze handeling de speciale schroeven (2) op hun plaats door middel van een combinatiesleutel van 25 mm.
Draai de remontkoppelingsschroeven (3) naar
binnen door ze achtereenvolgens een halve slag te draaien in de volgorde (A, B, C), totdat ze helemaal los zijn (4÷5 slagen).
Stuur eventueel aanwezig personeel weg uit
het gebied alvorens de blokkering van elk van de vier banden te verwijderen en sleep het voertuig naar een geschikte plaats.
De parkeerrem inschakelen
Gebruik wielblokken op alle wielen om te
voorkomen dat het voertuig gaat bewegen voordat u een handeling gaat verrichten.
Om de negatieve parkeerrem weer te activeren:
Verwijder de borgschroeven (1) en draai alle remontkoppelingsschroeven (3) aan de twee zijden van de vooras los tot het slageinde (tot aanraking van de speciale schroeven 2). Opmerking: verplaats de speciale schroeven (2) niet.
Monteer de borgschroeven (1) op de speciale schroeven (2).
Haal de speciale schroeven (2) aan met een koppel van 30 Nm, maak vervolgens de borgschroeven (1) aan de twee uiteinden vast met een koppel van 20 Nm.
72 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
De transmissie in neutraal zetten
Versleep de machine niet zonder eerst de transmissie in neutraal te hebben gezet.
Om de transmissie in neutraal te zetten:
Draai de schroef M8X25 1 los
Verwijder de kap n 2
Beweeg pen nr. 3 met een M10 uittrekgereed­schap
tot beide schakelaars zijn geactiveerd
Assembleer de componenten weer. Aanhaal­koppel van schroef nr. 1 is 23Nm (+5%/-15%)
Deze noodhandeling moet worden uitgevoerd met uitgeschakelde motor en de machine op een rechte ondergrond.
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Gebruiksaanwijzing
3
1
2
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 73
Mei 2015
78 mm
Parkeren en opslag
Tweede uitgave - Eerste druk
Korte inactiviteit
Parkeer de machine altijd veilig na een werkdag, een werkdienst of 's nachts. Tref alle voorzorgsmaatregelen om letsel te voorkomen voor al degenen die de machine naderen terwijl deze stilstaat:
• Parkeer de machine zo dat hij andere
werkzaamheden niet hindert.
• Trek de arm in en en zet hem aan de grond.
• Schakel de transmissie uit en schakel de
parkeerrem in.
• Haal de sleutel uit het contact en doe de
cabinedeur op slot.
Koppel de accu af door de isolatieschakelaar (deze zit in de motorbehuizing) op de UIT-stand te draaien (zie het deel Inspectie van stickers).
+
-
+
-
09.4618.1678
Opslag van de machine
Als de machine lange tijd niet zal worden gebruikt, moeten de bovenstaande voorzorgsmaatregelen worden getroffen. Verder:
• Was de machine grondig af. Verwijder, met het oog op een betere reiniging, roosters en beschermkappen.
• Maak alle machinedelen zorgvuldig droog met perslucht.
• Smeer de machine grondig.
• Voer een inspectie uit door om de machine heen te lopen en eventuele versleten of beschadigde onderdelen te vervangen.
• Verf eventuele versleten of beschadigde delen.
• Verwijder de accu, vet de klemmen in met vaseline en berg de accu op een droge plaats op. De accu kan worden gebruikt voor andere doeleinden. Controleer anders het oplaadniveau regelmatig.
• Vul de tank om interne oxidatie te voorkomen.
• Sla de machine op een overdekte, goed geventileerde plaats op.
• Start de motor eenmaal per maand en laat hem ongeveer 10 minuten draaien.
• Maak bij zeer koud weer de radiateur leeg.
Denk er altijd aan dat het routine-onderhoud ook moet worden uitgevoerd gedurende inactieve perioden van de machine. Let vooral op de vloeistofpeilen en de onderdelen die onderhevig zijn aan veroudering. Alvorens de machine opnieuw te starten, moet de inspectie voor gebruik worden uitgevoerd en moeten alle mechanische, hydraulische en elektrische onderdelen zorgvuldig worden gecontroleerd.
74 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Parkeren en opslag
De machine reinigen en wassen
Maak de machine schoon volgens deze aanwijzingen:
• Verwijder olie- of vetsporen met een droog oplosmiddel of vluchtige minerale alcohol
• Alvorens een nieuw onderdeel te monteren, moeten eventuele beschermingsproducten (roestwerend middel, vet, was etc.) worden verwijderd.
• Verwijder eventuele roest van metalen onderdelen met wat schuurlinnen alvorens het onderdeel in te wrijven met een beschermend product (roestwerend middel, verf, olie etc.).
Gebruik geen water onder hoge druk om de machine, en vooral de hoofdklep, de magneetkleppen, de elektrische onderdelen en de elektrische draaikoppeling, indien aanwezig, schoon te maken.
Reiniging van de buitenkant
Controleer alvorens de machine te reinigen of de motor uit is en of de ruiten en deuren goed gesloten zijn. Gebruik nooit brandstof om de machine schoon te maken. Gebruik water of stoom. Maak in koude omgevingen de sloten droog nadat ze gereinigd zijn, of smeer ze in met een antivriesmiddel. Controleer de conditie van de machine alvorens haar weer te gebruiken.
Reiniging van de binnenkant
Maak de binnenkant van de machine alleen schoon met wat water en een spons. Gebruik geen waterstralen onder druk. Aan het einde met een doek afdrogen.
Reiniging van de motor
Bescherm het luchtinlaatfilter voordat u de motor gaat schoonmaken, om te voorkomen dat er water in het circuit kan binnendringen.
Afvoer van de machine als afval
Aan het einde van de levensduur van de
machine moet een gespecialiseerd bedrijf worden gecontacteerd om de machine als afval te laten verwerken in overeenstemming met de lokale of nationale voorschriften.
Afvoer van accu's als afval
Gebruikte loodzuuraccu's mogen niet als
normaal vast industrieel afval worden verwerkt. Vanwege de aanwezigheid van schadelijke stoffen moeten ze ingezameld, geëlimineerd of gerecycled worden volgens de voorschriften va de EU.
Gebruikte accu's moeten apart en op een
droge plaats bewaard worden. Zorg dat de accu droog is en de celdoppen goed dicht zitten. Breng een bord op de accu aan om te waarschuwen dat hij niet mag worden gebruikt. Als de accu voordat hij als afval wordt verwerkt in de open lucht wordt gelaten, moet hij worden afgedroogd, moeten de kast en de elementen met een laagje vet worden ingesmeerd en moeten de doppen goed worden afgedicht. Zet de accu niet op de grond; geadviseerd wordt hem op een pallet te zetten en af te dekken. Accu's moeten zo snel mogelijk al afval worden verwerkt.
Indien de machine in een maritieme of
soortgelijke omgeving moet worden gebruikt, moet zij tegen zoutafzettingen worden beschermd met een geschikte behandeling om roest te voorkomen.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 75
Mei 2015
Aanwijzingen voor transport en heffen
5 Verzeker u er voor het laden voor transport van
Houd u aan het volgende:
5 Genie geeft deze informatie omtrent het
bevestigen als aanbeveling. Alleen de chauffeurs zijn er verantwoordelijk wordt dat gecontroleerd wordt of machines naar behoren vastgezet zijn en de juiste aanhanger is gekozen volgens de transportvoorschriften, andere plaatselijke verordeningen en het bedrijfsbeleid.
5 Klanten van Genie die een hefwerktuig of
product van Genie in een container moeten vervoeren, moeten een erkende expediteur zoeken die ervaren is in het voorbereiden, laden en vastzetten van bouw- en hefwerktuigen voor internationaal vervoer.
dat er geen modder, sneeuw en ijs aanwezig zijn op het laadvlak, de oprijplanken en de machinebanden. Is dat wel het geval, dan kan de machine wegglijden.
5 Verzeker u ervan dat de capaciteit van
het voertuig, de laadvlakken en kettingen of banden voldoende sterk zijn om het machinegewicht te kunnen dragen. Genie verreikers zijn zeer zwaar gezien hun omvang. Zie het serielabel voor het machinegewicht. Zie het deel "Inspecties" voor de plaats van het serielabel.
Tweede uitgave - Eerste druk
5 Alleen erkende operators mogen de machine
op of van de truck af verplaatsen.
5 Het transportvoertuig moet op een vlakke
ondergrond zijn geparkeerd.
5 Het transportvoertuig moet geblokkeerd zijn
om te voorkomen dat het wegrijdt terwijl de machine wordt geladen.
76 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Aanwijzingen voor transport en heffen
De truck of aanhanger vastzetten voor transport
Draai de sleutelschakelaar in de uit-stand en haal de sleutel weg alvorens de machine te transporteren.
Inspecteer de hele machine op losse of niet­vastgezette voorwerpen.
Zorg dat de deur en de deurruiten goed vergrendeld en vastgezet zijn (indien aanwezig).
Zet de verreiker, voordat hij geladen wordt, horizontaal en trek de arm in.
Trek de stempels in. Blokkeer de bovenstructuur. Gebruik een spotter bij het laden en lossen van de
verreiker. Houd de arm zo laag mogelijk tijdens het laden en lossen.
Schakel de parkeerrem in.
GTH 4016 R - GTH 4018 R
Het chassis vastzetten
Gebruik kettingen met een ruim belastingsvermogen.
Gebruik minimaal 6 kettingen. Er zijn 8 bevestigingspunten, vier aan elke kant van de machine.
Laat de vorken of het aanbouwdeel helemaal dalen op de laadvloer. Zet de vorken of het aanbouwdeel vast met een geschikte band of ketting, om te voorkomen dat ze gaan bewegen.
Pas de bevestigingen aan om schade aan de kettingen te voorkomen.
Opmerking: Zie voor informatie over het lastzwaartepunt het deel Aanwijzingen voor het heffen in dit handboek.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 77
Mei 2015
Aanwijzingen voor transport en heffen
GTH 5021 R
Tweede uitgave - Eerste druk
78 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Aanwijzingen voor transport en heffen
Aanwijzingen voor het heffen
Laat de arm helemaal zakken en trek hem in.
Trek de stempels in.
Blokkeer de bovenstructuur.
Houd u aan het volgende:
5 Alleen gekwalificeerde riggers mogen de
machine aanslaan.
5 Alleen gediplomeerde kraanbestuurders
mogen de machine heffen, en wel uitsluitend in overeenstemming met de kraanvoorschriften die van toepassing zijn.
5 Verzeker u ervan dat de kraancapaciteit, de
laadvlakken en banden of kabels voldoende sterk zijn om het machinegewicht te kunnen dragen. Zie het serielabel voor het machinegewicht.
GTH 4016 R
1292 mm hoogte boven de grond892 mm offset achterkant1236 mm offset zijkant
Stel het zwaartepunt van uw machine vast aan de hand van de afbeelding op deze pagina.
Verwijder alle losse voorwerpen die zich op de machine bevinden.
Bevestig de kettingen/banden aan de beoogde hijspunten op de machine.
Pas de bevestigingen aan om beschadiging van de machine te voorkomen en om de machine horizontaal te houden.
GTH 4018 R
1385 mm hoogte boven de grond
900 mm offset achterkant1236 mm offset zijkant
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 79
Mei 2015
Aanwijzingen voor transport en heffen
GTH 5021 R
Tweede uitgave - Eerste druk
1280 mm hoogte boven de grond1444 mm offset achterkant874 mm offset zijkant
80 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Houd u aan het volgende:
5 De werkzaamheden voor routineonderhoud die
in dit handboek worden opgegeven, dienen te worden verricht door de bestuurder.
5 Inspecties voor gepland onderhoud moeten
worden verricht door gekwalificeerde servicemonteurs, in overeenstemming met de specificaties van de fabrikant en de vereisten in het handboek omtrent de verantwoordelijkheden.
Legenda onderhoudssymbolen
De volgende symbolen zijn in dit handboek gebruikt als hulpmiddel bij het communiceren van de bedoeling van de instructies. Wanneer een of meer symbolen aan het begin van een onderhoudsprocedure worden weergegeven, heeft dit de volgende betekenis.
Geeft aan dat er gereedschappen nodig zijn om deze procedure uit te voeren.
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Onderhoud
Bandenspanning controleren
Omkantelgevaar. Een te sterk opgepompte
band kan ontploffen, waardoor de stabiliteit van de machine wordt aangetast en de machine kan omkantelen.
Omkantelgevaar. Het gebruik van producten
voor tijdelijke reparaties van defecte banden kan uitval van de band tot gevolg hebben, waardoor de stabiliteit van de machine wordt aangetast en de machine kan omkantelen.
Gevaar voor persoonlijk letsel. Een te sterk
opgepompte band kan ontploffen en de dood of ernstig letsel veroorzaken.
Opmerking: deze procedure hoeft niet te worden uitgevoerd op machines met banden met schuimvulling.
1 Controleer elke band met een luchtdrukmeter.
Voeg lucht toe zoals nodig is.
Technische gegevens van wielen en banden
GTH 4016 R - 4018 R
Band 18R x 19.5 16 PR
Velg 14 x 19.5
Wiel 10 gaten DIN 70361
Bandenspanning 5,5 bar (80 psi)
Geeft aan dat er nieuwe onderdelen nodig zijn om deze procedure uit te voeren.
Geeft aan dat een koude motor nodig is om deze procedure uit te voeren.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 81
Technische gegevens van wielen en banden
GTH 5021 R
Band 18R x 19.5 TL XF
Velg 14 x 19.5
Wiel 10 gaten DIN 70361
Bandenspanning 7,5 bar (109 psi)
Mei 2015
Onderhoud
Tweede uitgave - Eerste druk
Motoroliepeil controleren
Het handhaven van het juiste motoroliepeil is van fundamenteel belang voor goede motorprestaties en een lange levensduur. Als de machine wordt gebruikt met een onjuiste oliepeil, kunnen de motorcomponenten beschadigd raken.
Opmerking: Controleer het oliepeil met de motor uit en op een vlakke ondergrond.
1 Controleer de oliepeilstok. Voeg olie toe zoals nodig is.
Perkins 854E-E34TA, STAGE III B (EU model)
Olie type SHELL RIMULA R4 L 15W-40
Perkins 1104D-E44T, STAGE III A
Olie type SHELL RIMULA R4 L 15W-40
Eisen aan de diesel
Hydraulische oliepeil controleren
Het handhaven van de hydraulische olie op het juiste peil is van essentieel belang voor de werking van de machine. Onjuiste hydraulische oliepeilen kunnen de hydraulische componenten schaden. Degene die de inspecties verricht kan door dagelijkse controles veranderingen in het oliepeil vaststellen die erop kunnen wijzen op problemen in het hydraulische systeem.
1 Zorg dat de motor uit staat, het chassis vlak is
en de arm in de opbergstand.
2 Bekijk het kijkglas op de linkerkant van de
hydraulische olietank.
~ Resultaat: Het hydraulische oliepeil moet
halverwege het kijkglas staan.
3 Voeg olie toe zoals nodig is. Voeg niet te veel
toe.
Goede motorprestaties hangen af van het gebruik van brandstof van goede kwaliteit. Het gebruik van brandstof van goede kwaliteit levert het volgende op: een lange levensduur van de motor en aanvaardbare niveaus van de uitlaatgassen.
De Stage III B dieselmotor mag alleen worden gebruikt met brandstof met een zeer laag zwavelgehalte. Het zwavelgehalte van deze brandstof moet lager zijn dan 15 PPM
Brandstof
Perkins 854E-E34TA, STAGE III B (EU model)
Brandstoftype ltralaagzwavelige brandstof (ULSD)
Perkins 1104D-E44T, STAGE III A
Brandstoftype Diesel
Tank 205 L 54 gal
Specicaties van de hydraulische olie
Type hydraulische olie
GAZPROMNEFT HYDRAULIC HDZ 46
82 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Onderhoud
Motorkoelvloeistofpeil controleren
-
vloeistofgekoelde modellen
Het handhaven van de motorkoelvloeistof op het juiste peil is van essentieel belang voor de levensduur van de machine. Een onjuist koelvloeistofniveau is van invloed op het koelvermogen van de motor en zal de motorcomponenten schaden. Degene die de inspecties verricht kan door dagelijkse controles veranderingen in het koelvloeistofpeil vaststellen die kunnen wijzen op problemen in het koelsysteem.
1 Bekijk het kijkglas op de bovenkant van de
radiateur.
~ Resultaat: Het vloeistofpeil moet halverwege
het kijkglas staan.
Gevaar voor persoonlijk letsel. Vloeistoffen
in de radiateur staan onder druk en zijn zeer heet. Wees voorzichtig bij het verwijderen van de dop en toevoegen van vloeistoffen.
Spiegels controleren
Het onderhoud van indirecte visuele hulpmiddelen is fundamenteel voor een goed zicht op de werkplek.
1. Inspecteer met het oog alle spiegels, om na te gaan of ze goed functioneren, schoon zijn en geen rommel bevatten.
De accu controleren
Een goede conditie van de accu is van essentieel belang voor goede motorprestaties en een veilige werking. Onjuiste vloeistofniveaus of beschadigde kabels en aansluitingen kunnen resulteren in beschadiging van componenten en gevaarlijke situaties.
Gevaar voor elektrische schokken. Contact
met hete of spanningvoerende circuits kan resulteren in de dood of ernstig letsel. Doe ringen, horloges en andere sieraden af.
Gevaar voor persoonlijk letsel. Accu's bevatten
zuur. Mors accuzuur niet en raak het niet aan. Neutraliseer gemorst accuzuur met zuiveringszout en water.
1 Draag beschermende kleding en een
oogbescherming.
2 Zorg dat de aansluitingen van de accukabel
stevig vastzitten en vrij zijn van corrosie.
3 Controleer of de neerhoudbeugels van de
accu op hun plaats en goed vast zitten.
Opmerking: door klembeschermers en corrosieremmend afdichtmiddel te gebruiken, wordt corrosie van de accuklemmen en kabels tegengegaan.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 83
Mei 2015
Onderhoud
Terug in fase brengen van de telescopische arm (alleen voor GTH-4016 R)
Indien gedurende het normale bedrijf een verandering van 150mm of meer in de uitgeschoven lengte van de arm wordt bemerkt wanneer de arm is ingetrokken, als volgt te werk gaan:
1 De telescoopcilinder volledig ingetrokken en
het intreksysteem onder druk houden (ca. 15 seconden); de armsecties behoren gelijk te worden.
Tweede uitgave - Eerste druk
Als na het uitvoeren van deze procedure de arm nog steeds uit fase is, onderstaande stappen uitvoeren;
2 De arm naar de nulstand brengen, de arm
volledig intrekken en het intreksysteem ca. 20 seconden onder druk houden.
3 De arm tot ca. 60° heffen en de intrekfunctie
ca. 20 seconden activeren.
4 De volledig ingetrokken arm naar de laagst
mogelijke hoek laten zakken zonder de grond te raken en het intreksysteem ca. 20 seconden onder druk houden.
Als ondanks deze procedures de arm niet terug in fase komt, de arm tot ca. 60° heffen, volledig uitschuiven en over de volle slag intrekken en het intreksysteem onder druk houden (ca. 20 seconden).
Door deze procedures te volgens, zou de arm weer correct in fase moeten worden gebracht.
84 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Gepland onderhoud
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Onderhoud
Op machines die langer dan drie maanden buiten bedrijf zijn geweest, moet de driemaandelijkse inspectie worden uitgevoerd voordat ze weer in gebruik mogen worden genomen.
Model
Serienummer
Datum
Urenteller
Eigenaar machine
Geïnspecteerd door (blokletters)
Handtekening inspecteur
Titel inspecteur
Bedrijf inspecteur
Instructies
· Maak kopieën van dit rapport om ze te gebruiken voor elke inspectie.
· Selecteer de passende controlelijst(en) voor het type inspectie dat moet worden uitgevoerd.
Dagelijks of om de 8 uur
Inspectie: A
· Plaats een vinkje in het passende vakje nadat
elke inspectieprocedure is voltooid.
· Gebruik de stapsgewijze procedures in dit deel om te leren hoe deze inspecties moeten worden uitgevoerd.
· Als het resultaat van een van de inspecties „N” is, label de machine en dan en stel haar buiten dienst om haar te repareren en opnieuw te inspecteren. Plaats na de reparatie een vinkje in het veld „R”.
Controlelijst A J N R
A-1 Handboeken en stickers
A-2 Inspectie voor het gebruik
A-3 Functietests
A-4 De arm smeren
A-5 Motoronderhoud -
Perkins-modellen
Uitvoeren na 40 uur:
A-6 Noodpomp (indien aanwezig)
Uitvoeren na 50 uur:
A-7 Asonderhoud
Uitvoeren na 150 uur:
A-8 Asonderhoud
Reserveonderdelen voor vergrendelingen
Display en kaart lastbegrenzer
Activeringsschakelaar op joystick
56.0016.0066
07.0741.0012
Schakelaar noodpomp 07.0703.0430
Noodknop 07.0703.0441
Stoelschakelaar 07.0740.0498
Magneetsensor interface
Krachtmeetpen
56.0012.0066
09.0802.0042
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 85
Mei 2015
Onderhoud
A-1 Handboeken en stickers inspecteren
Tweede uitgave - Eerste druk
De specificaties van Genie vereisen dat deze procedure om de 8 uur of dagelijks worden uitgevoerd (de periode die het eerst verstrijkt).
Het is voor een correct en veilig gebruik van de machine van groot belang dat de bedienings- en veiligheidshandleidingen in goede conditie worden gehouden. Handboeken worden bij elke machine geleverd en moeten worden opgeborgen in de houder in de bestuurdersruimte. Een onleesbaar of ontbrekend handboek voorziet niet in de informatie over de veiligheid en de bediening die noodzakelijk is om de machine correct en veilig te kunnen gebruiken.
Daarnaast is het verplicht om alle veiligheids- en instructiestickers in goede conditie te houden, met het oog op een correct en veilig gebruik van de machine. Stickers maken bestuurders en personeel attent op mogelijke gevaren die gepaard gaan met het gebruik van deze machine. Bovendien voorzien ze gebruikers van informatie voor de bediening en het onderhoud. Een onleesbare sticker maakt het personeel niet attent op een procedure of gevaar, en zou kunnen leiden tot gevaarlijke werkomstandigheden.
1 Controleer of de bedienings- en veiligheidshand-
boeken aanwezig en volledig zijn, en voorhanden in de houder in de bestuurdersruimte.
9 Resultaat: Het bedieningshandboek is niet het
juiste voor de machine, of niet alle handboeken zijn in goede conditie of leesbaar. Stel de machine buiten bedrijf totdat het handboek is vervangen.
3 Open het bedieningshandboek op het deel
„Inspectie van de stickers”. Inspecteer alle stickers op de machine zorgvuldig en grondig op leesbaarheid en schade.
~ Resultaat: De machine is voorzien van alle
vereiste stickers en alle stickers zijn leesbaar en in goede conditie.
9 Resultaat: De machine is niet voorzien van
alle vereiste stickers, één of meer stickers zijn onleesbaar of in slechte conditie. Stel de machine buiten bedrijf totdat de stickers zijn vervangen.
4 Doe de handboeken na gebruik altijd terug in de
opbergruimte.
Opmerking: Neem contact op met uw erkende Genie distributeur of met Genie Industries als u vervangende handboeken of stickers nodig heeft.
2 Bekijk de pagina's van elk handboek om te
verzekeren dat ze leesbaar en in goede conditie zijn.
~ Resultaat: Het bedieningshandboek is het juiste
handboek voor de machine en alle handboeken zijn leesbaar en in goede conditie.
86 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Onderhoud
A-2 Inspectie voor het gebruik uitvoeren
De specificaties van Genie vereisen dat deze procedure om de 8 uur of dagelijks worden uitgevoerd (de periode die het eerst verstrijkt).
Voor een correct en veilig gebruik van de machine moet een volledige voorafgaande inspectie worden uitgevoerd. De inspectie voor het gebruik is een visuele inspectie door de bestuurder, die voor elke werkbeurt moet worden uitgevoerd. De inspectie is erop gericht om te ontdekken of er iets duidelijk mis is met een machine, voordat de bediener de functietests uitvoert. De inspectie voor het gebruik dient ook om vast te stellen of er routineonderhoudsprocedures nodig zijn.
A-3 Functietests uitvoeren
De specificaties van Genie vereisen dat deze procedure om de 8 uur of dagelijks worden uitgevoerd (de periode die het eerst verstrijkt).
Voor een veilig gebruik van de machine moeten volledige functietests worden uitgevoerd. De functietests zijn bedoeld om eventuele storingen te ontdekken voordat de machine in gebruik wordt genomen. Een niet goed functionerende machine mag nooit worden gebruikt. Als er storingen worden ontdekt, dient de machine te worden voorzien van een label en uit bedrijf te worden genomen.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 87
Mei 2015
Onderhoud
Tweede uitgave - Eerste druk
A-4 De arm smeren
De specificaties van Genie vereisen dat deze procedure om de 8 uur of dagelijks worden uitgevoerd (de periode die het eerst verstrijkt).
Het smeren op bepaalde punten is van essentieel belang voor goede machineprestaties en een lange levensduur. Als de machine zonder of met weinig vet wordt gebruikt, presteert ze mogelijk slecht en als ze langere tijd in dergelijke conditie wordt gebruikt, kunnen er componenten stuk gaan.
1 Schuif de arm helemaal uit en hef hem op,
trek de arm vervolgens in en controleer hierbij of hij soepel beweegt. Er moet een dun laagje smeermiddel op de contactvlakken van het slijtblok zitten.
~ Resultaat: De arm werkt soepel en er is een
laagje smeermiddel zichtbaar. Ga naar stap 5.
9 Resultaat: De arm schuift niet soepel uit en
in, en er is geen smeermiddel zichtbaar op de contactvlakken van het slijtblok. Ga naar stap 2.
2 Breng een dun laagje vet aan op de onderkant van
armbuis 3, op de plaats waar hij contact maakt met de onderste slijtblokken van armbuis 2.
A-5 Onderhoud op de motor uitvoeren ­Perkins-modellen
Opmerking: De motorspecificaties vereisen dat deze procedure om de 8 uur of dagelijks wordt uitgevoerd (de periode die het eerste verstrijkt).
Motoroliepeil - controleren Koelvloeistofpeil - controleren/toevoegen Filter/waterscheider van brandstofsysteem ­aftappen Dichtheid van de motor - op lekken controleren Uitlaatsysteem - op lekken controleren
De vereiste onderhoudsprocedures en verdere informatie over de motor zijn te vinden in het Perkins 1104D Bedienings- en onderhoudshandboek (Perkins ond. nr. SEBU8172-02),
Perkins 854 Bedienings- en onderhoudshandboek
(Perkins ond. nr. SEBU8726-01).
Perkins 1104D-E Bedienings- en onderhoudshandboek
Genie onderdeelnummer
Perkins 854 Bedienings- en onderhoudshandboek
Genie onderdeelnummer
57.4700.0000
57.4700.0001
3 Breng een dun laagje vet aan op de onderkant van
armbuis 2, op de plaats waar hij contact maakt met de onderste slijtblokken van armbuis 1.
4 Smeer de slijtblokken aan de boven- en zijkanten
van de armbuis.
5 Breng de arm terug in de opbergstand.
Vetspecicaties
PTFE INTERFLON FIN GREASE LS 2
Genie onderdeelnummer 09.4693.0000
88 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Onderhoud
A-6 Bediening van de noodpomp (indien aanwezig)
1 Stop de motor.
2 Druk op de rode noodstopknop.
3 Druk de aan/uit-knop van de hulppomp in en houd
hem ingedrukt.
~ Resultaat: Bedien de joystick om de arm te
bewegen en na te gaan of de beweging wordt uitgevoerd.
A-7 Asonderhoud uitvoeren
Opmerking: Gezien de technische gegevens van de as moet deze procedure worden uitgevoerd na 50 uren.
Oliepeil - controleren/toevoegen
De vereiste onderhoudsprocedures en verdere informatie over de as zijn te vinden in het
Carraro 26.32M Asonderhoud- en reparatiehandboek
(Carraro ond. nr. CA270015 - Vooras, CA270016 ­Achteras).
Carraro 26.32M Instructies voor onderhoud en reparatie van de vooras
Genie onderdeelnummer (Bibliotheek van Genie Instructies)
Carraro 26.32M Instructies voor onderhoud en reparatie van de achteras
Genie onderdeelnummer (Bibliotheek van Genie Instructies)
57.4700.0002
57.4700.0003
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 89
Mei 2015
Onderhoud
A-8 Asonderhoud uitvoeren
Opmerking: Gezien de technische gegevens van de as moet deze eenmalige procedure worden uitgevoerd na 150 bedrijfsuren.
Asolie verversen Magnetische oliepluggen reinigen Olieontluchter - reinigen As invetten (indien nodig)
De vereiste onderhoudsprocedures en aanvullende informatie over de as zijn te vinden in het
Carraro 26.32M Asonderhoud- en reparatiehandboek
(Carraro ond. nr. CA270015 - Vooras, CA270016 ­Achteras).
Tweede uitgave - Eerste druk
Carraro 26.32M Instructies voor onderhoud en reparatie van de vooras
Genie onderdeelnummer (Bibliotheek van Genie Instructies)
Carraro 26.32M Instructies voor onderhoud en reparatie van de achteras
Genie onderdeelnummer (Bibliotheek van Genie Instructies)
57.4700.0002
57.4700.0003
90 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Aanbouwdelen
Deze machine kan worden uitgerust met verschillende aanbouwdelen.
Gebruik uitsluitend de door Genie goedgekeurde aanbouwdelen die in dit deel zijn gespecificeerd.
Informatie over het monteren en vervangen van aanbouwdelen op de machine is te vinden in het deel “Instructies voor snelle aankoppeling”.
Informatie voor het gebruik van dit aanbouwdeel is te vinden in de bedieningshandleiding van het specifieke aanbouwdeel op de officiële website van Genie: www.genielift.com/en/service-support/manuals
Genie GTH 4016 R - GTH 4018 R Lijst goedgekeurde aanbouwdelen:
• Drijvende vorken
(ond. nr. 55.0750.0118)
• FEM3 Vorken met hydraulische SIDE-SHIFT +/-100mm
(ond. nr. 55.0750.0119)
• UK drijvende vorken L1200 mm doorsn.100x65mm
(ond. nr. 55.0750.0120)
• Laadschop 800 l.
(ond. nr. 59.0201.9022)
• Betonbak 500 l. handmatige lediging
(ond. nr. 59.0401.2028)
• Betonbak 500 l. hydraulische lediging
(ond. nr. 59.0401.2029)
• Betonbak 800 l. handmatige lediging
(ond. nr. 59.0401.2030)
• Betonbak 800 l. hydraulische lediging
(ond. nr. 59.0401.2031)
• Betonmixbak 500 l. volledig hydraulisch
(ond. nr. 59.0401.2016)
• Bakstenenkorf
(ond. nr. 59.0401.2032)
• Vaste haak op plaat
(ond. nr. 59.0700.9013)
• Mechanische jib, lengte 2 m/ inhoud 2000 kg
(ond. nr. 59.0802.3027)
• Mechanische jib, lengte 4 m/ inhoud 900 kg
(ond. nr. 59.0802.3028)
• Hydraulische jib, lengte 4 m/ inhoud 900 kg
(ond. nr. 59.0802.3029)
• Hydraulische lier 4000 kg
(ond. nr. 59.0901.9015)
• Vast man-platform: 2P/300-F
(ond. nr. 59.1111.6013)
• Draaibaar en uitschuifbaar personenplatform: 3P/700-REM 4400 +/- 90°
(ond. nr. 59.1111.6014)
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 91
Mei 2015
Aanbouwdelen
Genie GTH 5021 R Lijst goedgekeurde aanbouwdelen:
Tweede uitgave - Eerste druk
• Drijvende vorken
(ond. nr. 55.0750.0082)
• Side Shift en positioneersysteem vorken
(ond. nr. 59.0601.5027)
• FEM3 Vorken met hydraulische SIDE-SHIFT +/-100mm
(ond. nr. 59.0601.5012)
• UK drijvende vorken L1200 mm doorsn.100x65mm
(ond. nr. 55.0750.0083)
• Laadschop 800 l.
(ond. nr. 59.0201.9008)
• Betonbak 500 l. handmatige lediging
(ond. nr. 59.0401.2012)
• Betonbak 500 l. hydraulische lediging
(ond. nr. 59.0401.2013)
• Betonbak 800 l. handmatige lediging
(ond. nr. 59.0401.2014)
• Betonbak 800 l. hydraulische lediging
(ond. nr. 59.0401.2015)
• Betonmixbak 500 l. volledig hydraulisch
(ond. nr. 59.0401.2016)
• Bakstenenkorf
(ond. nr. 59.0401.2017)
• Vaste haak op plaat
(ond. nr. 59.0700.9007)
• Mechanische jib, lengte 2 m/ inhoud 2000 kg
(ond. nr. 59.0802.3016)
• Mechanische jib, lengte 4 m/ inhoud 900 kg
(ond. nr. 59.0802.3017)
• Hydraulische jib, lengte 4 m/ inhoud 900 kg
(ond. nr. 59.0802.3018)
• Hydraulische lier 4000 kg
(ond. nr. 59.0901.9005)
• Hydraulische lier 5000 kg
(ond. nr. 59.0901.9008)
• Vast man-platform: 2P/300-F
(ond. nr. 59.1111.6013)
• Draaibaar en uitschuifbaar personenplatform: 3P/700-REM 4400 +/- 90°
(ond. nr. 59.1111.6014)
92 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Gevaren op werkplatforms
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Aanbouwdelen
Veiligheid in het werkgebied
Gebruik uitsluitend een door Genie goedgekeurd werkplatform voor personeel.
Hef geen personeel met een verreiker, tenzij hij is uitgerust met een goedgekeurd werkplatform.
De gebruiker of werkgever en de bestuurder moeten verder onderzoek doen naar, en voldoen aan alle lokale, nationale, provinciale of federale voorschriften, verordeningen en normen inzake het gebruik van verreikers met werkplatforms die van toepassing zijn op de werkplek.
Lees en begrijp alle waarschuwingen en instructies die bij het goedgekeurde werkplatform zijn geleverd, en neem ze in acht.
De bestuurder en degenen die op het platform werken moeten op de hoogte zijn van de specifieke gevaren die gepaard gaan met het gebruik van de verreiker met het werkplatform, en alle middelen gebruiken, inclusief de middelen die door de gebruiker of werknemer zijn verstrekt, om deze gevaren te vermijden.
Voer altijd een voorafgaande inspectie uit van het platform, volgens de instructies van Genie, alvorens het te gebruiken.
Veiligheidssystemen op het platform
Al degenen die zich op het werkplatform bevinden moeten gebruik maken van persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM).
Zij moeten een veiligheidsgordel of valbeveiliging dragen, zoals wordt voorgeschreven door overheidsvoorschriften. Bevestig de vallijn aan de verankering in het platform.
Alle persoonlijke beschermingsmiddelen moeten voldoen aan de toepasselijke overheidsvoorschriften en moeten geïnspecteerd en gebruikt worden in overeenstemming met de aanwijzingen van de fabrikant van de beschermingsmiddelen.
Bediening van de verreiker
Rijd niet met de verreiker als er zich mensen op het platform bevinden.
Als er schade of ongeoorloofde wijzigingen worden vastgesteld ten opzichte van de conditie waarin het platform de fabriek verliet, moet het worden gemarkeerd en buiten dienst worden gesteld.
Wijzig het platform niet zonder schriftelijke goedkeuring door Genie.
Gebruik de verreiker niet terwijl er een werkplatform aangekoppeld is voor andere doelen dan het positioneren van de machine.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 93
Mei 2015
Aanbouwdelen
Gevaren door hangende lasten
Tweede uitgave - Eerste druk
Veiligheid in het werkgebied
Algemene veiligheid
Hef een hangende last niet zonder eerst de lokale, nationale, federale of provinciale voorschriften, normen en verordeningen die gelden voor de werkzaamheden te hebben begrepen. Er kunnen aanvullende regels, normen en verordeningen van toepassing zijn. Er kan extra training nodig zijn.
Als een verreiker moet worden gebruikt om een last te verplaatsen, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen worden getroffen voor de veiligheid van de bestuurder.
Lees en begrijp alle waarschuwingen en instructies die bij het aanbouwdeel dat goedgekeurd is voor hangende lasten geleverd zijn, en neem ze in acht.
Alleen naar behoren ontworpen, geteste en goedgekeurde aanbouwdelen mogen worden gebruikt om een hangende last te dragen.
De lasttabellen van de verreiker zijn opgesteld voor lasten met een stationair lastzwaartepunt. Als een hangende last beweegt, kan het lastzwaartepunt veranderen. Om deze reden moet zeer voorzichtig worden gewerkt bij het transporteren en heffen of plaatsen van de last; deze moet in het oog gehouden worden om de kans dat de last gaat bewegen zo laag mogelijk te houden.
Gevaar voor omkantelen
Hef een hangende last niet zonder de juiste, leesbare lasttabel voor de combinatie van verreiker/aanbouwdeel die u gebruikt.
Sta het niet toe
dat de last vrij kan zwaaien. Zet lasten altijd vast, om hun beweging te beperken. Naast het grondpersoneel kunnen de twee hijspunten op het chassis op de voorkant van de machine worden gebruikt om te helpen de last extern te stabiliseren. Kruis de touwen altijd over de tegenoverliggende zijden van de last, om beweging van de last tot het minimum te beperken. Door rijden over hellingen, plotseling starten, stoppen en bochten maken kan de last gaan zwaaien, hetgeen gevaarlijk is als de last niet aan de buitenkant gestabiliseerd is.
Houd de arm zoveel ingetrokken als praktisch is.
94 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Aanbouwdelen
Hef geen hangende lasten wanneer windsnelheden een onveilige situatie kunnen veroorzaken.
Alle bewegingen van de last moeten geleidelijk plaatsvinden en met de laagste praktische snelheid om te voorkomen dat de last gaat schommelen.
Houd het zware deel van de last zo dicht mogelijk bij het aanbouwdeel.
Sleep of trek een last nooit zijwaarts.
Hef de last verticaal; trek nooit horizontaal aan een last, want daardoor zou deze te sterk kunnen zwaaien.
Het gewicht van alle bevestigingsmiddelen (hijsbanden, sluitingen etc.) moet als onderdeel van de last worden beschouwd.
Zoek de juiste hefpunten van de last op, en houd hierbij rekening met het lastzwaartepunt en de stabiliteit van de last.
Probeer niet de chassisnivellering van de verreiker te gebruiken om een zwaaiende last te compenseren of om de last aan te passen nadat hij geheven is.
Probeer nooit vaste of verankerde lasten te verplaatsen.
Laat de verreiker niet onbewaakt achter met een hangende last.
Houd de arm en last zo laag als mogelijk is met behoud van het zicht in de rijrichting.
Gebruik geen enkele bediening om de last tijdens de beweging te herpositioneren. Alvorens de last terug te plaatsen, stop langzaam de machine.
Probeer niet om hellingen over te steken, want het lastzwaartepunt zal dan naar de kantellijn bewegen waardoor de stabiliteit afneemt.
Rijd hellingen altijd uiterst voorzichtig op en af, want het lastzwaartepunt verplaatst zich naar de kantellijn, waardoor de stabiliteit afneemt
Parkeer niet op een helling.
Om hellingen met een last op te gaan, beweeg altijd met de vooruit versnelling, en houd de last zo laag mogelijk.
Om hellingen met een last af te gaan, beweeg altijd met het voertuig achteruit.
Om hellingen op te gaan met een lege laadschop, beweeg altijd met het voertuig achteruit.
Om hellingen af te gaan met een volle laadschop, beweeg altijd met het voertuig vooruit.
Laat hangende lasten niet schommelen.
Versleep geen lasten terwijl ze aan de haak bevestigd zijn.
Hangende lasten hebben een eigen beweging, daarom kunnen ze onvoorspelbare effecten hebben op de stabiliteit van de machine. Werk zeer voorzichtig.
Beweeg niet sneller dan loopsnelheid (2 mph / 3,2 km/u) met een hangende last.
Start, beweeg, draai en stop langzaam om instabiele toestanden of schommelingen te voorkomen.
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 95
De vaste haak is ontworpen om de last te dragen die aangegeven staat op de zijkant ervan. Het maximale draagvermogen komt overeen met het nominale vermogen van de verreiker waarop hij aangebracht is en staat aangegeven in de lasttabel die met het aanbouwdeel is meegeleverd.
Mei 2015
Aanbouwdelen
Tweede uitgave - Eerste druk
Gevaar voor vallen
Hef of hijs geen personeel op.
Gebruik de schop niet om mensen op te tillen of te vervoeren.
Gevaar voor botsingen
Controleer voor het heffen of de last vrij is van eventuele obstakels in de buurt.
Als het zicht belemmerd is of zou kunnen worden in de buurt van of op de plaats waar de last wordt neergezet, moet de bestuurder alternatieve of aanvullende middelen gebruiken om de last veilig te heffen, bijvoorbeeld een gekwalificeerde aanwijzer.
Aanwijzers moeten ononderbroken communiceren (verbaal of met de handen) en voortdurend oogcontact houden met de bestuurder.
Gevaar voor beknelling
Laat de aanwijzer nooit tussen de hangende last en een ander voorwerp komen (zoals de verreiker zelf).
Alvorens een onderhoudsbeurt uit te voeren op de mixbak, deze op de grond plaatsen, de machine stilzetten, de startsleutel uit het contact halen en de cabinedeur op slot doen om te voorkomen dat iemand bij het bedieningspaneel zou kunnen komen.
Gevaar voor vallende voorwerpen
Hef de last niet in het
aangegeven valgebied.
Gebruik de machine niet indien er onder de last of in het valgebied personen aanwezig zijn.
Hijs geen lasten met hijsbanden of kettingen aan de vorken of de vorkendrager.
Hef geen op elkaar geplaatst lasten.
Bind ronde lasten (zoals olievaten) vast met banden of touwen en rijd op lage snelheid.
96 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Mei 2015Tweede uitgave - Eerste druk
Aanbouwdelen
Een hangende last opheffen
Controleer of het landingspunt vlak is en de last veilig kan dragen.
Zet het aanbouwdeel goed vast aan de verreiker
Nivelleer het frame op de verreiker.
Zet de last vast om de beweging ervan te beperken.
Vraag een aanwijzer om te assisteren bij het heffen van de last als het zicht belemmerd wordt op de werkplek.
Zorg dat de aanwijzer voortdurend blijft communiceren en oogcontact houdt.
Hef de arm en last, met de arm zover ingetrokken als praktisch is, langzaam en geleidelijk, en zorg dat de last en de arm zo laag bij de grond blijven als praktisch is.
Zorg dat alle bewegingen van de arm en de aanbouwdelen zo langzaam worden uitgevoerd als praktisch is om het zwaaien van de last te voorkomen.
Rijden
Controleer of de rijroute vlak is en in staat is om de verreiker met zijn last te ondersteunen.
Houd de arm en last zo laag als mogelijk is met behoud van het zicht in de rijrichting.
Vraag een aanwijzer om u te assisteren bij het rijden als het zicht belemmerd wordt in de rijrichting.
Gevaar voor beknelling of botsing. Zorg dat de aanwijzers voortdurend blijft communiceren en altijd oogcontact houdt.
Verplaats de last pas nadat de verreiker helemaal tot stilstand is gebracht.
Start, stop, beweeg en draai langzaam om onstabiele toestanden of zwaaien te voorkomen.
Rijd niet sneller dan loopsnelheid (<2 mph / 3,2 km/u).
Ond. nr. 57.0009.0630 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R 97
Mei 2015
Aanbouwdelen
Tweede uitgave - Eerste druk
De last plaatsen
Vraag een aanwijzer om te assisteren bij het plaatsen van de last als het zicht belemmerd wordt op de werkplek.
Zorg dat de aanwijzers voortdurend blijft communiceren en altijd oogcontact houdt.
Stop volledig in de buurt van het landingspunt.
Schakel de parkeerrem in en zet de transmissie in neutrale stand.
Plaats de last langzaam en geleidelijk boven het landingspunt en laat de last zakken totdat hij veilig wordt ondersteund.
Nadat de last is geland, laat u de arm verder zakken totdat de bevestigingsmiddelen kunnen worden verwijderd.
Aanwijzer
In de volgende gevallen wordt aanbevolen een aanwijzer in te zetten:
als het werkpunt, d.w.z. de route van de last of het gebied bij of op de plaats waar de last wordt neergezet, niet volledig binnen het zicht van de bestuurder valt.
Als terwijl de machine rijdt het zicht in de rijrichting gehinderd wordt.
Vanwege specifieke veiligheidskwesties op de locatie, als ofwel de bestuurder of degene die de last hanteert acht dat een aanwijzer nodig is.
Aanwijzers moeten ononderbroken communiceren (verbaal of met de handen) en voortdurend oogcontact houden met de bestuurder.
Het onderstaande overzicht van handseinen kan als referentie worden gebruikt.
98 GTH 4016 R - GTH 4018 R - GTH-5021 R Ond. nr. 57.0009.0630
Loading...