Geen gevolg geven aan deze waarschuwingen en
aanbevelingen kan resulteren in persoonlijk letsel, schade aan
het vaartuig of toestel, of slecht functioneren van het product.
Lees de gids Belangrijke veiligheids- en productinformatie in de
verpakking voor productwaarschuwingen en andere belangrijke
informatie.
Verwijder bij het aansluiten van de voedingskabel niet de
geïntegreerde zekeringhouder. Om het risico van letsel of
schade aan het product door brand of oververhitting te
voorkomen, dient de juiste zekering te worden gebruikt, zoals
vermeld in de productspecificaties. Als de voedingskabel wordt
aangesloten zonder gebruik van de juiste zekering, vervalt de
garantie op het product.
VOORZICHTIG
Draag altijd een veiligheidsbril, oorbeschermers en een
stofmasker tijdens het boren, zagen en schuren om mogelijk
persoonlijk letsel te voorkomen.
Om mogelijk persoonlijk letsel of schade aan het toestel en het
vaartuig te voorkomen, moet u de stroomvoorziening van het
vaartuig loskoppelen voordat u het toestel gaat installeren.
Om mogelijk persoonlijk letsel of schade aan het toestel of het
vaartuig te voorkomen, dient u ervoor te zorgen dat het toestel
volgens de instructies in de handleiding op de juiste wijze is
geaard voordat u het op het voedingsnet aansluit.
LET OP
Voor de best mogelijke prestaties moet het toestel volgens deze
instructies worden geïnstalleerd.
Controleer voordat u gaat boren of zagen wat zich aan de
andere kant van het oppervlak bevindt om schade aan het
vaartuig te voorkomen.
Lees alle installatie-instructies zorgvuldig door voordat u met de
installatie begint. Neem contact op met Garmin® Product Support
als u problemen ondervindt tijdens het installeren.
Contact opnemen met Garmin Support
• Ga naar support.garmin.com voor hulp en informatie, zoals
producthandleidingen, veelgestelde vragen video's en
klantondersteuning.
• Bel in de VS met 913-397-8200 of 1-800-800-1020.
• Bel in het VK met 0808 238 0000.
• Bel in Europa met +44 (0) 870 850 1241.
Software-update
U moet mogelijk de software van de kaartplotter bijwerken na de
installatie. Raadpleeg de gebruikershandleiding op garmin.com
/manuals/GPSMAP8700 voor instructies over het bijwerken van
de software.
Connectoraanzicht
POWERConnectie voedingskabel
NETWORK Garmin Marine Network
HDMI INHDMI® in
HDMI OUT HDMI uit om de kaartplotter aan te sluiten op een monitor.
Vereist voor toestelfunctionaliteit.
CVBS INComposite video in
Statuslampje
Aarding stroom
Aan-uitknop
NMEA 0183 NMEA® 0183 en audio-uitgang
USB HOST Micro-USB-uitgang voor aansluiting van een aanraak-
schermmonitor
USB OTGMicro-USB-ingang van compatibele Garmin kaartlezer1,
computer, of andere ondersteunde USB-accessoire
NMEA 2000 NMEA 2000® netwerk
J1939J1939 netwerk
Benodigde materialen
• Boormachine
• Boorbits geschikt voor het oppervlak en de
bevestigingsmaterialen (boorbit van 3,2 mm (1/8 in.) voor de
meegeleverde schroeven)
• Kruiskopschroevendraaier
• Potlood
Aandachtspunten bij de montage
LET OP
Dit toestel dient te worden gemonteerd op een locatie die niet
wordt blootgesteld aan extreme temperaturen of
omstandigheden. Het temperatuurbereik voor dit toestel wordt
vermeld in de productspecificaties. Langdurige blootstelling aan
temperaturen boven het opgegeven temperatuurbereik, in
opslag- of gebruiksomstandigheden, kan tot storingen in het
toestel leiden. Schade door extreme temperaturen en
gerelateerde gevolgen vallen niet onder de garantie.
• U moet het toestel monteren op een locatie waar het niet zal
worden ondergedompeld.
• U moet het toestel monteren op een locatie met voldoende
ventilatie waar het niet wordt blootgesteld aan extreme
temperaturen.
• U moet het toestel op een afstand van ten minste 2,54 cm (1
in.) van kabels en andere mogelijke storingsbronnen
monteren.
• U moet een locatie kiezen waar ruimte beschikbaar is voor
het geleiden en aansluiten van alle kabels.
1
Alleen compatibele Garmin kaartlezers worden aanbevolen. Kaartlezers van
derden zijn niet gegarandeerd volledig compatibel.
Als u het toestel op glasvezel monteert, gebruik bij het boren
van de gaten een kleine verzinkboor om alleen in de bovenste
gellaag een kleine verdieping aan te brengen. U voorkomt
hiermee dat er scheuren in de gellaag ontstaan als de
schroeven worden aangedraaid.
OPMERKING: Bij het toestel zijn schroeven geleverd, maar
deze zijn mogelijk niet geschikt voor het montageoppervlak.
Voordat u het toestel installeert, moet u voor het
montageoppervlak geschikte schroeven en andere
bevestigingsmaterialen kiezen.
Plaats het black box toestel op de gewenste montagelocatie
1
en markeer de locatie van de montagegaten.
Boor een montagegat voor één hoek van het toestel.
2
Bevestig deze hoek van het toestel losjes aan het
3
montageoppervlak en controleer de andere drie markeringen
van de montagegaten.
Markeer eventueel opnieuw de montagegaten en verwijder
4
het toestel van het montageoppervlak.
Boor de overige montagegaten.
5
Bevestig het toestel aan het montageoppervlak.
6
Aandachtspunten bij de aansluiting
Houd rekening met deze aandachtspunten wanneer u dit toestel
op een voedingsbron en op andere Garmin toestellen aansluit.
• De voedings- en aardingsverbindingen naar de accu moeten
worden gecontroleerd om er zeker van te zijn dat deze veilig
zijn en niet kunnen losraken.
• De kabels zijn mogelijk verpakt zonder dat de borgringen zijn
aangebracht. De kabels moeten worden doorgevoerd voordat
de borgringen worden bevestigd.
• Na het bevestigen van een borgring op een kabel, moet u
ervoor zorgen dat de ring goed is vastgezet en de afdichtring
is aangebracht, zodat de voedings- of gegevensverbinding
niet kan losraken.
Aansluiten op de voeding
WAARSCHUWING
Verwijder bij het aansluiten van de voedingskabel niet de
geïntegreerde zekeringhouder. Om het risico van letsel of
schade aan het product door brand of oververhitting te
voorkomen, dient de juiste zekering te worden gebruikt, zoals
vermeld in de productspecificaties. Als de voedingskabel wordt
aangesloten zonder gebruik van de juiste zekering, vervalt de
garantie op het product.
De rode draad dient te worden aangesloten op dezelfde batterij
via het contactslot of een andere handmatige schakelaar om het
toestel in en uit te schakelen.
Leid de voedingskabel van de voedingsbron naar het toestel.
1
Sluit de rode voedingsdraad aan op het contactslot of een
2
andere handmatige schakelaar en verbind indien nodig de
schakelaar met de positieve pool (+) van de accu.
Sluit de zwarte draad aan op de negatieve pool (-) van de
3
accu of aan massa.
Verbind de voedingskabel met het toestel en draai de
4
borgring naar rechts om hem vast te maken.
Overweging bij aanvullende aarding
In de meeste installatie-situaties hoeft het chassis van dit toestel
niet aanvullend te worden geaard. Als er interferentie optreedt,
kunt u de aardingsschroef op de behuizing gebruiken om het
toestel te verbinden met de wateraarding van de boot om
interferentie te voorkomen.
Voedingskabel verlengen
Zo nodig kunt u de voedingskabel verlengen met een kabel van
de juiste dikte en lengte.
OnderdeelBeschrijving
Zekering
Batterij
1,8 m (6 ft.) geen verlenging
Onderdeel Beschrijving
Verbinding
• Verlengdraad van 5,26 mm² (10 AWG), maximaal 4,6 m
(15 ft.)
• Verlengdraad van 8,36 mm² (8 AWG), maximaal 7 m (23
ft.)
• Verlengdraad van 13,29 mm² (6 AWG), maximaal 11 m
(36 ft.)
Zekering
20,3 cm (8 in.)
Batterij
20,3 cm (8 in.)
11 m (36 ft.) maximale verlenging
Aandachtspunten bij de stroomvoorziening
Hoewel u het toestel kunt in- en uitschakelen met de aanuitknop, is het toestel waarschijnlijk niet gemakkelijk bereikbaar
om dit te doen. Overweeg een extra schakelaar of een van de
volgende toestellen te gebruiken om het GPSMAP 8700 toestel
in- en uit te schakelen:
• Een GRID™ toestel
OPMERKING: Een GRID 20 toestel schakelt het GPSMAP
8700 toestel niet in of uit. Met de aan-uitknop op het GRID
20 toestel schakelt u het GPSMAP 8700 toestel in de
slaapstand.
• Een andere Garmin kaartplotter
• Een GMM™ monitor
Wanneer stroom wordt toegevoerd naar het GPSMAP 8700
toestel, wordt het toestel ingeschakeld. U kunt de functie voor
automatisch inschakelen niet uitzetten.
Aandachtspunten Garmin Marine Network
LET OP
Een Garmin Power over Ethernet (PoE) isolatiekoppeling (P/N
010-10580-10) moet worden gebruikt voor het aansluiten van
een extern toestel, zoals een FLIR® camera, op een Garmin
Marine Network. Een PoE toestel direct aansluiten op een
Garmin Marine Network kaartplotter beschadigt de Garmin
kaartplotter en kan het PoE toestel beschadigen. Als u een
extern toestel rechtstreeks aansluit op een Garmin Marine
Network kaartplotter, leidt dit tot problemen met de Garmin
2
toestellen, zoals problemen met uitschakelen of software die
beschadigd raakt.
Dit toestel kan worden verbonden met aanvullende Garmin
Marine Network toestellen om gegevens te delen, zoals radar,
sonar en gedetailleerde kaarten. Houd rekening met de
volgende overwegingen wanneer u Garmin Marine Network
toestellen verbindt met dit toestel.
• Alle toestellen die zijn aangesloten op het Garmin Marine
Network, moeten worden aangesloten op dezelfde aarde. Als
er meerdere voedingsbronnen worden gebruikt voor Garmin
Marine Network toestellen, moet u alle massa-aansluitingen
van alle voedingen aan elkaar koppelen met behulp van een
aansluiting met lage weerstand of deze aan een
gemeenschappelijke aardingsrail koppelen, indien
beschikbaar.
• Er moet een Garmin Marine Network kabel worden gebruikt
voor alle Garmin Marine Network aansluitingen.
◦ U mag geen CAT5-kabel en RJ45-stekkers van andere
merken gebruiken voor Garmin Marine Network
verbindingen.
◦ Andere Garmin Marine Network kabels en stekkers zijn
verkrijgbaar bij uw Garmin dealer.
• De NETWORK poorten op het toestel fungeren elk als
netwerkswitch. U kunt elk compatibel toestel verbinden met
elke NETWORK poort om gegevens te delen met alle
toestellen op de boot die zijn verbonden via een Garmin
Marine Network kabel.
Overwegingen bij verbinding van station
Dit toestel kan samen met andere compatibele Garmin
toestellen worden ingesteld zodat ze samenwerken als station.
Houd rekening met de volgende overwegingen wanneer u
stations plant op uw boot.
• Toestellen vóór de GPSMAP 8000 serie en GPSMAP 8500
serie kunnen niet worden gebruikt in een station.
• Hoewel het niet nodig is, kunt u het beste alle toestellen die u
in één station wilt gebruiken, naast elkaar installeren.
• Er zijn geen speciale verbindingen nodig om een station te
maken, zolang alle toestellen zijn verbonden met de Garmin
Marine Network (Aandachtspunten Garmin Marine Network,
pagina 2).
• Stations worden gemaakt en gewijzigd met behulp van de
toestelsoftware. Zie de gebruikershandleiding bij het toestel
voor meer informatie.
Aandachtspunten bij aansluiten van een GMM
monitor
U kunt een GMM monitor gebruiken om de GPSMAP 8700 te
bekijken en te bedienen. Wanneer u een GMM monitor aansluit
op het GPSMAP 8700 toestel, dient u rekening te houden met
deze overwegingen.
• De touchscreen-functionaliteit van het GMM toestel kan
worden gebruikt om één GPSMAP 8700 toestel te bedienen.
• Hoewel het raadzaam is om de meegeleverde Garmin DVID-kabels te gebruiken, kunt u ook DVI-D-kabels van goede
kwaliteit van een ander merk gebruiken. Voordat u een DVID-kabel aanbrengt, moet u alle toestellen op de kabel
aansluiten om deze te testen.
• U moet eenHDMI DVI-D-kabel of -adapter gebruiken.
• U moet de GMM monitor aansluiten op dezelfde
voedingsbron als het GPSMAP 8700 toestel. Als dat niet
mogelijk is, moeten de toestellen worden aangesloten op
dezelfde aarding.
• U moet de GMM monitor aansluiten op een NETWORK poort
op het GPSMAP 8700 toestel of op hetzelfde Garmin Marine
Network als het GPSMAP 8700 toestel.
• De aanraakgegevens worden verzonden via het Garmin
Marine Network.
Toestellen
OnderdeelToestel
GPSMAP kaartplotter
GMM touchscreen-monitor
Connecties
VanNaarKabel
DVI-D-kabel
HDMI OUT poort van de
kaartplotter
GARMIN PROCESSOR
BOX poort van de GMM
monitor
MAIN DVI VIDEO IN poort
van de GMM monitor
NETWORK poort van de
kaartplotter of het Garmin
Marine Network
met een HDMI
adapter
Garmin Marine
Network kabel
NMEA 2000 aandachtspunten
LET OP
Als u verbinding maakt met een bestaand NMEA 2000 netwerk,
moet u de NMEA 2000 voedingskabel identificeren. Er is slechts
één NMEA 2000 voedingskabel benodigd voor het NMEA 2000
netwerk om goed te werken.
Er moet een NMEA 2000 Power Isolator (010-11580-00) worden
gebruikt in installaties waar de bestaande NMEA 2000
netwerkfabrikant onbekend is.
Als u een NMEA 2000 voedingskabel installeert, moet u deze
verbinden met de contactschakelaar van de boot of via een
andere onderbrekingsschakelaar. NMEA 2000 toestellen zullen
uw accu leegtrekken indien de NMEA 2000 voedingskabel
rechtstreeks is aangesloten op de accu.
Het toestel kan worden verbonden met een NMEA 2000 netwerk
op uw boot om gegevens van NMEA 2000 compatibele
toestellen te delen, zoals een GPS-antenne of een marifoon.
Met de meegeleverde NMEA 2000 kabels en connectors kunt u
het toestel aansluiten op uw bestaande NMEA 2000 netwerk.
Als u geen bestaand NMEA 2000 netwerk heeft, kunt u een
basisnetwerk maken met de kabels van Garmin.
Als u niet vertrouwd bent met NMEA 2000, dient u de Technical Reference for NMEA 2000 Products te lezen op garmin.com
/manuals/nmea_2000.
De poort met het label NMEA 2000 wordt gebruikt om het
toestel te verbinden met een standaard NMEA 2000 netwerk.
3
Loading...
+ 5 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.