ELECTROLUX S83600CSM1 User Manual [fr]

S83600CSM1
NL
KOEL-VRIESCOMBINATIE GEBRUIKSAANWIJZING
FR
RÉFRIGÉRATEUR/CONGÉLATEUR NOTICE D'UTILISATION
PT
27 55
2
2
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN
In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al uw apparaten van AEG mooi te houden en perfect te laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de hoge kwaliteitsnormen die u verwacht, van speciaal kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot waszakken…
Bezoek onze webshop op www.aeg.com/shop
INHOUD
Inhoud
4 Veiligheidsinformatie
7 Bedieningspaneel 11 Het eerste gebruik 12 Dagelijks gebruik 14 Nuttige aanwijzingen en tips 16 Onderhoud en reiniging 18 Problemen oplossen 20 Technische gegevens 20 Montage 24 Geluiden 26 Het milieu
3
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
Belangrijke informatie over uw persoonlijke veiligheid en informatie over het voorkomen van schade aan het apparaat.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden
4 Veiligheidsinformatie
VEILIGHEIDSINFORMATIE
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiks­aanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissin­gen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzienin­gen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur ge­bruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat. Voor de veiligheid van mensen en eigendommen dient u zich aan de voorzorgsmaatregelen uit dit instructieboekje te houden, de fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door het niet opvolgen van de aanwijzingen veroorzaakt is.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (waaronder begrepen kinderen) met verminderde fysieke, zintuiglijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat.
Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking.
• Als u het apparaat afdankt trek dan de stekker uit het stopcontact, snij de voedingskabel door (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en verwijder de deur om te voorkomen dat kin­deren een elektrische schok krijgen of zichzelf in het apparaat opsluiten.
• Als dit apparaat, dat voorzien is van een magnetische deursluiting, een ouder apparaat vervangt, dat voorzien is van een veerslot (slot) op de deur of het deksel, zorg er dan voor dat u het slot onbruikbaar maakt voordat u het oude apparaat weggooit. Dit voorkomt dat kinderen er in opgesloten kunnen raken.
Algemene veiligheid
WAARSCHUWING!
Houd de ventilatie-openingen altijd vrij van obstructies.
• Dit apparaat is bedoeld voor het bewaren van levensmiddelen en/of dranken in een ge­woon huishouden, zoals uitgelegd in dit instructieboekje.
• Gebruik geen mechanische hulpmiddelen of kunstgrepen om het ontdooiproces te ver­snellen.
• Gebruik geen andere elektrische apparaten (bijvoorbeeld ijsmachines) in koelkasten, tenzij ze voor dit doel goedgekeurd zijn door de fabrikant.
• Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
• Het koelmiddel isobutaan (R600a) bevindt zich in het koelcircuit van het apparaat, dit is een natuurlijk gas dat weliswaar milieuvriendelijk is, maar ook uiterst ontvlambaar.
Veiligheidsinformatie
Controleer of de onderdelen van het koelcircuit tijdens transport en installatie van het apparaat niet beschadigd zijn geraakt.
Indien het koelcircuit beschadigd is: – open vuur en ontstekingsbronnen vermijden – de ruimte waar het apparaat zich bevindt grondig ventileren
• Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit product op eni­gerlei wijze te modificeren. Een beschadigd netsnoer kan kortsluiting, brand en/of een elektrische schok veroorzaken.
WAARSCHUWING!
Alle elektrische onderdelen (netsnoer, stekker, compressor) mogen om gevaar te voorkomen uitsluitend worden vervangen door een erkende onderhoudsdienst of gekwalificeerd onder­houdspersoneel.
1. Het netsnoer mag niet verlengd worden.
2. Verzeker u ervan dat de stekker niet platgedrukt of beschadigd wordt door de ach-
terkant van het apparaat. Een platgedrukte of beschadigde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken.
3. Verzeker u ervan dat u de stekker van het apparaat kunt bereiken.
4. Trek niet aan het snoer.
5. Als de stekker los zit, steek hem dan niet in het stopcontact. Dan bestaat er een risi-
co op een elektrische schok of brand.
6. U mag het apparaat niet gebruiken zonder het afdekkapje (indien van toepassing)
van het lampje.
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst.
• Haal geen artikelen uit het vriesvak en raak ze niet aan als uw handen vochtig/nat zijn, dit kan uw huid beschadigen of vrieswonden veroorzaken.
• Stel het apparaat niet langdurig bloot aan direct zonlicht.
• De eventuele gloeilampen in dit apparaat zijn speciaal geselecteerd en uitsluitend be­doeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten. De lampjes zijn niet geschikt voor de ver­lichting van ruimtes.
5
Dagelijks gebruik
• Zet geen hete potten op de kunststof onderdelen in het apparaat.
• Bewaar geen brandbare gassen of vloeistoffen in het apparaat, deze kunnen ontploffen.
• Zet geen levensmiddelen direct tegen de luchtopening in de achterwand. (Als het appa­raat rijpvrij is)
• Diepgevroren voedsel mag niet opnieuw worden ingevroren als het eenmaal ontdooid is.
• Bewaar voorverpakte diepvriesproducten volgens de aanwijzingen van de fabrikant.
• U dient zich strikt te houden aan de aanbevelingen van de fabrikant van het apparaat met betrekking tot het bewaren van voedsel. Raadpleeg de betreffende aanwijzingen.
• Leg geen koolzuurhoudende of mousserende dranken in de vriezer, deze veroorzaken druk op de fles die daardoor kan ontploffen, dit kan schade toebrengen aan het apparaat.
6 Veiligheidsinformatie
• IJslollies kunnen vrieswonden veroorzaken als ze rechtstreeks vanuit het apparaat gecon­sumeerd worden.
Onderhoud en reiniging
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhouds­handelingen verricht.
• Maak het apparaat niet schoon met metalen voorwerpen.
• Gebruik geen scherpe voorwerpen om ijs van het apparaat te krabben. Gebruik een kunststof schraper.
• Controleer de afvoer in de koelkast regelmatig op dooiwater. Maak de afvoer, indien no­dig, schoon. Als de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen.
Installatie
Voor de aansluiting van elektriciteit dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opgevolgd.
• Pak het apparaat uit en controleer of er beschadigingen zijn. Sluit het apparaat niet aan als het beschadigd is. Meld mogelijke beschadigingen onmiddellijk bij de winkel waar u het apparaat gekocht heeft. Gooi in dat geval de verpakking niet weg.
• Wij adviseren u om 4 uur te wachten voordat u het apparaat aansluit, dan kan de olie terugvloeien in de compressor.
• Rond het apparaat dient adequate luchtcirculatie te zijn, anders kan dit tot oververhit­ting leiden. Om voldoende ventilatie te verkrijgen de instructies met betrekking tot de installatie opvolgen.
• De achterkant dient zo mogelijk tegen een muur geplaatst te worden, teneinde te voor­komen dat hete onderdelen (compressor, condensator) aangeraakt kunnen worden en brandwonden veroorzaken.
• Het apparaat mag niet vlakbij radiatoren of kooktoestellen geplaatst worden.
• Verzeker u ervan dat de stekker bereikbaar is nadat het apparaat geïnstalleerd is.
• Aansluiten op de drinkwatervoorziening (indien voorzien van een wateraansluiting).
Service
• Alle elektrotechnische werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van on­derhoud aan het apparaat, dienen uitgevoerd te worden door een gekwalificeerd elektri­cien of competent persoon.
• Verwijder het afdekplaatje van de LED-verlichting niet. Neem contact op met de dichtst­bijzijnde After Sales Service om het LED-lichtbord indien nodig te vervangen.
• Dit product mag alleen worden onderhouden door een erkend onderhoudscentrum en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reserveonderdelen.
Bedieningspaneel
Bescherming van het milieu
Dit apparaat bevat geen gassen die de ozonlaag kunnen beschadigen, niet in het koelcircuit en evenmin in de isolatiematerialen. Het apparaat mag niet worden weggegooid bij het normale huishoudelijke afval. Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen: het apparaat moet weggegooid worden conform de van toepassing zijnde regels die u bij de lokale over­heidsinstanties kunt verkrijgen. Voorkom beschadiging aan de koeleenheid, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar. De materialen die gebruikt zijn voor dit apparaat en die voorzien zijn van het symbool
zijn recyclebaar.
BEDIENINGSPANEEL
1 2 3 4 5 6 7 8
Apparaat ON/OFF -toets
1
Toets om de temperatuur van de koelkast lager te zetten
2
Toets om de temperatuur van de koelkast hoger te zetten
3
Mode-toets
4
OK -toets
5
Toets om de temperatuur van de vriezer lager te zetten
6
Toets om de temperatuur van de vriezer hoger te zetten
7
Display
8
Het is mogelijk om het vooraf ingestelde geluid van toetsen te wijzigen in een hard geluid door de Mode -toets en de toets om de temperatuur kouder te zetten, tegelijkertijd gedu­rende enkele seconden in te drukken. U kunt deze wijziging ongedaan maken.
7
Display
COOL FROST
Off
min
11 10 89
Indicatielampje koelvak
1
Temperatuur- en timerlampje van de koelkast
2
Indicator als de koelkast uit is
3
COOLMATIC -functie
4
Vakantiefunctie
5
6 74321 5
MATICMATIC
8 Bedieningspaneel
FROSTMATIC -functie
6
Temperatuurlampje vriezer
7
Indicatielampje vriesvak
8
Alarmlampje
9
Kinderslotfunctie
10
Minute Minder -functie
11
Inschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat in te schakelen:
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Druk op de ON/OFF -toets van het apparaat als het display uit is.
3. Het alarm kan na een paar seconden afgaan.
Zie 'Alarm hoge temperatuur' voor informatie over het resetten van het alarm.
4. If "dEMo" verschijnt op het display, het apparaat staat in de demonstratiestand. Zie
'Problemen oplossen'.
5. Het temperatuurlampje toont de ingestelde standaardtemperatuur. Zie 'Temperatuurregeling' om een andere temperatuur in te stellen.
Uitschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat uit te schakelen:
1. Druk de ON/OFF-toets van het apparaat gedurende 5 seconden in.
2. Het display wordt uitgeschakeld.
3. Trek de stekker uit het stopcontact om de stroomtoevoer naar het apparaat af te slui-
ten.
De koelkast uitschakelen
Voor uitschakeling van de koelkast:
1. Druk op de Mode-toets tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
De indicator als de koelkast uit is en de indicator van het koelkastvak knipperen. Het temperatuurlampje van de koelkast toont streepjes.
2. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
3. Het indicatielampje Koelkast uit wordt getoond.
De koelkast inschakelen
Voor inschakeling van de koelkast:
1. Druk op de temperatuurknop van de koelkast. Of:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het indicatielampje Koelkast uit knippert.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
3. Het indicatielampje Koelkast uit gaat uit. Zie 'Temperatuuregeling' om een andere temperatuur in te stellen.
Bedieningspaneel
Temperatuurregeling
De ingestelde temperatuur van de koelkast en de vriezer kan worden ingesteld met de tem­peratuurknoppen. Standaard ingestelde temperatuur:
• +5°C voor de koelkast
• -18 °C voor de vriezer De temperatuurweergave toont de ingestelde temperatuur. De ingestelde temperatuur zal binnen 24 uur worden bereikt. Schommelingen van een paar graden rond de ingestelde temperatuur zijn normaal en zijn geen storing van het apparaat.
Na een stroomonderbreking blijft de ingestelde temperatuur opgeslagen.
Minute Minder-functie
DeMinute Minder -functie wordt gebruikt om een akoestisch alarm in te stellen op een ge­kozen tijd. Dit is bijvoorbeeld nuttig wanneer een recept gedurende een bepaalde tijd moet afkoelen of wanneer u niet wilt vergeten dat u flessen in de vriezer hebt geplaatst om ze snel te laten afkoelen. Om de functie aan te zetten:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het Minute Minder indicatielampje knippert. De Timer toont gedurende enkele seconden de ingestelde waarde (30 minuten).
2. Druk op de knop Koeltemperatuur om de waarde van de timer te wijzigen van 1 tot 90
minuten.
3. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
Het Minute Minder -indicatielampje wordt weergegeven. De timer begint te knipperen (min).
Op het einde van de aftelling knippert het Minute Minder -lampje en klinkt een alarm:
1. Verwijder alle drankjes uit het vriesvak.
2. Druk op de OK -knop om de klank uit te schakelen en de functie te beëindigen. De functie kan op elk moment worden uitgeschakeld tijdens het aftellen:
1. Druk op de Mode-knop tot het Minute Minder -lampje knippert.
2. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
3. Het Minute Minder -lampje gaat uit. U kunt de tijd tijdens het aftellen en na afloop altijd wijzigen door op de knop Koeltempe­ratuur kouder en de knop Koeltemperatuur warmer te drukken.
9
Kinderslot-functie
Selecteer de kinderslotfunctie om de bediening van de knoppen te vergrendelen tegen on­bedoelde bediening. Voor inschakeling van de functie:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
2. Het indicatielampje Kinderslot knippert.
10 Bedieningspaneel
3. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
Het indicatielampje Kinderslot wordt getoond.
Voor uitschakeling van de functie:
1. Druk op de Mode-knop tot het indicatielampje Kinderslot knippert.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
3. Het indicatielampje Kinderslot gaat uit.
Alarm hoge temperatuur
Een toename van de temperatuur in de vriesruimte (bijvoorbeeld door een eerdere stroom­uitval) wordt aangegeven door:
• knipperende indicatielampjes van het alarm en de vriezertemperatuur
• het geluid van de zoemer. Om het alarm te resetten:
1. Druk op een willekeurige toets.
2. De zoemer gaat uit.
3. De temperatuurweergave van de vriezer toont de hoogste temperatuur gedurende een
aantal seconden. En toont dan weer de ingestelde temperatuur.
4. Het indicatielampje alarm blijft knipperen totdat de normale omstandigheden zijn her-
steld.
Als het alarm is teruggekeerd, gaat het indicatielampje alarm uit.
Alarm bij open deur
Als de koelkastdeur enkele minuten heeft opengestaan klinkt er een akoestisch alarm. De alarmtoestand bij geopende deur wordt aangegeven door:
• een knipperende alarmindicatie
• een zoemer Als de normale omstandigheden zijn hersteld (deur gesloten), wordt het akoestische alarm uitgeschakeld.
COOLMATIC-functie
Als u een grote hoeveelheid warm voedsel, bijvoorbeeld na het doen van de boodschappen, in de koelkast wilt plaatsen, adviseren wij u de COOLMATIC-functie in te schakelen om deze producten sneller te koelen en om te voorkomen dat voedsel dat al in de koelkast ligt warm wordt. Om de functie aan te zetten:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het COOLMATIC indicatielampje knippert.
2. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
Het COOLMATIC -indicatielampje wordt weergegeven. De COOLMATIC-functie wordt automatisch na ongeveer 6 uur uitgeschakeld. Om de functie uit te schakelen voor deze automatisch afloopt:
1. Druk op de Mode-knop tot het COOLMATIC-lampje knippert.
2. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
3. Het COOLMATIC-lampje gaat uit.
Het eerste gebruik
De functie gaat uit door een andere ingestelde koelkasttemperatuur te selecteren.
Vakantiefunctie
Met deze functie kunt u de koelkast gesloten en leeg houden tijdens een lange vakantiepe­riode zonder dat u vieze luchtjes krijgt.
Als de vakantiefunctie actief is, moet het koelvak leeg zijn.
Voor inschakeling van de functie:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het indicatielampje Vakantie knippert.
De temperatuurweergave van de koelkast toont de ingestelde temperatuur.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
Het indicatielampje Vakantie wordt getoond. Voor uitschakeling van de functie:
1. Druk op de Mode-knop tot het indicatielampje Vakantie knippert.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
3. Het indicatielampje Vakantie gaat uit. De functie gaat uit door een andere ingestelde koelkasttemperatuur te selecteren.
11
FROSTMATIC-functie
Om de functie aan te zetten:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het FROSTMATIC indicatielampje knippert.
2. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
Het FROSTMATIC -indicatielampje wordt weergegeven. Deze functie stopt automatisch na 52 uur. Om de functie uit te schakelen voor deze automatisch afloopt:
1. Druk op de Mode-knop tot het FROSTMATIC-lampje knippert.
2. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
3. Het FROSTMATIC-lampje gaat uit. Plaats het verse voedsel dat moet worden ingevroren in de FROSTMATIC-lade.
De functie gaat uit door een andere ingestelde vriezertemperatuur te selecteren.
HET EERSTE GEBRUIK
De binnenkant schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af.
12 Dagelijks gebruik
Gebruik geen oplosmiddelen of schuurpoeders. Deze beschadigen de lak.
DAGELIJKS GEBRUIK
Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en voor het voor een lange pe­riode bewaren van ingevroren en diepgevroren voedsel. Om vers voedsel in te vriezen, acvtiveer de FROSTMATIC functie ten minste 24 uur voordat u het in te vriezen voedsel in het vriesvak legt. Plaats het verse voedsel dat moet worden ingevroren in het FROSTMATIC-compartiment. De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden is vermeld op het typeplaatje, een etiket dat aan de binnenkant van het apparaat zit. Het invriesproces duurt 24 uur. Vries tijdens deze periode geen ander voedsel in.
Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt, voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of op kamertemperatuur laten ontdooien, afhankelijk van de hoeveelheid tijd die hiervoor nodig is. Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog be­vroren zijn: in dat geval zal de bereiding iets langer duren.
Verplaatsbare schappen
De wanden van de koelkast zijn voorzien van een aantal geleiders zodat de schappen op de gewen­ste plaats gezet kunnen worden.
Flessenrek
Plaats de flessen (met de openingen naar voren gericht) in het voorgeplaatste schap.
Als het schap horizontaal geplaatst is, mogen al­leen afgesloten flessen worden neergezet.
Dit schap voor een flessenhouder kan worden ge­kanteld om vooraf geopende flessen te bewaren. Trek hiervoor de houder omhoog zodat deze omh­oog draait en op het niveau erboven kan worden geplaatst.
FRESHBOX lade
De lade is geschikt voor het bewaren van vers voedsel zoals vis, vlees, schelp- en schaaldieren, omdat de temperatuur in dit vak lager is dan in de rest van de koelkast.
Het plaatsen van de deurschappen
Om het bewaren van voedselpakketten van ver­schillende afmetingen mogelijk te maken, kunnen de schappen op verschillende hoogtes geplaatst worden. Om deze aanpassingen uit te voeren, gaat u als volgt te werk: trek het schap geleidelijk in de richting van de pij­len totdat het los komt en plaats op een andere gewenste hoogte terug.
MAXIBOX lade
De lade is geschikt voor het bewaren van fruit en groente. Er zit een schotje in de lade dat in verschillende standen gezet kan worden om aan persoonlijke behoeftes te voldoen. Er zit een rooster (indien aanwezig) op de bodem van de lade om fruit en groente op afstand te houden van eventuele vochtigheid op het opper­vlak van de bodem. Alle onderdelen in de lade kunnen verwijderd worden om ze schoon te maken.
Dagelijks gebruik 13
1
2
3
14 Nuttige aanwijzingen en tips
Vriesmandjes uit de vriezer verwijderen
De vriesmandjes hebben een limietstop om te voorkomen dat ze per ongeluk verschuiven of val­len. Trek om het mandje uit de vriezer te halen, hem naar u toe en als het niet verder kan, verwij­dert u het mandje door de voorkant naar boven te kantelen. Bij het terugzetten tilt u de voorkant van het mandje een beetje op en schuift u hem gekanteld in de vriezer. Zodra het mandje over de eindpun­ten heen is, kunt u hem terug op zijn plaats schuiven.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
Normale bedrijfsgeluiden
• U kunt een zwak gorgelend en borrelend geluid horen wanneer het koelmiddel door lei-
dingen wordt gepompt. Dit is normaal.
• Als de compressor aan staat, wordt het koelmiddel rondgepompt en dan zult u een zoe-
mend en kloppend geluid van de compressor horen. Dit is normaal.
• De thermische uitzetting kan een plotseling krakend geluid veroorzaken. Dit is een na-
tuurlijk, niet gevaarlijk fysisch verschijnsel. Dit is normaal.
Tips voor energiebesparing
Om de beste prestatie te verkrijgen:
• de deur niet vaker openen of open laten staan dan strikt noodzakelijk
• verwijder de koelelementen niet uit de vriesmand.
Tips voor het koelen van vers voedsel
Om de beste prestatie te verkrijgen:
• Zet geen warm voedsel of verdampende vloeistoffen in de koelkast
• dek het voedsel af of verpak het, in het bijzonder als het een sterke geur heeft
• plaats het voedsel zodanig dat de lucht er vrijelijk omheen kan circuleren
1
2
Nuttige tips voor het koelen
Nuttige tips: Vlees (alle soorten) in plastic zakken verpakken en op het glazen schap leggen, boven de groentelade. Bewaar het, voor de veiligheid, slechts een of maximaal twee dagen op deze manier. Gekookt voedsel, koude schotels, enz.: deze moeten afgedekt worden en mogen op wille­keurig welk schap gezet worden.
Nuttige aanwijzingen en tips
Fruit en groente: deze moeten zorgvuldig schoongemaakt worden en in de speciaal daar­voor bedoelde lade(n) geplaatst worden. Boter en kaas: dit moet in speciale luchtdichte bakjes gelegd of in aluminiumfolie of plastic zakjes gewikkeld worden om zoveel mogelijk lucht buiten te sluiten. Melkflessen: deze moeten een afdekdop hebben en opgeslagen worden in het flessenrek in de deur. Bananen, aardappelen, uien en knoflook, indien niet verpakt, mogen niet in de koelkast be­waard worden.
Tips voor het invriezen
Om u te helpen om het beste van het invriesproces te maken, volgen hier een paar belang­rijke tips:
• de maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden. is vermeld op het
typeplaatje;
• het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen
voedsel toe;
• vries alleen vers en grondig schoongemaakte levensmiddelen van uitstekende kwaliteit
in;
• bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig worden ingevroren
en zo kunt u later alleen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft;
• wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht
zijn;
• leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorko-
men dat dit laatste warm wordt;
• smalle pakjes zijn makkelijker op te bergen dan dikke; zout maakt voedsel minder lang
houdbaar;
• water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de
huid vastvriezen;
• het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe
lang het al bewaard is;
15
Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u:
• verzeker u ervan dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op geschikte wijze door
de detailhandelaar werden opgeslagen;
• zorg ervoor dat de ingevroren levensmiddelen zo snel mogelijk van de winkel naar uw
vriezer gebracht worden;
• de deur niet vaker te openen of open te laten staan dan strikt noodzakelijk;
• als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het snel en kan het niet opnieuw worden inge-
vroren;
• bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven bewaarperiode.
16 Onderhoud en reiniging
ONDERHOUD EN REINIGING
LET OP!
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker uit het stopcontact trekken.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onderhoud en herladen mag alleen uitgevoerd worden door bevoegde technici.
Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep.
• controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren dat
ze schoon zijn en vrij van restjes zijn.
• spoel ze af en maak ze grondig droog. Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of bescha-
dig ze niet. Gebruik nooit schoonmaakmiddelen, schuurpoeders, erg geparfumeerde reinigingsproduc­ten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het opper­vlak beschadigen en een sterke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor op de achterkant van het apparaat schoon met een borstel of stofzuiger. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat ver­beteren en het elektriciteitsverbruik besparen.
Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt.
Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers bevatten chemicaliën die de kunststoffen die in dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevolen de buitenkant van dit apparaat alleen schoon te maken met warm water met een beetje af­wasmiddel. Steek, na het schoonmaken van het apparaat, de stekker weer in het stopcontact.
Het ontdooien van de koelkast
Rijp wordt elke keer als de compressormotor tijdens normale werking stopt, automatisch van de verdamper van het koelvak verwijderd. Het dooiwater loopt via een gootje in een speciale opvangbak aan de achterkant van het apparaat, boven de compressormotor, waar het verdampt.
Onderhoud en reiniging 17
Het is belangrijk om het afvoergaatje van het dooiwater in het midden van het koelvak regel­matig schoon te maken, om te voorkomen dat het water overloopt en op het voedsel in de koelkast gaat druppelen. Gebruik daarvoor de speciale rei­niger, die al in het afvoergaatje zit.
De vriezer ontdooien
Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd vormen op de schappen van de vriezer en rond het bovenste vak. Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt heeft. Volg onderstaande aanwijzingen om de rijp te verwijderen:
• trek de stekker uit het stopcontact of schakel het apparaat uit
• verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen krantenpapier en leg het
op een koele plaats
• verwijder de vriesladen
• breng isolatiemateriaal aan rond de lades, bijv. dikke doeken of kranten. Het ontdooien kan versneld worden door kommen met heet water (niet kokend) in de vriezer te zet­ten.
• Maak het afvoerkanaal aan de onderkant van
het apparaat uit de ruststand los, duw het vol­gens de afbeelding naar beneden en plaats het in de onderste vrieslade zodat u het water kunt opvangen
• Schraap het ijs voorzichtig los als dit begint te
ontdooien. Gebruik een houten of kunststof schraper
• Als al het ijs is gesmolten, maak het vak droog en schoon en plaats het afvoerkanaal
weer terug op zijn plek.
• Zet de koelkast aan en leg de ingevroren levensmiddelen terug.
Wij adviseren u het apparaat enkele uren op de hoogste stand van de thermostaat te laten werken zodat de bewaartemperatuur zo snel mogelijk bereikt wordt.
18 Problemen oplossen
Gebruik nooit scherpe metalen voorwerpen om de rijp van de verdamper te krabben, deze zou beschadigd kunnen raken. Gebruik geen mechanische of kunstmatige middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. Een temperatuurstijging tijdens het ontdooien van de ingevroren levensmiddelen, kan de veilige bewaartijd verkorten.
PROBLEMEN OPLOSSEN
LET OP!
Voordat u problemen oplost, trekt u eerst de stekker uit het stopcontact. Alleen een gekwalificeerd elektrotechnicus of een bevoegd persoon mag problemen oplos­sen die niet in deze handleiding beschreven zijn.
Tijdens een normale gebruik hoort u geluiden (compressor, koelmiddelcirculatie).
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat maakt la­waai.
De compressor werkt con­tinu.
De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'. De deur is te vaak geopend. Laat de deur niet langer dan no-
De temperatuur van het product
De omgevingstemperatuur is te
De functie FROSTMATIC is inge-
De functie COOLMATIC is inge-
Er loopt water over de achterkant van de koel­kast.
Er loopt water in de koel­kast.
Producten verhinderen dat wa-
Het apparaat is niet stevig en stabiel geplaatst.
De thermostaatknop staat mis­schien niet goed.
is te hoog.
hoog.
schakeld
schakeld Tijdens het automatische ont-
dooiproces ontdooit de rijp te­gen de achterwand.
De waterafvoer is verstopt. Reinig de waterafvoer.
ter in de wateropvangbak kan stromen.
Controleer of het apparaat stabiel staat (alle vier de voetjes moeten op de vloer staan).
Stel een hogere temperatuur in.
dig openstaan. Laat het product afkoelen tot ka-
mertemperatuur voordat u het opbergt.
Verlaag de omgevingstempera­tuur.
Raadpleeg " FROSTMATIC functie"
Raadpleeg " COOLMATIC functie"
Dit is normaal.
Zorg ervoor dat de producten de achterwand niet raken.
Problemen oplossen
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Er loopt water over de vloer.
Er is te veel rijp en ijs. De producten zijn niet op de
De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'. De temperatuur in de koelkast is
De temperatuur in het ap­paraat is te hoog.
De temperatuur van het product
Er zijn veel producten tegelijk
De temperatuur in de koelkast is te hoog.
De temperatuur in de vrie­zer is te hoog.
Het apparaat werkt niet. Het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat in.
De stekker zit niet goed in het
Het apparaat krijgt geen stroom.
Het lampje werkt niet. Het lampje staat in stand-by. Sluit en open de deur. "dEMo" verschijnt op het
display.
De dooiwaterafvoer loopt niet in de verdamperbak boven de com­pressor.
juiste wijze verpakt.
te laag. De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'.
is te hoog.
opgeborgen. Er is geen koude luchtcirculatie
in het apparaat aanwezig.
Producten zijn te dicht op elkaar geplaatst.
stopcontact.
Er staat geen spanning op het stopcontact.
Het apparaat staat in de demon­stratiestand.
Maak de dooiwaterafvoer vast op de verdamperbak.
Pak de producten beter in.
Stel een hogere temperatuur in.
Laat het product afkoelen tot ka­mertemperatuur voordat u het opbergt.
Berg minder producten tegelijk op.
Zorg ervoor dat er koude luchtcir­culatie in het apparaat aanwezig is.
Berg de producten zo op dat er een koude luchtcirculatie is.
Steek de stekker goed in het stop­contact.
Sluit een ander elektrisch appa­raat op het stopcontact aan. Neem contact op met een gekwa­lificeerd elektricien.
Houd de knop OK ongeveer 10 se­conden ingedrukt tot er een lang zoemgeluid klinkt en het display even uit gaat: het apparaat gaat weer werken.
19
Bel, wanneer het advies niet tot resultaten leidt, de dichtstbijzijnde klantenservice voor dit merk.
De deur sluiten
1. Maak de afdichtingen van de deur schoon.
2. Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg "Montage".
3. Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact op met de klanten-
service.
20 Technische gegevens
TECHNISCHE GEGEVENS
Afmetingen Hoogte 1850 mm Breedte 595 mm Diepte 660 mm Tijdsduur 20 uur Voltage 230 - 240 V Tijd 50 Hz
De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de linker binnenkant in het apparaat en op het energielabel.
MONTAGE
WAARSCHUWING!
Lees voor uw eigen veiligheid en correcte werking van het apparaat eerst de "veiligheidsin­formatie" aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren.
Opstelling
Installeer dit apparaat op een plaats waar de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse die vermeld is op het typeplaatje van het apparaat:
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur
SN +10°C tot + 32°C N +16°C tot + 32°C ST +16°C tot + 38°C T +16°C tot + 43°C
Montage 21
Plaats
Het apparaat moet ver van hittebronnen, zoals ra­diatoren, boilers, direct zonlicht enz., vandaan worden geïnstalleerd. Zorg er voor dat lucht vrij kan circuleren aan de achterkant van het keuken­kastje. Als het apparaat onder een muur met een afdakje wordt geplaatst, moet de minimale af­stand tussen de bovenkant van het keukenkastje en de muur ten minste 100 mm bedragen om de beste prestatie te garanderen Voor de beste pres­tatie dient u het apparaat echter niet onder een afdakje te zetten. De afstelbare voetjes aan de on­derkant van het apparaat garanderen een nauw­keurig horizontale uitlijning.
WAARSCHUWING!
Het moet mogelijk zijn het apparaat van de hoofdstroomtoevoer af te halen; de stekker moet daarom na installatie gemakkelijk toegankelijk zijn.
mm
min
100
A
mm
20
B
Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje over­eenkomen met de stroomtoevoer in uw huis. Het apparaat moet geaard zijn. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aar­depunt, in overeenstemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien. De fabrikant neemt geen verantwoordelijkheid op zich als de bovenstaande veiligheids­maatregelen niet worden nageleefd. Dit apparaat voldoet aan de EU. richtlijnen.
Afstandsstukken achterkant
U vindt de twee afstandhouders in het zakje met de handleiding. Volg deze stappen om de afstandhouders te in­stalleren:
1. Draai de schroef los.
2. Plaats de afstandhouder onder de schroef.
3. Draai de afstandshouder in de juiste positie.
4. Draai de schroeven opnieuw aan.
2
1
4
3
22 Montage
Waterpas zetten
Zorg er voor dat, wanneer u het apparaat plaatst, het waterpas staat. Deze stand kan bereikt wor­den met de twee afstelbare voetjes die aan de voorkant en onderkant van het apparaat beves­tigd zijn.
Het verwijderen van de geleiders van de schappen
Uw apparaat is voorzien van borgklemmen voor de schappen die het mogelijk maken de schappen vast te zetten tijdens transport. Om deze te verwijderen gaat u als volgt te werk:
1. Trek de schaphouders in de richting van de
pijl (A).
2. Til het schap aan de achterkant op en duw
het naar voren tot het vrij komt (B).
3. Verwijder de borgklemmen (C).
A
B
C
Omkeerbaarheid van de deur
WAARSCHUWING!
Voordat werkzaamheden worden uitgevoerd, moet u zich ervan verzekeren dat de stekker uit het stopcontact is getrokken.
Om de volgende handelingen uit te voeren, raden we aan dit te doen met de hulp van ie­mand anders die de deuren van het apparaat tijdens de werkzaamheden stevig vasthoudt.
1. Open de deuren. Schroef het middelste
scharnier (m2) los. Verwijder het kunst-
stof afstandsstuk (m1).
2. Verwijder de afstandsstukken (m6) en
verplaats ze naar de andere kant van het
scharnier (m5).
3. Verwijder de deuren.
4. Verwijder de linkerpen van het deksel
van het middelste scharnier (m3, m4) en
verplaats deze naar de andere kant.
5. Monteer de pen van het middelste
scharnier (m5) in het linkergat van de
onderste deur.
6. Verwijder het deksel (b1) met behulp
van gereedschap. Schroef het onderste
scharnier (b2) en het afstandsstuk (b3)
los en monteer ze aan de andere kant.
7. Zet het deksel (b1) terug op de andere
kant.
m3
m1
m5
m6
Montage 23
m2
m4
b1
8. Verwijder de handgreep. Schroef de bo-
venste beugel van de handgreep los van
h1 h2 h3
de staaf van de handgreep (h1). Schroef
de onderste beugel van de handgreep
los van de deur (h2).
Schroef de bovenste beugel van de
handgreep los van de deur (h3).
9. Installeer de handgreep aan de andere
kant.
h4 h5 h6
Schroef de beugel van de handgreep
weer aan de deur (h4). Verdraai de beu-
gel van de handgreep met de handgreep
en schroef deze aan de deur (h5) en de
gemonteerde beugel van de handgreep
(h6).
10. Verwijder het deksel met behulp van gereedschap. (c1).
b2
b3
24 Geluiden
11. Schroef het onderste scharnier (c2) los en monteer het aan de andere kant.
12. Schroef het bovenste scharnier terug
vast.
13. Bevestig de bovenste deur op het bo-
venste scharnier.
14. Plaats de bovenste deur weer op het
middelste scharnier (c3) en kantel beide
deuren enigszins.
15. Schroef het middelste scharnier terug
vast. Vergeet het kunststof afstandsstuk
niet. Voer een eindcontrole uit en verzeker u ervan dat:
• Alle schroeven zijn aangedraaid.
• De magnetische dichting vast zit aan de
kast.
• De deur goed open en dicht gaat. Als de omgevingstemperatuur laag is (bijv. in de winter), kan het zijn dat de afdichting niet precies op de kast past. Wacht in dat geval tot de afdichting zich op een natuurlijke wijze zet. Als u bovenstaande handelingen liever niet zelf uitvoert, neem dan contact op met de dichtstbijzijnde klantenservice. Een vakman van de klantenservice zal de draairichting van de deuren op uw kosten veranderen.
C1 C2
C3 C4
2
1
2
1
GELUIDEN
Tijdens normaal gebruik hoort u geluiden (compressor, koelmiddelcirculatie).
SSSRRR!
HISSS!
OK
BLUBB!
CLICK!
BRRR!
CRACK!
Loading...
+ 56 hidden pages