Electrolux EKK6130AO User Manual

EKK6130AO
................................................ .............................................
NL FORNUIS GEBRUIKSAANWIJZING 2 FR CUISINIÈRE NOTICE D'UTILISATION 34
www.electrolux.com
2
INHOUD
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
5. KOOKPLAAT - DAGELIJKS GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
6. KOOKPLAAT - HANDIGE AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
7. KOOKPLAAT - ONDERHOUD EN REINIGING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
8.
OVEN - DAGELIJKS GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
9. OVEN - HANDIGE AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
10.
OVEN - ONDERHOUD EN REINIGING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
11. PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
12.
MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
WE DENKEN AAN U
Bedankt om een Electrolux-apparaat te kopen. U koos voor een product dat jaren professionele ervaring en innovatie bevat. Ingenieus en stijlvol, het werd ontworpen met u in het achterhoofd. Wanneer u het gebruikt, kunt u er op vertrouwen dat u keer op keer fantastische resultaten zult krijgen.
Welkom bij Electrolux.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.electrolux.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.electrolux.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.electrolux.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan. Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de hand hebt. De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie. Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installa­tie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet ver­antwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van het appa­raat voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
WAARSCHUWING!
Gevaar voor verstikking, letsel of permanente invali­diteit.
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelij­ke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een ge­brek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan van een volwassene of van iemand die verant­woordelijk is voor hun veiligheid.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kin­deren.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het appa­raat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet.
• Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren.
• Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
NEDERLANDS 3
1.2 Algemene veiligheid
• Het apparaat en de toegankelijke onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. De verwarmingselemen­ten niet aanraken.
• Bedien het apparaat niet met een externe timer of een apart afstandbedieningssysteem.
www.electrolux.com
4
• Zonder toezicht koken op een kookplaat met vet of olie
• Probeer brand nooit met water te blussen, maar scha-
• Bewaar geen voorwerpen op de kookplaten.
• Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
• Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en
• Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of scherpe
• Wees voorzichtig als u de opslaglade aanraakt. Deze
• Om de inschuifrailen te verwijderen trekt u eerst de
• Verwijder spillage van het deksel voordat u het opent.
kan gevaarlijk zijn en brandgevaar opleveren.
kel in plaats daarvan het apparaat uit en bedek de vlam, d.w.z. met een deksel of blusdeken.
te maken.
deksels mogen niet op de kookplaat worden geplaatst, aangezien ze heet kunnen worden.
metalen schrapers om de glazen deur schoon te ma­ken, deze kunnen krassen veroorzaken op het opper­vlak, waardoor het glas zou kunnen breken.
kan heet worden.
voorkant van de inschuifrail en dan de achterkant uit de zijwanden. Installeer de inschuifrail in de omgekeerde volgorde.
Laat de kookplaat afkoelen voordat u het deksel sluit.
2.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Dit apparaat is geschikt voor de volgende markten: BE
2.1 Montage
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende installatietech­nicus mag het apparaat installe­ren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat.
• Wees voorzichtig met het verplaatsen van het apparaat, het is zwaar. Draag altijd veiligheidshandschoenen.
• Trek het apparaat nooit aan de hand­greep van zijn plaats.
• Houd de minimumafstand naar andere apparaten en units in acht.
• Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstal­leerd.
• De zijkanten van het apparaat moeten naast apparaten of units staan van de­zelfde hoogte.
• Installeer het apparaat niet op een plat­form.
• Installeer het apparaat niet naast een deur of onder een raam. Dit voorkomt dat hete pennen van het apparaat val­len als de deur of het raam wordt geo­pend.
WAARSCHUWING!
Installeer een stabilisator om te voorkomen dat het apparaat kan­telt. Raadpleeg de installatiegids.
NEDERLANDS 5
• Trek niet aan het netsnoer om het ap­paraat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatie-appara­ten: stroomonderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moeten uit de hou­der worden verwijderd), aardlekschake­laars en contactgevers.
• De elektrische installatie moet een isola­tieapparaat bevatten waardoor het ap­paraat volledig van het lichtnet afgeslo­ten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactopening hebben met een minimale breedte van 3 mm.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact.
• Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en ver­lengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet beschadigt. Neem contact op met de service-afdeling of een elektromon­teur om een beschadigde hoofdkabel te vervangen.
• Laat de stroomkabel niet in aanraking komen met de deur van het apparaat, met name niet als deze heet is.
• De schokbescherming van delen onder stroom en geïsoleerde delen moet op zo'n manier worden bevestigd dat het niet zonder gereedschap kan worden verplaatst.
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereik­baar is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op een losse stroomaansluiting.
Gasaansluiting
• Alle gasaansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
• Zorg ervoor dat er koude luchtcirculatie in het apparaat aanwezig is.
• Op het typeplaatje staat informatie over de gastoevoer.
• Dit apparaat mag niet aangesloten wor­den op een inrichting dat producten af­voert voor verbranding. Sluit het appa­raat aan volgens de geldende installa­tieregels. Let op de vereisten voor vol­doende ventilatie.
2.2 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel, brandwonden of elektrische schokken.
• Gebruik dit apparaat in een huishoude­lijke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
• Schakel het apparaat telkens na ge­bruik uit.
• Van binnen wordt het apparaat heet als het in werking is. Raak de verwarmings­elementen in het apparaat niet aan. Ge­bruik altijd ovenhandschoenen om ac­cessoires of kookgerei te plaatsen of verwijderen.
• Wees voorzichtig met het openen van de deur van het apparaat als het appa-
www.electrolux.com
6
• Bedien het apparaat niet met natte han-
• Oefen geen kracht uit op een geopende
• Houd de deur van het apparaat altijd
• Leg geen bestek of deksels van steel-
• Zet de kookzone op "uit" na elk ge-
• Het apparaat mag niet worden gebruikt
• Zorg voor een goede ventilatie in de
• Gebruik alleen stabiel kookgerei met de
• Zorg dat de vlam niet uit gaat als u de
• Zorg ervoor dat de pannen in het mid-
• Gebruik alleen de accessoires die zijn
• Plaats geen vlamverdeler op de bran-
• Verhitte vetten en olie kunnen ontvlam-
• De dampen die hete olie afgeeft kunnen
• Gebruikte olie die voedselresten bevat
• Plaats geen ontvlambare producten of
• Houd vonken of open vlammen uit de
• Open de deur van het apparaat voor-
raat aan staat. Er kan hete lucht ont­snappen.
den of als het contact maakt met water.
deur.
dicht als het apparaat in werking is.
pannen op de kookzones. Ze zijn heet.
bruik.
als werkblad of aanrecht.
ruimte waar het apparaat is geïnstal­leerd.
juiste vorm en een diameter groter dan de afmetingen van de branders.
knop snel van de maximale stand naar de minimale stand draait.
den van de ringen worden gezet en niet uitsteken over de randen van de kook­plaat.
meegeleverd met het apparaat.
der.
WAARSCHUWING!
Brand- of explosiegevaar.
bare damp afgeven. Houd vlammen of verwarmde voorwerpen uit de buurt van vet en olie als u er mee kookt.
spontane ontbranding veroorzaken.
kan brand veroorzaken bij een lagere temperatuur dan olie die voor de eerste keer wordt gebruikt.
items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
buurt van het apparaat bij het openen van de deur.
zichtig. Als u alcoholische toevoegingen
gebruikt, kan er alcohol-luchtmengsel ontstaan.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het appa­raat.
• Om schade of verkleuring van het email te voorkomen:
– Zet geen kookgerei of andere voor-
werpen direct op de bodem van het apparaat.
– Leg geen aluminiumfolie op de bo-
dem van het apparaat.
– plaats geen water direct in het hete
apparaat.
– haal vochtige schotels en eten uit het
apparaat als u klaar bent met koken.
– wees voorzichtig bij het verwijderen
of bevestigen van accessoires.
• Verkleuring van het email heeft geen ongewenst effect op de werking van het apparaat. Dit is geen defect dat geldt voor het recht op garantie.
• Gebruik voor cakes met veel vocht een diep bakblik. Fruitsappen kunnen per­manente vlekken maken.
• Zet geen heet kookgerei op het bedie­ningspaneel.
• Laat kookgerei niet droogkoken.
• Laat geen voorwerpen of kookgerei op het apparaat vallen. Het oppervlak kan beschadigen.
• Activeer de kookzones niet met leeg kookgerei of zonder kookgerei erop.
• Geen aluminiumfolie op het apparaat leggen.
• Pannen van gietijzer, aluminium of met beschadigde bodems kunnen krassen veroorzaken in het glaskeramiek. Til de­ze voorwerpen altijd op als u ze moet verplaatsen op de kookplaat.
Deksel
• De specificatie van de deksel mag niet worden veranderd.
• Maak de deksel regelmatig schoon.
• Open het deksel niet als er is geknoeid op het oppervlak.
• Schakel alle branders uit voordat u het deksel sluit.
• Sluit het deksel niet tot de kookplaat en de oven volledig zijn afgekoeld.
• Glazen deksels kunnen breken als ze warm worden (indien van toepassing).
NEDERLANDS 7
• Raadpleeg als u een ovenspray ge­bruikt eerst de aanwijzingen op de ver­pakking.
• Reinig niet het katalytisch emaille (indien van toepassing) met een schoonmaak­middel.
• De branders niet in de afwasautomaat reinigen.
2.3 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brand en scha­de aan het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Zorg ervoor dat het apparaat is afge­koeld. Er bestaat een risico dat de glas­platen kunnen breken.
• Vervang direct de glazen deurpanelen als deze beschadigd zijn. Neem contact op met de service-afdeling.
• Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar!
• Reinig het apparaat regelmatig om te voorkomen dat het materiaal van het oppervlak achteruitgaat.
• Resterend vet of voedsel in het appa­raat kan brand veroorzaken.
• Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
2.4 Binnenverlichting
• De gloeilampen of halogeenlampen in dit apparaat zijn uitsluitend bedoeld voor gebruik in huishoudelijke appara­ten. Gebruik deze niet voor andere doeleinden.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schokken!
• Voordat u het lampje vervangt, dient u de stekker van het apparaat uit het stopcontact te halen.
• Gebruik alleen lampjes met dezelfde specificaties.
2.5 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg.
• Verwijder de deurgreep om te voorko­men dat kinderen en huisdieren opge­sloten raken in het apparaat.
www.electrolux.com
8
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
3.1 Algemeen overzicht
Toetsen voor de kookplaat
1 3 542
5
4
3
9
2
1
3.2 Indeling kookplaat
1
5
4 3
1
Knop voor de kookwekker
2
Knop voor de ovenfuncties
3
Knop voor de temperatuur
4
6
7
8
2
Temperatuurweergave
5
Verwarmingselement
6
Ovenlampje
7
Ventilator
8
Rekstanden
9
Stoomuitlaat
1
Normale brander
2
Sudderbrander
3
Driekronenbrander
4
Normale brander
5
3.3 Accessoires
Ovenrek
• Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Vlakke bakplaat Voor gebak en koekjes.
Braadpan
4. VOOR HET EERSTE GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Vei­ligheid.
Voor braden en roosteren of als pan om vet op te vangen.
Bewaarlade
• Onder de ovenruimte bevindt zich een
bewaarlade.
4.1 Eerste reiniging
• Verwijder alle accessoires en uitneem­bare rails (indien van toepassing).
• Reinig het apparaat voor het eerste ge­bruik.
Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
4.2 Voorverwarmen
Warm het lege apparaat voor om het res­terende vet weg te branden.
1.
Selecteer de functie en de maxi­mum temperatuur.
2.
Laat het apparaat 45 minuten wer­ken.
3.
Selecteer de functie en de maxi­mum temperatuur.
4.
Laat het apparaat 15 minuten wer-
ken. De accessoires kunnen warmer worden dan normaal. Het apparaat kan een geur en rook vrijgeven. Dit is normaal. Zorg dat er voldoende luchtcirculatie is.
5. KOOKPLAAT - DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Vei­ligheid.
NEDERLANDS 9
A
5.1 De branders aansteken
WAARSCHUWING!
Ga voorzichtig te werk bij het ge­bruik van branders (open vuur) in de keuken. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden in geval van onjuist gebruik van de vlam.
De brander steeds aansteken al­vorens het kookgerei erop te plaatsen.
1.
Druk de knop helemaal in en draai hem naar de maximale stand . Bij
het indrukken van de knop wordt de vonkontsteking automatisch geacti­veerd.
2.
Houd de bedieningsknop ongeveer 10 seconden ingedrukt. Het thermo­koppel kan dan opwarmen. Als u dat niet doet, wordt de gastoevoer on­derbroken.
3.
Stel de vlam af zodra deze regelmatig brandt.
Als de brander na enkele pogin­gen niet aan gaat, controleer dan of de kroon en het branderdeksel goed op hun plaats zitten.
A)
Branderdeksel
B)
Branderkroon
C)
Ontstekingsbougie
D)
Thermokoppeling
WAARSCHUWING!
Als de brander na 10 seconden niet aan gaat, laat u de knop los en draait u de knop naar de uit­stand. Wacht 1 minuut voordat u de brander nogmaals probeert aan te steken.
B
C
D
A
B
C
D
www.electrolux.com
10
U kunt de brander aansteken zon­der elektrisch apparaat (bijvoor­beeld wanneer er geen elektriciteit is in de keuken). Breng hiertoe de vlam dicht bij de brander, druk de knop 10 seconden in en draai de knop naar de stand voor maxima­le gasuitgifte.
Als de brander per ongeluk dooft, draait u de knop naar de uitstand. Wacht 1 minuut voordat u de brander nogmaals probeert aan te steken.
De vonkontsteking kan automa­tisch starten wanneer u de stekker in het stopcontact steekt, na de installatie of na een stroomonder­breking. Dat is normaal.
5.2 De brander uitschakelen
Draai de knop naar het symbool om de vlam te doven.
WAARSCHUWING!
Draai de vlam altijd lager of scha­kel de brander uit voordat u de pan van de brander haalt.
6. KOOKPLAAT - HANDIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Vei­ligheid.
Brander Diameter van het
Driekronen 180 - 260 mm
6.1 Energiebesparing
• Doe indien mogelijk altijd een deksel op het kookgerei.
• Wanneer de vloeistof begint te koken, draait u de vlam omlaag, totdat de vloeistof zachtjes pruttelt.
WAARSCHUWING!
Gebruik pannen met een doorsne­de die geschikt is voor de afme­ting van de brander. Gebruik geen pannen op de kook­plaat die de randen overschrijden.
Normaal 120 - 220 mm
Sudderen 80 - 160 mm
Gebruik kookgerei met een bodem die zo dik en plat mogelijk is.
7. KOOKPLAAT - ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Vei­ligheid.
Reinig het apparaat telkens na gebruik Gebruik altijd pannen met een schone bo­dem.
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit en laat het afkoelen voordat u het schoonmaakt. Trek de stekker van het apparaat uit het stopcon­tact voordat u reinigings- of on­derhoudswerkzaamheden aan het apparaat gaat uitvoeren.
kookgerei
WAARSCHUWING!
Reiniging van het apparaat met een stoom- of hogedrukreiniger is om veiligheidsredenen niet toege­staan.
WAARSCHUWING!
Gebruik geen agressieve reini­gingsmiddelen, sponzen van staalwol of zuren. Deze kunnen het apparaat beschadigen.
Krassen of donkere vlekken op de oppervlakte hebben geen invloed op de werking van het apparaat.
• U kunt de pannendrager verwijderen voor een gemakkelijke reiniging van de kookplaat.
• Was de geëmailleerde delen, het deksel en de kroon met een warm sopje en laat ze goed drogen alvorens ze terug te plaatsen.
• Was de onderdelen van roestvrij staal af met water en droog ze vervolgens met een zachte doek.
NEDERLANDS 11
• De pannendrager mag niet in de af­wasautomaat worden afgewassen. Hij moet met de hand worden afgewas­sen.
• Als u de pannendrager met de hand af­wast, let dan op bij het afdrogen, om­dat hij door het emailleerproces soms scherpe randen heeft. Verwijder hard­nekkige vlekken zo nodig met een pas­tareiniger.
• Zorg ervoor dat u de pannendrager na de reiniging correct terugplaatst.
• Om ervoor te zorgen dat de branders goed werken, moeten de armen van de pannendrager in het midden van de brander worden geplaatst.
Ga zeer voorzichtig te werk bij het
vervangen van de pannendrager, dit om schade aan het oppervlak van de kookplaat te vermijden.
Droog het apparaat na reiniging af met een zachte doek.
8. OVEN - DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Vei­ligheid.
8.1 Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de koelventilator automatisch ingeschakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Na het uitschakelen van het apparaat blijft de ventilatie door wer­ken totdat de temperatuur in het apparaat is afgekoeld.
8.2 Het apparaat aan- en uitzetten
1.
Draai de knop voor de ovenfuncties naar een ovenfunctie.
2.
Draai de knop voor de temperatuur naar een temperatuur.
Het temperatuurlampje gaat aan zo­lang de temperatuur in het apparaat stijgt.
3.
Draai om het apparaat uit te schake­len, de knop voor de ovenfuncties en de knop voor de temperatuur in de uit-stand.
www.electrolux.com
12
8.3 Ovenfuncties
Ovenfunctie Applicatie
Uit-stand Het apparaat staat uit.
Ovenlampje
Het ovenlampje activeren zonder een bereidings­functie.
Verschillende gerechten tegelijkertijd koken. Om
Gecirculeerd koken
zelfgemaakte vruchten in siroop te bereiden en champignons of fruit te drogen.
Boven + onder-
warmte
Bakken en braden op 1 ovenniveau. De bovenste en onderste verwarmingselementen worden gelijk­tijdig ingeschakeld.
Voor het bakken van taarten met een knapperige
Onderwarmte
bodem. Alleen het onderste verwarmingselement werkt.
Ontdooien Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
Voor het grillen van plat voedsel in kleine hoeveel-
Grill
heden op het midden van de rooster. Voor het ma­ken van toast.
Licht koken
Om te bakken in bakblikken en te drogen op één niveau bij lage temperatuur.
Voor het bakken van grote stukken vlees. Het grill-
Circulatiegrill
element en de ovenventilator werken samen, zodat de hete lucht rond de gerechten circuleert.
8.4 Timer - kookwekker
Gebruik de kookwekker voor het instellen van een afteltijd. Draai de functieknop voor de kookwekker (zie "Beschrijving van het product") zover
als mogelijk naar rechts. Draai de knop vervolgens linksom en stel de gewenste tijdsduur in. Er klinkt een geluidssignaal wanneer de tijd is verstreken.
Deze functie is niet van invloed op de werking van de oven.
9. OVEN - HANDIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Vei­ligheid.
De temperaturen en baktijden in de tabellen zijn slechts als richtlijn bedoeld. Deze zijn afhankelijk van de recepten en de kwaliteit en de hoeveelheid van de gebruikte in­grediënten.
LET OP!
Gebruik voor cakes met veel vocht een diep bakblik. Vruchten­sappen kunnen het emaille be­schadigen.
9.1 Bakken
Algemene aanwijzingen
• Uw nieuwe oven kan een andere bak-/ braadverhouding hebben dan het ap-
paraat dat u tot nu toe gebruikt heeft. Pas uw normale instellingen (tempera­tuur, gaartijden) en de ovenniveaus aan de tabelwaarden aan.
• Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de bak­tijd uitschakelen, om te profiteren van de restwarmte.
Wanneer u diepgevroren levensmid­delen gebruikt, kunnen de platen in de oven tijdens het bakken vervor­men. Wanneer de platen afkoelen, verdwijnt de vervorming.
Aanwijzigen bij de baktabellen
• Wij raden aan om de eerste keer de la­gere temperatuur in te stellen.
• Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor uw eigen recept, kijkt u dan bij een soortgelijk product.
• Bij het bakken van gebak op meerdere niveaus kan de baktijd ca. 10-15 minu­ten langer zijn.
• Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak in het begin van het bakproces niet overal even bruin. Ver­ander in dit geval de temperatuurinstel­ling niet. De verschillen verminderen tij­dens het bakproces.
9.2 Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de ca­ke is te licht van kleur.
De cake zakt in (wordt klef, klonterig, streperig).
De cake zakt in (wordt klef, klonterig, streperig).
De cake zakt in (wordt klef, klonterig, streperig).
De cake is te droog.
De cake is te droog. Te lange baktijd.
De cake wordt ongelijk­matig bruin.
De cake wordt ongelijk­matig bruin.
De cake wordt niet gaar binnen de aangegeven baktijd.
Verkeerde rekstand. Plaats de cake lager.
De oventemperatuur is te
hoog.
De volgende keer dat u een cake bakt, stelt u de baktemperatuur lager in.
Baktijd verlengen. Baktij-
Te korte baktijd.
den kunnen niet wor-
den verkort door hoge-
re baktemperaturen.
Minder vocht gebruiken.
Er zit te veel vloeistof in
het mengsel.
De oventemperatuur is te
laag.
Let op de kneedtijden,
vooral bij het gebruik van
De volgende keer dat u een cake bakt, stelt u de
baktemperatuur hoger in.
De volgende keer dat u
een cake bakt, gebruikt u
een kortere baktijd.
De oventemperatuur is te
hoog en de baktijd te
De baktemperatuur lager
instellen en de baktijd
kort.
Het deeg is niet gelijkma-
tig verdeeld.
Verdeel het deeg gelijk-
matig over de bakplaat.
De volgende keer dat u
De oventemperatuur is te
laag.
een cake bakt, stelt u de
baktemperatuur een
NEDERLANDS 13
keukenmachines.
verlengen.
beetje hoger in.
www.electrolux.com
14
9.3 Licht koken
Koekjes 180 – 190
Gebak: Soesjes 180 – 190
Gebak: Zandtaartdeeg 180 - 190 Schuimgebakjes 80-100 120 - 150
1)
9.4 Gecirculeerd koken
Bakken op één gebruiksniveau
Bakken in vormen
Tulband of brioche 2 150 - 160 50 - 70 Zandgebak/vruch-
tencake Fatless sponge
cake Taartbodem van
zandtaartdeeg Taartbodem -
roerdeeg Apple pie (2 vor-
men Ø20cm, dia­gonaal geplaatst)
1)
Tips voor de functie Licht koken:
• Gebruik de functie om te bak­ken in bakblikken en te drogen op één niveau bij lage tempera­tuur.
• Bak maar één bakblik of bak­plaat tegelijkertijd.
• Als u de oven wilt voorverwar­men, gebruik dan
.
Verwarmingssoort Temperatuur °C Tijd in minuten
1)
10 - 20
1)
30 - 40
1)
25 - 35
Oven voorverwarmen.
Verwarmings-
Rekstand Temperatuur °C Tijd in min.
soort
1 - 2 140 - 160 50 - 90
3
2
150 - 160
170-180
1)
1)
25 - 40
10 - 25
2 150 - 170 20 - 25
2- 3 160 60 - 90
Oven voorverwarmen
Cakes/pastei/broden op bakblik
Verwarmings-
soort
Kruimeltaart (droog)
Rekstand Temperatuur °C Tijd in min.
3 150 - 160 20 - 40
NEDERLANDS 15
Verwarmings-
soort
Rekstand Temperatuur °C Tijd in min.
Vruchtentaart (be­reid met gistdeeg/
roerdeeg)
1)
Vruchtentaart met kruimeldeeg
1)
Gebruik diepe pan
3 150 35 - 55
3 160 - 170 40 - 80
Koekjes
Verwarmings-
soort
Rekstand Temperatuur °C Tijd in min.
Zandkoekjes 3 150 - 160 10 - 20 Short bread / Pa-
stry Stripes
3 140 20 - 35
Roerdeegkoekjes 3 150 - 160 15 - 20 Eiwitgebak,
schuimgebak
3 80 - 100 120 - 150
Bitterkoekjes 3 100 - 120 30 - 50 Klein gerezen ge-
bak Klein bladerdeeg-
gebak Broodjes 3 Small cakes (20
per plaat)
1)
Oven voorverwarmen
3 150 - 160 20 - 40
160
150
1)
1)
1)
20 - 30
10 - 35
20 - 35
3
170 - 180
3
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Schotel Rekstand Temperatuur °C Tijd in min.
Stokbroden be­dekt met gesmol-
1
160 - 170
1)
15 - 30
ten kaas Gevulde groente 1 160 - 170 30- 60
1)
Oven voorverwarmen
www.electrolux.com
16
Bakken op meerdere niveaus
Cakes/pastei/broden op bakblik
Roomsoezen/tom­poezen
Kruimeltaart
1)
Klein gebak/cakejes/gebak/broodjes
Zandkoekjes 2/4
Short bread/ Pa­stry Stripes
Roerdeegkoekjes 2/4
Eiwitgebak, schuimgebak
Bitterkoekjes 2/4
Klein gerezen ge­bak
Klein bladerdeeg­gebak
1)
Verwarmings-
soort
Oven voorverwarmen
Verwarmings-
soort
Oven voorverwarmen
Rekstand 2 niveaus
2/4
2/4
Rekstand 2 niveaus
2/4
Temperatuur °C Tijd in min.
160 - 180
150 - 160
1)
1)
Temperatuur °C Tijd in min.
140
1)
1)
1)
150 - 160
160 - 170
2/4 80 - 100 130 - 170
1)
1)
1)
2/4
2/4
100 - 120
160 - 170
170 - 180
25 - 45
30 - 45
20 - 40
20 - 45
25 - 45
40 - 80
30 - 60
30 - 50
9.5 Bakken op één niveau:
Bakken in vormen
Verwarmings-
soort
Tulband of brioche 2 160 - 180 50 - 70 Zandgebak/vruch-
tencake Fatless sponge
cake Taartbodem van
zandtaartdeeg Taartbodem -
roerdeeg
Plaathoogte Temperatuur °C Tijd in min.
1 - 2 150 - 170 50 - 90
3
2
1)
170
190 - 210
25 - 40
1)
10 - 25
2 170 - 190 20 - 25
NEDERLANDS 17
Verwarmings-
soort
Plaathoogte Temperatuur °C Tijd in min.
Apple pie (2 vor­men Ø20cm, dia-
1 - 2 180 60 - 90
gonaal geplaatst) Hartige taart (bijv.
quiche lorraine)
1 180 - 220 35- 60
Kwarktaart 1 - 2 160 - 180 60 - 90
1)
Oven voorverwarmen
Gebak op bakplaat
Verwarmings-
soort
Vlechtbrood/ broodkrans
Kerststol 2
Plaathoogte Temperatuur °C Tijd in min.
2 170 - 190 40 - 50
160 - 180
1)
50 - 70
Brood (rogge­brood):
1.
Eerste deel van het bak­proces.
2.
Tweede deel
1 - 2
1.
2.
1)
230
160 - 180
1.
2.
1)
30 - 60
van het bak­proces.
Roomsoezen/tom­poezen
Koninginnenbrood (opgerolde cake
3
3
190 - 210
180 - 200
1)
1)
20 - 35
10 - 20
met jam) Kruimeltaart
(droog) Amandelcake/sui-
kertaart
3 160 - 180 20 - 40
3
190 - 210
1)
20 - 30
Vruchtentaart (op gistdeeg/roerdeeg)
2)
3 170 35 - 55
20
Vruchtentaart met kruimeldeeg
Plaatkoek met kwetsbare garne­ring (bijv. kwark, room, puddingvul­ling)
Pizza (met veel garnering)
2)
3 170 - 190 40 - 60
3
1 - 2
160 - 180
190 - 210
1)
1)
40 - 80
30 - 50
www.electrolux.com
18
Verwarmings-
soort
Pizza (dunne korst) 1 - 2 Ongedesemd
brood
Plaathoogte Temperatuur °C Tijd in min.
220 - 250
1)
15 - 25
1 230 - 250 10 - 15
Vlaaien (CH) 1 210 - 230 35 - 50
1)
Oven voorverwarmen
2)
Gebruik diepe pan
Koekjes
Verwarmings-
soort
Inzetniveaus Temperatuur °C Tijd in min.
Zandkoekjes 3 170 - 190 10 - 20 Short bread/ Pa-
stry Stripes
3
160
1)
20 - 35
Roerdeegkoekjes 3 170 - 190 20 - 30 Eiwitgebak,
schuimgebak
3 80 - 100 120- 150
Bitterkoekjes 3 120 - 130 30 - 60 Klein gerezen ge-
bak Klein bladerdeeg-
gebak Bolletjes 3 Small cakes (20
per plaat)
1)
Oven voorverwarmen
3 170 - 190 20 - 40
170
1)
1)
1)
20 - 30
10 - 55
20 - 30
3
3 - 4
190 - 210
190 - 210
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Schotel Inzetniveaus Temperatuur °C Tijd in min.
Pastaschotel 1 180 - 200 45 - 60 Lasagne 1 180 - 200 35 - 50 Groentegratin 1
Stokbroden be­dekt met gesmol-
180 - 200
1
200 - 220
1)
1)
15 - 30
15 - 30
ten kaas Zoete ovenscho-
1 180 - 200 40 - 60
tels Visschotels 1 180 - 200 40 - 60 Gevulde groente 1 180 - 200 40 - 60
1)
Oven voorverwarmen
NEDERLANDS 19
9.6 Braden
Braadservies
• Gebruik hittebestendig servies om te braden (lees de instructies van de fabri­kant).
• Grote braadstukken kunt u direct in de diepe braadpan braden (indien aanwe-
zig) of op een rooster boven de braad­pan.
• Braad mager vlees in een braadpan met deksel. Op die manier blijft het vlees sappiger.
• Alle soorten vlees, die een korst moeten krijgen, kunt u in de braadschaal zon­der deksel braden.
9.7 Braden met boven- en onderwarmte
Rundvlees
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte Temperatuur°CTijd in min.
Stoofvlees 1-1,5 kg 1 200 - 230 105 - 150 Rosbief of os-
sehaas: rood
per cm dikte 1
230 - 250
Rosbief of os­sehaas: medi-
per cm dikte 1 220 - 230 8 - 10
um Rosbief of os-
sehaas: gaar
1)
Oven voorverwarmen
per cm dikte 1 200 - 220 10 - 12
Varkensrug
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte
Temperatuur
Schouderstuk, nekstuk, ham-
1-1,5 kg 1 210 - 220 90 - 120
lap Kotelet, ribbe-
tje
1-1,5 kg 1 180 - 190 60 - 90
Gehaktbrood 750 g -1 kg 1 170 - 190 50 - 60 Varkens-
schenkel
750 g -1 kg 1 200 - 220 90 - 120
(voorgekookt)
°C
1)
6 - 8
Tijd in min.
Kalfsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte
Geroosterd kalfsvlees
1)
1 kg 1 210 - 220 90 - 120
Temperatuur
°C
Tijd in min.
Kalfsschenkel 1,5-2 kg 1 200 - 220 150 - 180
1)
gebruik een afgesloten braadpan
www.electrolux.com
20
Lamsvlees
Lamsbout, ge­roosterd lams­vlees
Lamsrug 1 - 1,5 kg 1 210 - 220 40 - 60
Wild
Hazenrug, ha­zenbout
Reerug, her­tenrug
Reebout, her­tenbout
1)
Gevogelte
Stukken gevo­gelte
Halve kip 400-500 g elk 1 220 - 250 35 - 50 Kip, haantje 1-1,5 kg 1 220 - 250 50 - 70 Eend 1,5-2 kg 1 210 - 220 80 - 100 Gans 3,5-5 kg 1 200 - 210 150 - 180 Kalkoen 2,5-3,5 kg 1 200 - 210 120 - 180 Kalkoen 4-6 kg 1 180 - 200 180 - 240
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte
1 - 1,5 kg 1 210 - 220 90 - 120
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte
tot 1 kg 1
1,5-2 kg 1 210 - 220 35 - 40
1,5-2 kg 1 200 - 210 90 - 120
Oven voorverwarmen
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte
200-250g elk 1 220 - 250 20 - 40
Temperatuur
°C
Temperatuur
°C
220 - 240
1)
Temperatuur
°C
Tijd in min.
Tijd in min.
30 - 40
Tijd in min.
Vis
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte
Temperatuur
°C
Tijd in min.
Hele vis 1-1,5 kg 1 210 - 220 40 - 70
9.8 Braden met circulatiegrill
Rundvlees
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte
Rosbief of os­sehaas: rood
per cm dikte 1
Temperatuur
°C
190 - 200
1)
Tijd min.
5 - 6
NEDERLANDS 21
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte
Temperatuur
°C
Tijd min.
Rosbief of os­sehaas: medi-
per cm dikte 1 180 - 190 6 - 8
um Rosbief of os-
sehaas: gaar
1)
Oven voorverwarmen
per cm dikte 1 170 - 180 8 - 10
Varkensrug
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte
Temperatuur
°C
Tijd min.
Schouderstuk, nekstuk, ham-
1-1,5 kg 1 160 - 180 90 - 120
lap Kotelet, ribbe-
tje
1-1,5 kg 1 170 - 180 60 - 90
Gehaktbrood 750 g -1 kg 1 160 - 170 50 - 60 Varkensschen-
kel (voorge-
750 g -1 kg 1 150 - 170 90 - 120
kookt)
Kalfsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte Temperatuur°CTijd min.
Geroosterd
1 kg 1 160 - 180 90 - 120
kalfsvlees Kalfsschenkel 1,5-2 kg 1 160 - 180 120 - 150
Lamsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte Temperatuur°CTijd min.
Lamsbout, ge-
1-1,5 kg 1 150 - 170 100 - 120 roosterd lams­vlees
Lamsrug 1-1,5 kg 1 160 - 180 40 - 60
Gevogelte
Soort vlees Hoeveelheid Plaathoogte Temperatuur°CTijd min.
Stukken gevo-
200-250 g elk 1 200 - 220 30 - 50
gelte Halve kip 400-500 g elk 1 190 - 210 35 - 50 Kip, haantje 1-1,5 kg 1 190 - 210 50 - 70
Loading...
+ 47 hidden pages