DJI Spark Combo User Manual [nl]

SPARK
Gebruikershandleiding
2017.06
V1.2
Zoeken naar trefwoorden
Zoek naar trefwoorden zoals "accu" en "installeren" om een onderwerp te vinden. Gebruik je Adobe Acrobat Reader om dit document te openen? Druk dan op CTRL+F (Windows) of Command+F (Mac) om een zoekopdracht in te voeren.
Naar een onderwerp navigeren
Bekijk de volledige lijst van onderwerpen in de inhoudsopgave. Klik op een onderwerp om naar dat gedeelte te navigeren.
Dit document afdrukken
Dit document ondersteunt afdrukken met hoge resolutie.

Legenda

Waarschuwing Belangrijk Hints en tips Referentie

Lees eerst het volgende vóór de eerste vlucht

Lees de onderstaande instructies door voordat je SPARKTM gaat gebruiken:
1. Spark in de doos
2. Spark Gebruikershandleiding
3. Spark Snelstartgids
4. Spark Disclaimer en veiligheidsrichtlijnen
5. Spark Veiligheidsrichtlijnen Intelligent Flight Battery
Het verdient aanbeveling om op de officiële DJITM-website alle rondleidingvideo's te bekijken en de Disclaimer te lezen voordat je de drone in gebruik neemt. Lees de Spark Snelstartgids en raadpleeg de gebruikershandleiding voor meer bijzonderheden om je voor te bereiden op je eerste vlucht.

Videorondleidingen

Ga naar het onderstaande adres of scan de QR-code aan de rechterzijde om de Spark instructievideo’s te bekijken, die laten zien hoe je Spark veilig kunt gebruiken: http://www.dji.com/spark/info#video

Download de DJI GO 4-app

Zorg dat je de DJI GOTM 4-app tijdens de vlucht gebruikt. Scan de QR-code aan de rechterzijde om de nieuwste versie te downloaden. De Android-versie van de DJI GO 4 is compatibel met Android v4.4 of later. De iOS-versie van de DJI GO 4 is compatibel met iOS v9.0 of later.

Download DJI Assistant 2

Download DJI Assistant 2 via http://www.dji.com/spark/download
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
2
©
Inhoud
Leeswijzer
Legenda
Lees eerst het volgende vóór de eerste vlucht
Videorondleidingen
Download de DJI GO 4-app
Download DJI Assistant 2
Productproel
Inleiding
Belangrijkste functies
Overzicht drone
Activering
Drone
Vluchtmodi
Drone statusindicatoren
3D-sensorsysteem en zichtsysteem (Vision System)
Return-to-Home (RTH)
Intelligente vluchtmodi
Gebarenmodus
Vluchtrecorder
Propellers bevestigen en verwijderen
Intelligent Flight Battery
Gimbal en camera
De drone besturen met een mobiel apparaat
Afstandsbediening(optioneel)
Proel afstandsbediening
Gebruik van de afstandsbediening
Afstandsbediening koppelen
DJI GO 4-app
Equipment
Editor
SkyPixel
Me
2
2
2
2
2
2
6
6
6
7
7
9
9
10
11
13
16
23
26
26
27
30
31
36
36
37
38
41
41
44
44
44
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
3
Vlucht
Vereisten voor de vliegomgeving
Vluchtbeperkingen en No-Fly-zones
Checklist voor vluchtvoorbereiding
Automatisch opstijgen en automatisch landen
Starten/stoppen van de motoren (wanneer je de afstandsbediening gebruikt)
Vluchttest
Het kompas kalibreren
Firmware-updates
Bijlage
Specicaties
After-Sales-informatie
46
46
46
47
48
48
49
49
50
53
53
55
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
4
©
Productproel
In dit hoofdstuk wordt de DJI Spark geïntroduceerd en krijg je een overzicht van de onderdelen van de drone.
Productproel

Inleiding

De DJI Spark is de kleinste vliegende camera van DJI met een gestabiliseerde camera, intelligente vluchtmodi en een functie voor het vermijden van obstakels, geïntegreerd in een lichte en draagbare behuizing. Spark is uitgerust met een zichtsysteem en een 3D-sensorsysteem, waarmee je 1080p-video­opnamen en foto's van 12 megapixels kunt maken, QuickShot-modus en besturing met gebaren. Spark heeft een maximale vliegsnelheid* van 50 km/u (31 mph) en een maximale vliegtijd van 16 minuten**. Hij is
snel en leuk en maakt dronefotograe spannend en eenvoudig.

Belangrijkste functies

Spark ondersteunt besturing via een mobiel apparaat en besturing met gebaren, waardoor vliegen makkelijker wordt dan ooit. De optionele afstandsbediening biedt gebruikers die meer besturingsopties willen maximale vliegcapaciteiten.
Camera en gimbal: Met de Spark kun je video-opnamen maken met een resolutie van 1080 pixels en 30 beelden per seconde en uiterst heldere en scherpe foto's van 12 megapixels, dit alles gestabiliseerd door de compacte gimbal aan boord.
Vluchtcontroller: Deze nieuwe generatie vluchtcontroller is nóg veiliger en betrouwbaarder. De drone kan automatisch terugkeren naar de thuisbasis wanneer het transmissiesignaal verloren gaat of het accuniveau te laag is. De drone kan niet alleen stilhangen op lage hoogtes binnen, maar op zijn route ook obstakels detecteren en vermijden, wat de veiligheid vergroot.
* Bij een maximum vliegsnelheid moet de drone bediend worden met een Spark afstandsbediening.
** De maximale vliegduur is getest bij omstandigheden zonder wind en met een constante snelheid van
20 km/u (12,4 mph). Deze waarde is slechts indicatief.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
6
©

Overzicht drone

Spark Gebruikershandleiding
1 2
3 4
5
1. Propellers
2. Motoren
3. Voorste LED's
10
4. 3D-sensorsysteem
11
5. Gimbal en camera
6. Indicators dronestatus
9
6 7
8
7. Intelligent Flight Battery
8. Aan-/uitknop
9. Indicators accuniveau
10. Micro-USB-poort
11. Micro SD-kaartsleuf
12. Extern laadcontact
13
13. Zichtsysteem (Vision System)
12

Activering

Voordat je de Intelligent Flight Battery en drone voor de eerste keer gaat gebruiken, moeten ze eerst geactiveerd worden.
De Intelligent Flight Battery activeren
Met het oog op de veiligheid zijn vóór verzending alle accu's in de slaapstand. Gebruik de bijgeleverde USB-oplader om de accu voor de eerste keer op te laden en te activeren. Het verdient aanbeveling om de accu volledig op te laden vóór elke vlucht.
Stopcontact
USB-oplader Micro-USB-poort
100~240 V
De drone activeren
Start DJI GO 4, tik op het pictogram in de rechter bovenhoek, scan de QR-code op de verpakking of in het accucompartiment en volg de prompts voor activering.
Gebruik je DJI-account om de drone te activeren. Activering vereist een internetverbinding.
Internet
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
7
Drone
In dit hoofdstuk worden de vluchtcontroller, het 3D-sensorsysteem, het zichtsysteem en de Intelligent Flight Battery beschreven.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
8
©

Drone

Spark bevat een vluchtcontroller, video downlink-systeem, 3D-sensorsysteem, gimbal en camera, aandrijfsysteem en een Intelligent Flight Battery. In dit hoofdstuk worden de functies van de vluchtcontroller, het video-downlinksysteem en andere drone-onderdelen geïntroduceerd.

Vluchtmodi

Voor Spark zijn de volgende vluchtmodi beschikbaar: P-modus (Positionering): De P-modus werkt het beste wanneer het GPS-signaal sterk is. De drone maakt
Wanneer naar voren gerichte obstakeldetectie ingeschakeld is en de
Als het GPS-signaal zwak is en de lichtomstandigheden zijn te donker voor het
Opmerking: De P-modus vereist grotere bewegingen van de joystick om hoge
S-modus (sport): De drone gebruikt GPS voor positiebepaling. Aangezien naar voren gerichte
Opmerking: De respons van de drone is afgestemd op een optimale wendbaarheid
gebruik van GPS en zichtsysteem om zichzelf te lokaliseren, zich automatisch te stabiliseren en tussen obstakels te navigeren. Intelligente vluchtmodi zoals QuickShot, TapFly en ActiveTrack zijn in deze modus ingeschakeld.
lichtomstandigheden voldoende zijn, dan is de maximale hoek van de vluchtattitude 15° en de maximale vliegsnelheid 10,8 km/u (6,7 mph). Wanneer naar voren gerichte obstakeldetectie uitgeschakeld is, dan is de maximale hoek van de vluchtattitude 15° en de maximale vliegsnelheid 21,6 km/u (13,4 mph).
zichtsysteem, is de drone niet in staat automatisch obstakels te vermijden en gebruikt alleen zijn barometer voor positionering om de hoogte te controleren en wordt automatisch overgegaan op de ATTI-modus. Intelligente vluchtmodi zijn niet beschikbaar in de ATTI-modus.
snelheden te kunnen bereiken.
obstakeldetectie uitgeschakeld is, zal de drone in de sportmodus geen obstakels kunnen detecteren en vermijden. Intelligente vluchtmodi, Pano-modus en ShallowFocus zijn niet beschikbaar in de sportmodus.
en snelheid, zodat de drone effectiever reageert op bewegingen van de joystick.
Het 3D-sensorsysteem wordt uitgeschakeld in de S-modus (sport), wat inhoudt dat de drone
obstakels op zijn route niet automatisch kan vermijden.
De maximale snelheid en de remafstand van de drone zijn in de S-modus (sport) aanzienlijk
groter. Onder windloze omstandigheden is een minimale remafstand van 30 meter vereist. De daalsnelheid is in de S-modus (sport) aanzienlijk groter. De respons van de drone is in de S-modus (sport) aanzienlijk groter, wat betekent dat kleine
bewegingen van de joystick op de afstandsbediening zich vertalen in een grote reisafstand van
de drone. Wees tijdens een vlucht oplettend en houd een toereikende manoeuvreerruimte aan.
De S-modus is alleen beschikbaar met een Spark afstandsbediening. De S-modus wordt
uitgeschakeld bij vliegen met een mobiel apparaat. Gebruik de vluchtmodusschakelaar op de afstandsbediening om de vluchtmodi van de drone te
selecteren.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
9
Spark Gebruikershandleiding

Drone statusindicatoren

De Spark is uitgerust met LED's aan de voorzijde en indicatoren die de dronestatus aangeven. De posities van deze LED's worden getoond in de afbeelding hieronder:
LED's voorzijde
Indicators dronestatus
De LED’s aan de voorzijde geven de richting van de drone en de status van sommige functies weer (raadpleeg het hoofdstuk Gebarenmodus “Kenmerkbeschrijvingen” voor meer bijzonderheden). Wanneer de drone wordt ingeschakeld, branden de voorste LED's continu rood om de voorkant of neus van de drone aan te geven. De indicators van de dronestatus geven informatie over de systeemstatus van de vluchtcontroller. Raadpleeg de onderstaande tabel voor meer informatie over de indicators van de dronestatus.
Beschrijving van de indicator van de dronestatus
Normaal
Afwisselend rood, groen en geel knipperend Inschakelen en zelfdiagnosetest
Afwisselend geel en groen knipperend Bezig met opwarmen
Langzaam groen knipperend P-modus met GPS
×2 Tweemaal groen knipperend P-modus met zichtsysteem
Langzaam geel knipperend Geen GPS en zichtsysteem
Snel groen knipperend Bezig met remmen
Waarschuwing
Snel geel knipperend Signaal afstandsbediening verloren
Langzaam rood knipperend Waarschuwing laag accuniveau
Snel rood knipperend Waarschuwing extreem laag accuniveau
Rood knipperend IMU-fout
— Continu rood Kritieke fout
Snel afwisselend rood en geel knipperend Kompaskalibratie vereist
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
10
©
Spark Gebruikershandleiding

3D-sensorsysteem en zichtsysteem (Vision System)

Spark is uitgerust met een 3D-sensorsysteem 1, bestaande uit een 3D-infrarood module aan de voorzijde van de drone, die obstakels scant gedurende de vlucht.
De belangrijkste onderdelen van het zichtsysteem bevinden zich aan de onderzijde van het dronechassis. Dit omvat een camera 2 en een 3D-infrarood module 3. Het zichtsysteem maakt gebruik van een 3D-infrarood module en beeldgegevens om de drone te helpen zijn huidige positie te behouden voor nauwkeurig stilhangen in binnen gelegen ruimtes of andere omgevingen waarin GPS niet beschikbaar is.
Het 3D-sensorsysteem scant constant op obstakels, waardoor Spark obstakels kan vermijden wanneer de verlichting voldoende is.
2
1
Detectiebereik
Het detectiebereik van het 3D-sensorsysteem is hieronder afgebeeld. Merk op dat de drone geen obstakels kan detecteren of vermijden die zich niet binnen het detectiebereik bevinden.
0,2- 5 m
3
Gebruik van het zichtsysteem
Het zichtsysteem wordt automatisch geactiveerd wanneer de drone wordt ingeschakeld. Er is geen verdere actie vereist. Het zichtsysteem kan worden gebruikt in binnen gelegen ruimtes waar GPS niet beschikbaar is. Met het zichtsysteem kan de drone zelfs zonder GPS precies stil blijven hangen.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
11
Spark Gebruikershandleiding
Voer de stappen hieronder uit om het zichtsysteem te gebruiken:
1. Zorg ervoor dat de drone in de P-modus is en plaats de drone op een vlakke ondergrond. Merk op dat het zichtsysteem niet goed werkt op oppervlakken zonder duidelijke variaties in het patroon.
2. Schakel de drone in. Na het opstijgen zal de drone stilhangen op zijn plaats. De indicatoren van de dronestatus gaan tweemaal groen knipperen, wat aangeeft dat het zichtsysteem in werking is.
De drone kan actief remmen wanneer de drone obstakels herkent die vóór de drone aanwezig zijn. Dit wordt aangestuurd door het 3D-sensorsysteem. Het 3D-sensorsysteem werkt het best wanneer de verlichting toereikend is en het obstakel duidelijk gemarkeerd is of een duidelijke structuur heeft. De drone mag niet sneller vliegen dan 10,8 km/u (6,7 mph) om er zeker van te zijn dat de remafstand voldoende is.
De prestaties van het 3D-sensorsysteem en het zichtsysteem worden beïnvloed door het oppervlak waarboven wordt gevlogen. De drone zal automatisch overgaan van de P-modus naar de ATTI-modus indien noch GPS, noch het zichtsysteem beschikbaar zijn. Wees voorzichtig wanneer je Spark bedient in de volgende situaties:
Wanneer wordt gevlogen op hoge snelheden onder 0,5 meter hoogte. Wanneer wordt gevlogen boven monochrome oppervlakken (bijv. volledig zwart, volledig wit,
volledig rood of volledig groen).
Wanneer wordt gevlogen boven zeer reecterende oppervlakken.
Wanneer wordt gevlogen over water of transparante oppervlakken. Wanneer wordt gevlogen over bewegende oppervlakken of voorwerpen. Wanneer wordt gevlogen in een gebied waar de verlichting vaak of drastisch verandert. Wanneer wordt gevlogen boven extreem donkere (< 10 lux) of heldere (> 100.000 lux)
oppervlakken. Wanneer wordt gevlogen boven oppervlakken zonder duidelijke patronen of structuur. Wanneer wordt gevlogen boven oppervlakken met identieke herhalende patronen of structuren
(bijv. tegels).
Wanneer wordt gevlogen over kleine en jne voorwerpen (bijv. takken en hoogspanningsleidingen).
Wanneer wordt gevlogen op snelheden van meer dan 10,8 km/u (6,7 mph ) op 2 meter boven de
grond.
Houd sensoren te allen tijde schoon. Vuil of andere rommel kan de effectiviteit van sensoren
nadelig beïnvloeden.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
12
©
Spark Gebruikershandleiding

Return-to-Home (RTH)

De functie Return-to-Home (RTH) (terug naar thuisbasis) brengt de drone terug naar de laatst geregistreerde thuisbasis (Home Point). Er zijn drie soorten RTH: Smart RTH, RTH bij laag accuniveau en uitvalbeveiligde RTH. In het volgende gedeelte worden de drie RTH-scenario’s gedetailleerd beschreven.
GPS
Indien een sterk GPS-signaal werd ontvangen voordat de drone opsteeg, dan is deze locatie, vanwaar de drone opsteeg, de
Thuisbasis
thuisbasis. De sterkte van het GPS-signaal wordt aangegeven door het GPS-pictogram ( ). De indicator van de dronestatus knippert snel wanneer de thuisbasis wordt geregistreerd.
Smart RTH
Activeer Smart RTH wanneer GPS beschikbaar is. Tik op de RTH-knop in DJI GO 4 en volg de instructies op het scherm. De gebruiker kan ook onmiddellijk Smart RTH verlaten door het Stop-pictogram ×in DJI
GO 4 in te drukken. Smart RTH kan ook geactiveerd worden door de RTH-knop op de afstandsbediening ingedrukt te houden. Druk nogmaals hierop om af te sluiten.
RTH bij laag accuniveau
De RTH bij laag accuniveau wordt geactiveerd wanneer de capaciteit van de DJI Intelligent Flight Battery is gedaald tot een punt waarbij een veilige terugkeer van de drone in gevaar komt. Gebruikers wordt geadviseerd om terug te keren naar de thuisbasis of de drone onmiddellijk te laten landen wanneer daarom wordt gevraagd. DJI GO 4 toont een mededeling wanneer een waarschuwing voor een bijna lege accu wordt geactiveerd. Indien binnen 10 seconden na de waarschuwing geen actie wordt ondernomen, zal de drone automatisch naar de thuisbasis terugkeren. De gebruiker kan de RTH-procedure afbreken door op de RTH-knop of de vluchtpauzeknop op de afstandsbediening te drukken. De drempels voor deze waarschuwingen worden automatisch bepaald op basis van de huidige hoogte van de drone en de afstand vanaf de thuisbasis. De RTH bij laag accuniveau verschijnt slechts één keer tijdens de vlucht. De drone landt automatisch als het huidige accuniveau de drone alleen lang genoeg kan ondersteunen om van zijn huidige hoogte te dalen.
Beschrijving
De indicator van het accuniveau wordt weergegeven in DJI GO 4 en wordt hieronder beschreven:
Waarschuwing kritiek laag
accuniveau (rood)
Waarschuwing laag
accuniveau (geel)
Toereikend accuniveau
(groen)
Resterende vliegtijd
Voeding vereist om naar de thuisbasis terug te keren
Indicator accuniveau
12:29
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
13
Spark Gebruikershandleiding
Accuniveau
Waarschuwing
Waarschuwing laag bijna leeg is
Waarschuwing kritiek laag accuniveau
Geschatte resterende vliegtijd
Geef, als de waarschuwing voor een kritiek laag accuniveau wordt geactiveerd en de drone
automatisch begint te landen, gas met gebruik van de virtuele joysticks of besturingssticks om de drone op zijn huidige hoogte te houden. Dit biedt je de gelegenheid om naar een geschiktere landingslocatie te navigeren.
De gekleurde zones en markeringen op de balk van de indicator van het accuniveau geven de geschatte resterende vliegtijd aan.
van de drone aan.
Opmerking
Accuniveau is laag. Laat de drone landen.
De drone moet onmiddellijk landen.
Geschatte resterende vlucht gebaseerd op huidig accuniveau.
Statusindicator
drone
De indicator van dronestatus knippert langzaam in ROOD.
De indicator van dronestatus knippert snel in ROOD.
N.v.t. N.v.t. N.v.t.
Deze passen zich automatisch aan de huidige locatie en status
DJI GO 4-app Vluchtinstructies
Tik op "Go-home" om de drone automatisch te laten terugkeren naar de thuisbasis of tik op "Cancel" om de normale vlucht te hervatten. Als geen actie wordt ondernomen, zal de drone na 10 seconden automatisch teruggaan naar de thuisbasis. De afstandsbediening zal een alarm laten horen.
Het display van de DJI GO 4-app knippert in rood en de drone begint te dalen. De afstandsbediening zal een alarm laten horen.
Laat de drone zo spoedig mogelijk terugvliegen en landen, zet vervolgens de motoren stop en vervang de accu.
Laat de drone automatisch dalen en landen.
Uitvalbeveiligde RTH (Failsafe)
Indien de thuisbasis met succes was geregistreerd en het kompas normaal functioneert, dan wordt de uitvalbeveiligde RTH automatisch geactiveerd indien het draadloze signaal gedurende een bepaalde periode verloren is geraakt (drie seconden bij gebruik van de afstandsbediening en 20 seconden bij
gebruik van wi). De gebruiker kan de uitvalbeveiligde RTH wissen om de controle weer terug te krijgen
wanneer de draadloze signaalverbinding is hersteld.
RTH-procedure
1. Thuisbasis wordt automatisch geregistreerd.
2. RTH-procedure wordt geactiveerd, dat wil zeggen Smart RTH, RTH laag accuniveau en uitvalbeveiligde RTH.
3. Thuisbasis is bevestigd en de drone past zijn richting aan.
4. a. De drone stijgt naar de vooraf ingestelde RTH-hoogte en wanneer hij verder dan 20 meter van de
thuisbasis is verwijderd, vliegt hij vervolgens naar de thuisbasis.
b. Wanneer de drone tussen de 3 en 20 meter van de thuisbasis is verwijderd, keert hij op de huidige
hoogte naar de thuisbasis terug met behulp van de optie RTH op huidige hoogte ingeschakeld (standaardinstelling in DJI GO 4), indien hij op 2,5 meter hoogte of hoger vliegt. De drone stijgt tot 2,5 meter hoogte en keert vervolgens terug naar de thuisbasis, indien hij lager dan 2,5 meter vliegt.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
14
©
Spark Gebruikershandleiding
Opmerking: Als de optie RTH op huidige hoogte in DJI GO 4 is uitgeschakeld, zal de drone automatisch landen wanneer hij zich tussen de 3 en 20 meter van de thuisbasis bevindt.
c. De drone zal automatisch landen indien RTH is geactiveerd en de drone minder dan 3 meter is
verwijderd van de thuisbasis.
5. De drone zal op 0,3 meter boven de grond blijven stilhangen en wachten op bevestiging van de gebruiker. Na bevestiging van de gebruiker zal de drone landen en de motoren uitschakelen.
1 Registratie thuisbasis
2 Signaal afstandsbediening verloren
3 Signaal langere tijd verloren
×
Stilhangen op 0,3 meter boven de thuisbasis
4 RTH (afstelbare hoogte)
×
Hoogte boven thuisbasis>Uitvalbeveiligde hoogte
Stijgen naar uitvalbeveiligde hoogte
Uitvalbeveiligde hoogte
Hoogte boven thuisbasis<=Uitvalbeveiligde hoogte
×
5 Landing (na bevestiging gebruiker)
×
De drone kan niet terugkeren naar de thuisbasis wanneer het GPS-signaal zwak of niet
beschikbaar is.
Het is belangrijk om vóór elke vlucht een juiste uitvalbeveiligde hoogte in te stellen. Activeer de
DJI GO 4-app, tik op "GO FLY" en tik op om de uitvalbeveiligde hoogte in te stellen.
De drone stopt met stijgen en keert direct terug naar de thuisbasis als je de gasstick in de drone
beweegt wanneer de drone tijdens een uitvalbeveiligde RTH een hoogte van minimaal 20 meter (65 ft) bereikt.
Vermijden van obstakels tijdens RTH
Spark zal naar de thuisbasis terugkeren met een vliegsnelheid van 10 m/s en kan geen obstakels vermijden wanneer RTH is geactiveerd en de drone meer dan 100 meter van de thuisbasis is verwijderd.
Tijdens RTH kan Spark obstakels detecteren en deze actief proberen te vermijden, mits de lichtomstandigheden toereikend genoeg zijn voor het 3D-sensorsysteem en RTH is geactiveerd wanneer de drone minder dan 100 meter van de thuisbasis is verwijderd. Na detectie van een obstakel zal de drone als volgt handelen:
1. De drone vertraagt wanneer een obstakel wordt gedetecteerd op 5 meter (16 ft).
2. De drone stopt en hangt stil. Vervolgens begint hij achteruit te vliegen totdat het 3D-sensorsysteem
geen obstakels meer kan detecteren.
3. De drone stijgt verticaal gedurende circa vijf seconden.
4. De RTH-procedure wordt hervat. De drone vervolgt met vliegen naar de thuisbasis op de huidige
hoogte.
5 m
Stijgt gedurende vijf seconden
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
15
Spark Gebruikershandleiding
Obstakeldetectie zal uitschakelen en de drone zal automatisch naar de uitvalbeveiligde hoogte
stijgen en op een vliegsnelheid van 10 m/s naar de thuisbasis vliegen indien het obstakel nog steeds gedetecteerd kan worden nadat de drone 10 meter achteruit is gevlogen.
De drone zal de stappen 1-3 herhalen indien het obstakel wederom gedurende de stijging wordt
gedetecteerd.
De drone kan geen obstakels vermijden boven, naast of achter de drone.
Precisielanding
Tijdens Return-to-Home scant Spark automatisch de terreinkenmerken onder de drone en probeert overeenstemmende kenmerken te zoeken. Wanneer het huidige terrein overeenkomt met het terrein van de thuisbasis, zal Spark onmiddellijk beginnen met landen om een precisielanding tot stand te brengen. DJI GO 4 toont een prompt 'geen overeenstemmend terrein' indien geen overeenstemmende kenmerken worden gevonden.
De prestatie van de precisielanding is onderhevig aan de volgende voorwaarden: a. De thuisbasis was geregistreerd toen de drone opsteeg en kan tijdens de vlucht niet worden ververst. b. De drone moet verticaal opstijgen. De opstijghoogte moet meer zijn dan zeven meter. c. De terreinkenmerken van de thuisbasis blijven grotendeels ongewijzigd. d. Een terrein van de thuisbasis met weinig karakteristieke kenmerken zal de prestaties nadelig
beïnvloeden. e. De lichtomstandigheden mogen niet te licht of te donker zijn. Tijdens de landing zijn de volgende acties beschikbaar: a. Gashendel naar beneden om de landing te versnellen. b. De joysticks in een andere richting bewegen zal de precisielanding doen stoppen. Spark zal
verticaal landen nadat de joysticks worden losgelaten.

Intelligente vluchtmodi

Spark ondersteunt intelligente vluchtmodi, inclusief QuickShot, ActiveTrack, TapFly, gebaren-, en statiefmodus. Tik op in DJI GO 4 of druk op de functietoets op de afstandsbediening om een intelligente
vluchtmodus te activeren.
QuickShot
De opnamemodi van QuickShot omvatten Rocket, Dronie, Circle en Helix. Spark maakt een video­opname volgens de geselecteerde opnamemodus en maakt er vervolgens automatisch een korte video van 10 seconden van. De video kan worden bekeken, bewerkt of gedeeld op de sociale media via het menu Afspelen.
Dronie: Vlieg achteruit en omhoog, met de camera op je object gericht.
Cirkel: Cirkel om je object heen.
Helix: Vlieg omhoog en kringel om je object heen.
Rocket: Stijg op met de camera naar beneden gericht.
QuickShot gebruiken
Zorg ervoor dat de drone in de P-modus is en dat de Intelligent Flight Battery voldoende is opgeladen. Voer de stappen hieronder uit om QuickShot te gebruiken:
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
16
©
Spark Gebruikershandleiding
GO
1. Stijg op en zorg ervoor dat de drone op ten minste 1,5 meter (4,5 ft) boven de grond vliegt.
1,5 m
2. Start DJI GO 4, tik op , selecteer vervolgens QuickShot en volg de instructies.
12
In-FlightGPS
QuickShot
09:29
1080P/30
61%
2.4G
H 9.6
S 1.1D 9.6
3. Selecteer je doelobject in de cameraweergave en kies een opnamemodus. Tik op “GO” om te beginnen met opnemen. De drone zal naar zijn oorspronkelijke positie terugvliegen nadat de opname is beëindigd.
12
In-FlightGPS
QuickShot
09:29
1080P/30
61%
2.4G
4. Bekijk en bewerk de geproduceerde of oorspronkelijke video met Afspelen.
QuickShot is alleen beschikbaar wanneer het GPS-signaal sterk is. Tik op In QuickShot kan de drone niet automatisch obstakels vermijden. Gebruik alleen QuickShot in grote
in DJI GO 4 om QuickShot op elk moment gedurende de opname te verlaten
.
open ruimtes.
ActiveTrack
Met ActiveTrack kun je op het scherm van je mobiele apparaat een bewegend object markeren en volgen. Er is geen extern volgapparaat nodig.
Spark kan automatisch etsen en andere voertuigen, mensen en dieren identiceren en volgen en voor
elke categorie verschillende volgstrategieën gebruiken.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
17
Spark Gebruikershandleiding
GO
Gebruik van ActiveTrack
Zorg ervoor dat de Intelligent Flight Battery volledig is opgeladen en de drone in de P-modus staat. Volg de onderstaande stappen om ActiveTrack te gebruiken:
1. Stijg op en blijf op ten minste 1,5 meter (4,5 ft) boven de grond stilhangen.
1,5 m
2. Tik in DJI GO 4 op om de vluchtmodi op te roepen en selecteer ActiveTrack.
12
In-FlightGPS
P-GPS
09:29
1080P/30
61%
2.4G
H 9.6
S 1.1D 9.6
3. Tik op het object dat je wilt volgen en tik vervolgens om je keuze te bevestigen. Indien het object niet automatisch wordt herkend, sleep er dan een vak omheen. Het vak wordt groen wanneer de volgfunctie in werking is. Indien het vak rood wordt, kan het object niet worden geïdentificeerd en moet je het opnieuw proberen.
12
In-FlightGPS
ActiveTrack
09:29
1080P/30
61%
2.4G
4. De drone zal op zijn vliegpad obstakels automatisch vermijden. Indien de drone het object tijdens het volgen kwijtraakt omdat het te snel beweegt of wordt verduisterd, selecteer het object dan opnieuw om het volgen te hervatten.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
18
©
Spark Gebruikershandleiding
ActiveTrack omvat de volgende functies:
Volgen Proel
De drone volgt het object in een constante hoek
De drone volgt het object op een constante afstand. Gebruik de rolstick op de afstandsbediening of de schuif in DJI GO 4 om het object te omcirkelen.
SELECTEER GEEN gebied met mensen, dieren, kleine en jne objecten (bijv. takken en hoog-
spanningsleidingen) of transparante objecten (bijv. glas of water).
Blijf uit de buurt van obstakels bij het vliegpad, in het bijzonder wanneer de drone naar achteren
vliegt. Bedien de drone handmatig of tik op -pictogram in DJI GO 4 in een noodgeval. Wees extra voorzichtig met het gebruik van ActiveTrack in de volgende situaties:
a) Het gevolgde object beweegt zich niet op een horizontaal vlak.
b) Het gevolgde object verandert drastisch van vorm terwijl het beweegt.
c) Het gevolgde object kan lange tijd geblokkeerd of uit het zicht zijn.
d) Het gevolgde object beweegt zich op een besneeuwd oppervlak.
e) Het gevolgde object heeft een vergelijkbare kleur of een vergelijkbaar patroon als de omgeving.
f) Er is te weinig licht (< 300 lux) of te veel licht (> 10.000 lux). Je dient je aan de lokale privacywetgeving en regelgeving houden bij het gebruik van ActiveTrack.
en op een constante afstand vanaf de zijkant. Gebruik de rolstick op de afstandsbediening om het object te omcirkelen. De drone kan geen
obstakels vermijden in de proelmodus. Gebruik
deze modus in open gebieden.
ActiveTrack verlaten
Gebruik de volgende methoden om ActiveTrack te verlaten:
1. Druk op de vluchtpauzeknop op de afstandsbediening.
2. Tik op het -pictogram op het scherm.
OF
Nadat ActiveTrack is verlaten, zal de drone stilhangen op zijn plaats. Je kunt er dan voor kiezen om handmatig te vliegen, een ander object te volgen of terug te keren naar de thuisbasis.
TapFly
TapFly is voorzien van twee hele nieuwe submodi, de coördinatenmodus en de richtingmodus. Standaard is de coördinatenmodus. De drone zal gedetecteerde obstakels automatisch vermijden of vóór hen afremmen en stil blijven hangen, mits er voldoende licht is tussen < 300 lux en > 10.000 lux.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
19
Spark Gebruikershandleiding
GO
Coördinatenmodus
Tik op een specieke locatie op het scherm. De drone zal naar dat punt op je huidige hoogte toegaan en
vervolgens op zijn plaats stil blijven hangen.
Coördinatenmodus gebruiken Zorg ervoor dat de Intelligent Flight Battery volledig is opgeladen en de drone in de P-modus staat. Voer de stappen hieronder uit om de coördinatenmodus te gebruiken:
1. Stijg op en zorg ervoor dat de drone op ten minste 1 meter (3 ft) boven de grond hangt.
1 m
2. Activeer DJI GO 4 en tik op . Selecteer TapFly, coördinatenmodus en volg vervolgens de instructies.
12
In-FlightGPS
P-GPS
09:29
1080P/30
61%
2.4G
H 9.6
S 1.1D 9.6
3. Tik eenmaal op het doel en wacht totdat het pictogram “GO” verschijnt. Tik op het pictogram “GO” om je keuze te bevestigen waarna de drone automatisch naar het doel zal vliegen. Een melding volgt, indien het doel niet kan worden bereikt. Selecteer, indien dit het geval is, een ander doel en probeer opnieuw.
12
In-FlightGPS
H 9.6
TapFly
09:29
S 1.1D 9.6
1080P/30
61%
2.4G
4. Door op het scherm te tikken kan het doel tijdens de vlucht gewijzigd worden.
5. Houd je vinger gedurende circa twee seconden op het scherm totdat een blauwe cirkel verschijnt. Versleep de cirkel naar boven en naar beneden om de kantelhoek van de gimbal aan te passen.
Zorg ervoor dat het doel zich op een vlakke ondergrond bevindt, wanneer je de coördinatenmodus gebruikt. Anders zou de drone niet nauwkeurig zijn doel kunnen bereiken.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
20
©
Spark Gebruikershandleiding
Coördinatenmodus verlaten Gebruik de volgende methoden om de coördinatenmodus te verlaten:
1. Tik op het -pictogram op het scherm.
2. Trek gedurende 3 seconden of langer de hellingsstick op de afstandsbediening terug.
3. Druk op de vluchtpauzeknop op de afstandsbediening.
4. Versleep de blauwe cirkel naar links en rechts.
Richtingmodus
Blijf vliegen in de richting die je op het scherm aantikt.
Richtingmodus gebruiken Zorg ervoor dat de Intelligent Flight Battery volledig is opgeladen en de drone in de P-modus staat. Voer de stappen hieronder uit om de richtingmodus te gebruiken:
1. Stijg op en zorg ervoor dat de drone op ten minste 1 meter (3 ft) boven de grond vliegt.
1 m
2. Activeer DJI GO 4 en tik op . Selecteer TapFly, ga over naar richtingmodus en volg vervolgens de instructies.
12
In-FlightGPS
P-GPS
09:29
1080P/30
61%
2.4G
H 9.6
S 1.1D 9.6
3. Tik eenmaal op het doel en wacht totdat het pictogram “GO” verschijnt. Tik op het pictogram “GO” om je keuze te bevestigen waarna de drone automatisch in die richting zal vliegen.
12
In-FlightGPS
TapFly
09:29
1080P/30
61%
2.4G
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
21
Spark Gebruikershandleiding
Na bevestiging van de keuze zal de drone in de richting vliegen die wordt gemarkeerd door het pictogram “GO”. De drone zal automatisch zijn snelheid aanpassen wanneer de drone vóór zich een obstakel detecteert of wanneer de drone te dichtbij de grond vliegt. Er kan bij navigatie tussen obstakels echter niet op deze functie worden vertrouwd.
Uitvalbeveiligingsprocedures krijgen prioriteit boven alle functies van TapFly. Indien het GPS-signaal zwak is, zal de drone de zelfstandige vlucht verlaten en terugkeren naar de thuisbasis.
Richtingmodus verlaten Gebruik de volgende methoden om de richtingmodus te verlaten:
1. Tik op het -pictogram op het scherm.
2. Trek gedurende 3 seconden of langer de hellingsstick op de afstandsbediening terug.
3. Druk op de vluchtpauzeknop op de afstandsbediening.
De drone zal stoppen en stilhangen nadat de richtingmodus is verlaten. Tik op een nieuwe doelrichting om verder te vliegen of een handmatige vlucht te beginnen.
OF OF
Vluchtpauzeknop
Vlieg met de drone NIET over mensen, dieren, kleine en fijne objecten (bijv. takken en hoogspanningsleidingen) of transparante objecten (bijv. glas of water). De TapFly-modus werkt mogelijk niet goed als de drone boven water of een met sneeuw bedekt gebied vliegt. Kijk uit voor obstakels op het vliegpad en stuur uit de buurt hiervan.
Er kunnen afwijkingen zijn tussen verwachte en werkelijke vliegpaden die je in TapFly hebt
geselecteerd.
Het selecteerbare bereik voor de doelrichting is beperkt. Je kunt dichtbij de bovenste of onderste
rand van het scherm geen keuze voor richtingmodus maken.
Wees extra voorzichtig tijdens het vliegen in te donkere (< 300 lux) of te lichte (> 10.000 lux)
omgevingen.
Statiefmodus
Tik op het pictogram in DJI GO 4 om de statiefmodus in te schakelen. In de statiefmodus is de maximum vliegsnelheid beperkt tot 3,6 km/u (2,2 mph). Ook de respons op joystickbewegingen is verminderd om de bewegingen meer controleerbaar vloeiender te maken.
Gebruik de statiefmodus alleen wanneer het GPS-signaal sterk is of wanneer de lichtomstandigheden ideaal zijn voor het zichtsysteem. Er wordt automatisch overgegaan op de Atti-modus indien het GPS-signaal verloren raakt en het zichtsysteem niet functioneert. In dit geval zal de vliegsnelheid toenemen en zal de drone niet stilhangen op zijn plaats. Gebruik de statiefmodus voorzichtig.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
22
©
Spark Gebruikershandleiding

Gebarenmodus

Met een goed begrip van gebarenherkenning kan je selfies maken met eenvoudige handbewegingen. Spark is uitgerust met fonkelnieuwe gebarenbesturingen zoals PalmLaunch, PalmControl, PalmLand,
Beckon en Sele. Uit veiligheidsoverwegingen adviseren wij je de Spark-afschermingen voor propellers te
installeren alvorens de gebarenmodus te gebruiken.
Kenmerkbeschrijvingen Voorste LED's Afbeelding
PalmLaunch
1. Zet de drone aan terwijl je hem vasthoudt. Wacht totdat de drone-statusindicators groen knipperen. Zorg ervoor dat je vingers zich goed onder de armen van de drone bevinden.
2. Tik vervolgens tweemaal op de aan-/uitknop van de Intelligent Flight Battery. De voorste LED’s zouden langzaam geel moeten knipperen.
3. FaceAware begint automatisch te werken. Wanneer FaceAware succesvol wordt geactiveerd, laat de drone twee keer een geluidssignaal horen en de voorste LED’s worden gedurende zes seconden continu groen. Indien de voorste LED’s twee keer rood knipperen, dan is FaceAware mislukt. Herhaal stap 2.
4. De voorste LED’s zullen continu rood branden nadat de motoren beginnen te draaien. Laat de drone los. De drone zal stilhangen op zijn plaats.
Start/Stop PalmControl
Continu
——
rood
Knippert geel
Continu
——
groen
Continu
——
rood
1. Ga voor de drone staan, hef vervolgens één arm op en steek hem uit in de richting van de drone. Strek je vingers en houd ze dicht bijeen. Plaats gedurende ongeveer twee seconden je handpalm op circa 0,7 m voor de neus van de drone.
2. De voorste LED’s zullen continu groen branden indien de activering van PalmControl succesvol is. Pas je afstand van de drone aan indien de voorste LED’s snel geel beginnen te knipperen. Dit betekent dat je je te dichtbij of te ver weg van de drone bevindt.
3. Je hand snel laten vallen zorgt voor het verlaten van PalmControl en de voorste LED’s gaan continu rood branden.
groen
rood
——
——
Continu
Continu
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
23
Spark Gebruikershandleiding
Positie instellen
1. Beweeg je handpalm langzaam op en neer om
de hoogte van de drone te regelen en houd een constante afstand aan tussen je handpalm en de drone.
2. Houd je handpalm op een constante afstand
van je lichaam (zoals afgebeeld), beweeg vervolgens je arm naar links of rechts om de richting van de drone te regelen.
3. Houd je handpalm op een constante afstand van
je lichaam, beweeg naar voren of naar achteren om voorwaarts of achterwaarts te vliegen.
Volg mij
1. Ga voor de drone staan, hef één arm op
en zwaai snel met je hand naar de camera. Plaats gedurende ongeveer twee seconden je handpalm op circa 0,7 m voor de neus van de drone.
2. De voorste LED’s zullen twee keer groen
knipperen indien het gebaar succesvol wordt herkend. De drone zal stijgen en achteruit vliegen. Vervolgens zal hij op 2,3 meter hoogte op zijn plaats stil blijven hangen op 3 meter afstand van waar jij je bevindt.
3. De voorste LED’s gaan continu groen branden
en de drone begint automatisch te volgen.
4. Indien het zwaaigebaar mislukt, kan je Volg mij
activeren door beide armen gedurende twee seconden in een Y-vorm boven je hoofd te houden.
Seles maken
Continu
——
groen
×2
Knippert tweemaal groen
Continu
——
groen
1. Maak, terwijl de drone jou volgt, een frame met
je handen en deze begint een sele te maken.
2. Het sele-gebaar is succesvol herkend, als de
voorste LED’s langzaam rood knipperen. Wacht
drie seconden op het aftellen voor sele. De
voorste LED’s knipperen snel rood, waarmee
aangegeven wordt dat de camera een sele
gaat maken.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
24
©
Langzaam rood knipperend
Beckon
1. Houd je armen gedurende twee seconden in
een Y-vorm boven je hoofd nadat de drone begint te volgen.
Spark Gebruikershandleiding
2. Wanneer Beckon succesvol is geactiveerd, zal
de drone naar je toe vliegen en op 1,2 meter afstand van bij jou vandaan op 1,5 meter hoogte boven de grond hangen.
3. De voorste LED’s zullen veranderen in continu
rood.
PalmLand
Plaats je handpalm op ongeveer 0,5 meter onder de drone en niet verder dan 1,5 meter bij je vandaan. De drone zal langzaam dalen en landen op je handpalm.
Uit veiligheidsoverwegingen adviseren wij je de Spark-afschermingen voor propellers te installeren alvorens de gebarenmodus te gebruiken. Besturing met gebaren moet worden geactiveerd in DJI GO 4 door te tikken op . In PalmLaunch zullen de dronestatusindicatoren normaal knipperen en geen verloren afstandssignaal weergeven, zelfs zonder dat een mobiel apparaat of afstandsbediening is aangesloten. Gebruik de gebarenmodus in open gebieden. De gebarenmodus kan alleen worden gebruikt om foto's te nemen.
Door GPS op je mobiele apparaat in te schakelen, kan de drone nauwkeuriger volgen in de gebarenmodus.
rood
rood
——
——
Continu
Continu
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
25
Spark Gebruikershandleiding

Vluchtrecorder

Vluchtgegevens worden automatisch geregistreerd in de interne opslaglocatie van de drone. Deze gegevens omvatten vluchttelemetrie, informatie over de dronestatus, en andere parameters. Sluit de drone aan op de PC via de Micro USB-poort als je deze gegevens wilt inzien.

Propellers bevestigen en verwijderen

Gebruik voor je Spark alleen propellers die zijn goedgekeurd door DJI. Propellers met witte ring en ongemarkeerde propellers geven aan waar deze moeten worden bevestigd en in welke richting deze moeten ronddraaien.
Propellers Witte ring Ongemarkeerd
Afbeelding
Bevestigen op Motoren met witte markeringen Motoren zonder witte markeringen
Legenda
Propellers bevestigen
Bevestig de propellers met de witte ringen op de montageplaat met witte markeringen. Druk elke propeller op de montageplaat en draai deze naar de vergrendelstand totdat de propeller vastzit. Bevestig de ongemarkeerde propellers op de montagebases zonder markeringen. Klap alle propellerbladen uit.
Vergrendelen: Draai de propellers in de aangegeven montagerichting en zet de
propellers vast.
Gemarkeerd Ongemarkeerd
Propellers demonteren
Druk de propellers omlaag tot in de motorsteun en draai ze in de ontgrendelingsrichting.
Propellerbladen zijn scherp; behandel ze voorzichtig. Gebruik alleen propellers die door DJI zijn goedgekeurd. Gebruik geen verschillende propellertypes door elkaar. Blijf uit de buurt van ronddraaiende motoren. Raak de propellers niet aan als deze ronddraaien. Controleer vóór elke vlucht of de propellers en motoren stevig en correct zijn geïnstalleerd. Controleer vóór elke vlucht of de propellers in goede staat zijn. Gebruik geen oude, beschadigde of gebroken propellers. Blijf om letsel te voorkomen uit de buurt van ronddraaiende propellers of motoren en raak deze niet aan. Gebruik alleen originele DJI-propellers om verzekerd te zijn van een veiligere en betere vlucht.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
26
©
Spark Gebruikershandleiding

Intelligent Flight Battery

Inleiding
De DJI Intelligent Flight Battery heeft een capaciteit van 1480 mAh, een spanning van 11,4 V en een slimme laad/ontlaadfunctie. De accu mag alleen worden opgeladen met een geschikte oplader die is goedgekeurd door DJI.
Intelligent Flight Battery Oplader
De Intelligent Flight Battery moet vóór het eerste gebruik volledig zijn opgeladen.
Functies van de DJI Intelligent Flight Battery
1. Weergave accuniveau: De LED-indicators geven het huidige accuniveau weer.
2. Automatisch ontladen: De accu ontlaadt automatisch tot onder 70% van de totale lading bij inactiviteit van meer dan 10 dagen, om opzwellen te voorkomen. Het duurt ongeveer twee dagen om de accu naar 65% te ontladen. Het is normaal dat je een matige warmte uit de accu voelt komen tijdens de ontlaadprocedure. In de DJI GO 4-app kunnen ontlaaddrempels worden ingesteld.
3. Uitgebalanceerd opladen: Zorgt tijdens het opladen automatisch voor een evenwichtige spanning van elke accucel.
4. Overlaadbeveiliging: Het opladen stopt automatisch wanneer de accu volledig opgeladen is.
5. Temperatuurdetectie: De accu laadt uitsluitend op wanneer de temperatuur tussen de 5° C (41° F) en
40˚ C (104° F) is.
6. Overstroombeveiliging: De accu stopt met opladen wanneer een hoog ampèrage wordt ontdekt (meer dan 3 A).
7. Bescherming tegen te hoge ontlading: Het ontladen stopt automatisch om schade door te hoge ontlading te voorkomen.
8. Beveiliging tegen kortsluiting: Onderbreekt automatisch de stroomvoorziening als kortsluiting wordt gedetecteerd.
9. Slaapstand: Na een inactiviteit van 20 minuten onderbreekt de accu de stroomvoorziening en schakelt uit om op stroom te besparen. De accu gaat na een inactiviteit van zes uur in slaapstand, wanneer het accuniveau minder is dan 10% om een te hoge ontlading te voorkomen. De accuniveau-indicatoren lichten niet op. Door het opladen wordt de accu uit de slaapstand gehaald.
10. Communicatie: Informatie over de spanning, capaciteit, stroom, etc. van de accu wordt verzonden
naar de hoofdcontroller van de drone.
Raadpleeg de veiligheidsrichtlijnen van Spark Intelligent Flight Battery voordat je de accu in gebruik neemt. Gebruikers zijn volledig aansprakelijk voor alle handelingen en elk gebruik.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
27
Spark Gebruikershandleiding
Gebruik van de accu
In/uitschakelen
Inschakelen: Druk één keer op de aan-/uitknop, druk nogmaals op deze knop en houd deze twee seconden ingedrukt om de accu in te schakelen. Het systeemstatusscherm van de afstandsbediening toont het huidige accuniveau. Uitschakelen: Druk één keer op de aan-/uitknop, druk nogmaals op deze knop en houd deze twee seconden ingedrukt om de accu uit te schakelen.
Indicators accuniveau
LED1 LED2 LED3 LED4
Aan-/uitknop
Bericht temperatuur laag:
1. De accucapaciteit wordt aanzienlijk minder als wordt gevlogen in omgevingen met lage temperaturen (tussen 0° C en 5° C).
2. Accu's kunnen niet worden gebruikt in omgevingen met extreem lage temperaturen (< 0° C).
3. Stop de vlucht zo spoedig mogelijk wanneer de DJI GO 4-app in omgevingen met lage temperaturen het bericht "Low Battery Level Warning" toont.
4. Houd de temperatuur van de accu boven 20°C om verzekerd te zijn van een optimale accuprestatie.
Plaats in koude omgevingen de accu in het accucompartiment, schakel de drone in en laat deze
circa 1 tot 2 minuten ingeschakeld om de accu op te warmen voordat wordt opgestegen.
Accuniveau controleren
De indicators van het accuniveau tonen hoeveel stroom nog resteert. Druk, terwijl de accu uitgeschakeld is, eenmaal op de aan-/uitknop, waarna de indicators van het accuniveau gaan branden om het huidige accuniveau aan te duiden. Zie hieronder voor bijzonderheden.
De indicators van het accuniveau tonen ook tijdens het opladen en ontladen het huidige accuniveau. De indicators worden hieronder beschreven.
: LED is aan. : LED knippert. : LED is uit.
LED1 LED2 LED3 LED4 Accuniveau
88%~100%
75%~88%
63%~75%
50%~63%
38%~50%
25%~38%
13%~25%
0%~13%
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
28
©
Spark Gebruikershandleiding
De Intelligent Flight Battery opladen
1. Sluit de acculader aan op een stroombron (100-240 V, 50/60 Hz).
2. Sluit de Micro-USB-poort op Spark aan op de acculader om met het opladen te starten.
3. De indicator van het accuniveau geeft tijdens het opladen het huidige accuniveau weer.
4. De Intelligent Flight Battery is volledig opgeladen wanneer alle indicators van het accuniveau uit zijn. Het duurt ongeveer 1 uur en 20 minuten om de accu volledig op te laden. Maak de oplader los wanneer de accu volledig opgeladen is.
Oplader
Plaats of verwijder een accu nooit wanneer deze ingeschakeld is. Laat de accutemperatuur dalen tot kamertemperatuur voordat deze langere tijd wordt opgeborgen.
De oplader stopt met opladen van de accu als de celtemperatuur van de accu niet binnen het
werkbereik is (5° C tot 40° C).
LED1 LED2 LED3 LED4 Accuniveau
Stopcontact
0%~50%
50%~75%
75%~100%
Volledig opgeladen
LED-display accubeveiliging
De tabel hieronder toont de accubeveiligingsmechanismen en de bijbehorende LED-patronen.
LED1 LED2 LED3 LED4 Knipperpatroon Accubeveiligingsitem
LED2 knippert tweemaal per seconde
LED2 knippert driemaal per seconde
LED3 knippert tweemaal per seconde
LED3 knippert driemaal per seconde
LED4 knippert tweemaal per seconde
LED4 knippert driemaal per seconde
Overstroom gedetecteerd
Kortsluiting gedetecteerd
Overlading gedetecteerd
Overspanning oplader gedetecteerd
Oplaadtemperatuur is te laag
Oplaadtemperatuur is te hoog
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
29
Spark Gebruikershandleiding
Druk, nadat deze problemen zijn opgelost, op de aan-/uitknop om de indicatoren van het accuniveau uit te schakelen. Haal de Intelligent Flight Battery uit de oplader en plaats deze vervolgens terug om het opladen te hervatten. Je hoeft de oplader niet te verwijderen en terug te plaatsen bij een fout in de kamertemperatuur. De oplader zal het opladen hervatten wanneer de temperatuur weer binnen het toegestane bereik is.
DJI aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid voor schade die wordt veroorzaakt door opladers van andere producenten.
Ontladen van de Intelligent Flight Batteries voor lange reizen:
Vlieg met Spark buiten totdat er minder dan 30% stroom over is of totdat de accu niet langer kan worden ingeschakeld.

Gimbal en camera

Gimbal
Proel
De 2-assige mechanische gimbal van Spark biedt stabilisatie voor de aangesloten camera, zodat je
heldere, stabiele foto's en video-opnamen kunt maken. De gimbal heeft een kantelbereik van 85˚.
Druk in de cameraweergave op het scherm en houd je vinger op het scherm totdat een blauwe cirkel verschijnt. Door de cirkel naar links en naar rechts te verslepen, kun je de richting van de drone regelen en door de cirkel naar boven en naar beneden te verslepen kun je de kanteling van de camera regelen.
-85°
Bedieningsmodi van de gimbal
Er zijn twee bedieningsmodi voor de gimbal beschikbaar. Schakel heen en weer tussen de verschillende bedieningsmodi op de pagina van de camera-instellingen in de DJI GO 4-app.
Volgmodus De rolas zal altijd waterpas staan.
FPV-modus
Stijg op vanaf een vlakke, open ondergrond en bescherm de gimbal te allen tijde. Er kan zich een fout voordoen in de motor van de gimbal in de volgende situaties:
(1) De drone is op een ongelijk oppervlak geplaatst of de beweging van de gimbal wordt
belemmerd.
(2) De gimbal is blootgesteld aan een excessieve externe kracht, zoals een botsing.
Vliegen in zware mist of wolken kunnen de gimbal nat maken, wat leidt tot een tijdelijke storing.
De functies van de gimbal worden volledig hersteld nadat de gimbal is opgedroogd.
De gimbal zal automatisch in FPV-modus gaan wanneer de drone in sportmodus is.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
30
©
De gimbal synchroniseert met de beweging van de drone om een vliegervaring te creëren vanuit de eerste persoon.
Spark Gebruikershandleiding
Camera
Proel
De camera aan boord maakt gebruik van zijn 1/2,3 inch CMOS-sensor om video-opnamen te maken met een resolutie tot wel 1080 pixels en 30 beelden per seconde (30 fps) en om foto's te maken van 12 megapixels. Je kunt video opnemen in de formaten MOV of MP4. Beschikbare modi voor het maken van foto’s zijn Single Shot, Burst, Interval, Panorama en ShallowFocus. Via de DJI GO 4-app kan op een aangesloten mobiel apparaat een live preview worden bekeken van wat de camera ziet.
Micro SD-kaartsleuf camera
Steek, zoals hieronder afgebeeld, de Micro SD-kaart in de kaartsleuf om je foto's en video's op te slaan. Doe dit voordat je de drone inschakelt. Spark ondersteunt Micro SD-kaarten tot 64 GB. Het verdient aanbeveling gebruik te maken van een UHS-1 Micro SD-kaart vanwege de snelle lees- en schrijfsnelheid voor video-opname met hoge resolutie.
Verwijder de Micro SD-kaart niet uit de drone als deze is ingeschakeld.
Enkelvoudige video-opnamen worden afgekapt op 30 minuten om voor stabiliteit van het
camerasysteem te zorgen.
Als gevolg van systeembeperkingen kunnen op Mac-computers uitsluitend Micro SD-kaarten
van 32 GB of minder worden gebruikt.
Als er geen SD-kaart is of de SD-kaartopslag is vol, kunnen opgenomen beelden op het mobiele
apparaat worden opgeslagen. NB: de resolutie van foto's is 1024×768 en van video’s 1280×720.
Cameragegevenspoort
Schakel de Spark in en sluit een USB-kabel aan op de Micro USB-poort om foto's en video's naar je computer te downloaden.
De drone moet ingeschakeld zijn voordat bestanden op de Micro SD-kaart toegankelijk zijn.

De drone besturen met een mobiel apparaat

Je kunt via wi een mobiel apparaat aansluiten om de drone met DJI GO 4 te besturen. Volg de instructies
hieronder voor informatie hoe je dit moet doen.
1. Schakel de drone in.
2. Schakel de wi van je mobiele apparaat in, selecteer het Spark-netwerk en voer het wi-wachtwoord in.
3. Start DJI Go 4. Tik op “GO FLY” om naar cameraweergave te gaan.
4. Tik op het pictogram om automatisch op te stijgen. Zet beide duimen op het scherm en gebruik de virtuele joysticks om de drone te manoeuvreren.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
31
Spark Gebruikershandleiding
De wi-frequentie van je mobiele apparaat kan worden ingesteld op 2,4 GHz (standaard) of
5,8 GHz. Stel wi op ondersteunde apparaten in op 5,8 GHz voor minder interferentie.
Druk om de naam en het wachtwoord van de wi te resetten en de wi-frequentie te resetten
naar 2,4 GHz de aan-/uitknop in en houd deze gedurende negen seconden of langer vast tot je drie geluidssignalen hoort. Of tik op “Help” in de DJI GO 4-app en volg vervolgens de instructies.
Vlieg alleen met een wi-aansluiting in grote open ruimtes met betrekkelijk weinig elektromagnetische
interferentie. Indien je verbinding ongunstig wordt beïnvloed door interferentie, wordt aanbevolen om in plaats daarvan met de afstandsbediening te vliegen of naar een gebied te gaan met minder interferentie.
Gebruik van virtuele joysticks
Zorg ervoor dat het mobiele apparaat aangesloten is op de drone voordat je de virtuele joysticks gebruikt. De illustraties hieronder zijn gebaseerd op modus 2 (linkerjoystick als gashendel).
12
In flight (GPS)
P-GPS
09:29
GUI virtuele joysticks
61%
2.4G
Verplaats de drone omhoog of omlaag, naar links of rechts door op de linkerhelft van het scherm te drukken. Verplaats de drone naar voren, naar achteren of zijwaarts door op de rechterhelft van het scherm te drukken.
Tik op de knop " " om de virtuele joysticks in of uit te schakelen.
Het gebied dat buiten de witte cirkels ligt, reageert ook op besturingsopdrachten.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
32
©
Spark Gebruikershandleiding
De drone besturen
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de drone wordt bestuurd. De besturingsstickmodus kan worden ingesteld op modus 1, modus 2 of modus 3, of op een aangepaste modus.
Modus 1
Linkerjoystick
Vooruit
Rechterjoystick
Omhoog
Modus 2
Modus 3
Achteruit
RechtsafLinksaf
RechterjoystickLinkerjoystick
Omhoog
Omlaag
RechtsafLinksaf
Linkerjoystick Rechterjoystick
Vooruit
Achteruit
Omlaag
RechtsLinks
Vooruit
Achteruit
RechtsLinks
Omhoog
Omlaag
RechtsLinks
De joystickmodus is standaard ingesteld op modus 2.
Neutraal/middelste punt joystick: De joysticks staan in het midden. De joystick bewegen: De joysticks worden uit het midden weggeduwd.
RechtsafLinksaf
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
33
Spark Gebruikershandleiding
Virtuele joysticks / Afstandsbediening
(Modus 2)
Linkerjoystick
Linkerjoystick
Rechterjoystick
Rechterjoystick
(
Drone
Geeft de neusrichting aan)
Opmerkingen
De hoogte van de drone wijzig je door de linkerjoystick omhoog en omlaag te bewegen. Duw de joystick omhoog om te stijgen en omlaag om te dalen. Wanneer beide joysticks in het midden worden gezet, zal de Spark stil blijven hangen. Des te meer de joystick vanuit het midden wordt geduwd, des te sneller zal de Spark van hoogte veranderen. Duw altijd zachtjes tegen de joystick om een plotselinge en onverwachte verandering van de elevatie te voorkomen.
Door de linkerjoystick naar links of rechts te bewegen, wordt het roer en de rotatie van de drone bestuurd. Duw de joystick naar links om de drone linksom te draaien, en duw de joystick naar rechts om de drone rechtsom te draaien. Als de joystick in het midden wordt gezet, zal de Spark zijn huidige richting handhaven. Des te meer de joystick vanuit het midden wordt geduwd, des te sneller zal de Spark draaien.
Door de rechterjoystick omhoog en omlaag te bewegen, wordt de voorwaartse en achterwaartse helling van de drone gewijzigd. Duw de joystick omhoog om naar voren te vliegen en naar beneden om naar achteren te vliegen. Spark
blijft stilhangen als de joystick in het midden wordt gezet. Duw de joystick verder vanuit het midden om een
grotere hellingshoek (maximum 30˚) en snellere
vlucht tot stand te brengen.
Door de rechterjoystick naar links en rechts te bewegen, wordt de linker- en rechterhelling van de drone gewijzigd. Duw de joystick naar links om naar links te vliegen en duw de joystick naar rechts om naar rechts te vliegen. De Spark blijft stilhangen als de joystick in het midden wordt gezet.
De
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
34
©
Afstandsbediening
(optioneel)
In dit hoofdstuk worden de functies van de afstandsbediening beschreven en instructies gegeven over de besturing van de drone en de camera.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
35
Afstandsbediening(optioneel)
Proel afstandsbediening
De Spark afstandsbediening is uitgerust met een gloednieuw zendsysteem voor versterkte wi-signalen
waarmee zowel de drone als de gimbalcamera bij een maximaal zendbereik van 2 km (1,2 mi)* bestuurd kunnen worden. De afstandsbediening kan draadloos verbinding maken met een mobiel apparaat en via de DJI GO 4-app een live-videofeed weergeven. Je kunt je mobiele apparaat bevestigen met de opklapbare klemmen. Maximale accuduur van de afstandsbediening is ca.2,5 uur*.
1
2
3 4
11
1. Knop Return to Home (RTH) (terug naar thuisbasis) Druk op de knop en houd de knop ingedrukt om RTH te activeren. Druk nogmaals op deze knop om RTH te annuleren.
2. Vluchtpauzeknop Druk eenmaal op deze knop om in een noodgeval af te remmen.
3. Voedingspoort (Micro USB) Sluit aan op de oplader om de accu van de afstandsbediening op te laden.
4. Klemmen mobiel apparaat Klem je mobiele apparaat stevig vast op de afstandsbediening.
5. Functietoets Open het menu DJI GO 4 intelligente vluchtmodi.
6. Joysticks Bestuur de richting en beweging van de drone.
7. Aan-/uitknop Druk eenmaal op de aan/uit-knop om het laadniveau te controleren. Druk eenmaal en druk vervolgens opnieuw en houd vast om de afstandsbediening aan/uit te zetten.
10
9
8 7 6
12
5
14
8. Accuniveau-leds Toont het accuniveau van de afstandsbediening.
9. Vluchtmodusschakelaar Met deze schakelaar kun je kiezen tussen P-modus en S-modus.
10. Antennes
Voor het zenden van het besturingssignaal en videosignaal van de drone.
11. Status-LED
Toont de systeemstatus van de afstandsbediening.
12. Gimbalwiel
Bestuurt de kanteling van de camera.
13. Aanpasbare knop
Voert diverse functies uit op basis van de instellingen in de DJI GO 4-app.
14. Opnameknop
Druk hierop om een video-opname te maken. Druk nogmaals om te stoppen met opnemen.
15. Sluiterknop
Druk hierop om een foto te maken.
13
15
* De afstandsbediening kan een maximale overdrachtsafstand (FCC) bereiken in een grote open ruimte
zonder elektromagnetische interferentie, en op een hoogte van circa 120 meter. De maximale bedrijfstijd is getest bij omstandigheden zonder wind en met een constante snelheid van 20 km/u (12,4 mph). Deze waarde is slechts indicatief.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
36
©
Spark Gebruikershandleiding
Nalevingsnormen:
en voorschriften.
Stickmodus:
aangepaste modus.
De afstandsbediening is in overeenstemming met de plaatselijke regelgeving
De besturingen kunnen worden ingesteld op modus 1 of modus 2, of op een

Gebruik van de afstandsbediening

De afstandsbediening wordt aangestuurd door een oplaadbare accu die een capaciteit heeft van 2970 mAh.
De afstandsbediening in- en uitschakelen
Druk eenmaal op de aan/uit-knop om het laadniveau te controleren. Druk eenmaal en druk vervolgens opnieuw en houd vast om de afstandsbediening aan/uit te zetten.
Accu opladen
Sluit de voedingspoort op de afstandsbediening aan op de USB-oplader om de accu op te laden. Het duurt ongeveer twee uur om de afstandsbediening volledig op te laden.
De camera besturen
Maak video's/foto's, en wijzig de kanteling van de camera via de sluiterknop, opnameknop, en het camera­gimbalwiel op de afstandsbediening.
De drone besturen
De instellingen van de stickmodus zijn gelijk aan die voor de virtuele joysticks.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
37
Spark Gebruikershandleiding
Vluchtmodusschakelaar
Selecteer de gewenste vluchtmodus met de schakelaar. Kies tussen de P-modus en S-modus.
Positie Vluchtmodus
SPORT
SPORT
P-modus
S-modus
RTH-knop
Druk de RTH-knop in en houd deze ingedrukt om de Return-to-Home (RTH)-procedure te starten. De drone zal vervolgens terugkeren naar de laatst geregistreerde thuisbasis. Druk nogmaals op deze knop als je de RTH-procedure wilt annuleren en weer de controle wilt terugkrijgen over de drone.
Optimaal zendbereik
Het zendsignaal tussen de drone en de afstandsbediening is het meest betrouwbaar wanneer de antennes ten opzichte van de drone zijn geplaatst zoals hieronder is afgebeeld:
Optimaal zendbereik
sterk zwak
Zorg ervoor dat de drone binnen de optimale zendzone vliegt. Pas om de optimale zendprestaties te handhaven, de afstandsbediening en de antennes volgens het bovenstaande schema aan.

Afstandsbediening koppelen

De drone en de afstandsbediening zijn vóór verzending gekoppeld indien je de Spark Combo hebt aangeschaft (afstandsbediening is inbegrepen). Volg de onderstaande instructies om de afstandsbediening en Spark te koppelen:
1. Schakel de drone en de afstandsbediening in. Wacht totdat de statusindicatielampjes van de drone geel knipperen.
2. Druk de aan-/uitknop van de Intelligent Flight Battery in en houd deze gedurende drie seconden vast. Laat na het horen van een enkelvoudig geluidssignaal de knop los. De voorste LED’s zullen rood knipperen.
3. Houd de vluchtpauzeknop, de functieknop en de aanpasbare knop tegelijkertijd ingedrukt. De verbinding wordt tot stand gebracht wanneer het alarm van een afwisselend enkel en dubbel geluidssignaal overgaat in een kort enkel geluidssignaal.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
38
©
Spark Gebruikershandleiding
4. De voorste led's knipperden eerst groen en branden nu continu rood. Zodra de status-led op de afstandsbediening continu groen brandt, is de verbinding tot stand gebracht.
Zorg dat de afstandsbediening tijdens het tot stand brengen van de verbinding maximaal 20 cm (0,66 ft) van de drone verwijderd is.
Afstandsbediening ontkoppelen
Behalve met de afstandsbediening, kun je de drone besturen met gebruik van virtuele joysticks in DJI GO
4. Wanneer de afstandsbediening echter is gekoppeld aan de drone, is besturing met virtuele joysticks
uitgeschakeld. De virtuele joysticks kunnen geactiveerd worden door de afstandsbediening en de drone te ontkoppelen.
1. Schakel de drone in.
2. Druk de aan-/uitknop van de Intelligent Flight Battery in en houd deze gedurende zes seconden vast totdat je een dubbel geluidssignaal hoort, die de afstandsbediening en de drone zal loskoppelen.
Sluit na het loskoppelen van de afstandsbediening het wifi-netwerk van de drone aan om de virtuele joysticks te gebruiken.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
39
DJI GO 4-app
Dit hoofdstuk introduceert de hoofdfuncties van de DJI GO 4-app.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
40
©

DJI GO 4-app

Gebruik deze app om de gimbal, camera, en andere dronefuncties te besturen. De app is uitgerust met
de onderdelen Equipment, Editor, SkyPixel en Me, die worden gebruikt om je drone te congureren, voor
editing en om met anderen je foto's en video's te delen.

Equipment

Ga wanneer je mobiele apparaat op de drone is aangesloten, naar cameraweergave door op het pictogram “GO FLY” op de Equipment-pagina te tikken.
Camera View
8 97654321
12
22
21
20
In flight (GPS)
P-GPS
09:29
2.4G
1080P/30
61%
10
11 12
13
14
19
18
H 9.6
S 1.1D 9.6
17
15
16
1. Systeemstatus
Tijdens de vlucht (GPS)
: Dit pictogram geeft de vluchtstatus van de drone aan en toont diverse waarschuwingsberichten.
2. Detectiestatus obstakels
: Er worden rode balken weergegeven wanneer er dichtbij de drone obstakels aanwezig
zijn. Er worden oranje balken weergegeven wanneer er obstakels in het detectiebereik zijn.
3. Indicator accuniveau
: De indicator van het accuniveau biedt een dynamisch display van het accuniveau. De gekleurde zones op de indicator van het accuniveau vertegenwoordigen de stroomniveaus die nodig zijn om verschillende functies uit te voeren.
4. Vluchtmodus
: De tekst naast dit pictogram geeft de huidige vluchtmodus aan.
Tik hierop om de instellingen van de MC (Main Controller - hoofdcontroller) te congureren. Met deze
instellingen kun je vluchtbeperkingen wijzigen en versterkingswaarden instellen.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
41
Spark Gebruikershandleiding
5. Cameraparameters
1080P/30
Toont de parameters van de camera-instellingen en de capaciteit van de Micro SD-kaart. Weergave cameraparameters activeren in de camera-instellingen.
6. Sterkte GPS-signaal
: Toont de huidige sterkte van het GPS-signaal. Witte balken geven een toereikende GPS-sterkte aan.
7. Status 3D-sensorsysteem
: Tik op dit pictogram om functies van het 3D-sensorsysteem in of uit te schakelen.
8. Wi-instellingen
: Tik hierop om naar het wi-instellingenmenu te gaan.
2.4G
9. Accuniveau
: Dit pictogram toont het huidige accuniveau.
61
%
Tik hierop om het accu-informatiemenu te bekijken, de diverse drempels voor accuwaarschuwingen in te stellen en de historie van accuwaarschuwingen te bekijken.
10. Algemene instellingen
: Tik hierop om naar het menu van de algemene instellingen te gaan voor het instellen van het
metrisch stelsel, livestream inschakelen, weergeven vliegroutes etc.
11. Hellingtracering Gimbal
: Pas de kanteling van de gimbal aan door je mobiele apparaat te draaien nadat je op dit pictogram
hebt getikt.
12. Gimbalschuif
: Toont de helling van de gimbal.
13. Wisselen foto/video
: Tik hierop om te wisselen tussen de foto-opnamemodus en de video-opnamemodus.
14. Knop voor het maken van foto's en het opnemen van video
/
: Tik hierop om te beginnen met het maken van foto's of opnemen van video.
15. Camera-instellingen
: Tik hierop om naar het camera-instellingenmenu te gaan.
Tik op om de waarden voor ISO, de sluiter en de automatische belichting van de camera in te stellen.
Tik op om fotomodi te kiezen. Spark ondersteunt Single Shot, Burst Shot, Interval Shot, Pano en ShallowFocus.
Tik op om naar het algemene camera-instellingenmenu te gaan.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
42
©
Spark Gebruikershandleiding
Let op het volgende wanneer je ShallowFocus-foto’s maakt:
Het is geschikt voor het foto’s nemen van stilstaande scenes. Beweeg niet wanneer je foto’s van
personen neemt, anders zou het nemen van een ShallowFocus-foto kunnen mislukken.
De drone zal ongeveer 20 cm stijgen voor het nemen van de foto. Zorg ervoor dat zich geen
obstakel boven de drone bevindt.
Het geschikte bereik voor het nemen van foto’s is binnen 30 m.
16. Weergave
: Tik hierop om de weergavepagina te openen om een preview te bekijken van foto's en video's
zodra deze zijn gemaakt.
17. Vluchttelemetrie
H 9,6M D 9,6M S 1,1M/S
18. Schakelaar virtuele joysticks
schakelaar je vingers op het scherm om de virtuele joysticks te gebruiken voor het besturen van de drone. Door het uitschakelen van deze schakelaar kun je het scherm weer aanraken voor andere bedieningshandelingen.
19. Intelligente vluchtmodus
20. Smart RTH
thuisbasis.
: Hoogte vanaf de grond.
: Afstand tussen de drone en de thuisbasis.
: Drone-snelheid.
: Tik hierop om de virtuele joysticks in of uit te schakelen. Plaats na het activeren van de
: Tik hierop om de intelligente vluchtmodi te selecteren.
: Activeer de RTH-procedure. Tik hierop om de drone terug te laten keren naar de laatst geregistreerde
21. Automatisch opstijgen/landen
/ : Tik hierop om automatisch op te stijgen of automatisch te landen.
22. Terug
: Tik op dit pictogram om terug te keren naar het hoofdmenu.
Druk in de cameraweergave op het scherm en houd je vinger op het scherm totdat een blauwe cirkel verschijnt. Door de cirkel naar links en naar rechts te verslepen, kun je de richting van de drone regelen en door de cirkel naar boven en naar beneden te verslepen kun je de kanteling van de camera regelen.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
43
Spark Gebruikershandleiding

Editor

In de DJI GO 4-app is een intelligente video-editor ingebouwd. Nadat je diverse videoclips hebt opgenomen en deze hebt gedownload naar je mobiele apparaat, ga dan naar Editor in het startscherm.
Je kunt vervolgens een sjabloon en een gespeciceerd aantal clips selecteren die automatisch worden gecombineerd om een korte lm te maken die je onmiddellijk kunt delen.

SkyPixel

Bekijk en deel de foto's en video's op de SkyPixel-pagina.
Me
Als je al een DJI-account hebt, kun je deelnemen aan forumdiscussies en je creaties delen met de community.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
44
©
Vlucht
In dit hoofdstuk worden veilige vliegmethoden en vluchtbeperkingen behandeld.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
45

Vlucht

Zodra de voorbereidingen voor een vlucht zijn voltooid, verdient het aanbeveling om de vluchtsimulator in de DJI GO 4-app te gebruiken om je vliegvaardigheden te verbeteren en in veilig vliegen te oefenen. Zorg ervoor dat alle vluchten worden uitgevoerd in een open gebied.

Vereisten voor de vliegomgeving

1. Gebruik de drone niet in zwaar weer. Dan bedoelen we windsnelheden van meer dan 10 m/s, sneeuw, regen en mist.
2. Vlieg in open gebieden. Hoge constructies en grote metalen constructies kunnen een nadelige invloed uitoefenen op de nauwkeurigheid van het kompas en GPS-systeem aan boord.
3. Vermijd obstakels, menigten, hoogspanningsleidingen, bomen, en wateroppervlaktes.
4. Minimaliseer interferentie door gebieden te vermijden met hoge elektromagnetismeniveaus, inclusief basisstations en radiozendmasten.
5. De prestaties van de drone en de accu zijn afhankelijk van omgevingsfactoren zoals de luchtdichtheid en temperatuur. Wees zeer voorzichtig bij het vliegen op hoogtes van 4000 meter (13.123 ft) of meer boven de zeespiegel, daar de prestaties van accu en drone beïnvloed kunnen worden.
6. De Spark kan de P-modus niet gebruiken binnen de poolgebieden.

Vluchtbeperkingen en No-Fly-zones

Alle bestuurders van onbemande luchtvaartuigen (UAV) moeten zich strikt houden aan alle voorschriften die zijn uitgevaardigd door de overheid en regelgevende instanties, waaronder de ICAO en de FAA. Om veiligheidsredenen worden vluchten standaard beperkt, wat gebruikers helpt dit product veilig en legaal te gebruiken. Vluchtbeperkingen omvatten hoogtelimieten, afstandslimieten, en No-Fly-zones. Bij gebruik van de P-modus functioneren de hoogtelimieten, afstandslimieten en No-Fly-zones gezamenlijk om de vliegveiligheid te waarborgen.
Maximale vlieghoogte en straallimieten
De maximale vlieghoogte en straallimieten kunnen worden gewijzigd in de DJI GO 4-app. Let op dat de maximale vlieghoogte niet hoger kan worden dan 500 meter (1640 ft). Conform deze instellingen zal je Spark in een beperkte cilinder vliegen, zoals hieronder afgebeeld:
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
46
©
Maximale vlieghoogte
Max. straal
Thuisbasis
Hoogte van drone wanneer ingeschakeld
Spark Gebruikershandleiding
GPS-signaal sterk Knipperend groen
Vluchtbeperkingen DJI GO 4-app Statusindicator drone
Maximale vlieghoogte
Max. straal
GPS-signaal zwak Knipperend geel
Maximale vlieghoogte
Max. straal Geen limieten
Indien de drone de limiet verlaat, kun je de drone nog steeds besturen, maar kun je niet verder vliegen.
Vlieg om veiligheidsredenen niet dicht in de buurt van vliegvelden, snelwegen, treinstations,
treinsporen, stadscentra of andere gevoelige gebieden. Vlieg de drone alleen binnen je gezichtsveld.
De hoogte van de drone kan
de gespeciceerde waarde
niet overschrijden.
De vliegafstand moet zich binnen de max. straal bevinden.
Vluchtbeperkingen DJI GO 4-app Statusindicator drone
De hoogte wordt beperkt tot 5 meter (16 ft) wanneer het GPS­signaal zwak is en het zichtsysteem geactiveerd is. De hoogte wordt beperkt tot 30 meter (98 ft) wanneer het GPS-signaal zwak is en het zichtsysteem niet geactiveerd is.
Waarschuwing: Hoogtelimiet bereikt.
Waarschuwing: Afstandslimiet bereikt.
Waarschuwing: Hoogtelimiet bereikt.
Geen.
Geen.
No-y zones (gebieden met een vliegverbod)
Alle No-Fly-zones staan vermeld op de ofciële DJI-website op http://www.dji.com/ysafe/no-y. No-Fly­zones zijn onderverdeeld in vliegvelden en gebieden die aan beperkingen onderhevig zijn. Vliegvelden omvatten belangrijke vliegvelden en vluchthavens waar bemande vliegtuigen op lage hoogtes vliegen. Gebieden die aan beperkingen onderhevig zijn omvatten landsgrenzen of locaties waar vluchten veiligheidsproblemen kunnen veroorzaken.

Checklist voor vluchtvoorbereiding

1. Afstandsbediening, Intelligent Flight Battery en mobiel apparaat zijn volledig opgeladen.
2. Propellers zijn correct en stevig bevestigd.
3. Micro SD-kaart is geplaatst, indien nodig.
4. Gimbal werkt normaal.
5. Motoren kunnen starten en werken normaal.
6. De DJI GO 4-app is aangesloten op de drone.
7. Controleer of de sensoren voor het 3D-sensorsysteem en het zichtsysteem schoon zijn.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
47
Spark Gebruikershandleiding

Automatisch opstijgen en automatisch landen

Automatisch opstijgen
Gebruik automatisch opstijgen alleen indien de indicators van de dronestatus in groen knipperen. Volg de stappen hieronder om de functie voor automatisch opstijgen te gebruiken:
1. Activeer de DJI GO 4-app en tik op “GO FLY” om naar de camera-pagina te gaan.
2. Voer alle stappen op de checklist voor vluchtvoorbereiding uit.
3. Tik op “ " en bevestig dat de omstandigheden veilig zijn voor een vlucht. Verschuif het pictogram om
te bevestigen dat alles OK is en op te stijgen.
4. De drone stijgt op en blijft op 1,2 meter boven de grond hangen.
De indicator van de dronestatus knippert snel wanneer voor stabilisatie gebruik wordt gemaakt van het zichtsysteem. De drone zal automatisch onder 30 meter stilhangen. Het verdient aanbeveling om te wachten totdat er voldoende GPS aanwezig is voordat je de functie voor automatisch opstijgen gebruikt.
Automatisch landen
Gebruik automatisch landen alleen indien de indicatoren van de dronestatus groen knipperen. Volg de stappen hieronder om de functie voor automatisch landen te gebruiken:
1. Tik op om ervoor te zorgen dat de landingsomstandigheden ideaal zijn. Schuif om te bevestigen.
2. Onderbreek zo nodig het landingsproces onmiddellijk met de knop op het scherm.
3. De drone zal landen en automatisch worden uitgeschakeld.

Starten/stoppen van de motoren (wanneer je de afstandsbediening gebruikt)

De motoren starten
Er wordt gebruik gemaakt van de gecombineerde joystickopdracht om de motoren te starten. Duw beide joysticks naar de binnenste of buitenste hoeken van de onderzijde om de motoren te starten. Laat beide joysticks gelijktijdig los zodra de motoren zijn gestart.
OF
Motoren stoppen
Je kunt de motoren op twee manieren stoppen. Methode 1: Nadat de drone is geland, duw de linkerjoystick dan omlaag en houd deze vast. De motoren zullen na drie seconden stoppen. Methode 2: Wanneer de drone is geland, duw dan de linkerjoystick omlaag en voer daarna dezelfde gecombineerde joystickopdracht uit die werd gebruikt om de motoren te starten, zoals hierboven beschreven. De motoren zullen onmiddellijk stoppen. Laat beide joysticks los zodra de motoren zijn gestopt.
OF
Methode 1 Methode 2
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
48
©
Spark Gebruikershandleiding
Houd om in een noodsituatie midden in de lucht de gecombineerde joystickopdracht uit te voe-
ren, gedurende 1,5 seconden stil om de motoren te stoppen tijdens de vlucht. De motoren stop­pen tijdens een vlucht zal tot gevolg hebben dat de drone crasht.

Vluchttest

Opstijg/landingsprocedures
1. Plaats de drone in een open, vlak gebied met de indicators van het accuniveau naar je toe gericht.
2. Schakel de Intelligent Flight Battery in.
3. Activeer de DJI GO 4-app en ga naar de Camera-pagina.
4. Wacht totdat de drone-indicators groen knipperen. Dit betekent dat de thuisbasis wordt geregistreerd en het nu veilig is om te vliegen. Gebruik Auto Takeoff (Automatisch opstijgen).
5. Gebruik Auto Landing (Automatisch landen) om de drone te laten landen.
6. Schakel de Intelligent Flight Battery uit.
Indien de indicators van de dronestatus tijdens de vlucht snel in geel knipperen, dan is de drone
in de uitvalbeveiligingsmodus gegaan.
Een waarschuwing voor een bijna lege accu wordt tijdens een vlucht aangegeven door middel
van langzaam of snel knipperende rode indicators van de dronestatus.
Bekijk onze videorondleidingen voor meer vluchtinformatie.
Videosuggesties/tips
1. Doorloop vóór elke vlucht de volledige checklist voor vluchtvoorbereiding.
2. Selecteer in de DJI GO 4-app voor de gimbal de gewenste bedrijfsmodus.
3. Maak alleen video-opnamen als je vliegt in de P-modus.
4. Vlieg altijd in goed weer en ga niet vliegen in regen of bij sterke wind.
5. Kies camera-instellingen die zijn afgestemd op je behoefte. Denk hierbij aan instellingen voor het fotoformaat en de belichtingscompensatie.
6. Voer vluchttests uit om vliegroutes vast te stellen en scènes vooraf te bekijken.
7. Duw zachtjes tegen de joysticks om de beweging van de drone vloeiend en stabiel te houden.

Het kompas kalibreren

Kalibreer het kompas alleen wanneer dit in de DJI GO 4-app wordt gevraagd of wanneer de statusindicator dit aangeeft. Neem de volgende regels in acht bij het kalibreren van het kompas:
Kalibreer het kompas NIET wanneer er een risico op sterke magnetische storingen aanwezig is,
zoals in de buurt van magnetiet, in parkeergarages of in stalen ondergrondse constructies.
DRAAG GEEN ferromagnetische materialen, zoals mobiele telefoons, bij je tijdens de kalibratie.
Als het kompas is beïnvloed door sterke interferentie, verschijnt na voltooiing van de kalibratie een
bericht in de DJI GO 4-app. Volg de instructies om het probleem met het kompas op te lossen
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
.
49
Spark Gebruikershandleiding
Kalibratieprocedures
Kies een open gebied om de volgende procedures uit te voeren.
1. Tik in de app op de balk van de dronestatus en selecteer "Calibrate", en volg daarna de scherminstructies.
2. Houd de drone horizontaal en draai deze 360 graden. De indicators van de dronestatus gaan naar constant groen licht.
3. Houd de drone verticaal, met de neus omlaag gericht en draai de drone 360 graden rond de centrale as.
4. Kalibreer de drone opnieuw indien de indicators van de dronestatus in rood knipperen.
Indien de indicatoren van de dronestatus na de kalibratie in rood en geel knipperen, verplaats
de drone dan naar een andere locatie en probeer het opnieuw.
Kalibreer het kompas NIET in de buurt van metalen objecten zoals een metalen brug, auto's of
steigers.
Indien de indicator van de drone afwisselend in rood en geel knippert nadat het luchtvaartuig
aan de grond is gezet, dan heeft het kompas magnetische interferentie gedetecteerd. Ga naar een andere locatie.

Firmware-updates

Gebruik DJI GO 4 of DJI Assistant 2 om de rmware van de drone te updaten. Voor het updaten van de rmware van de afstandsbediening kan alleen DJI GO 4 worden gebruikt.
Gebruik van DJI GO 4-app
Sluit de drone en de afstandsbediening aan op de DJI GO 4-app. Als er een nieuwe rmware-upgrade
beschikbaar is, krijg je hierover een melding. Start de upgrade door je mobiele apparaat te verbinden met het internet en volg de scherminstructies.
Gebruik van DJI Assistant 2
Internet en volg de instructies hieronder om de rmware te updaten via DJI Assistant 2:
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
50
©
Spark Gebruikershandleiding
1. Sluit bij een uitgeschakelde drone de drone aan op een computer via de Micro USB-poort met behulp van een Micro USB-kabel.
2. Schakel de drone in.
3. Activeer DJI Assistant 2 en meld je aan bij je DJI-account.
4. Selecteer "Spark" en klik op "Firmware Updates" op het linkerpaneel.
5. Selecteer de rmwareversie die je wilt updaten.
6. Wacht totdat de firmware is gedownload waarna de update van de firmware automatisch wordt uitgevoerd.
7. Start de drone opnieuw op nadat update van de rmware is voltooid.
Zorg ervoor dat de drone aan je computer is aangesloten voordat je hem inschakelt.
De rmware-update duurt circa 15 minuten. Het is normaal dat de gimbal verstoord raakt, de
indicatoren van de dronestatus abnormaal knipperen en de drone opnieuw wordt opgestart.
Wacht geduldig totdat de update is voltooid. Zorg ervoor dat de computer toegang heeft tot internet. Zorg ervoor dat de Intelligent Flight Battery ten minste 50% opgeladen is en de
afstandsbediening ten minste 30%. Verbreek de verbinding tussen de drone en de computer niet tijdens een update.
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
51
Bijlage
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
52
©

Bijlage

Specicaties
Drone
Gewicht 300 g
Afmetingen 143 × 143 × 55 mm
Diagonale lengte (exclusief
propellers)
Max. stijgsnelheid 3 m/s (9,8 ft/s) in sportmodus
Max. daalsnelheid 3 m/s (9.8 ft/s) wanneer automatische landing wordt gebruikt
Max. snelheid 50 km/u (31 mph) in de sportmodus zonder wind
Max. servicehoogte boven zeeniveau 4000 m (13.123 feet)
Max. vliegtijd 16 minuten (0 wind bij een constante 25 km/u (15,5 mph))
Max. stilhangtijd 15 minuten (0 wind)
Bedrijfstemperatuur 0 °C tot 40 °C (32 °F tot 104 °F)
GNSS GPS/GLONASS
GPS-nauwkeurigheidsbereik bij
zweven
Zendervermogen (EIRP)
Bedrijfsfrequentie 2,400-2,4835 GHz; 5,725-5,825 GHz
Gimbal
Regelbaar bereik Helling: -85° tot 0°
Stabilisatie 2-assig (hellen, rollen)
3D-sensorsysteem
Detectiebereik 0,2 - 5 m (0,6 - 16 ft)
Werkingsomgeving
Zichtsysteem
Snelheidsbereik ≤36 km/u (22,4 mph) bij 2 meter (6,6 ft) boven de grond
Hoogtebereik 0 - 8 meter (0 - 26 feet)
Werkingsbereik 0 - 30 meter (0 - 98 feet)
Werkingsomgeving
Camera
Sensor 1/2.3" CMOS; Effectief aantal pixels: 12 Megapixels
Lens
170 mm
Verticaal: ± 0,1 m (met zichtpositionering); ± 0,5 m (met GPS)
Horizontaal: ± 0,3 m (met zichtpositionering); ± 1,5 m (met GPS­positiebepaling)
2.4G FCC: 25dBm; CE: 18dBm; SRRC: 18dBm
5.8G FCC: 27dBm; CE: 14dBm; SRRC: 27dBm
Oppervlak met diffuus reectiemateriaal, afmeting > 20 × 20 mm
en reectie > 20% (zoals muur, bomen, mensen enz.)
Oppervlakken met een duidelijke structuur en diffuus
reectiemateriaal, reectie > 20%, voldoende verlichting (lux > 15)
81,9° FOV, 25 mm (equivalent 35 mm), f/2.6 Opnamebereik: 2 m tot
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
53
Spark Gebruikershandleiding
ISO-bereik 100 - 3200 (video), 100 - 1600 (foto)
Elektronische sluitertijd 2 - 1/8000 s
Maximale beeldgrootte 3968 × 2976
Enkele opname
Fotografeermodi stilbeelden
Video-opnamemodi FHD: 1920 × 1080 30p
Bitrate video-opslag 24 Mbps
Ondersteund bestandssysteem FAT32
Foto JPEG
Video MP4 (MPEG-4 AVC/H.264)
Ondersteunde SD-kaarten
Wi
Bedrijfsfrequentie 2,4G / 5.8G
Max overdrachtsafstand (vrij van obstakels en interferentie)
Afstandsbediening
Bedrijfsfrequenties 2,412-2,462 GHz, 5,745-5,825 GHz
Max. zendafstand (Vrij van obstakels en interferentie)
Bedrijfstemperatuurbereik 0 °C tot 40 °C (32 °F tot 104 °F)
Ingebouwde accu 2970 mAh
Zendervermogen (EIRP)
Bedrijfsspanning 950 mA bij 3,7 V
Ondersteunde grootte mobiel
apparaat
Oplader
Invoer 100-240 V, 50/60 Hz, 0,5 A
Uitvoer 5 V/3 A, 9 V/2 A, 12 V/1,5 A
Serieopnamen: 3 frames Auto Exposure Bracketing (AEB): 3 bracketed frames bij 0,7EV Bias Interval (2/3/5/7/10/15/20/30/60 s)
Aanbevolen model
Sandisk 16/32 GB UHS-1 Micro SDHC
Kingston 16/32 GB UHS-1 Micro SDHC
Samsung 16/32 GB UHS-I Micro SDHC
Sandisk 64 GB UHS-1 Micro SDXC
Kingston 64 GB UHS-1 Micro SDXC
Samsung 64 GB UHS-I Micro SDXC
100 m (afstand), 50 m (hoogte)
2,4 GHz FCC: 2 km (1,2 mi), CE: 0,5 km (0,31 mi), SRRC: 0,5 km (0,31 mi)
5,8 GHz FCC: 2 km (1,2 mi), CE: 0,3 km (0,19 mi), SRRC: 1,2 km (0,75 mi)
2,4 GHz
FCC: ≤ 26 dBm, CE: 18 dBm, SRRC: ≤ 18 dBm
5,8 GHz
FCC: ≤ 28 dBm, CE: ≤ 14 dBm, SRRC: ≤ 26 dBm
Ondersteunde dikte: 6,5 mm - 8,5 mm Max. lengte: 160 mm
:
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
54
©
Spark Gebruikershandleiding
Intelligent Flight Battery
Capaciteit 1480 mAh
Spanning 11,4 V
Max. oplaadspanning 13,05 V
Accutype LiPo 3S
Vermogen 16,87 Wh
Netto gewicht
Bedrijfstemperatuur 5 °C tot 40 °C (41 °F tot 104 °F)
Ongeveer 95 g

After-Sales-informatie

Bezoek de volgende pagina's voor meer informatie over het after-sales-beleid en de garantie-informatie:
1. After-sales-beleid: http://www.dji.com/service
2. Restitutiebeleid: http://www.dji.com/service/refund-return
3. Betaalde reparatieservice: http://www.dji.com/service/repair-service
4. Garantieservice: http://www.dji.com/service/warranty-service
2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
©
55
DJI-ondersteuning http://www.dji.com/support
Deze inhoud is aan verandering onderhevig.
Download de nieuwste versie op
http://www.dji.com/spark
Als u vragen hebt over dit product, neem dan contact op met DJI door een e-mail te sturen naar (alleen Engels en Chinees worden ondersteund)
DocSupport@dji.com
.
SPARK is een handelsmerk van DJI. Copyright © 2017 DJI Alle rechten voorbehouden.
Loading...