Danfoss VACON100 HVAC Application guide [nl]

VACON®100 HVAC

FREQUENTIEREGELAARS

APPLICATIE HANDLEIDING

VOORWOORD

VACON · 3

 

 

VOORWOORD

Document-ID: DPD01702K

Datum: 11.04.2016

Softwareversie: FW0065V032

INFORMATIE OVER DEZE HANDLEIDING

Het auteursrecht op deze handleiding berust bij Vacon Ltd. Alle rechten voorbehouden.Deze handleiding kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.

In deze handleiding leest u over de functies van de Vacon® frequentieregelaar en hoe u deze kunt gebruiken.De structuur van de handleiding komt overeen met de menustructuur van de frequentieregelaar (hoofdstuk 1 en 4–8).

Hoofdstuk 1 – Snelstartgids

Aan de slag met het bedieningspaneel

Hoofdstuk 2 – Wizards

Snel applicaties instellen

Hoofdstuk 3 – Gebruikersinterfaces

De typen displays en het gebruik van het bedieningspaneel

De pc-tool Vacon Live

De functies van de veldbus

Hoofdstuk 4 – Menu Monitoring

Een overzicht van alle monitoringwaarden

Hoofdstuk 5 – Menu Parameters

Een overzicht van alle parameters van de frequentieregelaar

Hoofdstuk 6 – Menu Diagnose Hoofdstuk 7 – Menu I/O en hardware

Hoofdstuk 8 – Menu's Gebruikersinstellingen, Favorieten en Gebruikersniveau Hoofdstuk 9 – Beschrijving van controlewaarden

Hoofdstuk 10 – Parameterbeschrijvingen

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

VACON · 4

VOORWOORD

 

 

Parameters gebruiken

Digitale en analoge ingangen programmeren

Applicatiespecifieke functies

Hoofdstuk 11 – Fouttracering

Fouten en bijbehorende oorzaken

Fouten resetten

Deze handleiding bevat een groot aantal tabellen met parameters.Hieronder wordt uitgelegd hoe u deze tabellen moet interpreteren.

A

B

C

D

E

F

G

H

Index

Parameter

Min

Max

Unit

Default

ID

Description

I

A.De locatie van de parameter in het menu. Dit is ook het parameternummer.

B.De naam van de parameter.

C.De minimumwaarde van de parameter.

D.De maximumwaarde van de parameter.

E.De eenheid van de parameterwaarde.De eenheid wordt getoond als deze beschikbaar is.

F.De fabrieksinstelling.

G.Het ID-nummer van de parameter.

H.Een korte beschrijving van de waarden van de parameter en/of de functie.

I.Dit symbool geeft aan dat er meer informatie over deze parameter beschikbaar is in het hoofdstuk Parameterbeschrijvingen.

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

VOORWOORD

VACON · 5

 

 

FUNCTIES VAN DE VACON® FREQUENTIEREGELAAR

Wizards voor opstarten, PID-besturing, multipompmodus en fire modus, voor eenvoudige inbedrijfstelling.

FUNCT-knop voor het eenvoudig schakelen tussen lokale en externe bediening.De externe bedieningsplaats kan een I/O- of veldbusverbinding zijn.U kunt de externe bedieningsplaats selecteren met een parameter.

Startvergrendelingsingang (dempervergrendeling).De frequentieregelaar start niet voordat deze ingang is geactiveerd.

Een bedieningspagina voor snelle bediening en bewaking van de belangrijkste waarden.

Verschillende voorverwarmingsmodi om condensatie te voorkomen.

Maximale uitgangsfrequentie van 320 Hz.

Interne klok (RTC) en timerfuncties (optionele klokbatterij vereist).U kunt drie tijdkanalen programmeren voor verschillende functies van de frequentieregelaar.

Ondersteuning voor externe PID-regelaar.Hiermee kunt u bijvoorbeeld een klep bedienen met de I/O van de frequentieregelaar.

Een slaapmodus die de frequentieregelaar automatisch inen uitschakelt om energie te besparen.

PID-regelaar met twee zones en twee verschillende terugkoppelsignalen:minimumen maximumbesturing.

Twee referentiebronnen voor de PID-regelaar.U kunt de gewenste bron selecteren met een digitale ingang.

Een functie voor PID-referentieversterking.

Vooruitsturing voor een betere respons bij procesveranderingen.

Bewaking van proceswaarden.

Multipompbesturing.

Drukverliescompensatie voor het compenseren van drukverliezen in leidingen, bijvoorbeeld wanneer de sensor ten onrechte in de buurt van een pomp of ventilator is geplaatst.

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

VACON · 6

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

INHOUDSOPGAVE VACON · 7

INHOUDSOPGAVE

Voorwoord

 

 

 

Informatie over deze handleiding

3

 

Functies van de Vacon® frequentieregelaar

5

1

Snelstartgids

 

11

 

1.1

Bedieningspaneel

11

 

1.2

De displays

11

 

1.3

De eerste keer starten

12

 

1.4

Beschrijving van de applicaties

13

 

 

1.4.1

Vacon HVAC-applicatie

13

2

Wizards

 

20

 

2.1

PID Mini-Wizard

20

 

2.2

Mini-wizard Multi-pomp

21

 

2.3

Fire modus wizard

22

3

Gebruikersinterfaces

24

 

3.1

Navigatie met het bedieningspaneel

24

 

3.2

Het grafische display

26

 

 

3.2.1

Waarden bewerken

26

 

 

3.2.2

Fouten resetten

29

 

 

3.2.3

De FUNCT-knop

29

 

 

3.2.4

Parameters kopiëren

33

 

 

3.2.5

Parameters vergelijken

35

 

 

3.2.6

Helpteksten

36

 

 

3.2.7

Het menu Favorieten gebruiken

37

 

3.3

Het tekstdisplay

37

 

 

3.3.1

Waarden bewerken

38

 

 

3.3.2

Fouten resetten

39

 

 

3.3.3

De FUNCT-knop

39

 

3.4

Menustructuur

43

 

 

3.4.1

Quick setup

44

 

 

3.4.2

Monitor

44

 

3.5

Vacon Live

45

4

Menu Monitoring

 

47

 

4.1

Menugroep Monitor

47

 

 

4.1.1

Multimonitor

47

 

 

4.1.2

Basis

48

 

 

4.1.3

Bewaking van timerfuncties

50

 

 

4.1.4

Bewaking van de PID1-regelaar

51

 

 

4.1.5

Bewaking van de PID2-regelaar

52

 

 

4.1.6

Bewaking multi-pomp

52

 

 

4.1.7

Bewaking van veldbusprocesdata

53

5

Menu Parameters

54

 

5.1

Groep 3.1: Motorinstellingen

54

 

5.2

Groep 3.2: Start/Stop-instellingen

57

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

VACON · 8

 

 

INHOUDSOPGAVE

 

 

 

5.3

Groep 3.3: Instellingen besturingsreferenties

59

5.4

Groep 3.4: Instellingen voor ramping en remmen

61

5.5

Groep 3.5: I/O-configuratie

62

5.6

Groep 3.6: Veldbusdatamap

70

5.7

Groep 3.7: Verboden frequenties

71

5.8

Groep 3.8: Grenswaardebewaking

72

5.9

Groep 3.9: Beveiligingen

73

5.10

Groep 3.10: Automatische reset.

76

5.11

Groep 3.11: Timerfuncties

77

5.12

Groep 3.12: PID-regelaar 1

80

5.13

Groep 3.13: PID-regelaar 2

85

5.14

Groep 3.14: Multi-pomp

88

5.15

Groep 3.16: Fire modus

89

5.16

Groep 3.17: Applicatie-instellingen

90

5.17

Groep 3.18: Instellingen voor kWh-pulsuitgang

90

6 Menu Diagnose

 

91

6.1

Actieve fouten

91

6.2

Reset Fouten

91

6.3

Foutenhistorie

91

6.4

Totaaltellers

92

6.5

Triptellers

94

6.6

Software-info

95

7 Menu I/O en hardware

96

7.1

Basis I/O

 

96

7.2

Optiekaartslots

98

7.3

Real-time klok

99

7.4

Instellingen powerunit

100

7.5

Bedieningspaneel

101

7.6

Veldbus

 

101

8 De menu's Gebruikersinstellingen, Favorieten en Gebruikersniveaus

102

8.1

Gebruikersinstellingen

102

 

8.1.1

Parameterback-up

103

8.2

Favorieten

104

 

8.2.1

Items toevoegen aan Favorieten

104

 

8.2.2

Items verwijderen uit Favorieten

105

8.3

Gebruikersniveaus

106

 

8.3.1

De toegangscode voor gebruikersniveaus wijzigen

106

9 Beschrijving van monitoring waardes

108

9.1

Basis

 

108

9.2

Timerfuncties

110

9.3

PID1-regelaar

111

9.4

PID2-regelaar

112

9.5

Multi-pomp

112

9.6

Veldbusgegevens

113

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

INHOUDSOPGAVE

 

VACON · 9

 

 

10 Parameterbeschrijvingen

116

10.1

Motorinstellingen

116

 

10.1.1

Parametergroep Motor naamplaat

116

 

10.1.2

Parametergroep Motorregeling

117

10.2

Start/Stop-instellingen

121

10.3

Referenties

129

 

10.3.1

frequentiereferentie

129

 

10.3.2

Vaste frequenties

130

 

10.3.3

Parametergroep Motorpotentiometer

132

10.4

Instellingen voor Ramping en Remmen

133

10.5

I/O-configuratie

136

 

10.5.1

Programmering van digitale en analoge ingangen

136

 

10.5.2

Digitale ingangen

143

 

10.5.3

Analoge ingangen

149

 

10.5.4

Digitale uitgangen

149

 

10.5.5

Analoge uitgangen

152

10.6

Veldbusdatamap

155

10.7

Verboden frequenties

156

10.8

Grenswaardebewaking

159

10.9

Beveiligingen

160

 

10.9.1

Thermische motorbeveiligingen

160

 

10.9.2

Beveiliging motorblokkering

163

 

10.9.3

Onderbelastingsbescherming (droogloop)

165

10.10

Automatische reset

168

10.11

Timerfuncties

171

 

10.11.1

Timerfuncties

171

10.12

PID-regelaar 1

175

 

10.12.1

Basisinstellingen

175

 

10.12.2

Referentiepunten

177

 

10.12.3

Terugkoppeling

179

 

10.12.4

Vooruitsturing

180

 

10.12.5

Procesbewaking

181

 

10.12.6

Drukverlies compensatie

183

10.13

PID-regelaar 2

185

 

10.13.1

Basisinstellingen

185

10.14

Functie Multi-pomp

185

10.15

Fire modus

193

10.16

Applicatie-instellingen

196

10.17

kWh-pulsuitgang

197

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

VACON · 10

 

 

INHOUDSOPGAVE

 

 

 

11 Fouttracering

 

198

11.1

Er wordt een fout getoond

198

 

11.1.1

Resetten met de resetknop

199

 

11.1.2

Resetten met een parameter in het grafische display

199

 

11.1.3

Resetten met een parameter in het tekstdisplay

200

11.2

Foutenhistorie

201

 

11.2.1

De foutenhistorie bekijken in het grafische display

201

 

11.2.2

De Foutenhistorie bekijken in het tekstdisplay

202

11.3

Foutcodes

 

204

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

SNELSTARTGIDS

VACON · 11

 

 

1 SNELSTARTGIDS

1.1BEDIENINGSPANEEL

Het bedieningspaneel vormt de interface tussen de frequentieregelaar en de gebruiker. Met het bedieningspaneel kunt u het toerental van een motor regelen en de status van de frequentieregelaar bewaken. Bovendien kunt u hiermee de parameters van de frequentieregelaar instellen.

A

B

C

I

H

D

G

F

E

Afb. 1: De knoppen op het bedieningspaneel

A.De BACK/RESET-knop. Hiermee kunt u teruggaan in het menu, de bewerkingsmodus afsluiten en fouten resetten.

B.De pijlknop OMHOOG. Hiermee kunt u omhoog bladeren in een menu en waarden verhogen.

C.De FUNCT-knop. Hiermee kunt u de draairichting van de motor wijzigen, de bedieningspagina openen en de bedieningsplaats kiezen. Voor meer informatie, zie Tabel 12 Instellingen besturingsreferenties.

1.2DE DISPLAYS

D.De pijlknop RECHTS.

E.De START-knop.

F.De pijlknop OMLAAG. Hiermee kunt u omlaag bladeren in een menu en waarden verlagen.

G.De STOP-knop.

H.De pijlknop LINKS. Hiermee kunt u de cursor naar links verplaatsen.

I.De OK-knop. Hiermee kunt u een geselecteerd niveau of item openen of een keuze bevestigen.

Er zijn twee typen displays: het grafische display en het tekstdisplay. Het bedieningspaneel heeft altijd dezelfde toetsen en knoppen.

Het display toont de volgende gegevens:

De status van de motor en de frequentieregelaar.

Fouten in de motor en in de frequentieregelaar.

Uw locatie in de menustructuur.

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

1

VACON · 12

SNELSTARTGIDS

 

 

A

B

C

D

E

STOP

READY

I/O

F

 

Main Menu

 

 

 

 

 

ID:

M1

G

 

Quick Setup

 

 

 

( 17 )

 

H

 

Monitor

 

 

( 5 )

 

 

 

Parameters

 

 

 

( 12 )

 

 

Afb. 2: Het grafische display

A.Het eerste statusveld: STOP/RUN

B.De draairichting van de motor

C.Het tweede statusveld: GEREED/NIET GEREED/FOUT

D.Het alarmveld: ALARM/-

E.Het bedieningsplaatsveld: PC/IO/ BEDIENINGSPANEEL/VELDBUS

F.Het locatieveld: het ID-nummer van de parameter en de huidige locatie in het menu

G.De geselecteerde groep of parameter

H.Het aantal items in de desbetreffende groep

A

B

C

D

F

E

Afb. 3: Het tekstdisplay. Als de tekst te lang is om in één keer te worden weergegeven, schuift deze automatisch over het display.

A.De statusindicatoren

B.De alarmen foutindicatoren

C.De naam van de huidige groep of het huidige item

1.3DE EERSTE KEER STARTEN

D.De huidige locatie in het menu

E.De indicatoren voor de bedieningsplaats

F.De indicatoren voor de draairichting

De opstartwizard begeleidt u bij het instellen van de vereiste gegevens voor een juiste besturing van uw proces.

1

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

SNELSTARTGIDS VACON · 13

1

Taalkeuze

De opties zijn verschillend voor alle verschil-

 

lende taalpakketten.

 

 

 

 

 

 

Zomertijd*

 

 

 

Rusland

2

 

US

 

 

EU

 

 

UIT

 

 

 

3

Tijd*

uu:mm:ss

 

 

 

4

Datum*

dd.mm.

 

 

 

5

Jaar*

jjjj

 

 

 

* Deze vragen worden alleen weergegeven als er een klokbatterij is geplaatst.

 

Opstartwizard uitvoeren?

 

6

 

Ja

 

 

Nee

 

 

 

Als u de parameterwaarden handmatig wilt instellen, selecteert u Nee en drukt u vervolgens op OK.

 

Selecteer een proces

 

7

 

Pomp

 

 

Ventilator

 

 

 

8

Stel een waarde in voor Nominaal motortoerental

Bereik: 24-19200

(zodat deze overeenkomt met de motornaamplaat).

 

 

 

 

 

 

9

Stel een waarde in voor Nominale motorstroom.

Bereik: varieert

 

 

 

10

Stel een waarde in voor Minimumfrequentie.

Bereik: 0.00-50.00

 

 

 

11

Stel een waarde in voor Maximumfrequentierefe-

Bereik: 0.00-320.00

rentie.

 

 

 

 

 

 

Wanneer deze parameters zijn ingesteld, is de opstartwizard voltooid. Als u de opstartwizard opnieuw wilt uitvoeren, kan dat op twee manieren. Ga naar de parameter P6.5.1 Fabrieksinstellingen herstellen of de parameter P1.19 Opstartwizard. Selecteer vervolgens

Activeren.

1.4BESCHRIJVING VAN DE APPLICATIES

1.4.1VACON HVAC-APPLICATIE

De Vacon AC frequentieregelaar wordt geleverd met een Vacon HVAC-applicatie die onmiddellijk gebruikt kan worden.

U kunt de frequentieregelaar bedienen vanaf het bedieningspaneel of via de veldbus, PC of I/O-klemmen.

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

1

Danfoss VACON100 HVAC Application guide

VACON · 14

SNELSTARTGIDS

 

 

 

 

 

 

Standaard-I/O-kaart

 

 

 

 

Klem

Signaal

Beschrijving

Referen-

 

1

+10 V ref

Referentie-uitgang

 

 

 

 

 

 

tiepoten-

 

 

AI1+

Analoge ingang,

 

tiometer

 

2

 

 

spanning of stroom*)

 

1–10 kΩ

 

 

Spanning

 

 

 

 

 

2-draads zender

3

AI1-

Gemeenschappelijke aansluiting

 

analoge ingang (stroom)

 

Externe

-

4

AI2+

Analoge ingang,

 

 

 

spanning of stroom

Stroom

referentie

 

 

 

 

4–20 mA/2–10 V

+

 

 

 

 

(programmeerbaar)

5

AI2-

Gemeenschappelijke aansluiting

 

 

 

analoge ingang (stroom)

 

 

 

6

24 Vout

24V-hulpspanning

 

 

 

7

GND

I/O-aarde

 

 

 

8

DI1

Digitale ingang 1

Start VOORUIT

 

 

9

DI2

Digitale ingang 2

Start ACHTERUIT

 

 

10

DI3

Digitale ingang 3

Fout

 

 

11

CM

Gemeenschappelijk A voor DIN1–DIN6**)

 

 

12

24 Vout

24V-hulpspanning

 

 

 

13

GND

I/O-aarde

 

 

 

14

DI4

Digitale ingang 4

Selectie vast 1

 

 

15

DI5

Digitale ingang 5

Selectie vast 2

 

 

16

DI6

Digitale ingang 6

Fout reset

 

 

17

CM

Gemeenschappelijk A voor DIN1–DIN6**)

mA

 

18

AO1+

Analoog signaal (+uitgang)

Uitgangsfrequentie

 

 

 

Gemeenschappelijke aansluiting

 

 

19

AO1-/GND

 

 

 

analoge uitgang

 

 

 

 

 

 

 

 

30

+24 Vin

24 V hulpingangsvoltage

 

 

 

A

RS-485

Seriële bus, negatief

 

Naar relaiskaart 1 of 2

B

RS-485

Seriële bus, positief

 

Afb. 4: Aansluitvoorbeelden van de besturingsaansluitingen voor de Standaard-I/O-kaart

*= Gebruik DIP-switches om deze te selecteren.Raadpleeg de Vacon 100 installatiehandleiding voor wandgemonteerde frequentieregelaars.

**= U kunt de digitale ingangen van de aarde isoleren met een DIP-schakelaar.

1

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

SNELSTARTGIDS VACON · 15

Van standaard-I/O-kaart

 

 

 

 

 

 

 

Relaiskaart 1

Standaard

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Van aansl.

Van aansl.

 

Klem

 

Signaal

 

 

 

6 of 12

#13

 

 

 

 

 

 

 

 

RUN

 

 

 

21

RO1/1 NC

 

 

Relaisuitgang 1

RUN

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

22

RO1/2 CM

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

23

RO1/3 NO

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

24

RO2/1 NC

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

25

RO2/2 CM

 

 

Relaisuitgang 2

FOUT

 

 

 

 

 

26

RO2/3 NO

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

32

RO3/1 CM

 

 

Relaisuitgang 3

GEREED

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

33

RO3/2 NO

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Afb. 5: Aansluitvoorbeeld van de besturingsaansluitingen voor relaiskaart 1

AANWIJZING!

Niet beschikbaar voor Vacon 100 X.

Van standaard-I/O-kaart

 

Relaiskaart 2

 

 

 

 

Standaard

Van aansl.

Van aansl.

Klem

Signaal

 

#12

#13

 

21

RO1/1 NC

 

 

RUN

 

 

 

 

22

RO1/2 CM

Relaisuitgang 1

RUN

 

 

23

RO1/3 NO

 

 

 

 

24

RO2/1 NC

 

 

 

 

25

RO2/2 CM

Relaisuitgang 2

FOUT

 

 

26

RO2/3 NO

 

 

 

 

28

TI1+

Thermistoringang

 

 

 

29

TI1-

 

 

 

 

 

Afb. 6: Aansluitvoorbeeld van de besturingsaansluitingen voor relaiskaart 2

 

AANWIJZING!

 

 

 

 

Enige optie voor Vacon 100 X.

U kunt de digitale ingangen (klemmen 8–10 en 14–16) op de standaard-I/O-kaart desgewenst isoleren van de aarde.Zet de DIP-switch op de besturingskaart daarvoor in de stand OFF.Zie de afbeelding hieronder voor de locatie van de switches, zodat u deze in de gewenste stand voor uw toepassing kunt instellen.

AANWIJZING!

Raadpleeg de installatiehandleiding van de Vacon 100 X voor DIPswitchconfiguratie in Vacon 100 X-systemen.

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

1

VACON · 16

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

SNELSTARTGIDS

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Digitale ingangen

Zwevend

Verbonden met GND

(standaard!)

Afb. 7: DIP-switch

1

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

SNELSTARTGIDS VACON · 17

Tabel 2: Parametergroep Quick setup

Index

Parameter

Min.

Max.

Eenhei

Standaar

ID

Beschrijving

d

d

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Neem de waarde Un

P1.1

Nominale motor-

varieert

varieert

V

varieert

110

over van de motor-

spanning

naamplaat.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Zie P3.1.1.1.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Neem de waarde fn

P1.2

Nominale motorfre-

8.0

320.0

Hz

50

111

over van de motor-

quentie

naamplaat.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Zie P3.1.1.2.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Nominaal motortoe-

 

 

 

 

 

Neem de waarde nn

P1.3

24

19200

rpm

varieert

112

over van de motor-

rental

 

 

 

 

 

 

naamplaat.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Nominale motor-

 

 

 

 

 

Neem de waarde In

P1.4

varieert

varieert

A

varieert

113

over van de motor-

stroom

 

 

 

 

 

 

naamplaat.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Neem de waarde over

P1.5

Motor Cos Phi

0.30

1.00

 

varieert

120

van de motornaam-

 

 

 

 

 

 

 

plaat.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Nominaal motorver-

 

 

 

 

 

Neem de waarde nn

P1.6

varieert

varieert

kW

varieert

116

over van de motor-

mogen

 

 

 

 

 

 

naamplaat.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De maximale motor-

P1.7

Motorstroomlimiet

varieert

varieert

A

varieert

107

stroom van de frequen-

 

 

 

 

 

 

 

tieregelaar.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De acceptabele mini-

P1.8

Minimumfrequentie

0.00

P1.9

Hz

varieert

101

mumfrequentiereferen-

 

 

 

 

 

 

 

tie.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De acceptabele maxi-

P1.9

Maximumfrequentie

P1.8

320.00

Hz

50.00

102

mumfrequentiereferen-

 

 

 

 

 

 

 

tie.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De frequentiereferen-

 

 

 

 

 

 

 

tiebron wanneer de

P1.10

Referentieselectie

1

8

 

6

117

bedieningsplaats is

I/O A

 

ingesteld op I/O A.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Zie P3.3.3 voor de

 

 

 

 

 

 

 

beschikbare opties.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Selecteren met digitale

 

 

 

 

 

 

 

ingang:Vaste frequen-

P1.11

Vaste frequentie 1

P3.3.1

300.00

Hz

10.00

105

tieselectie 0 (P3.5.1.15)

 

 

 

 

 

 

 

(standaard = Digitale

 

 

 

 

 

 

 

ingang 4)

 

 

 

 

 

 

 

 

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

1

VACON · 18 SNELSTARTGIDS

Tabel 2: Parametergroep Quick setup

Index

Parameter

Min.

Max.

Eenhei

Standaar

ID

 

Beschrijving

d

d

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Selecteren met digitale

 

 

 

 

 

 

 

ingang:Vaste frequen-

P1.12

Vaste frequentie 2

P3.3.1

300.00

Hz

15.00

106

tieselectie 1 (P3.5.1.16)

 

 

 

 

 

 

 

(standaard = Digitale

 

 

 

 

 

 

 

ingang 5)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De tijd die de uitgangs-

 

 

 

 

 

 

 

frequentie nodig heeft

P1.13

Acceleratietijd 1

0.1

3000.0

s

20.0

103

om van nul tot de inge-

 

 

 

 

 

 

 

stelde maximumfre-

 

 

 

 

 

 

 

quentie op te lopen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De tijd die de uitgangs-

 

 

 

 

 

 

 

frequentie nodig heeft

P1.14

Deceleratietijd 1

0.1

3000.0

s

20.0

104

om van de ingestelde

 

 

 

 

 

 

 

maximumfrequentie

 

 

 

 

 

 

 

terug te lopen naar nul.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Selectie van de externe

 

 

 

 

 

 

 

bedieningsplaats

P1.15

Bedienplaats op

1

2

 

1

172

(start/stop).

 

 

 

afstand

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

= Besturing I/O

 

 

 

 

 

 

 

1

= Veldbusbediening

 

 

 

 

 

 

 

 

 

P1.16

Automatische reset

0

1

 

0

731

0

= Uitgeschakeld

 

 

 

 

 

 

 

1

= Ingeschakeld

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

= Geen actie

 

 

 

 

 

 

 

1

= Alarm

P1.17

Fout Thermistor

0

3

 

0

732

2

= Fout (stop volgens

 

 

 

 

 

 

 

stopmodus)

 

 

 

 

 

 

 

3

= Fout (stop door uit-

 

 

 

 

 

 

 

lopen)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

P1.18

PID Mini-Wizard*

0

1

 

0

1803

0

= Inactief

 

1

= Activeren

 

 

 

 

 

 

 

Zie

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

= Inactief

P1.19

Multipomp Wizard*

0

1

 

0

 

1

= Activeren

 

 

 

 

 

 

 

Zie hoofdstuk 2.2 Mini-

 

 

 

 

 

 

 

wizard Multi-pomp.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

SNELSTARTGIDS VACON · 19

Tabel 2: Parametergroep Quick setup

Index

Parameter

Min.

Max.

Eenhei

Standaar

ID

 

Beschrijving

d

d

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

= Inactief

P1.20

Opstartwizard**

0

1

 

0

1171

1

= Activeren

 

 

 

 

 

 

 

Zie hoofdstuk 1.3 De

 

 

 

 

 

 

 

eerste keer starten.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

P1.21

Fire modus wizard**

0

1

 

0

1672

0

= Inactief

 

 

 

 

 

 

 

1

= Activeren

 

 

 

 

 

 

 

 

 

*= De parameter wordt alleen getoond op het grafische bedieningspaneel.

**= De parameter wordt alleen getoond op het grafische en het tekstbedieningspaneel.

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

1

VACON · 20

WIZARDS

 

 

2 WIZARDS

2.1PID MINI-WIZARD

De applicatiewizard helpt u om de basisparameters voor de geselecteerde applicatie in te stellen.

Als u de PID Mini-Wizard wilt starten, selecteert u de optie Activeren voor parameter P1.17 PID Mini-Wizard in het menu Quick setup

De PID-regelaar is standaard ingesteld voor het gebruik van één terugkoppelsignaal en één referentiepunt. De standaardbedieningsplaats is I/O A en de standaardproceseenheid is %.

1

Stel de gewenste waarden in voor Proceseenheid

Meer dan één optie.

(P3.12.1.4)

 

 

 

 

 

 

Als u een andere optie selecteert dan %, worden de volgende vragen weergegeven. Als u % selecteert, gaat de wizard direct door naar vraag 5.

2

Stel een waarde in voor Minimale proceseenheid

Het bereik is afhankelijk van de geselec-

(P3.12.1.5).

teerde optie in vraag 1.

 

 

 

 

3

Stel een waarde in voor Maximale proceseenheid

Het bereik is afhankelijk van de geselec-

(P3.12.1.6).

teerde optie in vraag 1.

 

 

 

 

4

Stel een waarde in voor Decimale proceseenheid

Bereik: 0-4

(P3.12.1.7).

 

 

 

 

 

 

5

Stel een waarde in voor Terugkoppeling 1 bronse-

Zie Tabel 34 Instellingen voor terugkoppeling

lectie (P3.12.3.3).

.

 

 

 

 

Als u een analoog ingangssignaal selecteert, wordt vraag 6 weergegeven. Als u een andere optie selecteert, gaat de wizard door naar vraag 7.

 

Stel het signaalbereik van de analoge ingang in.

 

 

 

 

0

= 0–10 V/0…20 mA

6

 

1

= 2–10 V/4…20 mA

 

 

Zie Tabel 15 Instellingen voor analoge ingan-

 

 

gen.

 

 

 

 

 

Stel een waarde in voor Inversie fout (P3.12.1.8).

 

 

7

 

0

= Normaal

 

 

1

= Geïnverteerd

 

 

 

8

Stel een waarde in voor Referentie bronselectie

Zie Tabel 33 Instellingen voor referentiewaar-

(P3.12.2.4).

den.

 

 

 

 

 

Als u een analoog ingangssignaal selecteert, wordt vraag 9 weergegeven. Als u een andere optie selecteert, gaat de wizard door naar vraag 11.

2

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

WIZARDS

VACON · 21

 

 

Als u Bedieningspaneel Referentie 1 of Bedieningspaneel Referentie 2 instelt, gaat de wizard direct door naar vraag 10.

 

Stel het signaalbereik van de analoge ingang in.

 

 

 

 

0

= 0–10 V/0–20 mA

9

 

1

= 2–10 V/4–20 mA

 

 

Zie Tabel 15 Instellingen voor analoge ingan-

 

 

gen.

 

 

 

10

Stel een waarde in voor Bedieningspaneel Referen-

Afhankelijk van het bereik dat is ingesteld in

tie 1 en Bedieningspaneel Referentie 2 (P3.12.2.2).

vraag 9.

 

 

 

 

 

 

Stel het gebruik van de slaapfunctie in.

 

 

11

 

0

= Nee

 

 

1

= Ja

 

 

 

 

Als u Ja selecteert bij vraag 11, worden de volgende drie vragen weergegeven. Als u Nee selecteert, is de wizard voltooid.

12

Stel een waarde in voor Slaapfrequentielimiet

Bereik: 0.00–320.00 Hz

(P3.12.2.7).

 

 

 

 

 

 

13

Stel een waarde in voor Slaapvertraging 1

Bereik: 0–3000 s

(P3.12.2.8).

 

 

 

 

 

 

14

Stel een waarde in voor Ontwaakniveau (P3.12.2.9).

Het bereik is afhankelijk van de geselec-

 

teerde proceseenheid.

 

 

 

 

 

De PID Mini-Wizard is nu voltooid.

2.2MINI-WIZARD MULTI-POMP

De mini-wizard Multi-pomp stelt de belangrijkste vragen voor het instellen van een multipompsysteem. De mini-wizard Multi-pomp volgt altijd op de PID Mini-Wizard.

15

Stel een waarde in voor Aantal motoren (P.3.14.1).

1-4

 

 

 

 

 

Stel een waarde in voor Vergrendelfunctie (P3.14.2).

 

 

16

 

0

= Niet gebruikt

 

 

1

= Ingeschakeld

 

 

 

 

 

Stel een waarde in voor Autowissel (P3.14.4).

 

 

17

 

0

= Uitgeschakeld

 

 

1

= Ingeschakeld

 

 

 

 

Als u de functie Autowissel inschakelt, worden de volgende drie vragen weergegeven. Als u de functie Autowissel niet gebruikt, gaat de wizard direct door naar vraag 21.

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

2

VACON · 22 WIZARDS

 

Stel een waarde in voor Frequentieregelaar opne-

 

18

men (P3.14.3).

0 = Uitgeschakeld

 

 

1 = Ingeschakeld

 

 

 

19

Stel een waarde in voor Autowissel interval

0,0–3000,0 u

(P3.14.5).

 

 

 

 

 

 

20

Stel een waarde in voor Autowissel frequentielimiet

0.00–50.00 Hz

(P3.14.6)

 

 

 

 

 

 

21

Stel een waarde in voor Bandbreedte (P3.14.8).

0-100%

 

 

 

22

Stel een waarde in voor Bandbreedtevertraging

0–3600 s

(P3.14.9).

 

 

 

 

 

 

Hierna toont het bedieningspaneel de digitale ingangsen relaisuitgangsconfiguratie die door de applicatie is uitgevoerd (alleen grafisch bedieningspaneel). Noteer deze waarden voor later.

2.3FIRE MODUS WIZARD

Als u de wizard Fire modus wilt starten, selecteert u de optie Activeren voor parameter B1.1.4 in het menu Quick setup.

LET OP!

Lees voordat u doorgaat over het wachtwoord en de garantiebepalingen in hoofdstuk 10.15 Fire modus.

1

Stel een waarde in voor parameter P3.17.2 Fire

Meer dan één optie.

modus-frequentiebron.

 

 

 

 

 

 

Als u een andere waarde instelt dan Fire modus frequentie, gaat de wizard direct door naar vraag 3.

2

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

WIZARDS VACON · 23

2

Stel een waarde in voor parameter P3.17.3 Fire

8,00 Hz…P3.3.1.2 (MaxFreqReferentie)

modus frequentie.

 

 

 

 

 

 

 

Stel in of het signaal moet worden geactiveerd wan-

 

3

neer het contact wordt geopend of gesloten.

0 = Open contact

 

 

1 = Gesloten contact

 

 

 

4

Stel een waarde in voor de parameters P3.17.4 Fire

Selecteer een digitale ingang voor het active-

modus activering openen / P3.17.5 Fire modus acti-

ren van de Fire modus. Zie ook hoofdstuk

 

vering sluiten.

10.15 Fire modus.

 

 

 

 

Stel een waarde in voor parameter P3.17.6 Fire

Selecteer een digitale ingang voor het active-

 

modus achteruit.

ren van de omgekeerde draairichting in de

5

 

Fire modus.

 

 

 

 

DigIn Slot0.1 = VOORUIT

 

 

DigIn Slot0.2 = ACHTERUIT

 

 

 

 

Stel een waarde in voor P3.17.1 Fire modus wacht-

Stel een wachtwoord in voor het inschakelen

 

woord.

van de functie Fire modus.

6

 

 

 

 

1234 = Testmodus inschakelen

 

 

1001 = Fire modus inschakelen

 

 

 

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

2

VACON · 24

GEBRUIKERSINTERFACES

 

 

3 GEBRUIKERSINTERFACES

3.1NAVIGATIE MET HET BEDIENINGSPANEEL

De gegevens van de frequentieregelaar zijn ondergebracht in menu's en submenu's.Met de pijlknoppen Omhoog en Omlaag op het bedieningspaneel kunt u door de menu's navigeren.Druk op OK om een groep of parameter te openen.Druk op de knop BACK/RESET om terug te keren naar het vorige niveau.

Uw huidige locatie in het menu wordt op het scherm weergegeven als M5.5.1.Daarnaast wordt de naam van de huidige groep of parameter weergegeven.

3

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

<![if ! IE]>

<![endif]>DRIVES/LOCAL-COM/DANFOSS.DANFOSS.HTTP://DRIVESCONTACTS:LOCAL

<![if ! IE]>

<![endif]>frequentieregelaardevanmenustructuurDe 8: .Afb

 

Hoofdmenu

 

Submenu's

 

 

 

 

 

 

M1 Quick

 

 

 

 

setup

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M2 Monitor

 

M2.1

Multimonitor

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M2.2

Basis

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M2.3

Timerfuncties

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M2.4

PID-regelaar 1

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M2.5

PID-regelaar 2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M2.6 Multi-pomp

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M2.7 Veldbusgegevens

<![if ! IE]>

<![endif]>CONTACTS/-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

<![if ! IE]>

<![endif]>3

Hoofdmenu

M3

Parameters

Submenu's

M3.1 Motorinstellingen

M3.2 Start/stop-instellingen

M3.3 Referenties

M3.4 Ramps en remmen

M3.5 I/O-configuratie

M3.6 Veldbusdatamap

M3.7 Verboden frequentie

M3.8 Grenswaardebewaking

M3.9 Beveiligingen

M3.10 Automatische reset

M3.11 Timerfuncties

M3.12 PID-regelaar 1

M3.13 PID-regelaar 2

M3.14 Multi-pomp

M3.16 Fire modus

M3.17 Applicatieinstellingen

M3.18 kWh-pulsobject

M4

 

M4.1

Actieve fouten

Diagnose

 

 

 

M4.2

Reset Fouten

 

 

 

 

 

 

 

 

M4.3

Foutenhistorie

 

 

 

 

 

 

M4.5

Totaaltellers

 

 

 

 

 

 

M4.6

Triptellers

 

 

 

 

 

 

M4.7

Software-info

 

 

 

 

 

Hoofdmenu

 

Submenu's

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M5 I/O en

 

M5.1

Basis-I/O

 

 

hardware

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M5.2–M5.4 Slot C,D,E

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M5.5

Real-time klok

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M5.6

Instellingen

 

 

 

 

 

 

 

voedingseenheid

 

 

 

 

 

 

 

M5.7

Bedieningspaneel

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M5.8

RS-485

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M5.9

Ethernet

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M6 Gebrui-

 

 

 

 

 

 

 

 

M6.1

Taalkeuze

 

 

kersinstel-

 

 

 

 

 

 

 

lingen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M6.5

Parameterback-up

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M6.6

Parameters

 

 

 

 

 

 

 

vergelijken

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M6.7

Naam

 

 

 

 

 

 

 

frequentieregelaar

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M7

 

 

 

 

 

Favorieten

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M8 Gebrui-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M8.1

Gebruikersniveau

 

kersniveaus

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M8.2

Toegangscode

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

<![if ! IE]>

<![endif]>GEBRUIKERSINTERFACES

<![if ! IE]>

<![endif]>25 · VACON

VACON · 26

GEBRUIKERSINTERFACES

 

 

3.2HET GRAFISCHE DISPLAY

A

B

C

D

E

STOP

READY

I/O

F

 

Main Menu

 

 

 

 

 

ID:

M1

G

 

Quick Setup

 

 

 

( 17 )

 

H

 

Monitor

 

 

( 5 )

 

 

 

Parameters

 

 

 

( 12 )

 

 

Afb. 9: Het hoofdmenu van het grafische display

A.Het eerste statusveld: STOP/RUN

B.De draairichting

C.Het tweede statusveld: GEREED/NIET GEREED/FOUT

D.Het alarmveld: ALARM/-

E.De bedieningsplaats: PC/IO/ BEDIENINGSPANEEL/VELDBUS

3.2.1WAARDEN BEWERKEN

F.Het locatieveld: de parameter-ID en de huidige locatie in het menu

G.De geselecteerde groep of parameter: druk op OK om te openen

H.Het aantal items in de desbetreffende groep

In het grafische display kunt u de waarde van een parameter op twee manieren bewerken.

In de meeste gevallen kunt u slechts één waarde selecteren voor een parameter. Selecteer de gewenste optie in de reeks numerieke of tekstwaarden.

DE TEKSTWAARDE VAN EEN PARAMETER WIJZIGEN

 

 

1 Ga met de pijltoetsen naar de parameter.

READY

I/O

STOP

 

Start / Stop Setup

 

ID:172

M3.2.1

 

Rem Control Place

 

I/O Control

 

KeypadStopButton

 

 

Yes

 

Start Function

 

 

Ramping

3

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

GEBRUIKERSINTERFACES

VACON · 27

 

 

2Druk twee keer op OK of druk op de pijltoets RECHTS om de bewerkingsmodus te activeren.

STOP

READY

I/O

Rem Control Place

ID: M3.2.1

Edit

Help

Add to favourites

3 Druk op de pijltoetsen OMHOOG en OMLAAG om de

 

READY

I/O

nieuwe waarde te selecteren.

STOP

 

 

Rem Control Place

 

 

ID:

M3.2.1

 

 

FieldbusCTRL

 

 

I/O Control

4Druk op OK om de wijziging te accepteren. Druk op de BACK/RESET-knop om de wijziging te annuleren.

NUMERIEKE WAARDEN BEWERKEN

1 Ga met de pijltoetsen naar de parameter.

2 Activeer de bewerkingsmodus.

STOP

READY

I/O

Frequency Ref

ID:101 P3.3.1.1

MaxFreqReference

0.00 Hz

MinFreqReference

50.00 Hz

PosFreqRefLimit

320.00 Hz

STOP

READY

I/O

MinFreqReference

ID:101 P3.3.1.1

0.00 Hz

Min: 0.00Hz

Max: 50.00Hz

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

3

VACON · 28

GEBRUIKERSINTERFACES

 

 

3Als de waarde numeriek is, kunt u met de pijltoetsen LINKS en RECHTS van cijfer naar cijfer gaan. Wijzig de cijfers met de pijltoetsen OMHOOG en OMLAAG.

STOP

READY

I/O

MinFreqReference

ID:101 P3.3.1.1

00.00 Hz

Min: 0.00Hz

Max: 50.00Hz

4Druk op OK om de wijziging te accepteren. Druk op de BACK/RESET-knop om de wijziging te annuleren en terug te keren naar het vorige niveau.

MEER DAN ÉÉN WAARDE SELECTEREN

STOP

READY

I/O

MinFreqReference

ID:101 P3.3.1.1

11.00 Hz

Min: 0.00Hz

Max: 50.00Hz

Voor sommige parameters kunt u meer dan één waarde selecteren. Schakel het keuzevakje bij de gewenste waarde in.

1Ga naar de parameter. Wanneer u keuzevakjes kunt selecteren, wordt dat aangegeven met een symbool.

STOP

READY

I/O

Interval 1

ID:1466 P3.12.1.3

ON Time

00:00:00

OFF Time

00:00:00

Days

0

A

A.Het symbool voor opties met keuzevakjes

3

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

GEBRUIKERSINTERFACES

VACON · 29

 

 

2Gebruik de pijltoetsen OMHOOG en OMLAAG om door de lijst met waarden te bladeren.

3Druk op de pijltoets RECHTS om het keuzevakje naast de gewenste waarde te activeren en de waarde toe te voegen.

STOP

READY

I/O

 

 

ID:

Days

 

 

 

 

M 3.12.1.3.1

Sunday

Monday

Tuesday

Wednesday

Thursday

Friday

STOP

READY

I/O

 

 

ID:

Days

 

 

 

 

M 3.12.1.3.1

Sunday

Monday

Tuesday

Wednesday

Thursday

Friday

3.2.2FOUTEN RESETTEN

U kunt fouten resetten met de Reset-knop en met de parameter Reset Fouten. Zie de instructies in 11.1 Er wordt een fout getoond.

3.2.3DE FUNCT-KNOP

De FUNCT-knop heeft 3 functies.

Voor toegang tot de bedieningspagina

Voor eenvoudig wisselen tussen lokale bediening en bediening op afstand

Voor het wisselen van de draairichting

De geselecteerde bedieningsplaats bepaalt de bron van de starten stopopdrachten voor de frequentieregelaar.Alle bedieningsplaatsen hebben een parameter voor het selecteren van de frequentiereferentiebron.De Lokale bedieningsplaats is altijd het bedieningspaneel.De externe bedieningsplaats kan de I/O- of veldbusverbinding zijn.In de statusbalk van het display wordt aangegeven wat de huidige bedieningsplaats is.

U kunt I/O A, I/O B en de veldbus instellen als externe bedieningsplaats.I/O A en de veldbus hebben de laagste prioriteit.U kunt ze selecteren met P3.2.1 (Externe bedieningsplaats).Door middel van een digitale ingang kan I/O B de externe bediening overnemen van bedieningsplaatsen I/O A en Veldbus.U kunt de digitale ingang selecteren met parameter P3.5.1.5 (Forceren naar I/O Bediening).

Wanneer de bedieningsplaats is ingesteld op lokaal, wordt het bedieningspaneel altijd gebruikt als bedieningsplaats.Lokale bediening heeft een hogere prioriteit dan bediening op afstand.Wanneer u bijvoorbeeld gebruikmaakt van bediening op afstand en parameter P3.5.1.5 de bedieningsplaats heeft overgenomen met de digitale ingang, wordt het

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

3

VACON · 30

GEBRUIKERSINTERFACES

 

 

bedieningspaneel de bedieningsplaats zodra u Lokaal selecteert.Gebruik de FUNCT-knop of de parameter P3.2.2 Lokaal/Afstand om te schakelen tussen de lokale en externe bediening.

DE BEDIENINGSPLAATS SELECTEREN

 

 

 

1 Druk op de FUNCT-knop. Het maakt niet uit waar u

 

READY

Keypad

zich in het menu bevindt.

STOP

 

 

Main Menu

 

 

ID:

M1

 

 

Monitor

 

 

 

( 12 )

 

 

 

Parameters

 

 

( 21 )

 

 

 

Diagnostics

 

 

( 6 )

 

2 Gebruik de pijltoetsen OMHOOG en OMLAAG om

 

READY

Keypad

Lokaal/Afstand te selecteren.Druk op OK.

STOP

 

 

Choose action

 

 

ID:1805

 

 

 

Change direction

 

 

Control page

 

 

Local/Remote

3 Selecteer nu Lokaal of Op afstand met behulp van

 

READY

Keypad

de pijltoetsen OMHOOG en OMLAAG.Druk op OK om

STOP

te bevestigen.

 

Local/Remote

 

 

ID:211

 

Local

Remote

4Als u overschakelt van externe naar lokale bediening (het bedieningspaneel), moet u een bedieningspaneelreferentie selecteren.

STOP

READY

I/O

Main Menu

ID: M1

Monitor

( 12 )

Parameters

( 21 )

Diagnostics

( 6 )

Daarna gaat het display terug naar de menulocatie waar u was toen u op de FUNCT-knop drukte.

3

LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/

Loading...
+ 183 hidden pages