Danfoss FCM 300 Design guide [nl]

MAKING MODERN LIVING POSSIBLE
Design Guide
VLT® Brook Crompton Motor FCM 300
www.danfoss.com/drives
Inhoud
Inhoud
VLT® DriveMotor FCM-serie
1 Inleiding
1.1.1 Softwareversie 4
1.1.5 Veiligheidsvoorschriften 5
1.1.6 Waarschuwing tegen onbedoelde start 5
1.3.1 Integratie van frequentieomvormer en motor 6
1.4.1 Bestelformulier 8
1.4.2 Productreeks 9
1.4.3 Bestellen 10
1.4.4 Hulpprogramma voor de pc 10
1.4.5 Bestelinformatie voor frames en flenzen 11
1.4.6 Bestelinformatie voor positie van omvormerkast en afvoeropening 12
2 Installatie
2.1.1 FCM 305-375, 3-fasig, 380-480 V 13
2.1.2 Algemene technische gegevens 14
2.1.3 Aanhaalmomenten 17
2.1.4 Maximale kabeldoorsnede 17
2.1.5 Schroefmaten 17
13
2.1.6 Beveiliging 18
2.2 Beschrijving van de motor
2.2.1 Hantering van de FC-motor 20
2.2.2 Lagers 20
2.2.3 Uitvoerassen 21
2.2.4 Afmetingen 21
2.2.5 Installatie van de FC-motor 24
2.2.6 Uitlijning 25
2.2.7 Aanhaalmoment bouten 25
2.2.8 Onderhoud 25
2.2.9 Thermische beveiliging FCM 300 26
2.3.1 Servicestekkerset (175N2546) 27
2.3.2 Stekkerset (175N2545) 27
2.3.3 Bevestigingsset voor externe bediening (175N0160) 27
2.3.5 Potentiometeroptie (177N0011) 28
2.3.6 Lokaal bedieningspaneel (LOP) (175N0128) IP 65 28
3 Programmeren
19
30
3.1.1 Bedieningspaneel (175NO131) 30
3.1.2 Installatie LCP 30
3.1.3 Functies LCP 30
3.1.4 Display 31
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 1
Inhoud
VLT® DriveMotor FCM-serie
3.1.5 Leds 31
3.1.6 Bedieningstoetsen 31
3.1.7 Functies van de bedieningstoetsen 32
3.1.8 Uitleesstatus op display 32
3.1.9 Displaymodus 33
3.1.10 Displaymodus – uitleesstatus selecteren 33
3.1.11 Modus Quick Menu versus modus Menu 34
3.1.12 Quick Setup via Quick menu 34
3.1.13 Parameterselectie 35
3.1.14 Modus Menu 35
3.1.15 Parametergroepen 35
3.1.16 Gegevens wijzigen 35
3.1.17 Een tekstwaarde wijzigen 36
3.1.18 Oneindig variabele wijziging van een numerieke datawaarde 36
3.1.19 Menustructuur 37
3.1.20 Parametergroep 0-** Bediening/display 38
3.2.1 Parametergroep 1-** Belasting/motor 42
3.6.1 Seriële bus 63
3.6.2 Telegramcommunicatie 63
3.6.3 Telegramopbouw 64
3.6.4 Databytes 65
3.6.5 Stuurwoord volgens veldbusprofielstandaard 67
3.7.1 Parametergroep 5-** Seriële communicatie 73
3.8 Parameter 600-678 – FCM 300 Design Guide
3.8.1 Parametergroep 6-** Technische functies 78
4 Alles over de FCM 300
4.1.1 Galvanische scheiding (PELV) 82
4.1.2 Aardlekstroom 82
4.1.3 Extreme bedrijfsomstandigheden 83
4.1.4 Akoestische ruis 83
4.1.5 Balans 83
4.1.6 Thermische beveiliging en reductie 84
78
82
4.1.7 Reductie wegens omgevingstemperatuur 84
4.1.8 Reductie wegens luchtdruk 84
4.1.9 Reductie wegens lage bedrijfssnelheid 84
4.1.10 Reductie wegens hoge schakelfrequentie 85
4.1.11 Trillingen en schokken 85
4.1.12 Luchtvochtigheid 85
4.1.13 UL-norm 85
4.1.14 Rendement 85
2 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Inhoud
VLT® DriveMotor FCM-serie
4.1.15 Interferentie via het net/harmonischen 86
4.1.16 Arbeidsfactor 87
4.1.17 Wat is CE-markering? 87
4.1.18 De Machinerichtlijn (98/37/EEG) 87
4.1.19 De Laagspanningsrichtlijn (73/23/EEG) 87
4.1.20 De EMC-richtlijn (89/336/EEG) 87
4.1.21 Waarvoor gelden de richtlijnen? 87
4.1.22 Danfoss FCM 300-motor en CE-markering 88
4.1.23 Conformiteit met EMC-richtlijn 89/336/EEG 88
4.1.24 EMC-normen 88
4.1.25 Agressieve omgevingen 89
4.2.1 Lijst met waarschuwingen en alarmen 90
4.2.2 Wat te doen als de motor niet start? 90
4.2.3 Waarschuwingen 91
4.2.4 Waarschuwingswoord, uitgebreid statuswoord en alarmwoord 93
4.3 Parameterlijst
Trefwoordenregister
94
99
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 3
Inleiding
VLT® DriveMotor FCM-serie
1
1 Inleiding
1.1 Veiligheid
1.1.1 Softwareversie
FCM 300-serie
Design Guide
Softwareversie: 3.1x
Deze Design Guide kan worden gebruikt voor alle FCM 300­frequentieomvormers met softwareversie 3.1x. De softwareversie kan worden uitgelezen via parameter 624 Softwareversie.
Tabel 1.1
Verwijderingsinstructie
1.1.2
Apparatuur die elektrische componenten bevat, mag niet als huishoudelijk afval worden afgevoerd. Dergelijke apparatuur moet apart worden afgevoerd als elektrisch en elektronisch afval volgens de geldende lokale voorschriften.
Tabel 1.2
VOORZICHTIG
Geeft een potentieel gevaarlijke situatie aan die, als deze niet wordt vermeden, kan leiden tot licht of matig letsel. Kan tevens worden gebruikt om te waarschuwen tegen onveilige werkpraktijken.
1.1.4 Algemene waarschuwingen
LET OP
Alle handelingen moeten worden uitgevoerd door adequaat opgeleid personeel. Maak gebruik van alle aanwezige hijsmiddelen, bijvoorbeeld beide hijspunten of een enkel hijspunt indien aanwezig*. Verticaal hijsen – voorkom ongecontroleerd draaien. Hijsmachine – hijs geen andere apparatuur met behulp van enkel de hijspunten op de motor. Controleer voorafgaand aan de installatie op bescha­diging van de afdekking van de ventilator, beschadiging van de as, beschadiging van de montagevoet en losse bevestigingsmiddelen. Controleer de gegevens van het motortypeplaatje. Verzeker u ervan dat het montageoppervlak vlak is, en dat de montage in balans en uitgelijnd is. Pakkingen en/of afdichtmiddelen en beschermingen dienen op correcte wijze bevestigd te worden. Corrigeer de riemspanning.
Volg de regels voor reductie; zie 4.1 Speciale omstan­digheden.
Symbolen
1.1.3
In deze Design Guide worden diverse symbolen gebruikt. Deze hebben de volgende betekenis:
WAARSCHUWING
Geeft een potentieel gevaarlijke situatie aan die, als deze niet wordt vermeden, kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
*Opmerking: het maximale handhijsvermogen ligt 20 kg onder de schouder, maar boven het grondniveau. Max. brutogewicht:
Framegrootte 80: 15 kg
-
Framegrootte 90 & 100: 30 kg
-
Framegrootte 112: 45 kg
-
Framegrootte 132: 80 kg
-
LET OP
Geeft gemarkeerde informatie aan die aandachtig moet worden gelezen om fouten te vermijden en om te voorkomen dat apparatuur niet optimaal werkt.
4 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Inleiding
VLT® DriveMotor FCM-serie
WAARSCHUWING
De spanning op de FC-motor is gevaarlijk wanneer de motor op de netvoeding is aangesloten. Onjuiste installatie van de FC-motor kan leiden tot materiële schade en ernstig of dodelijk letsel veroorzaken. Volg daarom de aanwijzingen in deze handleiding en de lokale en nationale regels en veiligheidsvoorschriften op. Het aanraken van elektrische onderdelen kan fatale gevolgen hebben, zelfs wanneer de netvoeding is afgeschakeld. Wacht minstens 4 minuten.
- De installatie moet op correcte wijze afgezekerd en geïsoleerd zijn.
- Afdekkingen en kabelinvoeren moeten bevestigd zijn.
WAARSCHUWING
Voor hoogtes boven 2000 m dient u contact op te nemen met Danfoss in verband met PELV.
LET OP
Het is de verantwoordelijkheid van de gebruiker of van een erkend elektricien om te zorgen voor correcte aarding en beveiliging overeenkomstig de geldende nationale en lokale eisen en normen.
installatie vereist, en tevens een versterkte, beschermende aarding.
1.1.6 Waarschuwing tegen onbedoelde start
Wanneer de frequentieomvormer op het net is
aangesloten, kan de motor worden gestopt via digitale commando's, buscommando's of referenties. Deze stopfuncties zijn niet toereikend als een onbedoelde start moet worden voorkomen in verband met de persoonlijke veiligheid.
De motor kan starten terwijl de parameters
worden gewijzigd. Een gestopte motor kan starten wanneer er
storingen optreden in de elektronica van de FC­motor, of wanneer een tijdelijke overbelasting of een fout in de netvoeding wordt opgeheven.
1.2 Inleiding
Specifieke technische publicaties over de FCM 300-serie:
1
1
1.1.5 Veiligheidsvoorschriften
De VLT DriveMotor (FC-motor) moet worden
afgeschakeld van het net voordat reparatiewerk­zaamheden worden uitgevoerd. Controleer of de netvoeding is afgeschakeld en de vereiste tijd is verstreken (4 minuten).
De apparatuur moet correct zijn geaard, de
gebruiker moet beschermd zijn tegen voedings­spanning en de motor moet beveiligd zijn tegen overbelasting overeenkomstig de geldende nationale en lokale voorschriften. Het gebruik van RCD's (aardlekschakelaars) wordt beschreven in 4.1.2 Aardlekstroom .
De aardlekstromen zijn hoger dan 3,5 mA. Dit
betekent dat de FC-motor een vaste, permanente
Design Guide:
Snelle Setup:
Tabel 1.3
Neem contact op met de lokale Danfoss-leverancier voor meer informatie over de FCM 300.
Bevat alle benodigde informatie voor het ontwerpen van installaties en biedt een goed inzicht in het productconcept, de productreeks, technische gegevens, bediening, programmering enz.
Helpt gebruikers bij een snelle installatie en inbedrijfstelling van hun FCM 300­motoreenheid. De Snelle Setup wordt altijd bij de eenheid geleverd.
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 5
175NA161.10
Promotion
All
users
X = version number YY = language
Misc.
Quick Setup
MG.03.FX.YY
Design
Guide
MG03BXYY
PROFIBUS-
Manual
MG.03.EX.YY
Brochure
MB.03.CX.YY
Articles
MZ.03.AX.YY
MCT 10 Setup
Software Manual
MG10RXYY
Data sheet
MD.03.AX.YY
1
Inleiding
Afbeelding 1.1 Beschikbare publicaties voor de FCM 300
VLT® DriveMotor FCM-serie
1.3 Productconcept
1.3.1 Integratie van frequentieomvormer en motor
Integratie van de Danfoss VLT frequentieomvormer met een asynchrone motor voorziet in een variabele snelheids­regeling
De VLT DriveMotor FCM 300 is een uiterst compact alternatief voor de gewone oplossing met een afzonderlijke VLT-frequentieomvormer en motor. De frequentieomvormer wordt bevestigd op de plaats van het klemmenblok van de motor en is niet hoger dan een standaard klemmenblok en niet breder of langer dan de motor (zie 2.2.4 Afmetingen ).
De installatie is uiterst eenvoudig. U hebt geen extra ruimte nodig voor het paneel. U hebt geen speciale bekabeling nodig om te voldoen aan de EMC-richtlijn, omdat er geen motorkabels nodig zijn. De enige aanslui­tingen zijn die voor de netvoeding en de stuurkabels.
Een in de fabriek gemaakte aanpassing tussen de frequen­tieomvormer en de motor levert een nauwkeurige en energiezuinige besturing op en maakt vooraf instellen ter plaatse overbodig.
De FC-motor kan worden gebruikt in zelfstandig werkende systemen met traditionele stuursignalen, zoals start/ stopsignalen, snelheidsreferenties en een procesregeling met terugkoppeling, of in meervoudige aandrijfsystemen met stuursignalen die worden gedistribueerd via een veldbus.
Ook een combinatie van veldbus en traditionele stuursignalen en een PID-regeling met terugkoppeling behoort tot de mogelijkheden.
6 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Inleiding
Afbeelding 1.2 Regelingsstructuren
VLT® DriveMotor FCM-serie
1
1
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 7
1
Inleiding
1.4 Selectie FC-motor, FCM 300
1.4.1 Bestelformulier
VLT® DriveMotor FCM-serie
Afbeelding 1.3
8 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Inleiding
VLT® DriveMotor FCM-serie
1.4.2 Productreeks
VLT DriveMotor FCM 300-serie, 2/4-polige motoren
Type Motorvermogen Netvoeding
FCM 305 0,55 kW FCM 307 0,75 kW FCM 311 1,1 kW FCM 315 1,5 kW FCM 322 2,2 kW FCM 330 3,0 kW FCM 340 4,0 kW FCM 355 5,5 kW FCM 375 7,5 kW
Tabel 1.4 Vermogensklasse
Elk type in de productreeks is leverbaar in diverse versies:
Omvormerversies
Vermogensklasse: (Zie Tabel 1.4)
Toepassing
P: Proces
S: Sensorloos (speciale pomp OEM)
Netspanning:
T4: 380-480 V driefasevoeding
Behuizing
C55: IP 55
C66: IP 66
Hardwarevariant:
ST: standaard
RFI-filter
R1: Voldoet aan klasse 1A
R2: Voldoet aan klasse 1B
Displayaansluiting
D0: Geen displayaansluiting
Veldbus
F00: Geen veldbus
F10: Profibus DPV1 3 MB
F12: Profibus DPV1 12 MB
Motorthermistor
3-fasig 380-480 V
Aantal polen
2: 2-polige motor
4: 4-polige motor
Motorgegevens
B2: IE2 hoogrendementsmotor
BC: IE2 hoogrendementsmotor/gietijzer
Motorbevestigingsoptie
B03: Voetmontage
B05: B5 flens
B14: B14 voorzijde
B34: Voet en B14 voorzijde
B35: Voet en B5 flens
Motorflenscode (Zie 1.4.5 Bestelinformatie voor frames en flenzen voor informatie over de standaard flensmaten en beschikbare flensmaten.)
000: Alleen voetmontage
085: 85 mm
100: 100 mm
115: 115 mm
130: 130 mm
165: 165 mm
215: 215 mm
265: 265 mm
300: 300 mm
Type motorkoeling
1: Asgemonteerde ventilator
Positie omvormer
D: Standaard bovenop
Positie afvoeropening motor (zie 1.4.6 Bestelinformatie voor positie van omvormerkast en afvoeropening)
0: Geen afvoeropening
1: Tegenover omvormerkast aan beide uiteinden
(aandrijving/niet-aandrijving) 2: 90° omvormerkast rechts
3: 90° omvormerkast links
1
1
X: Geen motorthermistor
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 9
175NA162.10
Inleiding
VLT® DriveMotor FCM-serie
1
1.4.3 Bestellen
Maak een kopie van het bestelformulier; zie 1.4.1 Bestelfor- mulier. Vul het bestelformulier in en stuur of fax het naar een Danfoss-verkoopkantoor bij u in de buurt. Op basis van uw bestelling krijgt de FCM 300-motor een bepaalde typecode.
Het bestelformulier voor de basiseenheid moet altijd volledig worden ingevuld. Vermeld bij het noteren van de typecode altijd de tekens van de basisreeks (1-34). Bij de orderbevestiging ontvangt de klant een 8-cijferige code die moet worden gebruikt bij eventuele nabestellingen.
Danfoss pc-software voor seriële communicatie, MCT 10 Alle FCM 300-eenheden zijn standaard uitgerust met een RS-485-poort, waardoor communicatie met bijvoorbeeld met een pc mogelijk is. Voor dit doel is het programma MCT 10 leverbaar (zie 1.4.4 Hulpprogramma voor de pc ).
Bestelnummers, MCT 10 Gebruik bestelnummer 130B1000 voor het bestellen van de cd met de MCT 10 setup-software.
Accessoires voor de FC-motor Voor de FC-motor is een lokaal bedieningspaneel (LOP – Local Operation Pad) voor een lokaal setpoint en start/stop leverbaar. Het LOP heeft een IP 65-behuizing. Er is ook een lokaal bedieningspaneel (LCP 2 – Local Control Panel) leverbaar, dat een volledige interface vormt voor de bediening, programmering en bewaking van de FC-motor.
Bestelnummers, accessoires
1.4.4
Hulpprogramma voor de pc
Pc-software – MCT 10
Alle frequentieomvormers zijn uitgerust met een seriële­communicatiepoort. Danfoss levert een hulpprogramma voor de pc voor communicatie tussen pc en frequentieom­vormer, de VLT Motion Control Tool MCT 10 setup­software.
MCT 10 setup-software
MCT 10 is een eenvoudig te gebruiken interactief programma voor het instellen van parameters in onze frequentieomvormers. De MCT 10 setup-software kan worden gebruikt voor:
het offline plannen van een communicatie-
netwerk; MCT 10 is voorzien van een volledige database van frequentieomvormers;
het online in bedrijf stellen van frequentieom-
vormers; het opslaan van de instellingen voor alle frequen-
tieomvormers; het vervangen van een frequentieomvormer in
een netwerk; het uitbreiden van een bestaand netwerk.
Omvormers die in de toekomst worden
ontwikkeld, worden ondersteund.
De MCT 10 setup-softwaremodules
De volgende modules zijn in het softwarepakket opgenomen:
Lokaal bedieningspaneel incl. kabel (LOP) Lokaal bedieningspaneel (LCP 2) 175N0131 Bevestigingsset voor externe bediening (LCP 2) 175N0160 Stekkerset (LCP 2) 175N2545 Kabel voor stekkerset (LCP 2) 175N0162 Kabel (directe montage) (LCP 2) 175N0165 Servicestekkerset (LCP 2) 175N2546 Potentiometeroptie 177N0011
Tabel 1.5
175N0128
Afbeelding 1.4
10 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Inleiding
VLT® DriveMotor FCM-serie
1.4.5 Bestelinformatie voor frames en flenzen
Framematen en bijbehorende flensmaten voor verschillende montageversies
1
1
Framegrootte
Type
FCM 305 80
FCM 307 80
FCM 311 90
FCM 315 90
FCM 322 100
FCM 330 100
FCM 340 112
FCM 355 132
FCM 375 132
S: Leverbaar als standaardas A: Leverbaar als alternatief met een speciaal verlengde as om een standaardas voor het frame te bieden B: Leverbaar als alternatief met een standaardas voor het frame, wijziging niet nodig.
motor
4-polig
Montageversie
B5/B35 165 115/130 B14/B34 100 75/85/115/130 B5/B35 165 115/130 B14/B34 100 75/85/115/130 B5/B35 165 110/115/130 215 B14/B34 115 85/100/130/165 B5/B35 165 110/115/130 215 B14/B34 115 85/100/130/165 B5/B35 215 165 B14/B34 130 165 85/100/115 B5/B35 215 165 B14/B34 130 165 85/100/115 B5/B35 215 165 B14/B34 130 165 85/100/115 B5/B35 265 215 B14/B34 165 215 B5/B35 265 215 B14/B34 165 215
Flensmaat, standaard
(S) [mm]
Flensmaat, alterna-
tieven (A) [mm]
Flensmaat, alterna-
tieven (B) [mm]
Tabel 1.6
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 11
Inleiding
VLT® DriveMotor FCM-serie
1
1.4.6 Bestelinformatie voor positie van omvormerkast en afvoeropening
Positie van omvormerkast: altijd bovenop gemonteerd. Alle afvoeropeningen worden gemonteerd met schroef en ring, IP 66 indien niet geopend.
Afbeelding 1.5
1: Afvoeropeningen tegenover de zijde van de omvormer, zowel aandrijfzijde als niet-aandrijfzijde. 2/3: Afvoeropeningen 90° ten opzichte van de omvormer, zowel aandrijfzijde als niet-aandrijfzijde.
12 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Installatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
2 Installatie
2.1 Technische gegevens
2.1.1 FCM 305-375, 3-fasig, 380-480 V
2 2
FCM Motorvermogen [pk] 0,75 1,0 1,5 2,0 3,0 4,0 5,0 7,5 10,0 [kW] 0,55 0,75 1,1 1,5 2,2 3,0 4,0 5,5 7,5 Motorkoppel 2-polig [Nm] 4-polig [Nm] Frame­maat [mm] 80 80 90 90 100 100 112 132 132 Gewicht DriveMotor
3)
[kg] Gewicht omvormer [kg] Ingangsstroom [A] 380 V 2-p 1,5 1,8 2,3 3,4 4,5 5,0 8,0 12,0 15,0 380 V 4-p 1,4 1,7 2,5 3,3 4,7 6,4 8,0 11,0 15,5 480 V 2-p 1,2 1,4 1,8 2,7 3,6 4,0 6,3 9,5 11,9 480 V 4-p 1,1 1,3 2,0 2,6 3,7 5,1 6,3 8,7 12,3 Rendement bij nom. snelheid 2-polig 73,4 75,3 77,5 79,0 81,3 82,7 83,8 85,1 86,2 4-polig 75,9 77,5 79,3 80,5 82,4 83,6 84,6 85,8 86,7 Voedingsklemmen [AWG] 10 10 10 10 10 10 10 6 6 [mm²] 4 4 4 4 4 4 4 10 10 Maat pakkingbus 3xM20x1,5 3xM20x1,5 3xM20x1,5 3xM20x1,5 3xM20x1,5 3xM20x1,5 3xM20x1,5 1xM25x1,5/
Max. voorzekering UL4) [A] IEC4) [A]
1)
Bij 400 V 3000 tpm
2)
Bij 400 V 1500 tpm
3)
2-polige motor – B3
4)
Er moeten voorzekeringen van het type gG worden gebruikt. Als aan UL/cUL moet worden voldaan, moeten er voorzekeringen van het type Bussmann KTS-R 500 V of Ferraz Shawmut, ATMR Klasse C (max. 30 A) worden gebruikt. De zekeringen moeten voor beveiliging zorgen in een circuit dat max. 100.000 A
1)
2)
305 307 311 315 322 330 340 355 375
1,8 2,4 3,5 4,8 7,0 9,5 12,6 17,5 24,0 3,5 4,8 7,0 9,6 14,0 19,1 25,4 35,0 48,0
11 13 17 20 26 28 37 56 61
2,2 2,2 2,8 2,8 4,1 4,2 6,4 10,4 10,4
2xM20x1,5
10 10 10 10 10 15 15 25 25 25 25 25 25 25 25 25 25 25
(symmetrisch) en 500 V kan leveren.
rms
1xM25x1,5/
2xM20x1,5
Tabel 2.1
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 13
Installatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
2.1.2 Algemene technische gegevens
Netvoeding, TT, TN en IT* (L1, L2, L3):
22
Netspanning 380-480 V-eenheden 3 x 380/400/415/440/460/480 V ± 10% Netfrequentie 50/60 Hz Max. onbalans van de netspanning: ± 2% van de nominale netspanning Arbeidsfactor/cos max. 0,9/1,0 bij nominale belasting Aantal schakelingen op de netingangen L1, L2, L3 ongeveer 1 keer/2 min
*) Niet geldig voor RFI klasse 1B eenheden
Koppelkarakteristiek Startkoppel/overbelastingskoppel 160% gedurende 1 min Continu koppel zie hierboven
Stuurkaart, digitale/pulsingangen Aantal programmeerbare digitale ingangen 4 Klemnrs. X101-2, -3, -4, -5 Spanningsniveau 0-24 V DC (PNP positieve logica) Spanningsniveau, logisch 0 < 5 V DC Spanningsniveau, logisch 1 > 10 V DC Maximale spanning op ingang 28 V DC Ingangsweerstand, R Scantijd 20 ms
i
ongeveer 2 kΩ
Stuurkaart, pulsingang Aantal programmeerbare pulsingangen 1 Klemnrs. X101-3 Max. frequentie op klem 3, open collector/balans 24 V 8 kHz/70 kHz Resolutie 10 bit Nauwkeurigheid (0,1-1 kHz), klem 3 Max. fout: 0,5% van volledige schaal Nauwkeurigheid (1-12 kHz), klem 3 Max. fout: 0,1% van volledige schaal
Stuurkaart, analoge ingangen Aantal programmeerbare analoge spanningsingangen 1 Klemnrs. X101-2 Spanningsniveau 0-10 V DC (schaalbaar) Ingangsweerstand, R Aantal programmeerbare analoge stroomingangen 1 Klemnr. X101-1 Stroombereik 0-20 mA (schaalbaar) Ingangsweerstand, R Resolutie 9 bit Nauwkeurigheid aan ingang Max. fout 1% van volledige schaal Scantijd 20 ms
Stuurkaart, digitale/pulsuitgangen en analoge uitgangen Aantal programmeerbare digitale en analoge uitgangen 1 Klemnrs. X101-9 Spanningsniveau bij digitale uitgang/belasting 0-24 V DC/25 mA Stroom bij analoge uitgang 0-20 mA Maximumbelasting naar frame (klem 8) bij analoge uitgang Nauwkeurigheid van analoge uitgang Max. fout: 1,5% van volledige schaal Resolutie bij analoge uitgang 8 bit
i
i
ongeveer 10 kΩ
ongeveer 300 Ω
R
500 Ω
LOAD
Relaisuitgang Aantal programmeerbare relaisuitgangen 1 Klemnummer (resistieve en inductieve belasting) 1-3 (verbreek), 1-2 (maak) Max. klembelasting (AC1) op 1-3, 1-2 250 V AC, 2 A, 500 VA
14 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Installatie
Max. klembelasting (DC1 (IEC 947)) op 1-3, 1-2 25 V DC, 3 A/50 V DC, 1,5 A, 75 W Min. klembelasting (AC/DC) op 1-3, 1-2 stuurkaart 24 V DC, 10 mA/24 V AC, 100 mA
Nominale waarden voor maximaal 300.000 handelingen (bij inductieve belastingen ligt het aantal handelingen 50% lager)
Stuurkaart, RS-485 seriële communicatie Klemnrs. X100-1, -2
Stuurkarakteristieken (frequentieomvormer)
Frequentiebereik Resolutie op uitgangsfrequentie 0,1% Systeemresponstijd Max. 40 ms Nauwkeurigheid snelheid (zonder terugkoppeling, CT-modus, 4 P motorgestuurd in snelheidsbereik 150-1500 tpm) ± 15 tpm
Externe elementen
Behuizing Triltest 1 g Max. relatieve vochtigheid 95% voor opslag/transport/bedrijf Omgevingstemperatuur Max. 40 °C (gemiddelde over 24 uur max. 35 °C)
Zie 4.1.7 Reductie wegens omgevingstemperatuur
Min. omgevingstemperatuur bij volledig bedrijf 0 °C Min. omgevingstemperatuur bij gereduceerde werking -10 °C Temperatuur tijdens opslag/transport -25 tot +65/70 °C Max. hoogte boven zeeniveau 1000 m
Zie 4.1.8 Reductie wegens luchtdruk
Toegepaste EMC-normen, Emissie EN 61000-6-3/EN 6100-6-4, EN 61800-3, EN 55011, EN 55014 Toegepaste EMC-normen, Immuniteit Toegepaste veiligheidsnormen EN 60146, EN 50178, EN 60204, UL508
Zie 4.1 Speciale omstandigheden aan het einde van deze sectie voor het frequentiebereik voor IP 66-motoren.
Zie 4.1 Speciale omstandigheden aan het einde van deze sectie voor het frequentiebereik voor IP 66-motoren.
VLT® DriveMotor FCM-serie
0-132 Hz
IP 55 (IP 65, IP 66)
EN 61000-6-2, EN 61000-4-2, EN 61000-4-3, EN 61000-4-4, EN 61000-4-5, EN 61000-4-6,
ENV 50204
2 2
LET OP
De normale IP 66-oplossing is uitsluitend bedoeld voor snelheden tot 3000 tpm. Als een hogere snelheid nodig is, dient u dit aan te geven bij uw bestelling.
Afbeelding 2.1 Schema voor de FCM 300-serie
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 15
Installatie
Klemnummer Functie Voorbeeld
1 Analoge ingang (0-20 mA) Terugkoppelingssignaal 2 Analoge (0-10 V)/digitale ingang 2 Snelheidsreferentie
22
Tabel 2.2 X101: klemmenblok voor analoge/digitale stuursignalen
3 Digitale ingang (of puls) 3 Reset 4 Digitale ingang (of precisiestop) 4 Start 5 Digitale ingang (overig) 5 Jog (vaste snelheid) 6 24 V DC-voeding voor digitale ingangen (max. 150 mA) 7 10 V DC-voeding voor potentiometer (max. 15 mA) 8 0 V voor de klemmen 1-7 en 9 9 Analoge (0-20 mA)/digitale uitgang Foutindicatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
Reset moet gedurende korte tijd worden gesloten om uitschake-
-
lingen als gevolg van fouten te resetten
Start moet worden gesloten om over te schakelen naar de
-
bedrijfsmodus
Jog werkt in gesloten toestand op een vaste snelheid (10 Hz)
-
Snelheidsreferentie (0-10 V) bepaalt de snelheid in de
-
bedrijfsmodus
Tabel 2.3 Aansluitschema – fabrieksinstelling
Klemnummer Functie
1-2 Maak (normaal geopend) 1-3 Verbreek (normaal gesloten)
Tabel 2.4 X102: klemmenblok voor relaisuitgang
LET OP
Zie parameter 323 (relaisuitgang) voor het programmeren van de relaisuitgang.
Klemnummer Functie
1 P RS-485 Voor aansluiting op 2 N RS-485 3 5 V DC Voeding voor 4 0 V DC
bus of pc
RS-485-bus
Tabel 2.5 X100: klemmenblok voor datacommunicatie
16 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Installatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
Led 300-304
Led 300 (rood): uitschakeling na fout Led 301 (geel): Waarschuwing Led 302 (groen): spanning ingeschakeld Led 303-304: communicatie
Schroeven voor afdekking (deksel) 3-3,5 Nm Kunststof kabelingangstekkers 2,2 Nm L1, L2, L3 (AC-lijn) schroeven (FCM 305-340) 0,5-0,6 Nm L1, L2, L3 (AC-lijn) schroeven (FCM 355-375) 1,2-1,5 Nm Aardverbinding 3,4 Nm
Tabel 2.6
Voor klemschroeven is een schroevendraaier van maximaal 2,5 mm met een platte kop nodig. Voor AC-lijnschroeven is een 8 mm gleufkopschroevendraaier nodig. Voor afdekkingsschroeven, aardverbindingsschroeven en kabelklemschroeven is een T-20 torxschroevendraaier of gleufkop­schroevendraaier nodig (max. aanhaalsnelheid is 300 tpm).
Maximale kabeldoorsnede
2.1.4
NB
Gebruik koperdraad voor 60 °C of hoger
Max. grootte AC-lijnkabel (FCM 305-340) 10 4,0 Max. grootte AC-lijnkabel (FCM 355-375) 6 10 Max. grootte stuurkabel 16 1,5 Max. grootte seriële-communicatiekabel 16 1,5 Aardverbinding 6 10
Raadpleeg de handleiding MG90AXYY voor PROFIBUS­versies.
2.1.3 Aanhaalmomenten
AWG mm²
2 2
Tabel 2.7
2.1.5 Schroefmaten
Schroeven voor afdekking (deksel) M5 Aardverbindings- en kabelklemschroeven (FCM 305-340) M4 Aardverbindings- en kabelklemschroeven (FCM 355-375) M5
Tabel 2.8
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 17
Installatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
2.1.6 Beveiliging
22
Beveiliging tegen thermische overbelasting van motor en elektronica.
Bewaking van de tussenkringspanning zorgt ervoor dat de frequentieomvormer uitschakelt als de tussenkring-
spanning te hoog of te laag is. Als er een netfase ontbreekt, schakelt de frequentieomvormer uit wanneer de motor wordt belast.
Afbeelding 2.2 Positie van de klemmen (zie Snelle Setup, MG03AXYY, voor installatie-instructies)
18 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
175NA163.10
Installatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
2.2 Beschrijving van de motor
De FC-motor bestaat uit de volgende onderdelen:
2 2
Afbeelding 2.3
Item Beschrijving Item Beschrijving
1 Oliedeflector (indien aangebracht) 16 Borgring lager 2 Olieafdichtring aandrijfzijde 17 Ventilator 3 Bevestigingsbout voor schild 18 Afdekking ventilator 4 Schild aandrijfzijde 19 Schroef en ring voor afdekking ventilator 5 Voorbelastingsring 20 Schroefplug 6 Lager 21 O-ring 7 Asspie 22 ISM-doos 8 Rotor 23 Kabelklem 9 Stator met of zonder voetjes 24 Schroeven kabelklem 10 Aansluitblok 25 Deksel ISM-doos 11 Pakking 26 Torxschroef 12 Afneembare voetjes 27 Ring 13 Bevestigingsbout en ring voetjes 28 Schild voorkant 14 Borgring lager 29 Schild flens 15 Schild niet-aandrijfzijde
Tabel 2.9
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 19
Installatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
2.2.1 Hantering van de FC-motor
VLT DriveMotor-eenheden (FC-motoren) mogen uitsluitend
22
door gekwalificeerd personeel worden gehanteerd en gehesen. De volledige productdocumentatie en bedieningsinstructies moeten beschikbaar zijn, net als het gereedschap en de apparatuur die nodig is om veilig te werken. De bij de FC-motor geleverde oogbouten en/of heftappen zijn enkel berekend op het gewicht van de FC­motor, dus niet op het gewicht van de FC-motor plus daaraan bevestigde aanvullende apparatuur. Verzeker u ervan dat kranen, krikken, hijsstroppen en hefbalken het gewicht van de op te heffen apparatuur kunnen dragen.
Lagers
2.2.2
De standaardoplossing is een vast lager aan de aandrijfzijde van de motor (asuitgangszijde). Om statische indrukking te voorkomen, moet de opslag­ruimte vrij zijn van trillingen. Wanneer blootstelling aan trillingen onvermijdelijk is, moet de as worden vergrendeld. De lagers kunnen worden uitgerust met een asvergrendelingsmechanisme, dat tijdens de opslag op zijn plaats moet worden gehouden. Assen moeten eens per week handmatig een kwartslag worden gedraaid. Lagers zijn bij het verlaten van de fabriek geheel gevuld met op
lithiumvet. Wanneer bij de motor een oogbout wordt geleverd, moet deze aangeschroefd worden totdat de schouder stevig tegen het oppervlak van het op te heffen statorframe zit.
FCM-type Gewicht bij benadering [kg]
FCM 305 11 FCM 307 13 FCM 307 17 FCM 315 20 FCM 322 26 FCM 330 28 FCM 340 37 FCM 355 56 FCM 375 61
Framegrootte Type smering Temperatuurbereik
80-132 Esso unirex N3 -30 tot +140 °C
Tabel 2.11 Smering
Tabel 2.10 Gewicht
Verwachte max. levensduur lager (Lna) bij 80 °C lagertemperatuur x 103 uur.
FCM
305-315
355-375 De levensduur Lna van het lager is de aangepaste levensduurwaarde L10, waarbij rekening is gehouden met: Betrouwbaarheid - Materi­aalverbetering - Smeeromstandigheden.
Tabel 2.12 Levensduur lager
FCM Lagers Olieafdichtingen - Boorgat x O/D x breedte in mm
Aandrijfzijde Niet-aandrijfzijde Aandrijfzijde Niet-aandrijfzijde
305-307 6204ZZ 6003ZZ 20x30x7 17x28x6 311-315 6205ZZ 6003ZZ 25x35x7 17x28x6 322-330 6206ZZ 6005ZZ 30x42x7 25x37x7 340 6206ZZ 6005ZZ 30x42x7 25x37x7 355-375 6208ZZ 6005ZZ 40x52x7 25x37x7
Tabel 2.13 Standaardlagerreferenties en olieafdichtingen
Hor. Vert. Hor. Vert.
30 30 30 30322-340
3000 min
-1
1500 min
-1
20 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Installatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
2.2.3 Uitvoerassen
De uitvoerassen zijn vervaardigd van staal met een treksterkte van 35/40 ton (460/540 MN/m²). De assen aan de aandrijfzijde hebben een tapgat volgens DIN 332 Form D en standaard een spiegleuf met gesloten profiel.
Balans
Alle motoren zijn dynamisch gebalanceerd volgens ISO 8821 en voldoen aan IEC 60034-14.
FCM 2-polig 4-polig
305 0,00082 0,0019 307 0,00082 0,0027 311 0,00090 0,0022 315 0,0011 0,0030 322 0,0024 0,0042 330 0,0028 0,0050 340 0,0053 0,0091 355 0,0072 0,0143 375 0,0097 0,0190
Tabel 2.14 Traagheidsmoment
J [kgm²]
2.2.4
Afmetingen
2 2
FCM – algemeen 305 307 311 315 322 330 340 355 375
Framegrootte 80 80 90 90 100 100 112 132 132 A [mm] 125 125 140 140 160 160 190 216 216 B [mm] 125 125 140 140 140 140 178 C [mm] 50 50 56 56 63 63 70 89 89 H [mm] 80 80 90 90 100 100 112 132 132 K [mm] 10 10 10 10 12 12 12 12 12 AA [mm] 27 27 28 28 28 28 35 38 38 AB [mm] 157 157 164 164 184 184 218 242 242 BB [mm] 127 127 150 150 170 170 170 208 208 BC [mm] 13,5 13,5 L [mm] 278 278 322 322 368 368 382 484,5 AC [mm] 160 160 178 178 199 199 215 255 255 HD [mm] 219,5 219,5 238 238 264 264 292 334 334 EB [mm] 1,5 1,5 2,5 2,5 6 6 6 6 6 FCL [mm] 206 206 230 230 256 256 286 357,5 357,5 FCW [mm] 141 141 158 158 176 176 196 242,5 242,5
Tabel 2.15 Voetmontage – B3
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 21
12,5
1)
12,5
1)
15 15 15 53 15
484,5
2)
Installatie
1)
2-polige motor = 37,5 2) 2-polige motor = 53
VLT® DriveMotor FCM-serie
22
22 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Installatie
FCM 305 307 311 315 322 330 340 355 375
Framegrootte 80 80 90 90 100 100 112 132 132 D [mm] 19 19 24 24 28 28 28 38 38 E [mm] 40 40 50 50 60 60 60 80 80 ED [mm] 32 32 40 40 50 50 50 70 70 ED1 [mm] 4 4 5 5 5 5 5 5 5 DH M6x16 M6x16 M8x19 M8x19 M10x22 M10x22 M10x22 M12x28 M12x28 F [mm] 6 6 8 8 8 8 8 10 10 G [mm] 15,5 15,5 20 20 24 24 24 33 33
VLT® DriveMotor FCM-serie
2 2
Tabel 2.16 As aandrijfzijde
B5 FCM
Framegrootte 48 56 63 71 80 90 100 112 132 IEC ref. FF85 FF100 FF115 FF130 FF165 FF165 FF215 FF215 FF265 DIN ref. A105 A120 A140 A160 A200 A200 A250 A250 A300 C [mm] 50 56 63 70 89 M [mm] 85 100 115 130 165 165 215 215 265 N [mm] 70 80 95 110 130 130 180 180 230 P [mm] 105 120 140 160 200 200 250 250 300 S [mm] 10 10 12 12 14,5 14,5 14,5 T [mm] 3 3,5 3,5 3,5 4 4 4 LA [mm] 7 7 12 10 12 12 12
305/307 311/315 322/330 340 355/375
Tabel 2.17 Flensmontage – B5, B35 (B3+B5)
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 23
Installatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
22
B14 FCM
Framegrootte 56 63 71 80 90 100 112 132 IEC ref. FT65 FT75 FT85 FT100 FT115 FT130 FT130 FT165 DIN ref. C80 C90 C105 C120 C140 C160 C160 C2OO C [mm] 50 56 63 70 89 M [mm] 65 75 85 100 115 130 130 165 N [mm] 50 60 70 80 95 110 110 130 P [mm] 80 90 105 120 140 160 164 200 S [mm] M5 M6 M6 M8 M8 M8 M10 T [mm] 2,5 2,5 3 3 3,5 3,5 3,5 LA [mm] 9 9 9 9 8,5 13 13 Max. de B14­flens
Tabel 2.18 Voorkantmontage – B14, B34 (B3+B14)
Installatie van de FC-motor
2.2.5
8,5 11 11 11,5 15 15,5 17
305/307 311/315 322/330 340 355/375
Afbeelding 2.4
FC-motoren moeten zodanig worden geïnstalleerd dat er voldoende ruimte is voor routine-onderhoud. Een minimale werkruimte van 0,75 m rond de motor wordt aangeraden. Er moet voldoende ruimte zijn voor de luchtcirculatie, met name bij de ventilatorinlaat (50 mm). Als u verschillende FC-motoren dicht bij elkaar installeert, moet u ervoor zorgen dat afgezogen, warme lucht niet kan circuleren. De ondergrond moet massief, onbuigzaam en vlak zijn.
24 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
LET OP
Elektrische installatie
Verwijder de bovenste folielaag niet uit het
omvormergedeelte. Dit is een beschermende laag.
Installatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
Aanbrengen van rondsels, riemschijven en koppelingen
Deze moeten aan de hand van onze standaardbegren­zingen worden geboord en met een schroefbeweging op de as worden aangebracht. Zorg dat de bewegende delen goed zijn afgeschermd.
LET OP
Tik onderdelen niet met een hamer of moker vast op de as van de FC-motor, omdat dit de lagers kan beschadigen. Hierdoor maken de lagers meer lawaai en wordt de levensduur van de lagers aanzienlijk verkort.
LET OP
Max. de B14-flens; zie 2.2.4 Afmetingen .
Horizontale as Verticale as
Type Polen Belasting naar
motor
W-DA80
W-DA90
W-DA100
W-DA112
W-DA132
2 339 539 321 565 362 521 774 4 303 503 283 530 330 583 729 2 444 684 421 716 476 661 915 4 398 638 366 682 442 606 854 2 781 1101 743 1159 839 1063 1295 4 710 1030 655 1107 787 975 1215 2 768 1088 715 1170 850 1035 1295 4 690 1010 612 1131 811 932 1202 2 1355 1707 1266 1838 1486 1618 2114 4 1253 1605 1130 1779 1427 1482 2068
Belasting vanaf
motor
Belasting naar
motor
2.2.6 Uitlijning
Wanneer voor de toepassing directe koppeling nodig is,
moeten de assen in alle drie vlakken correct worden
uitgelijnd. Een slechte uitlijning kan een aanzienlijke
hoeveelheid ruis en trillingen veroorzaken.
Houd rekening met de eindspeling van de as en de
thermische expansie in het axiale en het verticale vlak.
Gebruik bij voorkeur flexibele aandrijfkoppelingen
As boven As onder
Belasting
vanaf motor
Belasting
boven
Belasting
onder
Max. toegestane
radiale belasting aan
het asuiteinde
(horizontale
montage)
2 2
Tabel 2.19 Maximaal toegestane externe axiale en radiale belasting in Newton
Aanhaalmoment bouten
2.2.7
De schilden en deksels moeten worden vastgezet met de aangegeven boutmaten en aanhaalmomenten in Tabel 2.20.
2.2.8
Routinereiniging van de FC-motor
Verwijder de afdekking van de ventilator en controleer of
alle luchtinlaatopeningen vrij zijn. Verwijder vuil en
belemmeringen aan de achterkant van de ventilator, langs
Type FCM Framegrootte Boutdiameter Nm. Aanhaal-
moment
305-307 80 M5 5 311-315 90 M5 5 322-330 100 M6 (Taptite) 8-10 340 112 M6 (Taptite) 8-10 355-375 132 M8 (Taptite) 29 Aanhaalmoment schroeven DEKSEL: 2,2-2,4 Nm
Tabel 2.20 Aanhaalmoment voor bevestigingsbouten van schilden
de ribben van het frame en tussen de motor en het
omvormerdeel.
Periodiek onderhoud van het motordeel
1. Verwijder het omvormerdeel, de afdekking van de
2. U kunt de rotor nu voorzichtig van de stator
Onderhoud
ventilator en de ventilator, die op de asextensie is gespied. Draai de schroeven van de lageraf­dekking en de bouten/tapeinden van de schilden los en verwijder ze. Verwijder de schilden voorzichtig van geleidepennen.
halen. Pas op dat u het boorgat van de stator en
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 25
Installatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
de wikkelingen van stator en rotor niet beschadigt.
22
3. Nadat u de motor hebt gedemonteerd, kunt u de reinigings- en onderhoudswerkzaamheden uitvoeren. Hiervoor kan het best een luchtlijn worden gebruikt die droge perslucht met een relatief lage druk aanvoert, aangezien het vuil bij een luchtstroom met een hoge snelheid tussen de wikkelingen en de isolatie terecht kan komen. Vetoplossende middelen kunnen schade veroorzaken aan impregneervernis of isolatie.
4. Voer bovenstaande handelingen in omgekeerde volgorde uit om de FC-motor weer te monteren. Vergeet niet om de schilden op lagers en spie­einden te plaatsen. ZET GEEN KRACHT.
5. Controleer voordat u de motor start of de rotor vrij kan draaien. Verzeker u ervan dat de elektrische aansluitingen correct zijn uitgevoerd.
6. Breng eventueel verwijderde riemschijven, koppelingen, kettingwielen en dergelijke weer aan. Zorg ervoor dat ze op een lijn liggen met het aangedreven deel; als de onderdelen niet goed geplaatst worden, kan dit problemen met de lagers veroorzaken of kan de as breken.
7. Gebruik voor het vervangen van schroeven en bouten alleen de kwaliteit en treksterkte die door de fabrikant is aanbevolen. Ook de draadvorm en lengte moeten identiek zijn (zie Tabel 2.24).
Belasti ng
0% - 60 s 20% - 100 s 40% - 150 s 60% - 200 s 80% - 250 s 105% 900 s (indien > 105%) 300 s (indien < 105%) 120% 550 s ­140% 210 s ­160% 60 s ­>165% 20 s -
Bij volledige AC-rem (parameter 400) wordt een belasting van > 165% gesimuleerd 20 s tot uitschakeling (trip).
De waarde kan worden uitgelezen via parameter 527. (LCP: FC thermisch).
De temperatuurmeting meet de temperatuur in de elektro­nicabehuizing.
Waarschuwingsniveau bereikt waarschuwingindicatie wordt geactiveerd (led en statuswoord) en de eenheid zal mogelijk uitschakelen (trip) wanneer de temperatuur niet binnen 15 minuten daalt tot onder het waarschuwings­niveau. Als de functie TEMP.DEP.SW is geactiveerd in parameter 412 neemt de schakelfrequentie geleidelijk af tot 2 kHz om zo een temperatuurdaling teweeg te brengen.
Tijd van 0 tot 100 Tijd van 100 tot 0
Tabel 2.21
Thermische beveiliging FCM 300
2.2.9
De thermische beveiliging van de FC en de motor wordt als volgt uitgevoerd:
Overbelastingsituaties worden afgehandeld door
de berekende elektrische belasting (I² x t). Ontbrekende ventilatie en hoge omgevingstem-
peraturen worden afgehandeld door de temperatuurmeting. Het reduceren wegens lage snelheden (vanwege ontbrekende ventilatie) wordt niet meegenomen in de berekening van de elektrische belasting, maar valt onder de temperatuurmeting. Hiermee wordt automatisch voorzien in geforceerde ventilatie.
Elektrische belasting
De stroom wordt gemeten in de DC-tussenkring en de geschatte belasting wordt berekend. Het niveau van de elektrische belasting wordt ingesteld op een uitgangs­koppel van 105%. Boven dat niveau gaat de teller omhoog, daaronder gaat de teller omlaag. De teller begint bij nul. Zodra de teller de 100 bereikt, wordt de eenheid uitgeschakeld. Bij 98 wordt de waarschuwing ingeschakeld (led en statuswoord).
Uitschakelniveau bereikt onmiddellijke uitschakeling (trip) en alarmindicatie (led en statuswoord).
De waarde kan worden uitgelezen via parameter 537. (LCP: Heat sink temp.).
De temperatuurniveaus lijken hoog, maar dit komt door een plaatselijke verhitting van de sensor. De feitelijke niveaus van de luchttemperatuur in de eenheid zijn circa 10 °C lager.
26 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Installatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
2.3 Lokale bediening
2.3.1 Servicestekkerset (175N2546)
Doel
LCP 2 en PROFIBUS tegelijkertijd laten werken. De servicesteker kan worden gebruikt met een FCM 300 met serienummer 03Gxxx en een softwareversie vanaf 2.03. Te gebruiken in combinatie met een kabel voor stekkerset 175N0162.
Afbeelding 2.5
Bevestigingsset voor externe
2.3.3 bediening (175N0160)
Afbeelding 2.7 Aansluitingen
Kleur draad/ Klem X100/ D-sub pin
geel 1 8
groen 2 9
rood 3 2
blauw 4 3
Tabel 2.22
2 2
Stekkerset (175N2545)
2.3.2
Doel
Een stekkeraansluiting tot stand brengen tussen LCP 2 en FCM 300. Te gebruiken in combinatie met een kabel voor stekkerset 175N0162.
Afbeelding 2.6
Bevestigingsset voor externe
2.3.4 bediening – vervolg
Afbeelding 2.8
MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 27
Installatie
VLT® DriveMotor FCM-serie
2.3.6
Lokaal bedieningspaneel (LOP) (175N0128) IP 65
22
Afbeelding 2.11
Afbeelding 2.9
Potentiometeroptie (177N0011)
2.3.5
Optie voor het regelen van de referentie via een potenti­ometer. De optie wordt gemonteerd in plaats van een kabelophanging. De potentiometer is te bedienen door de blindplug te verwijderen, de gewenste referentie in te stellen en de blindplug vervolgens weer terug te plaatsen.
Afbeelding 2.10
Kleur draad Klem op X101
Wit 2 (analoge ingang) Rood 8 (0 V) Zwart 7 (+10 V)
Kleur draad Klem Functie
Wit 2 Referentie Bruin 3 Reset Paars* of grijs 4 Groen 5 Rood 6 +24 V Geel 7 +10 V Blauw 8 Aarde
Tabel 2.24 Bedrading
* Kan in bepaalde kabels oranje zijn
Zie Afbeelding 2.11
Tabel 2.23
Afbeelding 2.12 Lokaal bedieningspaneel (LOP) 175N0128 IP 65
28 MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Loading...
+ 76 hidden pages