Danfoss FCM 300 Design guide [nl]

MAKING MODERN LIVING POSSIBLE

Design Guide

VLT® Brook Crompton Motor FCM 300

www.danfoss.com/drives

Inhoud

VLT® DriveMotor FCM-serie

Inhoud

1 Inleiding

4

1.1.1 Softwareversie

4

1.1.5 Veiligheidsvoorschriften

5

1.1.6 Waarschuwing tegen onbedoelde start

5

1.3.1 Integratie van frequentieomvormer en motor

6

1.4.1 Bestelformulier

8

1.4.2 Productreeks

9

1.4.3 Bestellen

10

1.4.4 Hulpprogramma voor de pc

10

1.4.5 Bestelinformatie voor frames en flenzen

11

1.4.6 Bestelinformatie voor positie van omvormerkast en afvoeropening

12

2 Installatie

13

2.1.1 FCM 305-375, 3-fasig, 380-480 V

13

2.1.2 Algemene technische gegevens

14

2.1.3 Aanhaalmomenten

17

2.1.4 Maximale kabeldoorsnede

17

2.1.5 Schroefmaten

17

2.1.6 Beveiliging

18

2.2 Beschrijving van de motor

19

2.2.1 Hantering van de FC-motor

20

2.2.2 Lagers

20

2.2.3 Uitvoerassen

21

2.2.4 Afmetingen

21

2.2.5 Installatie van de FC-motor

24

2.2.6 Uitlijning

25

2.2.7 Aanhaalmoment bouten

25

2.2.8 Onderhoud

25

2.2.9 Thermische beveiliging FCM 300

26

2.3.1 Servicestekkerset (175N2546)

27

2.3.2 Stekkerset (175N2545)

27

2.3.3 Bevestigingsset voor externe bediening (175N0160)

27

2.3.5 Potentiometeroptie (177N0011)

28

2.3.6 Lokaal bedieningspaneel (LOP) (175N0128) IP 65

28

3 Programmeren

30

3.1.1 Bedieningspaneel (175NO131)

30

3.1.2 Installatie LCP

30

3.1.3 Functies LCP

30

3.1.4 Display

31

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

1

Inhoud

VLT® DriveMotor FCM-serie

3.1.5 Leds

31

3.1.6 Bedieningstoetsen

31

3.1.7 Functies van de bedieningstoetsen

32

3.1.8 Uitleesstatus op display

32

3.1.9 Displaymodus

33

3.1.10 Displaymodus – uitleesstatus selecteren

33

3.1.11 Modus Quick Menu versus modus Menu

34

3.1.12 Quick Setup via Quick menu

34

3.1.13 Parameterselectie

35

3.1.14 Modus Menu

35

3.1.15 Parametergroepen

35

3.1.16 Gegevens wijzigen

35

3.1.17 Een tekstwaarde wijzigen

36

3.1.18 Oneindig variabele wijziging van een numerieke datawaarde

36

3.1.19 Menustructuur

37

3.1.20 Parametergroep 0-** Bediening/display

38

3.2.1 Parametergroep 1-** Belasting/motor

42

3.6.1 Seriële bus

63

3.6.2 Telegramcommunicatie

63

3.6.3 Telegramopbouw

64

3.6.4 Databytes

65

3.6.5 Stuurwoord volgens veldbusprofielstandaard

67

3.7.1 Parametergroep 5-** Seriële communicatie

73

3.8 Parameter 600-678 – FCM 300 Design Guide

78

3.8.1 Parametergroep 6-** Technische functies

78

4 Alles over de FCM 300

82

4.1.1 Galvanische scheiding (PELV)

82

4.1.2 Aardlekstroom

82

4.1.3 Extreme bedrijfsomstandigheden

83

4.1.4 Akoestische ruis

83

4.1.5 Balans

83

4.1.6 Thermische beveiliging en reductie

84

4.1.7 Reductie wegens omgevingstemperatuur

84

4.1.8 Reductie wegens luchtdruk

84

4.1.9 Reductie wegens lage bedrijfssnelheid

84

4.1.10 Reductie wegens hoge schakelfrequentie

85

4.1.11 Trillingen en schokken

85

4.1.12 Luchtvochtigheid

85

4.1.13 UL-norm

85

4.1.14 Rendement

85

2

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Inhoud

VLT® DriveMotor FCM-serie

4.1.15 Interferentie via het net/harmonischen

86

4.1.16 Arbeidsfactor

87

4.1.17 Wat is CE-markering?

87

4.1.18 De Machinerichtlijn (98/37/EEG)

87

4.1.19 De Laagspanningsrichtlijn (73/23/EEG)

87

4.1.20 De EMC-richtlijn (89/336/EEG)

87

4.1.21 Waarvoor gelden de richtlijnen?

87

4.1.22 Danfoss FCM 300-motor en CE-markering

88

4.1.23 Conformiteit met EMC-richtlijn 89/336/EEG

88

4.1.24 EMC-normen

88

4.1.25 Agressieve omgevingen

89

4.2.1 Lijst met waarschuwingen en alarmen

90

4.2.2 Wat te doen als de motor niet start?

90

4.2.3 Waarschuwingen

91

4.2.4 Waarschuwingswoord, uitgebreid statuswoord en alarmwoord

93

4.3 Parameterlijst

94

Trefwoordenregister

99

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

3

Inleiding VLT® DriveMotor FCM-serie

1

1

1 Inleiding

 

 

1.1 Veiligheid

1.1.1 Softwareversie

FCM 300-serie

Design Guide

Softwareversie: 3.1x

Deze Design Guide kan worden gebruikt voor alle FCM 300frequentieomvormers met softwareversie 3.1x.

De softwareversie kan worden uitgelezen via parameter 624

Softwareversie.

Tabel 1.1

1.1.2 Verwijderingsinstructie

Apparatuur die elektrische componenten bevat, mag niet als huishoudelijk afval worden afgevoerd.

Dergelijke apparatuur moet apart worden afgevoerd als elektrisch en elektronisch afval volgens de geldende lokale voorschriften.

Tabel 1.2

1.1.3 Symbolen

In deze Design Guide worden diverse symbolen gebruikt. Deze hebben de volgende betekenis:

WAARSCHUWING

Geeft een potentieel gevaarlijke situatie aan die, als deze niet wordt vermeden, kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.

VOORZICHTIG

Geeft een potentieel gevaarlijke situatie aan die, als deze niet wordt vermeden, kan leiden tot licht of matig letsel. Kan tevens worden gebruikt om te waarschuwen tegen onveilige werkpraktijken.

1.1.4 Algemene waarschuwingen

LET OP

Alle handelingen moeten worden uitgevoerd door adequaat opgeleid personeel.

Maak gebruik van alle aanwezige hijsmiddelen, bijvoorbeeld beide hijspunten of een enkel hijspunt indien aanwezig*.

Verticaal hijsen – voorkom ongecontroleerd draaien. Hijsmachine – hijs geen andere apparatuur met behulp van enkel de hijspunten op de motor.

Controleer voorafgaand aan de installatie op beschadiging van de afdekking van de ventilator, beschadiging van de as, beschadiging van de montagevoet en losse bevestigingsmiddelen. Controleer de gegevens van het motortypeplaatje.

Verzeker u ervan dat het montageoppervlak vlak is, en dat de montage in balans en uitgelijnd is. Pakkingen en/of afdichtmiddelen en beschermingen dienen op correcte wijze bevestigd te worden.

Corrigeer de riemspanning.

Volg de regels voor reductie; zie 4.1 Speciale omstandigheden.

*Opmerking: het maximale handhijsvermogen ligt 20 kg onder de schouder, maar boven het grondniveau. Max. brutogewicht:

-Framegrootte 80: 15 kg

-Framegrootte 90 & 100: 30 kg

-Framegrootte 112: 45 kg

-Framegrootte 132: 80 kg

LET OP

Geeft gemarkeerde informatie aan die aandachtig moet worden gelezen om fouten te vermijden en om te voorkomen dat apparatuur niet optimaal werkt.

4

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Inleiding

VLT® DriveMotor FCM-serie

WAARSCHUWING

De spanning op de FC-motor is gevaarlijk wanneer de motor op de netvoeding is aangesloten. Onjuiste installatie van de FC-motor kan leiden tot materiële schade en ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.

Volg daarom de aanwijzingen in deze handleiding en de lokale en nationale regels en veiligheidsvoorschriften op. Het aanraken van elektrische onderdelen kan fatale gevolgen hebben, zelfs wanneer de netvoeding is afgeschakeld. Wacht minstens 4 minuten.

-De installatie moet op correcte wijze afgezekerd en geïsoleerd zijn.

-Afdekkingen en kabelinvoeren moeten bevestigd zijn.

WAARSCHUWING

Voor hoogtes boven 2000 m dient u contact op te nemen met Danfoss in verband met PELV.

LET OP

Het is de verantwoordelijkheid van de gebruiker of van een erkend elektricien om te zorgen voor correcte aarding en beveiliging overeenkomstig de geldende nationale en lokale eisen en normen.

1.1.5 Veiligheidsvoorschriften

De VLT DriveMotor (FC-motor) moet worden afgeschakeld van het net voordat reparatiewerkzaamheden worden uitgevoerd.

Controleer of de netvoeding is afgeschakeld en de vereiste tijd is verstreken (4 minuten).

De apparatuur moet correct zijn geaard, de gebruiker moet beschermd zijn tegen voedingsspanning en de motor moet beveiligd zijn tegen overbelasting overeenkomstig de geldende nationale en lokale voorschriften.

Het gebruik van RCD's (aardlekschakelaars) wordt beschreven in 4.1.2 Aardlekstroom .

De aardlekstromen zijn hoger dan 3,5 mA. Dit betekent dat de FC-motor een vaste, permanente

installatie vereist, en tevens een versterkte,

1

1

beschermende aarding.

 

 

 

 

1.1.6Waarschuwing tegen onbedoelde start

Wanneer de frequentieomvormer op het net is aangesloten, kan de motor worden gestopt via digitale commando's, buscommando's of referenties.

Deze stopfuncties zijn niet toereikend als een onbedoelde start moet worden voorkomen in verband met de persoonlijke veiligheid.

De motor kan starten terwijl de parameters worden gewijzigd.

Een gestopte motor kan starten wanneer er storingen optreden in de elektronica van de FCmotor, of wanneer een tijdelijke overbelasting of een fout in de netvoeding wordt opgeheven.

1.2Inleiding

Specifieke technische publicaties over de FCM 300-serie:

Design Guide: Bevat alle benodigde informatie voor het ontwerpen van installaties en biedt een goed inzicht in het productconcept, de productreeks, technische gegevens, bediening, programmering enz.

Snelle Setup: Helpt gebruikers bij een snelle installatie en inbedrijfstelling van hun FCM 300motoreenheid.

De Snelle Setup wordt altijd bij de eenheid geleverd.

Tabel 1.3

Neem contact op met de lokale Danfoss-leverancier voor meer informatie over de FCM 300.

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

5

Inleiding

VLT® DriveMotor FCM-serie

1 1

 

 

 

All

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Promotion

 

 

 

 

Misc.

 

 

users

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Quick Setup

 

 

 

Design

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

PROFIBUS-

 

 

 

 

 

 

Brochure

 

 

 

 

 

 

 

 

 

MCT 10 Setup

 

 

 

 

Data sheet

 

 

 

MB.03.CX.YY

 

 

 

MG.03.FX.YY

 

 

 

Guide

 

 

 

Software Manual

 

 

Manual

 

 

MD.03.AX.YY

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

MG03BXYY

 

 

 

MG10RXYY

 

 

MG.03.EX.YY

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Articles

 

 

 

X =

version number

 

 

 

 

 

 

MZ.03.AX.YY

 

 

 

YY =

language

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Afbeelding 1.1 Beschikbare publicaties voor de FCM 300

 

 

<![if ! IE]>

<![endif]>10.175NA161

1.3 Productconcept

1.3.1Integratie van frequentieomvormer en motor

Integratie van de Danfoss VLT frequentieomvormer met een asynchrone motor voorziet in een variabele snelheidsregeling

De VLT DriveMotor FCM 300 is een uiterst compact alternatief voor de gewone oplossing met een afzonderlijke VLT-frequentieomvormer en motor. De frequentieomvormer wordt bevestigd op de plaats van het klemmenblok van de motor en is niet hoger dan een standaard klemmenblok en niet breder of langer dan de motor (zie 2.2.4 Afmetingen ).

De installatie is uiterst eenvoudig. U hebt geen extra ruimte nodig voor het paneel. U hebt geen speciale bekabeling nodig om te voldoen aan de EMC-richtlijn, omdat er geen motorkabels nodig zijn. De enige aansluitingen zijn die voor de netvoeding en de stuurkabels.

Een in de fabriek gemaakte aanpassing tussen de frequentieomvormer en de motor levert een nauwkeurige en energiezuinige besturing op en maakt vooraf instellen ter plaatse overbodig.

De FC-motor kan worden gebruikt in zelfstandig werkende systemen met traditionele stuursignalen, zoals start/ stopsignalen, snelheidsreferenties en een procesregeling met terugkoppeling, of in meervoudige aandrijfsystemen met stuursignalen die worden gedistribueerd via een veldbus.

Ook een combinatie van veldbus en traditionele stuursignalen en een PID-regeling met terugkoppeling behoort tot de mogelijkheden.

6

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Inleiding

VLT® DriveMotor FCM-serie

1 1

Afbeelding 1.2 Regelingsstructuren

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

7

Inleiding

VLT® DriveMotor FCM-serie

1 1

1.4 Selectie FC-motor, FCM 300 1.4.1 Bestelformulier

Afbeelding 1.3

8

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Inleiding VLT® DriveMotor FCM-serie

1.4.2 Productreeks

Aantal polen

1

1

VLT DriveMotor FCM 300-serie, 2/4-polige motoren

2: 2-polige motor

 

 

 

 

4: 4-polige motor

 

 

 

 

 

Type

Motorvermogen

Netvoeding

 

 

 

FCM 305

0,55 kW

 

 

 

 

FCM 307

0,75 kW

 

FCM 311

1,1 kW

 

FCM 315

1,5 kW

 

FCM 322

2,2 kW

3-fasig 380-480 V

FCM 330

3,0 kW

 

FCM 340

4,0 kW

 

FCM 355

5,5 kW

 

FCM 375

7,5 kW

 

Tabel 1.4 Vermogensklasse

Elk type in de productreeks is leverbaar in diverse versies:

Omvormerversies

Vermogensklasse:

(Zie Tabel 1.4)

Toepassing

P: Proces

S: Sensorloos (speciale pomp OEM) Netspanning:

T4: 380-480 V driefasevoeding Behuizing

C55: IP 55

C66: IP 66

Hardwarevariant:

ST: standaard

RFI-filter

 

Motorgegevens

B2: IE2 hoogrendementsmotor

BC: IE2 hoogrendementsmotor/gietijzer Motorbevestigingsoptie

B03: Voetmontage

B05: B5 flens

B14: B14 voorzijde

B34: Voet en B14 voorzijde

B35: Voet en B5 flens

Motorflenscode

(Zie 1.4.5 Bestelinformatie voor frames en flenzen voor informatie over de standaard flensmaten en beschikbare flensmaten.)

000: Alleen voetmontage

085: 85 mm

100: 100 mm

115: 115 mm

130: 130 mm

165: 165 mm

215: 215 mm

265: 265 mm

300: 300 mm

Type motorkoeling

1: Asgemonteerde ventilator Positie omvormer

D: Standaard bovenop

Positie afvoeropening motor

(zie 1.4.6 Bestelinformatie voor positie van omvormerkast en afvoeropening)

R1: Voldoet aan klasse 1A

R2: Voldoet aan klasse 1B Displayaansluiting

D0: Geen displayaansluiting

Veldbus

F00: Geen veldbus

F10: Profibus DPV1 3 MB

F12: Profibus DPV1 12 MB Motorthermistor

X: Geen motorthermistor

0:Geen afvoeropening

1:Tegenover omvormerkast aan beide uiteinden (aandrijving/niet-aandrijving)

2:90° omvormerkast rechts

3:90° omvormerkast links

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

9

Inleiding

VLT® DriveMotor FCM-serie

1

1

 

1.4.3 Bestellen

 

 

 

 

Maak een kopie van het bestelformulier; zie 1.4.1 Bestelfor-

 

 

 

 

 

 

mulier. Vul het bestelformulier in en stuur of fax het naar

 

 

 

een Danfoss-verkoopkantoor bij u in de buurt. Op basis

 

 

 

van uw bestelling krijgt de FCM 300-motor een bepaalde

 

 

 

typecode.

 

 

 

 

Het bestelformulier voor de basiseenheid moet altijd

 

 

 

volledig worden ingevuld. Vermeld bij het noteren van de

 

 

 

typecode altijd de tekens van de basisreeks (1-34). Bij de

 

 

 

orderbevestiging ontvangt de klant een 8-cijferige code die

 

 

 

moet worden gebruikt bij eventuele nabestellingen.

 

 

 

Danfoss pc-software voor seriële communicatie, MCT 10

 

 

 

Alle FCM 300-eenheden zijn standaard uitgerust met een

 

 

 

RS-485-poort, waardoor communicatie met bijvoorbeeld

 

 

 

met een pc mogelijk is. Voor dit doel is het programma

 

 

 

MCT 10 leverbaar (zie 1.4.4 Hulpprogramma voor de pc ).

 

 

 

Bestelnummers, MCT 10

 

 

 

 

Gebruik bestelnummer 130B1000 voor het bestellen van

 

 

 

de cd met de MCT 10 setup-software.

 

 

 

 

Accessoires voor de FC-motor

 

 

 

 

Voor de FC-motor is een lokaal bedieningspaneel (LOP –

 

 

 

Local Operation Pad) voor een lokaal setpoint en start/stop

 

 

 

leverbaar. Het LOP heeft een IP 65-behuizing. Er is ook een

 

 

 

lokaal bedieningspaneel (LCP 2 – Local Control Panel)

 

 

 

leverbaar, dat een volledige interface vormt voor de

 

 

 

bediening, programmering en bewaking van de FC-motor.

 

 

 

Bestelnummers, accessoires

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Lokaal bedieningspaneel incl. kabel (LOP)

175N0128

 

 

 

Lokaal bedieningspaneel (LCP 2)

175N0131

 

 

 

 

 

 

 

 

Bevestigingsset voor externe bediening (LCP 2)

175N0160

 

 

 

 

 

 

 

 

Stekkerset (LCP 2)

175N2545

 

 

 

 

 

 

 

 

Kabel voor stekkerset (LCP 2)

175N0162

 

 

 

 

 

 

 

 

Kabel (directe montage) (LCP 2)

175N0165

 

 

 

 

 

 

 

 

Servicestekkerset (LCP 2)

175N2546

 

 

 

 

 

 

 

 

Potentiometeroptie

177N0011

 

 

 

 

 

Tabel 1.5

1.4.4 Hulpprogramma voor de pc

Pc-software – MCT 10

Alle frequentieomvormers zijn uitgerust met een seriëlecommunicatiepoort. Danfoss levert een hulpprogramma voor de pc voor communicatie tussen pc en frequentieomvormer, de VLT Motion Control Tool MCT 10 setupsoftware.

MCT 10 setup-software

MCT 10 is een eenvoudig te gebruiken interactief programma voor het instellen van parameters in onze frequentieomvormers.

De MCT 10 setup-software kan worden gebruikt voor:

het offline plannen van een communicatienetwerk; MCT 10 is voorzien van een volledige database van frequentieomvormers;

het online in bedrijf stellen van frequentieomvormers;

het opslaan van de instellingen voor alle frequentieomvormers;

het vervangen van een frequentieomvormer in een netwerk;

het uitbreiden van een bestaand netwerk.

Omvormers die in de toekomst worden ontwikkeld, worden ondersteund.

De MCT 10 setup-softwaremodules

De volgende modules zijn in het softwarepakket opgenomen:

<![if ! IE]>

<![endif]>10.175NA162

Afbeelding 1.4

10

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Inleiding VLT® DriveMotor FCM-serie

1.4.5 Bestelinformatie voor frames en flenzen

 

 

1

1

Framematen en bijbehorende flensmaten voor verschillende montageversies

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Framegrootte

 

Flensmaat, standaard

Flensmaat, alterna-

Flensmaat, alterna-

 

 

 

Type

motor

Montageversie

 

 

 

(S) [mm]

tieven (A) [mm]

tieven (B) [mm]

 

 

 

 

4-polig

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

FCM 305

80

B5/B35

165

115/130

 

 

 

 

B14/B34

100

 

75/85/115/130

 

 

 

 

 

 

 

 

 

FCM 307

80

B5/B35

165

115/130

 

 

 

 

B14/B34

100

 

75/85/115/130

 

 

 

 

 

 

 

 

 

FCM 311

90

B5/B35

165

110/115/130

215

 

 

 

B14/B34

115

 

85/100/130/165

 

 

 

 

 

 

 

 

 

FCM 315

90

B5/B35

165

110/115/130

215

 

 

 

B14/B34

115

 

85/100/130/165

 

 

 

 

 

 

 

 

 

FCM 322

100

B5/B35

215

165

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

B14/B34

130

165

85/100/115

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

FCM 330

100

B5/B35

215

165

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

B14/B34

130

165

85/100/115

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

FCM 340

112

B5/B35

215

165

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

B14/B34

130

165

85/100/115

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

FCM 355

132

B5/B35

265

215

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

B14/B34

165

215

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

FCM 375

132

B5/B35

265

215

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

B14/B34

165

215

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

S: Leverbaar als standaardas

 

 

 

 

 

 

 

A: Leverbaar als alternatief met een speciaal verlengde as om een standaardas voor het frame te bieden

 

 

 

 

B: Leverbaar als alternatief met een standaardas voor het frame, wijziging niet nodig.

 

 

 

 

 

Tabel 1.6

 

 

 

 

 

 

 

 

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

11

Inleiding VLT® DriveMotor FCM-serie

1 1 1.4.6 Bestelinformatie voor positie van omvormerkast en afvoeropening

Positie van omvormerkast: altijd bovenop gemonteerd.

Alle afvoeropeningen worden gemonteerd met schroef en ring, IP 66 indien niet geopend.

Afbeelding 1.5

1: Afvoeropeningen tegenover de zijde van de omvormer, zowel aandrijfzijde als niet-aandrijfzijde. 2/3: Afvoeropeningen 90° ten opzichte van de omvormer, zowel aandrijfzijde als niet-aandrijfzijde.

12

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Installatie

VLT® DriveMotor FCM-serie

2 Installatie

2 2

2.1 Technische gegevens

2.1.1 FCM 305-375, 3-fasig, 380-480 V

FCM

 

305

307

311

315

322

330

340

355

375

Motorvermogen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

[pk]

 

0,75

1,0

1,5

2,0

3,0

4,0

5,0

7,5

10,0

[kW]

 

0,55

0,75

1,1

1,5

2,2

3,0

4,0

5,5

7,5

Motorkoppel

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2-polig [Nm]1)

1,8

2,4

3,5

4,8

7,0

9,5

12,6

17,5

24,0

4-polig [Nm]2)

3,5

4,8

7,0

9,6

14,0

19,1

25,4

35,0

48,0

Frame-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

maat [mm]

80

80

90

90

100

100

112

132

132

Gewicht DriveMotor

11

13

17

20

26

28

37

56

61

[kg]3)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Gewicht omvormer

2,2

2,2

2,8

2,8

4,1

4,2

6,4

10,4

10,4

[kg]

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ingangsstroom [A]

 

 

 

 

 

 

 

 

 

380 V 2-p

1,5

1,8

2,3

3,4

4,5

5,0

8,0

12,0

15,0

380 V 4-p

1,4

1,7

2,5

3,3

4,7

6,4

8,0

11,0

15,5

480 V 2-p

1,2

1,4

1,8

2,7

3,6

4,0

6,3

9,5

11,9

480 V 4-p

1,1

1,3

2,0

2,6

3,7

5,1

6,3

8,7

12,3

Rendement bij nom.

snelheid

 

 

 

 

 

 

 

 

2-polig

73,4

75,3

77,5

79,0

81,3

82,7

83,8

85,1

86,2

4-polig

75,9

77,5

79,3

80,5

82,4

83,6

84,6

85,8

86,7

Voedingsklemmen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

[AWG]

10

10

10

10

10

10

10

6

6

[mm²]

4

4

4

4

4

4

4

10

10

Maat pakkingbus

3xM20x1,5

3xM20x1,5

3xM20x1,5

3xM20x1,5

3xM20x1,5

3xM20x1,5

3xM20x1,5

1xM25x1,5/

1xM25x1,5/

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2xM20x1,5

2xM20x1,5

Max. voorzekering

 

 

 

 

 

 

 

 

 

UL4)

[A]

10

10

10

10

10

15

15

25

25

IEC4)

[A]

25

25

25

25

25

25

25

25

25

1) Bij 400 V 3000 tpm

2) Bij 400 V 1500 tpm

3) 2-polige motor – B3

4) Er moeten voorzekeringen van het type gG worden gebruikt. Als aan UL/cUL moet worden voldaan, moeten er voorzekeringen van het type Bussmann KTS-R 500 V of Ferraz Shawmut, ATMR Klasse C (max. 30 A) worden gebruikt. De zekeringen moeten voor beveiliging zorgen in een circuit dat max. 100.000 Arms (symmetrisch) en 500 V kan leveren.

Tabel 2.1

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

13

Danfoss FCM 300 Design guide

 

 

 

 

 

Installatie

VLT® DriveMotor FCM-serie

 

 

 

 

 

 

2.1.2 Algemene technische gegevens

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2

 

2

 

 

Netvoeding, TT, TN en IT* (L1, L2, L3):

 

 

 

 

 

Netspanning 380-480 V-eenheden

 

3 x 380/400/415/440/460/480 V ± 10%

 

 

 

 

 

Netfrequentie

 

50/60 Hz

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Max. onbalans van de netspanning:

 

± 2% van de nominale netspanning

 

 

 

 

 

Arbeidsfactor/cos

 

max. 0,9/1,0 bij nominale belasting

 

 

 

 

 

Aantal schakelingen op de netingangen L1, L2, L3

ongeveer 1 keer/2 min

 

 

 

 

 

*) Niet geldig voor RFI klasse 1B eenheden

 

 

 

 

 

 

 

Koppelkarakteristiek

 

 

 

 

 

 

 

Startkoppel/overbelastingskoppel

 

160% gedurende 1 min

 

 

 

 

 

Continu koppel

 

zie hierboven

 

 

 

 

 

Stuurkaart, digitale/pulsingangen

 

 

 

 

 

 

 

Aantal programmeerbare digitale ingangen

 

4

 

 

 

 

 

Klemnrs.

 

X101-2, -3, -4, -5

 

 

 

 

 

Spanningsniveau

 

0-24 V DC (PNP positieve logica)

 

 

 

 

 

Spanningsniveau, logisch 0

 

< 5 V DC

 

 

 

 

 

Spanningsniveau, logisch 1

 

> 10 V DC

 

 

 

 

 

Maximale spanning op ingang

 

28 V DC

 

 

 

 

 

Ingangsweerstand, Ri

 

ongeveer 2 kΩ

 

 

 

 

 

Scantijd

 

20 ms

 

 

 

 

 

Stuurkaart, pulsingang

 

 

 

 

 

 

 

Aantal programmeerbare pulsingangen

 

1

 

 

 

 

 

Klemnrs.

 

X101-3

 

 

 

 

 

Max. frequentie op klem 3, open collector/balans 24 V

8 kHz/70 kHz

 

 

 

 

 

Resolutie

 

10 bit

 

 

 

 

 

Nauwkeurigheid (0,1-1 kHz), klem 3

 

Max. fout: 0,5% van volledige schaal

 

 

 

 

 

Nauwkeurigheid (1-12 kHz), klem 3

 

Max. fout: 0,1% van volledige schaal

 

 

 

 

 

Stuurkaart, analoge ingangen

 

 

 

 

 

 

 

Aantal programmeerbare analoge spanningsingangen

1

 

 

 

 

 

Klemnrs.

 

X101-2

 

 

 

 

 

Spanningsniveau

 

0-10 V DC (schaalbaar)

 

 

 

 

 

Ingangsweerstand, Ri

 

ongeveer 10 kΩ

 

 

 

 

 

Aantal programmeerbare analoge stroomingangen

1

 

 

 

 

 

Klemnr.

 

X101-1

 

 

 

 

 

Stroombereik

 

0-20 mA (schaalbaar)

 

 

 

 

 

Ingangsweerstand, Ri

 

ongeveer 300 Ω

 

 

 

 

 

Resolutie

 

9 bit

 

 

 

 

 

Nauwkeurigheid aan ingang

 

Max. fout 1% van volledige schaal

 

 

 

 

 

Scantijd

 

20 ms

 

 

 

 

 

Stuurkaart, digitale/pulsuitgangen en analoge uitgangen

 

 

 

 

 

 

Aantal programmeerbare digitale en analoge uitgangen

1

 

 

 

 

 

Klemnrs.

 

X101-9

 

 

 

 

 

Spanningsniveau bij digitale uitgang/belasting

0-24 V DC/25 mA

 

 

 

 

 

Stroom bij analoge uitgang

 

0-20 mA

 

 

 

 

 

Maximumbelasting naar frame (klem 8) bij analoge uitgang

RLOAD 500 Ω

 

 

 

 

 

Nauwkeurigheid van analoge uitgang

 

Max. fout: 1,5% van volledige schaal

 

 

 

 

 

Resolutie bij analoge uitgang

 

8 bit

 

 

 

 

 

Relaisuitgang

 

 

 

 

 

 

 

Aantal programmeerbare relaisuitgangen

 

1

 

 

 

 

 

Klemnummer (resistieve en inductieve belasting)

1-3 (verbreek), 1-2 (maak)

 

 

 

 

 

Max. klembelasting (AC1) op 1-3, 1-2

 

250 V AC, 2 A, 500 VA

14

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Installatie

 

 

VLT® DriveMotor FCM-serie

 

 

 

 

Max. klembelasting (DC1 (IEC 947)) op 1-3, 1-2

25 V DC, 3 A/50 V DC, 1,5 A, 75 W

 

 

 

 

Min. klembelasting (AC/DC) op 1-3, 1-2 stuurkaart

24 V DC, 10 mA/24 V AC, 100 mA

 

 

 

 

 

2

 

2

Nominale waarden voor maximaal 300.000 handelingen (bij inductieve belastingen ligt het aantal handelingen 50% lager)

 

 

Stuurkaart, RS-485 seriële communicatie

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Klemnrs.

 

 

 

X100-1, -2

 

 

 

 

Stuurkarakteristieken (frequentieomvormer)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0-132 Hz

 

 

 

 

Frequentiebereik

Zie 4.1 Speciale omstandigheden aan het einde van deze sectie voor het frequentiebereik voor IP 66-motoren.

 

 

 

 

Resolutie op uitgangsfrequentie

 

0,1%

 

 

 

 

Systeemresponstijd

 

 

Max. 40 ms

 

 

 

 

Nauwkeurigheid snelheid (zonder terugkoppeling, CT-modus, 4 P motorgestuurd in snelheidsbereik 150-1500

 

 

 

 

tpm)

 

 

 

± 15 tpm

 

 

 

 

Externe elementen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

IP 55 (IP 65, IP 66)

 

 

 

 

Behuizing

 

Zie 4.1 Speciale omstandigheden aan het einde van deze sectie voor het frequentiebereik voor IP 66-motoren.

 

 

 

 

Triltest

 

 

 

1 g

 

 

 

 

Max. relatieve vochtigheid

 

95% voor opslag/transport/bedrijf

 

 

 

 

Omgevingstemperatuur

 

Max. 40 °C (gemiddelde over 24 uur max. 35 °C)

 

 

 

 

Zie 4.1.7

Reductie wegens omgevingstemperatuur

 

 

 

 

 

Min. omgevingstemperatuur bij volledig bedrijf

0 °C

 

 

 

 

Min. omgevingstemperatuur bij gereduceerde werking

-10 °C

 

 

 

 

Temperatuur tijdens opslag/transport

 

-25 tot +65/70 °C

 

 

 

 

Max. hoogte boven zeeniveau

 

1000 m

 

 

 

 

Zie 4.1.8

Reductie wegens luchtdruk

 

 

 

 

 

 

Toegepaste EMC-normen, Emissie

 

EN 61000-6-3/EN 6100-6-4, EN 61800-3, EN 55011, EN 55014

 

 

 

 

Toegepaste EMC-normen,

EN 61000-6-2, EN 61000-4-2, EN 61000-4-3, EN 61000-4-4, EN 61000-4-5, EN 61000-4-6,

 

 

 

 

Immuniteit

 

 

ENV 50204

 

 

 

 

Toegepaste veiligheidsnormen

 

EN 60146, EN 50178, EN 60204, UL508

 

 

 

 

LET OP

De normale IP 66-oplossing is uitsluitend bedoeld voor snelheden tot 3000 tpm. Als een hogere snelheid nodig is, dient u dit aan te geven bij uw bestelling.

Afbeelding 2.1 Schema voor de FCM 300-serie

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

15

 

 

 

 

Installatie

 

VLT® DriveMotor FCM-serie

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Klemnummer

Functie

Voorbeeld

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1

Analoge ingang (0-20 mA)

Terugkoppelingssignaal

2

 

2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2

Analoge (0-10 V)/digitale ingang 2

Snelheidsreferentie

 

 

 

 

 

 

 

3

Digitale ingang (of puls) 3

Reset

 

 

 

 

 

4

Digitale ingang (of precisiestop) 4

Start

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

5

Digitale ingang (overig) 5

Jog (vaste snelheid)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

6

24 V DC-voeding voor digitale ingangen (max. 150 mA)

 

 

 

 

 

 

7

10 V DC-voeding voor potentiometer (max. 15 mA)

 

 

 

 

 

 

8

0 V voor de klemmen 1-7 en 9

 

 

 

 

 

 

9

Analoge (0-20 mA)/digitale uitgang

Foutindicatie

Tabel 2.2 X101: klemmenblok voor analoge/digitale stuursignalen

- Reset moet gedurende korte tijd worden gesloten om uitschakelingen als gevolg van fouten te resetten

- Start moet worden gesloten om over te schakelen naar de bedrijfsmodus

- Jog werkt in gesloten toestand op een vaste snelheid (10 Hz)

- Snelheidsreferentie (0-10 V) bepaalt de snelheid in de bedrijfsmodus

Tabel 2.3 Aansluitschema – fabrieksinstelling

Klemnummer

Functie

 

 

 

1-2

Maak (normaal geopend)

 

 

 

1-3

Verbreek (normaal gesloten)

 

 

 

 

 

 

 

 

Tabel 2.4 X102: klemmenblok voor relaisuitgang

 

 

 

LET OP

 

 

 

Klemnummer

Functie

 

Zie parameter 323 (relaisuitgang) voor het

1

P RS-485

Voor aansluiting op

programmeren van de relaisuitgang.

2

N RS-485

bus of pc

 

3

5 V DC

Voeding voor

 

 

 

RS-485-bus

 

4

0 V DC

 

 

 

 

Tabel 2.5 X100: klemmenblok voor datacommunicatie

16

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Installatie

VLT® DriveMotor FCM-serie

 

 

 

 

Led 300-304

 

Raadpleeg de handleiding MG90AXYY voor PROFIBUS-

 

 

 

 

Led 300

(rood): uitschakeling na fout

 

versies.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Led 301

(geel): Waarschuwing

 

 

 

2

 

2

Led 302

(groen): spanning ingeschakeld

 

2.1.3 Aanhaalmomenten

 

 

Led 303-304: communicatie

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Schroeven voor afdekking (deksel)

 

3-3,5 Nm

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Kunststof kabelingangstekkers

 

2,2 Nm

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

L1, L2, L3 (AC-lijn) schroeven (FCM 305-340)

 

0,5-0,6 Nm

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

L1, L2, L3 (AC-lijn) schroeven (FCM 355-375)

 

1,2-1,5 Nm

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Aardverbinding

 

3,4 Nm

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tabel 2.6

Voor klemschroeven is een schroevendraaier van maximaal 2,5 mm met een platte kop nodig. Voor AC-lijnschroeven is een 8 mm gleufkopschroevendraaier nodig.

Voor afdekkingsschroeven, aardverbindingsschroeven en kabelklemschroeven is een T-20 torxschroevendraaier of gleufkopschroevendraaier nodig (max. aanhaalsnelheid is 300 tpm).

2.1.4 Maximale kabeldoorsnede

NB

 

 

Gebruik koperdraad voor 60 °C of hoger

 

 

 

AWG

mm²

Max. grootte AC-lijnkabel (FCM 305-340)

10

4,0

 

 

 

Max. grootte AC-lijnkabel (FCM 355-375)

6

10

 

 

 

Max. grootte stuurkabel

16

1,5

 

 

 

Max. grootte seriële-communicatiekabel

16

1,5

 

 

 

Aardverbinding

6

10

 

 

 

Tabel 2.7

2.1.5 Schroefmaten

Schroeven voor afdekking (deksel)

M5

 

 

Aardverbindingsen kabelklemschroeven (FCM 305-340)

M4

 

 

Aardverbindingsen kabelklemschroeven (FCM 355-375)

M5

 

 

Tabel 2.8

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

17

Installatie

VLT® DriveMotor FCM-serie

2.1.6 Beveiliging

2 2

Beveiliging tegen thermische overbelasting van motor en elektronica.

Bewaking van de tussenkringspanning zorgt ervoor dat de frequentieomvormer uitschakelt als de tussenkringspanning te hoog of te laag is.

Als er een netfase ontbreekt, schakelt de frequentieomvormer uit wanneer de motor wordt belast.

Afbeelding 2.2 Positie van de klemmen (zie Snelle Setup, MG03AXYY, voor installatie-instructies)

18

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Installatie VLT® DriveMotor FCM-serie

2.2 Beschrijving van de motor

De FC-motor bestaat uit de volgende onderdelen:

 

 

 

 

2

 

2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

<![if ! IE]>

<![endif]>175NA163.10

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Afbeelding 2.3

Item

Beschrijving

Item

Beschrijving

1

Oliedeflector (indien aangebracht)

16

Borgring lager

 

 

 

 

2

Olieafdichtring aandrijfzijde

17

Ventilator

 

 

 

 

3

Bevestigingsbout voor schild

18

Afdekking ventilator

 

 

 

 

4

Schild aandrijfzijde

19

Schroef en ring voor afdekking ventilator

 

 

 

 

5

Voorbelastingsring

20

Schroefplug

 

 

 

 

6

Lager

21

O-ring

 

 

 

 

7

Asspie

22

ISM-doos

 

 

 

 

8

Rotor

23

Kabelklem

 

 

 

 

9

Stator met of zonder voetjes

24

Schroeven kabelklem

 

 

 

 

10

Aansluitblok

25

Deksel ISM-doos

11

Pakking

26

Torxschroef

12

Afneembare voetjes

27

Ring

13

Bevestigingsbout en ring voetjes

28

Schild voorkant

14

Borgring lager

29

Schild flens

15

Schild niet-aandrijfzijde

 

 

Tabel 2.9

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

19

Installatie

VLT® DriveMotor FCM-serie

 

 

 

 

2.2.1 Hantering van de FC-motor

 

 

 

 

 

2

 

2

 

VLT DriveMotor-eenheden (FC-motoren) mogen uitsluitend

 

door gekwalificeerd personeel worden gehanteerd en

 

 

 

 

gehesen. De volledige productdocumentatie en

 

 

 

 

 

 

 

 

bedieningsinstructies moeten beschikbaar zijn, net als het

 

 

 

 

gereedschap en de apparatuur die nodig is om veilig te

 

 

 

 

werken. De bij de FC-motor geleverde oogbouten en/of

 

 

 

 

heftappen zijn enkel berekend op het gewicht van de FC-

 

 

 

 

motor, dus niet op het gewicht van de FC-motor plus

 

 

 

 

daaraan bevestigde aanvullende apparatuur. Verzeker u

 

 

 

 

ervan dat kranen, krikken, hijsstroppen en hefbalken het

 

 

 

 

gewicht van de op te heffen apparatuur kunnen dragen.

 

 

 

 

Wanneer bij de motor een oogbout wordt geleverd, moet

 

 

 

 

deze aangeschroefd worden totdat de schouder stevig

 

 

 

 

tegen het oppervlak van het op te heffen statorframe zit.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

FCM-type

Gewicht bij benadering [kg]

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

FCM 305

11

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

FCM 307

13

 

 

 

 

FCM 307

17

 

 

 

 

FCM 315

20

 

 

 

 

FCM 322

26

 

 

 

 

FCM 330

28

 

 

 

 

FCM 340

37

 

 

 

 

FCM 355

56

 

 

 

 

FCM 375

61

Tabel 2.10 Gewicht

2.2.2 Lagers

De standaardoplossing is een vast lager aan de aandrijfzijde van de motor (asuitgangszijde).

Om statische indrukking te voorkomen, moet de opslagruimte vrij zijn van trillingen. Wanneer blootstelling aan trillingen onvermijdelijk is, moet de as worden vergrendeld. De lagers kunnen worden uitgerust met een asvergrendelingsmechanisme, dat tijdens de opslag op zijn plaats moet worden gehouden. Assen moeten eens per week handmatig een kwartslag worden gedraaid. Lagers zijn bij het verlaten van de fabriek geheel gevuld met op lithiumvet.

Framegrootte

Type smering

Temperatuurbereik

 

 

 

80-132

Esso unirex N3

-30 tot +140 °C

 

 

 

Tabel 2.11 Smering

Verwachte max. levensduur lager (Lna) bij 80 °C lagertemperatuur x 103 uur.

FCM

 

3000 min-1

 

1500 min-1

 

Hor.

 

Vert.

Hor.

 

Vert.

 

 

 

 

 

 

 

305-315

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

322-340

30

 

30

30

 

30

 

 

 

 

 

 

 

355-375

 

 

 

 

 

 

De levensduur Lna van het lager is de aangepaste levensduurwaarde L10, waarbij rekening is gehouden met: Betrouwbaarheid - Materiaalverbetering - Smeeromstandigheden.

Tabel 2.12 Levensduur lager

FCM

 

Lagers

Olieafdichtingen - Boorgat x O/D x breedte in mm

 

Aandrijfzijde

 

Niet-aandrijfzijde

Aandrijfzijde

Niet-aandrijfzijde

305-307

6204ZZ

 

6003ZZ

20x30x7

17x28x6

311-315

6205ZZ

 

6003ZZ

25x35x7

17x28x6

322-330

6206ZZ

 

6005ZZ

30x42x7

25x37x7

340

6206ZZ

 

6005ZZ

30x42x7

25x37x7

355-375

6208ZZ

 

6005ZZ

40x52x7

25x37x7

 

 

 

 

 

 

Tabel 2.13 Standaardlagerreferenties en olieafdichtingen

20

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Installatie VLT® DriveMotor FCM-serie

2.2.3 Uitvoerassen

2.2.4 Afmetingen

 

 

 

 

 

De uitvoerassen zijn vervaardigd van staal met een

 

2

 

2

treksterkte van 35/40 ton (460/540 MN/m²). De assen aan

 

 

de aandrijfzijde hebben een tapgat volgens DIN 332 Form

 

 

 

 

 

 

 

 

D en standaard een spiegleuf met gesloten profiel.

 

 

 

 

Balans

Alle motoren zijn dynamisch gebalanceerd volgens ISO 8821 en voldoen aan IEC 60034-14.

 

 

J [kgm²]

FCM

2-polig

 

4-polig

305

0,00082

 

0,0019

307

0,00082

 

0,0027

311

0,00090

 

0,0022

315

0,0011

 

0,0030

322

0,0024

 

0,0042

330

0,0028

 

0,0050

340

0,0053

 

0,0091

 

 

 

 

355

0,0072

 

0,0143

 

 

 

 

375

0,0097

 

0,0190

 

 

 

 

Tabel 2.14 Traagheidsmoment

FCM –

 

 

 

 

 

 

 

 

 

algemeen

305

307

311

315

322

330

340

355

375

Framegrootte

80

80

90

90

100

100

112

132

132

A [mm]

125

125

140

140

160

160

190

216

216

B [mm]

 

 

125

125

140

140

140

140

178

C [mm]

50

50

56

56

63

63

70

89

89

H [mm]

80

80

90

90

100

100

112

132

132

K [mm]

10

10

10

10

12

12

12

12

12

AA [mm]

27

27

28

28

28

28

35

38

38

AB [mm]

157

157

164

164

184

184

218

242

242

BB [mm]

127

127

150

150

170

170

170

208

208

BC [mm]

13,5

13,5

12,51)

12,51)

15

15

15

53

15

L [mm]

278

278

322

322

368

368

382

484,5

484,52)

AC [mm]

160

160

178

178

199

199

215

255

255

HD [mm]

219,5

219,5

238

238

264

264

292

334

334

EB [mm]

1,5

1,5

2,5

2,5

6

6

6

6

6

FCL [mm]

206

206

230

230

256

256

286

357,5

357,5

FCW [mm]

141

141

158

158

176

176

196

242,5

242,5

Tabel 2.15 Voetmontage – B3

 

 

 

 

 

 

 

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

21

Installatie

VLT® DriveMotor FCM-serie

1)2-polige motor = 37,5 2) 2-polige motor = 53

2 2

22

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Installatie

VLT® DriveMotor FCM-serie

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2

2

FCM

305

307

311

315

322

330

340

355

375

 

Framegrootte

80

80

90

90

100

100

112

132

132

 

D [mm]

19

19

24

24

28

28

28

38

38

 

E [mm]

40

40

50

50

60

60

60

80

80

 

ED [mm]

32

32

40

40

50

50

50

70

70

 

ED1 [mm]

4

4

5

5

5

5

5

5

5

 

DH

M6x16

M6x16

M8x19

M8x19

M10x22

M10x22

M10x22

M12x28

M12x28

 

F [mm]

6

6

8

8

8

8

8

10

10

 

G [mm]

15,5

15,5

20

20

24

24

24

33

33

 

Tabel 2.16 As aandrijfzijde

B5 FCM

 

 

 

 

305/307

311/315

322/330

340

355/375

Framegrootte

48

56

63

71

80

90

100

112

132

IEC ref.

FF85

FF100

FF115

FF130

FF165

FF165

FF215

FF215

FF265

DIN ref.

A105

A120

A140

A160

A200

A200

A250

A250

A300

C [mm]

 

 

 

 

50

56

63

70

89

M [mm]

85

100

115

130

165

165

215

215

265

N [mm]

70

80

95

110

130

130

180

180

230

P [mm]

105

120

140

160

200

200

250

250

300

S [mm]

 

 

10

10

12

12

14,5

14,5

14,5

T [mm]

 

 

3

3,5

3,5

3,5

4

4

4

LA [mm]

 

 

7

7

12

10

12

12

12

Tabel 2.17 Flensmontage – B5, B35 (B3+B5)

 

 

 

 

 

 

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

23

Installatie

VLT® DriveMotor FCM-serie

2

2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

B14 FCM

 

 

 

305/307

311/315

322/330

340

355/375

 

Framegrootte

56

63

71

80

90

100

112

132

 

IEC ref.

FT65

FT75

FT85

FT100

FT115

FT130

FT130

FT165

 

DIN ref.

C80

C90

C105

C120

C140

C160

C160

C2OO

 

C [mm]

 

 

 

50

56

63

70

89

 

M [mm]

65

75

85

100

115

130

130

165

 

N [mm]

50

60

70

80

95

110

110

130

 

P [mm]

80

90

105

120

140

160

164

200

 

S [mm]

 

M5

M6

M6

M8

M8

M8

M10

 

T [mm]

 

2,5

2,5

3

3

3,5

3,5

3,5

 

LA [mm]

 

9

9

9

9

8,5

13

13

 

Max. de B14-

 

8,5

11

11

11,5

15

15,5

17

 

flens

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tabel 2.18 Voorkantmontage – B14, B34 (B3+B14)

 

 

 

 

 

2.2.5 Installatie van de FC-motor

Afbeelding 2.4

FC-motoren moeten zodanig worden geïnstalleerd dat er voldoende ruimte is voor routine-onderhoud. Een minimale werkruimte van 0,75 m rond de motor wordt aangeraden. Er moet voldoende ruimte zijn voor de luchtcirculatie, met name bij de ventilatorinlaat (50 mm).

Als u verschillende FC-motoren dicht bij elkaar installeert, moet u ervoor zorgen dat afgezogen, warme lucht niet kan circuleren. De ondergrond moet massief, onbuigzaam en vlak zijn.

LET OP

Elektrische installatie

Verwijder de bovenste folielaag niet uit het omvormergedeelte. Dit is een beschermende laag.

24

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Installatie

VLT® DriveMotor FCM-serie

Aanbrengen van rondsels, riemschijven en koppelingen

Deze moeten aan de hand van onze standaardbegrenzingen worden geboord en met een schroefbeweging op de as worden aangebracht. Zorg dat de bewegende delen goed zijn afgeschermd.

LET OP

Tik onderdelen niet met een hamer of moker vast op de as van de FC-motor, omdat dit de lagers kan beschadigen. Hierdoor maken de lagers meer lawaai en wordt de levensduur van de lagers aanzienlijk verkort.

2.2.6 Uitlijning

2

2

 

Wanneer voor de toepassing directe koppeling nodig is, moeten de assen in alle drie vlakken correct worden uitgelijnd. Een slechte uitlijning kan een aanzienlijke hoeveelheid ruis en trillingen veroorzaken.

Houd rekening met de eindspeling van de as en de thermische expansie in het axiale en het verticale vlak. Gebruik bij voorkeur flexibele aandrijfkoppelingen

LET OP

Max. de B14-flens; zie 2.2.4 Afmetingen .

 

 

Horizontale as

 

 

Verticale as

 

 

 

 

 

 

As boven

As onder

 

Type

Polen

Belasting naar

Belasting vanaf

Belasting naar

 

Belasting

Belasting

Belasting

Max. toegestane

 

 

motor

motor

motor

 

vanaf motor

boven

onder

radiale belasting aan

 

 

 

 

 

 

 

 

 

het asuiteinde

 

 

 

 

 

 

 

 

 

(horizontale

 

 

 

 

 

 

 

 

 

montage)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

W-DA80

2

339

539

321

 

565

362

521

774

 

 

 

 

 

 

 

 

 

4

303

503

283

 

530

330

583

729

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

W-DA90

2

444

684

421

 

716

476

661

915

 

 

 

 

 

 

 

 

 

4

398

638

366

 

682

442

606

854

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

W-DA100

2

781

1101

743

 

1159

839

1063

1295

 

 

 

 

 

 

 

 

 

4

710

1030

655

 

1107

787

975

1215

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

W-DA112

2

768

1088

715

 

1170

850

1035

1295

 

 

 

 

 

 

 

 

 

4

690

1010

612

 

1131

811

932

1202

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

W-DA132

2

1355

1707

1266

 

1838

1486

1618

2114

4

1253

1605

1130

 

1779

1427

1482

2068

 

 

Tabel 2.19 Maximaal toegestane externe axiale en radiale belasting in Newton

 

 

 

2.2.7 Aanhaalmoment bouten

 

2.2.8 Onderhoud

 

 

De schilden en deksels moeten worden vastgezet met de aangegeven boutmaten en aanhaalmomenten in

Tabel 2.20.

Type FCM

Framegrootte

Boutdiameter Nm.

Aanhaal-

 

 

 

moment

305-307

80

M5

5

 

 

 

 

311-315

90

M5

5

 

 

 

 

322-330

100

M6 (Taptite)

8-10

 

 

 

 

340

112

M6 (Taptite)

8-10

 

 

 

 

355-375

132

M8 (Taptite)

29

 

 

 

 

Aanhaalmoment schroeven DEKSEL: 2,2-2,4 Nm

Tabel 2.20 Aanhaalmoment voor bevestigingsbouten van schilden

Routinereiniging van de FC-motor

Verwijder de afdekking van de ventilator en controleer of alle luchtinlaatopeningen vrij zijn. Verwijder vuil en belemmeringen aan de achterkant van de ventilator, langs de ribben van het frame en tussen de motor en het omvormerdeel.

Periodiek onderhoud van het motordeel

1.Verwijder het omvormerdeel, de afdekking van de ventilator en de ventilator, die op de asextensie is gespied. Draai de schroeven van de lagerafdekking en de bouten/tapeinden van de schilden los en verwijder ze. Verwijder de schilden voorzichtig van geleidepennen.

2.U kunt de rotor nu voorzichtig van de stator halen. Pas op dat u het boorgat van de stator en

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

25

Installatie

VLT® DriveMotor FCM-serie

 

de wikkelingen van stator en rotor niet

 

beschadigt.

3.

Nadat u de motor hebt gedemonteerd, kunt u de

2 2

reinigingsen onderhoudswerkzaamheden

uitvoeren. Hiervoor kan het best een luchtlijn worden gebruikt die droge perslucht met een relatief lage druk aanvoert, aangezien het vuil bij een luchtstroom met een hoge snelheid tussen de wikkelingen en de isolatie terecht kan komen. Vetoplossende middelen kunnen schade veroorzaken aan impregneervernis of isolatie.

4.Voer bovenstaande handelingen in omgekeerde volgorde uit om de FC-motor weer te monteren. Vergeet niet om de schilden op lagers en spieeinden te plaatsen. ZET GEEN KRACHT.

5.Controleer voordat u de motor start of de rotor vrij kan draaien. Verzeker u ervan dat de elektrische aansluitingen correct zijn uitgevoerd.

6.Breng eventueel verwijderde riemschijven, koppelingen, kettingwielen en dergelijke weer aan. Zorg ervoor dat ze op een lijn liggen met het aangedreven deel; als de onderdelen niet goed geplaatst worden, kan dit problemen met de lagers veroorzaken of kan de as breken.

7.Gebruik voor het vervangen van schroeven en bouten alleen de kwaliteit en treksterkte die door de fabrikant is aanbevolen. Ook de draadvorm en lengte moeten identiek zijn (zie Tabel 2.24).

2.2.9 Thermische beveiliging FCM 300

De thermische beveiliging van de FC en de motor wordt als volgt uitgevoerd:

Overbelastingsituaties worden afgehandeld door de berekende elektrische belasting (I² x t).

Ontbrekende ventilatie en hoge omgevingstemperaturen worden afgehandeld door de temperatuurmeting. Het reduceren wegens lage snelheden (vanwege ontbrekende ventilatie) wordt niet meegenomen in de berekening van de elektrische belasting, maar valt onder de temperatuurmeting. Hiermee wordt automatisch voorzien in geforceerde ventilatie.

Elektrische belasting

De stroom wordt gemeten in de DC-tussenkring en de geschatte belasting wordt berekend. Het niveau van de elektrische belasting wordt ingesteld op een uitgangskoppel van 105%. Boven dat niveau gaat de teller omhoog, daaronder gaat de teller omlaag. De teller begint bij nul. Zodra de teller de 100 bereikt, wordt de eenheid uitgeschakeld. Bij 98 wordt de waarschuwing ingeschakeld (led en statuswoord).

Belasti

Tijd van 0 tot 100

Tijd van 100 tot 0

ng

 

 

0%

-

60 s

20%

-

100 s

40%

-

150 s

60%

-

200 s

80%

-

250 s

105%

900 s (indien > 105%)

300 s (indien < 105%)

120%

550 s

-

140%

210 s

-

160%

60 s

-

>165%

20 s

-

Tabel 2.21

Bij volledige AC-rem (parameter 400) wordt een belasting van > 165% gesimuleerd 20 s tot uitschakeling (trip).

De waarde kan worden uitgelezen via parameter 527. (LCP: FC thermisch).

De temperatuurmeting meet de temperatuur in de elektronicabehuizing.

Waarschuwingsniveau bereikt waarschuwingindicatie wordt geactiveerd (led en statuswoord) en de eenheid zal mogelijk uitschakelen (trip) wanneer de temperatuur niet binnen 15 minuten daalt tot onder het waarschuwingsniveau. Als de functie TEMP.DEP.SW is geactiveerd in parameter 412 neemt de schakelfrequentie geleidelijk af tot 2 kHz om zo een temperatuurdaling teweeg te brengen.

Uitschakelniveau bereikt onmiddellijke uitschakeling (trip) en alarmindicatie (led en statuswoord).

De waarde kan worden uitgelezen via parameter 537. (LCP: Heat sink temp.).

De temperatuurniveaus lijken hoog, maar dit komt door een plaatselijke verhitting van de sensor. De feitelijke niveaus van de luchttemperatuur in de eenheid zijn circa 10 °C lager.

26

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Installatie

VLT® DriveMotor FCM-serie

2.3 Lokale bediening

2.3.1 Servicestekkerset (175N2546)

Doel

LCP 2 en PROFIBUS tegelijkertijd laten werken. De servicesteker kan worden gebruikt met een FCM 300 met serienummer 03Gxxx en een softwareversie vanaf 2.03. Te gebruiken in combinatie met een kabel voor stekkerset 175N0162.

Afbeelding 2.5

2.3.2 Stekkerset (175N2545)

Doel

Een stekkeraansluiting tot stand brengen tussen LCP 2 en FCM 300.

Te gebruiken in combinatie met een kabel voor stekkerset 175N0162.

2.3.3Bevestigingsset voor externe bediening (175N0160)

2 2

Afbeelding 2.7

Aansluitingen

 

 

 

 

 

Kleur draad/

 

Klem X100/

D-sub pin

geel

 

1

8

 

 

 

 

groen

 

2

9

 

 

 

 

rood

 

3

2

 

 

 

 

blauw

 

4

3

 

 

 

 

Tabel 2.22

2.3.4Bevestigingsset voor externe bediening – vervolg

Afbeelding 2.6

Afbeelding 2.8

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

27

Installatie

VLT® DriveMotor FCM-serie

2 2

Afbeelding 2.9

2.3.5 Potentiometeroptie (177N0011)

Optie voor het regelen van de referentie via een potentiometer. De optie wordt gemonteerd in plaats van een kabelophanging. De potentiometer is te bedienen door de blindplug te verwijderen, de gewenste referentie in te stellen en de blindplug vervolgens weer terug te plaatsen.

Afbeelding 2.10

Kleur draad

Klem op X101

Wit

2

(analoge ingang)

Rood

8

(0 V)

Zwart

7

(+10 V)

Tabel 2.23

2.3.6Lokaal bedieningspaneel (LOP) (175N0128) IP 65

Afbeelding 2.11

Kleur draad

Klem

Functie

Wit

2

Referentie

 

 

 

Bruin

3

Reset

 

 

 

Paars* of grijs

4

Zie Afbeelding 2.11

 

 

Groen

5

 

 

 

 

Rood

6

+24 V

 

 

 

Geel

7

+10 V

 

 

 

Blauw

8

Aarde

 

 

 

Tabel 2.24 Bedrading

* Kan in bepaalde kabels oranje zijn

Afbeelding 2.12 Lokaal bedieningspaneel (LOP) 175N0128 IP 65

28

MG03BA10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

Loading...
+ 76 hidden pages