Danfoss FCD 302 Operating guide [nl]

ENGINEERING TOMORROW

Bedieningshandleiding

VLT® Decentral Drive FCD 302

vlt-drives.danfoss.com

Inhoud

Bedieningshandleiding

 

 

Inhoud

1 Inleiding

3

1.1 Doel van de handleiding

3

1.2 Aanvullende informatiebronnen

3

1.3 Documenten softwareversie

3

1.4 Productoverzicht

3

1.5 Goedkeuringen en certi€ceringen

6

1.6 Symbolen en conventies

7

2 Veiligheid

8

2.1 Veiligheidssymbolen

8

2.2 Gekwali€ceerd personeel

8

2.3 Veiligheidsmaatregelen

8

3 Mechanische installatie

10

3.1 Uitpakken

10

3.1.1 Geleverde artikelen

10

3.1.2 Productidenti€catie

10

3.2 Montage

11

4 Elektrische installatie

14

4.1 Veiligheidsvoorschriften

14

4.2 EMC-correcte installatie

14

4.3 Aarding

14

4.4 Bedradingsschema

17

4.5 Positie van de klemmen

19

4.6 Klemtypen

20

4.7 Motoraansluiting

21

4.7.1 Meerdere motoren aansluiten

21

4.8 Aansluiting netvoeding

22

4.9 Aansluiting motor en netvoeding met serviceschakelaar

22

4.10 Stuurkabels

22

4.11 Remweerstand

23

4.12 Mechanische rem

23

4.13 Aansluiting sensoren/actuatoren op M12-bussen

24

4.14 Dipswitches

24

4.15 RS485 seriële communicatie

25

4.16 Safe Torque O‚ (STO)

25

4.17 Installatiechecklist

25

5 Inbedrijfstelling

27

MG04F510

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

1

Inhoud

VLT® Decentral Drive FCD 302

5.1 Spanning inschakelen

27

5.2 Werking lokaal bedieningspaneel

28

5.2.1 Lay-out gra€sch lokaal bedieningspaneel

28

5.3 Basisprogrammering

29

5.4 Systeem opstarten

30

5.4.1 Test lokale bediening

31

5.4.2 Systeem opstarten

31

5.5 Tijdens bedrijf

31

5.5.1 Gegevens uploaden/downloaden naar/van het LCP

31

5.5.2 Parameterinstellingen wijzigen

31

5.5.3 Standaardinstellingen herstellen

32

6 Onderhoud, diagnose en problemen verhelpen

33

6.1 Inleiding

33

6.2 Onderhoud en service

33

6.2.1 Reiniging

33

6.3 Leds aan voorzijde

33

6.4 Statusmeldingen

34

6.5 Waarschuwingsen alarmtypen

36

6.6 Lijst met waarschuwingen en alarmen

37

7 Speci€caties

47

7.1 Elektrische gegevens

47

7.2 Netvoeding

48

7.3 Uitgangsvermogen van de motor en motorgegevens

48

7.4 Omgevingscondities

48

7.5 Kabelspeci€caties

49

7.6 Stuuringang/-uitgang en stuurgegevens

49

7.7 Zekeringen en circuitbreakers

53

8 Bijlage

54

8.1 Snelmenuparameters

54

8.2 Opbouw parametermenu

57

Trefwoordenregister

63

2

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

MG04F510

Inleiding Bedieningshandleiding

1 Inleiding

1

1

 

 

 

 

 

1.1 Doel van de handleiding

Deze bedieningshandleiding biedt informatie voor veilige installatie en inbedrijfstelling van de frequentieregelaar.

De bedieningshandleiding is bedoeld voor gebruik door gekwali€ceerd personeel.

Lees en volg de instructies op om de frequentieregelaar op veilige en professionele wijze te gebruiken. Let hierbij met name op de veiligheidsvoorschriften en algemene waarschuwingen. Bewaar deze bedieningshandleiding altijd in de buurt van de frequentieregelaar.

VLT® is een gedeponeerd handelsmerk.

1.2 Aanvullende informatiebronnen

Er zijn aanvullende documentatie en handleidingen beschikbaar.

De Programmeerhandleiding VLT® AutomationDrive FC 301/302 gaat dieper in op het gebruik van parameters en bevat veel toepassingsvoorbeelden.

De VLT® Decentral Drive FCD 302 Design Guide biedt gedetailleerde informatie over de mogelijkheden en functies voor het ontwerpen van motorregelsystemen.

Instructies voor gebruik met optionele apparatuur.

Zie www.danfoss.com/BusinessAreas/DrivesSolutions/ Documentations/VLT+Technical+Documentation.htm.

1.4 Productoverzicht 1.4.1 Beoogd gebruik

De frequentieregelaar is een elektronische motorregelaar voor:

Het regelen van het motortoerental op basis van terugkoppeling van het systeem of externe commando's vanaf externe regelaars. Een elektrische aandrijving bestaat uit de frequentieregelaar, de motor en het door de motor aangedreven werktuig.

Bewaking van systeemen motorstatus.

De frequentieregelaar kan ook worden gebruikt voor bescherming tegen overbelasting van de motor.

Afhankelijk van de con€guratie kan de frequentieregelaar worden gebruikt in zelfstandige toepassingen of deel uitmaken van een omvangrijkere toepassing of installatie.

De VLT® Decentral Drive FCD 302 is ontworpen voor decentrale montage, bijvoorbeeld in de voedingsmiddelenen drankenindustrie, of voor andere toepassingen voor materiaalbehandeling. De FCD 302 maakt het mogelijk om kosten te verlagen door de vermogenselektronica decentraal te plaatsen. Dan zijn er geen centrale panelen meer nodig, wat leidt tot een besparing van kosten, ruimte en arbeid voor installatie en bekabeling. Het basisontwerp met een elektronisch insteekdeel en een …exibele en 'ruime' aansluitkast is onderhoudsvriendelijk. Elektronica is eenvoudig te verwijderen zonder dat opnieuw bedraden nodig is.

1.3 Documenten softwareversie

Deze handleiding wordt regelmatig herzien en bijgewerkt. Alle suggesties voor verbetering zijn welkom. Tabel 1.1 toont de documentversie en de bijbehorende softwareversie.

Versie

Opmerkingen

Softwareversie

 

 

 

MG04F5xx

STO-functionaliteit is bijgewerkt.

7.5X

 

 

 

Tabel 1.1 Documenten softwareversie

De FCD 302 is ontworpen volgens de EHEDG-richtlijnen en is geschikt voor installatie in omgevingen waar eenvoudige reiniging belangrijk is.

LET OP

Alleen frequentieregelaars die zijn gecon€gureerd voor gebruik met een hygiënische behuizing, FCD 302 P XXX T4 W69, worden geleverd met EHEDG-certi€caat.

Installatieomgeving

De frequentieregelaar mag worden gebruikt in residentiële, industriële en commerciële omgevingen overeenkomstig lokale wetten en normen.

MG04F510

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

3

Inleiding

VLT® Decentral Drive FCD 302

1 1 LET OP

In een woonomgeving kan dit product radiostoring veroorzaken. In dat geval kan het nodig zijn om aanvullende corrigerende maatregelen te treƒen.

Te voorzien onjuist gebruik

Gebruik de frequentieregelaar niet in toepassingen die niet voldoen aan de gespeci€ceerde bedrijfsomstandigheden en -omgevingen. Zorg dat wordt voldaan aan de in hoofdstuk 7 Specificaties gespeci€ceerde voorwaarden.

1.4.2 Opengewerkte tekeningen

1

2

5

6

9

10

<![if ! IE]>

<![endif]>130BC379.10

3

4

7

8

1

Omvormerdeel

6

Installatiekast

 

 

 

 

2

Bevestigingsschroeven (4x, 1 in elke hoek)

7

Aansluiting voor display

 

 

 

 

3

Afdichtpakking

8

Toegang tot USB-poort

 

 

 

 

4

Kunststof afdekking omvormerdeel

9

Serviceschakelaar aan motorzijde (alternatief: schakelaar aan

 

 

 

netzijde of niet gemonteerd)

 

 

 

 

5

Aardingspen

10

Platte montagebeugel

 

 

 

 

Afbeelding 1.1 Opengewerkte tekening kleine eenheden

4

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

MG04F510

Inleiding

Bedieningshandleiding

1

2

5

6

9

10

8

1 1

<![if ! IE]>

<![endif]>130BC380.10

3

4

11

7

1

Omvormerdeel

7

Aansluiting voor display

 

 

 

 

2

Bevestigingsschroeven (4x, 1 in elke hoek)

8

Toegang tot USB-poort

 

 

 

 

3

Afdichtpakking

9

Serviceschakelaar1) aan motorzijde (alternatief: schakelaar aan netzijde of

 

 

 

niet gemonteerd)

 

 

 

 

4

Kunststof afdekking omvormerdeel

10

Platte montagebeugel

 

 

 

 

5

Aardingspen

11

Circuitbreaker1) (optioneel)

6

Installatiekast

 

 

 

 

1) De eenheid kan worden uitgerust met een serviceschakelaar of een circuitbreaker, maar niet beide. De afbeelding toont een configuratie die in de praktijk niet mogelijk is, en dient enkel om de positie van de diverse componenten aan te geven.

Afbeelding 1.2 Opengewerkte tekening grote eenheid

MG04F510

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

5

Inleiding

VLT® Decentral Drive FCD 302

1 1 1.4.3 Blokschema

Afbeelding 1.3 is een blokschema van de interne componenten van de frequentieregelaar.

Gebied

Titel

 

Functies

 

 

 

1

Netingang

3-fasenetvoeding naar de

frequentieregelaar.

 

 

 

 

 

 

 

De gelijkrichterbrug zet de

2

Gelijkrichter

inkomende AC-spanning om naar

DC-spanning die in de omvormer

 

 

 

 

kan worden gebruikt.

 

 

 

3

DC-bus

De DC-tussenkring verwerkt de

DC-stroom.

 

 

 

 

 

 

 

 

Filteren de DC-tussenkring-

 

 

 

spanning.

 

 

Bieden beveiliging tegen

 

 

 

nettransiënten.

4

DC-spoelen

Beperken de RMS-stroom.

 

 

Verhogen de arbeidsfactor

 

 

 

naar het voedende net.

 

 

Beperken de harmonischen op

 

 

 

de AC-ingang.

 

 

 

 

 

 

Slaat de DC-spanning op.

5

Condensatorbatterij

Biedt tijdelijke bescherming

bij kortstondige netonder-

 

 

 

 

 

 

breking.

 

 

 

 

 

De omvormer zet het DC-signaal

 

 

om naar een geregelde

6

Omvormer

pulsbreedtegemoduleerde AC-

golfvorm voor een regelbaar

 

 

 

 

variabel uitgangssignaal naar de

 

 

motor.

 

 

 

7

Uitgang naar motor

Geregeld 3-fase-uitgangs-

vermogen naar de motor.

 

 

 

 

Gebied

Titel

 

Functies

 

 

 

 

 

 

Ingangsvermogen, interne

 

 

 

verwerking, uitgang en

 

 

 

motorstroom worden bewaakt

 

 

 

voor een e‡ciënte werking en

 

 

 

regeling.

8

Stuurcircuits

De gebruikersinterface en

 

 

 

 

 

externe commando's worden

 

 

 

bewaakt en uitgevoerd.

 

 

Biedt mogelijkheden voor

 

 

 

statusuitgang en -regeling.

 

 

 

 

Afbeelding 1.3 Blokschema frequentieregelaar

1.5 Goedkeuringen en certi€ceringen

Tabel 1.2 Goedkeuringen en certi€ceringen

Er zijn meer goedkeuringen en certi€ceringen beschikbaar. Neem contact op met de lokale Danfoss-partner. Frequentieregelaars met behuizingsgrootte T7 (525-690 V) zijn alleen UL-gecerti€ceerd voor 525-600 V.

De frequentieregelaar voldoet aan de eisen van UL 508C ten aanzien van het behoud van het thermische geheugen. Zie de sectie Thermische motorbeveiliging in de productspeci€eke design guide voor meer informatie.

Zie ADN-conforme installatie in de productspeci€eke design guide voor conformiteit met het Europees Verdrag inzake het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren (ADN).

6

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

MG04F510

Inleiding

Bedieningshandleiding

 

 

 

 

 

 

 

 

1.6 Symbolen en conventies

 

1

1

 

 

 

 

 

De volgende symbolen worden gebruikt in deze handleiding:

WAARSCHUWING

Geeft een potentieel gevaarlijke situatie aan die kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.

VOORZICHTIG

Geeft een potentieel gevaarlijke situatie aan die kan leiden tot licht of matig letsel. Kan tevens worden gebruikt om te waarschuwen tegen onveilige werkpraktijken.

LET OP

Geeft belangrijke informatie aan, waaronder situaties die kunnen leiden tot schade aan apparatuur of eigendommen.

In deze handleiding worden de volgende conventies gebruikt:

Genummerde lijsten geven procedures aan.

Lijsten met opsommingstekens geven andere informatie en beschrijvingen van afbeeldingen aan.

Cursieve tekst geeft een van de volgende zaken aan:

-Kruisverwijzing

-Koppeling

-Voetnoot

-Parameternaam

-Naam parametergroep

-Parameteroptie

Alle afmetingen op tekeningen zijn in mm (in).

MG04F510

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

7

Veiligheid

VLT® Decentral Drive FCD 302

2 Veiligheid

2 2

2.1 Veiligheidssymbolen

In dit document worden de volgende symbolen gebruikt:

WAARSCHUWING

Geeft een potentieel gevaarlijke situatie aan die kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.

VOORZICHTIG

Geeft een potentieel gevaarlijke situatie aan die kan leiden tot licht of matig letsel. Kan tevens worden gebruikt om te waarschuwen tegen onveilige werkpraktijken.

LET OP

Geeft belangrijke informatie aan, waaronder situaties die kunnen leiden tot schade aan apparatuur of eigendommen.

2.2 Gekwali€ceerd personeel

Een probleemloze en veilige werking van de frequentieregelaar is alleen mogelijk als de frequentieregelaar op correcte en betrouwbare wijze wordt vervoerd, opgeslagen, geïnstalleerd, gebruikt en onderhouden. Deze apparatuur mag uitsluitend worden geïnstalleerd en bediend door gekwali€ceerd personeel.

Gekwali€ceerd personeel is gede€nieerd als opgeleide medewerkers die bevoegd zijn om apparatuur, systemen en circuits te installeren, in bedrijf te stellen en te onderhouden overeenkomstig relevante wetten en voorschriften. Het personeel moet tevens bekend zijn met de instructies en veiligheidsmaatregelen die in deze handleiding staan beschreven.

2.3 Veiligheidsmaatregelen

WAARSCHUWING

HOGE SPANNING

Frequentieregelaars bevatten hoge spanning wanneer ze zijn aangesloten op een netingang, DC-voeding of loadsharing. Als installatie, opstarten en onderhoud niet worden uitgevoerd door gekwali€ceerd personeel, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.

Installatie, opstarten en onderhoud mogen uitsluitend worden uitgevoerd door gekwali- €ceerd personeel.

WAARSCHUWING

ONBEDOELDE START

Wanneer de frequentieregelaar is aangesloten op de netvoeding, DC-voeding of loadsharing, kan de motor op elk moment starten. Een onbedoelde start tijdens programmeer-, onderhoudsof reparatiewerkzaamheden kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel of tot schade aan apparatuur of eigendommen. De motor kan worden gestart door een externe schakelaar, een veldbuscommando, een ingangsreferentiesignaal vanaf het LCP of door het opheƒen van een foutconditie.

Om een onbedoelde motorstart te voorkomen:

Onderbreek de netvoeding naar de frequentieregelaar.

Druk op [Oƒ/Reset] op het LCP voordat u parameters gaat programmeren.

Zorg dat de frequentieregelaar, motor en eventuele door de motor aangedreven apparatuur volledig bedraad en gemonteerd zijn voordat u de frequentieregelaar aansluit op de netvoeding, DC-voeding of loadsharing.

8

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

MG04F510

Veiligheid

Bedieningshandleiding

 

 

WAARSCHUWING

ONTLADINGSTIJD

De frequentieregelaar bevat DC-tussenkringconden- satoren waarop spanning kan blijven staan, ook wanneer de frequentieregelaar niet van spanning wordt voorzien. Er kan hoge spanning aanwezig zijn, ook als de waarschuwingslampjes niet branden. Als u de aangegeven wachttijd na afschakeling niet in acht neemt voordat u onderhoudsof reparatiewerkzaamheden uitvoert, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.

1.Stop de motor.

2.Schakel de netvoeding, permanentmagneetmotoren en externe DC-tussenkringvoedingen af, inclusief backupvoedingen, UPS-eenheden en DC-tussenkringaansluitingen naar andere frequentieregelaars.

3.Wacht tot de condensatoren volledig zijn ontladen voordat u onderhoudsof reparatiewerkzaamheden uitvoert. De vereiste ontladingstijd staat vermeld in Tabel 2.1.

Spanning

Minimale wachttijd (minuten)

[V]

 

 

 

 

 

 

 

 

4

7

15

 

 

 

 

200–240

0,25-3,7 kW

5,5-37 kW

 

(0,34-5 pk)

 

(7,5-50 pk)

 

 

 

 

380–500

0,25-7,5 kW

11-75 kW

 

(0,34-10 pk)

 

(15-100 pk)

 

 

 

 

525–600

0,75-7,5 kW

11-75 kW

 

(1-10 pk)

 

(15-100 pk)

 

 

 

 

525–690

1,5-7,5 kW

11-75 kW

 

 

(2-10 pk)

(15-100 pk)

 

 

 

 

Tabel 2.1 Ontladingstijd

WAARSCHUWING

GEVAARLIJKE APPARATUUR

2 2

Het aanraken van draaiende assen en elektrische

apparatuur kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.

Installatie, opstarten en onderhoud mogen uitsluitend worden uitgevoerd door hiervoor opgeleid en gekwali€ceerd personeel.

Zorg dat alle elektrische werkzaamheden worden uitgevoerd overeenkomstig de nationale en lokale elektriciteitsvoorschriften.

Volg de procedures in deze handleiding.

WAARSCHUWING

ONBEDOELD DRAAIEN VAN DE MOTOR WINDMILLING

Het onbedoeld draaien van permanentmagneetmotoren wekt spanning op waardoor de eenheid kan worden geladen; dit kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel of schade aan apparatuur.

Zorg dat permanentmagneetmotoren zijn geblokkeerd om onbedoeld draaien te voorkomen.

VOORZICHTIG

GEVAAR BIJ INTERNE FOUT

Een interne fout in de frequentieregelaar kan leiden tot ernstig letsel als de frequentieregelaar niet goed is gesloten.

Controleer voordat u de spanning inschakelt of alle veiligheidsafdekkingen op hun plaats zitten en stevig zijn vastgezet.

WAARSCHUWING

GEVAAR VOOR LEKSTROOM

De aardlekstroom bedraagt meer dan 3,5 mA. Een onjuiste aarding van de frequentieregelaar kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.

Zorg dat de apparatuur correct is geaard door een erkende elektrisch installateur.

MG04F510

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

9

Mechanische installatie

VLT® Decentral Drive FCD 302

3 Mechanische installatie

 

3.1 Uitpakken

3 3

3.1.1 Geleverde artikelen

De verpakking bevat:

Accessoiretas, alleen geleverd als er een installatiekast is besteld. Inhoud:

-2 kabelklemmen

-Beugel voor motorkabels en belastingkabels

-Ophoogbeugel voor kabelklem

-Schroef 4 mm x 20 mm

-Schroefdraadvormend 3,5 mm x 8 mm

Bedieningshandleiding

Frequentieregelaar

Afhankelijk van de geïnstalleerde opties kunnen er 1 of 2 tassen en 1 of meer boekjes bijgevoegd zijn.

Procedure

1.Controleer of de geleverde artikelen en de informatie op het typeplaatje overeenkomen met de orderbevestiging.

2.Controleer de verpakking en frequentieregelaar op zichtbare schade die is veroorzaakt door een onjuiste behandeling tijdens het vervoer. Dien eventuele schadeclaims in bij de vervoerder. Bewaar beschadigde onderdelen om de claim te onderbouwen.

3.1.2

Productidenti€catie

 

 

<![if ! IE]>

<![endif]>130BF338.10

 

Decentral Drive

 

Enclosure rating:

10

 

 

 

 

 

 

 

 

VLT® www.danfoss.com

 

Type 4X Indoor Use Only

 

 

 

LISTED E134261 76X1 IND. CONT. EQ.

 

 

1

 

 

 

 

T/C: FCD302P1K5T4W66H1X1XMFCFXXXXA0BXXXXXXDX

 

 

2

 

 

P/N: 131Z5118

S/N: 000000G000

 

 

4

 

 

1.5kW(400V) / 2.0HP(460V)

 

3

 

 

5

 

 

 

IN: 3x380-480V 50/60Hz, 3.7/3.1A

 

 

 

6

 

 

 

OUT: 3x0-Vin 0-590Hz, 4.1/3.4A

8

 

 

7

 

 

IP66 Enclosure Tamb. 40 ˚C/104 ˚F

 

 

 

 

 

 

 

 

 

9

 

 

 

 

 

 

 

 

Danfoss A/S

 

 

 

 

 

 

6430 Nordborg

 

 

 

 

 

Denmark

 

 

 

 

 

 

 

MADE IN DENMARK

 

 

 

* 1 3 1 Z 5 1 1 8 0

0 0 0 0 0 G 0 0 0 *

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1

Typecode

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2

Bestelnummer

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

3

Serienummer

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

4

Vermogensklasse

 

 

 

 

 

 

 

 

5

Ingangsspanning, -frequentie en -stroom (bij lage/hoge

 

spanningen)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

6

Uitgangsspanning, -frequentie en -stroom (bij lage/hoge

 

spanningen)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

7

IP-klasse

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

8

Maximale omgevingstemperatuur

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

9

Certi€ceringen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

10

NEMA-behuizingstype

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Afbeelding 3.1 Typeplaatje product (voorbeeld)

LET OP

Verwijder het typeplaatje niet van de frequentieregelaar (verlies van garantie).

10

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

MG04F510

Mechanische installatie

Bedieningshandleiding

 

 

3.2 Montage

LET OP

In omgevingen met vloeistofnevel, deeltjes of corrosieve gassen moet u ervoor zorgen dat de IP/Type-klasse overeenkomt met de installatieomgeving. Als niet aan de omgevingsvereisten wordt voldaan, kan dit de levensduur van de frequentieregelaar bekorten. Zorg dat wordt voldaan aan de vereisten ten aanzien van luchtvochtigheid, temperatuur en hoogte.

Trillingen en schokken

De frequentieregelaar voldoet aan de vereisten die gelden wanneer de eenheid is gemonteerd aan de wand of op de vloer van een productiehal of in panelen die met bouten aan de wand of de vloer zijn bevestigd.

Zie hoofdstuk 7.4 Omgevingscondities voor gedetailleerde omgevingsspeci€caties.

3.2.1Aanbevolen gereedschap en apparatuur

Apparatuur

Maat

Beschrijving

 

 

 

Schroevendraaiers

 

 

 

Inbus (hex)

8

Voor het bevestigen van

 

 

omvormerschroeven/

 

 

monteren van beugels

 

 

 

Platkop

0,4 x 2,5

Voor geveerde stuuren

 

 

voedingsklemmen

 

 

 

Platkop/torx

1,0 x 5,5/TX20

Voor kabelklemmen in

 

 

de installatiekast

 

 

 

Moersleutel

19, 24, 28

Voor blindpluggen

 

 

 

LCP, bestel-

Lokaal bedieningspaneel

nummer

 

 

130B1078

 

 

 

 

 

LCP-kabel, bestel-

Aansluitkabel voor lokaal

nummer

 

bedieningspaneel

130B5776

 

 

 

 

 

Tabel 3.1 Aanbevolen gereedschap en apparatuur

3.2.2 Mechanische afmetingen

 

331.5 mm (13.05 in)

 

 

 

<![if ! IE]>

<![endif]>130BB712.10

 

280 mm (11.02 in)

6.5 mm

 

 

 

 

 

(0.25 in)

<![if ! IE]>

<![endif]>in)(3.14(3.14 in)

<![if ! IE]>

<![endif]>mm190(7.48 in)

 

<![if ! IE]>

<![endif]>mm178(7 in)

<![if ! IE]>

<![endif]>mm25 in)(0.98

<![if ! IE]>

<![endif]>mm80 80 mm

 

 

Ø13 mm

 

 

 

 

(0,51 in)

 

 

 

41 mm

 

 

 

 

 

(1.61 in)

315 mm (12.4 in)

 

 

 

 

<![if ! IE]>

<![endif]>175 mm (6.88 in)

349.5 mm (13.75 in)

ON WARNING ALARM

Bus MS

NS1

NS2

<![if ! IE]>

<![endif]>200 mm (7.87 in)

Afbeelding 3.2 Kabeldoorvoeren en gatdiameter (kleine eenheden)

3 3

MG04F510

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

11

Danfoss FCD 302 Operating guide

3 3

Mechanische installatie VLT® Decentral Drive FCD 302

431.5 mm (16.98 in)

 

<![if ! IE]>

<![endif]>130BC381.10

3.2.3.1 Toegestane montageposities

 

 

 

 

 

380 mm (14.96 in)

6.5 mm

 

<![if ! IE]>

<![endif]>130BC382.10

<![if ! IE]>

<![endif]>mm178(7 in)

(0.25 in)

<![if ! IE]>

<![endif]>(7.48mm190in)

<![if ! IE]>

<![endif]>mm25 in)(0.98 mm8080 mm in)(3.14(3.14 in)

 

Ø13 mm

 

 

 

(0,51 in)

 

 

32 mm

 

(1.25 in)

415 mm (16.33 in)

<![if ! IE]>

<![endif]>186 mm (7.32 in)

 

449.5 mm (17.69 in)

<![if ! IE]>

<![endif]>201 mm (7.91 in)

Afbeelding 3.3 Kabeldoorvoeren en gatdiameter (grote eenheden)

Motorzijde

1 x M20, 1 x M25

 

 

Besturingszijde

2 x M20, 9 x M161)

Netzijde

2 x M25

 

 

Tabel 3.2 Mechanische afmetingen

1)Ook gebruikt voor 4 x M12/6 x M12 sensor/actuatoraansluitingen.

3.2.3Montage

De VLT® Decentral Drive FCD 302 bestaat uit 2 delen:

De installatiekast

Het omvormerdeel

Zie hoofdstuk 1.4.2 Opengewerkte tekeningen.

Afbeelding 3.4 Toegestane montageposities – standaardtoepassingen

<![if ! IE]>

<![endif]>130BC383.10

Afbeelding 3.5 Toegestane montageposities – hygiënische toepassingen

12

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

MG04F510

Mechanische installatie Bedieningshandleiding

3.2.3.2 De installatiekast monteren

VOORZICHTIG

ELEKTRISCH GEVAAR

Schakel de spanning naar de eenheid in dit stadium nog

3

 

3

niet in, aangezien dat kan leiden tot ernstig of dodelijk

 

letsel.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

VOORZICHTIG

 

 

 

SCHADE OF LICHAMELIJK LETSEL

 

 

 

Het niet aanhalen van de 4 bevestigingsschroeven kan

 

 

 

leiden tot lichamelijk letsel of materiële schade.

 

 

 

Verzeker u ervan dat de installatielocatie het

 

 

 

 

gewicht van de eenheid kan dragen.

 

 

 

Noodzakelijke voorwaarden:

Gebruik de gaten aan de achterzijde van de installatiekast om de montagebeugels te bevestigen.

Gebruik de juiste bevestigingsschroeven of - bouten.

Gebruik voor hygiënische uitvoeringen kabelpakkingen die geschikt zijn voor hygiënische toepassingen, zoals Rittal HD 2410.110/120/130.

1.Monteer de VLT® Decentral Drive FCD 302 verticaal op een wand of machineframe. Zorg er bij hygiënische uitvoeringen voor dat vloeisto‚en van de behuizing af kunnen lopen en plaats de eenheid zo dat de kabelwartels zich onderaan bevinden.

<![if ! IE]>

<![endif]>130BB701.10

Afbeelding 3.6 FCD 302 als zelfstandige eenheid gemonteerd met montagebeugels

MG04F510

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

13

Elektrische installatie

VLT® Decentral Drive FCD 302

4 Elektrische installatie

4.1 Veiligheidsvoorschriften

Zie hoofdstuk 2 Veiligheid voor algemene veiligheidsinstructies.

4 4 WAARSCHUWING

GEÏNDUCEERDE SPANNING

Geïnduceerde spanning van de uitgangskabels van motoren die bij elkaar zijn geplaatst, kan de condensatoren van de apparatuur opladen, ook wanneer de apparatuur is afgeschakeld en vergrendeld (lockout). Wanneer u de motorkabels niet van elkaar gescheiden houdt en ook geen afgeschermde kabels gebruikt, kan dit leiden tot ernstig of dodelijk letsel.

Houd uitgaande motorkabels van elkaar gescheiden of

Gebruik afgeschermde kabels.

Zie hoofdstuk 7.1 Elektrische gegevens en

hoofdstuk 7.5 Kabelspecificaties voor de aanbevolen draaddiktes en -typen.

4.2 EMC-correcte installatie

Voor een EMC-correcte installatie moet u de instructies in hoofdstuk 4.3 Aarding, hoofdstuk 4.4 Bedradingsschema, hoofdstuk 4.7 Motoraansluiting en

hoofdstuk 4.10 Stuurkabels opvolgen.

4.3 Aarding

WAARSCHUWING

GEVAAR VOOR LEKSTROOM

De aardlekstroom bedraagt meer dan 3,5 mA. Een onjuiste aarding van de frequentieregelaar kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.

Zorg dat de apparatuur correct is geaard door een erkende elektrisch installateur.

VOORZICHTIG

GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOKKEN

De frequentieregelaar kan een DC-stroom veroorzaken in de beschermende geleider. Als de onderstaande aanbeveling niet wordt opgevolgd, biedt de RCD mogelijk niet de beoogde bescherming.

Bij gebruik van een reststroomapparaat (RCD) als beveiliging tegen elektrische schokken mag aan de voedingszijde van dit product uitsluitend een RCD van type B worden gebruikt.

Overstroombeveiliging

Aanvullende beschermende apparatuur, zoals kortsluitbeveiliging of thermische motorbeveiliging tussen de frequentieregelaar en de motor, is vereist voor toepassingen met meerdere motoren.

Ingangszekeringen zijn vereist om te voorzien in kortsluitbeveiliging en overstroombeveiliging. Als deze zekeringen niet in de fabriek zijn aangebracht, moet de installateur deze plaatsen. Zie hoofdstuk 7.7 Zekeringen en circuitbreakers voor voorzekeringen die voldoen aan UL/cUL.

Draadtype en -speci€caties

De volledige bedrading moet voldoen aan de nationale en lokale voorschriften ten aanzien van dwarsdoorsneden en omgevingstemperatuur.

Aanbeveling voor voedingsdraden: koperdraad dat bestand is tegen minimaal 75 °C (167 °F).

Voor elektrische veiligheid

Aard de frequentieregelaar overeenkomstig de relevante normen en richtlijnen.

Gebruik een afzonderlijke aarddraad voor het ingangsvermogen, het motorvermogen en de stuurkabels.

Aard de ene frequentieregelaar niet op de andere, zoals in een ringnetwerk.

Houd de aarddraadverbindingen zo kort mogelijk.

Volg de bedradingsvereisten van de motorfabrikant op.

Minimale kabeldoorsnede: 10 mm² (7 AWG) (of 2 nominale aarddraden die afzonderlijk zijn aangesloten).

Voor een EMC-correcte installatie

Zorg voor elektrisch contact tussen de kabelafscherming en de behuizing van de frequentieregelaar met behulp van metalen kabelwartels of de klemmen die op de apparatuur aanwezig zijn.

Gebruik sterk gevlochten draad (litzedraad, highstrand wire) om snelle elektrische transiënten te beperken.

Gebruik geen pigtails.

14

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

MG04F510

Elektrische installatie

Bedieningshandleiding

 

 

LET OP

POTENTIAALVEREFFENING

Risico op snelle elektrische transiënten wanneer de aardpotentiaal van de frequentieregelaar niet overeenkomt met de aardpotentiaal van het regelsysteem. Installeer vereƒeningskabels tussen de systeemcomponenten. Aanbevolen kabeldoorsnede: 16 mm² (5 AWG).

VOORZICHTIG

AARDVERBINDING (PE)

De metalen pennen in de hoeken van het elektronische gedeelte en de gaten in de hoek van de installatiekast zijn essentieel voor de aardverbinding (PE). Verzeker u ervan dat deze niet losgeraakt, verwijderd of op enige wijze beschadigd zijn. Het vereiste aanhaalmoment is 3 Nm (26 in-lb). Zie Afbeelding 4.1.

Aarding van afgeschermde kabels

<![if ! IE]>

<![endif]>130BC391.10

4 4

Afbeelding 4.1 Aardverbinding tussen de installatiekast en het elektronische gedeelte

LET OP

De externe aardklem is verkrijgbaar als accessoire (onderdeelnr. 130B5833).

Er zijn aardklemmen aanwezig voor de motoren stuurkabels (zie Afbeelding 4.2).

<![if ! IE]>

<![endif]>130BC403.10

Afbeelding 4.2 Aarding voor motoren stuurkabels (kleine eenheden)

MG04F510

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

15

Elektrische installatie

VLT® Decentral Drive FCD 302

<![if ! IE]>

<![endif]>130BC390.10

4 4

Afbeelding 4.3 Aardklem voor motoren stuurkabels (grote eenheden)

1.Verwijder voor een goede aarding het isolatiemateriaal met een striptang.

2.Zet de aardklem met behulp van de bijgeleverde schroeven vast aan het gestripte deel van de kabel.

3.Zet de aardkabel vast aan de aanwezige aardklem.

16

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

MG04F510

Elektrische installatie

 

 

 

 

Bedieningshandleiding

 

 

 

 

 

 

 

4.4

Bedradingsschema

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

3-phase

91 (L1)

 

 

 

 

 

 

 

 

(U) 96

 

<![if ! IE]>

<![endif]>130BC384.10

 

 

92 (L2)

 

 

 

 

 

 

 

 

(U) 97

 

 

 

 

power

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

93 (L3)

 

 

 

 

 

 

 

 

(W) 98

 

 

 

 

input

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

95 (PE)

 

 

 

 

 

 

 

 

(PE) 99

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Motor

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

4

4

 

 

122(MBR+)

 

 

 

Switch mode

 

 

 

 

 

Mechanical

 

 

 

power supply

 

 

 

 

 

123(MBR-)

 

 

 

 

 

 

 

 

brake

 

 

 

10 V DC

24 V DC

 

 

 

(R+) 82

Brake

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

50 (+10 V OUT)

 

 

15 mA

600 mA

 

 

 

 

resistor

 

 

+10 V DC

 

 

 

 

 

 

 

(R-) 81

 

 

 

 

 

S201

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

-10 V DC-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

53 (A IN)

<![if ! IE]>

<![endif]>2 1

<![if ! IE]>

<![endif]>ON

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+10 V DC

ON/I=0-20mA

 

 

 

 

Relay1

 

 

 

0/4-20 mA

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

S202

 

 

 

 

 

03

 

 

 

 

 

 

OFF/U=0-10V

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

-10 V DC-

54 (A IN)

<![if ! IE]>

<![endif]>2 1

<![if ! IE]>

<![endif]>ON

 

 

 

 

 

 

02

240 V AC, 2A

 

 

+10 V DC

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0/4-20 mA

55 (COM A IN)

 

 

 

 

 

 

 

 

01

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Relay2

 

 

 

 

 

12 (+24 V OUT)

 

 

 

 

 

 

 

06

240 V AC, 2A

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

13 (+24 V OUT)

 

 

P 5-00

 

 

 

 

05

400 V AC, 2A

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

18 (D IN)

 

 

 

24 V (NPN)

 

 

 

04

 

 

 

 

 

 

 

 

0 V (PNP)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

19 (D IN)

 

 

 

24 V (NPN)

 

 

 

(COM A OUT) 39

Analog output

 

 

 

 

 

 

 

0 V (PNP)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0/4–20 mA

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0 V

(A OT) 42

 

 

 

 

20

(COM D IN)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

27

(D IN/OUT)

 

 

24 V (NPN)

S801

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0 V (PNP)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

ON=Terminated

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

<![if ! IE]>

<![endif]>2 1

<![if ! IE]>

<![endif]>ON

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

OFF=Open

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

5V

 

 

 

 

 

 

 

 

29

(D IN/OUT)

 

 

24 V (NPN)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

24V

0 V (PNP)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

S801

GX

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

OV

 

 

RS485

 

 

 

RS485

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

(N RS485) 69

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Interface

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

24 V (NPN)

 

 

 

 

 

 

 

32 (D IN)

 

 

 

 

 

 

(P RS485) 68

 

 

 

 

 

 

 

 

0 V (PNP)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

33 (D IN)

 

 

 

24 V (NPN)

 

 

 

(COM RS485) 61

 

 

 

 

 

 

 

 

0 V (PNP)

 

GX

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

(PNP) = Source

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

37 (D IN)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

(NPN) = Sink

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

VCXA

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

67

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

GND1

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

PROFIBUS

 

62

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

RS485

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

interface

 

 

63

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

66

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

GND1

 

 

 

Afbeelding 4.4 Eenvoudig bedradingsschema

MG04F510

Danfoss A/S © 11/2016 Alle rechten voorbehouden.

17

Loading...
+ 49 hidden pages